GUILLERMOWillem TELL
GERTRUDIS.- VosotrosGijlieden
Je
Jullie soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten;
sabéisJullie kennen
Jullie smaken
Jullie weten manejarHanteren
Rijden el hachaDe bijl, y DiosGod
Godheid ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat a los valientesBoud
Boude
Dapper
Dappere
Geweldig
Geweldige
Heldhaftig
Heldhaftige
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Machtig
Machtige
Moedig
Moedige
Stoutmoedig
Stoutmoedige.
STAUFFACHER.- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon! TremendoBuitengewone
Buitengewoon
Enorm
Enorme
Geducht
Geduchte
Geweldig
Geweldige
Ontzettend
Ontzettende
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke azoteGesel
Geselt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geselt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze striemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teistert
Ik gesel
Ik striem
Ik teister
Striemt u!
Teistert u! esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la guerraKrijg
Oorlog. A susHaar
Hun
Uw
Zijn manosHanden fenecen ganadosBehaald
Gewonnen
Verdiend y pastoresDominees
Geestelijken
Herders
Pastoors
Pastores
Pastors
Predikanten
Priesters
Voorgangers
Zielzorgers.
GERTRUDIS.- Se sufrenZij/ze doorstaan
Zij/ze dragen
Zij/ze lijden
Zij/ze ondergaan
Zij/ze ondervinden
Zij/ze staan uit
Zij/ze velen
Zij/ze verdragen con pacienciaGeduldig
Lijdzaam las plagasBezoekingen
Onheilen
Plagen
Slagen
que DiosGod
Godheid envíaDoe toekomen!
Expedieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toekomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze expedieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt weg
Stuur op!
Stuur uit!
Stuur weg!
Stuur!
Verstuur!
Verzend!
Zend af!
Zend op!
Zend weg!
Zend!; peroDoch
Echter
Maar ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele pechoBoezem
Borst toleraDuld!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duldt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tolereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet aan
Laat toe!
Pik!
Tolereer!
Veel!
Verdraag!
Zie aan! la
injusticiaOnrechtvaardigheid...
STAUFFACHER.- RegocíjateBen blij!
Geniet!
Verblijd je!
Verheug je! estaDeze
Dit casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
edificadoAangelegd
Gebouwd
Geconstrueerd
Gesticht recientementeOnlangs
Recentelijk. La guerraKrijg
Oorlog cruelBarbaars
Barbaarse
Wrede
Wreed
Wreedaardig
Wreedaardige la abrasaráAbra=
Baai
Begint u!
Bocht
Doet u open!
Graveert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opent
Ik begin
Ik doe open
Ik graveer
Ik maak open
Ik open
Inham
Kreek
Maakt u open!
Opent u!.
GERTRUDIS.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik supieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist que miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
encadenado a eseDat
Die bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart transitorioVoorbijgaand
Voorbijgaande, loDe
Hem
Het
U arrojarlaHet gooien alNaar de
Naar het
fuegoVuur conDoor
Met
Per
Samen met miMi
Mijn propiaEigen manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei.
STAUFFACHER.- ¡TúGe
Gij
Je
Jij crees enJij/je gelooft in la humanidadHumaniteit
Menselijkheid
Mensheid
Menslievendheid! La
guerraKrijg
Oorlog noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank perdonaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begenadigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vergeven
Ik zou begenadigen
Ik zou vergeven niEn niet
Evenmin
Noch alNaar de
Naar het tiernoGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte niñoJongen
Kind en la cunaBakermat
Geboorteplek
Wieg.
GERTRUDIS.- ¡La inocenciaOnschuld tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast un amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind en el
cieloHemel
Lucht! ¡MiraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe! delanteDaarvoor
Eerder
Ervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Voren
Vroeger
Weleer, Werner, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hacia atrásAchteruit
Achterwaarts
Rugwaarts!
STAUFFACHER.- NosotrosOns
We
Wij los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten peleandoKampend
Ruzie makend
Strijd voerend
Strijdend
Vechtend con valorDapper
Gedurfd
Moedig; peroDoch
Echter
Maar ¿cuálWat
Welk
Welke será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn vuestraJullie
Uw
Van jullie
suerteAard
Fortuin
Geluk
Kans
Levenslot
Lot
Slag
Soort
Toeval?
GERTRUDIS.- Queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt un medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling de salvaciónBehoud
Behouden
Bergen
Heil
Redden
Redding
Verlossing
Zaligheid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
los débilesLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke: un saltoBarsten
Ik barst
Ik doe een sprong
Ik ontplof
Ik schiet te binnen
Ik schiet uit
Ik sla over
Ik spring
Ik spring in de
lucht
Ik spring in het
oog
Ik spring los
Ik spring op
Ik spring open
Ik spring van een
hoogte
Ik spuit op
Ik vaar uit
Ik val uit
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Sprong
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit eseDat
Die puenteBrug
Dek
Dwarsbalk (van een boerenwagen)
Kam (van een viool)
Scheepsbrug
Scheepsdek
Verdek meMe
Mij devuelveBezorg terug!
Breng terug!
Geef terug!
Geef weer!
Hergeef!
Heruitzend!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hergeeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heruitzendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reproduceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze retourneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergeldt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst terug
Reproduceer!
Retourneer!
Stuur terug!
Vergeld!
Wijs terug!
miMi
Mijn libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid.
STAUFFACHER (EchándoseAlles in de war
sturend
Beginnend
Broeds wordend
Gaand liggen
Nemend
Springend
Weddend
Wedijverend
Zich door zijn toorn
latend meeslepen
Zich stortend
Zich werpend
Zich wijdend en susHaar
Hun
Uw
Zijn brazosArmen).QuienDie
Wie
oprimeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kropt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderdrukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdringt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkropt
Krop op!
Onderdruk!
Verdring!
Verdruk!
Verkrop! contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus suHaar
Hun
Uw
Zijn pechoBoezem
Borst otroAnder
Andere
Nog een
Nog één tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele, pue
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
de combatirBestrijden
Het opnemen tegen
Kampen
Strijd voeren
Strijden
Vechten con alegríaBlij
Verheugd por susHaar
Hun
Uw
Zijn hogares(Te)huizen
Haarden
Huishoudens
Tehuizen, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank temeBen bang voor!
Ducht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ducht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bang voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreest
Schrik terug voor!
Schroom!
Vrees! a
los ejércitosArmeeën
Heerscharen
Heren
Legermachten
Legers
Troepenmachten de ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei monarcaMonarch
Vorst... Voy aIk ga naar UriUri sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te retardo;
allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds viveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Leef!
Woon! un huéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind, el Sr. Gualterio
Fürst, que piensaDenk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! estosDeze
Dezen asuntosAangelegenheden
Affaires
Dingen
Kwesties
Onderwerpen
Stoffen
Thema's
Zaken comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook el nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele Attinghausen, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer de banderaBanier
Dundoek
Standaard
Vaan
Vaandel
Veldteken
Vendel
Vlag
Wimpel...
que, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de esclarecidaDag geworden
Gedaagd
Verduidelijkt estirpeGeslacht, amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon alNaar de
Naar het puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam
y reverenciaBuiging
Nijging
Reverence
Strijkage las antiguasAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude costumbresGebruiken
Gewoonten
Gewoontes
Usances
Zeden. ConDoor
Met
Per
Samen met los
dos2
Do's
Twee
Tweede meMe
Mij aconsejaréIk zal aanraden
Ik zal adviseren
Ik zal raad geven
Ik zal raden acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van los mediosDoorsnedes
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helften
Instrumenten
Matigingen
Media
Medium
Middelbaar
Middelbare
Middelen
Middelmaats
Middelmaten
Midden-
Middens
Milieus
Omgevingen
Remedies
Tussenstoffen
Tweelingen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus eficacesAfdoend
Afdoende
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Efficiënt
Efficiënte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! defendernosOpkomen voor
Verdedigen
Verweren valerosamente de los enemigosTegengesteld
Tegengestelde
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijanden
Vijandig
Vijandige
de nuestroOns
Onze
Van ons paísLand... AdiósAdieu
Afscheid
Aju
Ajuus
Dáág
Tot ziens
Vaarwel... y, mientrasTerwijl estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
ausenteAbsent
Absente
Afwezig
Afwezige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Ik verwijder
Ontbrekend
Ontbrekende
Uitstedig
Uitstedige
Vermist
Vermiste
Verwijdert u!, cuidaBekommer je!
Ben bezorgd!
Bewaak!
Draag zorg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekommert zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt zorg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezorgd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpleegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgt voor
Let op!
Pas op!
Verpleeg!
Verzorg!
Zorg voor!
Zorg! con prudenciaOmzichtig
Voorzichtig de nuestraOns
Onze
Van ons casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!... SéBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
pródigaVerspillend
Verspillende conDoor
Met
Per
Samen met el peregrinoBedevaartganger
Pelgrim
Reuzenhaai, que se encamina aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich op
weg naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gericht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich in
op visitarAfgaan
Bezoeken
Opzoeken
el temploBedehuis
Godshuis
Ik hard
Ik kom op temperatuur
Ik matig me
Ik staal
Ik stem
Ik temper
Tempel del SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer, y conDoor
Met
Per
Samen met el piadosoDevoot
Devote
Godsdienstig
Godsdienstige
Godvrezend
Godvrezende
Vrome
Vroom monjeKloosterbroeder
Kloosterling
Monnik, que
pide limosnaBedel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schooit
Schooi! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! suHaar
Hun
Uw
Zijn conventoKlooster
Mannenklooster. ¡Que se vayanZij gaan
Zij/ze gaan af
Zij/ze gaan weg
Zij/ze vertrekken
Zij/ze verwijderen zich satisfechosBlij
Blije
Tevreden
Voldaan
Voldaan aan
Voldane
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane!
A nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand se cierraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich
Men sluit la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de Stauffacher. EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
en loDe
Hem
Het
U más altoBoven-
Bovenste
Harder
Hoger de la carreteraAutoweg
Grote weg
Hoofdweg
Snelweg, visibleZichtbaar
Zichtbare, y suHaar
Hun
Uw
Zijn techoBovengrens
Dak
Hoogtegrens
Ik voorzie van een
dak
Plafond
hospitalarioGastvrij
Gastvrije abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige a cuantosAllen
Hoeveel ook
Iedereen
Kwanta
Kwantums
Quanten
Van allen caminantes pasen(Zij) gaan voorbij
Brengt u door!
Gaat u langs!
Gaat u over!
Gaat u voorbij!
Gebeurt u!
Geeft u aan!
Haalt u in!
Komt u langs!
Komt u om!
Laat u door!
Overkomt u!
Passeert u!
Reikt u aan!
Steekt u over!
Verdrijft u!
Vergaat u!
Verloopt u!
Verstrijkt u!
Zij/ze brengen door
Zij/ze gaan langs
Zij/ze gaan over
Zij/ze gaan voorbij
Zij/ze gebeuren
Zij/ze geven aan
Zij/ze halen in
Zij/ze komen langs
Zij/ze komen om
Zij/ze laten door
Zij/ze overkomen
Zij/ze passeren
Zij/ze reiken aan
Zij/ze steken over
Zij/ze verdrijven
Zij/ze vergaan
Zij/ze verlopen
Zij/ze verstrijken por
ellaHaar
Ze
Zij (MientrasTerwijl se alejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich van por el fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste, preséntanse
GuillermoWillem Tell y Baumgarten.)
TELL (A Baumgarten).- YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij necesitáisJullie behoeven
Jullie hebben nodig
Jullie hoeven
Jullie zijn toe aan paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!. EntradGa binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in! en esaDat
Die casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, en dondeWaarin viveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Leef!
Woon! Stauffacher,
padrePater
Vader de los oprimidosAdellijk
Adellijke
Benauwd
Benauwde
Broeierig
Broeierige
Drukkend
Drukkende
Goor
Gore
Gortig
Gortige
Muf
Muffe
Onderdrukt
Opgekropt
Oud
Oudbakken
Oude
Smoezelig
Smoezelige
Verdrongen
Verdrukt
Verkropt
Verstikkend
Verstikkende
Zwoel
Zwoele... PeroDoch
Echter
Maar vedloBekijk!
Kijk!
Zie! ahíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds... ¡SeguidmeBewandel!
Blijf aan!
Ga door!
Houd bij!
Vervolg
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!;
venidKom mee!
Kom!! (Acércanse a élHem
Hij, y cambia(Het) verandert
Denatureer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denatureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kentert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze varieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt af
Kenter!
Ruil!
Varieer!
Verander!
Verkeer!
Vermaak!
Werk!
Wissel af!
Wissel! la decoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering.)
GUILLERMOWillem TELL
ESCENAScène
Tableau
Tafereel
Toneel III
La plazaPlein
Zitplaats públicaAlgemeen
Algemeen bekend
Algemene
Gemeen
Gemene
Openbaar
Openbare
Publiek
Publieke de AltdorfAltdorf.
En una alturaHoogte
Verhevenheid, en el fondoEigenlijk
Strikt genomen, se edificaBouw!
Construeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze construeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Leg aan!
Sticht! una fortalezaVesting,
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer adelantadaBespoedigd
Geaccelereerd
Geleend
Gepasseerd
Ingehaald
Teruggezet
Uitgeleend
Uitgeschoven
Uitgestoken
Verbeterd
Veredeld
Verhaast
Vermeerderd
Versneld
Vervroegd
Voorbijgereden
Voorbijgevaren
Voorgegaan
Voorgelopen
Voorgeschoten
Vooruitbetaald
Vooruitgezet, que se observaBemerk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze observeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat gade
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk toe!
Merk op!
Merk!
Neem waar
Neem waar!
Observeer!
Sla gade!
Zie toe! la formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze de todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
ellaHaar
Ze
Zij. La parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde posteriorAchter-
Achterste
Later
Latere
Plaats hebbend
Volgend
Volgende estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! terminadaAfgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd, y se
trabajaArbeid!
Bewerk
Bewerk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arbeidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Werk! en la anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere, notándose los andamiosSteigers
Stellages
Stellingen, en
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin suben(Zij) rijzen
Zij/ze beklimmen
Zij/ze bestijgen
Zij/ze brengen naar boven
Zij/ze dragen naar boven
Zij/ze gaan naar boven
Zij/ze gaan omhoog
Zij/ze gaan op
Zij/ze klimmen
Zij/ze komen op
Zij/ze rijzen
Zij/ze staan op
Zij/ze stappen in
Zij/ze stappen in de
trein
Zij/ze stijgen
Zij/ze verrijzen
Zij/ze wassen y bajanZij/ze dalen
Zij/ze dalen af
Zij/ze gaan naar beneden
Zij/ze gaan naar beneden
uitstappen
Zij/ze geven korting
Zij/ze korten
Zij/ze laten neer
Zij/ze slaan af
Zij/ze stappen af
Zij/ze stappen uit
Zij/ze trekken af
Zij/ze verlagen
Zij/ze verzakken
Zij/ze zakken
Zij/ze zakken weg
Zij/ze zinken los jornalerosDagloners. En loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus elevadoBevorderd
Getild
Hoog
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un trabajadorArbeider
Arbeidzaam
Arbeidzame
Ijverig
Ijverige
Nijver
Nijvere
Vlijtig
Vlijtige
Werker
Werkkracht
Werkman
Werkzaam
Werkzame en pizarraBord
Lei
Leisteen
Metamorf gesteente
Schalie
Schoolbord. ReinaHeers!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt boven anderen
uit
Koningin
Regeer!
Steek boven anderen uit!
Vorstin grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime actividadActiviteit
Bedrijvigheid
y movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet.
Un OFICIALAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële, inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur de los serviciosBedieningen
Bedieningsgelden
Diensten
Dienstverleningen
Eetserviezen
Erediensten
Godsdienstoefeningen
Kerkdiensten
Services
Serviezen
Toiletten, un
MAESTROGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer
PICAPEDRERO, OFICIALESAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officieren
Officiers
Officiële y PEONESPionnen
Pions.
EL OFICIALAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële (ExcitandoAanmanend
Aanwakkerend
In vervoering brengend
Opwindend
Prikkelend
Verhittend
Werkend op a los trabajadoresArbeiders
Arbeidzaam
Arbeidzame
Ijverig
Ijverige
Nijver
Nijvere
Vlijtig
Vlijtige
Werkers
Werkkrachten
Werklieden
Werklui
Werkmannen
Werkzaam
Werkzame conDoor
Met
Per
Samen met un
palo).-Mast
Paal
Stok ¡EaBoe, a trabajarArbeiden
Bewerken
Werken, y dejarosAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds de huelgaDoe niets!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet niets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rust
Rust!
Staking
Werkstaking! TraedBezorg!
Breng aan!
Breng mee!
Breng!
Draag aan!
Neem mee!
piedrasHagels
Stenen, calKalk y morteroHouwitser
Metselkalk
Mortel
Mortier
Specie
Vijzel. Que cuandoAls
Tijdens
Wanneer vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! el Sr. GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende
veaBekijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Ik bekijk
Ik kijk
Ik zie
Kijkt u!
Ziet u! la obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid adelantadaBespoedigd
Geaccelereerd
Geleend
Gepasseerd
Ingehaald
Teruggezet
Uitgeleend
Uitgeschoven
Uitgestoken
Verbeterd
Veredeld
Verhaast
Vermeerderd
Versneld
Vervroegd
Voorbijgereden
Voorbijgevaren
Voorgegaan
Voorgelopen
Voorgeschoten
Vooruitbetaald
Vooruitgezet... Os arrastráisJullie kruipen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
los caracolesHuisjesslakken
Slakken
Wijngaardslakken
Zeeslakken. (A dos2
Do's
Twee
Tweede jornalerosDagloners, que vienen(Zij) komen
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee
cargadosBeladen
Belast
Berekend
Bestormd
Gegeid
Geladen
Geërgerd
In rekening gebracht
Ingeladen
Opgegeid
Tegengestaan
Vermoeid
Verveeld.) ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats esoDat
Die
Zulks una cargaEen lading
Een vracht? ¡ProntoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast! ¡El dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u!!
¿Y diránZij/ze zullen opgeven
Zij/ze zullen spreken
Zij/ze zullen zeggen estosDeze
Dezen flojosLicht
Lichte
Los
Losse
Slap
Slappe
Week
Weke
Zacht
Zachte
Zwak
Zwakke que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank robanZij/ze beroven
Zij/ze bestelen
Zij/ze maken buit
Zij/ze plunderen
Zij/ze roven
Zij/ze stelen
Zij/ze stropen
Zij/ze vergrijpen zich aan?
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner TristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch,
que nosotros mismosOnszelf hayamos deWij moeten traerAanbrengen
Aandragen
Bezorgen
Brengen
Meebrengen
Meenemen las piedrasHagels
Stenen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! labrarBeitelen
Bewerken
Slijpen
Verwerken nuestraOns
Onze
Van ons propiaEigen cárcelBajes
Cachot
Gevang
Gevangenis
Nor
Petoet.
EL OFICIAL.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële ¿QuéWat
Welke murmuraBrom!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kabbelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klatert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kletst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mompelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mummelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze murmelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt kwaad
Kabbel!
Klater!
Klets!
Mompel!
Mor!
Mummel!
Murmel!
Ruis!
Spreek kwaad! éseDat
Die? EstaDeze
Dit genteLieden
Lui
Mensen
Volk esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
perversaPervers
Perverse y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank saben(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze smaken
Zij/ze weten otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que ordeñarMelken
Melken (koe etc.) vacasKoeien
Runderen, y
rodar porRollen over loDe
Hem
Het
U montañasBergen
Gebergten
Gebergtes.
UN ANCIANOBejaard
Bejaarde
Oud
Oude (Sentándose ).-Gaand zitten
Plaatsnemend
Zettend
Zich zettend ¡YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus!
EL OFICIALAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële (Pegándole).- ¡ArribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog, viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten, a trabajarArbeiden
Bewerken
Werken!
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, entrañasIngewanden,
forzandoAanrandend
Dwingend
Forcerend
Geweld aandoend
Noodzakend
Verkrachtend
Verplichtend a tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer penosaSmartelijk
Smartelijke faenaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Karwei
Slacht!
Werk
Werk! a un ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude, que
apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood se puedeMen kan arrastrarMeesleuren
Slepen
Trekken
Voorttrekken?
EL MAESTROGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer PICAPEDRERO Y LOS
OFICIALES.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officieren
Officiers
Officiële ¡EsoDat
Die
Zulks clamaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept heftig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreeuwt
Roep heftig!
Roep om!
Schreeuw! el cieloHemel
Lucht!
EL OFICIAL.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële Cada cualEen ieder
Elkeen
Iedereen a loDe
Hem
Het
U suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u: yoEgo
Ik hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit lo queDat wat
Wat
meMe
Mij corresponde(Het) komt overeen
Ga aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Kom overeen!
Pas!.
SEGUNDO2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede JORNALERO.-Dagloner ¡OficialAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële! ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je se
llamaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanbellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanroepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal benoemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal heten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kloppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal luiden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal noemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opbellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal oproepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal praaien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal roepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal telefoneren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitmaken voor la fortalezaVesting que estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten construyendoAanleggend
Bouwend
Construerend
Ineenzettend
Makend?
EL OFICIAL.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële ¡La fortalezaVesting de UriUri! ¡EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind yugoJuk esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vosotrosGijlieden
Je
Jullie!
LOS JORNALEROS.-Dagloners ¡La fortalezaVesting de UriUri!
EL OFICIAL.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële VamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen, ¿quéWat
Welke motivoAanleiding
Beweegreden
Drijfveer
Ik baseer
Ik fundeer
Ik grondvest
Ik rechtvaardig
Ik sticht
Ik vestig
Motief
Reden
Term esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats eseDat
Die de risaGelach
Lach
Lachen?
SEGUNDO2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede JORNALERO.-Dagloner ¿ConDoor
Met
Per
Samen met eseDat
Die pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
edificioBouwsel
Bouwwerk
Constructie
Gebouw
Perceel os proponéisJullie hebben voor
Jullie stellen je voor
Jullie zijn van plan
Jullie zijn voornemens sujetarBevestigen
Fixeren
Ondersteunen
Onderwerpen
Vastbinden
Vastmaken
Vastzetten
Verstevigen a UriUri?
GUILLERMOWillem TELL
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner ¿PeroDoch
Echter
Maar cuántasHoelang
Hoeveel ratonerasRattenvallen
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals éstaDeze
Dit será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn precisoIk heb nodig
Juist
Juiste
Minutieus
Minutieuze
Precies
Precieze
Scherp
Scherpe
Secure
Secuur
Stipt
Stipte
Zorgvuldig
Zorgvuldige amontonarOpstapelen, hasta queTot
Totdat formenFormeert u!
Gaat u aan!
Paradeert u!
Praalt u!
Prijkt u!
Pronkt u!
Vormen
Vormt u!
Zij/ze formeren
Zij/ze gaan aan
Zij/ze paraderen
Zij/ze pralen
Zij/ze prijken
Zij/ze pronken
Zij/ze vormen
una montañaBerg
Gebergte comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la más pequeñaKleiner de UriUri? (El
oficialAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële desapareceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdwijnt
Verdwijn! por el fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste)
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer TiraréIk zal gooien
Ik zal omverwerpen
Ik zal paffen
Ik zal schieten
Ik zal trekken
Ik zal uitgooien
Ik zal uitsmijten
Ik zal uitwerpen
Ik zal vuren
Ik zal weggooien alNaar de
Naar het lagoMeer
Plas
Waterplas másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte el
martilloHamer, que meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is servidoAangekaart
Bediend
Een dienst bewezen
Gedeugd
Gediend
Geholpen
Geschikt geweest
Geserveerd
Opgediend
Van dienst geweest paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! construirAanleggen
Bouwen
Construeren
Ineenzetten
Maken
Met elkaar verbinden esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind malditoVervloekt
Vervloekte
edificioBouwsel
Bouwwerk
Constructie
Gebouw
Perceel. (Preséntanse Tell y Baumgarten.)
STAUFFACHER.- ¡OjaláHopelijk que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sirvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bediende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewees een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaartte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van dienst
Ik bediende
Ik bewees een dienst
Ik deugde
Ik diende
Ik diende op
Ik hielp
Ik kaartte aan
Ik serveerde
Ik was geschikt
Ik was van dienst paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
testigoGetuige de estasDeze
Dezen cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken!
TELL.- ¡AquíAlhier
Hier noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart! ¡VámonosLaten we afgaan
Laten we vertrekken
Laten we weggaan
Laten we zich verwijderen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg!
STAUFFACHER.- ¿EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds en UriUri, en la patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland de
la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid?
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer! ¡SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger hubieseisJullie hadden
Jullie waren
vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta el calabozoCachot
Cel
Kerker que hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware la torreToren! El queDat
Die
Hij die
Wie loDe
Hem
Het
U habiteBewoont u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gevestigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resideert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont in
Huist u!
Ik ben gevestigd
Ik bewoon
Ik huis
Ik resideer
Ik woon
Ik woon in
Is u gevestigd!
Resideert u!
Woont u in!
Woont u!,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank oiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vernemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verstaan cantarZingen los gallosHanen
Hoenderen
Hoenders
Hoenen
Kippen
Scharren
Schartongen.
STAUFFACHER.- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge DiosGod
Godheid!
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¡MiradBekijk!
Blik aan!
Blik!
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe! estosDeze
Dezen bastionesBastions
Bolwerken
Rondelen, estosDeze
Dezen
contrafuertesSteunmuren, como siAlsof hubiesenZij/ze hadden
Zij/ze waren de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn eternosEeuwig
Eeuwige!
TELL.- Lo queDat wat
Wat se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men conDoor
Met
Per
Samen met una manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei, se puedeMen kan
destruirVernielen
Vernietigen
Verwoesten conDoor
Met
Per
Samen met la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één. (MirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la montañaBerg
Gebergte.)
DiosGod
Godheid nos(Aan) ons
Ons haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is concedidoToegekend
Verschaft la fortalezaVesting de la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid.
(ÓyeseHallo
Hé
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoor!
Verneem!
Versta!
Zeg un tamborBus
Dwergtong
Rol
Trom
Trommel; lleganZij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven gentesVolken
Volkeren, que traen(Zij) dragen
Zij/ze bezorgen
Zij/ze brengen
Zij/ze brengen aan
Zij/ze brengen mee
Zij/ze dragen aan
Zij/ze nemen mee un sombreroHoed
en lo altoEr bovenop de un paloMast
Paal
Stok; síguelosBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! un pregoneroBekendmakend
Bekendmakende
Omroeper
Openbaarmakend
Openbaarmakende, y
mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen y muchachosJongens
Knapen
Knullen alborotadosIn opstand gebracht
Lawaai gemaakt
Leven gemaakt
Onrust verwekt bij
Verontrust)
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner ¿QuéWat
Welke significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor! eseDat
Die tamborBus
Dwergtong
Rol
Trom
Trommel?
¡AtenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid!
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¿ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! quéWat
Welke estaDeze
Dit procesiónOmgang
Optocht
Processie
Stoet de carnaval,
y esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind sombreroHoed?
EL PREGONERO.-Bekendmakend
Bekendmakende
Omroeper
Openbaarmakend
Openbaarmakende ¡EscuchadBeluister!
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister!, en nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam del
EmperadorKeizer
Zwaardvis!
LOS OFICIALES -Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officieren
Officiers
Officiële¡CalladVerzwijg!
Zwijg!! ¡OídHoor!
Verneem!
Versta!!
EL PREGONERO.-Bekendmakend
Bekendmakende
Omroeper
Openbaarmakend
Openbaarmakende ¿VeisJullie bekijken
Jullie kijken
Jullie zien esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind sombreroHoed, habitantesBewoners
Ingezetenen
Inwoners
Inwoonsters
de UriUri? Se colocaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantrekken
Men plaatst en lo altoEr bovenop de un fusteGeweerlade
Greep
Zuilschacht, en
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling de AltdorfAltdorf, en el puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus culminanteZij/ze bereiken het hoogtepunt
Zij/ze lopen uit, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin y el propósitoBedoeling
Doel
Gespreksonderwerp
Oogmerk
Plan
Voornemen del GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende.
A esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind sombreroHoed se honraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal eren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal huldigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vereren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals a suHaar
Hun
Uw
Zijn mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon, doblandoBuigend
Doorbuigend
Dubbel vouwend
Dubbelvouwend
Krombuigend
Krommend
Nasynchroniserend
Ombuigend
Omvouwend
Plooiend
Verbuigend
Vouwend anteSuède
Ten overstaan van
Voor élHem
Hij la rodillaKnie, y descubriéndose
la cabezaHoofd
Kop
Krop... AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig conoceráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bekend zijn
met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kennismaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leren kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weten el ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst a los obedientesGehoorzaam
Gehoorzame.
QuienDie
Wie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cumplaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is jarig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze observeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat gade
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volbrengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voltrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Ik ben jarig
Ik kijk toe
Ik kom na
Ik leef na
Ik neem waar
Ik observeer
Ik sla gade
Ik verricht
Ik vervul
Ik voer uit
Ik volbreng
Ik voltrek
Ik zie toe
Is u jarig!
Kijkt u toe!
Komt u na!
Leeft u na!
Neemt u waar!
Observeert u!
Slaat u gade!
Verricht u!
Vervult u!
Voert u uit!
Volbrengt u!
Voltrekt u!
Ziet u toe! estaDeze
Dit ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde, será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn castigadoBestraft
Gestraft en suHaar
Hun
Uw
Zijn
personaMens
Personage
Persoon y bienesGelukken
Welvaarten. (El puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam se ríeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht; el tamborBus
Dwergtong
Rol
Trom
Trommel suena(Het) klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt geluid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit de neus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit zijn neus
Klink!
Maak geluid!
Snuit de neus!
Snuit jullie neus!,
y se vanMen gaat
Zij/ze gaan af
Zij/ze gaan weg
Zij/ze vertrekken
Zij/ze verwijderen zich los del sombreroHoed.)
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner ¿QuéWat
Welke nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws extravaganciaBuitenissigheid
Buitensporigheid
Extravagantie
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is ideadoEen denkbeeld gevormd omtrent el GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende? ¿HonrarEren
Huldigen
Vereren nosotrosOns
We
Wij un
sombreroHoed? DecidGeef op!
Spreek!
Zeg!, ¿se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan nuncaNimmer
Nooit nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort?
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¿ArrodillarnosDoen knielen nosotrosOns
We
Wij anteSuède
Ten overstaan van
Voor un
sombreroHoed? ¿AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig se burlaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gekscheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schertst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spot de hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten formalesAccuraat
Accurate
Afgemeten
Ernstig
Ernstige
Formeel
Formele
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige
Stipt
Stipte
Vormelijk
Vormelijke
Zorgvuldig
Zorgvuldige?
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke JORNALERO.-Dagloner ¡SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was siquieraAlthans la coronaHet kroonwiel
ImperialImperiaal
Imperiale
Keizerlijk
Keizerlijke! ¡PeroDoch
Echter
Maar el sombreroHoed austriacoOostenrijker, el queDat
Die
Hij die
Wie
yoEgo
Ik viIk bekeek
Ik keek
Ik zag sobre elOp de
Op het tronoTroon, CuandoAls
Tijdens
Wanneer fuimos aWij/we gingen naar jurarBezweren
Een eed afleggen
Vloeken
Zweren!
GUILLERMOWillem TELL
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¿El sombreroHoed austriacoOostenrijker? ¡CuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid!
¡Nos(Aan) ons
Ons tiendenZij/ze breiden uit
Zij/ze houden op
Zij/ze ontvouwen
Zij/ze rekken
Zij/ze spreiden
Zij/ze spreiden uit
Zij/ze steken uit
Zij/ze strekken
Zij/ze strekken uit un lazoBond
Lasso
Liga
Link
Lis
Lus
Strik
Verbond paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vendernosOverdoen
Tappen
Verhandelen
Verkopen
Vervreemden
Wegdoen alNaar de
Naar het AustriaOostenrijk!
Los OFICIALES.-Ambtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officieren
Officiers
Officiële NingúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent de honorEer
Hulde se
someterá aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal onderwerpen aan estaDeze
Dit vergüenzaBeschaamdheid
Schaamte
Schande.
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¡VenidKom mee!
Kom!! Vamos aWij/we gaan naar aconsejarnosAanraden
Adviseren
Raad geven
Raden
conDoor
Met
Per
Samen met los demásDe anderen. (Vanse(Zij) gaan
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen al fondoAan het eind
Naar de bodem)
TELL (A Stauffacher).- ¡YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds loDe
Hem
Het
U veisJullie bekijken
Jullie kijken
Jullie zien! ¡ AdiósAdieu
Afscheid
Aju
Ajuus
Dáág
Tot ziens
Vaarwel, Sr.
Werner!
STAUFFACHER.- ¿A dóndeWaar
Waarheen queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven? ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! ¿A
quéWat
Welke tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele precipitaciónNeerslag?
TELL.- MisMi's
Mijn hijosKinderen
Zonen
Zoons tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak de suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader.
¡AdiósAdieu
Afscheid
Aju
Ajuus
Dáág
Tot ziens
Vaarwel!
STAUFFACHER.- MiMi
Mijn corazónHart
Klokhuis rebosaBen overvloedig aanwezig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is overvloedig aanwezig, y desearíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ambiëren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aspireren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou dingen naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou haken naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hunkeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou najagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nastreven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smachten naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou snakken naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou streven naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou trek hebben
in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verkiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wensen
Ik zou ambiëren
Ik zou aspireren
Ik zou begeren
Ik zou dingen naar
Ik zou haken naar
Ik zou hunkeren
Ik zou najagen
Ik zou nastreven
Ik zou smachten
Ik zou smachten naar
Ik zou snakken naar
Ik zou streven naar
Ik zou trek hebben
in
Ik zou verkiezen
Ik zou verlangen
Ik zou wensen
hablarosConverseren
Praten
Spreken.
TELL.- Las palabrasBewoordingen
Woorden noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U aliviaránZij/ze zullen lenigen
Zij/ze zullen opluchten
Zij/ze zullen verlichten
Zij/ze zullen verzachten.
STAUFFACHER.- PeroDoch
Echter
Maar las palabrasBewoordingen
Woorden podríanZij/ze zouden kunnen
Zij/ze zouden mogen llevarnosAanhebben
Berekenen
Bijeenbrengen
Brengen
Dragen
In rekening brengen
Medebrengen
Meebrengen
Meenemen
Ophebben
Vervoeren
Voorhebben
Wegbrengen
a los hechosAangemaakt
Acties
Actiën
Bedreven
Daden
Feiten
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handelingen
Prestaties
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichtingen
Werkingen
Zetten.
TELL.- PacienciaGeduld
Lijdzaamheid y silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans loDe
Hem
Het
U únicoAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke.
STAUFFACHER.- ¿Y se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand de sufrirDoorstaan
Dragen
Lijden
Ondergaan
Ondervinden
Uitstaan
Velen
Verdragen lo queDat wat
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats intolerableOntoelaatbaar
Ontoelaatbare?
TELL.- Los tiranosDwingelanden
Geweldenaars
Geweldenaren
Tirannen violentosAbnormaal
Abnormale
Driftig
Driftige
Gewelddadig
Gewelddadige
Hevig
Hevige
Onnatuurlijk
Onnatuurlijke
Onstuimig
Onstuimige
Opbruisend
Opbruisende
Sterk
Sterke
Tegen zijn zin
Vals
Valse sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los queWie
Zij die menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd reinanZij/ze heersen
Zij/ze regeren
Zij/ze steken boven anderen
uit... CuandoAls
Tijdens
Wanneer la tempestadNoodweer
Storm
Stormwind
Verschrikkelijk weer se elevaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt een hoge
positie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft zich de los
abismosAfgronden, se apaganMen dooft
Zij/ze blazen uit
Zij/ze blussen
Zij/ze blussen uit
Zij/ze doen uit
Zij/ze doven
Zij/ze doven uit
Zij/ze maken uit
Zij/ze zetten uit los fuegosVuren, las barcasBarken
Hulken
Pinken
Schuiten se refugianZij/ze nemen de wijk
Zij/ze wijken uit
Zij/ze zoeken een toevlucht
apresuradamente en el puertoHaven, y el poderosoAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk espíri
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
tuJe
Jouw, que la animaAnimeer!
Bemoedig!
Beziel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze animeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezielt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moedigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze montert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze port aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prikkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spoort aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stimuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vrolijkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wakkert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Moedig aan!
Monter op!
Por aan!
Prikkel!
Spoor aan!
Stimuleer!
Verlevendig!
Vrolijk op!
Vuur aan!
Wakker aan!
Wek op!
Zet aan!, pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan por la tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van huellaAanstampen
Afdruk
Betreden
Betreed!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betreedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt onder de
voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stampt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrapt
Loop onder de voet!
Spoor
Stamp aan!
Vertrap!
Vertrappen
Voetafdruk
Voetspoor.
Que cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen vivaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Ik leef
Ik woon
Leeft u!
Levend
Levende
Levendig
Levendige
Woont u! tranquiloBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille en suHaar
Hun
Uw
Zijn moradaPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette. La pazLa paz
se concedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ken toe!
Verschaf! sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken alNaar de
Naar het pacíficoPacifisch
Pacifische.
STAUFFACHER.- ¿Pensais asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig?
TELL.- La víboraAdder
Lastertong noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank picaHak fijn
Hak fijn!
Hak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt fijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jeukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kriebelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krieuwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze priemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snippert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wriemelt
Jeuk!
Kriebel!
Krieuwel!
Piek
Pik!
Priem!
Prik!
Snipper!
Spies
Spiets
Steek!
Wriemel! sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te provocaciónKotsen
Ontlokking
Overgeven
Provoceren
Tarten
Tergen
Uitbraken
Uitdagen
Uitdaging
Uitlokken
Uittarten
Veroorzaken. Se cansaránZij/ze zullen moe worden
ellos mismosHenzelf, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals observanZij/ze bemerken
Zij/ze kijken toe
Zij/ze merken
Zij/ze merken op
Zij/ze nemen waar
Zij/ze observeren
Zij/ze slaan gade
Zij/ze zien toe que el paísLand permaneceBlijf over!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Rest!
Resteer!
Toef!
Verblijf!
sosegadoBedaard
Bedaarde
Bezadigd
Bezadigde
Gekalmeerd
Gerust
Geruste
Gerustgesteld
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige.
STAUFFACHER.- MuchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere podríamosWij/we zouden kunnen
Wij/we zouden mogen lograrBehalen
Bereiken
Doorkomen
Erin slagen
Inhalen
Klaarspelen
Reiken tot
Slagen
Slagen in
Slagen voor siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals estuviésemosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten
unidosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Samengebracht
Verbonden
Verenigd.
TELL.- El queDat
Die
Hij die
Wie estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten, se salvaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze redt zich másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak en
casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak de naufragioSchipbreuk.
STAUFFACHER.- ¿ConDoor
Met
Per
Samen met tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele frialdadOnverschilligheid renunciáisJullie doen afstand van
Jullie geven op
Jullie vallen uit
Jullie zien af alNaar de
Naar het
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop?
TELL.- NadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand cuenta conHeb fiducie in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft fiducie in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt vertrouwen in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt
Stel vertrouwen in!
Vertrouw! seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid masDoch
Echter
Maar
Plus que consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve.
STAUFFACHER.- HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs los débilesLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se unenMen verenigt
Zij/ze sluiten aan
Zij/ze sluiten zich aaneen
Zij/ze verenigen zich,
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn fuertesErg
Erge
Fiks
Fikse
Forten
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterkten
Sterktes
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware.
TELL.- El fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware loDe
Hem
Het
U esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus aisladoAfgelegen
Afgezonderd
Alleen gezet
Apart
Aparte
Geïsoleerd
Geïsoleerde
Teruggetrokken.
STAUFFACHER.- ¿La patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen
contar conFiducie hebben in
Vertrouwen
Vertrouwen stellen in vuestraJullie
Uw
Van jullie ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals, llenaAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Completeer!
Demp!
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Ingevuld
Maak vol!
Schenk vol!
Spek!
Stop!
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Voleind!
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Vul in!
Vul!
Werk bij! de desesperaciónVertwijfeling
Wanhoop,
apelaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze appelleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed een beroep
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in appel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in beroep
Ik appelleerde
Ik deed een beroep
op
Ik ging in appel
Ik ging in beroep a la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!?
TELL (DándoleHet gevend la mano).-De hand Tell va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken el corderoLam
Lam van god
Lamsvlees
caídoAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen en un precipicioAfgrond, ¿cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je abandonaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou abandonneren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ermee stoppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou in de
steek laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou laten varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlaten
Ik zou abandonneren
Ik zou ermee stoppen
Ik zou in de
steek laten
Ik zou laten varen
Ik zou verlaten a
susHaar
Hun
Uw
Zijn amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden? Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals fuereHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal karren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal rijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal van stapel
lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich begeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Ik zal gaan
Ik zal gebeuren
Ik zal karren
Ik zal lopen
Ik zal me begeven
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal rijden
Ik zal van stapel
lopen
Ik zal varen
Ik zal verlopen
Ik zal zijn vuestraJullie
Uw
Van jullie
conductaGedrag
Houding
Wandel, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank llamadmeBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Klop!
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schel!
Telefoneer! a vuestrosJullie
Van jullie consejosAdviezen
Raadgevingen
Raden, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
GUILLERMOWillem TELL
yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag discutirAanvechten
Behandelen
Bepraten
Bespreken
Bestrijden
Betwisten
Discussiëren
Discuteren
Ruzie maken
Tegenspreken
Van gedachten wisselen niEn niet
Evenmin
Noch reflexionarBedenken
Nadenken
Overdenken
Wikken
Zinnen
Zinnen op largamenteBreedvoerig
Lang
Lange tijd
Met milde hand
Onbekrompen
Rijkelijk
Ruimschoots. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
meMe
Mij necesitáisJullie behoeven
Jullie hebben nodig
Jullie hoeven
Jullie zijn toe aan paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! un actoActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet de resoluciónBeslissing
Besluit
Motie
Oplossen
Resolutie
Uitspraak
Wijzing, llamadmeBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Klop!
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schel!
Telefoneer!,
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank faltaréIk zal absent zijn
Ik zal afwezig zijn
Ik zal ontbreken
Ik zal schelen. (Sepáranse en distintasAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere direccionesAdressen
Besturingen
Directies
Koersen
Leidingen
Regies
Richtingen. LevantaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik beurde
Ik haalde op
Ik hief
Ik hief op
Ik kookte op
Ik richtte op
Ik sloeg op
Ik tilde
Ik tilde op
Ik verhief
Ik vestigde
Ik zette neer
un tumultoGetier
Herrie
Lawaai
Rel
Roerigheid
Rustverstoring
Spektakel
Tumult repentinoPlotseling
Plotselinge alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom del andamioSteiger
Stellage
Stelling.)
EL MAESTROGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer (EntrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand apresuradamente).
¿QuéWat
Welke ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats!?
PRIMER1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke OFICIALAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële (Que se presentaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meldt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Men presenteert gritando).-Balkend
Blatend
Brullend
Gierend
Grommend
Hinnikend
Joelend
Loeiend
Roepend
Schreeuwend
Uitjouwend El
pizarrista se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand caídoAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen del techoBovengrens
Dak
Hoogtegrens
Ik voorzie van een
dak
Plafond (Bertha se presentaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meldt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Men presenteert
corriendoHardlopend
Hollend
Racend
Rennend
Snellend
Sprintend conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn séquitoAanhang
Gevolg.)
BERTHA.- ¿HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht? ¡VenidKom mee!
Kom!, socorredloHelp!
Red uit een dreigend
gevaar!
Sta bij!, salvadloBehoud!
Berg!
Red!!...
¡SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke ayudarleBaten
Bijstaan
Helpen
Ter zijde staan, apresuraosHaast je!
Maak haast!
Maak spoed!
Maak voort!
Spoed je!, aquíAlhier
Hier hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
oroE175
Goud
Ik bid! (TiraBand
Gooi uit!
Gooi weg!
Gooi!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt uit
Paf!
Reep
Reepje
Schiet!
Smijt uit!
Streep
Strook
Trek!
Vuur!
Wapenbalk
Werp omver!
Werp uit! susHaar
Hun
Uw
Zijn joyasBijouterieën
Juwelen
Kleinoden
Kleinodiën alNaar de
Naar het puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam.)
EL MAESTRO.-Grootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer ¿VuestroJullie
Uw
Van jullie oroE175
Goud
Ik bid?... ¿Creéis queJullie denken dat conDoor
Met
Per
Samen met
el oroE175
Goud
Ik bid todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle se consigueMen verkrijgt? CuandoAls
Tijdens
Wanneer arrebatáisJullie halen weg
Jullie lichten uit
Jullie nemen af
Jullie nemen uit
Jullie nemen weg
Jullie pakken af un padrePater
Vader
a susHaar
Hun
Uw
Zijn hijosKinderen
Zonen
Zoons, un maridoEchtgenoot
Gemaal
Man a suHaar
Hun
Uw
Zijn mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon; cuandoAls
Tijdens
Wanneer el
mundoAardrijk
Wereld estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! desoladoVerlaten y llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes, ¿imagináisJullie bedenken
Jullie stellen je voor
Jullie verbeelden je
Jullie vermoeden
remediarlo conDoor
Met
Per
Samen met oroE175
Goud
Ik bid?... ¡AndadGa te voet!
Ga voort!
Ga!
Leg af!
Loop!
Neem deel aan!
Wandel (snel)!
Werk! conDoor
Met
Per
Samen met DiosGod
Godheid! ContentosBevredigingen
Genoegdoeningen
Tevreden
Tevredenheden
Vergenoegd
Vergenoegde
Voldaan
Voldane
vivíamosWij/we leefden
Wij/we woonden, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que vinieseisJullie kwamen
Jullie kwamen mee. ConDoor
Met
Per
Samen met vosotrosGijlieden
Je
Jullie haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is venidoGekomen
Meegekomen
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook la desesperaciónVertwijfeling
Wanhoop.
BERTHA (AlNaar de
Naar het oficialAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële del GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende, que vuelveDraai om!
Draai rond!
Draai!
Ga terug!
Ga weer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkt
Keer terug!
Keer weder!
Keer!
Kom terug!
Kom weder!
Kom weerom!
Loop terug!
Trek terug!
Wend!
Wentel!
Zwenk!).
¿ViveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Leef!
Woon!? (El oficialAmbtelijk
Ambtelijke
Officieel
Officier
Officiële haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt una señaAfgesproken teken
Herkenningsteken
Kenmerk
Merk
Merkteken
Overblijfsel
Spoor
Teken
Wenk negativaAfwijzing
Negatief
Negatieve
Ontkennend
Ontkennende
Weigering) ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge fortalezaVesting
desdichada! ¡Constrúyente conDoor
Met
Per
Samen met maldicionesVervloekingen
Verwensingen, y
malditosVervloekt
Vervloekte serán(Zij) zullen zijn
Zij/ze zullen gebeuren
Zij/ze zullen plaatshebben
Zij/ze zullen plaatsvinden
Zij/ze zullen zijn los queWie
Zij die teJe
Jou habitenBewoont u!
Huist u!
Is u gevestigd!
Resideert u!
Woont u in!
Woont u!
Zij/ze bewonen
Zij/ze huizen
Zij/ze resideren
Zij/ze wonen
Zij/ze wonen in
Zij/ze zijn gevestigd! (VaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt)
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
ESCENAScène
Tableau
Tafereel
Toneel IV
CasaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de Gualterio Fürst.
GUALTERIO FÜRST y ARNALDO DE
MELCHTHAL,
entranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in a un tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd por distintasAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes.
MELCHTHAL.- SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer Gualterio Fürst...
GUALTERIO.- ¡SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals nos(Aan) ons
Ons sorprendieranZij/ze betrapten
Zij/ze snapten
Zij/ze troffen
Zij/ze verbaasden
Zij/ze verrasten! QuedaosBlijf achter!
Blijf over!
Blijf!
Rest!
Resteer!
Toef!
Verblijf!
Word! en
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin estabaisJullie bevonden je
Jullie lagen
Jullie waren
Jullie zaten. Rodéannos espíasBespieders
Jij/je beloert
Jij/je bespiedt
Jij/je bespioneert
Jij/je spiedt
Jij/je spioneert
Jij/je verspiedt
Pottenkijkers
Pottenkijksters
Spionnen
Spionnes
Verspieders.
MELCHTHAL.- ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij traéisJullie bezorgen
Jullie brengen
Jullie brengen aan
Jullie brengen mee
Jullie dragen aan
Jullie nemen mee nuevasNieuw
Nieuwe de UnterwaldenUnterwalden?
¿NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de miMi
Mijn padrePater
Vader? NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag sufrirDoorstaan
Dragen
Lijden
Ondergaan
Ondervinden
Uitstaan
Velen
Verdragen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten aquíAlhier
Hier ociosoDoelloos
Doelloze comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un presoGevangene. ¿QuéWat
Welke heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet yoEgo
Ik, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! escondermeOntveinzen
Verbergen
Verhelen
Verschuilen
Verstoppen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un asesinoIk moord
Ik vermoord
Moordenaar
Moordlustig
Moordlustige? HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
rotoAfgebroken
Doorgebroken
Gebroken
Geschonden
Kapot
Kapot gemaakt
Kapotgemaakt
Kapotte
Stuk
Stukgebroken
Stukke
Verbroken un dedoEen vinger a un criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed insolenteBrutaal
Brutale
Honds
Hondse
Lomp
Lompe
Onbeleefd
Onbeleefde
Onbeschaamd
Onbeschaamde
Onheus
Onheuse
Vlegelachtig
Vlegelachtige
Vrijpostig
Vrijpostige, que, por ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde
del GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende, intentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van plan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voornemens
Ik beproefde
Ik had voor
Ik paste
Ik paste aan
Ik poogde
Ik probeerde
Ik probeerde uit
Ik stelde me voor
Ik toetste
Ik trachtte
Ik was van plan
Ik was voornemens arrebatarmeAfnemen
Afpakken
Uitlichten
Uitnemen
Weghalen
Wegnemen en misMi's
Mijn barbasBaarden
Jij/je krijgt een baard
Jij/je schiet wortel
Kinnen
miMi
Mijn mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever yunta de bueyesOssenspan.
GUALTERIO.- FuisteisJullie begaven je
Jullie gebeurden
Jullie gingen
Jullie hadden plaats
Jullie karden
Jullie liepen
Jullie liepen van stapel
Jullie reden
Jullie verliepen
Jullie voeren
Jullie vonden plaats
Jullie waren demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste vivoIk leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige. EseDat
Die criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was del GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende, enviadoAfgezonden
Gedaan toekomen
Gestuurd
Gezonden
Geëxpedieerd
Opgestuurd
Opgezonden
Uitgestuurd
Verstuurd
Verzonden
Weggestuurd
Weggezonden por vuestroJullie
Uw
Van jullie superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure;
habéisJullie hebben
Jullie zijn obradoBezig geweest
Geageerd
Gedaan
Gehandeld
Gewerkt
Opgetreden
Te werk gegaan
Voortgegaan malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte, y, por muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere que osJe
Jullie
indignaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontwaardigde
Ik verontwaardigde, debieraisJullie behoorden te
Jullie dienden
Jullie hadden te danken
Jullie hoorden
Jullie moesten
Jullie stonden in de
schuld
Jullie waren schuldig
Jullie waren verplicht om
te
Jullie waren verschuldigd haberBezitting
Hebben
Zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden prudenteBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige.
MELCHTHAL.- ¿DebíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd yoEgo
Ik tolerarAanzien
Dulden
Pikken
Toelaten
Tolereren
Velen
Verdragen las palabrasBewoordingen
Woorden injuriosas
de eseDie z'n
Diens
Van die desvergonzadoBrutaal
Brutale
Driest
Drieste
Onbeschaamd
Onbeschaamde
Schaamteloos
Schaamteloze? 'SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el labradorBoer
Bouwer
Bouwvakker
Labrador
Landman', dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei,
'quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten panBrood
Mik
Pan, él mismoHemzelf haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de uncirseBespannen
Inspannen
Optuigen
Spannen
Tuigen
Voorspannen alNaar de
Naar het
GUILLERMOWillem TELL
aradoBeploegd
Geploegd
Omgeploegd
Ploeg.' MeMe
Mij desgarróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurde door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurde vaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheurde el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel, cuandoAls
Tijdens
Wanneer separóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiftte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonderde af a los
bueyesNoordzeekrabben
Ossen
Runderen, misMi's
Mijn mejoresBest
Beste
Beter
Betere
Jij/je maakt beter
Jij/je overtreft
Jij/je verbetert
Jij/je veredelt bestiasBeesten
Dieren, del yugoJuk. MugíanZij/ze briesten
Zij/ze brulden
Zij/ze brulden uit
Zij/ze bulderden
Zij/ze bulkten
Zij/ze daverden
Zij/ze loeiden tristementeBedroefd
Jammerlijk
Smartelijk
Treurig,
como siAlsof sintieranZij/ze gevoelden
Zij/ze merkten
Zij/ze voelden
Zij/ze voelden aan
Zij/ze werden gewaar la injusticiaOnrechtvaardigheid, y amenazabanZij/ze bedreigden
Zij/ze dreigden
conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn cuernosClaxons
Hoornen
Hoorns
Toeters. La iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer puestaAan de praat gekregen
Aandoen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Inschakelen
Insmeren
Leggen
Neergelegd
Neergezet
Neerleggen
Neerzetten
Op gang gebracht
Opbrengen
Opdoen
Opgebracht
Opgelegd
Opleggen
Plaatsen
Smeren
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Worden
Zetten en razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand, se
apoderóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze machtigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde in het
bezit van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende een volmacht
aan de míMe
Mij; y, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank siendoGebeurend
Plaatshebbend
Plaatsvindend
Zijnd
Zijnde yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon de miMi
Mijn albedrío,
leHaar
Hem
Het
U maltratéIk mishandelde.
GUALTERIO.- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals nosotrosOns
We
Wij apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
refrenarnosBedwingen
Beteugelen
Betomen
In toom houden
Intomen, ¿cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand de contenerAfhouden
Bedwingen
Behelzen
Beteugelen
Betomen
Bevatten
Houden
Impliceren
In toom houden
Inhouden
Intomen
Onthouden
Onttrekken
Vervatten
Weghouden la fogosa juventudJeugd
Jeugdigheid?
MELCHTHAL.- SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend miMi
Mijn padrePater
Vader meMe
Mij inspiraBeziel!
Boezem in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezielt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze inspireert
Inspireer! lástimaDeernis
Jammer
Klacht
Medelijden
Onaangenaamheid...
Necesita(Hij) heeft nodig
Behoef!
Ben toe aan!
Heb nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoef! que se leHaar
Hem
Het
U cuideBekommert u zich!
Bewaakt u!
Draagt u zorg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekommert zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt zorg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezorgd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpleegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgt voor
Ik bekommer me
Ik ben bezorgd
Ik bewaak
Ik draag zorg
Ik let op
Ik pas op
Ik verpleeg
Ik verzorg
Ik zorg
Ik zorg voor
Is u bezorgd!
Let u op!
Past u op!
Verpleegt u!
Verzorgt u!
Zorgt u voor!
Zorgt u!, y suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg. El GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende
loDe
Hem
Het
U aborreceHaat!
Heb een afkeer van!
Heb een afschuw van!
Heb een hekel aan!
Heb een weerzin tegen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een afkeer
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een afschuw
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een hekel
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een weerzin
tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze minacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verafschuwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verfoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmaadt
Minacht!
Verafschuw!
Verfoei!
Versmaad!, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is defendidoOpgekomen voor
Verdedigd
Verweerd
honradamenteEerlijk
Fatsoenlijk la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid y la justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid. OprimiránZij/ze zullen onderdrukken
Zij/ze zullen opkroppen
Zij/ze zullen verdringen
Zij/ze zullen verdrukken
Zij/ze zullen verkroppen,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, alNaar de
Naar het pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude, y nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand loDe
Hem
Het
U protegerá contraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beschermen tegen
las afrentasAffronten
Beledigingen
Krenkingen
Smaden... ¡SucedaErft u van!
Gebeurt u!
Geschiedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erft van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Ik erf van
Ik gebeur
Ik geschied
Ik kom af
Ik overkom
Ik stam af
Ik val voor
Ik volg op
Komt u af!
Overkomt u!
Stamt u af!
Valt u voor!
Volgt u op! lo queDat wat
Wat quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u!, voy aIk ga naar buscarloAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken!
GUALTERIO.- EsperadBen bedacht op!
Hoop!
Sta te wachten!
Verwacht!
Voorzie!
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Zie vooruit! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat, y tenedHeb!
Houd bij!
Houd erop na!
Houd vast!
Houd! pacienciaGeduld
Lijdzaamheid,
hasta queTot
Totdat tengamosLaten we bijhouden
Laten we erop nahouden
Laten we hebben
Laten we houden
Laten we vasthouden
Wij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast noticiasBerichten
Maren
Mededelingen
Nieuwigheid
Nieuws
Nieuwtje
Tijdingen de Unterwald... OigoIk hoor
Ik verneem
Ik versta
llamarAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor; idosGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Van stapel gelopen
Verlopen
Zich begeven de aquíAlhier
Hier... QuizásMisschien algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander satéliteSatelliet
Trawant del
GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende... EntradGa binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!... NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker en UriUri de
las garrasKlauwen de Landenberg, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl los tiranosDwingelanden
Geweldenaars
Geweldenaren
Tirannen se ayudanZij/ze baten
Zij/ze helpen
Zij/ze staan bij
Zij/ze staan ter zijde...
MELCHTHAL.- Nos(Aan) ons
Ons enseñanZij/ze brengen bij
Zij/ze instrueren
Zij/ze laten zien
Zij/ze leren
Zij/ze onderwijzen
Zij/ze scholen
Zij/ze spreiden tentoon
Zij/ze tonen
Zij/ze vertonen
Zij/ze wijzen
Zij/ze wijzen uit lo queDat wat
Wat debiéramosWij/we behoorden te
Wij/we dienden
Wij/we hadden te danken
Wij/we hoorden
Wij/we moesten
Wij/we stonden in de
schuld
Wij/we waren schuldig
Wij/we waren verplicht om
te
Wij/we waren verschuldigd
nosotrosOns
We
Wij hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren.
GUALTERIO.- ¡AndadGa te voet!
Ga voort!
Ga!
Leg af!
Loop!
Neem deel aan!
Wandel (snel)!
Werk!! OsJe
Jullie llamaréIk zal aanbellen
Ik zal aanroepen
Ik zal bellen
Ik zal benoemen
Ik zal heten
Ik zal kloppen
Ik zal luiden
Ik zal noemen
Ik zal opbellen
Ik zal oproepen
Ik zal praaien
Ik zal roepen
Ik zal schellen
Ik zal telefoneren
Ik zal uitmaken voor de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! tenéis queJullie behoren
Jullie dienen
Jullie horen
Jullie moeten temerBang zijn voor
Duchten
Schromen
Terugschrikken voor
Vrezen (Melchthal se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat) ¡DesdichaOngeluk
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
doDo! NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me atrevo aIk durf decirteOpgeven
Spreken
Zeggen la desgraciaAccident
Ongeluk
Ongeval que presientoIk gis
Ik heb een voorgevoel
van
Ik voorzie...
¿QuiénWie llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur? SiempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend me pongoIk doe aan
Ik doe op
Ik kleed me aan
Ik smeer
Ik smeer in
Ik stel me aan
Ik trek aan
Ik word en loDe
Hem
Het
U peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere,
cuandoAls
Tijdens
Wanneer suena(Het) klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt geluid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit de neus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit zijn neus
Klink!
Maak geluid!
Snuit de neus!
Snuit jullie neus! la puertaDeur
Poort
Portier. La traiciónVerraad y las
sospechasAchterdochten
Argwanen
Jij/je verdenkt
Jij/je vermoedt
Verdenkingen
Vermoedens nos(Aan) ons
Ons rodeanZij/ze begrijpen
Zij/ze gaan om
Zij/ze gaan rond
Zij/ze omgeven
Zij/ze omgeven met
Zij/ze omringen por todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes. Los agentesAgenten
Agentia
Brokers
Dealers
Effectenmakelaars
Effectenmakelaren
Spionnen
Vertegenwoordigers
de la tiranía penetranZij/ze begrijpen
Zij/ze bevatten
Zij/ze doordringen
Zij/ze doorgronden
Zij/ze doorzien
Zij/ze dringen binnen
Zij/ze dringen door
Zij/ze dringen door tot
het diepst van de ziel
Zij/ze dringen door tot
op merg en been
Zij/ze dringen in
Zij/ze trekken door
Zij/ze zijn vinnig hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot de las casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen, y
prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten cerrojosGrendels
Knippen
Schuifsloten
Schuiven y cerradurasSloten
en las puertasDeuren
Poorten
Portieren. (AbreBegin!
Doe open!
Graveer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opent
Maak open!
Open!, y retrocedeDeins terug!
Ga achteruit!
Ga terug!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deinst terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat achteruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug admiradoBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd alNaar de
Naar het entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan
Werner Stauffacher.) ¿QuéWat
Welke veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie? ¿El Sr. Werner?
¡HuéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle y estimadoAchting gehad voor
Achting toegedragen
Begroot
Geacht
Gehecht aan
Gehouden van
Gemogen
Geschat
Getaxeerd
Gewaardeerd
Hooggeacht
Op prijs gesteld, pardiez!... NingunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever que élHem
Hij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is atravesadoAfgelegd
Afgelopen
Doorgegaan
Doorgekomen
Doorgemaakt
Doorgetrokken
Doorkruist
Gegaan door
Overgegaan
Overgelopen
Overgestoken
Te boven gegaan estosDeze
Dezen umbralesDorpels
Drempels. ¡SedBen!
Dorst
Gebeur!
Heb plaats!
Vind plaats!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart venidoGekomen
Meegekomen, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el queDat
Die
Hij die
Wie másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware miMi
Mijn techoBovengrens
Dak
Hoogtegrens
Ik voorzie van een
dak
Plafond! ¿QuéWat
Welke
osJe
Jullie traeBezorg!
Breng aan!
Breng mee!
Breng!
Draag aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Neem mee!? ¿QuéWat
Welke buscáisJullie gaan halen
Jullie halen
Jullie halen af
Jullie halen op
Jullie kijken uit
Jullie snorren
Jullie zien uit
Jullie zoeken
Jullie zoeken op aquíAlhier
Hier, en UriUri?
STAUFFACHER (Tendiéndole la mano).-De hand Los
tiemposPozen
Tijden
Weren
Werkwoordstijden pasadosAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verledens
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere y la antiguaAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Antigua
Antigua guatemala
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude SuizaZwitserland
Zwitsers
Zwitserse.
GUALTERIO.- Vienen(Zij) komen
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee en vuestraJullie
Uw
Van jullie compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm... MiradBekijk!
Blik aan!
Blik!
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!,
¡cuántoHoelang
Hoeveel me alegroIk verheug me, cuántoHoelang
Hoeveel se entusiasmaBeziel!
Enthousiasmeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezielt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze enthousiasmeert miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis
conDoor
Met
Per
Samen met vuestraJullie
Uw
Van jullie solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij!!... SentaosGa zitten!
Neem plaats!
Zet je!
Zet!, Sr.
Werner... ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je abandonáisJullie abandonneren
Jullie laten in de
steek
Jullie laten varen
Jullie stoppen ermee
Jullie verlaten a la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Gertrudis,
vuestraJullie
Uw
Van jullie amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw, la hijaDochter másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus mimadaBedorven
Gekoesterd
Getroeteld
Vertroeteld
Verwend del prudenteBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige
Iberg? Todos losAlle viajerosReis-
Reizigers, que, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit AlemaniaDuitsland,
se encaminan aZij/ze begeven zich naar
Zij/ze begeven zich op
weg naar
Zij/ze stellen zich in
op
Zij/ze zijn gericht op ItaliaItalië por Meinrad Tell, alabanZij/ze loven
Zij/ze prijzen
Zij/ze roemen
Zij/ze zwaaien lof toe
vuestraJullie
Uw
Van jullie casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! hospitalariaGastvrij
Gastvrije... DecidmeGeef op!
Spreek!
Zeg!, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch; siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
pasasteisJullie brachten door
Jullie gaven aan
Jullie gebeurden
Jullie gingen langs
Jullie gingen over
Jullie gingen voorbij
Jullie haalden in
Jullie kwamen langs
Jullie kwamen om
Jullie lieten door
Jullie overkwamen
Jullie passeerden
Jullie reikten aan
Jullie staken over
Jullie verdreven
Jullie vergingen
Jullie verliepen
Jullie verstreken haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige por Fluelen, ¿nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! insólitoOngewone
Ongewoon
Vreemd
Vreemde
Zeldzaam
Zeldzame observasteisJullie bemerkten
Jullie keken toe
Jullie merkten
Jullie merkten op
Jullie namen waar
Jullie observeerden
Jullie sloegen gade
Jullie zagen toe
antes deAlvorens te
Voor llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!?
GUILLERMOWillem TELL
STAUFFACHER (Sentándose).-Gaand zitten
Plaatsnemend
Zettend
Zich zettend HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart un
nuevoNieuw
Nieuwe edificioBouwsel
Bouwwerk
Constructie
Gebouw
Perceel que meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llamado la atenciónAandacht getrokken y que
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij satisfaceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet aan
Voldoe aan!.
GUALTERIO.- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind! ¡De una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten ojeadaHaastige blik
Lonk
habéisJullie hebben
Jullie zijn vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant se podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht verBekijken
Kijken
Zien!
STAUFFACHER.- JamásNimmer
Nooit se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand conocidoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennis
Kennisgemaakt
Relatie
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals estaDeze
Dit en UriUri... DesdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd inmemorial noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
habidoGehad
Geweest aquíAlhier
Hier ciudadelasCitadels
Citadellen semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke, y sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend el sepulcroGraf
Groeve
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la moradaPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette eternaEeuwig
Eeuwige.
GUALTERIO.- ¡EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la tumbaBedwelm de zinnen van!
Breng ten val!
Doe vallen!
Gooi om!
Gooi omver!
Graf
Graftombe
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwelmt de zinnen
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt ten val
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kantelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Kantel!
Keer om! de la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid! LeHaar
Hem
Het
U daisJullie brengen op
Jullie brengen toe
Jullie geven
Jullie geven aan
Jullie kennen toe
Jullie verlenen
el nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam que merece(Hij/het) verdient
Ben waard!
Ben waardig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waardig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Kom toe!
Verdien!.
STAUFFACHER.- Sr. Gualterio Fürst, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak
de ocultarosOntveinzen
Verbergen
Verhelen
Verschuilen
Verstoppen que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij trae aBreng naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar estosDeze
Dezen parajesPlekken
una curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid inútilIjdel
Ijdele
Nutteloos
Nutteloze
Onberekend
Onberekende
Ongeschikt
Ongeschikte
Onnodig
Onnodige
Onnuttig
Onnuttige
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze. GravesBedenkelijk
Bedenkelijke
Belangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Jij/je slaat aan
Voornaam
Voorname
Zorgbarend
Zorgbarende
Zorgwekkend
Zorgwekkende
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware cuidadosBeduchtheden
Bekommernissen
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheden
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Ongerustheden
Opgelet
Opgepast
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Zich bekommerd
Zorg gedragen
Zorgen
Zorgvuldigheden meMe
Mij afligenZij/ze bedroeven
Zij/ze beproeven
Zij/ze grieven
Zij/ze smarten...
HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van en miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! la opresiónOnderdrukken
Onderdrukking
Opkroppen
Verdringen
Verdrukken
Verkroppen, y la encuentroIk bevind
Ik kom tegen
Ik ontmoet
Ik treed tegemoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Ontmoeting
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook aquíAlhier
Hier. PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats intolerableOntoelaatbaar
Ontoelaatbare de todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot
lo queDat wat
Wat sufrimosWij/we doorstaan
Wij/we doorststonden
Wij/we dragen
Wij/we droegen
Wij/we leden
Wij/we lijden
Wij/we ondergaan
Wij/we ondergingen
Wij/we ondervinden
Wij/we ondervonden
Wij/we staan uit
Wij/we stonden uit
Wij/we veelden
Wij/we velen
Wij/we verdragen
Wij/we verdroegen, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se vislumbraBespeur!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt in de
smiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt in het
oog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert oppervlakkig kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schemert door
Krijg in de smiezen!
Krijg in het oog!
Leer oppervlakkig kennen!
Ontwaar!
Schemer door! suHaar
Hun
Uw
Zijn términoBegrip
Besluit
Bewoording
Beëindiging
Eind
Einde
End
Gezegde
Lid
Spreekwijze
Term
Termijn
Vakterm
Voleinding
Zegswijze
Zinswending. LibreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was SuizaZwitserland
Zwitsers
Zwitserse siglosEeuwen haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt, y estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten acostumbradosGewend geweest
Gewoon geweest a
que nos(Aan) ons
Ons tratenBejegent u!
Beredeneert u!
Betitelt u!
Drijft u handel!
Gaat u om met!
Handelt u over!
Handelt u!
Hanteert u!
Heeft u in handen!
Maakt u in orde!
Maakt u uit!
Poogt u!
Probeert u!
Scheldt u uit!
Spreekt u aan!
Tracht u!
Verzorgt u!
Zet u uiteen!
Zij/ze bejegenen
Zij/ze beredeneren
Zij/ze betitelen
Zij/ze drijven handel
Zij/ze gaan om met
Zij/ze handelen
Zij/ze handelen over
Zij/ze hanteren
Zij/ze hebben in handen
Zij/ze maken in orde
Zij/ze maken uit
Zij/ze pogen
Zij/ze proberen
Zij/ze schelden uit
Zij/ze spreken aan
Zij/ze trachten
Zij/ze verzorgen
Zij/ze zetten uiteen conDoor
Met
Per
Samen met bondadGoedheid. Desde queSinds hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand pastoresDominees
Geestelijken
Herders
Pastoors
Pastores
Pastors
Predikanten
Priesters
Voorgangers
Zielzorgers
en estasDeze
Dezen montañasBergen
Gebergten
Gebergtes, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! parecidoEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Lijkend op
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Soortgelijks
Toegeschenen
Voorgekomen...
GUALTERIO.- SíJa
Jawel
Wel
Zich, esaDat
Die conductaGedrag
Houding
Wandel noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast ejemploExempel
Toonbeeld
Voorbeeld.
HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs nuestroOns
Onze
Van ons ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude Sr. de Attinghausen, suizoZwitser
Zwitsers
Zwitserse de
otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één tiemposPozen
Tijden
Weren
Werkwoordstijden, creeCree
Creëert u!
Denk!
Geloof!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houd voor!
Ik creëer
Ik maak
Ik richt op
Ik schep
Maakt u!
Meen!
Richt u op!
Schept u! tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook que estoDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats insufrible.
STAUFFACHER.- AlláDaar, en Unterwald, sucede(Het) gebeurt
Erf van!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erft van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Kom af!
Overkom!
Stam af!
Val voor!
Volg op! loDe
Hem
Het
U
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve, y se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand derramadoGegoten
Geplengd
Geschonken
Gestort
Vergoten sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!... Wolfenchiessen,
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
el bailío del EmperadorKeizer
Zwaardvis, que vivíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde
Ik leefde
Ik woonde en Rossberg, codiciabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aasde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dorstte naar
Ik aasde op
Ik begeerde
Ik dorstte naar
el frutaFruit
Vrucht
Vruchtenprodukt prohibidaVerboden. IntentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van plan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voornemens abusarMisbruik maken van
Misbruiken de la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
de Baumgarten, que resideHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resideert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Resideer!
Woon!
Wortelt en Alzelle, y el maridoEchtgenoot
Gemaal
Man
loDe
Hem
Het
U matóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doodde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slachtte af de un hachazo.
GUALTERIO.- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! ¡JustosAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los decretosBesluiten
Decreten
Verordeningen
Voorschriften de
DiosGod
Godheid! ¿Baumgarten, decísJullie geven op
Jullie spreken
Jullie zeggen? Un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent honradoBraaf
Brave
Degelijk
Degelijke
Deugdzaam
Deugdzame
Eerbaar
Eerbare
Eerlijk
Eerlijke
Eerzaam
Eerzame
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gehuldigd
Geëerd
Net
Nette
Vereerd.
¿HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is conseguidoBehaald
Bereikt
Buitgemaakt
Erin geslaagd om
Gekregen
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Vervolgd
Verworven escaparseLekken
Ontsnappen y esconderseBesloten liggen
Onderduiken
Zich verbergen
Zich verscholen houden?
STAUFFACHER.- VuestroJullie
Uw
Van jullie yernoSchoonzoon loDe
Hem
Het
U pasóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek allendeVan gene zijde el
lagoMeer
Plas
Waterplas. YoEgo
Ik loDe
Hem
Het
U ocultéIk ontveinsde
Ik verborg
Ik verheelde
Ik verschool
Ik verschuilde
Ik verstopte en miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de Steinen... PeroDoch
Echter
Maar esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is referidoBericht
Geciteerd
Gemeld
Genoemd
Gerefereerd
Verhaald
Verslag uitgebracht
Verslagen
Verteld otroAnder
Andere
Nog een
Nog één casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus atrozGruwelijk
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Wrede
Wreed ocurridoAan de hand geweest
Gebeurd
Geschied
Overkomen
Plaatsgevonden
Voorgekomen
Voorgevallen
en Sarnen, que hará(Het
Hij) zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoeren destilarBranden
Destilleren
Distilleren
Overhalen
Stoken sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! a todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle corazónHart
Klokhuis
honradoBraaf
Brave
Degelijk
Degelijke
Deugdzaam
Deugdzame
Eerbaar
Eerbare
Eerlijk
Eerlijke
Eerzaam
Eerzame
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gehuldigd
Geëerd
Net
Nette
Vereerd.
GUALTERIO (con atención).-Aandachtig
Oplettend
Welwillend ¿CuálWat
Welk
Welke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats? DecidloGeef op!
Spreek!
Zeg!.
STAUFFACHER.- En Melchthal, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij Kerns,
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende sujetoIk bevestig
Ik bind vast
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik verstevig
Ik zet vast
Onderwerp
Stof
Subject, llamadoAangebeld
Aangeroepen
Benoemd
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Opgebeld
Opgeroepen
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde EnriqueHendrik de Halden, y
suHaar
Hun
Uw
Zijn vozInspraak
Stem
Stemgeluid esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats influyenteInvloedrijk
Invloedrijke entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen susHaar
Hun
Uw
Zijn convecinos.
GUALTERIO.- ¿QuiénWie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet!? ¿QuéWat
Welke leHaar
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sucedidoAfgekomen
Afgestamd
Gebeurd
Geschied
Gevolgd op
Geërfd van
Opgevolgd
Overkomen
Voorgevallen? ¡AcabadBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit!!
STAUFFACHER.- Landenberger, en castigoAflossing
Afschrijving
Amortisatie
Bestraffing
Bezoeking
Delging
Ik bestraf
Ik straf
Schulddelging
Slag
Straf
Strafoefening
Strafoplegging de una
falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming leveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Ik rijs
Licht
Lichte
Rijst u! de suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon, mandóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beval
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze commandeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelastte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde het bevel que leHaar
Hem
Het
U arrebatasenZij/ze haalden weg
Zij/ze lichtten uit
Zij/ze namen af
Zij/ze namen uit
Zij/ze namen weg
Zij/ze pakten af dos2
Do's
Twee
Tweede
bueyesNoordzeekrabben
Ossen
Runderen suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u, la mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever yunta, cuandoAls
Tijdens
Wanneer estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten uncidosBespannen
Gespannen
Getuigd
Ingespannen
Opgetuigd
Voorgespannen
alNaar de
Naar het aradoBeploegd
Geploegd
Omgeploegd
Ploeg. Y el mancebo hirióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wondde alNaar de
Naar het agenteAgens
Agent
Broker
Dealer
Effectenmakelaar
Spion
Vertegenwoordiger, y huyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchtte.
GUALTERIO (conDoor
Met
Per
Samen met la mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere ansiedad.).-Angst
Benauwdheid
Spanning ¿PeroDoch
Echter
Maar el
padrePater
Vader...? DecidGeef op!
Spreek!
Zeg!, ¿quéWat
Welke leHaar
Hem
Het
U sucedióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erfde van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op?
GUILLERMOWillem TELL
STAUFFACHER.- Landenberger ordenóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beval
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelastte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordende alNaar de
Naar het padrePater
Vader
que leHaar
Hem
Het
U entregaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde toe
Ik bestelde
Ik betaalde uit
Ik bezorgde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik gaf af
Ik gaf over
Ik leverde
Ik leverde af
Ik leverde in
Ik overhandigde
Ik overlegde
Ik reikte aan
Ik stelde ter hand
Ik verdreef
Ik voerde toe el hijoKind
Zoon; y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al leHaar
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is juradoBezworen
Een eed afgelegd
Gevloekt
Gezworen
Jury el ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude,
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid, que ignoraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze negeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet niet
Negeer!
Weet niet! en dóndeWaar
Waarheen se hallaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt zich terug
el fugitivoHaastig voorbijgaand
Voortvluchtig
Voortvluchtige, el GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is mandadoAangevoerd
Bevolen
Gecommandeerd
Gelast
Gesommeerd
Het bevel gevoerd
Verordend
Voorgeschreven llamarAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor alNaar de
Naar het
verdugoBeul...
GUALTERIO (LevantándoseGaand staan
Opstaand
Verrijzend
Wakker wordend y queriendoBeminnend
Houdend van
Liefhebbend
Willend llevárseloMeenemen
Overweg kunnen
aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!.) ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! ¡SilencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen! NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus.
STAUFFACHER (AlzandoBeurend
Heffend
Omhoogtrekkend
Ophalend
Oprichtend
Tillend
Verheffend
Verhogend la voz).-Inspraak
Stem
Stemgeluid 'TuJe
Jouw hijoKind
Zoon se meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is escapadoOntgaan
Ontkomen
Ontsnappen
Ontsnapt- dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei- peroDoch
Echter
Maar túGe
Gij
Je
Jij estásJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit en miMi
Mijn poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen... TiradloGooi
Gooi uit!
Gooi weg!
Gooi!
Paf!
Schiet!
Smijt uit!
Trek!
Vuur!
Werp omver!
Werp uit!
en tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land, y que leHaar
Hem
Het
U introduzcanBrengt u aan!
Brengt u in!
Doet u in!
Dringt u binnen!
Introduceert u!
Laat u binnen!
Schuift u in!
Steekt u in!
Voert u binnen!
Voert u in!
Vult u in!
Zij/ze brengen aan
Zij/ze brengen in
Zij/ze doen in
Zij/ze dringen binnen
Zij/ze introduceren
Zij/ze laten binnen
Zij/ze schuiven in
Zij/ze steken in
Zij/ze voeren binnen
Zij/ze voeren in
Zij/ze vullen in un punzón de
hierroIjzer
Ik besla en los ojosKijkers
Ogen...'
GUALTERIO.- ¡DiosGod
Godheid misericordiosoBarmhartig
Barmhartige
Goedertieren!
MELCHTHAL (SaliendoAfrijdend
Buitengaand
Er mee weg komend
Eruitgaand
Naar buiten gaand
Op weg gaand
Opstappend
Startend
Tijgend
Uitgaand
Uitkomend
Uitlopend
Uitrijdend
Uitstappend
Uitstijgend
Uittredend
Uitvarend
Verschijnend
Vertrekkend
Weggaand
Wegrijdend precipitadamente.).-Gehaast
Haastig
Inderhaast ¿En
los ojosKijkers
Ogen, decísJullie geven op
Jullie spreken
Jullie zeggen?
STAUFFACHER (AdmiradoBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd, a Gualterio).- ¿QuiénWie
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille?
MELCHTHAL (Tocándole trémulo conDoor
Met
Per
Samen met las manosDe handen)
¿En los ojosKijkers
Ogen? ¡HabladConverseer!
Praat!
Spreek!!
GUALTERIO.- ¡Desventurado!
STAUFFACHER.- ¿QuiénWie esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats? (Gualterio leHaar
Hem
Het
U haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
una señalEen signaal) ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el hijoKind
Zoon? ¡JustoAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Op juiste wijze
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige DiosGod
Godheid!
MELCHTHAL.- ¡Y yoEgo
Ik estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg!... ¿En los dosAlle twee de
Allebei
Beide
ojosKijkers
Ogen?
GUALTERIO.- ¡ConteneosBedwing je!
Beheers je!
Ben vervat!
Houd je in!
Word gevat!
Word tegengehouden!! ¡MostraosLaat je zien!
Vertoon je! hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent!
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
MELCHTHAL.- ¡Por niEn niet
Evenmin
Noch causaAanleiding
Berokken!
Beweegreden
Breng teweeg!
Doe aan!
Doe!
Doel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Laat doen!
Laat!
Maak!
Oorzaak
Reden
Richt aan!
Sticht!
Twistpunt
Veroorzaak!
Zaak, por miMi
Mijn culpaBeschuldig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschuldigt
Schuld!...
¿CiegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende?... ¿CiegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte, en verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk, ciegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige?
STAUFFACHER.- YoEgo
Ik loDe
Hem
Het
U digoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank veBegeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie!; yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank veráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bekijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zien
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting del solSol
Zon.
GUALTERIO.- ¡CompadeceosBeklaag!
Heb medelijden met!
Heb medelijden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft medelijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft medelijden met de suHaar
Hun
Uw
Zijn aflicciónBedroefdheid
Bedroeven
Beproeven
Beproeving
Droefheid
Grieven
Hartzeer
Smart
Smarten
Treurigheid
Verdriet!
MELCHTHAL.- ¡JamásNimmer
Nooit! ¡NuncaNimmer
Nooit jamásNimmer
Nooit! (Pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer la
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei delante deVoor
Vóór los ojosKijkers
Ogen, y hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen;
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo del uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één alNaar de
Naar het otroAnder
Andere
Nog een
Nog één, y se expresaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukt zich uit conDoor
Met
Per
Samen met acentoAccent
Accentteken
Kapje
Klemtoon
Nadruk
Tongval
ahogadoGesmoord
Neergeslagen
Onderdrukt
Patstelling
Verdronken
Verkropt
Verstikt, interrumpidoGeschorst
Geïnterrumpeerd
Onderbroken por los sollozosSnikken.) ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge!
¡DonDe heer
Meneer del cieloHemel
Lucht esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting de los ojosKijkers
Ogen!... Todos losAlle seresWezenlijkheden
Wezens,
todas lasAlle criaturasCreaturen
Schepselen
Schepsels felicesGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke, amanZij/ze beminnen
Zij/ze hebben lief
Zij/ze houden van la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting... HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
las plantasEtages
Jij/je plant
Jij/je plant aan
Jij/je poot
Planten
Verdiepingen
Voetzolen
Zolen la buscanZij/ze gaan halen
Zij/ze halen
Zij/ze halen af
Zij/ze halen op
Zij/ze kijken uit
Zij/ze snorren
Zij/ze zien uit
Zij/ze zoeken
Zij/ze zoeken op gozosas, y élHem
Hij, sintiéndolo y conociéndolo,
¿viviráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wonen en las tinieblasDonker
Donkerte
Duister
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit, en la nocheAvond
Nacht
eternaEeuwig
Eeuwige?... NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se recreará conDoor
Met
Per
Samen met la verduraGroente de los pradosBeemden
Weidegronden
Weiden
Weides
Weien
Weilanden,
conDoor
Met
Per
Samen met el esmalteBrandverf
Emailleert u!
Glazuur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze emailleert
Ik emailleer de las floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem, niEn niet
Evenmin
Noch podráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal mogen
Zal kunnen verBekijken
Kijken
Zien susHaar
Hun
Uw
Zijn
coloresKleuren rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood... PocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige importaBedraag!
Beloop!
Ben erg!
Ben van belang!
Doe ter zake!
Het is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ter zake
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze importeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is erg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert in
Importeer!
Maak uit!
Voer in! morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten... peroDoch
Echter
Maar vivirLeven
Wonen, y
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank verBekijken
Kijken
Zien, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una desdichaOngeluk... ¿Por quéWaarom meMe
Mij miráisJullie bekijken
Jullie blikken
Jullie blikken aan
Jullie kijken
Jullie kijken aan
Jullie kijken naar
Jullie kijken toe
Jullie schouwen
Jullie werpen een blik
Jullie werpen een blik
op
Jullie zien
Jullie zien toe conDoor
Met
Per
Samen met
tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele lástimaDeernis
Jammer
Klacht
Medelijden
Onaangenaamheid? YoEgo
Ik tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast dos2
Do's
Twee
Tweede ojosKijkers
Ogen sanosFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Valide, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag
darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand a miMi
Mijn padrePater
Vader ciegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte, niEn niet
Evenmin
Noch una chispaEen vonk siquieraAlthans
del océanoOceaan
Wereldzee de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting, en el cualWaarop se sumergenMen dompelt onder
Zij/ze duiken onder misMi's
Mijn pupilasOogappels
Pupillen
deslumbradasVerblind.
STAUFFACHER.- ¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht de míMe
Mij! DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld aumentarAangroeien
Aanwakkeren
Doen toenemen
Groeien
Sterker worden
Stijgen
Toenemen
Vergroten
Verhogen
Vermeerderen
vuestraJullie
Uw
Van jullie penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet, en vez deIn plaats van
In stede van aliviarlaLenigen
Opluchten
Verlichten
Verzachten... SuHaar
Hun
Uw
Zijn aflicciónBedroefdheid
Bedroeven
Beproeven
Beproeving
Droefheid
Grieven
Hartzeer
Smart
Smarten
Treurigheid
Verdriet esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere aúnNog
Nog altijd
Nog steeds, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl el GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende se loDe
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is robadoBeroofd
Bestolen
Buitgemaakt
Geplunderd
Geroofd
Gestolen
Gestroopt
Zich vergrepen aan
GUILLERMOWillem TELL
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend leHaar
Hem
Het
U dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! un bastónStaf
Stok
Terebint
Terpentijnpistache, para queOpdat
Zodat, desnudoBloot
Blote
Ik kleed uit
Ik ontkleed
Naakt
Naakte
Onbedekt
Onbedekte
Onopgesmukt
Onopgesmukte y
ciegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte, pida limosnaBedelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schooit
Ik bedel
Ik schooi
Schooit u! de puertaDeur
Poort
Portier en puertaDeur
Poort
Portier.
MELCHTHAL.- ¿Nada másNiet meer que un bastónStaf
Stok
Terebint
Terpentijnpistache a un
ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude ciegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte? PrivadoBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd de todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs de la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting del
solSol
Zon, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop a los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus pobresArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele... ¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij habléisJullie converseren
Jullie praten
Jullie spreken
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds de quedarmeAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zich bevinden
Zijn aquíAlhier
Hier, niEn niet
Evenmin
Noch de ocultarmeOntveinzen
Verbergen
Verhelen
Verschuilen
Verstoppen! ¡MiserableBeroerd
Beroerde
Ellendeling
Ellendig
Ellendige
Gierig
Gierige
Miserabel
Miserabele
Ongelukkig
Ongelukkige
Ontmoedigd
Ontmoedigde
Slecht
Slechte
Terneergeslagen
Verdorven
Vrekkig
Vrekkige y
cobardeLafaard yoEgo
Ik, preocupadoBenauwd
Bezorgd
Bezorgde
Ongerust gemaakt
Verontrust
Zorgen gebaard en salvarmeBehouden
Bergen
Redden, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank a tiJe
Jou!...
dejéIk leende
Ik legateerde
Ik leverde op
Ik liet
Ik liet achter
Ik liet begaan
Ik liet in de
steek
Ik liet los
Ik liet na
Ik liet over
Ik liet schieten
Ik stond toe
Ik verlaatte me van
Ik verliet
Ik vermaakte
Ik vertrouwde toe
Ik verzuimde en prendaBlijk van vriendschap
Borgstelling
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt een onderpand
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wint de genegenheid
van
Ik steek op
Kledingstuk
Kostbare bezit
Neem een onderpand van!
Onderpand
Pand
Positieve eigenschap
Steek aan
Steekt u op!
Waarborg
Win de genegenheid van!, en las manosDe handen de eseDie z'n
Diens
Van die malvadoBooswicht
Pervers
Perverse
Snoodaard
Verdorven, tuJe
Jouw cabezaHoofd
Kop
Krop
veneradaAanbeden. ¡AdiósAdieu
Afscheid
Aju
Ajuus
Dáág
Tot ziens
Vaarwel, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, vergonzosaBeschaamd
Beschaamde
Beschamend
Beschamende
Vernederend
Vernederende previsiónGissen
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzien!...
YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil pensarDenken sinoDoch
Echter
Maar en una venganzaWraak
sangrientaBloederig
Bloederige
Bloedig
Bloedige. AlláDaar iréIk zal gaan
Ik zal karren
Ik zal lopen
Ik zal me begeven
Ik zal rijden
Ik zal van stapel
lopen
Ik zal varen
Ik zal verlopen... nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand podráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal mogen
Zal kunnen detenermeAanhouden
Afhouden
Arresteren
In verzekerde bewaring nemen
Inrekenen
Onthouden
Onttrekken
Ophouden met
Stoppen
Weghouden... a pedirAanvragen
Bedelen
Bestellen
Inroepen
Verlangen
Verzoeken
Vragen
Vragen om
alNaar de
Naar het GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende la vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht, que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is arrebatadoAfgenomen
Afgepakt
Uitgelicht
Uitgenomen
Weggehaald
Weggenomen a miMi
Mijn
padrePater
Vader... loDe
Hem
Het
U buscaréIk zal afhalen
Ik zal gaan halen
Ik zal halen
Ik zal ophalen
Ik zal opzoeken
Ik zal snorren
Ik zal uitkijken
Ik zal uitzien
Ik zal zoeken entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle susHaar
Hun
Uw
Zijn satélitesSatellieten
Trawanten... NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
meMe
Mij interesa(Het) interesseert
Boezem belang in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseert
Interesseer! yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds la vidaHachje
Leven, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals logroBehalen
Bereiken
Doorkomen
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik kom door
Ik reik tot
Ik slaag
Ik slaag erin
Ik slaag in
Ik slaag voor
Ik speel klaar
Inhalen
Klaarspelen
Slagen extinguirBlussen
Doven
Uitblussen
Uitdoen
Uitdoven
Uitmaken en suHaar
Hun
Uw
Zijn sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!
miMi
Mijn intensoFel
Felle
Hard
Harde
Hevig
Hevige
Intens
Intense
Intensief
Intensieve
Luid
Luide
Sterk
Sterke y eternoEeuwig
Eeuwige dolorPijn
Smart
Wee
Zeer. (HaceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt ademánGebaar
Geste
Houding de irseAfgaan
Vertrekken
Weggaan
Zich verwijderen.)
GUALTERIO.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank os vayáisJullie gaan af
Jullie gaan weg
Jullie vertrekken
Jullie verwijderen je. ¿QuéWat
Welke vais aJullie gaan naar conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus élHem
Hij? ResideHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resideert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Resideer!
Woon!
Wortelt en Sarnen, en suHaar
Hun
Uw
Zijn elevadoBevorderd
Getild
Hoog
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd castilloBurcht
Kasteel
Slot,
y se ríe deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht uit la cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid impotenteImpotent
Impotente desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit suHaar
Hun
Uw
Zijn
fortalezaVesting inexpugnable.
MELCHTHAL.- AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al habiteBewoont u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gevestigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resideert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont in
Huist u!
Ik ben gevestigd
Ik bewoon
Ik huis
Ik resideer
Ik woon
Ik woon in
Is u gevestigd!
Resideert u!
Woont u in!
Woont u! alláDaar arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog, en el
palacioPaleis de hieloBevriezen
Dichtvriezen
Diepvriezen
Ijs
Ijs (bevroren water)
Ik bevries
Ik doe bekoelen
Ik doe bevriezen
Ik vries
Ik vries diep
Koelheid
Vriezen de Schreckhorns, o másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus aúnNog
Nog altijd
Nog steeds, en
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin el JungfrauJungfrau se ocultaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duikt onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich schuil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbergt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschuilt zich entroIk ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in nubesWolken eternasEeuwig
Eeuwige... yoEgo
Ik
me abriréIk zal beginnen
Ik zal de rij
openen
Ik zal open gaan caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs élHem
Hij; y, conDoor
Met
Per
Samen met veinte20
Twintig jóvenesJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedames
Jongeheren
Jongelingen
Pril
Prille de
misMi's
Mijn ideasBegrippen
Denkbeelden
Gewaarwordingen
Idees
Ideeën
Inzichten
Jij/je vormt een denkbeeld
omtrent
Noties
Opvattingen
Voorstellingen, derribaréIk zal afbreken
Ik zal kantelen
Ik zal neerhalen
Ik zal omgooien
Ik zal omkeren
Ik zal omvergooien
Ik zal slopen
Ik zal ten val
brengen suHaar
Hun
Uw
Zijn fortalezaVesting. Y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand meMe
Mij sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!,
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle vosotrosGijlieden
Je
Jullie, temblandoBevend
Bibberend
Huiverend
Rillend
Trillend por vuestrasJullie
Van jullie
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
chozas y ganadosBehaald
Gewonnen
Verdiend, os sometéisJullie onderwerpen je alNaar de
Naar het yugoJuk de la tiranía...
convocaréIk zal bijeenroepen
Ik zal convoceren
Ik zal oproepen
Ik zal uitschrijven a los pastoresDominees
Geestelijken
Herders
Pastoors
Pastores
Pastors
Predikanten
Priesters
Voorgangers
Zielzorgers en la montañaBerg
Gebergte, y allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
la libreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde bóvedaBol
Gewelf del cicloCyclus
Kringloop, en dondeWaarin estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn despiertosGewekt
Opgewekt
Wakker gemaakt
Wakker geworden
los sentidosAangevoeld
Betekenissen
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Significanties
Zinnen
Zintuigen y sanoFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Ik genees
Ik heel
Ik word beter
Valide el corazónHart
Klokhuis, lesHen
Hun
U contaréIk zal aftellen
Ik zal berekenen
Ik zal calculeren
Ik zal debiteren
Ik zal neertellen
Ik zal rekenen
Ik zal tellen
Ik zal uitrekenen
Ik zal verhalen
Ik zal vertellen
Ik zal voorlezen esaDat
Die horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende
crueldadWreedheid.
STAUFFACHER (A Gualterio).- El malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! a suHaar
Hun
Uw
Zijn
colmoIk loop over
Ik overloop
Ik overtref
Toppunt... ¿HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde?...
MELCHTHAL.- ¿QuéWat
Welke mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de
esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op, cuandoAls
Tijdens
Wanneer noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds segurasBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige las pupilasOogappels
Pupillen en
los ojosKijkers
Ogen?... ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens? ¿ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! quéWat
Welke aprendemosWij leren
Wij/we leren
Wij/we leren aan
a tirarGooien
Omverwerpen
Paffen
Schieten
Trekken
Uitgooien
Uitsmijten
Uitwerpen
Vuren
Weggooien la ballestaDe bladveer y a esgrimirSchermen la pesadaAfgewogen
Drukkend
Drukkende
Gewogen
Het gewicht bepaald
Log
Logge
Plomp
Plompe
Vermoeiend
Vermoeiende
Zwaar
Zwaar geweest
Zware hachaBijl
Hakbijl?
Todos losAlle seresWezenlijkheden
Wezens encuentran(Zij/u) vinden
Zij/ze bevinden
Zij/ze komen tegen
Zij/ze ontmoeten
Zij/ze treden tegemoet
Zij/ze treffen
Zij/ze treffen aan
Zij/ze vinden en suHaar
Hun
Uw
Zijn
desesperaciónVertwijfeling
Wanhoop mediosDoorsnedes
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helften
Instrumenten
Matigingen
Media
Medium
Middelbaar
Middelbare
Middelen
Middelmaats
Middelmaten
Midden-
Middens
Milieus
Omgevingen
Remedies
Tussenstoffen
Tweelingen de defensaAfweer
Bescherming
Defensie
Verdedigen
Verdediging
Verweer
Verweren. El ciervoHert, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
alientoAdem
Ademhaling
Asem
Ik bemoedig
Ik moedig aan
Ik stijf, enseña aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert aan
Leer aan! la traílla susHaar
Hun
Uw
Zijn cuernosClaxons
Hoornen
Hoorns
Toeters temiblesGevreesd
Gevreesde; la
gamuzaBerggeit
Gele stekelzwam
Gems
Gemsleer
Gemzenleer
Hydnum repandum
Klipgeit
Pied de mouton
Zeem arrastraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleurt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt voort
Sleep!
Sleur mee!
Trek voort!
Trek! alNaar de
Naar het cazadorJacht- alNaar de
Naar het precipicioAfgrond, y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el
bueyNoordzeekrab
Os
Rund, mansoGoedaardig
Goedaardige
Mak
Makke
Tam
Tamme
Zachtaardig
Zachtaardige compañeroAmbtgenoot
Collega
Gezel
Kameraad
Kornuit
Maat
Makker
Metgezel
Partner
Vakgenoot del hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, que unceBespan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spant in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spant voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tuigt op
Span in!
Span voor!
Span!
Tuig op!
Tuig! alNaar de
Naar het
yugoJuk suHaar
Hun
Uw
Zijn cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek de inaudita fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!, saltaBarst!
Doe een sprong!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet een sprong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontploft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet te binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt in de
lucht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt in het
oog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt van een
hoogte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spuit op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Ontplof!
Salta
Schiet te binnen!
Schiet uit!
Sla over!
Spring in de lucht!
Spring in het oog!
Spring los!
Spring op!
Spring open!
Spring van een hoogte!
Spring!
Spuit op!
Vaar uit!
Val uit! siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se leHaar
Hem
Het
U irritaDoe teniet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet teniet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze irriteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prikkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbittert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernietigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoornt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt op
Irriteer!
Prikkel!
Verbitter!
Vernietig!
Vertoorn!
Vuur aan!
Wek op!,
mueveBeweeg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroert
Roer!
Verroer! suHaar
Hun
Uw
Zijn poderosaAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk cornamenta, y lanzaBraak!
Dissel
Disselboom
Doe horen!
Geef over!
Gooi!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat van stapel
lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lanceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontketent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt weg
Keil!
Kom uit!
Laat van stapel lopen!
Lanceer!
Lans
Loop uit!
Ontketen!
Ontkiem!
Piek
Schrijf uit!
Slinger weg!
Speel uit!
Speer
Spies
Spiets
Stoot uit!
Werp weg!
Werp! a las nubesWolken
a suHaar
Hun
Uw
Zijn enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige.
GUALTERIO.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals los tres3
Drie cantonesBlokken
Kantons pensaranZij/ze dachten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
nosotrosOns
We
Wij tres3
Drie, quizásMisschien pudiéramosWij/we konden
Wij/we mochten tentarBekoren
In verzoeking brengen
Verleiden
Verlokken
Verzoeken algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander esfuerzoBelasting
Ik span me in
Inspanning
Kracht
Krachtinspanning
Moed
Moeite
Poging.
STAUFFACHER.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals UriUri llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Unterwald ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat,
Schwitz será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn consecuenteConsequent
Consequente
Tweede stelling
Tweede term conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn antiguosAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude lazosBonden
Lasso's
Liga's
Linken
Lissen
Lussen
Strikken
Verbonden.
GUILLERMOWillem TELL
MELCHTHAL.- MuchosVeel
Vele
Zeer
Zere amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden cuentoAnekdote
Ik bereken
Ik calculeer
Ik debiteer
Ik lees voor
Ik reken
Ik reken uit
Ik tel
Ik tel af
Ik tel neer
Ik verhaal
Ik vertel
Sprookje
Verhaal en Unterwald,
todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle aventuraránZij/ze zullen op het
spel zetten
Zij/ze zullen riskeren
Zij/ze zullen verspelen
Zij/ze zullen wagen gozosos suHaar
Hun
Uw
Zijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf y suHaar
Hun
Uw
Zijn vidaHachje
Leven,
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn de ampararlosBeschermen
Beschutten y ayudarlosBaten
Bijstaan
Helpen
Ter zijde staan... ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
patriciosPatriciërs venerandos de estaDeze
Dit regiónGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek! SoloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats y jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille,
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer expertosBedreven
Deskundig
Deskundige
Ervaren
Experten
Experts
Geoefend
Geoefende
Specialisten
Zaakkundig
Zaakkundige... miMi
Mijn vozInspraak
Stem
Stemgeluid haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de callarVerzwijgen
Zwijgen,
por modestiaBescheidenheid
Discretie
Zedigheid en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind consejoAdvies
Raad
Raadgeving. PeroDoch
Echter
Maar porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille,
y tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige experienciaBelevenis
Ervaring
Ondervinding, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank menospreciéisJullie minachten miMi
Mijn
opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze y misMi's
Mijn discursosOraties
Redes
Redevoeringen
Speechen
Speeches
Toespraken
Vertogen. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij impulsaBevorder!
Breng over!
Drijf aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevordert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stimuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan tot
Stimuleer!
Zet aan tot! el ardorHevige warmte
Hitte
Ijver
Levendigheid
Vurig verlangen
Vuur de
miMi
Mijn sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! juvenilJeugdig
Jeugdige, sinoDoch
Echter
Maar el horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen de la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
atrozGruwelijk
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Wrede
Wreed desdichaOngeluk, que inspiraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bezielen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inboezemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inspireren
Ik zou bezielen
Ik zou inboezemen
Ik zou inspireren compasiónMededogen
Medelijden a los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
duros5-pesetamunten
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai peñascosPeña=
Gezelschap
Kring. VosotrosGijlieden
Je
Jullie mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn padresOuderpaar
Ouders
Paters
Vaders, cabezasHoofden
Koppen
Kroppen
de familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin, y deseáisJullie ambiëren
Jullie aspireren
Jullie begeren
Jullie dingen naar
Jullie haken naar
Jullie hebben trek in
Jullie hunkeren
Jullie jagen na
Jullie smachten
Jullie smachten naar
Jullie snakken naar
Jullie streven na
Jullie streven naar
Jullie verkiezen
Jullie verlangen
Jullie wensen tener hijosKinderen hebben
Kinderen krijgen virtuososBraaf
Brave
Deugdzaam
Deugdzame
Eerbaar
Eerbare
Virtuozen, que
honrenEert u!
Huldigt u!
Vereert u!
Zij/ze eren
Zij/ze huldigen
Zij/ze vereren vuestrosJullie
Van jullie blancosBlank
Blanke
Blanken
Doelen
Doelstellingen
Doelwitten
Honken
Mikpunten
Schietschijven
Schijven
Trefpunten
Wit
Witte y rizadosGefriseerd
Gegroefd
Gekapt
Gekroesd
Gekroesde
Gekruld
Gekrulde
Krullend
Krullende cabellosDuivelsnaaigaren
Haren
Klein warkruid, y que
guardenBehoedt u!
Bergt u op!
Bewaakt u!
Bewaart u!
Heeft u de wacht!
Hoedt u!
Let u op!
Past u op!
Waakt u over!
Zij/ze behoeden
Zij/ze bergen op
Zij/ze bewaken
Zij/ze bewaren
Zij/ze hebben de wacht
Zij/ze hoeden
Zij/ze letten op
Zij/ze passen op
Zij/ze waken over con esmeroToegewijd las niñasKinderen
Wichten de vuestrosJullie
Van jullie ojosKijkers
Ogen. ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge!
¡PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl vosotrosGijlieden
Je
Jullie mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! hayáisJullie hebben
Jullie zijn sufridoDoorstaan
Gedragen
Geleden
Geveeld
Ondergaan
Ondervonden
Uitgestaan
Verdragen en
vuestroJullie
Uw
Van jullie cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf y bienesGelukken
Welvaarten, y porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl vuestrosJullie
Van jullie ojosKijkers
Ogen estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
sanosFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Valide y vigorososGeweldig
Geweldige
Krachtig
Krachtige
Sterk
Sterke en susHaar
Hun
Uw
Zijn órbitasOogholten
Oogholtes
Oogkassen, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank os mostréisJullie laten je zien
Jullie vertonen je
extrañosBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke a nuestraOns
Onze
Van ons penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet! La espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard del tiranoDwingeland
Geweldenaar
Tiran estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
pendienteAanhangig
Aanhangige
Hanger
Helling
Oorbel
Oorhanger
Oorring sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! vosotrosGijlieden
Je
Jullie; habéisJullie hebben
Jullie zijn intentadoAangepast
Beproefd
Gepast
Gepoogd
Geprobeerd
Getoetst
Getracht
Uitgeprobeerd
Van plan geweest
Voorgehad
Voornemens geweest
Zich voorgesteld sustraerAftrekken
Gappen
Ontvreemden
Stelen
a esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paísLand a la dominaciónBedwingen
Beheersen
Domineren
Overheersen
Uitschitteren del AustriaOostenrijk; ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
agravio haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is cometidoBedreven
Begaan
Gebruikt
Gepleegd
Opdracht
Opgedragen
Plicht
Taak
Toevertrouwd
Zedelijke verplichting miMi
Mijn padrePater
Vader; soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn susHaar
Hun
Uw
Zijn cómplicesHandlangers
Medeplichtigen, y
seréisJullie zullen gebeuren
Jullie zullen plaatshebben
Jullie zullen plaatsvinden
Jullie zullen zijn tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook condenadosVeroordeeld.
STAUFFACHER (A Gualterio Fürst).- DecididBeslis!
Besluit!
Maak uit!
Neem je voor!; yoEgo
Ik
estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid a seguirloAanblijven
Bewandelen
Bijhouden
Doorgaan
Opvolgen
Volgen
Voortvloeien
Voortzetten.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
GUALTERIO.- SepamosLaten we kennen
Laten we smaken
Laten we weten
Wij/we kennen
Wij/we smaken
Wij/we weten antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je opinanZij/ze achten
Zij/ze geloven
Zij/ze menen
Zij/ze vinden
Zij/ze zijn van mening los
noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren de Sillesien y Attinghausen. SuHaar
Hun
Uw
Zijn reputaciónReputatie,
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep, nos(Aan) ons
Ons traeráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aandragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezorgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meenemen amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden.
MELCHTHAL.- ¿QuéWat
Welke nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand en estosDeze
Dezen bosquesBossen
Wouden
y montañasBergen
Gebergten
Gebergtes másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus respetablesAchtbaar
Achtbare
Achtenswaardig
Achtenswaardige
Eerbiedwaardig
Eerbiedwaardige
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke que los vuestrosJullie
Van jullie?
En la verdaderaEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid y autoridadAutoriteit
Gezag de talesDergelijk
Dergelijke
Dusdanig
Dusdanige
Jij/je hakt om
Jij/je legt in de
as
Jij/je velt
Jij/je verbrandt
Jij/je verwoest
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke
nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen confíaHeb vertrouwen in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft vertrouwen in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Vertrouw toe!
Vertrouw! el puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam, y en todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estaDeze
Dit regiónGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
gratosGewenst
Gewenste
Welkom
Welkome alNaar de
Naar het oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan. La ricaFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Heerlijk
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende herenciaErfdeel
Erfelijkheid
Erfenis
Erfgoed
Erfrecht
Nalatenschap
Neiging
Overerving de virtudesBraafheden
Courages
Dapperheden
Deugden
Eerbaarheden
Kuisheden
Machten
Reinheden
Vermogens
Zuiverheden que recibisteisJullie accepteerden
Jullie begroetten
Jullie genoten
Jullie kregen
Jullie namen aan
Jullie ontvingen
Jullie toucheerden
de vuestrosJullie
Van jullie progenitoresStamvaders
Vaders, la habéisJullie hebben
Jullie zijn aumentadoAangegroeid
Aangewakkerd
Gedaan toenemen
Gegroeid
Gestegen
Sterker geworden
Toegenomen
Vergroot
Verhoogd
Vermeerderd...
¿QuéWat
Welke necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast de la ayudaDe hulp de los
noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele? ¡TerminemosLaten we aflopen
Laten we afmaken
Laten we afsluiten
Laten we besluiten
Laten we beëindigen
Laten we eindigen
Laten we uitmaken
Laten we voleindigen
Wij/we besluiten
Wij/we beëindigen
Wij/we eindigen
Wij/we lopen af
Wij/we maken af
Wij/we maken uit
Wij/we sluiten af
Wij/we voleindigen solosAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Solo's
Verlaten la empresaBedrijf
Industrie
Onderneming! SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank contáramosWij/we berekenden
Wij/we calculeerden
Wij/we debiteerden
Wij/we lazen voor
Wij/we rekenden
Wij/we rekenden uit
Wij/we telden
Wij/we telden af
Wij/we telden neer
Wij/we verhaalden
Wij/we vertelden
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que conDoor
Met
Per
Samen met nosotrosOns
We
Wij, ¿dejaríamos deWij/we zouden stoppen met defenderOpkomen voor
Verdedigen
Verweren
nuestraOns
Onze
Van ons causaAanleiding
Berokken!
Beweegreden
Breng teweeg!
Doe aan!
Doe!
Doel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Laat doen!
Laat!
Maak!
Oorzaak
Reden
Richt aan!
Sticht!
Twistpunt
Veroorzaak!
Zaak?
STAUFFACHER.- Los noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sufrenZij/ze doorstaan
Zij/ze dragen
Zij/ze lijden
Zij/ze ondergaan
Zij/ze ondervinden
Zij/ze staan uit
Zij/ze velen
Zij/ze verdragen lo queDat wat
Wat nosotrosOns
We
Wij.
La corrienteDe stroom, que arrasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt met de
grond gelijk
Maak met de grond
gelijk! los vallesDalen
Valleien
Valles, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is alcanzadoAchterhaald
Behaald
Bereikend
Bereikende
Bereikt
Buitgemaakt
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Verworven
las alturasHoogten
Hoogtes
Verhevenheden. SuHaar
Hun
Uw
Zijn auxilioHulp
Ik baat
Ik help
Ik sta bij
Ik sta ter zijde, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank nos(Aan) ons
Ons
faltaría(Het) zou ontbreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou absent zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afwezig zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontbreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou schelen
Ik zou absent zijn
Ik zou afwezig zijn
Ik zou ontbreken
Ik zou schelen, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals viesenZij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen alNaar de
Naar het paísLand levantadoGebeurd
Geheven
Getild
Gevestigd
Neergezet
Opgehaald
Opgeheven
Opgekookt
Opgericht
Opgeslagen
Opgetild
Verheven en armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens.
GUALTERIO.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals hubiese(Er) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was un juezRechter
Richter entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen nosotrosOns
We
Wij y
el AustriaOostenrijk, la justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid y el derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse nos(Aan) ons
Ons favoreceríanZij/ze zouden begunstigen
Zij/ze zouden bevoordelen
Zij/ze zouden voorstaan
Zij/ze zouden voortrekken.
NuestroOns
Onze
Van ons opresor esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats nuestroOns
Onze
Van ons SoberanoBeheerser
Potentaat
Soeverein, y nuestroOns
Onze
Van ons
juezRechter
Richter supremoBeslissend
Beslissende
Hoogst
Hoogste
Laatst
Laatste
Opperst
Opperste
Uiterst
Uiterste
Verhevenst
Verhevenste... DiosGod
Godheid, por tantoDaarom
Derhalve, y nuestroOns
Onze
Van ons brazoArm,
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn nuestraOns
Onze
Van ons únicaAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting... ExploradExamineer!
Exploreer!
Ga na!
Kijk na!
Onderzoek nauwkeurig!
Onderzoek!
Verken!
Vis uit!
Vors!
Zoek uit! los ánimosBedoelingen
Doelen
Energieën
Gedachten
Gedachtes
Geesten
Gemoederen
Idees
Ideeën
Oogmerken
Willen
Zielen
en Schwitz, y yoEgo
Ik meMe
Mij granjearé amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden en UriUri.
¿QuiénWie enviaremos aWij/we zullen sturen aan Unterwald?...
MELCHTHAL.- A míMe
Mij... ¿A quiénWie interesa(Het) interesseert
Boezem belang in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseert
Interesseer! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus?...
GUILLERMOWillem TELL
GUALTERIO.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U aprueboIk beaam
Ik billijk
Ik keur goed
Ik stem toe. SoisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn miMi
Mijn huéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast, y
deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld cuidar deBehartigen
Bezorgd zijn
Verzorgen
Zich bekommeren
Zorg dragen
Zorgen vuestraJullie
Uw
Van jullie salvaciónBehoud
Behouden
Bergen
Heil
Redden
Redding
Verlossing
Zaligheid.
MELCHTHAL.- ¡DejadmeLaat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!!... YoEgo
Ik conozcoIk ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet las sendasPaden
extraviadasGedaan dwalen
Van de weg afgebracht
Verlegd
Weggemaakt, y los pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan de las montañasBergen
Gebergten
Gebergtes, y
cuento conIk heb fiducie in
Ik stel vertrouwen in
Ik vertrouw bastantesTamelijk
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden para queOpdat
Zodat meMe
Mij den(Zij) geven
Brengt u op!
Brengt u toe!
Geeft u aan!
Geeft u!
Kent u toe!
Verleent u!
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen albergueBedekken
Herbergen
Herbergt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Huisvesten
Ik herberg
y meMe
Mij ocultenOntveinst u!
Verbergt u!
Verheelt u!
Verschuilt u!
Verstopt u!
Zij/ze ontveinzen
Zij/ze verbergen
Zij/ze verhelen
Zij/ze verschuilen
Zij/ze verstoppen.
STAUFFACHER.- ¡Que vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!, y que DiosGod
Godheid loDe
Hem
Het
U acompañeAccompagneert u!
Begeleidt u!
Gaat u mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accompagneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergezelt
Ik accompagneer
Ik begeleid
Ik ga mee
Ik loop mee
Ik vergezel
Loopt u mee!
Vergezelt u!!
AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand traidoresDubbelhartig
Dubbelhartige
Ontrouw
Ontrouwe
Trouweloos
Trouweloze
Verraderlijk
Verraderlijke... TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer odiosaGehaat
Gehate esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la tiranía,
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank encontraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantreffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontmoeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal tegemoet treden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal tegenkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal treffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vinden ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei instrumentoInstrument
Middel
Stuk gereedschap
Werktuig dócilGedwee
Gedweeë
Mak
Makke
Volgzaam
Volgzame. El de
Alzelle tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook nos(Aan) ons
Ons ganaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal behalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal winnen el paísLand, y trabajaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal arbeiden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bewerken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal werken en
levantarloErvan op te heffen.
MELCHTHAL.- ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je nos pondremosWij/we zullen aandoen
Wij/we zullen aantrekken
Wij/we zullen insmeren
Wij/we zullen ons aankleden
Wij/we zullen ons aanstellen
Wij/we zullen opdoen
Wij/we zullen smeren
Wij/we zullen worden en comunicaciónAansluiten
Aansluiting
Bericht
Berichten
Communicatie
Communiceren
Contact
Mare
Mededelen
Mededeling
Meedelen
Overbrengen
Tijding
Uitbrengen
Verbinden
Verbinding
Voortzeggen
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n conDoor
Met
Per
Samen met otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te despertarOpwekken
Wakker maken
Wakker worden
Wekken las sospechasAchterdochten
Argwanen
Jij/je verdenkt
Jij/je vermoedt
Verdenkingen
Vermoedens
del tiranoDwingeland
Geweldenaar
Tiran?
STAUFFACHER.- PodríamosWij/we zouden kunnen
Wij/we zouden mogen reunirnosConcentreren
Opeenhopen
Opeenstapelen
Ophopen
Opstapelen
Stapelen
Verenigen
Verzamelen en Brunnen
o en Treib, en dondeWaarin desembarcanZij/ze gaan van boord los buquesSchepen
de los mercaderesHandelaars
Handelaren
Kooplieden
Kooplui.
GUALTERIO.- TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer alNaar de
Naar het descubiertoOntdekt
Uitgevonden
Uitgevorst noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
hacerloDoen
Laten
Maken... OídHoor!
Verneem!
Versta! miMi
Mijn parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen. A la izquierdaLinks del lagoMeer
Plas
Waterplas,
yendo aGaand naar Brunnen, frente aTegenover
Vergeleken met
Versus frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde de Mythenstein,
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un pradoBeemd
Wei
Weide
Weidegrond
Weiland ocultoClandestien
Clandestiene
Ik ontveins
Ik verberg
Ik verheel
Ik verschuil
Ik verstop
Occult
Occulte
Verborgen
Verdekt
Verdekte
Verkapt
Verkapte
Verscholen
Verstopt
Verstopte en la espesuraDikte, llamadoAangebeld
Aangeroepen
Benoemd
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Opgebeld
Opgeroepen
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde Rütli
por los pastoresDominees
Geestelijken
Herders
Pastoors
Pastores
Pastors
Predikanten
Priesters
Voorgangers
Zielzorgers, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl los árbolesBomen
Masten hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds
arrancadosAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el limiteBegrenst u!
Beknot u!
Beperking
Beperkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrenst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beknot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beperkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt beperkingen op
aan
Ik begrens
Ik beknot
Ik beperk
Ik leg beperkingen op
aan
Legt u beperkingen op
aan! de nuestroOns
Onze
Van ons cantónBlok
Kanton y el
vuestroJullie
Uw
Van jullie (a Melchthal), y en un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip, (a Stauffacher),
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit Schwitz puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt trasportaros una barcaBark
Hulk
Pink
Schuit
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
ligeraGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte. Por sendasPaden solitariasTeruggetrokken, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la nocheAvond
Nacht, podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
juntarnosAaneenvoegen
Bijeenbrengen
Bijeenvoegen
Ineenzetten
Samenbrengen
Samenstellen
Samenvoegen
Verenigen allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds y deliberarBeraadslagen
Overleggen con seguridadBetrouwbaar
Gewichtig
Veilig
Zeker
Zelfbewust
Zelfverzekerd. CadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één llevaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal berekenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bijeenbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in rekening
brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal medebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ophebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vervoeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wegbrengen consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf diez10
Tien hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten, que leHaar
Hem
Het
U seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
adictosVerslaafd
Verslaafde de corazónHart
Klokhuis; y, reunidosGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld, acordaremosWij/we zullen accorderen
Wij/we zullen goedvinden
Wij/we zullen herinneren aan
Wij/we zullen het eens
zijn
Wij/we zullen overeenkomen
Wij/we zullen stemmen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toestemmen
Wij/we zullen verzoenen loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
convenienteBehoorlijk
Behoorlijke
Betamelijk
Betamelijke
Conventioneel
Conventionele
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Keurig
Keurige
Passend
Passende
Raadzaam
Toepasselijk
Toepasselijke
Voegzaam
Voegzame
Welvoeglijk
Welvoeglijke alNaar de
Naar het procomún, y, con ayuda deMet behulp van DiosGod
Godheid, resolveremosWij/we zullen oplossen
loDe
Hem
Het
U mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever.
STAUFFACHER.- SeaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig. DadmeBreng op!
Breng toe!
Geef
Geef aan!
Geef!
Ken toe!
Verleen! ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans vosotrosGijlieden
Je
Jullie
dos2
Do's
Twee
Tweede vuestraJullie
Uw
Van jullie diestraBedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Handig
Handige
Rechtshandige
Vaardig
Vaardige lealBraaf
Brave
Dapper
Dappere
Eerlijk
Eerlijke
Getrouw
Getrouwe
Loyaal
Loyale
Trouw
Trouwe
Trouwhartig
Trouwhartige, y del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
que nuestrasOnze
Van ons manosHanden, estrechándose entre síOnderling, loDe
Hem
Het
U hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit
sinceramenteOprecht y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te falsía, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig nuestrosOnze
Van ons tres3
Drie cantonesBlokken
Kantons,
confiadosGoed van vertrouwen
Toevertrouwd
Vertrouwd
Vertrouwen gehad in apoyándoseLeunend unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n a otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, estaránZe zullen zijn
Zij/ze zullen liggen
Zij/ze zullen zich bevinden
Zij/ze zullen zijn
Zij/ze zullen zitten
unidosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Samengebracht
Verbonden
Verenigd paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vivirLeven
Wonen o paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten.
GUALTERIO Y MELCHTHAL.- ¡A vidaHachje
Leven o
muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden! (Se aprietanZij/ze draaien aan
Zij/ze dringen
Zij/ze drukken
Zij/ze drukken aan
Zij/ze drukken op
Zij/ze knellen
Zij/ze persen
Zij/ze pressen las manosDe handen, y permanecen(Zij) blijven
Zij/ze blijven
Zij/ze blijven over
Zij/ze resten
Zij/ze resteren
Zij/ze toeven
Zij/ze verblijven un
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip calladosGezwegen
Stil
Stille
Verzwegen.)
MELCHTHAL.- ¡PadrePater
Vader ciegoBlind
Blinde
Blindedarm
Ik verblind
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte y ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds túGe
Gij
Je
Jij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
verásJe zult zien
Jij/je zal bekijken
Jij/je zal kijken
Jij/je zal zien conDoor
Met
Per
Samen met tusJe
Jouw ojosKijkers
Ogen el díaDag
Etmaal de la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid, peroDoch
Echter
Maar llegaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanlanden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal arriveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doorbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdrijven a
tusJe
Jouw oídosGehoord
Vernomen
Verstaan!... CuandoAls
Tijdens
Wanneer de cerroGewone hulst
Groene hulst
Heuvel
Hoogte
Hulst
Scherpe hulst
Verheffing
Verhevenheid
Verhoging en cerroGewone hulst
Groene hulst
Heuvel
Hoogte
Hulst
Scherpe hulst
Verheffing
Verhevenheid
Verhoging brillenBlinkt u!
Glanst u!
Schijnt u!
Schittert u!
Zij/ze blinken
Zij/ze glanzen
Zij/ze schijnen
Zij/ze schitteren las hoguerasBrandstapels,
y se derrumbenZij/ze storten in
Zij/ze verzakken
Zij/ze zakken in los alcázares de la tiranía, el
suizoZwitser
Zwitsers
Zwitserse entraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal binnengaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal binnenkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal binnenlopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal binnenrijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ingaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inrijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal naar binnen
gaan en la choza paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! anunciarteAandienen
Aankondigen
Adverteren
Annonceren
Bekend maken la alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke
nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws, y la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting brillaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal glanzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schijnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schitteren en tuJe
Jouw eternaEeuwig
Eeuwige nocheAvond
Nacht. (Vanse(Zij) gaan
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen)
GUILLERMOWillem TELL
ACTOActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet II
ESCENAScène
Tableau
Tafereel
Toneel PRIMERA1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
CastilloBurcht
Kasteel
Slot del BarónBaron de Attinghausen.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |