modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze que, dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even, cuandoAls
Tijdens
Wanneer corraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt hard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze racet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprint
Holt u!
Ik hol
Ik loop hard
Ik race
Ik ren
Ik snel
Ik sprint
Loopt u hard!
Racet u!
Rent u!
Snelt u!
Sprint u! detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over la pelotaBal
Speelbal, la cintaBand
Bond
Cassette
Liga
Link
Lint
Omsloten
Reep
Strip
Strook
Verbond
Windsel reluciráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal glimmen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal glinsteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in het
oog vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schitteren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un ríoIk lach
Rivier
Stroom d.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
plataE174
Zilver que se enroscará alrededor deOmheen
Ongeveer
Rondom miMi
Mijn cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek. Y, niEn niet
Evenmin
Noch un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten cabelloHaar estará(Het/hij/zij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zitten en desordenBuitensporigheid
Uitspatting
Verwarring
Wanorde
Warboel'.
.EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats miMi
Mijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet el queDat
Die
Hij die
Wie veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie en el espejoSpiegel detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin del hombroSchouder de SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Rhoda.. SíJa
Jawel
Wel
Zich, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats m.
rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet, peroDoch
Echter
Maar voy aIk ga naar escondermeOntveinzen
Verbergen
Verhelen
Verschuilen
Verstoppen detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over ellaHaar
Ze
Zij a fin deOm te
Teneinde ocultarloOntveinzen
Verbergen
Verhelen
Verschuilen
Verstoppen, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estoy presenteIk ben aanwezig
Ik ben aanwezig bij
Ik woon bij. YoEgo
Ik carezc.
de rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet. Las demásAnderen
Bovendien
Overig
Overige
Overigen
Verder muchachasGrieten
Meiden
Meisjes
Wichten tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast un rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet: SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn y Jinny tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast un rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet: ellasHen
Ze
Zij estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn presentesAanwezig
Aanwezige
Cadeaus
Donaties
Geschenken
Giften
Jij/je belicht
Jij/je biedt aan
Jij/je brengt uit
Jij/je dient in
Jij/je etaleert
Jij/je presenteert
Jij/je schenkt
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt bloot
Jij/je stelt tentoon
Jij/je stelt voor
Jij/je vertoont
Jij/je zet uiteen
Present
Presente
Schenkingen
Tegenwoordig
Tegenwoordige.
El mundoAardrijk
Wereld en queWaarin ellasHen
Ze
Zij vivenZij/ze leven
Zij/ze wonen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un mundoAardrijk
Wereld realDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Reaal
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke. Los objetosDingen
Mikpunten
Objecten
Onderwerpen
Voorwerpen que ellasHen
Ze
Zij levantanZij/ze beuren
Zij/ze halen op
Zij/ze heffen
Zij/ze heffen op
Zij/ze koken op
Zij/ze richten op
Zij/ze slaan op
Zij/ze tillen
Zij/ze tillen op
Zij/ze verheffen
Zij/ze vestigen
Zij/ze zetten neer tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast pesoGewicht
Ik ben zwaar
Ik bepaal het gewicht
Ik weeg
Ik weeg af
Peso
Zwaarte. EllasHen
Ze
Zij dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen.
'SíJa
Jawel
Wel
Zich': ellasHen
Ze
Zij dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen: 'NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank', en tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer que yoEgo
Ik vaciloIk aarzel
Ik dub
Ik schoorvoet
Ik schroom
Ik waggel
Ik wankel
Ik weifel
Ik wiebel
Ik zwicht y me dejoIk geef me over
Ik verwaarloos me
Ik wijd me aan
iets
Ik word terneergeslagen verBekijken
Kijken
Zien íntegramenteIn zijn geheel
Ongeschonden
Volledig en el espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim de un segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals ellasHen
Ze
Zij se cruzanZij/ze kruisen elkaar
Zij/ze snijden de weg
af conDoor
Met
Per
Samen met una camareraKamerjapon
Kamerjas
Kelnerin
Ochtendjapon, éstaDeze
Dit las miraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe! sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te reírseLachen en susHaar
Hun
Uw
Zijn propiasEigen naricesNeuzen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt.
conmigoMet mij
Met mij mee. CuandoAls
Tijdens
Wanneer alguienEen of ander
Een zeker
Iemand lesHen
Hun
U dirigeAdresseer!
Bestuur!
Chauffeer!
Dirigeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adresseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dirigeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ment
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Men!
Richt!
Rijd!
Stuur!
Vervoer! la palabraBewoording
Woord, ellasHen
Ze
Zij saben(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze smaken
Zij/ze weten quéWat
Welke cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd responderAansprakelijk zijn
Antwoorden
Antwoorden op
Beantwoorden
Reageren
Verantwoordelijk zijn
Verantwoorden. EllasHen
Ze
Zij ríenZij/ze lachen d.
verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid y se irritanZij/ze ontsteken in toorn
Zij/ze worden boos
Zij/ze worden geprikkeld
Zij/ze worden ontstoken
Zij/ze worden opgewekt de verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid mientras queTerwijl yoEgo
Ik tengo queIk behoor
Ik dien
Ik hoor
Ik moet observarBemerken
Gadeslaan
Merken
Observeren
Opmerken
Toekijken
Toezien
Waarnemen lo queDat wat
Wat hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit los demásDe anderen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! en seguidBewandel!
Blijf aan!
Ga door!
Houd bij!
Vervolg
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!.
poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen imitarlesImiteren
Nabootsen
Nadoen.
'VeaBekijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Ik bekijk
Ik kijk
Ik zie
Kijkt u!
Ziet u! conDoor
Met
Per
Samen met cuánHoe extraordinariaBijzonder
Bijzondere
Buitengewone
Buitengewoon seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid se colocaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Men plaatst Jinny susHaar
Hun
Uw
Zijn mediasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Gemiddelden
Gemiddeldes
Half
Half doorbakken
Halve
Jij/je bemiddelt
Jij/je rijmt
Kousen
Maillot
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Panty simplementeEenvoudig
Eenvoudigweg
Gewoonweg
Onnozel
Simpel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ir aGaan naar juga.
tenisTennis. ¡CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je la admiroIk bevreemd
Ik bewonder
Ik verbaas
Ik verwonder!. PeroDoch
Echter
Maar prefiero(Ik) verkies
Ik doe liever
Ik geef de voorkeur
aan
Ik geef voorkeur aan
Ik prefereer
Ik trek voor
Ik verkies
Ik wil liever los modalesModaal
Modale de SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats masDoch
Echter
Maar
Plus resueltaOpgelost que Jinny .
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd ávidaBegerig
Begerige
Belust
Beluste
Gretig
Gretige
Happig
Happige
Verlekkerd
Verlekkerde de llamar la atenciónAandacht trekken. AmbasBeide meMe
Mij desprecianZij/ze hebben een hekel
aan
Zij/ze minachten
Zij/ze verachten
Zij/ze versmaden porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl las imitoIk boots na
Ik doe na
Ik imiteer, peroDoch
Echter
Maar a vecesAf en toe
Bijwijlen
Soms
Somtijds
Somwijlen
Wel eens SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn m.
enseñaBreng bij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze instrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderwijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Instrueer!
Laat zien!
Leer!
Onderwijs!
School!
Spreid tentoon!
Toon!
Vertoon!
Wijs uit!
Wijs!, por ejemploBij voorbeeld
Bijvoorbeeld, la maneraManier
Trant
Wijze de hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un lazoBond
Lasso
Liga
Link
Lis
Lus
Strik
Verbond, mientras queTerwijl Jinny se guardaBewaart men
Men bewaart paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! síJa
Jawel
Wel
Zich todo lo queHoeveel ook sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet!.
AmbasBeide tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast amigasAmicaal
Amicale
Bevriend
Bevriende
Vriendinnen
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij las cualesDe welken
Wie
Zij die van aZij/ze gaan naar sentarseGaan zitten
Plaatsnemen
Zetten
Zich zetten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! cuchichearseFluisteren
Smoezelen
Smoezen secretosClandestien
Clandestiene
Geheim
Geheime
Geheimen
Heimelijk
Heimelijke
Verborgen
Verdekt
Verdekte
Verkapt
Verkapte
Verscholen
Verstolen
Verstopt
Verstopte alNaar de
Naar het oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan. YoEgo
Ik, en cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel.
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend meMe
Mij asocioIk associeer
Ik verenig
Ik voeg een hulp
toe aan a nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen y a rostrosAangezichten
Facies
Gelaten
Gezichten
Porems
Toeten que acumuloIk accumuleer
Ik hoop op
Ik hoop opeen
Ik stapel
Ik stapel op
Ik stapel opeen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals amuletosAmuletten contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus posiblesBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke desastresPuinhopen
Rampen. EscojoIk kies
Ik kies uit
Ik lees uit
Ik pik uit
Ik selecteer
Ik verkies
Ik zoek uit eEn.
el vestíbuloAntichambre
Foyer
Gang
Hal
Vestibule
Wachtkamer
Zaal algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende y, cuandoAls
Tijdens
Wanneer aquellaDat
Die
Diegene cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam ignoroIk negeer
Ik weet niet se sientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich
Men proeft frente aTegenover
Vergeleken met
Versus míMe
Mij.
apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood puedoIk kan
Ik mag beberDrinken
Gebruiken miMi
Mijn téThee
Theestruik. MeMe
Mij sofocoAngst
Beklemming
Benauwdheid
Ik onderdruk
Ik sla neer
Ik smoor
Ik verkrop
Ik verstik
Neerslaan
Onderdrukken
Smoren
Verkroppen
Verstikken
Zielsangst. SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats lanzadaGebraakt
Gedaan horen
Gegooid
Gekeild
Gelanceerd
Geworpen
Ontketend
Ontkiemd
Overgegeven
Uitgekomen
Uitgelopen
Uitgeschreven
Uitgespeeld
Uitgestoten
Van stapel gelaten lopen
Weggeslingerd
Weggeworpen de un ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één por la violenciaDriftigheid
Dwang
Forceren
Geweld
Gewelddadigheid
Geweldpleging
Hevigheid
Onnatuurlijkheid
Onstuimigheid
Valsheid
Verkrachten
Verkrachting
Vinnigheid de miMi
Mijn emociónAandoening
Bewogenheid
Emotie
Ontroering
Roersel.
ImaginoIk bedenk
Ik stel me voor
Ik verbeeld me
Ik vermoed a estosDeze
Dezen seresWezenlijkheden
Wezens desprovistosOntdaan
Ontdane de nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam, a estosDeze
Dezen seresWezenlijkheden
Wezens inmaculadosOnbevlekt
Onbevlekte, observándome detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over loDe
Hem
Het
U.
arbustosHeesters
Struiken. YoEgo
Ik saltoBarsten
Ik barst
Ik doe een sprong
Ik ontplof
Ik schiet te binnen
Ik schiet uit
Ik sla over
Ik spring
Ik spring in de
lucht
Ik spring in het
oog
Ik spring los
Ik spring op
Ik spring open
Ik spring van een
hoogte
Ik spuit op
Ik vaar uit
Ik val uit
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Sprong
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! despertarOpwekken
Wakker maken
Wakker worden
Wekken suHaar
Hun
Uw
Zijn admiraciónBevreemden
Bevreemding
Bewonderen
Bewondering
Verbaasdheid
Verbazen
Verwonderen
Verwondering. Por la nocheAvond
Nacht, en miMi
Mijn camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde, meMe
Mij entretengoIk amuseer
Ik onderhoud
Ik vermaak
Ik vrolijk op eEn.
provocarKotsen
Opwekken
Overgeven
Provoceren
Tarten
Tergen
Uitbraken
Uitdagen
Uitlokken
Uittarten
Veroorzaken suHaar
Hun
Uw
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus rendidaGegeven admiraciónBevreemden
Bevreemding
Bewonderen
Bewondering
Verbaasdheid
Verbazen
Verwonderen
Verwondering. A menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds me veoIk ben duidelijk
Ik blijk
Ik laat me zien morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten atravesadaAfgelegd
Afgelopen
Doorgegaan
Doorgekomen
Doorgemaakt
Doorgetrokken
Doorkruist
Gegaan door
Overgegaan
Overgelopen
Overgestoken
Te boven gegaan por flechasPijlen
Scheuten, a fin deOm te
Teneinde hacerlaDoen
Laten
Maken.
prorrumpirOnstuimig te voorschijn komen
Uitbarsten
Uitbreken
Zich met geweld een
weg banen
Zich storten en lágrimasTranen. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals por venturaToekomstig
Toekomstige
Ventura lesHen
Hun
U oigoIk hoor
Ik verneem
Ik versta decirOpgeven
Spreken
Zeggen, o siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals me enteroIk kom er achter
Ik stel me op
de hoogte van
Ik verneem por las etiquetasEtiketten
Jij/je betitelt
Jij/je etiketteert
Labels pegadasAangebakken
Aangezet
Afgeranseld
Afgetuigd
Gebeukt
Gehecht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Gelijmd
Gemept
Geplakt
Geslagen
Vastgenaaid
Vastgeplakt a suHaar
Hun
Uw
Zijn.
maletasHandkoffers
Koffers
Valiezen que pasaronEr gingen voorbij
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen langs
Zij/ze gingen over
Zij/ze gingen voorbij
Zij/ze haalden in
Zij/ze kwamen langs
Zij/ze kwamen om
Zij/ze lieten door
Zij/ze overkwamen
Zij/ze passeerden
Zij/ze reikten aan
Zij/ze staken over
Zij/ze verdreven
Zij/ze vergingen
Zij/ze verliepen
Zij/ze verstreken las vacacionesVakantie
Vakanties últimasAchterste
Jongstleden
Laatste en ScarboroughScarborough, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la ciudadPlaats
Stad se transformaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herschept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert van gedrag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervormt en oroE175
Goud
Ik bid, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle.
las callesJij/je verzwijgt
Jij/je zwijgt
Straten se iluminanZij/ze belichten
Zij/ze illumineren
Zij/ze lichten voor
Zij/ze steken aan
Zij/ze verlichten. Por esoDaardoor
Daarom
Derhalve
Vandaar
Zodoende aborrezcoIk haat
Ik heb een afkeer
van
Ik heb een afschuw
van
Ik heb een hekel
aan
Ik heb een weerzin
tegen
Ik minacht
Ik verafschuw
Ik verfoei
Ik versmaad los espejosSpiegels que meMe
Mij muestranZij/ze laten zien
Zij/ze spreiden tentoon
Zij/ze tonen
Zij/ze vertonen
Zij/ze wijzen
Zij/ze wijzen uit miMi
Mijn verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet. Cuand.
estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten, caigoIk geraak
Ik laat vallen
Ik val
Ik val af
Ik val neer
Ik verschiet
Ik verval a menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds en el vacíoHol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ik giet
Ik giet af
Ik haal uit
Ik hol uit
Ik ledig
Ik leeg
Ik lens
Ik licht
Ik ruim
Ingebeeld
Ingebeelde
Ledig
Ledige
Leeg
Lege
Luchtledige ruimte
Onbewoond
Onbewoonde
Onvolmaakt
Onvolmaakte
Vacuüm
Verlaten
Vruchteloos
Vruchteloze
Werkloos
Werkloze. DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld plantarAanplanten
Plantair
Plantaire
Planten
Poten firmementeKrachtig
Stevig
Vast miMi
Mijn pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet sobre elOp de
Op het bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom del mundoAardrijk
Wereld, a fi.
de noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen en la nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!. DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld golpearmeBonken
Bonzen
Hengsten
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Opvallen
Slaan la cabezaHoofd
Kop
Krop contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere puertaDeur
Poort
Portier duraBeklijf!
Blijf aan!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! obligarmeDwingen
Forceren
Noodzaken
Opdringen
Verplichten a entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan d.
nuevoNieuw
Nieuwe en miMi
Mijn propioEigen cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf.
.EstamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten atrasadasAchter geweest
Achtergelopen
Achtergezet
Achterlijk
Achterlijke
Achterstallig
Achterstallige
Gepostdateerd
Ongedaan
Ongedane
Verlaat
Vertraagd .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn.. AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans deberemosWij zullen moeten
Wij/we zullen behoren te
Wij/we zullen dienen
Wij/we zullen horen
Wij/we zullen in de
schuld staan
Wij/we zullen moeten
Wij/we zullen schuldig zijn
Wij/we zullen te danken
hebben
Wij/we zullen verplicht zijn
om te
Wij/we zullen verschuldigd zijn esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op nuestroOns
Onze
Van ons turnoBeurt
Dienst
File
Gelid
Ik rouleer
Ik wissel af
Ik wissel om
Reeks
Rij
Toerbeurt paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! jugarSpelen
Uitvoeren
Voorspelen. Vamo.
a tendernosKolenwagen
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Tender
Uitbreiden
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken sobre elOp de
Op het céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld y a simularSimuleren
Veinzen
Voorgeven que observamosWij nemen waar
Wij/we bemerken
Wij/we bemerkten
Wij/we keken toe
Wij/we kijken toe
Wij/we merken
Wij/we merken op
Wij/we merkten
Wij/we merkten op
Wij/we namen waar
Wij/we nemen waar
Wij/we observeerden
Wij/we observeren
Wij/we slaan gade
Wij/we sloegen gade
Wij/we zagen toe
Wij/we zien toe el juegoDe speling de Jinny y de ClaraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere, de Betty y d.
Mavis. PeroDoch
Echter
Maar yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank las observaréIk zal bemerken
Ik zal gadeslaan
Ik zal merken
Ik zal observeren
Ik zal opmerken
Ik zal toekijken
Ik zal toezien
Ik zal waarnemen detestoIk haat
Ik heb een afschuw
van
Ik heb een weerzin
tegen
Ik verafschuw
Ik verfoei mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien el juegoDe speling de los demásDe anderen. Voy aIk ga naar cargarBeladen
Belasten
Berekenen
Bestormen
Ergeren
Geien
In rekening brengen
Inladen
Laden
Opgeien
Opladen
Tegenstaan
Vermoeien
Vervelen los objetosDingen
Mikpunten
Objecten
Onderwerpen
Voorwerpen que m.
rodeanZij/ze begrijpen
Zij/ze gaan om
Zij/ze gaan rond
Zij/ze omgeven
Zij/ze omgeven met
Zij/ze omringen de significadosBeduid
Betekend
Betekenissen
Gestaan voor
Significanties
Zinnen detestables y a enterrarlosBedelven
Begraven
Kuilen
Overstelpen
Verpletteren loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus hondoDiep
Diepe que meMe
Mij seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind guijarro relucient.
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats Madame Carlo y voy aIk ga naar enterrarlaBedelven
Begraven
Kuilen
Overstelpen
Verpletteren a causa deDoor
Met
Om
Uit
Vanwege
Voor
Wegens susHaar
Hun
Uw
Zijn manerasManier
Manieren
Trant
Wijze
Wijzen zalamerasAanhalig
Aanhalige y servilesGedienstig
Gedienstige
Slaafs
Slaafse y a causa deDoor
Met
Om
Uit
Vanwege
Voor
Wegens la moned.
de diez10
Tien céntimosCentimes que meMe
Mij dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! obligarmeDwingen
Forceren
Noodzaken
Opdringen
Verplichten a tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden los nudillosKnokkels
Knoopjes planosBlauwdrukken
Concepten
Effen
Kaarten
Landkaarten
Ontwerpen
Opzetten
Plannen
Plat
Platte
Plattegronden
Projecten
Vlak
Vlakke
Vlakken cuandoAls
Tijdens
Wanneer tocoIk beroer
Ik ga
Ik ga over
Ik klep
Ik klink
Ik kom aan
Ik raak
Ik raak aan
Ik roer aan
Ik sla
Ik speel
Ik speel voor
Ik toucheer
Ik voer uit
Ik zit aan escalasGamma's
Jij/je beklimt
Jij/je bestormt met ladders
Jij/je escaleert
Scala's
Schaalverdelingen
Schalen
Toonladders
Toonschalen
Verhoudingen en el pianoKlavier
Piano.
HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb enterradoBedolven
Begraven
Gekuild
Overstelpt
Verpletterd suHaar
Hun
Uw
Zijn monedaGeldstuk
Mundstuk
Munt
Muntstuk
Penning. De buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende ganasJij/je behaalt
Jij/je verdient
Jij/je wint enterraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedelven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begraven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kuilen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overstelpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verpletteren
Ik zou bedelven
Ik zou begraven
Ik zou kuilen
Ik zou overstelpen
Ik zou verpletteren esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind colegioBasisschool
College
Gilde
School enteroCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehele getal
Heel
Hele
Ik deel mede
Ik deel mee
Ik kondig aan
Ik stel in kennis
Ik verwittig
Integer
Integere
Integriteit
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn gimnasioFitnesscentrum
Fitnessclub
Fitnessstudio, suHaar
Hun
Uw
Zijn salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout! d.
estudioBeoefening
Eenkamerflat
Etude
Ik bestudeer
Ik ga school
Ik leer
Ik maak studie van
Ik studeer
Ik studeer in
Onderzoek
Schets
Studie
Studio
Uitoefening, el comedorEetkamer
Eetzaal que huele(Het) ruikt
Geur!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruikt
Riek!
Ruik! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend a grasaSmeer
Vet
Vette y suHaar
Hun
Uw
Zijn capillaKapel
Muziekkapel. EnterraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedelven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begraven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kuilen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overstelpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verpletteren
Ik zou bedelven
Ik zou begraven
Ik zou kuilen
Ik zou overstelpen
Ik zou verpletteren las baldosasPlavuizen
Tegels
Tegelstenen
Tichels rojizasRoodachtig
Roodachtige
Rossig
Rossige y los retratoIk beeld af
Ik beeld uit
Ik boots na
Ik herroep
Ik maak na
Ik trek in
Ik verbeeld
Portret.
alNaar de
Naar het óleo de los viejosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren que hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden benefactores y fundadoresStichters de colegiosBasisscholen
Colleges
Gilden
Gildes
Scholen. HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch.
algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige árbolesBomen
Masten que amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon: el cerezoKersenboom
Zoete kers, conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn cortezaBast
Boomschors
Dop
Schaal
Schil
Schors cubiertaBand
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Briefomslag
Buitenband
Couvert
Dak
Dek
Donker
Donkere
Enveloppe
Gedekt
Reep
Scheepsdek
Somber
Sombere
Strip
Strook
Toegedekt
Verdek
Windsel de resinaHars, y tambiénAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts el panoramaPanorama
Uitzicht
Vergezicht que s.
extiendeBreid uit!
Geef af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt wijder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspreidt
Houd op!
Maak wijder!
Ontvouw!
Rek!
Smeer uit!
Spreid uit
Spreid uit!
Spreid!
Steek uit!
Strek uit!
Strek!
Verbreid!
Vergroot!
Verspreid! desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el graneroGraanopslagplaats
Graanschuur
Korenopslagplaats
Voorraadschuur hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs las colinasHeuvelen
Heuvels lejanasAfgelegen
Ver
Ver verwijderd
Ver verwijderde
Verafgelegen
Verre
Verwijderd
Verwijderde. AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! de estoDeze
Dit, enterraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedelven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begraven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kuilen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overstelpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verpletteren
Ik zou bedelven
Ik zou begraven
Ik zou kuilen
Ik zou overstelpen
Ik zou verpletteren conDoor
Met
Per
Samen met gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle lo demásHet overige.
del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze que entierroBegrafenis
Graflegging
Ik bedelf
Ik begraaf
Ik kuil
Ik overstelp
Ik verpletter
Teraardebestelling ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans estosDeze
Dezen feosLelijk
Lelijke guijarros esparcidosBestrooid
Uitgespreid
Verdeeld
Verspreid
Verspreide a lo largo deDoor
Door ... heen
Doorheen
Langs
Via estaDeze
Dit orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom salobreBrak
Brakke co.
susHaar
Hun
Uw
Zijn embarcaderosAanlegplaatsen
Steigers y excursionistas. En miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, las olasBaren
Golven
Gulpen cubrenZij/ze bedekken
Zij/ze beleggen
Zij/ze beschermen
Zij/ze dekken
Zij/ze dekken toe millasMijlen y millasMijlen de longitudLengte
Lengtegraad y en las nocheAvond
Nacht.
de inviernoWinter las sentimosWij/we gevoelden
Wij/we gevoelen
Wij/we merken
Wij/we merkten
Wij/we voelden
Wij/we voelden aan
Wij/we voelen
Wij/we voelen aan
Wij/we werden gewaar
Wij/we worden gewaar romperseBreken
Kapotgaan en la orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom. El añoJaar pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! NavidadKerstfeest
Kerstmis
Kersttijd, ellasHen
Ze
Zij ahogaronZij/ze onderdrukten
Zij/ze sloegen neer
Zij/ze smoorden
Zij/ze verdronken
Zij/ze verkropten
Zij/ze verstikten a un hombr.
que estaba sentadoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gezeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik was gezeten
Ik zat soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten en suHaar
Hun
Uw
Zijn carretaTweewielige kar.
.CuandoAls
Tijdens
Wanneer pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan Miss Lambert conversandoConverserend
Pratend conDoor
Met
Per
Samen met el clérigoGeestelijke .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Rhoda., las demásAnderen
Bovendien
Overig
Overige
Overigen
Verder muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
se mofan deZij/ze gekscheren met
Zij/ze spotten met ellaHaar
Ze
Zij a susHaar
Hun
Uw
Zijn espaldasRuggen eEn imitanZij/ze bootsen na
Zij/ze doen na
Zij/ze imiteren suHaar
Hun
Uw
Zijn jorobaBochel
Bult
Gezeur
Hinder
Opzwelling
Overlast; sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, suHaar
Hun
Uw
Zijn presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U transformaDoe van gedrag veranderen!
Herschep!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet van gedrag
veranderen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herschept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet om
Verander!
Vermaak!
Vervorm!
Zet om! y l.
tornaBreng in de oorspronkelijke
staat terug!
Ga terug!
Geef terug!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in de
oorspronkelijke staat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt terug
Keer terug!
Zend terug! luminosoHel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klare
Licht
Lichte
Lichtgevend
Lichtgevende. InclusoZelfs Jinny brinca más altoBoven-
Bovenste
Harder
Hoger cuandoAls
Tijdens
Wanneer pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan Miss Lambert. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals ellaHaar
Ze
Zij posaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Poseer!
Zit! susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen sobre unBovenop een
Op een.
margaritaMadeliefje
Margarita, la florBloei
Bloem
Bloesem se transformaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herschept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert van gedrag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervormt. Doquiera que ellaHaar
Ze
Zij vayaBegeeft u zich!
Gaat
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Ik begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!, las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken se transformanZij/ze herscheppen
Zij/ze veranderen
Zij/ze veranderen van gedrag
Zij/ze vermaken
Zij/ze vervormen alNaar de
Naar het contactoAanraking
Contact
Ik contacteer
Voeling de suHaar
Hun
Uw
Zijn.
miradasAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blikken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijken
Kijkjes
Toegekeken
Toegezien, y no obstanteDesalniettemin
Desniettegenstaande
Desondanks
Echter
Maar
Niettemin
Toch, ¿cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke que las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken vuelvan aGaat u terug naar!
Keert u terug naar!
Komt u terug naar!
Zij/ze gaan terug naar
Zij/ze keren terug naar
Zij/ze komen terug naar serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn lo queDat wat
Wat eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren después queNadat ellaHaar
Ze
Zij h.
pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere?.. . Miss Lambert franqueaFrankeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frankeert la barreraAfsluitboom
Afsluiting
Barrière
Heining
Hek
Slagboom
Versperring y conduceBestuur!
Breng!
Chauffeer!
Geleid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt auto
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert
Leid!
Rijd auto!
Rijd!
Stuur!
Vervoer!
Voer! alNaar de
Naar het clérigoGeestelijke a suHaar
Hun
Uw
Zijn pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin privadoBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd. Cuand.
llegueArriveert u!
Begint
Brengt u door!
Geeft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Ik arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u! juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het estanqueBassin
Belemmert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stagneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Houdt u tegen!
Ik belemmer
Ik houd tegen
Ik stagneer
Ik stelp
Ik stil
Ik stop
Kolk
Kom
Plas
Stagneert u!
Stelpt u!
Stilt u!
Stopt u!
Stroomgebied
Vijver
Waterplas, ellaHaar
Ze
Zij veráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bekijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zien una ranaKikker
Kikvors posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement sobre unaOp een hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst y estaDeze
Dit ranaKikker
Kikvors va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar transformarseHerscheppen
Van gedrag veranderen
Veranderen
Vermaken
Vervormen. Cuand.
ellaHaar
Ze
Zij se detieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt, semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke a una estatuaBeeld
Standbeeld en una alcobaAlkoof, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle se tornaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert tot de
oorspronkelijke staat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt weer solemnePlechtig
Plechtige
Plechtstatig
Plechtstatige
Statig
Statige y pálidoBleek
Bleke
Flets
Fletse
Pips
Pipse
Vaal
Vale. EllaHaar
Ze
Zij deja caerGeef op!
Geef prijs!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Leg af! s.
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak de sedaBedaar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdooft
Kalmeer!
Verdoof!
Zij
Zijde orladaGestaan langs
Omboord
Omzoomd de largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde franjasStroschubben y sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend suHaar
Hun
Uw
Zijn anilloBeugel
Ring
Wal continúaGa door
Ga door!
Ga verder met!
Ga verder!
Ga voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd aan!
Vervolg!
Zet voort! brillandoBlinkend
Glanzend
Schijnend
Schitterend, suHaar
Hun
Uw
Zijn anilloBeugel
Ring
Wal de amatistaAmethist, suHaar
Hun
Uw
Zijn anill.
colorKleur de vendimiaWijnoogst. Las gentesVolken
Volkeren se tornanZij/ze keren tot de
oorspronkelijke staat terug
Zij/ze worden weer misteriosasOccult
Occulte cuandoAls
Tijdens
Wanneer nos(Aan) ons
Ons abandonanZij/ze abandonneren
Zij/ze laten in de
steek
Zij/ze laten varen
Zij/ze stoppen ermee
Zij/ze verlaten. CuandoAls
Tijdens
Wanneer se alejanZij/ze verwijderen zich van, yoEgo
Ik pued.
acompañarlasAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el estanqueBassin
Belemmert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stagneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Houdt u tegen!
Ik belemmer
Ik houd tegen
Ik stagneer
Ik stelp
Ik stil
Ik stop
Kolk
Kom
Plas
Stagneert u!
Stelpt u!
Stilt u!
Stopt u!
Stroomgebied
Vijver
Waterplas y revestirlasBekleden
Overtrekken de majestadEerwaarde
Hoogheid
Majesteit.
'Las margaritasMadeliefjes
Margarita's se transformanZij/ze herscheppen
Zij/ze veranderen
Zij/ze veranderen van gedrag
Zij/ze vermaken
Zij/ze vervormen cuandoAls
Tijdens
Wanneer Miss Lambert pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan y todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! incendiarseIn brand staan cuandoAls
Tijdens
Wanneer ell.
cortaBreek af!
Hak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Houw!
Kap!
Klein
Kleine
Knip!
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige
Onthoofd!
Pluk af!
Pluk!
Ruk af!
Schakel uit!
Scheer!
Scheur weg!
Sla het hoofd af!
Snerp!
Snij
Snijd door!
Snijd!
Snoei!
Verricht sectie! el asadoGebraad
Gebraden
Gebraden vlees
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde. A medida queNaarmate transcurrenZij/ze gaan over
Zij/ze komen om
Zij/ze vergaan
Zij/ze verlopen
Zij/ze verstrijken los mesesMaanden, las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken que meMe
Mij rodeanZij/ze begrijpen
Zij/ze gaan om
Zij/ze gaan rond
Zij/ze omgeven
Zij/ze omgeven met
Zij/ze omringen comienzanZij/ze beginnen
Zij/ze beginnen met
Zij/ze binden aan
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze vangen aan a perderKwijtraken
Mislopen
Missen
Opgeven
Verbeuren
Verkwisten
Verliezen
Verspelen s.
rudezaLompheid
Ruwheid: miMi
Mijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve se ablandaMen maakt week comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la ceraWas junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij una llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur. YoEgo
Ik sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap. sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap..
.HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen la partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Jinny.. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats vuestroJullie
Uw
Van jullie turnoBeurt
Dienst
File
Gelid
Ik rouleer
Ik wissel af
Ik wissel om
Reeks
Rij
Toerbeurt ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans. Voy aIk ga naar tirarmeGooien
Omverwerpen
Paffen
Schieten
Trekken
Uitgooien
Uitsmijten
Uitwerpen
Vuren
Weggooien alNaar de
Naar het sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem agitadaGeagiteerd
Geroerd
Geschud
Opgehitst
Opgeruid
Opgestookt
Opgewonden d.
haberBezitting
Hebben
Zijn corridoGehold
Geracet
Gerend
Gesneld
Gesprint
Hardgelopen tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer de haberBezitting
Hebben
Zijn triunfadoGezegevierd
Succes gehad. TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te miMi
Mijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! haberseHet met iemand aan
de stok krijgen
Zich gedragen
Zich met iemand meten tornadoIn de oorspronkelijke staat
teruggebracht
Teruggegaan
Teruggegeven
Teruggekeerd
Teruggezonden livianoAndalusisch volkslied
Ezel
Gering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Long
Onbeduidend
Onbeduidende
Onbesuisd
Onbesuisde
Onbetekenend
Onbetekenende
Onkuis
Onkuise
Wellustig
Wellustige y clar.
conDoor
Met
Per
Samen met estaDeze
Dit carreraCarrière
Loopbaan
Race
Slag (van de zuiger)
Wedloop
Wedren y esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind triunfoIk heb succes
Ik zegevier
Triomf
Troef
Zege
Zegepraal. MiMi
Mijn sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood de haberBezitting
Hebben
Zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden batidaDoorgeroerd
Drijfjacht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjacht
Omgeroerd, golpeadaGebonkt
Gebonsd
Gehengst
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Gemept
Geslagen
Opgevallen contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus miMi
Mijn.
costadosFlanken
Gekost
Iets moeilijk gevonden
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten. Las plantasEtages
Jij/je plant
Jij/je plant aan
Jij/je poot
Planten
Verdiepingen
Voetzolen
Zolen de misMi's
Mijn piesPoten
Voeten vibranZij/ze trillen
Zij/ze vibreren cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals estuvieranZij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten atravesadasAfgelegd
Afgelopen
Doorgegaan
Doorgekomen
Doorgemaakt
Doorgetrokken
Doorkruist
Gegaan door
Overgegaan
Overgelopen
Overgestoken
Te boven gegaan por alambresDraden
Ijzerdraden
Metaaldraden eléctricosElektrisch
Elektrische. Percib.
distintamenteHeel anders cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes brizna de hierbaGrasspriet. PeroDoch
Echter
Maar misMi's
Mijn sienesSlapen latenZij/ze kloppen, miMi
Mijn pulsoBeleid
Ik pluk
Ik pluk af
Ik raap op
Ik tokkel
Pols
Polsslag
Vaste hand lateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Klop! detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over misMi's
Mijn párpadosOogleden, conDoor
Met
Per
Samen met eEn.
ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer de un tamborBus
Dwergtong
Rol
Trom
Trommel. TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle danzaBeweeg je snel!
Dans
Dans!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst: las redesNetten
Netwerken
Verstanden, el céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld: vuestrosJullie
Van jullie rostrosAangezichten
Facies
Gelaten
Gezichten
Porems
Toeten giranZij/ze draaien
Zij/ze draaien om
Zij/ze draaien rond
Zij/ze endosseren
Zij/ze gireren
Zij/ze keren
Zij/ze keren om
Zij/ze keren zich om
Zij/ze slaan af
Zij/ze wenden comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals mariposasVlinders y loDe
Hem
Het
U.
árbolesBomen
Masten parecen(Zij) lijken op
Zij/ze hebben het uiterlijk
van
Zij/ze komen over
Zij/ze komen voor
Zij/ze lijken
Zij/ze schijnen
Zij/ze schijnen toe
Zij/ze staan tegenover
Zij/ze vinden
Zij/ze zien er uit
Zij/ze zien er uit
als saltarBarsten
Een sprong doen
In de lucht springen
In het oog springen
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Te binnen schieten
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren
Van een hoogte springen. NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige, nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats definitivoDefinitief
Definitieve
Onherroepelijk
Onherroepelijke
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Vast
Vaste en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind universoHeelal
Schepping
Universum. TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle eEn.
danzaBeweeg je snel!
Dans
Dans!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich snel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats vértigoDraaierigheid
Duizeligheid
Duizeling
Vertigo y triunfoIk heb succes
Ik zegevier
Triomf
Troef
Zege
Zegepraal. Y, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, mientrasTerwijl estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit tendidaGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten sobre elOp de
Op het céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld observand.
vuestroJullie
Uw
Van jullie juegoIk speel
Ik speel voor
Ik voer uit
Spel
Spelen
Speling
Spelletje
Uitvoeren
Voorspelen, comienzoAanhef
Aanvang
Begin
Ik begin
Ik begin met
Ik bind aan
Ik breek aan
Ik ga in
Ik vang aan
Ontstaan a sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen el deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn elegidaGekozen
Geselecteerd
Uitgekozen
Uitgelezen
Uitgepikt
Uitgezocht
Uitverkoren
Verkozen, de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn llamadaAanbellen
Aangebeld
Aangeroepen
Aanroepen
Appel
Bellen
Benoemd
Benoemen
Convocatie
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Opgebeld
Opgeroepen
Oproepen
Praaien
Roepen
Samenscholing
Schellen
Telefoneren
Telefoongesprek
Telefoontje
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde, de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn conducidaAutogereden
Bestuurd
Gebracht
Gechauffeerd
Geleid
Gereden
Gestuurd
Gevoerd
Vervoerd lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg poPo.
alguienEen of ander
Een zeker
Iemand que vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! a buscarmeAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken, por alguienEen of ander
Een zeker
Iemand que se sientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich
Men proeft atraídoAangehaald
Aangelokt
Aangetrokken
Bekoord
Gelokt
Getrokken
Toegelachen
Verlekkerd haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor míMe
Mij, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! separarseScheiden
Uit elkaar gaan de m.
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant, que esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer próximoAankomend
Aankomende
Aanstaand
Aanstaande
Eerstvolgend
Eerstvolgende
In spé
Komend
Komende
Toekomend
Toekomende
Toekomstig
Toekomstige
Volgend
Volgende a míMe
Mij cuandoAls
Tijdens
Wanneer yoEgo
Ik me sienteIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik zet
Ik zet me en miMi
Mijn sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel doradaAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Goudbrasem
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Verguld
Vergulde
Zeebrasem y miMi
Mijn trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak onduleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onduleert
Ik onduleer
Onduleert u! a misMi's
Mijn piesPoten
Voeten.
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una florBloei
Bloem
Bloesem. Y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, atrayéndome haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander rincónHoek, haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem de un balcónBalkon
Erker en queWaarin estemo.
solosAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Solo's
Verlaten, conversaremosWij/we zullen converseren
Wij/we zullen praten largamenteBreedvoerig
Lang
Lange tijd
Met milde hand
Onbekrompen
Rijkelijk
Ruimschoots.
'La mareaGetij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zeeziek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt lastig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verveelt
Hinder!
Maak zeeziek!
Stuur!
Tij
Val lastig!
Verkoop!
Verveel! comienzaBegin met!
Begin!
Begint
Bind aan!
Breek aan!
Ga in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Vang aan! a descenderAfdalen
Afstammen
Dalen
Naar beneden gaan
Neerdalen
Uitstappen
Zinken. Los árbolesBomen
Masten afirmanZij/ze betuigen
Zij/ze bevestigen
Zij/ze beweren
Zij/ze stellen
Zij/ze verzekeren nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer susHaar
Hun
Uw
Zijn raícesRadices
Stammen
Wortels
Wortels (deel van plant) en la tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land. Las olaBaar
Golf
Gulp.
de sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! que golpeabanZij/ze bonkten
Zij/ze bonsden
Zij/ze hengstten
Zij/ze hieuwen
Zij/ze klapten
Zij/ze klopten
Zij/ze mepten
Zij/ze sloegen
Zij/ze vielen op misMi's
Mijn costadosFlanken
Gekost
Iets moeilijk gevonden
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten se apaciguanZij/ze bedaren
Zij/ze kalmeren
Zij/ze stellen gerust y miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis echaBegin handel te drijven
met!
Gooi erop!
Gooi!
Heb aandeel in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet buiten de
deur
Jaag weg!
Keil!
Kondig aan!
Krijg!
Laat aan het lot
over!
Leg op!
Maak bekend!
Maak vast!
Neem!
Schat!
Schenk in!
Sla uit!
Smijt!
Speel een partijtje!
Speel uit!
Spreek uit!
Stort!
Strooi!
Stuur weg!
Tank!
Treed op in!
Uit!
Voeg toe!
Voegt toe
Voer op!
Wed!
Wedijver!
Werp!
Zeg!
Zend weg!
Zet buiten de deur! anclasAnkers
Jij/je ankert
Jij/je ligt ten anker
Jij/je ligt voor anker, semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke a un barc.
cuyasVan wie
Waarvan
Wiens
Wier velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen se deslizanZij/ze glibberen
Zij/ze glijden
Zij/ze glijden uit
Zij/ze glippen
Zij/ze schuiven
Zij/ze schuiven op, cayendoAfvallend
Gerakend
Latend vallen
Neervallend
Vallend
Verschietend
Vervallend suavementeZacht
Zachtjes sobre elOp de
Op het puenteBrug
Dek
Dwarsbalk (van een boerenwagen)
Kam (van een viool)
Scheepsbrug
Scheepsdek
Verdek inmaculadoOnbevlekt
Onbevlekte. El juegoDe speling haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is concluidoAfgeleid
Besloten
Beëindigd
Een gevolgtrekking gemaakt
Geconcludeerd. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats hor.
de ir aGaan naar tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten el téThee
Theestruik'.
La pandillaBende
Groep
Vriendenclub de jactanciososZelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand marchadoGelopen
Gemarcheerd finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte a jugarSpelen
Uitvoeren
Voorspelen cricket .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Luis.. Se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand marchadLoop!
Marcheer!.
en el granGroot
Grote break cantandoZingend en coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor. TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle vuelvenZij/ze draaien
Zij/ze draaien om
Zij/ze draaien rond
Zij/ze gaan terug
Zij/ze gaan weer
Zij/ze keren
Zij/ze keren terug
Zij/ze keren weder
Zij/ze komen terug
Zij/ze komen weder
Zij/ze komen weerom
Zij/ze lopen terug
Zij/ze trekken terug
Zij/ze wenden
Zij/ze wentelen
Zij/ze zwenken la cabezaHoofd
Kop
Krop simultáneamenteGelijktijdig
Tegelijkertijd en el instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip en queWaarin vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt.
a desaparecerVerdwijnen detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin del bosquecilloBosje de laurelesLaurierbladen
Laurierbladeren
Laurierblaren
Laurieren
Lauweren. Sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker, se habránZij/ze zullen het met
iemand aan de stok krijgen
Zij/ze zullen zich gedragen
Zij/ze zullen zich met
iemand meten puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring a jactarse deZich beroemen op
Zich laten voorstaan op nuevoNieuw
Nieuwe: eEn.
hermanoBroeder
Broer
Frater de Larpent jugó fútbolHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voetbalde conDoor
Met
Per
Samen met el equipoAfdeling
Apparatuur
Detachement
Equipe
Ik rust toe
Ik rust uit
Ploeg
Team
Toerusten
Uitrusten
Uitrusting
Voetbalelftal de OxfordOxford: el padrePater
Vader de Smith completóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte bij cien100
Honderd puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots en eEn.
match de LordLord. Archie y Hugo: Parker y DaltonDalton: Larpent y Smith. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, los mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen s.
repitenZij/ze herhalen
Zij/ze nemen door
Zij/ze zeggen na
Zij/ze zeggen nog eens nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer: Archie y Hugo, Parker y DaltonDalton: Larpent y Smith: los nombresBenamingen
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je stelt aan
Naamwoorden
Namen
Voornamen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend loDe
Hem
Het
U.
mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve. EllosHen
Ze
Zij sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn scouts, jueganZij/ze spelen
Zij/ze spelen voor
Zij/ze voeren uit cricket: sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn miembrosLedematen
Leden
Lidmaten de la SociedadGemeenschap
Genootschap
Gezelschap
Krans
Kring
Maatschappij
Samenleving
Sociëteit
Vereniging de HistoriaGeschiedenis
Historie
Verhaal NaturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve. AndaGa te voet!
Ga voort!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelt (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kom nou!
Leg af!
Loop!
Neem deel aan!
Wandel (snel)!
Werk!.
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend en bandasBanden
Benden
Bendes
Doeken
Draagbanden
Linten
Repen
Schouderbanden
Sjerpen
Strepen
Stroken
Wapenbalken y desfilanZij/ze paraderen
Zij/ze pralen
Zij/ze prijken
Zij/ze pronken de a cuatro4
Vier, llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend insigniasBlazoenen
Insignes
Wapens en susHaar
Hun
Uw
Zijn gorrasMutsen y haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend un saludoBegroeten
Begroeting
Groet
Groeten
Ik begroet
Ik groet
Saluut simultáne.
alNaar de
Naar het pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het retratoIk beeld af
Ik beeld uit
Ik boots na
Ik herroep
Ik maak na
Ik trek in
Ik verbeeld
Portret de suHaar
Hun
Uw
Zijn jefeAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Hoofd
Leider
Meerdere
Opperhoofd
Superieur. ¡CuánHoe majestuosoIndrukwekkend
Indrukwekkende
Majestueus
Majestueuze
Plechtstatig
Plechtstatige
Statig
Statige
Verheven esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats suHaar
Hun
Uw
Zijn ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde, cuánHoe hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon suHaar
Hun
Uw
Zijn obedienciaGehoorzaamheid
Gehoorzamen! SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals y.
pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht seguirlesAanblijven
Bewandelen
Bijhouden
Doorgaan
Opvolgen
Volgen
Voortvloeien
Voortzetten, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij, sacrificaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou offeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opofferen
Ik zou offeren
Ik zou opofferen conDoor
Met
Per
Samen met gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak todo lo queHoeveel ook séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!. PeroDoch
Echter
Maar ellosHen
Ze
Zij maltrataHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mishandelt
Mishandel!.
a las mariposasVlinders, lesHen
Hun
U arrancanZij/ze breken af
Zij/ze brengen op gang
Zij/ze gaan op weg
Zij/ze gaan weg
Zij/ze halen uit
Zij/ze krijgen aan de
praat
Zij/ze ontlokken
Zij/ze plukken
Zij/ze plukken af
Zij/ze rijten
Zij/ze rukken af
Zij/ze rukken uit
Zij/ze scheuren
Zij/ze scheuren weg
Zij/ze stappen op
Zij/ze starten
Zij/ze tappen
Zij/ze tijgen
Zij/ze trekken
Zij/ze trekken te voorschijn
Zij/ze trekken uit
Zij/ze vertrekken
Zij/ze zetten aan las alasVlerken
Vleugelen
Vleugels y arrojanZij/ze gooien
Zij/ze gooien uit
Zij/ze smijten
Zij/ze smijten uit
Zij/ze werpen uit a los rinconesHoeken pañuelosDoekjes
Hoofddoeken
Zakdoeken suciosGoor
Gore
Morsig
Morsige
Onrein
Onreine
Smerig
Smerige
Vies
Vieze
Vuil
Vuile
Vuns
Vunze
Vunzig
Vunzige y manchadosBeklad
Bevlekt
Bevlekte
Bevuild
Bezoedeld
Gesmet
Gevlekt
Verontreinigd
Vuilgemaakt de sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!.
EllosHen
Ze
Zij hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit llorarBejammeren
Betreuren
Bewenen
Huilen
Krijten
Schreien
Wenen a los niñosJongens
Kinderen pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne en los corredoresBanen
Gangen
Makelaars
Makelaren
Overlopen
Rijstroken oscurosDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere. TienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime orejasOren rojasBlozend
Blozende
Rode
Rood qu.
sobresalenZij/ze springen uit
Zij/ze springen vooruit
Zij/ze staan uit
Zij/ze steken uit
Zij/ze steken vooruit bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware susHaar
Hun
Uw
Zijn gorrasMutsen. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, Nerine y yoEgo
Ik querríamosWij/we zouden beminnen
Wij/we zouden houden van
Wij/we zouden liefhebben
Wij/we zouden willen parecernosEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen a ellosHen
Ze
Zij. YoEgo
Ik lesHen
Hun
U miroIk bekijk
Ik blik
Ik blik aan
Ik kijk
Ik kijk aan
Ik kijk naar
Ik kijk toe
Ik schouw
Ik werp een blik
Ik werp een blik
op
Ik zie toe pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
con envidiaAfgunstig
Ijverzuchtig
Jaloers
Na-ijverig. EscondidoEscondido
Ontveinsd
Verborgen
Verheeld
Verscholen
Verstopt detrás deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere cortinaDoek
Gordijn
Middenwal
Overgordijn
Scherm
Voorhang
Voorhangsel, observoIk bemerk
Ik kijk toe
Ik merk
Ik merk op
Ik neem waar
Ik observeer
Ik sla gade
Ik zie toe conDoor
Met
Per
Samen met deleiteBekoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft genot aan
Ik bekoor
Ik verheug
Ik verschaf genot aan
Verheugt u!
Verschaft u genot aan! la simultaneidadGelijktijdigheid de susHaar
Hun
Uw
Zijn movimientosBewegingen
Drukten
Slagen
Zetten.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals susHaar
Hun
Uw
Zijn piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen reforzaranZij/ze versterkten
Zij/ze versterkten (kleur, smaak) las míasVan mij ¡cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je correríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hardlopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hollen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou racen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou rennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou snellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou sprinten
Ik zou hardlopen
Ik zou hollen
Ik zou racen
Ik zou rennen
Ik zou snellen
Ik zou sprinten yoEgo
Ik conDoor
Met
Per
Samen met ellosHen
Ze
Zij! SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik anduvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelde (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Ik ging
Ik ging te voet
Ik ging voort
Ik legde af
Ik liep
Ik nam deel aan
Ik wandelde (snel)
Ik werkte en suHaar
Hun
Uw
Zijn compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals hubier.
ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen partidasAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan de cricket conDoor
Met
Per
Samen met ellosHen
Ze
Zij y hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was remadoGeroeid ehHallo
Hé
Hé daar
Zeg las grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime regatasRegatta's y hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was galopadoGegaloppeerd co.
ellosHen
Ze
Zij el díaDag
Etmaal enteroCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehele getal
Heel
Hele
Ik deel mede
Ik deel mee
Ik kondig aan
Ik stel in kennis
Ik verwittig
Integer
Integere
Integriteit
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, ¡cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je cantaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zingen
Ik zou zingen cancionesGezangen
Liederen
Zangen a vozInspraak
Stem
Stemgeluid en cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek por las nochesAvonden
Nachten! ¡QuéWat
Welke torrenteBergstroom
Stroom
Vloed de palabraMondeling.
brotaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontkiemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opspatten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stuiven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verspuiten
Ik zou ontkiemen
Ik zou opspatten
Ik zou stuiven
Ik zou uitkomen
Ik zou verspuiten entoncesDan
Dus
Toen de miMi
Mijn gargantaKeel
Keelgat
Strot.
.Percival se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand marchadoGelopen
Gemarcheerd .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Neville.. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank piensa enDenk aan!
Denk na over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt na over otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que en el match. NiEn niet
Evenmin
Noch siquier.
nos(Aan) ons
Ons hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit un saludoBegroeten
Begroeting
Groet
Groeten
Ik begroet
Ik groet
Saluut conDoor
Met
Per
Samen met la manoDe hand cuandoAls
Tijdens
Wanneer el break desaparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin del arbustoHeester
Struik de laurelesLaurierbladen
Laurierbladeren
Laurierblaren
Laurieren
Lauweren. MeMe
Mij despreci.
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste débilLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tomar parteDeelnemen en el juegoDe speling (a pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots que se muestraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend bondadosGoedheid.
anteSuède
Ten overstaan van
Voor miMi
Mijn debilidadBesluiteloosheid
Genegenheid
Gevoel van honger
Krachteloosheid
Tengerheid
Zwakheid
Zwakte). MeMe
Mij despreciaHeb een hekel aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een hekel
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze minacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmaadt
Minacht!
Veracht!
Versmaad! por que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me inquietoIk word onrustig por saberKennen
Smaken
Weten siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals van aZij/ze gaan naar ganarBehalen
Verdienen
Winnen o a perderKwijtraken
Mislopen
Missen
Opgeven
Verbeuren
Verkwisten
Verliezen
Verspelen, exceptoBehalve
Bij uitzondering
Buiten
Op ... na
Uitgezonderd
Uitgezonderde eEn.
la medidaDe maat en queWaarin él mismoHemzelf se inquietaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt onrustig. El acepta(Het) aanvaardt
Accepteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Neem aan!
Ontvang! miMi
Mijn devociónDevotie
Toewijding
Vroomheid temblorosaBevend
Bevende
Trillend
Trillende y servilGedienstig
Gedienstige
Slaafs
Slaafse, acepta(Het) aanvaardt
Accepteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Neem aan!
Ontvang! la ofertaAanbieding
Aanbod
Bod
Offer
Offerte
Opoffering
Optreden
Presentatie
Uitvoering
Voorslag
Voorstel
Voorstelling que l.
hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit de míMe
Mij mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve, yoEgo
Ik que leHaar
Hem
Het
U desprecioIk heb een hekel
aan
Ik minacht
Ik veracht
Ik versmaad
Minachting
Schamperheid
Verachting
Versmading por suHaar
Hun
Uw
Zijn inferioridadInferioriteit
Minderwaardigheid mentalGeestelijk
Geestelijke
Mentaal
Mentale. PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl ni siquieraZelfs niet esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats capazBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Geschikt
Kundig
Kundige de leerLezen.
Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, cuandoAls
Tijdens
Wanneer leoIk lees
Leeuw
Leo a Shakespeare o a CatuloCatullus tendidoGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken sobre elOp de
Op het céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld, élHem
Hij comprendeBegrijp!
Besef!
Bevat!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beseft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Omvat!
Snap!
Vat!
Versta! mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever qu.
Luis. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank entiendeBegrijp!
Besef!
Bevat!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beseft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt aan
Snap!
Vat!
Versta!
Voel aan! el sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig de las palabrasBewoordingen
Woorden. peroDoch
Echter
Maar, ¿quéWat
Welke sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn las palabrasBewoordingen
Woorden? ¿AcasoToeval
Toevalligheid noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se yoEgo
Ik rimar, acas.
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag imitarImiteren
Nabootsen
Nadoen a PopePope, a Dryden eEn inclusoZelfs a Shakespeare? PeroDoch
Echter
Maar soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats incapazBeperkt
Beperkte
Onbedreven
Onbekwaam
Onbekwame
Onbevoegd
Onbevoegde
Ongeschikt
Ongeschikte de permanecerBlijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el dí.
a plenoCompleet
Complete
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volwaardig
Volwaardige
Volle
Volledig
Volledige solSol
Zon, conDoor
Met
Per
Samen met los ojosKijkers
Ogen fijosBepaald
Bepalend
Bepalende
Bevestigd
Gefixeerd
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Star
Starre
Vast
Vaste
Vastgemaakt
Vastgeplakt
Vastgesteld en la pelotaBal
Speelbal; soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats incapazBeperkt
Beperkte
Onbedreven
Onbekwaam
Onbekwame
Onbevoegd
Onbevoegde
Ongeschikt
Ongeschikte de sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan la pelotaBal
Speelbal junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij miMi
Mijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf y n.
pensar enDenken aan
Nadenken over otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que en ellaHaar
Ze
Zij. TodaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle miMi
Mijn vidaHachje
Leven permaneceréIk zal blijven
Ik zal overblijven
Ik zal resten
Ik zal resteren
Ik zal toeven
Ik zal verblijven aferradoGeankerd
Geënterd
Het anker uitgeworpen
Ingebonden
Ingehaald
Opgerold
Stevig vastgegrepen a los bordesBanden
Boorden
Jij/je borduurt
Kanten
Randen
Zomen de las palabrasBewoordingen
Woorden. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals.
embargoAanhaling
Confiscatie
Ik leg embargo op
Inbeslagneming
Verbeurdverklaring, meMe
Mij sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn imposibleOnbestaanbaar
Onbestaanbare
Onmogelijk
Onmogelijke
Uitgesloten vivir conWonen bij Percival y soportarVerdragen suHaar
Hun
Uw
Zijn estupidezDomheid
Stompzinnigheid. Sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker, debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn groseroBrutaal
Brutale
Grof
Grove
Honds
Hondse
Lomp
Lompe
Lomperik
Onbeleefd
Onbeleefde
Onheus
Onheuse
Vlegelachtig
Vlegelachtige .
debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! roncarKnorren
Ronken
Snorken
Snurken alNaar de
Naar het dormirMaffen
Onder narcose brengen
Pitten
Slapen
Uitslapen. Se casaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in het
huwelijk treden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal trouwen y hará(Het
Hij) zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoeren escenasScènes
Tableaus
Taferelen
Tonelen de ternuraGevoeligheid
Malsheid
Murwheid
Tederheid
Weekheid
Zachtheid por la mañanaMorgen
Ochtend, a la horaTijd
Uur del desayunoIk ontbijt
Ontbijt
Ontbijten. PerKoers-winst verhouding.
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille y nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!, ni siquieraZelfs niet una hebraDraadje
Vezel de hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin, niEn niet
Evenmin
Noch una holaHallo de papelPapier
Rol, se interponeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tussenbeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze last zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt als bemiddelaar
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt zich tussen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen élHem
Hij y el solSol
Zon.
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen élHem
Hij y la lluviaGieten
Regen
Regenen, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen la lunaMaan
Ruit
Staande spiegel y élHem
Hij cuandoAls
Tijdens
Wanneer yace(Het) rust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Lig! desnudoBloot
Blote
Ik kleed uit
Ik ontkleed
Naakt
Naakte
Onbedekt
Onbedekte
Onopgesmukt
Onopgesmukte, ardoroso, hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet un ovilloKluwen en suHaar
Hun
Uw
Zijn lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde. En est.
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip, mientrasTerwijl el break se deslizaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glibbert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift op sobre elOp de
Op het caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet se manchaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevlekt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevuilt zich de rojoBlozend
Blozende
Rode
Rood y amarilloGeel
Gele. En brev.
se quitaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uittrekken el vestónVe=
Begeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie!, se pondráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal insmeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opdoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal smeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aankleden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aanstellen
Zal men aanbrengen de pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet conDoor
Met
Per
Samen met las piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen separadasAfgelegen
Afgescheiden
Afgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Geschift
Geïsoleerd
Geïsoleerde
Los
Losse
Uit elkaar gehaald, las manosDe handen listasBanden
Bereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Borderellen
Cedels
Ceinturen
Ceintuurs
Celen
Deelnemerslijsten
Gerede
Gereed
Keuzelijsten
Klaar
Klare
Lijsten
Loonstaten
Menu's
Presentielijsten
Rap
Rappe
Repen
Rollen
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Spijskaarten
Staten
Strepen
Stroken
Tabellen
Vlug
Vlugge
Wapenbalken, vigilandoIn de gaten houdend
Lettend op
Wakend la barreraAfsluitboom
Afsluiting
Barrière
Heining
Hek
Slagboom
Versperring. .
en suHaar
Hun
Uw
Zijn interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot rezaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bidden: '¡DiosGod
Godheid míoMijne
Van mij, permitidBelet niet!
Gedoog!
Laat toe!
Permitteer!
Sta toe!
Vergun!
Veroorloof! que ganemosLaten we behalen
Laten we verdienen
Laten we winnen
Wij/we behalen
Wij/we verdienen
Wij/we winnen!.' La victoriaOverwinning
Victoria
Victorie
Zege de suHaar
Hun
Uw
Zijn equipoAfdeling
Apparatuur
Detachement
Equipe
Ik rust toe
Ik rust uit
Ploeg
Team
Toerusten
Uitrusten
Uitrusting
Voetbalelftal será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn suHaar
Hun
Uw
Zijn únic.
pensamientoDenken
Driekleurig viooltje
Gedachte
Veldviooltje.
'En cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel yoEgo
Ik, ¿cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven yoEgo
Ik en suHaar
Hun
Uw
Zijn break a jugarSpelen
Uitvoeren
Voorspelen cricket? SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend BernardoBernard
Heremietkreeft
Zeekrab estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! capacitadoBekwaamd parDuo
Een paar vormend
Even
Koppel
Paar
Span
Stel
Stelletje
Tweetal.
acompañarlosAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen, peroDoch
Echter
Maar BernardoBernard
Heremietkreeft
Zeekrab se atrasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is over tijd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt vertraagd siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend. SusHaar
Hun
Uw
Zijn incorregiblesOnverbeterlijk
Onverbeterlijke accesosEntrees
Intreden
Toegangen de ensoñación leHaar
Hem
Het
U impidenZij/ze beletten
Zij/ze blokkeren
Zij/ze verhinderen
Zij/ze verhoeden
Zij/ze voorkomen i.
conDoor
Met
Per
Samen met ellosHen
Ze
Zij. MientrasTerwijl se lavaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast zich
Men wast las manosDe handen se detieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! decirseBij zichzelf zeggen
Gezegd worden
Te zeggen
Zeggen
Zich noemen: 'Una moscaVlieg haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden cogidaAangegrepen
Aangevat
Afgeplukt
Beetgenomen
Beetgepakt
Bemachtigd
Gegaan halen
Gegrepen
Gehaald
Genomen
Gepakt
Geplukt
Getokkeld
Gevat
Opgeraapt
Vastgegrepen en aquell.
telarañaRag
Spinnenweb
Spinrag
Web. ¿QuéWat
Welke haréIk zal aanmaken
Ik zal bedrijven
Ik zal doen
Ik zal maken
Ik zal uitbrengen
Ik zal uitrichten
Ik zal uitvoeren: rescataréIk zal redden a la moscaVlieg o dejaréIk zal achterlaten
Ik zal in de
steek laten
Ik zal laten
Ik zal laten begaan
Ik zal laten schieten
Ik zal legateren
Ik zal lenen
Ik zal loslaten
Ik zal me verlaten
van
Ik zal nalaten
Ik zal opleveren
Ik zal overlaten
Ik zal toestaan
Ik zal toevertrouwen
Ik zal verlaten
Ik zal vermaken
Ik zal verzuimen que se la comaBikt u!
Coma
Eet u!
Gebruikt u het middagmaal!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt het middagmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luncht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreet
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Komma
Luncht u!
Nuttigt u!
Vreet u! la arañaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krabt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schramt
Krab open!
Kroon
Kroonluchter
Luchter
Schram!
Schuimspaan
Spaan
Spin
Spinnenkop?...' Y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig se pasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat heel ver
weg in ruimtelijke zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te ver
in figuurlijke zin
Men passeert
Slap wordt la vidDruif
Druivenblad
Europese wijnstok
Stam van een wijnstok
Wijnstok
Wingerd.
sumidoBegraven
Gedaan verzinken
Genuttigd
In de grond verstopt
Onder water gestopt en innumerablesOntelbaar
Ontelbare
Talloos
Talloze perplejidadesBenardheden
Knelpunten
Verlegenheden
Verslagenheden que leHaar
Hem
Het
U impidenZij/ze beletten
Zij/ze blokkeren
Zij/ze verhinderen
Zij/ze verhoeden
Zij/ze voorkomen ir aGaan naar jugarSpelen
Uitvoeren
Voorspelen cricket. Y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg, se tenderíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontvouwen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou rekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou spreiden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou strekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitbreiden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitspreiden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitsteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitstrekken
Ik zou ontvouwen
Ik zou ophouden
Ik zou rekken
Ik zou spreiden
Ik zou strekken
Ik zou uitbreiden
Ik zou uitspreiden
Ik zou uitsteken
Ik zou uitstrekken en eEn.
céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld a observarBemerken
Gadeslaan
Merken
Observeren
Opmerken
Toekijken
Toezien
Waarnemen el cieloHemel
Lucht y se levantaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gaan staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verrijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wakker worden cuandoAls
Tijdens
Wanneer la pelotaBal
Speelbal hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds lanzadaGebraakt
Gedaan horen
Gegooid
Gekeild
Gelanceerd
Geworpen
Ontketend
Ontkiemd
Overgegeven
Uitgekomen
Uitgelopen
Uitgeschreven
Uitgespeeld
Uitgestoten
Van stapel gelaten lopen
Weggeslingerd
Weggeworpen. PeroDoch
Echter
Maar ellosHen
Ze
Zij leHaar
Hem
Het
U perdonaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begenadigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vergeven
Ik zou begenadigen
Ik zou vergeven.
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl élHem
Hij se pondríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aantrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou insmeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opdoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich aankleden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich aanstellen enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk a contarlesAftellen
Berekenen
Calculeren
Debiteren
Neertellen
Rekenen
Tellen
Uitrekenen
Verhalen
Vertellen
Voorlezen una historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal.
.YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand marchadoGelopen
Gemarcheerd.dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei BernardoBernard
Heremietkreeft
Zeekrab., y yoEgo
Ik me heIk gedraag me
Ik krijg het met
iemand aan de stok
Ik meet me met
iemand retasadoReta=
Daag uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze provoceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tergt
Lok uit!
Provoceer!
Tart uit!
Tart!
Terg! demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen alcanzarlesAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven.
EstosDeze
Dezen muchachitos insoportablesNiet te harden
Ondraaglijk
Ondraaglijke
Onuitstaanbaar
Onuitstaanbare, peroDoch
Echter
Maar tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer hermososFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon, a los cualesWie
Zij die Luis y túGe
Gij
Je
Jij tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook, Neville, envidiái.
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer, se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand marchadoGelopen
Gemarcheerd moviendoBewegend
Roerend
Verroerend todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la cabezaHoofd
Kop
Krop simultáneamenteGelijktijdig
Tegelijkertijd. PeroDoch
Echter
Maar yoEgo
Ik soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats insensibleGevoelloos
Gevoelloze
Ongevoelig
Ongevoelige a vuestraJullie
Uw
Van jullie.
sutilesFijn
Fijne
Spitsvondig
Spitsvondige
Subtiel
Subtiele distincionesDistincties
Gedistingeerdheden
Onderscheiden
Onderscheidingen
Verschillen
Voornaamheden. MisMi's
Mijn dedosTenen
Vingeren
Vingers se deslizanZij/ze glibberen
Zij/ze glijden
Zij/ze glijden uit
Zij/ze glippen
Zij/ze schuiven
Zij/ze schuiven op sobre elOp de
Op het tecladoToetsenbord
Toetsinstrument sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te saberKennen
Smaken
Weten siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las notasAantekeningen
Cijfers
Jij/je bemerkt
Jij/je merkt
Jij/je merkt op
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities
Opmerkingen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn negrasZwart
Zwarte o blancasBlank
Blanke
Wit
Witte.
Archie lograBehaal!
Bereik!
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagt erin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt klaar
Kom door!
Reik tot!
Slaag erin!
Slaag in!
Slaag voor!
Slaag!
Speel klaar! reunirConcentreren
Opeenhopen
Opeenstapelen
Ophopen
Opstapelen
Stapelen
Verenigen
Verzamelen fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak los cien100
Honderd puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots; yoEgo
Ik solamenteAlleen
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend, por una casualidadToevalligheid, logróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde erin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde klaar hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren quince15
Vijftien.
PeroDoch
Echter
Maar, ¿cuálWat
Welk
Welke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la diferenciaBen het oneens!
Differentieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze differentieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het oneens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt verschil tussen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Maak verschil tussen!
Onderscheid
Onderscheid!
Verander!
Verschil entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen nosotrosOns
We
Wij?. AguardaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Sta te wachten!
Verwacht!
Wacht af!
Wacht!, Neville, déjameHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! hablarConverseren
Praten
Spreken. Las burbujasBlaasjes
Luchtbellen de miMi
Mijn.
palabrasBewoordingen
Woorden suben(Zij) rijzen
Zij/ze beklimmen
Zij/ze bestijgen
Zij/ze brengen naar boven
Zij/ze dragen naar boven
Zij/ze gaan naar boven
Zij/ze gaan omhoog
Zij/ze gaan op
Zij/ze klimmen
Zij/ze komen op
Zij/ze rijzen
Zij/ze staan op
Zij/ze stappen in
Zij/ze stappen in de
trein
Zij/ze stijgen
Zij/ze verrijzen
Zij/ze wassen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals las burbujasBlaasjes
Luchtbellen de plataE174
Zilver del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste de la cacerolaBraadpan
Degenkrab
Kasserol
Kastrol
Pan
Sauspan
Steelpan: una imagenAfbeelding
Beeld
Imago
Plaat
Prent
Voorstelling sucede(Het) gebeurt
Erf van!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erft van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Kom af!
Overkom!
Stam af!
Val voor!
Volg op! a la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één. YoEgo
Ik n.
puedoIk kan
Ik mag permanecerBlijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven inclinadoGebogen
Gedaan overhellen
Genegen
Geneigd
Geneigde
Gezind
Gezinde
Scheef
Scheve
Schuin
Schuine sobre unBovenop een
Op een libroBoek
Ik bevrijd conDoor
Met
Per
Samen met una tenacidadHechtheid
Kleverigheid
Koppigheid
Onbreekbaarheid
Taaiheid
Tenaciteit
Vasthoudendheid ferozGruwelijk
Gruwelijke
Wrede
Wreed, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals Luis. YoEgo
Ik deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken la puert.
a miMi
Mijn pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne trampaLuik
Valluik y soltarLoslaten
Losmaken la cadenaDe ketting de frasesFrasen
Frases
Volzinnen
Zinnen
Zinsneden conDoor
Met
Per
Samen met las cualesDe welken
Wie
Zij die relacionoIk combineer
Ik verbind los acontecimientosEvenementen
Gebeurden
Gebeurtenissen
Gelegenheden
Gevallen
Voorgevallenen, de suert.
que la incoherenciaOnsamenhangendheid esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats reemplazadaAfgelost
De plaats ingenomen van
Gesubstitueerd
In de plaats gesteld
Ingesprongen
Vervangen por una hebraDraadje
Vezel sinuosaBochtig
Bochtige
Kronkelig
Kronkelige
Slingerend
Slingerende que uneBreng bijeen!
Breng samen!
Het verbindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt aaneen
Verbind!
Verenig!
Voeg aaneen! ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken. OsJe
Jullie voyIk begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop .
contarAftellen
Berekenen
Calculeren
Debiteren
Neertellen
Rekenen
Tellen
Uitrekenen
Verhalen
Vertellen
Voorlezen una historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal acercaBreng naderbij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naderbij del RectorRector.
'CuandoAls
Tijdens
Wanneer el Dr. Crane atraviesaDoorkruis!
Ga door!
Ga over!
Ga te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt door
Kom door!
Leg af!
Loop af!
Loop over!
Maak door!
Steek over!
Trek door! balanceándose comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un buqueSchip el umbralDorpel
Drempel de la puertaDeur
Poort
Portier, una vezEenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer qu.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn concluidoAfgeleid
Besloten
Beëindigd
Een gevolgtrekking gemaakt
Geconcludeerd las oracionesBeden
Bedes
Oraties
Redes
Redevoeringen
Smeekbeden
Smeekbedes
Speechen
Speeches, parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! convencidoOvertuigd
Overtuigde de suHaar
Hun
Uw
Zijn inmensaInmens
Inmense
Onbegrensd
Onbegrensde
Oneindig
Oneindige
Onmetelijk
Onmetelijke
Onnoemelijk
Onnoemelijke
Zeer uitgebreid superioridadMeerderheid
Overhand
Overmacht
Overwicht
Superioriteit, en realidadRealiteit
Werkelijkheid, Neville, n.
podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien negarLoochenen
Ontkennen que suHaar
Hun
Uw
Zijn partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank solamenteAlleen
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend nos(Aan) ons
Ons proporcionaBezorg!
Breng in orde!
Fourneer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in orde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fourneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt evenredig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt af
Maak evenredig!
Meet af!
Verschaf!
Weeg af! una sensaciónGevoel
Gewaarwording
Indruk
Sensatie
Zintuiglijke waarneming de alivioIk lenig
Ik lucht op
Ik verlicht
Ik verzacht
Lenigen
Opluchten
Verlichten
Verzachten, sinoDoch
Echter
Maar tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook l.
sensaciónGevoel
Gewaarwording
Indruk
Sensatie
Zintuiglijke waarneming de que algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat nos(Aan) ons
Ons falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals cuandoAls
Tijdens
Wanneer nos(Aan) ons
Ons hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sacadoAfgedaan
Afgehaald
Afgelegd
Afgezet
Behaald
Eruit gehaald
Gehaald
Gehaald uit
Gehaald van
Gehoosd
Geput
Geschept
Naar buiten gebracht
Ontleend
Te voorschijn gehaald
Uitgedaan
Uitgehaald
Uitgekregen
Uitgetrokken una muelaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaalt
Ik kwel
Ik maal
Ik vermaal
Kies
Kwelt u!
Lathyrus
Maal
Maalt u!
Vermaalt u!. SigámosleLaten we aanblijven
Laten we bewandelen
Laten we bijhouden
Laten we doorgaan
Laten we opvolgen
Laten we volgen
Laten we voortvloeien
Laten we voortzetten
Wij/we bewandelen
Wij/we blijven aan
Wij/we gaan door
Wij/we houden bij
Wij/we vloeien voort
Wij/we volgen
Wij/we volgen op
Wij/we zetten voort ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs suHaar
Hun
Uw
Zijn.
aposentosAppartementen
Flats privadosBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd. ImaginémosleLaten we bedenken
Laten we vermoeden
Laten we zich verbeelden
Laten we zich voorstellen
Wij/we bedenken
Wij/we stellen ons voor
Wij/we verbeelden ons
Wij/we vermoeden en el actoAanstonds
Dadelijk
Meteen
Ogenblikkelijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo de desvestirseUitkleden en suHaar
Hun
Uw
Zijn tocadorBoudoir
Kaptafel
Toilettafel que queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt encima deAan
Boven op
Bovenop
Op la.
caballerizas. Se quitaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Men verwijdert las ligasAssociaties
Genootschappen
Jarretels
Jarretellen
Jij/je bindt
Jij/je bindt vast
Jij/je lieert
Jij/je maakt vast
Jij/je sluit aan
Jij/je verbindt
Kousenbanden
Legeringen
Liga's
Maretakken
Verenigingen (noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank descuidemosLaten we achterstellen
Laten we verwaarlozen
Laten we verzaken
Laten we zonder zorgen
zijn
Wij/we stellen achter
Wij/we verwaarlozen
Wij/we verzaken
Wij/we zijn zonder zorgen los detallesAardigheidjes
Bijzonderheden
Details
Items
Jij/je behandelt in details
Jij/je haalt uit de
vorm
Jij/je verkoopt in het
klein trivialesAfgezaagd
Afgezaagde
Alledaags
Alledaagse
Banaal
Banale
Gewoontjes
Nietszeggend
Nietszeggende
Onbenullig
Onbenullige
Plat
Platte
Triviaal
Triviale
Vulgair
Vulgaire, peroDoch
Echter
Maar íntimosGezellig
Gezellige
Innig
Innige
Intiem
Intieme
Knus
Knusse
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke). En seguidaAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet, conDoor
Met
Per
Samen met uOf.
gestoGebaar
Geste
Ik ben zwanger van
Ik draag
Ik koester característicoEigenaardig
Eigenaardige
Karakteristiek
Karakteristieke
Kenmerkend
Kenmerkende (esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen las frasesFrasen
Frases
Volzinnen
Zinnen
Zinsneden hechasAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! por quéWaarom ellasHen
Ze
Zij estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn aquíAlhier
Hier en suHaar
Hun
Uw
Zijn lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel), sac.
de suHaar
Hun
Uw
Zijn bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak las monedasGeldstukken
Munten
Muntstukken
Penningen de plataE174
Zilver y de cobreKoperen y las depositaDeponeer!
Geef af!
Geef in bewaring!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deponeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft in bewaring
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Leg in! sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! suHaar
Hun
Uw
Zijn mesaBank
Bok
Ezel
Mesa
Rek
Schraag
Stander
Stellage
Tafel
Werkbank. EnseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk, apoyandoOndersteunend
Rugsteunend
Schragend
Stavend
Steunend
Stuttend amba.
manosHanden en los brazosArmen de suHaar
Hun
Uw
Zijn sillónArmstoel
Fauteuil
Leuningstoel
Leunstoel
Zorgstoel, se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan a reflexionarBedenken
Nadenken
Overdenken
Wikken
Zinnen
Zinnen op. (EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el momentoHet ogenblik en queWaarin estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! a solasAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Verlaten consig.
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve: esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip cuandoAls
Tijdens
Wanneer debemosWij moeten
Wij/we behoren te
Wij/we dienen
Wij/we hebben te danken
Wij/we horen
Wij/we moeten
Wij/we staan in de
schuld
Wij/we zijn schuldig
Wij/we zijn verplicht om
te
Wij/we zijn verschuldigd sorprenderleBetrappen
Snappen
Treffen
Verbazen
Verrassen.) ¿FranquearáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal frankeren o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank franquearáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal frankeren la pasarel.
rosaBottelroos
Damascener roos
Roos
Rosa
Roze que conduceBestuur!
Breng!
Chauffeer!
Geleid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt auto
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert
Leid!
Rijd auto!
Rijd!
Stuur!
Vervoer!
Voer! a suHaar
Hun
Uw
Zijn cámaraCamera
Cameraman
Filmcamera
Fotocamera
Fototoestel
Kamer
Kamertje
Lokaal
Luchtband
Televisiecamera
Vertrek conyugalEchtelijk
Echtelijke
Huwelijks
Huwelijkse? AmbasBeide habitacionesHabitatten
Hotelkamers
Kamers
Lokalen
Slaapkamers
Vertrekken
Woningen estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn unidasAaneengevoegd
Bijeengebracht
Samengebracht
Verbonden
Verenigd por una pasarelaCatwalk de lu.
rosadaKoningsklip
Roodachtig
Roodachtige
Rooskleurig
Rooskleurige
Rossig
Rossige
Rozig
Rozige proyectadaBeraamd
Gepland
Ontworpen por la lámparaDe lamp situadaGelegd
Geplaatst
Geplaatste
Gesitueerd
Gestationeerd
Gevestigd junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij la cabeceraHoofdeind de Mrs. Crane, quienDie
Wie, conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn cabeller.
esparcidaBestrooid
Uitgespreid
Verdeeld
Verspreid
Verspreide sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! las almohadasHoofdkussens
Kussens
Oorkussens, leeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees! un volumenBand
Boekdeel
Deel
Inhoud
Luidheid
Volume de MemoriasAandenkens
Aantekeningen
Complimenten
Dagboek
Gedenkdiensten
Gedenkschriften
Gedenktekens
Gedenkwaardigheden
Geheugens
Groeten
Herinneringen
Herinneringsvermogens
Memoires
Memories
Nagedachtenissen
Uiteenzettingen
Verhandelingen de la CorteAfbreken
Afplukken
Afrukken
Breekt u af!
Coupon
Doorsnijden
Hakken
Hakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Hof
Hofhouding
Hofstad
Houwen
Houwt u!
Ik breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Kappen
Kapt u!
Knippen
Knipt u!
Onthoofden
Onthoofdt u!
Plukken
Plukt u af!
Plukt u!
Residentie
Rukt u af!
Schakelt u uit!
Scheert u!
Scheren
Scherp van een mes
Scheurt u weg!
Slaat u het hoofd
af!
Snede
Snee
Snerpen
Snerpt u!
Snijden
Snijdt u door!
Snijdt u!
Snit
Snoeien
Snoeit u!
Uitschakelen
Verricht u sectie!
Wegscheuren de FranciaFrankrijk. A medida queNaarmate leeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest
Lees! s.
pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan las manosDe handen por entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los cabellosDuivelsnaaigaren
Haren
Klein warkruid conDoor
Met
Per
Samen met un gestoGebaar
Geste
Ik ben zwanger van
Ik draag
Ik koester de desesperaciónVertwijfeling
Wanhoop y suspiraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikhalst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zucht naar
Hunker!
Kreun!
Reikhals!
Smacht!
Verlang!
Zucht naar!
Zucht! alNaar de
Naar het compararVergelijken suHaar
Hun
Uw
Zijn vidaHachje
Leven conDoor
Met
Per
Samen met l.
de algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere duquesaHertogin francesaFrans
Franse
Française. 'Dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te dos2
Do's
Twee
Tweede añosJaren, voy aIk ga naar presentarAanbieden
Belichten
Blootstellen
Etaleren
Indienen
Presenteren
Schenken
Tentoonstellen
Uitbrengen
Uiteenzetten
Uitstallen
Vertonen
Voorstellen miMi
Mijn expedienteBeweegreden
Dossier
Gang van zaken
Gemak-
Hulpmiddel
Motief
Proces-verbaal
Reden
Redmiddel
Uitweg
Voorraad
Voorwensel de retiroEmeritaat
Ik haal uit
Ik haal weg
Ik trek in
Ik trek terug
Ik verwijder', se dic.
mientrasTerwijl tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer el DoctorArts
Doctor
Dokter
Geneesheer
Kerkleraar
Medicus Crane. 'EntoncesDan
Dus
Toen, me iréIk zal afgaan
Ik zal me verwijderen
Ik zal vertrekken
Ik zal weggaan a vivirLeven
Wonen alNaar de
Naar het campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld y me dedicaré aIk zal me wijden
aan cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren tejosTaxussen
Venijnbomen en m.
jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin. YoEgo
Ik debíIk behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd haberBezitting
Hebben
Zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden un almiranteAdmiraal
Vlootvoogd o un magistradoMagistraat
Rechter, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank un maestro de escuelaSchoolmeester. ¿QuéWat
Welke destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland .
piensaDenk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt mirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend fijamenteBeslist
Zeker la llamaDe vlam de gasGas, y encorvandoBuigend
Doorbuigend
Ombuigend la espaldaRug en una formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze que nosotrosOns
We
Wij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank l.
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta aúnNog
Nog altijd
Nog steeds jamásNimmer
Nooit (recordemosLaten we herdenken
Laten we herinneren
Laten we nog weten
Laten we onthouden
Wij/we herdenken
Wij/we herinneren
Wij/we onthouden
Wij/we weten nog que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en mangasManga's
Mangga's
Mango's
Mangobomen
Mouwen
Roomspuiten
Spuiten de camisaCylindervoering
Hemd
Overhemd
Shirt)., ¿quéWat
Welke destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is conducidoAutogereden
Bestuurd
Gebracht
Gechauffeerd
Geleid
Gereden
Gestuurd
Gevoerd
Vervoerd .
estoDeze
Dit? ¿Que fuerzasJij/je doet geweld aan
Jij/je dwingt
Jij/je forceert
Jij/je noodzaakt
Jij/je randt aan
Jij/je verkracht
Jij/je verplicht
Krachten
Machten
Sterkten
Sterktes
Stevigheden irresistiblesOnweerstaanbaar
Onweerstaanbare?. prosigueGa door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend riendaBreidel
Teugel
Toom sueltaBekwaam
Bekwame
Driest
Drieste
Enkel
Enkele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt los
Laat los!
Licht
Lichte
Los
Losbandig
Losbandige
Losgelaten
Losgemaakt
Loslaten
Losmaken
Losse
Maak los!
Ongedwongen
Ongegeneerd
Ongegeneerde
Ruim
Ruime
Stoutmoedig
Stoutmoedige
Uiteengevallen
Vaardig
Vaardige
Vlug
Vlugge
Vrij
Vrije a susHaar
Hun
Uw
Zijn frasesFrasen
Frases
Volzinnen
Zinnen
Zinsneden altisonantes, mientrasTerwijl vuelv.
la cabezaHoofd
Kop
Krop paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien por sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! suHaar
Hun
Uw
Zijn hombroSchouder haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la ventanaRaam
Venster. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una nocheAvond
Nacht de tempestadNoodweer
Storm
Stormwind
Verschrikkelijk weer: las ramasAfdelingen
Branches
Takken de loDe
Hem
Het
U.
castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes se agitanZij/ze wuiven en el aireLucht nocturnoNacht-
Nachtactief
Nachtactieve
Nachtelijk
Nachtelijke
Nocturne y, a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via ellasHen
Ze
Zij, brillanZij/ze blinken
Zij/ze glanzen
Zij/ze schijnen
Zij/ze schitteren las estrellasCainito's
Jij/je bezaait met sterren
Jij/je breekt
Jij/je slaat stuk
Jij/je verbrijzelt
Sterappelen
Sterappels
Sterren. '¿Que vastasGroot
Grote
Onmetelijk
Onmetelijke
Ontzaglijk
Ontzaglijke
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde fuerzasJij/je doet geweld aan
Jij/je dwingt
Jij/je forceert
Jij/je noodzaakt
Jij/je randt aan
Jij/je verkracht
Jij/je verplicht
Krachten
Machten
Sterkten
Sterktes
Stevigheden.
buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende o malasBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten, meMe
Mij hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn conducidoAutogereden
Bestuurd
Gebracht
Gechauffeerd
Geleid
Gereden
Gestuurd
Gevoerd
Vervoerd hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs aquíAlhier
Hier?', se preguntaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt zich af advirtiendoBemerkend
Merkend
Opmerkend
Waarnemend
Waarschuwend con tristezaDroevig que la pataPoot
Voet de.
sillónArmstoel
Fauteuil
Leuningstoel
Leunstoel
Zorgstoel haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is concluidoAfgeleid
Besloten
Beëindigd
Een gevolgtrekking gemaakt
Geconcludeerd por hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un hoyoGat
Hol
Holte
Kuil
Put en la espesuraDikte de la alfombraKarpet
Kleed
Tapijt
Vloerkleed rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood. Y dejándoseTerneergeslagen wordend
Zich aan iets wijdend
Zich overgevend
Zich verwaarlozend caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen en el mism.
sillónArmstoel
Fauteuil
Leuningstoel
Leunstoel
Zorgstoel, continúaGa door
Ga door!
Ga verder met!
Ga verder!
Ga voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd aan!
Vervolg!
Zet voort! reflexionandoBedenkend
Nadenkend
Overdenkend
Wikkend
Zinnend
Zinnend op de estaDeze
Dit suerteAard
Fortuin
Geluk
Kans
Levenslot
Lot
Slag
Soort
Toeval mientrasTerwijl agitaAgiteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze agiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruit op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze windt op
Hits op!
Roer!
Rui op!
Schud!
Stook op!
Wind op! susHaar
Hun
Uw
Zijn tirantesBretels
Gespannen
Ingespannen
Jarretels
Jarretellen
Muurankers
Pakkend
Pakkende
Scheerlijnen
Spannend
Spannende
Stagen
Steundraden
Strak
Strakke
Tuien. PeroDoch
Echter
Maar las historiasGeschiedenissen
Histories
Historiën
Verhalen que siguen(Zij) gaan door
Zij/ze bewandelen
Zij/ze blijven aan
Zij/ze gaan door
Zij/ze houden bij
Zij/ze vloeien voort
Zij/ze volgen
Zij/ze volgen op
Zij/ze zetten voort .
las personasMensen
Personages
Personen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs susHaar
Hun
Uw
Zijn habitacionesHabitatten
Hotelkamers
Kamers
Lokalen
Slaapkamers
Vertrekken
Woningen privadasBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn difícilesLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware y yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk continuarAanhouden
Doorgaan
Verder gaan
Verder gaan met
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten éstaDeze
Dit. M.
pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer a retorcerTwijnen
Verbuigen
Verdraaien
Vertrekken
Verwringen
Wringen un alambreEen draad
Een ijzerdraad y a hacer girarDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Wenden
Wentelen
Zwenken cuatro4
Vier o cinco5
Vijf monedasGeldstukken
Munten
Muntstukken
Penningen dentroBinnen
Daarbinnen
Erin del bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak de miMi
Mijn pantalónBroek
Lange broek
Pantalon .
.Las historiasGeschiedenissen
Histories
Historiën
Verhalen de BernardoBernard
Heremietkreeft
Zeekrab meMe
Mij diviertenZij/ze amuseren
Zij/ze onderhouden
Zij/ze vermaken
Zij/ze vrolijken op al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Neville.. PeroDoch
Echter
Maar, cuandoAls
Tijdens
Wanneer se alargaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat er vandoor.
absurdamente y élHem
Hij se quedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt de prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast conDoor
Met
Per
Samen met la bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater abiertaBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige, retorciendoTwijnend
Verbuigend
Verdraaiend
Vertrekkend
Verwringend
Wringend entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los dedosTenen
Vingeren
Vingers un alambreEen draad
Een ijzerdraad, sient.
miMi
Mijn propiaEigen soledadEenzaamheid
Verlatenheid. BernardoBernard
Heremietkreeft
Zeekrab ve aGa naar! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el mundoAardrijk
Wereld conDoor
Met
Per
Samen met contornosOmlijningen
Omtrekken difusosDiffuse
Diffuus
Gediffundeerd
Zich verspreid. He aquíAlsjeblieft
Alstublieft
Hier
Kijk
Ziehier la razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand por la cualDat
Die
Wat
Welke
Zij die n.
puedoIk kan
Ik mag hablarleConverseren
Praten
Spreken de Percival. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag confiarToevertrouwen
Vertrouwen
Vertrouwen hebben in miMi
Mijn absurdaAbsurd
Absurde
Ongerijmd
Ongerijmde
Onzinnig
Onzinnige y violentaAbnormaal
Abnormale
Doe geweld aan!
Driftig
Driftige
Forceer!
Gewelddadig
Gewelddadige
Hevig
Hevige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Onnatuurlijk
Onnatuurlijke
Onstuimig
Onstuimige
Opbruisend
Opbruisende
Rand aan!
Sterk
Sterke
Tegen zijn zin
Vals
Valse
Verkracht! pasiónDoorstaan
Dulden
Hartstocht
Lijden
Lijdensgeschiedenis
Lust
Ondergaan
Passie
Roes
Uitstaan
Velen
Verdragen
Verslaving
Verwoedheid a suHaar
Hun
Uw
Zijn comprensiónBegrijpen
Begrip
Beseffen
Bevatten
Bevatting
Bevattingsvermogen
Inhoud
Omvatten
Opvatting
Snappen
Vatten
Verstaan y simpatíaMedegevoel
Sympathie.
Con ellaDaarmee tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook haríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitvoeren
Ik zou aanmaken
Ik zou bedrijven
Ik zou doen
Ik zou maken
Ik zou uitbrengen
Ik zou uitrichten
Ik zou uitvoeren una 'historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal'. NecesitoIk behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef de alguienIemands a quienDie
Wie el colmoIk loop over
Ik overloop
Ik overtref
Toppunt de loDe
Hem
Het
U absurdoAbsurd
Absurde
Absurditeit
Ongerijmd
Ongerijmde
Ongerijmdheid
Onzin
Onzinnig
Onzinnige leHaar
Hem
Het
U resultRe=
Re.
sublimeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sublimeert
Ik sublimeer
Subliem
Sublieme
Sublimeert u!
Verheven
Zielsverheffend
Zielsverheffende y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! quienDie
Wie el cordónAfzetting
Band
Kordon
Lint
Nestel
Rijgveter
Schoenveter
Touwtje
Veter de un zapatoSchoen seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat adorableAanbiddelijk
Aanbiddelijke
Aanbiddenswaardig
Aanbiddenswaardige. ¿A quiénWie puedoIk kan
Ik mag exponerBelichten
Blootleggen
Blootstellen
Etaleren
Exposeren
Kans lopen
Op het spel zetten
Risico lopen
Riskeren
Tentoonspreiden
Tentoonstellen
Uitbrengen
Uiteenzetten
Uitkramen
Uitstallen
Verklaren
Wagen la urgenciaDrang
Dringende noodzakelijkheid
Dringendheid
Grote haast
Urgentie d.
miMi
Mijn propiaEigen pasiónDoorstaan
Dulden
Hartstocht
Lijden
Lijdensgeschiedenis
Lust
Ondergaan
Passie
Roes
Uitstaan
Velen
Verdragen
Verslaving
Verwoedheid? Luis esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude, demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste universalAlgemeen
Algemene
Universeel
Universele. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand aquíAlhier
Hier, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen estasDeze
Dezen columnaColonne
Column
Kolom
Pilaar
Steunpilaar
Zuil.
grisesGrauw
Grauwe
Grijs
Grijze, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen estosDeze
Dezen palomos cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier arrulloGekir
Ik kir
Ik koer
Ik roekoe
Koeren
Slaaplied
Wiegelied suena(Het) klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt geluid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit de neus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuit zijn neus
Klink!
Maak geluid!
Snuit de neus!
Snuit jullie neus! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un lamentoIk bejammer
Ik betreur
Ik heb spijt van y dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle: los juegosSpelen
Spelletjes y las tradicione.
y la emulación. HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden hábilmenteBekwaam
Handig organizadoGeordend
Georganiseerd
Georganiseerde
Geregeld
Uitgeschreven comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! impedirBeletten
Blokkeren
Verhinderen
Verhoeden
Voorkomen que nos sintamosWij/we voelen ons solosAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Solo's
Verlaten. Y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank ob.
stante, me heIk gedraag me
Ik krijg het met
iemand aan de stok
Ik meet me met
iemand detenidoAangehouden
Afgehouden
Arrestant
Gearresteerd
Gestopt
In verzekerde bewaring genomen
Ingerekend
Onthouden
Onttrokken
Weggehouden en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van miMi
Mijn paseoAvenue
Boulevard
Ik ben aan de
wandel
Ik loop
Ik tippel
Ik wandel
Lopen
Ommetje
Promenade
Tippelen
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelen
Wandeling
Wandelplaats
Wandelweg, invadidoBinnengerukt
Binnengevallen por repentinosPlotseling
Plotselinge presentimientosVoorgevoelens acercaBreng naderbij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naderbij del porvenirToekomende tijd
Toekomst
Verschiet.
AyerGister
Gisteren, alNaar de
Naar het pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij la puertaDeur
Poort
Portier que conduceBestuur!
Breng!
Chauffeer!
Geleid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt auto
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert
Leid!
Rijd auto!
Rijd!
Stuur!
Vervoer!
Voer! a la parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde reservadaBesproken
Geboekt
Gereserveerd
Gereserveerde
Ingetekend
Opengehouden
Vrijgehouden
Weggezet del jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin, viIk bekeek
Ik keek
Ik zag a Fenwick alzandoBeurend
Heffend
Omhoogtrekkend
Ophalend
Oprichtend
Tillend
Verheffend
Verhogend s.
martilloHamer. En medioMiddenin del céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had un samovarSamowaar
Samowar del que brotabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spatte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspoot
Ik kwam uit
Ik ontkiemde
Ik spatte op
Ik stoof
Ik verspoot un hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin de vaporDamp
Stoom
Stoomboot
Wasem. HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had parterres d.
floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren, De prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast, me sentíIk voelde me invadidoBinnengerukt
Binnengevallen por un oscuroDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere y místico sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen de adoraciónAanbidden
Aanbidding
Adoratie
Adoreren
Verafgoden
Vereren
Verering, de l.
perfecciónPerfectie
Perfektie
Verbeteren
Vervolmaken que triunfaHeb succes!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft succes
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegeviert
Zegevier! sobre elOp de
Op het caosBaaierd
Chaos
Rommel
Warboel
Warwinkel. NadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag miMi
Mijn figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! inmóvilBewegingloos
Bewegingloze
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Roerloos
Roerloze
Stationair
Stationaire
Stil
Stille y atentaAandacht geschonken
Aandachtig
Aandachtige
Acht geslagen op
Attent
Attente
Bediend
Beleefd
Beleefde
Galant
Galante
Geholpen
Gelet op
Gepast op
Heus
Heuse
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt een aanslag
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergrijpt zich aan
Hoffelijk
Hoffelijke
Opgelet
Opgepast
Oplettend
Oplettende
Pleeg een aanslag op!
Rand aan!
Vergrijp je aan!
Welgemanierd
Welgemanierde
Wellevend
Wellevende
Zorgvuldig
Zorgvuldige
Zorgzaam
Zorgzame detenidaAangehouden
Afgehouden
Gearresteerd
Gestopt
In verzekerde bewaring genomen
Ingerekend
Onthouden
Onttrokken
Weggehouden en el umbralDorpel
Drempel. NadiNadi.
adivinóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raadde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ried
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorspelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarzegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei voor la necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak que yoEgo
Ik experimentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beleefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ervoer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze experimenteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondervond
Ik beleefde
Ik ervoer
Ik experimenteerde
Ik maakte door
Ik ondervond de ofrendarOfferen
Opofferen miMi
Mijn serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn a un diosGod
Godheid y de perecerCreperen
Omkomen
Ondergaan
Sneuvelen
Vergaan
Verongelukken y desapareceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdwijnt
Verdwijn!.
enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk. SuHaar
Hun
Uw
Zijn martilloHamer descendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk; la visiónBekijken
Droombeeld
Droomgezicht
Kijken
Verschijning
Visioen
Zien se esfumóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in rook
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervaagde.
'¿Iré aIk zal gaan naar buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander árbolBoom
Mast bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem cobijarmeBedekken
Herbergen
Huisvesten? ¿DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld abandonarAbandonneren
Ermee stoppen
In de steek laten
Laten varen
Verlaten estasDeze
Dezen salasJij/je legt in
Jij/je legt in het
zout
Jij/je maakt in
Jij/je pekelt
Jij/je zout
Lounges
Salons
Zalen de estudioBeoefening
Eenkamerflat
Etude
Ik bestudeer
Ik ga school
Ik leer
Ik maak studie van
Ik studeer
Ik studeer in
Onderzoek
Schets
Studie
Studio
Uitoefening .
bibliotecasBibliotheken
Biebs
Boekerijen y la anchaBrede
Breed
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde páginaBladzijde
Pagina amarillaGeel
Gele, en la queDat
Die
Wie
Zij die leoIk lees
Leeuw
Leo a CatuloCatullus, por los bosquesBossen
Wouden y los camposAkkers
Campos
Gebieden
Landen
Plattelands
Terreinen
Velden? ¿DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld vagaDool rond!
Dool!
Drentel!
Dwaal rond!
Dwaal!
Flaneer!
Hang rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flaneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slentert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwerft
Kuier!
Onbestemd
Onbestemde
Onnauwkeurig
Onnauwkeurige
Slenter!
Vaag
Vage
Waar!
Wollig
Wollige
Zwerf!.
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware las hayasBeuken
Beukennootjes
Jij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt, o a orillasBanden
Boorden
Kanten
Kusten
Oevers
Randen
Stootkanten
Wallen
Waterkanten
Zomen del ríoDel rio en cuyasVan wie
Waarvan
Wiens
Wier aguasBadplaats
Jij/je begiet
Jij/je besproeit
Jij/je bevloeit
Jij/je geeft water
Jij/je giet
Jij/je lengt aan
Jij/je sproeit
Jij/je verdunt met water
Jij/je watert
Wateren
Waters se reflejanZij/ze uiten zich
Zij/ze zijn zichtbaar los árbolesBomen
Masten enlazados cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals amantesGeliefden
Maîtressen
Maîtresses
Minnaars
Minnaren
Minnaressen? PeroDoch
Echter
Maar l.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische, demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste vagaDool rond!
Dool!
Drentel!
Dwaal rond!
Dwaal!
Flaneer!
Hang rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doolt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwaalt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flaneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slentert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwerft
Kuier!
Onbestemd
Onbestemde
Onnauwkeurig
Onnauwkeurige
Slenter!
Vaag
Vage
Waar!
Wollig
Wollige
Zwerf!. EllaHaar
Ze
Zij sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend poseeBeheers!
Ben rijk!
Bezit!
Heb!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is rijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent grondig
Houd erop na!
Ken grondig! sublimesJij/je sublimeert
Subliem
Sublieme
Verheven
Zielsverheffend
Zielsverheffende inmensidadesEnormiteiten y aguaBegiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten.
ComienzoAanhef
Aanvang
Begin
Ik begin
Ik begin met
Ik bind aan
Ik breek aan
Ik ga in
Ik vang aan
Ontstaan a desearAmbiëren
Aspireren
Begeren
Dingen naar
Haken naar
Hunkeren
Najagen
Nastreven
Smachten
Smachten naar
Snakken naar
Streven naar
Trek hebben in
Verkiezen
Verlangen
Wensen la intimidadIntimideer!
Intimiteit
Jaag schrik aan aan!
Maak bang! de una habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning iluminadaAangestoken
Belicht
Geïllumineerd
Verlicht
Voorgelicht por el fuegoVuur de la chimeneaOpen haard
Schoorsteen
Schouw y el cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf d.
un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn.
.YoEgo
Ik comienzoAanhef
Aanvang
Begin
Ik begin
Ik begin met
Ik bind aan
Ik breek aan
Ik ga in
Ik vang aan
Ontstaan a desearAmbiëren
Aspireren
Begeren
Dingen naar
Haken naar
Hunkeren
Najagen
Nastreven
Smachten
Smachten naar
Snakken naar
Streven naar
Trek hebben in
Verkiezen
Verlangen
Wensen que caiga(Het) valt
Geraakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervalt
Ik geraak
Ik laat vallen
Ik val
Ik val af
Ik val neer
Ik verschiet
Ik verval
Laat u vallen!
Valt u af!
Valt u neer!
Valt u!
Verschiet u!
Vervalt u! la nocheAvond
Nacht .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Luis.. En esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip, mientrasTerwijl apoyoIk ondersteun
Ik rugsteun
Ik schraag
Ik staaf
Ik steun
Ik stut
Steun m.
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei en la puertaDeur
Poort
Portier de encinaEikenhout
Steeneik de Mr. Wickham y me dispongo aIk maak me gereed
Ik maak me klaar entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan en suHaar
Hun
Uw
Zijn habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning, se meMe
Mij ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats! qu.
soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats el amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind de RichelieuRichelieu o el DuqueHertog de Saint-Simón que va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar presentarleHet te presenteren una tabaqueraTabaksplant alNaar de
Naar het propioEigen ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst.
TalDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats miMi
Mijn privilegioConcessie
Ik bevoorrecht
Privilege
Voorrecht. MisMi's
Mijn comentariosCommentaar
Commentaren llenosAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de agudezaGeestigheid
Kwinkslag
Mop eEn ingenio 'se propaganZij/ze geven af
Zij/ze planten voort
Zij/ze verbreiden
Zij/ze verspreiden comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals fuegoVuur griegoGriek
Grieks
Griekse
Helleen' poPo.
la corteAfbreken
Afplukken
Afrukken
Breekt u af!
Coupon
Doorsnijden
Hakken
Hakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Hof
Hofhouding
Hofstad
Houwen
Houwt u!
Ik breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Kappen
Kapt u!
Knippen
Knipt u!
Onthoofden
Onthoofdt u!
Plukken
Plukt u af!
Plukt u!
Residentie
Rukt u af!
Schakelt u uit!
Scheert u!
Scheren
Scherp van een mes
Scheurt u weg!
Slaat u het hoofd
af!
Snede
Snee
Snerpen
Snerpt u!
Snijden
Snijdt u door!
Snijdt u!
Snit
Snoeien
Snoeit u!
Uitschakelen
Verricht u sectie!
Wegscheuren. Las duquesasHertoginnen se arrancanZij/ze rukken zich los las esmeraldasEsmeraldas
Smaragden de susHaar
Hun
Uw
Zijn orejasOren en un raptoIk gijzel
Ik ontvoer
Ik schaak de admiraciónBevreemden
Bevreemding
Bewonderen
Bewondering
Verbaasdheid
Verbazen
Verwonderen
Verwondering. PeroDoch
Echter
Maar est.
géneroGenre
Genrestuk
Geslacht
Handelswaar
Klasse
Stijl
Waar
Woordgeslacht de fuegoVuur fatuo noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estallaBarst open!
Barst uit!
Barst!
Berst open!
Berst!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barst open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barst uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berst open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontploft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Ontplof!
Scheur!
Spring! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart sinoDoch
Echter
Maar en la oscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vergetelheid de la nocheAvond
Nacht, en miMi
Mijn lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde. AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te.
un muchachoJongen
Knaap
Knul que hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken conDoor
Met
Per
Samen met un acentoAccent
Accentteken
Kapje
Klemtoon
Nadruk
Tongval colonialKoloniaal
Koloniale y que conDoor
Met
Per
Samen met la manoDe hand posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement en la puertaDeur
Poort
Portier conDoor
Met
Per
Samen met panneaux d.
viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten encinaEikenhout
Steeneik, séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! disponeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschikt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze disponeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt klaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rangschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voltooit a entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan en la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning de Mr. Wickham. El díaDag
Etmaal haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de ignominia .
de triunfosTriomfen
Troeven
Zegepralen
Zeges que heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb disimuladoVerborgen por temorAngst
Beduchtheid
Vrees a las risasGelachen burlonasSmadelijk honend
Spottend
Spottende. SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats el mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever alumnoLeerling de la escuelaKunstrichting
Leerschool
School. PerKoers-winst verhouding.
cuandoAls
Tijdens
Wanneer cae(Het) valt
Geraak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervalt
Laat vallen!
Val af!
Val neer!
Val!
Verschiet!
Verval! la obscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vaagheid
Vergetelheid, dejoAccent
Achterlaten
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Tongval
Verlaten
Vermaken
Verzuimen a un ladoOpzij! miMi
Mijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige envidiableBenijdenswaardig
Benijdenswaardige, miMi
Mijn narizNeus demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste prominenteBeroemd
Beroemde
Prominent
Prominente
Uitstekend boven
Vooruitspringend
Vooruitspringende.
misMi's
Mijn labiosLippen delgadosDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere, miMi
Mijn acentoAccent
Accentteken
Kapje
Klemtoon
Nadruk
Tongval colonialKoloniaal
Koloniale y habitoIk ben gevestigd
Ik bewoon
Ik huis
Ik resideer
Ik woon
Ik woon in en el espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim. SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats entoncesDan
Dus
Toen el compañeroAmbtgenoot
Collega
Gezel
Kameraad
Kornuit
Maat
Makker
Metgezel
Partner
Vakgenoot de VirgilioVergilius .
de PlatónGroot bord
Plato. SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats entoncesDan
Dus
Toen el últimoAchterste
Jongstleden
Laatste vástago de una de las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus antiguasAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude familiasFamilies
Gezinnen
Huisgezinnen
Huizen de FranciaFrankrijk. PeroDoch
Echter
Maar so.
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook aquelDat
Die que se obligaDring op!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Noodzaak!
Verplicht! a siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve a abandonarAbandonneren
Ermee stoppen
In de steek laten
Laten varen
Verlaten estosDeze
Dezen territoriosBannen
Gebieden
Grondgebieden
Territoirs
Territoria
Territoriums bañadosGebaad
Gedompeld
Gewassen
In bad gedaan
Overgoten por la lunaMaan
Ruit
Staande spiegel y azotadosGegeseld
Gestriemd
Geteisterd poPo.
el vientoWind, estosDeze
Dezen dominios de medianocheMiddernacht, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! afrontarTegenover elkaar plaatsen la puertaDeur
Poort
Portier de encinaEikenhout
Steeneik. YoEgo
Ik heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de realizarBewerkstelligen
Doorvoeren
Realiseren
Tot stand brengen
Uitvoeren
Verrichten
Verwerkelijken
Verwezenlijken en miMi
Mijn vidDruif
Druivenblad
Europese wijnstok
Stam van een wijnstok
Wijnstok
Wingerd.
(y quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! DiosGod
Godheid que ellaHaar
Ze
Zij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde) la tareaHuiswerk
Karwei
Klus
Opgaaf
Opgave
Taak gigantescaKolossaal
Kolossale
Reusachtig
Reusachtige de amalgamarVermengen estasDeze
Dezen dos2
Do's
Twee
Tweede discrepanciaDiscrepantie.
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer cruelmenteWreed visiblesZichtbaar
Zichtbare en miMi
Mijn. LoDe
Hem
Het
U heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven a fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! de sufrimientoGeduld
Leed
Lijden
Smart. HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb golpeadoGebonkt
Gebonsd
Gehengst
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Gemept
Geslagen
Opgevallen a estaDeze
Dit puertaDeur
Poort
Portier.
Voy aIk ga naar entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan.
.HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb arrancadoAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds todas lasAlle hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten del mesMaand de mayoBloeimaand
Mei y de junioJuni
Zomermaand .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei SusanaSu=
Haar
Hun
Uw
Zijn. y veinte20
Twintig díasDagen
Etmalen d.
julioHooimaand
Joule
Juli. Las heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb arrancadoAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd y heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb formadoAangegaan
Geformeerd
Geparadeerd
Gepraald
Geprijkt
Gepronkt
Gevormd conDoor
Met
Per
Samen met ellasHen
Ze
Zij una pelotilla, de modo queZodat yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank existenEr bestaan
Zij/ze bestaan, exceptoBehalve
Bij uitzondering
Buiten
Op ... na
Uitgezonderd
Uitgezonderde com.
un pesoEen gewicht sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis. HanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden díasDagen
Etmalen truncos, semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke a mariposasVlinders nocturnasNacht-
Nachtactief
Nachtactieve
Nachtelijk
Nachtelijke conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn alasVlerken
Vleugelen
Vleugels quemadasAangebrand
Aangebrande
Afgebrand
Gebrand
Gebrande
Verbrand
Verschroeid.
incapacesBeperkt
Beperkte
Onbedreven
Onbekwaam
Onbekwame
Onbevoegd
Onbevoegde
Ongeschikt
Ongeschikte de emprenderEen ambt aanvaarden
In dienst treden
Ondernemen el vueloDe vlucht. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend meMe
Mij quedanZij worden
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn ocho8
Acht díasDagen
Etmalen aquíAlhier
Hier; dentroBinnen
Daarbinnen
Erin; de ocho8
Acht díasDagen
Etmalen, descenderé deIk zal afstammen van.
trenTrein
Tros y saltaréIk zal barsten
Ik zal een sprong
doen
Ik zal in de
lucht springen
Ik zal in het
oog springen
Ik zal losspringen
Ik zal ontploffen
Ik zal openspringen
Ik zal opspringen
Ik zal opspuiten
Ik zal overslaan
Ik zal springen
Ik zal te binnen
schieten
Ik zal uitschieten
Ik zal uitvallen
Ik zal uitvaren
Ik zal van een
hoogte springen a la plataformaHet chassis a las seis6
Zes veinticinco25
Vijfentwintig. EntoncesDan
Dus
Toen miMi
Mijn libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid desplegaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontplooien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontwarren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontwikkelen susHaar
Hun
Uw
Zijn alasVlerken
Vleugelen
Vleugels desprendiéndos.
de todas lasAlle restriccionesBegrenzingen
Beperkingen que las tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast trabadasGebonden
Gebonden (saus): de las horasTijden
Uren de disciplinaDiscipline
Tucht, de la rutinaRoutine
Sleur de los díasDagen
Etmalen, de l.
obligaciónObligatie
Plicht
Verplichting de estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten aquíAlhier
Hier y alláDaar a horasTijden
Uren determinadasBepaald
Bepalend
Bepalende
Beslist
Besliste
Gedetermineerd
Nauwkeurig bepaald
Overtuigd
Overtuigde
Vastberaden. La vidaHachje
Leven comenzaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanbinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanbreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnen met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ingaan de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer el díaDag
Etmaal en queWaarin, alNaar de
Naar het abri.
la portezuelaAutodeur
Portier del trenTrein
Tros, veaBekijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Ik bekijk
Ik kijk
Ik zie
Kijkt u!
Ziet u! a miMi
Mijn padrePater
Vader conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten sombreroHoed y susHaar
Hun
Uw
Zijn polainasBeenkappen
Slobkousen. Voy aIk ga naar estremecermeDoen beven
Doen schudden d.
emociónAandoening
Bewogenheid
Emotie
Ontroering
Roersel, voy aIk ga naar echarmeAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen a llorarBejammeren
Betreuren
Bewenen
Huilen
Krijten
Schreien
Wenen. Y, a la mañanaMorgen
Ochtend siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende, me levantaréIk zal gaan staan
Ik zal opstaan
Ik zal verrijzen
Ik zal wakker worden alNaar de
Naar het amanecerAanbreken
Dagen
Dageraad
Krieken
Licht worden. SaldréIk zal afrijden
Ik zal buitengaan
Ik zal er mee
weg komen
Ik zal naar buiten
gaan
Ik zal op weg
gaan
Ik zal opstappen
Ik zal starten
Ik zal tijgen
Ik zal uitgaan
Ik zal uitkomen
Ik zal uitlopen
Ik zal uitrijden
Ik zal uitstappen
Ik zal uitstijgen
Ik zal uittreden
Ik zal uitvaren
Ik zal verschijnen
Ik zal vertrekken
Ik zal weggaan
Ik zal wegrijden por la puert.
de la cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven eEn iré aIk zal gaan naar pasearmeAan de wandel zijn
Lopen
Tippelen
Wandelen por el campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld. GrandesGroot
Grote
Ruim
Ruime caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen montadosBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet por fantasmasFantomen
Geesten
Geestverschijningen
Schimmen
Spoken
Verschijningen galoparánZij/ze zullen galopperen detrá.
de míMe
Mij y se detendránZij/ze zullen afslaan
Zij/ze zullen blijven staan
Zij/ze zullen halt houden
Zij/ze zullen stilhouden
Zij/ze zullen stilstaan
Zij/ze zullen stoppen súbitamentePlotseling. VeréIk zal bekijken
Ik zal kijken
Ik zal zien a las golondrinasVliegende vissen
Zwaluwen rozarBeroeren
Strijken
Strijken langs la hierbaGras
Kruid. Me dejaréIk zal me aan
iets wijden
Ik zal me overgeven
Ik zal me verwaarlozen
Ik zal terneergeslagen worden caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen sobre laOp de
Op het tierr.
húmedaKlam
Klamme
Mottig
Mottige
Vochtig
Vochtige, juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het ríoIk lach
Rivier
Stroom, y contemplaréIk zal beschouwen
Ik zal koekeloeren a los pecesLevende vissen
Pekken
Vissen deslizándoseGlibberend
Glijdend
Glippend
Opschuivend
Schuivend
Uitglijdend entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las cañasHet riet. Las agujasDuinreigersbek
Gepen
Gewone reigersbek
Gewone reigersbek s.s.
Kleverige reigersbek
Naalden
Reigersbek
Slipbladige ooievaarsbek
Slipooievaarsbek
Wissels de los pinoDen
Dennenboom
Grove den
Mastboom
Pijn
Pijnboom
Vliegden.
dejaránZij/ze zullen achterlaten
Zij/ze zullen in de
steek laten
Zij/ze zullen laten
Zij/ze zullen laten begaan
Zij/ze zullen laten schieten
Zij/ze zullen legateren
Zij/ze zullen lenen
Zij/ze zullen loslaten
Zij/ze zullen nalaten
Zij/ze zullen opleveren
Zij/ze zullen overlaten
Zij/ze zullen toestaan
Zij/ze zullen toevertrouwen
Zij/ze zullen verlaten
Zij/ze zullen vermaken
Zij/ze zullen verzuimen
Zij/ze zullen zich verlaten
van susHaar
Hun
Uw
Zijn huellasAfdrukken
Jij/je betreedt
Jij/je loopt onder de
voet
Jij/je stampt aan
Jij/je vertrapt
Sporen
Voetafdrukken
Voetsporen en las palmasLas palmas de misMi's
Mijn manosHanden. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds voy aIk ga naar poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen entreabrirHalf openen y examinarAflezen
Controleren
Checken
Examineren
Exploreren
Nagaan
Nakijken
Nauwkeurig onderzoeken
Onderzoeken
Surveilleren
Toezien
Uitvissen
Uitzoeken
Vorsen de cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks estaDeze
Dit cosKos.
duraBeklijf!
Blijf aan!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is crecidoAangegroeid
Aangewassen
Gedijd
Gegroeid
Gewassen
Toegenomen aquíAlhier
Hier dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te míMe
Mij duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estosDeze
Dezen inviernosWinters y veranosZomers, en las escalerasLadders
Opgangen
Trap
Trappen y en loDe
Hem
Het
U.
dormitoriosSlaapkamers
Slaapzalen. YoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals Jinny, serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn admiradaBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd. YoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil que la genteLieden
Lui
Mensen
Volk alceBeurt u!
Eland
Haalt u op!
Heft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Ik beur
Ik haal op
Ik hef
Ik richt op
Ik til
Ik trek omhoog
Ik verhef
Ik verhoog
Richt u op!
Tilt u!
Trekt u omhoog!
Verhef
Verheft u!
Verhoogt u! susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen en éxtasi.
alNaar de
Naar het entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan yoEgo
Ik a una habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning. YoEgo
Ik quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen y que meMe
Mij den(Zij) geven
Brengt u op!
Brengt u toe!
Geeft u aan!
Geeft u!
Kent u toe!
Verleent u!
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen, y quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil la soledadEenzaamheid
Verlatenheid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! desplegarOntplooien
Ontwarren
Ontwikkelen en ellaHaar
Ze
Zij miMi
Mijn.
posesionesBezittingen
Eigendommen
Goederen
Vermogens.
'DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens regresaré aIk zal terugkeren naar
Ik zal terugkomen naar casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! por las avenidasAvenues
Dreven
Lanen
Promenades
Wandeldekken
Wandeldreven
Wandelplaatsen
Wandelwegen temblorosasBevend
Bevende
Trillend
Trillende, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware los arcosArcaden
Arcades
Bogen
Handbogen
Rondingen
Strijkstokken
Togen
Zuilengangen de las hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de los nogalesNogales
Notelaarsbomen
Notenbomen
Okkernootbomen
Okkernotenbomen
Walnootbomen
Walnotenbomen.
En el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, encontraréIk zal aantreffen
Ik zal bevinden
Ik zal ontmoeten
Ik zal tegemoet treden
Ik zal tegenkomen
Ik zal treffen
Ik zal vinden a algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten empujandoDouwend
Dringend
Duwend
Stotend un coche de niñoKinderwagen, cargadoBeladen
Belast
Berekend
Bestormd
Gegeid
Geladen
Geërgerd
In rekening gebracht
Ingeladen
Opgegeid
Tegengestaan
Vermoeid
Verveeld de leñosBlokken
Houtblokken, y tambiénAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts a.
pastorDominee
Geestelijke
Herder
Pastoor
Pastor
Predikant
Priester
Voorganger
Zielzorger. PeroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank nos(Aan) ons
Ons hablaremosWij/we zullen converseren
Wij/we zullen praten
Wij/we zullen spreken. EntraréIk zal binnengaan
Ik zal binnenkomen
Ik zal binnenlopen
Ik zal binnenrijden
Ik zal ingaan
Ik zal inkomen
Ik zal inrijden
Ik zal naar binnen
gaan a la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! por la puertaDeur
Poort
Portier de la huertaBoomgaard
Groentetuin
Moestuin y veréIk zal bekijken
Ik zal kijken
Ik zal zien las hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten encorvadaDoorgebogen
Gebogen
Omgebogen.
de los repollosSluitkolen salpicadasBespat
Besprenkeld
Bestrooid de rocíoDauw
Ik bedruip
Ik begiet
Ik besprenkel
Ik besproei
Ik sprenkel
Ik sproei y la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! en el fondoEigenlijk
Strikt genomen del jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin, conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn ventanasRamen
Vensters ciegasBlind
Blinde
Jij/je verblindt
Verblind
Verblinde
Verstopt
Verstopte por la.
cortinasDoeken
Gordijnen
Middenwallen
Overgordijnen
Schermen
Voorhangen
Voorhangselen
Voorhangsels que las cubrenZij/ze bedekken
Zij/ze beleggen
Zij/ze beschermen
Zij/ze dekken
Zij/ze dekken toe. Subiré aIk zal beklimmen
Ik zal bestijgen
Ik zal instappen
Ik zal klimmen
Ik zal naar boven
gaan
Ik zal rijzen
Ik zal stijgen miMi
Mijn habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning y pasaréIk zal aangeven
Ik zal aanreiken
Ik zal doorbrengen
Ik zal doorlaten
Ik zal gebeuren
Ik zal inhalen
Ik zal langsgaan
Ik zal langskomen
Ik zal omkomen
Ik zal overgaan
Ik zal overkomen
Ik zal oversteken
Ik zal passeren
Ik zal verdrijven
Ik zal vergaan
Ik zal verlopen
Ik zal verstrijken
Ik zal voorbijgaan revistaBekleedt u!
Blad
Courant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt over
Ik bekleed
Ik trek over
Krant
Magazine
Nieuwsblad
Periodiek
Revue
Tijdschrift
Trekt u over! a misMi's
Mijn tesorosSchatten cuidadosamenteVoorzichtig
Zorgvuldig
Zorgzaam guardadoBehoed
Bewaakt
Bewaard
De wacht gehad
Gehoed
Gelet op
Gepast op
Gewaakt over
Opgeborgen.
en el armarioKast: misMi's
Mijn conchasHuisjes
Kinkhoorns
Kutten
Schalen
Schelpen
Slakkenhuizen
Vulva's, y huevosEieren de pájarosVogelen
Vogels y misMi's
Mijn hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten y hierbasGrassen
Kruiden rarasEigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Kostbaar
Kostbare
Ongemeen
Ongemene
Raar
Rare
Schaars
Schaarse
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Waardevol
Waardevolle
Wonderlijk
Wonderlijke
Zeldzaam
Zeldzame. Daré de comerIk zal spijzigen
Ik zal te eten
geven
Ik zal voederen
Ik zal voeren a misMi's
Mijn palomaDuif
Houtduif
Ringduif
Woudduif.
y a miMi
Mijn ardillaEekhoorn. Iré aIk zal gaan naar la casetaHuisje del perroHond
Rekel
Reu a peinarKammen
Uitkammen a miMi
Mijn mastínMastiff
Steenvalk
Waakhond. Y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan, lograréIk zal behalen
Ik zal bereiken
Ik zal doorkomen
Ik zal erin slagen
Ik zal inhalen
Ik zal klaarspelen
Ik zal reiken tot
Ik zal slagen
Ik zal slagen in
Ik zal slagen voor desprendermeAfgeven
Afgeven (geur)
Afscheiden
Los laten d.
El AutorAuteur
Dader
Maker
Schrijver
Schuldige de la Semana -Week ® 1996-2000 FacultadFaculteit de CienciasNatuurkunde
Wetenschappen Sociales -Maatschappelijk
Maatschappelijke
Sociaal
Sociale UniversidadAcademie
Algemeenheid
Universeelheid
Universiteit de Chil.
SelecciónKeuze
Selectie y ediciónDruk
Oplaag
Uitgave de textosTeksten: OscarO=
Of EEn. Aguilera F. (oaguiler@uchile.cl.
estaDeze
Dit cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak duraBeklijf!
Blijf aan!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai que meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is oprimidoAdellijk
Adellijke
Benauwd
Benauwde
Broeierig
Broeierige
Drukkend
Drukkende
Goor
Gore
Gortig
Gortige
Muf
Muffe
Onderdrukt
Opgekropt
Oud
Oudbakken
Oude
Smoezelig
Smoezelige
Verdrongen
Verdrukt
Verkropt
Verstikkend
Verstikkende
Zwoel
Zwoele el corazónHart
Klokhuis. PeroDoch
Echter
Maar aquíAlhier
Hier, en el colegioBasisschool
College
Gilde
School, suenanZij/ze klinken
Zij/ze maken geluid
Zij/ze snuiten de neus
Zij/ze snuiten hun neus todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd campanillaAkkerwinde
Bel
Goudpapaver
Huig
Klok
Luchtbel
Rinkelbel
Schel
Slaapmutsje
Wildemanskruid.
y, se oyeHallo
Hé
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoor!
Verneem!
Versta!
Zeg el ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer de pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan que van(Zij) gaan
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen y vienen(Zij) komen
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee perpetuamente.
.OdioHaat
Ik haat la oscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vergetelheid y el sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap y la nocheAvond
Nacht .dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Jinny.. AcostadaIn bed gestopt
Naar bed gebracht
Naast elkaar
Naderbij gebracht
Neergelegd
Neergevlijd
Op bed gelegd en miMi
Mijn lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde, anheloIk hijg
Ik hunker
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Ik zwoeg
Vurig verlangen
Zucht que llegu.
el díaDag
Etmaal. DesearíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ambiëren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aspireren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou begeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou dingen naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou haken naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hunkeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou najagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nastreven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smachten naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou snakken naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou streven naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou trek hebben
in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verkiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wensen
Ik zou ambiëren
Ik zou aspireren
Ik zou begeren
Ik zou dingen naar
Ik zou haken naar
Ik zou hunkeren
Ik zou najagen
Ik zou nastreven
Ik zou smachten
Ik zou smachten naar
Ik zou snakken naar
Ik zou streven naar
Ik zou trek hebben
in
Ik zou verkiezen
Ik zou verlangen
Ik zou wensen que la semanaWeek fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg un largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig díaDag
Etmaal sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te divisionesDivisies
Legerafdelingen. CuandoAls
Tijdens
Wanneer despiertoIk maak wakker
Ik wek
Ik wek op
Ik word wakker tempranoPril
Prille
Vroeg
Vroege
Vroegtijdig
Vroegtijdige alNaar de
Naar het cantoIk zing
Zangkunst d.
los pájarosVogelen
Vogels, yazgoIk lig tendidaGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt en miMi
Mijn lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde observandoBemerkend
Gadeslaand
Merkend
Observerend
Opmerkend
Toekijkend
Toeziend
Waarnemend cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je las perillasPuntbaardjes
Sikjes
Sikken de bronceBrons de la cómodaComfortabel
Comfortabele
Commode
Doelmatig
Doelmatige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Gezellig
Gezellige
Huiselijk
Huiselijke
Innig
Innige
Intiem
Intieme
Knus
Knusse
Ladekast
Makkelijk
Passend
Passende
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo eEn.
lavatorioAfwassen
Logen
Uitwassen
Wassen
Wastafel, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo el portatoallas comienzanZij/ze beginnen
Zij/ze beginnen met
Zij/ze binden aan
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze vangen aan a brillarBlinken
Glanzen
Glimmen
Schijnen
Schitteren conDoor
Met
Per
Samen met la luz del díaDaglicht. A medida queNaarmate cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak en eEn.
dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal adquiere(Het) verkrijgt
Behaal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Koop aan!
Koop!
Krijg!
Maak buit!
Verkrijg!
Verwerf! contornoOmlijning
Omtrek, miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis lateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Klop! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus deprisaOpschieten!
Snel
Snel!. SientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer que miMi
Mijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf se endureceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt hard y se torn.
rosadoRoodachtig
Roodachtige
Rooskleurig
Rooskleurige
Rossig
Rossige
Roze
Rozig
Rozige, pardoAardkleurig
Aardkleurige
Donkergrijs
Donkergrijze, ocreOker. MisMi's
Mijn manosHanden palpanZij/ze betasten
Zij/ze bevoelen
Zij/ze tasten
Zij/ze voelen susHaar
Hun
Uw
Zijn curvasBochten
Curven
Curves
Gebogen
Jij/je buigt
Jij/je buigt krom
Jij/je kromt
Jij/je verbuigt
Krom
Kromme
Krommen y redondeces. MeMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin! sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen resonarGalmen
Resoneren
Weergalmen
Weerklinken el gongGong .
través deDoor
Door ... heen
Doorheen
Via la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! y que todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle comienzaBegin met!
Begin!
Begint
Bind aan!
Breek aan!
Ga in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Vang aan! a agitarseWuiven: aquíAlhier
Hier un ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer sordoDoof
Dove, alláDaar un rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge murmulloGemompel
Gemurmel
Geprevel
Geroezemoes. La.
puertasDeuren
Poorten
Portieren se abrenGaan ze open
Zij/ze beginnen
Zij/ze gaan open
Zij/ze openen de rij y se cierranMen sluit
Zij/ze gaan dicht
Zij/ze sluiten
Zij/ze sluiten zich; se sienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich el ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer del aguaBegiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!. '¡Un nuevoNieuw
Nieuwe díaDag
Etmaal que comienzaBegin met!
Begin!
Begint
Bind aan!
Breek aan!
Ga in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Vang aan!, un nuevoNieuw
Nieuwe díaDag
Etmaal!'.
exclamoIk kerm uit
Ik kraai uit
Ik roep uit
Ik slaak een kreet saltandoBarstend
Een sprong doend
In de lucht springend
In het oog springend
Losspringend
Ontploffend
Openspringend
Opspringend
Opspuitend
Overslaand
Springend
Te binnen schietend
Uitschietend
Uitvallend
Uitvarend
Van een hoogte springend del lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde. QuizásMisschien seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt un díaDag
Etmaal magullado, un díaDag
Etmaal imperfectoGebrekkig
Gebrekkige
Imperfectum
Ondeugdelijk
Ondeugdelijke
Onvoltooid verleden tijd. A menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds meMe
Mij riñenZij/ze kiften
Zij/ze kijven
Zij/ze krakelen
Zij/ze maken ruzie
Zij/ze ruziën, m.
reprendenZij/ze berispen
Zij/ze gispen
Zij/ze keuren af
Zij/ze laken
Zij/ze manen
Zij/ze vermanen
Zij/ze wraken por miMi
Mijn perezaGemakzucht
Langzaamheid
Luiheid
Traagheid, por reírLachen demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste: peroDoch
Echter
Maar inclusoZelfs cuandoAls
Tijdens
Wanneer Miss Matthews meMe
Mij reprochaBeknor!
Berisp!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beknort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berispt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst terecht
Verwijt!
Wijs terecht! m.
negligencia, yoEgo
Ik perciboIk bemerk
Ik in geld
Ik merk
Ik merk op
Ik neem waar
Ik ontvang
Ik vermoed
Ik verneem
Ik voel aan
Ik word gewaar algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que se mueveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroert zich
Men roert: un rayoEen spaak de solSol
Zon sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander cuadroBed
Bloembed
Bloemperk
Chassis
Doek
Frame
Kader
Perk
Schema
Schilderij
Schildering
Schilderstuk
Tabel
Tuinbed
Vierkant o el asnoEzel que arrastraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleurt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt voort
Sleep!
Sleur mee!
Trek voort!
Trek! l.
segadora por el pradoBeemd
Wei
Weide
Weidegrond
Weiland; o la velaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluiert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt
Kaars
Omsluier!
Sluier!
Waak!
Zeil
Zeilen de un barcoBark
Boot
Driemaster
Hulk
Pink
Schip
Schuit
Vaartuig que pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via las ramasAfdelingen
Branches
Takken del laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer, de modo queZodat jamá.
me sientoIk ga zitten
Ik neem plaats
Ik voel me
Ik zet
Ik zet me abandonadaErmee gestopt
Geabandonneerd
Gelaten varen
In de steek gelaten
Ordeloos
Ordeloze
Slordig
Slordige
Verlaten
Wanordelijk
Wanordelijke y nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt impedirmeBeletten
Blokkeren
Verhinderen
Verhoeden
Voorkomen que hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! piruetasPirouetten
Pirouettes a espaldasRuggen de Miss Matthews durant.
las oracionesBeden
Bedes
Oraties
Redes
Redevoeringen
Smeekbeden
Smeekbedes
Speechen
Speeches.
'AdemásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds el momentoHet ogenblik en queWaarin abandonaremosWij/we zullen abandonneren
Wij/we zullen ermee stoppen
Wij/we zullen in de
steek laten
Wij/we zullen laten varen
Wij/we zullen verlaten el colegioBasisschool
College
Gilde
School y nos vestiremosWij/we zullen ons aankleden de largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |