EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
evidenteAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Evident
Evidente
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Overduidelijk
Overduidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende
que ustedesGij
U
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
van aZij/ze gaan naar poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen
vencerBevangen
Overwinnen
Verslaan
Zegevieren
a la
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
ignoranteOnwetend
Onwetende
que las rodea(Het) omringt
Begrijp!
Ga om!
Ga rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgeeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgeeft met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omringt
Omgeef met!
Omgeef!
Omring!
; en el transcursoLoop van de tijd
Verloop
de
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
suHaar
Hun
Uw
Zijn
vidaHachje
Leven
, poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
, deberánZij/ze zullen behoren te
Zij/ze zullen dienen
Zij/ze zullen horen
Zij/ze zullen in de
 schuld staan
Zij/ze zullen moeten
Zij/ze zullen schuldig zijn
Zij/ze zullen te danken
 hebben
Zij/ze zullen verplicht zijn
 om te
Zij/ze zullen verschuldigd zijn
cederAfstaan
Toegeven
Wijken
terrenoGebied
Terrein
y
perderseVerdolen
Verdwalen
Verloren gaan
en estaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
de cien100
Honderd
mil1000
Duizend
personasMensen
Personages
Personen
; la vidaHachje
Leven

las absorberá(Het) zal opnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal absorberen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal een bedrijf
 overnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in beslag
 nemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opslorpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opslurpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal resorberen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal slurpen
, peroDoch
Echter
Maar
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
por estoDaarom
Hierom
van aZij/ze gaan naar desaparecerVerdwijnen, a
pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
huellaAanstampen
Afdruk
Betreden
Betreed!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betreedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt onder de
 voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stampt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrapt
Loop onder de voet!
Spoor
Stamp aan!
Vertrap!
Vertrappen
Voetafdruk
Voetspoor
; cuandoAls
Tijdens
Wanneer
desaparezcan(Zij) verdwijnen
Verdwijnt u!
Zij/ze verdwijnen
, personasMensen
Personages
Personen

comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
ustedesGij
U
habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben
, quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
seis6
Zes
; luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
doce12
Twaalf
, y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig

sucesivamenteAchtereen
Achtereenvolgens
Na elkaar
Successievelijk
hasta queTot
Totdat
, al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte
, la mayoríaGros
Meerderheid
Merendeel
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals

sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
ustedesGij
U
. Dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
doscientos200
Tweehonderd
o trescientos300
Driehonderd

añosJaren, la vidaHachje
Leven
en la TierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
inimaginablemente
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
, sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
. El hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
necesita(Hij) heeft nodig
Behoef!
Ben toe aan!
Heb nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoef!
una vidaHachje
Leven

asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
, y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se déHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstaat
, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de presentirlaEen voorgevoel hebben van
Gissen
Voorzien
,

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de esperarlaAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op
, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de soñar conDromen over ellaHaar
Ze
Zij
, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de prepararseKlaarmaken
Zich gereedmaken
Zich klaarmaken
Zich opmaken
Zich voorbereiden

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
ellaHaar
Ze
Zij
; por estoDaarom
Hierom
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de verBekijken
Kijken
Zien
y saberKennen
Smaken
Weten
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de loDe
Hem
Het
U

que veíanZij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen
y sabíanZij/ze kenden
Zij/ze smaakten
Zij/ze wisten
suHaar
Hun
Uw
Zijn
abueloGrootvader
Opa
y suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader
. (Se ríeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht.) ¡Y
se quejan deZij/ze beklagen zich over
Zij/ze klagen over
saberKennen
Smaken
Weten
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
!
MASHA (se quitaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Men verwijdert
el sombrero)-Hoed Me quedoIk blijf
Ik blijf achter
Ik blijf over
Ik rest
Ik resteer
Ik toef
Ik verblijf
Ik word
a comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten

IRINA (suspirando)-Hunkerend
Kreunend
Reikhalzend
Smachtend
Verlangend
Zuchtend
Zuchtend naar
La verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid
, todo estoDit alles habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn
que
anotarloAantekenen
Noteren
Opschrijven
Te boek stellen


Andréi noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
, se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven
sin queZonder dat nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
se dieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond

cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen
.

TUSENBACH- Dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
muchosVeel
Vele
Zeer
Zere
añosJaren, dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
ustedGij
U
,
la vidaHachje
Leven
en la TierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
, sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
.
EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
. MásGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
participarDeelnemen
Meedoen
de ellaHaar
Ze
Zij
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al

sea deBehoort u toe!
Behoort u tot!
Behoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Ik behoor
Ik behoor toe
Ik behoor tot
Ik kom uit
Komt u uit!
lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
prepararseKlaarmaken
Zich gereedmaken
Zich klaarmaken
Zich opmaken
Zich voorbereiden
, hace faltaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is nodig trabajarArbeiden
Bewerken
Werken

VERSHININ (se levanta)-Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt wakker
¡CuántasHoelang
Hoeveel
floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem
tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast

ustedesGij
U
! (MirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend
en tornoDraaibank
Draaischijf
Gangspil
Ik breng in de
 oorspronkelijke staat terug
Ik ga terug
Ik geef terug
Ik keer terug
Ik zend terug
Lier
Windas
Windspil
.) La casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una maravillaDoe bewondering opwekken!
Goudsbloem
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bewondering opwekken
Tuingoudsbloem
Wonder
.
¡Las envidioIk ben jaloers op
Ik benijd
Ik misgun
! En cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel
, yoEgo
Ik
me heIk gedraag me
Ik krijg het met
 iemand aan de stok
Ik meet me met
 iemand
pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
la vidaHachje
Leven

en pisosAppartementen
Etages
Flats
Verdiepingen
Vloeren
, conDoor
Met
Per
Samen met
dos2
Do's
Twee
Tweede
sillasRuggen
Stoelen
Zadels
Zalen
Zetels
, un divánDivan
Staatsraad
y estufasBroeikassen
Jij/je zet op een
 lauwe plaats
Kachels
Kassen
Ovens
que
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
dan(Zij) geven
Dan
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen
humoDamp
Rook
. Lo queDat wat
Wat
meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
faltadoAbsent geweest
Afwezig geweest
Gescheeld
Ontbroken
en la vidaHachje
Leven

hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
precisamenteJuist
Net
floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
éstasDeze... (Se frotaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft in
Men wrijft

las manosDe handen.) ¡BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
, dejémosloLaten we achterlaten
Laten we in de
 steek laten
Laten we laten
Laten we laten begaan
Laten we laten schieten
Laten we legateren
Laten we lenen
Laten we loslaten
Laten we nalaten
Laten we opleveren
Laten we overlaten
Laten we toestaan
Laten we toevertrouwen
Laten we verlaten
Laten we vermaken
Laten we verzuimen
Laten we zich verlaten
 van
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
 steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leveren op
Wij/we staan toe
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimen
!
TUSENBACH- Ja
Jawel
Wel
Zich
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
trabajarArbeiden
Bewerken
Werken
. UstedGij
U
pensaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal denken,
probablementeAllicht
Vast
Waarschijnlijk
Wel
Zeker
: esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
alemánDuits
Duitse
Duitse taal
Duitser
se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
enternecidoVertederd.

A. CHÉJOV
PeroDoch
Echter
Maar
soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
rusoRus
Russisch
Russische
, palabra de honorErewoord y ni siquieraZelfs niet habloIk converseer
Ik praat
Ik spreek

el alemánDuits
Duitse
Duitse taal
Duitser
. MiMi
Mijn
padrePater
Vader
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
ortodoxoFijn
Fijne
Orthodox
Orthodoxe
Rechtzinnig
Rechtzinnige
Vrome
Vroom
... (PausaPauze
Rust
.)
VERSHININ (Paseando porWandelend door la escena)-Scène
Tableau
Tafereel
Toneel
A menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds

piensoIk denk: ¿quéWat
Welke
sucederíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afstammen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou erven van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou geschieden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opvolgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou volgen op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voorvallen
Ik zou afkomen
Ik zou afstammen
Ik zou erven van
Ik zou gebeuren
Ik zou geschieden
Ik zou opvolgen
Ik zou overkomen
Ik zou volgen op
Ik zou voorvallen
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht
recomenzarHerbeginnen la
vidaHachje
Leven
de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer
, y, ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts
conscientemente? ¿SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la
vidaHachje
Leven
que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
vividoGeleefd
Gewoond
fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
, como siAlsof dijéramosWij/we gaven op
Wij/we spraken
Wij/we zegden
Wij/we zeiden
, el
borradorKladblok
Kladje
y la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
suHaar
Hun
Uw
Zijn
copiaAfdruk
Afdrukken
Afschrift
Boots na!
Druk af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bootst na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kopieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft over
Kopie
Kopieer!
Kopiëren
Maak na!
Nabootsen
Nabootsing
Namaaksel
Namaken
Overschrijven
Schrijf over!
en limpioHelder
Heldere
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik wrijf op
Ik zuiver
Louter
Loutere
Louteren
Netto-
Opwrijven
Poetsen
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinigen
Schone
Schoon
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
Zuiveren
? Me figuroIk denk me in
Ik stel me voor
Ik verbeeld me

que, entoncesDan
Dus
Toen
, cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen
de nosotrosOns
We
Wij
procuraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou moeite doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou pogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou proberen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou streven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou trachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verschaffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verstrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich beijveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zorgen dat
Ik zou me beijveren
Ik zou moeite doen
Ik zou pogen
Ik zou proberen
Ik zou streven
Ik zou trachten
Ik zou uitreiken
Ik zou verschaffen
Ik zou verstrekken
Ik zou zoeken
Ik zou zorgen dat

anteSuède
Ten overstaan van
Voor
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
repetirseDoornemen
Herhalen
Nazeggen
Nog eens zeggen
, o por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste
, crearseCreëren
Maken
Oprichten
Scheppen
Vormen

otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming
, se procuraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aankopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanschaffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inkopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich voorzien
 van
una casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
éstaDeze
Dit
,
conDoor
Met
Per
Samen met
floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem
, conDoor
Met
Per
Samen met
luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting
a raudales... TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
, dos2
Do's
Twee
Tweede

niñasKinderen
Wichten
, miMi
Mijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
gozaGeniet van!
Geniet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlustigt zich in
Verheug je in!
Verlustig je in!
de buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid
, etcéteraEnz.
Enzovoort
Enzovoorts
Etc.
,
etcéteraEnz.
Enzovoort
Enzovoorts
Etc.
; siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
empezaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan
Ik begon
Ik brak aan
Ik ging in
Ik sneed aan
Ik ving aan
a vivirLeven
Wonen
otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
me casaríaIk zou in het
 huwelijk treden
Ik zou trouwen
...
¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
!

Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
KULIGUIN, conDoor
Met
Per
Samen met
el uniformeEenvormig
Tenue
Uniform
de los profesoresDocenten
Leraars
Leraren
Professoren
Professors

de gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio
.

KULIGUIN (acercándoseDichterbij komend
In aantocht zijnd
Naderend
a Irina)- QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
hermanaZus
Zuster
,
permítemeBelet niet!
Gedoog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belet niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorlooft
Laat toe!
Permitteer!
Sta toe!
Vergun!
Veroorloof!
que teJe
Jou
feliciteFeliciteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze feliciteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst geluk
Ik feliciteer
Ik wens geluk
Wenst u geluk!
con motivo deDoor
Met
Naar aanleiding van
Om
Uit
Vanwege
Voor
Wegens
tuJe
Jouw
santoGeheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Naamdag
Sacraal
Sacrale
y
que teJe
Jou
deseeAmbieert u!
Aspireert u!
Begeert u!
Dingt u naar!
Haakt u naar!
Heeft u trek in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dingt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst
Hunkert u!
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Jaagt u na!
Smacht u naar!
Smacht u!
Snakt u naar!
Streeft u na!
Streeft u naar!
Verkiest u!
Verlangt u!
Wenst u!
sinceramenteOprecht, conDoor
Met
Per
Samen met
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
, saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid
y
cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
desearseAmbiëren
Aspireren
Begeren
Dingen naar
Haken naar
Hunkeren
Najagen
Nastreven
Smachten
Smachten naar
Snakken naar
Streven naar
Trek hebben in
Verkiezen
Verlangen
Wensen
a una muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht
de tusJe
Jouw
añosJaren.
Y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
permítemeBelet niet!
Gedoog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belet niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorlooft
Laat toe!
Permitteer!
Sta toe!
Vergun!
Veroorloof!
que teJe
Jou
ofrezcaBiedt u aan!
Biedt u te koop
 aan!
Biedt u!
Draagt u voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt te koop
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Ik bied
Ik bied aan
Ik bied te koop
 aan
Ik draag voor
Ik loof uit
Ik sla voor
Ik stel voor
Looft u uit!
Slaat u voor!
Stelt u voor!
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
regaloCadeau
Donatie
Gave
Geschenk
Gift
Ik geef cadeau
Ik schenk
Schenking
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind

libritoBoekje. (LeHaar
Hem
Het
U
entregaAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afgifte
Afleveren
Aflevering
Bestel!
Bestellen
Betaal uit!
Bezorg!
Bezorgen
Breng door!
Doorbrengen
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Inleveren
Inlevering
Lever af!
Lever in!
Lever!
Leveren
Levering
Overdracht
Overgeven
Overhandig!
Overhandigen
Overleg!
Overleggen
Reik aan!
Stel ter hand!
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijf!
Verdrijven
Voer toe!
un libroBoek
Ik bevrijd
.) EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal
de nuestroOns
Onze
Van ons

gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
los últimosAchterste
Jongstleden
Laatste
cincuenta50
Vijftig
añosJaren, escritaGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven


LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


por Me
Mij
. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
un pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
libroBoek
Ik bevrijd
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid
escritoGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
matarAfslachten
Doden
Doodmaken
Ombrengen
Slachten
el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
, peroDoch
Echter
Maar
, de todos modosAlleszins
Op alle manieren
Op alle wijzen
, léeloHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees!
.
¡Buenos díasDag
Goede morgen
Goedemorgen
Goeden dag
Goedendag
, señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
! (A Vershinin.) Kuliguin, profesorDocent
Leraar
Professor

del gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio
de la ciudadPlaats
Stad
, funcionarioAmbtenaar
Beambte
Functionaris
Official
de 77
Zeven
°
gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap
. (A Irina.) En esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
libritoBoekje encontrarásJij/je zal aantreffen
Jij/je zal bevinden
Jij/je zal ontmoeten
Jij/je zal tegemoet treden
Jij/je zal tegenkomen
Jij/je zal treffen
Jij/je zal vinden
la listaBand
Bereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Borderel
Cedel
Ceel
Ceintuur
Deelnemerslijst
Gerede
Gereed
Keuzelijst
Klaar
Klare
Lijst
Loonstaat
Menu
Presentielijst
Rap
Rappe
Reep
Rol
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Spijskaart
Staat
Streep
Strook
Tabel
Vlug
Vlugge
Wapenbalk

de todosAller-
Ieders
cuantosAllen
Hoeveel ook
Iedereen
Kwanta
Kwantums
Quanten
Van allen
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
terminadoAfgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd
nuestroOns
Onze
Van ons
gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio

duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
esosDie cincuenta50
Vijftig
añosJaren. Feci, quod potui, faciant
meliora potentesMachtig
Machtige
.33
Drie
(BesaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoent
Kus!
Zoen!
a Masha.)

IRINA- ¡PeroDoch
Echter
Maar
por PascuaKerstster
Pasen
Poinsettia
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
meMe
Mij
regalasteJij/je gaf cadeau
Jij/je schonk
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve

libritoBoekje!
KULIGUIN (se ríe)-Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
! En este casoIn dit geval,
devuélvemeloBezorg terug!
Breng terug!
Geef terug!
Geef weer!
Hergeef!
Heruitzend!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hergeeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heruitzendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reproduceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze retourneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergeldt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst terug
Reproduceer!
Retourneer!
Stuur terug!
Vergeld!
Wijs terug!
, o mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
: dáseloBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
alNaar de
Naar het
coronelCoronel
Kolonel
. TómeloAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u!
,
coronelCoronel
Kolonel
; algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt
loDe
Hem
Het
U
leeráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lezen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
matarAfslachten
Doden
Doodmaken
Ombrengen
Slachten
el aburrimientoVerveling.
VERSHININ- MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
agradecidoBedankt
Bedankt voor
Dank betuigd
Dankbaar
Dankbaar geweest
Dankbaar geweest voor
Dankbare
Gedankt
Te danken gehad
. (Se dispone aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich gereed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich klaar
marcharseWeggaan.)
EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
contentoBevrediging
Genoegdoening
Tevreden
Tevredenheid
Vergenoegd
Vergenoegde
Voldaan
Voldane
de haberlosZe te hebben conocidoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennis
Kennisgemaakt
Relatie
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde
...
OLGA- ¿Se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat
ustedGij
U
? ¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
!
IRINA- UstedGij
U
se quedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
a desayunarOntbijten conDoor
Met
Per
Samen met
nosotrosOns
We
Wij
.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
nos(Aan) ons
Ons
digaGeeft u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Ik geef op
Ik spreek
Ik zeg
Spreekt u!
Zeg
Zegt u!
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
.
OLGA- ¡Se loDe
Hem
Het
U
ruegoBede
Ik roep in
Ik smeek
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Smeekbede
!
VERSHININ (inclinándose)-Buigend
Een buiging makend
Nijgend
MeMe
Mij
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
acertadoAfdoend
Afdoende
Doeltreffend
Doeltreffende
Doorgekomen
Effectief
Effectieve
Gegist
Gehaald
Geraakt
Geraden
Geslaagd
Getroffen
Klaargespeeld
Treffend
Treffende
Verstandig
Verstandige
Weldoordacht
Weldoordachte
Weloverwogen
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame

a venirKomen
Meekomen
el díaDag
Etmaal
que celebranZij/ze celebreren
Zij/ze dragen op
Zij/ze vieren
ustedesGij
U
una fiestaFeest
Festiviteit
Fuif
Partij

onomástica. PerdonenBegenadigt u!
Pardon
Vergeeft u!
Zij/ze begenadigen
Zij/ze vergeven
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
sabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist
Ik/hij wist
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
las heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
felicitadoGefeliciteerd
Gelukgewenst

(Se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat
conDoor
Met
Per
Samen met
Olga a la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
.)

33
Drie
“HiceIk bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit
lo queDat wat
Wat
pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht
: haganBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet u!
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
los queWie
Zij die
puedan(Zij) kunnen
Kan u!
Mag u!
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen


A. CHÉJOV
KULIGUIN- HoyHeden
Vandaag
, señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
domingoZondag, díaDag
Etmaal
de
descansoIk laat rusten
Ik lig begraven
Ik ontspan
Ik pauzeer
Ik rust
Ik rust uit
Ik slaap
Pauze
Rust
Uitrusten
, descansemosLaten we begraven liggen
Laten we laten rusten
Laten we ontspannen
Laten we pauzeren
Laten we rusten
Laten we slapen
Laten we uitrusten
Wij/we laten rusten
Wij/we liggen begraven
Wij/we ontspannen
Wij/we pauzeren
Wij/we rusten
Wij/we rusten uit
Wij/we slapen
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
; divirtámonosLaten we naar buiten
 gaan
Laten we zich amuseren
Laten we zich buiten
 vermaken
Laten we zich vermaken
Laten we zich vermeien
, cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes

uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
suHaar
Hun
Uw
Zijn
edadLeeftijd
Ouderdom
y estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
. HabráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben
que retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
las
alfombrasKarpetten
Kleden
Tapijten
Vloerkleden
y guardarlasBewaar ze hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el próximoAankomend
Aankomende
Aanstaand
Aanstaande
Eerstvolgend
Eerstvolgende
In spé
Komend
Komende
Toekomend
Toekomende
Toekomstig
Toekomstige
Volgend
Volgende
inviernoWinter...
ConDoor
Met
Per
Samen met
polvosPoeders
Stoffen
Toiletpoeder
insecticidasInsectenpoeders o naftalinaNaftaleen... Los romanosRomeinen
Romeins
Romeinse
Van het romeinse rijk

gozabanZij/ze genoten
Zij/ze genoten van
Zij/ze verheugden zich in
Zij/ze verlustigden zich in
de buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
sabíanZij/ze kenden
Zij/ze smaakten
Zij/ze wisten
trabajarArbeiden
Bewerken
Werken
y
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
sabíanZij/ze kenden
Zij/ze smaakten
Zij/ze wisten
descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten
; tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast
mens sanaFit
Fitte
Genees!
Gezond
Gezonde
Heel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geneest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt beter
Valide
Word beter!
in corpore
sanoFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Ik genees
Ik heel
Ik word beter
Valide
. SuHaar
Hun
Uw
Zijn
vidaHachje
Leven
transcurríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek
Ik ging over
Ik kwam om
Ik verging
Ik verliep
Ik verstreek
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen
determinadasBepaald
Bepalend
Bepalende
Beslist
Besliste
Gedetermineerd
Nauwkeurig bepaald
Overtuigd
Overtuigde
Vastberaden
.
NuestroOns
Onze
Van ons
directorBestuurder
Directeur
Leider
Manager
Regisseur
dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
: en todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
vidaHachje
Leven
, loDe
Hem
Het
U
importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats

suHaar
Hun
Uw
Zijn
formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze
... Lo queDat wat
Wat
pierde(Het) verliest
Geef op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelt
Loop mis!
Mis!
Raak kwijt!
Verbeur!
Verkwist!
Verlies!
Verspeel!
suHaar
Hun
Uw
Zijn
formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze
, deja deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt met
Stop met!
existirBestaan;
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
 hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats!
conDoor
Met
Per
Samen met
nuestraOns
Onze
Van ons
vidaHachje
Leven
de todos los díasAlledaags
Daags
Dagelijks
.
(CogeBemachtig!
Ga halen!
Grijp aan!
Grijp vast!
Grijp!
Haal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemachtigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Neem beet!
Neem!
Pak
Pak beet!
Pak!
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Tokkel!
Vat aan!
Vat!
a Masha por el talleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt weg
Ik slijp
Ik snijd uit
Ik steek weg
Leest
Middel
Slijpt u!
Snijdt u uit!
Steekt u weg!
Taille
, riéndoseLachend.) Masha meMe
Mij
quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil!
.
MiMi
Mijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
meMe
Mij
quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil!
. Los cortinones de las ventanasRamen
Vensters

tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
de guardarseBewaren, conDoor
Met
Per
Samen met
las alfombrasKarpetten
Kleden
Tapijten
Vloerkleden
... HoyHeden
Vandaag

me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke
, conDoor
Met
Per
Samen met
un excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
estado de ánimoGemoedstoestand
Moreel
Stemming
.
Masha, a las cuatro4
Vier
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
de ir aGaan naar casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
del directorBestuurder
Directeur
Leider
Manager
Regisseur
.
Se organizaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ordent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze organiseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Orden!
Organiseer!
Regel!
Schrijf uit!
un paseoAvenue
Boulevard
Ik ben aan de
 wandel
Ik loop
Ik tippel
Ik wandel
Lopen
Ommetje
Promenade
Tippelen
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelen
Wandeling
Wandelplaats
Wandelweg
de profesoresDocenten
Leraars
Leraren
Professoren
Professors
conDoor
Met
Per
Samen met
susHaar
Hun
Uw
Zijn
familiasFamilies
Gezinnen
Huisgezinnen
Huizen
.
MASHA- YoEgo
Ik
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
voyIk begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
.
KULIGUIN (disgustado)-Bedroefd
Geërgerd
Ontevreden
QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
Masha, ¿por quéWaarom?
MASHA- De estoDeze
Dit
hablaremosWij/we zullen converseren
Wij/we zullen praten
Wij/we zullen spreken
luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
... (EnojadaBedroefd
Boos
Boze
Geërgerd
Giftig
Giftige
Kwaad
Kwade
Nijdig
Nijdige
Toornig
Toornige
Verstoord
Verstoorde
Vertoornd
Vertoornde
.)
EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
iréIk zal gaan
Ik zal karren
Ik zal lopen
Ik zal me begeven
Ik zal rijden
Ik zal van stapel
 lopen
Ik zal varen
Ik zal verlopen
, peroDoch
Echter
Maar
déjameHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!
tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille
, teJe
Jou
loDe
Hem
Het
U
suplicoIk smeek
Ik smeek af
...

(Se apartaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit de
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt zich terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men haalt weg
Men zet apart
.)

KULIGUIN- LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
pasaremosWij zullen passeren
Wij/we zullen aangeven
Wij/we zullen aanreiken
Wij/we zullen doorbrengen
Wij/we zullen doorlaten
Wij/we zullen gebeuren
Wij/we zullen inhalen
Wij/we zullen langsgaan
Wij/we zullen langskomen
Wij/we zullen omkomen
Wij/we zullen overgaan
Wij/we zullen overkomen
Wij/we zullen oversteken
Wij/we zullen passeren
Wij/we zullen verdrijven
Wij/we zullen vergaan
Wij/we zullen verlopen
Wij/we zullen verstrijken
Wij/we zullen voorbijgaan
la veladaGesluierd
Gewaakt
Omsluierd
en casaIn huis
Thuis

del directorBestuurder
Directeur
Leider
Manager
Regisseur
. A pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots
suHaar
Hun
Uw
Zijn
pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid
, eseDat
Die
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent

procuraBeijver je!
Doe moeite!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beijvert zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet moeite
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgt dat
Pogen
Poog!
Probeer!
Proberen
Procuratie
Reik uit!
Streef!
Streven
Tracht
Tracht!
Trachten
Uitreiken
Verschaf!
Verschaffen
Verstrek!
Verstrekken
Zoek!
Zoeken
Zorg dat!
anteSuède
Ten overstaan van
Voor
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
en loDe
Hem
Het
U
socialMaatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale
. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


personalidadPersonaliteit
Persoonlijkheid
excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
, luminosaHel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klare
Licht
Lichte
Lichtgevend
Lichtgevende
. AyerGister
Gisteren
, después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over

la reuniónAansluiting
Bijeenkomst
Concentreren
Conferentie
Opeenhopen
Opeenstapelen
Ophopen
Opstapelen
Reunion
Réunion
Stapelen
Verenigen
Vergadering
Verzamelen
de claustroKloostergang
Kruisgang
, meMe
Mij
dijo: “(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
¡EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld
,
Fiódor Ilich! ¡EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld
!' ( MiraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!
el relojDe klok de paredMuur
Wand
;
luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
el suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u
.) VuestroJullie
Uw
Van jullie
relojHorloge
Klok
Uurwerk
Wekker
adelantaAccelereer!
Bespoedig!
Betaal vooruit!
Ga voor!
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Leen uit!
Leen!
Loop voor!
Passeer!
Rijd voorbij!
Schiet voor!
Schuif uit!
Steek uit!
Vaar voorbij!
Verbeter!
Veredel!
Verhaast!
Vermeerder!
Versnel!
Vervroeg!
Zet terug!
Zet vooruit!
siete7
Zeven
minutosMinuten.
¡Ja
Jawel
Wel
Zich
, dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
, estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld
!

Se oyeHallo

Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoor!
Verneem!
Versta!
Zeg
tocarAankomen
Aanraken
Aanroeren
Aanzitten
Beroeren
Gaan
Kleppen
Klinken
Overgaan
Raken
Slaan
Spelen
Toucheren
Uitvoeren
Voorspelen
el violínViolist
Violiste
Viool
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
bastidoresBorduurramen
Coulissen
Coulisses
Frames
Wagenstellen
.

OLGA- ¡SeñoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
, haganBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet u!
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit
la mercedGenade
Merced
, tenganHeeft u!
Houdt u bij!
Houdt u erop na!
Houdt u vast!
Houdt u!
Ze hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
la bondadGoedheid
de venirKomen
Meekomen
a desayunarOntbijten! ¡VeránZij/ze zullen bekijken
Zij/ze zullen kijken
Zij/ze zullen zien
quéWat
Welke
pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt
!
KULIGUIN- ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge
, miMi
Mijn
queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
Olga, miMi
Mijn
Olga! AyerGister
Gisteren

estuveIk bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
trabajandoArbeidend
Bewerkend
Werkend
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
la mañanaMorgen
Ochtend
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
las once11
Elf
de
la nocheAvond
Nacht
; estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld
, peroDoch
Echter
Maar
hoyHeden
Vandaag
me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke
.
(Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
en la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
y se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert
a la mesaLa mesa.) MiMi
Mijn
queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
Olga...
CHEBUTIKIN (se meteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt ergens in
Men plaatst
el periódicoDagblad
Krant
Periodiek
Periodieke
en el bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak
, se peinaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kamt haren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kamt zich

la barba)- ¿Un pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt
? ¡MagníficoBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende
!
MASHA (a Chebutikin, severamente)- PeroDoch
Echter
Maar
, cuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid
:
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
de beberDrinken
Gebruiken
hoyHeden
Vandaag
. ¿MeMe
Mij
oyeHallo

Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoor!
Verneem!
Versta!
Zeg
? A ustedGij
U
leHaar
Hem
Het
U
perjudicaBenadeel!
Deer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benadeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schaadt
Schaad!
.
CHEBUTIKIN- ¡QuéWat
Welke
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
! YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
. HaceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt

dos2
Do's
Twee
Tweede
añosJaren que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
habidoGehad
Geweest
melopea. (ImpacienteDoet u het geduld
 verliezen van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet het geduld
 verliezen van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt ongeduldig
Ik doe het geduld
 verliezen van
Ik maak ongeduldig
Maakt u ongeduldig!
.)
¡PeroDoch
Echter
Maar
, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
, quéWat
Welke
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
!
MASHA- De todos modosAlleszins
Op alle manieren
Op alle wijzen
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se atreva aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze durft beberDrinken
Gebruiken
.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se atrevaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze durft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt brutaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt onbeschaamd
. (IrritadaAangevuurd
Geprikkeld
Geïrriteerd
Opgewekt
Teniet gedaan
Verbitterd
Vernietigd
Vertoornd
, peroDoch
Echter
Maar
conteniéndoseGevat wordend
Tegengehouden wordend
Vervat zijnd
Zich bedwingend
Zich beheersend
Zich inhoudend
de modo queZodat suHaar
Hun
Uw
Zijn


A. CHÉJOV
maridoEchtgenoot
Gemaal
Man
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
la oigaHallo
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoort u!
Ik hoor
Ik verneem
Ik versta
Luistert u eens
Verneemt u!
Verstaat u!
.) ¡Otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
tener queBehoren
Dienen
Horen
Moeten
aguantarDulden
Tegenhouden
Uithouden
Verdragen
Weerstaan
una
soporíferaSlaapverwekkend
Slaapverwekkende

veladaGesluierd
Gewaakt
Omsluierd
en casaIn huis
Thuis
del directorBestuurder
Directeur
Leider
Manager
Regisseur
! ¡El diabloBoze
Drommel
Duivel
se loDe
Hem
Het
U
lleveBerekent u!
Breng
Brengt u bijeen!
Brengt u in rekening!
Brengt u mede!
Brengt u mee!
Brengt u weg!
Brengt u!
Draagt u!
Heeft u aan!
Heeft u op!
Heeft u voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Ik bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer
Neemt u mee!
Vervoert u!
!
TUSENBACH- En suHaar
Hun
Uw
Zijn
lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel
yoEgo
Ik
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
iríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou karren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou rijden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou van stapel
 lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich begeven
Ik zou gaan
Ik zou karren
Ik zou lopen
Ik zou me begeven
Ik zou rijden
Ik zou van stapel
 lopen
Ik zou varen
Ik zou verlopen
... MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
sencilloEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele
.
CHEBUTIKIN- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
, almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
míaVan mij.
MASHA- YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
... EstaDeze
Dit
vidaHachje
Leven
malditaVervloekt
Vervloekte
, insoportableNiet te harden
Ondraaglijk
Ondraaglijke
Onuitstaanbaar
Onuitstaanbare
Onverdraaglijk

... (EntrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
en la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
.)
CHEBUTIKIN (la sigue)-Bewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!
¡BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
!
SOLIÓNI (entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
en la sala)-Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
PitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
, pitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
, pitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
...
TUSENBACH- AcabaBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit!
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
, VasiliVa=
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Vasílich. BastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta!
.
SOLIÓNI- PitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
, pitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
, pitaAgave
Honderdjarige aloë
Pita
...
KULIGUIN (alegremente)-Op vrolijke wijze
Vrolijk
¡A su saludOp uw gezondheid
Proost
Prosit
Santé
, coronelCoronel
Kolonel
! SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats

pedagogoOpvoedkundige
Pedagoog
y, aquíAlhier
Hier
, familiarBloedverwant
Eenvoudig
Eenvoudige
Familiaar
Familiare
Familie-
Familielid
Gemeen
Gemeenzaam
Gemeenzame
Gemene
Gemoedelijk
Gemoedelijke
Huiselijk
Huiselijke
Vertrouwd
Vertrouwde
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke
Verwant
Zonder plichtplegingen
de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
, soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
el maridoEchtgenoot
Gemaal
Man

de Masha... Masha esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
...
VERSHININ- BrindaréIk zal aanbieden conDoor
Met
Per
Samen met
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
vodkaWodka oscuroDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere
...
(BebeDrink!
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
.) ¡A su saludOp uw gezondheid
Proost
Prosit
Santé
! (A Olga.) ¡Me encuentroIk ben gesteld
Ik bevind me
Ik maak het
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart

en suHaar
Hun
Uw
Zijn
casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
!...

En el salónHuiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal
quedanZij worden
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
únicamenteAlleen
Uitsluitend
Irina y Tusenbach.

IRINA- Masha hoyHeden
Vandaag
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
de buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
humorGemoedsgesteldheid
Humeur
Humor
. Se casóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad in het
 huwelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwde

a los dieciocho18
Achttien
añosJaren, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
Fiódor leHaar
Hem
Het
U
parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
 als
Ik had het uiterlijk
 van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
 als
el
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige
de los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten
. AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
la cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats


LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


distintaAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere
. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
de los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten
, peroDoch
Echter
Maar
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus

inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige
.
OLGA (impaciente)-Doet u het geduld
 verliezen van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet het geduld
 verliezen van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt ongeduldig
Ik doe het geduld
 verliezen van
Ik maak ongeduldig
Maakt u ongeduldig!
Andréi, ¡venteKom mee!
Kom!
Zij/ze bekijken
Zij/ze kijken
Zij/ze zien
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
, hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
!
ANDRÉI (detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
la escena)-Scène
Tableau
Tafereel
Toneel
Ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog
. (Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
y
se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert
a la mesaLa mesa.)

TUSENBACH- ¿En quéWat
Welke
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
ustedGij
U
pensandoDenkend?
IRINA- En nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
. SuHaar
Hun
Uw
Zijn
Solióni noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
meMe
Mij
gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin!
. MeMe
Mij
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!

miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que tonteríasDomheden
Gekheden
...
TUSENBACH- EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
. MeMe
Mij
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet

y meMe
Mij
disgustaBedroef!
Erger!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergert
, peroDoch
Echter
Maar
sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk
meMe
Mij
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet
. MeMe
Mij
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!

un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
tímidoBedeesd
Bedeesde
Beschroomd
Beschroomde
Bevangen
Schroomvallig
Schroomvallige
Schuchter
Schuchtere
Schuw
Schuwe
Timide
Verlegen
Vreesachtig
Vreesachtige
... CuandoAls
Tijdens
Wanneer
estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten
los dosAlle twee de
Allebei
Beide

solosAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Solo's
Verlaten
, sueleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt
Pleegt
mostrarseZich laten zien
Zich vertonen
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige
y afableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke
, peroDoch
Echter
Maar

en sociedadGemeenschap
Genootschap
Gezelschap
Krans
Kring
Maatschappij
Samenleving
Sociëteit
Vereniging
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
groseroBrutaal
Brutale
Grof
Grove
Honds
Hondse
Lomp
Lompe
Lomperik
Onbeleefd
Onbeleefde
Onheus
Onheuse
Vlegelachtig
Vlegelachtige
y perdonavidas. QuédeseBlijft u achter!
Blijft u over!
Blijft u!
Rest u!
Resteert u!
Toeft u!
Verblijft u!
Wordt u!

hasta queTot
Totdat
se sientenZij/ze gaan zitten
Zij/ze nemen plaats
Zij/ze voelen zich
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten zich
a la mesaLa mesa. Permítame(Het) staat toe
Belet u niet!
Gedoogt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belet niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorlooft
Ik belet niet
Ik gedoog
Ik laat toe
Ik permitteer
Ik sta toe
Ik vergun
Ik veroorloof
Laat u toe!
Permitteert u!
Staat u toe!
Vergunt u!
Veroorlooft u!
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
un
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
. ¿En quéWat
Welke
piensaDenk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
ustedGij
U
? (PausaPauze
Rust
.) UstedGij
U

tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
veinte20
Twintig
añosJaren, yoEgo
Ik
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
cumplidoCompliment
Gadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Plichtpleging
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen
todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
los
treinta30
Dertig
. CuántosHoelang
Hoeveel
añosJaren nos(Aan) ons
Ons
quedanZij worden
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds
por delanteDaarvoor
Eerder
Ervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Voren
Vroeger
Weleer
,
quéWat
Welke
largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
, largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
serieReeks
Ris
Rist
Serie
Set
de díasDagen
Etmalen
, repletosOvervol
Overvolle
de miMi
Mijn
amorAffectie
Liefde
Min

por ustedGij
U
...
IRINA- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
meMe
Mij
hable deBehandelt u!
Bepraat u!
Bespreekt u!
Discuteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Ik behandel
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik discuteer
Ik wissel van gedachten
Wisselt u van gedachten!
amorAffectie
Liefde
Min
Nikolái Lvóvich.
TUSENBACH (sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
escucharla)-Aanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren
ExperimentoBeleven
Doormaken
Ervaren
Experiment
Experimenteren
Ik beleef
Ik ervaar
Ik experimenteer
Ik maak door
Ik ondervind
Ondervinden
Proef
Proefneming
una
apasionadaBedroefd
Gefolterd
Gepassioneerd
Gepassioneerde
Opgewonden
sed deBehoor toe!
Behoor tot!
Behoor!
Kom uit!
vidaHachje
Leven
, de luchaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze worstelt
Kamp!
Strijd!
Worstel!
, de trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken
, estaDeze
Dit

sedBen!
Dorst
Gebeur!
Heb plaats!
Vind plaats!
se meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
fundidoGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
en el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
conDoor
Met
Per
Samen met
el amorAffectie
Liefde
Min
que
sientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer
por ustedGij
U
, Irina. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
adredeExpres
Met opzet
, ustedGij
U


A. CHÉJOV
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
, ¡y la vidaHachje
Leven
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
meMe
Mij
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
!
¿En quéWat
Welke
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
pensandoDenkend?
IRINA- UstedGij
U
dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
: la vidaHachje
Leven
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
. Ja
Jawel
Wel
Zich
, peroDoch
Echter
Maar
¿y
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
loDe
Hem
Het
U
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
? ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
nosotrasOns
We
Wij
, tres3
Drie
hermanasZussen
Zusters
, la
vidaHachje
Leven
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
, nos(Aan) ons
Ons
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
sofocadoGesmoord
Neergeslagen
Onderdrukt
Verkropt
Verstikt
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals

hierbaGras
Kruid
mala…Beroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten
MeMe
Mij
correnZij/ze hollen
Zij/ze lopen hard
Zij/ze racen
Zij/ze rennen
Zij/ze snellen
Zij/ze sprinten
las lágrimasTranen. EsoDat
Die
Zulks
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
... (Se secaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt zich af
Men droogt
rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug
la caraDe kant
De zijde
, se sonríeGlimlach!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glimlacht
.) HaceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt

falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming
trabajarArbeiden
Bewerken
Werken
, trabajarArbeiden
Bewerken
Werken
. Nos sentimosWij/we voelden ons
Wij/we voelen ons
tristesAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige
y vemosWij zien
Wij/we bekijken
Wij/we kijken
Wij/we zien

la vidaHachje
Leven
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
risueña porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
conocemosWij/we kennen
Wij/we leren kennen
Wij/we maken kennis
Wij/we weten
Wij/we zijn bekend met
el
trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken
. HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
nacido deOntstaan uit personasMensen
Personages
Personen
que despreciabanZij/ze hadden een hekel
 aan
Zij/ze minachtten
Zij/ze verachtten
Zij/ze versmaadden

el trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken
...

Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
NATALIA IVANOVNA; lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
un vestidoAangekleed
Geklede
Gekleed
Gestaan
Gewaad
Jurk
Kleding
Kleed
Omkleed

colorKleur de rosaBottelroos
Damascener roos
Roos
Rosa
Roze
y un cinturónCeintuur
Gordel
Riem
Zone
verdeGroen
Groene
.

NATASHA- YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
se sientanMen proeft
Zij/ze gaan zitten
Zij/ze nemen plaats
Zij/ze voelen zich
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten zich
a la mesa…He llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven

tardeAvond
Blijft u achter!
Blijft u lang weg!
Blijft u na!
Doet u lang over
 iets!
Draalt u!
Duurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Ik blijf achter
Ik blijf lang weg
Ik blijf na
Ik doe lang over
 iets
Ik draal
Ik duur
Ik talm
Ik treuzel
Laat
Middag
Namiddag
Talmt u!
Te laat
Treuzelt u!
. (Se miraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spiegelt zich
de pasoTussen haakjes
À propos
, en el espejoSpiegel, se arreglaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in orde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich klaar
Men arrangeert
.) MeMe
Mij
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!

que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
voyIk begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
peinadaAanrichten
Arrangeren
Gekamd
Herstellen
Inrichten
Maken
Opknappen
Opruimen
Ordenen
Regelen
Repareren
Ruimen
Schikken
Terechtbrengen
Uitgekamd
Verhelpen
Verstellen
... (AlNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
a Irina.) QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief

Irina Serguéievna, ¡la felicitoIk feliciteer
Ik wens geluk
! (La besaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoent
Kus!
Zoen!
con fuerzaHard, largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig

ratoPoos
Poosje
Tijdje
.) Tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
muchosVeel
Vele
Zeer
Zere
invitadosGenodigden
Genood
Gevraagd
Geïnviteerd
Uitgenodigd
, me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
avergonzadaBeschaamd
Beschaamd gemaakt
Beschaamde
Beschamend
Beschamende
,
la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid
... ¡Buenos díasDag
Goede morgen
Goedemorgen
Goeden dag
Goedendag
, barónBaron!
OLGA (entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
en el salón)-Huiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal
AquíAlhier
Hier
tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast
a Natalia
Ivánovna. ¡Buenos díasDag
Goede morgen
Goedemorgen
Goeden dag
Goedendag
, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
! (Se besanZij/ze kussen elkaar
Zij/ze zoenen elkaar
.)
NATASHA- FelicidadesGefeliciteerd
Gelukken
. TienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
ustedesGij
U
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
invitadosGenodigden
Genood
Gevraagd
Geïnviteerd
Uitgenodigd

que me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
intimidadaBang gemaakt
Geïntimideerd
Schrik aangejaagd aan
...

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


OLGA- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
digaGeeft u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Ik geef op
Ik spreek
Ik zeg
Spreekt u!
Zeg
Zegt u!
, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
genteLieden
Lui
Mensen
Volk
conocidaAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennisgemaakt
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde
. (A mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!

vozInspraak
Stem
Stemgeluid
, asustadaGelaten schrikken
Geschrokken
Opgeschrikt
Schrik aangejaagd
Verontrust
Verschrikt
.) ¡Lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
un cinturónCeintuur
Gordel
Riem
Zone
verdeGroen
Groene
! ¡QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
,
esoDat
Die
Zulks
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
!
NATASHA- ¿Es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
augurioVoorbode
Voorteken
?
OLGA- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
, sencillamenteEenvoudig
Ongekunsteld
Simpel
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sientaBoek!
Doe zitten!
Gevoelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voorop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gewaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik gevoel
Ik merk
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Merkt u!
Stel op!
Stel voorop!
Teken aan!
Voelt u aan!
Voelt u!
Wordt u gewaar!
Zet neer!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
... esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
un
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
...
NATASHA (conDoor
Met
Per
Samen met
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
compungida)- ¿Ja
Jawel
Wel
Zich
? PeroDoch
Echter
Maar
mireBekijkt u!
Blikt u aan!
Blikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Ik bekijk
Ik blik
Ik blik aan
Ik kijk
Ik kijk aan
Ik kijk naar
Ik kijk toe
Ik schouw
Ik werp een blik
Ik werp een blik
 op
Ik zie toe
Kijkt u aan!
Kijkt u eens
Kijkt u naar!
Kijkt u toe!
Kijkt u!
Schouwt u!
Werpt u een blik
 op!
Werpt u een blik!
Ziet u toe!
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
verdeGroen
Groene
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
rnás bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
de colorKleur mateBrengt u om!
Doodt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doodt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht af
Ik breng om
Ik dood
Ik maak dood
Ik slacht
Ik slacht af
Maakt u dood!
Mat
Mate
Maté
Schaakmat
Slacht u af!
Slacht u!
. (Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
en la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
,
siguiendoAanblijvend
Bewandelend
Bijhoudend
Doorgaand
Opvolgend
Volgend
Voortvloeiend
Voortzettend
a Olga)

En la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
, se sientanMen proeft
Zij/ze gaan zitten
Zij/ze nemen plaats
Zij/ze voelen zich
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten zich
a la mesaLa mesa: en el salónHuiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
 toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt

niEn niet
Evenmin
Noch
un almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
.

KULIGUIN- TeJe
Jou
deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht
, Irina, un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
novioBeminde
Bruidegom
Galant
Geliefde
Jonggehuwde
Lief
Liefste
Verloofde
Vriend
. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats

horaTijd
Uur
de que te casesJij/je treedt in het
 huwelijk
Jij/je trouwt
.
CHEBUTIKIN- Natalia Ivánovna, tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
yoEgo
Ik
a
ustedGij
U
leHaar
Hem
Het
U
deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht
un novioBeminde
Bruidegom
Galant
Geliefde
Jonggehuwde
Lief
Liefste
Verloofde
Vriend
.
KULIGUIN- Natalia Ivánovna yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
loDe
Hem
Het
U
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
.
MASHA (golpeaBonk!
Bons!
Hengst!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bonkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bonst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hengst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt op
Houw!
Klap!
Klop!
Mep!
Sla!
Val op!
el platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
conDoor
Met
Per
Samen met
el tenedor)-Dol
Vork
¡BeboIk drink
Ik gebruik
una copitaGlaasje
de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn
! TotalAlgeheel
Algehele
Alles bij elkaar
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gezamenlijk bedrag
Heel
Hele
In het geheel genomen
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
, ¿quéWat
Welke
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
? ¡TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
,
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
importaBedraag!
Beloop!
Ben erg!
Ben van belang!
Doe ter zake!
Het is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ter zake
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze importeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is erg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert in
Importeer!
Maak uit!
Voer in!
!
KULIGUIN- TeJe
Jou
merecesJij/je bent waard
Jij/je bent waardig
Jij/je komt toe
Jij/je verdient
un aprobadoBeaamd
Gebillijkt
Gehaalde examen
Geslaagd
Geslaagde
Goedgekeurd
Toegestemd
justoAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Op juiste wijze
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige
de
conductaGedrag
Houding
Wandel
.
VERSHININ- El vodkaWodka esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
. ¿QuéWat
Welke
infusiónAftrekken
Infusie
Infuus
Kruidenthee
Zetten

lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
?

A. CHÉJOV
SOLIÓNI- De cucarachasKakkerlakken.

IRINA (conDoor
Met
Per
Samen met
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
compungida)- ¡UfFoei! ¡UfFoei! ¡QuéWat
Welke
ascoAfkeer
Misselijkheid
Walg
Walging
Weeheid
Weerzin
!...
OLGA- ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cenar'S avonds eten
Dineren
Eten
Het avondmaal gebruiken
Souperen
habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben
pavoKalkoen asadoGebraad
Gebraden
Gebraden vlees
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde
y un pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt
de
manzanaAppel
Huizenblok
. A DiosGod
Godheid
graciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen
, hoyHeden
Vandaag
estaréIk zal liggen
Ik zal me bevinden
Ik zal zijn
Ik zal zitten
en casaIn huis
Thuis
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el
díaDag
Etmaal
. VenganKomt u mee!
Komt u!
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee
Zij/ze nemen wraak
Zij/ze wreken
por la tardeDe middag.
VERSHININ- ¿A miMi
Mijn
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
meMe
Mij
permiteBelet niet!
Gedoog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belet niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorlooft
Laat toe!
Permitteer!
Sta toe!
Vergun!
Veroorloof!
venirKomen
Meekomen
por
la tardeDe middag?
IRINA- Con mucho gustoDolgraag
Volgaarne
Zielsgraag
.
NATASHA- AquíAlhier
Hier
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
gastanZij/ze besteden
Zij/ze geven geld uit
 aan
Zij/ze geven uit
Zij/ze spenderen
Zij/ze verslijten
Zij/ze verteren
cumplidosComplimenten
Gadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Plichtplegingen
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen
.
CHEBUTIKIN- Nada másNiet meer que paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el amorAffectie
Liefde
Min
nos(Aan) ons
Ons
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is

creadoGecreëerd
Gemaakt
Geschapen
Opgericht
la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen
. (Se ríeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht.)
ANDRÉI (Irritado)-Aangevuurd
Geprikkeld
Geïrriteerd
Opgewekt
Teniet gedaan
Verbitterd
Vernietigd
Vertoornd
¡BastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta!
, señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
! ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
lesHen
Hun
U
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast

hartosGeërgerd
Tegengestaan
Vermoeid
Verveeld
Zat
Zatte
todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
?

FEDÓTIK y RODE entranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in
conDoor
Met
Per
Samen met
un granGroot
Grote
cestoBen
Korf
Mand
Slof
de
floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem
.

FEDÓTIK- VayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
a la mesaLa mesa.
RODE (en voz altaHardop
Luid
peroDoch
Echter
Maar
confusa)-Bedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beschaamd
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Overtuigd
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld
¿EstánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
a la mesaLa mesa? Ja
Jawel
Wel
Zich
,
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
a la mesaLa mesa...
FEDÓTIK- EsperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit!
un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even
. (SacaAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaal!
Behalen
Breng naar buiten!
Doe af!
Doe uit!
Haal eruit!
Haal te voorschijn!
Haal uit
Haal uit!
Haal van!
Haal!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoos!
Hozen
Krijg uit!
Leg af!
Ontleen!
Ontlenen
Put!
Putten
Schep!
Scheppen
Trek uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet af!
una fotografíaFoto
Fotografeer!
Fotografie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fotografeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiekt
Kiek
Kiek!
Kiekje
Opname
.)
¡Una! EsperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
... (TomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
fotografíaFoto
Fotografeer!
Fotografie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fotografeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiekt
Kiek
Kiek!
Kiekje
Opname
.)
¡Dos2
Do's
Twee
Tweede
! YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten
listosBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge
. (CogenZij/ze bemachtigen
Zij/ze gaan halen
Zij/ze grijpen
Zij/ze grijpen aan
Zij/ze grijpen vast
Zij/ze halen
Zij/ze nemen
Zij/ze nemen beet
Zij/ze pakken
Zij/ze pakken beet
Zij/ze plukken
Zij/ze plukken af
Zij/ze rapen op
Zij/ze tokkelen
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan
el cestoBen
Korf
Mand
Slof
y entranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in
en
la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
recibidosAangenomen
Begroet
Geaccepteerd
Gekregen
Genoten
Getoucheerd
Ontvangen
conDoor
Met
Per
Samen met
alborozoVreugde.)

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


RODE (alzandoBeurend
Heffend
Omhoogtrekkend
Ophalend
Oprichtend
Tillend
Verheffend
Verhogend
la voz)-Inspraak
Stem
Stemgeluid
¡FelicidadesGefeliciteerd
Gelukken
! ¡LesHen
Hun
U
deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht
un
sinfín de venturasToekomstig
Toekomstige
, un sinfín! HoyHeden
Vandaag
el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
magníficoBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende
,
espléndidoGoedgeefs
Goedgeefse
Prachtig
Prachtige
Royaal
Royale
Schitterend
Schitterende
Vrijgevig
Vrijgevige
. HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
paseandoAan de wandel zijnd
Lopend
Tippelend
Wandelend
conDoor
Met
Per
Samen met
los
alumnosLeerlingen del gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la mañanaMorgen
Ochtend
. EnseñoIk breng bij
Ik instrueer
Ik laat zien
Ik leer
Ik onderwijs
Ik school
Ik spreid tentoon
Ik toon
Ik vertoon
Ik wijs
Ik wijs uit
en el
gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio
gimnasiaTurnen.
FEDÓTIK- ¡Puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
ustedGij
U
moverseBewegen
Zich bewegen
Zich verroeren
, Irina Serguéievna,
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
moverseBewegen
Zich bewegen
Zich verroeren
! (TomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen
una fotografíaFoto
Fotografeer!
Fotografie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fotografeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiekt
Kiek
Kiek!
Kiekje
Opname
.) EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
ustedGij
U

muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante
hoyHeden
Vandaag
. (SacaAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaal!
Behalen
Breng naar buiten!
Doe af!
Doe uit!
Haal eruit!
Haal te voorschijn!
Haal uit
Haal uit!
Haal van!
Haal!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoos!
Hozen
Krijg uit!
Leg af!
Ontleen!
Ontlenen
Put!
Putten
Schep!
Scheppen
Trek uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet af!
una peonzaDraaitol
Priktol
Tol
del bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak
.) AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge
,
tomeAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u!
, una peonzaDraaitol
Priktol
Tol
... HaceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
un sonidoGeluid
Gerucht
Klank
sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
...
IRINA- ¡QuéWat
Welke
maravillaDoe bewondering opwekken!
Goudsbloem
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bewondering opwekken
Tuingoudsbloem
Wonder
!
MASHA- “AlNaar de
Naar het
bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom
de la ensenadaEnsenada, una encinaEikenhout
Steeneik
verdeGroen
Groene
;
sobre laOp de
Op het
encinaEikenhout
Steeneik
, una cadenaEen ketting de oroE175
Goud
Ik bid
... Sobre laOp de
Op het

encinaEikenhout
Steeneik
una cadenaEen ketting de oroE175
Goud
Ik bid
...'(ConDoor
Met
Per
Samen met
vozInspraak
Stem
Stemgeluid
llorosaHuilerig
Huilerige
.) ¿Por
quéWat
Welke
repitoIk herhaal
Ik neem door
Ik zeg na
Ik zeg nog eens
estasDeze
Dezen
palabrasBewoordingen
Woorden
? MeMe
Mij
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
persiguiendoAchtervolgend
Najagend
Vervolgend

estosDeze
Dezen
versosDichtregels
Rijmregels
Versregels
Verzen
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
la mañanaMorgen
Ochtend
...
KULIGUIN- ¡SomosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn
trece13
Dertien
a la mesaLa mesa!
RODE (alzandoBeurend
Heffend
Omhoogtrekkend
Ophalend
Oprichtend
Tillend
Verheffend
Verhogend
la voz)-Inspraak
Stem
Stemgeluid
SeñoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
, ¿acasoToeval
Toevalligheid
tomanZij/ze accepteren
Zij/ze drinken
Zij/ze gebruiken
Zij/ze krijgen binnen
Zij/ze nemen
Zij/ze nemen aan
Zij/ze nemen af
Zij/ze nemen in
Zij/ze nuttigen
Zij/ze ontvangen
Zij/ze pakken
Zij/ze rapen op
Zij/ze slaan in
Zij/ze slikken in
Zij/ze snuiven op
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan
ustedesGij
U

en serioErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige
las supersticionesBijgeloven
Bijgelovigheden
? (RisasGelachen.)
KULIGUIN- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
trece13
Dertien
personasMensen
Personages
Personen
a la mesaLa mesa, esoDat
Die
Zulks

significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor!
que entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
los presentesAanwezig
Aanwezige
Cadeaus
Donaties
Geschenken
Giften
Jij/je belicht
Jij/je biedt aan
Jij/je brengt uit
Jij/je dient in
Jij/je etaleert
Jij/je presenteert
Jij/je schenkt
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt bloot
Jij/je stelt tentoon
Jij/je stelt voor
Jij/je vertoont
Jij/je zet uiteen
Present
Presente
Schenkingen
Tegenwoordig
Tegenwoordige
se encuentraBevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gesteld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt het
algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander

enamoradoHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde
. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
ustedGij
U
, IvánIvan Románovich, por
venturaToekomstig
Toekomstige
Ventura
?... (RisasGelachen.)
CHEBUTIKIN- YoEgo
Ik
soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
pecadorZondaar, peroDoch
Echter
Maar
loDe
Hem
Het
U

que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
llegoIk arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
a comprenderBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan
de ningún modoAllesbehalve
Geenszins
Helemaal niet
In geen geval
Op geen enkele wijze
Op geen stukken na
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
por
quéWat
Welke
Natalia Ivánovna se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
ruborizadoGedaan blozen.

A. CHÉJOV
RisasGelachen estrepitosasRumoerig
Rumoerige
; Natasha sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
corriendoHardlopend
Hollend
Racend
Rennend
Snellend
Sprintend
de la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!

haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
el salónHuiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal
; Andréi la sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!
.

ANDRÉI-¡Por favorAlsjeblieft
Alstublieft
Gelieve
Wees zo goed
no haga casoCijfert u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cijfert weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze negeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt geen aandacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift onder tafel
Ik cijfer weg
Ik negeer
Ik passeer
Ik schenk geen aandacht
Ik schuif onder tafel
Negeert u!
Passeert u!
Schenkt u geen aandacht!
Schuift u onder tafel!
! EspereHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoopt u!
Ik ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
Ik zie vooruit
Is u bedacht op!
Staat u te wachten!
Verwacht u!
Voorziet u!
Wacht
Wacht u af!
Wacht u op!
Wacht u!
Ziet u vooruit!
...
aguardeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik wacht
Ik wacht af
Staat u te wachten!
Verwacht u!
Wacht u af!
Wacht u!
, se loDe
Hem
Het
U
ruegoBede
Ik roep in
Ik smeek
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Smeekbede
...
NATASHA- Me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
avergonzadaBeschaamd
Beschaamd gemaakt
Beschaamde
Beschamend
Beschamende
... NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
lo queDat wat
Wat

meMe
Mij
pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan
, se ríen deZij/ze lachen uit Me
Mij
. LevantarseGaan staan
Opstaan
Verrijzen
Wakker worden
de la mesaLa mesa comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals

loDe
Hem
Het
U
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
yoEgo
Ik
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, peroDoch
Echter
Maar
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puedoIk kan
Ik mag
... noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

puedoIk kan
Ik mag
... (Se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich
el rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen.)
ANDRÉI- QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
míaVan mij, se loDe
Hem
Het
U
ruegoBede
Ik roep in
Ik smeek
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Smeekbede
, se loDe
Hem
Het
U
suplicoIk smeek
Ik smeek af
,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se inquieteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt onrustig. LeHaar
Hem
Het
U
aseguroIk assureer
Ik betuig
Ik bevestig
Ik maak vast
Ik stel veilig
Ik verstevig
Ik verzeker
Ik zet vast
que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
bromeanZij/ze gekscheren
Zij/ze grappen
Zij/ze maken grappen
Zij/ze schertsen
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te

ningunaGeen enkel
Geen enkele
malaBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten
intenciónBedoeling
Doel
Intentie
Plan
Strekking
Toeleg
Voornemen
Zin
. QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
míaVan mij, miMi
Mijn
cieloHemel
Lucht
, todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle

sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
genteLieden
Lui
Mensen
Volk
, tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
corazónHart
Klokhuis
, nos(Aan) ons
Ons

quieren(Zij) willen
Zij/ze beminnen
Zij/ze hebben lief
Zij/ze houden van
Zij/ze willen
a ustedGij
U
y a Me
Mij
. VengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek!
aquíAlhier
Hier
, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij
la ventanaRaam
Venster
,
aquíAlhier
Hier
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
nos(Aan) ons
Ons
veránZij/ze zullen bekijken
Zij/ze zullen kijken
Zij/ze zullen zien
... (MiraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!
a suHaar
Hun
Uw
Zijn
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom
.)
NATASHA- ¡EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
acostumbradaGewend geweest
Gewoon geweest
Gewoonlijk
a alternarAfwisselen
Alterneren
Elkaar afwisselen

en sociedadGemeenschap
Genootschap
Gezelschap
Krans
Kring
Maatschappij
Samenleving
Sociëteit
Vereniging
!...
ANDRÉI- ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
, juventudJeugd
Jeugdigheid
, maravillosaMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
, encantadoraBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke

juventudJeugd
Jeugdigheid
! QueridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief
míaVan mij, cieloHemel
Lucht
míoMijne
Van mij
, ¡noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se inquieteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt onrustig
asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
! . . CréameCreëer!
Denkt u!
Gelooft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houdt u voor!
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik meen
Maak!
Meent u!
Richt op!
Schep!
, creaCreëer!
Denkt u!
Gelooft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houdt u voor!
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik meen
Maak!
Meent u!
Richt op!
Schep!
... Me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke
, tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
el
almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
rebosanteOverstromend
Overstromende
de amorAffectie
Liefde
Min
, de entusiasmoEnthousiasme
Geestdrift
Ik beziel
Ik enthousiasmeer
Uitbundigheid
... ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

nos(Aan) ons
Ons
venKom mee!
Kom!
Zij/ze bekijken
Zij/ze kijken
Zij/ze zien
! ¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
nos(Aan) ons
Ons
venKom mee!
Kom!
Zij/ze bekijken
Zij/ze kijken
Zij/ze zien
! ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je
me heIk gedraag me
Ik krijg het met
 iemand aan de stok
Ik meet me met
 iemand
enamoradoHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde
de
ustedGij
U
, cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je
? ¿CuándoNu eens ... dan
 weer
Wanneer
me heIk gedraag me
Ik krijg het met
 iemand aan de stok
Ik meet me met
 iemand
enamoradoHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde
? OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

comprendoIk begrijp
Ik besef
Ik bevat
Ik omvat
Ik snap
Ik vat
Ik versta
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
. AmadaBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve
míaVan mij, bellaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon
míaVan mij, miMi
Mijn
dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid


LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, ¡seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
miMi
Mijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
! La amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
, la amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
nuncaNimmer
Nooit

heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
amadoBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve
a nadie…Geen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
(BesoIk kus
Ik zoen
Kus
Kussen
Zoen
Zoenen
.)

EntranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in
DOS2
Do's
Twee
Tweede
OFICLALES y alNaar de
Naar het
verBekijken
Kijken
Zien
a la parejaDuo
Koppel
Paar
Partner
Span
Stel
Stelletje
Tweetal
besándose
se detienenZij/ze blijven staan
Zij/ze houden halt
Zij/ze houden stil
Zij/ze slaan af
Zij/ze staan stil
Zij/ze stoppen
estupefactos.

TelónGordijn.

A. CHÉJOV
ACTOActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet
SEGUNDO2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede


La mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
decoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering
del primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
actoActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet
. SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
las
ocho8
Acht
de la nocheAvond
Nacht
. De la calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u!
lleganZij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven
, apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood
perceptiblesWaarneembaar
Waarneembare
,
los sonesBerichten
Geluiden
Klanken
Manieren
Smoezen
Tonen
Uitvluchten
Voorwendselen
Voorwendsels
Wijzen
de un acordeónAccordeon
Trekharmonica
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
lucesJij/je blinkt
Jij/je glanst
Jij/je schijnt
Jij/je schittert
Kozijnen
Lichten
Schietgaten
Schijnsels
Vensternissen
Verlichtingen
encendidasAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht
.
Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
NATALIA IVANOVNA en bataDuster
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Houwt u!
Ik houw
Ik klap
Ik klop
Ik mep
Ik roer
Ik roer door
Ik roer om
Ik sla
Japon
Jurk
Klapt u!
Klop
Klopt u!
Mept u!
Negligé
Ochtendjas
Peignoir
Roert u door!
Roert u om!
Roert u!
Slaat u!
Toga
,
conDoor
Met
Per
Samen met
una velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen
; daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
y se detieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
anteSuède
Ten overstaan van
Voor
la
puertaDeur
Poort
Portier
de la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning
de Andréi.

NATASHA- ¿QuéWat
Welke
hacesBossen
Bundels
Jij neemt
Jij/je bedrijft
Jij/je brengt uit
Jij/je doet
Jij/je maakt
Jij/je maakt aan
Jij/je richt uit
Jij/je voert uit
, Andriusha? ¿LeesJij/je leest? NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
, sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
teJe
Jou
loDe
Hem
Het
U
preguntoIk vraag... (DaBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
,
abreBegin!
Doe open!
Graveer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opent
Maak open!
Open!
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
puertaDeur
Poort
Portier
y, después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
haberBezitting
Hebben
Zijn
miradoAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Toegekeken
Toegezien
dentroBinnen
Daarbinnen
Erin
, la cierraDoe dicht!
Doe op slot!
Doe toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op slot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Maak dicht!
Sluit af!
Sluit!
.)
QueríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou
verBekijken
Kijken
Zien
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting
encendidaAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht
...
ANDRÉI (entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
conDoor
Met
Per
Samen met
un libroBoek
Ik bevrijd
en la mano)-De hand ¿QuéWat
Welke
quieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt

Natasha?
NATASHA- MiroIk bekijk
Ik blik
Ik blik aan
Ik kijk
Ik kijk aan
Ik kijk naar
Ik kijk toe
Ik schouw
Ik werp een blik
Ik werp een blik
 op
Ik zie toe
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
lucesJij/je blinkt
Jij/je glanst
Jij/je schijnt
Jij/je schittert
Kozijnen
Lichten
Schietgaten
Schijnsels
Vensternissen
Verlichtingen
encendidasAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht
... EstamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten

en Carnaval, y la servidumbreHerendienst
Lijfeigenschap
Servituut
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
la cabezaHoofd
Kop
Krop
a
pájarosVogelen
Vogels
; hay queMen moet estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
en todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
ocurra(Het) komt op
Gebeurt u!
Geschiedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
 hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben aan de
 hand
Ik gebeur
Ik geschied
Ik kom voor
Ik overkom
Ik val voor
Ik vind plaats
Is u aan de
 hand!
Komt u voor!
Overkomt u!
Valt u voor!
Vindt u plaats!


LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


ningunaGeen enkel
Geen enkele
desgraciaAccident
Ongeluk
Ongeval
. AyerGister
Gisteren
, a medianocheMiddernacht, paséIk bracht door
Ik gaf aan
Ik gebeurde
Ik ging langs
Ik ging over
Ik ging voorbij
Ik haalde in
Ik kwam langs
Ik kwam om
Ik liet door
Ik overkwam
Ik passeerde
Ik reikte aan
Ik stak over
Ik verdreef
Ik verging
Ik verliep
Ik verstreek
por el
comedorEetkamer
Eetzaal
y me encontré conIk kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds
una velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen

encendidaAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
logradoBehaald
Bereikt
Doorgekomen
Erin geslaagd
Gelukt
Gereikt tot
Geslaagd
Geslaagd in
Geslaagd voor
Ingehaald
Klaargespeeld
saberKennen
Smaken
Weten
quiénWie la encendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed het licht
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed ontbranden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lichtte voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak het licht
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrandde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
.
(Pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
la velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen
sobre laOp de
Op het
mesaBank
Bok
Ezel
Mesa
Rek
Schraag
Stander
Stellage
Tafel
Werkbank
.) ¿QuéWat
Welke
horaTijd
Uur
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
?
ANDRÉI (miraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!
el reloj)-De klok SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
las ocho8
Acht
y cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning
.
NATASHA- Olga eEn Irina todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
aquíAlhier
Hier
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
vueltoGedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Omgedraaid
Rondgedraaid
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
. Se pasanMen passeert
Zij/ze gaan heel ver
 weg in ruimtelijke zin
Zij/ze gaan te ver
 in figuurlijke zin
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el díaDag
Etmaal
trabajandoArbeidend
Bewerkend
Werkend
,
pobrecitas. Olga, en el ConsejoAdvies
Raad
Raadgeving
pedagógico; Irina, en telégrafosTelegrafen...
(SuspiraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikhalst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht naar
Hunker!
Kreun!
Reikhals!
Smacht!
Verlang!
Zucht naar!
Zucht!
.) Esta mañanaVanmorgen
Vanochtend
leHaar
Hem
Het
U
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
dicho aGezegd tegen tuJe
Jouw

hermanaZus
Zuster
: "VelaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen
por tuJe
Jouw
saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid
, Irina, cariñoGehechtheid
Genegenheid
Liefde
Toewijding
Zorg
". NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt

casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
 echt
Naamval
Zaak
¿Las ocho8
Acht
y cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning
, dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt
? TemoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees
que nuestroOns
Onze
Van ons

Bóbik esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten
. ¿Por quéWaarom tendrá(Hij) zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bijhouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal erop nahouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal houden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vasthouden
el cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
?
AyerGister
Gisteren
teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
fiebreKoorts y hoyHeden
Vandaag
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
... ¡TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer

miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
!
ANDRÉI- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
, Natasha. El pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!

bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
.
NATASHA- De todos modosAlleszins
Op alle manieren
Op alle wijzen
, será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
ponerleDoe het in
Zetten
a
dietaDieet. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
. HanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
que hoyHeden
Vandaag
, a eso deCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
las
diez10
Tien
, vendránZij/ze zullen komen
Zij/ze zullen meekomen
las máscarasDekmantels
Maskers
Mombakkesen
Mommen
; mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
vinieranZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee
,
Andriusha.
ANDRÉI- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
, la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid
. El casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
 echt
Naamval
Zaak
es queDat komt omdat
Want
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden

invitadasGenood
Gevraagd
Geïnviteerd
Uitgenodigd
.
NATASHA- HoyHeden
Vandaag
el pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
, alNaar de
Naar het
despertarseOntwaken
Wakker worden
, meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is

miradoAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Toegekeken
Toegezien
y de prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast
se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
sonreídoGeglimlacht; estoDeze
Dit
quiere decirBedoel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedoelt

que meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
reconocido. “Erkend
Gehonoreerd
Geïdentificeerd
Herkend
Onderkend
Toegegeven
¡Bóbik! -leHaar
Hem
Het
U
digoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg
-, buenosBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende


A. CHÉJOV
díasDagen
Etmalen
, cieloHemel
Lucht
míoMijne
Van mij
!" Se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
reídoGelachen. Los pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
loDe
Hem
Het
U
entiendenZij/ze begrijpen
Zij/ze beseffen
Zij/ze bevatten
Zij/ze snappen
Zij/ze vatten
Zij/ze verstaan
Zij/ze voelen aan

todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
, ¡loDe
Hem
Het
U
entiendenZij/ze begrijpen
Zij/ze beseffen
Zij/ze bevatten
Zij/ze snappen
Zij/ze vatten
Zij/ze verstaan
Zij/ze voelen aan
muy bienBest
Heel goed
Prima
! AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
,
Andriusha, diréIk zal opgeven
Ik zal spreken
Ik zal zeggen
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se recibaAccepteert u!
Begroet u!
Geniet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Ik accepteer
Ik begroet
Ik geniet
Ik krijg
Ik neem aan
Ik ontvang
Ik toucheer
Krijgt u!
Neemt u aan!
Ontvangt u!
Toucheert u!
a las máscarasDekmantels
Maskers
Mombakkesen
Mommen
.
ANDRÉI (vacilando)-Aarzelend
Dubbend
Schoorvoetend
Schromend
Waggelend
Wankelend
Weifelend
Wiebelend
Zwichtend
VerásJe zult zien
Jij/je zal bekijken
Jij/je zal kijken
Jij/je zal zien
, esoDat
Die
Zulks
, lo queDat wat
Wat
decidanBeslist u!
Besluit u!
Maakt u uit!
Neemt u zich voor!
Zij/ze beslissen
Zij/ze besluiten
Zij/ze maken uit
Zij/ze nemen zich voor
misMi's
Mijn

hermanasZussen
Zusters
. SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
ellasHen
Ze
Zij
las dueñasEigenaressen
Meesteressen
de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
.
NATASHA- QuerránZij/ze zullen beminnen
Zij/ze zullen houden van
Zij/ze zullen liefhebben
Zij/ze zullen willen
; se loDe
Hem
Het
U
diréIk zal opgeven
Ik zal spreken
Ik zal zeggen
. SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
...
(DaBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan
.) ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la cenaAvondeten
Avondmaal
Dineer!
Diner
Dineren
Eet 's avonds!
Eet!
Eten
Gebruik het avondmaal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet 's avonds
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt het avondmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze soupeert
Soupeer!
Souper
Souperen
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
mandadoAangevoerd
Bevolen
Gecommandeerd
Gelast
Gesommeerd
Het bevel gevoerd
Verordend
Voorgeschreven
prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden

leche cuajadaKarnemelk; de loDe
Hem
Het
U
contrarioNadelig
Nadelige
Ongunstig
Ongunstige
Strijdig
Strijdige
Tegendeel
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenovergestelde
Tegenstander
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
adelgazarásJij/je zal afvallen
Jij/je zal dun maken
Jij/je zal louteren
Jij/je zal minder worden
Jij/je zal reinigen
Jij/je zal schoonmaken
Jij/je zal uitrollen
Jij/je zal vermageren
Jij/je zal verminderen
Jij/je zal verzwakken
Jij/je zal zuiveren
. (Se
detieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arresteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in verzekerde
 bewaring
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
.) Bóbik estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
de que sientaBoek!
Doe zitten!
Gevoelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voorop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gewaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik gevoel
Ik merk
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Merkt u!
Stel op!
Stel voorop!
Teken aan!
Voelt u aan!
Voelt u!
Wordt u gewaar!
Zet neer!

fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
en la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning
. HabríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn
que instalarleAanbrengen
Aanleggen
Fitten
Inrichten
Installeren
Oprichten
Stichten
Vestigen
en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
,
por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste
hasta queTot
Totdat
hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
. Por
ejemploExempel
Toonbeeld
Voorbeeld
, en la de Irina, que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning
idealIdeaal
Ideale

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
un niñoJongen
Kind
pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
: esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
secaDor
Dorre
Droge
Droog
Droog af!
Droog uit!
Droog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Maak droog!
Veeg af!
Veeg!
Wis af!
Wis!
y el solSol
Zon
leHaar
Hem
Het
U
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el
díaDag
Etmaal
. Hay queMen moet decírseloBij zichzelf zeggen
Gezegd worden
Te zeggen
Zeggen
Zich noemen
a Irina; entretantoAlvast
Inmiddels
Intussen
Ondertussen
Vast
Voorlopig
Zolang
, ellaHaar
Ze
Zij
podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen

estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
conDoor
Met
Per
Samen met
Olga en una mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning
... De todosAller-
Ieders

modosKerktoonladders
Manieren
Modaliteiten
Toonaarden
Wijzen
, se pasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat heel ver
 weg in ruimtelijke zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te ver
 in figuurlijke zin
Men passeert
Slap wordt
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el díaDag
Etmaal
fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
, sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
viene(Het) komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
a dormirMaffen
Onder narcose brengen
Pitten
Slapen
Uitslapen
...
(PausaPauze
Rust
.) Andriusha, queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
, ¿por quéWaarom noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt

nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
?
ANDRÉI- ¡Bah! Estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
pensandoDenkend... AdemásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
quéWat
Welke
decirOpgeven
Spreken
Zeggen
...
NATASHA- Ja
Jawel
Wel
Zich
. . . QueríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou
decirteOpgeven
Spreken
Zeggen
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
... ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge
, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
! HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is

venidoGekomen
Meegekomen
Ferapont, de la AdministraciónAdministratie
Administratiegebouw
Administratiekantoor
Administreren
Beheer
Beheren
Besturen
Bestuur
Management
Regie
Staatsadministratie
Staatsmonopolie
Toedienen
Toediening
del zemstvo;
pregunta porHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt naar
Vraag naar!
tiJe
Jou

ANDRÉI (bosteza)-Gaap!
Geeuw!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeuwt
DileZeg hem que pase(Het) gaat over
Brengt u door!
Gaat u langs!
Gaat u over!
Gaat u voorbij!
Gebeurt u!
Geeft u aan!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Komt u langs!
Komt u om!
Komt u verder!
Laat u door!
Overkomt u!
Passeert u!
Reikt u aan!
Steekt u over!
Verdrijft u!
Vergaat u!
Verloopt u!
Verstrijkt u!
.

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


Natasha sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
; Andréi, inclinándoseBuigend
Een buiging makend
Nijgend
junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij
la velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen

olvidadaAfgeleerd
Vergeten
Verleerd
por suHaar
Hun
Uw
Zijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
, leeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees!
el libroBoek
Ik bevrijd
. Entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!

FERAPONT; lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
un abrigoBescherming
Beschutting
Beveiliging
Ik behoed
Ik bescherm
Ik beschut
Jas
Mantel
Overjas
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
, raídoGekrast
Geschraapt
Geschrabd
Geschrapt
Los gewreven
, conDoor
Met
Per
Samen met
el
cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek
levantadoGebeurd
Geheven
Getild
Gevestigd
Neergezet
Opgehaald
Opgeheven
Opgekookt
Opgericht
Opgeslagen
Opgetild
Verheven
, y una bufandaDas
Halsdoek
Sjaal
que leHaar
Hem
Het
U
tapaBedek!
Bedekking
Beleg!
Borrelhapje
Canapé
Dek toe!
Dek!
Deksel
Dicht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstopt
Kaft
Kap
Maak dicht!
Omslag
Stop toe!
Stop vol!
Stop!
Tapa
Verstop!
las orejasOren.

ANDRÉI- HolaHallo, viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind
. ¿QuéWat
Welke
meMe
Mij
cuentasBerekeningen
Calculaties
Conti
Conto's
Jij/je berekent
Jij/je calculeert
Jij/je debiteert
Jij/je leest voor
Jij/je rekent
Jij/je rekent uit
Jij/je telt
Jij/je telt af
Jij/je telt neer
Jij/je verhaalt
Jij/je vertelt
Kralen
Nota's
Rekeningen
?
FERAPONT- El presidentePreses
President
Voorzitter
leHaar
Hem
Het
U
mandaBeveel!
Commandeer!
Gelast!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze commandeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert het bevel
Schrijf voor!
Sommeer!
Verorden!
Voer aan!
Voer het bevel!
un libroBoek
Ik bevrijd
y un
papelPapier
Rol
. AquíAlhier
Hier
loDe
Hem
Het
U
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
. . . (LeHaar
Hem
Het
U
entregaAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afgifte
Afleveren
Aflevering
Bestel!
Bestellen
Betaal uit!
Bezorg!
Bezorgen
Breng door!
Doorbrengen
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Inleveren
Inlevering
Lever af!
Lever in!
Lever!
Leveren
Levering
Overdracht
Overgeven
Overhandig!
Overhandigen
Overleg!
Overleggen
Reik aan!
Stel ter hand!
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijf!
Verdrijven
Voer toe!
el libroBoek
Ik bevrijd
y un pliegoIk plooi
Ik vouw
Ik vouw om
Vouw
.)
ANDRÉI- GraciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen
. EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. ¿Por quéWaarom hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
venidoGekomen
Meegekomen

tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
tardeAvond
Blijft u achter!
Blijft u lang weg!
Blijft u na!
Doet u lang over
 iets!
Draalt u!
Duurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Ik blijf achter
Ik blijf lang weg
Ik blijf na
Ik doe lang over
 iets
Ik draal
Ik duur
Ik talm
Ik treuzel
Laat
Middag
Namiddag
Talmt u!
Te laat
Treuzelt u!
? YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de las ocho8
Acht
.
FERAPONT- ¿QuéWat
Welke
?
ANDRÉI (másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
fuerte)-Erg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
DigoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg
que hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
venidoGekomen
Meegekomen
tardeAvond
Blijft u achter!
Blijft u lang weg!
Blijft u na!
Doet u lang over
 iets!
Draalt u!
Duurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Ik blijf achter
Ik blijf lang weg
Ik blijf na
Ik doe lang over
 iets
Ik draal
Ik duur
Ik talm
Ik treuzel
Laat
Middag
Namiddag
Talmt u!
Te laat
Treuzelt u!
,
que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de las ocho8
Acht
.
FERAPONT- AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
venidoGekomen
Meegekomen
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds
era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit

díaDag
Etmaal
, peroDoch
Echter
Maar
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
meMe
Mij
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
dejado entrarBinnengelaten
Ingelaten
. El señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!

ocupadoBekleed
Beslagen
Betrokken
Bewaard
Bewoond
Bezet
Bezette
Bezig
Bezig gehouden
Bezige
Beziggehouden
In beslag genomen
In gesprek
Vervuld
, meMe
Mij
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
. BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
... SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
está ocupadoHeb druk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft druk
,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
está ocupadoHeb druk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft druk
; lo queDat wat
Wat
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
yoEgo
Ik
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
prisaGezwindheid
Haast
Haastigheid
Rapheid
Snelheid
Spoed
Urgentie
Vaart
Vlugheid
.
(Creyendo queDenkend dat Andréi leHaar
Hem
Het
U
preguntaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Kwestie
Vraag
Vraag!
alguna cosaIets
Wat
.) ¿QuéWat
Welke
?
ANDRÉI- NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
. (ExaminandoAflezend
Controlerend
Checkend
Examinerend
Explorerend
Nagaand
Nakijkend
Nauwkeurig onderzoekend
Onderzoekend
Surveillerend
Toeziend
Uitvissend
Uitzoekend
Vorsend
el libroBoek
Ik bevrijd
.) MañanaMorgen
Ochtend
,
viernesVrijdag
Vrijdagen
; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast
sesiónSessie
Vergadering
Zitting
Zittingsperiode
, peroDoch
Echter
Maar
de todos modosAlleszins
Op alle manieren
Op alle wijzen

iréIk zal gaan
Ik zal karren
Ik zal lopen
Ik zal me begeven
Ik zal rijden
Ik zal van stapel
 lopen
Ik zal varen
Ik zal verlopen
. .. yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
encontraréIk zal aantreffen
Ik zal bevinden
Ik zal ontmoeten
Ik zal tegemoet treden
Ik zal tegenkomen
Ik zal treffen
Ik zal vinden
quéWat
Welke
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
. En casaIn huis
Thuis
me aburroIk verveel me...
(PausaPauze
Rust
.) ¡MiMi
Mijn
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind
, de quéWat
Welke
maneraManier
Trant
Wijze
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
extrañaBan!
Bevreemd!
Buitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van de
 deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aanmerking op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt vreemd
Houd van de deur!
Laak!
Maak aanmerking op!
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Verbaas!
Verban!
Vind vreemd!
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke

cambia(Het) verandert
Denatureer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denatureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kentert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze varieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt af
Kenter!
Ruil!
Varieer!
Verander!
Verkeer!
Vermaak!
Werk!
Wissel af!
Wissel!
la vidaHachje
Leven
y cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je
engañaBedot!
Bedrieg!
Beduvel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedriegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduvelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt om de
 tuin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze misleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smokkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlakt
Leid om de tuin!
Misleid!
Neem beet!
Smokkel!
Verlak!
! HoyHeden
Vandaag
, por matarAfslachten
Doden
Doodmaken
Ombrengen
Slachten
el
tedio, por noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
saberKennen
Smaken
Weten
que hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
, heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
echadoAan het lot overgelaten
Aandeel gehad in
Aangekondigd
Aankondigen
Beginnen
Begonnen handel te drijven
 met
Bekend gemaakt
Buiten de deur gezet
Een partijtje gespeeld
Erop gegooid
Gedaan
Gedane
Gegooid
Gekeild
Gekregen
Genomen
Geschat
Gesmeten
Gestort
Gestrooid
Getankt
Geuit
Gewed
Gewedijverd
Geworpen
Gezegd
Gooien
Ingeschonken
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opgelegd
Opgetreden in
Opgevoerd
Opleggen
Opvoeren
Schatten
Smijten
Springen
Storten
Strooien
Tanken
Toegevoegd
Uiten
Uitgeslagen
Uitgespeeld
Uitgesproken
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastgemaakt
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Weggejaagd
Weggestuurd
Weggezonden
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
de

A. CHÉJOV
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
libroBoek
Ik bevrijd
, un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
cursoBeursnotering
Cursus
Gaan
Gang
Ik behandel
Ik studeer
Ik volg
Koers
Leergang
Leerjaar
Loop
Notering
Prijsnotering
Route
Schooljaar
Tracé
Traject
Verloop
de leccionesLessen universitariasUniversiteits-,
y meMe
Mij
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend
ganasJij/je behaalt
Jij/je verdient
Jij/je wint
de reírLachen... DiosGod
Godheid
míoMijne
Van mij
, yoEgo
Ik
secretarioScriba
Secretaris
Secretarisvogel

de la AdministraciónAdministratie
Administratiegebouw
Administratiekantoor
Administreren
Beheer
Beheren
Besturen
Bestuur
Management
Regie
Staatsadministratie
Staatsmonopolie
Toedienen
Toediening
del zemstvo, de la AdministraciónAdministratie
Administratiegebouw
Administratiekantoor
Administreren
Beheer
Beheren
Besturen
Bestuur
Management
Regie
Staatsadministratie
Staatsmonopolie
Toedienen
Toediening

en queWaarin esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
presidentePreses
President
Voorzitter
Protopópov; yoEgo
Ik
,
secretarioScriba
Secretaris
Secretarisvogel
, y a lo queDat wat
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
puedoIk kan
Ik mag
aspirarAmbiëren
Aspireren
Dingen naar
Inademen
Najagen
Nastreven
Snuiven
Stofzuigen
Streven naar
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
a llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven
a
miembroLedemaat
Lid
Lidmaat
de estaDeze
Dit
AdministraciónAdministratie
Administratiegebouw
Administratiekantoor
Administreren
Beheer
Beheren
Besturen
Bestuur
Management
Regie
Staatsadministratie
Staatsmonopolie
Toedienen
Toediening
. ¡SerGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
miembroLedemaat
Lid
Lidmaat
de
la AdministraciónAdministratie
Administratiegebouw
Administratiekantoor
Administreren
Beheer
Beheren
Besturen
Bestuur
Management
Regie
Staatsadministratie
Staatsmonopolie
Toedienen
Toediening
del zemstvo de aquíAlhier
Hier
, yoEgo
Ik
, que sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap

todas lasAlle nochesAvonden
Nachten
conDoor
Met
Per
Samen met
que soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
profesorDocent
Leraar
Professor
de la UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit

de MoscúMoskou, un profesorDocent
Leraar
Professor
famosoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekende
Beroemd
Beroemde
Beroemdheid
Gerenommeerd
Gerenommeerde
Gevierd
Gevierde
Glorierijk
Glorierijke
Glorieus
Glorieuze
Roemrijk
Roemrijke
Roemruchtig
Roemruchtige
Roemvol
Roemvolle
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde
del que se
enorgulleceráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal trots maken RusiaRusland enteraCompleet
Complete
Deel mede!
Deel mee!
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt in kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwittigt
Integer
Integere
Kondig aan!
Stel in kennis!
Verwittig!
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
!
FERAPONT- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
.. . OigoIk hoor
Ik verneem
Ik versta
malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
.
ANDRÉI- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
oyerasJij/je hoorde
Jij/je vernam
Jij/je verstond
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
hablaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou praten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou spreken
Ik zou converseren
Ik zou praten
Ik zou spreken
contigoBij jou
Met jou

de este modoDermate
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
. NecesitoIk behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef
hablarConverseren
Praten
Spreken
conDoor
Met
Per
Samen met
alguienEen of ander
Een zeker
Iemand
, peroDoch
Echter
Maar
miMi
Mijn

mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
meMe
Mij
comprendeBegrijp!
Besef!
Bevat!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beseft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Omvat!
Snap!
Vat!
Versta!
, y temoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees
hablarConverseren
Praten
Spreken
conDoor
Met
Per
Samen met
misMi's
Mijn

hermanasZussen
Zusters
, temoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees
que se rían deZij/ze lachen uit Me
Mij
, que meMe
Mij
avergüencenBeschaamt u!
Maakt u beschaamd!
Zij/ze beschamen
Zij/ze maken beschaamd
...
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
beboIk drink
Ik gebruik
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind
de restaurantesEethuizen
Restaurants
Restauraties

peroDoch
Echter
Maar
, conDoor
Met
Per
Samen met
quéWat
Welke
satisfacciónBevrediging
Genoegdoening
, caroDierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Geacht
Geachte
Geliefd
Geliefde
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
, estaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zitten
Ik zou liggen
Ik zou me bevinden
Ik zou zijn
Ik zou zitten
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans

sentadoAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld
en algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere
de los de MoscúMoskou, en el de Tiéstov,
por ejemploBij voorbeeld
Bijvoorbeeld
, o en el GranGroot
Grote
MoscúMoskou.
FERAPONT- PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
en MoscúMoskou, contabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelde
Ik berekende
Ik calculeerde
Ik debiteerde
Ik las voor
Ik rekende
Ik rekende uit
Ik telde
Ik telde af
Ik telde neer
Ik verhaalde
Ik vertelde
haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige

un contratistaAannemer, unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
mercaderesHandelaars
Handelaren
Kooplieden
Kooplui
comieronZij/ze aten
Zij/ze bikten
Zij/ze gebruikten
Zij/ze gebruikten het middagmaal
Zij/ze lunchten
Zij/ze nuttigden
Zij/ze vraten
hojuelasFlensjes,
y uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
que comióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze at
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte het middagmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lunchte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vrat
cuarenta40
Veertig
, según dicenNaar men zegt, murióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overleed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stierf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmachtte
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
cuarenta40
Veertig
o cincuenta50
Vijftig
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
recuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir
.

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


ANDRÉI- En MoscúMoskou, te sientasJij/je gaat zitten
Jij/je neemt plaats
Jij/je voelt je
Jij/je zet
Jij/je zet je
en una enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische
salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!

de un restauranteEethuis
Restaurant
Restauratie
, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
conocesJij/je bent bekend met
Jij/je kent
Jij/je leert kennen
Jij/je maakt kennis
Jij/je weet
a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
y nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand

teJe
Jou
conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet!
y, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
te considerasJij/je beschouwt je extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
.
En cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel
, aquíAlhier
Hier
, conocesJij/je bent bekend met
Jij/je kent
Jij/je leert kennen
Jij/je maakt kennis
Jij/je weet
a todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el mundoAardrijk
Wereld
, todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
teJe
Jou

conocen(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze leren kennen
Zij/ze maken kennis
Zij/ze weten
Zij/ze zijn bekend met
, peroDoch
Echter
Maar
te sientesJij/je gaat zitten
Jij/je neemt plaats
Jij/je voelt je
Jij/je zet
Jij/je zet je
extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
... ExtrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
y soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
.
FERAPONT- ¿QuéWat
Welke
? (PausaPauze
Rust
.) El mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
contratistaAannemer
contabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelde
Ik berekende
Ik calculeerde
Ik debiteerde
Ik las voor
Ik rekende
Ik rekende uit
Ik telde
Ik telde af
Ik telde neer
Ik verhaalde
Ik vertelde
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
mentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loog
Ik loog
, que hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
tendidoGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
un cableEen kabel
de un extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde
a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
de MoscúMoskou.
ANDRÉI- ¿ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
quéWat
Welke
?
FERAPONT- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
... LoDe
Hem
Het
U
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
el contratistaAannemer.
ANDRÉI- TonteríasDomheden
Gekheden
. (LeeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees!
el libroBoek
Ik bevrijd
.) ¿HasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
en
MoscúMoskou algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt
?
FERAPONT (después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
una pausa)-Pauze
Rust
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid
DiosGod
Godheid
. (PausaPauze
Rust
.) ¿PuedoIk kan
Ik mag
irmeGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven
?
ANDRÉI- Ja
Jawel
Wel
Zich
. Que teJe
Jou
vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. (Ferapont sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
.) Que
teJe
Jou
vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. (LeyendoLezend.) Mañana por la mañanaMorgenochtend venteKom mee!
Kom!
Zij/ze bekijken
Zij/ze kijken
Zij/ze zien

y recogerásJij/je zal binnenhalen
Jij/je zal ophalen
Jij/je zal oprapen
Jij/je zal rapen
Jij/je zal verzamelen
los papelesPapieren
Rollen
... VeteBen duidelijk!
Blijk!
Ga af!
Ga weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt zijn veto
 uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt zijn veto
 uit over
Ik spreek mijn veto
 uit
Ik spreek mijn veto
 uit over
Laat je zien!
Spreekt u uw veto
 uit over!
Spreekt u uw veto
 uit!
Vertrek!
Verwijder je!
... (PausaPauze
Rust
.) Se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven
.
(Se oyeHallo

Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoor!
Verneem!
Versta!
Zeg
la campanillaAkkerwinde
Bel
Goudpapaver
Huig
Klok
Luchtbel
Rinkelbel
Schel
Slaapmutsje
Wildemanskruid
.) Ja
Jawel
Wel
Zich
, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la vidaHachje
Leven
... (Se estiraMen strekt uit y
vuelve aGa terug naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug naar
Keer terug naar!
Kom terug naar!
Weer
suHaar
Hun
Uw
Zijn
habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
apresurarseHaast maken
Spoed maken
Voortmaken
Zich haasten
Zich spoeden
.)

EntreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
bastidoresBorduurramen
Coulissen
Coulisses
Frames
Wagenstellen
, una niñeraKinderjuffrouw
Kindermeisje
Verzorgster
cantaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing!
acunandoWiegend a un
niñoJongen
Kind
. EntranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in
MASHA Y VERSHININ. MientrasTerwijl
ellosHen
Ze
Zij
conversanZij/ze converseren
Zij/ze praten
, una DONCELLAKwabaal
Regenbooglipvis
Soubrette
enciendeBelicht!
Brand!
Doe aan!
Doe het licht aan!
Doe ontbranden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet het licht
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ontbranden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze licht voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsteekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt het licht
 aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Licht voor!
Maak aan!
Ontsteek!
Steek aan!
Steek het licht aan!
Stook!
Verbrand!
Verlicht!
Zet aan!
un
quinquéArgandse lamp
Staande olielamp
y unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen
.

A. CHÉJOV
MASHA- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
. (PausaPauze
Rust
.) NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
. NaturalmenteNatuurlijk
Uiteraard
Van nature
, la
costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede
significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor!
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
. Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden

de nuestroOns
Onze
Van ons
padrePater
Vader
, por ejemploBij voorbeeld
Bijvoorbeeld
, estuvimosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere

tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen
acostumbrarnosGewend zijn
Gewoon zijn
Plegen
a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden
ordenanzasBoden
Bodes
Conciërges
Kosters
Pedels
Pedellen
.
PeroDoch
Echter
Maar
, además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend
la costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede
, meMe
Mij
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!

que, en este casoIn dit geval, hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken
en Me
Mij
el sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig
de lo queDat wat
Wat
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats

justoAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Op juiste wijze
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige
. QuizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
en otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één
lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
, peroDoch
Echter
Maar
en
nuestraOns
Onze
Van ons
ciudadPlaats
Stad
, las personasMensen
Personages
Personen
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
formalesAccuraat
Accurate
Afgemeten
Ernstig
Ernstige
Formeel
Formele
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige
Stipt
Stipte
Vormelijk
Vormelijke
Zorgvuldig
Zorgvuldige
, las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus

noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele
y mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
educadasBeschaafd
Beschaafde
Gedresseerd
Gekweekt
Grootgebracht
Opgeleid
Opgevoed
Welopgevoed
Welopgevoede
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
los militaresJij/je zal oorlogvoeren
Jij/je zal strijden
Militair
Militaire
Militairen
.
VERSHININ- TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
ganasJij/je behaalt
Jij/je verdient
Jij/je wint
de beberDrinken
Gebruiken
. TomaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aannemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanvatten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou accepteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou binnenkrijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou drinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebruiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou innemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inslaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inslikken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nuttigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou oprapen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opsnuiven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou pakken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vatten
Ik zou aannemen
Ik zou aanvatten
Ik zou accepteren
Ik zou afnemen
Ik zou binnenkrijgen
Ik zou drinken
Ik zou gebruiken
Ik zou innemen
Ik zou inslaan
Ik zou inslikken
Ik zou nemen
Ik zou nuttigen
Ik zou ontvangen
Ik zou oprapen
Ik zou opsnuiven
Ik zou pakken
Ik zou vatten
un
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
de Thee
Theestruik
.
MASHA (después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien
el relojDe klok de pared)-Muur
Wand
ProntoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast
loDe
Hem
Het
U

servirán(Zij) zullen dienen
Zij/ze zullen aankaarten
Zij/ze zullen bedienen
Zij/ze zullen deugen
Zij/ze zullen dienen
Zij/ze zullen een dienst
 bewijzen
Zij/ze zullen geschikt zijn
Zij/ze zullen helpen
Zij/ze zullen opdienen
Zij/ze zullen serveren
Zij/ze zullen van dienst
 zijn
. MeMe
Mij
casaronZij/ze huwelijkten uit
Zij/ze trouwden
Zij/ze verbonden in de
 echt
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
dieciocho18
Achttien
añosJaren, y
temíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duchtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikte terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrok terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreesde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bang voor
Ik duchtte
Ik schrikte terug voor
Ik schrok terug voor
Ik schroomde
Ik vreesde
Ik was bang voor
a miMi
Mijn
maridoEchtgenoot
Gemaal
Man
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
maestroGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer
y yoEgo
Ik
acababaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte uit
Ik besloot
Ik beëindigde
Ik eindigde
Ik gebruikte op
Ik maakte af
Ik maakte op
Ik maakte uit
Ik sloot af
Ik teerde op
Ik verbruikte
Ik verdeed
Ik verklungelde
Ik verkwistte
Ik vermorste
Ik verspilde
Ik voleindigde
Ik werkte af
Ik werkte uit

de terminarAflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen
misMi's
Mijn
estudiosBeoefeningen
Etudes
Onderzoeken
Schetsen
Studies
Studio's
Studiën
Uitoefeningen
. EntoncesDan
Dus
Toen
me parecíaHet leek me
Ik geleek
Ik leek
Ik leek op
un
verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke
sabioLeerzaam
Leerzame
, inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige
, eEn importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware
. AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds

noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
, por desgraciaAccident
Ongeluk
Ongeval
.
VERSHININ- YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
... Ja
Jawel
Wel
Zich
.
MASHA- De miMi
Mijn
maridoEchtgenoot
Gemaal
Man
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
voy aIk ga naar hablarConverseren
Praten
Spreken
, a élHem
Hij
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds

estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
acostumbradaGewend geweest
Gewoon geweest
Gewoonlijk
, peroDoch
Echter
Maar
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
el elementoBeginsel
Bestanddeel
Element
civilBurgerlijk
Burgerlijke
Civiel
Civiele
, en
generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale
, ¡hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele
genteLieden
Lui
Mensen
Volk
groseraBrutaal
Brutale
Grof
Grove
Honds
Hondse
Lomp
Lompe
Onbeleefd
Onbeleefde
Onheus
Onheuse
Vlegelachtig
Vlegelachtige
, pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke
y malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte

educadaBeschaafd
Beschaafde
Gedresseerd
Gekweekt
Grootgebracht
Opgeleid
Opgevoed
Welopgevoed
Welopgevoede
! La groseríaGrofheid
Lompheid
meMe
Mij
ofendeBeledig!
Grief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verongelijkt
Krenk!
Verongelijk!
, meMe
Mij
molestaBelemmer!
Erger!
Heb last van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft last van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt lastig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstoort
Hinder!
Hinderlijk
Hinderlijke
Lastig
Lijd aan!
Onaangenaam
Onaangename
Stoor!
Storend
Storende
Val lastig!
Verstoor!
Vervelend
Vervelende
; sufroIk doorsta
Ik draag
Ik lijd
Ik onderga
Ik ondervind
Ik sta uit
Ik veel
Ik verdraag

cuandoAls
Tijdens
Wanneer
veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie
que un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
finoDelicaat
Delicate
Droge sherry
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
, pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
delicadoDelicaat
Delicate
Fijn
Fijne
Gevoelig
Gevoelige
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Subtiel
Subtiele
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Verfijnd
Verfijnde
,
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
me encuentroIk ben gesteld
Ik bevind me
Ik maak het
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen

maestrosGrootmeesters
Instructeurs
Leraars
Leraren
Maestro's
Meesters
Onderwijzers
, camaradasGezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
de miMi
Mijn
maridoEchtgenoot
Gemaal
Man
, sufroIk doorsta
Ik draag
Ik lijd
Ik onderga
Ik ondervind
Ik sta uit
Ik veel
Ik verdraag
de verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid
.

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


VERSHININ- Ja
Jawel
Wel
Zich
... PeroDoch
Echter
Maar
a miMi
Mijn
modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
de verBekijken
Kijken
Zien
, en loDe
Hem
Het
U
de
interesantesBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
civilesBurgerlijk
Burgerlijke
Civiel
Civiele
que militaresJij/je zal oorlogvoeren
Jij/je zal strijden
Militair
Militaire
Militairen
, por loDe
Hem
Het
U

menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
en estaDeze
Dit
ciudadPlaats
Stad
. ¡DaBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
! De oírHoren
Vernemen
Verstaan
a un
intelectualGeestelijk
Geestelijke
Intellectueel
Intellectuele
Ontwikkeld
Ontwikkelde
Verstandelijk
Verstandelijke
la localidadDorp
Lokaal
Lokaliteit
Plaats
Plaatsbewijs
Ruimte
Stad
Zitplaats
, civilBurgerlijk
Burgerlijke
Civiel
Civiele
o militarMilitair
Militaire
Oorlogvoeren
Strijden
, resulta(Het) resulteert
Blijk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Kom uit!
Kom voort!
Resulteer!
Spruit voort!
Val uit!
Vertoon je!
Vloei voort!
Volg!
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
conDoor
Met
Per
Samen met
suHaar
Hun
Uw
Zijn
mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
conDoor
Met
Per
Samen met
suHaar
Hun
Uw
Zijn

casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
 echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
conDoor
Met
Per
Samen met
suHaar
Hun
Uw
Zijn
fincaBezitting
Boerderij
Buiten
Buitenverblijf
Goed
Landgoed
Landhuis
Villa
, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt

másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
conDoor
Met
Per
Samen met
los caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen
... AlNaar de
Naar het
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
rusoRus
Russisch
Russische
leHaar
Hem
Het
U
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
propiaEigen
en altoBoven
Daarboven
Omhoog
gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap
la elevaciónBevorderen
Hoogte
Indienen
Opheffen
Oprichten
Opstijgen
Opvoeren
Stand
Stijgen
Tillen
Verheffen
Verhogen
del pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje
, dígameHallo
Hallo, zeg het maar
Zeg het maar
Zegt u het maar
,
¿por quéWaarom en la vidaHachje
Leven
se quedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
a ras deBijna aan de oppervlakte
 van
Vlak boven
tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land
?
¿Por quéWaarom?
MASHA- ¿Por quéWaarom?
VERSHININ- ¿Por quéWaarom estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
hartoIk erger
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Zat
Zatte
de los hijosKinderen
Zonen
Zoons
y de
la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
? ¿Por quéWaarom la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
y los hijosKinderen
Zonen
Zoons
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
hatos
de élHem
Hij
?
MASHA- HoyHeden
Vandaag
se encuentraBevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gesteld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt het
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
deprimidoBedrukt
Bedrukte
Gedeprimeerd
Neergedrukt
Neerslachtig gemaakt
Terneergedrukt
.
VERSHININ- EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke
. HoyHeden
Vandaag
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
almorzadoGeluncht
Het middagmaal gebruikt
.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
comidoGebikt
Gebruikt
Gegeten
Geluncht
Genuttigd
Gevreten
Het middagmaal gebruikt
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
la mañanaMorgen
Ochtend
. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
una
hijaDochter un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
enfermaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt ziek
Word ziek!
Ziek
Ziek geworden
Zieke
, y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
misMi's
Mijn
hijasDochters estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn
enfermasJij/je wordt ziek
Ziek
Ziek geworden
Zieke
,
me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me
intranquilo, meMe
Mij
remuerde la concienciaBewustzijn
Geweten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bewust
Maak bewust!

por haberlesZe te hebben dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend
una madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding
semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke
.
¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
hoyHeden
Vandaag
! Que nulidadNietigheid. HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn

comenzadoAangebonden
Aangebroken
Aangevangen
Begonnen
Begonnen met
Ingegaan
a reñirKiften
Kijven
Krakelen
Ruzie maken
Ruziën
a las siete7
Zeven
de la mañanaMorgen
Ochtend
, a las
nueve9
Negen
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend
un portazo y heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
salidoAfgereden
Buitengegaan
Er mee weg gekomen
Gestart
Getogen
Naar buiten gegaan
Op weg gegaan
Opgestapt
Uitgegaan
Uitgekomen
Uitgelopen
Uitgereden
Uitgestapt
Uitgestegen
Uitgetreden
Uitgevaren
Verschenen
Vertrokken
Weggegaan
Weggereden
(PausaPauze
Rust
.) NuncaNimmer
Nooit

hablo deIk behandel
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik discuteer
Ik wissel van gedachten
estoDeze
Dit
y, cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
raraEigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Kostbaar
Kostbare
Ongemeen
Ongemene
Raar
Rare
Schaars
Schaarse
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Waardevol
Waardevolle
Wonderlijk
Wonderlijke
Zeldzaam
Zeldzame
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
me lamentoIk jammer
Ik klaag
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus


A. CHÉJOV
que a ustedGij
U
. (LeHaar
Hem
Het
U
besaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoent
Kus!
Zoen!
la manoDe hand.)NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se enojeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze windt zich op conmigoMet mij
Met mij mee
.
AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
de ustedGij
U
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
, a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand
... (PausaPauze
Rust
.)
MASHA- ¡QuéWat
Welke
ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer
haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
la chimeneaOpen haard
Schoorsteen
Schouw
! PocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger

de la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden
de nuestroOns
Onze
Van ons
padrePater
Vader
, zumbabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gonsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raasde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suisde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suizelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tuitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoemde
Ik bromde
Ik bruiste
Ik gonsde
Ik raasde
Ik snorde
Ik suisde
Ik suizelde
Ik tuitte
Ik zoemde
del misMi's
Mijn

modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
. ExactamenteGetrouw
Getrouwe
Precies
Trouw
Trouwe
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
.
VERSHININ- ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
ustedGij
U
supersticiosaBijgelovig
Bijgelovige
?
MASHA- Ja
Jawel
Wel
Zich
.
VERSHININ- EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
 deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke
. (LeHaar
Hem
Het
U
besaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoent
Kus!
Zoen!
la manoDe hand.) UstedGij
U

esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon
magníficaBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende
, maravillosaMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
. ¡MagníficaBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende
,
maravillosaMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
! AquíAlhier
Hier
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting
, masDoch
Echter
Maar
Plus
veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie
el resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering

de susHaar
Hun
Uw
Zijn
ojosKijkers
Ogen
.
MASHA (se sientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich
Men proeft
en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
silla)-Rug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel
AquíAlhier
Hier
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting
...
VERSHININ- YoEgo
Ik
amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
, amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
, amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
... AmoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon
susHaar
Hun
Uw
Zijn
ojosKijkers
Ogen
,
susHaar
Hun
Uw
Zijn
movimientosBewegingen
Drukten
Slagen
Zetten
, que veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie
en sueñosDromen
Slapen
... ¡EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon

magníficaBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende
, maravillosaMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke
!
MASHA (riendoLachend silenciosamente)- CuandoAls
Tijdens
Wanneer
ustedGij
U
meMe
Mij

habla deBehandel!
Bepraat!
Bespreek!
Discuteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Wissel van gedachten!
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
por quéWaarom me ríoIk lach, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al

sientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer
miedoAngst
Beduchtheid
Vrees
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
loDe
Hem
Het
U
repitaHerhaal
Herhaalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt nog eens
Ik herhaal
Ik neem door
Ik zeg na
Ik zeg nog eens
Neemt u door!
Zegt u na!
Zegt u nog eens!
, por favorAlsjeblieft
Alstublieft
Gelieve
Wees zo goed
... (A mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!

vozInspraak
Stem
Stemgeluid
.) AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
, de todos modosAlleszins
Op alle manieren
Op alle wijzen
, hableConverseert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Ik converseer
Ik praat
Ik spreek
Praat u!
Spreekt u!
, meMe
Mij
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
...
(Se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich
el rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen.) MeMe
Mij
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
...
Viene(Het) komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
alguienEen of ander
Een zeker
Iemand
, hable deBehandelt u!
Bepraat u!
Bespreekt u!
Discuteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Ik behandel
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik discuteer
Ik wissel van gedachten
Wisselt u van gedachten!
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak
...

IRINA y TUSENBACH entranZij/ze gaan binnen
Zij/ze gaan in
Zij/ze gaan naar binnen
Zij/ze komen binnen
Zij/ze komen in
Zij/ze lopen binnen
Zij/ze rijden binnen
Zij/ze rijden in
por la salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!
.

LAS TRES3
Drie
HERMANASZussen
Zusters


TUSENBACH- TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
tres3
Drie
apellidosAchternamen
Familienamen
. Me llamoIk heet
Ik word genoemd
barónBaron
de Tusenbach-Krone-Altschauer, peroDoch
Echter
Maar
soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
rusoRus
Russisch
Russische
,
ortodoxoFijn
Fijne
Orthodox
Orthodoxe
Rechtzinnig
Rechtzinnige
Vrome
Vroom
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
ustedGij
U
. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
lo queDat wat
Wat
meMe
Mij
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
quedadoAfgesproken
Gebleven
Gepast
Gestaan
Geweest
Geworden
In een bepaalde toestand
 geraakt
Zich bevonden

de alemánDuits
Duitse
Duitse taal
Duitser
, a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
, quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
, estaDeze
Dit
pacienciaGeduld
Lijdzaamheid
y
estaDeze
Dit
obstinación conDoor
Met
Per
Samen met
que la estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
fastidiandoErgerend
Hinderend
Tegenstaand
Vermoeiend
Vervelend
. La
acompañoIk accompagneer
Ik begeleid
Ik ga mee
Ik loop mee
Ik vergezel
todas lasAlle tardesAvonden
Jij/je blijft achter
Jij/je blijft lang weg
Jij/je blijft na
Jij/je doet lang over
 iets
Jij/je draalt
Jij/je duurt
Jij/je talmt
Jij/je treuzelt
Middagen
Namiddagen
.

<-- Vorige/ AnteriorUitgang/ SalidaVolgende/ Siguiente -->