LeHaar
Hem
Het
U diGeef op!
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
Spreek!
Zeg! cordialmente las graciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen por suHaar
Hun
Uw
Zijn ofrecimientoAanbieding
Aanbod
Bod
Offer
Opoffering
Optreden
Presentatie
Uitvoering
Voorslag
Voorstel
Voorstelling,
y nos(Aan) ons
Ons fui aIk ging naar pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet a la aldeaBuurtschap
Dorp
Gehucht
Plaats
Vlek, en dondeWaarin estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten
los caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen. MientrasTerwijl poníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik bracht op
Ik bracht op gang
Ik deed
Ik deed aan
Ik kreeg aan de
praat
Ik legde
Ik legde neer
Ik legde op
Ik plaatste
Ik schakelde in
Ik stak
Ik stelde
Ik stopte
Ik trok aan
Ik vlijde
Ik zette
Ik zette aan
Ik zette neer alNaar de
Naar het tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer a miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding de
lo queDat wat
Wat iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds las cabalgadurasLastdieren
Rijdieren estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten ensilladasGezadeld
Opgezadeld.
-DoggerDogger
Midden-jura -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans-; túGe
Gij
Je
Jij llevasJij/je berekent
Jij/je brengt
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt in rekening
Jij/je brengt mede
Jij/je brengt mee
Jij/je brengt weg
Jij/je draagt
Jij/je hebt aan
Jij/je hebt op
Jij/je hebt voor
Jij/je neemt mee
Jij/je vervoert ahíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds un
buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende caballoKnol
Paard
Ros; ponBreng op gang!
Breng op!
Doe
Doe aan!
Doe!
Krijg aan de praat!
Leg neer!
Leg op!
Leg!
Plaats!
Schakel in!
Steek!
Stel!
Stop!
Trek aan!
Vlij!
Zet aan!
Zet neer!
Zet! a esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind chiquilloKlein
Kleine en ancasBillen.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart hubeIk had
Ik was yoEgo
Ik montadoBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet y asídome alNaar de
Naar het cinturónCeintuur
Gordel
Riem
Zone
de DoggerDogger
Midden-jura, el inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende la señalHet signaal de partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan, y todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la caravanaCaravan
Karavaan se pusoHij zette zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd en movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet, saliendoAfrijdend
Buitengaand
Er mee weg komend
Eruitgaand
Naar buiten gaand
Op weg gaand
Opstappend
Startend
Tijgend
Uitgaand
Uitkomend
Uitlopend
Uitrijdend
Uitstappend
Uitstijgend
Uittredend
Uitvarend
Verschijnend
Vertrekkend
Weggaand
Wegrijdend alNaar de
Naar het
caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, a un troteDraaft u!
Dribbelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dribbelt
Ik draaf
Ik dribbel bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije vivoIk leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige y cruzandoDoorkruisend
Kruisend
Overstekend el
puenteBrug
Dek
Dwarsbalk (van een boerenwagen)
Kam (van een viool)
Scheepsbrug
Scheepsdek
Verdek que nos(Aan) ons
Ons sirvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bediende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewees een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaartte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van dienst de esconditeSchuilplaats, conDoor
Met
Per
Samen met rumboKoers
Kompasstreek
Streek
Windstreek a la
casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! del doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey.
66
Zes. Los papelesPapieren
Rollen del capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
CaminamosWij/we liepen
Wij/we lopen
Wij/we schreden
Wij/we schrijden
Wij/we stappen
Wij/we stapten
Wij/we traden
Wij/we treden
Wij/we wandelden
Wij/we wandelen bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije de prisaGauw
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Vlug hasta queTot
Totdat, por finEindelijk
Per saldo
Ten slotte,
nos detuvimosWij/we bleven staan
Wij/we hielden halt
Wij/we hielden stil
Wij/we sloegen af
Wij/we stonden stil
Wij/we stopten a la puertaDeur
Poort
Portier de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! del doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey,
que permanecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze restte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbleef
Ik bleef
Ik bleef over
Ik resteerde
Ik restte
Ik toefde
Ik verbleef exteriormenteVan buiten oscuraDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere.
El inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans meMe
Mij dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei que me apearaIk stapte af
Ik stapte uit y llamaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneerde
Ik belde
Ik belde aan
Ik belde op
Ik benoemde
Ik heette
Ik klopte
Ik luidde
Ik maakte uit voor
Ik noemde
Ik praaide
Ik riep
Ik riep aan
Ik riep op
Ik schelde
Ik telefoneerde
a la puertaDeur
Poort
Portier, y DoggerDogger
Midden-jura meMe
Mij dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de susHaar
Hun
Uw
Zijn estribosLandhoofden
Steunmuren
Stijgbeugels
Treeplanken
Voetenplanken
para queOpdat
Zodat bajaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf korting
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
uitstappen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakte weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk
Ik daalde
Ik daalde af
Ik gaf korting
Ik ging naar beneden
Ik ging naar beneden
uitstappen
Ik kortte
Ik liet neer
Ik sloeg af
Ik stapte af
Ik stapte uit
Ik trok af
Ik verlaagde
Ik verzakte
Ik zakte
Ik zakte weg
Ik zonk por el. La puertaDeur
Poort
Portier se abrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende de rij casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo, y aparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draafde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen la criada.
-Dienares
Dienstbode
Dienstmaagd
Dienstmeisje
Gefokt
Kamenier
Kamenierster
Kamermeisje
Meid
Opgefokt
Opgevoed
Soubrette¿EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en casaIn huis
Thuis el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus? -leHaar
Hem
Het
U preguntéIk vraagde
Ik vroeg.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank -meMe
Mij contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde-, estuvo(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat aquíAlhier
Hier por la tardeDe middag; peroDoch
Echter
Maar
volvió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug naar salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden conDoor
Met
Per
Samen met rumboKoers
Kompasstreek
Streek
Windstreek a la UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit, en dondeWaarin
iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten y a pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan la veladaGesluierd
Gewaakt
Omsluierd conDoor
Met
Per
Samen met el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney.
-EntoncesDan
Dus
Toen, vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen alláDaar, muchachosJongens
Knapen
Knullen -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur.
EstaDeze
Dit vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la distanciaAfstand
Eind
End que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had que recorrerAfleggen
Aflopen
Bereizen
Doorgaan
Doorreizen
Doortrekken
Gaan door
Rondreizen
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer cortaBreek af!
Hak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Houw!
Kap!
Klein
Kleine
Knip!
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige
Onthoofd!
Pluk af!
Pluk!
Ruk af!
Schakel uit!
Scheer!
Scheur weg!
Sla het hoofd af!
Snerp!
Snij
Snijd door!
Snijd!
Snoei!
Verricht sectie!, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank volví aIk ging terug naar
Ik keerde terug naar
Ik kwam terug naar montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten, sinoDoch
Echter
Maar que marchéIk liep
Ik marcheerde
asidoAangegrepen
Aangevat
Beetgenomen
Beetgepakt
Bemachtigd
Gegrepen
Genomen
Gepakt
Gevat
Opgeraapt
Vastgegrepen a la correaDe riem del estriboIk berust
Ik leun
Ik rust
Ik word geschraagd
Landhoofd
Remklauw
Steunmuur
Stijgbeugel
Treeplank
Voetenplank de DoggerDogger
Midden-jura, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la
puertaDeur
Poort
Portier del parquePark
Plantsoen
Warande, y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens por la largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde avenidaAvenue
Dreef
Laan
Promenade
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelplaats
Wandelweg de
los árbolesBomen
Masten, alumbradaAangestoken
Belicht
Beschenen
Verlicht
Voorgelicht a aquellaDat
Die
Diegene horaTijd
Uur, por el resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering
de la lunaMaan
Ruit
Staande spiegel, en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van viejosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten jardinesGaarden
Hoven
Tuinen,
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte siluetaSchaduwbeeld
Silhouet del grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de edificiosBouwsels
Bouwwerken
Constructies
Gebouwen
Percelen que
formanZij/ze formeren
Zij/ze gaan aan
Zij/ze paraderen
Zij/ze pralen
Zij/ze prijken
Zij/ze pronken
Zij/ze vormen la UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit.
El criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed nos(Aan) ons
Ons condujoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed auto
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde por un pasilloBaan
Gang
Gangpad
Overloop
Rijstrook esterado, a
cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier extremoAangelegenheid
Buitengewone
Buitengewone zorg
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neus
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje
Toppunt
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinde
Uiterst
Uiterste
Uiterste deel
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde nos(Aan) ons
Ons mostróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees uit la granGroot
Grote bibliotecaBibliotheek
Bieb
Boekerij, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
R. L STEVENSON
formadaAangegaan
Geformeerd
Geparadeerd
Gepraald
Geprijkt
Gepronkt
Gevormd de inmensosInmens
Inmense
Onbegrensd
Onbegrensde
Oneindig
Oneindige
Onmetelijk
Onmetelijke
Onnoemelijk
Onnoemelijke
Zeer uitgebreid estantesPlanken
Schappen coronadosBekroond
Gekroond de bustosBorstbeelden
Busten
Bustes
de sabiosLeerzaam
Leerzame de todas lasAlle edadesLeeftijden. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds encontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden alNaar de
Naar het
caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney y alNaar de
Naar het doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey, charlandoBabbelend
Keuvelend
Kletsend
Pratend
animadamenteGeanimeerd, cigarroSigaar en manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij un fuegoVuur
vivificador.
HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs aquellaDat
Die
Diegene nocheAvond
Nacht noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden la ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak
de verBekijken
Kijken
Zien de cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks alNaar de
Naar het caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent de másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de seis6
Zes piesPoten
Voeten de estaturaFiguur
Gestalte
Lichaamsbouw
Postuur
Statuur y de anchoBrede
Breed
Breedte
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde
proporcionadoAfgemeten
Afgewogen
Bezorgd
Evenredig gemaakt
Gefourneerd
In orde gebracht
Verschaft, conDoor
Met
Per
Samen met un rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet rudoGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Scherp
Scherpe, ásperoBits
Bitse
Bobbelig
Bobbelige
Bultig
Bultige
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Onaangenaam
Onaangename
Oneffen
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Rul
Rulle
Ruw
Ruwe
Scherp
Scherpe
Schraal
Schrale
Snibbig
Snibbige, y encarnadoAan de hengel bevestigd
Een hevige indruk gemaakt
Een vleeskleur gegeven aan
Gegroeid
Geïncarneerd
In het vlees gedrongen
Vertegenwoordigd
Vlees geworden
Voorgesteld
Wild afgemaakt,
que susHaar
Hun
Uw
Zijn largosBreedvoerig
Breedvoerige
Lang
Lange
Largo's
Lengten
Lengtes
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde viajesJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig,
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals forradoBekleed
Gevoerd
Gevoerde
Overgetrokken por una mascaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kauwde
Ik kauwde. SusHaar
Hun
Uw
Zijn pupilasOogappels
Pupillen eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren
negrasZwart
Zwarte y se movíanZij/ze bewogen
Zij/ze bewogen zich
Zij/ze verroerden zich conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote vivacidadKrasheid
Kwiekheid
Levendigheid
Opgewektheid
Rapheid
Tierigheid
Viefheid
Wakkerheid, por lo cualDat wat
Hetgeen
Wat
aparentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed alsof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fingeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze simuleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde voor
Ik deed alsof
Ik fingeerde
Ik gaf voor
Ik simuleerde
Ik veinsde
Ik wendde voor poseerBeheersen
Bezitten
Erop nahouden
Grondig kennen
Hebben
Rijk zijn un temperamentoTemperament, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank diréIk zal opgeven
Ik zal spreken
Ik zal zeggen maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten,
peroDoch
Echter
Maar síJa
Jawel
Wel
Zich violentoAbnormaal
Abnormale
Driftig
Driftige
Gewelddadig
Gewelddadige
Hevig
Hevige
Ik doe geweld aan
Ik forceer
Ik rand aan
Ik verkracht
Onnatuurlijk
Onnatuurlijke
Onstuimig
Onstuimige
Opbruisend
Opbruisende
Sterk
Sterke
Tegen zijn zin
Vals
Valse y altivoHooghartig
Hooghartige.
-Pase(Het) gaat over
Brengt u door!
Gaat u langs!
Gaat u over!
Gaat u voorbij!
Gebeurt u!
Geeft u aan!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Komt u langs!
Komt u om!
Komt u verder!
Laat u door!
Overkomt u!
Passeert u!
Reikt u aan!
Steekt u over!
Verdrijft u!
Vergaat u!
Verloopt u!
Verstrijkt u! ustedGij
U, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei entoncesDan
Dus
Toen, en tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht
benévoloAardig
Aardige
Gewillig
Gewillige
Goedwillig
Goedwillige
Vriendelijk
Vriendelijke
Welgezind
Welgezinde
Welwillend
Welwillende y amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke.
-BuenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende nochesAvonden
Nachten, DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei, a suHaar
Hun
Uw
Zijn vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt, el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus,
conDoor
Met
Per
Samen met una inclinación de cabeza-Hoofdneiging Y, buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende nochesAvonden
Nachten, túGe
Gij
Je
Jij
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook, amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind Jim. ¿QuéWat
Welke buenosBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende vientosWinden traen aZij/ze brengen naar
ustedesGij
U por acáAlhier
Daar
Hier?
El inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur quedóse(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was de pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet, derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse y tiesoDirect
Directe
Live
Recht
Rechte
Rechtstreeks
Rechtstreekse
Stevig comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un veteranoOudgediende
Veteraan, y contóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelde loDe
Hem
Het
U acaecidoGebeurd
Geschied
Voorgevallen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un estudianteCursist
Cursiste
Student
Studente
que recitaDraag voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reciteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt op
Reciteer!
Zeg op! suHaar
Hun
Uw
Zijn lecciónLes. Era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit verseBlijken
Duidelijk zijn
Elkaar bezoeken
Elkaar ontmoeten
Zich laten zien cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je
aquellosDie
Diegene dos2
Do's
Twee
Tweede caballerosHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
Ridders
Ruiters se acercabanZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht insensiblemente,
y quéWat
Welke miradasAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blikken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijken
Kijkjes
Toegekeken
Toegezien se dirigíanZij/ze draaiden om
Zij/ze draaiden rond
Zij/ze keerden om
Zij/ze keerden zich om
Zij/ze richtten zich tot uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één alNaar de
Naar het otroAnder
Andere
Nog een
Nog één, em
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
bargándoles la sorpresaBetrappen
Bevreemding
Snappen
Surprise
Treffen
Verbaasdheid
Verbazen
Verbazing
Verrassen
Verrassing
Verwondering de talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze, que hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs se
olvidaronZij/ze leerden af
Zij/ze vergaten
Zij/ze verleerden por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige de fumarRoken
Smoken susHaar
Hun
Uw
Zijn cigarrosSigaren.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer se lesHen
Hun
U refirióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht verslag uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze citeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meldde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze refereerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelde cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vueltoGedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Omgedraaid
Rondgedraaid
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten conmigoMet mij
Met mij mee a la posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement, el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus se dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond una buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
palmadaHandklap en el musloBout
Bovenbeen
Dij y el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney exclamó:
-Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet¡BravoBraaf
Brave
Dapper
Dappere
Stoutmoedig
Stoutmoedige, bravoBraaf
Brave
Dapper
Dappere
Stoutmoedig
Stoutmoedige!
Y en suHaar
Hun
Uw
Zijn entusiasmoEnthousiasme
Geestdrift
Ik beziel
Ik enthousiasmeer
Uitbundigheid, arrojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit suHaar
Hun
Uw
Zijn excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke habanoHavanna a
la chimeneaOpen haard
Schoorsteen
Schouw. MuchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring de pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet, y
medíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam op
Ik mat
Ik mat af
Ik mat op
Ik mat uit
Ik nam op, a pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan agitadosGeagiteerd
Geroerd
Geschud
Opgehitst
Opgeruid
Opgestookt
Opgewonden, la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning, en tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer que
el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus, como siAlsof estoDeze
Dit leHaar
Hem
Het
U ayudaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond ter zijde
Ik baatte
Ik hielp
Ik stond bij
Ik stond ter zijde a oírHoren
Vernemen
Verstaan mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever, se
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had arrancadoAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd la empolvadaBepoederd
Bestrooid pelucaPruik y se nos(Aan) ons
Ons exhibíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze exposeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tentoon
Ik bracht uit
Ik etaleerde
Ik exposeerde
Ik stalde uit
Ik stelde bloot
Ik stelde tentoon,
haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend una figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! extrañaBan!
Bevreemd!
Buitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aanmerking op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt vreemd
Houd van de deur!
Laak!
Maak aanmerking op!
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Verbaas!
Verban!
Vind vreemd!
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn negroNeger
Zwart
Zwarte cabelloHaar,
cortadoAfbreken
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Afplukken
Afrukken
Doorgesneden
Doorsnijden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Hakken
Het hoofd afgeslagen
Houwen
Kappen
Knippen
Koffie met een beetje
melk
Koffie met melk
Koffie met weinig melk
Onthoofd
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verricht
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitgeschakeld
Uitschakelen
Versneden
Weggescheurd
Wegscheuren a peineHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kamt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kamt uit
Ik kam
Ik kam uit
Kam
Kammossel
Kamt u uit!
Kamt u!, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals se diceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gezegd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt bij zichzelf en términosBegrippen
Besluiten
Bewoordingen
Beëindigingen
Einden
Eindes
Enden
Gezegden
Gezegdes
Leden
Spreekwijzen
Termen
Termijnen
Vaktermen
Zegswijzen
Zinswendingen de
barberíaKapperszaak.
Al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte el inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans concluyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concludeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte een gevolgtrekking suHaar
Hun
Uw
Zijn narraciónDebiteren
Verhaal
Verhalen
Vertellen
Vertelling.
-SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ustedGij
U un
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent de nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele corazónHart
Klokhuis. En cuantoZodra alNaar de
Naar het hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet de
haberBezitting
Hebben
Zijn atropelladoAangereden
Haastig
Haastige
Opgereden
Overgereden
Voorgereden a aquelDat
Die perversoPervers
Perverse, loDe
Hem
Het
U consideroIk beschouw
Ik beschouw als
Ik ga na
Ik houd rekening met
Ik overweeg
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un actoActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet meritorio, talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el aplastarUitrollen (van deeg) una
alimaña venenosaGiftig
Giftige. Por lo queDat wat
Wat se refiere aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroept zich op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steunt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijst naar esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
mozalbete Hawkins, el haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden el "triunfoIk heb succes
Ik zegevier
Triomf
Troef
Zege
Zegepraal" en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
juegoIk speel
Ik speel voor
Ik voer uit
Spel
Spelen
Speling
Spelletje
Uitvoeren
Voorspelen. VamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen, chicuelo, ¿quieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren el favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst de
tirarGooien
Omverwerpen
Paffen
Schieten
Trekken
Uitgooien
Uitsmijten
Uitwerpen
Vuren
Weggooien del cordónAfzetting
Band
Kordon
Lint
Nestel
Rijgveter
Schoenveter
Touwtje
Veter de esaDat
Die campanillaAkkerwinde
Bel
Goudpapaver
Huig
Klok
Luchtbel
Rinkelbel
Schel
Slaapmutsje
Wildemanskruid? Es precisoHet is nodig que
obsequiemosLaten we onthalen
Laten we trakteren
Laten we vergasten
Laten we vrijhouden
Wij/we houden vrij
Wij/we onthalen
Wij/we trakteren
Wij/we vergasten alNaar de
Naar het señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur conDoor
Met
Per
Samen met un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de cervezaBier.
R. L STEVENSON
-Por lo vistoBlijkbaar
Klaarblijkelijk, Jim, túGe
Gij
Je
Jij creesJij/je creëert
Jij/je denkt
Jij/je gelooft
Jij/je houdt voor
Jij/je maakt
Jij/je meent
Jij/je richt op
Jij/je schept tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden en tuJe
Jouw poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen loDe
Hem
Het
U
que esosDie malvadosBooswichten
Pervers
Perverse
Snoodaards
Verdorven buscabanZij/ze gingen halen
Zij/ze haalden
Zij/ze haalden af
Zij/ze haalden op
Zij/ze keken uit
Zij/ze snorden
Zij/ze zagen uit
Zij/ze zochten
Zij/ze zochten op -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus.
-AquíAlhier
Hier loDe
Hem
Het
U tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast ustedGij
U -dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei, alargándole el paquetePak
Pakje
Pakket
envueltoGebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Opgerold
Verpakt en telaDoek
Lijnwaad
Linnen
Stof
Weefsel impermeableOndoorlaatbaar
Regenjas
Regenmantel
Vetvrij
Vetvrije.
El doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus loDe
Hem
Het
U tomóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan y leHaar
Hem
Het
U dio vueltasHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om y másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugkeren
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen,
como siAlsof susHaar
Hun
Uw
Zijn deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten danzaranZij/ze bewogen zich snel
Zij/ze dansten conDoor
Met
Per
Samen met la impacienciaOngeduld
Reuzenbalsemien
Springzaad de
abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken aquelloDat
Die
Diegene
Zulks; peroDoch
Echter
Maar, en vez deIn plaats van
In stede van hacerloDoen
Laten
Maken asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, depositóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deponeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf in bewaring
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde in el
paquetePak
Pakje
Pakket tranquilamenteBedaard
Kalm
Rustig
Stil en suHaar
Hun
Uw
Zijn bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak.
-CaballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer
DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven cervezaBier, tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast, por fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!, que
salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer, alNaar de
Naar het servicioAankaarten
Bedienen
Bediening
Bedieningsgeld
Deugen
Dienen
Dienst
Dienstverlening
Eetservies
Eredienst
Godsdienstoefening
Helpen
Kerkdienst
Opdienen
Serveren
Service
Servies
Toilet de SuHaar
Hun
Uw
Zijn MajestadEerwaarde
Hoogheid
Majesteit; peroDoch
Echter
Maar, en
cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant a Jim, me propongoIk ben van plan
Ik ben voornemens
Ik heb voor
Ik stel me voor hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren que se quedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt estaDeze
Dit
nocheAvond
Nacht en miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig es queDat komt omdat
Want, conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn permisoPermissie
Toestemming
Vergunning
Verlof, propondríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanbieden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bieden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitloven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voordragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voorslaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voorstellen
Ik zou aanbieden
Ik zou bieden
Ik zou uitloven
Ik zou voordragen
Ik zou voorslaan
Ik zou voorstellen
yoEgo
Ik que leHaar
Hem
Het
U mandáramosWij/we bevalen
Wij/we commandeerden
Wij/we gelastten
Wij/we schreven voor
Wij/we sommeerden
Wij/we verordenden
Wij/we voerden aan
Wij/we voerden het bevel darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen una buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende tajadaFilet
Moot
Plak
Schijf
Snede
Snee
Sneetje
de pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude para queOpdat
Zodat ceneDineert u!
Eet u 's avonds!
Eet u!
Gebruikt u het avondmaal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet 's avonds
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt het avondmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze soupeert
Ik dineer
Ik eet
Ik eet 's avonds
Ik gebruik het avondmaal
Ik soupeer
Soupeert u!.
-ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals ustedGij
U quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u!, Livesey -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-.
HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is M w haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet acreedorCrediteur
Eerzaam
Eerzame
Krediet-
Schuldeiser
Verdienstelijk
Verdienstelijke
Waar
Waardig
Waardige
Ware a algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat MejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever que Un
PastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude.
DichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk estoDeze
Dit trajeronZij/ze bezorgden
Zij/ze brachten
Zij/ze brachten aan
Zij/ze brachten mee
Zij/ze droegen aan
Zij/ze namen mee y colocaronZij/ze brachten onder
Zij/ze deden
Zij/ze legden
Zij/ze legden neer
Zij/ze plaatsten
Zij/ze staken
Zij/ze stelden
Zij/ze stopten
Zij/ze verplaatsten
Zij/ze vlijden
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten neer
Zij/ze zetten uit en una mesitaTafeltje
lateralLateraal
Laterale
Zij-
Zijdelings
Zijdelingse
Zijwaarts
Zijwaartse un grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime y apetitosoSmakelijk
Smakelijke pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt de pichónDuif, conDoor
Met
Per
Samen met el
cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals meMe
Mij despachéIk deed af
Ik deed toekomen
Ik expedieerde
Ik handelde af
Ik stuurde
Ik stuurde op
Ik stuurde uit
Ik stuurde weg
Ik verstuurde
Ik verzond
Ik wikkelde af
Ik zond
Ik zond af
Ik zond op
Ik zond weg concienzudamenteGrondig y muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer a miMi
Mijn saborSmaak,
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid es queDat komt omdat
Want teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer apetitoEetlust
Graagte
Honger
Hongerigheid
Trek comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un halcónValk. EntretantoAlvast
Inmiddels
Intussen
Ondertussen
Vast
Voorlopig
Zolang, el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans recibíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze genoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheerde
Ik accepteerde
Ik begroette
Ik genoot
Ik kreeg
Ik nam aan
Ik ontving
Ik toucheerde
nuevosNieuw
Nieuwe cumplidosComplimenten
Gadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Plichtplegingen
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen, tomabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan
Ik accepteerde
Ik dronk
Ik gebruikte
Ik kreeg binnen
Ik nam
Ik nam aan
Ik nam af
Ik nam in
Ik nuttigde
Ik ontving
Ik pakte
Ik raapte op
Ik slikte in
Ik sloeg in
Ik snoof op
Ik vatte
Ik vatte aan suHaar
Hun
Uw
Zijn cervezaBier, y concluíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concludeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte een gevolgtrekking
Ik besloot
Ik concludeerde
Ik leidde af
Ik maakte een gevolgtrekking, alNaar de
Naar het
finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding, por pedirseAanvragen
Bedelen
Bestellen
Inroepen
Verlangen
Verzoeken
Vragen
Vragen om.
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
-Y, ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter... -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus.
-Y- ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, Livesey... -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet, el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter en el
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve tono-Cada cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak a suHaar
Hun
Uw
Zijn tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U rezaBid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bidt el
proverbioSpreekwoord doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus riendoLachend-; ustedGij
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan hablar deBehandelen
Bepraten
Bespreken
Discuteren
Van gedachten wisselen
eseDat
Die FlintFlint, a lo queDat wat
Wat creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep- ¡OídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan hablar deBehandelen
Bepraten
Bespreken
Discuteren
Van gedachten wisselen el!- exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet
el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-. ¡OídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan de el! PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus sanguinarioBloeddorstig
Bloeddorstige
filibusteroFilibuster
Vrijbuiter que jamásNimmer
Nooit cruzadoBastaard-
Doorkruist
Gekruist
Hybridisch
Hybridische
Kruisvaarder
Overgestoken el océanoOceaan
Wereldzee ...
BarbarrojaBarbarossa eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un niño de pechoZuigeling juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen el. Los españolesIberiërs
Spaans
Spaanse
Spanjaarden
leHaar
Hem
Het
U tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast un miedoAngst
Beduchtheid
Vrees tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende que, deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld decirloOpgeven
Spreken
Zeggen
conDoor
Met
Per
Samen met franquezaOpenhartigheid, me sentíaIk voelde me yoEgo
Ik orgullosoFier
Fiere
Hoogmoedig
Hoogmoedige
Hoovaardig
Hoovaardige
Prat
Pratte
Trots
Trotse
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane de que
FlintFlint inglésBrit
Brits
Britse
Engels
Engelse
Engelse taal
Engelsman. HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta conDoor
Met
Per
Samen met misMi's
Mijn ojosKijkers
Ogen, las gavias de suHaar
Hun
Uw
Zijn
navíoSchip, a la alturaHoogte
Verhevenheid de la TrinidadDrie-eenheid
Trinidad
Triniteit, -y el gallinazo hijoKind
Zoon
de borrachín conDoor
Met
Per
Samen met quienDie
Wie yoEgo
Ik habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had embarcadoAan boord gegaan
Ingestapt hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
proaBoeg
Voorschip
Voorsteven atrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin
Achteruit
Achterwaarts
Rugwaarts
Terug, refugiándoseDe wijk nemend
Een toevlucht zoekend
Uitwijkend a todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle prisaGezwindheid
Haast
Haastigheid
Rapheid
Snelheid
Spoed
Urgentie
Vaart
Vlugheid en Puerto EspañaPort of spain.
-EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus-; tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook yoEgo
Ik heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan
hablarConverseren
Praten
Spreken el en InglaterraEngeland; peroDoch
Echter
Maar la cuestiónKwestie
Probleem
Ruzie
Twist
Vraag esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats éstaDeze
Dit: ¿teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
dineroGeld
Poen?
¡DineroGeld
Poen! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney-, ¡haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan ustedGij
U cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak! ¿PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende quéWat
Welke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats lo queDat wat
Wat esosDie villanosBooswichten
buscabanZij/ze gingen halen
Zij/ze haalden
Zij/ze haalden af
Zij/ze haalden op
Zij/ze keken uit
Zij/ze snorden
Zij/ze zagen uit
Zij/ze zochten
Zij/ze zochten op, sinoDoch
Echter
Maar dineroGeld
Poen? ¿lesHen
Hun
U ImportaBedraag!
Beloop!
Ben erg!
Ben van belang!
Doe ter zake!
Het is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ter zake
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze importeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is erg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van belang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert in
Importeer!
Maak uit!
Voer in! a ellosHen
Ze
Zij nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt dineroGeld
Poen? ¿Y por quéWaarom otraAnder
Andere
Nog een
Nog één arriesgabanZij/ze brachten in gevaar
Zij/ze liepen risico
Zij/ze namen risico
Zij/ze riskeerden
Zij/ze verspeelden
Zij/ze waagden
Zij/ze zetten op het
spel vilesGemeen
Gemene
Infaam
Infame
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Schunnig
Schunnige
Vuig
Vuige
pellejosDierenvellen
Huiden
Pelzen
Vachten
Vellen que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was dineroGeld
Poen?
-EsoDat
Die
Zulks loDe
Hem
Het
U veremosWij zullen zien
Wij/we zullen bekijken
Wij/we zullen kijken
Wij/we zullen zien prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast -replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus-, peroDoch
Echter
Maar
ustedGij
U tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer, excitadoAangemaand
Aangewakkerd
Geprikkeld
Gewerkt op
In vervoering gebracht
Opgewonden
Verhit que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank aciertoBedrevenheid
Beleid
Beslissing
Doorkomen
Gissen
Goede antwoord
Goede zet
Halen
Handigheid
Ik gis
Ik haal
Ik kom door
Ik raad
Ik raak
Ik slaag
Ik speel klaar
Ik tref
Klaarspelen
Raden
Raken
Slag
Slagen
Treffen
Vaardigheid
Vlugheid a sacarAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken en limpioHelder
Heldere
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik wrijf op
Ik zuiver
Louter
Loutere
Louteren
Netto-
Opwrijven
Poetsen
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinigen
Schone
Schoon
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
Zuiveren
R. L STEVENSON
lo queDat wat
Wat deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht. que yoEgo
Ik quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil saberKennen
Smaken
Weten esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats estoDeze
Dit: suponiendoAannemend
Menend
Onderstellend
Stellend
Vermoedend
Veronderstellend
que tengaAlstublieft
Heeft
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
Houdt u bij!
Houdt u erop na!
Houdt u vast!
Houdt u!
Ik heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast yoEgo
Ik en aquíAlhier
Hier, la claveCijfer
Geheimschrift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Ik sla in
Muzieksleutel
Slaat u in!
Sleutel
Sluitsteen
Soort muziekinstrument van hout paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! descubrirOntdekken
Uitvinden
Uitvorsen el
puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot en queWaarin FlintFlint haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sepultadoBegraven
Een lijk bezorgd
Ter aarde besteld tesoroSchat, ¿el talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke tesoroSchat
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que valga la pena? -Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de moeite
waard
Ik ben de moeite
waard
Is u de moeite
waard!¡Que valga la penaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de moeite
waard
Ik ben de moeite
waard
Is u de moeite
waard!! ¡Por
San JorgeJoris
Sjors! ValdráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kosten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lonen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal waard zijn nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd que estoDeze
Dit alNaar de
Naar het tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast
esaDat
Die claveCijfer
Geheimschrift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Ik sla in
Muzieksleutel
Slaat u in!
Sleutel
Sluitsteen
Soort muziekinstrument van hout que ustedGij
U sospechaAchterdocht
Argwaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedt
Verdenk!
Verdenken
Verdenking
Vermoed!
Vermoeden
Wantrouwen, yoEgo
Ik fletaréIk zal als vrachtgoed
verzenden
Ik zal bevrachten
Ik zal charteren un bluque
en BristolBristol y llevaréIk zal aanhebben
Ik zal berekenen
Ik zal bijeenbrengen
Ik zal brengen
Ik zal dragen
Ik zal in rekening
brengen
Ik zal medebrengen
Ik zal meebrengen
Ik zal meenemen
Ik zal ophebben
Ik zal vervoeren
Ik zal voorhebben
Ik zal wegbrengen conDoor
Met
Per
Samen met a -ustedGij
U y a Hawkins, y
créameCreëer!
Denkt u!
Gelooft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houdt u voor!
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik meen
Maak!
Meent u!
Richt op!
Schep! que encontraréIk zal aantreffen
Ik zal bevinden
Ik zal ontmoeten
Ik zal tegemoet treden
Ik zal tegenkomen
Ik zal treffen
Ik zal vinden el talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke tesoroSchat aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al debaBehoort u te!
Dient u!
Heeft u te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoort u!
Ik behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld
Is u schuldig!
Is u verplicht om
te!
Is u verschuldigd!
Moet u!
Staat u in de
schuld!
buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken un añoJaar enteroCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehele getal
Heel
Hele
Ik deel mede
Ik deel mee
Ik kondig aan
Ik stel in kennis
Ik verwittig
Integer
Integere
Integriteit
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige.
-Muy bienBest
Heel goed
Prima; ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Jim consienteBederf!
Ben het eens!
Duld!
Geef toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duldt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koestert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze troetelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertroetelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt goed
Koester!
Stem toe!
Troetel!
Vertroetel!
Verwen!
Vind goed!, abriremosWij/we zullen beginnen
Wij/we zullen graveren
Wij/we zullen open maken
Wij/we zullen opendoen
Wij/we zullen openen
Wij/we zullen openmaken
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paquetePak
Pakje
Pakket -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus poniéndoloDoor aan te brengen sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
la mesaLa mesa.
El envoltorioBundel
Verpakking estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat cosidoAangenaaid
Genaaid, y el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus tuvo queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
sacarAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken susHaar
Hun
Uw
Zijn tijerasSchaar
Scharen y cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren las hebrasDraadjes
Vezels que loDe
Hem
Het
U asegurabanZij/ze assureerden
Zij/ze betuigden
Zij/ze bevestigden
Zij/ze maakten vast
Zij/ze stelden veilig
Zij/ze verstevigden
Zij/ze verzekerden
Zij/ze zetten vast.
Dos2
Do's
Twee
Tweede cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken aparecieronZij/ze daagden op
Zij/ze draafden op
Zij/ze kwamen te voorschijn
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze verschenen: un cuadernoSchrift y un papelEen papier
selladoAangemunt
Afgedrukt
Bezegeld
Dichtgeschroeid
Geslagen
Gestempeld
Gezegeld
Verzegeld.
-Primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke examinaremosWij/we zullen aflezen
Wij/we zullen controleren
Wij/we zullen checken
Wij/we zullen examineren
Wij/we zullen exploreren
Wij/we zullen nagaan
Wij/we zullen nakijken
Wij/we zullen nauwkeurig onderzoeken
Wij/we zullen onderzoeken
Wij/we zullen surveilleren
Wij/we zullen toezien
Wij/we zullen uitvissen
Wij/we zullen uitzoeken
Wij/we zullen vorsen el cuadernoSchrift -rió el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus.
TantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik estábamosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds observandoBemerkend
Gadeslaand
Merkend
Observerend
Opmerkend
Toekijkend
Toeziend
Waarnemend
por cimaHoogtepunt
Kruin
Neus
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje de suHaar
Hun
Uw
Zijn hombroSchouder, cuandoAls
Tijdens
Wanneer loDe
Hem
Het
U abrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende,
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand invitado aGetrakteerd op que me acercaseIk kwam dichterbij
Ik naderde
Ik was in aantocht,
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te ceremoniasCeremonies
Ceremonieën
Ceremoniën
Festiviteiten
Plechtigheden
Plichtplegingen, dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van la M dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had cenado'S avonds gegeten
Gedineerd
Gegeten
Gesoupeerd
Het avondmaal gebruikt,
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! participar enMeedoen aan el placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin de la
InvestigaciónEnquête
Onderzoek
Onderzoeken. En la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke páginaBladzijde
Pagina noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que rasgosGelaatstrekken
Karaktertrekken
Trekken de manuscritoHandschrift
Kopij
Manuscript
Met de hand geschreven, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals los queWie
Zij die un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent,
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
conDoor
Met
Per
Samen met una PlumaPen
Pluim
Veder
Veer en la manoDe hand, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren por víaRijbaan
Rijstrook
Route
Spoor
Spoorweg
Spoorwegrails
Weg de
prácticaBeoefenen
Handig
Handige
Oefening
Praktijk
Praktisch
Praktische o de entretenimientoAmusement
Amuseren
Onderhouden
Opvrolijken
Vermaken. Una de las frasesFrasen
Frases
Volzinnen
Zinnen
Zinsneden escritasGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve que el capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde en los dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten
indelebles de suHaar
Hun
Uw
Zijn brazoArm: "CaprichosBevliegingen
Buien
Capriccio's
Grillen
Kuren
Nukken
Spelingen de BillyBilly
Bones-. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo se leíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las
Ik las estoDeze
Dit: "Maese W. Bones, pilotoBestuurder
Loods
Piloot
Vliegtuigbestuurder'.
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus ronRum y Cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat PuntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje de PalmaVan de palm loDe
Hem
Het
U huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was"
y algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één motes y palabrasBewoordingen
Woorden sueltasBekwaam
Bekwame
Driest
Drieste
Enkel
Enkele
Jij/je laat los
Jij/je maakt los
Licht
Lichte
Los
Losbandig
Losbandige
Losgelaten
Losgemaakt
Losse
Ongedwongen
Ongegeneerd
Ongegeneerde
Ruim
Ruime
Stoutmoedig
Stoutmoedige
Uiteengevallen
Vaardig
Vaardige
Vlug
Vlugge
Vrij
Vrije, en suHaar
Hun
Uw
Zijn
mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde inteligiblesBegrijpelijk
Begrijpelijke
Bevattelijk
Bevattelijke
Duidelijk
Duidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht prescindirAfzien van
Ontberen de que
se excitaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd opgewonden van miMi
Mijn curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid pensandoDenkend quiénWie sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn el
que loDe
Hem
Het
U huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was y quéWat
Welke fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was lo queDat wat
Wat huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was. Lo mismoDito
Hetzelfde
Idem podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen
tratarse deGaan over una buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende, estocada en la espaldaRug que
de otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak cualquieraWat dan ook
Wie dan ook.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sacaremosWij zullen halen
Wij/we zullen afdoen
Wij/we zullen afleggen
Wij/we zullen afzetten
Wij/we zullen behalen
Wij/we zullen eruit halen
Wij/we zullen halen
Wij/we zullen halen uit
Wij/we zullen halen van
Wij/we zullen hozen
Wij/we zullen naar buiten
brengen
Wij/we zullen ontlenen
Wij/we zullen putten
Wij/we zullen scheppen
Wij/we zullen te voorschijn
halen
Wij/we zullen uitdoen
Wij/we zullen uithalen
Wij/we zullen uitkrijgen
Wij/we zullen uittrekken de aquíAlhier
Hier granGroot
Grote cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak en limpioHelder
Heldere
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik wrijf op
Ik zuiver
Louter
Loutere
Louteren
Netto-
Opwrijven
Poetsen
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinigen
Schone
Schoon
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
Zuiveren -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus, volviendoDraaiend
Kerend
Omdraaiend
Ronddraaiend
Teruggaand
Terugkerend
Terugkomend
Teruglopend
Terugtrekkend
Wederkerend
Wederkomend
Weer gaand
Weeromkomend
Wendend
Wentelend
Zwenkend la hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst.
Las diez10
Tien o doce12
Twaalf páginasBladzijden
Bladzijdes
Pagina's siguientesAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten llenasAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Jij/je completeert
Jij/je dempt
Jij/je maakt vol
Jij/je schenkt vol
Jij/je spekt
Jij/je stopt
Jij/je voleindt
Jij/je vult
Jij/je vult aan
Jij/je vult in
Jij/je werkt bij
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
conDoor
Met
Per
Samen met una curiosaBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige serleGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn de entradasBinnengegaan
Binnengekomen
Binnengelopen
Binnengereden
Entrees
Entrées
Ingangen
Ingegaan
Ingekomen
Ingereden
Inhammen
Intreden
Naar binnen gegaan
Replieken
Toegangen
Voorgerechten. En la extremidadExtremiteit
de cada unaElk de las líneaLijn
Linaceae
Linie
Regel
Schreef
Streep
Toer
Vlasfamilie se veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was duidelijk una fechaDagteken!
Dagtekening
Dateer!
Datering
Datum
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dagtekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert, y, en la
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één, una suma de dineroGeldsom, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals en los librosBoeken de
cuentasBerekeningen
Calculaties
Conti
Conto's
Jij/je berekent
Jij/je calculeert
Jij/je debiteert
Jij/je leest voor
Jij/je rekent
Jij/je rekent uit
Jij/je telt
Jij/je telt af
Jij/je telt neer
Jij/je verhaalt
Jij/je vertelt
Kralen
Nota's
Rekeningen comunesAlgemeen
Algemene
Bestekamers
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gezamenlijk
Gezamenlijke y corrientesCorrientes
Courant
Courante
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Lopend
Lopende
Luchtstromen
Normaal
Normale
Stromen
Stromend
Stromende
Stromingen
Tochten
Vloeiend
Vloeiende; peroDoch
Echter
Maar, en vez deIn plaats van
In stede van palabrasBewoordingen
Woorden
explicativas, sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend se encontrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gesteld un númeroEen nummer variableOngestadig
Ongestadige
Variabele
Veranderlijk
Veranderlijke
Wisselvallig
Wisselvallige
de crucesDraagjukken
Jij/je doorkruist
Jij/je kruist
Jij/je steekt over
Jukken
Kruisen
Kruisingen
Kruisjes
Kruispunten
Viersprongen
Wegkruisingen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen una y otraAnder
Andere
Nog een
Nog één. En la fechaDagteken!
Dagtekening
Dateer!
Datering
Datum
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dagtekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert
marcadaAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend, 1212
Twaalf de junioJuni
Zomermaand de 1745, por ejemploBij voorbeeld
Bijvoorbeeld se veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was duidelijk
claramenteDuidelijk
Zonneklaar que la cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte de setenta70
Zeventig librasJij/je bevrijdt
Ponden esterlinas
debía aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd aan
Ik was verschuldigd aan algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se velanZij/ze omsluieren
Zij/ze sluieren
Zij/ze waken sinoDoch
Echter
Maar seis6
Zes crucesDraagjukken
Jij/je doorkruist
Jij/je kruist
Jij/je steekt over
Jukken
Kruisen
Kruisingen
Kruisjes
Kruispunten
Viersprongen
Wegkruisingen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! explicarBeduiden
Duidelijk maken
Toelichten
Uiteenzetten
Uitleggen
Verhelderen
Verklaren la causaDe oorzaak uOf origenAanvang
Afkomst
Afstamming
Begin
Herkomst
Komaf
Ontstaan
Oorsprong de la deudaSchuld. En algu
R. L STEVENSON
nos(Aan) ons
Ons lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid, añadíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Ik bracht aan
Ik deed bij
Ik gaf toe
Ik mengde bij
Ik voegde bij
Ik voegde toe el nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
de algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere regiónGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals "A la alturaHoogte
Verhevenheid de CaracasCaracas" o
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart una meraEnkel
Enkele
Louter
Loutere
Niets anders dan citaAanhaling
Afspraak
Afspraakje
Alludeer!
Citaat
Citeer!
Haal aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze alludeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze citeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt een toespeling
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zinspeelt
Maak een toespeling!
Noem!
Rendez-vous
Speel toe!
Zinspeel! geográficaAardrijkskundig
Aardrijkskundige
Geografisch
Geografische de latitudBreedte
Breedtegraad
Poolshoogte y longitudLengte
Lengtegraad,
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals 53 1717
Zeventien 2020
Twintig y 1919
Negentien 22
Twee 4040
Veertig.
AquelDat
Die memorándumMemorandum abarcabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besefte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam te veel
tegelijk op zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvatte
Ik begreep
Ik besefte
Ik bevatte
Ik nam te veel
tegelijk op me
Ik omvatte un períodoCyclus
Menstruatie
Omlooptijd
Periode
Periode (deel van een
breuk)
Tijdkring
Tijdperk
Tijdvak de
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks veinte20
Twintig añosJaren, aumentandoAangroeiend
Aanwakkerend
Doend toenemen
Groeiend
Sterker wordend
Stijgend
Toenemend
Vergrotend
Verhogend
Vermeerderend, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve,
los guarismos a m daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! que el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd avanzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze anticipeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorderde
Ik anticipeerde
Ik bewoog voort
Ik ging vooruit
Ik kwam vooruit
Ik vorderde,
hasta queTot
Totdat, alNaar de
Naar het últimoAchterste
Jongstleden
Laatste, se velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen el totalAlgeheel
Algehele
Alles bij elkaar
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gezamenlijk bedrag
Heel
Hele
In het geheel genomen
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle sumadoBijgeteld
Geaddeerd
Opgeteld, despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
de cuatro4
Vier o cinco5
Vijf adicionesAddities
Bijtellingen
Optellingen
Toevoegingen equívocasDubbelzinnig
Dubbelzinnige
Tweeledig
Tweeledige rectificadasDoor herhaalde destillatie gezuiverd
Gelijkgericht
Op smaak gebracht,;,
y, por todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle apéndiceAanhangsel
Appendix
Bijkomstigheid
Bijlage
Bijzaak
Supplement
Toeslag
Toevoeging
Wormvormig aanhangsel, estasDeze
Dezen tres3
Drie palabrasBewoordingen
Woorden: "Hucha de
Bones".
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank leHaar
Hem
Het
U halloIk bevind
Ik neem waar
Ik ontmoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Ik zie a estoDeze
Dit niEn niet
Evenmin
Noch piesPoten
Voeten niEn niet
Evenmin
Noch cabezaHoofd
Kop
Krop -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el
doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus.
-PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende la cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting del mediodíaMiddag
Noen
Twaalf uur 's middags
-exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet exEx caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter- ésteDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el libro de cuentasRekeningenboek del
malvadoBooswicht
Pervers
Perverse
Snoodaard
Verdorven sabuesoSpeurhond. EsasDie crucesDraagjukken
Jij/je doorkruist
Jij/je kruist
Jij/je steekt over
Jukken
Kruisen
Kruisingen
Kruisjes
Kruispunten
Viersprongen
Wegkruisingen ocupanZij/ze bekleden
Zij/ze beslaan
Zij/ze betrekken
Zij/ze bewaren
Zij/ze bewonen
Zij/ze bezetten
Zij/ze houden bezig
Zij/ze nemen in beslag
Zij/ze vervullen allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds el lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel de
los nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen de buquesSchepen y aldeasBuurtschappen
Dorpen
Gehuchten
Plaatsen
Vlekken que y echóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg a piqueNaar de bodem
o entróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed in a saquearAfstropen
Brandschatten
Uitschudden. Las sumasAddities
Bedragen
Bijtellingen
Jij/je addeert
Jij/je begraaft
Jij/je doet verzinken
Jij/je nuttigt
Jij/je stopt onder water
Jij/je telt bij
Jij/je telt op
Jij/je verstopt in de
grond
Optellingen
Somma's
Sommen
Summa's
Summae
Totaalbedragen
Totaalcijfers
Totalen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que la
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde que en cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes hazañaHuzarenstukje de ésasDie tocóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klepte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roerde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat aan a nuestroOns
Onze
Van ons escorpiónArend
Grote pieterman
Schorpioen,
y en dondeWaarin habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander errorAbuis
Afwijking
Dwaling
Fout
Vergissing
Verschil yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds veBegeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie! ustedGij
U
que cuidaba deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behartigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekommerde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg zorg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bezorgd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zorgde
Ik behartigde
Ik bekommerde me
Ik droeg zorg
Ik verzorgde
Ik was bezorgd
Ik zorgde añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen alNaar de
Naar het que aclararaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helderde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lichtte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhelderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen
Ik beduidde
Ik helderde op
Ik legde uit
Ik lichtte toe
Ik maakte duidelijk
Ik verdunde
Ik verhelderde
Ik verklaarde
Ik zette uiteen, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals “A la
alturaHoogte
Verhevenheid de CaracasCaracas' yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt ustedGij
U colegir, por estaDeze
Dit
inscripciónAantekenen
Bijboeken
Boeken
Inscriptie
Inschrijven
Inschrijving
Opname
Opschrift
Registreren
Vastleggen, que algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander desdichado buqueSchip fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven
alNaar de
Naar het abordaje a la alturaHoogte
Verhevenheid de las costasKusten
Kustlijnen
Zeekusten mencionadasGemeld
Genoemd
Gewag gemaakt van
Vermeld
Voornoemd
Voornoemde.
¡DiosGod
Godheid hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand; recibidoAangenomen
Begroet
Geaccepteerd
Gekregen
Genoten
Getoucheerd
Ontvangen en suHaar
Hun
Uw
Zijn senoBaarmoeder
Bocht
Boezem
Borst
Holte
Schoot
Sinus a las pobresArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele almasGeesten
Gemoederen
Zielen
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
que tripulaban esaDat
Die barcaBark
Hulk
Pink
Schuit. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus-.
VeaBekijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Ik bekijk
Ik kijk
Ik zie
Kijkt u!
Ziet u! ustedGij
U lo queDat wat
Wat sirveBedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer! a un serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn viajeroReis-
Reiziger; esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid. Y
el montoIk bega
Ik berijd
Ik bestijg
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar boven
Ik ga op
Ik klim
Ik klop (eiwit, room)
Ik loop binnen
Ik monteer
Ik rijd
Ik rijs
Ik stap in
Ik stijg
Ik zet
Ik zet op aumenta(Het) neemt toe
Doe toenemen!
Groei aan!
Groei!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wakkert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt sterker
Neem toe!
Stijg!
Vergroot!
Verhoog!
Vermeerder!
Wakker aan!
Word sterker! a medida queNaarmate el asciende(Het) stijgt op
Avanceer!
Beklim!
Bestijg!
Ga naar boven!
Ga over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze avanceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt in rang
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt promotie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Klim in rang op!
Klim!
Maak promotie!
Rijs!
Ruk op!
Stijg!, y en
categoríaAard
Categorie
Klasse
Soort.
MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had en el libroBoek
Ik bevrijd, exceptoBehalve
Bij uitzondering
Buiten
Op ... na
Uitgezonderd
Uitgezonderde determinacionesBepalingen
Beslistheden
Vastberadenheden
Vaststellingen
geográficasAardrijkskundig
Aardrijkskundige
Geografisch
Geografische de algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels anotadosAangetekend
Genoteerd
Opgeschreven
Te boek gesteld
en las hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten en blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte, y haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding del cuadernoSchrift,
una tablaBord
Deel
Lijst
Plank
Tabel
Tablet
Tafel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la reducciónHet inkoken de monedasGeldstukken
Munten
Muntstukken
Penningen francesasFrans
Franse
Fransen
Françaises,
InglesasBrits
Britse
Engels
Engelse
Engelsen y españolasSpaans
Spaanse, a un valorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop.
HombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent precavidoBehoedzaam
Behoedzame
Voorzichtig
Voorzichtige! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was a
el quienDie
Wie podíanZij/ze konden
Zij/ze mochten hacérseleMaken
Raken
Worden trampasLuiken
Valluiken de seguro.
-Assurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans -prosiguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-, veamosLaten we bekijken
Laten we kijken
Laten we zien
Wij zien
Wij/we bekijken
Wij/we kijken
Wij/we zien estoDeze
Dit
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één.
El papelHet papier cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier examenExamen
Keuring
Nauwkeurig onderzoek
Onderzoek
Proefwerk
Tentamen seguíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
Ik bewandelde
Ik bleef aan
Ik ging door
Ik hield bij
Ik vloeide voort
Ik volgde
Ik volgde op
Ik zette voort estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat selladoAangemunt
Afgedrukt
Bezegeld
Dichtgeschroeid
Geslagen
Gestempeld
Gezegeld
Verzegeld en
diversosMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verschillend
Verschillende puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots, habiéndoseHet met iemand aan
de stok krijgend
Zich gedragend
Zich met iemand metend usadoAangewend
Afgewerkt
Afgewerkte
Benut
Beschikt over
Gebruikt
Gebruikte
Gedisponeerd
Verbruikt
Verbruikte
Versleten un dedalVingerhoed por víaRijbaan
Rijstrook
Route
Spoor
Spoorweg
Spoorwegrails
Weg
de selloAfdruk
Cachet
Frankeerzegel
Ik bezegel
Ik druk af
Ik druk mijn stempel
op
Ik munt aan
Ik schroei dicht
Ik sla
Ik stempel
Ik verzegel
Ik zegel
Lakzegel
Merk
Muntstempel
Postzegel
Stempel, tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had yoEgo
Ik encontradoAangetroffen
Bevonden
Getroffen
Gevonden
Ontmoet
Tegemoet getreden
Tegengekomen
en la bolsaBeurs
Beursgebouw
Geldbuidel
Handelsbeurs
Handtas
Portemonnee
Tas
Zak del capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd.
El doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus abrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende los, sellosAfdrukken
Cachetten
Frankeerzegels
Lakzegels
Merken
Muntstempels
Postzegels
Stempels conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote cuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid, y
aparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draafde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen, entoncesDan
Dus
Toen, el mapaKaart
Landkaart de una islaEiland conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn latitudBreedte
Breedtegraad
Poolshoogte,
longitudLengte
Lengtegraad, sondasJij/je loodt
Jij/je peilt
Jij/je polst
Jij/je sondeert
Jij/je vademt
Jij/je vist naar
Lodens, nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen de montañasBergen
Gebergten
Gebergtes, bahíasBaaien
Bochten
Inhammen
Kreken,
caletas, abrasBaaien
Bochten
Inhammen
Jij/je begint
Jij/je doet open
Jij/je graveert
Jij/je maakt open
Jij/je opent
Kreken, y todos losAlle pormenoresDetails necesariosBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen llevarAanhebben
Berekenen
Bijeenbrengen
Brengen
Dragen
In rekening brengen
Medebrengen
Meebrengen
Meenemen
Ophebben
Vervoeren
Voorhebben
Wegbrengen un buqueSchip a anclarAnkeren
Ten anker liggen
Voor anker liggen a salvoBehalve
Behoudens
Ik behoud
Ik berg
Ik red, en susHaar
Hun
Uw
Zijn
costasKusten
Kustlijnen
Zeekusten. Parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals de unasVan zo´n nueve9
Negen millasMijlen de largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig y
cinco5
Vijf de anchoBrede
Breed
Breedte
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde, teniendoBijhoudend
Erop nahoudend
Hebbend
Houdend
Vasthoudend la figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! de una especieAangelegenheid
Soort de
dragónDragonder
Grote leeuwenbek
Leeuwenbek
Leeuwenbekje en pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet, y presentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen
Ik belichtte
Ik bood aan
Ik bracht uit
Ik diende in
Ik etaleerde
Ik presenteerde
Ik schonk
Ik stalde uit
Ik stelde bloot
Ik stelde tentoon
Ik stelde voor
Ik vertoonde
Ik zette uiteen magníficosBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende fondeade
R. L STEVENSON
ros, perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt cerradosAfgesloten
Dicht
Dichte
Dichtgedaan
Dichtgemaakt
Gesloten
Op slot gedaan
Toegedaan
Vereend
Vereende, y una eminenciaEminentie en la
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt, marcadaAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend conDoor
Met
Per
Samen met el nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam de "El Vigía".
VeíanseZij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige adicionesAddities
Bijtellingen
Optellingen
Toevoegingen hechasAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd en fechaDagteken!
Dagtekening
Dateer!
Datering
Datum
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dagtekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus recienteFris
Frisse
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Recent
Vers
Verse;
peroDoch
Echter
Maar lo queDat wat
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus saltabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barstte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed een sprong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontplofte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot te binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spoot op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong in de
lucht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong in het
oog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong van een
hoogte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer uit
Ik barstte
Ik deed een sprong
Ik ontplofte
Ik schoot te binnen
Ik schoot uit
Ik sloeg over
Ik spoot op
Ik sprong
Ik sprong in de
lucht
Ik sprong in het
oog
Ik sprong los
Ik sprong op
Ik sprong open
Ik sprong van een
hoogte
Ik viel uit
Ik voer uit a la vistaBij de hand eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren tres3
Drie
crucesDraagjukken
Jij/je doorkruist
Jij/je kruist
Jij/je steekt over
Jukken
Kruisen
Kruisingen
Kruisjes
Kruispunten
Viersprongen
Wegkruisingen marcadasAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend conDoor
Met
Per
Samen met tintaGeverfd
Inkt rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood, dos2
Do's
Twee
Tweede en la parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde norteNoorden
de la islaEiland y una alNaar de
Naar het sudoesteZuidwest, y, ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, escritoGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven conDoor
Met
Per
Samen met la
mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve tintaGeverfd
Inkt encarnadaAan de hengel bevestigd
Een hevige indruk gemaakt
Een vleeskleur gegeven aan
Gegroeid
Geïncarneerd
In het vlees gedrongen
Vertegenwoordigd
Vlees geworden
Voorgesteld
Wild afgemaakt, en caracteresGeaardheden
Karakters muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer clarosDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Opklaringen
Tussenruimten
Tussenruimtes
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere y
elegantesBevallig
Bevallige
Chic
Chique
Elegant
Elegante
Esthetisch
Esthetische
Geraffineerd
Geraffineerde
Gracieus
Gracieuze
Modieus
Modieuze
Net
Nette
Piekfijn
Piekfijne
Sierlijk
Sierlijke
Sjiek
Sjieke
Smaakvol
Smaakvolle
Stijlvol
Stijlvolle
Verfijnd
Verfijnde
Zwierig
Zwierige, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart distintosAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere de la toscaBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Tufsteen escrituraAkte
Bijbel
Componeren
Geschrift
Heilige schrift
Neerschrijven
Rapport
Scheppen
Schrift
Schrijven
Uitschrijven del capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd,
estasDeze
Dezen significativasBetekenis-
Krachtig
Krachtige
Nadrukkelijk
Nadrukkelijke
Significant
Significante
Van de betekenis
Veelbetekenend
Veelbetekenende palabrasBewoordingen
Woorden: "El tesoroSchat estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
aquíAlhier
Hier".
Por detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin, la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had trazadoAangegeven
Aangeven
Aangewezen
Aanwijzen
Afgeschrapt
Afgetekend
Afschrappen
Aftekenen
Getrokken
Trekken
Voorgeschreven
Voorschrijven estasDeze
Dezen
explicacionesExplicaties
Ophelderingen
Rekenschappen
Toelichtingen
Uitduidingen
Uiteenzettingen
Uitleggen
Uitleggingen
Verduidelijkingen
Verhelderingen
Verklaringen complementariasAanvullend
Aanvullende:
"Un árbolBoom
Mast grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime, en la vertiente de 'El Vigía',
en direcciónAdres
Adresseren
Besturen
Besturing
Chaufferen
Directie
Dirigeren
Koers
Leiding
Mennen
Regie
Richten
Richting
Rijden
Sturen
Stuurversnelling
Vervoeren alNaar de
Naar het N N EEn.
"IsloteOnbewoonde eilandje
Rotseiland del EsqueletoGebeente
Geraamte
Karkas
Skelet, EEn S EEn., cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning alNaar de
Naar het EEn.
"Diez10
Tien piesPoten
Voeten.
"La granGroot
Grote barraBaar
Bezemt u!
Breekijzer
Duitse komma
Forward slash
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt schoon
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Paal
Pijp
Reep
Rek
Rekstok
Roede
Schacht
Schrap
Schuine streep
Slash
Spijl
Stang
Veegt u aan!
Veegt u op!
Veegt u schoon!
Veegt u! de plataE174
Zilver estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en el hoyoGat
Hol
Holte
Kuil
Put del ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
norteNoorden; puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt encontrárselaElkaar tegenkomen
Elkaar treffen
Gesteld zijn
Het maken
Zich bevinden siguiendoAanblijvend
Bewandelend
Bijhoudend
Doorgaand
Opvolgend
Volgend
Voortvloeiend
Voortzettend el decliveGlooiing
Helling
Schuinte del
montículo, alNaar de
Naar het esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind, diez10
Tien brazasVademen
Vadems
Vamen alNaar de
Naar het surZuid
Zuidelijk
Zuiden del peñasco
negroNeger
Zwart
Zwarte y frente aTegenover
Vergeleken met
Versus élHem
Hij.
MasDoch
Echter
Maar
Plus armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens se encontraránZij/ze zullen elkaar tegenkomen
Zij/ze zullen elkaar treffen
Zij/ze zullen gesteld zijn
Zij/ze zullen het maken
Zij/ze zullen zich bevinden fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak en la lomaHeuvel
Heuvelrug
Terp
Vluchtheuvel
de arenaArena
Kampplaats
Krijt
Piste
Strijdperk
Worstelperk
Zand que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en la puntaA point
Bit
Landhoofd
Neus
Piek
Precies goed
Punt
Spits
Tip
Top
Topje norteNoorden del fondeaderoAnkerplaats
Rede
septentrionalNoordelijk
Noordelijke
Noords
Noordse, en direcciónAdres
Adresseren
Besturen
Besturing
Chaufferen
Directie
Dirigeren
Koers
Leiding
Mennen
Regie
Richten
Richting
Rijden
Sturen
Stuurversnelling
Vervoeren alNaar de
Naar het esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind, cuarta4e
Kwart
Vierde alNaar de
Naar het norteNoorden".
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
EstoDeze
Dit eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle; peroDoch
Echter
Maar, concisoBeknopt
Beknopte
Bondig
Bondige
Kernachtig
Kernachtige
Kort
Korte
Summier
Summiere
Zakelijk
Zakelijke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was, y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij
incomprensibleOnbegrijpelijk
Onbegrijpelijke, llenóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte bij de júbiloGrote vreugde alNaar de
Naar het caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter y alNaar de
Naar het
doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey.
-Livesey -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer de Trelawney-, vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt ustedGij
U a
abandonarAbandonneren
Ermee stoppen
In de steek laten
Laten varen
Verlaten en el actoAanstonds
Dadelijk
Meteen
Ogenblikkelijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo suHaar
Hun
Uw
Zijn desdichada y penosaSmartelijk
Smartelijke profesiónBedrijf
Beroep
Broodwinning
Professie.
MañanaMorgen
Ochtend salgoIk ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! BristolBristol. En tres3
Drie semanasWeken ....
¡noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank!, en dos2
Do's
Twee
Tweede semanasWeken .... en diez10
Tien díasDagen
Etmalen leHaar
Hem
Het
U aseguroIk assureer
Ik betuig
Ik bevestig
Ik maak vast
Ik stel veilig
Ik verstevig
Ik verzeker
Ik zet vast a
ustedGij
U que tendremosWij zullen hebben
Wij/we zullen bijhouden
Wij/we zullen erop nahouden
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen houden
Wij/we zullen vasthouden el mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever buqueSchip, síJa
Jawel
Wel
Zich, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer, y la
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus escogidaGekozen
Geselecteerd
Uitgekozen
Uitgelezen
Uitgepikt
Uitgezocht
Verkozen tripulaciónBemanning
Scheepsbemanning
Scheepsvolk que puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! suministrarAfleveren
Bestellen
Leveren
Toevoeren
Verschaffen
nuestraOns
Onze
Van ons InglaterraEngeland. Hawkins vendráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal komen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meekomen conDoor
Met
Per
Samen met nosotrosOns
We
Wij
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals pajePage de a bordoIk borduur. ¡VamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen! YoEgo
Ik séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! que túGe
Gij
Je
Jij harásJij/je zal aanmaken
Jij/je zal bedrijven
Jij/je zal doen
Jij/je zal maken
Jij/je zal uitbrengen
Jij/je zal uitrichten
Jij/je zal uitvoeren
un famosoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekende
Beroemd
Beroemde
Beroemdheid
Gerenommeerd
Gerenommeerde
Gevierd
Gevierde
Glorierijk
Glorierijke
Glorieus
Glorieuze
Roemrijk
Roemrijke
Roemruchtig
Roemruchtige
Roemvol
Roemvolle
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde pajePage de a bordoIk borduur, chicoJongen
Kauwgomboomvrucht
Klein
Kleine
Knaap
Knul
Luttel
Luttele
Papappel
Sapodilla
Sapote
Sawo... UstedGij
U, Livesey,
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn el médicoArts
Dokter
Geneesheer
Medicus
Medisch
Medische del buqueSchip; yoEgo
Ik me gradúoIk studeer af almiranteAdmiraal
Vlootvoogd,
desde luegoAanstonds
Dadelijk
Meteen
Op staande voet
Schielijk
Straks
Subiet. Nos llevaremosWij/we zullen meenemen
Wij/we zullen overweg kunnen a Redruth, Joyce,
HunterHunter. TendremosWij zullen hebben
Wij/we zullen bijhouden
Wij/we zullen erop nahouden
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen houden
Wij/we zullen vasthouden vientosWinden favorablesBevorderlijk
Bevorderlijke
Goedgezind
Goedgezinde
Gunstig
Gunstige
Lievelings-
Toegenegen
Welgezind
Welgezinde, viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge
y, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te la menorJonger
Jongere
Jongste
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minste dificultadBelemmer!
Bemoeilijk!
Hinder!
Moeilijkheid
Stoor!
Verstoor! hallaremosWij/we zullen aantreffen
Wij/we zullen bevinden
Wij/we zullen ontmoeten
Wij/we zullen treffen
Wij/we zullen vinden
Wij/we zullen waarnemen
Wij/we zullen zien el sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website indicadoAangeduid
Aangegeven
Aangewezen
Beduid
Een sein gegeven
Een teken gegeven
Gekenmerkt
Gelaten zien
Gemerkt
Geseind
Getekend
Getoond
Gewezen
Tentoongespreid
Uitgeduid
Uitgewezen
Vertoond,
y, en el, dineroGeld
Poen en cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten,
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! poseerBeheersen
Bezitten
Erop nahouden
Grondig kennen
Hebben
Rijk zijn carrozasPraalwagens
Roeven
Statiekoetsen y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! gastarBesteden
Geld uitgeven aan
Spenderen
Uitgeven
Verslijten
Verteren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals príncipesKoningszonen
Koningszoons
Prinsen
Vorsten.
-Trelawney -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus-, prometoIk beloof
Ik loof uit
Ik verzeg
Ik zeg toe acompañarleAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
en la expediciónAfzenden
Expeditie
Expediëren
Opsturen
Opzenden
Sturen
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Zenden, y puedoIk kan
Ik mag responderAansprakelijk zijn
Antwoorden
Antwoorden op
Beantwoorden
Reageren
Verantwoordelijk zijn
Verantwoorden de suHaar
Hun
Uw
Zijn
éxitoAfloop
Einde
Hit
Resultaat
Succes; Jim tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook vendráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal komen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meekomen, por supuestoNatuurlijk
Uiteraard
Vanzelfsprekend, y será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn una
honraEer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huldigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereert
Huldig!
Vereer! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la empresaBedrijf
Industrie
Onderneming. PeroDoch
Echter
Maar hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend a
quienDie
Wie yoEgo
Ik temo.
-Ik ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees¿Y quiénWie esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el? -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-; nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
ustedGij
U a eseDat
Die pícaroBoef
Schurk sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dilaciónUitstel.
R. L STEVENSON
-¡UstedGij
U! -replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus- UstedGij
U, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast la
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! frenarAfremmen
In bedwang houden
Remmen suHaar
Hun
Uw
Zijn lenguaSchar
Taal
Tong. NosotrosOns
We
Wij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
somosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn los únicosAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke que conocemosWij/we kennen
Wij/we leren kennen
Wij/we maken kennis
Wij/we weten
Wij/we zijn bekend met la existenciaHet bestaan de
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind documentoAkte
Bescheid
Document
Papier
Schriftuur
Stuk. EsosDie individuosEnkelingen
Individu's
Individuen
Sujetten que hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn atacadoAangegrepen
Aangetast
Aangevallen
Geattaqueerd
Getackeld la
posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement estaDeze
Dit nocheAvond
Nacht -arrojadosGegooid
Gesmeten
Uitgegooid
Uitgesmeten
Uitgeworpen y valientesBoud
Boude
Dapper
Dappere
Geweldig
Geweldige
Heldhaftig
Heldhaftige
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Machtig
Machtige
Moedig
Moedige
Stoutmoedig
Stoutmoedige marrulleros,
sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere-, lo mismoDito
Hetzelfde
Idem que los queWie
Zij die se habíanZij/ze gedroegen zich
Zij/ze kregen het met
iemand aan de stok
Zij/ze maten zich met
iemand
quedadoAfgesproken
Gebleven
Gepast
Gestaan
Geweest
Geworden
In een bepaalde toestand
geraakt
Zich bevonden guardandoBehoedend
Bewakend
Bewarend
De wacht hebbend
Door te bewaren
Hoedend
Lettend op
Opbergend
Passend op
Wakend over la extrañaBan!
Bevreemd!
Buitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aanmerking op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt vreemd
Houd van de deur!
Laak!
Maak aanmerking op!
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Verbaas!
Verban!
Vind vreemd!
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke barcaBark
Hulk
Pink
Schuit de que
nos(Aan) ons
Ons hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak DanceBeweegt u zich snel!
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik beweeg me snel
Ik dans, todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle esosDie, y me atreveré aIk zal durven afirmarBetuigen
Bevestigen
Beweren
Stellen
Verzekeren
que otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch, por angas o por mangasManga's
Mangga's
Mango's
Mangobomen
Mouwen
Roomspuiten
Spuiten,
manifiestanZij/ze laten blijken
Zij/ze manifesteren
Zij/ze tonen
Zij/ze uiten una resoluciónBeslissing
Besluit
Motie
Oplossen
Resolutie
Uitspraak
Wijzing Inquebrantable de apoderarseZich meester maken
del tesoroSchat. NingunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de nosotrosOns
We
Wij debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende,
salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten, en adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit!, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten a bordoIk borduur. Jim y yoEgo
Ik
andaremosWij/we zullen afleggen
Wij/we zullen deelnemen aan
Wij/we zullen gaan
Wij/we zullen lopen
Wij/we zullen te voet
gaan
Wij/we zullen voortgaan
Wij/we zullen wandelen (snel)
Wij/we zullen werken juntosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs entoncesDan
Dus
Toen. UstedGij
U llevaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal berekenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bijeenbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in rekening
brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal medebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ophebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vervoeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorhebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wegbrengen
consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf a Joyce y HunterHunter cuandoAls
Tijdens
Wanneer salgoIk ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! BristolBristol,
y, del primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke alNaar de
Naar het últimoAchterste
Jongstleden
Laatste de los queWie
Zij die aquíAlhier
Hier estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten, debemosWij moeten
Wij/we behoren te
Wij/we dienen
Wij/we hebben te danken
Wij/we horen
Wij/we moeten
Wij/we staan in de
schuld
Wij/we zijn schuldig
Wij/we zijn verplicht om
te
Wij/we zijn verschuldigd
comprometemosWij/we blameren
Wij/we brengen in gevaar
Wij/we brengen in opspraak
Wij/we brengen in verlegenheid
Wij/we compromitteren
Wij/we verbinden
Wij/we verplichten
Wij/we verplichten tot a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank decirOpgeven
Spreken
Zeggen nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de lo queDat wat
Wat
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn descubiertoOntdekt
Uitgevonden
Uitgevorst.
-Livesey -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter-, ustedGij
U siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand; por miMi
Mijn parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde, prometoIk beloof
Ik loof uit
Ik verzeg
Ik zeg toe permanecerBlijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven mudoIk verander
Ik vermaak
Ik wissel
Sprakeloos
Sprakeloze
Stom
Stomme
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una tumbaBedwelm de zinnen van!
Breng ten val!
Doe vallen!
Gooi om!
Gooi omver!
Graf
Graftombe
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwelmt de zinnen
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt ten val
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kantelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Kantel!
Keer om!.
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
PARTEAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde SEGUNDA2e
Tweede
EL COCINEROKok DE A BORDOIk borduur
77
Zeven. SalgoIk ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! BristolBristol
PasóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd del que el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter Trelawney
se imaginóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich voor al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin, antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer estuviéramosWij/we bevonden ons
Wij/we lagen
Wij/we waren
Wij/we zaten
listosBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacernosAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren a la marZee, y ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de nuestrosOnze
Van ons
planesBlauwdrukken
Concepten
Ontwerpen
Opzetten
Plannen
Plattegronden
Projecten primitivosAanvangs-
Aanvankelijk
Aanvankelijke
Begin-
Primitief
Primitieve pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht llevarseMeenemen
Overweg kunnen a ejecuciónExecuteren
Executie
Gerechtelijke verkoop
Nakomen
Naleven
Opvoering
Terechtstellen
Terechtstelling
Uitvoeren
Uitvoering
Verrichten
Vervullen
Voltrekken
Volvoering, niEn niet
Evenmin
Noch aunKattenklauw
Nog
Zelfs
el de que el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey me tuvieseIk beheerste me
Ik hield me
Ik hield me in
Ik hield me op
de been
Ik hield stil
Ik stond stil
Ik werd gehandhaafd
Ik werd in stand
gehouden
Ik zette me schrap siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend consigoIk behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik krijg
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik slaag erin om
Ik verkrijg
Ik vervolg
Ik verwerf.
ÉsteDeze
Dit tuvo queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest marcharLopen
Marcheren a LondresLonden paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken
un profesionalBeroeps-
Professioneel
Professionele que se hicieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd
Men deed cargoAangifte
Aanklacht
Ambt
Baan
Beladen
Belasten
Berekenen
Beschuldiging
Bestormen
Betrekking
Ergeren
Functie
Geien
Graad
Ik belaad
Ik belast
Ik bereken
Ik bestorm
Ik breng in rekening
Ik erger
Ik gei
Ik gei op
Ik laad
Ik laad in
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Inladen
Laden
Lading
Maté
Opgeien
Plaats
Post
Tegenstaan
Telastlegging
Tenlastelegging
Trap
Vermoeien
Vervelen
Wachtpost
Werkkring de suHaar
Hun
Uw
Zijn clientelaClientèle
Klandizie
Klantenkring
Praktijk; el
caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter se fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zich a BristolBristol, en dondeWaarin pusoHij plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer, conDoor
Met
Per
Samen met todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
ardorHevige warmte
Hitte
Ijver
Levendigheid
Vurig verlangen
Vuur, manosHanden a la obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid, en los preparativosGesteldheid
Wilsbeschikking de la expediciónAfzenden
Expeditie
Expediëren
Opsturen
Opzenden
Sturen
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Zenden,
y, en cuantoZodra a míMe
Mij me quedéIk bleef
Ik bleef achter
Ik bleef over
Ik resteerde
Ik restte
Ik toefde
Ik verbleef
Ik werd instaladoAangebracht
Aangelegd
Gefit
Gesticht
Gevestigd
Geïnstalleerd
Ingericht
Opgericht en la
UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit, a cargoAangifte
Aanklacht
Ambt
Baan
Beladen
Belasten
Berekenen
Beschuldiging
Bestormen
Betrekking
Ergeren
Functie
Geien
Graad
Ik belaad
Ik belast
Ik bereken
Ik bestorm
Ik breng in rekening
Ik erger
Ik gei
Ik gei op
Ik laad
Ik laad in
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Inladen
Laden
Lading
Maté
Opgeien
Plaats
Post
Tegenstaan
Telastlegging
Tenlastelegging
Trap
Vermoeien
Vervelen
Wachtpost
Werkkring de Redruth, el montero o guardacaza,
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat en calidadAard
Allooi
Eigenschap
Kwaliteit de prisioneroGevangen
Gevangene; peroDoch
Echter
Maar llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de
R. L STEVENSON
ensueñosDromen marítimosZee- y de los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus atrayentesAanlokkelijk
Aanlokkelijke
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke anticipos
imaginativosVernuftig
Vernuftige
Vindingrijk
Vindingrijke de islasEilanden extrañasBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Jij/je bant
Jij/je bevreemdt
Jij/je houdt van de
deur
Jij/je laakt
Jij/je maakt aanmerking op
Jij/je verbaast
Jij/je verbant
Jij/je vindt vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke y aventurasAvonturen
Jij/je riskeert
Jij/je verspeelt
Jij/je waagt
Jij/je zet op het
spel
Lotgevallen
Perikelen
Perikels
Wederwaardigheden novelescasRomantisch
Romantische.
Me deleitabaIk genoot
Ik schiep genot reproduciéndome en un
mapaKaart
Landkaart, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens horasTijden
Uren enterasCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Integer
Integere
Jij/je deelt mede
Jij/je deelt mee
Jij/je kondigt aan
Jij/je stelt in kennis
Jij/je verwittigt
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, todos losAlle detallesAardigheidjes
Bijzonderheden
Details
Items
Jij/je behandelt in details
Jij/je haalt uit de
vorm
Jij/je verkoopt in het
klein que
recordabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist nog
Ik herdacht
Ik herinnerde
Ik onthield
Ik wist nog.
Y, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te movermeBewegen
Roeren
Verroeren de juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het fuegoVuur, en el salónHuiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal del
dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, me acercabaIk kwam dichterbij
Ik naderde
Ik was in aantocht conDoor
Met
Per
Samen met la fantasíaFantasie
Verbeeldingskracht a la
ansiadaVurig begeerd islaEiland, en todas lasAlle direccionesAdressen
Besturingen
Directies
Koersen
Leidingen
Regies
Richtingen posiblesBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke; explorabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze examineerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze exploreerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzocht nauwkeurig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viste uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zocht uit
Ik examineerde
Ik exploreerde
Ik ging na
Ik keek na
Ik onderzocht
Ik onderzocht nauwkeurig
Ik verkende
Ik viste uit
Ik vorste
Ik zocht uit
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes acreBijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Gure
Guur
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snerpend
Snerpende
Zure
Zuur de terrenoGebied
Terrein de suHaar
Hun
Uw
Zijn superficieBuitenzijde
Oppervlak
Oppervlakte
Vlak, subíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besteeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in de
trein
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wies
Ik beklom
Ik besteeg
Ik bracht naar boven
Ik droeg naar boven
Ik ging naar boven
Ik ging omhoog
Ik ging op
Ik klom
Ik kwam op
Ik rees
Ik stapte in
Ik stapte in de
trein
Ik steeg
Ik stond op
Ik verrees
Ik wies
veinte20
Twintig vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten a la cumbreBergtop
Kruin de aquelDat
Die elevadoBevorderd
Getild
Hoog
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd monteBegaat u!
Berg
Berijdt u!
Bestijgt u!
Gaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar boven!
Gaat u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt (eiwit, room)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze monteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet op
Ik bega
Ik berijd
Ik bestijg
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar boven
Ik ga op
Ik klim
Ik klop (eiwit, room)
Ik loop binnen
Ik monteer
Ik rijd
Ik rijs
Ik stap in
Ik stijg
Ik zet
Ik zet op
Klimt u!
Klop
Klopt u (eiwit, room)!
Loopt u binnen!
Monteert u!
Rijdt u!
Rijst u!
Stapt u in!
Stijgt u!
Stok
Talon
Zet u op!
Zet u!
que llamabanZij/ze belden
Zij/ze belden aan
Zij/ze belden op
Zij/ze benoemden
Zij/ze heetten
Zij/ze klopten
Zij/ze luidden
Zij/ze maakten uit voor
Zij/ze noemden
Zij/ze praaiden
Zij/ze riepen
Zij/ze riepen aan
Zij/ze riepen op
Zij/ze schelden
Zij/ze telefoneerden "El Vigía", y, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit suHaar
Hun
Uw
Zijn cimaHoogtepunt
Kruin
Neus
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje, gozabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze genoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze genoot van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugde zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlustigde zich in
Ik genoot
Ik genoot van
Ik verheugde me in
Ik verlustigde me in
de los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus deliciososHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere y variadosAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt panoramasPanorama's
Uitzichten
Vergezichten.
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren transcurriendoOmkomend
Overgaand
Vergaand
Verlopend
Verstrijkend semanasWeken y semanasWeken,
hasta queTot
Totdat, un hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon díaDag
Etmaal, llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef una cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract dirigidaBestuurd
Geadresseerd
Gechauffeerd
Gedirigeerd
Gemend
Gereden
Gericht
Gestuurd
Vervoerd alNaar de
Naar het
doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey, conDoor
Met
Per
Samen met estaDeze
Dit adiciónAdditie
Bijtelling
Optelling
Toevoeging: "En caso deIn het geval ausenciaAbsentie
Afwezigheid
Mangel
Uitstedigheid
Verstek
Verzuim
del doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus, abranBegint u!
Doet u open!
Graveert u!
Maakt u open!
Openen
Opent u!
Zij/ze beginnen
Zij/ze doen open
Zij/ze graveren
Zij/ze maken open
Zij/ze openen estaDeze
Dit cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract Tom Redruth o el
jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille Hawkins". En acatamiento de estaDeze
Dit ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde encontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, o más bienBij voorkeur
Eer
Liefst
Liever
Veeleer dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk, encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond yoEgo
Ik,
puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl el guardamonte eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije
atrasadoAchter geweest
Achtergelopen
Achtergezet
Achterlijk
Achterlijke
Achterstallig
Achterstallige
Gepostdateerd
Ongedaan
Ongedane
Verlaat
Vertraagd en escrituraAkte
Bijbel
Componeren
Geschrift
Heilige schrift
Neerschrijven
Rapport
Scheppen
Schrift
Schrijven
Uitschrijven y lecturaLectuur
Lezen
Lezing que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fuesenZij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren letrasHandschriften
Karakters
Letteren
Letters
Liedteksten
Songteksten
de moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm, encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond, digoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg, las importantesBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware noticiasBerichten
Maren
Mededelingen
Nieuwigheid
Nieuws
Nieuwtje
Tijdingen
siguientesAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende:
"HotelHotel del AnclaAnker
Anker!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ankert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt ten anker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt voor anker
Lig ten anker!
Lig voor anker!, BristolBristol, marzoIk doe verschieten
Ik doe verwelken
Ik ontzenuw
Ik verzwak
Lentemaand
Maart 1919
Negentien de l7..."
"QueridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle Livesey:
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
"NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabiendoKennend
Smakend
Wetend siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is regresadoTeruggekeerd
Teruggekomen
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weeromgekomen ustedGij
U a la UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit
o siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals permaneceBlijf over!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Rest!
Resteer!
Toef!
Verblijf! todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch en LondresLonden, envio éstaDeze
Dit,
por duplicadoDuplicaat
Gedupliceerd
Op een repliek geantwoord
Verdubbeld, a ambosAlle twee de
Allebei
Beide lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels.
"NuestroOns
Onze
Van ons buqueSchip estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds adquiridoAangekocht
Behaald
Buitgemaakt
Gekocht
Gekregen
Nature-nurture-debat
Verkregen
Verworven y arregladoAangericht
Gearrangeerd
Gemaakt
Geordend
Geregeld
Gerepareerd
Geruimd
Geschikt
Hersteld
In orde gemaakt
Ingericht
Opgeknapt
Opgeruimd
Terechtgebracht
Verholpen
Versteld
conDoor
Met
Per
Samen met todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node. Ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! surtoIk kom tevoorschijn
Ik lever
Ik ontspring
Ik voorzie van voorraden
Ik wel op y
listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! levarRijzen anclasAnkers
Jij/je ankert
Jij/je ligt ten anker
Jij/je ligt voor anker en el momentoHet ogenblik necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node.
UstedGij
U noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta, en suHaar
Hun
Uw
Zijn vidaHachje
Leven, una goletaSchoener másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus esbeltaRank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere
niEn niet
Evenmin
Noch másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus gallardaFiks
Fikse
Gewone morielje
Kloek
Kloeke
Levendig
Levendige
Morchella esculenta
Morielje
Morieltje
Morille
Opgewekt
Opgewekte
Voortreffelijk
Voortreffelijke
Vrolijk
Vrolijke
Zwierig
Zwierige y velera. CualquieraWat dan ook
Wie dan ook podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen manejarlaHet hanteren
conDoor
Met
Per
Samen met la mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere facilidadAanleg
Faciliteit
Gelegenheid
Gemak
Gemakkelijkheid
Geschikte gelegenheid
Meegaandheid
Toeschietelijkheid
Vlotheid
Voorziening
Zwakheid: tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast doscientas200
Tweehonderd toneladasScheepstonnen
Tonnen
de arqueoIk buig
Ik buig door
Ik buig om, y suHaar
Hun
Uw
Zijn nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats “La EspañolaIberische
Spaans
Spaanse'.
"La heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb compradoAangekocht
Aangeschaft
Afgenomen
Boodschappen gedaan
Gekocht
Ingekocht
Overgenomen conDoor
Met
Per
Samen met la intervenciónDeelnemen
Ingrijpen
Interveniëren
Interventie
Tussenkomst de miMi
Mijn viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind Blandy, que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is probadoAangepast
Aangetoond
Beproefd
Beproefde
Bewezen
Bezocht
Geadstrueerd
Gepast
Geprobeerd
Geproefd
Gestaafd
Getoetst
Op de proef gesteld
Uitgeprobeerd
Uitgewezen
Waargemaakt en estaDeze
Dit ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
un sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke conocedorDeskundige
Kenner de la materiaMateriaal
Materie
Stof
Zelfstandigheid. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind incomparableOnvergelijkbaar
Onvergelijkbare
amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand consagradoGeconsacreerd
Geconsecreerd
Gewijd
Gezegend
Ingewijd
Ingezegend literalmente en
cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf y almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel a misMi's
Mijn interesesBelangen
Belangstellingen
Interesses
Interesten
Jij/je boezemt belang in
Jij/je interesseert
Renten
Rentes, y -puedoIk kan
Ik mag decirloOpgeven
Spreken
Zeggen loDe
Hem
Het
U
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet, en BristolBristol, todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, en cuantoZodra hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta la claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand de puertoHaven a que nos dirigimosWij/we draaiden om
Wij/we draaiden rond
Wij/we draaien om
Wij/we draaien rond
Wij/we keerden om
Wij/we keerden ons om
Wij/we keren om
Wij/we keren ons om
Wij/we richten ons tot
Wij/we richtten ons tot: es decirDat wil zeggen
Namelijk,
a Puerto-Tesoro...' -Redruth -díjele, interrumpiendoInterrumperend
Onderbrekend
Schorsend
la lecturaLectuur
Lezen
Lezing de la cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract-, el doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se pondráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal insmeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opdoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal smeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aankleden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aanstellen
Zal men aanbrengen
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer contentoBevrediging
Genoegdoening
Tevreden
Tevredenheid
Vergenoegd
Vergenoegde
Voldaan
Voldane conDoor
Met
Per
Samen met estoDeze
Dit. VeoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie que, al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte y alNaar de
Naar het caboKaap
Korporaal
Landtong
Stomp
Stronk
Uiteinde,
el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van deslizarSchuiven door suHaar
Hun
Uw
Zijn lenguaSchar
Taal
Tong.
-BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu; ¿quiénWie tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse a hacerloDoen
Laten
Maken?
-murmuróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kabbelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klaterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kletste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mompelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze morde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mummelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze murmelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak kwaad el guardacaza-. ApuestoIk wed
Knap
Knappe una botellaFles de
ronRum a que el caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt muy bienBest
Heel goed
Prima hablarConverseren
Praten
Spreken sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op
el permisoPermissie
Toestemming
Vergunning
Verlof del doctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Livesey.
R. L STEVENSON
Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over estoDeze
Dit, creíIk dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende prudenteBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige prescindirAfzien van
Ontberen de todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
comentarioCommentaar, y continuéIk ging door
Ik ging verder
Ik ging verder met
Ik ging voort
Ik hield aan
Ik vervolgde
Ik zette voort leyendoLezend: Blandy en personaMens
Personage
Persoon
dio conHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teisterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof aan 'La EspañolaIberische
Spaans
Spaanse', y conDoor
Met
Per
Samen met una habilidadBekwaamheid
Kundigheid
que leHaar
Hem
Het
U admiroIk bevreemd
Ik bewonder
Ik verbaas
Ik verwonder, la compróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed boodschappen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kocht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kocht in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schafte aan por una verdaderaEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke bicoca.
HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand aquíAlhier
Hier, en BristolBristol, ciertosGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten monstruosamente
hostilesVijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige alNaar de
Naar het pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele Blandy. Parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que andanZij/ze gaan
Zij/ze gaan te voet
Zij/ze gaan voort
Zij/ze leggen af
Zij/ze lopen
Zij/ze nemen deel aan
Zij/ze wandelen (snel)
Zij/ze werken
por esasDie callesJij/je verzwijgt
Jij/je zwijgt
Straten de DiosGod
Godheid pregonandoOpenbaar bekendmakend
Rondbazuinend que miMi
Mijn honradoBraaf
Brave
Degelijk
Degelijke
Deugdzaam
Deugdzame
Eerbaar
Eerbare
Eerlijk
Eerlijke
Eerzaam
Eerzame
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gehuldigd
Geëerd
Net
Nette
Vereerd
y excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que una groseraBrutaal
Brutale
Grof
Grove
Honds
Hondse
Lomp
Lompe
Onbeleefd
Onbeleefde
Onheus
Onheuse
Vlegelachtig
Vlegelachtige
especulaciónSpeculatie
Speculeren; que “La EspañolaIberische
Spaans
Spaanse' eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was propiedadBezit
Bezitting
Boerderij
Eigendom
Eigendomsrecht
Goed
Landgoed suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u
y que todo lo queHoeveel ook hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was vendérmelaOverdoen
Tappen
Verhandelen
Verkopen
Vervreemden
Wegdoen a un precioEen prijs
absurdamente altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven. TodasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle ésasDie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que
calumniasAchterklappen
Eerroven
Jij/je belastert
Jij/je roddelt
Jij/je spreekt kwaad evidentesDuidelijk
Duidelijke
Evident
Evidente
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Overduidelijk
Overduidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende, y loDe
Hem
Het
U ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere es queDat komt omdat
Want ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de
susHaar
Hun
Uw
Zijn autoresAuteurs
Daders
Makers
Schrijvers
Schuldigen se atreve aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze durft negarLoochenen
Ontkennen las excelentesBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke cualidadesEigenschappen
Kwaliteiten
de nuestraOns
Onze
Van ons goletaSchoener.
"Empero élHem
Hij, dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank contabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelde
Ik berekende
Ik calculeerde
Ik debiteerde
Ik las voor
Ik rekende
Ik rekende uit
Ik telde
Ik telde af
Ik telde neer
Ik verhaalde
Ik vertelde niEn niet
Evenmin
Noch conDoor
Met
Per
Samen met una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten
vueltaAswenteling
Draai
Draaiing
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keer
Omgedraaid
Omloop
Omwenteling
Ronde
Rondgedraaid
Rondrit
Rotatie
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugkeer
Terugreis
Toer
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wending
Wenteling
Wieling
Zwenk
Zwenking de caboKaap
Korporaal
Landtong
Stomp
Stronk
Uiteinde. Los trabajadoresArbeiders
Arbeidzaam
Arbeidzame
Ijverig
Ijverige
Nijver
Nijvere
Vlijtig
Vlijtige
Werkers
Werkkrachten
Werklieden
Werklui
Werkmannen
Werkzaam
Werkzame, o por mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever llamarlosAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor,
los aparejadores, hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn andadoAfgelegd
Deelgenomen aan
Gegaan
Gelopen
Gewandeld (snel)
Gewerkt
Te voet gegaan
Voortgegaan verdaderamenteEcht
Inderdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Werkelijk
a pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan de tortugaSchildpad
Tortuga. PeroDoch
Echter
Maar estoDeze
Dit noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was sinoDoch
Echter
Maar obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid
de pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige díasDagen
Etmalen. Lo queDat wat
Wat me preocupabaIk maakte me druk
Ik maakte me zorgen eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la tripulaciónBemanning
Scheepsbemanning
Scheepsvolk.
"YoEgo
Ik queríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou una veintena20e
Twintigtal redondaGevuld
Gevulde
Rond
Ronde de hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten,
peroDoch
Echter
Maar esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende niEn niet
Evenmin
Noch conDoor
Met
Per
Samen met la mitadHelft de loDe
Hem
Het
U
requeridoAangemaand
Betekend
Nodig gehad
Nodig gemaakt
Onderzocht
Overgehaald
Overreed
Vereist, hasta queTot
Totdat un verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke golpeBeroerte
Bonken
Bonzen
Flap
Hengsten
Houw
Houwen
Klap
Klappen
Kloppen
Mep
Meppen
Opvallen
Shock
Slaan
Slag
Stoot de fortunaFortuna
meMe
Mij trajoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee alNaar de
Naar het hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent que necesitabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was toe aan
Ik behoefde
Ik had nodig
Ik hoefde
Ik was toe aan.
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
"Un díaDag
Etmaal estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat paradoAangehouden
Aanhouden
Afgeslagen
Afgezet
Afslaan
Afzetten
Buiten werking gesteld
Gebleven staan
Gedaan ophouden
Gekeerd
Gestopt
Gestuit
Halt gehouden
Keren
Opgehouden
Ophouden
Rechtop
Stilgehouden
Stilgelegd
Stilgestaan
Stilgezet
Stilhouden
Stilstaan
Stilzetten
Stilleggen
Stopgezet
Stoppen
Stopzetten
Stuiten
Werkeloos
Werkeloze
Werkloze en el muelleAanlegplaats
Drijfveer
Kaai
Kade
Perron
Pier
Springveer
Veer
Wal cuandoAls
Tijdens
Wanneer, por
meraEnkel
Enkele
Louter
Loutere
Niets anders dan casualidadToevalligheid, entréIk ging binnen
Ik ging in
Ik ging naar binnen
Ik kwam binnen
Ik kwam in
Ik liep binnen
Ik reed binnen
Ik reed in en conversaciónConversatie
Gesprek conDoor
Met
Per
Samen met el. MeMe
Mij
enteréIk deelde mede
Ik deelde mee
Ik kondigde aan
Ik stelde in kennis
Ik verwittigde de que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten lobo de marZeewolf, que tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast una
especieAangelegenheid
Soort de tabernaBar
Herberg
Kroeg
Tapperij
Uitspanning en BristolBristol, conocidaAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennisgemaakt
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde de todosAller-
Ieders los
marinosMarien
Mariene
Zee-; que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen suHaar
Hun
Uw
Zijn saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid en tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land y que recibiríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aannemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou accepteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begroeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou genieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toucheren
Ik zou aannemen
Ik zou accepteren
Ik zou begroeten
Ik zou genieten
Ik zou krijgen
Ik zou ontvangen
Ik zou toucheren
de muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere agradoBehagen
Genoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik maak naar de
zin
Ik sta aan
Ik vind prettig
Ik zin
Liefheid
Voorkomendheid
Vriendelijkheid
Welbehagen
Welgevallen
Zin una plazaPlein
Zitplaats de cocineroKok a
bordoIk borduur, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! volverDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer alNaar de
Naar het marZee. Díjome que
aquellaDat
Die
Diegene mañanaMorgen
Ochtend andabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelde (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Ik ging
Ik ging te voet
Ik ging voort
Ik legde af
Ik liep
Ik nam deel aan
Ik wandelde (snel)
Ik werkte por allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds conDoor
Met
Per
Samen met el objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp de aspirarAmbiëren
Aspireren
Dingen naar
Inademen
Najagen
Nastreven
Snuiven
Stofzuigen
Streven naar
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat las brisasBriesjes
Zuchtjes salobresBrak
Brakke del océanoOceaan
Wereldzee.
ConmoviómeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontroerde profundamenteDiepgaand
Grondig -comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals usted mismoUzelf
se hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand conmovidoAangedaan
Aangedane
Aangegrepen
Bewogen
Geroerd
Geroerde
Geëmotioneerd
Geëmotioneerde
Ontroerd
Ontroerde-, y, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank por meraEnkel
Enkele
Louter
Loutere
Niets anders dan
conmiseraciónMedelijden, loDe
Hem
Het
U contratéIk besteedde aan
Ik contracteerde
Ik ging aan
Ik nam aan
Ik sloot af, sobre laOp de
Op het marchaFanfare
Fanfarekorps
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheert
Loop!
Lopen
Marcheer!
Marcheren
Versnelling
Vertrek
Weggaan, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cocineroKok de nuestraOns
Onze
Van ons goletaSchoener; John Silver esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats suHaar
Hun
Uw
Zijn nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam,
y tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast una piernaBeen
Bout
Onderbeen
Poot
Schenkel
Schenkelvlees menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd, lo cualDat wat
Hetgeen
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, a misMi's
Mijn ojosKijkers
Ogen,
una recomendaciónAanbevelen
Aanbeveling
Aantekenen
Recommandatie
Recommanderen, puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl la haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen en
defensaAfweer
Bescherming
Defensie
Verdedigen
Verdediging
Verweer
Verweren de la patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware las órdenesAaneenschakelingen
Aanschrijvingen
Bevelen
Bevelschriften
Decoraties
Eretekenen
Eretekens
Geboden
Instructies
Kloosterorden
Kloosterordes
Netheden
Opeenvolgingen
Ordelijkheden
Orden
Orders
Ordes
Priesterwijdingen
Rangorden
Rangordes
Ridderorden
Ridderordes
Sommaties
Verordeningen
Volgorden
Volgordes del inmortal
Hawke. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank gozaGeniet van!
Geniet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlustigt zich in
Verheug je in!
Verlustig je in! de pensiónEmeritaat
Kosthuis
Pensioen
Pension algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere, Livesey ... DígameHallo
Hallo, zeg het maar
Zeg het maar
Zegt u het maar,
¿en quéWat
Welke tiemposPozen
Tijden
Weren
Werkwoordstijden tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer abominablesAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Ijselijk
Ijselijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke vivimosWij/we leefden
Wij/we leven
Wij/we wonen
Wij/we woonden?
"AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind míoMijne
Van mij; al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin creíIk dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haberBezitting
Hebben
Zijn
encontradoAangetroffen
Bevonden
Getroffen
Gevonden
Ontmoet
Tegemoet getreden
Tegengekomen otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que un simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele cocineroKok;
peroDoch
Echter
Maar fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was, en realidadRealiteit
Werkelijkheid, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle una tripulaciónBemanning
Scheepsbemanning
Scheepsvolk lo queDat wat
Wat yoEgo
Ik
descubríIk ontdekte
Ik vond uit
Ik vorste uit. EntreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen Silver y yoEgo
Ik hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn conseguidoBehaald
Bereikt
Buitgemaakt
Erin geslaagd om
Gekregen
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Vervolgd
Verworven, en
una semanaWeek, la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus cumplidaGadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen y característicaEigenaardig
Eigenaardige
Eigenaardigheid
Eigenschap
Karakteristiek
Karakteristieke
Kenmerk
Kenmerkend
Kenmerkende
Kenteken tripulaciónBemanning
Scheepsbemanning
Scheepsvolk
que pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht apetecerseZin hebben in
Zin hebben om; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank de aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen gratoGewenst
Gewenste
Welkom
Welkome niEn niet
Evenmin
Noch
sonrienteGlimlachend
Glimlachende, a la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid, sinoDoch
Echter
Maar sujetosBevestigd
Gefixeerd
Onderwerpen
Stoffen
Subjecten
Vastgebonden
Vastgemaakt
Vastgezet
Verstevigd, a juzgarBeoordelen
Berechten
Oordelen
Rechtspreken
Veroordelen
Vonnissen por susHaar
Hun
Uw
Zijn
R. L STEVENSON
carasAangezichten
Dierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Facies
Geacht
Geachte
Gelaten
Geliefd
Geliefde
Gezichten
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Oppervlakken
Porems
Prijzig
Prijzige
Toeten
Vlakken
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle, del másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus esforzadoZich ingespannen eEn indomable espírituGeest
Geestgesteldheid. MeMe
Mij
atrevoIk moedig aan a declararAangeven
Bekennen
Betuigen
Declareren
Een verklaring afleggen
Erkennen
Toegeven
Verklaren que podríamosWij/we zouden kunnen
Wij/we zouden mogen muy bienBest
Heel goed
Prima derrotarTe gronde richten
Verkwisten
Vernielen
Vernietigen
Verslaan
a una fragataFregat
Fregatvogel de guerraKrijg
Oorlog.
"Silver haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llevadoAangehad
Berekend
Bijeengebracht
Gebracht
Gedragen
In rekening gebracht
Medegebracht
Meegebracht
Meegenomen
Opgehad
Vervoerd
Voorgehad
Weggebracht suHaar
Hun
Uw
Zijn escrupulosidad hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs licenciarAfdanken
Graad van licentie verlenen
aan
Naar huis zenden
Ontslaan
Verlof geven aan
a unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n dos2
Do's
Twee
Tweede de los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten que yoEgo
Ik teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
ajustadosAanbesteed
Aangegaan
Afgesloten
Bijgesteld
Gecontracteerd
Gerectificeerd
Rechtgezet
Verbeterd. SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te granGroot
Grote trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken, meMe
Mij demostróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adstrueerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staafde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toonde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees uit en un
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip oportunoDoelmatig
Doelmatige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Passend
Passende, que los aludidosEen toespeling gemaakt
Gealludeerd
Gezinspeeld
Toegespeeld noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n lampazosKlissen
Kliswortels
Klitten de agua dulceZoet water que para nadaVooral niet
serviríanZij/ze zouden aankaarten
Zij/ze zouden bedienen
Zij/ze zouden deugen
Zij/ze zouden dienen
Zij/ze zouden een dienst
bewijzen
Zij/ze zouden geschikt zijn
Zij/ze zouden helpen
Zij/ze zouden opdienen
Zij/ze zouden serveren
Zij/ze zouden van dienst
zijn y que, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, nos(Aan) ons
Ons estorbaríanZij/ze zouden belemmeren
Zij/ze zouden beletten
Zij/ze zouden hinderen
Zij/ze zouden storen
Zij/ze zouden verhinderen
Zij/ze zouden verhoeden
Zij/ze zouden verstoren en un
casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak de apuroBenardheid
Hinder
Ik drink leeg
Ik drink op
Ik drink uit
Ik gebruik op
Ik maak op
Ik teer op
Ik verbruik
Knelpunt
Penarie
Verlegenheid.
"Me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me conDoor
Met
Per
Samen met la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid y en admirableBevreemdend
Bevreemdende
Bewonderenswaardig
Bewonderenswaardige
Briljant
Briljante
Verbazingwekkend
Verbazingwekkende
Verwonderend
Verwonderende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
Wonderbaar
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderbare
Wonderlijk
Wonderlijke
disposiciónAanleg
Bepaling
Beschikken
Beschikking
Bevelen
Disponeren
Geschiktheid
Gesteldheid
Klaarmaken
Plaatsen
Rangschikken
Voltooien
Wilsbeschikking de ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel: comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals igual queEvenals
Zoals un toroBul
Stier
Toro
Torus,
duermoIk breng onder narcose
Ik maf
Ik pit
Ik slaap
Ik slaap uit comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un troncoBoomstam
Romp
Stam, y, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me daréIk zal gebeuren
Ik zal groeien
Ik zal me gewonnen
geven
Ik zal me overgeven
Ik zal me voordoen
Ik zal ontstaan
Ik zal voorkomen
puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot de treguaBestand
Rust
Verpozing
Wapenstilstand niEn niet
Evenmin
Noch de reposoIk laat rusten
Ik rust
Rust
Rusten hasta queTot
Totdat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank oigaHallo
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoort u!
Ik hoor
Ik verneem
Ik versta
Luistert u eens
Verneemt u!
Verstaat u! y
veaBekijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Ik bekijk
Ik kijk
Ik zie
Kijkt u!
Ziet u! a misMi's
Mijn viejosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten lobosBermpjes
Lobos
Wolven marinosMarien
Mariene
Zee- maniobrarManoeuvreren
Rangeren en tornoDraaibank
Draaischijf
Gangspil
Ik breng in de
oorspronkelijke staat terug
Ik ga terug
Ik geef terug
Ik keer terug
Ik zend terug
Lier
Windas
Windspil
del cabrestanteGangspil
Kaapstander
Lier
Spil
Windas. ¡A la marZee!, ¡prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast a la marZee! ¡A sacarAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
eseDat
Die tesoroSchat! La locuraWaanzin de las gloriasBeroemdheden
Glories
Gloriën marítimasZee- se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
apoderadoEen volmacht verleend aan
Gemachtigd
In het bezit gesteld
van de miMi
Mijn cabezaHoofd
Kop
Krop. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, Livesey, véngaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek!
volandoVliegend: siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals en algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat meMe
Mij estimaAcht hoog!
Acht!
Achting
Appreciatie
Begroot!
Draag achting toe!
Gegist bestek
Heb achting voor!
Hecht aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze acht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze acht hoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt achting toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hecht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft achting voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze taxeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waardeert
Hoogachting
Houd van!
Mag!
Schat!
Schatting
Stel op prijs!
Taxeer!
Waardeer!
Waardering ustedGij
U, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pierdaGeeft u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelt
Ik geef op
Ik loop mis
Ik mis
Ik raak kwijt
Ik verbeur
Ik verkwist
Ik verlies
Ik verspeel
Loopt u mis!
Mist u!
Raakt u kwijt!
Verbeurt u!
Verkwist u!
Verliest
Verliest u!
Verspeelt u! niEn niet
Evenmin
Noch un
minutoMinuut.
"DejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u! ustedGij
U alNaar de
Naar het jovencillo Hawkins que vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
tardanzaAchterblijven
Dralen
Duren
Nablijven
Talmen
Treuzelen
Uitstel, a visitarAfgaan
Bezoeken
Opzoeken a suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding, a cargoAangifte
Aanklacht
Ambt
Baan
Beladen
Belasten
Berekenen
Beschuldiging
Bestormen
Betrekking
Ergeren
Functie
Geien
Graad
Ik belaad
Ik belast
Ik bereken
Ik bestorm
Ik breng in rekening
Ik erger
Ik gei
Ik gei op
Ik laad
Ik laad in
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Inladen
Laden
Lading
Maté
Opgeien
Plaats
Post
Tegenstaan
Telastlegging
Tenlastelegging
Trap
Vermoeien
Vervelen
Wachtpost
Werkkring de miMi
Mijn viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten
Redruth, y que ambosAlle twee de
Allebei
Beide venganKomt u mee!
Komt u!
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee
Zij/ze nemen wraak
Zij/ze wreken luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, a todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle prisaGezwindheid
Haast
Haastigheid
Rapheid
Snelheid
Spoed
Urgentie
Vaart
Vlugheid,
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! BristolBristol.
Juan Trelawney
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
"Post scriptum - Se me olvidabaIk leerde af
Ik vergat
Ik verleerde decirleOpgeven
Spreken
Zeggen que Blandy,
a quienDie
Wie dejoAccent
Achterlaten
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Tongval
Verlaten
Vermaken
Verzuimen conDoor
Met
Per
Samen met el encargoAanvraag
Aanvragen
Bestellen
Bestelling
Ik belast met
Ik bestel
Ik draag op
Ik geef opdracht
Ik vraag aan
Opdragen
Order de enviarAfzenden
Doen toekomen
Expediëren
Opsturen
Opzenden
Sturen
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Zenden una embarcaciónBoot
Overtocht
Schip
Vaartuig
en buscaOp zoek nuestraOns
Onze
Van ons, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn regresadoTeruggekeerd
Teruggekomen
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weeromgekomen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
finesBesluiten
Beëindigingen
Doeleinden
Doelen
Doelstellingen
Doelwitten
Einden
Eindes
Enden
Honken de agostoAugustus
Oogstmaand, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is encontradoAangetroffen
Bevonden
Getroffen
Gevonden
Ontmoet
Tegemoet getreden
Tegengekomen un sujetoIk bevestig
Ik bind vast
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik verstevig
Ik zet vast
Onderwerp
Stof
Subject admirableBevreemdend
Bevreemdende
Bewonderenswaardig
Bewonderenswaardige
Briljant
Briljante
Verbazingwekkend
Verbazingwekkende
Verwonderend
Verwonderende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
Wonderbaar
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderbare
Wonderlijk
Wonderlijke
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd de nuestraOns
Onze
Van ons goletaSchoener, un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer serioErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige
y muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer estiradoGestrekt
Uitgerekt
Uitgerold (van deeg) -lo cualDat wat
Hetgeen
Wat deploroIk bejammer
Ik betreur
Ik beween
Ik heb spijt van, de paso-Tussen haakjes
À propos; peroDoch
Echter
Maar, en
todos losAlle demásAnderen
Bovendien
Overig
Overige
Overigen
Verder conceptosBegrippen
Concepten
Denkbeelden
Gedachten
Gedachtes
Idees
Ideeën
Meningen
Oordelen
Opzichten
Spreuken
Vernuftig
Vernuftige, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke tesoroSchat.
Silver, por suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant, nos(Aan) ons
Ons haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is traídoAangebracht
Aangedragen
Bezorgd
Gebracht
Meegebracht
Meegenomen un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
competenteBevoegd
Bevoegde
Competent
Competente
Deskundig
Deskundige
Geschoold
Geschoolde
Vakbekwaam
Vakbekwame
Vakkundig
Vakkundige
Zaakkundig
Zaakkundige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! pilotoBestuurder
Loods
Piloot
Vliegtuigbestuurder: suHaar
Hun
Uw
Zijn nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats Arrow. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
un contramaestre que silbaFluit!
Gier!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze piept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sist
Piep!
Sis!, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la maniobraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze manoeuvreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rangeert
Manoeuvreer!
Rangeer!,
que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una gloriaBeroemdheid
Glorie
Lof
Roem, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig es queDat komt omdat
Want las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken van aZij/ze gaan naar marcharLopen
Marcheren,
a bordoIk borduur de “La Españlola', como siAlsof hubiéramosWij/we hadden
Wij/we waren
fletadoAls vrachtgoed verzonden
Bevracht
Gecharterd un verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke buque de guerraOorlogsschip.
"Se me olvidabaIk leerde af
Ik vergat
Ik verleerde añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen que Silver esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
de sustanciaGoedje
Spul
Stof
Substantie
Zelfstandigheid: meMe
Mij consta(Het) bestaat
Besta uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat uit personalmenteIn eigen persoon
Individueel
Persoonlijk que tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast suHaar
Hun
Uw
Zijn
cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen en el bancoBank
Bok
Ezel
Rek
Schraag
Stander
Stellage
Werkbank, y que susHaar
Hun
Uw
Zijn gastosKosten
Onkosten
Uitgaven nuncaNimmer
Nooit hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn excedido
de susHaar
Hun
Uw
Zijn depósitosBakken
Bergplaatsen
Bewaarplaatsen
Deposito's
Depots
Magazijnen
Provisiekamers
Provisiekasten
Reservoirs
Schuren
Voorraadkamers. DejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! suHaar
Hun
Uw
Zijn establecimientoBepalen
Beschikken
Bevelen
Café
Etablissement
Inrichten
Instellen
Oprichten
Oprichting
Stichten
Vaststellen
Vaststelling
Vestigen
Vestiging
Winkel
Zaak a
cargoAangifte
Aanklacht
Ambt
Baan
Beladen
Belasten
Berekenen
Beschuldiging
Bestormen
Betrekking
Ergeren
Functie
Geien
Graad
Ik belaad
Ik belast
Ik bereken
Ik bestorm
Ik breng in rekening
Ik erger
Ik gei
Ik gei op
Ik laad
Ik laad in
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Inladen
Laden
Lading
Maté
Opgeien
Plaats
Post
Tegenstaan
Telastlegging
Tenlastelegging
Trap
Vermoeien
Vervelen
Wachtpost
Werkkring de suHaar
Hun
Uw
Zijn esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw, y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals éstaDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una mulataMulattin, podimos
decirnosOpgeven
Spreken
Zeggen aquíAlhier
Hier, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen solterosAlleenstaand
Alleenstaande
Ongehuwd
Ongehuwde
Ongetrouwd
Ongetrouwde
Vrijgezellen, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals ambosAlle twee de
Allebei
Beide
somosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn, que meMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la saludGezondheid
Heil
Redding
Verlossing
Zaligheid, sinoDoch
Echter
Maar
la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon, lo queDat wat
Wat haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt que Silver quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
a correrHardlopen
Hollen
Racen
Rennen
Snellen
Sprinten
Stromen los maresZeeën.
J. T...
R. L STEVENSON
P. P. S-Hawkins puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt quedarseAchterblijven
Blijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven
Worden una nocheAvond
Nacht conDoor
Met
Per
Samen met
suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding. J.T."
CualquieraWat dan ook
Wie dan ook se figuraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich indenken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich verbeelden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich voorstellen, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te esfuerzoBelasting
Ik span me in
Inspanning
Kracht
Krachtinspanning
Moed
Moeite
Poging, la emociónAandoening
Bewogenheid
Emotie
Ontroering
Roersel
que estaDeze
Dit cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract meMe
Mij produjoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp af. Estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling fuera deBehalve
Buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit
Ongerekend
míMe
Mij de júbiloGrote vreugde. PeroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
despechado sobre laOp de
Op het tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land, éseDat
Die eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was, ciertamenteGewis
Ongetwijfeld
Wel degelijk
Zeker, el
pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten Tom Redruth, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit niEn niet
Evenmin
Noch podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que gruñirGrommen
Knorren y lamentarseJammeren
Klagen. CualquieraWat dan ook
Wie dan ook de los
guardamontes subordinadosMinderen
Ondergeschikt gemaakt
Ondergeschikten
Onderschikt suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u se habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou het met
iemand aan de stok krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich gedragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich met
iemand meten cambiadoAfgewisseld
Gedenatureerd
Gekenterd
Geruild
Gevarieerd
Gewerkt
Gewisseld
Veranderd
Verkeerd
Vermaakt
por el conDoor
Met
Per
Samen met el mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin; peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren ésosDie
los deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten del caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter, y talesDergelijk
Dergelijke
Dusdanig
Dusdanige
Jij/je hakt om
Jij/je legt in de
as
Jij/je velt
Jij/je verbrandt
Jij/je verwoest
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
leyesGehalten
Gehaltes
Wetten, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen aquellasDie
Diegene buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende gentesVolken
Volkeren. NadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten Redruth se habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou het met
iemand aan de stok krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich gedragen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich met
iemand meten tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven la libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid
de murmurarBrommen
Kabbelen
Klateren
Kletsen
Kwaadspreken
Mompelen
Morren
Mummelen
Murmelen
Ruisen siquieraAlthans, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals a el leHaar
Hem
Het
U eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was permitidoGedoogd
Geoorloofd
Geoorloofde
Gepermitteerd
Niet belet
Toegelaten
Toegestaan
Toegestane
Vergund
Veroorloofd
hacerloDoen
Laten
Maken.
A la mañanaMorgen
Ochtend siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende, el y yoEgo
Ik nos pusimosWij/we deden aan
Wij/we deden op
Wij/we kleedden ons aan
Wij/we smeerden
Wij/we smeerden in
Wij/we stelden ons aan
Wij/we trokken aan
Wij/we werden en
marchaFanfare
Fanfarekorps
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheert
Loop!
Lopen
Marcheer!
Marcheren
Versnelling
Vertrek
Weggaan, a pieLopend
Te voet, haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement del "AlmiranteAdmiraal
Vlootvoogd Benbow",
en la cualWaarin encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond a miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer animadaAangemoedigd
Aangepord
Aangespoord
Aangevuurd
Aangewakkerd
Aangezet
Bemoedigd
Bezield
Druk
Drukke
Geanimeerd
Geprikkeld
Gestimuleerd
Kras
Krasse
Kwiek
Kwieke
Levendig
Levendige
Opgemonterd
Opgevrolijkt
Opgewekt
Opgewekte
Rap
Rappe
Tierig
Tierige
Verlevendigd
Vief
Vieve
Wakker
Wakkere.
El capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd aquelDat
Die que por tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! nosotrosOns
We
Wij causaAanleiding
Berokken!
Beweegreden
Breng teweeg!
Doe aan!
Doe!
Doel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Laat doen!
Laat!
Maak!
Oorzaak
Reden
Richt aan!
Sticht!
Twistpunt
Veroorzaak!
Zaak de tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer disgustoIk bedroef
Ik erger
Smart, habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
alNaar de
Naar het lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel en queWaarin los perversosPervers
Perverse cesanZij/ze houden op
Zij/ze laten af
Zij/ze scheiden uit
Zij/ze stoppen
Zij/ze wijken de molestarBelemmeren
Ergeren
Hinderen
Last hebben van
Lastig vallen
Lijden aan
Storen
Verstoren. El
caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet repararHerstellen
Maken
Repareren
Verhelpen
Verstellen todos losAlle estragosNadelen
Schaden
Schades
Slachtingen
Verdelgingen
Vernielingen
Verwoestingen a
susHaar
Hun
Uw
Zijn expensas, y tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer los salonesHuiskamers
Salons
Woonkamers
Zalen de la parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde públicaAlgemeen
Algemeen bekend
Algemene
Gemeen
Gemene
Openbaar
Openbare
Publiek
Publieke
de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la enseñaBreng bij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze instrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderwijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Instrueer!
Laat zien!
Leer!
Onderwijs!
School!
Spreid tentoon!
Toon!
Vertoon!
Wijs uit!
Wijs! de la posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement, habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
LA ISLAEiland DEL TESOROSchat
pintadosAfgeschilderd
Beschilderd
Beschilderde
Geschilderd
Geverfd
Uitgeschilderd de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer, habiéndoseHet met iemand aan
de stok krijgend
Zich gedragend
Zich met iemand metend añadidoAangebracht
Bijgedaan
Bijgemengd
Bijgevoegd
Toegegeven
Toegevoegd algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige
mueblesMeubelen
Meubels
Meubilair de que antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger carecíamosWij/we hadden niet
Wij/we misten, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij, principalmenteHoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk,
una muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer cómodaComfortabel
Comfortabele
Commode
Doelmatig
Doelmatige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Gezellig
Gezellige
Huiselijk
Huiselijke
Innig
Innige
Intiem
Intieme
Knus
Knusse
Ladekast
Makkelijk
Passend
Passende
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel de brazosArmen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding, trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over el mostradorBalie
Toonbank. Al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens, leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
buscadoAfgehaald
Gegaan halen
Gehaald
Gesnord
Gezocht
Opgehaald
Opgezocht
Uitgekeken
Uitgezien un muchachuelo, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals de miMi
Mijn edadLeeftijd
Ouderdom, en calidadAard
Allooi
Eigenschap
Kwaliteit
de aprendizLeerjongen
Leerling, conDoor
Met
Per
Samen met el cualDat
De welke
Die
Hij die
Wat miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank necesitabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was toe aan
Ik behoefde
Ik had nodig
Ik hoefde
Ik was toe aan
de másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus servidumbreHerendienst
Lijfeigenschap
Servituut, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens miMi
Mijn ausenciaAbsentie
Afwezigheid
Mangel
Uitstedigheid
Verstek
Verzuim.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |