De prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast los vimosWij/we bekeken
Wij/we keken
Wij/we zagen retirarseAftrekken
De aftocht blazen
Terugkrabbelen
Zich terugtrekken
Zich uit de voeten
maken lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg del árbolBoom
Mast. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije rápidosExpressen
Exprestreinen
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltreinen
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge,
y la velozSnel
Snelle masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta corpulentaCorpulent
Corpulente
Gezet
Gezette
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige de OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo bajóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf korting
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
uitstappen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakte weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk a tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land, cayendoAfvallend
Gerakend
Latend vallen
Neervallend
Vallend
Verschietend
Vervallend sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! ellosHen
Ze
Zij. En
suHaar
Hun
Uw
Zijn iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak salvajeRuig
Ruige
Wild
Wilde
Woest
Woeste, comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a despachurrarlesVerpletteren a diestroBedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Handig
Handige
Vaardig
Vaardige y siniestroGemeen
Gemene
Linker
Links
Linkse
Noodlottig
Noodlottige
Onbetrouwbaar
Onbetrouwbare
Ongelukkig
Ongelukkige
Onheilspellend
Onheilspellende
Rampzalig
Rampzalige, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen susHaar
Hun
Uw
Zijn
membrudos brazosArmen. A uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los cazadoresJacht- leHaar
Hem
Het
U despellejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vilde la caraDe kant
De zijde conDoor
Met
Per
Samen met los
atenazadosDe tanden op elkaar
geklemd
Gekweld
Met tangen vastgeklemd
Stukken vlees met tangen
ontrukt
Vastgeklemd dedosTenen
Vingeren
Vingers nudososKnobbelig
Knobbelige
Knoestig
Knoestige
Kwastig
Kwastige y de tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer tremendosBuitengewone
Buitengewoon
Enorm
Enorme
Geducht
Geduchte
Geweldig
Geweldige
Ontzettend
Ontzettende
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke músculosSpieren. A otroAnder
Andere
Nog een
Nog één leHaar
Hem
Het
U destrozóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde uiteen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg uiteen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbraste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorzelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernielde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwoestte el
cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek de un mordiscoBeet
Hap
Knauw. Los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur se retiraronZij/ze bliezen de aftocht
Zij/ze krabbelden terug
Zij/ze maakten zich uit
de voeten
Zij/ze trokken af
Zij/ze trokken zich terug lanzandoBrakend
Doend horen
Gooiend
Keilend
Lancerend
Ontketenend
Ontkiemend
Overgevend
Uitkomend
Uitlopend
Uitschrijvend
Uitspelend
Uitstotend
Van stapel latend lopen
Wegslingerend
Wegwerpend
Werpend ferocesGruwelijk
Gruwelijke
Wrede
Wreed
alaridosGillen
Krijsen
Schreeuwen, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! abalanzarseVoorwaarts stormen
Zich werpen op de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo; peroDoch
Echter
Maar ésteDeze
Dit asióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemachtigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan un leñoBlok
Houtblok y
comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a aplastarlesZe te verpletteren la cabezaHoofd
Kop
Krop a cuantosAllen
Hoeveel ook
Iedereen
Kwanta
Kwantums
Quanten
Van allen se acercabanZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ellosHen
Ze
Zij. Los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur se vieronZij/ze bezochten elkaar
Zij/ze bleken
Zij/ze lieten zich zien
Zij/ze ontmoetten elkaar
Zij/ze waren duidelijk obligadosGedwongen
Geforceerd
Genoodzaakt
Opgedrongen
Verplicht a retirarseAftrekken
De aftocht blazen
Terugkrabbelen
Zich terugtrekken
Zich uit de voeten
maken nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer.
OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo aprovechóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benutte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte gebruik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte gebruik van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze profiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van nut la oportunidadGelegenheid
Kans, lesHen
Hun
U volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkte la espaldaRug y huyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchtte ululandoBrullend
Huilend
Roepend
enfurecidoHels gemaakt
Woedend gemaakt. CayeronZij/ze geraakten
Zij/ze lieten vallen
Zij/ze verschoten
Zij/ze vervielen
Zij/ze vielen
Zij/ze vielen af
Zij/ze vielen neer unos cuantosEnige dardosDarts
Pijltjes velocesSnel
Snelle junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij élHem
Hij; peroDoch
Echter
Maar se internóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
las breñas espesasDicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Jij/je bindt
Jij/je maakt dikker
Jij/je verdikt y desaparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween.
DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde y yoEgo
Ik nos alejamosWij/we verwijderden ons van
Wij/we verwijderen ons van entoncesDan
Dus
Toen, deslizándonosGlibberend
Glijdend
Glippend
Opschuivend
Schuivend
Uitglijdend suavementeZacht
Zachtjes, peroDoch
Echter
Maar
conDoor
Met
Per
Samen met tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer malaBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten fortunaFortuna, que tropezamosWij/we struikelden
Wij/we struikelen conDoor
Met
Per
Samen met otraAnder
Andere
Nog een
Nog één partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan de HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur. Nos(Aan) ons
Ons
persiguieronZij/ze achtervolgden
Zij/ze jaagden na
Zij/ze joegen na
Zij/ze vervolgden por los matorralesDoornbossen
Ruigten
Ruigtes y pantanosBroeken
Draslanden
Moerassen
Moeren; peroDoch
Echter
Maar conocíamosWij/we kenden
Wij/we leerden kennen
Wij/we maakten kennis
Wij/we waren bekend met
Wij/we wisten los senderosPaadjes
Paden
arbóreosBoom- que cruzabanZij/ze doorkruisten
Zij/ze kruisten
Zij/ze staken over los tremedales y las lagunasKolken
Plassen
Vijvers
Waterplassen por dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíanZij/ze konden
Zij/ze mochten
perseguirnosAchtervolgen
Najagen
Vervolgen, y escapamosWij/we ontgaan
Wij/we ontgingen
Wij/we ontkomen
Wij/we ontkwamen
Wij/we ontsnappen
Wij/we ontsnapten ilesosOnaangetast
Onaangetaste
Ongedeerd
Ongedeerde
Ongeschonden. PasamosWij passeren
Wij/we brachten door
Wij/we brengen door
Wij/we gaan langs
Wij/we gaan over
Wij/we gaan voorbij
Wij/we gaven aan
Wij/we gebeurden
Wij/we gebeuren
Wij/we geven aan
Wij/we gingen langs
Wij/we gingen over
Wij/we gingen voorbij
Wij/we haalden in
Wij/we halen in
Wij/we komen langs
Wij/we komen om
Wij/we kwamen langs
Wij/we kwamen om
Wij/we laten door
Wij/we lieten door
Wij/we overkomen
Wij/we overkwamen
Wij/we passeerden
Wij/we passeren
Wij/we reiken aan
Wij/we reikten aan
Wij/we staken over
Wij/we steken over
Wij/we verdreven
Wij/we verdrijven
Wij/we vergaan
Wij/we vergingen
Wij/we verliepen
Wij/we verlopen
Wij/we verstreken
Wij/we verstrijken a la orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom opuestaGesteld tegenover
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenover elkaar gesteld
Tegenovergelegen
Tegenovergesteld, haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor una estrechaBekrompen
Benauwd
Benauwde
Eng
Enge
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Reik!
Smal
Smalle
Strak
Strakke
fajaBand
Ceintuur
Doek
Draagband
Gordel
Reep
Riem
Schouderband
Sjerp
Strip
Strook
Windsel de bosqueBos
Woud que separabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiftte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonderde af
Ik scheidde
Ik scheidde af
Ik schiftte
Ik zonderde af el pantanal de las bayasBessen
Beziën y la granGroot
Grote lagunaKolk
Plas
Vijver
Waterplas extendidaAfgegeven
Gerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgesmeerd
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Verbreid
Vergroot
Verspreid
Wijder gemaakt
haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor PonienteWesten. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds nos encontramosWij/we bevinden ons
Wij/we bevonden ons
Wij/we komen elkaar tegen
Wij/we kwamen elkaar tegen
Wij/we maakten het
Wij/we maken het
Wij/we treffen elkaar
Wij/we troffen elkaar
Wij/we waren gesteld
Wij/we zijn gesteld a OrejaOor CaídaAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen. IgnoroIk negeer
Ik weet niet de quéWat
Welke maneraManier
Trant
Wijze se
habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn escapadoOntgaan
Ontkomen
Ontsnappen
Ontsnapt, a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was dormidoGemaft
Gepit
Geslapen
Onder narcose gebracht
Uitgeslapen en las cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken la nocheAvond
Nacht
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere.
AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds, en la estrechaBekrompen
Benauwd
Benauwde
Eng
Enge
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Reik!
Smal
Smalle
Strak
Strakke fajaBand
Ceintuur
Doek
Draagband
Gordel
Reep
Riem
Schouderband
Sjerp
Strip
Strook
Windsel de bosquesBossen
Wouden, podríamos haberWij zouden hebben kunnen construidoAangelegd
Gebouwd
Geconstrueerd
Gemaakt
Ineengezet
Met elkaar verbonden tres3
Drie cobijos
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las ramasAfdelingen
Branches
Takken de los árbolesBomen
Masten, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin establecemosWij/we bepalen
Wij/we beschikken
Wij/we bevelen
Wij/we richten in
Wij/we richten op
Wij/we stellen in
Wij/we stellen vast
Wij/we stichten
Wij/we vestigen; peroDoch
Echter
Maar los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur
continuabanZij/ze gingen door
Zij/ze gingen verder
Zij/ze gingen verder met
Zij/ze gingen voort
Zij/ze hielden aan
Zij/ze vervolgden
Zij/ze zetten voort suHaar
Hun
Uw
Zijn obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid de exterminioUitroeien
Verdelgen
Vernietiging por todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes. A la horaTijd
Uur del atardecerAvond worden
Avondschemering
Schemeren, vimosWij/we bekeken
Wij/we keken
Wij/we zagen
a CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera y suHaar
Hun
Uw
Zijn mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon que huíanZij/ze liepen weg
Zij/ze ontsnapten
Zij/ze vluchtten sigilosamente entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen la marañaHachelijke toestand
Lichtekooi
Machinatie
Struikgewas
Warboel del bosqueBos
Woud,
haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor OrienteGeleidt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oriënteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst de weg
Ik geleid
Ik leid
Ik leid rond
Ik oriënteer
Ik werk in
Ik wijs de weg
Leidt u rond!
Leidt u!
Oosten
Oriënteert u!
Werkt u in!
Wijst u de weg!; pasaronEr gingen voorbij
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen langs
Zij/ze gingen over
Zij/ze gingen voorbij
Zij/ze haalden in
Zij/ze kwamen langs
Zij/ze kwamen om
Zij/ze lieten door
Zij/ze overkwamen
Zij/ze passeerden
Zij/ze reikten aan
Zij/ze staken over
Zij/ze verdreven
Zij/ze vergingen
Zij/ze verliepen
Zij/ze verstreken junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij nosotrosOns
We
Wij y desaparecieronZij/ze verdwenen a loDe
Hem
Het
U lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg. HuíanZij/ze liepen weg
Zij/ze ontsnapten
Zij/ze vluchtten rápidosExpressen
Exprestreinen
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltreinen
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge
y silenciososGeruisloos
Geruisloze
Gesloten
Stil
Stilzwijgend
Stilzwijgende
Stille
Waar stilte heerst
Zacht
Zachte
Zwijgend
Zwijgende, pintadaAfgeschilderd
Beschilderd
Beschilderde
Geschilderd
Geverfd
Helmparelhoen
Parelhoen
Uitgeschilderd la alarmaAlarm
Alarmeer!
Breng op de been!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze alarmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op de
been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt schrik aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept te wapen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschrikt
Jaag schrik aan!
Onraad
Roep te wapen!
Verontrust!
Verschrik! en la fazAangezicht. OíamosWij/we hoorden
Wij/we vernamen
Wij/we verstonden en la direcciónDe stuurversnelling por dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven los gritosKreten
Roepen
Schreeuwen de los cazadoresJacht- y el estridor de algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de los nuestrosOnze
Van ons.
Los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren encontradoAangetroffen
Bevonden
Getroffen
Gevonden
Ontmoet
Tegemoet getreden
Tegengekomen el pasoEl paso de los pantanosBroeken
Draslanden
Moerassen
Moeren.
Antes deAlvorens te
Voor AdánAdam Jack LondonJack london
DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde, OrejaOor CaídaAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen y yoEgo
Ik seguimosWij vervolgen
Wij/we bewandelden
Wij/we bewandelen
Wij/we bleven aan
Wij/we blijven aan
Wij/we gaan door
Wij/we gingen door
Wij/we hielden bij
Wij/we houden bij
Wij/we vloeiden voort
Wij/we vloeien voort
Wij/we volgden
Wij/we volgden op
Wij/we volgen
Wij/we volgen op
Wij/we zetten voort las huellasAfdrukken
Jij/je betreedt
Jij/je loopt onder de
voet
Jij/je stampt aan
Jij/je vertrapt
Sporen
Voetafdrukken
Voetsporen de CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera y suHaar
Hun
Uw
Zijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon. Nos detuvimosWij/we bleven staan
Wij/we hielden halt
Wij/we hielden stil
Wij/we sloegen af
Wij/we stonden stil
Wij/we stopten alNaar de
Naar het llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven alNaar de
Naar het bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom de la lagunaLa laguna grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank conocíamosWij/we kenden
Wij/we leerden kennen
Wij/we maakten kennis
Wij/we waren bekend met
Wij/we wisten susHaar
Hun
Uw
Zijn
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan. Estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg del lindeBand
Boord
Kant
Rand
Zoom de nuestraOns
Onze
Van ons comarcaGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek y siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend la HordaBende
Horde habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had evitadoGemeden
Ontweken
Uit de weg gegaan
Vermeden
Voorkomen
penetrarBegrijpen
Bevatten
Binnendringen
Doordringen
Doordringen tot het diepst
van de ziel
Doordringen tot op merg
en been
Doorgronden
Doortrekken
Doorzien
Dringen door
Dringen in
Vinnig zijn allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds. NingunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de lops1 que se aventuraronZij/ze dorsten te
Zij/ze durfden te
Zij/ze waagden a hacerloDoen
Laten
Maken regresóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weerom jamásNimmer
Nooit a las
cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken. NuestrasOnze
Van ons almasGeesten
Gemoederen
Zielen veíanZij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen en aquelDat
Die lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel misterioGeheim
Mysterie
Raadsel y horroresVerschrikkingen
Weerzinnen
Zielsangsten, loDe
Hem
Het
U terribleVerschrikkelijk
Verschrikkelijke
desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende. Nos detuvimosWij/we bleven staan
Wij/we hielden halt
Wij/we hielden stil
Wij/we sloegen af
Wij/we stonden stil
Wij/we stopten, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, alNaar de
Naar het bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom. EstábamosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten despavoridos. Los gritosKreten
Roepen
Schreeuwen
de los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur se acercabanZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus cada vezElke keer
Steeds
Telkens... Nos miramosWij/we bekeken ons
Wij/we bekijken ons
Wij/we beschouwden ons
Wij/we beschouwen ons
Wij/we keken elkaar aan
Wij/we kijken elkaar aan
Wij/we spiegelden ons
Wij/we spiegelen ons
consternadosOnthutst
Ontsteld
Ontzet
Verbijsterd
Verbluft. CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera corrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep hard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze racete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprintte por la ciénaga y logróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde erin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde klaar ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige sobre unBovenop een
Op een
montecillo de hierbaGras
Kruid a unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n quince15
Vijftien pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan más alláLangs
Voorbij. SuHaar
Hun
Uw
Zijn mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht seguirleAanblijven
Bewandelen
Bijhouden
Doorgaan
Opvolgen
Volgen
Voortvloeien
Voortzetten.
QuisoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou intentarloAanpassen
Beproeven
Passen
Pogen
Proberen
Toetsen
Trachten
Uitproberen
Van plan zijn
Voorhebben
Voornemens zijn
Zich voorstellen, peroDoch
Echter
Maar retrocedióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deinsde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging achteruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug asustadaGelaten schrikken
Geschrokken
Opgeschrikt
Schrik aangejaagd
Verontrust
Verschrikt anteSuède
Ten overstaan van
Voor la engañosaBedrieglijk
Bedrieglijke
Misleidend
Misleidende superficieBuitenzijde
Oppervlak
Oppervlakte
Vlak de la
ciénaga.
DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht esperarmeAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op, niEn niet
Evenmin
Noch se detuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte hasta queTot
Totdat huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was pisadoAangestampt
Betreden
Geprakt
Getrapt op
Ingetrapt
Onder de voet gelopen
Vertrapt en firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige
sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! otroAnder
Andere
Nog een
Nog één montículo mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere, unos cuantosEnige MetrosMeters
Metra
Metro's
Metrums
Versmaten más alláLangs
Voorbij de CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera. Los
HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur aparecieronZij/ze daagden op
Zij/ze draafden op
Zij/ze kwamen te voorschijn
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze verschenen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los árbolesBomen
Masten en el precisoIk heb nodig
Juist
Juiste
Minutieus
Minutieuze
Precies
Precieze
Scherp
Scherpe
Secure
Secuur
Stipt
Stipte
Zorgvuldig
Zorgvuldige instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip en queWaarin
OrejaOor CaídaAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen y yoEgo
Ik habíamosHadden wij
Wij/we hadden
Wij/we waren conseguidoBehaald
Bereikt
Buitgemaakt
Erin geslaagd om
Gekregen
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Vervolgd
Verworven llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant. La mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon de CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera, aterrorizadaGeterroriseerd
Schrik aangejaagd
Verschrikt alNaar de
Naar het verlosBekijken
Kijken
Zien, se lanzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte zich trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over de nosotrosOns
We
Wij; peroDoch
Echter
Maar piséIk betrad
Ik liep onder de
voet
Ik prakte
Ik stampte aan
Ik trapte in
Ik trapte op
Ik vertrapte aturdidaBedwelmd,
rompióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrak la costraKorst
Roof que cubríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekte toe
Ik bedekte
Ik belegde
Ik beschermde
Ik dekte
Ik dekte toe la ciénaga y se hundióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezweek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdiepte zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk weg en el barroDrek
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Klei
Mee-eter
Modder
Puistje
Slib
Slijk
Slik. La vimosWij/we bekeken
Wij/we keken
Wij/we zagen bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware el
fuegoVuur ticTic
Trek
Zenuwtrek los dardosDarts
Pijltjes, luchandoKampend
Strijdend
Worstelend desesperadamenteWanhopig mientras queTerwijl se ibaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zich
sumergiendoIndompelend
Indopend
Onderdompelend
Soppend. Las flechasPijlen
Scheuten comenzaronZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan a lloverGieten
Regenen en lomoKruis
Lende
Lendenstuk
Rug
Rugstuk nuestroOns
Onze
Van ons. CaraAangezicht
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facie
Geacht
Geachte
Gelaat
Geliefd
Geliefde
Gezicht
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlak
Porem
Prijzig
Prijzige
Toet
Vlak
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle BarbudaBarbuda
Coprinus comatus
Geschubde inktzwam
Grote parasolzwam
Lepiota procera
Macrolepiota procera se
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had reunidoGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld conDoor
Met
Per
Samen met nosotrosOns
We
Wij y nos lanzamosWij/we storten ons
Wij/we stortten ons adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit!, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabíamosWij/we kenden
Wij/we smaakten
Wij/we wisten adóndeWaarheen,
penetrandoBegrijpend
Bevattend
Binnendringend
Doordringend
Doordringend tot het diepst
van de ziel
Doordringend tot op merg
en been
Doorgrondend
Doortrekkend
Doorziend
Dringend door
Dringend in
Vinnig zijnd en loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte del pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras.
CAPíTULOChapiter
Hoofdstuk
Kapittel XVIII
N0 TENGOIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast recuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de nuestrosOnze
Van ons errantes pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via los grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
pantanosBroeken
Draslanden
Moerassen
Moeren. Un enjambreBijenzwerm
Drom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwermt uit
Ik zwerm uit
Zwerm
Zwermt u uit! de sueltasBekwaam
Bekwame
Driest
Drieste
Enkel
Enkele
Jij/je laat los
Jij/je maakt los
Licht
Lichte
Los
Losbandig
Losbandige
Losgelaten
Losgemaakt
Losse
Ongedwongen
Ongegeneerd
Ongegeneerde
Ruim
Ruime
Stoutmoedig
Stoutmoedige
Uiteengevallen
Vaardig
Vaardige
Vlug
Vlugge
Vrij
Vrije desligadas impresionesAfdrukken
Indrukken
Jij/je belicht
Jij/je maakt indruk op
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt tentoon
Jij/je zet uiteen
Sporen
Voetsporen, conDoor
Met
Per
Samen met pérdidaGebrek
Gemis
Nadeel
Schade
Verlies totalAlgeheel
Algehele
Alles bij elkaar
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gezamenlijk bedrag
Heel
Hele
In het geheel genomen
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle de la
nociónBegrip
Benul
Besef
Gewaarwording
Inzicht
Notie
Opvatting del tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd, formanZij/ze formeren
Zij/ze gaan aan
Zij/ze paraderen
Zij/ze pralen
Zij/ze prijken
Zij/ze pronken
Zij/ze vormen misMi's
Mijn confusosBedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beschaamd
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Overtuigd
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! cuántosHoelang
Hoeveel díasDagen
Etmalen
vagaríamosWij/we zouden dolen
Wij/we zouden drentelen
Wij/we zouden dwalen
Wij/we zouden flaneren
Wij/we zouden kuieren
Wij/we zouden ronddolen
Wij/we zouden ronddwalen
Wij/we zouden rondhangen
Wij/we zouden slenteren
Wij/we zouden waren
Wij/we zouden zwerven por aquellaDat
Die
Diegene vastaGroot
Grote
Onmetelijk
Onmetelijke
Ontzaglijk
Ontzaglijke
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde extensiónAfgeven
Bestek
Grootte
Omvang
Ontvouwen
Ophouden
Register
Rekken
Rol
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitbreiding
Uitgebreidheid
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Verspreiden, desiertoEenzaam
Eenzame
Onbemand
Onbemande
Onbevolkt
Onbevolkte
Onbewoond
Onbewoonde
Uitgestorven
Verlaten
Wildernis
Woestenij
Woestijn húmedoKlam
Klamme
Mottig
Mottige
Vochtig
Vochtige y empapadoDoordrenkt
Doorweekt
Doorweekte
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Opgeslorpt, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin nos(Aan) ons
Ons
atacabanZij/ze attaqueerden
Zij/ze grepen aan
Zij/ze tackelden
Zij/ze tastten aan
Zij/ze vielen aan las venenosasGiftig
Giftige serpientesOphidia
Serpenten
Serpentes
Slangen, nos(Aan) ons
Ons rugíanZij/ze briesten
Zij/ze brulden
Zij/ze brulden uit
Zij/ze bulkten
Zij/ze loeiden los animalesBeesten
Dieren ferocesGruwelijk
Gruwelijke
Wrede
Wreed y dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin el
sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem de barroDrek
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Klei
Mee-eter
Modder
Puistje
Slib
Slijk
Slik se abríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende de rij devorador bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware nuestrasOnze
Van ons plantasEtages
Jij/je plant
Jij/je plant aan
Jij/je poot
Planten
Verdiepingen
Voetzolen
Zolen, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend presto aBereid om te
Ik leen aan
sepultarnosBegraven
Een lijk bezorgen
Ter aarde bestellen.
RecuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir que volvimosWij/we draaiden
Wij/we draaiden om
Wij/we draaiden rond
Wij/we gingen terug
Wij/we gingen weer
Wij/we keerden
Wij/we keerden terug
Wij/we keerden weder
Wij/we kwamen terug
Wij/we kwamen weder
Wij/we kwamen weerom
Wij/we liepen terug
Wij/we trokken terug
Wij/we wendden
Wij/we wentelden
Wij/we zwenkten sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! nuestrosOnze
Van ons pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan innumerablesOntelbaar
Ontelbare
Talloos
Talloze vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten y que
recorrimosWij/we bereisden
Wij/we gingen door
Wij/we legden af
Wij/we liepen af
Wij/we reisden door
Wij/we reisden rond
Wij/we trokken door las riberasOevers de los ríosRivieren
Stromen y, las de los lagosLagos
Meren
Plassen
Waterplassen, que eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals viscososKleverig
Kleverige
Visceus
Visceuse
maresZeeën. OtrasAnder
Andere
Nog één vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten, la tormentaDonderbui
Noodweer
Onweer
Storm
Stormwind hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit ascenderAvanceren
Beklimmen
Bestijgen
In rang opklimmen
Klimmen
Naar boven gaan
Oprukken
Overgaan
Promotie maken
Rijzen
Stijgen las aguasBadplaats
Jij/je begiet
Jij/je besproeit
Jij/je bevloeit
Jij/je geeft water
Jij/je giet
Jij/je lengt aan
Jij/je sproeit
Jij/je verdunt met water
Jij/je watert
Wateren
Waters, y alNaar de
Naar het inundarDuiken
Onderduiken
Zinken las grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
extensionesBestekken
Grootten
Groottes
Omvangen
Registers
Rollen
Uitbreidingen
Uitgebreidheden de tierrasAardbodems
Aardrijken
Bodems
Gronden
Landen bajasAchteruitgangen
Debacles
Gemeen
Gemene
Jij/je daalt
Jij/je daalt af
Jij/je gaat naar beneden
Jij/je gaat naar beneden
uitstappen
Jij/je geeft korting
Jij/je kort
Jij/je laat neer
Jij/je slaat af
Jij/je stapt af
Jij/je stapt uit
Jij/je trekt af
Jij/je verlaagt
Jij/je verzakt
Jij/je zakt
Jij/je zakt weg
Jij/je zinkt
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Ondergangen
Verflauwingen
Verminderingen
Vervallen
Zwaar
Zware, veníanZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee períodosCycli
Cyclussen
Menstruaties
Omlooptijden
Perioden
Periodes
Tijdkringen
Tijdperken
Tijdvakken de hambreHonger y miseriaArmoe
Ellende
Misère
Narigheid
Nood
Schamelheid, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
quedábamosWij/we bevonden ons
Wij/we bleven
Wij/we pasten
Wij/we raakten in een
bepaalde toestand
Wij/we spraken af
Wij/we stonden
Wij/we waren prisionerosGevangen
Gevangenen en los árbolesBomen
Masten, sitiadosBelegerd por las aguasBadplaats
Jij/je begiet
Jij/je besproeit
Jij/je bevloeit
Jij/je geeft water
Jij/je giet
Jij/je lengt aan
Jij/je sproeit
Jij/je verdunt met water
Jij/je watert
Wateren
Waters.
ConservoIk behoud
Ik berg
Ik bespreek
Ik bewaar
Ik boek
Ik conserveer
Ik houd open
Ik houd over
Ik houd vrij
Ik onderhoud
Ik reserveer el intensoFel
Felle
Hard
Harde
Hevig
Hevige
Intens
Intense
Intensief
Intensieve
Luid
Luide
Sterk
Sterke recuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir de unosVan zo´n grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime árbolesBomen
Masten que nos(Aan) ons
Ons rodeabanZij/ze begrepen
Zij/ze gingen om
Zij/ze gingen rond
Zij/ze omgaven
Zij/ze omgaven met
Zij/ze omringden; de susHaar
Hun
Uw
Zijn
ramasAfdelingen
Branches
Takken pendíanZij/ze hingen filamentosGloeidraden
Helmdraden de musgoMos
Spaans mos grisGrauw
Grauwe
Grijs
Grijze y grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime lianas que se arrastrabanZij/ze kropen en
tornoDraaibank
Draaischijf
Gangspil
Ik breng in de
oorspronkelijke staat terug
Ik ga terug
Ik geef terug
Ik keer terug
Ik zend terug
Lier
Windas
Windspil de ellosHen
Ze
Zij y se revolvíanZij/ze roerden
Zij/ze roerden om y entretejían por el aireLucht. DebajoBeneden
Eronder
Onder se extendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte zich uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte zich uit el
barrizal, el barrizal blanduchoZeer week que exhalaAdem uit!
Damp uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ademt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dampt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wasemt uit
Slaak!
Uit!
Wasem uit! burbujasBlaasjes
Luchtbellen de gasesGassen y palpitaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trilt
Klop!
Tril! y suspiraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikhalst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht naar
Hunker!
Kreun!
Reikhals!
Smacht!
Verlang!
Zucht naar!
Zucht!
conDoor
Met
Per
Samen met internaBinnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Breng naar het binnenland!
Dring binnen in iemands
geheimen!
Dring binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar het
binnenland
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen in
iemands geheimen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interneert
Intern
Interne
Interneer!
Inwendig
Inwendige agitaciónAgitatie
Agiteren
Onrust
Ophitsen
Opruien
Opstoken
Opwinden
Roeren
Schudden. Y en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van todo estoDit alles, estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten una docenaDozijn de los
nuestrosOnze
Van ons. EscuálidosAfstotelijk
Afstotelijke
Mager
Magere
Smerig
Smerige
Vuil
Vuile y enfermosZiek
Ziek geworden
Zieke
Zieken, los huesosBeenderen
Benen
Botten
Graten
Kernen
Knokken
Pitten
Schonken se clarean bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware la pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel tensaGespannen
Haal nauwer aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt nauwer aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze windt op
Rek uit!
Span!
Strak
Strek!
Wind op!. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
cantamosWij/we zingen
Wij/we zongen; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank charlamosWij/we babbelden
Wij/we babbelen
Wij/we keuvelden
Wij/we keuvelen
Wij/we kletsen
Wij/we kletsten
Wij/we praatten
Wij/we praten; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank reímosWij/we lachen
Wij/we lachten. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien divertirnosAmuseren
Onderhouden
Opvrolijken
Vermaken conDoor
Met
Per
Samen met inocentesOnbedorven
Onnozel
Onnozele
Onschuldig
Onschuldige
Rein
Reine
Schuldeloos
Schuldeloze
juegosSpelen
Spelletjes. NuestraOns
Onze
Van ons alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde ingenuaArgeloos
Argeloze
Eenvoudig
Eenvoudige
Naïef
Naïeve
Ongekunsteld
Ongekunstelde
Onnozel
Onnozele y exuberanteGoed ontwikkeld
Overvloedig
Overvloedige
Weelderig
Weelderige se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand desvanecidoVerdwenen
Vervaagd sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting de
renacerOpflikkeren
Opleven. NuestrosOnze
Van ons gritosKreten
Roepen
Schreeuwen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn quejasAanklachten
Bezwaarschriften
Bezwaren
Jij/je bedroeft
Klachten, súplicasSmeekbeden
Smeekbedes, lamentos; nos miramosWij/we bekeken ons
Wij/we bekijken ons
Wij/we beschouwden ons
Wij/we beschouwen ons
Wij/we keken elkaar aan
Wij/we kijken elkaar aan
Wij/we spiegelden ons
Wij/we spiegelen ons
Antes deAlvorens te
Voor AdánAdam Jack LondonJack london
lastimosamente y nos apiñamosWij/we dringen bijeen
Wij/we drongen bijeen temerososAngstaanjagend
Angstaanjagende
Angstig
Angstige
Angstwekkend
Angstwekkende
Bang
Bange
Beangst
Beangste
Beangstigend
Beangstigende
Beducht
Beduchte
Bevreesd
Bevreesde
Laf
Laffe
Lafhartig
Lafhartige
Vervaarlijk
Vervaarlijke
Vreesachtig
Vreesachtige. Parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als el abrazoIk omarm
Ik omhels
Ik omvadem
Omarming
Omhelzing de los supervivientesOverlevenden
el díaDag
Etmaal del finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding del mundoAardrijk
Wereld.
EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind cuadroBed
Bloembed
Bloemperk
Chassis
Doek
Frame
Kader
Perk
Schema
Schilderij
Schildering
Schilderstuk
Tabel
Tuinbed
Vierkant noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tiene relaciónHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aanbelangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betreft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoudt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkeert algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere conDoor
Met
Per
Samen met todas lasAlle demásAnderen
Bovendien
Overig
Overige
Overigen
Verder impresionesAfdrukken
Indrukken
Jij/je belicht
Jij/je maakt indruk op
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt tentoon
Jij/je zet uiteen
Sporen
Voetsporen de los
sucesosBelevenissen
Evenementen
Feiten
Gebeurden
Gebeurtenissen
Voorgevallenen que ocurrieronZij/ze gebeurden
Zij/ze geschiedden
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze overkwamen
Zij/ze vielen voor
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren aan de
hand en el pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je nos(Aan) ons
Ons las arreglaríamosWij/we zouden aanrichten
Wij/we zouden arrangeren
Wij/we zouden herstellen
Wij/we zouden in orde
maken
Wij/we zouden inrichten
Wij/we zouden maken
Wij/we zouden opknappen
Wij/we zouden opruimen
Wij/we zouden ordenen
Wij/we zouden regelen
Wij/we zouden repareren
Wij/we zouden ruimen
Wij/we zouden schikken
Wij/we zouden terechtbrengen
Wij/we zouden verhelpen
Wij/we zouden verstellen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cruzarloDoorkruisen
Kruisen
Oversteken; peroDoch
Echter
Maar loDe
Hem
Het
U ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere es queDat komt omdat
Want al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte conseguimosWij/we behaalden
Wij/we behalen
Wij/we bereiken
Wij/we bereikten
Wij/we haalden in
Wij/we halen in
Wij/we kregen
Wij/we krijgen
Wij/we maakten buit
Wij/we maken buit
Wij/we reiken tot
Wij/we reikten tot
Wij/we slaagden erin om
Wij/we slagen erin om
Wij/we verkregen
Wij/we verkrijgen
Wij/we vervolgden
Wij/we vervolgen
Wij/we verwerven
Wij/we verwierven salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden de élHem
Hij junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij una hileraBeurt
File
Gelid
Reeks
Rij
Toerbeurt de
pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne colinasHeuvelen
Heuvels que descendíanZij/ze daalden
Zij/ze daalden af
Zij/ze daalden neer
Zij/ze gingen naar beneden
Zij/ze stamden af
Zij/ze stapten uit
Zij/ze zonken haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el ríoIk lach
Rivier
Stroom. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was nuestroOns
Onze
Van ons ríoIk lach
Rivier
Stroom, que, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals nosotrosOns
We
Wij,
se libertabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloste
Ik bevrijdde
Ik hielp af
Ik liet los
Ik liet vrij
Ik maakte vrij
Ik verloste allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds del pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras. EncontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden muchasVeel
Vele
Zeer
Zere pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken abiertasBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige en
la piedraHagel
Steen sedimentaria, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij la riberaOever SurZuid
Zuidelijk
Zuiden, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin el rioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lachte se abría pasoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baande zich een
weg a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via
las colinasHeuvelen
Heuvels. Más alláLangs
Voorbij, bramabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bulderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreeuwde van woede
Ik brulde
Ik bulderde
Ik loeide
Ik schreeuwde van woede el marZee contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus la barraDe stang tendidaGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt por la desembocaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mondt uit
Kom uit!
Mond uit!
duraBeklijf!
Blijf aan!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai del ríoDel rio. Y allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds nos(Aan) ons
Ons asentamosWij/we vestigden
Wij/we vestigen
Wij/we zetten neer, en las cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken que nos(Aan) ons
Ons brindabanZij/ze boden aan albergueBedekken
Herbergen
Herbergt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Huisvesten
Ik herberg,
cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks del marZee.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quedábamosWij/we bevonden ons
Wij/we bleven
Wij/we pasten
Wij/we raakten in een
bepaalde toestand
Wij/we spraken af
Wij/we stonden
Wij/we waren muchosVeel
Vele
Zeer
Zere de la HordaBende
Horde. De cuando en cuandoAf en toe
Bij tijd en wijlen
Bij wijlen
Nu en dan
Van tijd tot tijd, en el transcursoLoop van de tijd
Verloop de
los díasDagen
Etmalen, iban(Ze) gingen
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gingen
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren apareciendoOpdagend
Opdravend
Te voorschijn komend
Uitkomend
Verschijnend algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige masDoch
Echter
Maar
Plus que veníanZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee arrastrándoseKruipend por el pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras
inmensoInmens
Inmense
Onbegrensd
Onbegrensde
Oneindig
Oneindige
Onmetelijk
Onmetelijke
Onnoemelijk
Onnoemelijke
Zeer uitgebreid. LlegabanZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven extenuadosVerzwakt
Verzwakte, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals esqueletosGebeenten
Geraamten
Geraamtes
Karkassen
Skeletten que caminasenZij/ze liepen
Zij/ze schreden
Zij/ze stapten
Zij/ze traden
Zij/ze wandelden. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig nos(Aan) ons
Ons
reunimosWij/we concentreerden
Wij/we concentreren
Wij/we hoopten op
Wij/we hoopten opeen
Wij/we hopen op
Wij/we hopen opeen
Wij/we stapelden
Wij/we stapelden op
Wij/we stapelden opeen
Wij/we stapelen
Wij/we stapelen op
Wij/we stapelen opeen
Wij/we verenigden
Wij/we verenigen
Wij/we verzamelden
Wij/we verzamelen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n treinta30
Dertig individuosEnkelingen
Individu's
Individuen
Sujetten de la destrozadaUiteengejaagd
Verbrast
Verkwist
Vermorzeld
Vernield
Verslagen
Verwoest HordaBende
Horde. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus y OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen nosotrosOns
We
Wij. NiEn niet
Evenmin
Noch un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten niñoJongen
Kind sobrevivióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overleefde a las
tremendasBuitengewone
Buitengewoon
Enorm
Enorme
Geducht
Geduchte
Geweldig
Geweldige
Ontzettend
Ontzettende
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke jornadasWerkdagen.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank osJe
Jullie diréIk zal opgeven
Ik zal spreken
Ik zal zeggen nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de los añosJaren que pasamosWij passeren
Wij/we brachten door
Wij/we brengen door
Wij/we gaan langs
Wij/we gaan over
Wij/we gaan voorbij
Wij/we gaven aan
Wij/we gebeurden
Wij/we gebeuren
Wij/we geven aan
Wij/we gingen langs
Wij/we gingen over
Wij/we gingen voorbij
Wij/we haalden in
Wij/we halen in
Wij/we komen langs
Wij/we komen om
Wij/we kwamen langs
Wij/we kwamen om
Wij/we laten door
Wij/we lieten door
Wij/we overkomen
Wij/we overkwamen
Wij/we passeerden
Wij/we passeren
Wij/we reiken aan
Wij/we reikten aan
Wij/we staken over
Wij/we steken over
Wij/we verdreven
Wij/we verdrijven
Wij/we vergaan
Wij/we vergingen
Wij/we verliepen
Wij/we verlopen
Wij/we verstreken
Wij/we verstrijken juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het marZee. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was albergueBedekken
Herbergen
Herbergt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Huisvesten
Ik herberg
propicio y felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíamosWij/we konden
Wij/we mochten vivirLeven
Wonen muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling. TuvimosWij/we hadden
Wij/we hielden
Wij/we hielden bij
Wij/we hielden erop na
Wij/we hielden vast
hijosKinderen
Zonen
Zoons, verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast asidero en la vidaHachje
Leven moríanZij/ze gingen dood
Zij/ze overleden
Zij/ze stierven
Zij/ze verscheidden
Zij/ze versmachtten prematuramenteVoortijdig y
nosotrosOns
We
Wij íbamosWij gingen
Wij/we begaven ons
Wij/we gingen
Wij/we karden
Wij/we liepen
Wij/we liepen van stapel
Wij/we reden
Wij/we verliepen
Wij/we voeren muriendoDoodgaand
Overlijdend
Stervend
Verscheidend
Versmachtend sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van simienteZaad
Zaadje nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws. NuestroOns
Onze
Van ons númeroAantal
Getal
Lot
Numero
Nummer decrecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze taande
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verflauwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verminderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd minder
Ik nam af
Ik slonk
Ik taande
Ik verflauwde
Ik verminderde
Ik werd minder sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
cesarAflaten
Ophouden
Stoppen
Uitscheiden
Wijken.
El cambio deIk wissel van alimentaciónVoeden
Voeding
Voedsel noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank nos(Aan) ons
Ons eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was apropiadoAangepast
Geschikt
Geschikte niEn niet
Evenmin
Noch convenienteBehoorlijk
Behoorlijke
Betamelijk
Betamelijke
Conventioneel
Conventionele
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Keurig
Keurige
Passend
Passende
Raadzaam
Toepasselijk
Toepasselijke
Voegzaam
Voegzame
Welvoeglijk
Welvoeglijke.
EncontrábamosWij/we bevonden
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vonden pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige vegetalesGroeisels
Plantaardig
Plantaardige
Planten
Vegetarisch
Vegetarische y frutasFruit
Vruchten
Vruchtenprodukten escasasGering
Geringe
Klein
Kleine
Pover
Povere
Schaars
Schaarse
Weinig
Weinige
Zeldzaam
Zeldzame y habíamosHadden wij
Wij/we hadden
Wij/we waren de comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten
necesariamenteNoodzakelijkerwijs
Noodzakelijkerwijze pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht. AbundabanZij/ze waren in overvloed
aanwezig
Zij/ze waren overvloedig aanwezig las almejasHartschelpen
Mosselen
Mossels
Strandgapers, las ostrasOesters roqueñas y los grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
cangrejosKrabben
Kreeften
Rivierkreeften
Zoetwaterkreeften marinosMarien
Mariene
Zee-, que el marZee arrojabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit
Ik gooide
Ik gooide uit
Ik smeet
Ik smeet uit
Ik wierp uit sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! las playasStranden los díasDagen
Etmalen tormentososStormachtig
Stormachtige.
TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook las algas marinasCochayuyo - Ulte. Alga marina comestible rica en sales minerales y proteínas. Durvillea antarctica., que nos(Aan) ons
Ons parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als apetitosasSmakelijk
Smakelijke. PeroDoch
Echter
Maar el cambio deIk wissel van
régimen alimenticioDieet nos(Aan) ons
Ons producíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp af
Ik berokkende
Ik bracht op
Ik bracht teweeg
Ik bracht voort
Ik deed aan
Ik leverde op
Ik richtte aan
Ik stichtte
Ik veroorzaakte
Ik wierp af continuosAanhoudend
Aanhoudende
Blijvend
Blijvende
Continu
Continue
Doorlopend
Doorlopende
Gedurig
Gedurige
Onafgebroken
Ononderbroken
Onophoudelijk
Onophoudelijke
Vast
Vaste
Voortdurend
Voortdurende doloresPijnen
Smarten
Weeën de estómagoMaag y estábamosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten
todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle delgadosDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere y consumidosGeconsumeerd
Gegeten
Gesloopt
Opgebruikt
Opgegeten
Opgemaakt
Opgeteerd
Verbruikt
Verorberd
Verteerd. OrejaOor CaídaAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen desaparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween una mañanaMorgen
Ochtend, cuandoAls
Tijdens
Wanneer iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
en buscaOp zoek de abalones. Uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één se cerróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot zich, atrapándole los dedosTenen
Vingeren
Vingers, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la mareaGetij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zeeziek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt lastig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verveelt
Hinder!
Maak zeeziek!
Stuur!
Tij
Val lastig!
Verkoop!
Verveel! bajaAchteruitgang
Daal af!
Daal!
Debacle
Ga naar beneden uitstappen!
Ga naar beneden!
Geef korting!
Gemeen
Gemene
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar beneden
uitstappen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft korting
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zinkt
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Kort!
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Laat neer!
Lage
Ondergang
Sla af!
Stap af!
Stap uit!
Trek af!
Verflauwing
Verlaag!
Vermindering
Verval
Verzak!
Zak weg!
Zak!
Zink!
Zwaar
Zware,
y dejándole(Erop) latend sujetoIk bevestig
Ik bind vast
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik verstevig
Ik zet vast
Onderwerp
Stof
Subject. AlNaar de
Naar het subirBeklimmen
Bestijgen
Hoger zetten
In de trein stappen
Instappen
Klimmen
Naar boven brengen
Naar boven dragen
Naar boven gaan
Omhoog gaan
Opgaan
Opkomen
Opstaan
Rijzen
Stijgen
Verrijzen
Wassen el oleajeBranding
Golfslag
Zee, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht evadirseOntduiken
Ontkomen
Ontsnappen
Ontvluchten
Ontwijken y perecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze crepeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneuvelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verongelukte ahogadoGesmoord
Neergeslagen
Onderdrukt
Patstelling
Verdronken
Verkropt
Verstikt.
EncontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden alNaar de
Naar het siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende díaDag
Etmaal suHaar
Hun
Uw
Zijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf exánime y nos(Aan) ons
Ons sirvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bediende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewees een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaartte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van dienst de escarmiento y
lecciónLes. NingunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de nosotrosOns
We
Wij volvió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug naar quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zich bevinden
Zijn cogidoAangegrepen
Aangevat
Afgeplukt
Beetgenomen
Beetgepakt
Bemachtigd
Gegaan halen
Gegrepen
Gehaald
Genomen
Gepakt
Geplukt
Getokkeld
Gevat
Opgeraapt
Vastgegrepen
Verkregen en la conchaEn gastronomía se utiliza este término cuando se presenta mariscos y crustáceos en su propia caparazón, como por ejemplo, ostras, cangrejos, langosta, etc. cerradaAfgesloten
Dicht
Dichte
Dichtgedaan
Dichtgemaakt
Gesloten
Op slot gedaan
Toegedaan
Vereend
Vereende de un
abalone.
DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde y yoEgo
Ik conseguimosWij/we behaalden
Wij/we behalen
Wij/we bereiken
Wij/we bereikten
Wij/we haalden in
Wij/we halen in
Wij/we kregen
Wij/we krijgen
Wij/we maakten buit
Wij/we maken buit
Wij/we reiken tot
Wij/we reikten tot
Wij/we slaagden erin om
Wij/we slagen erin om
Wij/we verkregen
Wij/we verkrijgen
Wij/we vervolgden
Wij/we vervolgen
Wij/we verwerven
Wij/we verwierven sacarAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit! a una hijaDochter de ambosAlle twee de
Allebei
Beide. A loDe
Hem
Het
U
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige añosJaren;
peroDoch
Echter
Maar tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast el convencimientoOvertuigen
Overtuiging de que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was, sobrevividoOverleefd muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en
aquelDat
Die climaKlimaat tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer insano
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! nosotrosOns
We
Wij. Y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, un díaDag
Etmaal aparecieronZij/ze daagden op
Zij/ze draafden op
Zij/ze kwamen te voorschijn
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze verschenen otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
vinieronZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee ríoIk lach
Rivier
Stroom abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder sobre unBovenop een
Op een rudoGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Scherp
Scherpe catamaránCatamaran, sinoDoch
Echter
Maar en una granGroot
Grote canoaKano de tres3
Drie
remeros, uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los cualesWie
Zij die eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten y siniestroGemeen
Gemene
Linker
Links
Linkse
Noodlottig
Noodlottige
Onbetrouwbaar
Onbetrouwbare
Ongelukkig
Ongelukkige
Onheilspellend
Onheilspellende
Rampzalig
Rampzalige cazadorJacht-. TomaronZij/ze accepteerden
Zij/ze dronken
Zij/ze gebruikten
Zij/ze kregen binnen
Zij/ze namen
Zij/ze namen aan
Zij/ze namen af
Zij/ze namen in
Zij/ze nuttigden
Zij/ze ontvingen
Zij/ze pakten
Zij/ze raapten op
Zij/ze slikten in
Zij/ze sloegen in
Zij/ze snoven op
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land en
nuestraOns
Onze
Van ons playaStrand y el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten cazadorJacht- anduvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelde (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte examinandoAflezend
Controlerend
Checkend
Examinerend
Explorerend
Nagaand
Nakijkend
Nauwkeurig onderzoekend
Onderzoekend
Surveillerend
Toeziend
Uitvissend
Uitzoekend
Vorsend nuestrasOnze
Van ons cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken,
renqueandoHinkend
Mank lopend todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch.
Antes deAlvorens te
Voor AdánAdam Jack LondonJack london
Se fueronZij/ze gingen af
Zij/ze gingen weg
Zij/ze vertrokken
Zij/ze verwijderden zich inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo. DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus aterrorizadaGeterroriseerd
Schrik aangejaagd
Verschrikt que ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
de nosotrosOns
We
Wij. PasóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek la nocheAvond
Nacht inquietaBeducht
Beduchte
Bekommerd
Bekommerde
Bezorgd
Bezorgde
Druk
Drukke
Gejaagd
Gejaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt schrik aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschrikt
Jaag schrik aan!
Ongerust
Ongeruste
Onrustig
Onrustige
Rusteloos
Rusteloze
Verontrust!
Verschrik!
Woelig
Woelige
Zorgelijk
Zorgelijke, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen llantosGehuil y gemidosGekermd
Geklaagd
Gezucht, y a la mañanaMorgen
Ochtend
siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende cogióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemachtigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan la niñaKind
Meisje
Wicht entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen susHaar
Hun
Uw
Zijn brazosArmen, y conDoor
Met
Per
Samen met agudosAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige gritosKreten
Roepen
Schreeuwen y gestosGebaren
Gestes meMe
Mij obligóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplichtte a
emprenderEen ambt aanvaarden
In dienst treden
Ondernemen una segunda2e
Tweede huída. Ocho8
Acht miembrosLedematen
Leden
Lidmaten, los únicosAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke que quedabanZij/ze bevonden zich
Zij/ze bleven
Zij/ze pasten
Zij/ze raakten in een
bepaalde toestand
Zij/ze spraken af
Zij/ze stonden
Zij/ze waren de la
antiguaAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Antigua
Antigua guatemala
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude HordaBende
Horde, se quedaronZij/ze bleven
Zij/ze bleven achter
Zij/ze bleven over
Zij/ze resteerden
Zij/ze restten
Zij/ze toefden
Zij/ze verbleven
Zij/ze werden en las cavernasGrotten
Holen
Holten
Holtes
Krochten
Spelonken. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ellosHen
Ze
Zij.
AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank volvieran aZij/ze gingen terug naar
Zij/ze keerden terug naar
Zij/ze kwamen terug naar aproximarseIn aantocht zijn
Naderen, pereceríanZij/ze zouden creperen
Zij/ze zouden omkomen
Zij/ze zouden ondergaan
Zij/ze zouden sneuvelen
Zij/ze zouden vergaan
Zij/ze zouden verongelukken alNaar de
Naar het pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware el influjoInvloed malignoBoosaardig
Boosaardige
Hatelijk
Hatelijke
Kwaadaardig
Kwaadaardige
Maligne
Snode
Snood
Te kwader trouw
Vals
Valse del climaKlimaat. La HordaBende
Horde noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat constituidaGevormd
Samengesteld
Uitgemaakt paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
vivirLeven
Wonen en las costasKusten
Kustlijnen
Zeekusten.
ViajamosWij/we reisden
Wij/we reizen haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el SurZuid
Zuidelijk
Zuiden, bordeandoLaverend el granGroot
Grote pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras, peroDoch
Echter
Maar sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te aventurarnosOp het spel zetten
Riskeren
Verspelen
Wagen jamásNimmer
Nooit
por el interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot. AtravesamosWij doorsteken
Wij/we doorkruisen
Wij/we doorkruisten
Wij/we gaan door
Wij/we gaan over
Wij/we gaan te boven
Wij/we gingen door
Wij/we gingen over
Wij/we gingen te boven
Wij/we komen door
Wij/we kwamen door
Wij/we legden af
Wij/we leggen af
Wij/we liepen af
Wij/we liepen over
Wij/we lopen af
Wij/we lopen over
Wij/we maakten door
Wij/we maken door
Wij/we staken over
Wij/we steken over
Wij/we trekken door
Wij/we trokken door una hileraBeurt
File
Gelid
Reeks
Rij
Toerbeurt de montañasBergen
Gebergten
Gebergtes que descendíanZij/ze daalden
Zij/ze daalden af
Zij/ze daalden neer
Zij/ze gingen naar beneden
Zij/ze stamden af
Zij/ze stapten uit
Zij/ze zonken haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la costaKust
Kustlijn
Zeekust,
y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had albergueBedekken
Herbergen
Herbergt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Huisvesten
Ik herberg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! nosotrosOns
We
Wij, niEn niet
Evenmin
Noch árbolesBomen
Masten dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin cobijarnosBedekken
Herbergen
Huisvesten, huimosWij/we liepen weg
Wij/we lopen weg
Wij/we ontsnappen
Wij/we ontsnapten
Wij/we vluchten
Wij/we vluchtten
nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el SurZuid
Zuidelijk
Zuiden. LlegamosWij/we arriveerden
Wij/we arriveren
Wij/we brachten door
Wij/we brengen door
Wij/we gaven aan
Wij/we geven aan
Wij/we komen aan
Wij/we kwamen aan
Wij/we landden aan
Wij/we landen aan
Wij/we reiken aan
Wij/we reikten aan
Wij/we verdreven
Wij/we verdrijven a orillasBanden
Boorden
Kanten
Kusten
Oevers
Randen
Stootkanten
Wallen
Waterkanten
Zomen de un ríoIk lach
Rivier
Stroom, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer familiarBloedverwant
Eenvoudig
Eenvoudige
Familiaar
Familiare
Familie-
Familielid
Gemeen
Gemeenzaam
Gemeenzame
Gemene
Gemoedelijk
Gemoedelijke
Huiselijk
Huiselijke
Vertrouwd
Vertrouwde
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke
Verwant
Zonder plichtplegingen, alNaar de
Naar het parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen, a
DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde.. Sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds se habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou het met
iemand aan de stok krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich gedragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich met
iemand meten refugiadoIn veiligheid gebracht
Onderdak verleend aan
Opgenomen
Vluchteling duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens los cuatro4
Vier añosJaren de
ausenciaAbsentie
Afwezigheid
Mangel
Uitstedigheid
Verstek
Verzuim de la HordaBende
Horde. LoDe
Hem
Het
U cruzamosWij/we doorkruisen
Wij/we doorkruisten
Wij/we kruisen
Wij/we kruisten
Wij/we staken over
Wij/we steken over sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n leñosBlokken
Houtblokken, y en la orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom opuestaGesteld tegenover
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenover elkaar gesteld
Tegenovergelegen
Tegenovergesteld, en la
cumbreBergtop
Kruin de un enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische acantiladoKlif
Klip
Steil
Steile, encontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden un nuevoNieuw
Nieuwe hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis, una cavernaGrot
Hol
Holte
Krocht
Spelonk bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
defendidaOpgekomen voor
Verdedigd
Verweerd y ocultaClandestien
Clandestiene
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontveinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbergt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschuilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstopt
Occult
Occulte
Ontveins!
Verberg!
Verborgen
Verdekt
Verdekte
Verheel!
Verkapt
Verkapte
Verscholen
Verschuil!
Verstop!
Verstopt
Verstopte por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige a los ojosKijkers
Ogen de cuantosAllen
Hoeveel ook
Iedereen
Kwanta
Kwantums
Quanten
Van allen miraranZij/ze bekeken
Zij/ze blikten
Zij/ze blikten aan
Zij/ze keken
Zij/ze keken aan
Zij/ze keken naar
Zij/ze keken toe
Zij/ze schouwden
Zij/ze wierpen een blik
Zij/ze wierpen een blik
op
Zij/ze zagen toe desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder.
PocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige meMe
Mij queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl relatarVerhalen
Vertellen de miMi
Mijn largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds moramos DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid
AlegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde y yoEgo
Ik muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds hicimosWij maakten
Wij/we bedreven
Wij/we brachten uit
Wij/we deden
Wij/we maakten
Wij/we maakten aan
Wij/we richtten uit
Wij/we voerden uit prosperarBloeien
Floreren
Gedijen
Tieren
Vooruitkomen
Welvaren una familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin. ConDoor
Met
Per
Samen met estoDeze
Dit
terminanZij/ze besluiten
Zij/ze beëindigen
Zij/ze eindigen
Zij/ze lopen af
Zij/ze maken af
Zij/ze maken uit
Zij/ze sluiten af
Zij/ze voleindigen misMi's
Mijn recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tuvimos queWij/we behoorden
Wij/we dienden
Wij/we hoorden
Wij/we moesten emprenderEen ambt aanvaarden
In dienst treden
Ondernemen nuevasNieuw
Nieuwe emigracionesEmigraties y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
soñadoGedroomd
Gemijmerd nuncaNimmer
Nooit más alláLangs
Voorbij de estaDeze
Dit altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven eEn inaccesibleOntoegankelijk
Ontoegankelijke cavernaGrot
Hol
Holte
Krocht
Spelonk. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds debióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd nacerGeboren worden
Ontluiken
Ontstaan
Spruiten aquelDat
Die
hijoKind
Zoon míoMijne
Van mij que heredóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beërfde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erfde la tramaBekonkel!
Beraam!
Complot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekonkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beraamt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze intrigeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze konkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plant
Inslag
Inslag (v.e. stof)
Intrigeer!
Konkel!
Ontwerp!
Plan!
Plot
Samenzwering de misMi's
Mijn sueñosDromen
Slapen, que se moldeóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze goot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze goot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kneedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormde llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend en suHaar
Hun
Uw
Zijn senoBaarmoeder
Bocht
Boezem
Borst
Holte
Schoot
Sinus
todas lasAlle impresionesAfdrukken
Indrukken
Jij/je belicht
Jij/je maakt indruk op
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt tentoon
Jij/je zet uiteen
Sporen
Voetsporen de miMi
Mijn vidaHachje
Leven, o, por mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever decirOpgeven
Spreken
Zeggen, de la vidaHachje
Leven de DienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet van tanden
Ik voorzie van tanden
Tand
Teentje
Teentje (knoflook)
Voorziet u van tanden! LargoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig,
miMi
Mijn otroAnder
Andere
Nog een
Nog één yoEgo
Ik que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats en realidadRealiteit
Werkelijkheid miMi
Mijn yoEgo
Ik; peroDoch
Echter
Maar que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, no obstanteDesalniettemin
Desniettegenstaande
Desondanks
Echter
Maar
Niettemin
Toch, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer realDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Reaal
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij,
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere,, vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten en quéWat
Welke edadLeeftijd
Ouderdom estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit viviendoLevend
Wonend realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk.
A menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds me preguntoIk vraag me af algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van miMi
Mijn líneaLijn
Linaceae
Linie
Regel
Schreef
Streep
Toer
Vlasfamilie de descendenciaAfkomst
Afstamming
Herkomst
Komaf
Nageslacht
Oorsprong. YoEgo
Ik, el
modernoBijdetijds
Bijdetijdse
Modern
Moderne
Nieuwerwets
Nieuwerwetse yoEgo
Ik, soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats indiscutiblementeOnbetwistbaar
Vast en zeker hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent; peroDoch
Echter
Maar yoEgo
Ik, DienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet van tanden
Ik voorzie van tanden
Tand
Teentje
Teentje (knoflook)
Voorziet u van tanden! LargoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig, el primitivoAanvangs-
Aanvankelijk
Aanvankelijke
Begin-
Primitief
Primitieve
yoEgo
Ik, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent. EstosDeze
Dezen dos2
Do's
Twee
Tweede componentesBestanddelen
Componenten de miMi
Mijn dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u!
personalidadPersonaliteit
Persoonlijkheid debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd conectarseAansluiten
Verbinden en algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde y por líneaLijn
Linaceae
Linie
Regel
Schreef
Streep
Toer
Vlasfamilie directaDirect
Directe
Live
Onmiddellijk
Onmiddellijke
Recht
Rechte
Rechtstreeks
Rechtstreekse de
descendenciaAfkomst
Afstamming
Herkomst
Komaf
Nageslacht
Oorsprong. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zitten
Ik zou liggen
Ik zou me bevinden
Ik zou zijn
Ik zou zitten la HordaBende
Horde, en el momentoHet ogenblik de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn destruidaVernield
Vernietigd
Verwoest, recorriendoAfleggend
Aflopend
Bereizend
Doorgaand
Doorreizend
Doortrekkend
Gaand door
Rondreizend
el procesoGeding
Gerechtszaak
Ik verwerk
Ontwikkelingsgang
Proces
Rechtsgeding
Rechtszaak
Verloop
Zaak de suHaar
Hun
Uw
Zijn humanización? ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habríamosWij/we zouden hebben
Wij/we zouden zijn llevado a caboNagekomen
Nageleefd
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Voltrokken nosotrosOns
We
Wij, yoEgo
Ik y los
míosVan mij, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind procesoGeding
Gerechtszaak
Ik verwerk
Ontwikkelingsgang
Proces
Rechtsgeding
Rechtszaak
Verloop
Zaak hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs realizarloHet realiseren por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige? Por otra parteAan de andere kant
Anderzijds
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest, ¿noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
que algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de misMi's
Mijn descendientesAfdalingen
Afstammelingen
Nakomelingen
Nazaten se hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand unidoAaneengevoegd
Bijeengebracht
Samengebracht
Verbonden
Verenigd a los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten del FuegoVuur,
convirtiéndose enWordend uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u? NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! niEn niet
Evenmin
Noch hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze humanoHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke de saberloKennen
Smaken
Weten.
SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand una cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere: que DienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet van tanden
Ik voorzie van tanden
Tand
Teentje
Teentje (knoflook)
Voorziet u van tanden! LargoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig estampóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze printte en la constituciónConstitutie
Grondwet
Samenstellen
Uitmaken
Vormen cerebralHersen- de
suHaar
Hun
Uw
Zijn progenie todas lasAlle impresionesAfdrukken
Indrukken
Jij/je belicht
Jij/je maakt indruk op
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt tentoon
Jij/je zet uiteen
Sporen
Voetsporen de suHaar
Hun
Uw
Zijn vidaHachje
Leven, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer indeleblemente, que la
muchedumbreDrom
Menigte
Schare de descendientesAfdalingen
Afstammelingen
Nakomelingen
Nazaten que separanZij/ze halen uit elkaar
Zij/ze scheiden
Zij/ze scheiden af
Zij/ze schiften
Zij/ze zonderen af unenZij/ze brengen bijeen
Zij/ze brengen samen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verenigen
Zij/ze voegen aaneen ambasBeide generacionesGeneraties
Geslachten, la suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u y
la míaVan mij, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank consiguieronZij/ze behaalden
Zij/ze bereikten
Zij/ze haalden in
Zij/ze kregen
Zij/ze maakten buit
Zij/ze reikten tot
Zij/ze slaagden erin om
Zij/ze verkregen
Zij/ze vervolgden
Zij/ze verwierven borrarlasDoorhalen
Schrappen
Uitvegen
Uitwissen
Wissen.
AúnNog
Nog altijd
Nog steeds deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld contarAftellen
Berekenen
Calculeren
Debiteren
Neertellen
Rekenen
Tellen
Uitrekenen
Verhalen
Vertellen
Voorlezen otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak antes deAlvorens te
Voor ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot finalBeslissingswedstrijd
Besluit
Beëindiging
Eind
Eind-
Einde
End
Finale
Slot
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Voleinding. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden muchasVeel
Vele
Zeer
Zere vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten y que debióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd ocurrirAan de hand zijn
Gebeuren
Geschieden
Overkomen
Plaatsvinden
Voorkomen
Voorvallen, realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk, en la épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht de miMi
Mijn vidaHachje
Leven en la
altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven cavernaGrot
Hol
Holte
Krocht
Spelonk del acantiladoKlif
Klip
Steil
Steile. RecuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir que errabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte een fout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergiste zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat ernaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwierf
Ik doolde
Ik doolde rond
Ik dwaalde
Ik dwaalde rond
Ik maakte een fout
Ik vergiste me
Ik waarde
Ik zat ernaast
Ik zwierf sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te rumboKoers
Kompasstreek
Streek
Windstreek, haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor OccidenteAvondland
Westen
Westerse wereld, por
una selvaOerwoud espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik! y enmarañada. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds tropecéIk struikelde conDoor
Met
Per
Samen met una tribuGeslacht
Stam
Volksstam de HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten de los
ÁrbolesBomen
Masten. Me agazapéIk hield me schuil
Ik verborg me entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n matasBosjes
Heesters
Jij/je brengt om
Jij/je doodt
Jij/je maakt dood
Jij/je slacht
Jij/je slacht af
Kreupelbosjes
Mastiekbomen
Stelen
Stengels y observéIk bemerkte
Ik keek toe
Ik merkte
Ik merkte op
Ik nam waar
Ik observeerde
Ik sloeg gade
Ik zag toe susHaar
Hun
Uw
Zijn juegosSpelen
Spelletjes. CelebrabanZij/ze celebreerden
Zij/ze droegen op
Zij/ze vierden un
concilioConcilie
Ik rijm
Kerkvergadering de risasGelachen, piruetasPirouetten
Pirouettes y corosKoren
Reien
Zangkoren de chillonas canturías monótonasEentonig
Eentonige
Monotone
Monotoon
Saai.
De prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast, cesaronZij/ze hielden op
Zij/ze lieten af
Zij/ze scheden uit
Zij/ze scheidden uit
Zij/ze stopten
Zij/ze weken en susHaar
Hun
Uw
Zijn cánticosKerkgezangen
Kerkliederen y cabriolasBokkensprongen. Se retiraronZij/ze bliezen de aftocht
Zij/ze krabbelden terug
Zij/ze maakten zich uit
de voeten
Zij/ze trokken af
Zij/ze trokken zich terug amedrentadosBang geworden
Bevreesd gemaakt
Bevreesd geworden
De moed verloren
Geïntimideerd
Schrik aangejaagd,
escudriñandoAfzoekend
Doorzoekend
Uitvorsend conDoor
Met
Per
Samen met ansiososBegerig
Begerige
Benauwd
Benauwde
In spanning
Vurig verlangend ojosKijkers
Ogen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hallarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Treffen
Vinden
Waarnemen
Zien un caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg de retiradaAftocht
Ingetrokken
Retraite
Teruggetrokken
Terugmars
Terugtrekking
Uitgehaald
Verwijderd. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op!
Antes deAlvorens te
Voor AdánAdam Jack LondonJack london
BermejoBermejo avanzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze anticipeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorderde entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los queWie
Zij die se alejabanZij/ze verwijderden zich van temerososAngstaanjagend
Angstaanjagende
Angstig
Angstige
Angstwekkend
Angstwekkende
Bang
Bange
Beangst
Beangste
Beangstigend
Beangstigende
Beducht
Beduchte
Bevreesd
Bevreesde
Laf
Laffe
Lafhartig
Lafhartige
Vervaarlijk
Vervaarlijke
Vreesachtig
Vreesachtige. OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank intentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van plan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voornemens
hacerlesAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u. DetrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin, sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! las piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen nudosasKnobbelig
Knobbelige
Knoestig
Knoestige
Kwastig
Kwastige y
encogidasBang
Bange
Beschroomd
Beschroomde
Nauwer gemaakt
Schroomvallig
Schroomvallige
Schuw
Schuwe
Vernederd
Verootmoedigd
Vreesachtig
Vreesachtige, apoyándoseLeunend conDoor
Met
Per
Samen met los nudillosKnokkels
Knoopjes a ambosAlle twee de
Allebei
Beide ladosFlanken
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten, veníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Ik kwam
Ik kwam mee una hembraMoer
Vrouw
Wijfje viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten de
los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten de los ÁrbolesBomen
Masten: eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was suHaar
Hun
Uw
Zijn últimaAchterste
Jongstleden
Laatste esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw. OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo se sentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette zich en medioMiddenin
del circuloIk ben in omloop
Ik circuleer
Ik ga rond
Ik rouleer
Ik stroom. AúnNog
Nog altijd
Nog steeds leHaar
Hem
Het
U veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie alNaar de
Naar het escribirComponeren
Neerschrijven
Scheppen
Schrijven
Uitschrijven estasDeze
Dezen líneasLijnen
Linies
Regelen
Regels
Schreven
Strepen
Toeren; gruñeGrom!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knort
Knor!, susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen se inflamanZij/ze geraken in vuur
Zij/ze ontbranden
Zij/ze ontvlammen
Zij/ze vatten vuur
Zij/ze worden hartstochtelijk
Zij/ze worden ontstoken
mientras queTerwijl contemplaBeschouw!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koekeloert
Koekeloer! en tornoDraaibank
Draaischijf
Gangspil
Ik breng in de
oorspronkelijke staat terug
Ik ga terug
Ik geef terug
Ik keer terug
Ik zend terug
Lier
Windas
Windspil alNaar de
Naar het círculoCirkel
Gezelschap
Kring
Rondje de los HombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten de los ÁrbolesBomen
Masten. En
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer, levantaBeur!
Haal op!
Hef op!
Hef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Kook op!
Richt op!
Sla op!
Til op!
Til!
Verhef!
Vestig!
Zet neer! la enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische piernaBeen
Bout
Onderbeen
Poot
Schenkel
Schenkelvlees ganchuda y conDoor
Met
Per
Samen met los retorcidosGetwijnd
Gewrongen
Verbogen
Verdraaid
Vertrokken
Verwrongen dedosTenen
Vingeren
Vingers se rascaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klauwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krabt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krauwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scharrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schraapt
Klauw!
Krab!
Krauw!
Scharrel!
Schraap! la
panzaBuik
Pens... EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op! BermejoBermejo. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el atavismoAtavisme...
FINBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |