Un semidiósHalfgod loDe
Hem
Het
U asolóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernietigde
y nosotrosOns
We
Wij llevaremosWij/we zullen aanhebben
Wij/we zullen berekenen
Wij/we zullen bijeenbrengen
Wij/we zullen brengen
Wij/we zullen dragen
Wij/we zullen in rekening
brengen
Wij/we zullen medebrengen
Wij/we zullen meebrengen
Wij/we zullen meenemen
Wij/we zullen ophebben
Wij/we zullen vervoeren
Wij/we zullen voorhebben
Wij/we zullen wegbrengen
susHaar
Hun
Uw
Zijn ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
y lamentaremosWij/we zullen bejammeren
Wij/we zullen betreuren
Wij/we zullen spijt hebben
van tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
esaDat
Die bellezaFraaiheid
Knapheid
Schoonheid perdidaGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Schadepost
Verbeurd
Verkwist
Verlies
Verloren
Vermissing
Verspeeld
Vervlogen.
DotadoBegaafd
Begaafde
Begiftigd
Geboren
Getalenteerd
Getalenteerde
Meegegeven
Talentvol
Talentvolle de granGroot
Grote poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen,
vástago de la tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land,
vuelveDraai om!
Draai rond!
Draai!
Ga terug!
Ga weer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkt
Keer terug!
Keer weder!
Keer!
Kom terug!
Kom weder!
Kom weerom!
Loop terug!
Trek terug!
Wend!
Wentel!
Zwenk! túGe
Gij
Je
Jij a construirloAanleggen
Bouwen
Construeren
Ineenzetten
Maken
Met elkaar verbinden,
conDoor
Met
Per
Samen met un esplendorPracht mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere,
edifícaloBouw!
Construeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze construeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Leg aan!
Sticht! en tuJe
Jouw pechoBoezem
Borst;
conDoor
Met
Per
Samen met agudaAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige inteligenciaBegrip
Benul
Besef
Bevattingsvermogen
Intelligentie
Inzicht
Knapheid
Snuggerheid
Verstand,
hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt de volver aTeruggaan naar
Terugkeren naar
Terugkomen naar darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen
un nuevoNieuw
Nieuwe cursoBeursnotering
Cursus
Gaan
Gang
Ik behandel
Ik studeer
Ik volg
Koers
Leergang
Leerjaar
Loop
Notering
Prijsnotering
Route
Schooljaar
Tracé
Traject
Verloop a la vidaHachje
Leven
y, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, nuevasNieuw
Nieuwe cancionesGezangen
Liederen
Zangen,
mientrasTerwijl tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer resonaránZij/ze zullen galmen
Zij/ze zullen resoneren
Zij/ze zullen weergalmen
Zij/ze zullen weerklinken.
MEFISTÓFELES
EstosDeze
Dezen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn misMi's
Mijn pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne. EscuchaAanhoren
Beluister!
Beluisteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beluistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert toe
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister!
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je incitanZij/ze hitsen op
Zij/ze prikkelen
Zij/ze sporen aan
Zij/ze stoken aan
Zij/ze verlevendigen
Zij/ze vuren aan
Zij/ze wakkeren aan
Zij/ze zetten aan, conDoor
Met
Per
Samen met sabiduríaBehoedzaamheid
Bekendheid
Beleid
Kennis
Voorzichtigheid
Wijsheid, alNaar de
Naar het placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin y a la acciónAandeel
Actie
Daad
Eis
Gedoe
Gevecht
Handeling
Kamp
Optreden
Prestatie
Slag
Strijd
Toedoen
Treffen
Veldslag
Verrichting
Werking
Zet. HaciéndoteRakend
Wordend salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden de
la soledadEenzaamheid
Verlatenheid, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin los sentidosAangevoeld
Betekenissen
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Significanties
Zinnen
Zintuigen se atrofian y los humoresGemoedsgesteldheden
Humeuren dejan deZij/ze stoppen met fluirLopen
Stromen
Vlieten
Vloeien, quieren(Zij) willen
Zij/ze beminnen
Zij/ze hebben lief
Zij/ze houden van
Zij/ze willen atraerteAanhalen
Aanlokken
Aantrekken
Bekoren
Lokken
Toelachen
Trekken
Verlekkeren haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la amplitudAmplitude
Omvang
Ruimheid
del mundoAardrijk
Wereld. DejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds de avivarAanwakkeren el rencorHaatdragendheid
Rancune
Wrok que, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un buitreGier, teJe
Jou vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt devorandoVerslindend la vidaHachje
Leven. La peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere de las
compañíasBedrijven
Compagnies
Compagnieën
Gezelschappen
Maatschappijen
Ploegen
Rotten
Troepen
Vendelen
Vendels
Vennootschappen
Zwermen teJe
Jou haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen que eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten. PeroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se pretendeClaim!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze claimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aanspraak op
Maak aanspraak op! que te sumasJij/je begraaft je
Jij/je duikt onder
Jij/je sluit je aan
Jij/je valt in
Jij/je verzinkt en el
vulgo. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de los grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime, peroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals quieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt caminarLopen
Schrijden
Stappen
Treden
Wandelen junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij míMe
Mij a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via la vidaHachje
Leven, conDoor
Met
Per
Samen met gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
estaréIk zal liggen
Ik zal me bevinden
Ik zal zijn
Ik zal zitten contigoBij jou
Met jou en el actoAanstonds
Dadelijk
Meteen
Ogenblikkelijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo. SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats tuJe
Jouw compañeroAmbtgenoot
Collega
Gezel
Kameraad
Kornuit
Maat
Makker
Metgezel
Partner
Vakgenoot y, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals teJe
Jou parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, seréIk zal gebeuren
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal zijn tuJe
Jouw servidorServer, tuJe
Jouw criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed.
FAUSTO
¿Y quéWat
Welke habréIk zal hebben
Ik zal moeten
Ik zal zijn de cumplirGadeslaan
Jarig zijn
Nakomen
Naleven
Observeren
Toekijken
Toezien
Uitvoeren
Verrichten
Vervullen
Volbrengen
Voltrekken
Waarnemen yoEgo
Ik a cambioAfwisselen
Afwisseling
Beursnotering
Denatureren
Ik denatureer
Ik kenter
Ik ruil
Ik varieer
Ik verander
Ik verkeer
Ik vermaak
Ik vervang
Ik werk
Ik wissel
Ik wissel af
Kenteren
Koers
Notering
Overgang
Prijsnotering
Ruilen
Variatie
Variëren
Variëteit
Veranderen
Verandering
Verkeren
Vermaken
Werken
Wisselen
Wisselgeld?
MEFISTÓFELES
TienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch un plazoTermijn largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig para elloDaartoe
Daarvoor
Ervoor.
FAUSTO
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank. El diabloBoze
Drommel
Duivel esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats egoístaBaatzuchtig
Egoïst
Egoïstisch
Zelfzuchtig
Zelfzuchtige y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! que leHaar
Hem
Het
U seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt útilBevorderlijk
Bevorderlijke
Bruikbaar
Bruikbare
Dienstig
Dienstige
Geschikt
Geschikte
Nuttig
Nuttige a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één por amorAffectie
Liefde
Min de DiosGod
Godheid. ExpónBelicht!
Breng uit!
Etaleer!
Exposeer!
Kraam uit!
Leg bloot!
Loop kans!
Loop risico!
Riskeer!
Spreid tentoon!
Stal uit!
Stel bloot!
Stel tentoon!
Verklaar!
Waag!
Zet op het spel!
Zet uiteen! claramenteDuidelijk
Zonneklaar
cuálesWelke sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn tusJe
Jouw condicionesBepalingen
Conditie
Condities
Conditiën
Jij/je conditioneert
Omstandigheden
Voorwaarden; un criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! en peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel.
MEFISTÓFELES
QuieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil ponermeAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a tuJe
Jouw servicioAankaarten
Bedienen
Bediening
Bedieningsgeld
Deugen
Dienen
Dienst
Dienstverlening
Eetservies
Eredienst
Godsdienstoefening
Helpen
Kerkdienst
Opdienen
Serveren
Service
Servies
Toilet aquíAlhier
Hier. CuandoAls
Tijdens
Wanneer desJij/je brengt op
Jij/je brengt toe
Jij/je geeft
Jij/je geeft aan
Jij/je kent toe
Jij/je verleent la señalHet signaal, niEn niet
Evenmin
Noch me detendréIk zal afslaan
Ik zal blijven staan
Ik zal halt houden
Ik zal stilhouden
Ik zal stilstaan
Ik zal stoppen niEn niet
Evenmin
Noch descansaréIk zal begraven liggen
Ik zal laten rusten
Ik zal ontspannen
Ik zal pauzeren
Ik zal rusten
Ik zal slapen
Ik zal uitrusten, peroDoch
Echter
Maar cuandoAls
Tijdens
Wanneer
volvamos aLaten we teruggaan naar
Laten we terugkeren naar
Laten we terugkomen naar
Wij/we gaan terug naar
Wij/we keren terug naar
Wij/we komen terug naar encontrarnosAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds, túGe
Gij
Je
Jij deberásJij/je zal behoren te
Jij/je zal dienen
Jij/je zal horen
Jij/je zal in de
schuld staan
Jij/je zal moeten
Jij/je zal schuldig zijn
Jij/je zal te danken
hebben
Jij/je zal verplicht zijn
om te
Jij/je zal verschuldigd zijn hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren lo mismoDito
Hetzelfde
Idem conmigoMet mij
Met mij mee.
FAUSTO
El futuroBruidegom
Futurum
Toekomende tijd
Toekomst
Toekomstig
Toekomstige apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood meMe
Mij inquietaBeducht
Beduchte
Bekommerd
Bekommerde
Bezorgd
Bezorgde
Druk
Drukke
Gejaagd
Gejaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt schrik aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschrikt
Jaag schrik aan!
Ongerust
Ongeruste
Onrustig
Onrustige
Rusteloos
Rusteloze
Verontrust!
Verschrik!
Woelig
Woelige
Zorgelijk
Zorgelijke. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals destruyesJij/je vernielt
Jij/je vernietigt
Jij/je verwoest esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind mundoAardrijk
Wereld y loDe
Hem
Het
U conviertesJij/je bekeert
Jij/je converteert
Jij/je verandert
Jij/je zet om en ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes, el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één surgiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opspatten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stuiven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verspuiten despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens.
PeroDoch
Echter
Maar misMi's
Mijn alegríasBlijdschappen
Blijheden
Verheugenissen
Verheugingen
Vreugden
Vreugdes brotanZij/ze komen uit
Zij/ze ontkiemen
Zij/ze spatten op
Zij/ze stuiven
Zij/ze verspuiten de estaDeze
Dit tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land y esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind solSol
Zon iluminaBelicht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illumineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze licht voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlicht
Illumineer!
Licht voor!
Steek aan!
Verlicht! misMi's
Mijn doloresPijnen
Smarten
Weeën. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de separarmeAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen de ellosHen
Ze
Zij conDoor
Met
Per
Samen met
antelaciónTevoren, entoncesDan
Dus
Toen que ocurra(Het) komt op
Gebeurt u!
Geschiedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben aan de
hand
Ik gebeur
Ik geschied
Ik kom voor
Ik overkom
Ik val voor
Ik vind plaats
Is u aan de
hand!
Komt u voor!
Overkomt u!
Valt u voor!
Vindt u plaats! lo queDat wat
Wat seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil oírHoren
Vernemen
Verstaan nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals en el más alláLangs
Voorbij se amaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beminnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liefhebben o se
odiaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal haten y de siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook en aquellasDie
Diegene esferasBallen
Bollen
Gebieden
Kerstballen
Kloten
Kogels
Omgevingen
Sferen hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog y un abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder.
MEFISTÓFELES
En eseDat
Die casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt arriesgarteIn gevaar brengen
Op het spel zetten
Risico lopen
Risico nemen
Riskeren
Verspelen
Wagen. ÚneteSluit aan!
Sluit je aaneen!
Verenig je! a míMe
Mij. DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens estosDeze
Dezen díasDagen
Etmalen verásJe zult zien
Jij/je zal bekijken
Jij/je zal kijken
Jij/je zal zien conDoor
Met
Per
Samen met placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin cuálesWelke sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn misMi's
Mijn artesKunsten. TeJe
Jou
daréIk zal aangeven
Ik zal geven
Ik zal opbrengen
Ik zal toebrengen
Ik zal toekennen
Ik zal verlenen lo queDat wat
Wat nuncaNimmer
Nooit haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere.
ComentarioCommentaar [L42]: ReferenciaReferentie
Verwijzing
a la teoríaTheorie de los humoresGemoedsgesteldheden
Humeuren de
HipócratesHippocrates y Galeno, conDoor
Met
Per
Samen met la queDat
Die
Wie
Zij die se
explicabanZij/ze beduidden
Zij/ze legden uit
Zij/ze lichtten toe
Zij/ze maakten duidelijk
Zij/ze verhelderden
Zij/ze verklaarden
Zij/ze zetten uiteen los distintosAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere tiposDrukletters
Soorten
Typen
Types de
conductaGedrag
Houding
Wandel posiblesBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke, tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer en el ámbitoOmtrek
físicoFysicus
Fysiek
Fysieke
Lichaams-
Lichamelijk
Lichamelijke
Lijf-
Natuurkundige
Natuurlijk
Natuurlijke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el intelectualGeestelijk
Geestelijke
Intellectueel
Intellectuele
Ontwikkeld
Ontwikkelde
Verstandelijk
Verstandelijke.
ComentarioCommentaar [L43]: Es decirDat wil zeggen
Namelijk,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! gratuitamenteGratis y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
recibirAannemen
Accepteren
Begroeten
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! a cambioAfwisselen
Afwisseling
Beursnotering
Denatureren
Ik denatureer
Ik kenter
Ik ruil
Ik varieer
Ik verander
Ik verkeer
Ik vermaak
Ik vervang
Ik werk
Ik wissel
Ik wissel af
Kenteren
Koers
Notering
Overgang
Prijsnotering
Ruilen
Variatie
Variëren
Variëteit
Veranderen
Verandering
Verkeren
Vermaken
Werken
Wisselen
Wisselgeld.
FAUSTO
¿QuéWat
Welke podrásJij/je zal kunnen
Jij/je zal mogen darmeAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen túGe
Gij
Je
Jij, pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele diabloBoze
Drommel
Duivel? ¿AlgunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de los tuyosVan jou haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a comprenderBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt las altasHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven
aspiracionesAspiraties del espírituGeest
Geestgesteldheid humanoHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke? ¿QuéWat
Welke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats lo queDat wat
Wat ofrecesJij/je biedt
Jij/je biedt aan
Jij/je biedt te koop
aan
Jij/je draagt voor
Jij/je looft uit
Jij/je slaat voor
Jij/je stelt voor? AlimentoIk voed
Kost
Levensmiddel
Onderhoud
Voeder
Voeding
Voedingsmiddel
Voedsel
Voer que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank saciaZat
Zatte; oroE175
Goud
Ik bid candenteGloeiend que,
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el mercurioKwik
Kwikzilver
Mercurius, se escapa deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapt uit las manosDe handen sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te descansoIk laat rusten
Ik lig begraven
Ik ontspan
Ik pauzeer
Ik rust
Ik rust uit
Ik slaap
Pauze
Rust
Uitrusten; un juegoEen speling en el queWaarin nuncaNimmer
Nooit se ganaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt voor zich; una muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht
que, abrazadaOmarmd
Omhelsd
Omvademd a miMi
Mijn pechoBoezem
Borst, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds guiña el ojoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knippert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tinteloogt
Knipoog!
Knipper!
Pink!
Tinteloog! y se entiendeMen begrijpt conDoor
Met
Per
Samen met el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus cercanoAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige; el espléndidoGoedgeefs
Goedgeefse
Prachtig
Prachtige
Royaal
Royale
Schitterend
Schitterende
Vrijgevig
Vrijgevige y divinoGoddelijk
Goddelijke placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin
del honorEer
Hulde, que se desvaneceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezwijmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in rook
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt bewusteloos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt flauw
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt in zwijm
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdwijnt comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un meteoroMeteoor. MuéstrameAdstructie
Betuiging
Bewijs
Blijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Monster
Proef
Proefstuk
Specimen
Spreid tentoon!
Staal
Staaltje
Teken
Toon!
Vertoon!
Wijs uit!
Wijs! frutosOpbrengsten
Vruchten que se pudranZij/ze bederven
Zij/ze rotten
Zij/ze vergaan
Zij/ze verrotten antes deAlvorens te
Voor nacerGeboren worden
Ontluiken
Ontstaan
Spruiten y árbolesBomen
Masten
que verdeen de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer cada díaDagelijks
Elke dag.
MEFISTÓFELES
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij asustaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt schrik aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schrikken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschrikt
Jaag schrik aan!
Laat schrikken!
Schrik op!
Schrik!
Verontrust!
Verschrik! semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke encargoAanvraag
Aanvragen
Bestellen
Bestelling
Ik belast met
Ik bestel
Ik draag op
Ik geef opdracht
Ik vraag aan
Opdragen
Order; puedoIk kan
Ik mag, muy bienBest
Heel goed
Prima, brindarteAanbieden esosDie tesorosSchatten. PeroDoch
Echter
Maar, buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind, se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert el
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en el queWaarin podremosWij zullen kunnen
Wij/we zullen kunnen
Wij/we zullen mogen disfrutarGenieten
Genieten van en plenaCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige pazPaz
Vrede de algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu.
FAUSTO
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! el díaDag
Etmaal en el queWaarin puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! tumbarmeDe zinnen bedwelmen van
Doen vallen
Kantelen
Omgooien
Omkeren
Omvergooien
Ten val brengen ociosamente, conDoor
Met
Per
Samen met todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle tranquilidadBedaardheid
Gerustheid
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilheid, meMe
Mij dará(Het) zal geven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal geven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toekennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlenen igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort lo queDat wat
Wat sea deBehoort u toe!
Behoort u tot!
Behoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Ik behoor
Ik behoor toe
Ik behoor tot
Ik kom uit
Komt u uit!
míMe
Mij; siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals entoncesDan
Dus
Toen lograsJij/je behaalt
Jij/je bereikt
Jij/je haalt in
Jij/je komt door
Jij/je reikt tot
Jij/je slaagt
Jij/je slaagt erin
Jij/je slaagt in
Jij/je slaagt voor
Jij/je speelt klaar engañarmeBedotten
Bedriegen
Beduvelen
Beetnemen
Misleiden
Om de tuin leiden
Smokkelen
Verlakken conDoor
Met
Per
Samen met lisonjas haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend que meMe
Mij agradeBehaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Ik behaag
Ik beval
Ik maak naar de
zin
Ik sta aan
Ik vind prettig
Ik zin
Maakt u naar de
zin!
Staat u aan!
Vindt u prettig!
Zint u! a míMe
Mij mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve, eseDat
Die será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij miMi
Mijn
últimoAchterste
Jongstleden
Laatste díaDag
Etmaal. En esoDat
Die
Zulks consistiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal berusten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bestaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gegrond zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal het gevolg
zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opgesloten zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal steunen miMi
Mijn apuestaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Knap
Knappe
Wed!.
MEFISTÓFELES
¡La aceptoIk accepteer
Ik neem aan
Ik ontvang!
FAUSTO
ChoquemosLaten we aanstoot geven
Laten we botsen
Laten we choqueren
Laten we klappen
Laten we kloppen
Laten we kwetsen
Laten we opvallen
Laten we slaan
Wij/we botsen
Wij/we choqueren
Wij/we geven aanstoot
Wij/we klappen
Wij/we kloppen
Wij/we kwetsen
Wij/we slaan
Wij/we vallen op esosDie cinco5
Vijf. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt digoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg anteSuède
Ten overstaan van
Voor un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip: '¡DeténteArresteer!
Houd aan!
Houd af!
Houd weg!
Neem in verzekerde bewaring!
Onthoud!
Onttrek!
Reken in!
Stop!, eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer belloFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon!', puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt atarmeAansluiten
Binden
Knopen
Strikken
Vastbinden
Vastmaken
Verbinden
conDoor
Met
Per
Samen met cadenasBoeien
Ketenen
Ketens
Kettingen
Kluisters
Reeksen y conDoor
Met
Per
Samen met gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak me hundiréIk zal bezwijken
Ik zal me neerlaten
Ik zal me verdiepen
Ik zal neerdalen
Ik zal vergaan
Ik zal verzinken
Ik zal wegzinken
Ik zal zinken. EntoncesDan
Dus
Toen podránZij/ze zullen kunnen
Zij/ze zullen mogen sonarDe neus snuiten
Geluid maken
Klinken
Zijn neus snuiten las campanasAfzuigkappen
Klokken
Stolpen a difuntosGestorven
Overleden
Overledenen, que seréIk zal gebeuren
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal zijn libreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
servirteAankaarten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn. El relojDe klok se habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal het met
iemand aan de stok krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich gedragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich met
iemand meten paradoAangehouden
Aanhouden
Afgeslagen
Afgezet
Afslaan
Afzetten
Buiten werking gesteld
Gebleven staan
Gedaan ophouden
Gekeerd
Gestopt
Gestuit
Halt gehouden
Keren
Opgehouden
Ophouden
Rechtop
Stilgehouden
Stilgelegd
Stilgestaan
Stilgezet
Stilhouden
Stilstaan
Stilzetten
Stilleggen
Stopgezet
Stoppen
Stopzetten
Stuiten
Werkeloos
Werkeloze
Werkloze, las agujasDuinreigersbek
Gepen
Gewone reigersbek
Gewone reigersbek s.s.
Kleverige reigersbek
Naalden
Reigersbek
Slipbladige ooievaarsbek
Slipooievaarsbek
Wissels habrán(Zij) zullen hebben
Zij/ze zullen hebben
Zij/ze zullen zijn caídoAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen y el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben terminadoAfgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij.
MEFISTÓFELES
PiénsateloDenk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U olvidaréIk zal afleren
Ik zal vergeten
Ik zal verleren.
FAUSTO
TienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast plenoCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse a elloDat
Het. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb entradoBinnengegaan
Binnengekomen
Binnengelopen
Binnengereden
Ingegaan
Ingekomen
Ingereden
Naar binnen gegaan locamente en la apuestaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Knap
Knappe
Wed!. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me extasiadoBekoord
Gecharmeerd
In verrukking gebracht
Verrukt,
seréIk zal gebeuren
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal zijn esclavoSlaaf y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank preguntaréIk zal vragen siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals tuyoVan jou o de otroAnder
Andere
Nog een
Nog één dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon.
MEFISTÓFELES
HoyHeden
Vandaag mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve, en el banqueteBanket
Feestmaal
Festijn
Gelag
Smulpartij doctoral, cumpliréIk zal gadeslaan
Ik zal jarig zijn
Ik zal nakomen
Ik zal naleven
Ik zal observeren
Ik zal toekijken
Ik zal toezien
Ik zal uitvoeren
Ik zal verrichten
Ik zal vervullen
Ik zal volbrengen
Ik zal voltrekken
Ik zal waarnemen miMi
Mijn obligaciónObligatie
Plicht
Verplichting comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed. ¡SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend una cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak! Por amorAffectie
Liefde
Min a la
vidaHachje
Leven o a la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden, teJe
Jou ruegoBede
Ik roep in
Ik smeek
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Smeekbede que escribasJij/je componeert
Jij/je schept
Jij/je schrijft
Jij/je schrijft neer
Jij/je schrijft uit unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n líneasLijnen
Linies
Regelen
Regels
Schreven
Strepen
Toeren.
FAUSTO
AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge, ¿exigesJij/je eist
Jij/je eist op
Jij/je rekent
Jij/je schrijft voor
Jij/je vereist
Jij/je vergt
Jij/je verlangt
Jij/je vordert algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat escritoGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven, pedanteEigenwijs
Eigenwijze
Meester
Minutieus
Minutieuze
Pedant
Pedante
Schoolmeesterachtig
Schoolmeesterachtige
Wijsneuzig
Wijsneuzige? ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt conocidoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennis
Kennisgemaakt
Relatie
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde nuncaNimmer
Nooit a un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent de palabraMondeling?, ¿noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije que
miMi
Mijn palabraBewoording
Woord empeñadaBeleend
Geleend tegen een onderpand
Koppig
Koppige
Verpand hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend de misMi's
Mijn díasDagen
Etmalen? SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind mundoAardrijk
Wereld que correHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt hard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze racet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprint
Hol!
Loop hard!
Race!
Ren!
Snel!
Sprint! en todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle susHaar
Hun
Uw
Zijn
torrentesBergstromen
Stromen
Vloeden noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is detenidoAangehouden
Afgehouden
Arrestant
Gearresteerd
Gestopt
In verzekerde bewaring genomen
Ingerekend
Onthouden
Onttrokken
Weggehouden, ¿loDe
Hem
Het
U hará(Het
Hij) zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoeren una promesaBelofte
Toezegging
Uitloving? PeroDoch
Echter
Maar estaDeze
Dit locuraWaanzin se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand apoderadoEen volmacht verleend aan
Gemachtigd
In het bezit gesteld
van de miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis,
¿quiénWie se atreverá aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal durven liberarmeAfscheiden
Bevrijden
Van een verplichting ontslaan
Vrij maken
Vrijstellen de ellaHaar
Ze
Zij? ¡AfortunadoGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke aquelDat
Die que lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer! la fidelidadTrouw en suHaar
Hun
Uw
Zijn pechoBoezem
Borst!, ¡noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
sacrificioGevaarlijke operatie
Misoffer
Offer
Offerande
Opoffering que leHaar
Hem
Het
U pese(Het) weegt
Bepaalt u het gewicht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepaalt het gewicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zwaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt af
Ik ben zwaar
Ik bepaal het gewicht
Ik weeg
Ik weeg af
Is u zwaar!
Weegt u af!
Weegt u!! Un pergaminoPerkament escritoGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven y selladoAangemunt
Afgedrukt
Bezegeld
Dichtgeschroeid
Geslagen
Gestempeld
Gezegeld
Verzegeld esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un fantasmaFantoom
Geest
Geestverschijning
Schim
Spook
Verschijning que espanta aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schrikken
Laat schrikken! todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle. La palabraBewoording
Woord
muereGa dood!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sterft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmacht
Overlijd!
Sterf!
Verscheid!
Versmacht! en la plumaPen
Pluim
Veder
Veer, y el papelHet papier y la ceraWas sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los amosAanvoerders
Bazen
Chefs
Gebieders
Heren
Hoofden
Meesters
Opperhoofden
Patroons. ¿QuéWat
Welke deseasJij/je ambieert
Jij/je aspireert
Jij/je begeert
Jij/je dingt naar
Jij/je haakt naar
Jij/je hebt trek in
Jij/je hunkert
Jij/je jaagt na
Jij/je smacht
Jij/je smacht naar
Jij/je snakt naar
Jij/je streeft na
Jij/je streeft naar
Jij/je verkiest
Jij/je verlangt
Jij/je wenst de míMe
Mij, espírituGeest
Geestgesteldheid malignoBoosaardig
Boosaardige
Hatelijk
Hatelijke
Kwaadaardig
Kwaadaardige
Maligne
Snode
Snood
Te kwader trouw
Vals
Valse? ¿BronceBrons,
mármolMarmer, pergaminoPerkament o papelPapier
Rol? ¿HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de escribirComponeren
Neerschrijven
Scheppen
Schrijven
Uitschrijven conDoor
Met
Per
Samen met pizarrín, burilBurijn
Etsnaald
Griffel
Schrijfstift o plumaPen
Pluim
Veder
Veer? TeJe
Jou dejoAccent
Achterlaten
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Tongval
Verlaten
Vermaken
Verzuimen libreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde la elecciónKeur
Keus
Keuze
Kiezen
Optie
Selecteren
Uitkiezen
Uitlezen
Uitpikken
Uitzoeken
Verkiezen
Verkiezing.
MEFISTÓFELES
¿Por quéWaarom exagerasJij/je chargeert
Jij/je dikt aan
Jij/je overdrijft conDoor
Met
Per
Samen met tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer calorHitte
Smoorhitte
Warmte tuJe
Jouw charlatanería? CualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook hojitaBlaadje valdráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kosten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lonen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal waard zijn. FirmarásJij/je zal onderschrijven
Jij/je zal ondertekenen
Jij/je zal tekenen conDoor
Met
Per
Samen met una pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
gotaDrop
Droppel
Druppel
Jicht
Lik
Podagra de tuJe
Jouw sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!.
FAUSTO
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals teJe
Jou haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt ilusiónBegoocheling
Drogbeeld
Illusie
Waan
Zinsbedrog, teJe
Jou seguiréIk zal aanblijven
Ik zal bewandelen
Ik zal bijhouden
Ik zal doorgaan
Ik zal opvolgen
Ik zal volgen
Ik zal voortvloeien
Ik zal voortzetten en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind grotescoGrotesk
Groteske
Potsierlijk
Potsierlijke juegoIk speel
Ik speel voor
Ik voer uit
Spel
Spelen
Speling
Spelletje
Uitvoeren
Voorspelen.
MEFISTÓFELES
La sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un humorGemoedsgesteldheid
Humeur
Humor muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale.
FAUSTO
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank temasJij/je bent bang voor
Jij/je ducht
Jij/je schrikt terug voor
Jij/je schroomt
Jij/je vreest
Onderwerpen
Stoffen
Thema's que rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! la alianzaAlliantie
Bondgenootschap
Verbond. Lo queDat wat
Wat ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog teJe
Jou prometoIk beloof
Ik loof uit
Ik verzeg
Ik zeg toe esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el alcance(Het) bereikt
Achterhaalt u!
Behaalt u!
Bereik
Bereikt u!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik achterhaal
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik verkrijg
Ik verwerf
Maakt u buit!
Reikt u tot!
Reikwijdte
Verkrijgt u!
Verwerft u! de todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle miMi
Mijn fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!. Me heIk gedraag me
Ik krijg het met
iemand aan de stok
Ik meet me met
iemand
engrandecidoVergroot tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend pertenezco aIk behoor
Ik behoor toe
Ik behoor tot tuJe
Jouw rangoGraad
Rang
Stand
Status. El granGroot
Grote EspírituGeest
Geestgesteldheid meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is despreciadoEen hekel gehad aan
Geminacht
Veracht
Versmaad, anteSuède
Ten overstaan van
Voor míMe
Mij se
cierraDoe dicht!
Doe op slot!
Doe toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op slot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Maak dicht!
Sluit af!
Sluit! la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen. Se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand rotoAfgebroken
Doorgebroken
Gebroken
Geschonden
Kapot
Kapot gemaakt
Kapotgemaakt
Kapotte
Stuk
Stukgebroken
Stukke
Verbroken el hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin del pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje, haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere que meMe
Mij asqueanZij/ze boezemen afkeer in
Zij/ze staan tegen
Zij/ze stuiten tegen de
borst los saberes. ¡Que las
pasionesHartstochten
Lijdennen
Lusten
Roezen
Verslavingen
Verwoedheden que ardenArden
Zij/ze blaken
Zij/ze branden
Zij/ze gloeien
Zij/ze zijn aan dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te míMe
Mij se hundan(Zij) storten in
Ze zakken in
Zij/ze bezwijken
Zij/ze dalen neer
Zij/ze laten zich neer
Zij/ze verdiepen zich
Zij/ze vergaan
Zij/ze verzinken
Zij/ze zinken
Zij/ze zinken weg en loDe
Hem
Het
U profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte de la sensualidadSensualiteit
Wellustigheid
Wulpsheid
Zinnelijkheid! ¡Que todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle milagroMirakel
Wonder meMe
Mij
espereHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoopt u!
Ik ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
Ik zie vooruit
Is u bedacht op!
Staat u te wachten!
Verwacht u!
Voorziet u!
Wacht
Wacht u af!
Wacht u op!
Wacht u!
Ziet u vooruit! dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over un veloFloers
Ik omsluier
Ik sluier
Ik waak
Sluier
Voile mágicoMagisch
Magische impenetrableOnbegrijpelijk
Onbegrijpelijke
Ondoordringbaar
Ondoordringbare
Ondoorgrondelijk
Ondoorgrondelijke
Ontoegankelijk
Ontoegankelijke! ¡LancémonosLaten we zich storten a la embriaguezBeschonkenheid
Dronkenschap
Duizeligheid
Roes
Zatheid del tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd, a la
sucesiónAfkomen
Afstammen
Gebeuren
Geschieden
Opvolgen
Opvolging
Overkomen
Reeks
Rij
Successie
Voorvallen de los acontecimientosEvenementen
Gebeurden
Gebeurtenissen
Gelegenheden
Gevallen
Voorgevallenen! ¡Que se alternenAlterneert u!
Wisselt u af!
Wisselt u elkaar af!
Zij/ze alterneren
Zij/ze wisselen af
Zij/ze wisselen elkaar af comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals quieran(Zij/u) willen
Bemint u!
Heeft u lief!
Houdt u van!
Wil u!
Zij/ze beminnen
Zij/ze hebben lief
Zij/ze houden van
Zij/ze willen el dolorPijn
Smart
Wee
Zeer y el placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin, el logroBehalen
Bereiken
Doorkomen
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik kom door
Ik reik tot
Ik slaag
Ik slaag erin
Ik slaag in
Ik slaag voor
Ik speel klaar
Inhalen
Klaarspelen
Slagen y la
desazónSmart!: solamenteAlleen
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te descansoIk laat rusten
Ik lig begraven
Ik ontspan
Ik pauzeer
Ik rust
Ik rust uit
Ik slaap
Pauze
Rust
Uitrusten se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan el hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent en actividadActiviteit
Bedrijvigheid.
MEFISTÓFELES
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se teJe
Jou impondráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanslaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal belasten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal belasting heffen
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dicteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal forceren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal imponeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal indruk maken
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opdringen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal veraccijnzen ningunaGeen enkel
Geen enkele medidaAfgemeten
Afmeten
Gemeten
Grootte
Maat
Maatregel
Maté
Meten
Opgemeten
Opgenomen
Opmeten
Opnemen
Uitgemeten
Uitmeten niEn niet
Evenmin
Noch se limitaránZij/ze zullen begrenzen
Zij/ze zullen beknotten
Zij/ze zullen beperken
Zij/ze zullen beperkingen opleggen
aan tusJe
Jouw metasDoelen
Goals
Jij/je doet
Jij/je legt
Jij/je legt in
Jij/je plaatst
Jij/je steekt
Jij/je steekt in
Jij/je stelt
Jij/je stopt
Jij/je zet
Mikpunten
Trefpunten. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals teJe
Jou placeBehaag!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt picotearPikken aquíAlhier
Hier y alláDaar y atraparBeetkrijgen
Beetnemen
Betrappen
Pakken
Te pakken krijgen
Vangen
Vastpakken
Vatten algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
alNaar de
Naar het vueloIk vlieg
Vliegen
Vliegtocht
Vlucht, tendrásJij/je zal bijhouden
Jij/je zal erop nahouden
Jij/je zal hebben
Jij/je zal houden
Jij/je zal vasthouden aquelloDat
Die
Diegene
Zulks que teJe
Jou deleiteBekoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft genot aan
Ik bekoor
Ik verheug
Ik verschaf genot aan
Verheugt u!
Verschaft u genot aan!. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seasJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats estúpidoBot mens
Dom
Dom mens
Domme
Stompzinnig
Stompzinnig mens
Stompzinnige y aférrateAnker!
Bind in!
Enter!
Grijp stevig vast!
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ankert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze entert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt stevig vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rolt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt het anker
uit
Rol op!
Werp het anker uit! a míMe
Mij.
FAUSTO
ComentarioCommentaar [L44]: EstaDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una
de las grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime peculiaridadesEigenheden del
Fausto de Goethe, frente aTegenover
Vergeleken met
Versus susHaar
Hun
Uw
Zijn
precedentesPrecedenten. Mientras queTerwijl en otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één
casosCasus
Casussen
Gevallen
Naamvallen
Zaken se produceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstaat (uit) un pactoIk kom overeen
Ik spreek af
Pact
Verdrag conDoor
Met
Per
Samen met el
diabloBoze
Drommel
Duivel en el queWaarin por placeresGenietingen
Genoegens
Genoten
Vermaken
Zinnen en
estaDeze
Dit vidaHachje
Leven se ofreceBied aan!
Bied te koop aan!
Bied!
Draag voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt te koop
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Loof uit!
Sla voor!
Stel voor! servidumbreHerendienst
Lijfeigenschap
Servituut en
la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één, aquíAlhier
Hier Fausto sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend entregaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afgeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bestellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezorgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doorbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overgeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overhandigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ter hand
stellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toevoeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbetalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdrijven
suHaar
Hun
Uw
Zijn almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel alNaar de
Naar het diabloBoze
Drommel
Duivel en el caso de queIn het geval dat
consiga(Het) verkrijgt
Behaalt u!
Bereikt u!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagt erin om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf
Krijgt u!
Maakt u buit!
Reikt u tot!
Slaagt u erin om!
Verkrijgt u!
Vervolgt u!
Verwerft u! un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even de plenaCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige
satisfacciónBevrediging
Genoegdoening personalEigen
Personeel
Persoonlijk
Persoonlijke, de plenoCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige
orgulloTrots por un logroBehalen
Bereiken
Doorkomen
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik kom door
Ik reik tot
Ik slaag
Ik slaag erin
Ik slaag in
Ik slaag voor
Ik speel klaar
Inhalen
Klaarspelen
Slagen, por un
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip dignoWaardig
Waardige de prolongarseGerekt worden
Lang duren
Verlengd worden
eternamenteEeuwig.
ComentarioCommentaar [L45]: Fausto estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
invitado aGetrakteerd op un banqueteBanket
Feestmaal
Festijn
Gelag
Smulpartij en el queWaarin
un nuevoNieuw
Nieuwe doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus celebraCelebreer!
Draag op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze celebreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Vier! la
adquisiciónAankoop
Aanschaf
Aanwinst
Acquisitie
Afname
Behalen
Buit
Buitmaken
Inkoop
Koop
Kopen
Krijgen
Overname
Prooi
Verkrijgen
Verkrijging
Verwerven
Verwerving de esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind títuloDiploma
Graad
Kop
Onderschrift
Opschrift
Rubriek
Titel eEn invita aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trakteert op
Trakteer op!
la comunidadGemeenschap
Gemeente académicaAcademisch
Academische.
YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds oísteJij/je hoorde
Jij/je vernam
Jij/je verstond, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se trataHet betreft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt behandeld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehanteerd sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend de gozarGenieten
Genieten van
Zich verheugen in
Zich verlustigen in. Me entregoIk aanvaard
Ik geef me over
Ik neem aan
Ik neem gevangen alNaar de
Naar het vértigoDraaierigheid
Duizeligheid
Duizeling
Vertigo, alNaar de
Naar het placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus dolorosoPijnlijk
Pijnlijke
Smartelijk
Smartelijke, alNaar de
Naar het amadoBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve odioHaat
Ik haat, alNaar de
Naar het
fastidioBeslommering
Ik erger
Ik hinder
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel que reconfortaBeur op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sterkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versterkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertroost
Sterk!
Versterk!
Vertroost!. MiMi
Mijn pechoBoezem
Borst, que se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand liberadoAfgescheiden
Bevrijd
Van een verplichting ontslagen
Vrij gemaakt
Vrijgesteld del ansiaAngst
Beklemming
Benauwdheid
Bezorgdheid
Spanning
Verlangen
Zielsangst
Zucht de saberKennen
Smaken
Weten, jamásNimmer
Nooit se cerraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dichtgaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal sluiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich sluiten a ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei dolorPijn
Smart
Wee
Zeer.
QuieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil disfrutarGenieten
Genieten van dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te míMe
Mij de lo queDat wat
Wat haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is disfrutadoGenoten van el conjuntoComplet
Complex
Ensemble
Geheel
Inrichting
Set
Stel
Stelletje
Troep
Verzameling de la humanidadHumaniteit
Menselijkheid
Mensheid
Menslievendheid. QuieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil apresarGevangen nemen conDoor
Met
Per
Samen met miMi
Mijn QuieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil disfrutarGenieten
Genieten van dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te míMe
Mij de lo queDat wat
Wat haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is disfrutadoGenoten van el conjuntoComplet
Complex
Ensemble
Geheel
Inrichting
Set
Stel
Stelletje
Troep
Verzameling de la humanidadHumaniteit
Menselijkheid
Mensheid
Menslievendheid. QuieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil apresarGevangen nemen conDoor
Met
Per
Samen met miMi
Mijn
espírituGeest
Geestgesteldheid loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus elevadoBevorderd
Getild
Hoog
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd y loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus sumidoBegraven
Gedaan verzinken
Genuttigd
In de grond verstopt
Onder water gestopt en la profundidadDiepte, amontonarOpstapelen suHaar
Hun
Uw
Zijn venturaToekomstig
Toekomstige
Ventura y suHaar
Hun
Uw
Zijn dolorPijn
Smart
Wee
Zeer en miMi
Mijn pechoBoezem
Borst
y, de esta maneraZo, ampliarUitbreiden
Verbreden
Vergroten
Verruimen miMi
Mijn yoEgo
Ik y convertirloHet veranderen en el suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u, y, al finalTenslotte, sucumbirBezwijken
Omkomen
Onderdoen
Overweldigd worden
Sterven
Verliezen
Wijken
Zich onderwerpen
Zwichten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals ella mismaHaarzelf.
MEFISTÓFELES
AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge, confía enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt op
Vertrouw op! míMe
Mij, que llevoIk bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer mascandoKauwend haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende milesDuizenden de añosJaren eseDat
Die manjarEtenswaar
Gerecht
Spijs de ásperoBits
Bitse
Bobbelig
Bobbelige
Bultig
Bultige
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Onaangenaam
Onaangename
Oneffen
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Rul
Rulle
Ruw
Ruwe
Scherp
Scherpe
Schraal
Schrale
Snibbig
Snibbige saborSmaak. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit la cunaBakermat
Geboorteplek
Wieg hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la tumbaBedwelm de zinnen van!
Breng ten val!
Doe vallen!
Gooi om!
Gooi omver!
Graf
Graftombe
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwelmt de zinnen
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt ten val
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kantelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Kantel!
Keer om!, que digieraDigereert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze digereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verduwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerkt
Ik digereer
Ik verduw
Ik verteer
Ik verwerk
Verduwt u!
Verteert u!
Verwerkt u! la viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem. CréemeCree
Creëert u!
Denk!
Geloof!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houd voor!
Ik creëer
Ik maak
Ik richt op
Ik schep
Maakt u!
Meen!
Richt u op!
Schept u!: esaDat
Die totalidadCompleetheid
Geheel
Gezamenlijk bedrag
Heelheid
Totaliteit
Volheid
Volkomenheid
Volslagenheid sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! un diosGod
Godheid. ÉlHem
Hij se encuentraBevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gesteld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt het en la plenaCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige y eternaEeuwig
Eeuwige luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting, a nosotrosOns
We
Wij nos(Aan) ons
Ons confinó en las tinieblasDonker
Donkerte
Duister
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit y sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend a
vosotrosGijlieden
Je
Jullie osJe
Jullie dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende el díaDag
Etmaal y la nocheAvond
Nacht.
FAUSTO
¡PeroDoch
Echter
Maar yoEgo
Ik loDe
Hem
Het
U quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil!
MEFISTÓFELES
¡De acuerdoAfspraak
Akkoord
Beslissing
Besluit
Betrekking
Dunk
Ik accordeer
Ik ben het eens
Ik geef toe
Ik herinner aan
Ik kom overeen
Ik stem
Ik stem toe
Ik verzoen
Ik vind goed
Inrichting
Maat
Maatregel
Mening
Omgang
Opinie
Overeenkomst
Overeenstemming
Regeling
Schikking
Uitspraak
Verband
Verbintenis
Verdrag
Verhouding
Verkeer
Verstandhouding
Visie
Wijzing
Zetting
Zienswijze!, peroDoch
Echter
Maar hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que meMe
Mij daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! miedoAngst
Beduchtheid
Vrees. El tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats breveBeknopt
Beknopte
Kort
Korte y el arteKunst esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig. DiríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opgeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou spreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zeggen
Ik zou opgeven
Ik zou spreken
Ik zou zeggen que debierasJij/je behoorde te
Jij/je diende
Jij/je had te danken
Jij/je hoorde
Jij/je moest
Jij/je stond in de
schuld
Jij/je was schuldig
Jij/je was verplicht om
te
Jij/je was verschuldigd
aprenderAanleren
Leren: asóciateAssocieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze associeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt een hulp
toe aan
Verenig!
Voeg een hulp toe
aan! a un poetaDichter que se afaneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spant zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tobt zich af en encontrarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden ideasBegrippen
Denkbeelden
Gewaarwordingen
Idees
Ideeën
Inzichten
Jij/je vormt een denkbeeld
omtrent
Noties
Opvattingen
Voorstellingen y en amontonarOpstapelen sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! tuJe
Jouw cabezaHoofd
Kop
Krop de laureadoBekroonde
Gelauwerde
todas lasAlle noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele cualidadesEigenschappen
Kwaliteiten: el valorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde del león, la rapidezSnelheid del cuervoKraai
Raaf, la sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! ardienteBrandend
Gloeiend
Gloeiende
Verterend
Verterende
Verzengend
Verzengende
Vurig
Vurige del italianoItaliaan
Italiaans
Italiaanse
Italiaanse taal y la
tenacidadHechtheid
Kleverigheid
Koppigheid
Onbreekbaarheid
Taaiheid
Tenaciteit
Vasthoudendheid de los del norteNoorden. DéjaleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! que encuentreBevindt u!
Hij vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Ik bevind
Ik kom tegen
Ik ontmoet
Ik treed tegemoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Komt u tegen!
Ontmoet u!
Treedt u tegemoet!
Treft u aan!
Treft u!
Vindt u! el secretoClandestien
Clandestiene
Geheim
Geheime
Heimelijk
Heimelijke
Ik scheid af
Verborgen
Verdekt
Verdekte
Verkapt
Verkapte
Verscholen
Verstolen
Verstopt
Verstopte de unirAaneenvoegen
Bijeenbrengen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen magnanimidadGrootmoedigheid y astuciaArglist
Boosaardigheid
Hinderlaag
Valstrik conDoor
Met
Per
Samen met el cálidoWarm
Warme
impulsoAandrang
Aandrift
Aandrijven
Bevorderen
Drang
Ik bevorder
Ik breng over
Ik drijf aan
Ik stimuleer
Ik zet aan tot
Impuls
Opwelling
Overbrengen
Stimuleren
Stuwing juvenilJeugdig
Jeugdige que teJe
Jou hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! enamorarHet hof maken aan
Verliefd maken conforme aNaarmate
Overeenkomstig met
Volgens un planBlauwdruk
Concept
Ontwerp
Opzet
Plan
Plattegrond
Project. MeMe
Mij gustaría(Het) zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou behagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou leuk vinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou proeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zinnen
Ik zou aanstaan
Ik zou behagen
Ik zou bevallen
Ik zou houden van
Ik zou leuk vinden
Ik zou proeven
Ik zou zinnen conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten a un serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig; leHaar
Hem
Het
U pondríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aan de
praat krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aantrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanzetten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inschakelen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou leggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou neerleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou neerzetten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou op gang
brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou steken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stoppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vlijen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zetten
Ik zou aan de
praat krijgen
Ik zou aandoen
Ik zou aantrekken
Ik zou aanzetten
Ik zou doen
Ik zou inschakelen
Ik zou leggen
Ik zou neerleggen
Ik zou neerzetten
Ik zou nemen
Ik zou op gang
brengen
Ik zou opbrengen
Ik zou opleggen
Ik zou plaatsen
Ik zou steken
Ik zou stellen
Ik zou stoppen
Ik zou vlijen
Ik zou zetten
por nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam microcosmos.
FAUSTO
¿QuéWat
Welke soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats, entoncesDan
Dus
Toen, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke alcanzarAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven la coronaHet kroonwiel de loDe
Hem
Het
U humanoHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke, a la queDat
Die
Wie
Zij die todos losAlle sentidosAangevoeld
Betekenissen
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Significanties
Zinnen
Zintuigen
tiendenZij/ze breiden uit
Zij/ze houden op
Zij/ze ontvouwen
Zij/ze rekken
Zij/ze spreiden
Zij/ze spreiden uit
Zij/ze steken uit
Zij/ze strekken
Zij/ze strekken uit?
MEFISTÓFELES
EresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats, al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte y alNaar de
Naar het caboKaap
Korporaal
Landtong
Stomp
Stronk
Uiteinde, lo queDat wat
Wat eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats. AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al te pongasJij/je doet aan
Jij/je doet op
Jij/je kleedt je aan
Jij/je smeert
Jij/je smeert in
Jij/je stelt je aan
Jij/je trekt aan
Jij/je wordt una pelucaPruik conDoor
Met
Per
Samen met milesDuizenden de rizosGroeven
Lokken
Reven, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al te pongasJij/je doet aan
Jij/je doet op
Jij/je kleedt je aan
Jij/je smeert
Jij/je smeert in
Jij/je stelt je aan
Jij/je trekt aan
Jij/je wordt
taconesHakken de un codoElleboog de alturaHoogte
Verhevenheid, seguirás siendoJij/je zal blijven lo queDat wat
Wat eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats.
FAUSTO
SientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb acumuladoGeaccumuleerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verzameld en vanoTevergeefs los tesorosSchatten del espírituGeest
Geestgesteldheid humanoHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke. Y ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans que me detengoIk blijf staan
Ik houd halt
Ik houd stil
Ik sla af
Ik sta stil
Ik stop, ningunaGeen enkel
Geen enkele
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! brotaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspuit
Kom uit!
Ontkiem!
Spat op!
Stuif!
Verspuit! de miMi
Mijn interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats niEn niet
Evenmin
Noch un peloBeharing
Haar
Haardos
Ik jas
Ik pel
Ik pel af
Ik schil más altoBoven-
Bovenste
Harder
Hoger niEn niet
Evenmin
Noch me heIk gedraag me
Ik krijg het met
iemand aan de stok
Ik meet me met
iemand acercadoNaderbij gebracht alNaar de
Naar het infinitoEindeloos
Eindeloos veel
Eindeloze
Oneindig
Oneindige.
MEFISTÓFELES
MiMi
Mijn señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer, vesJij ziet
Jij/je bekijkt
Jij/je kijkt
Jij/je ziet las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals suelen(Zij) plegen
Zij/ze plegen
Zij/ze zijn gewend
Zij/ze zijn gewoon verseBlijken
Duidelijk zijn
Elkaar bezoeken
Elkaar ontmoeten
Zich laten zien. Hay queMen moet actuarActeren
Ageren
Bezig zijn
Doen
Handelen
Optreden
Procederen
Te werk gaan conDoor
Met
Per
Samen met mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere sutilezaSubtiliteit antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer se nos(Aan) ons
Ons
escape(Het) ontsnapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapt
Ik ontga
Ik ontkom
Ik ontsnap
Lekken
Ontgaan
Ontgaat u!
Ontkomen
Ontkomt u!
Ontsnappen
Ontsnapping
Ontsnapt u!
Ontvluchten
Uitlaat
Uitlaatpijp el gozoIk geniet
Ik geniet van
Ik verheug me in
Ik verlustig me in de la vidaHachje
Leven. ¡QuéWat
Welke demoniosDemonen
Demons
Duivelen
Duivels! Las manosDe handen, los piesPoten
Voeten, la cabezaHoofd
Kop
Krop y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el traseroAchter-
Achterkant
Achterste
Achterzijde
Bips
Gat
Kont
Staartstuk
Zitvlak sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn tuyosVan jou,
peroDoch
Echter
Maar ¿noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats por elloDat
Het menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd míoMijne
Van mij todo lo queHoeveel ook disfrutoIk geniet van y estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! rebosanteOverstromend
Overstromende de vidaHachje
Leven? SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals puedoIk kan
Ik mag permitirmeGedogen
Niet beletten
Permitteren
Toelaten
Toestaan
Vergunnen
Veroorloven pagarBetalen
Dokken
Storten
Uitbetalen
Uitkeren
Voldoen
seis6
Zes caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen, ¿noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit míasVan mij susHaar
Hun
Uw
Zijn fuerzasJij/je doet geweld aan
Jij/je dwingt
Jij/je forceert
Jij/je noodzaakt
Jij/je randt aan
Jij/je verkracht
Jij/je verplicht
Krachten
Machten
Sterkten
Sterktes
Stevigheden y, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejar deOphouden met
Stoppen met serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg conDoor
Met
Per
Samen met veinticuatro24
Vierentwintig patasPoten
Voeten?
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, cumpleBen jarig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is jarig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze observeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat gade
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volbrengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voltrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk toe!
Kom na!
Leef na!
Neem waar!
Observeer!
Sla gade!
Verricht!
Vervul!
Voer uit!
Volbreng!
Voltrek!
Zie toe! tusJe
Jouw pensamientosGedachten
Gedachtes
Veldviooltjes y lánzateStort je! alNaar de
Naar het mundoAardrijk
Wereld. DateDateert u!
Doe je voor!
Gebeur!
Geef je gewonnen!
Geef je over!
Groei!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert
Ik dateer
Kom voor!
Ontsta! cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen: un tipoDrukletter
Soort
Type que especulaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bespiegelingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speculeert
Houd bespiegelingen!
Speculeer! esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un
animalBeest
Dier en una llanuraPrairie
Vlak
Vlakte yerma alNaar de
Naar het que un genioBeschermgeest
Geest
Genie
Genius malignoBoosaardig
Boosaardige
Hatelijk
Hatelijke
Kwaadaardig
Kwaadaardige
Maligne
Snode
Snood
Te kwader trouw
Vals
Valse leHaar
Hem
Het
U hace dar vueltasHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkt en círculoCirkel
Gezelschap
Kring
Rondje mientrasTerwijl, a suHaar
Hun
Uw
Zijn
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom, hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand bellosFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon pradosBeemden
Weidegronden
Weiden
Weides
Weien
Weilanden verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes.
FAUSTO
¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je empezamosWij beginnen
Wij/we beginnen
Wij/we begonnen
Wij/we braken aan
Wij/we breken aan
Wij/we gaan in
Wij/we gingen in
Wij/we sneden aan
Wij/we snijden aan
Wij/we vangen aan
Wij/we vingen aan?
MEFISTÓFELES
Ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog nos ponemosWij/we doen aan
Wij/we doen op
Wij/we kleden ons aan
Wij/we smeren
Wij/we smeren in
Wij/we stellen ons aan
Wij/we trekken aan
Wij/we worden en marchaIngeschakeld. ¿QuéWat
Welke lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel de martirioMartelaarschap esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind? ¿QuéWat
Welke claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand de vidaHachje
Leven esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats aburrirseZich vervelen y
aburrirVervelen a los muchachosJongens
Knapen
Knullen? DejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! esoDat
Die
Zulks paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tuJe
Jouw vecinoAangrenzend
Aangrenzende
Aanliggend
Aanliggende
Belendend
Belendende
Buur
Buurman
Dicht bijzijnd
Dichtbijgelegen
Gebuur
Naburig
Naburige
Nabuur, el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer Wanst. ¿Por quéWaarom teJe
Jou empeñasJij/je beleent
Jij/je leent tegen een
onderpand
Jij/je verpandt en desgranarAfplukken
Doppen la
pajaRietje
Stro? LoDe
Hem
Het
U mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever que podríasJij/je zou kunnen
Jij/je zou mogen conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt enseñárseloBijbrengen
Instrueren
Laten zien
Leren
Onderwijzen
Scholen
Tentoonspreiden
Tonen
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen a los muchachosJongens
Knapen
Knullen. ¡Ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog oigoIk hoor
Ik verneem
Ik versta a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
en el pasilloBaan
Gang
Gangpad
Overloop
Rijstrook!
FAUSTO
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke verloBekijken
Kijken
Zien.
MEFISTÓFELES
El pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele muchachoJongen
Knaap
Knul esperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit! desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt marcharseWeggaan desconsoladoBedroefd
Mistroostig gemaakt
Ontroostbaar gemaakt
Troosteloos gemaakt. VengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek!, dameBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! la
esclavinaPelerine y el birreteBaret
Kapje
Muts, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind disfrazVerkleding meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de sentarAantekenen
Boeken
Doen zitten
Neerzetten
Opstellen
Vooropstellen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. (Se visteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan.) AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans déjaloLaat het todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle en manosHanden de miMi
Mijn
ingenio. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend necesitoIk behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef un cuarto de horaKwartier; entretantoAlvast
Inmiddels
Intussen
Ondertussen
Vast
Voorlopig
Zolang, prepárate paraBereid je voor op!
Maak je klaar voor! nuestroOns
Onze
Van ons belloFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht.
(Sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u! FAUSTO.)
(ConDoor
Met
Per
Samen met las largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde ropas de FAUSTO.) SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals despreciaHeb een hekel aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een hekel
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze minacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmaadt
Minacht!
Veracht!
Versmaad! la razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand y la cienciaWetenschap, la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus potenteKrachtig
Machtig
Machtige fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! de los
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten, y se fortaleceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versterkt
Versterk! conDoor
Met
Per
Samen met el espírituGeest
Geestgesteldheid del engañoBedotten
Bedriegen
Bedriegerij
Bedrog
Beduvelen
Beetnemen
Ik bedot
Ik bedrieg
Ik beduvel
Ik leid om de
tuin
Ik misleid
Ik neem beet
Ik smokkel
Ik verlak
Misleiden
Misleiding
Smokkelen
Verlakken
Zinsbegoocheling conDoor
Met
Per
Samen met obrasBoekwerken
Geschriften
Jij/je ageert
Jij/je bent bezig
Jij/je doet
Jij/je gaat te werk
Jij/je gaat voort
Jij/je handelt
Jij/je treedt op
Jij/je werkt
Kunstwerken
Oeuvres
Opera
Opussen
Pennenvruchten
Werken
Werkzaamheden de ilusionismo y magiaMagie
Toverkunst, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds loDe
Hem
Het
U tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast en misMi's
Mijn
manosHanden incondicionalmente. El destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland leHaar
Hem
Het
U dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende un almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel que avanzaAnticipeer!
Beweeg voort!
Ga vooruit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze anticipeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vordert
Kom vooruit!
Vorder! sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te detenerseAfslaan
Blijven staan
Halt houden
Stilhouden
Stilstaan
Stoppen y cuyasVan wie
Waarvan
Wiens
Wier apresuradasBespoedigd
Geaccelereerd
Gehaast
Gehaaste
Verhaast
Versneld
aspiracionesAspiraties sobrepasanZij/ze gaan langs
Zij/ze gaan voorbij
Zij/ze lopen voorbij
Zij/ze overtreffen
Zij/ze passeren los gozos del mundoAardrijk
Wereld. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds sabréIk zal kennen
Ik zal smaken
Ik zal weten arrastrarloMeesleuren
Slepen
Trekken
Voorttrekken por la vidaHachje
Leven salvajeRuig
Ruige
Wild
Wilde
Woest
Woeste a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via loDe
Hem
Het
U
ComentarioCommentaar [L46]: ConDoor
Met
Per
Samen met estasDeze
Dezen
palabrasBewoordingen
Woorden Goethe parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
definiendoBepalend
Definiërend
Omschrijvend lo queDat wat
Wat a partir deVanaf
entoncesDan
Dus
Toen se convirtió enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd una
categoríaAard
Categorie
Klasse
Soort estéticaEsthetica
Esthetisch
Esthetische
Schoonheidsleer
Smaakvol
Smaakvolle: loDe
Hem
Het
U fáustico, la
huidaGevlucht
Ontsnapt
Weggelopen haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor delanteDaarvoor
Eerder
Ervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Voren
Vroeger
Weleer, el deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht
incontroladoOngecontroleerd
Ongecontroleerde de experienciasBelevenissen
Ervaringen
Ondervindingen
encontradasAangetroffen
Bevonden
Getroffen
Gevonden
Ontmoet
Tegemoet getreden
Tegengekomen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven el
sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen de plenitud.
ComentarioCommentaar [L47]: Wanst
significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor! barrigaBuik o vientreBuik. El
'señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer Wanst' esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats alguienEen of ander
Een zeker
Iemand acomodaticio
y poltrón que se
enmoheceDoe beschimmelen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet beschimmelen en suHaar
Hun
Uw
Zijn ausenciaAbsentie
Afwezigheid
Mangel
Uitstedigheid
Verstek
Verzuim de
inquietudesBeduchtheden
Bezorgdheden
Ongerustheden.
irrelevanteIrrelevant
Irrelevante y loDe
Hem
Het
U insignificanteAlledaags
Alledaagse
Onbeduidend
Onbeduidende
Onnozel
Onnozele; habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben de quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zich bevinden
Zijn atrapadoBeetgekregen
Beetgenomen
Betrapt
Gepakt
Gevangen
Gevat
Te pakken gekregen
Vastgepakt por míMe
Mij, se aferraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ankeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal enteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal het anker
uitwerpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inbinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inhalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal oprollen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stevig vastgrijpen a míMe
Mij, loDe
Hem
Het
U dejaréIk zal achterlaten
Ik zal in de
steek laten
Ik zal laten
Ik zal laten begaan
Ik zal laten schieten
Ik zal legateren
Ik zal lenen
Ik zal loslaten
Ik zal me verlaten
van
Ik zal nalaten
Ik zal opleveren
Ik zal overlaten
Ik zal toestaan
Ik zal toevertrouwen
Ik zal verlaten
Ik zal vermaken
Ik zal verzuimen paralizadoLamgelegd
Verlamd y
avivaréIk zal aanwakkeren suHaar
Hun
Uw
Zijn insaciabilidadOnverzadigbaarheid haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan comidaEten
Gebikt
Gebruikt
Gegeten
Geluncht
Genuttigd
Gevreten
Het middagmaal gebruikt
Lunch
Maal
Maaltijd
Middageten
Middagmaal
Noenmaal y bebidaDrank
Drankje
Gebruikt
Gedronken anteSuède
Ten overstaan van
Voor susHaar
Hun
Uw
Zijn ansiososBegerig
Begerige
Benauwd
Benauwde
In spanning
Vurig verlangend labiosLippen. SuplicaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afsmeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal smeken alivioIk lenig
Ik lucht op
Ik verlicht
Ik verzacht
Lenigen
Opluchten
Verlichten
Verzachten en
vanoDoelloos
Doelloze
Hol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ijl
Ijle
Ingebeeld
Ingebeelde
Leeg
Lege
Loos
Loze
Nutteloos
Nutteloze
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane y, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al alNaar de
Naar het diabloBoze
Drommel
Duivel noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand entregadoAangegeven
Aangereikt
Afgegeven
Afgeleverd
Besteld
Bezorgd
Doorgebracht
Geleverd
Ingeleverd
Overgegeven
Overhandigd
Overlegd
Ter hand gesteld
Toegevoerd
Uitbetaald
Verdreven, sucumbiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezwijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal omkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal onderdoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overweldigd worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal sterven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verliezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich onderwerpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zwichten.
(Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in! un ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente.)
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
LlevoIk bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer aquíAlhier
Hier pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y vengoIk kom
Ik kom mee
Ik neem wraak
Ik wreek, llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de devociónDevotie
Toewijding
Vroomheid, a conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten y hablarConverseren
Praten
Spreken alNaar de
Naar het hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent que todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle mencionanZij/ze maken gewag van
Zij/ze melden
Zij/ze noemen
Zij/ze vermelden
con respetoEerbiedig
Respectvol.
MEFISTÓFELES
¡MeMe
Mij congratuloIk feliciteer
Ik wens geluk alNaar de
Naar het verBekijken
Kijken
Zien vuestraJullie
Uw
Van jullie educaciónDresseren
Grootbrengen
Kweken
Onderwijs
Opleiden
Opleiding
Opvoeden
Opvoeding! EstáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten anteSuède
Ten overstaan van
Voor un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals otroAnder
Andere
Nog een
Nog één cualquieraWat dan ook
Wie dan ook. ¿HabéisJullie hebben
Jullie zijn andadoAfgelegd
Deelgenomen aan
Gegaan
Gelopen
Gewandeld (snel)
Gewerkt
Te voet gegaan
Voortgegaan
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds por otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één sitiosBelegeringen
Beleggen
Liggingen
Locaties
Lokalen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Plekken
Ruimten
Ruimtes
Websites?
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
OsJe
Jullie ruegoBede
Ik roep in
Ik smeek
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Smeekbede que meMe
Mij aceptéisJullie accepteren
Jullie nemen aan
Jullie ontvangen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los vuestrosJullie
Van jullie. VengoIk kom
Ik kom mee
Ik neem wraak
Ik wreek conDoor
Met
Per
Samen met todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle miMi
Mijn buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin, una aceptableAannemelijk
Aannemelijke
Aanvaardbaar
Aanvaardbare
Acceptabel
Acceptabele
Geldig
Geldige
Ontvankelijk
Ontvankelijke
Schikkelijk
Schikkelijke
Waarschijnlijk
Waarschijnlijke cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
de dineroGeld
Poen y sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille y sanaFit
Fitte
Genees!
Gezond
Gezonde
Heel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geneest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt beter
Valide
Word beter!. MiMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank queríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou que me fueraIk ging af
Ik ging weg
Ik vertrok
Ik verwijderde me, peroDoch
Echter
Maar quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil estudiarBestuderen
Instuderen
Leren
School gaan
Studeren
Studie maken van algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat de LeyesGehalten
Gehaltes
Wetten.
MEFISTÓFELES
EstáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten en el lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus adecuadoAangepast
Adequaat
Adequate
Afdoend
Afdoende
Bruikbaar
Bruikbare
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Geschikt
Geschikte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
La verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid es queDat komt omdat
Want meMe
Mij querríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beminnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liefhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou willen
Ik zou beminnen
Ik zou houden van
Ik zou liefhebben
Ik zou willen marcharLopen
Marcheren yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds: entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las paredesMuren
Wanden de estasDeze
Dezen aulasAula's noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. El
espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer limitadoBegrensd
Begrensde
Beknot
Beperkingen opgelegd aan
Beperkt
Beperkte
Eindig
Eindige
Weinig
Weinige. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! verdeGroen
Groene, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet un árbolBoom
Mast y en esosDie bancosBanken
Bokken
Ezels
Rekken
Schragen
Standers
Stellages
Werkbanken y en esasDie aulasAula's notoIk bemerk
Ik merk
Ik merk op
Ik noteer
Ik schrijf op
Ik stel te boek
Ik teken aan
que pierdoIk geef op
Ik loop mis
Ik mis
Ik raak kwijt
Ik verbeur
Ik verkwist
Ik verlies
Ik verspeel oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan, vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht y pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje.
MEFISTÓFELES
SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats cuestiónKwestie
Probleem
Ruzie
Twist
Vraag de costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede. Al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin tampocoEvenmin
Ook niet el niñoEl niño tomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen con mucho gustoDolgraag
Volgaarne
Zielsgraag el pechoBoezem
Borst de la madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding.
De igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze, podréisJullie
Jullie zullen kunnen
Jullie zullen mogen disfrutarGenieten
Genieten van cada díaDagelijks
Elke dag másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de los pechosBoezems
Borsten de la cienciaWetenschap.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
MeMe
Mij gustaría(Het) zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou behagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou leuk vinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou proeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zinnen
Ik zou aanstaan
Ik zou behagen
Ik zou bevallen
Ik zou houden van
Ik zou leuk vinden
Ik zou proeven
Ik zou zinnen irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven colgadoGehangen
Opgehangen
Opgeknoopt de suHaar
Hun
Uw
Zijn cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek, peroDoch
Echter
Maar cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a alcanzarloAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven.
MEFISTÓFELES
Antes deAlvorens te
Voor seguirAanblijven
Bewandelen
Bijhouden
Doorgaan
Opvolgen
Volgen
Voortvloeien
Voortzetten, decidmeGeef op!
Spreek!
Zeg! quéWat
Welke FacultadFaculteit pensáisJullie denken escogerKiezen
Selecteren
Uitkiezen
Uitlezen
Uitpikken
Uitzoeken
Verkiezen.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
MiMi
Mijn deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden una buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende erudiciónEruditie
Geleerdheid y saberKennen
Smaken
Weten quéWat
Welke hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand sobre laOp de
Op het tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land y en el cieloHemel
Lucht; es decirDat wil zeggen
Namelijk,
comprenderBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan la cienciaWetenschap y la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen.
MEFISTÓFELES
EmpleadBenut!
Breng in toepassing!
Gebruik!
Pas toe!
Voer door!
Wend aan! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank deja deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt met
Stop met! correrHardlopen
Hollen
Racen
Rennen
Snellen
Sprinten
Stromen, peroDoch
Echter
Maar el ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde osJe
Jullie enseñará aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leren aan aprovecharloBaten
Benutten
Gebruik maken
Gebruik maken van
Gebruiken
Helpen
Profiteren
Van nut zijn. Por elloDat
Het,
queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind, osJe
Jullie aconsejoIk adviseer
Ik geef raad
Ik raad
Ik raad aan que os inscribáis enJullie schrijven je in
voor primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel en el Collegium Logicum.
adiestraránZij/ze zullen africhten
Zij/ze zullen dresseren
Zij/ze zullen temmen
Zij/ze zullen tot gehoorzaamheid
dwingen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart el pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje, calzándolo conDoor
Met
Per
Samen met normasNormen
Regelen
Regels
Richtlijnen
Standaardmaten para queOpdat
Zodat avanceAnticipeert u!
Beweegt u voort!
Gaat u vooruit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze anticipeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vordert
Ik anticipeer
Ik beweeg voort
Ik ga vooruit
Ik kom vooruit
Ik vorder
Komt u vooruit!
Vooruitgang
Vordering
Vordert u! por la sendaPad del espírituGeest
Geestgesteldheid y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds osJe
Jullie
persigaAchtervolgt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achtervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Ik achtervolg
Ik jaag na
Ik vervolg
Jaagt u na!
Vervolgt u! bagatelasBagatellen
Beuzelarijen
Futiliteiten
Kleinigheden
Wissewasjes vagandoDolend
Drentelend
Dwalend
Flanerend
Kuierend
Ronddolend
Ronddwalend
Rondhangend
Slenterend
Warend
Zwervend de un ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één. EntoncesDan
Dus
Toen aprenderéisJullie zullen aanleren
Jullie zullen leren un díaDag
Etmaal que lo queDat wat
Wat antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger hacíaisJullie bedreven
Jullie brachten uit
Jullie deden
Jullie maakten
Jullie maakten aan
Jullie richtten uit
Jullie voerden uit de un
golpeBeroerte
Bonken
Bonzen
Flap
Hengsten
Houw
Houwen
Klap
Klappen
Kloppen
Mep
Meppen
Opvallen
Shock
Slaan
Slag
Stoot, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten o el beberDrinken
Gebruiken, ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans requiereBeteken!
Haal over!
Heb nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maant aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overreedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereist
Maak nodig!
Maan aan!
Onderzoek!
Overreed!
Vereis!
Vereist uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één, dos2
Do's
Twee
Tweede y tres3
Drie. CiertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere es queDat komt omdat
Want en el tallerDe garage del pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje
ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals en la obra maestraMeesterwerk de un tejedorWever, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten impulsoAandrang
Aandrift
Aandrijven
Bevorderen
Drang
Ik bevorder
Ik breng over
Ik drijf aan
Ik stimuleer
Ik zet aan tot
Impuls
Opwelling
Overbrengen
Stimuleren
Stuwing mueveBeweeg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroert
Roer!
Verroer! a la vezTegelijk mil1000
Duizend hilosDraden
Garens. La
lanzaderaInslagspoel
Schietspoel
Schuitje
Spoel
Weversspoel se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan en marchaIngeschakeld, vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder y un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten golpeBeroerte
Bonken
Bonzen
Flap
Hengsten
Houw
Houwen
Klap
Klappen
Kloppen
Mep
Meppen
Opvallen
Shock
Slaan
Slag
Stoot da lugar aBeleg!
Breng teweeg!
Doe aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Houd!
Richt aan!
Schrijf uit!
Sticht!
Veroorzaak! mil1000
Duizend tramasComplotten
Inslagen
Jij/je bekonkelt
Jij/je beraamt
Jij/je intrigeert
Jij/je konkelt
Jij/je ontwerpt
Jij/je plant
Plots
Samenzweringen. El filósofoFilosoof
Wijsgeer que
considereBeschouwt u als!
Beschouwt u!
Gaat u na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwt als
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt rekening met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overweegt
Houdt u rekening met!
Ik beschouw
Ik beschouw als
Ik ga na
Ik houd rekening met
Ik overweeg
Overweegt u! esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind asuntoAangelegenheid
Affaire
Ding
Kwestie
Onderwerp
Stof
Thema
Zaak osJe
Jullie demostraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantonen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal adstrueren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bewijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitwijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal waarmaken que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn loDe
Hem
Het
U segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede y por elloDat
Het
serán(Zij) zullen zijn
Zij/ze zullen gebeuren
Zij/ze zullen plaatshebben
Zij/ze zullen plaatsvinden
Zij/ze zullen zijn asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig loDe
Hem
Het
U tercero3e
Derde y loDe
Hem
Het
U cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning. Y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke y loDe
Hem
Het
U segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren, loDe
Hem
Het
U tercero3e
Derde y loDe
Hem
Het
U cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning nuncaNimmer
Nooit
hubieranZij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden. EstoDeze
Dit loDe
Hem
Het
U saben(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze smaken
Zij/ze weten los estudiantesCursisten
Cursistes
Studenten
Studentes de todosAller-
Ieders los lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels, peroDoch
Echter
Maar jamásNimmer
Nooit se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet tejedoresWevers. El
que quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten y describirBeschrijven algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat viviente, que empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik snijd aan
Ik vang aan
Snijdt u aan!
Vangt u aan! por echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg el espírituGeest
Geestgesteldheid y, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, tendrá(Hij) zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bijhouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal erop nahouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal houden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vasthouden las
partesnaturae,
en suHaar
Hun
Uw
Zijn manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei. PeroDoch
Echter
Maar entoncesDan
Dus
Toen, por desgraciaAccident
Ongeluk
Ongeval, leHaar
Hem
Het
U faltaránZij/ze zullen absent zijn
Zij/ze zullen afwezig zijn
Zij/ze zullen ontbreken
Zij/ze zullen schelen los lazosBonden
Lasso's
Liga's
Linken
Lissen
Lussen
Strikken
Verbonden del espírituGeest
Geestgesteldheid. Encheiresin
dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt la químicaChemicus
Chemie
Chemisch
Chemische
Scheikunde
Scheikundig
Scheikundige burlándoseBespottend
Gekscherend
Honend
Schertsend
Spottend
Uitlachend de síJa
Jawel
Wel
Zich mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf entenderosAanvoelen
Begrijpen
Beseffen
Bevatten
Snappen
Vatten
Verstaan plenamenteVolledig.
MEFISTÓFELES
ConDoor
Met
Per
Samen met el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd osJe
Jullie irá(Het) zal gaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal karren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal rijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal van stapel
lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich begeven mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever cuandoAls
Tijdens
Wanneer sepáisJullie kennen
Jullie smaken
Jullie weten reducirloHet in te koken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle y clasificarloClassificeren
Indelen
Sorteren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals corresponde(Het) komt overeen
Ga aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Kom overeen!
Pas!.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
Me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer torpeDrukkend
Drukkende
Grof
Grove
Log
Logge
Plomp
Plompe
Zwaar
Zware como siAlsof en miMi
Mijn cabezaHoofd
Kop
Krop giraraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze endosseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde
Ik draaide
Ik draaide om
Ik draaide rond
Ik endosseerde
Ik gireerde
Ik keerde
Ik keerde me om
Ik keerde om
Ik sloeg af
Ik wendde una ruedaEen wiel de molinoMolen.
MEFISTÓFELES
Más tardeLater
Straks, antes deAlvorens te
Voor afrontarTegenover elkaar plaatsen otrasAnder
Andere
Nog één cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken, deberíaisJullie zouden behoren te
Jullie zouden dienen
Jullie zouden horen
Jullie zouden in de
schuld staan
Jullie zouden moeten
Jullie zouden schuldig zijn
Jullie zouden te danken
hebben
Jullie zouden verplicht zijn
om te
Jullie zouden verschuldigd zijn dedicarosBesteden
Opdragen
Opdragen aan
Spenderen
Toewijden
Wijden a la MetafísicaMetafysica. VeréisJullie zullen bekijken
Jullie zullen kijken
Jullie zullen zien cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je comprendéisJullie begrijpen
Jullie beseffen
Jullie bevatten
Jullie omvatten
Jullie snappen
Jullie vatten
Jullie verstaan
con claridadDuidelijk
Evident
Helder
Licht
Lumineus
Verstaanbaar lo queDat wat
Wat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cabe enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past in
Pas in! cabezaHoofd
Kop
Krop humanaHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke; quepaBehoort u iemand toe!
Bevat u!
Heeft u plaats!
Heeft u toegang!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort iemand toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft toegang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is mogelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is natuurlijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt iemand toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt te beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt ten deel
Ik behoor iemand toe
Ik ben mogelijk
Ik ben natuurlijk
Ik bevat
Ik heb plaats
Ik heb toegang
Ik kom iemand toe
Ik laat toe
Ik neem aan
Ik omvat
Ik ontvang
Ik pas
Ik val te beurt
Ik val ten deel
Is u mogelijk!
Is u natuurlijk!
Komt u iemand toe!
Laat u toe!
Neemt u aan!
Omvat u!
Ontvangt u!
Past u!
Valt u te beurt!
Valt u ten deel! o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quepaBehoort u iemand toe!
Bevat u!
Heeft u plaats!
Heeft u toegang!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort iemand toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft toegang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is mogelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is natuurlijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt iemand toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt te beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt ten deel
Ik behoor iemand toe
Ik ben mogelijk
Ik ben natuurlijk
Ik bevat
Ik heb plaats
Ik heb toegang
Ik kom iemand toe
Ik laat toe
Ik neem aan
Ik omvat
Ik ontvang
Ik pas
Ik val te beurt
Ik val ten deel
Is u mogelijk!
Is u natuurlijk!
Komt u iemand toe!
Laat u toe!
Neemt u aan!
Omvat u!
Ontvangt u!
Past u!
Valt u te beurt!
Valt u ten deel!, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend encontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden a nuestraOns
Onze
Van ons
disposiciónAanleg
Bepaling
Beschikken
Beschikking
Bevelen
Disponeren
Geschiktheid
Gesteldheid
Klaarmaken
Plaatsen
Rangschikken
Voltooien
Wilsbeschikking una brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende fraseFrase
Volzin
Zin
Zinsnede. PeroDoch
Echter
Maar, anteSuède
Ten overstaan van
Voor todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind semestreHalfjaar
Semester, seguidBewandel!
Blijf aan!
Ga door!
Houd bij!
Vervolg
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! el mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde. OídHoor!
Verneem!
Versta! cinco5
Vijf
leccionesLessen cada díaDagelijks
Elke dag y entradGa binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in! cuandoAls
Tijdens
Wanneer sueneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt geluid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit de neus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit zijn neus
Ik klink
Ik maak geluid
Ik snuit de neus
Ik snuit mijn neus
Klinkt u!
Maakt u geluid!
Snuit u de neus!
Snuit u uw neus! la campanaAfzuigkap
Klok
Stolp. PreparaosBereid je voor!
Maak je gereed!
Maak je klaar!
Maak je op! primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke minuciosamenteMinutieus, estudiandoBestuderend
Instuderend
Lerend
School gaand
Studerend
Studie makend van
ComentarioCommentaar [L51]: 'ManipulaGa om met!
Hanteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hanteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze manipuleert
Manipuleer!
ción de la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen', fórmulaFormule conDoor
Met
Per
Samen met
la queDat
Die
Wie
Zij die los profesoresDocenten
Leraars
Leraren
Professoren
Professors de FilosofíaFilosofie
Wijsbegeerte
NaturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve expresabanZij/ze betuigden
Zij/ze drukten uit
Zij/ze opperden
Zij/ze spraken uit
Zij/ze uitten
Zij/ze verwoordden el contactoAanraking
Contact
Ik contacteer
Voeling que
se debíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had veel verplichtingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was te wijten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was veel veplicht establecerBepalen
Beschikken
Bevelen
Inrichten
Instellen
Oprichten
Stichten
Vaststellen
Vestigen conDoor
Met
Per
Samen met el entornoMilieu
Omgeving
físicoFysicus
Fysiek
Fysieke
Lichaams-
Lichamelijk
Lichamelijke
Lijf-
Natuurkundige
Natuurlijk
Natuurlijke.
ComentarioCommentaar [L52]: La unidadEendracht
Eenheid
Eensgezindheid
Les
Uniteit
Vereniging
académicaAcademisch
Academische de tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en AlemaniaDuitsland
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit antes deAlvorens te
Voor la épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht de
Goethe, el semestreHalfjaar
Semester.
ComentarioCommentaar [L48]: El
Collegium Logicum consistía enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berustte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestond uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steunde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gegrond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was het gevolg
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was opgesloten in
Ik berustte op
Ik bestond uit
Ik lag aan
Ik steunde op
Ik was gegrond op
Ik was het gevolg
van
Ik was opgesloten in
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n clasesKlassen
Lessen
Lestijden
Soorten
Standen de lógicaLogica
Logisch
Logische, conDoor
Met
Per
Samen met las queWie
Zij die
en los siglosEeuwen X VIIk bekeek
Ik keek
Ik zag, XVII y XVIII
comenzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan
Ik begon
Ik begon met
Ik bond aan
Ik brak aan
Ik ging in
Ik ving aan el estudioBeoefening
Eenkamerflat
Etude
Ik bestudeer
Ik ga school
Ik leer
Ik maak studie van
Ik studeer
Ik studeer in
Onderzoek
Schets
Studie
Studio
Uitoefening de cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook
carreraCarrière
Loopbaan
Race
Slag (van de zuiger)
Wedloop
Wedren universitariaUniversiteits-.
ComentarioCommentaar [L49]: La
expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze empleadaAangewend
Benut
Doorgevoerd
Gebruikt
In toepassing gebracht
Toegepast por Goethe
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! mencionarGewag maken van
Melden
Noemen
Vermelden los cepos adaptadosAangenomen
Aangepast
Aangepaste
Geaccommodeerd
Geadapteerd
Geaffilieerd
Gewend
Gewende
a los piesPoten
Voeten de un condenadoVeroordeeld por
la InquisiciónInquisitie
Kettergericht
Navorsen
Onderzoek
Onderzoeken
Opsporen
Vragen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats spanische Stiefel
(botasJij/je dompelt in
Jij/je doopt in
Jij/je smijt eruit
Jij/je sopt
Laarzen españolasSpaans
Spaanse).
ComentarioCommentaar [L50]: Goethe se
ensañaEn=
Aan
Bij
Binnen
In
Op
Per
Te
Ten huize van aquíAlhier
Hier conDoor
Met
Per
Samen met la LógicaLogica
Logisch
Logische, que,
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! élHem
Hij, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank va más alláHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder de un vacuo
ergotismo.
muy bienBest
Heel goed
Prima los apuntesAantekeningen
Jij/je legt aan
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities, para queOpdat
Zodat volváis aJullie gaan terug naar
Jullie keren terug naar
Jullie komen terug naar verBekijken
Kijken
Zien de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! diferenteAndere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende de lo queDat wat
Wat hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand en el libroBoek
Ik bevrijd.
PeroDoch
Echter
Maar esforzaosPoog!
Span je in!
Streef! en la tomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen de apuntesAantekeningen
Jij/je legt aan
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities como siAlsof osJe
Jullie los dictaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dicteerde
Ik dicteerde el Espíritu SantoEspiritu santo
Heilige geest.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tendréis queJullie zullen behoren
Jullie zullen dienen
Jullie zullen horen
Jullie zullen moeten decírmeloOpgeven
Spreken
Zeggen dos vecesTwee keer
Tweemaal. ComprendoIk begrijp
Ik besef
Ik bevat
Ik omvat
Ik snap
Ik vat
Ik versta que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer útilBevorderlijk
Bevorderlijke
Bruikbaar
Bruikbare
Dienstig
Dienstige
Geschikt
Geschikte
Nuttig
Nuttige, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende lo queDat wat
Wat se tieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich op
de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt in stand
gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich schrap
Men heeft en negroNeger
Zwart
Zwarte
sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt llevarseMeenemen
Overweg kunnen tranquilamenteBedaard
Kalm
Rustig
Stil a casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!.
MEFISTÓFELES
¡PeroDoch
Echter
Maar habéisJullie hebben
Jullie zijn de elegirKiezen
Selecteren
Uitkiezen
Uitlezen
Uitpikken
Uitzoeken
Verkiezen la FacultadFaculteit!
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
El DerechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank acabaBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit! de gustarmeAanstaan
Behagen
Bevallen
Houden van
Leuk vinden
Proeven
Zinnen.
MEFISTÓFELES
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn yoEgo
Ik quienDie
Wie osJe
Jullie loDe
Hem
Het
U tome a malHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt kwalijk
Ik neem kwalijk
Neemt u kwalijk!; séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! lo queDat wat
Wat ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats! conDoor
Met
Per
Samen met esaDat
Die doctrinaDoctrine
Geloofsleer
Leer. La LeyGehalte
Titer
Wet y el DerechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse se
heredanZij/ze beërven
Zij/ze erven comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una enfermedadAandoening
Kwaal
Ziekte incurable, se deslizanZij/ze glibberen
Zij/ze glijden
Zij/ze glijden uit
Zij/ze glippen
Zij/ze schuiven
Zij/ze schuiven op de generaciónGeneratie
Geslacht en generaciónGeneratie
Geslacht y avanzanZij/ze anticiperen
Zij/ze bewegen voort
Zij/ze gaan vooruit
Zij/ze komen vooruit
Zij/ze vorderen de un lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel
a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één. La razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand se convierte enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat absurdoAbsurd
Absurde
Absurditeit
Ongerijmd
Ongerijmde
Ongerijmdheid
Onzin
Onzinnig
Onzinnige, la bondadGoedheid en perjuicioBenadelen
Deren
Nadeel
Schade
Schaden. Y ¡ayAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht de tiJe
Jou siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats nietoKleinzoon! Del
DerechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse que naceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontluikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt geboren
Ontluik!
Ontsta!
Spruit!
Word geboren! conDoor
Met
Per
Samen met nosotrosOns
We
Wij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken jamásNimmer
Nooit.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
ConDoor
Met
Per
Samen met esoDat
Die
Zulks hacéisJullie bedrijven
Jullie brengen uit
Jullie doen
Jullie maken
Jullie maken aan
Jullie richten uit
Jullie voeren uit
Maken jullie que aumente(Het) neemt toe
Doet u toenemen!
Groeit u aan!
Groeit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wakkert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt sterker
Ik doe toenemen
Ik groei
Ik groei aan
Ik neem toe
Ik stijg
Ik vergroot
Ik verhoog
Ik vermeerder
Ik wakker aan
Ik word sterker
Neemt u toe!
Stijgt u!
Vergroot u!
Verhoogt u!
Vermeerdert u!
Wakkert u aan!
Wordt u sterker! miMi
Mijn aversiónAfgrijzen
Afkeer
Afschrik
Afschuw
Antipathie
Walging
Weerzin. Dichoso aquelDat
Die alNaar de
Naar het que instruísJullie brengen bij
Jullie instrueren
Jullie leren
Jullie scholen. CasiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat voy aIk ga naar estudiarBestuderen
Instuderen
Leren
School gaan
Studeren
Studie maken van TeologíaGodgeleerdheid
Theologie.
MEFISTÓFELES
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank querríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beminnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liefhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou willen
Ik zou beminnen
Ik zou houden van
Ik zou liefhebben
Ik zou willen extraviarosDoen dwalen
Van de weg afbrengen
Verleggen
Wegmaken, peroDoch
Echter
Maar, en lo queDat wat
Wat toca(Het) hoort
Beroer!
Ga over!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Kap
Klep!
Klink!
Kom aan!
Kornet
Muts
Raak aan!
Raak!
Roer aan!
Sla!
Speel voor!
Speel!
Toucheer!
Voer uit!
Zit aan! a esaDat
Die cienciaWetenschap, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg erradoEen fout gemaakt
Ernaast gezeten
Gedoold
Gedwaald
Gewaard
Gezworven
Rondgedoold
Rondgedwaald
Zich vergist. En ellaHaar
Ze
Zij hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere venenoGif
Gift
Venijn
Vergif
Vergift y apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt distinguirseUitblinken
Zich onderscheiden de la MedicinaGeneeskunde
Medicijn
Medicijnenstudie
Nobelprijs voor de fysiologie
of geneeskunde. LoDe
Hem
Het
U buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu aquíAlhier
Hier es queDat komt omdat
Want oigáisJullie horen
Jullie vernemen
Jullie verstaan sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één y
juréis porJullie zweren op la familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin del maestroGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer. En definitivaDefinitief
Definitieve
Onherroepelijk
Onherroepelijke
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Vast
Vaste, ateneosHoud je aan! a la palabraBewoording
Woord, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig entraréisJullie zullen binnengaan
Jullie zullen binnenkomen
Jullie zullen binnenlopen
Jullie zullen binnenrijden
Jullie zullen ingaan
Jullie zullen inkomen
Jullie zullen inrijden
Jullie zullen naar binnen
gaan por la puertaDeur
Poort
Portier seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker del
temploBedehuis
Godshuis
Ik hard
Ik kom op temperatuur
Ik matig me
Ik staal
Ik stem
Ik temper
Tempel del saberKennen
Smaken
Weten.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
PeroDoch
Echter
Maar haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de haberBezitting
Hebben
Zijn conceptoBegrip
Concept
Denkbeeld
Gedachte
Idee
Mening
Oordeel
Opzicht
Spreuk
Vernuftig
Vernuftige en la palabraBewoording
Woord.
MEFISTÓFELES
¡BienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart! PeroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand por quéWaarom angustiarse, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende alláDaar dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin faltanEr ontbreken
Zij/ze ontbreken
Zij/ze schelen
Zij/ze zijn absent
Zij/ze zijn afwezig conceptosBegrippen
Concepten
Denkbeelden
Gedachten
Gedachtes
Idees
Ideeën
Meningen
Oordelen
Opzichten
Spreuken
Vernuftig
Vernuftige se encajaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijst in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert aan
Lijst in!
Praat aan!
Smeer aan! oportunamente la
palabraBewoording
Woord. ConDoor
Met
Per
Samen met palabrasBewoordingen
Woorden se puedeMen kan discutirAanvechten
Behandelen
Bepraten
Bespreken
Bestrijden
Betwisten
Discussiëren
Discuteren
Ruzie maken
Tegenspreken
Van gedachten wisselen acertadamente, conDoor
Met
Per
Samen met palabrasBewoordingen
Woorden se puedeMen kan construirAanleggen
Bouwen
Construeren
Ineenzetten
Maken
Met elkaar verbinden un sistemaBestel
Stelsel
Systeem; se
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt creer enGeloven in las palabrasBewoordingen
Woorden. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hay queMen moet escatimarleAchterhouden
Besparen
Verminderen niEn niet
Evenmin
Noch una jotaTraditionele dans a una palabraBewoording
Woord.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
PerdonadBegenadig!
Vergeef! que osJe
Jullie hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! tantasZo groot
Zoveel
Zovele preguntasJij/je vraagt
Kwesties
Vragen, peroDoch
Echter
Maar aúnNog
Nog altijd
Nog steeds tengo queIk behoor
Ik dien
Ik hoor
Ik moet pedirosAanvragen
Bedelen
Bestellen
Inroepen
Verlangen
Verzoeken
Vragen
Vragen om que os sigáisJullie komen uit
Jullie komen voort
Jullie resulteren
Jullie spruiten voort
Jullie vloeien voort
Jullie volgen esforzandoZich inspannend por míMe
Mij. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
podríaisJullie zouden kunnen
Jullie zouden mogen darmeAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen un consejoAdvies
Raad
Raadgeving sinceroEerlijk
Eerlijke
Ik rechtvaardig
Ik toon de onschuld
aan van
Ik toon de schuld
aan van
Oprecht
Oprechte sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! MedicinaGeneeskunde
Medicijn
Medicijnenstudie
Nobelprijs voor de fysiologie
of geneeskunde? Tres3
Drie añosJaren esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y, ¡DiosGod
Godheid!, el campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde; conDoor
Met
Per
Samen met una indicaciónAanduiden
Aanduiding
Aangeven
Aanwijzen
Aanwijzing
Beduiden
Kenmerken
Merken
Seinen
Tekenen
Tentoonspreiden
Tonen
Uitduiden
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen, podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien avanzarAnticiperen
Voortbewegen
Vooruitgaan
Vooruitkomen
Vorderen muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever.
MEFISTÓFELES (HablandoConverserend
Pratend
Sprekend paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! síJa
Jawel
Wel
Zich.)
EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld de estaDeze
Dit sobriedadSoberheid, deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer de demonioBoze geest
Demon
Duivel. (En voz altaHardop
Luid.) El sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig de la
MedicinaGeneeskunde
Medicijn
Medicijnenstudie
Nobelprijs voor de fysiologie
of geneeskunde esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats fácilGemakkelijk
Gemakkelijke
Licht
Lichte
Makkelijk
Makkelijke
Vlot
Vlotte de entenderAanvoelen
Begrijpen
Beseffen
Bevatten
Snappen
Vatten
Verstaan. EllaHaar
Ze
Zij estudiaBestudeer!
Ga school!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestudeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat school
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt studie van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze studeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze studeert in
Leer!
Maak studie van!
Studeer in!
Studeer! el mundoAardrijk
Wereld grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime y el pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!, finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van que todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals DiosGod
Godheid quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u!. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak vanaDoelloos
Doelloze
Hol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ijl
Ijle
Ingebeeld
Ingebeelde
Leeg
Lege
Loos
Loze
Nutteloos
Nutteloze
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane que sigáisJullie bewandelen
Jullie blijven aan
Jullie gaan door
Jullie houden bij
Jullie vloeien voort
Jullie volgen
Jullie volgen op
Jullie zetten voort dando vueltasOmdraaiend
Omkerend
Roerend
Ronddraaiend
Zich omkerend y sudandoTranspirerend
Zwetend trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over la cienciaWetenschap. TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el mundoAardrijk
Wereld
aprendeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert aan
Leer aan!
Leer! lo queDat wat
Wat se puedeMen kan aprenderAanleren
Leren, peroDoch
Echter
Maar el hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent perfectoIn optima forma
Perfect
Perfecte
Prima
Uitstekend
Uitstekende
Volkomen
Volmaakt
Volmaakte
Voltooid
Voltooide esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats aquelDat
Die que aprovechaBaat!
Ben van nut!
Benut!
Gebruik
Gebruik!
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benut
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van nut
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt gebruik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt gebruik van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze profiteert
Maak gebruik van!
Maak gebruik!
Profiteer! suHaar
Hun
Uw
Zijn momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip. TenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast
una buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende constituciónConstitutie
Grondwet
Samenstellen
Uitmaken
Vormen físicaFysica
Fysicus
Fysiek
Fysieke
Lichaams-
Lichamelijk
Lichamelijke
Lijf-
Natuurkunde
Natuurkundige
Natuurlijk
Natuurlijke y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank osJe
Jullie falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming audaciaStoutmoedigheid; siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals confiáis enJullie vertrouwen op vosGe
Gij
Je
Jij mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve, la genteLieden
Lui
Mensen
Volk confiará enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vertrouwen op vosGe
Gij
Je
Jij.
AprendedLeer aan!
Leer! especialmenteIn het bijzonder
Inzonderheid
Vooral a dominarBedwingen
Beheersen
De boventoon voeren
Domineren
Overheersen
Uitschitteren a las mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen. SusHaar
Hun
Uw
Zijn eternosEeuwig
Eeuwige y múltiplesDiverse
Multipel
Multipele
Veelvoudig
Veelvoudige
Vele lamentos y quejasAanklachten
Bezwaarschriften
Bezwaren
Jij/je bedroeft
Klachten se curanZij/ze genezen
solamenteAlleen
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit un puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot y osJe
Jullie bastaráHet zal volstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal genoeg zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toereiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toereikend zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voldoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voldoende zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal volstaan comportarosDulden
Met zich brengen
Toelaten
Uithouden
Verdragen
Verduren conDoor
Met
Per
Samen met medianaDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Grote keu
Mediaan
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijn decenciaBetamelijkheid
Eerbaarheid
Fatsoen
Gepastheid
Netheid
Reinheid
Waardigheid
Welvoeglijkheid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tenerlasHebben a todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle a
vuestrosJullie
Van jullie piesPoten
Voeten. Un títuloDiploma
Graad
Kop
Onderschrift
Opschrift
Rubriek
Titel debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! convencerlasOvertuigen de que vuestroJullie
Uw
Van jullie arteKunst esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure a muchosVeel
Vele
Zeer
Zere artesKunsten. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! empezarAanbreken
Aansnijden
Aanvangen
Beginnen
Ingaan,
atreveos aDurf! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken que otroAnder
Andere
Nog een
Nog één tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend se atrevería aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou durven rozarBeroeren
Strijken
Strijken langs duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens muchosVeel
Vele
Zeer
Zere añosJaren, aprendedLeer aan!
Leer! a tomarlesZe te gebruiken el
pulsoBeleid
Ik pluk
Ik pluk af
Ik raap op
Ik tokkel
Pols
Polsslag
Vaste hand y, conDoor
Met
Per
Samen met miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien audazBrutaal
Brutale
Stoutmoedig
Stoutmoedige y fogosa, oprimidlesKrop op!
Onderdruk!
Verdring!
Verdruk!
Verkrop! susHaar
Hun
Uw
Zijn estrechasBekrompen
Benauwd
Benauwde
Eng
Enge
Jij/je reikt
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Smal
Smalle
Strak
Strakke caderasHeupen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! verBekijken
Kijken
Zien quéWat
Welke bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart apretadoAangedraaid
Aangedrukt
Aangedrukte
Gedrongen
Gedrukt
Gedrukt op
Gekneld
Geperst
Geprest tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast el
corséKeurslijf
Korset.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
EstoDeze
Dit tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast muchaVeel
Vele
Zeer
Zere mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever pintaBeschilder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schildert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schildert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schildert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verft
Pint
Schilder af!
Schilder uit!
Schilder!
Uiterlijk
Verf!. Se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet el dóndeWaar
Waarheen y el cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je.
MEFISTÓFELES
QueridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle teoríaTheorie esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats grisGrauw
Grauwe
Grijs
Grijze, peroDoch
Echter
Maar esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdeGroen
Groene el áureo árbol de la vidaThuja
Westerse levensboom.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
Juraría queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zweren dat
Ik zou zweren dat estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit soñandoDromend
Mijmerend. ¿Podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen molestarosBelemmeren
Ergeren
Hinderen
Last hebben van
Lastig vallen
Lijden aan
Storen
Verstoren de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! oírosHoren
Vernemen
Verstaan irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs los fundamentosBases
Basissen
Fundamenten
Grondslagen de vuestraJullie
Uw
Van jullie
sabiduríaBehoedzaamheid
Bekendheid
Beleid
Kennis
Voorzichtigheid
Wijsheid?
MEFISTÓFELES
En lo queDat wat
Wat de míMe
Mij dependaHangt u af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Ik ben afhankelijk
Ik hang af
Ik maak deel uit
Is u afhankelijk!
Maakt u deel uit!, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei problemaOpgave
Probleem
Vraagpunt
Vraagstuk.
ESTUDIANTECursist
Cursiste
Student
Studente
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag marcharmeLopen
Marcheren sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te presentarosJullie te presenteren miMi
Mijn libroBoek
Ik bevrijd de recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs. ¿MeMe
Mij haríaisJullie zouden aanmaken
Jullie zouden bedrijven
Jullie zouden doen
Jullie zouden maken
Jullie zouden uitbrengen
Jullie zouden uitrichten
Jullie zouden uitvoeren el favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst de escribirComponeren
Neerschrijven
Scheppen
Schrijven
Uitschrijven algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat?
MEFISTÓFELES (LeeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees!.)
ComentarioCommentaar [L53]: EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede en las universidadesAcademies
Academiën
Algemeenheden
Universeelheden
Universiteiten que
los estudiantesCursisten
Cursistes
Studenten
Studentes tuvieranZij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast un libroBoek
Ik bevrijd
personalEigen
Personeel
Persoonlijk
Persoonlijke de recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin susHaar
Hun
Uw
Zijn
profesoresDocenten
Leraars
Leraren
Professoren
Professors escribíanZij/ze componeerden
Zij/ze schiepen
Zij/ze schreven
Zij/ze schreven neer
Zij/ze schreven uit. EstosDeze
Dezen librosBoeken
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend una colecciónBundel
Collectie
Verzameling de
autógrafosAutografen
Handschriften
Handtekeningen, sinoDoch
Echter
Maar un documentoAkte
Bescheid
Document
Papier
Schriftuur
Stuk de
los diferentesAndere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende hitosMijlpalen de los añosJaren de
estudioBeoefening
Eenkamerflat
Etude
Ik bestudeer
Ik ga school
Ik leer
Ik maak studie van
Ik studeer
Ik studeer in
Onderzoek
Schets
Studie
Studio
Uitoefening.
'Eritis sicut Deus scientes bonum etAmpersand
En-teken
Et-teken malum'. (CierraDoe dicht!
Doe op slot!
Doe toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op slot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Maak dicht!
Sluit af!
Sluit! el libroBoek
Ik bevrijd conDoor
Met
Per
Samen met veneraciónAanbidden
Aanbidding
Verering y se despideHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt afscheid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt afscheid van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt vaarwel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt vaarwel tegen.) SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! el
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk y a miMi
Mijn tíaTante la SerpienteSerpent
Slang, y algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander díaDag
Etmaal tuJe
Jouw semejanzaEvenbeeld
Gelijkenis
Overeenkomst conDoor
Met
Per
Samen met DiosGod
Godheid teJe
Jou causaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal berokkenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal teweegbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal veroorzaken espantoAngst
Ik jaag angst aan
Ik jaag weg
Ik schrik af
Ik verjaag
Ik verschrik
Schrik.
FAUSTO (EntrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand.)
¿AdóndeWaarheen iremosWij zullen gaan
Wij/we zullen gaan
Wij/we zullen karren
Wij/we zullen lopen
Wij/we zullen ons begeven
Wij/we zullen rijden
Wij/we zullen van stapel
lopen
Wij/we zullen varen
Wij/we zullen verlopen?
MEFISTÓFELES
IremosWij zullen gaan
Wij/we zullen gaan
Wij/we zullen karren
Wij/we zullen lopen
Wij/we zullen ons begeven
Wij/we zullen rijden
Wij/we zullen van stapel
lopen
Wij/we zullen varen
Wij/we zullen verlopen dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin quierasJij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt. VeremosWij zullen zien
Wij/we zullen bekijken
Wij/we zullen kijken
Wij/we zullen zien el Gran MundoDe hogere standen y el PequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne. ConDoor
Met
Per
Samen met quéWat
Welke alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde y quéWat
Welke provechoBaat
Belang
Gewin
Nut
Profijt
Verdienste
Voordeel
Winst harásJij/je zal aanmaken
Jij/je zal bedrijven
Jij/je zal doen
Jij/je zal maken
Jij/je zal uitbrengen
Jij/je zal uitrichten
Jij/je zal uitvoeren esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht.
FAUSTO
PeroDoch
Echter
Maar, a pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots miMi
Mijn largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde barba, meMe
Mij falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming la naturalidadNatuurlijkheid
Vanzelfsprekendheid de tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank resultaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal resulteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal volgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voortkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voortspruiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voortvloeien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich vertonen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart el ensayoAanpassen
Beproeven
Beproeving
Bezoeken
Essay
Ik beproef
Ik bezoek
Ik pas
Ik pas aan
Ik probeer
Ik probeer uit
Ik repeteer
Ik stel op de
proef
Ik test
Ik toets
Opstel
Passen
Proberen
Proef
Proefneming
Repeteren
Repetitie
Scriptie
Testen
Toetsen
Uitproberen
Verhandeling, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabréIk zal kennen
Ik zal smaken
Ik zal weten
manejarmeHanteren
Rijden bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart por la vidaHachje
Leven. Me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me empequeñecidoVerkleind anteSuède
Ten overstaan van
Voor los otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend estaréIk zal liggen
Ik zal me bevinden
Ik zal zijn
Ik zal zitten cohibidoGeremd
Geremde
Geïntimideerd
Geïntimideerde
Verlegen.
MEFISTÓFELES
MiMi
Mijn buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle llegaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanlanden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal arriveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doorbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdrijven a suHaar
Hun
Uw
Zijn debidoBehoord te
Gediend
Gehoord
Gemoeten
In de schuld gestaan
Juist
Schuldig geweest
Te danken gehad
Verplicht geweest om te
Verschuldigd geweest tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd. TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals tengasJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast confianzaVertrouwen, sabrásJij/je zal kennen
Jij/je zal smaken
Jij/je zal weten vivirLeven
Wonen.
FAUSTO
¿Nos vamosWij/we gaan af
Wij/we gaan weg
Wij/we vertrekken
Wij/we verwijderen ons, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, de casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!? ¿DóndeWaar
Waarheen estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn los caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen, el cocheAuto
Automobiel
Bindmiddel
Koets
Overbrenger
Rijtuig
Spoorwagen
Vehikel
Voertuig
Wagen
Wagon y el cocheroKoetsier
Rijtuigbouwer?
MEFISTÓFELES
BastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta! conDoor
Met
Per
Samen met que extendamosLaten we afgeven
Laten we ontvouwen
Laten we ophouden
Laten we rekken
Laten we spreiden
Laten we strekken
Laten we uitbreiden
Laten we uitsmeren
Laten we uitspreiden
Laten we uitsteken
Laten we uitstrekken
Laten we verbreiden
Laten we vergroten
Laten we verspreiden
Laten we wijder maken
Wij/we breiden uit
Wij/we geven af
Wij/we houden op
Wij/we maken wijder
Wij/we ontvouwen
Wij/we rekken
Wij/we smeren uit
Wij/we spreiden
Wij/we spreiden uit
Wij/we steken uit
Wij/we strekken
Wij/we strekken uit
Wij/we verbreiden
Wij/we vergroten
Wij/we verspreiden las capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken y ellasHen
Ze
Zij nos(Aan) ons
Ons llevaránZij/ze zullen aanhebben
Zij/ze zullen berekenen
Zij/ze zullen bijeenbrengen
Zij/ze zullen brengen
Zij/ze zullen dragen
Zij/ze zullen in rekening
brengen
Zij/ze zullen medebrengen
Zij/ze zullen meebrengen
Zij/ze zullen meenemen
Zij/ze zullen ophebben
Zij/ze zullen vervoeren
Zij/ze zullen voorhebben
Zij/ze zullen wegbrengen por los airesAir
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Luchten
Uiterlijk
Uitzicht. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind osadoBoud
Boude
Brutaal
Brutale
Dapper
Dappere
Ferm
Ferme
Gedurfd
Gewaagd
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Moedig
Moedige
Onbevreesd
Onbevreesde
Onvervaard
Onvervaarde
Stout
Stoute
Stoutmoedig
Stoutmoedige
Vermetel
Vermetele pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debesDebetzijden
Debetzijdes
Jij/je behoort te
Jij/je bent schuldig
Jij/je bent verplicht om
te
Jij/je bent verschuldigd
Jij/je dient
Jij/je hebt te danken
Jij/je hoort
Jij/je moet
Jij/je staat in de
schuld
Moet je
llevarAanhebben
Berekenen
Bijeenbrengen
Brengen
Dragen
In rekening brengen
Medebrengen
Meebrengen
Meenemen
Ophebben
Vervoeren
Voorhebben
Wegbrengen nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! contigoBij jou
Met jou. Un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aireLucht ardienteBrandend
Gloeiend
Gloeiende
Verterend
Verterende
Verzengend
Verzengende
Vurig
Vurige que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid nos(Aan) ons
Ons alzaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal heffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal omhoogtrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ophalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal oprichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal tillen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verheffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verhogen del sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals somosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn ligerosGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte,
subiremosWij zullen verhogen
Wij/we zullen beklimmen
Wij/we zullen bestijgen
Wij/we zullen in de
trein stappen
Wij/we zullen instappen
Wij/we zullen klimmen
Wij/we zullen naar boven
brengen
Wij/we zullen naar boven
dragen
Wij/we zullen naar boven
gaan
Wij/we zullen omhoog gaan
Wij/we zullen opgaan
Wij/we zullen opkomen
Wij/we zullen opstaan
Wij/we zullen rijzen
Wij/we zullen stijgen
Wij/we zullen verrijzen
Wij/we zullen wassen. TeJe
Jou felicitoIk feliciteer
Ik wens geluk por tuJe
Jouw nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws vidaHachje
Leven.
TABERNABar
Herberg
Kroeg
Tapperij
Uitspanning DE AUERBACH
(AlegresBlij
Blije
Jij/je verblijdt
Jij/je verheugt
Jij/je verlevendigt
Jij/je viert
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verheugd
Verheugde
Vrolijk
Vrolijke compadresGevaders de tabernaBar
Herberg
Kroeg
Tapperij
Uitspanning.)
FROSCH
¿NadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! beberDrinken
Gebruiken?, ¿nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand se ríeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht? ¡OjoKijker
Let op
Oog
Pas op
Pas op!, que osJe
Jullie voy aIk ga naar poner mala caraBoos kijken! VosotrosGijlieden
Je
Jullie, que en otrasAnder
Andere
Nog één
ocasionesAanleidingen
Gelegenheden
Gevaren
Jij/je belegt
Jij/je berokkent
Jij/je brengt teweeg
Jij/je doet aan
Jij/je houdt
Jij/je richt aan
Jij/je schrijft uit
Jij/je sticht
Jij/je veroorzaakt
Omstandigheden
Oorzaken ardéisJullie blaken
Jullie branden
Jullie gloeien
Jullie zijn aan en llamasJij/je belt
Jij/je belt aan
Jij/je belt op
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je klopt
Jij/je luidt
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je praait
Jij/je roept
Jij/je roept aan
Jij/je roept op
Jij/je schelt
Jij/je telefoneert
Lama's
Opwindingen
Schaapkamelen
Vlammen
Vuren, estáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten hoyHeden
Vandaag comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals pajaRietje
Stro mojadaGebet
Gedept
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Nat
Nat gemaakt
Natte.
BRANDER
EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats por tuJe
Jouw culpaBeschuldig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschuldigt
Schuld. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank aportasJij/je bezorgt
Jij/je brengt
Jij/je brengt aan
Jij/je draagt aan
Jij/je draagt bij nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!, niEn niet
Evenmin
Noch una sandezDwaasheid, niEn niet
Evenmin
Noch una mamarrachada.
FROSCH (LeHaar
Hem
Het
U vierteGiet
Giet in!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergiet
Pleng!
Schenk in!
Schenk!
Stort!
Strooi!
Vergiet! un vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn en la cabezaHoofd
Kop
Krop.)
AhíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast ambasBeide.
BRANDER
EresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats un cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn por partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u!.
FROSCH
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals túGe
Gij
Je
Jij loDe
Hem
Het
U hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn.
SIEBEL
¡AfueraBuiten
Buitenwaarts
Buitenwijk
Eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarmerkt
Ijk!
Keur!
Naar buiten
Omgeving
Omstreek
Waarmerk! los queWie
Zij die riñenZij/ze kiften
Zij/ze kijven
Zij/ze krakelen
Zij/ze maken ruzie
Zij/ze ruziën! ¡CantemosLaten we zingen
Wij/we zingen a plenoCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige pulmónLong! ¡BebedDrink!
Gebruik! y gritadBalk!
Blaat!
Brul!
Gier!
Grom!
Hinnik!
Joel!
Jouw uit!
Loei!
Roep!
Schreeuw!! ¡HalaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Sleep!
Trek!, ehHallo
Hé
Hé daar
Zeg!
ALTMAYER
¡PobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele de míMe
Mij!, estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen. ¡Que meMe
Mij traiganBezorgt u!
Brengt u aan!
Brengt u mee!
Brengt u!
Draagt u aan!
Neemt u mee!
Zij/ze bezorgen
Zij/ze brengen
Zij/ze brengen aan
Zij/ze brengen mee
Zij/ze dragen aan
Zij/ze nemen mee algodonesKatoenzaden paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los oídosGehoord
Vernomen
Verstaan! EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind muchachoJongen
Knaap
Knul meMe
Mij los va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
reventarBarsten
Bersten
Openbarsten
Openbersten
Scheuren
Springen.
SIEBEL
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la bóvedaBol
Gewelf resuenaGalm!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resoneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weergalmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weerklinkt
Resoneer!
Weergalm!
Weerklink!, se sienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich la potenciaHet vermogen del bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware.
FROSCH
¡VamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen!, y que se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich quienDie
Wie se loDe
Hem
Het
U tomeAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u! malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte. Tra-la-rá-lará.
ALTMAYER
Tra-la-rá-la-rá.
FROSCH
Las gargantasKeelgaten
Kelen
Strotten estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart templadasBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige. (CantandoZingend.)
QueridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle y SacroHeiligbeen Imperio RomanoRomeinse keizerrijk
Romeinse rijk,
¿cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt tenerteBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden aúnNog
Nog altijd
Nog steeds en pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet?
BRANDER
¡RepelenteZij/ze dringen weg
Zij/ze duwen weg
Zij/ze schuilen voor
Zij/ze stoten af
Zij/ze stoten weg
Zij/ze verdringen
Zij/ze verduwen
Zij/ze weren af! ¡Una canciónGezang
Lied
Zang políticaBeleid
Politiek
Politieke
Staatkunde, una canciónGezang
Lied
Zang tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige! AgradeceBedank voor!
Bedank!
Ben dankbaar voor!
Ben dankbaar!
Betuig dank!
Dank!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedankt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigt dank
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dankbaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dankbaar voor a DiosGod
Godheid cada díaDagelijks
Elke dag que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tengas queJij/je behoort
Jij/je dient
Jij/je hoort
Jij/je moet
preocuparteBenauwen
Ongerust maken
Verontrusten
Zorgen baren por el Imperio RomanoRomeinse keizerrijk
Romeinse rijk. MeMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! un magníficoBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende logroBehalen
Bereiken
Doorkomen
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik kom door
Ik reik tot
Ik slaag
Ik slaag erin
Ik slaag in
Ik slaag voor
Ik speel klaar
Inhalen
Klaarspelen
Slagen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn niEn niet
Evenmin
Noch emperadorKeizer
Zwaardvis niEn niet
Evenmin
Noch cancillerKanselier
Zegelbewaarder.
PeroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! faltarAbsent zijn
Afwezig zijn
Ontbreken
Schelen un mandatario. ElijamosLaten we kiezen
Laten we selecteren
Laten we uitkiezen
Laten we uitlezen
Laten we uitpikken
Laten we uitzoeken
Laten we verkiezen
Wij/we kiezen
Wij/we kiezen uit
Wij/we lezen uit
Wij/we pikken uit
Wij/we selecteren
Wij/we verkiezen
Wij/we zoeken uit PapaAardappel
Paus. SabéisJullie kennen
Jullie smaken
Jullie weten quéWat
Welke cualidadAllooi
Eigenschap
Kwaliteit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware, la queDat
Die
Wie
Zij die elevaBevorder!
Dien in!
Hef op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevordert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert op
Richt op!
Til!
Verhef!
Verhoog!
Voer op! alNaar de
Naar het
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent.
FROSCH (CantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!.)
Flota(Het) drijft
Dobber!
Drijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dobbert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlot
Vloot
Vlot! por el aireLucht, señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe ruiseñorNachtegaal.
ComentarioCommentaar [L55]: ReferenciaReferentie
Verwijzing
a los globosBallen
Ballonnen
Ballons
Bollen
Kloten
Kogels
Luchtballonnen
Luchtballons
Tekstballonnen aerostáticosAerostatisch
Aerostatische de los
hermanosBroederen
Broeders
Broers
Broers en zussen
Fraters
Zussen Montgolfier, conocidosAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Bekenden
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennisgemaakt
Kennissen
Relaties
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde
por el autorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige en aquellaDat
Die
Diegene épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht.
ComentarioCommentaar [L56]: ElegirKiezen
Selecteren
Uitkiezen
Uitlezen
Uitpikken
Uitzoeken
Verkiezen papaAardappel
Paus
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede estudiantilStudenten- de la
épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht. El PapaAardappel
Paus eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was aquelDat
Die que
desempeñabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Ik bekleedde
Ik besloeg
Ik bezette
Ik hield bezig
Ik nam in beslag
Ik vervulde la presidenciaPresideren
Voorzitten de una
reuniónAansluiting
Bijeenkomst
Concentreren
Conferentie
Opeenhopen
Opeenstapelen
Ophopen
Opstapelen
Reunion
Réunion
Stapelen
Verenigen
Vergadering
Verzamelen de estudiantesCursisten
Cursistes
Studenten
Studentes comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals estaDeze
Dit.
ComentarioCommentaar [L54]: PalabrasBewoordingen
Woorden de
la SerpienteSerpent
Slang en GénesisGenesis
Oorsprong
Scheppingsverhaal
Wordingsgeschiedenis, 33
Drie, 55
Vijf:
'SeréisJullie zullen gebeuren
Jullie zullen plaatshebben
Jullie zullen plaatsvinden
Jullie zullen zijn comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals DiosGod
Godheid, conocedoresDeskundigen
Kenners
del bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart y del malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte'.
SaludaBegroet!
Groet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groet
Saluda diez10
Tien mil1000
Duizend vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten a miMi
Mijn amorcito.
SIEBEL
NingúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei saludoBegroeten
Begroeting
Groet
Groeten
Ik begroet
Ik groet
Saluut alNaar de
Naar het amorcito. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil oírHoren
Vernemen
Verstaan hablar deBehandelen
Bepraten
Bespreken
Discuteren
Van gedachten wisselen esoDat
Die
Zulks.
FROSCH
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij impedirásJij/je zal beletten
Jij/je zal blokkeren
Jij/je zal verhinderen
Jij/je zal verhoeden
Jij/je zal voorkomen niEn niet
Evenmin
Noch saludarBegroeten
Groeten niEn niet
Evenmin
Noch besarKussen
Zoenen alNaar de
Naar het amorcito. (CantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!.)
Se abreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opent de rij
Opengaat el cerrojoDe grendel, en la nocheAvond
Nacht oscuraDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere.
Se abreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opent de rij
Opengaat el cerrojoDe grendel, la amadaBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve se despiertaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt wakker.
Se cierraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich
Men sluit el cerrojoDe grendel, en la claraHet eiwit mañanaMorgen
Ochtend.
SIEBEL
¡SíJa
Jawel
Wel
Zich, cantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!, cantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!, alábalaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait lof toe
Loof!
Prijs!
Roem!
Zwaai lof toe! y elógialaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait lof toe
Loof!
Prijs!
Roem!
Zwaai lof toe!! CuandoAls
Tijdens
Wanneer meMe
Mij llegueArriveert u!
Begint
Brengt u door!
Geeft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Ik arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u! el turnoBeurt
Dienst
File
Gelid
Ik rouleer
Ik wissel af
Ik wissel om
Reeks
Rij
Toerbeurt, me reiréIk zal lachen. A míMe
Mij meMe
Mij engañóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedotte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduvelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde om de
tuin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze misleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smokkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlakte y contigoBij jou
Met jou
hará(Het
Hij) zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoeren lo mismoDito
Hetzelfde
Idem. A la amadaBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve, que leHaar
Hem
Het
U regalenGeeft u cadeau!
Schenkt u!
Zij/ze geven cadeau
Zij/ze schenken un duendeAardmannetje
Geest
Kabouter
Kobold
Magische aantrekkingskracht
Trol que retoceDartelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dartelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze robbedoest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoeit
Ik dartel
Ik robbedoes
Ik stoei
Robbedoest u!
Stoeit u! con ellaDaarmee en un Via-crucis y un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
macho cabríoBok
Geitenbok que, cuandoAls
Tijdens
Wanneer regreseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Ik keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Keert u terug!
Keert u weder!
Komt u terug!
Komt u weder!
Komt u weerom! del Blocksberg, leHaar
Hem
Het
U baleBalkt u!
Blaat u!
Brult u!
Gromt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze balkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hinnikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mekkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreeuwt
Hinnikt u!
Ik balk
Ik blaat
Ik brul
Ik grom
Ik hinnik
Ik loei
Ik mekker
Ik schreeuw
Loeit u!
Mekkert u!
Schreeuwt u! un 'buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende nochesAvonden
Nachten' alNaar de
Naar het galopeGalop
Galoppeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galoppeert
Ik galoppeer. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! esaDat
Die
fulana esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu un muchachoJongen
Knaap
Knul de carneVlees y huesoBeen
Bot
Graat
Kern
Knok
Pit
Schonk auténticosAuthentiek
Authentieke
Echt
Echte. El únicoAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke saludoBegroeten
Begroeting
Groet
Groeten
Ik begroet
Ik groet
Saluut que leHaar
Hem
Het
U haríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitvoeren
Ik zou aanmaken
Ik zou bedrijven
Ik zou doen
Ik zou maken
Ik zou uitbrengen
Ik zou uitrichten
Ik zou uitvoeren sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn
romperleAfbreken
Breken
Doorbreken
Kapot maken
Kapotmaken
Schenden
Scheuren
Stukbreken
Verbreken los cristalesGlazen
Kristallen
Ruiten de suHaar
Hun
Uw
Zijn ventanaRaam
Venster.
BRANDER (DandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend golpesBeroerten
Beroertes
Flappen
Houwen
Klappen
Meppen
Shocks
Slagen en la mesaLa mesa.)
¡AtendedBedien!
Help!
Let op!
Pas op!
Schenk aandacht!
Sla acht op!, atendedBedien!
Help!
Let op!
Pas op!
Schenk aandacht!
Sla acht op!! ¡EscuchadmeBeluister!
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister!! ConfesadBeken!
Biecht op!
Biecht!
Erken!
Geef toe!, señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren, que yoEgo
Ik séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! vivirLeven
Wonen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. AquíAlhier
Hier se sientanMen proeft
Zij/ze gaan zitten
Zij/ze nemen plaats
Zij/ze voelen zich
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten zich personasMensen
Personages
Personen
enamoradasHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde y conforme aNaarmate
Overeenkomstig met
Volgens la buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende educaciónDresseren
Grootbrengen
Kweken
Onderwijs
Opleiden
Opleiding
Opvoeden
Opvoeding. A estosDeze
Dezen, alNaar de
Naar het darlesAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen las buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende nochesAvonden
Nachten, hay queMen moet
obsequiarlesOnthalen
Trakteren
Vergasten
Vrijhouden conDoor
Met
Per
Samen met algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat. ¡AtenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid! ¡OídmeHoor!
Verneem!
Versta! la canciónGezang
Lied
Zang de últimaAchterste
Jongstleden
Laatste modaMode
Modus
Wijs! ¡CantadZing! conmigoMet mij
Met mij mee fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware el
estribilloKeerrijm
Refrein! (CantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!.)
HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had una rataRat en la despensaVoorraadkamer
que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend comíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze at
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte het middagmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lunchte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vrat
Ik at
Ik bikte
Ik gebruikte
Ik gebruikte het middagmaal
Ik lunchte
Ik nuttigde
Ik vrat grasaSmeer
Vet
Vette y mantequillaBoter
Roomboter,
teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast una panzaBuik
Pens tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer lustrosaGlanzend
Glanzende
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la tuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast el buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende DoctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Lutero.
MasDoch
Echter
Maar
Plus la cocineraKeukenmeid
Kokkin leHaar
Hem
Het
U pusoHij plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer venenoGif
Gift
Venijn
Vergif
Vergift
y la vidaHachje
Leven se leHaar
Hem
Het
U hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer angustiosaAngstig
Angstige
Bang
Bange
Kopschuw
Kopschuwe
Vervaard
Vervaarde
como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
COROCoro
Koor
Rei
Zangkoor (Jubiloso.)
Como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
BRANDER
EmpezóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a dar vueltasOmdraaien
Omkeren
Ronddraaien
Zich omkeren, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo salió(Het) kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam er mee
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze startte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer uit.
QuisoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou apagarBlussen
Doven
Uitblazen
Uitblussen
Uitdoen
Uitdoven
Uitmaken
Uitschakelen
Uitzetten suHaar
Hun
Uw
Zijn ardorHevige warmte
Hitte
Ijver
Levendigheid
Vurig verlangen
Vuur en todos losAlle charcosPlassen
Poelen
Regenplassen.
RoyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knaagde y arañóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krabde open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schramde la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! enteraCompleet
Complete
Deel mede!
Deel mee!
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt in kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwittigt
Integer
Integere
Kondig aan!
Stel in kennis!
Verwittig!
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige.
Brincaba y se retorcíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze twijnde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verboog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdraaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwrong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrong
Ik twijnde
Ik verboog
Ik verdraaide
Ik vertrok
Ik verwrong
Ik wrong de dolorPijn
Smart
Wee
Zeer;
prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast el animalBeest
Dier suHaar
Hun
Uw
Zijn vidaHachje
Leven acabóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte uit
como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
COROCoro
Koor
Rei
Zangkoor
Como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
BRANDER
Un díaDag
Etmaal claroAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Moment waarop het niet
regent
Natuurlijk
Onbewolkt
Onbewolkte
Open plek
Opklaring
Ronde venster
Tussenruimte
Uitgesproken
Zonneklaar
Zuiver
Zuivere, siendoGebeurend
Plaatshebbend
Plaatsvindend
Zijnd
Zijnde presaAfsluiting
Barrière
Buit
Dam
Gevangene
Gevangenneming
Opgestoken
Opsteken
Prooi
Sperdam
Stuw
Stuwdam
Vangst
Versperring
Wild del miedoAngst
Beduchtheid
Vrees,
la rataRat cruzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over corriendoHardlopend
Hollend
Racend
Rennend
Snellend
Sprintend la cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven,
cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer en el hornoKachel
Oven y un respingoIk grom het lichaam
heen en weer schuddend
Ik krul om
Ik stribbel tegen
Ik verzet me dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
y empezóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a respirarAdemen
Ademhalen con dificultadMoeilijk.
La envenenadora conDoor
Met
Per
Samen met ganasJij/je behaalt
Jij/je verdient
Jij/je wint se rió.
Ja, estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! conDoor
Met
Per
Samen met un pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet en la sepulturaBegrafenis
Begraven
Graf
Grafkuil
Grafstede
Teraardebestelling
como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
COROCoro
Koor
Rei
Zangkoor
Como siAlsof en el pechoBoezem
Borst abrigaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschutte
Ik behoedde
Ik beschermde
Ik beschutte el amorAffectie
Liefde
Min.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |