Henry James -Henry james Los europeosEuropeanen
Europees
Europese
Henry JamesHenry james
Los europeosEuropeanen
Europees
Europese
Uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
VistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit las ventanasRamen
Vensters de un hotelHotel de aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen austeraStreng
Strenge, un cementerioBegraafplaats
Kerkhof pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne en el
corazónHart
Klokhuis de una ciudadPlaats
Stad agitadaGeagiteerd
Geroerd
Geschud
Opgehitst
Opgeruid
Opgestookt
Opgewonden eEn indiferenteLauw
Lauwe
Onverschillig
Onverschillige noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats nuncaNimmer
Nooit motivoAanleiding
Beweegreden
Drijfveer
Ik baseer
Ik fundeer
Ik grondvest
Ik rechtvaardig
Ik sticht
Ik vestig
Motief
Reden
Term de regocijoIk maak blij
Ik maak opgewekt
Ik maak verheugd
Ik maak vrolijk; y el espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank mejora(Het) verbetert
Beterschap
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt beter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Maak beter!
Opgaande lijn
Overtref!
Verbeter!
Verbetering
Veredel!
Veredeling
Vooruitgang cuandoAls
Tijdens
Wanneer las lápidasGrafstenen musgosas y el arboladoBoom- fúnebreRouw- recibenZij/ze accepteren
Zij/ze begroeten
Zij/ze genieten
Zij/ze krijgen
Zij/ze nemen aan
Zij/ze ontvangen
Zij/ze toucheren el
refrescoFrisdrank
Ik koel af
Ik laat schrikken
Ik verfris ineficazAlledaags
Alledaagse
Ijdel
Ijdele
Nutteloos
Nutteloze
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze de una nevadaBesneeuwd
Besneeuwde
Gesneeuwd
Nevada insignificanteAlledaags
Alledaagse
Onbeduidend
Onbeduidende
Onnozel
Onnozele que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! a cuajarDik laten worden
Doen stollen. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals, ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, mientrasTerwijl
la lloviznaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze motregent
Motregen! heladaBevroren
Diepgevroren
Gedaan bekoelen
Gedaan bevriezen
Gevroren
Ijskoud
Ijskoude
Rijp
Vorst espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik! el aireLucht, el calendarioAlmanak
Kalender señalaDuid aan!
Duid uit!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt opmerkzaam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze signaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Maak opmerkzaam!
Merk op!
Signaleer!
Spreid tentoon!
Toon!
Vertoon!
Wijs aan!
Wijs uit!
Wijs! que la benditaGewijd
Gezegend
Gezegende
Ingewijd
Ingezegend estaciónHalte
Jaargetij
Jaargetijde
Seizoen
Statie
Station
Stationsgebouw primaveral
comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds seis6
Zes semanasWeken, la escenaScène
Tableau
Tafereel
Toneel reúneConcentreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concentreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzamelt
Hoop op!
Hoop opeen!
Stapel op!
Stapel opeen!
Stapel!
Verenig!
Verzamel!, sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker, todos losAlle elementosBeginselen
Beginsels
Bestanddelen
Elementen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! causarAandoen
Aanrichten
Berokkenen
Doen
Laten
Laten doen
Maken
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
el abatimientoDepressie
Deprimeren
Neerdrukken
Ontmoedigen
Ontmoediging
Terneerdrukken másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte. Un 1212
Twaalf de mayoBloeimaand
Mei, haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de treinta30
Dertig añosJaren, todo estoDit alles loDe
Hem
Het
U
sentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar
Ik gevoelde
Ik merkte
Ik voelde
Ik voelde aan
Ik werd gewaar intensamenteHeftig
Intensief una señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe asomadaTe voorschijn gekomen
Voor een opening vertoond
Zich begonnen te vertonen a una de las ventanasRamen
Vensters del mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever hotelHotel del BostonBoston
antiguoAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude. HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds media horaEen half uur
Halfuur, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al intermitentemente, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl de cuandoAls
Tijdens
Wanneer en
cuandoAls
Tijdens
Wanneer se dabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond la vueltaAswenteling
Draai
Draaiing
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keer
Omgedraaid
Omloop
Omwenteling
Ronde
Rondgedraaid
Rondrit
Rotatie
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugkeer
Terugreis
Toer
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wending
Wenteling
Wieling
Zwenk
Zwenking y recorríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereisde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reisde door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reisde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Ik bereisde
Ik ging door
Ik legde af
Ik liep af
Ik reisde door
Ik reisde rond
Ik trok door la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning conDoor
Met
Per
Samen met andares inquietosBeducht
Beduchte
Bekommerd
Bekommerde
Bezorgd
Bezorgde
Druk
Drukke
Gejaagd
Gejaagde
Ongerust
Ongeruste
Onrustig
Onrustige
Rusteloos
Rusteloze
Woelig
Woelige
Zorgelijk
Zorgelijke. En la chimeneaOpen haard
Schoorsteen
Schouw,
un fuegoVuur alNaar de
Naar het rojoBlozend
Blozende
Rode
Rood vivoIk leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige emitíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in omloop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze emitteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Ik bracht in omloop
Ik emitteerde
Ik gaf af
Ik gaf uit
Ik riep om
Ik sprak uit
Ik stuurde rond
Ik uitte una débilLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur azulAzul
Azuur
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuur y, frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde alNaar de
Naar het fuegoVuur, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij la mesaLa mesa, se
sentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voorop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik boekte
Ik deed zitten
Ik stelde op
Ik stelde voorop
Ik tekende aan
Ik zette neer un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille ocupadoBekleed
Beslagen
Betrokken
Bewaard
Bewoond
Bezet
Bezette
Bezig
Bezig gehouden
Bezige
Beziggehouden
In beslag genomen
In gesprek
Vervuld en manejarHanteren
Rijden el lápizPotlood. SosteníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondersteunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruggensteunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekerde
Ik beweerde
Ik droeg
Ik onderhield
Ik ondersteunde
Ik ruggensteunde
Ik schoorde
Ik schraagde
Ik verzekerde unas cuantasEnige hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de
papelPapier
Rol, cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken cuadrangulares y, alNaar de
Naar het parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen, estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat dibujandoAftekenend
Beschrijvend
Schetsend
Tekenend
Trekkend
Uittekenend
figurasAfbeeldingen
Beelden
Figuren
Jij/je beeldt af
Jij/je blinkt uit
Jij/je figureert
Jij/je geeft voor
Jij/je stelt voor
Jij/je veinst
Jij/je vormt
Jij/je wendt voor
Platen
Prenten
Voorstellingen extrañasBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Jij/je bant
Jij/je bevreemdt
Jij/je houdt van de
deur
Jij/je laakt
Jij/je maakt aanmerking op
Jij/je verbaast
Jij/je verbant
Jij/je vindt vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke. TrabajabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arbeidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Ik arbeidde
Ik bewerkte
Ik werkte con rapidezSnel y concentraciónAaneensluiten
Binden
Concentratie
Concentreren
Verdichten. A vecesAf en toe
Bijwijlen
Soms
Somtijds
Somwijlen
Wel eens echabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg
Ik begon handel te
drijven met
Ik gooide
Ik gooide erop
Ik had aandeel in
Ik jaagde weg
Ik joeg weg
Ik keilde
Ik kondigde aan
Ik kreeg
Ik legde op
Ik liet aan het
lot over
Ik maakte bekend
Ik maakte vast
Ik nam
Ik schatte
Ik schonk in
Ik sloeg uit
Ik smeet
Ik speelde een partijtje
Ik speelde uit
Ik sprak uit
Ik stortte
Ik strooide
Ik stuurde weg
Ik tankte
Ik trad op in
Ik uitte
Ik voegde toe
Ik voerde op
Ik wedde
Ik wedijverde
Ik wierp
Ik zegde
Ik zei
Ik zette buiten de
deur
Ik zond weg hacia atrásAchteruit
Achterwaarts
Rugwaarts la
cabezaHoofd
Kop
Krop y colocabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uit
Ik bracht onder
Ik deed
Ik legde
Ik legde neer
Ik plaatste
Ik stak
Ik stelde
Ik stopte
Ik verplaatste
Ik vlijde
Ik zette
Ik zette neer
Ik zette uit el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke; al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens tarareabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neuriede
Ik neuriede y silbabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze floot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gierde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze piepte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze siste
Ik floot
Ik gierde
Ik piepte
Ik siste
suavementeZacht
Zachtjes en un tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht que resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke. La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe loDe
Hem
Het
U rozabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streek langs
Ik beroerde
Ik streek
Ik streek langs alNaar de
Naar het pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan por detrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin:
suHaar
Hun
Uw
Zijn faldaKlapstuk
Rok
Vrouwenrok, conDoor
Met
Per
Samen met muchosVeel
Vele
Zeer
Zere adornosGarneringen
Garnituren
Sieraden
Stelletjes
Versieringen
Versierselen
Versiersels, resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer voluminosaVolumineus
Volumineuze. NuncaNimmer
Nooit mirabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe
Ik bekeek
Ik blikte
Ik blikte aan
Ik keek
Ik keek aan
Ik keek naar
Ik keek toe
Ik schouwde
Ik wierp een blik
Ik wierp een blik
op
Ik zag toe a los dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten;
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend se volvíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! contemplarseBeschouwen
Koekeloeren en un espejoSpiegel colocadoGedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Neergelegd
Neergezet
Ondergebracht
Stoned
Uitgezet
Verplaatst sobre unBovenop een
Op een tocadorBoudoir
Kaptafel
Toilettafel alNaar de
Naar het otroAnder
Andere
Nog een
Nog één de la
habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning. EntoncesDan
Dus
Toen se deteníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even y se dabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond un toqueAanslag
Beroert u!
Gaat u over!
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Ik beroer
Ik ga
Ik ga over
Ik klep
Ik klink
Ik kom aan
Ik raak
Ik raak aan
Ik roer aan
Ik sla
Ik speel
Ik speel voor
Ik toucheer
Ik voer uit
Ik zit aan
Klept u!
Klinkt u!
Komt u aan!
Raakt u aan!
Raakt u!
Roert u aan!
Slaat u!
Speelt u voor!
Speelt u!
Toucheert u!
Vleugje
Voert u uit!
Zit u aan! a la cinturaLeest
Middel
Taille conDoor
Met
Per
Samen met las dos2
Do's
Twee
Tweede
manosHanden, o levantabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik beurde
Ik haalde op
Ik hief
Ik hief op
Ik kookte op
Ik richtte op
Ik sloeg op
Ik tilde
Ik tilde op
Ik verhief
Ik vestigde
Ik zette neer los brazosArmen -de curvasBochten
Curven
Curves
Gebogen
Jij/je buigt
Jij/je buigt krom
Jij/je kromt
Jij/je verbuigt
Krom
Kromme
Krommen suavesMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele y atractivasAanlokkelijk
Aanlokkelijke
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke- haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el peloBeharing
Haar
Haardos
Ik jas
Ik pel
Ik pel af
Ik schil, conDoor
Met
Per
Samen met un
movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet mitadHelft cariciaAai
Aanhaling
Liefkozing
Streling y mitadHelft correcciónCorrectheid. Un observadorObservator
Waarnemer atentoAandachtig
Aandachtige
Attent
Attente
Beleefd
Beleefde
Galant
Galante
Heus
Heuse
Hoffelijk
Hoffelijke
Ik pleeg een aanslag
op
Ik rand aan
Ik vergrijp me aan
Oplettend
Oplettende
Welgemanierd
Welgemanierde
Wellevend
Wellevende
Zorgvuldig
Zorgvuldige
Zorgzaam
Zorgzame podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen haberBezitting
Hebben
Zijn advertidoBemerkt
Gemerkt
Gewaarschuwd
Opgemerkt
Waargenomen
que, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens esosDie momentosMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen de fugazVan korte duur
Vergankelijk
Vergankelijke
Vluchtig
Vluchtige observaciónBemerken
Gadeslaan
Inachtneming
Merken
Naleving
Observatie
Observeren
Opmerken
Opmerking
Toekijken
Toezien
Waarnemen
Waarneming, suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet abandonabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze abandonneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte ermee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet
Ik abandonneerde
Ik liet in de
steek
Ik liet varen
Ik stopte ermee
Ik verliet el aireLucht
melancólicoMelancholiek
Melancholieke, peroDoch
Echter
Maar, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals se acercabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was in aantocht de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer a la ventanaRaam
Venster, volvía aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug naar
Ik ging terug naar
Ik keerde terug naar
Ik kwam terug naar proclamarAfkondigen
Proclameren
Uitvaardigen
Verkondigen
que se estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat aburriendoVervelend muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere. Y, a decirOpgeven
Spreken
Zeggen verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid, susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen encontrabanZij/ze bevonden
Zij/ze kwamen tegen
Zij/ze ontmoetten
Zij/ze traden tegemoet
Zij/ze troffen
Zij/ze troffen aan
Zij/ze vonden pocasGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken
placenterasAangenaam
Aangename
Plezierig
Plezierige. El aguanieve batíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hieuw
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mepte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roerde door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg
Ik hieuw
Ik klapte
Ik klopte
Ik mepte
Ik roerde
Ik roerde door
Ik roerde om
Ik sloeg los cristalesGlazen
Kristallen
Ruiten de las ventanasRamen
Vensters y, abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs las lápidasGrafstenen del
cementerioBegraafplaats
Kerkhof parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als mantenerseBlijven
Zich onderhouden en posiciónAandoen
Aannemen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Houding
Inschakelen
Leggen
Menen
Neerleggen
Neerzetten
Onderstellen
Opbrengen
Opleggen
Plaats
Plaatsen
Positie
Stand
Steken
Stellen
Stoppen
Vermoeden
Veronderstellen
Vlijen
Zetten oblicuaScheef
Scheve
Schuin
Schuine para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank lesHen
Hun
U cayera deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel van
Ik viel van llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige. Un
altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven verjaHek
Hekwerk de hierroIjzeren las separabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiftte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonderde af
Ik scheidde
Ik scheidde af
Ik schiftte
Ik zonderde af de la calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u!, y alNaar de
Naar het otro ladoOverkant
Overzijde un grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de bostonianos se
afanabanZij/ze gapten
Zij/ze plaagden
Zij/ze spanden zich zeer
in
Zij/ze stalen
Zij/ze verrichtten lichamelijk arbeid
Zij/ze vielen lastig
Zij/ze zwoegden entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen la nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u! semilíquida. MuchosVeel
Vele
Zeer
Zere mirabanZij/ze bekeken
Zij/ze blikten
Zij/ze blikten aan
Zij/ze keken
Zij/ze keken aan
Zij/ze keken naar
Zij/ze keken toe
Zij/ze schouwden
Zij/ze wierpen een blik
Zij/ze wierpen een blik
op
Zij/ze zagen toe a derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse eEn izquierdaLinker-
Linkerkant
Links
Linkse: parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als
esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat. De cuando en cuandoAf en toe
Bij tijd en wijlen
Bij wijlen
Nu en dan
Van tijd tot tijd un extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke vehículoBindmiddel
Overbrenger
Rijtuig
Vehikel
Voertuig
Wagen se aproximabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was in aantocht alNaar de
Naar het lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin se
encontrabanZij/ze bevonden
Zij/ze kwamen tegen
Zij/ze ontmoetten
Zij/ze traden tegemoet
Zij/ze troffen
Zij/ze troffen aan
Zij/ze vonden; un vehículoEen voertuig que la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de la ventanaRaam
Venster, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer alNaar de
Naar het corrienteCourant
Courante
Elektrische stroom
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Goed
Lopend
Lopende
Luchtstroom
Normaal
Normale
Stromend
Stromende
Stroming
Stroom
Tocht
Vloeiend
Vloeiende de las invencionesInventies
Uitvindingen
humanasHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nuncaNimmer
Nooit: un ómnibusOmnibus
Omnibussen enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische, de pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige alturaHoogte
Verhevenheid, pintadoAfgeschilderd
Beschilderd
Beschilderde
Geschilderd
Geverfd
Uitgeschilderd de coloresKleuren
vivosLevend
Levende
Levendig
Levendige y adornadoGedecoreerd
Gesierd
Getooid
Opgesierd
Opgesmukt
Opgesmukte
Uitgedost
Versierd alNaar de
Naar het parecerEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen conDoor
Met
Per
Samen met campanillasAkkerwinden
Akkerwindes
Bellen
Goudpapavers
Huigen
Klokken
Luchtbellen
Rinkelbellen
Schellen
Slaapmutsjes
Wildemanskruiden
Winde tintineantes, que se deslizabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gleed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gleed uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glibberde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glipte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoof op sobre unaOp een
especieAangelegenheid
Soort de muescasInkepingen
Kerven
Tapgaten en el pavimentoBestrating
Plaveisel
Wegdek, arrastradoGesleept
Getrokken
Meegesleurd
Voortgetrokken -conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote acompañamientoAccompagnement
Accompagneren
Begeleiden
Begeleiding
Meegaan
Meelopen
Vergezellen de crujidosGeknald
Geknapt
Gekraakt,
saltosSchoonspringen
Sprongen y chirridos- por una parejaDuo
Koppel
Paar
Partner
Span
Stel
Stelletje
Tweetal de caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen sorprendentementeVerbazingwekkend pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
llegabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Ik arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef a un determinadoBepaald
Bepalend
Bepalende
Beslist
Besliste
Gedetermineerd
Nauwkeurig bepaald
Overtuigd
Overtuigde
Vastberaden sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website, la genteLieden
Lui
Mensen
Volk que esperabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik hoopte
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik wachtte
Ik wachtte af
Ik wachtte op
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde alNaar de
Naar het cementerioBegraafplaats
Kerkhof -en suHaar
Hun
Uw
Zijn mayoríaGros
Meerderheid
Merendeel
mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen, conDoor
Met
Per
Samen met bolsosAktetassen
Damestassen
Geldbuidels
Handtassen
Portemonnees
Zakken y paquetesPakjes
Pakketten- se abalanzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormde voorwaarts
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zich op en compactaCompact
Compacte
Dicht
Dicht opeen
Dichte unidadEendracht
Eenheid
Eensgezindheid
Les
Uniteit
Vereniging -un movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet que
recordabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist nog
Ik herdacht
Ik herinnerde
Ik onthield
Ik wist nog las luchasJij/je kampt
Jij/je strijdt
Jij/je worstelt de los náufragosSchipbreukelingen por conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven un puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring en los botesBlikken
Bokalen
Boten
Bussen
Jij/je dompelt in
Jij/je doopt in
Jij/je smijt eruit
Jij/je sopt
Potten
Schuiten salvavidasReddingsboei
Reddingsboeien
Reddingsgordel
Reddingsgordels
Reddingszwemmer
Reddingszwemmers
Strandwacht
Strandwachten- y
desaparecíanZij/ze verdwenen en el amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot del ómnibusOmnibus
Omnibussen. EntoncesDan
Dus
Toen el bote salvavidasReddingsboot -o el cocheAuto
Automobiel
Bindmiddel
Koets
Overbrenger
Rijtuig
Spoorwagen
Vehikel
Voertuig
Wagen
Wagon
salvavidasReddingsboei
Reddingsboeien
Reddingsgordel
Reddingsgordels
Reddingszwemmer
Reddingszwemmers
Strandwacht
Strandwachten, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de la ventanaRaam
Venster loDe
Hem
Het
U designabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees aan
Ik benoemde
Ik bestemde
Ik duidde aan
Ik wees aan vagamenteVaag- continuabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
Ik ging door
Ik ging verder
Ik ging verder met
Ik ging voort
Ik hield aan
Ik vervolgde
Ik zette voort suHaar
Hun
Uw
Zijn caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg,
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend saltosSchoonspringen
Sprongen y haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend tintinearKletteren
Klingelen
Rinkelen
Tingelen susHaar
Hun
Uw
Zijn campanillasAkkerwinden
Akkerwindes
Bellen
Goudpapavers
Huigen
Klokken
Luchtbellen
Rinkelbellen
Schellen
Slaapmutsjes
Wildemanskruiden
Winde, sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! las invisiblesOnzichtbaar
Onzichtbare ruedasJij/je draait
Jij/je filmt
Jij/je neemt op
Jij/je rijdt
Jij/je rolt
Raderen
Wielen, mientrasTerwijl el
timonelRoerganger (el hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent que llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde el volantePluimbal
Roer
Shuttle
Strook
Stuur
Stuurtoestel
Stuurwiel
Val
Vederbal
Vliegwiel
Volant) guiabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees de weg
Ik geleidde
Ik leidde
Ik leidde rond
Ik wees de weg suHaar
Hun
Uw
Zijn cursoBeursnotering
Cursus
Gaan
Gang
Ik behandel
Ik studeer
Ik volg
Koers
Leergang
Leerjaar
Loop
Notering
Prijsnotering
Route
Schooljaar
Tracé
Traject
Verloop, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit la proaBoeg
Voorschip
Voorsteven, de maneraManier
Trant
Wijze
bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije incongruenteIncongruent
Incongruente. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind fenómenoFenomeen
Verschijnsel
Zeldzaam verschijnsel se repetíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens
Ik herhaalde
Ik nam door
Ik zegde na
Ik zegde nog eens
Ik zei na
Ik zei nog eens cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes tres3
Drie minutosMinuten y el grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de agitadasGeagiteerd
Geroerd
Geschud
Opgehitst
Opgeruid
Opgestookt
Opgewonden
mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen conDoor
Met
Per
Samen met capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken, bolsasBeursgebouwen
Beurzen
Geldbuidels
Handelsbeurzen
Handtassen
Portemonnees
Tassen
Zakken y paquetesPakjes
Pakketten se renovabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze renoveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernieuwde
Ik renoveerde
Ik vernieuwde constantementeBestendig
Constant
Positief
Volhardend
Voortdurend
Zeker sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te aparenteDoet u alsof!
Fingeert u!
Geeft u voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet alsof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fingeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze simuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Ik doe alsof
Ik fingeer
Ik geef voor
Ik simuleer
Ik veins
Ik wend voor
Schijnbaar
Schijnbare
Simuleert u!
Veinst u!
Wendt u voor! esfuerzoBelasting
Ik span me in
Inspanning
Kracht
Krachtinspanning
Moed
Moeite
Poging.
AlNaar de
Naar het otro ladoOverkant
Overzijde del cementerioBegraafplaats
Kerkhof habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had un grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de casitasKassieten de ladrilloBaksteen
Bouwsteen
Klinker
Steen
Stuk
Tichel rojoBlozend
Blozende
Rode
Rood que mostrabanZij/ze lieten zien
Zij/ze spreidden tentoon
Zij/ze toonden
Zij/ze vertoonden
Zij/ze wezen
Zij/ze wezen uit suHaar
Hun
Uw
Zijn
parte traseraAchterkant
Achterzijde, domésticaHuis-
Huiselijk
Huiselijke
Huishoudelijk
Huishoudelijke y hogareñaHuiselijk; frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde alNaar de
Naar het hotelHotel, la altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven agujaGeep
Naald
Wissel de maderaHouten
Van hout de la torreToren de
una iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel, pintadaAfgeschilderd
Beschilderd
Beschilderde
Geschilderd
Geverfd
Helmparelhoen
Parelhoen
Uitgeschilderd de blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte, se erguíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Ik richtte op
Ik sloeg op
Ik vestigde
Ik zette neer en el aireLucht enturbiadoVertroebeld por los coposCouperennen
Pluizen
Sneeuwvlokken
Vlokken de nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u!. La
señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de la ventanaRaam
Venster la contemplóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koekeloerde duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd; por razonesAanleidingen
Jij/je redeneert
Redenen
Redes
Verstanden personalesEigen
Persoonlijk
Persoonlijke leHaar
Hem
Het
U
parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als la cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus feaLelijk
Lelijke que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nuncaNimmer
Nooit. La encontrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Ik bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond molestaBelemmer!
Erger!
Heb last van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft last van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt lastig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstoort
Hinder!
Hinderlijk
Hinderlijke
Lastig
Lijd aan!
Onaangenaam
Onaangename
Stoor!
Storend
Storende
Val lastig!
Verstoor!
Vervelend
Vervelende y despreciable.
HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a producirleAandoen
Aanrichten
Afwerpen
Berokkenen
Opbrengen
Opleveren
Produceren
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Voortbrengen un sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen de irritaciónIrritatie que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se correspondíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze correspondeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strookte met conDoor
Met
Per
Samen met
ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei estímuloStimulans
Stimulus puramenteAlleen
Enkel
Louter
Rein
Uitsluitend
Zuiver sensorialSensorisch
Sensorische. NuncaNimmer
Nooit se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand preocupadoBenauwd
Bezorgd
Bezorgde
Ongerust gemaakt
Verontrust
Zorgen gebaard tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer por los chapiteles
de las iglesiasBedehuizen
Godshuizen
Kerken
Kerkgebouwen
Moskeeën
Synagogen
Synagoges
Tempelen
Tempels.
La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was guapaKnap
Knappe
Mooi, peroDoch
Echter
Maar inclusoZelfs cuandoAls
Tijdens
Wanneer eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was presaAfsluiting
Barrière
Buit
Dam
Gevangene
Gevangenneming
Opgestoken
Opsteken
Prooi
Sperdam
Stuw
Stuwdam
Vangst
Versperring
Wild de una irritaciónIrritatie sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te fundamentoBasis
Fundament
Grondslag
Ik fundeer
aparenteDoet u alsof!
Fingeert u!
Geeft u voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet alsof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fingeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze simuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Ik doe alsof
Ik fingeer
Ik geef voor
Ik simuleer
Ik veins
Ik wend voor
Schijnbaar
Schijnbare
Simuleert u!
Veinst u!
Wendt u voor! suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante y agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige. AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se encontrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gesteld tampocoEvenmin
Ook niet
en suHaar
Hun
Uw
Zijn primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke juventudJeugd
Jeugdigheid, eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was esbeltaRank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere, esbeltez que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat reñidaGekeven
Gekift
Gekrakeeld
Geruzied
Ruzie gemaakt conDoor
Met
Per
Samen met unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer femeninasVrouwelijk
Vrouwelijke que sugeríanZij/ze fluisterden in
Zij/ze gaven een wenk
Zij/ze opperden
Zij/ze stelden voor
Zij/ze suggereerden al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens madurezRijpheid
Rijpheid van oordeel y flexibilidadFlexibiliteit, y llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde susHaar
Hun
Uw
Zijn
treinta30
Dertig y tres3
Drie añosJaren conDoor
Met
Per
Samen met la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve ligerezaLichtzinnigheid conDoor
Met
Per
Samen met que una Hebe hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was podidoGekund
Gemogen transportarOverbrengen
Transponeren
Transporteren
Vervoeren
Voeren
una copa de vinoGlas wijn colmadaOvergelopen
Overlopen
Overtroffen
Vol
Volle hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs los bordesBanden
Boorden
Jij/je borduurt
Kanten
Randen
Zomen. SuHaar
Hun
Uw
Zijn tezGelaatskleur
Oppervlakte presentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen
Ik belichtte
Ik bood aan
Ik bracht uit
Ik diende in
Ik etaleerde
Ik presenteerde
Ik schonk
Ik stalde uit
Ik stelde bloot
Ik stelde tentoon
Ik stelde voor
Ik vertoonde
Ik zette uiteen síntomasSymptomen
Tekenen
Tekens
Verschijnselen
Verschijnsels de fatigaBeul af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beult af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jakkert af
Jakker af!
Kortademigheid
Vermoeidheid
Vermoeienis, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen los francesesFrans
Franse
Fransmannen; teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast la bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime; los labiosLippen, demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste llenosAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige; los dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes,
desigualesHobbelig
Hobbelige
Oneffen
Ongelijk
Ongelijke
Verschillend
Verschillende, y la barbillaKin, de un diseñoDesign
Ik ontwerp
Ontwerp bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije vulgarAlledaags
Alledaagse
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Grof
Grove
Ordinair
Ordinaire
Plat
Platte
Vulgair
Vulgaire. La narizNeus eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was carnosaVlezig
Vlezige y alNaar de
Naar het sonreírGlimlachen estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend sonriendoGlimlachend- las líneasLijnen
Linies
Regelen
Regels
Schreven
Strepen
Toeren lateralesAan de zijkant gelegen
Lateraal
Laterale
Zij-
Zijdelings
Zijdelingse
Zijwaarts
Zijwaartse se levantabanZij/ze gingen staan
Zij/ze stonden op
Zij/ze verrezen
Zij/ze werden wakker demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor los ojosKijkers
Ogen, que
eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren, en cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel, encantadoresBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Duivelskunstenaars
Heksenmeesters
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Tovenaars
Tovenaren
Toveraars
Toveraren
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke: grisesGrauw
Grauwe
Grijs
Grijze, brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale, de rápidosExpressen
Exprestreinen
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltreinen
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge destellos, agradablementeAangenaam
serenosBedaard
Bedaarde
Helder
Heldere
Kalm
Kalme
Nachtwachten
Onbezorgd
Onbezorgde
Sereen
Serene en ocasionesAanleidingen
Gelegenheden
Gevaren
Jij/je belegt
Jij/je berokkent
Jij/je brengt teweeg
Jij/je doet aan
Jij/je houdt
Jij/je richt aan
Jij/je schrijft uit
Jij/je sticht
Jij/je veroorzaakt
Omstandigheden
Oorzaken, llenosAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend de inteligenciaBegrip
Benul
Besef
Bevattingsvermogen
Intelligentie
Inzicht
Knapheid
Snuggerheid
Verstand. La frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne -suHaar
Hun
Uw
Zijn únicoAlleen
Enig
Enige
Uniek
Unieke
rasgoGelaatstrek
Ik rijt
Ik scheur
Karaktertrek
Trek verdaderamenteEcht
Inderdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Werkelijk hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon- y el cabelloHaar, ensortijado y oscuroDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige, loDe
Hem
Het
U
llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend arregladoAangericht
Gearrangeerd
Gemaakt
Geordend
Geregeld
Gerepareerd
Geruimd
Geschikt
Hersteld
In orde gemaakt
Ingericht
Opgeknapt
Opgeruimd
Terechtgebracht
Verholpen
Versteld de manera queZó dat hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit pensar enDenken aan
Nadenken over una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon de algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander remotoOnwaarschijnlijk
Onwaarschijnlijke
Ver
Verre paísLand
meridionalZuidelijk
Zuidelijke uOf orientalOosterling
Oosters
Oosterse. TeníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast una ampliaBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde colecciónBundel
Collectie
Verzameling de pendientesAanhangig
Aanhangige
Bevertjes
Hangers
Hellingen
Oorbellen
Oorhangers
Oorringen que siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el últimoAchterste
Jongstleden
Laatste toqueAanslag
Beroert u!
Gaat u over!
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Ik beroer
Ik ga
Ik ga over
Ik klep
Ik klink
Ik kom aan
Ik raak
Ik raak aan
Ik roer aan
Ik sla
Ik speel
Ik speel voor
Ik toucheer
Ik voer uit
Ik zit aan
Klept u!
Klinkt u!
Komt u aan!
Raakt u aan!
Raakt u!
Roert u aan!
Slaat u!
Speelt u voor!
Speelt u!
Toucheert u!
Vleugje
Voert u uit!
Zit u aan! a suHaar
Hun
Uw
Zijn aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen orientalOosterling
Oosters
Oosterse o exóticoExotisch
Exotische
Uitheems
Uitheemse. Una vezEenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer alguienEen of ander
Een zeker
Iemand habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet un
elogioIk loof
Ik prijs
Ik roem
Ik zwaai lof toe
Lof
Lofbetuiging
Loftuiting suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u que alNaar de
Naar het serleGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn repetidoDoorgenomen
Herhaald
Herhaaldelijk
Herhaaldelijke
Meerdere
Nagezegd
Nog eens gezegd leHaar
Hem
Het
U agradóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei otro.
-Ander
Andere
Nog een
Nog één¿Una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon bonitaAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi? -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei alguienEen of ander
Een zeker
Iemand-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie por quéWaarom; susHaar
Hun
Uw
Zijn rasgosGelaatstrekken
Karaktertrekken
Trekken sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn vulgaresAlledaags
Alledaagse
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Grof
Grove
Ordinair
Ordinaire
Plat
Platte
Vulgair
Vulgaire.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou smaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou weten
Ik zou kennen
Ik zou smaken
Ik zou weten quéWat
Welke decirOpgeven
Spreken
Zeggen sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! susHaar
Hun
Uw
Zijn rasgosGelaatstrekken
Karaktertrekken
Trekken -contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde un observadorObservator
Waarnemer muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer agudoAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige-, peroDoch
Echter
Maar mueveBeweeg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroert
Roer!
Verroer!
la cabezaHoofd
Kop
Krop comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon hermosaFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon.
ImagínenseStelt u zich voor! siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over estoDeze
Dit la protagonistaHoofdpersoon
Hoofdrolspeelster
Hoofdrolspeler de la anécdotaAnekdote moveríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bewegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou roeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verroeren
Ik zou bewegen
Ik zou roeren
Ik zou verroeren la cabezaHoofd
Kop
Krop conDoor
Met
Per
Samen met
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd empaqueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakt
Ik pak
Ik pak in
Ik verpak
Pakt u in!
Pakt u!
Verpakt u!.
FinalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe se apartóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging uit de
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok zich terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zich de la ventanaRaam
Venster tapándose la caraDe kant
De zijde conDoor
Met
Per
Samen met las manos.
-De handen¡EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet-. ¡Tendré queIk zal behoren
Ik zal dienen
Ik zal horen
Ik zal moeten volvermeDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken, tendré queIk zal behoren
Ik zal dienen
Ik zal horen
Ik zal moeten volvermeDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken! -y se
dejó caerHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af en una sillaRug
Stoel
Zaal
Zadel
Zetel delanteDaarvoor
Eerder
Ervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Voren
Vroeger
Weleer del fuegoVuur.
-EsperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille suavementeZacht
Zachtjes, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejar deOphouden met
Stoppen met dibujarAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen.
La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe dejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaatte zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimde verBekijken
Kijken
Zien uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de susHaar
Hun
Uw
Zijn piesPoten
Voeten; eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne y llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde una inmensaInmens
Inmense
Onbegrensd
Onbegrensde
Oneindig
Oneindige
Onmetelijk
Onmetelijke
Onnoemelijk
Onnoemelijke
Zeer uitgebreid rosetaRozet en el
zapatoSchoen. Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over fijarBepalen
Bevestigen
Fixeren
Vastmaken
Vastplakken
Vaststellen la miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en aquelDat
Die adornoGarnering
Garnituur
Ik decoreer
Ik dos uit
Ik sier
Ik sier op
Ik tooi
Ik versier
Sieraad
Stelletje
Versiering
Versiersel contemplóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koekeloerde el
carbónBrand
Houtskool
Kool
Korenbrand de antracitaAntraciet
Glanskool que ardíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gloeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aan
Ik blaakte
Ik brandde
Ik gloeide
Ik was aan en el hogar.
-Haard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis¿HasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nuncaNimmer
Nooit algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus odiosoGehaat
Gehate que esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind fuegoVuur? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg-. ¿HasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer affreux comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals todo estoDit alles?
HablabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Ik converseerde
Ik praatte
Ik sprak inglésBrit
Brits
Britse
Engels
Engelse
Engelse taal
Engelsman conDoor
Met
Per
Samen met totalAlgeheel
Algehele
Alles bij elkaar
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gezamenlijk bedrag
Heel
Hele
In het geheel genomen
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle correcciónCorrectheid, peroDoch
Echter
Maar introdujoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze introduceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoof in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde in el epítetoEpitheton
Toevoegsel francésFrans
Franse
Franse taal
Fransman de una formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze que
revelabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwikkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze openbaarde
Ik liet zien
Ik onthulde
Ik ontwikkelde
Ik openbaarde suHaar
Hun
Uw
Zijn perfectoIn optima forma
Perfect
Perfecte
Prima
Uitstekend
Uitstekende
Volkomen
Volmaakt
Volmaakte
Voltooid
Voltooide conocimientoBekendheid
Besef
Bewustzijn
Bezinning
Cognossement
Deskundigheid
Kennen
Kennis
Kennismaken
Kunde
Verstand
Weten de la lenguaSchar
Taal
Tong francesaFrans
Franse
Française.
-MeMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind fuegoVuur estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! muy bienBest
Heel goed
Prima -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille, observándolo un momento-Een moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even.
EsasDie lengüecitas azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren, bailandoDansend sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! los rescoldosGloed
Gloeiende houtskool de colorKleur carmínCochenille
E120
Karmijn
Karmijnzuur
Rood, resultan(Zij) worden
Zij/ze blijken
Zij/ze komen uit
Zij/ze komen voort
Zij/ze resulteren
Zij/ze spruiten voort
Zij/ze vallen uit
Zij/ze vertonen zich
Zij/ze vloeien voort
Zij/ze volgen sumaAddeer!
Adderen
Additie
Bedrag
Begraaft u!
Bijtellen
Bijtelling
Doet u verzinken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze addeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begraaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet verzinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt onder water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstopt in de
grond
Ik begraaf
Ik doe verzinken
Ik nuttig
Ik stop onder water
Ik verstop in de
grond
Nuttigt u!
Optellen
Optelling
Som
Somma
Stopt u onder water!
Summa
Tel bij!
Tel op!
Totaal
Totaalbedrag
Totaalcijfer
Verstopt u in de
grond!
menteGeest
Verstand pintorescasPittoresk
Pittoreske
Schilderachtig
Schilderachtige. SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el fuegoVuur en un laboratorioLaboratorium de alquimista.
-TienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende carácterAard
Geaardheid
Karakter, cariñoGehechtheid
Genegenheid
Liefde
Toewijding
Zorg -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn compañeraCollega.
El muchachoJongen
Knaap
Knul contemplóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koekeloerde uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de susHaar
Hun
Uw
Zijn dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten torciendoAfslaand
Twijnend
Verbuigend
Verdraaiend
Vertrekkend
Verwringend
Wringend la cabezaHoofd
Kop
Krop haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor un ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant. SuHaar
Hun
Uw
Zijn
lenguaSchar
Taal
Tong se movíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroerde zich suavementeZacht
Zachtjes sobre elOp de
Op het labioLip inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte.
-BuenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende carácterAard
Geaardheid
Karakter, síJa
Jawel
Wel
Zich; demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende carácterAard
Geaardheid
Karakter, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank.
-EresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats irritanteZij/ze doen teniet
Zij/ze irriteren
Zij/ze prikkelen
Zij/ze verbitteren
Zij/ze vernietigen
Zij/ze vertoornen
Zij/ze vuren aan
Zij/ze wekken op -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe mirándoseZich bekijkend
Zich beschouwend
Zich spiegelend el zapatoSchoen.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn interlocutorGesprekspartner comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren retoquesJij/je retoucheert
Jij/je werkt bij en el bocetoKrabbel
Ontwerp
Schets.
-ImaginoIk bedenk
Ik stel me voor
Ik verbeeld me
Ik vermoed que lo queDat wat
Wat quieres decirJij/je bedoelt es queDat komt omdat
Want estásJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit irritadaAangevuurd
Geprikkeld
Geïrriteerd
Opgewekt
Teniet gedaan
Verbitterd
Vernietigd
Vertoornd.
-Eso esDat is juist
Dat klopt
Dat wil zeggen
Juist verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn compañeraCollega conDoor
Met
Per
Samen met una risita amargaBitter
Bittere-. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el díaDag
Etmaal másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus negroNeger
Zwart
Zwarte de miMi
Mijn
vidaHachje
Leven. Y túGe
Gij
Je
Jij sabesJij/je kent
Jij/je smaakt
Jij/je weet lo queDat wat
Wat esoDat
Die
Zulks quiere decirBedoel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedoelt.
-EsperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit! hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs mañanaMorgen
Ochtend -sugirióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fluisterde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf een wenk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opperde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suggereerde el muchachoJongen
Knaap
Knul.
-HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn cometidoBedreven
Begaan
Gebruikt
Gepleegd
Opdracht
Opgedragen
Plicht
Taak
Toevertrouwd
Zedelijke verplichting una granGroot
Grote equivocaciónAbuis
Dwaling
Fout
Vergissen
Vergissing
Verwarren
Verwisselen. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals hoyHeden
Vandaag todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch nos quedaWij over hebben algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere dudaAarzeling
Dub!
Geweifel
Hapering
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dubt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in dubio
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze twijfelt
Schroom
Sta in dubio!
Twijfel
Twijfel!
Weifeling,
mañanaMorgen
Ochtend tendremosWij zullen hebben
Wij/we zullen bijhouden
Wij/we zullen erop nahouden
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen houden
Wij/we zullen vasthouden la certezaZekerheid absolutaAbsolute
Absoluut
Onvermengd
Onvermengde
Onvoorwaardelijk
Onvoorwaardelijke
Pure
Puur
Volstrekt
Volstrekte
Zuiver
Zuivere. Ce sera clair, au moins!
El muchachoJongen
Knaap
Knul permanecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze restte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbleef en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen utilizandoBenuttend
Gebruikend
Met behulp van
Te baat nemend
Toepassend
Waarnemend el lápizPotlood.
-Las equivocacionesAbuizen
Dwalingen
Fouten
Vergissingen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank existenEr bestaan
Zij/ze bestaan -afirmóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekerde luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo.
-MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere: paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los queWie
Zij die noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn capacesBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Kundig
Kundige de advertirlasBemerken
Merken
Opmerken
Waarnemen
Waarschuwen. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank reconocerErkennen
Herkennen
Honoreren
Identificeren
Onderkennen
Toegeven los propiosEigen
erroresAbuizen
Afwijkingen
Dwalingen
Fouten
Vergissingen
Verschillen podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn la felicidadHet geluk completaCompleet
Complete
Completeer!
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Integraal
Integrale
Maak af!
Totaal
Totale
Vol
Voleind!
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Werk bij! -contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejar deOphouden met
Stoppen met mirarseElkaar aankijken
Zich bekijken
Zich beschouwen
Zich spiegelen el pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet.
-MiMi
Mijn queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief hermanaZus
Zuster -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend atentoAandachtig
Aandachtige
Attent
Attente
Beleefd
Beleefde
Galant
Galante
Heus
Heuse
Hoffelijk
Hoffelijke
Ik pleeg een aanslag
op
Ik rand aan
Ik vergrijp me aan
Oplettend
Oplettende
Welgemanierd
Welgemanierde
Wellevend
Wellevende
Zorgvuldig
Zorgvuldige
Zorgzaam
Zorgzame a suHaar
Hun
Uw
Zijn dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst-, por primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige.
-BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu; de acuerdo conIn overeenstemming met tuJe
Jouw propiaEigen teoríaTheorie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se puedeMen kan decirOpgeven
Spreken
Zeggen que se trate deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over una
equivocaciónAbuis
Dwaling
Fout
Vergissen
Vergissing
Verwarren
Verwisselen -leHaar
Hem
Het
U contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde ellaHaar
Ze
Zij conDoor
Met
Per
Samen met evidenteAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Evident
Evidente
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Overduidelijk
Overduidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende aciertoBedrevenheid
Beleid
Beslissing
Doorkomen
Gissen
Goede antwoord
Goede zet
Halen
Handigheid
Ik gis
Ik haal
Ik kom door
Ik raad
Ik raak
Ik slaag
Ik speel klaar
Ik tref
Klaarspelen
Raden
Raken
Slag
Slagen
Treffen
Vaardigheid
Vlugheid.
El muchachoJongen
Knaap
Knul lanzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lanceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet van stapel
lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontketende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingerde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stiet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stootte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp weg una sinceraEerlijk
Eerlijke
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rechtvaardigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont de onschuld
aan van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont de schuld
aan van
Oprecht
Oprechte
Rechtvaardig!
Toon de onschuld aan
van!
Toon de schuld aan
van! carcajadaSchaterlach.
-A tiJe
Jou, por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming inteligenciaBegrip
Benul
Besef
Bevattingsvermogen
Intelligentie
Inzicht
Knapheid
Snuggerheid
Verstand.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la demostréIk adstrueerde
Ik bewees
Ik liet zien
Ik maakte waar
Ik staafde
Ik toonde aan
Ik wees uit cuandoAls
Tijdens
Wanneer propuseIk bood
Ik bood aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor estoDeze
Dit.
-PeroDoch
Echter
Maar ¿fuisteJij/je begaf je
Jij/je gebeurde
Jij/je ging
Jij/je had plaats
Jij/je karde
Jij/je liep
Jij/je liep van stapel
Jij/je reed
Jij/je verliep
Jij/je voer
Jij/je vond plaats
Jij/je was túGe
Gij
Je
Jij quienDie
Wie loDe
Hem
Het
U propusoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater.
La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkte la cabezaHoofd
Kop
Krop y loDe
Hem
Het
U miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe conDoor
Met
Per
Samen met fijeza:
-¿QuieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt atribuírteloAanrekenen
Toedichten
Toekennen
Toeschrijven túGe
Gij
Je
Jij?
-SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U prefieresJij wilt
Jij/je doet liever
Jij/je geeft de voorkeur
aan
Jij/je geeft voorkeur aan
Jij/je prefereert
Jij/je trekt voor
Jij/je verkiest
Jij/je wilt liever, cargaréIk zal beladen
Ik zal belasten
Ik zal berekenen
Ik zal bestormen
Ik zal ergeren
Ik zal geien
Ik zal in rekening
brengen
Ik zal inladen
Ik zal laden
Ik zal opgeien
Ik zal tegenstaan
Ik zal vermoeien
Ik zal vervelen conDoor
Met
Per
Samen met esaDat
Die responsabilidadToerekenbaarheid
Verantwoordelijkheid
Verantwoording -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei élHem
Hij, alzandoBeurend
Heffend
Omhoogtrekkend
Ophalend
Oprichtend
Tillend
Verheffend
Verhogend la cabezaHoofd
Kop
Krop y sonriendoGlimlachend.
-EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid -añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe ellaHaar
Ze
Zij inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet
Zo-; túGe
Gij
Je
Jij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dasJij geeft
Jij/je brengt op
Jij/je brengt toe
Jij/je geeft
Jij/je geeft aan
Jij/je kent toe
Jij/je verleent importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid a esasDie cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast
sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig de lo queDat wat
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats propioEigen. El muchachoJongen
Knaap
Knul volvió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug naar reírLachen alegrementeOp vrolijke wijze
Vrolijk.
-SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals quieres decirJij/je bedoelt que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast propiedadesBezittingen
Boerderijen
Eigendommen
Eigendomsrechten
Eigenschappen
Goederen
Landgoederen estás en lo ciertoJij/je hebt gelijk.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank bromeesJij/je gekscheert
Jij/je grapt
Jij/je maakt grappen
Jij/je schertst conDoor
Met
Per
Samen met tuJe
Jouw pobrezaArmoede
Gebrek -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster-. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer vulgarAlledaags
Alledaagse
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Grof
Grove
Ordinair
Ordinaire
Plat
Platte
Vulgair
Vulgaire comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals presumirOpscheppen
Verbeelding hebben
Vermoeden de ella.
-Haar
Ze
Zij¡MiMi
Mijn pobrezaArmoede
Gebrek! AcaboIk besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik gebruik op
Ik maak af
Ik maak op
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verdoe
Ik verklungel
Ik verkwist
Ik vermors
Ik verspil
Ik voleindig
Ik werk af
Ik werk uit de terminarAflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen un dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst que meMe
Mij proporcionaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afmeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afwegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezorgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal evenredig maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal fourneren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in orde
brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verschaffen
Zal verschaffen cincuenta50
Vijftig francosBevoorrecht
Bevoorrechte
Eenvoudig
Eenvoudige
Eerlijk
Eerlijke
Franco
Franken
Frankisch
Frankische
Frans
Franse
Naïef
Naïeve
Ongehinderd
Ongehinderde
Openhartig
Openhartige
Oprecht
Oprechte
Vrij
Vrij van rechten
Vrije
Vrijgevig
Vrijgevige
Vrijmoedig
Vrijmoedige.
-Voyons! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe extendiendoAfgevend
Ontvouwend
Ophoudend
Rekkend
Spreidend
Strekkend
Uitbreidend
Uitsmerend
Uitspreidend
Uitstekend
Uitstrekkend
Verbreidend
Vergrotend
Verspreidend
Wijder makend la manoDe hand.
El muchachoJongen
Knaap
Knul añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe un toqueAanslag
Beroert u!
Gaat u over!
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Ik beroer
Ik ga
Ik ga over
Ik klep
Ik klink
Ik kom aan
Ik raak
Ik raak aan
Ik roer aan
Ik sla
Ik speel
Ik speel voor
Ik toucheer
Ik voer uit
Ik zit aan
Klept u!
Klinkt u!
Komt u aan!
Raakt u aan!
Raakt u!
Roert u aan!
Slaat u!
Speelt u voor!
Speelt u!
Toucheert u!
Vleugje
Voert u uit!
Zit u aan! o dos2
Do's
Twee
Tweede y leHaar
Hem
Het
U alargóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte langer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlengde el bocetoKrabbel
Ontwerp
Schets. EllaHaar
Ze
Zij loDe
Hem
Het
U miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe, peroDoch
Echter
Maar siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
dando vueltasOmdraaiend
Omkerend
Roerend
Ronddraaiend
Zich omkerend a suHaar
Hun
Uw
Zijn ideaBegrip
Benul
Besef
Denkbeeld
Gewaarwording
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt een denkbeeld
omtrent
Idee
Inzicht
Notie
Opvatting
Voorstelling
Vorm een denkbeeld omtrent! anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere.
-SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon teJe
Jou pidieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg om
Ik bedelde
Ik bestelde
Ik riep in
Ik verlangde
Ik verzocht
Ik vraagde
Ik vraagde aan
Ik vraagde om
Ik vroeg
Ik vroeg aan
Ik vroeg om que te casarasJij/je trad in het
huwelijk
Jij/je trouwde con ellaDaarmee leHaar
Hem
Het
U diríasJij/je zou opgeven
Jij/je zou spreken
Jij/je zou zeggen: 'ClaroAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Moment waarop het niet
regent
Natuurlijk
Onbewolkt
Onbewolkte
Open plek
Opklaring
Ronde venster
Tussenruimte
Uitgesproken
Zonneklaar
Zuiver
Zuivere que síJa
Jawel
Wel
Zich, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief míaVan mij,
¡con mucho gustoDolgraag
Volgaarne
Zielsgraag!'. Y te casaríasJij/je zou in het
huwelijk treden
Jij/je zou trouwen con ellaDaarmee y seríasJij/je zou gebeuren
Jij/je zou plaatshebben
Jij/je zou plaatsvinden
Jij/je zou zijn ridículamente felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo, al cabo deNa
Na verloop van
tres3
Drie mesesMaanden, leHaar
Hem
Het
U diríasJij/je zou opgeven
Jij/je zou spreken
Jij/je zou zeggen: '¿RecuerdasJij/je herdenkt
Jij/je herinnert
Jij/je onthoudt
Jij/je weet nog aquelDat
Die díaDag
Etmaal maravillosoMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke en queWaarin teJe
Jou pedíIk bedelde
Ik bestelde
Ik riep in
Ik verlangde
Ik verzocht
Ik vraagde
Ik vraagde aan
Ik vraagde om
Ik vroeg
Ik vroeg aan
Ik vroeg om que fuerasJij/je begaf je
Jij/je gebeurde
Jij/je ging
Jij/je had plaats
Jij/je karde
Jij/je liep
Jij/je liep van stapel
Jij/je reed
Jij/je verliep
Jij/je voer
Jij/je vond plaats
Jij/je was míaVan mij?'.
El muchachoJongen
Knaap
Knul, que se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand levantadoGebeurd
Geheven
Getild
Gevestigd
Neergezet
Opgehaald
Opgeheven
Opgekookt
Opgericht
Opgeslagen
Opgetild
Verheven de la mesaLa mesa, estiróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rolde uit (van
deeg)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat los brazosArmen y se acercóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was in aantocht a
la ventanaRaam
Venster.
-ÉsaDat
Die esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la descripciónBeschrijven
Beschrijving
Schildering
Tafereel de un carácterAard
Geaardheid
Karakter encantadorBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Duivelskunstenaar
Heksenmeester
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Tovenaar
Toveraar
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei.
-EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere: tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast un carácterAard
Geaardheid
Karakter encantadorBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Duivelskunstenaar
Heksenmeester
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Tovenaar
Toveraar
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke. Creo queIk denk dat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el capitalHoofdstad
Kapitaal
Vermogen de que
disponemosWij plaatsen
Wij/we beschikken
Wij/we beschikken over
Wij/we bevelen
Wij/we disponeren
Wij/we maken klaar
Wij/we plaatsen
Wij/we rangschikken
Wij/we voltooien. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estuviese(Het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
Ik) was convencidaOvertuigd
Overtuigde, nuncaNimmer
Nooit habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn corridoGehold
Geracet
Gerend
Gesneld
Gesprint
Hardgelopen el riesgoGewaagdheid
Risico
Waag
Waagstuk de traerteAanbrengen
Aandragen
Bezorgen
Brengen
Meebrengen
Meenemen a esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
paísLand horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende.
-EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paísLand tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer cómicoAardig
Aardige
Amusant
Amusante
Grappig
Grappige
Koddig
Koddige
Komiek
Komisch
Komische
Leuk
Leuke
Moppig
Moppige
Vermakelijk
Vermakelijke, ¡esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paísLand deliciosoHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el muchachoJongen
Knaap
Knul, echándoseAlles in de war
sturend
Beginnend
Broeds wordend
Gaand liggen
Nemend
Springend
Weddend
Wedijverend
Zich door zijn toorn
latend meeslepen
Zich stortend
Zich werpend
Zich wijdend otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer a reírLachen
conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote animación.
-Aanmoedigen
Aanmoediging
Aanporren
Aansporen
Aanvuren
Aanwakkeren
Aanzetten
Bemoedigen
Bemoediging
Drukte
Levendigheid
Opleven
Prikkelen
Stimuleren
Verlevendigen¿EncuentrasJij ontmoet
Jij/je bevindt
Jij/je komt tegen
Jij/je ontmoet
Jij/je treedt tegemoet
Jij/je treft
Jij/je treft aan
Jij/je vindt divertidasAardig
Aardige
Amusant
Amusante
Blij
Blije
Geamuseerd
Grappig
Grappige
Leuk
Leuke
Onderhouden
Opgevrolijkt
Opgewekt
Opgewekte
Vermaakt
Vermakelijk
Vermakelijke
Vrolijk
Vrolijke a esasDie mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen que trepanZij/ze beklimmen
Zij/ze klauteren
Zij/ze klimmen alNaar de
Naar het ómnibusOmnibus
Omnibussen? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg suHaar
Hun
Uw
Zijn
acompañanteBegeleidend
Begeleidende
Begeleider-. ¿QuéWat
Welke suponesJij/je meent
Jij/je neemt aan
Jij/je onderstelt
Jij/je stelt
Jij/je vermoedt
Jij/je veronderstelt túGe
Gij
Je
Jij que lesHen
Hun
U atraeBekoor!
Haal aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlekkert
Lach toe!
Lok aan!
Lok!
Trek aan!
Trek!
Verlekker! tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer?
-Me figuroIk denk me in
Ik stel me voor
Ik verbeeld me que dentroBinnen
Daarbinnen
Erin hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer guapoKnap
Knappe
Mooi -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el muchacho.
-Jongen
Knaap
Knul¿En todos losAlle ómnibusOmnibus
Omnibussen? Pasan(Zij) gaan over
Zij/ze brengen door
Zij/ze gaan langs
Zij/ze gaan over
Zij/ze gaan voorbij
Zij/ze gebeuren
Zij/ze geven aan
Zij/ze halen in
Zij/ze komen langs
Zij/ze komen om
Zij/ze laten door
Zij/ze overkomen
Zij/ze passeren
Zij/ze reiken aan
Zij/ze steken over
Zij/ze verdrijven
Zij/ze vergaan
Zij/ze verlopen
Zij/ze verstrijken a centenaresHonderdtallen, y los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten de esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paísLand, ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij
parecen(Zij) lijken op
Zij/ze hebben het uiterlijk
van
Zij/ze komen over
Zij/ze komen voor
Zij/ze lijken
Zij/ze schijnen
Zij/ze schijnen toe
Zij/ze staan tegenover
Zij/ze vinden
Zij/ze zien er uit
Zij/ze zien er uit
als nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! guaposKnap
Knappe
Mooi. En cuantoZodra a las mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen, nuncaNimmer
Nooit heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta tantasZo groot
Zoveel
Zovele juntasAaneengevoegd
Besturen
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je stelt samen
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Jij/je voegt bijeen
Jij/je voegt samen
Jij/je zet ineen
Junta's
Naden
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd
Vergaderingen
Voegen
Zittingen desde queSinds salíIk ging buiten
Ik ging naar buiten
Ik ging op weg
Ik ging uit
Ik ging weg
Ik kwam er mee
weg
Ik kwam uit
Ik liep uit
Ik reed af
Ik reed uit
Ik reed weg
Ik stapte op
Ik stapte uit
Ik startte
Ik steeg uit
Ik toog
Ik trad uit
Ik verscheen
Ik vertrok
Ik voer uit
del internadoBinnengedrongen
Binnengedrongen in iemands geheimen
Geïnterneerd
Kostschool
Naar het binnenland gebracht.
-Las mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bonitasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater- y todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle elloDat
Het esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer divertidoAardig
Aardige
Amusant
Amusante
Blij
Blije
Geamuseerd
Grappig
Grappige
Leuk
Leuke
Onderhouden
Opgevrolijkt
Opgewekt
Opgewekte
Vermaakt
Vermakelijk
Vermakelijke
Vrolijk
Vrolijke. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
que dibujarloAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen.
VolvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkte rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug a la mesaLa mesa y tomóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer susHaar
Hun
Uw
Zijn utensiliosGebruiksvoorwerpen: un pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne tableroBord
Gezelschapsspel
Plank
Spel
Tablet, una
hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst de papelPapier
Rol y tres3
Drie o cuatro4
Vier lápicesPotloden. Se instalóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze installeerde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde zich en la ventanaRaam
Venster conDoor
Met
Per
Samen met esosDie instrumentosInstrumenten
Middelen
Werktuigen y permanecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze restte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbleef
allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds mirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el exteriorAan de buitenkant
Buiten-
Buitenkant
Buitenste
Buitenzijde
Extern
Externe
Uiterlijk
Uiterlijke
Uitwendig
Uitwendige y moviendoBewegend
Roerend
Verroerend el lápizPotlood conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote solturaLoslaten
Losmaken
Ongedwongenheid
Ongegeneerdheid. TrabajabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arbeidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Ik arbeidde
Ik bewerkte
Ik werkte
conDoor
Met
Per
Samen met una sonrisaGlimlach
Glimlachen esplendorosaPrachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende y esplendorosaPrachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker la palabraBewoording
Woord adecuadaAangepast
Adequaat
Adequate
Afdoend
Afdoende
Bruikbaar
Bruikbare
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Geschikt
Geschikte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze
alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke de suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet en aquelDat
Die momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip. TeníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast veintiocho28
Achtentwintig añosJaren; sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven, suHaar
Hun
Uw
Zijn
figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was esbeltaRank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere y bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart proporcionadaAfgemeten
Afgewogen
Bezorgd
Evenredig gemaakt
Gefourneerd
In orde gebracht
Verschaft. AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al se parecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek op muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere a suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster, susHaar
Hun
Uw
Zijn
rasgosGelaatstrekken
Karaktertrekken
Trekken eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus armoniososSchoonklinkend
Schoonklinkende
Welluidend
Welluidende
Zoetvloeiend
Zoetvloeiende: cabelloHaar rubio(Gestreepte) poon
Blond
Blonde
Gestreepte poon
Poon, tezGelaatskleur
Oppervlakte claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere, aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen de personaMens
Personage
Persoon ingeniosaAd rem
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Snedig
Snedige
Vernuftig
Vernuftige
Vindingrijk
Vindingrijke, ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
delicadezaAngstvalligheid
Fijngevoeligheid
Kiesheid
Nauwgezetheid en todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle suHaar
Hun
Uw
Zijn aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen y una expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze cortésBeleefd
Beleefde
Beschaafd
Beschaafde
Galant
Galante
Heus
Heuse
Hoffelijk
Hoffelijke
Hoofs
Hoofse
Welgemanierd
Welgemanierde
Welopgevoed
Welopgevoede
Wellevend
Wellevende que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank llegabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Ik arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef a seriaErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige en
absolutoAbsolute
Absoluut
Onvermengd
Onvermengde
Onvoorwaardelijk
Onvoorwaardelijke
Pure
Puur
Volstrekt
Volstrekte
Zuiver
Zuivere; cálidosWarm
Warme ojosKijkers
Ogen azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren, cejasWenkbrauwen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart dibujadasAfgetekend
Beschreven
Geschetst
Getekend
Getrokken
Uitgetekend y muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer arqueadasDoorgebogen
Gebogen
Omgebogen (unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n cejasWenkbrauwen que, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las
damasDames
Damspel
Jonkvrouwen
Vrouwen escribieranZij/ze componeerden
Zij/ze schiepen
Zij/ze schreven
Zij/ze schreven neer
Zij/ze schreven uit sonetosSonnetten a las de susHaar
Hun
Uw
Zijn amantesGeliefden
Maîtressen
Maîtresses
Minnaars
Minnaren
Minnaressen, podríanZij/ze zouden kunnen
Zij/ze zouden mogen haberBezitting
Hebben
Zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden temaDucht u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ducht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bang voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreest
Ik ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees
Is u bang voor!
Onderwerp
Schrikt u terug voor!
Schroomt u!
Stof
Thema
Vreest u! de másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één) y
un finoDelicaat
Delicate
Droge sherry
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere bigoteBaarddraad
Knevel
Snor cuyosHuiscavia's
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier extremosAangelegenheden
Buitengewone
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neuzen
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Pieken
Punten
Spitsen
Tippen
Topjes
Toppen
Toppunten
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinden
Uiteindes
Uiterst
Uiterste
Uitersten
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde se levantabanZij/ze gingen staan
Zij/ze stonden op
Zij/ze verrezen
Zij/ze werden wakker como siAlsof los obligaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplichtte
Ik drong op
Ik dwong
Ik forceerde
Ik noodzaakte
Ik verplichtte a elevarseEen hoge positie bereiken
Opstijgen
Stijgen
Zich verheffen el soploBlazen
Ik blaas
Ik blaas uit
Ik geef in
Ik inspireer
Ik waai
Ingeven
Inspireren
Uitblazen
Waaien de
una constanteAanhoudend
Aanhoudende
Bestendig
Bestendige
Constant
Constante sonrisaGlimlach
Glimlachen. HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat en suHaar
Hun
Uw
Zijn fisonomíaAangezicht
Gelaatstrekken que resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde a la vezTegelijk benévoloAardig
Aardige
Gewillig
Gewillige
Goedwillig
Goedwillige
Vriendelijk
Vriendelijke
Welgezind
Welgezinde
Welwillend
Welwillende y
pintorescoPittoresk
Pittoreske
Schilderachtig
Schilderachtige. PeroDoch
Echter
Maar, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb mencionadoGemeld
Genoemd
Gewag gemaakt van
Vermeld
Voornoemd
Voornoemde, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank daba enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teisterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Ik haalde
Ik raakte
Ik sloeg in
Ik teisterde
Ik trof absolutoAbsolute
Absoluut
Onvermengd
Onvermengde
Onvoorwaardelijk
Onvoorwaardelijke
Pure
Puur
Volstrekt
Volstrekte
Zuiver
Zuivere impresiónAfdruk
Afdrukken
Boekdrukken
Drukken
Indruk
Printen
Spoor
Voetspoor de seriedadErnst. En
eseDat
Die sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde singularEnig
Enige
Enkelvoud
Singulier
Singuliere
Uniek
Unieke
Wonderlijk
Wonderlijke: noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was serioErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige y sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch inspirabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezielde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze inspireerde
Ik bezielde
Ik boezemde in
Ik inspireerde la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus vivaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Ik leef
Ik woon
Leeft u!
Levend
Levende
Levendig
Levendige
Woont u!
confianzaVertrouwen.
-RecuerdaDenk eraan
Herdenk!
Herinner!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet nog
Onthoud!
Weet nog! que hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt de ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten muchaVeel
Vele
Zeer
Zere nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster-. Bonté divine, ¡quéWat
Welke climaKlimaat!
-DejaréIk zal achterlaten
Ik zal in de
steek laten
Ik zal laten
Ik zal laten begaan
Ik zal laten schieten
Ik zal legateren
Ik zal lenen
Ik zal loslaten
Ik zal me verlaten
van
Ik zal nalaten
Ik zal opleveren
Ik zal overlaten
Ik zal toestaan
Ik zal toevertrouwen
Ik zal verlaten
Ik zal vermaken
Ik zal verzuimen todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst en blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte y trazaréIk zal aangeven
Ik zal aanwijzen
Ik zal afschrappen
Ik zal aftekenen
Ik zal trekken
Ik zal voorschrijven las figuritasFiguurtjes en negroNeger
Zwart
Zwarte -contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde el muchachoJongen
Knaap
Knul
riendoLachend-. Y loDe
Hem
Het
U llamaréIk zal aanbellen
Ik zal aanroepen
Ik zal bellen
Ik zal benoemen
Ik zal heten
Ik zal kloppen
Ik zal luiden
Ik zal noemen
Ik zal opbellen
Ik zal oproepen
Ik zal praaien
Ik zal roepen
Ik zal schellen
Ik zal telefoneren
Ik zal uitmaken voor... ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats aquelDat
Die versoDichtregel
Rijmregel
Vers
Versregel de Keats?... ¡El primogénitoEerstgeborene de la mitadHelft de
mayoBloeimaand
Mei *!
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank recuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la damaDame
Jonkvrouw
Vrouw
Vrouwe- que mamáMamma
Moeder me dijeraIk noemde me
Ik werd gezegd
Ik zegde
Ik zegde bij zichzelf
Ik zei
Ik zei bij zichzelf nuncaNimmer
Nooit que las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig.
-MamáMamma
Moeder noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nuncaNimmer
Nooit nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! desagradableOnaangenaam
Onaangename. Y ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig todos losAlle
díasDagen
Etmalen. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds verásJe zult zien
Jij/je zal bekijken
Jij/je zal kijken
Jij/je zal zien cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je mañanaMorgen
Ochtend tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast un díaDag
Etmaal espléndidoGoedgeefs
Goedgeefse
Prachtig
Prachtige
Royaal
Royale
Schitterend
Schitterende
Vrijgevig
Vrijgevige.
-Qu'en savez vous? MañanaMorgen
Ochtend me marcharé. -Ik zal weggaan¿A dóndeWaar
Waarheen vas aJij/je gaat naar irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven?
-A cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de aquíAlhier
Hier. Volveré aIk zal teruggaan naar
Ik zal terugkeren naar
Ik zal terugkomen naar Silberstadt. EscribiréIk zal componeren
Ik zal neerschrijven
Ik zal scheppen
Ik zal schrijven
Ik zal uitschrijven alNaar de
Naar het príncipeKoningszoon
Prins
Vorst reinanteZij/ze heersen
Zij/ze regeren
Zij/ze steken boven anderen
uit.
El muchachoJongen
Knaap
Knul se volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat y se la quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was mirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend conDoor
Met
Per
Samen met el lápizPotlood levantadoGebeurd
Geheven
Getild
Gevestigd
Neergezet
Opgehaald
Opgeheven
Opgekookt
Opgericht
Opgeslagen
Opgetild
Verheven.
-MiMi
Mijn queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief Eugenia -murmuróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kabbelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klaterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kletste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mompelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze morde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mummelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze murmelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak kwaad-, ¿tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart loDe
Hem
Het
U pasasteJij/je bracht door
Jij/je gaf aan
Jij/je gebeurde
Jij/je ging langs
Jij/je ging over
Jij/je ging voorbij
Jij/je haalde in
Jij/je kwam langs
Jij/je kwam om
Jij/je liet door
Jij/je overkwam
Jij/je passeerde
Jij/je reikte aan
Jij/je stak over
Jij/je verdreef
Jij/je verging
Jij/je verliep
Jij/je verstreek duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la travesíaDwarsstraat
Dwarsweg
Overgang
Oversteek
Overtocht
Overvaart
Zijstraat
Zijweg?
Eugenia se levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker. AúnNog
Nog altijd
Nog steeds teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast en la manoDe hand el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst que suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
un apunteAantekenen
Aantekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Ik leg aan
Ik noteer
Ik schrijf op
Ik stel te boek
Ik teken aan
Legt u aan!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteert u!
Noteren
Notitie
Opschrijven
Schrijft u op!
Stelt u te boek!
Tekent u aan! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer expresivo de un grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de gentesVolken
Volkeren desdichadas sobre laOp de
Op het cubiertaBand
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Briefomslag
Buitenband
Couvert
Dak
Dek
Donker
Donkere
Enveloppe
Gedekt
Reep
Scheepsdek
Somber
Sombere
Strip
Strook
Toegedekt
Verdek
Windsel de un
buqueSchip, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer juntosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd y agarrándoseAangrijpend
Zich stevig vastgrijpend unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n a otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, mientrasTerwijl el barcoBark
Boot
Driemaster
Hulk
Pink
Schip
Schuit
Vaartuig se inclinabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte een buiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neeg
aterradoramente hacia atrásAchteruit
Achterwaarts
Rugwaarts alNaar de
Naar het caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen en la sima de una olaBaar
Golf
Gulp. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige y estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig tragicómico. Eugenia loDe
Hem
Het
U miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe eEn hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit un gestoGebaar
Geste
Ik ben zwanger van
Ik draag
Ik koester de tristeza.
-Bedroefdheid
Droefheid
Gemelijkheid
Mistroostigheid
Naargeestigheid
Somberheid
Treurigheid
Triestheid
Triestigheid
Verdrietigheid¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt dibujarAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen escenasScènes
Tableaus
Taferelen
Tonelen tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer odiosasGehaat
Gehate? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg-. ¡MeMe
Mij gustaría(Het) zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou behagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bevallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou leuk vinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou proeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zinnen
Ik zou aanstaan
Ik zou behagen
Ik zou bevallen
Ik zou houden van
Ik zou leuk vinden
Ik zou proeven
Ik zou zinnen arrojarloHet gooien alNaar de
Naar het
fuegoVuur! -y acto seguidoVolgende stap tiróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit la hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater, conDoor
Met
Per
Samen met muchaVeel
Vele
Zeer
Zere calmaBedaar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt gerust
Kalmeer!
Kalmte
Rust
Stel gerust!, siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort conDoor
Met
Per
Samen met la vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht suHaar
Hun
Uw
Zijn trayectoriaBaan
Kogelbaan
Lijn. LoDe
Hem
Het
U vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag revolotearAan de scharrel zijn
Fladderen
Flirten
Scharrelen
Wapperen
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se molestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergerde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoorde zich en recogerloAfhalen
Binnenhalen
Ophalen
Oprapen
Rapen
Uithalen
Verzamelen. Eugenia se acercóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was in aantocht a la ventanaRaam
Venster arreglándoseIn orde komend
Zich klaarmakend
* And mid-May's eldest child, de 'OdaOde aunKattenklauw
Nog
Zelfs ruiseñorNachtegaal'. (N. del T.)
la cintura.
-Leest
Middel
Taille¿Por quéWaarom noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij loDe
Hem
Het
U reprochasJij/je beknort
Jij/je berispt
Jij/je verwijt
Jij/je wijst terecht? ¿Por quéWaarom noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij insultasJij/je affronteert
Jij/je beledigt
Jij/je beschimpt
Jij/je krenkt
Jij/je schimpt? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg-. Creo queIk denk dat meMe
Mij
sentiríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanvoelen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gevoelen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gewaarworden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou merken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voelen
Ik zou aanvoelen
Ik zou gevoelen
Ik zou gewaarworden
Ik zou merken
Ik zou voelen mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever. ¿Por quéWaarom noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt que meMe
Mij odiasJij/je haat por haberteBezitting
Hebben
Zijn traídoAangebracht
Aangedragen
Bezorgd
Gebracht
Meegebracht
Meegenomen aquíAlhier
Hier?
-PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou loDe
Hem
Het
U creeríasJij/je zou denken
Jij/je zou geloven
Jij/je zou houden voor
Jij/je zou menen. ¡TeJe
Jou adoroIk aanbid
Ik adoreer
Ik verafgood
Ik vereer, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief hermanaZus
Zuster míaVan mij! EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit encantadoAangenaam
Afgetrokken
Bekoord
Dol geweest op
Gecharmeerd
Geweldig gevonden
Graag
Prachtig gevonden
Verstrooid
Verstrooide de estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
aquíAlhier
Hier y encantadoAangenaam
Afgetrokken
Bekoord
Dol geweest op
Gecharmeerd
Geweldig gevonden
Graag
Prachtig gevonden
Verstrooid
Verstrooide conDoor
Met
Per
Samen met nuestrasOnze
Van ons perspectivasDoorkijken
Perspectieven
Prospecten
Verschieten
Vooruitzichten.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! quéWat
Welke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats lo queDat wat
Wat meMe
Mij pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan. HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen la cabezaHoofd
Kop
Krop -siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort Eugenia.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater, por suHaar
Hun
Uw
Zijn parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde, continuóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort dibujandoAftekenend
Beschrijvend
Schetsend
Tekenend
Trekkend
Uittekenend.
-Se trataHet betreft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt behandeld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehanteerd, sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere, del másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus curiosoBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige eEn interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante de los paísesLanden. Nos hallamosWij/we bevinden ons
Wij/we bevonden ons
Wij/we vinden ons terug
Wij/we vonden ons terug
Wij/we waren
Wij/we zijn
aquíAlhier
Hier y estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit decididoBeslist
Besloten
Uitgemaakt
Zich voorgenomen a pasarloHaal het door
Het passeren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn interlocutora se volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om conDoor
Met
Per
Samen met ademánGebaar
Geste
Houding impacienteDoet u het geduld
verliezen van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet het geduld
verliezen van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt ongeduldig
Ik doe het geduld
verliezen van
Ik maak ongeduldig
Maakt u ongeduldig!, peroDoch
Echter
Maar en seguidaAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet cambió deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselde van ideaBegrip
Benul
Besef
Denkbeeld
Gewaarwording
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt een denkbeeld
omtrent
Idee
Inzicht
Notie
Opvatting
Voorstelling
Vorm een denkbeeld omtrent!.
-El buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende humorGemoedsgesteldheid
Humeur
Humor esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker una cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-, peroDoch
Echter
Maar túGe
Gij
Je
Jij tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que teJe
Jou hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! servidoAangekaart
Bediend
Een dienst bewezen
Gedeugd
Gediend
Geholpen
Geschikt geweest
Geserveerd
Opgediend
Van dienst geweest de muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere.
El muchachoJongen
Knaap
Knul la miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe fijamenteBeslist
Zeker, conDoor
Met
Per
Samen met las cejasWenkbrauwen levantadasGebeurd
Geheven
Getild
Gevestigd
Neergezet
Opgehaald
Opgeheven
Opgekookt
Opgericht
Opgeslagen
Opgetild
Verheven, sonriendoGlimlachend, y se golpeóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bonkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bonsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hengstte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hieuw
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mepte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel op la narizNeus
conDoor
Met
Per
Samen met el lápiz.
-Potlood¡El buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende humorGemoedsgesteldheid
Humeur
Humor meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke!
-EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was loDe
Hem
Het
U menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd que podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren, peroDoch
Echter
Maar nada másNiet meer. Te hasJij/je gedraagt je
Jij/je krijgt het met
iemand aan de stok
Jij/je meet je met
iemand pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere la vidaHachje
Leven agradeciendoBedankend
Bedankend voor
Dank betuigend
Dankbaar zijnd
Dankbaar zijnd voor
Dankend
Te danken hebbend a la
fortunaFortuna unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n favoresBegunstigingen
Genadigheden
Gratiën
Gunsten tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne que nuncaNimmer
Nooit haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tenido queBehoord
Gediend
Gehoord
Gemoeten esforzarsePogen
Streven
Zich inspannen de verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid contigoBij jou
Met jou.
-AlgoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat síJa
Jawel
Wel
Zich haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tenido queBehoord
Gediend
Gehoord
Gemoeten preocuparseZich druk maken
Zich zorgen maken, creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep yoEgo
Ik, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacermeAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren el regaloCadeau
Donatie
Gave
Geschenk
Gift
Ik geef cadeau
Ik schenk
Schenking de una hermanaZus
Zuster tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
admirableBevreemdend
Bevreemdende
Bewonderenswaardig
Bewonderenswaardige
Briljant
Briljante
Verbazingwekkend
Verbazingwekkende
Verwonderend
Verwonderende
Verwonderlijk
Verwonderlijke
Wonderbaar
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderbare
Wonderlijk
Wonderlijke.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank bromeesJij/je gekscheert
Jij/je grapt
Jij/je maakt grappen
Jij/je schertst, Felix. OlvidasJij/je leert af
Jij/je vergeet
Jij/je verleert que soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats tuJe
Jouw hermanaZus
Zuster mayor.
-Groot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere¡De una hermanaZus
Zuster, entoncesDan
Dus
Toen, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere! -añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe Felix, riendoLachend-. Creía queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht dat
Ik dacht dat habíamosHadden wij
Wij/we hadden
Wij/we waren
dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van la seriedadErnst en EuropaEuropa.
-TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast la impresiónAfdruk
Afdrukken
Boekdrukken
Drukken
Indruk
Printen
Spoor
Voetspoor de que vas aJij/je gaat naar encontrarlaAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden aquíAlhier
Hier. RecuerdaDenk eraan
Herdenk!
Herinner!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet nog
Onthoud!
Weet nog! que tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat treinta30
Dertig añosJaren
y que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que un bohemioBoheems
Boheemse
Bohemer
Zigeuner a quienDie
Wie nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet!; el corresponsalCorrespondent
Verslaggever sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te un céntimoCentime
de un periódicoDagblad
Krant
Periodiek
Periodieke ilustreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illustreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veraanschouwelijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlucht
Ik illustreer
Ik veraanschouwelijk
Ik verlucht
Illustreert u!
Veraanschouwelijkt u!
Verlucht u!.
-TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende que quierasJij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt, peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer bohemioBoheems
Boheemse
Bohemer
Zigeuner comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals creesJij/je creëert
Jij/je denkt
Jij/je gelooft
Jij/je houdt voor
Jij/je maakt
Jij/je meent
Jij/je richt op
Jij/je schept. ¡Y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tengaAlstublieft
Heeft
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
Houdt u bij!
Houdt u erop na!
Houdt u vast!
Houdt u!
Ik heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast niEn niet
Evenmin
Noch un céntimoCentime! LlevoIk bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer cien100
Honderd librasJij/je bevrijdt
Ponden en el bolsilloGeldbuidel
Portemonnee
Zak, tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast un contratoContract
Ik besteed aan
Ik contracteer
Ik ga aan
Ik neem aan
Ik sluit af
Verbintenis paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
cincuenta50
Vijftig apuntesAantekeningen
Jij/je legt aan
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities y piensoIk denk pintarAfschilderen
Beschilderen
Schilderen
Uitschilderen
Verven retratosPortretten de todosAller-
Ieders nuestrosOnze
Van ons primosNeven
Priem-
Sullen y de todosAller-
Ieders susHaar
Hun
Uw
Zijn primosNeven
Priem-
Sullen
a cien100
Honderd dólaresDollars cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats ambiciosoAmbitieus
Ambitieuze -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Eugenia.
-TúGe
Gij
Je
Jij síJa
Jawel
Wel
Zich que loDe
Hem
Het
U eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief baronesaBarones -replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde el muchachoJongen
Knaap
Knul.
La baronesaBarones permanecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze restte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbleef en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen mirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend el cementerioBegraafplaats
Kerkhof, aúnNog
Nog altijd
Nog steeds másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
entristecidoBedroefd
Beproefd
Gegriefd
Gesmart por el aguanieve y los ómnibusOmnibus
Omnibussen saltarines.
-EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere, soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats ambiciosaAmbitieus
Ambitieuze -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei por fin-Eindelijk
Per saldo
Ten slotte. Y miMi
Mijn ambiciónAmbitie
Eerzucht meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is traído aGebracht naar esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende
lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel -miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe enojadaBedroefd
Boos
Boze
Geërgerd
Giftig
Giftige
Kwaad
Kwade
Nijdig
Nijdige
Toornig
Toornige
Verstoord
Verstoorde
Vertoornd
Vertoornde a suHaar
Hun
Uw
Zijn alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom: la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere desnudez que resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde vulgarAlledaags
Alledaagse
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Grof
Grove
Ordinair
Ordinaire
Plat
Platte
Vulgair
Vulgaire;
la camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde y la ventanaRaam
Venster carecíanZij/ze hadden niet
Zij/ze misten de cortinasDoeken
Gordijnen
Middenwallen
Overgordijnen
Schermen
Voorhangen
Voorhangselen
Voorhangsels. DejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leverde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaatte zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimde escaparOntgaan
Ontkomen
Ontsnappen un cortoIk breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Klein
Kleine
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige y apasionadoBedroefd
Gefolterd
Gepassioneerd
Gepassioneerde
Opgewonden
suspiroIk hunker
Ik kreun
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Verzuchting
Zucht-. ¡PobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele ambiciónAmbitie
Eerzucht! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet. Se dejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloosde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd terneergeslagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zich aan
iets caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen sobre unBovenop een
Op een sofáBank
Divan
Sofa que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat la
paredMuur
Wand y se cubrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekte zich la caraDe kant
De zijde conDoor
Met
Per
Samen met las manosDe handen.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort dibujandoAftekenend
Beschrijvend
Schetsend
Tekenend
Trekkend
Uittekenend con rapidezSnel y habilidadBekwaamheid
Kundigheid. Al cabo deNa
Na verloop van un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip se sentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette zich a
suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant y leHaar
Hem
Het
U enseñóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze instrueerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderwees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoolde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees uit el apunte.
-Aantekenen
Aantekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Ik leg aan
Ik noteer
Ik schrijf op
Ik stel te boek
Ik teken aan
Legt u aan!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteert u!
Noteren
Notitie
Opschrijven
Schrijft u op!
Stelt u te boek!
Tekent u aan!¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! un bohemioBoheems
Boheemse
Bohemer
Zigeuner desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg-. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds meMe
Mij
heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb embolsadoGeïnd
Ontvangen otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één cincuenta50
Vijftig francosBevoorrecht
Bevoorrechte
Eenvoudig
Eenvoudige
Eerlijk
Eerlijke
Franco
Franken
Frankisch
Frankische
Frans
Franse
Naïef
Naïeve
Ongehinderd
Ongehinderde
Openhartig
Openhartige
Oprecht
Oprechte
Vrij
Vrij van rechten
Vrije
Vrijgevig
Vrijgevige
Vrijmoedig
Vrijmoedige.
Eugenia miróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toe con fastidioGehinderd
Geërgerd el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst que Felix leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van sobre elOp de
Op het regazoBoezem
Schoot.
-SíJa
Jawel
Wel
Zich, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei. Y al cabo deNa
Na verloop van un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe-: ¿Supones queJij/je veronderstelt dat nuestrosOnze
Van ons
primosNeven
Priem-
Sullen hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit eso? -Dat
Die
Zulks¿Hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit quéWat
Welke?
-MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten en esasDie cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken y tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden eseDat
Die aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen. Felix meditóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mediteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overdacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze peinsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon op unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen.
-En realidadRealiteit
Werkelijkheid noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!. Será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante descubrirlo.
-Ontdekken
Uitvinden
Uitvorsen¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke que loDe
Hem
Het
U hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! la genteLieden
Lui
Mensen
Volk conDoor
Met
Per
Samen met dineroGeld
Poen! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la baronesa.
-Barones¿EstásJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker de que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende? -preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg Felix alegrementeOp vrolijke wijze
Vrolijk.
SuHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster se volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om lentamenteLangzaam, mirándolo.
-¡SantoGeheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Naamdag
Sacraal
Sacrale cieloHemel
Lucht! -murmuróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kabbelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klaterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kletste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mompelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze morde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mummelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze murmelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak kwaad-. ¡TienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast una maneraManier
Trant
Wijze de decirOpgeven
Spreken
Zeggen las cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken!
-Sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige que fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Felix. -¿Crees queJij/je denkt dat hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was venidoGekomen
Meegekomen
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te saberKennen
Smaken
Weten que eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende?
El muchachoJongen
Knaap
Knul cruzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over una breveBeknopt
Beknopte
Kort
Korte miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster,
que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had adoptadoAangenomen
Geadopteerd
Zich eigen gemaakt un tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht imperiosoOpdringerig
Opdringerige.
-SíJa
Jawel
Wel
Zich; será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige -repitióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens.
-EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats todo lo queHoeveel ook esperoIk ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
Ik zie vooruit de ellosHen
Ze
Zij -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la baronesaBarones-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cuento conIk heb fiducie in
Ik stel vertrouwen in
Ik vertrouw que seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn niEn niet
Evenmin
Noch
inteligentesBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige, niEn niet
Evenmin
Noch amablesAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke (al menosAlthans
Tenminste al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin), niEn niet
Evenmin
Noch elegantesBevallig
Bevallige
Chic
Chique
Elegant
Elegante
Esthetisch
Esthetische
Geraffineerd
Geraffineerde
Gracieus
Gracieuze
Modieus
Modieuze
Net
Nette
Piekfijn
Piekfijne
Sierlijk
Sierlijke
Sjiek
Sjieke
Smaakvol
Smaakvolle
Stijlvol
Stijlvolle
Verfijnd
Verfijnde
Zwierig
Zwierige, niEn niet
Evenmin
Noch tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer siquieraAlthans interesantesBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante.
PeroDoch
Echter
Maar teJe
Jou aseguroIk assureer
Ik betuig
Ik bevestig
Ik maak vast
Ik stel veilig
Ik verstevig
Ik verzeker
Ik zet vast que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende.
Felix apoyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondersteunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rugsteunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staafde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stutte la cabezaHoofd
Kop
Krop contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus el respaldoDrager
Ik rugsteun
Ik steun
Ik teken op de
rugzijde van een papier aan
Leuning
Rugleuning
Steun
Stut del sofáBank
Divan
Sofa y contemplóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koekeloerde algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd el alargadoAangegeven
Aangereikt
Afgedragen
Doorgebracht
Doorgetrokken
Gerekt
Lange
Langer gemaakt
Overgegeven
Overhandigd
Ter hand gesteld
Toegereikt
Uitgelegd
Uitgerekt
Uitgetrokken
Verdreven
Verlengd
fragmentoBrok
Brokstuk
Fragment
Ik verdeel in brokstukken
Onderdeel
Stuk de cieloHemel
Lucht encuadrado por la ventanaRaam
Venster. La nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u! se hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd
Men maakte másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus escasaDun
Gering
Geringe
Klein
Kleine
Pover
Povere
Schaars
Schaarse
Weinig
Weinige
Zeldzaam
Zeldzame; leHaar
Hem
Het
U parecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
que las nubesWolken comenzabanZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan a clarear.
-Cuento conIk heb fiducie in
Ik stel vertrouwen in
Ik vertrouw que seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei por fin-Eindelijk
Per saldo
Ten slotte y poderososAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk eEn inteligentesBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige, y amablesAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke eEn
interesantesBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante, y deliciososHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere en generalIn het algemeen
Over het algemeen. TuJe
Jouw vasJij gaat
Jij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt voir! -dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit! y besóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoende a
suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster-. MiraBekijk!
Blik aan!
Blik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt een blik
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet toe
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe! -siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort-. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un milagroMirakel
Wonder: mientrasTerwijl hablabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Ik converseerde
Ik praatte
Ik sprak el cieloHemel
Lucht haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven un
color doradoGoudgele kleur. Vamos aWij/we gaan naar disfrutarGenieten
Genieten van de un díaDag
Etmaal espléndidoGoedgeefs
Goedgeefse
Prachtig
Prachtige
Royaal
Royale
Schitterend
Schitterende
Vrijgevig
Vrijgevige.
Y, efectivamenteInderdaad, en el espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim de cinco5
Vijf minutosMinuten el tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had cambiadoAfgewisseld
Gedenatureerd
Gekenterd
Geruild
Gevarieerd
Gewerkt
Gewisseld
Veranderd
Verkeerd
Vermaakt. El solSol
Zon
atravesóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door las nubesWolken y penetróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doordrong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgrondde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door tot
het diepst van de ziel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door tot
op merg en been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was vinnig en la habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning de la baronesaBarones.
-Bonté divine! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet la damaDame
Jonkvrouw
Vrouw
Vrouwe-. ¡QuéWat
Welke climaKlimaat!
-Vamos aWij/we gaan naar salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden y a verEens kijken
Even kijken el mundoAardrijk
Wereld -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Felix.
Y salieronEr kwamen tevoorschijn
Zij/ze gingen buiten
Zij/ze gingen naar buiten
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen uit
Zij/ze gingen weg
Zij/ze kwamen er mee
weg
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze liepen uit
Zij/ze reden af
Zij/ze reden uit
Zij/ze reden weg
Zij/ze stapten op
Zij/ze stapten uit
Zij/ze startten
Zij/ze stegen uit
Zij/ze togen
Zij/ze traden uit
Zij/ze verschenen
Zij/ze vertrokken
Zij/ze voeren uit alNaar de
Naar het pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd. El aireLucht brillabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glansde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schitterde
Ik blonk
Ik glansde
Ik scheen
Ik schitterde y la temperaturaDe temperatuur eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige; el solSol
Zon habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
secadoAfdrogen
Afgedroogd
Afgeveegd
Afgewist
Afvegen
Afwissen
Drogen
Drooggemaakt
Droogmaken
Gedroogd
Geveegd
Gewist
Uitdrogen
Uitgedroogd
Vegen
Wissen las calzadasHoofdwegen
Rijbanen
Rijwegen
Schoenmaat gehad
Straatwegen. CaminaronZij/ze liepen
Zij/ze schreden
Zij/ze stapten
Zij/ze traden
Zij/ze wandelden por las callesJij/je verzwijgt
Jij/je zwijgt
Straten alNaar de
Naar het azarToeval
Toevalligheid, mirandoAanblikkend
Aankijkend
Bekijkend
Blikkend
Een blik werpend
Een blik werpend op
Kijkend
Kijkend naar
Schouwend
Toekijkend
Toeziend las gentesVolken
Volkeren y las casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen, las
tiendasBoetieks
Huiven
Jij/je breidt uit
Jij/je houdt op
Jij/je ontvouwt
Jij/je rekt
Jij/je spreidt
Jij/je spreidt uit
Jij/je steekt uit
Jij/je strekt
Jij/je strekt uit
Kampeertenten
Tenten
Winkels
Zaken y los vehículosBindmiddelen
Overbrengers
Rijtuigen
Vehikels
Voertuigen
Wagens, el resplandeciente cieloHemel
Lucht azulAzul
Azuur
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuur y los crucesDraagjukken
Jij/je doorkruist
Jij/je kruist
Jij/je steekt over
Jukken
Kruisen
Kruisingen
Kruisjes
Kruispunten
Viersprongen
Wegkruisingen llenosAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Ingevuld
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de barroDrek
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Klei
Mee-eter
Modder
Puistje
Slib
Slijk
Slik, los
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten con prisaGezwind
Haastig
Rap
Snel
Spoedig
Urgent
Vlug y las muchachasGrieten
Meiden
Meisjes
Wichten que paseabanZij/ze liepen
Zij/ze tippelden
Zij/ze wandelden
Zij/ze waren aan de
wandel lentamenteLangzaam, los ladrillosBakstenen
Bouwstenen
Klinkers
Stenen
Stukken
Tichels de colorKleur rojoBlozend
Blozende
Rode
Rood
brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende y el verde claroBlauwgroen
Zeegroen de los árbolesBomen
Masten, la extraordinariaBijzonder
Bijzondere
Buitengewone
Buitengewoon mezclaArtsenijmengsel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Melange
Meng!
Mengeling
Mengelmoes
Mengen
Mengsel
Mix
Mix!
Mixen
Mixtuur
Temper!
Temperen
Vermeng!
Vermengen
Vermenging
Verwar!
Verwarren de casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen cuidadasBewaakt
Bezorgd geweest
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Opgelet
Opgepast
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Zich bekommerd
Zorg gedragen y
descuidadasAchteloos
Achteloze
Achtergesteld
Onachtzaam
Onachtzame
Verwaarloosd
Verzaakt
Zonder zorgen geweest. En el espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim de una horaTijd
Uur el díaDag
Etmaal se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand vueltoGedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Omgedraaid
Rondgedraaid
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen primaveral. HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs en las
callesJij/je verzwijgt
Jij/je zwijgt
Straten bulliciosasDruk
Drukke
Rumoerig
Rumoerige habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had aromaAroma
Boeket
Geur a tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land y floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem. Felix se divertíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze amuseerde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte zich buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeide zich muchísimoZeer veel. HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk
que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un paísLand cómicoAardig
Aardige
Amusant
Amusante
Grappig
Grappige
Koddig
Koddige
Komiek
Komisch
Komische
Leuk
Leuke
Moppig
Moppige
Vermakelijk
Vermakelijke y siguióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort riéndose deUitlachend todo lo queHoeveel ook veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag
Ik bekeek
Ik keek
Ik zag. Podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen decirseBij zichzelf zeggen
Gezegd worden
Te zeggen
Zeggen
Zich noemen que la
civilizaciónBeschaven
Beschaving
Civiliseren americanaAmerikaans
Amerikaanse
Buis
Colbert
Jasje
Noord-amerikaanse leHaar
Hem
Het
U resultabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Ik bleek
Ik kwam uit
Ik kwam voort
Ik resulteerde
Ik sproot voort
Ik vertoonde me
Ik viel uit
Ik vloeide voort
Ik volgde algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat parecidoEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Lijkend op
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Soortgelijks
Toegeschenen
Voorgekomen a una colecciónBundel
Collectie
Verzameling de chistesGeestigheden
Jij/je antwoordt
Kwinkslagen
Moppen descomunales.
Los chistesGeestigheden
Jij/je antwoordt
Kwinkslagen
Moppen eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk buenosBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende y la alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde del jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast esasDie mismasEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
cualidadesEigenschappen
Kwaliteiten. PoseíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende grondig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was rijk
Ik beheerste
Ik bezat
Ik had
Ik hield erop na
Ik kende grondig
Ik was rijk lo queDat wat
Wat sueleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt
Pleegt llamarseGenoemd worden
Heten sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig pictórico, y esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke vistazoVluchtige blik a las
costumbresGebruiken
Gewoonten
Gewoontes
Usances
Zeden democráticasDemocratisch
Democratische despertabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte wakker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker
Ik maakte wakker
Ik wekte
Ik wekte op
Ik werd wakker en élDaaraan
Erin el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve tipoDrukletter
Soort
Type de interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente que los movimientosBewegingen
Drukten
Slagen
Zetten
de una personaMens
Personage
Persoon jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille llenaAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Completeer!
Demp!
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Ingevuld
Maak vol!
Schenk vol!
Spek!
Stop!
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Voleind!
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Vul in!
Vul!
Werk bij! de vidaHachje
Leven y expansiva por naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen. SemejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
que serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn manifiestoAanschouwelijk
Ik laat blijken
Ik manifesteer
Ik toon
Ik uit
Manifest y halagador y, en el casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak presenteAanwezig
Aanwezige
Belicht u!
Biedt u aan!
Brengt u uit!
Cadeau
Dient u in!
Donatie
Etaleert u!
Geschenk
Gift
Heden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uiteen
Ik belicht
Ik bied aan
Ik breng uit
Ik dien in
Ik etaleer
Ik presenteer
Ik schenk
Ik stal uit
Ik stel bloot
Ik stel tentoon
Ik stel voor
Ik vertoon
Ik zet uiteen
Present
Presente
Presenteert u!
Schenking
Schenkt u!
Stalt u uit!
Stelt u bloot!
Stelt u tentoon!
Stelt u voor!
Tegenwoordig
Tegenwoordige
Tegenwoordige tijd
Vertoont u!
Zet u uiteen!, Felix podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen haberBezitting
Hebben
Zijn pasado porGehaald door un
jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille exiliadoVerbannen que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a desenraizarse y vuelve aGa terug naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug naar
Keer terug naar!
Kom terug naar!
Weer visitarAfgaan
Bezoeken
Opzoeken los escenariosSchouwtonelen
Settings
Tonelen de suHaar
Hun
Uw
Zijn
infanciaJeugd
Kinderjaren
Kindsheid. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cesabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheed uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze week
Ik hield op
Ik liet af
Ik scheed uit
Ik scheidde uit
Ik stopte
Ik week de mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien el cieloHemel
Lucht azulAzul
Azuur
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuur violetaMaarts viooltje
Paars
Violet
Viool
Viooltje, el aireLucht centelleanteZij/ze flikkeren
Zij/ze flonkeren
Zij/ze lichten
Zij/ze twinkelen y las múltiplesDiverse
Multipel
Multipele
Veelvoudig
Veelvoudige
Vele y
desperdigadas manchasJij/je bekladt
Jij/je bevlekt
Jij/je bevuilt
Jij/je bezoedelt
Jij/je maakt vuil
Jij/je smet
Jij/je verontreinigt
Jij/je vlekt
Kladden
Moeten
Moppen
Plekjes
Smetten
Vlekken de colorKleur.
-Comme c'est bariolé, ¿ehHallo
Hé
Hé daar
Zeg? -dijo aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei tegen suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster en el idiomaTaal extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde que los dosAlle twee de
Allebei
Beide
parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken de maneraManier
Trant
Wijze tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer espontáneaSpontaan
Spontane.
-SíJa
Jawel
Wel
Zich; resulta(Het) resulteert
Blijk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Kom uit!
Kom voort!
Resulteer!
Spruit voort!
Val uit!
Vertoon je!
Vloei voort!
Volg! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bariolé -respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk la baronesaBarones-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin! tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer colorKleur; meMe
Mij haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt dañoAfbreuk
Beschadiging
Bezeren
Gebrek
Ik bezeer
Nadeel
Pijn
Schade
a los ojosKijkers
Ogen.
-EsoDat
Die
Zulks demuestraAdstrueer!
Bewijs!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adstrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Maak waar!
Staaf!
Toon aan!
Wijs uit! cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je los extremosAangelegenheden
Buitengewone
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Neuzen
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Pieken
Punten
Spitsen
Tippen
Topjes
Toppen
Toppunten
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiteinden
Uiteindes
Uiterst
Uiterste
Uitersten
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde se tocanZij/ze bedekken zich het
hoofd
Zij/ze kammen hun haar
Zij/ze kappen zich
Zij/ze zetten een hoofddeksel
op -añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe Felix-. En lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel de venirKomen
Meekomen haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
occidenteAvondland
Westen
Westerse wereld se diríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bij zichzelf
zeggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gezegd worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zeggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich noemen que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor orienteGeleidt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oriënteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst de weg
Ik geleid
Ik leid
Ik leid rond
Ik oriënteer
Ik werk in
Ik wijs de weg
Leidt u rond!
Leidt u!
Oosten
Oriënteert u!
Werkt u in!
Wijst u de weg!. El cieloHemel
Lucht toca(Het) hoort
Beroer!
Ga over!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Kap
Klep!
Klink!
Kom aan!
Kornet
Muts
Raak aan!
Raak!
Roer aan!
Sla!
Speel voor!
Speel!
Toucheer!
Voer uit!
Zit aan! las terrazasTerrassen de las casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen de la
mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve maneraManier
Trant
Wijze que en El CairoCaïro y los cartelesAanplakbiljetten
Affiches
Kartels
Plakkaten
Posters rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood y azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren que se venMen ziet
Zij/ze bezoeken elkaar
Zij/ze blijken
Zij/ze laten zich zien
Zij/ze ontmoeten elkaar
Zij/ze zijn duidelijk por todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes
hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit pensar enDenken aan
Nadenken over una decoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering mahometana.
-Las muchachasGrieten
Meiden
Meisjes
Wichten noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de mahometanas -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei suHaar
Hun
Uw
Zijn acompañanteBegeleidend
Begeleidende
Begeleider-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se puedeMen kan
decirOpgeven
Spreken
Zeggen que ocultenOntveinst u!
Verbergt u!
Verheelt u!
Verschuilt u!
Verstopt u!
Zij/ze ontveinzen
Zij/ze verbergen
Zij/ze verhelen
Zij/ze verschuilen
Zij/ze verstoppen el rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet. NuncaNimmer
Nooit heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer desenfadado.
-Hay queMen moet agradecerleBedanken
Bedanken voor
Dank betuigen
Dankbaar zijn
Dankbaar zijn voor
Danken
Te danken hebben a DiosGod
Godheid que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U haganBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet u!
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet Felix-, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bonitasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi.
-EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere; hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand muchasVeel
Vele
Zeer
Zere que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bonitasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei la baronesaBarones, que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige.
EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste inteligenteBevattelijk
Bevattelijke
Intelligent
Intelligente
Knap
Knappe
Snugger
Snuggere
Verstandig
Verstandige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren muchasVeel
Vele
Zeer
Zere observacionesInachtnemingen
Observaties
Opmerkingen
Waarnemingen justasAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Steekspelen
Toernooien y
sutilesFijn
Fijne
Spitsvondig
Spitsvondige
Subtiel
Subtiele. Se colgóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopte op conDoor
Met
Per
Samen met másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! de loDe
Hem
Het
U usualGebruikelijk del brazoArm de suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
contentaTevreden
Vergenoegd
Vergenoegde
Voldaan
Voldane comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals élHem
Hij. HablabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Ik converseerde
Ik praatte
Ik sprak muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige, peroDoch
Echter
Maar se dabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstond cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen de muchasVeel
Vele
Zeer
Zere cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken y hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit susHaar
Hun
Uw
Zijn
reflexionesBeraadslagingen
Beraden
Bespiegelingen
Jij/je bedenkt
Jij/je denkt na
Jij/je overdenkt
Jij/je wikt
Jij/je zint
Jij/je zint op
Overwegingen
Reflecties. TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook se sentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde zich un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat emocionadaOntroerd; comprendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besefte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
Ik begreep
Ik besefte
Ik bevatte
Ik omvatte
Ik snapte
Ik vatte
Ik verstond que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had venidoGekomen
Meegekomen a un
paísLand extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren fortunaFortuna. AdvertíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwde
Ik bemerkte
Ik merkte
Ik merkte op
Ik nam waar
Ik waarschuwde superficialmenteVluchtig muchasVeel
Vele
Zeer
Zere razonesAanleidingen
Jij/je redeneert
Redenen
Redes
Verstanden de irritaciónIrritatie y
descontentoOntevreden. La baronesaBarones eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una personaMens
Personage
Persoon muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer delicadaDelicaat
Delicate
Fijn
Fijne
Gevoelig
Gevoelige
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Subtiel
Subtiele
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Verfijnd
Verfijnde y exigenteOpdringerig
Opdringerige
Veeleisend
Veeleisende. MásGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de una vezIn één keer habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven, en compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm de personasMensen
Personages
Personen muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer agradablesAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige, a la verbenaAvondkermis
Ijzerhard
Verbena de una ciudadPlaats
Stad de provinciaGewest
Gouw
Provincie
conDoor
Met
Per
Samen met ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel de divertirseNaar buiten gaan
Zich amuseren
Zich buiten vermaken
Zich vermaken
Zich vermeien. Y ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans leHaar
Hem
Het
U parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat en una enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische verbenaAvondkermis
Ijzerhard
Verbena y que las
diversionesAmusementen
Vermaken y los désagréments eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren prácticamenteIn de praktijk
Praktisch la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak. Se descubríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontdekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorste uit
Ik ontdekte
Ik vond uit
Ik vorste uit sonriendoGlimlachend
y estremeciéndoseHuiverend
Plotseling een schok krijgend
Rillend alternativamenteAfwisselend. El espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer curiosoBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige, peroDoch
Echter
Maar de un
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip a otroAnder
Andere
Nog een
Nog één leHaar
Hem
Het
U podíanZij/ze konden
Zij/ze mochten darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen un empujónDuw. La baronesaBarones nuncaNimmer
Nooit habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele genteLieden
Lui
Mensen
Volk
paseandoAan de wandel zijnd
Lopend
Tippelend
Wandelend; nuncaNimmer
Nooit se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer conDoor
Met
Per
Samen met genteLieden
Lui
Mensen
Volk que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende. PeroDoch
Echter
Maar poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
sintióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar que aquellaDat
Die
Diegene verbenaAvondkermis
Ijzerhard
Verbena eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una empresaBedrijf
Industrie
Onderneming algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus seriaErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige. Llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater a un
amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin públicoAlgemeen
Algemeen bekend
Algemene
Gemeen
Gemene
Openbaar
Openbare
Publiek
Publieke que parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bonito(Atlantische) boniet
Aardig
Aardige
Atlantische boniet
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Bonito
Bonito (vis)
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi y leHaar
Hem
Het
U sorprendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaasde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verraste noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank verBekijken
Kijken
Zien ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei cocheAuto
Automobiel
Bindmiddel
Koets
Overbrenger
Rijtuig
Spoorwagen
Vehikel
Voertuig
Wagen
Wagon. CaíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
Ik geraakte
Ik liet vallen
Ik verschoot
Ik verviel
Ik viel
Ik viel af
Ik viel neer
la tardeDe middag; los rayosBliksems
Hemelvuren
Stralen casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat horizontalesHorizontaal
Horizontale
Platliggend
Platliggende
Waterpas
Waterpasse del solSol
Zon hacíanZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit brillarBlinken
Glanzen
Glimmen
Schijnen
Schitteren los troncosBoomstammen
Rompen
Stammen de los árbolesBomen
Masten y la
hierbaGras
Kruid, de un colorKleur verdeGroen
Groene muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer intensoFel
Felle
Hard
Harde
Hevig
Hevige
Intens
Intense
Intensief
Intensieve
Luid
Luide
Sterk
Sterke, como siAlsof estuvieranZij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten recubiertosBekleed
Overgetrokken de oroE175
Goud
Ik bid reciénDaarnet
Daarstraks
Juist
Net
Pas
Straks
Zo-even
Zojuist
Zonet
sacadoAfgedaan
Afgehaald
Afgelegd
Afgezet
Behaald
Eruit gehaald
Gehaald
Gehaald uit
Gehaald van
Gehoosd
Geput
Geschept
Naar buiten gebracht
Ontleend
Te voorschijn gehaald
Uitgedaan
Uitgehaald
Uitgekregen
Uitgetrokken de la minaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondergraaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondermijnt
Mijn
Ondergraaf!
Ondermijn!. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la horaTijd
Uur en queWaarin las señorasDames
Jonkvrouwen
Mevrouwen
Vrouwen suelen(Zij) plegen
Zij/ze plegen
Zij/ze zijn gewend
Zij/ze zijn gewoon salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden a tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten el aireLucht y a pasearAan de wandel zijn
Lopen
Tippelen
Wandelen en
calesaBarouche
Equipage
Koets
Rijtuig, junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij hilerasBeurten
Files
Gelederen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten de peatonesVoetgangers, inclinandoBuigend
Doend overhellen
Neigend graciosamenteAardig la sombrillaParaplu (costa rica en
cuba)
Parasol
Scherm
Zonnescherm. AquíAlhier
Hier, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
embargoAanhaling
Confiscatie
Ik leg embargo op
Inbeslagneming
Verbeurdverklaring, Eugenia noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank descubrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontdekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorste uit ningunaGeen enkel
Geen enkele indicaciónAanduiden
Aanduiding
Aangeven
Aanwijzen
Aanwijzing
Beduiden
Kenmerken
Merken
Seinen
Tekenen
Tentoonspreiden
Tonen
Uitduiden
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen de que existieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestond
Ik bestond esaDat
Die costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede, lo queDat wat
Wat
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds leHaar
Hem
Het
U parecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke alNaar de
Naar het percatarseBemerken
Merken
Opmerken
Waarnemen de que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had un encantadorBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Duivelskunstenaar
Heksenmeester
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Tovenaar
Toveraar
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke paseoAvenue
Boulevard
Ik ben aan de
wandel
Ik loop
Ik tippel
Ik wandel
Lopen
Ommetje
Promenade
Tippelen
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelen
Wandeling
Wandelplaats
Wandelweg de olmosIepen
Olmen
convenientementeOp passende wijze arqueadosDoorgebogen
Gebogen
Omgebogen, cercanoAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige a una calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u! ampliaBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde y alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke, que sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker atravesabanZij/ze doorkruisten
Zij/ze gingen door
Zij/ze gingen over
Zij/ze gingen te boven
Zij/ze kwamen door
Zij/ze legden af
Zij/ze liepen af
Zij/ze liepen over
Zij/ze maakten door
Zij/ze staken over
Zij/ze trokken door
frecuentementeDikwijls
Vaak
Veelvuldig los miembrosLedematen
Leden
Lidmaten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus prósperosFortuinlijk
Fortuinlijke
Tierig
Tierige
Voorspoedig
Voorspoedige
Welvarend
Welvarende
Zegenrijk
Zegenrijke de la bourgeoisie. NuestrosOnze
Van ons amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden
recorrieronZij/ze bereisden
Zij/ze gingen door
Zij/ze legden af
Zij/ze liepen af
Zij/ze reisden door
Zij/ze reisden rond
Zij/ze trokken door esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paseoAvenue
Boulevard
Ik ben aan de
wandel
Ik loop
Ik tippel
Ik wandel
Lopen
Ommetje
Promenade
Tippelen
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelen
Wandeling
Wandelplaats
Wandelweg, muy bienBest
Heel goed
Prima iluminadoAangestoken
Belicht
Geïllumineerd
Verlicht
Voorgelicht. Felix advirtióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwde la presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij! de muchasVeel
Vele
Zeer
Zere chicasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisjes
bonitasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi y se loDe
Hem
Het
U hizo notarHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte opmerkzaam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze signaleerde a suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster. EstaDeze
Dit últimaAchterste
Jongstleden
Laatste precauciónVoorzorg, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, resultó(Het) resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
superfluaOverbodig
Overbodige
Overtollig
Overtollige, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl la baronesaBarones habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had observadoBemerkt
Gadegeslagen
Gemerkt
Geobserveerd
Opgemerkt
Toegekeken
Toegezien
Waargenomen atentamenteAandachtig
Hoogachtend a todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle aquellasDie
Diegene encantadorasBekoorlijk
Bekoorlijke
Betoverend
Betoverende
Charmant
Charmante
Innemend
Innemende
Schattig
Schattige
Snoeperig
Snoeperige
Snoezig
Snoezige
Verleidelijk
Verleidelijke
Verrukkelijk
Verrukkelijke
jovencitas.
-TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast la íntimaGezellig
Gezellige
Innig
Innige
Intiem
Intieme
Knus
Knusse
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke convicciónOvertuiging de que nuestrasOnze
Van ons primasNichten
Priem- sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Felix.
La baronesaBarones era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze, peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was esoDat
Die
Zulks lo queDat wat
Wat dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei.
-SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bonitasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi -confirmóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beaamde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekrachtigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staafde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde ja
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei ja-, peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que niñasKinderen
Wichten. ¿DóndeWaar
Waarheen estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn las mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen de
treinta30
Dertig añosJaren?
¿Te refieres aJij/je beroept je op
Jij/je steunt op
Jij/je verwijst naar las de treinta30
Dertig y tres3
Drie?' iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar preguntarVragen suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl con frecuenciaDikwijls
Gedurig
Herhaaldelijk
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds
captabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze won behendig
Ik greep
Ik ving op
Ik won behendig tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer lo queDat wat
Wat Eugenia decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals lo queDat wat
Wat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei. PeroDoch
Echter
Maar se limitóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrensde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beknotte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beperkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde beperkingen op
aan a hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un
comentarioCommentaar sobre laOp de
Op het bellezaFraaiheid
Knapheid
Schoonheid de la puesta de solZonsondergang, mientrasTerwijl la baronesaBarones, que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds a
buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken fortunaFortuna, reflexionabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overdacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon op
Ik bedacht
Ik dacht na
Ik overdacht
Ik wikte
Ik zon
Ik zon op acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van loDe
Hem
Het
U ventajosoVoordelig
Voordelige que sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ellaHaar
Ze
Zij tener queBehoren
Dienen
Horen
Moeten
enfrentarseGeconfronteerd worden met
Te staan komen voor sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend conDoor
Met
Per
Samen met muchachitas. La puesta de solZonsondergang eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was soberbiaBeeldschone
Beeldschoon
Fier
Fiere
Hooghartigheid
Hoogmoed
Hovaardigheid
Ijdelheid
Indrukwekkend
Indrukwekkende
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Prat
Pratte
Trots
Trotse y se pararonZij/ze bleven staan
Zij/ze hielden halt
Zij/ze kwamen tot stilstand
Zij/ze liepen vast
Zij/ze stopten a verlaBekijken
Kijken
Zien.
Felix declaróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze declareerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze erkende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde een verklaring
af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklaarde que nuncaNimmer
Nooit habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta una mezclaEen mengsel tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer atractivaAanlokkelijk
Aanlokkelijke
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke de coloresKleuren. La baronesaBarones
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook pensóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was espléndidaGoedgeefs
Goedgeefse
Prachtig
Prachtige
Royaal
Royale
Schitterend
Schitterende
Vrijgevig
Vrijgevige, y quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht leHaar
Hem
Het
U agradóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon aúnNog
Nog altijd
Nog steeds másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus el hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet de que mientrasTerwijl
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds paradaAangehouden
Afgeslagen
Afgezet
Buiten werking gesteld
Gebleven staan
Gedaan ophouden
Gekeerd
Gestopt
Gestuit
Halt gehouden
Halte
Opgehouden
Pleisterplaats
Standplaats
Stilgehouden
Stilgelegd
Stilgestaan
Stilgezet
Stopgezet
Stopplaats
Werkeloos
Werkeloze
Werkloze notó queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op dat la observabanZij/ze bemerkten
Zij/ze keken toe
Zij/ze merkten
Zij/ze merkten op
Zij/ze namen waar
Zij/ze observeerden
Zij/ze sloegen gade
Zij/ze zagen toe con admiraciónBewonderend
Verwonderd variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende personasMensen
Personages
Personen de aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen
agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige a quienesDie
Personen
Wie una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon distinguidaBespeurd
In de smiezen gekregen
In het oog gekregen
Onderkend
Onderscheid gemaakt tussen
Onderscheiden
Ontwaard, vestidaAangekleed
Geklede
Gekleed
Gestaan
Omkleed de maneraManier
Trant
Wijze pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop y conDoor
Met
Per
Samen met aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen
extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde, celebrandoCelebrerend
Opdragend
Vierend en francésFrans
Franse
Franse taal
Fransman las bellezasFraaiheden
Knapheden
Schoonheden naturalesAfkomstig
Afkomstige
Echt
Naturen
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve de BostonBoston en la esquinaBuitenhoek
Hoek
Straathoek de una
calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u!, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van indiferentesLauw
Lauwe
Onverschillig
Onverschillige. El estado de ánimoGemoedstoestand
Moreel
Stemming de Eugenia mejoróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte beter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtrof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelde. Se dejóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloosde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd terneergeslagen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zich aan
iets ganarBehalen
Verdienen
Winnen
por ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille. QuizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht la fortunaFortuna que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had venidoGekomen
Meegekomen a buscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware
de encontrarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden. Parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als prometérseloBeloven
Toezeggen
Uitloven
Verzeggen inclusoZelfs la brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende purezaMaagdelijkheid
Reinheid
Zuiverheid del cieloHemel
Lucht occidentalInterlingue
Westelijk
Westelijke
Westerling
Westers
Westerse, y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
llegabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Ik arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef a discernirOnderscheiden en la miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille y acogedoraGastvrij
Gastvrije
Gezellig
Gezellige
Hartelijk
Hartelijke
Sfeervol
Sfeervolle
Vriendelijk
Vriendelijke de las gentesVolken
Volkeren que pasabanZij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen langs
Zij/ze gingen over
Zij/ze gingen voorbij
Zij/ze haalden in
Zij/ze kwamen langs
Zij/ze kwamen om
Zij/ze lieten door
Zij/ze overkwamen
Zij/ze passeerden
Zij/ze reikten aan
Zij/ze staken over
Zij/ze verdreven
Zij/ze vergingen
Zij/ze verliepen
Zij/ze verstreken una
expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze de sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele benevolenciaGoedgunstigheid
Welwillendheid.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |