Ivonnet se ofrecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
registrarAantekenen
Afzoeken
Boeken
Doorzoeken
Fouilleren
Opschrijven
Registreren
Vastleggen
la selvaOerwoud. NadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
que élHem
Hij
podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
hacerloDoen
Laten
Maken
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
a másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten
las
vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugkeren
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen
y revueltasGeroerd
Omgeroerd
Onzeker
Onzekere
Putschen
del bosqueBos
Woud
, eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
ágilSnel
Snelle
Vlot
Vlotte
Vlug
Vlugge
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un gamoDamhert y astutoArglistig
Arglistige
Doortrapt
Doortrapte
Gewiekst
Gewiekste
Listig
Listige
Slim
Slimme
Uitgeslapen
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una zorraMoervos
Vos
Wijfjesvos
. Por másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que Gertrudis pusieseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik bracht op
Ik bracht op gang
Ik deed
Ik deed aan
Ik kreeg aan de
 praat
Ik legde
Ik legde neer
Ik legde op
Ik plaatste
Ik schakelde in
Ik stak
Ik stelde
Ik stopte
Ik trok aan
Ik vlijde
Ik zette
Ik zette aan
Ik zette neer

el gritoIk balk
Ik blaat
Ik brul
Ik gier
Ik grom
Ik hinnik
Ik joel
Ik jouw uit
Ik loei
Ik roep
Ik schreeuw
Kreet
Roep
Schreeuw
en el cieloHemel
Lucht
o intentaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van plan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voornemens
Ik beproefde
Ik had voor
Ik paste
Ik paste aan
Ik poogde
Ik probeerde
Ik probeerde uit
Ik stelde me voor
Ik toetste
Ik trachtte
Ik was van plan
Ik was voornemens
oponerse aZich verzetten tegen que suHaar
Hun
Uw
Zijn
amanteGeliefde
Maîtresse
Minnaar
Minnares
ejecutaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht ter dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze executeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde terecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voltrok
Ik bracht ter dood
Ik executeerde
Ik kwam na
Ik leefde na
Ik stelde terecht
Ik verrichtte
Ik vervulde
Ik voerde uit
Ik voltrok
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
peligrosoGevaarlijk
Gevaarlijke
Hachelijk
Hachelijke
Link
Linke
encargoAanvraag
Aanvragen
Bestellen
Bestelling
Ik belast met
Ik bestel
Ik draag op
Ik geef opdracht
Ik vraag aan
Opdragen
Order
, en dos2
Do's
Twee
Tweede
palabrasBewoordingen
Woorden

leHaar
Hem
Het
U
dieron aZij/ze zagen uit op entenderAanvoelen
Begrijpen
Beseffen
Bevatten
Snappen
Vatten
Verstaan
que el instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
inoportunoOngelegen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
manifestarLaten blijken
Manifesteren
Tonen
Uiten
susceptibilidadesErezaken
Lichtgeraaktheden
amorosasLiefdes- que
habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren
de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
apreciadasAchting gehad voor
Achting toegedragen
Begroot
Geacht
Geapprecieerd
Gehecht aan
Gehouden van
Gemogen
Geschat
Getaxeerd
Gewaardeerd
Hooggeacht
Op prijs gesteld
por aquellaDat
Die
Diegene
genteLieden
Lui
Mensen
Volk
positivaConstructief
Constructieve
Positief
Positieve
; y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
en el fondoEigenlijk
Strikt genomen
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht
de buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig
,
calmóseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalmeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde gerust
alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
que susHaar
Hun
Uw
Zijn
vocesInspraken
Stemgeluiden
Stemmen
y lágrimasTranen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
pudieranZij/ze konden
Zij/ze mochten
perjudicarlaBenadelen
Deren
Schaden
. Por lo demásOverigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
, Ivonnet leHaar
Hem
Het
U
dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
alNaar de
Naar het
oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan

que la manceba de un aventureroAvonturier
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
afectarAandoen
Aangrijpen
Schadelijke gevolgen hebben voor
Schaden
Treffen
la sensibilidadGevoeligheid
Sensibiliteit
nerviosaNerveus
Nerveuze
Zenuwachtig
Zenuwachtige
de una princesaPrinses de novelaRoman, y
habiéndola puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
en manosHanden de suHaar
Hun
Uw
Zijn
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind
Fracasso y alNaar de
Naar het
especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale
cuidado deBehartigd
Bezorgd geweest
Gezorgd
Verzorgd
Zich bekommerd
Zorg gedragen
los dosAlle twee de
Allebei
Beide
Scharfenstein, fuese deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit

la cuevaGrot
Hol
Holte
Kelder
Krocht
Spelonk
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cumplirGadeslaan
Jarig zijn
Nakomen
Naleven
Observeren
Toekijken
Toezien
Uitvoeren
Verrichten
Vervullen
Volbrengen
Voltrekken
Waarnemen
la importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware
misiónAfzenden
Expediëren
Missie
Opdracht
Opsturen
Opzenden
Sturen
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Zenden
Zending
de que se encargaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam op zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgde
.

A los diez10
Tien
minutosMinuten volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkte
diciendoOpgevend
Sprekend
Zeggend
que la selvaOerwoud estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
desiertaEenzaam
Eenzame
Onbemand
Onbemande
Onbevolkt
Onbevolkte
Onbewoond
Onbewoonde
Uitgestorven
Verlaten
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
ofrecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Ik bood
Ik bood aan
Ik bood te koop
 aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor
peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel
. El relatoIk verhaal
Ik vertel
Relaas
Verhaal
de Gertrudis
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
altamenteBijzonder
Hogelijk
In hoge mate
Ten zeerste
la curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid
de los aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
en la cuevaGrot
Hol
Holte
Kelder
Krocht
Spelonk
, corno el de Crispín la de Gertrudis
en el aljibe, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
siendoGebeurend
Plaatshebbend
Plaatsvindend
Zijnd
Zijnde
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten
que tuviesenZij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast
idénticosIdentiek
Identieke
motivosAanleidingen
Beweegredenen
Drijfveren
Motieven
Redenen
Termen
de prudenciaBeleid
Omzichtigheid
Voorzichtigheid
que una muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht

bellaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon
y tímidaBedeesd
Bedeesde
Beschroomd
Beschroomde
Bevangen
Schroomvallig
Schroomvallige
Schuchter
Schuchtere
Schuw
Schuwe
Timide
Verlegen
Vreesachtig
Vreesachtige
, salieronEr kwamen tevoorschijn
Zij/ze gingen buiten
Zij/ze gingen naar buiten
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen uit
Zij/ze gingen weg
Zij/ze kwamen er mee
 weg
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze liepen uit
Zij/ze reden af
Zij/ze reden uit
Zij/ze reden weg
Zij/ze stapten op
Zij/ze stapten uit
Zij/ze startten
Zij/ze stegen uit
Zij/ze togen
Zij/ze traden uit
Zij/ze verschenen
Zij/ze vertrokken
Zij/ze voeren uit
acto seguidoVolgende stap del subterráneoOnderaards
Onderaardse
Ondergronds
Ondergrondse
dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van
el contratoContract
Ik besteed aan
Ik contracteer
Ik ga aan
Ik neem aan
Ik sluit af
Verbintenis
de sociedadGemeenschap
Genootschap
Gezelschap
Krans
Kring
Maatschappij
Samenleving
Sociëteit
Vereniging
de Procopio alNaar de
Naar het
cuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid

de los geniosBeschermgeesten
Geesten
Genieën
Geniën
de la tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land
. PropusieronZij/ze boden
Zij/ze boden aan
Zij/ze droegen voor
Zij/ze loofden uit
Zij/ze sloegen voor
Zij/ze stelden voor
a Ivonnet fuese delanteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging vooraf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voor
Ik ging vooraf
Ik was voor
, y por élHem
Hij
guiadosDe weg gewezen
Geleid
Rondgeleid
se dirigieronZij/ze draaiden om
Zij/ze draaiden rond
Zij/ze keerden om
Zij/ze keerden zich om
Zij/ze richtten zich tot
alNaar de
Naar het
lindeBand
Boord
Kant
Rand
Zoom
del
bosqueBos
Woud
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
cerciorarse deZich overtuigen van
Zich vergewissen van
que susHaar
Hun
Uw
Zijn
dagasDaggen
Dolken
o espadasBollebozen
Degens
Slagzwaarden
Zwaarden
encontrbanse en buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
.

VIIk bekeek
Ik keek
Ik zag

EL JUSTICIERO

A medida queNaarmate nuestrosOnze
Van ons
aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
acercábanse haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
la puntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
del bosqueBos
Woud
; que segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
se
alargabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte langer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlengde
Ik bracht door
Ik droeg af
Ik gaf aan
Ik gaf over
Ik legde uit
Ik maakte langer
Ik overhandigde
Ik reikte aan
Ik reikte toe
Ik rekte
Ik rekte uit
Ik stelde ter hand
Ik trok door
Ik trok uit
Ik verdreef
Ik verlengde
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
la distanciaAfstand
Eind
End
de un cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning
de legua de HesdinHe=
Ben!
Heb!
Ik ben
Ik heb
, separandoAfscheidend
Afzonderend
Scheidend
Schiftend
las dos2
Do's
Twee
Tweede
cuencasBassins
Kommen
Rivierdalen
Stroomgebieden
Vijvers
del llanoEenvoudig
Eenvoudige
Effen
Plat
Platte
Simpel
Simpele
Vlak
Vlakke
Vlakte
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
conocidoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennis
Kennisgemaakt
Relatie
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde

del lectorLector, sucedíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erfde van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Ik erfde van
Ik gebeurde
Ik geschiedde
Ik kwam af
Ik overkwam
Ik stamde af
Ik viel voor
Ik volgde op
alNaar de
Naar het
oquedal un pobladoBevolkt
Bevolkte
sotoHakhout que conDoor
Met
Per
Samen met
la cercaníaNabijheid de susHaar
Hun
Uw
Zijn
troncosBoomstammen
Rompen
Stammen
y el enlaceAanknopingspunt
Aansluiting
Hyperlink
Link
de susHaar
Hun
Uw
Zijn
ramasAfdelingen
Branches
Takken

ofrecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Ik bood
Ik bood aan
Ik bood te koop
 aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor
sobradaIn overvloed aanwezig geweest
Overgebleven
Overgehouden
Overtroffen
Te boven gegaan
Te veel geweest
seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid
a los queWie
Zij die
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
 uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
suHaar
Hun
Uw
Zijn
sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem
caminabanZij/ze liepen
Zij/ze schreden
Zij/ze stapten
Zij/ze traden
Zij/ze wandelden
, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
es queDat komt omdat
Want
la pandillaBende
Groep
Vriendenclub
llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
a los límitesGrenzen
Limieten
Perken

de la espesuraDikte sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht
de nadieNiemands, haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven
a cortoIk breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
 af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Klein
Kleine
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige
trechoAfstand
Brokstuk
Fragment
Poos
Traject
de la zanjaDoe af!
Graaf funderingen!
Gracht
Greppel
Groef
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graaft funderingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Kuil
Loopgraaf
Sloot
Sluit af!
que lindaba conDoor
Met
Per
Samen met
el llanoEenvoudig
Eenvoudige
Effen
Plat
Platte
Simpel
Simpele
Vlak
Vlakke
Vlakte
, zanjaDoe af!
Graaf funderingen!
Gracht
Greppel
Groef
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graaft funderingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Kuil
Loopgraaf
Sloot
Sluit af!

en cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier
orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom
distinguíaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg in de
 smiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg in het
 oog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte onderscheid tussen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwaarde
Ik bespeurde
Ik kreeg in de
 smiezen
Ik kreeg in het
 oog
Ik maakte onderscheid tussen
Ik onderkende
Ik onderscheidde
Ik ontwaarde
el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg
sobre elOp de
Op het
cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
llamado la atenciónAandacht getrokken del lectorLector en el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
capítuloChapiter
Hoofdstuk
Kapittel

de esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
libroBoek
Ik bevrijd
, y que poníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik bracht op
Ik bracht op gang
Ik deed
Ik deed aan
Ik kreeg aan de
 praat
Ik legde
Ik legde neer
Ik legde op
Ik plaatste
Ik schakelde in
Ik stak
Ik stelde
Ik stopte
Ik trok aan
Ik vlijde
Ik zette
Ik zette aan
Ik zette neer
en comunicaciónAansluiten
Aansluiting
Bericht
Berichten
Communicatie
Communiceren
Contact
Mare
Mededelen
Mededeling
Meedelen
Overbrengen
Tijding
Uitbrengen
Verbinden
Verbinding
Voortzeggen
el castilloBurcht
Kasteel
Slot
del Parcq conDoor
Met
Per
Samen met
el campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp
del EmperadorKeizer
Zwaardvis
y las
cercanasAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige
aldeasBuurtschappen
Dorpen
Gehuchten
Plaatsen
Vlekken
.

El sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
se pararonZij/ze bleven staan
Zij/ze hielden halt
Zij/ze kwamen tot stilstand
Zij/ze liepen vast
Zij/ze stopten
los aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
a propósitoTussen haakjes
À propos
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
suHaar
Hun
Uw
Zijn
objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp
: un corpulentísimo robleEik
Eikenboom
Zomereik
que conDoor
Met
Per
Samen met

algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige
árbolesBomen
Masten
de igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand
subsistíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde voort
Ik leefde voort
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
indicarAanduiden
Aangeven
Aanwijzen
Beduiden
Een sein geven
Een teken geven
Kenmerken
Laten zien
Merken
Seinen
Tekenen
Tentoonspreiden
Tonen
Uitduiden
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen
lo queDat wat
Wat
eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren
los gigantesReuzen que siglosEeuwen atrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin
Achteruit
Achterwaarts
Rugwaarts
Terug
fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren
derribadosAfgebroken
Gekanteld
Gesloopt
Neergehaald
Omgegooid
Omgekeerd
Omvergegooid
Ten val gebracht

a hachazos, extendidaAfgegeven
Gerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgesmeerd
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Verbreid
Vergroot
Verspreid
Wijder gemaakt
suHaar
Hun
Uw
Zijn
frondosaBladerrijk
Bladerrijke
Lommerrijk
Lommerrijke
copaBeker
Bokaal
Borrel
Cup
Drankje
Drinkbeker
Glaasje
Glas
Glas met steel
sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
susHaar
Hun
Uw
Zijn
cabezasHoofden
Koppen
Kroppen
, mientrasTerwijl dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
podíanZij/ze konden
Zij/ze mochten
dirigirAdresseren
Besturen
Chaufferen
Dirigeren
Mennen
Richten
Rijden
Sturen
Vervoeren

susHaar
Hun
Uw
Zijn
miradasAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blikken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijken
Kijkjes
Toegekeken
Toegezien
por la llanuraPrairie
Vlak
Vlakte
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
vistosBekeken
Gekeken
Gezien
. TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
elevaronZij/ze bevorderden
Zij/ze dienden in
Zij/ze hieven op
Zij/ze richtten op
Zij/ze tilden
Zij/ze verhieven
Zij/ze verhoogden
Zij/ze voerden op
a un tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
los ojosKijkers
Ogen
a la poderosaAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk
vegetaciónBegroeiing
Groeien
Plantenwereld
Vegetatie
Vegeteren
del
árbolBoom
Mast
secularSeculier
Seculiere
Wereldlijk
Wereldlijke
Werelds
Wereldse
, y comprendiendoBegrijpend
Beseffend
Bevattend
Omvattend
Snappend
Vattend
Verstaand
Ivonnet lo queDat wat
Wat
de élHem
Hij
esperabanZij/ze hoopten
Zij/ze stonden te wachten
Zij/ze verwachtten
Zij/ze voorzagen
Zij/ze wachtten
Zij/ze wachtten af
Zij/ze wachtten op
Zij/ze waren bedacht op
Zij/ze zagen vooruit
todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
, hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
conDoor
Met
Per
Samen met
la cabezaHoofd
Kop
Krop
una señalEen signaal de
aprobaciónBeamen
Billijken
Goedkeuren
Goedkeuring
Proeftijd
Toestemmen
, pidióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg om
el memorándumMemorandum de Fracasso, que entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
las hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten
depositarias de susHaar
Hun
Uw
Zijn
delirantesIjlend
Ijlende
pensamientosGedachten
Gedachtes
Veldviooltjes

yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
una en blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte
; acercóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht naderbij a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los Scharfenstein alNaar de
Naar het
rugosoBobbelig
Bobbelige
Bultig
Bultige
Oneffen
Ruig
Ruige
Rul
Rulle
Ruw
Ruwe
Schraal
Schrale
troncoBoomstam
Romp
Stam
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
abarcarBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Te veel tegelijk op
 zich nemen

conDoor
Met
Per
Samen met
susHaar
Hun
Uw
Zijn
brazosArmen, subió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besteeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg
las dos2
Do's
Twee
Tweede
manosHanden enlazadas del giganteGigant
Reus
, de susHaar
Hun
Uw
Zijn
manosHanden a susHaar
Hun
Uw
Zijn
hombrosSchouders y de éstosDeze a
las primerasEerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
ramasAfdelingen
Branches
Takken
del árbolBoom
Mast
, y en un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even
se encaramóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp aan een
 hoge betrekking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pousseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
a una de las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
robustasFerm
Ferme
Fors
Forse
Hecht
Hechte
Krachtig
Krachtige
Potig
Potige
Robuust
Robuuste
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Stoer
Stoere
Struis
Struise
conDoor
Met
Per
Samen met
talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke
solturaLoslaten
Losmaken
Ongedwongenheid
Ongegeneerdheid
y seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid

comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un marineroJanmaat
Op zeemanswijze
Varensgezel
Zeeman
Zeevaarder
a la vergaGard
Jongeheer
Leuter
Lid
Lul
Piemel
Pik
Plasser
Ra
Roede
Snikkel
Spitsroede
Stokje
de mesanaMe=
Me
Mij
o alNaar de
Naar het
bauprésBoegspriet de suHaar
Hun
Uw
Zijn
buqueSchip.

DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
la subidaBeklommen
Bestegen
Geklommen
Gerezen
Gestegen
Gewassen
In de trein gestapt
Ingestapt
Naar boven gebracht
Naar boven gedragen
Naar boven gegaan
Omhoog gegaan
Opgegaan
Opgekomen
Opgestaan
Verrezen
, Gertrudis leHaar
Hem
Het
U
miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe
conDoor
Met
Per
Samen met
zozobra, másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
manifestarlaLaten blijken
Manifesteren
Tonen
Uiten
conDoor
Met
Per
Samen met
ademanesGebaren
Gestes
Houdingen
niEn niet
Evenmin
Noch
palabrasBewoordingen
Woorden
; y alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien

el desembarazo conDoor
Met
Per
Samen met
que Ivonnet se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
 iemand
puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
en la ramaAfdeling
Branche
Tak
y la facilidadAanleg
Faciliteit
Gelegenheid
Gemak
Gemakkelijkheid
Geschikte gelegenheid
Meegaandheid
Toeschietelijkheid
Vlotheid
Voorziening
Zwakheid
conDoor
Met
Per
Samen met
que volvió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug naar
todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
ladosFlanken
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten
la
cabezaHoofd
Kop
Krop
comprendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besefte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
que suHaar
Hun
Uw
Zijn
amanteGeliefde
Maîtresse
Minnaar
Minnares
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
corríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep hard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze racete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprintte
Ik holde
Ik liep hard
Ik racete
Ik rende
Ik snelde
Ik sprintte
peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel
algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere
a menos queTenzij leHaar
Hem
Het
U
acometieseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel aan
Ik randde aan
Ik viel aan
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los vahídos a
que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
sujetoIk bevestig
Ik bind vast
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik verstevig
Ik zet vast
Onderwerp
Stof
Subject
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
encontrábase soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
. EntretantoAlvast
Inmiddels
Intussen
Ondertussen
Vast
Voorlopig
Zolang
, Ivonnet dirigíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adresseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dirigeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik adresseerde
Ik bestuurde
Ik chauffeerde
Ik dirigeerde
Ik mende
Ik reed
Ik richtte
Ik stuurde
Ik vervoerde
los ojosKijkers
Ogen
alNaar de
Naar het
NorteNoorden y alNaar de
Naar het
MediodíaMiddag
Noen
Twaalf uur 's middags
dividiendoAfbrekend
Delend
Opsplitsend
Splitsend
Verdelend

alNaar de
Naar het
parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen
suHaar
Hun
Uw
Zijn
atenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
los espectáculosKijkspelen
Schandalen
Schouwspelen
Shows
Spektakels
Vertoningen
a cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante
.

EsosDie repetidosDoorgenomen
Herhaald
Herhaaldelijk
Herhaaldelijke
Nagezegd
Nog eens gezegd
movimientosBewegingen
Drukten
Slagen
Zetten
de cabezaHoofd
Kop
Krop
excitabanZij/ze brachten in vervoering
Zij/ze maanden aan
Zij/ze prikkelden
Zij/ze verhitten
Zij/ze wakkerden aan
Zij/ze werkten op
Zij/ze wonden op
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
la curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid
de los aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
, que en la espesuraDikte
del sotoHakhout noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
podíanZij/ze konden
Zij/ze mochten
verBekijken
Kijken
Zien
cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
de las queWie
Zij die
Ivonnet distinguíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg in de
 smiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg in het
 oog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte onderscheid tussen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwaarde
Ik bespeurde
Ik kreeg in de
 smiezen
Ik kreeg in het
 oog
Ik maakte onderscheid tussen
Ik onderkende
Ik onderscheidde
Ik ontwaarde
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
suHaar
Hun
Uw
Zijn
atalayaUitkijktoren, y comprendiendoBegrijpend
Beseffend
Bevattend
Omvattend
Snappend
Vattend
Verstaand
el
mozoKnecht
Kruier
Pakjesdrager
Sjouwer
Witkiel
suHaar
Hun
Uw
Zijn
impacienciaOngeduld
Reuzenbalsemien
Springzaad
, de la cualWaarvan dabanZij/ze brachten op
Zij/ze brachten toe
Zij/ze gaven
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kenden toe
Zij/ze verleenden
muestraAdstructie
Betuiging
Bewijs
Blijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Monster
Proef
Proefstuk
Specimen
Spreid tentoon!
Staal
Staaltje
Teken
Toon!
Vertoon!
Wijs uit!
Wijs!
levantandoBeurend
Heffend
Neerzettend
Ophalend
Opheffend
Opkokend
Oprichtend
Opslaand
Optillend
Tillend
Verheffend
Vestigend
la vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht
y preguntándole quedoIk ben
Ik bevind me
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Stil
Stille
: ¿QuéWat
Welke
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
? ¿QuéWat
Welke

hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
? hízoles conDoor
Met
Per
Samen met
la manoDe hand una señalEen signaal comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
indicarlesAanduiden
Aangeven
Aanwijzen
Beduiden
Een sein geven
Een teken geven
Kenmerken
Laten zien
Merken
Seinen
Tekenen
Tentoonspreiden
Tonen
Uitduiden
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen
que luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
sabríanZij/ze zouden kennen
Zij/ze zouden smaken
Zij/ze zouden weten
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
élHem
Hij
; abrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende
la carteraAktetas
Boekentas
Portefeuille
Postbode (v)

de Fracasso, rasgóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurde
la últimaAchterste
Jongstleden
Laatste
páginaBladzijde
Pagina
blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte
, escribióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze componeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef uit
en ellaHaar
Ze
Zij
algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige
renglones y enrollándolaOprollend para queOpdat
Zodat
el
vientoWind noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se la llevaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde
, la tiró aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neigde naar susHaar
Hun
Uw
Zijn
amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden
.

TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
elevaronZij/ze bevorderden
Zij/ze dienden in
Zij/ze hieven op
Zij/ze richtten op
Zij/ze tilden
Zij/ze verhieven
Zij/ze verhoogden
Zij/ze voerden op
las manosDe handen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cogerlaVastpakken alNaar de
Naar het
vueloIk vlieg
Vliegen
Vliegtocht
Vlucht
, inclusoZelfs Gertrudis, que las teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
blancasBlank
Blanke
Wit
Witte
y pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
; peroDoch
Echter
Maar

el papelHet papier cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
las manazas de Frantz, quienDie
Wie
se echó a reírHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon te lachen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot in de
 lach
alNaar de
Naar het
darloAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen
a Procopio diciendoOpgevend
Sprekend
Zeggend
:

Domat, gua yoEgo
Ik
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
, Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
leerLezen el vrances.

NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
curiosoBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
que los demásDe anderen de saberKennen
Smaken
Weten
lo queDat wat
Wat
pasabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik gebeurde
Ik ging langs
Ik ging over
Ik ging voorbij
Ik haalde in
Ik kwam langs
Ik kwam om
Ik liet door
Ik overkwam
Ik passeerde
Ik reikte aan
Ik stak over
Ik verdreef
Ik verging
Ik verliep
Ik verstreek
, desdoblóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde uit Procopio el papelHet papier, y en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van
la
atenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid
generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale
leyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las loDe
Hem
Het
U
siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende
:

A miMi
Mijn
derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse
el castilloBurcht
Kasteel
Slot
del Parcq estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
ardiendoAan zijnd
Blakend
Brandend
Gloeiend
. El condeGraaf de Waldeck, susHaar
Hun
Uw
Zijn
dos2
Do's
Twee
Tweede
hijosKinderen
Zonen
Zoons
y los cuarenta40
Veertig
reitres
siguen(Zij) gaan door
Zij/ze bewandelen
Zij/ze blijven aan
Zij/ze gaan door
Zij/ze houden bij
Zij/ze vloeien voort
Zij/ze volgen
Zij/ze volgen op
Zij/ze zetten voort
el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg
que del castilloBurcht
Kasteel
Slot
lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
alNaar de
Naar het
campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp
. EstánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
a unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
doscientos200
Tweehonderd
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
de la puntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
del
bosqueBos
Woud
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
nos(Aan) ons
Ons
hallamosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we namen waar
Wij/we nemen waar
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden
Wij/we zagen
Wij/we zien
'.

OtraAnder
Andere
Nog een
Nog één
partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan
sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!
el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg
del campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp
alNaar de
Naar het
castilloBurcht
Kasteel
Slot
; fórmanla un jefeAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Hoofd
Leider
Meerdere
Opperhoofd
Superieur
, un escuderoSchildknaap, un pajePage y cuatro4
Vier

soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
, y segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
puedoIk kan
Ik mag
juzgarBeoordelen
Berechten
Oordelen
Rechtspreken
Veroordelen
Vonnissen
de aquíAlhier
Hier
, el jefeAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Hoofd
Leider
Meerdere
Opperhoofd
Superieur
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el duqueHertog ManuelManuel Filiberto. La partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
a igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort

distanciaAfstand
Eind
End
a derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse
que la de Waldeck a siniestraGemeen
Gemene
Linker
Links
Linkse
Noodlottig
Noodlottige
Onbetrouwbaar
Onbetrouwbare
Ongelukkig
Ongelukkige
Onheilspellend
Onheilspellende
Rampzalig
Rampzalige
. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
ambasBeide van(Zij) gaan
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen
alNaar de
Naar het
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan
, cuando menosAlthans se percatenZij/ze bemerken
Zij/ze merken
Zij/ze merken op
Zij/ze nemen waar

se toparánZij/ze zullen elkaar toevallig
 treffen
de frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde
alNaar de
Naar het
extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde
del bosqueBos
Woud
'.

SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el duqueHertog ManuelManuel, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
probableWaarschijnlijk
Waarschijnlijke
, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
avisadoGemeld
Gewaarschuwd
Verstandig
Verstandige
por Crispín de lo queDat wat
Wat
ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
 hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats!
en el castilloBurcht
Kasteel
Slot
, vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen

a verEens kijken
Even kijken
curiosidadesBezienswaardigheden
Curiositeiten
Nieuwsgierigheden
. AtenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid
camaradasGezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
, que en efectoEcht
Inderdaad
Metterdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Warempel
Werkelijk
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el duqueHertog'.

AquíAlhier
Hier
terminabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigde
Ik besloot
Ik beëindigde
Ik eindigde
Ik liep af
Ik maakte af
Ik maakte uit
Ik sloot af
Ik voleindigde
el escritoGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven
de Ivonnet.

EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware
decirOpgeven
Spreken
Zeggen
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
en menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
palabrasBewoordingen
Woorden
y prometerBeloven
Toezeggen
Uitloven
Verzeggen
conDoor
Met
Per
Samen met
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
sencillezEenvoud un espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning
que ciertamenteGewis
Ongetwijfeld
Wel degelijk
Zeker
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn

curiosoBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el aventureroAvonturier
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se engañabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedotte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduvelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde om de
 tuin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze misleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smokkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlakte
Ik bedotte
Ik bedroog
Ik beduvelde
Ik leidde om de
 tuin
Ik misleidde
Ik nam beet
Ik smokkelde
Ik verlakte
sobre laOp de
Op het
identidadIdentiteit y las intencionesBedoelingen
Doelen
Intenties
Plannen
Strekkingen
Toeleggen
Voornemens
Zinnen
de los personajesFiguren
Personages
Personen
: asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
es queDat komt omdat
Want

dos2
Do's
Twee
Tweede
amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden
se acercaronZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht
cautelososBehoedzaam
Behoedzame
a la lindeBand
Boord
Kant
Rand
Zoom
de la selvaOerwoud paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
presenciarAanwezig zijn bij
Bijwonen
Getuige zijn van
Tegenwoordig zijn bij
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
cómodamente el espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning

prometidoBeloofd
Bruidegom
Galant
Toegezegd
Uitgeloofd
Verloofde
Verzegd
por el queDat
Die
Hij die
Wie
iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar
distinguirloBespeuren
In de smiezen krijgen
In het oog krijgen
Onderkennen
Onderscheid maken tussen
Onderscheiden
Ontwaren
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
que nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
suHaar
Hun
Uw
Zijn
elevadoBevorderd
Getild
Hoog
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd
puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
.

SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el lectorLector deseaAmbieer!
Aspireer!
Begeer!
Ding naar!
Haak naar!
Heb trek in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dingt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst
Hunker!
Jaag na!
Smacht naar!
Smacht!
Snak naar!
Streef na!
Streef naar!
U wenst
Verkies!
Verlang!
Wens!
imitarImiteren
Nabootsen
Nadoen
a nuestrosOnze
Van ons
aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se cureHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geneest del condeGraaf Waldeck, niEn niet
Evenmin
Noch
de susHaar
Hun
Uw
Zijn
hijosKinderen
Zonen
Zoons
, y véngaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek!

conDoor
Met
Per
Samen met
nosotrosOns
We
Wij
a la izquierdaLinks del bosqueBos
Woud
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
ponernosAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en comunicaciónAansluiten
Aansluiting
Bericht
Berichten
Communicatie
Communiceren
Contact
Mare
Mededelen
Mededeling
Meedelen
Overbrengen
Tijding
Uitbrengen
Verbinden
Verbinding
Voortzeggen
conDoor
Met
Per
Samen met
el personajeAanzienlijk persoon
Figuur
Personage
Persoon
nombradoAangesteld
Benoemd
Geheten
Genoemd
Uitgemaakt voor
por
Ivonnet, o seaDat wil zeggen
Dus
Namelijk
Oftewel
conDoor
Met
Per
Samen met
el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
héroeHeld
Heros
de nuestraOns
Onze
Van ons
historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal
.

NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se engañóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedotte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduvelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde om de
 tuin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze misleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smokkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlakte
el jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille
aventureroAvonturier
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
; el jefeAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Hoofd
Leider
Meerdere
Opperhoofd
Superieur
que entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
suHaar
Hun
Uw
Zijn
pajePage y suHaar
Hun
Uw
Zijn
escuderoSchildknaap avanzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze anticipeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorderde
Ik anticipeerde
Ik bewoog voort
Ik ging vooruit
Ik kwam vooruit
Ik vorderde
alNaar de
Naar het
frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde
de cuatro4
Vier

soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
, eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
el duqueHertog ManuelManuel Filiberto, generalísimoGeneralissimus
Opperbevelhebber
de las tropasBenden
Bendes
Grauwen
Hopen
Krijgsvolk
Legerafdelingen
Scharen
Troepen
del emperadorKeizer
Zwaardvis
CarlosKarel V en los PaísesLanden
BajosBasgitaren
Bassen
Basstemmen
Baszangers
Gemeen
Gemene
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Zwaar
Zware
, quienDie
Wie
, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
suHaar
Hun
Uw
Zijn
hábitoGebruik
Gewoonte
Habitus
Usance
, iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
descubiertoOntdekt
Uitgevonden
Uitgevorst
y llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde
el cascoBrokstuk
Dop
Helm
Ik kraak (noot)
Ik pel (ei)
Part
Schaal
Scheepsromp
Scheepswand
Scherf
Schil
Schors
colgadoGehangen
Opgehangen
Opgeknoopt
a la izquierdaLinks de la sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel
, desafiandoProvocerend
Tartend
Tergend
Trotserend
Uitdagend
Uitlokkend
Uittartend

asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
la lluviaGieten
Regen
Regenen
y el solSol
Zon
, y con frecuenciaDikwijls
Gedurig
Herhaaldelijk
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
los peligrosGevaren
Noden
Perikelen
Perikels
de las batallasGevechten
Jij/je kampt
Jij/je strijdt
Jij/je vecht
Jij/je voert strijd
Kampen
Slagen
Strijden
Veldslagen
, de dondeVan waar
Waarvandaan
decíanZij/ze gaven op
Zij/ze spraken
Zij/ze zegden
Zij/ze zeiden
que alNaar de
Naar het

verBekijken
Kijken
Zien
susHaar
Hun
Uw
Zijn
soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
suHaar
Hun
Uw
Zijn
insensibilidadOngevoeligheid alNaar de
Naar het
fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
, alNaar de
Naar het
calorHitte
Smoorhitte
Warmte
y a los golpesBeroerten
Beroertes
Flappen
Houwen
Klappen
Meppen
Shocks
Slagen
, habíanle(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren
apellidado CabezaHoofd
Kop
Krop
de HierroIjzeren.

En la épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht
a que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
el duqueHertog un hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
y robustoFerm
Ferme
Fors
Forse
Hecht
Hechte
Krachtig
Krachtige
Potig
Potige
Robuust
Robuuste
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Stoer
Stoere
Struis
Struise
jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille
de veintisiete27
Zevenentwintig
añosJaren, estaturaFiguur
Gestalte
Lichaamsbouw
Postuur
Statuur

medianaDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Grote keu
Mediaan
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijn
, peloBeharing
Haar
Haardos
Ik jas
Ik pel
Ik pel af
Ik schil
cortoIk breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
 af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Klein
Kleine
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige
, despejadaOnbewolkt
Onbewolkte
Opgehelderd
Zonnig
Zonnige
frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde
, cejasWenkbrauwen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
marcadasAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend
, ojosKijkers
Ogen
azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren
, vivosLevend
Levende
Levendig
Levendige
y penetrantesDoordringend
Doordringende
Penetrant
Penetrante
, nariz rectaRechte neus,
pobladoBevolkt
Bevolkte
bigoteBaarddraad
Knevel
Snor
, barba puntiagudaPuntig
Puntige
Spits
Spitse
, echadoAan het lot overgelaten
Aandeel gehad in
Aangekondigd
Aankondigen
Beginnen
Begonnen handel te drijven
 met
Bekend gemaakt
Buiten de deur gezet
Een partijtje gespeeld
Erop gegooid
Gedaan
Gedane
Gegooid
Gekeild
Gekregen
Genomen
Geschat
Gesmeten
Gestort
Gestrooid
Getankt
Geuit
Gewed
Gewedijverd
Geworpen
Gezegd
Gooien
Ingeschonken
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opgelegd
Opgetreden in
Opgevoerd
Opleggen
Opvoeren
Schatten
Smijten
Springen
Storten
Strooien
Tanken
Toegevoegd
Uiten
Uitgeslagen
Uitgespeeld
Uitgesproken
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastgemaakt
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Weggejaagd
Weggestuurd
Weggezonden
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
de espaldasAchterover, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
los descendientesAfdalingen
Afstammelingen
Nakomelingen
Nazaten
de las estirpesGeslachten guerreraKrijgs-
Krijgshaftig
Krijgshaftige
Oorlogs-
Oorlogszuchtig
Oorlogszuchtige
Oorlogvoerend
Oorlogvoerende
Strijdlustig
Strijdlustige
cuyosHuiscavia's
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier

abuelosGrootouders
Grootvaders
Opa's
Voorouders
Voorvaderen
ciñeronZij/ze omsloten cascoBrokstuk
Dop
Helm
Ik kraak (noot)
Ik pel (ei)
Part
Schaal
Scheepsromp
Scheepswand
Scherf
Schil
Schors
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
muchasVeel
Vele
Zeer
Zere
generacionesGeneraties
Geslachten
.

SuHaar
Hun
Uw
Zijn
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
y muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige
; ¡cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
raraEigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Kostbaar
Kostbare
Ongemeen
Ongemene
Raar
Rare
Schaars
Schaarse
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Waardevol
Waardevolle
Wonderlijk
Wonderlijke
Zeldzaam
Zeldzame
! llegabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Ik arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef
a la expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze
de la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
violentaAbnormaal
Abnormale
Doe geweld aan!
Driftig
Driftige
Forceer!
Gewelddadig
Gewelddadige
Hevig
Hevige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Onnatuurlijk
Onnatuurlijke
Onstuimig
Onstuimige
Opbruisend
Opbruisende
Rand aan!
Sterk
Sterke
Tegen zijn zin
Vals
Valse
Verkracht!
amenazaBedreig!
Bedreigen
Bedreiging
Dreig!
Dreigement
Dreigen
Dreiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigt
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
elevarseEen hoge positie bereiken
Opstijgen
Stijgen
Zich verheffen

sinoDoch
Echter
Maar
de uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
o dos2
Do's
Twee
Tweede
tonosIntonaties
Tonen
Toonaarden
Toonsoorten
Veerkrachten
: el diapasónDiapason
Stemsleutel
Stemvork
de la iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak
se escondíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dook onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich verscholen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag besloten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verborg zich
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
las gradaciones casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
imperceptibleNiet waarneembaar del acentoAccent
Accentteken
Kapje
Klemtoon
Nadruk
Tongval
,
y de aquíAlhier
Hier
que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
la personasMensen
Personages
Personen
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
íntimaGezellig
Gezellige
Innig
Innige
Intiem
Intieme
Knus
Knusse
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke
confianzaVertrouwen adivinabanZij/ze beduidden
Zij/ze doorzagen
Zij/ze gisten
Zij/ze raadden
Zij/ze rieden
Zij/ze verwachtten
Zij/ze voorspelden
Zij/ze waarzegden
Zij/ze zegden voor
Zij/ze zeiden voor
los peligrosGevaren
Noden
Perikelen
Perikels
a que se exponíanZij/ze begaven zich in
 gevaar
Zij/ze stelden zich bloot
Zij/ze waagden zich
los imprudentesOnvoorzichtig
Onvoorzichtige

que causabanZij/ze berokkenden
Zij/ze brachten teweeg
Zij/ze deden
Zij/ze deden aan
Zij/ze lieten
Zij/ze lieten doen
Zij/ze maakten
Zij/ze richtten aan
Zij/ze stichtten
Zij/ze veroorzaakten
o desafiabanZij/ze daagden uit
Zij/ze lokten uit
Zij/ze provoceerden
Zij/ze tartten
Zij/ze tartten uit
Zij/ze tergden
Zij/ze trotseerden
aquellaDat
Die
Diegene
iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak
, pasiónDoorstaan
Dulden
Hartstocht
Lijden
Lijdensgeschiedenis
Lust
Ondergaan
Passie
Roes
Uitstaan
Velen
Verdragen
Verslaving
Verwoedheid
talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke
concentradaAaneengesloten
Gebonden
Geconcentreerd
Geconcentreerde
Verdicht
que nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
comprenderBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan
suHaar
Hun
Uw
Zijn

intensidadIntensiteit y medirAfmeten
Meten
Opmeten
Opnemen
Uitmeten
suHaar
Hun
Uw
Zijn
magnitudGrootheid
Grootte
Verhevenheid
sinoDoch
Echter
Maar
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
, precedidaVoor geweest
Voorafgegaan
de relámpagoBliksem
Weerlicht
de los ojosKijkers
Ogen
, tronabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bulderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze donderde
Ik bulderde
Ik daverde
Ik donderde
y pulverizabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte fijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpoederde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpulverde
Ik maakte fijn
Ik verpoederde
Ik verpulverde

comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
el rayoDe spaak; inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo
la fisonomíaAangezicht
Gelaatstrekken
del duqueHertog recobrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herwon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg terug
Ik herwon
Ik kreeg terug
suHaar
Hun
Uw
Zijn
habitualGewone
Gewoon
Gewoonlijk
Habitué
Stamgast
Trouwe bezoeker
serenidadKalmte
Rust
Sereniteit
, susHaar
Hun
Uw
Zijn
ojosKijkers
Ogen
la placidez
y firmezaStevigheid que loDe
Hem
Het
U
distinguíanZij/ze bespeurden
Zij/ze kregen in de
 smiezen
Zij/ze kregen in het
 oog
Zij/ze maakten onderscheid tussen
Zij/ze onderkenden
Zij/ze onderscheidden
Zij/ze ontwaarden
, y suHaar
Hun
Uw
Zijn
bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater
la benévolaAardig
Aardige
Gewillig
Gewillige
Goedwillig
Goedwillige
Vriendelijk
Vriendelijke
Welgezind
Welgezinde
Welwillend
Welwillende
sonrisaGlimlach
Glimlachen
que la caracterizabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karakteriseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kenmerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze typeerde
Ik karakteriseerde
Ik kenmerkte
Ik tekende
Ik typeerde
, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
así comoAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts
desatadoLosgemaakt yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds

el rayoDe spaak, terminaBesluit!
Beëindig!
Eindig
Eindig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Loop af!
Maak af!
Maak uit!
Sluit af!
Voleindig!
la tempestadNoodweer
Storm
Stormwind
Verschrikkelijk weer
, serénaseBedaard
Bedaarde
Helder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt gerust
Kalm
Kalme
Onbezorgd
Onbezorgde
Sereen
Serene
Stel gerust!
el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
y sonríeGlimlach!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glimlacht
la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen
.

El escuderoSchildknaap que iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar
suHaar
Hun
Uw
Zijn
diestraBedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Handig
Handige
Rechtshandige
Vaardig
Vaardige
, y llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde
alzadaGebeurd
Geheven
Getild
Omhooggetrokken
Opgehaald
Opgericht
Verheven
Verhoogd
la viseraKlep
Vizier
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
un mozoKnecht
Kruier
Pakjesdrager
Sjouwer
Witkiel
rubio(Gestreepte) poon
Blond
Blonde
Gestreepte poon
Poon
, casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
de igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
edadLeeftijd
Ouderdom
y de la
mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
estaturaFiguur
Gestalte
Lichaamsbouw
Postuur
Statuur
que el duqueHertog, de ojosKijkers
Ogen
azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren
, llenosAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
de brío y firmezaStevigheid, de barba y bigoteBaarddraad
Knevel
Snor
de un rubio(Gestreepte) poon
Blond
Blonde
Gestreepte poon
Poon
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus

marcadoAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Afgetekend
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend
que susHaar
Hun
Uw
Zijn
cabellosDuivelsnaaigaren
Haren
Klein warkruid
, narizNeus de ventanasRamen
Vensters
dilatadasGedaan uitzetten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
las del león, labiosLippen cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier
carmínCochenille
E120
Karmijn
Karmijnzuur
Rood
y frescuraFrisheid
Versheid
brillabanZij/ze blonken
Zij/ze glansden
Zij/ze schenen
Zij/ze schitterden

entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
el peloBeharing
Haar
Haardos
Ik jas
Ik pel
Ik pel af
Ik schil
que los cubríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekte toe
Ik bedekte
Ik belegde
Ik beschermde
Ik dekte
Ik dekte toe
, sanoFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Ik genees
Ik heel
Ik word beter
Valide
y atezado rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
, indiciosAanduidingen
Aanwijzingen
Afdrukken
Sporen
Voetsporen
de la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!
físicaFysica
Fysicus
Fysiek
Fysieke
Lichaams-
Lichamelijk
Lichamelijke
Lijf-
Natuurkunde
Natuurkundige
Natuurlijk
Natuurlijke
en sumoIk addeer
Ik begraaf
Ik doe verzinken
Ik nuttig
Ik stop onder water
Ik tel bij
Ik tel op
Ik verstop in de
 grond
gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap
. PendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing
Ik hing


de suHaar
Hun
Uw
Zijn
espaldaRug una de aquellasDie
Diegene
terriblesVerschrikkelijk
Verschrikkelijke
espadasBollebozen
Degens
Slagzwaarden
Zwaarden
de dos2
Do's
Twee
Tweede
manosHanden, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
las tres3
Drie
que FranciscoFranciscus
Frans
I rompióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrak
en Marignan,
y que por suHaar
Hun
Uw
Zijn
longitudLengte
Lengtegraad
se tirabanZij/ze stortten zich
Zij/ze wierpen zich
por encimaBovendien
Er bovenop
del hombroSchouder; mientrasTerwijl del armazónAnker
Armatuur
Chassis
Frame
Onderstel
Wagenstel
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel
colgabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopte op
Ik hing
Ik hing op
Ik knoopte op

una de aquellasDie
Diegene
pesadasAfgewogen
Drukkend
Drukkende
Gewogen
Het gewicht bepaald
Log
Logge
Plomp
Plompe
Vermoeiend
Vermoeiende
Zwaar
Zwaar geweest
Zware
hachasBijlen
Hakbijlen
de armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens
que tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast
filoScherp
Scherpe kant
Snede
por un ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
, mazaMoker
Stamper
por otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
, y una agudísima puntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje

triangularDriehoekig
Driehoekige
, de maneraManier
Trant
Wijze
, que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
con ellaDaarmee se podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
tajar comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
conDoor
Met
Per
Samen met
un hachaEen bijl, golpearBonken
Bonzen
Hengsten
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Opvallen
Slaan
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
conDoor
Met
Per
Samen met
un martilloEen hamer y
atravesar(Zij) doorsnijden
Afleggen
Aflopen
Doorgaan
Doorkomen
Doorkruisen
Doormaken
Doortrekken
Er door gaan
Gaan door
Overgaan
Overlopen
Oversteken
Te boven gaan
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una lanzaBraak!
Dissel
Disselboom
Doe horen!
Geef over!
Gooi!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat van stapel
 lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lanceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontketent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt weg
Keil!
Kom uit!
Laat van stapel lopen!
Lanceer!
Lans
Loop uit!
Ontketen!
Ontkiem!
Piek
Schrijf uit!
Slinger weg!
Speel uit!
Speer
Spies
Spiets
Stoot uit!
Werp weg!
Werp!
.

A la izquierdaLinks del duqueHertog iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
suHaar
Hun
Uw
Zijn
pajePage, belloFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon
adolescenteOpgeschoten
Puber
de unosVan zo´n diecisiete17
Zeventien
añosJaren, cabellosDuivelsnaaigaren
Haren
Klein warkruid
azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren
de puroHelder
Heldere
Louter
Loutere
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Sigaar
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere

negrosNegers
Negros
Zwart
Zwarte
Zwarten
, cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
a la alemanaDuits
Duitse
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
los llevan(Zij) dragen
Zij/ze berekenen
Zij/ze brengen
Zij/ze brengen bijeen
Zij/ze brengen in rekening
Zij/ze brengen mede
Zij/ze brengen mee
Zij/ze brengen weg
Zij/ze dragen
Zij/ze hebben aan
Zij/ze hebben op
Zij/ze hebben voor
Zij/ze nemen mee
Zij/ze vervoeren
los caballerosHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
Ridders
Ruiters
de Holbein y los ángelesLos angeles
Los ángeles
de RafaelRafaël; ojosKijkers
Ogen
veladosGesluierd
Gewaakt
Omsluierd

por largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
pestañasHaartjes
Wimpertjes
aterciopeladasFluwelig
Fluwelige
, dotadosBegaafd
Begaafde
Begiftigd
Geboren
Getalenteerd
Getalenteerde
Meegegeven
Talentvol
Talentvolle
del raroEigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Kostbaar
Kostbare
Ongemeen
Ongemene
Raar
Rare
Schaars
Schaarse
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Waardevol
Waardevolle
Wonderlijk
Wonderlijke
Zeldzaam
Zeldzame
colorKleur que vagaDool rond!
Dool!
Drentel!
Dwaal rond!
Dwaal!
Flaneer!
Hang rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flaneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slentert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwerft
Kuier!
Onbestemd
Onbestemde
Onnauwkeurig
Onnauwkeurige
Slenter!
Vaag
Vage
Waar!
Wollig
Wollige
Zwerf!
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
el castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje
y el moradoPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette
y que
únicamenteAlleen
Uitsluitend
se notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
en los ojosKijkers
Ogen
árabesArabieren
Arabisch
Arabische
o sicilianosSiciliaans
Siciliaanse
. La blancuraWitheid mateBrengt u om!
Doodt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doodt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht af
Ik breng om
Ik dood
Ik maak dood
Ik slacht
Ik slacht af
Maakt u dood!
Mat
Mate
Maté
Schaakmat
Slacht u af!
Slacht u!
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
tezGelaatskleur
Oppervlakte
, peculiarEigen de las comarcasGebieden
Gewesten
Landstreken
Regio's
Regionen
Streken

septentrionalesNoordelijk
Noordelijke
Noords
Noordse
de la penínsulaSchiereiland italianaItaliaans
Italiaanse
, parecíase(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
 als
Ik had het uiterlijk
 van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
 als
alNaar de
Naar het
mármolMarmer de CarraraCarrara, largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
y amorosamenteLiefdevol bañadaGebaad
Gedompeld
Gewassen
In bad gedaan
Overgoten
suHaar
Hun
Uw
Zijn

palidezBleekheid
Fletsheid
Vaalheid
por el solSol
Zon
romanoRomein
Romeins
Romeins burger
Romeinse
Van het romeinse rijk
; susHaar
Hun
Uw
Zijn
blancasBlank
Blanke
Wit
Witte
y delgadasDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere
manecitas gobernabanZij/ze bestuurden
Zij/ze heersten
Zij/ze regeerden
Zij/ze zwaaiden de scepter
conDoor
Met
Per
Samen met
maravillosaMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
destrezaBedrevenheid
Handigheid
Slag
Vaardigheid
Vlugheid
un caballoKnol
Paard
Ros

tunecinoTunesisch
Tunesische
Tunesiër
, llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend
por sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel
una pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel
de leopardoLuipaard conDoor
Met
Per
Samen met
ojosKijkers
Ogen
de esmalteBrandverf
E-mail
Emailleert u!
Glazuur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze emailleert
Ik emailleer
, dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes
y garrasKlauwen de oroE175
Goud
Ik bid
, y por bridaBreidel
Teugel
Toom

un cordoncito de sedaBedaar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdooft
Kalmeer!
Verdoof!
Zij
Zijde
. FormabanZij/ze formeerden
Zij/ze gingen aan
Zij/ze paradeerden
Zij/ze praalden
Zij/ze prijkten
Zij/ze pronkten
Zij/ze vormden
suHaar
Hun
Uw
Zijn
airosoLuchtig
Luchtige
y sencilloEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele
trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak
un jubón, calzasJij/je hebt schoenmaat y toca(Het) hoort
Beroer!
Ga over!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Kap
Klep!
Klink!
Kom aan!
Kornet
Muts
Raak aan!
Raak!
Roer aan!
Sla!
Speel voor!
Speel!
Toucheer!
Voer uit!
Zit aan!
de terciopeloFluweel
Hanenkam
Velours
negroNeger
Zwart
Zwarte
, éstaDeze
Dit

conDoor
Met
Per
Samen met
una plumaPen
Pluim
Veder
Veer
encarnadaAan de hengel bevestigd
Een hevige indruk gemaakt
Een vleeskleur gegeven aan
Gegroeid
Geïncarneerd
In het vlees gedrongen
Vertegenwoordigd
Vlees geworden
Voorgesteld
Wild afgemaakt
que, sujetaBevestig!
Bevestigd
Bind vast!
Fixeer!
Gefixeerd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fixeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstevigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vast
Maak vast!
Vastgebonden
Vastgemaakt
Vastgezet
Verstevig!
Verstevigd
Zet vast!
por una presilla de diamanteDiamant, oscilabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oscilleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schommelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingerde
Ik oscilleerde
Ik schommelde
Ik slingerde
alNaar de
Naar het
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
ligeroGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte
soplo de aireLuchtstroom acariciandoAaiend
Liefkozend
Strelend

la espaldaRug de suHaar
Hun
Uw
Zijn
dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon
; casaca carmesíDonkerrode
Donkerrood
Karmozijn
Karmozijnen
ceñidaOmsloten alNaar de
Naar het
talleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt weg
Ik slijp
Ik snijd uit
Ik steek weg
Leest
Middel
Slijpt u!
Snijdt u uit!
Steekt u weg!
Taille
por un cordónAfzetting
Band
Kordon
Lint
Nestel
Rijgveter
Schoenveter
Touwtje
Veter
de oroE175
Goud
Ik bid
, del cualWaarvan colgabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopte op
Ik hing
Ik hing op
Ik knoopte op
una
dagaDagge
Dolk
conDoor
Met
Per
Samen met
una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten
ágataAgaat por puñoKnuist
Manchet
Vuist
y botasJij/je dompelt in
Jij/je doopt in
Jij/je smijt eruit
Jij/je sopt
Laarzen
de tafileteMarokijnleer
Saffiaanleer
.

PresentadosAangeboden
Belicht
Blootgesteld
Gepresenteerd
Geschonken
Geëtaleerd
Ingediend
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgestald
Vertoond
Voorgesteld
nuestrosOnze
Van ons
nuevosNieuw
Nieuwe
personajesFiguren
Personages
Personen
, volvamos aLaten we teruggaan naar
Laten we terugkeren naar
Laten we terugkomen naar
Wij/we gaan terug naar
Wij/we keren terug naar
Wij/we komen terug naar
la acciónAandeel
Actie
Daad
Eis
Gedoe
Gevecht
Handeling
Kamp
Optreden
Prestatie
Slag
Strijd
Toedoen
Treffen
Veldslag
Verrichting
Werking
Zet
por un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip
interrumpidaGeschorst
Geïnterrumpeerd
Onderbroken
, la queDat
Die
Wie
Zij die
va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
proseguirDoorgaan conDoor
Met
Per
Samen met
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
animaciónAanmoedigen
Aanmoediging
Aanporren
Aansporen
Aanvuren
Aanwakkeren
Aanzetten
Bemoedigen
Bemoediging
Drukte
Levendigheid
Opleven
Prikkelen
Stimuleren
Verlevendigen
que nuncaNimmer
Nooit
. En efectoEcht
Inderdaad
Metterdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Warempel
Werkelijk
, el duqueHertog ManuelManuel Filiberto y suHaar
Hun
Uw
Zijn
séquitoAanhang
Gevolg
seguíanZij/ze bewandelden
Zij/ze bleven aan
Zij/ze gingen door
Zij/ze hielden bij
Zij/ze vloeiden voort
Zij/ze volgden
Zij/ze volgden op
Zij/ze zetten voort
andandoAfleggend
Deelnemend aan
Gaand
Lopend
Te voet
Te voet gaand
Voortgaand
Wandelend (snel)
Werkend
,
y a medida queNaarmate se acercabanZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht
alNaar de
Naar het
bosqueBos
Woud
el rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
del duqueHertog se obscurecía, como siAlsof adivinaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raadde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ried
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorspelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarzegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei voor
Ik beduidde
Ik doorzag
Ik giste
Ik raadde
Ik ried
Ik verwachtte
Ik voorspelde
Ik waarzegde
Ik zegde voor
Ik zei voor
el tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige

espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning
que divisaríanZij/ze zouden bespeuren
Zij/ze zouden onderkennen
Zij/ze zouden onderscheiden
Zij/ze zouden opmerken
susHaar
Hun
Uw
Zijn
ojosKijkers
Ogen
alNaar de
Naar het
doblarBuigen
Doorbuigen
Dubbelvouwen
Krombuigen
Krommen
Nasynchroniseren
Ombuigen
Omvouwen
Plooien
Verbuigen
Vouwen
aquellaDat
Die
Diegene
puntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
; peroDoch
Echter
Maar
alNaar de
Naar het
llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven
simultáneamenteGelijktijdig
Tegelijkertijd
alNaar de
Naar het
extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde
del
ánguloHoek, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
loDe
Hem
Het
U
previeraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik giste
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit
Ivonnet, las dos2
Do's
Twee
Tweede
partidasAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan
encontráronse, siendoGebeurend
Plaatshebbend
Plaatsvindend
Zijnd
Zijnde
loDe
Hem
Het
U
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
singularEnig
Enige
Enkelvoud
Singulier
Singuliere
Uniek
Unieke
Wonderlijk
Wonderlijke
que la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
numerosaMeervoudig
Meervoudige
Talrijk
Talrijke

se detuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
clavadaGeschikt
Geschikte
Ingeslagen
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Vastgepind
Vastgepinde
Vastgespijkerd
Vastgespijkerde
en el sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem
por un sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen
de sorpresaBetrappen
Bevreemding
Snappen
Surprise
Treffen
Verbaasdheid
Verbazen
Verbazing
Verrassen
Verrassing
Verwondering
y miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
.

ManuelManuel Filiberto dirigióseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adresseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dirigeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
alNaar de
Naar het
condeGraaf Waldeck, que leHaar
Hem
Het
U
aguardabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik wachtte
Ik wachtte af
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
susHaar
Hun
Uw
Zijn
dos2
Do's
Twee
Tweede
hijosKinderen
Zonen
Zoons
, y a diez10
Tien
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
de distanciaAfstand
Eind
End

hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
una señaAfgesproken teken
Herkenningsteken
Kenmerk
Merk
Merkteken
Overblijfsel
Spoor
Teken
Wenk
a los queWie
Zij die
leHaar
Hem
Het
U
seguíanZij/ze bewandelden
Zij/ze bleven aan
Zij/ze gingen door
Zij/ze hielden bij
Zij/ze vloeiden voort
Zij/ze volgden
Zij/ze volgden op
Zij/ze zetten voort
, quienesDie
Personen
Wie
se detuvieronZij/ze bleven staan
Zij/ze hielden halt
Zij/ze hielden stil
Zij/ze sloegen af
Zij/ze stonden stil
Zij/ze stopten
conDoor
Met
Per
Samen met
militarMilitair
Militaire
Oorlogvoeren
Strijden
obedienciaGehoorzaamheid
Gehoorzamen
, dejándole(Erop) latend ir delanteVoor zijn
Voorafgaan
;
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
estuvo(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
alNaar de
Naar het
alcance(Het) bereikt
Achterhaalt u!
Behaalt u!
Bereik
Bereikt u!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik achterhaal
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik verkrijg
Ik verwerf
Maakt u buit!
Reikt u tot!
Reikwijdte
Verkrijgt u!
Verwerft u!
de la manoDe hand del vizcondeBurggraaf de Waldeck, puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un escudoBord
Bordje
Escudo
Schild
Uithangbord
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
élHem
Hij
y el condeGraaf,
paróse(Het) stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette stop
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
el duqueHertog, y los tres3
Drie
caballerosHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
Ridders
Ruiters
saludaronZij/ze begroetten
Zij/ze groetten
llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend
la manoDe hand alNaar de
Naar het
cascoBrokstuk
Dop
Helm
Ik kraak (noot)
Ik pel (ei)
Part
Schaal
Scheepsromp
Scheepswand
Scherf
Schil
Schors
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sin queZonder dat el bastardoBastaard
Bastaard-

de Waldeck calaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen
Ik drong binnen
la viseraKlep
Vizier
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
apercibidoBetekend
Gewaarschuwd
Het nodige klaargemaakt voor
Vermaand
a cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook
lanceBraakt u!
Doet u horen!
Geeft u over!
Gooit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat van stapel
 lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lanceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontketent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt weg
Ik braak
Ik doe horen
Ik geef over
Ik gooi
Ik keil
Ik kom uit
Ik laat van stapel
 lopen
Ik lanceer
Ik loop uit
Ik ontketen
Ik ontkiem
Ik schrijf uit
Ik slinger weg
Ik speel uit
Ik stoot uit
Ik werp
Ik werp weg
Keilt u!
Komt u uit!
Laat u van stapel
 lopen!
Lanceert u!
Loopt u uit!
Ontketent u!
Ontkiemt u!
Schrijft u uit!
Slingert u weg!
Speelt u uit!
Stoot u uit!
Werpt u weg!
Werpt u!
.

ContestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
el duqueHertog alNaar de
Naar het
tripleDrievoud saludoBegroeten
Begroeting
Groet
Groeten
Ik begroet
Ik groet
Saluut
conDoor
Met
Per
Samen met
una sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele
inclinación de cabezaHoofdneiging, y dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
alNaar de
Naar het
vizcondeBurggraaf conDoor
Met
Per
Samen met
la suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele

entonaciónAanhef
Intonatie
Inzetten
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
melodiosaMelodieus
Melodieuze
:

SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
vizcondeBurggraaf de Waldeck, miMi
Mijn
augustoAugust
Augustus
Clown
amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
el emperadorKeizer
Zwaardvis
CarlosKarel V apreciaAcht hoog!
Acht!
Apprecieer!
Begroot!
Draag achting toe!
Heb achting voor!
Hecht aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze acht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze acht hoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze apprecieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt achting toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hecht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft achting voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze taxeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waardeert
Houd van!
Mag!
Schat!
Stel op prijs!
Taxeer!
Waardeer!
a los caballerosHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
Ridders
Ruiters
dignosWaardig
Waardige
y
valientesBoud
Boude
Dapper
Dappere
Geweldig
Geweldige
Heldhaftig
Heldhaftige
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Machtig
Machtige
Moedig
Moedige
Stoutmoedig
Stoutmoedige
y vosGe
Gij
Je
Jij
loDe
Hem
Het
U
soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn
. Tiempo haAllang
Sinds lang
Vanouds
que yoEgo
Ik
quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
por vosGe
Gij
Je
Jij
, y habiéndoseHet met iemand aan
 de stok krijgend
Zich gedragend
Zich met iemand metend
presentadoAangeboden
Belicht
Blootgesteld
Gepresenteerd
Geschonken
Geëtaleerd
Ingediend
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgestald
Vertoond
Voorgesteld
la ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak
la
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
aprovechadoBenut
Gebaat
Gebruik gemaakt
Gebruik gemaakt van
Gebruikt
Geholpen
Geprofiteerd
Van nut geweest
. AcaboIk besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik gebruik op
Ik maak af
Ik maak op
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verdoe
Ik verklungel
Ik verkwist
Ik vermors
Ik verspil
Ik voleindig
Ik werk af
Ik werk uit
de recibirAannemen
Accepteren
Begroeten
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
la noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding
de que se encuentraBevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gesteld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt het
reunidaGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld
en Spira una compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm
de ciento100
Honderd

veinte20
Twintig
lanzasDisselbomen
Dissels
Jij/je braakt
Jij/je doet horen
Jij/je geeft over
Jij/je gooit
Jij/je keilt
Jij/je komt uit
Jij/je laat van stapel
 lopen
Jij/je lanceert
Jij/je loopt uit
Jij/je ontketent
Jij/je ontkiemt
Jij/je schrijft uit
Jij/je slingert weg
Jij/je speelt uit
Jij/je stoot uit
Jij/je werpt
Jij/je werpt weg
Lansen
Pieken
Speren
Spiesen
Spietsen
, cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier
levaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Nok
Rijs!
Rijst
a la orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom
izquierdaLinker-
Linkerkant
Links
Linkse
del Rhin mande enHeerst u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerst in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeert in
Ik heers in
Ik regeer in
Regeert u in!
nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
MajestadEerwaarde
Hoogheid
Majesteit
el emperadorKeizer
Zwaardvis
, y osJe
Jullie

nombroIk benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd
de esaDat
Die
compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm
.

MonseñorMonseigneur...--balbuceó el mancebo admiradoBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd
y sonrojándoseBlozend de contentoBevrediging
Genoegdoening
Tevreden
Tevredenheid
Vergenoegd
Vergenoegde
Voldaan
Voldane
.

AquíAlhier
Hier
tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast
vuestroJullie
Uw
Van jullie
despachoAfdoen
Afhandelen
Afwikkelen
Afzenden
Bureau
Depêche
Expediëren
Ik doe af
Ik doe toekomen
Ik expedieer
Ik handel af
Ik stuur
Ik stuur op
Ik stuur uit
Ik stuur weg
Ik verstuur
Ik verzend
Ik wikkel af
Ik zend
Ik zend af
Ik zend op
Ik zend weg
Kantoor
Opsturen
Opzenden
Sturen
Telegram
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Werkkamer
Zenden
firmadoGetekend
Onderschreven
Ondertekend
por Me
Mij
y conDoor
Met
Per
Samen met
el selloAfdruk
Cachet
Frankeerzegel
Ik bezegel
Ik druk af
Ik druk mijn stempel
 op
Ik munt aan
Ik schroei dicht
Ik sla
Ik stempel
Ik verzegel
Ik zegel
Lakzegel
Merk
Muntstempel
Postzegel
Stempel
del ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk
--prosiguió el duqueHertog sacandoAfdoend
Afleggend
Afzettend
Behalend
Eruit halend
Halend
Halend uit
Halend van
Hozend
Naar buiten brengend
Ontlenend
Puttend
Scheppend
Te voorschijn halend
Trekkend
Uitdoend
Uithalend
Uitkrijgend
Uittrekkend

del pechoBoezem
Borst
un pergamino-Perkament-; tomadloAccepteer!
Drink!
Gebruik!
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nuttig!
Ontvang!
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
Vat aan!
Vat!
y partidBreek af!
Deel!
Ga op weg!
Ga weg!
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Tijg!
Verdeel
Verdeel!
Vertrek!
al instanteAanstonds
Zo
. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
proable que entremosLaten we binnengaan
Laten we binnenkomen
Laten we binnenlopen
Laten we binnenrijden
Laten we ingaan
Laten we inkomen
Laten we inrijden
Laten we naar binnen
 gaan
Wij/we gaan binnen
Wij/we gaan in
Wij/we gaan naar binnen
Wij/we komen binnen
Wij/we komen in
Wij/we lopen binnen
Wij/we rijden binnen
Wij/we rijden in
prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast
en campañaActie
Campagne
Veldtocht
, y
necesitaréIk zal behoeven
Ik zal hoeven
Ik zal nodig hebben
Ik zal toe zijn
 aan
vuestraJullie
Uw
Van jullie
compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm
. IdBegeef je!
Ga!
Kar!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Verloop!
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
vizcondeBurggraaf; mostraosLaat je zien!
Vertoon je!
dignoWaardig
Waardige
de la graciaBekoorlijkheid
Bekoring
Charme
Genade
Grap
Gratie
Gunst
Kwijtschelding
que se osJe
Jullie
concedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ken toe!
Verschaf!
, y que DiosGod
Godheid

osJe
Jullie
guardeBehoedt u!
Bergt u op!
Bewaakt u!
Bewaar
Bewaart u!
Heeft u de wacht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bergt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft de wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt over
Hoedt u!
Ik behoed
Ik berg op
Ik bewaak
Ik bewaar
Ik heb de wacht
Ik hoed
Ik let op
Ik pas op
Ik waak over
Let u op!
Past u op!
Waakt u over!
.

La mercedGenade
Merced
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
, en efectoEcht
Inderdaad
Metterdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Warempel
Werkelijk
; asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
es queDat komt omdat
Want
obedeciendoGehoorzamend el mancebo sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
replicarAntwoorden
Repliceren
la ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde
de partirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan
enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk
,
despidiose de suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
y suHaar
Hun
Uw
Zijn
hermanoBroeder
Broer
Frater
, diciendo aZeggend tegen ManuelManuel:

Justiciero osJe
Jullie
llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren
, MonseñorMonseigneur, y ciertamenteGewis
Ongetwijfeld
Wel degelijk
Zeker
loDe
Hem
Het
U
soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y el malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
y el maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten
.
HabéisJullie hebben
Jullie zijn
tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden
confianzaVertrouwen en Me
Mij
, y trataré deIk zal behandelen
Ik zal bepraten
Ik zal bespreken
Ik zal me beijveren
Ik zal moeite doen
Ik zal pogen
Ik zal proberen te
Ik zal streven
Ik zal trachten
Ik zal zoeken
justificarlaRechtvaardigen
Staven
. AdiósAdieu
Afscheid
Aju
Ajuus
Dáág
Tot ziens
Vaarwel
, monseñorMonseigneur.

SiguióleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
el duqueHertog conDoor
Met
Per
Samen met
los ojosKijkers
Ogen
hasta queTot
Totdat
leHaar
Hem
Het
U
perdióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze miste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelde
de vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht
, y volviéndoseOmdraaiend
Omkerend
Ronddraaiend
Zich omkerend
luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
alNaar de
Naar het
condeGraaf conDoor
Met
Per
Samen met
rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
severoBar
Barre
Duchtig
Duchtige
Hard
Harde
Straf
Straffe
Streng
Strenge
Zwaar
Zware
,
leHaar
Hem
Het
U
dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
:

¡AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
a vosGe
Gij
Je
Jij
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
condeGraaf!

MonseñorMonseigneur --interrumpió éste-Deze
Dit
-, anteSuède
Ten overstaan van
Voor
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
permitidBelet niet!
Gedoog!
Laat toe!
Permitteer!
Sta toe!
Vergun!
Veroorloof!
que agradezcaBedankt u voor!
Bedankt u!
Betuigt u dank!
Dankt u!
Heeft u te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedankt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigt dank
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dankbaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dankbaar voor
Ik bedank
Ik bedank voor
Ik ben dankbaar
Ik ben dankbaar voor
Ik betuig dank
Ik dank
Ik heb te danken
Is u dankbaar voor!
Is u dankbaar!
a V. A. el favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst
que acabaBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit!
de
concederToekennen
Verschaffen
a miMi
Mijn
hijoKind
Zoon
.

El favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst
que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
dispensado alNaar de
Naar het
vizcondeBurggraaf de Waldeck --contestó fríamenteKoud Manuel-Manuel-, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
agradecerBedanken
Bedanken voor
Dank betuigen
Dankbaar zijn
Dankbaar zijn voor
Danken
Te danken hebben
,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
loDe
Hem
Het
U
merece(Hij/het) verdient
Ben waard!
Ben waardig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waardig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Kom toe!
Verdien!
, y acordaosDenk terug!
Gedenk!
Herdenk!
Herinner je!
de lo queDat wat
Wat
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
: HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
justiciero paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
y el bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
y el
maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten
. ¡DadmeBreng op!
Breng toe!
Geef
Geef aan!
Geef!
Ken toe!
Verleen!
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
condeGraaf!

¿EntregarosAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afleveren
Bestellen
Bezorgen
Doorbrengen
Inleveren
Leveren
Overgeven
Overhandigen
Overleggen
Ter hand stellen
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijven
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
monseñorMonseigneur? ¿PorquéBeweegreden
Drijfveer
Motief
Reden
Waarom
?

YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
sabéisJullie kennen
Jullie smaken
Jullie weten
que prohibíIk verbood el roboBeroven
Bestelen
Buitmaken
Diefstal
Ik beroof
Ik besteel
Ik maak buit
Ik plunder
Ik roof
Ik steel
Ik stroop
Ik vergrijp me aan
Ontvreemding
Plunderen
Roven
Stelen
Stropen
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
 uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
la penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet
de palosMasten
Palen
Stokken
uOf horcaGalg
Kruis
Mestvork
Vork
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
los soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
, y arrestoAanhouden
Aanhouding
Arrest
Arrestatie
Arresteren
Hechtenis
Ik arresteer
Ik houd aan
Ik neem in verzekerde
 bewaring
Ik reken in
Inhechtenisneming
Inrekenen
o cárcelBajes
Cachot
Gevang
Gevangenis
Nor
Petoet
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!

los jefesAanvoerders
Bazen
Chefs
Gebieders
Hoofden
Leiders
Meerderen
Opperhoofden
Superieuren
. VosGe
Gij
Je
Jij
habéisJullie hebben
Jullie zijn
contravenido a miMi
Mijn
ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde
introduciéndoosBinnendringend
Insluipend
Je toegang verschaffend
violentamente, a pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots
las observacionesInachtnemingen
Observaties
Opmerkingen
Waarnemingen

de vuestroJullie
Uw
Van jullie
hijoKind
Zoon
mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere
, en el castilloBurcht
Kasteel
Slot
del Parcq, quitandoAfdoend
Afhalend
Afleggend
Afzettend
Eraf halend
Opgevend
Prijsgevend
Rissend
Ritsend
Uitdoend
Uitkrijgend
Uittrekkend
Verwijderend
Weghalend
Weglatend
Wegnemend
las alhajasDecoraties
Jij/je versiert met kostbaarheden
Sieraden
Tooisels
Versieringen
Versierselen
Versiersels
a la castellanaCastillaanse
Kastiliaans
Kastiliaanse
. SoisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn
un ladrónDief
Steler
. ¡EntregadmeBestel!
Betaal uit!
Bezorg!
Breng door!
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Lever af!
Lever in!
Lever!
Overhandig!
Overleg!
Reik aan!
Stel ter hand!
Verdrijf!
Voer toe!

la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
condeGraaf de Waldeck!

PronuncióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
el duqueHertog estasDeze
Dezen
palabrasBewoordingen
Woorden
sin queZonder dat el tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
cambiaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denatureerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kenterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze varieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veranderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselde af
Ik denatureerde
Ik kenterde
Ik ruilde
Ik varieerde
Ik veranderde
Ik verkeerde
Ik vermaakte
Ik werkte
Ik wisselde
Ik wisselde af
visiblementeZichtbaar, exceptoBehalve
Bij uitzondering
Buiten
Op ... na
Uitgezonderd
Uitgezonderde
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el escuderoSchildknaap
y el pajePage, quienesDie
Personen
Wie
comenzandoAanbindend
Aanbrekend
Aanvangend
Beginnend
Beginnend met
Ingaand
a entenderAanvoelen
Begrijpen
Beseffen
Bevatten
Snappen
Vatten
Verstaan
la gravedadZwaartekracht del casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
 echt
Naamval
Zaak
se miraronZij/ze bekeken zich
Zij/ze beschouwden zich
Zij/ze keken elkaar aan
Zij/ze spiegelden zich
conDoor
Met
Per
Samen met
ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
inquietudBeduchtheid
Bezorgdheid
Ongerustheid
Verontrusting
. El
condeGraaf se demudó; másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
que paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
un desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware
adivinarBeduiden
Doorzien
Gissen
Raden
Verwachten
Voorspellen
Voorzeggen
Waarzeggen
en el tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht
de la vozInspraak
Stem
Stemgeluid
de
Mauel Filiberto el gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap
de amenazaBedreig!
Bedreigen
Bedreiging
Dreig!
Dreigement
Dreigen
Dreiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigt
a que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven
suHaar
Hun
Uw
Zijn
justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid
o suHaar
Hun
Uw
Zijn
cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
.

¡La espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, monseñorMonseigneur! --exclaó Waldeck. ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
! sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
ejecutadoGeëxecuteerd
Nagekomen
Nageleefd
Ter dood gebracht
Terechtgesteld
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Voltrokken
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
maldadBoosaardigheid
Ondeugendheid
Schanddaad
Slechtheid
; un caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
entregaAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afgifte
Afleveren
Aflevering
Bestel!
Bestellen
Betaal uit!
Bezorg!
Bezorgen
Breng door!
Doorbrengen
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Inleveren
Inlevering
Lever af!
Lever in!
Lever!
Leveren
Levering
Overdracht
Overgeven
Overhandig!
Overhandigen
Overleg!
Overleggen
Reik aan!
Stel ter hand!
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijf!
Verdrijven
Voer toe!

la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
por tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
. --Y sonrióseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glimlachte desdeñosamente.

Ja
Jawel
Wel
Zich
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
, Ja
Jawel
Wel
Zich
--repuso Manuel-Manuel-, habéisJullie hebben
Jullie zijn
cometidoBedreven
Begaan
Gebruikt
Gepleegd
Opdracht
Opgedragen
Plicht
Taak
Toevertrouwd
Zedelijke verplichting
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
crimenMisdaad
Misdrijf
, y loDe
Hem
Het
U
callabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zweeg
Ik verzweeg
Ik zweeg
por respetoEerbied
Egards
Ik acht
Ik eerbiedig
Ik heb respect voor
Ik respecteer
Ontzag
Respect
a la noblezaAdel
Edelen

alemanaDuits
Duitse
; másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
loDe
Hem
Het
U
queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen
, hablaréIk zal converseren
Ik zal praten
Ik zal spreken
. EscuchadBeluister!
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister!
: noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
satisfechoBlij
Blije
Tevreden
Voldaan
Voldaan aan
Voldane
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane
conDoor
Met
Per
Samen met
robarBeroven
Bestelen
Buitmaken
Plunderen
Roven
Stelen
Stropen
Zich vergrijpen aan
a la dueñaEigenares
Meesteres
de la quinta5e
Aanmonstering
Kwint
Rekrutering
Vijfde
, habéislaJullie hebben
Jullie zijn

atadoAangesloten
Bosje
Gebonden
Geknoopt
Gestrikt
Vastgebonden
Vastgemaakt
Verbonden
a los piesPoten
Voeten
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde
amenazándola conDoor
Met
Per
Samen met
pegarAanbakken
Aanzetten
Afranselen
Aftuigen
Beuken
Hechten
Houwen
Klappen
Kloppen
Lijmen
Meppen
Plakken
Slaan
Vastnaaien
Vastplakken
fuegoVuur a la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
antes deAlvorens te
Voor
dos2
Do's
Twee
Tweede
horasTijden
Uren
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
osJe
Jullie
dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
doscientos200
Tweehonderd

escudosBorden
Bordjes
Escudo's
Schilden
Uithangborden
noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele
, y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
la infelizOngelukkig
Ongelukkige
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
podidoGekund
Gemogen
aprontároslo, a despecho deIn spijt van
In weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots
las súplicasSmeekbeden
Smeekbedes
de vuestroJullie
Uw
Van jullie

primogénitoEerstgeborene, habéisJullie hebben
Jullie zijn
incendiadoIn brand gestoken la granjaLa granja para queOpdat
Zodat
la desgraciadaOngelukkig
Ongelukkige
víctimaDupe
Getroffene
Slachtoffer
reflexionaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overdacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon op
Ik bedacht
Ik dacht na
Ik overdacht
Ik wikte
Ik zon
Ik zon op
antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer
las llamasJij/je belt
Jij/je belt aan
Jij/je belt op
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je klopt
Jij/je luidt
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je praait
Jij/je roept
Jij/je roept aan
Jij/je roept op
Jij/je schelt
Jij/je telefoneert
Lama's
Opwindingen
Schaapkamelen
Vlammen
Vuren

prendieranZij/ze staken op alNaar de
Naar het
castilloBurcht
Kasteel
Slot
... Y miradBekijk!
Blik aan!
Blik!
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
negaréisJullie zullen loochenen
Jullie zullen ontkennen
... DesdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
aquíAlhier
Hier
se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
fuegoVuur y humoDamp
Rook
. SoisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn
un incendiarioBrand-
Brandstichter
.
¡EntregadmeBestel!
Betaal uit!
Bezorg!
Breng door!
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Lever af!
Lever in!
Lever!
Overhandig!
Overleg!
Reik aan!
Stel ter hand!
Verdrijf!
Voer toe!
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
condeGraaf de Waldeck!

El condeGraaf rechinóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knarste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze piepte
los dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
principiabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan
Ik begon
Ik brak aan
Ik ging in
Ik ving aan
a comprenderBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la resoluciónBeslissing
Besluit
Motie
Oplossen
Resolutie
Uitspraak
Wijzing
que envolvíanZij/ze bakerden
Zij/ze bakerden in
Zij/ze brachten met zich
 mee
Zij/ze impliceerden
Zij/ze pakten
Zij/ze pakten in
Zij/ze rolden op
Zij/ze sloten in
Zij/ze strengelden
Zij/ze verpakten
Zij/ze wikkelden
Zij/ze wonden
Zij/ze zwachtelden in
las palabrasBewoordingen
Woorden

del duqueHertog.

Puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
enteradoAangekondigd
In kennis gesteld
Medegedeeld
Meegedeeld
Vernomen
Verwittigd
estáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten
del comienzoAanhef
Aanvang
Begin
Ik begin
Ik begin met
Ik bind aan
Ik breek aan
Ik ga in
Ik vang aan
Ontstaan
, monseñorMonseigneur, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
estaréisJullie zullen je bevinden
Jullie zullen liggen
Jullie zullen zijn
Jullie zullen zitten
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
del finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding
.

Tenéis razónJullie hebben gelijk, caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter
, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
loDe
Hem
Het
U
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
, y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
deseabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dong naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenste
Ik ambieerde
Ik aspireerde
Ik begeerde
Ik dong naar
Ik haakte naar
Ik had trek in
Ik hunkerde
Ik jaagde na
Ik joeg na
Ik smachtte
Ik smachtte naar
Ik snakte naar
Ik streefde na
Ik streefde naar
Ik verkoos
Ik verlangde
Ik wenste
librarosBevrijden de la cuerdaKoord
Koorde
Lijn
Snaar
Snoer
Stemband
Touw
Verstandig
Verstandige
Vroed
Vroede
Wijs
Wijze
que

merecéisJullie komen toe
Jullie verdienen
Jullie zijn waard
Jullie zijn waardig
.

¡MonseñorMonseigneur! --repuso Waldeck en son deZij/ze behoren
Zij/ze behoren toe
Zij/ze behoren tot
Zij/ze komen uit
amenazaBedreig!
Bedreigen
Bedreiging
Dreig!
Dreigement
Dreigen
Dreiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigt
.

¡SilencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen
, caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter
! RespetadEerbiedig!
Heb respect voor!
Respecteer!
. a vuestroJullie
Uw
Van jullie
acusadorAanklager
Beschuldiger
y tembladBeef!
Bibber!
Huiver!
Ril!
Tril!
anteSuède
Ten overstaan van
Voor
vuestroJullie
Uw
Van jullie
juezRechter
Richter
. Voy aIk ga naar decirosJullie zeggen el finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding
. AlNaar de
Naar het

verBekijken
Kijken
Zien
las llamasJij/je belt
Jij/je belt aan
Jij/je belt op
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je klopt
Jij/je luidt
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je praait
Jij/je roept
Jij/je roept aan
Jij/je roept op
Jij/je schelt
Jij/je telefoneert
Lama's
Opwindingen
Schaapkamelen
Vlammen
Vuren
que comenzabanZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan
a elevarseEen hoge positie bereiken
Opstijgen
Stijgen
Zich verheffen
, vuestroJullie
Uw
Van jullie
bastardoBastaard
Bastaard-
, que teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
la llaveDe sleutel del cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
atadaAangesloten
Gebonden
Geknoopt
Gestrikt
Vastgebonden
Vastgemaakt
Verbonden

la prisioneraGevangen
Gevangene
, entróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed in
en la estanciaGrote boerderij
Oponthoud
Verblijf
, la infelizOngelukkig
Ongelukkige
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
gritadoGebalkt
Geblaat
Gebruld
Gegierd
Gegromd
Gehinnikt
Gejoeld
Geloeid
Geroepen
Geschreeuwd
Uitgejouwd
alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
el fuegoVuur avanzarAnticiperen
Voortbewegen
Vooruitgaan
Vooruitkomen
Vorderen
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que la
muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden
, peroDoch
Echter
Maar
gritóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze balkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blaatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gierde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hinnikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jouwde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreeuwde
alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
que el bastardoBastaard
Bastaard-
la cogíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemachtigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan
Ik bemachtigde
Ik ging halen
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik haalde
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik plukte
Ik plukte af
Ik raapte op
Ik tokkelde
Ik vatte
Ik vatte aan
en brazosArmen, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
la deshonra. El vizcondeBurggraaf de Waldeck
acudió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed een beroep
 op
susHaar
Hun
Uw
Zijn
lamentos, intimando a suHaar
Hun
Uw
Zijn
hermanoBroeder
Broer
Frater
que soltaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte los
Ik liet los
Ik maakte los
a la víctimaDupe
Getroffene
Slachtoffer
, y en vez deIn plaats van
In stede van
contestar aAntwoord geven
Antwoorden
la vozInspraak
Stem
Stemgeluid
del
honorEer
Hulde
, echóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
 drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
 lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
 deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg
sobre laOp de
Op het
camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde
a la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe
y desnudóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkleedde
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
. Tiró deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan la suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u
el vizcondeBurggraaf, decididoBeslist
Besloten
Uitgemaakt
Zich voorgenomen
a salvarBehouden
Bergen
Redden
a
la castellanaCastillaanse
Kastiliaans
Kastiliaanse
conDoor
Met
Per
Samen met
peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
vidaHachje
Leven
, y ambosAlle twee de
Allebei
Beide
hermanosBroederen
Broeders
Broers
Broers en zussen
Fraters
Zussen
se atacaronZij/ze attaqueerden
Zij/ze grepen aan
Zij/ze tackelden
Zij/ze tastten aan
Zij/ze vielen aan
conDoor
Met
Per
Samen met
profundaDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte
saña, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd

que se odiabanZij/ze haatten elkaar. EntoncesDan
Dus
Toen
entrasteisJullie gingen binnen
Jullie gingen in
Jullie gingen naar binnen
Jullie kwamen binnen
Jullie kwamen in
Jullie liepen binnen
Jullie reden binnen
Jullie reden in
vosGe
Gij
Je
Jij
, y creyendo queDenkend dat vuestrosJullie
Van jullie
hijosKinderen
Zonen
Zoons
peleabanZij/ze kampten
Zij/ze maakten ruzie
Zij/ze streden
Zij/ze vochten
Zij/ze voerden strijd
por la adquisiciónAankoop
Aanschaf
Aanwinst
Acquisitie
Afname
Behalen
Buit
Buitmaken
Inkoop
Koop
Kopen
Krijgen
Overname
Prooi
Verkrijgen
Verkrijging
Verwerven
Verwerving
de aquellaDat
Die
Diegene

damaDame
Jonkvrouw
Vrouw
Vrouwe
, dijisteisJullie gaven op
Jullie spraken
Jullie zegden
Jullie zeiden
: “La mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
del mundoAardrijk
Wereld
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
valeAfgesproken
Akkoord
Ben waard!
Goed
Het is goed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loont
In orde
Kost!
Loon!
Oké
Prima
Top
Waardebon
una gotaDrop
Droppel
Druppel
Jicht
Lik
Podagra
de la sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!
que circulaBen in omloop!
Circuleer!
Ga rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze circuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in omloop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rouleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stroomt
Rouleer!
Stroom!
en las venasAderen
Aders
Geestdriften
Nerven
Pittigheden
Sappigheden
Spirits
Vlammen
Vuren

del soldadoGelast
Gesoldeerd
Krijgsman
Soldaat
. Deponed las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens
, hijosKinderen
Zonen
Zoons
, que yoEgo
Ik
osJe
Jullie
avendré.' BajaronZij/ze daalden
Zij/ze daalden af
Zij/ze gaven korting
Zij/ze gingen naar beneden
Zij/ze gingen naar beneden
 uitstappen
Zij/ze kortten
Zij/ze lieten neer
Zij/ze sloegen af
Zij/ze stapten af
Zij/ze stapten uit
Zij/ze trokken af
Zij/ze verlaagden
Zij/ze verzakten
Zij/ze zakten
Zij/ze zakten weg
Zij/ze zonken
las espadasBollebozen
Degens
Slagzwaarden
Zwaarden
, pasasteisJullie brachten door
Jullie gaven aan
Jullie gebeurden
Jullie gingen langs
Jullie gingen over
Jullie gingen voorbij
Jullie haalden in
Jullie kwamen langs
Jullie kwamen om
Jullie lieten door
Jullie overkwamen
Jullie passeerden
Jullie reikten aan
Jullie staken over
Jullie verdreven
Jullie vergingen
Jullie verliepen
Jullie verstreken
vosGe
Gij
Je
Jij
, y ambosAlle twee de
Allebei
Beide

osJe
Jullie
mirabanZij/ze bekeken
Zij/ze blikten
Zij/ze blikten aan
Zij/ze keken
Zij/ze keken aan
Zij/ze keken naar
Zij/ze keken toe
Zij/ze schouwden
Zij/ze wierpen een blik
Zij/ze wierpen een blik
 op
Zij/ze zagen toe
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sabiendoKennend
Smakend
Wetend
lo queDat wat
Wat
pensabaisJullie dachten hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
; os acercasteisJullie kwamen dichterbij
Jullie naderden
Jullie waren in aantocht
a la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
, y antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer
vuestrosJullie
Van jullie
hijosKinderen
Zonen
Zoons

tuvieranZij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
oponerse aZich verzetten tegen talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke
infamia, echasteisJullie begonnen handel te
 drijven met
Jullie gooiden
Jullie gooiden erop
Jullie hadden aandeel in
Jullie jaagden weg
Jullie joegen weg
Jullie keilden
Jullie kondigden aan
Jullie kregen
Jullie legden op
Jullie lieten aan het
 lot over
Jullie maakten bekend
Jullie maakten vast
Jullie namen
Jullie schatten
Jullie schonken in
Jullie sloegen uit
Jullie smeten
Jullie speelden een partijtje
Jullie speelden uit
Jullie spraken uit
Jullie stortten
Jullie strooiden
Jullie stuurden weg
Jullie tankten
Jullie traden op in
Jullie uitten
Jullie voegden toe
Jullie voerden op
Jullie wedden
Jullie wedijverden
Jullie wierpen
Jullie zegden
Jullie zeiden
Jullie zetten buiten de
 deur
Jullie zonden weg
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
a la dagaDagge
Dolk
y se la hundisteisJullie duwden onder en el pechoBoezem
Borst
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

digáisJullie geven op
Jullie spreken
Jullie zeggen
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sucedidoAfgekomen
Afgestamd
Gebeurd
Geschied
Gevolgd op
Geërfd van
Opgevolgd
Overkomen
Voorgevallen
asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
vuestraJullie
Uw
Van jullie
dagaDagge
Dolk
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
húmedaKlam
Klamme
Mottig
Mottige
Vochtig
Vochtige
, y ensangrentadasBebloed
Bebloede
Bloed bevlekt
Bloederig
Bloederige
vuestrasJullie
Van jullie
manosHanden. ¡SoisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn

un asesinoIk moord
Ik vermoord
Moordenaar
Moordlustig
Moordlustige
! ¡DadmeBreng op!
Breng toe!
Geef
Geef aan!
Geef!
Ken toe!
Verleen!
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
condeGraaf de Waldeck!

PocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
cuesta(Het) kost
Glooiing
Helling
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt iets moeilijk
Kost!
Vind iets moeilijk!
decirloOpgeven
Spreken
Zeggen
, monseñorMonseigneur; un Waldeck noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
osJe
Jullie
entregaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afgeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bestellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezorgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doorbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overgeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overhandigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ter hand
 stellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toevoeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbetalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdrijven
la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
, príncipeKoningszoon
Prins
Vorst
coronadoBekroond
Coronado
Gekroond
o sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
coronaBekroon!
Corona
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekroont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kroont
Koningskroon
Krans
Kroon
Kroon!
Kroonwiel
,
aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus
vosotrosGijlieden
Je
Jullie
siete7
Zeven
, y menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
hijoKind
Zoon
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse
y cuarenta40
Veertig
soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten

detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin
.

PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen
entregármelaAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afleveren
Bestellen
Bezorgen
Doorbrengen
Inleveren
Leveren
Overgeven
Overhandigen
Overleggen
Ter hand stellen
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijven
de gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap
--dijo ManuelManuel conDoor
Met
Per
Samen met
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
alterada-Veranderd
Verontrust
Verstoord
-, yoEgo
Ik
la tomaréIk zal aannemen
Ik zal aanvatten
Ik zal accepteren
Ik zal afnemen
Ik zal binnenkrijgen
Ik zal drinken
Ik zal gebruiken
Ik zal innemen
Ik zal inslaan
Ik zal inslikken
Ik zal nemen
Ik zal nuttigen
Ik zal ontvangen
Ik zal oprapen
Ik zal opsnuiven
Ik zal pakken
Ik zal vatten
por
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!
.

Y haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
saltarBarsten
Een sprong doen
In de lucht springen
In het oog springen
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Te binnen schieten
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren
Van een hoogte springen
el caballoKnol
Paard
Ros
púsose alNaar de
Naar het
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
del condeGraaf, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
estrechadoGereikt por ésteDeze
Dit
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tirar deTrekken aan la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
,
echabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
 drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
 lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
 deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg
Ik begon handel te
 drijven met
Ik gooide
Ik gooide erop
Ik had aandeel in
Ik jaagde weg
Ik joeg weg
Ik keilde
Ik kondigde aan
Ik kreeg
Ik legde op
Ik liet aan het
 lot over
Ik maakte bekend
Ik maakte vast
Ik nam
Ik schatte
Ik schonk in
Ik sloeg uit
Ik smeet
Ik speelde een partijtje
Ik speelde uit
Ik sprak uit
Ik stortte
Ik strooide
Ik stuurde weg
Ik tankte
Ik trad op in
Ik uitte
Ik voegde toe
Ik voerde op
Ik wedde
Ik wedijverde
Ik wierp
Ik zegde
Ik zei
Ik zette buiten de
 deur
Ik zond weg
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
a la pistolaPistool, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
ManuelManuel Filiberto, conDoor
Met
Per
Samen met
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker
, disparóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurde
la suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u
a bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater
de jarroItaliaanse aronskelk
Kruik
Pot
Urn
, abrasándole
la caraDe kant
De zijde
y volandoleVliegend los sesosBreinen
Hersenen
Hersens
. ApenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood
tuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
el condeGraaf paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
gritarBalken
Blaten
Brullen
Gieren
Grommen
Hinniken
Joelen
Loeien
Roepen
Schreeuwen
Uitjouwen
, y abriendoBeginnend
Graverend
Open makend
Opendoend
Openend
Openmakend
los brazosArmen inclinóseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed overhellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neigde

pausadamente de espaldasAchterover sobre laOp de
Op het
grupa del caballoKnol
Paard
Ros
, perdióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze miste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelde
el estriboDe remklauw
De treeplank
izquierdoLinker-
Links
Linkse
y cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
alNaar de
Naar het
sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem
.

El justiciero habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid
: el condeGraaf murióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overleed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stierf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmachtte
alNaar de
Naar het
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip
.

Cubierto conBedekt met suHaar
Hun
Uw
Zijn
férreaIjzeren armaduraAnker
Armatuur
Vakwerk
, el bastardoBastaard
Bastaard-
de Waldeck habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
permanecidoGebleven
Gerest
Geresteerd
Getoefd
Overgebleven
Verbleven
inmóvilBewegingloos
Bewegingloze
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Roerloos
Roerloze
Stationair
Stationaire
Stil
Stille
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una estatuaBeeld
Standbeeld

ecuestrePaarden-, y alNaar de
Naar het
escucharAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren
el tiroIk gooi
Ik gooi uit
Ik gooi weg
Ik paf
Ik schiet
Ik smijt uit
Ik trek
Ik vuur
Ik werp omver
Ik werp uit
Tyrus
, alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
que suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
caíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
Ik geraakte
Ik liet vallen
Ik verschoot
Ik verviel
Ik viel
Ik viel af
Ik viel neer
, exhalóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ademde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dampte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wasemde uit
un gritoIk balk
Ik blaat
Ik brul
Ik gier
Ik grom
Ik hinnik
Ik joel
Ik jouw uit
Ik loei
Ik roep
Ik schreeuw
Kreet
Roep
Schreeuw
de rabiaBen boos op!
Ben boos!
Ben kwaad op!
Ben kwaad!
Dolheid
Drift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is boos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is boos op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is kwaad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is kwaad op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toornt
Hondsdolheid
Razernij
Toorn!
Woede
y exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet
en alemánDuits
Duitse
Duitse taal
Duitser
dirigiéndoseOmdraaiend
Omkerend
Ronddraaiend
Zich omkerend
Zich richtend tot

a los asombradosBevreemd
Verbaasd
Verbaasde
Verwonderd
reitres:

¡A Me
Mij
, --compañeros! EseDat
Die
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
los nuestrosOnze
Van ons
. ¡MueraGaat u dood!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sterft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmacht
Ik ga dood
Ik overlijd
Ik sterf
Ik verscheid
Ik versmacht
Overlijdt u!
Sterft u!
Verscheidt u!
Versmacht u!
el duqueHertog! ¡MueraGaat u dood!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sterft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmacht
Ik ga dood
Ik overlijd
Ik sterf
Ik verscheid
Ik versmacht
Overlijdt u!
Sterft u!
Verscheidt u!
Versmacht u!
!

Los reitres movieronZij/ze bewogen
Zij/ze roerden
Zij/ze verroerden
la cabezaHoofd
Kop
Krop
en señalSein
Signaal
Spoor
Teken
de negaciónLoochenen
Negatie
Ontkennen
Ontkennend woord
Ontkenning
, y el mancebo continuóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
, más y másIn toenemende mate
Meer en meer
Steeds meer
arrebatadoAfgenomen
Afgepakt
Uitgelicht
Uitgenomen
Weggehaald
Weggenomen
de
iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak
:

¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen
vengarWraak nemen
Wreken
alNaar de
Naar het
que osJe
Jullie
queríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un padrePater
Vader
y osJe
Jullie
colmabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtrof
Ik liep over
Ik overliep
Ik overtrof
de oroE175
Goud
Ik bid
satisfaciéndoos de botínBuit
Gevangenneming
Prooi
Vangst
? PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende

leHaar
Hem
Het
U
vengaréIk zal wraak nemen
Ik zal wreken
yoEgo
Ik
, ¡ingratosOndankbaar
Ondankbare
y cobardesLafaards!

Y alNaar de
Naar het
desnudarOntkleden
Uitkleden
el aceroStaal paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
echarseAlles in de war
 sturen
Beginnen
Broeds worden
Gaan liggen
Nemen
Springen
Wedden
Wedijveren
Zich door zijn toorn
 laten meeslepen
Zich storten
Zich werpen
Zich wijden
sobre elOp de
Op het
duqueHertog, dos2
Do's
Twee
Tweede
reitres asieronZij/ze bemachtigden
Zij/ze grepen
Zij/ze grepen aan
Zij/ze grepen vast
Zij/ze namen
Zij/ze namen beet
Zij/ze pakten
Zij/ze pakten beet
Zij/ze raapten op
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan
las riendasBreidels
Teugels
Tomen
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
caballoKnol
Paard
Ros
, mientrasTerwijl
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
leHaar
Hem
Het
U
oprimíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kropte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderdrukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkropte
Ik kropte op
Ik onderdrukte
Ik verdrong
Ik verdrukte
Ik verkropte
en susHaar
Hun
Uw
Zijn
brazosArmen. El mancebo forcejeabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spartelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tobde zich af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze worstelde
Ik spartelde
Ik tobde me af
Ik worstelde
furiosoDol
Doldriftig
Doldriftige
Dolle
Verwoed
Verwoede
Woedend
Woedende
Woest
Woeste
llenandoAanvullend
Bijwerkend
Completerend
Dempend
Invullend
Spekkend
Stoppend
Vol makend
Voleindend
Volmakend
Volschenkend
Vullend
de injuriasAffronten
Beledigingen
Jij/je beschimpt
Jij/je schimpt
Krenkingen
Smaden
a los queWie
Zij die
leHaar
Hem
Het
U
asíanZij/ze bemachtigden
Zij/ze grepen
Zij/ze grepen aan
Zij/ze grepen vast
Zij/ze namen
Zij/ze namen beet
Zij/ze pakten
Zij/ze pakten beet
Zij/ze raapten op
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan
, y el
duqueHertog leHaar
Hem
Het
U
mirabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe
Ik bekeek
Ik blikte
Ik blikte aan
Ik keek
Ik keek aan
Ik keek naar
Ik keek toe
Ik schouwde
Ik wierp een blik
Ik wierp een blik
 op
Ik zag toe
conDoor
Met
Per
Samen met
ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
compasiónMededogen
Medelijden
, comprendiendoBegrijpend
Beseffend
Bevattend
Omvattend
Snappend
Vattend
Verstaand
el dolorPijn
Smart
Wee
Zeer
de un hijoKind
Zoon
a cuyosHuiscavia's
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier
piesPoten
Voeten
cae(Het) valt
Geraak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervalt
Laat vallen!
Val af!
Val neer!
Val!
Verschiet!
Verval!
muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht
suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
.

Alteza --preguntaron los reitres--, ¿quéWat
Welke
hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit
conDoor
Met
Per
Samen met
eseDat
Die
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
?

SoltadleLaat los!
Maak los!
--dijo el duque-Hertog-; habiéndomeHet met iemand aan
 de stok krijgend
Me gedragend
Me met iemand metend
amenazadoBedreigd
Gedreigd
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
yoEgo
Ik
leHaar
Hem
Het
U
prendieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak op
Ik stak op
, tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
supondría queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou veronderstellen dat
Ik zou veronderstellen dat
tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast

miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
.

ArrancaronZij/ze brachten op gang
Zij/ze braken af
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen weg
Zij/ze haalden uit
Zij/ze kregen aan de
 praat
Zij/ze ontlokten
Zij/ze plukten
Zij/ze plukten af
Zij/ze reten
Zij/ze rukten af
Zij/ze rukten uit
Zij/ze scheurden
Zij/ze scheurden weg
Zij/ze stapten op
Zij/ze startten
Zij/ze tapten
Zij/ze togen
Zij/ze trokken
Zij/ze trokken te voorschijn
Zij/ze trokken uit
Zij/ze vertrokken
Zij/ze zetten aan
los reitres la espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard
de manosHanden del bastardoBastaard
Bastaard-
, dejáronle libreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde
, el mozoKnecht
Kruier
Pakjesdrager
Sjouwer
Witkiel
salvóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze redde
de un saltoBarsten
Ik barst
Ik doe een sprong
Ik ontplof
Ik schiet te binnen
Ik schiet uit
Ik sla over
Ik spring
Ik spring in de
 lucht
Ik spring in het
 oog
Ik spring los
Ik spring op
Ik spring open
Ik spring van een
 hoogte
Ik spuit op
Ik vaar uit
Ik val uit
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Sprong
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren
el espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
 tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim

que leHaar
Hem
Het
U
separabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiftte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonderde af
Ik scheidde
Ik scheidde af
Ik schiftte
Ik zonderde af
del duqueHertog, quienDie
Wie
leHaar
Hem
Het
U
esperabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik hoopte
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik wachtte
Ik wachtte af
Ik wachtte op
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit
empuñandoGrijpend
Krijgend
Vastpakkend
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
pistolaPistool.

ManuelManuel Filiberto, duqueHertog de SaboyaSavoie
Savoye
y príncipeKoningszoon
Prins
Vorst
del PiamontePiemonte --gritó el bastardoBastaard
Bastaard-
de Waldeck dirigiendoAdresserend
Besturend
Chaufferend
Dirigerend
Mennend
Richtend
Rijdend
Sturend
Vervoerend

haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
élHem
Hij
la manoDe hand en señalSein
Signaal
Spoor
Teken
de amenazaBedreig!
Bedreigen
Bedreiging
Dreig!
Dreigement
Dreigen
Dreiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigt
, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
hoyHeden
Vandaag
habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
Ge
Gij
Je
Jij
y yoEgo
Ik
un odioHaat
Ik haat
mortalDodelijk
Dodelijke
Dood-
. ManuelManuel Filiberto...
¡hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht
a miMi
Mijn
padrePater
Vader
! MírameBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
calándose la viseraKlep
Vizier
, y cada vezElke keer
Steeds
Telkens
que meMe
Mij
veasJij ziet
Jij/je bekijkt
Jij/je kijkt
Jij/je ziet
el semblanteAangezicht
Air
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Uiterlijk
Uitzicht
, de
díaDag
Etmaal
o de nocheAvond
Nacht
, en una fiestaFeest
Festiviteit
Fuif
Partij
o en un combateBestrijd!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestrijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt het op
 tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert strijd
Kamp!
Neem het op tegen!
Strijd
Strijd!
Vecht!
Voer strijd!
... ¡ayAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht
de tiJe
Jou
, ayAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht
de tiJe
Jou
, ManuelManuel Filiberto! ...

Y volviendoDraaiend
Kerend
Omdraaiend
Ronddraaiend
Teruggaand
Terugkerend
Terugkomend
Teruglopend
Terugtrekkend
Wederkerend
Wederkomend
Weer gaand
Weeromkomend
Wendend
Wentelend
Zwenkend
grupas, partióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitste op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze startte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
alNaar de
Naar het
galopeGalop
Galoppeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galoppeert
Ik galoppeer
agitandoAgiterend
Bewegend
Ophitsend
Opruiend
Opstokend
Opwindend
Roerend
Schuddend
la diestraBedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Handig
Handige
Rechtshandige
Vaardig
Vaardige
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
fulminarDe bliksem slingeren
Fulmineren
Razen
Slingeren
Tekeer gaan
Tekeergaan
Tieren
Verblinden
Veroordelen
maldicionesVervloekingen
Verwensingen
contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus
el duqueHertog,
diciéndole por últimaAchterste
Jongstleden
Laatste
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt
:

¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht
de tiJe
Jou
!

¡MiserableBeroerd
Beroerde
Ellendeling
Ellendig
Ellendige
Gierig
Gierige
Miserabel
Miserabele
Ongelukkig
Ongelukkige
Ontmoedigd
Ontmoedigde
Slecht
Slechte
Terneergeslagen
Verdorven
Vrekkig
Vrekkige
! --gritó el escuderoSchildknaap de ManuelManuel espoleandoAansporend
De sporen gevend
Prikkelend
suHaar
Hun
Uw
Zijn
caballoKnol
Paard
Ros
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
alcanzarleAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven
.

TeJe
Jou
prohibo que desJij/je brengt op
Jij/je brengt toe
Jij/je geeft
Jij/je geeft aan
Jij/je kent toe
Jij/je verleent
un pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
Scianca-Ferro --exclamó el duqueHertog.

Y dirigiéndoseOmdraaiend
Omkerend
Ronddraaiend
Zich omkerend
Zich richtend tot
alNaar de
Naar het
pajePage que conDoor
Met
Per
Samen met
rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
descolorido parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
 als
Ik had het uiterlijk
 van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
 als
dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid
a vaciarAfgieten
Gieten
Ledigen
Legen
Lenzen
Lichten
Ruimen
Uithalen
Uithollen
los arzones, tendióleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte uit
la manoDe hand
diciéndole:

¿QuéWat
Welke
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
esoDat
Die
Zulks
, León? A feFiducie
Geloof
Vertrouwen
que alNaar de
Naar het
verteBekijken
Kijken
Zien
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
demudado y temblorosoBevend
Bevende
Trillend
Trillende
teJe
Jou
tomaríanZij/ze zouden aannemen
Zij/ze zouden aanvatten
Zij/ze zouden accepteren
Zij/ze zouden afnemen
Zij/ze zouden binnenkrijgen
Zij/ze zouden drinken
Zij/ze zouden gebruiken
Zij/ze zouden innemen
Zij/ze zouden inslaan
Zij/ze zouden inslikken
Zij/ze zouden nemen
Zij/ze zouden nuttigen
Zij/ze zouden ontvangen
Zij/ze zouden oprapen
Zij/ze zouden opsnuiven
Zij/ze zouden pakken
Zij/ze zouden vatten
por una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
.

¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge
duqueHertog míoMijne
Van mij
! --murmuró el paje-Page-, decidmeGeef op!
Spreek!
Zeg!
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten
heridoBezeerd
Gekwetst
Gewond
Gewonde
Verwond
, o me mueroIk ga dood.

¡NiñoJongen
Kind
! ¿acasoToeval
Toevalligheid
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
DiosGod
Godheid
de miMi
Mijn
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
? AmigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden
míosVan mij --dijo luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
el duqueHertog a los reitres indicandoAanduidend
Aangevend
Aanwijzend
Beduidend
Een sein gevend
Een teken gevend
Kenmerkend
Latend zien
Merkend
Seinend
Tekenend
Tentoonspreidend
Tonend
Uitduidend
Uitwijzend
Vertonend
Wijzend
el
cadáverKadaver
Kreng
Lijk
del conde-Graaf-, dadBreng op!
Breng toe!
Geef
Geef aan!
Geef!
Ken toe!
Verleen!
sepulturaBegrafenis
Begraven
Graf
Grafkuil
Grafstede
Teraardebestelling
cristianaChristelijk
Christelijke
a eseDat
Die
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
, y la justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid
que acaboIk besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik gebruik op
Ik maak af
Ik maak op
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verdoe
Ik verklungel
Ik verkwist
Ik vermors
Ik verspil
Ik voleindig
Ik werk af
Ik werk uit
de ejecutarExecuteren
Nakomen
Naleven
Ter dood brengen
Terechtstellen
Uitvoeren
Verrichten
Vervullen
Voltrekken
seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
vosotrosGijlieden
Je
Jullie

una pruebaAanpassen
Aantonen
Adstructie
Adstrueer!
Adstrueren
Beproef!
Beproeven
Bewijs
Bewijs!
Bewijzen
Bezoek!
Bezoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adstrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op de
 proef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Maak waar!
Onderzoek
Pas aan!
Pas!
Passen
Probeer uit!
Probeer!
Proberen
Proef
Proef!
Staaf!
Staven
Stel op de proef!
Teken
Test
Toets
Toets!
Toetsen
Toon aan!
Uitproberen
Uitwijzen
Waarmaken
Wijs uit!
de que a misMi's
Mijn
ojosKijkers
Ogen
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
a los del SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
niEn niet
Evenmin
Noch
pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
.

HizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
conDoor
Met
Per
Samen met
la cabezaHoofd
Kop
Krop
una señalEen signaal a Scianca-Ferro y a León, y tomóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan
conDoor
Met
Per
Samen met
ellosHen
Ze
Zij
el regresoIk keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Terugkeer
Terugtocht
del campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te

que suHaar
Hun
Uw
Zijn
frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde
conservaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze conserveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveerde
Ik behield
Ik besprak
Ik bewaarde
Ik boekte
Ik borg
Ik conserveerde
Ik hield open
Ik hield over
Ik hield vrij
Ik onderhield
Ik reserveerde
rastroOverblijfsel
Rommelmarkt
Spoor
Vlooienmarkt
algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere
de la terribleVerschrikkelijk
Verschrikkelijke
ocurrenciaGeestigheid
Inval
Kwinkslag
Mop
, a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
la arrugaFrommel!
Frons
Geul
Groef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frommelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreukelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verfomfaait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verfrommelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkreukelt
Kreuk!
Kreukel!
Rimpel
Verfomfaai!
Verfrommel!
Verkreukel!
Voor
Vore
Zog
habitualGewone
Gewoon
Gewoonlijk
Habitué
Stamgast
Trouwe bezoeker
que alNaar de
Naar het
parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen

profundizabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diepte uit
Ik diepte uit
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que de costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede
el surcoFrons
Geul
Groef
Ik klief door
Ik ploeg door
Ik rimpel
Ik snijd door
Rimpel
Voor
Vore
Zog
del pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje
.

VII
HISTORIAGeschiedenis
Historie
Verhaal
Y NOVELARoman

EntretantoAlvast
Inmiddels
Intussen
Ondertussen
Vast
Voorlopig
Zolang
los aventurerosAvonturiers
Avontuurlijk
Avontuurlijke
Op avontuur belust
, testigosGetuigen invisiblesOnzichtbaar
Onzichtbare
de la narradaGedebiteerd
Verhaald
Verteld
catástrofeCatastrofe
Onheil
Ramp
, dirigiendoAdresserend
Besturend
Chaufferend
Dirigerend
Mennend
Richtend
Rijdend
Sturend
Vervoerend
una tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige
miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien
a las
humeantesDampend
Dampende
Rokend
Rokende
ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes
del castilloBurcht
Kasteel
Slot
del Parcq vuelven a(Zij) gaan weer
Zij/ze gaan terug naar
Zij/ze keren terug naar
Zij/ze komen terug naar
la cuevaGrot
Hol
Holte
Kelder
Krocht
Spelonk
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen
cimaHoogtepunt
Kruin
Neus
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
alNaar de
Naar het
contratoContract
Ik besteed aan
Ik contracteer
Ik ga aan
Ik neem aan
Ik sluit af
Verbintenis
de sociedadGemeenschap
Genootschap
Gezelschap
Krans
Kring
Maatschappij
Samenleving
Sociëteit
Vereniging
que siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart

inútilIjdel
Ijdele
Nutteloos
Nutteloze
Onberekend
Onberekende
Ongeschikt
Ongeschikte
Onnodig
Onnodige
Onnuttig
Onnuttige
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze
por el presenteAanwezig
Aanwezige
Belicht u!
Biedt u aan!
Brengt u uit!
Cadeau
Dient u in!
Donatie
Etaleert u!
Geschenk
Gift
Heden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uiteen
Ik belicht
Ik bied aan
Ik breng uit
Ik dien in
Ik etaleer
Ik presenteer
Ik schenk
Ik stal uit
Ik stel bloot
Ik stel tentoon
Ik stel voor
Ik vertoon
Ik zet uiteen
Present
Presente
Presenteert u!
Schenking
Schenkt u!
Stalt u uit!
Stelt u bloot!
Stelt u tentoon!
Stelt u voor!
Tegenwoordig
Tegenwoordige
Tegenwoordige tijd
Vertoont u!
Zet u uiteen!
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
de producirAandoen
Aanrichten
Afwerpen
Berokkenen
Opbrengen
Opleveren
Produceren
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Voortbrengen
en loDe
Hem
Het
U
venideroAanstaand
Aanstaande
Toekomstig
Toekomstige
los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
maravillososMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
frutosOpbrengsten
Vruchten
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la asociaciónAssociatie
Associëren
Genootschap
Verenigen
Vereniging

en ciernesJij/je zeeft; mientrasTerwijl cumpliendoGadeslaand
Jarig zijnd
Nakomend
Nalevend
Observerend
Toekijkend
Toeziend
Uitvoerend
Verrichtend
Vervullend
Volbrengend
Voltrekkend
Waarnemend
los reitres el encargoAanvraag
Aanvragen
Bestellen
Bestelling
Ik belast met
Ik bestel
Ik draag op
Ik geef opdracht
Ik vraag aan
Opdragen
Order
o mandatoBevel
Bevelschrift
Commando
Gebod
Lastbrief
Mandaat
Order
Sommatie
Verordening
Volmacht
de sepultarBegraven
Een lijk bezorgen
Ter aarde bestellen
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
antiguoAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude
jefeAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Hoofd
Leider
Meerdere
Opperhoofd
Superieur
, cavanCavan
Zij/ze graven
Zij/ze spitten
Zij/ze spitten om
Zij/ze woelen

en el cementerioBegraafplaats
Kerkhof
de HesdinHe=
Ben!
Heb!
Ik ben
Ik heb
la hoya de quienWiens descansaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat rusten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt begraven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontspant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pauzeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rust uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaapt
Laat rusten!
Lig begraven!
Ontspan!
Pauzeer!
Rust uit!
Rust!
Slaap!
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
en la esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting
de la misericordiaBarmhartigheid
Genade
divinaGoddelijk
Goddelijke
; por últimoTenslotte,
ManuelManuel Filiberto se encamina aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich op
 weg naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gericht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich in
 op
suHaar
Hun
Uw
Zijn
tiendaBoetiek
Breidt u uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt uit
Houdt u op!
Huif
Ik breid uit
Ik houd op
Ik ontvouw
Ik rek
Ik spreid
Ik spreid uit
Ik steek uit
Ik strek
Ik strek uit
Kampeertent
Ontvouwt u!
Rekt u!
Spreidt u uit!
Spreidt u!
Steekt u uit!
Strekt u uit!
Strekt u!
Tent
Winkel
Zaak
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
el escuderoSchildknaap Scianca-Ferro y el pajePage León, dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van

todo lo queHoeveel ook hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
aquíAlhier
Hier
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
proemio, exposiciónBelichten
Blootleggen
Blootstellen
Etaleren
Exposeren
Expositie
Riskeren
Tentoonspreiden
Tentoonstellen
Tentoonstelling
Uitbrengen
Uiteenzetten
Uitkramen
Uitstallen
Verklaren
Wagen
y personajesFiguren
Personages
Personen
secundariosMiddelbaar
Middelbare
Secundair
Secundaire
de nuestroOns
Onze
Van ons
dramaDrama
Toneelstuk
por la
acciónAandeel
Actie
Daad
Eis
Gedoe
Gevecht
Handeling
Kamp
Optreden
Prestatie
Slag
Strijd
Toedoen
Treffen
Veldslag
Verrichting
Werking
Zet
realDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Reaal
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke
y las principalesBelangrijkste
Hoofd-
Voornaamste
figurasAfbeeldingen
Beelden
Figuren
Jij/je beeldt af
Jij/je blinkt uit
Jij/je figureert
Jij/je geeft voor
Jij/je stelt voor
Jij/je veinst
Jij/je vormt
Jij/je wendt voor
Platen
Prenten
Voorstellingen
que últimamenteDe laatste tijd
Onlangs
se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
 iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
 iemand
presentadoAangeboden
Belicht
Blootgesteld
Gepresenteerd
Geschonken
Geëtaleerd
Ingediend
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgestald
Vertoond
Voorgesteld
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen
alNaar de
Naar het
lectorLector másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
completaCompleet
Complete
Completeer!
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Integraal
Integrale
Maak af!
Totaal
Totale
Vol
Voleind!
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Werk bij!

noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding
de susHaar
Hun
Uw
Zijn
caracteresGeaardheden
Karakters
y situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen
moralMoerbeiboom
Moraal
Zedenkunde
Zedenleer
Zwarte moerbeiboom
Zwarte moerbezie
y políticaBeleid
Politiek
Politieke
Staatkunde
, hagamosLaten we aanmaken
Laten we bedrijven
Laten we doen
Laten we maken
Laten we uitbrengen
Laten we uitrichten
Laten we uitvoeren
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit
una excursiónExcursie
Tocht
Toer
Trip
Uitstapje
históricaGeschiedkundig
Geschiedkundige
Historisch
Historische
y novelescaRomantisch
Romantische
alNaar de
Naar het
dominioBeheersing
del pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
, suntuosoPraalziek
Praalzieke
Prachtig
Prachtige
Prachtlievend
Prachtlievende
Weelderig
Weelderige
reinoIk heers
Ik regeer
Ik steek boven anderen
 uit
Koninkrijk
Rijk
Staat
del poetaDichter y del historiadorGeschiedkundige
Geschiedschrijver
Historicus
que ningunaGeen enkel
Geen enkele
revoluciónOmwenteling
Revolutie
Roeren
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
arrebatarlesAfnemen
Afpakken
Uitlichten
Uitnemen
Weghalen
Wegnemen
.

Tercer3e
Derde
hijoKind
Zoon
de CarlosKarel III el BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
y de Beatriz de PortugalPortugal, nacióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontlook
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd geboren
ManuelManuel Filiberto en el palacioPaleis de
Chambery a 88
Acht
de julioHooimaand
Joule
Juli
de 1528, fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was
bautizadoEen naam gegeven aan
Gedoopt
Genoemd
conDoor
Met
Per
Samen met
el dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u!
nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
de ManuelManuel Filiberto, en consideraciónBeraad
Beschouwen
Nagaan
Overwegen
Overweging

de suHaar
Hun
Uw
Zijn
abueloGrootvader
Opa
maternoVan moeders kant el reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst
ManuelManuel de PortugalPortugal y en virtudBraafheid
Courage
Dapperheid
Deugd
Durf
Eerbaarheid
Kuisheid
Lef
Macht
Moed
Reinheid
Vermogen
Zuiverheid
de un votoGelofte
Ik balloteer
Ik kies
Ik stem
Stem
Stemming
que suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
ofrecieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Ik bood
Ik bood aan
Ik bood te koop
 aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor
a San
Filiberto de Tournus.

NacióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontlook
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd geboren
a las cuatro4
Vier
de la tardeDe middag, y presentóseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
débilLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke
a las puertasDeuren
Poorten
Portieren
de la vidaHachje
Leven
, que la respiraciónAdem
Ademen
Ademhalen
Ademhaling
Asem
Respiratie
del niñoJongen
Kind

huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
de sostenerseBeweren
Rusten
Verzekeren
Zich staande houden
graciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen
alNaar de
Naar het
soploBlazen
Ik blaas
Ik blaas uit
Ik geef in
Ik inspireer
Ik waai
Ingeven
Inspireren
Uitblazen
Waaien
que introdujoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze introduceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoof in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde in
en susHaar
Hun
Uw
Zijn
pulmonesLongen una damaDame
Jonkvrouw
Vrouw
Vrouwe
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding
, y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
la edadLeeftijd
Ouderdom

de tres3
Drie
añosJaren vivió conHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde bij la cabezaHoofd
Kop
Krop
caídaAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen
sobre elOp de
Op het
pechoBoezem
Borst
sin queZonder dat pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
en pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet
.

AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
es queDat komt omdat
Want
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
el horóscopoHoroscoop que a la sazónToen acostumbrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze placht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gewoon
Ik placht
Ik was gewend
Ik was gewoon
sacarseAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
alNaar de
Naar het
nacimientoGeboorte
Geboorte van jezus
Ontluiken
Ontstaan
Spruiten
de los hijosKinderen
Zonen
Zoons
de príncipesKoningszonen
Koningszoons
Prinsen
Vorsten
,
predijoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorspelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarzegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei voor
que el reciénDaarnet
Daarstraks
Juist
Net
Pas
Straks
Zo-even
Zojuist
Zonet
nacidoGeboren
Geboren geworden
Gesproten
Ontloken
Ontstaan
Van geboorte
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn
un granGroot
Grote
guerreroGuerrero
Krijgs-
Krijgshaftig
Krijgshaftige
Krijgsheld
Krijgsman
Oorlogs-
Oorlogszuchtig
Oorlogszuchtige
Oorlogvoerend
Oorlogvoerende
Soldaat
Strijdlustig
Strijdlustige
y daríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou geven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toekennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlenen
Ik zou aangeven
Ik zou geven
Ik zou opbrengen
Ik zou toebrengen
Ik zou toekennen
Ik zou verlenen
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
lustreBoent u!
Glanst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glanst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt glanzend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst schoenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze polijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoet
Ik boen
Ik glans
Ik maak glanzend
Ik poets
Ik poets schoenen
Ik polijst
Ik schuur
Ik wrijf
Ik zoet
Maakt u glanzend!
Poedersuiker
Poetst u schoenen!
Poetst u!
Polijst u!
Schoencrème
Schoensmeer
Schuurt u!
Wrijft u!
Zoet u!
a la casa de SaboyaHuis savoye que PedroPeter
Petrus
el
PequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
CarlomagnoKarel de grote, Amadeo V el GrandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
, y Amadeo VIIk bekeek
Ik keek
Ik zag
, apellidado el CondeGraaf VerdeGroen
Groene
, suHaar
Hun
Uw
Zijn
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht

menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
de derramarGieten
Plengen
Schenken
Storten
Vergieten
lágrimasTranen, y suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
, príncipeKoningszoon
Prins
Vorst
píoIk kwetter
Ik piep
Ik sjilp
Ik tjilp
y resignadoAfgestaan
Afstand gedaan
, dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
, moviendoBewegend
Roerend
Verroerend
la cabezaHoofd
Kop
Krop
conDoor
Met
Per
Samen met
aireLucht de
dudaAarzeling
Dub!
Geweifel
Hapering
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dubt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in dubio
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze twijfelt
Schroom
Sta in dubio!
Twijfel
Twijfel!
Weifeling
alNaar de
Naar het
matemáticoMathematisch
Mathematische
Wiskundig
Wiskundige
que leHaar
Hem
Het
U
hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit
la predicciónBeduiden
Voorspellen
Voorspelling
Voorzeggen
Waarzeggen
:

DiosGod
Godheid
teJe
Jou
escucheBeluistert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beluistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert toe
Hoort u aan!
Hoort u toe!
Ik beluister
Ik hoor aan
Ik hoor toe
Ik luister
Ik luister toe
Luistert u toe!
Luistert u!
, amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind
.

EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
ManuelManuel Filiberto sobrinoNeef
Oomzegger
de CarlosKarel V por parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding
Beatriz de PortugalPortugal, princesaPrinses la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
bellaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon

y cumplidaGadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht
, y primoNeef
Onnozele hals
Priem-
Sul
de FranciscoFranciscus
Frans
I por la de suHaar
Hun
Uw
Zijn
tíaTante Luisa de SaboyaSavoie
Savoye
, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
 uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier
almohadaHoofdkussen
Kussen
Oorkussen

decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei
el condestable de BorbónBourbon que dejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaatte zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimde
el cordónAfzetting
Band
Kordon
Lint
Nestel
Rijgveter
Schoenveter
Touwtje
Veter
del Espíritu SantoEspiritu santo
Heilige geest
que FranciscoFranciscus
Frans
I leHaar
Hem
Het
U
reclamabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reclameerde
Ik eiste
Ik reclameerde
.

EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
tíaTante suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u
la ingeniosaAd rem
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Snedig
Snedige
Vernuftig
Vernuftige
Vindingrijk
Vindingrijke
MargaritaMadeliefje
Margarita
de AustriaOostenrijk, que dejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaatte zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimde
una colecciónBundel
Collectie
Verzameling
de cancionesGezangen
Liederen
Zangen
manuscritasMet de hand geschreven,
existenteBestaand
Bestaande
hoyHeden
Vandaag
en la BibliotecaBibliotheek
Bieb
Boekerij
ImperialImperiaal
Imperiale
Keizerlijk
Keizerlijke
de FranciaFrankrijk, y que, acometidaAangerand
Aangevallen
Aanval
Attaque
Offensief
Vlaag
de una tempestadNoodweer
Storm
Stormwind
Verschrikkelijk weer
, alNaar de
Naar het
dirigirse aAanklampen
Aankloppen bij
Aanspreken
Toespreken
EspañaSpanje

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
unirseAansluiten
Zich aaneensluiten
Zich verenigen
conDoor
Met
Per
Samen met
el infanteInfanterist
Kind
Knaap
Koningskind
Prins
hijoKind
Zoon
de FernandoFerdinand eEn IsabelElizabeth, después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
haberseHet met iemand aan
 de stok krijgen
Zich gedragen
Zich met iemand meten
desposadoBruidegom
Gedaan verloven
Getrouwd
In de echt verbonden
Jonggehuwde
conDoor
Met
Per
Samen met
el delfínDauphin
Dolfijn
Gewone dolfijn
de FranciaFrankrijk
y el reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst
de InglaterraEngeland, componíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze componeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette ineen
Ik componeerde
Ik rijmde
Ik stelde samen
Ik voegde bijeen
Ik zette
Ik zette ineen
ella mismaHaarzelf el siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende
epitafioEpitaaf
Grafschrift
suponiendoAannemend
Menend
Onderstellend
Stellend
Vermoedend
Veronderstellend
próximaAankomend
Aankomende
Aanstaand
Aanstaande
Eerstvolgend
Eerstvolgende
In spé
Komend
Komende
Toekomend
Toekomende
Toekomstig
Toekomstige
Volgend
Volgende
suHaar
Hun
Uw
Zijn
muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden
:

LloradlaBejammer!
Betreur!
Beween!
Huil!
Krijt!
Schrei!
Ween!
, amoresAffecties
Grote stekelnoot
Late stekelnoot
Liefden
Liefdes
Minnen
Oeverstekelnoot
Stekelnoot
; lloradlaBejammer!
Betreur!
Beween!
Huil!
Krijt!
Schrei!
Ween!

a MargaritaMadeliefje
Margarita
la BellaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon

que tres vecesDrie keer
Driemaal
prometidaBeloofd
Bruid
Meisje
Toegezegd
Uitgeloofd
Verloofde
Verzegd

huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
de morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten
doncellaKwabaal
Regenbooglipvis
Soubrette
.

Respecto deAangaande
Betreffende
In verband met
Met
Met betrekking tot
Op het stuk van
Over
Ten opzichte van
ManuelManuel Filiberto, hallábase, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
débilLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke
, que a pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots
la predicciónBeduiden
Voorspellen
Voorspelling
Voorzeggen
Waarzeggen
del
astrólogoAstroloog
Sterrenwichelaar
, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
la cualDat
Die
Wat
Welke
Zij die
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
un guerreroGuerrero
Krijgs-
Krijgshaftig
Krijgshaftige
Krijgsheld
Krijgsman
Oorlogs-
Oorlogszuchtig
Oorlogszuchtige
Oorlogvoerend
Oorlogvoerende
Soldaat
Strijdlustig
Strijdlustige
insigne, suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
leHaar
Hem
Het
U
destinóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagde voor het
 gerecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees toe
a la IglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel
, y a la edadLeeftijd
Ouderdom
de tres3
Drie

añosJaren envióleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed toekomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze expedieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg
a BoloniaBologna
Bologne
para queOpdat
Zodat
besaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoende
Ik kuste
Ik zoende
los piesPoten
Voeten
alNaar de
Naar het
PapaAardappel
Paus
Clemente VII, quienDie
Wie
iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar
coronarBekronen
Kronen
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
tíoKerel
Oom
el emperadorKeizer
Zwaardvis

CarlosKarel V, por cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier
recomendaciónAanbevelen
Aanbeveling
Aantekenen
Recommandatie
Recommanderen
el jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille
príncipeKoningszoon
Prins
Vorst
obtuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze genoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwierf
del PapaAardappel
Paus
la promesaBelofte
Toezegging
Uitloving
de un capeloCastreert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Ik castreer
Ik ontman
Ontmant u!
de cardenalBlauwe plek
Kardinaal
.

De ahíVandaar el dictadoGedicteerd de Cardenalito que en suHaar
Hun
Uw
Zijn
niñezKinderjaren
Kindertijd
leHaar
Hem
Het
U
dieronZij/ze brachten op
Zij/ze brachten toe
Zij/ze gaven
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kenden toe
Zij/ze verleenden
y que tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer
leHaar
Hem
Het
U
molestabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had last van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hinderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel lastig
Ik belemmerde
Ik ergerde
Ik had last van
Ik hinderde
Ik leed aan
Ik stoorde
Ik verstoorde
Ik viel lastig
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
creíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn

granGroot
Grote
guerreroGuerrero
Krijgs-
Krijgshaftig
Krijgshaftige
Krijgsheld
Krijgsman
Oorlogs-
Oorlogszuchtig
Oorlogszuchtige
Oorlogvoerend
Oorlogvoerende
Soldaat
Strijdlustig
Strijdlustige
que píaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwettert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze piept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sjilpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tjilpt
Kwetter!
Piep!
Sjilp!
Tjilp!
y santa eminenciaEminentie.

La damaDame
Jonkvrouw
Vrouw
Vrouwe
o amigaAmicaal
Amicale
Bevriend
Bevriende
Vriendin
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
de la duquesaHertogin de SaboyaSavoie
Savoye
que a la horaTijd
Uur
del partoBaren
Bevallen
Bevalling
Ik breek af
Ik deel
Ik ga op weg
Ik ga weg
Ik splits
Ik splits op
Ik stap op
Ik start
Ik tijg
Ik verdeel
Ik vertrek
Kraam
Teweegbrengen
Verlossing
Voortbrengen
vivificó conDoor
Met
Per
Samen met
suHaar
Hun
Uw
Zijn
alientoAdem
Ademhaling
Asem
Ik bemoedig
Ik moedig aan
Ik stijf
el de ManuelManuel
Filiberto, habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
dado a luzBevallen
Gebaard
Het leven geschonken
Teweeggebracht
Voortgebracht
seis6
Zes
mesesMaanden antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
un niñoJongen
Kind
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
enclenqueSlap
Slappe
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
el de la marquesaMarkiezin, y alNaar de
Naar het

verBekijken
Kijken
Zien
éstaDeze
Dit
salvadoBehouden
Geborgen
Gered
Zemelen
suHaar
Hun
Uw
Zijn
hijoKind
Zoon
por aquéllaDat
Die
, leHaar
Hem
Het
U
dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
:

QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
LucreciaLucretia, ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
niñoJongen
Kind
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
tuyoVan jou comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
míoMijne
Van mij
: teJe
Jou
loDe
Hem
Het
U
doyIk breng op
Ik breng toe
Ik geef
Ik geef aan
Ik ken toe
Ik verleen
, críaloFok op!
Fok!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fokt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fokt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voedt op
Voed op!
, prosigueGa door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
la obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid
que empezasteJij/je begon
Jij/je brak aan
Jij/je ging in
Jij/je sneed aan
Jij/je ving aan

cuandoAls
Tijdens
Wanneer
conDoor
Met
Per
Samen met
tuJe
Jouw
alientoAdem
Ademhaling
Asem
Ik bemoedig
Ik moedig aan
Ik stijf
leHaar
Hem
Het
U
sostuvisteJij/je beweerde
Jij/je droeg
Jij/je onderhield
Jij/je ondersteunde
Jij/je ruggensteunde
Jij/je schoorde
Jij/je schraagde
Jij/je verzekerde
, y ambosAlle twee de
Allebei
Beide
teJe
Jou
deberemosWij zullen moeten
Wij/we zullen behoren te
Wij/we zullen dienen
Wij/we zullen horen
Wij/we zullen in de
 schuld staan
Wij/we zullen moeten
Wij/we zullen schuldig zijn
Wij/we zullen te danken
 hebben
Wij/we zullen verplicht zijn
 om te
Wij/we zullen verschuldigd zijn
suHaar
Hun
Uw
Zijn
vidaHachje
Leven
.

<-- Vorige/ AnteriorUitgang/ SalidaVolgende/ Siguiente -->