AlNaar de
Naar het encontrarmeAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden en aquelDat
Die lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel, salíIk ging buiten
Ik ging naar buiten
Ik ging op weg
Ik ging uit
Ik ging weg
Ik kwam er mee
weg
Ik kwam uit
Ik liep uit
Ik reed af
Ik reed uit
Ik reed weg
Ik stapte op
Ik stapte uit
Ik startte
Ik steeg uit
Ik toog
Ik trad uit
Ik verscheen
Ik vertrok
Ik voer uit de la especieAangelegenheid
Soort de letargoDoffe onverschilligheid
Lethargie
Schijndood
Zinverdoving en queWaarin me hallabaIk bevond me
Ik vond me terug
Ik was sumidoBegraven
Gedaan verzinken
Genuttigd
In de grond verstopt
Onder water gestopt como siAlsof meMe
Mij
hubiesenZij/ze hadden
Zij/ze waren despertadoGewekt
Opgewekt
Wakker gemaakt
Wakker geworden de un sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte conDoor
Met
Per
Samen met una violentaAbnormaal
Abnormale
Doe geweld aan!
Driftig
Driftige
Forceer!
Gewelddadig
Gewelddadige
Hevig
Hevige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Onnatuurlijk
Onnatuurlijke
Onstuimig
Onstuimige
Opbruisend
Opbruisende
Rand aan!
Sterk
Sterke
Tegen zijn zin
Vals
Valse
Verkracht! sacudidaGeschokt
Geschud
Gewrikt
Opgeschud.
TendíIk breidde uit
Ik hield op
Ik ontvouwde
Ik rekte
Ik spreidde
Ik spreidde uit
Ik stak uit
Ik strekte
Ik strekte uit una miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien a miMi
Mijn alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom. TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik loDe
Hem
Het
U dejéIk leende
Ik legateerde
Ik leverde op
Ik liet
Ik liet achter
Ik liet begaan
Ik liet in de
steek
Ik liet los
Ik liet na
Ik liet over
Ik liet schieten
Ik stond toe
Ik verlaatte me van
Ik verliet
Ik vermaakte
Ik vertrouwde toe
Ik verzuimde. DigoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte: estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige. IgnoroIk negeer
Ik weet niet
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la oscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vergetelheid del cieloHemel
Lucht, la falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming de verduraGroente o el estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden de miMi
Mijn espírituGeest
Geestgesteldheid eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la causaDe oorzaak de estaDeze
Dit tristezaBedroefdheid
Droefheid
Gemelijkheid
Mistroostigheid
Naargeestigheid
Somberheid
Treurigheid
Triestheid
Triestigheid
Verdrietigheid:
PeroDoch
Echter
Maar la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid es queDat komt omdat
Want desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen que experimentéIk beleefde
Ik ervoer
Ik experimenteerde
Ik maakte door
Ik ondervond alNaar de
Naar het contemplarBeschouwen
Koekeloeren aquellosDie
Diegene lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels por la
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el queDat
Die
Hij die
Wie meMe
Mij impresionóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte indruk op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen entoncesDan
Dus
Toen, habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la distanciaAfstand
Eind
End que existe(Het) bestaat
Besta!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit la
melancolíaDroefgeestigheid
Melancholie
Weemoed
Zwaarmoedigheid a la amarguraBitterheid
Verbittering.
ContempléIk beschouwde
Ik koekeloerde por algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen el sombríoDonker
Donkere
Somber
Sombere conventoKlooster
Mannenklooster, en aquellaDat
Die
Diegene ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus sombríoDonker
Donkere
Somber
Sombere que nuncaNimmer
Nooit
a misMi's
Mijn ojosKijkers
Ogen; y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds me disponía aIk maakte me gereed
Ik maakte me klaar alejarmeVerwijderen
Verwijderen van
Weghouden van, cuandoAls
Tijdens
Wanneer hirióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wondde misMi's
Mijn oídosGehoord
Vernomen
Verstaan el son deZij/ze behoren
Zij/ze behoren toe
Zij/ze behoren tot
Zij/ze komen uit una campanaAfzuigkap
Klok
Stolp, una
campanaAfzuigkap
Klok
Stolp de vozInspraak
Stem
Stemgeluid cascadaCascade
Gekraakt (noot)
Gepeld (ei)
Waterval y sordaDoof
Dove
Houtsnip, que tocabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klepte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roerde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat aan
Ik beroerde
Ik ging
Ik ging over
Ik klepte
Ik klonk
Ik kwam aan
Ik raakte
Ik raakte aan
Ik roerde aan
Ik sloeg
Ik speelde
Ik speelde voor
Ik toucheerde
Ik voerde uit
Ik zat aan pausadamente, mientrasTerwijl leHaar
Hem
Het
U acompañabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accompagneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergezelde
Ik accompagneerde
Ik begeleidde
Ik ging mee
Ik liep mee
Ik vergezelde, formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend
contraste conContrasteert u met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze contrasteert met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt af tegen
Ik contrasteer met
Ik steek af tegen
Steekt u af tegen! ellaHaar
Ze
Zij, una especieAangelegenheid
Soort de esquiloncillo que comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a voltearBuitelen
Draaien
Duikelen
Keren
Kopje duikelen
Omdraaien
Ronddraaien
Voltigeren
Wenden
Wentelen
Zwenken de prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast conDoor
Met
Per
Samen met una rapidezSnelheid y
un tañidoBespeeld
Bespelen
Getrommeld
Trommelen tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer agudoAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige y continuadoAangehouden
Doorgegaan
Verder gegaan
Verder gegaan met
Vervolgd
Voortgegaan
Voortgezet que parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals acometidoAangerand
Aangevallen de un vértigoDraaierigheid
Duizeligheid
Duizeling
Vertigo.
Nada másNiet meer extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke que aquelDat
Die edificioBouwsel
Bouwwerk
Constructie
Gebouw
Perceel, cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier negraZwart
Zwarte siluetaSchaduwbeeld
Silhouet se dibujabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok
Ik beschreef
Ik schetste
Ik tekende
Ik tekende af
Ik tekende uit
Ik trok sobre elOp de
Op het cieloHemel
Lucht comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la de una
rocaGesteente
Rots
Rotsblok erizadaBorstelig
Borstelige
Met moeilijkheden omgegeven
Met moeilijkheden omgeven
Opgericht
Overeind gezet
Rechtopstaand
Rechtopstaande
Ruigharig
Ruigharige
Ruwharig
Ruwharige de mil1000
Duizend y mil1000
Duizend picosBekken
Bergtoppen
Houwelen
Nebben
Snavels
Spechten
Tuiten
Vogelbekken caprichososGrillig
Grillige
Wispelturig
Wispelturige, hablandoConverserend
Pratend
Sprekend conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn lenguasCynoglossidae
Hondstongen
Scharren
Talen
Tongen de bronceBrons por medio deDoor
Met
Per las
campanasAfzuigkappen
Klokken
Stolpen, que parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als agitarseWuiven alNaar de
Naar het impulsoAandrang
Aandrift
Aandrijven
Bevorderen
Drang
Ik bevorder
Ik breng over
Ik drijf aan
Ik stimuleer
Ik zet aan tot
Impuls
Opwelling
Overbrengen
Stimuleren
Stuwing de seresWezenlijkheden
Wezens invisiblesOnzichtbaar
Onzichtbare, una comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals llorandoBejammerend
Betreurend
Bewenend
Huilend
Krijtend
Schreiend
Wenend conDoor
Met
Per
Samen met sollozosSnikken
ahogadosGesmoord
Neergeslagen
Onderdrukt
Patstellingen
Verdronken
Verkropt
Verstikt, la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals riendoLachend en carcajadas estridentesDoor merg en been
gaand
Schel
Schelle
Schril
Schrille
Snijdend
Snijdende, semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke a la risaGelach
Lach
Lachen de una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon locaDol
Dolzinnig
Dolzinnige
Dolle
Gek
Gekke
Krankzinnig
Krankzinnige
Stapel
Stapele
Uitzinnig
Uitzinnige
Waanzinnig
Waanzinnige.
A intervalosIntervallen
Tussenpozen
Tussenruimten
Tussenruimtes
Tussentijden y confundidasBeschaamd
Overtuigd
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld conDoor
Met
Per
Samen met el atolondrador ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer de las campanasAfzuigkappen
Klokken
Stolpen, creíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende percibirAanvoelen
Bemerken
Geld innen
Gewaar worden
Merken
Ontvangen
Opmerken
Vermoeden
Vernemen
Waarnemen tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook notasAantekeningen
Cijfers
Jij/je bemerkt
Jij/je merkt
Jij/je merkt op
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities
Opmerkingen
confusasBedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beschaamd
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Overtuigd
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld de un órganoOrgaan
Orgel y palabrasBewoordingen
Woorden de un cánticoKerkgezang
Kerklied religiosoGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze y solemnePlechtig
Plechtige
Plechtstatig
Plechtstatige
Statig
Statige.
VariéIk varieerde
Ik werkte
Ik wisselde af de ideaBegrip
Benul
Besef
Denkbeeld
Gewaarwording
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt een denkbeeld
omtrent
Idee
Inzicht
Notie
Opvatting
Voorstelling
Vorm een denkbeeld omtrent!, y en vez deIn plaats van
In stede van alejarmeVerwijderen
Verwijderen van
Weghouden van de aquelDat
Die lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel, lleguéIk arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef a la puertaDeur
Poort
Portier del temploBedehuis
Godshuis
Ik hard
Ik kom op temperatuur
Ik matig me
Ik staal
Ik stem
Ik temper
Tempel y pregunté aIk vraagde aan
Ik vroeg aan uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los harapososFlarden
Lappen
Lompen
Lorren
Todden
Vodden
Vodjes mendigosBedelaars
Geuzen
Schooiers que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had sentadosAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld en susHaar
Hun
Uw
Zijn escalonesEchelons
Treden de piedra:
-Hagel
Steen¿QuéWat
Welke hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand aquíAlhier
Hier?
-Una tomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen de hábitoGebruik
Gewoonte
Habitus
Usance -meMe
Mij contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde el pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele, interrumpiendoInterrumperend
Onderbrekend
Schorsend la oraciónBede
Oratie
Rede
Redevoering
Smeekbede
Speech que murmurabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kabbelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klaterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kletste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mompelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze morde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mummelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze murmelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak kwaad
Ik bromde
Ik kabbelde
Ik klaterde
Ik kletste
Ik mompelde
Ik morde
Ik mummelde
Ik murmelde
Ik ruiste
Ik sprak kwaad entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! continuarlaAanhouden
Doorgaan
Verder gaan
Verder gaan met
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te haberBezitting
Hebben
Zijn besadoGekust
Gezoend antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger la monedaGeldstuk
Mundstuk
Munt
Muntstuk
Penning de cobreKoperen que puseIk bracht op
Ik bracht op gang
Ik deed
Ik deed aan
Ik kreeg aan de
praat
Ik legde
Ik legde neer
Ik legde op
Ik plaatste
Ik schakelde in
Ik stak
Ik stelde
Ik stopte
Ik trok aan
Ik vlijde
Ik zette
Ik zette aan
Ik zette neer
Zette
en suHaar
Hun
Uw
Zijn manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei alNaar de
Naar het dirigirleAdresseren
Besturen
Chaufferen
Dirigeren
Mennen
Richten
Rijden
Sturen
Vervoeren miMi
Mijn preguntaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Kwestie
Vraag
Vraag!.
JamásNimmer
Nooit habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had presenciadoAanwezig geweest bij
Bijgewoond
Getuige geweest van
Tegenwoordig geweest bij estaDeze
Dit ceremoniaCeremonie
Festiviteit
Plechtigheid
Plichtpleging; nuncaNimmer
Nooit habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta tampocoEvenmin
Ook niet el interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot de la iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel del
conventoKlooster
Mannenklooster. AmbasBeide consideracionesBeraden
Overwegingen meMe
Mij impulsaronZij/ze bevorderden
Zij/ze brachten over
Zij/ze dreven aan
Zij/ze stimuleerden
Zij/ze zetten aan tot a penetrarBegrijpen
Bevatten
Binnendringen
Doordringen
Doordringen tot het diepst
van de ziel
Doordringen tot op merg
en been
Doorgronden
Doortrekken
Doorzien
Dringen door
Dringen in
Vinnig zijn en suHaar
Hun
Uw
Zijn recintoAfgesloten ruimte.
La iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven y oscuraDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere; formabanZij/ze formeerden
Zij/ze gingen aan
Zij/ze paradeerden
Zij/ze praalden
Zij/ze prijkten
Zij/ze pronkten
Zij/ze vormden susHaar
Hun
Uw
Zijn navesBeuken
Boten
Ruimen
Schepen
Vaartuigen dos2
Do's
Twee
Tweede filasBeurten
Files
Gelederen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten de pilaresPijlers
Pilaren
Steunpilaren compuestosBijeengevoegd
Composieten
Composten
Gecomponeerd
Gerijmd
Gezet
Ineengezet
Samengesteld de columnasColonnes
Columns
Kolommen
Pilaren
Steunpilaren
Zuilen
delgadasDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere reunidasGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld en un hazBedrijf!
Bos
Breng uit!
Bundel
Doe!
Maak
Maak aan!
Maak!
Richt uit!
Voer uit!, que descansabanZij/ze lagen begraven
Zij/ze lieten rusten
Zij/ze ontspanden
Zij/ze pauzeerden
Zij/ze rustten
Zij/ze rustten uit
Zij/ze sliepen en una baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard anchaBrede
Breed
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde y octógona, y de cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier ricaFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Heerlijk
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende
coronaciónKroning de capitelesKapitelen partíanZij/ze braken af
Zij/ze deelden
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen weg
Zij/ze splitsten
Zij/ze splitsten op
Zij/ze stapten op
Zij/ze startten
Zij/ze togen
Zij/ze verdeelden
Zij/ze vertrokken los arranques deJij/je start als
Jij/je trekt van las robustasFerm
Ferme
Fors
Forse
Hecht
Hechte
Krachtig
Krachtige
Potig
Potige
Robuust
Robuuste
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Stoer
Stoere
Struis
Struise ojivasKruisbogen
Ogieven
Spitsbogen. El altarAltaar mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat colocadoGedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Neergelegd
Neergezet
Ondergebracht
Stoned
Uitgezet
Verplaatst
en el fondoEigenlijk
Strikt genomen, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware una cúpulaDopje
Koepel de estiloStijl
Trant
Wijze del RenacimientoOpflikkeren
Opleven
Rebirthing
Renaissance, cuajadaDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestremde melk
Kwark
Wrongel de angelones conDoor
Met
Per
Samen met escudosBorden
Bordjes
Escudo's
Schilden
Uithangborden, grifosKranen
Tapkranen
Tappen
cuyosHuiscavia's
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier rematesJij/je maakt af
Jij/je werkt af
Jij/je werkt uit
Pinakels fingíanZij/ze deden alsof
Zij/ze fingeerden
Zij/ze gaven voor
Zij/ze simuleerden
Zij/ze veinsden
Zij/ze wendden voor profusas hojarascas, cornisasKroonlijsten
Richels
Uitsprongen conDoor
Met
Per
Samen met moldurasLofwerken y florones doradosAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakrelen
Plevieren
Pluvieren
Verguld
Vergulde, y dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten
caprichososGrillig
Grillige
Wispelturig
Wispelturige y elegantesBevallig
Bevallige
Chic
Chique
Elegant
Elegante
Esthetisch
Esthetische
Geraffineerd
Geraffineerde
Gracieus
Gracieuze
Modieus
Modieuze
Net
Nette
Piekfijn
Piekfijne
Sierlijk
Sierlijke
Sjiek
Sjieke
Smaakvol
Smaakvolle
Stijlvol
Stijlvolle
Verfijnd
Verfijnde
Zwierig
Zwierige. En tornoDraaibank
Draaischijf
Gangspil
Ik breng in de
oorspronkelijke staat terug
Ik ga terug
Ik geef terug
Ik keer terug
Ik zend terug
Lier
Windas
Windspil a las navesBeuken
Boten
Ruimen
Schepen
Vaartuigen se veíanZij/ze bezochten elkaar
Zij/ze bleken
Zij/ze lieten zich zien
Zij/ze ontmoetten elkaar
Zij/ze waren duidelijk multitudDrom
Menigte
Schare de capillasKapellen
Muziekkapellen oscurasDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere, en el fondoEigenlijk
Strikt genomen de
las cualesDe welken
Wie
Zij die ardíanZij/ze blaakten
Zij/ze brandden
Zij/ze gloeiden
Zij/ze waren aan algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige lámparasLampen, semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke a estrellasCainito's
Jij/je bezaait met sterren
Jij/je breekt
Jij/je slaat stuk
Jij/je verbrijzelt
Sterappelen
Sterappels
Sterren perdidasGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Schadeposten
Verbeurd
Verkwist
Verliezen
Verloren
Vermissingen
Verspeeld
Vervlogen en el cieloHemel
Lucht de una nocheAvond
Nacht oscuraDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere.
CapillasKapellen
Muziekkapellen de arquitecturaArchitectuur
Bouwkunst árabeArabier
Arabisch
Arabische, góticaGotisch
Gotische o churrigueresca: unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n, cerradasAfgesloten
Dicht
Dichte
Dichtgedaan
Dichtgemaakt
Gesloten
Op slot gedaan
Toegedaan
Vereend
Vereende conDoor
Met
Per
Samen met magníficasBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende verjasHekken
Hekwerken de
hierroIjzer
Ik besla; otrasAnder
Andere
Nog één, conDoor
Met
Per
Samen met humildesDeemoedig
Deemoedige
Nederig
Nederige
Onderdanig
Onderdanige barandalesLeuning de maderaHouten
Van hout; éstasDeze, sumidasBegraven
Gedaan verzinken
Genuttigd
In de grond verstopt
Onder water gestopt en las tinieblasDonker
Donkerte
Duister
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit conDoor
Met
Per
Samen met una antiguaAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Antigua
Antigua guatemala
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude
tumbaBedwelm de zinnen van!
Breng ten val!
Doe vallen!
Gooi om!
Gooi omver!
Graf
Graftombe
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwelmt de zinnen
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt ten val
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kantelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Kantel!
Keer om! de mármolMarmer delanteDaarvoor
Eerder
Ervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Voren
Vroeger
Weleer del altarAltaar; aquéllasDie, profusamente alumbradasAangestoken
Belicht
Beschenen
Verlicht
Voorgelicht conDoor
Met
Per
Samen met una imagenAfbeelding
Beeld
Imago
Plaat
Prent
Voorstelling vestidaAangekleed
Geklede
Gekleed
Gestaan
Omkleed de
relumbrones y rodeadaBegrepen
Omgegaan
Omgeven
Omgeven met
Omringd
Rondgegaan de votosGeloften
Geloftes
Stemmen
Stemmingen de plataE174
Zilver y ceraWas conDoor
Met
Per
Samen met lacitos de cintaBand
Bond
Cassette
Liga
Link
Lint
Omsloten
Reep
Strip
Strook
Verbond
Windsel de colorines.
Contribuía aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg bij aan
Ik droeg bij aan darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen un carácterAard
Geaardheid
Karakter másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus misteriosoOccult
Occulte a todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel, completamenteCompleet
Geheel
Heel
Helemaal
Ten volle
Totaal
Totaliter
Volkomen
Voluit
Volledig armónicaHarmonisch
Harmonische en suHaar
Hun
Uw
Zijn
confusiónVerwardheid
Verwarring y suHaar
Hun
Uw
Zijn desordenBuitensporigheid
Uitspatting
Verwarring
Wanorde
Warboel artísticoArtistiek
Artistieke conDoor
Met
Per
Samen met el restoIk haal af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Rest
Stomp
Stronk del conventoKlooster
Mannenklooster, la fantásticaFantastisch
Fantastische claridadDuidelijkheid
Evidentie
Helderheid
Licht
Luminositeit
Schijnsel
Verstaanbaarheid que la iluminabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illumineerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lichtte voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlichtte
Ik belichtte
Ik illumineerde
Ik lichtte voor
Ik stak aan
Ik verlichtte.
De las lámparasLampen de plataE174
Zilver de cobreKoperen pendientesAanhangig
Aanhangige
Bevertjes
Hangers
Hellingen
Oorbellen
Oorhangers
Oorringen de las bóvedasBollen
Gewelven, de las velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen de los altaresAltaars
Altaren y de las
estrechasBekrompen
Benauwd
Benauwde
Eng
Enge
Jij/je reikt
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Smal
Smalle
Strak
Strakke ojivasKruisbogen
Ogieven
Spitsbogen y los ajimeces del muroMuur partíanZij/ze braken af
Zij/ze deelden
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen weg
Zij/ze splitsten
Zij/ze splitsten op
Zij/ze stapten op
Zij/ze startten
Zij/ze togen
Zij/ze verdeelden
Zij/ze vertrokken rayosBliksems
Hemelvuren
Stralen de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting de mil1000
Duizend coloresKleuren diversosMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verschillend
Verschillende: blancosBlank
Blanke
Blanken
Doelen
Doelstellingen
Doelwitten
Honken
Mikpunten
Schietschijven
Schijven
Trefpunten
Wit
Witte, los
que penetrabanZij/ze begrepen
Zij/ze bevatten
Zij/ze doordrongen
Zij/ze doorgrondden
Zij/ze doorzagen
Zij/ze drongen binnen
Zij/ze drongen door
Zij/ze drongen door tot
het diepst van de ziel
Zij/ze drongen door tot
op merg en been
Zij/ze drongen in
Zij/ze trokken door
Zij/ze waren vinnig de la calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u! por algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne claraboyas de la cúpulaDopje
Koepel; rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood, los queWie
Zij die se
desprendíanZij/ze gaven af (geur)
Zij/ze lieten los
Zij/ze scheidden af de los ciriosWaskaarsen de los retablosAltaarstukken
Retabels; verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes, azulesAzuren
Blauw
Blauwe
Hemelsblauw
Hemelsblauwe
Lazuren y de otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één cien100
Honderd maticesJij/je nuanceert
Jij/je schakeert
Jij/je tint
Nuancen
Nuanceringen
Nuances
Schakeringen
Tinten diferentesAndere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende, los queWie
Zij die
se abrían pasoZij/ze baanden zich een
weg a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via los pintadosAfgeschilderd
Beschilderd
Beschilderde
Geschilderd
Geverfd
Uitgeschilderd vidriosGlazen
Ruiten de las rosetasPopcorn
Rozetten. TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estosDeze
Dezen reflejosReflexen
Weerkaatsingen
Weerspiegelingen, insuficientesGebrekkig
Gebrekkige
Ontoereikend
Ontoereikende
Onvoldoende a
inundarDuiken
Onderduiken
Zinken conDoor
Met
Per
Samen met la bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije claridadDuidelijkheid
Evidentie
Helderheid
Licht
Luminositeit
Schijnsel
Verstaanbaarheid aquelDat
Die sagradoEerbiedwaardig
Eerbiedwaardige
Geheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Sacraal
Sacrale recintoAfgesloten ruimte, parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als como queAangezien
Alsof luchabanZij/ze kampten
Zij/ze streden
Zij/ze worstelden
confundiéndoseBeschaamd wordend
In de war rakend
Overtuigend
Verlegen rakend
Vernietigd wordend
Verslaand
Zich vergissend
Zich vermengend entre síOnderling en algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots, mientras queTerwijl otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één los hacíanZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit destacarBenadrukken
Detacheren
Scherp doen uitkomen
Scherp uitkomen conDoor
Met
Per
Samen met una manchaBeklad!
Bevlek!
Bevuil!
Bezoedel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekladt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevlekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevuilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezoedelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vuil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontreinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlekt
Klad
Maak vuil!
Moet
Mop
Plekje
Smet
Smet!
Verontreinig!
Vlek
Vlek!
luminosaHel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klare
Licht
Lichte
Lichtgevend
Lichtgevende y brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! los fondosAchtergronden
Bodems
Diepten
Dieptes
Fonds
Fondsen
Gronden
Kapitaal
Kapitalen
Kernen
Ondergronden
Onderrokken
Voedingsbodems veladosGesluierd
Gewaakt
Omsluierd y oscurosDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere de las capillasKapellen
Muziekkapellen.
A pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots la fiestaFeest
Festiviteit
Fuif
Partij religiosaGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze que allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds tenía lugarHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aan de
hand
Ik gebeurde
Ik geschiedde
Ik kwam voor
Ik viel voor
Ik was aan de
hand, los fielesGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe reunidosGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige. La ceremoniaCeremonie
Festiviteit
Plechtigheid
Plichtpleging
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had comenzadoAangebonden
Aangebroken
Aangevangen
Begonnen
Begonnen met
Ingegaan hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat a puntoPrecies goed de concluirAfleiden
Besluiten
Beëindigen
Concluderen
Een gevolgtrekking maken. Los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers que oficiabanZij/ze deden dienst
Zij/ze deelden officieel mede
Zij/ze lazen de mis
Zij/ze officieerden
en el altarAltaar mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere bajabanZij/ze daalden
Zij/ze daalden af
Zij/ze gaven korting
Zij/ze gingen naar beneden
Zij/ze gingen naar beneden
uitstappen
Zij/ze kortten
Zij/ze lieten neer
Zij/ze sloegen af
Zij/ze stapten af
Zij/ze stapten uit
Zij/ze trokken af
Zij/ze verlaagden
Zij/ze verzakten
Zij/ze zakten
Zij/ze zakten weg
Zij/ze zonken en aquelDat
Die momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip susHaar
Hun
Uw
Zijn gradasBordes
Opstapjes
Opstappen
Stoep
Treden
Treeplanken
Trees
Treeën, cubiertasBanden
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Briefomslagen
Buitenbanden
Couverten
Daken
Dekken
Donker
Donkere
Enveloppen
Gedekt
Repen
Scheepsdekken
Somber
Sombere
Strippen
Strips
Stroken
Toegedekt
Verdekken
Windselen
Windsels de alfombrasKarpetten
Kleden
Tapijten
Vloerkleden, envueltosGebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Opgerold
Verpakt en una
nubeWolk de inciensoOlibanum
Wierook azuladoBlauwachtig
Blauwachtige que se mecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wiegde
Ik wiegde lentamenteLangzaam en el aireLucht, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! dirigirseOmdraaien
Omkeren
Ronddraaien
Zich omkeren
Zich richten tot alNaar de
Naar het coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor, en dondeWaarin se oíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
Ik hoorde
Ik vernam
Ik verstond
a las religiosasGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze
Religieuzen
Religieuzes entonarEen lied aanheffen
Inzetten un salmoPsalm.
YoEgo
Ik tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook me encaminéIk begaf me
Ik begaf me op
weg
Ik stelde me in
Ik was gericht haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor aquelDat
Die sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website conDoor
Met
Per
Samen met el objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp de asomarmeTe voorschijn komen
Voor een opening vertonen
Zich beginnen te vertonen a las doblesDubbel
Dubbele
Dubbelgangers
Jij/je buigt
Jij/je buigt door
Jij/je buigt krom
Jij/je buigt om
Jij/je kromt
Jij/je plooit
Jij/je synchroniseert na
Jij/je verbuigt
Jij/je vouwt
Jij/je vouwt dubbel
Jij/je vouwt om
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige rejasAfrasteringen
Afsluitingen
Barrières
Heiningen
Hekken
Roosters
Traliehekken
Versperringen que loDe
Hem
Het
U
separabanZij/ze haalden uit elkaar
Zij/ze scheidden
Zij/ze scheidden af
Zij/ze schiftten
Zij/ze zonderden af del temploBedehuis
Godshuis
Ik hard
Ik kom op temperatuur
Ik matig me
Ik staal
Ik stem
Ik temper
Tempel. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!; meMe
Mij parecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had de conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten en la caraDe kant
De zijde a la mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon de quienWiens sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip la manoDe hand, y abriendoBeginnend
Graverend
Open makend
Opendoend
Openend
Openmakend desmesuradamente los ojosKijkers
Ogen y dilatandoDoend uitzetten la pupilaOogappel
Pupil, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
queriendoBeminnend
Houdend van
Liefhebbend
Willend prestarlaLenen
Uitlenen mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! y lucidezDuidelijkheid
Helderheid
Klaarheid, la clavéIk sloeg in en el fondoEigenlijk
Strikt genomen del coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor. AfánBemoeienis
Geploeter
Gesjouw
Hunkering
Inspanning
Moeite
Poging
Spanning
Streven
Uitrekking
Zucht inútilIjdel
Ijdele
Nutteloos
Nutteloze
Onberekend
Onberekende
Ongeschikt
Ongeschikte
Onnodig
Onnodige
Onnuttig
Onnuttige
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze: a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via
los cruzadosBastaard-
Doorkruist
Gekruist
Hybridisch
Hybridische
Kruisvaarders
Overgestoken hierrosIjzers, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige o nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht verseBlijken
Duidelijk zijn
Elkaar bezoeken
Elkaar ontmoeten
Zich laten zien. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n fantasmasFantomen
Geesten
Geestverschijningen
Schimmen
Spoken
Verschijningen blancosBlank
Blanke
Blanken
Doelen
Doelstellingen
Doelwitten
Honken
Mikpunten
Schietschijven
Schijven
Trefpunten
Wit
Witte y negrosNegers
Negros
Zwart
Zwarte
Zwarten, que se
movíanZij/ze bewogen
Zij/ze roerden
Zij/ze verroerden entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las tinieblasDonker
Donkerte
Duister
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus las queWie
Zij die luchabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze worstelde
Ik kampte
Ik streed
Ik worstelde en vanoTevergeefs el escasoGering
Geringe
Klein
Kleine
Pover
Povere
Schaars
Schaarse
Weinig
Weinige
Zeldzaam
Zeldzame resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering de algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige ciriosWaskaarsen
encendidosAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht, una prolongadaGerekt
Verlengd filaBeurt
File
Gelid
Reeks
Rij
Toerbeurt de sitialesBeleger!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegert altosAlten
Altos
Altviolen
Hoge
Hoog
Hoogten
Hoogtes
Lang
Lange
Oudste
Oudsten
Stops
Verheven y puntiagudosPuntig
Puntige
Spits
Spitse, coronadosBekroond
Gekroond de doselesDo, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware los queWie
Zij die
se adivinabanZij/ze beduidden
Zij/ze doorzagen
Zij/ze gisten
Zij/ze raadden
Zij/ze rieden
Zij/ze verwachtten
Zij/ze voorspelden
Zij/ze waarzegden
Zij/ze zegden voor
Zij/ze zeiden voor, veladasGesluierd
Gewaakt
Omsluierd por la oscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vergetelheid, las confusasBedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beschaamd
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Overtuigd
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen de las religiosasGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze
Religieuzen
Religieuzes, vestidasAangekleed
Geklede
Gekleed
Gestaan
Omkleed de luengas
ropas talaresJij/je zal in de
as leggen
Jij/je zal omhakken
Jij/je zal vellen
Jij/je zal verbranden
Jij/je zal verwoesten, un crucifijoCrucifix
Kruisbeeld alumbradoAangestoken
Belicht
Belichting
Beschenen
Verlicht
Voorgelicht por cuatro4
Vier velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen, que se destacabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel op sobre elOp de
Op het sombríoDonker
Donkere
Somber
Sombere fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste del
cuadroBed
Bloembed
Bloemperk
Chassis
Doek
Frame
Kader
Perk
Schema
Schilderij
Schildering
Schilderstuk
Tabel
Tuinbed
Vierkant comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals esosDie puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting que en los lienzosDoeken
Lijnwaden
Linnens de Rembrandt hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus palpablesTastbaar
Tastbare las
sombrasAfspiegelingen
Lommers
Schaduwbeelden
Schaduwen
Schimmen
Silhouetten
Zwemen: he aquíAlsjeblieft
Alstublieft
Hier
Kijk
Ziehier cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht distinguirBespeuren
In de smiezen krijgen
In het oog krijgen
Onderkennen
Onderscheid maken tussen
Onderscheiden
Ontwaren desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel que ocupabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Ik bekleedde
Ik besloeg
Ik betrok
Ik bewaarde
Ik bewoonde
Ik bezette
Ik hield bezig
Ik nam in beslag
Ik vervulde.
Los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers, cubiertosBedekkingen
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Bestekken
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Couverts
Donker
Donkere
Eetgereis
Gedekt
Onderdaken
Somber
Sombere
Toegedekt de susHaar
Hun
Uw
Zijn capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken pluvialesRegen- bordadasGeborduurd de oroE175
Goud
Ik bid, precedidosVoor geweest
Voorafgegaan de unosVan zo´n acólitosAcolieten
Altaardienaren que
conducíanZij/ze bestuurden
Zij/ze brachten
Zij/ze chauffeerden
Zij/ze geleidden
Zij/ze leidden
Zij/ze reden
Zij/ze reden auto
Zij/ze stuurden
Zij/ze vervoerden
Zij/ze voerden una cruzDraagjuk
Juk
Kruis
Kruisje de plataE174
Zilver y dos2
Do's
Twee
Tweede ciriales, y seguidosAangebleven
Bewandeld
Bijgehouden
Doorgegaan
Gevolgd
Opgevolgd
Voortgevloeid
Voortgezet de otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één que agitabanZij/ze agiteerden
Zij/ze hitsten op
Zij/ze roerden
Zij/ze ruiden op
Zij/ze schudden
Zij/ze stookten op
Zij/ze wonden op los incensarios
perfumandoAromatiserend
Door te parfumeren
Parfumerend el ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming, atravesandoAfleggend
Aflopend
Doorgaand
Doorkomend
Doorkruisend
Doormakend
Doortrekkend
Gaand door
Overgaand
Overlopend
Overstekend
Te boven gaand por en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van los fielesGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe, que besabanZij/ze kusten
Zij/ze zoenden susHaar
Hun
Uw
Zijn manosHanden y las orlasCartouches
Jij/je omboordt
Jij/je omzoomt
Jij/je staat langs
de susHaar
Hun
Uw
Zijn vestiduras, llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte a la rejaAfrastering
Afsluiting
Barrière
Heining
Hek
Rooster
Traliehek
Versperring del coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor.
HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs aquelDat
Die momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht distinguirBespeuren
In de smiezen krijgen
In het oog krijgen
Onderkennen
Onderscheid maken tussen
Onderscheiden
Ontwaren, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las otrasAnder
Andere
Nog één sombrasAfspiegelingen
Lommers
Schaduwbeelden
Schaduwen
Schimmen
Silhouetten
Zwemen confusasBedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beschaamd
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Overtuigd
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde
Verlegen gemaakt
Vermengd
Vernietigd
Verslagen
Verward
Verwisseld, cuálWat
Welk
Welke eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la de la virgenMaagd
Maagdelijk
Maagdelijke
Ongerept
Ongerepte
Ongeschonden
Pure
Puur
Vierge
Zuiver
Zuivere
que iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar consagrarseConsacreren
Consecreren
Inwijden
Inzegenen
Wijden
Zegenen alNaar de
Naar het SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer.
¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habéisJullie hebben
Jullie zijn vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nuncaNimmer
Nooit en esosDie últimosAchterste
Jongstleden
Laatste instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen del crepúsculoHalfdonker
Schemer
Schemerdonker
Schemering de la nocheAvond
Nacht levantarseGaan staan
Opstaan
Verrijzen
Wakker worden de las
aguasBadplaats
Jij/je begiet
Jij/je besproeit
Jij/je bevloeit
Jij/je geeft water
Jij/je giet
Jij/je lengt aan
Jij/je sproeit
Jij/je verdunt met water
Jij/je watert
Wateren
Waters de un ríoIk lach
Rivier
Stroom, del hazBedrijf!
Bos
Breng uit!
Bundel
Doe!
Maak
Maak aan!
Maak!
Richt uit!
Voer uit! de un pantanoBroek
Drasland
Moer
Moeras, de las olasBaren
Golven
Gulpen del marZee o de la profundaDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte sima de una montañaBerg
Gebergte
un jirónStrook de nieblaDamp
Floers
Mist
Nevel que flota(Het) drijft
Dobber!
Drijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dobbert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlot
Vloot
Vlot! lentamenteLangzaam en el vacíoHol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ik giet
Ik giet af
Ik haal uit
Ik hol uit
Ik ledig
Ik leeg
Ik lens
Ik licht
Ik ruim
Ingebeeld
Ingebeelde
Ledig
Ledige
Leeg
Lege
Luchtledige ruimte
Onbewoond
Onbewoonde
Onvolmaakt
Onvolmaakte
Vacuüm
Verlaten
Vruchteloos
Vruchteloze
Werkloos
Werkloze y, alternativamenteAfwisselend, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon que se
mueveBeweeg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroert
Roer!
Verroer! y andaGa te voet!
Ga voort!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelt (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kom nou!
Leg af!
Loop!
Neem deel aan!
Wandel (snel)!
Werk! y vuelaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vliegt
Vlieg! suHaar
Hun
Uw
Zijn trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak alNaar de
Naar het andarAfleggen
Deelnemen aan
Gaan
Lopen
Te voet gaan
Voortgaan
Wandelen (snel)
Werken, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds un veloFloers
Ik omsluier
Ik sluier
Ik waak
Sluier
Voile blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte prendidoOpgestoken a la cabelleraHaar de algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere silfa
invisibleOnzichtbaar
Onzichtbare, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds un fantasmaFantoom
Geest
Geestverschijning
Schim
Spook
Verschijning que se elevaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt een hoge
positie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft zich en el aireLucht, cubriendoBedekkend
Beleggend
Beschermend
Dekkend
Toedekkend susHaar
Hun
Uw
Zijn huesosBeenderen
Benen
Botten
Graten
Kernen
Knokken
Pitten
Schonken amarillosGeel
Gele conDoor
Met
Per
Samen met un sudarioDoodskleed
Lijkwade
sobre elOp de
Op het que se creeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt dat ze
zijn verBekijken
Kijken
Zien dibujarseAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen susHaar
Hun
Uw
Zijn formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen angulosasHoekig
Hoekige? PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende una alucinaciónHallucinatie
Zinsbegoocheling de eseDie z'n
Diens
Van die géneroGenre
Genrestuk
Geslacht
Handelswaar
Klasse
Stijl
Waar
Woordgeslacht
experimentéIk beleefde
Ik ervoer
Ik experimenteerde
Ik maakte door
Ik ondervond yoEgo
Ik alNaar de
Naar het mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien adelantarseVoor zijn
Voorafgaan
Vooruit steken haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la rejaAfrastering
Afsluiting
Barrière
Heining
Hek
Rooster
Traliehek
Versperring, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals desasiéndose del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste tenebroso del coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor,
aquellaDat
Die
Diegene figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte, altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven y ligerísima.
El rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se loDe
Hem
Het
U podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht verBekijken
Kijken
Zien. VinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn a colocarseAanbrengen
Aantrekken perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt delante deVoor
Vóór las velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen que alumbrabanZij/ze belichtten
Zij/ze beschenen
Zij/ze lichtten voor
Zij/ze staken aan
Zij/ze verlichtten el
crucifijoCrucifix
Kruisbeeld y suHaar
Hun
Uw
Zijn resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering, formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un nimboNimbus
Regenwolk
Stralenkrans de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting alrededor deOmheen
Ongeveer
Rondom suHaar
Hun
Uw
Zijn cabezaHoofd
Kop
Krop, la hacíanZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit
resaltarBenadrukken
Wijzen op por oscuroDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere, bañándolaHet badend en una dudosaOnzeker
Onzekere sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem.
ReinóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak boven anderen
uit un profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen; todos losAlle ojosKijkers
Ogen se fijaronZij/ze letten op
Zij/ze richtten zich op en ellaHaar
Ze
Zij, y comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan la últimaAchterste
Jongstleden
Laatste parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde de la
ceremoniaCeremonie
Festiviteit
Plechtigheid
Plichtpleging.
La abadesaAbdis, murmurandoBrommend
Kabbelend
Klaterend
Kletsend
Kwaadsprekend
Mompelend
Morrend
Mummelend
Murmelend
Ruisend algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige palabrasBewoordingen
Woorden ininteligibles, palabrasBewoordingen
Woorden que a suHaar
Hun
Uw
Zijn vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt repetíanZij/ze herhaalden
Zij/ze namen door
Zij/ze zegden na
Zij/ze zegden nog eens
Zij/ze zeiden na
Zij/ze zeiden nog eens los
sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers conDoor
Met
Per
Samen met vozInspraak
Stem
Stemgeluid sordaDoof
Dove
Houtsnip y profundaDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte, leHaar
Hem
Het
U arrancó deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze startte als
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok van las sienesSlapen la coronaHet kroonwiel de floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem que la ceñíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omsloot
Ik omsloot y la
arrojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de síJa
Jawel
Wel
Zich... ¡PobresArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem! EranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren las últimasAchterste
Jongstleden
Laatste que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had de ponerseAandoen
Aantrekken
Insmeren
Opdoen
Smeren
Worden
Zich aankleden
Zich aanstellen aquellaDat
Die
Diegene mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon, hermanaZus
Zuster
de las floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals todas lasAlle mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen.
DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens la despojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plunderde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schudde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stroopte af del veloFloers
Ik omsluier
Ik sluier
Ik waak
Sluier
Voile, y suHaar
Hun
Uw
Zijn rubiaBlond
Blonde
Krap
Mede
Meekrap cabelleraHaar se derramóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lekte comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una cascadaCascade
Gekraakt (noot)
Gepeld (ei)
Waterval de oroE175
Goud
Ik bid sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! susHaar
Hun
Uw
Zijn
espaldasRuggen y susHaar
Hun
Uw
Zijn hombrosSchouders, que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht cubrirBedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl en seguidaAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Schielijk
Subiet comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a percibirseAanvoelen
Bemerken
Geld innen
Gewaar worden
Merken
Ontvangen
Opmerken
Vermoeden
Vernemen
Waarnemen,
en mitadHelft del profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen que reinabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak boven anderen
uit
Ik heerste
Ik regeerde
Ik stak boven anderen
uit entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los fielesGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe, un chirrido metálicoMetaal-
Metalen y agudoAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige que
crispaba los nerviosNerven
Ribbels
Ribben
Zenuwen, y la magníficaBeeldschone
Beeldschoon
Briljant
Briljante
Glanzend
Glanzende
Lumineus
Lumineuze
Magnifiek
Magnifieke
Prachtig
Prachtige
Schitterend
Schitterende cabelleraHaar se desprendió deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontdeed zich van la frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde que sombreabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schaduwde
Ik arceerde
Ik schaduwde y rodaronZij/ze draaiden
Zij/ze filmden
Zij/ze namen op
Zij/ze reden
Zij/ze rolden
por suHaar
Hun
Uw
Zijn senoBaarmoeder
Bocht
Boezem
Borst
Holte
Schoot
Sinus y cayeronZij/ze geraakten
Zij/ze lieten vallen
Zij/ze verschoten
Zij/ze vervielen
Zij/ze vielen
Zij/ze vielen af
Zij/ze vielen neer alNaar de
Naar het sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens aquellosDie
Diegene rizosGroeven
Lokken
Reven que el aireLucht perfumadoGearomatiseerd
Geparfumeerd habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had besadoGekust
Gezoend tantasZo groot
Zoveel
Zovele
vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten...
La abadesaAbdis tornóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in de
oorspronkelijke staat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond terug a murmurarBrommen
Kabbelen
Klateren
Kletsen
Kwaadspreken
Mompelen
Morren
Mummelen
Murmelen
Ruisen las ininteligibles palabrasBewoordingen
Woorden; los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers las repitieronZij/ze herhaalden
Zij/ze namen door
Zij/ze zegden na
Zij/ze zegden nog eens
Zij/ze zeiden na
Zij/ze zeiden nog eens, y todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen en la iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend de cuando en cuandoAf en toe
Bij tijd en wijlen
Bij wijlen
Nu en dan
Van tijd tot tijd se oíanZij/ze hoorden
Zij/ze vernamen
Zij/ze verstonden a loDe
Hem
Het
U lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n quejidos
largosBreedvoerig
Breedvoerige
Lang
Lange
Largo's
Lengten
Lengtes
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde y temerososAngstaanjagend
Angstaanjagende
Angstig
Angstige
Angstwekkend
Angstwekkende
Bang
Bange
Beangst
Beangste
Beangstigend
Beangstigende
Beducht
Beduchte
Bevreesd
Bevreesde
Laf
Laffe
Lafhartig
Lafhartige
Vervaarlijk
Vervaarlijke
Vreesachtig
Vreesachtige. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was el vientoWind que zumbabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gonsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raasde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suisde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suizelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tuitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoemde
Ik bromde
Ik bruiste
Ik gonsde
Ik raasde
Ik snorde
Ik suisde
Ik suizelde
Ik tuitte
Ik zoemde estrellándoseMet sterren bezaaid wordend
Te pletter slaand en los ángulosHoeken de las almenasKantelen y los
torreones, y estremecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed beven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed schudden
Ik deed beven
Ik deed schudden alNaar de
Naar het pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan los vidriosGlazen
Ruiten de colorKleur de las ojivasKruisbogen
Ogieven
Spitsbogen.
EllaHaar
Ze
Zij estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat inmóvilBewegingloos
Bewegingloze
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Roerloos
Roerloze
Stationair
Stationaire
Stil
Stille, inmóvilBewegingloos
Bewegingloze
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Roerloos
Roerloze
Stationair
Stationaire
Stil
Stille y pálidaBleek
Bleke
Flets
Fletse
Pips
Pipse
Vaal
Vale comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una virgenMaagd
Maagdelijk
Maagdelijke
Ongerept
Ongerepte
Ongeschonden
Pure
Puur
Vierge
Zuiver
Zuivere de piedraHagel
Steen arrancadaAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd del nichoNiche
Nis de un claustroKloostergang
Kruisgang
góticoGotisch
Gotische.
Y la despojaronZij/ze beroofden
Zij/ze plunderden uit
Zij/ze schudden uit
Zij/ze stroopten af de las joyasBijouterieën
Juwelen
Kleinoden
Kleinodiën que leHaar
Hem
Het
U cubríanZij/ze bedekten
Zij/ze belegden
Zij/ze beschermden
Zij/ze dekten
Zij/ze dekten toe los brazosArmen y la gargantaKeel
Keelgat
Strot, y la desnudaronZij/ze kleedden uit
Zij/ze ontkleedden por últimoTenslotte de
suHaar
Hun
Uw
Zijn trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak nupcial, aquelDat
Die trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak que parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet para queOpdat
Zodat un amanteGeliefde
Maîtresse
Minnaar
Minnares rompieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrak
Ik brak
Ik brak af
Ik brak door
Ik brak stuk
Ik maakte kapot
Ik schond
Ik verbrak susHaar
Hun
Uw
Zijn brochesBroches conDoor
Met
Per
Samen met manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
trémula de emociónAandoening
Bewogenheid
Emotie
Ontroering
Roersel y cariñoGehechtheid
Genegenheid
Liefde
Toewijding
Zorg. El esposoEchtgenoot
Gemaal
Man místico aguardabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik wachtte
Ik wachtte af a la esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw. ¿DóndeWaar
Waarheen? Más alláLangs
Voorbij de la
muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden, abriendoBeginnend
Graverend
Open makend
Opendoend
Openend
Openmakend sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker la losaBetegel de vloer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betegelt de vloer
Tegel del sepulcroGraf
Groeve y llamándola a traspasarloDoorgeven
Overbrengen, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals traspasaGeef door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft door la esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw
tímidaBedeesd
Bedeesde
Beschroomd
Beschroomde
Bevangen
Schroomvallig
Schroomvallige
Schuchter
Schuchtere
Schuw
Schuwe
Timide
Verlegen
Vreesachtig
Vreesachtige el umbralDorpel
Drempel del santuarioHeiligdom
Schrijn de los amoresAffecties
Grote stekelnoot
Late stekelnoot
Liefden
Liefdes
Minnen
Oeverstekelnoot
Stekelnoot nupciales, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl ellaHaar
Ze
Zij cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer alNaar de
Naar het sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem desplomadaDe loodrechte stand gedaan
verliezen
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un cadáverKadaver
Kreng
Lijk. Las religiosasGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze
Religieuzen
Religieuzes arrojaronZij/ze gooiden
Zij/ze gooiden uit
Zij/ze smeten
Zij/ze smeten uit
Zij/ze wierpen uit, como siAlsof fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land, sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! suHaar
Hun
Uw
Zijn cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf puñados de floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem,
entonandoEen lied aanheffend
Inzettend una salmodiaKoraalgezang tristísima; se alzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam in opstand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze muitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rebelleerde un murmulloGemompel
Gemurmel
Geprevel
Geroezemoes de entreOp
Uit
Van la multitudDrom
Menigte
Schare, y los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers, conDoor
Met
Per
Samen met
susHaar
Hun
Uw
Zijn vocesInspraken
Stemgeluiden
Stemmen profundasDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte y huecasDenkbeeldig
Denkbeeldige
Fantasierijk
Fantasierijke
Fantastisch
Fantastische
Hersenschimmig
Hersenschimmige
Hol
Holle
Ideëel
Ideële
Ijdel
Ijdele
Imaginair
Imaginaire
Ingebeeld
Ingebeelde
Ingevallen
Verdicht
Verdichte
Verwaand
Verwaande, comenzaronZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan el oficio deIk treed op als difuntosGestorven
Overleden
Overledenen, acompañadosBegeleid
Geaccompagneerd
Meegegaan
Meegelopen
Vergezeld de esosDie
instrumentosInstrumenten
Middelen
Werktuigen que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que lloranZij/ze bejammeren
Zij/ze betreuren
Zij/ze bewenen
Zij/ze huilen
Zij/ze krijten
Zij/ze schreien
Zij/ze wenen, aumentandoAangroeiend
Aanwakkerend
Doend toenemen
Groeiend
Sterker wordend
Stijgend
Toenemend
Vergrotend
Verhogend
Vermeerderend el hondoDiep
Diepe temorAngst
Beduchtheid
Vrees que inspiranZij/ze bezielen
Zij/ze boezemen in
Zij/ze inspireren de por síJa
Jawel
Wel
Zich las terriblesVerschrikkelijk
Verschrikkelijke
palabrasBewoordingen
Woorden que pronuncian.
-Zij/ze spreken
Zij/ze spreken uit
Zij/ze uiten¡De profundis clamavi ad TeJe
Jou! -decíanZij/ze gaven op
Zij/ze spraken
Zij/ze zegden
Zij/ze zeiden las religiosasGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze
Religieuzen
Religieuzes desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste del coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor conDoor
Met
Per
Samen met vocesInspraken
Stemgeluiden
Stemmen plañideras y
dolientes.
-Pijnlijk
Pijnlijke¡Dies irae, dies illa! -leHaar
Hem
Het
U contestabanZij/ze antwoordden
Zij/ze antwoordden op
Zij/ze beantwoordden
Zij/ze verantwoordden los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers conDoor
Met
Per
Samen met ecoEcho
Nagalm
Naklank
Weerklank atronador y profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte y en tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer las
campanasAfzuigkappen
Klokken
Stolpen tañíanZij/ze bespeelden
Zij/ze trommelden lentamenteLangzaam tocandoAankomend
Aanrakend
Aanroerend
Aanzittend
Beroerend
Gaand
Kleppend
Klinkend
Overgaand
Rakend
Slaand
Spelend
Toucherend
Uitvoerend
Voorspelend a muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht, y de campanadaKlokslag
Lawaai a campanadaKlokslag
Lawaai se oíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
Ik hoorde
Ik vernam
Ik verstond vibrarTrillen
Vibreren el
bronceBrons conDoor
Met
Per
Samen met un zumbidoBrommen
Bruisen
Gonzen
Razen
Snorren
Suizelen
Suizen
Tuiten
Zoemen extrañoBuitenlands
Buitenlandse
Eigenaardig
Eigenaardige
Gek
Gekke
Ik ban
Ik bevreemd
Ik houd van de
deur
Ik laak
Ik maak aanmerking op
Ik verbaas
Ik verban
Ik vind vreemd
Onwennig
Onwennige
Raar
Rare
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige
Wonderlijk
Wonderlijke y lúgubreAkelig
Akelige
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Vervelend
Vervelende.
YoEgo
Ik estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat conmovidoAangedaan
Aangedane
Aangegrepen
Bewogen
Geroerd
Geroerde
Geëmotioneerd
Geëmotioneerde
Ontroerd
Ontroerde; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, conmovidoAangedaan
Aangedane
Aangegrepen
Bewogen
Geroerd
Geroerde
Geëmotioneerd
Geëmotioneerde
Ontroerd
Ontroerde noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank; aterradoAngst ingeboezemd. CreíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende presenciarAanwezig zijn bij
Bijwonen
Getuige zijn van
Tegenwoordig zijn bij una cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak sobrenaturalBovennatuurlijk
Bovennatuurlijke, sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen
como queAangezien
Alsof meMe
Mij arrancabanZij/ze brachten op gang
Zij/ze braken af
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen weg
Zij/ze haalden uit
Zij/ze kregen aan de
praat
Zij/ze ontlokten
Zij/ze plukten
Zij/ze plukten af
Zij/ze reten
Zij/ze rukten af
Zij/ze rukten uit
Zij/ze scheurden
Zij/ze scheurden weg
Zij/ze stapten op
Zij/ze startten
Zij/ze tapten
Zij/ze togen
Zij/ze trokken
Zij/ze trokken te voorschijn
Zij/ze trokken uit
Zij/ze vertrokken
Zij/ze zetten aan algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat precisoIk heb nodig
Juist
Juiste
Minutieus
Minutieuze
Precies
Precieze
Scherp
Scherpe
Secure
Secuur
Stipt
Stipte
Zorgvuldig
Zorgvuldige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn vidaHachje
Leven, y que a miMi
Mijn alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom se formabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormde
Ik formeerde
Ik ging aan
Ik paradeerde
Ik praalde
Ik prijkte
Ik pronkte
Ik vormde el vacíoHol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ik giet
Ik giet af
Ik haal uit
Ik hol uit
Ik ledig
Ik leeg
Ik lens
Ik licht
Ik ruim
Ingebeeld
Ingebeelde
Ledig
Ledige
Leeg
Lege
Luchtledige ruimte
Onbewoond
Onbewoonde
Onvolmaakt
Onvolmaakte
Vacuüm
Verlaten
Vruchteloos
Vruchteloze
Werkloos
Werkloze;
pensabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Ik dacht que acababaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte uit
Ik besloot
Ik beëindigde
Ik eindigde
Ik gebruikte op
Ik maakte af
Ik maakte op
Ik maakte uit
Ik sloot af
Ik teerde op
Ik verbruikte
Ik verdeed
Ik verklungelde
Ik verkwistte
Ik vermorste
Ik verspilde
Ik voleindigde
Ik werkte af
Ik werkte uit de perderKwijtraken
Mislopen
Missen
Opgeven
Verbeuren
Verkwisten
Verliezen
Verspelen algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un padrePater
Vader, una madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding o una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief, y sentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar
Ik gevoelde
Ik merkte
Ik voelde
Ik voelde aan
Ik werd gewaar eseDat
Die
inmensoInmens
Inmense
Onbegrensd
Onbegrensde
Oneindig
Oneindige
Onmetelijk
Onmetelijke
Onnoemelijk
Onnoemelijke
Zeer uitgebreid desconsueloIk bedroef
Ik maak mistroostig
Ik maak ontroostbaar
Ik maak troosteloos que dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden por dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin pasaAangegeven
Aangereikt
Breng door!
Doorgebracht
Doorgelaten
Ga langs!
Ga over!
Ga voorbij!
Gebeur!
Gebeurd
Geef aan!
Gepasseerd
Haal in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstrijkt
Ingehaald
Kom langs!
Kom om!
Laat door!
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkom!
Overkomen
Passeer!
Reik aan!
Rozijn
Steek over!
Verdreven
Verdrijf!
Verga!
Vergaan
Verloop!
Verlopen
Verstreken
Verstrijk!
Voorbijgegaan, desconsueloIk bedroef
Ik maak mistroostig
Ik maak ontroostbaar
Ik maak troosteloos sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se puedeMen kan
pintarAfschilderen
Beschilderen
Schilderen
Uitschilderen
Verven y que sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen concebirBevatten
Een begrip vormen
Ontvangen
Zwanger worden los queWie
Zij die loDe
Hem
Het
U hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig...
AúnNog
Nog altijd
Nog steeds estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat clavadoGeschikt
Geschikte
Ingeslagen
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Vastgepind
Vastgepinde
Vastgespijkerd
Vastgespijkerde en aquelDat
Die lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel, conDoor
Met
Per
Samen met los ojosKijkers
Ogen extraviadosGedaan dwalen
Van de weg afgebracht
Verlegd
Weggemaakt, temblorososBevend
Bevende
Trillend
Trillende y fuera deBehalve
Buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit
Ongerekend míMe
Mij, cuandoAls
Tijdens
Wanneer la
nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws religiosaGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze se incorporóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad in dienst del sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem. La abadesaAbdis la vistióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond el hábitoGebruik
Gewoonte
Habitus
Usance, las monjasNonvlinders tomaronZij/ze accepteerden
Zij/ze dronken
Zij/ze gebruikten
Zij/ze kregen binnen
Zij/ze namen
Zij/ze namen aan
Zij/ze namen af
Zij/ze namen in
Zij/ze nuttigden
Zij/ze ontvingen
Zij/ze pakten
Zij/ze raapten op
Zij/ze slikten in
Zij/ze sloegen in
Zij/ze snoven op
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan en susHaar
Hun
Uw
Zijn
manosHanden velasJij/je omsluiert
Jij/je sluiert
Jij/je waakt
Kaarsen
Zeilen encendidasAangedaan
Aangemaakt
Aangestoken
Aangezet
Belicht
Brandend
Brandende
Gebrand
Gedaan ontbranden
Gestookt
Het licht aangedaan
Het licht aangestoken
Ontstoken
Verbrand
Verlicht
Voorgelicht y formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend dos2
Do's
Twee
Tweede largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde hilerasBeurten
Files
Gelederen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten la condujeronZij/ze bestuurden
Zij/ze brachten
Zij/ze chauffeerden
Zij/ze geleidden
Zij/ze leidden
Zij/ze reden
Zij/ze reden auto
Zij/ze stuurden
Zij/ze vervoerden
Zij/ze voerden comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals en procesiónOmgang
Optocht
Processie
Stoet haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste del coroCoro
Koor
Rei
Zangkoor.
AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las sombrasAfspiegelingen
Lommers
Schaduwbeelden
Schaduwen
Schimmen
Silhouetten
Zwemen, viIk bekeek
Ik keek
Ik zag brillarBlinken
Glanzen
Glimmen
Schijnen
Schitteren un rayoEen spaak de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting; eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was la puertaDeur
Poort
Portier claustral que se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige. AlNaar de
Naar het
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el pieIk kwetterde
Ik piepte
Ik sjilpte
Ik tjilpte
Poot
Voet en suHaar
Hun
Uw
Zijn dintelDwarsbalk
Latei, la religiosaGelovig
Gelovige
Godsdienstig
Godsdienstige
Religieus
Religieuze se volvióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om por la vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt últimaAchterste
Jongstleden
Laatste haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el altarAltaar. El resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering de
todas lasAlle lucesJij/je blinkt
Jij/je glanst
Jij/je schijnt
Jij/je schittert
Kozijnen
Lichten
Schietgaten
Schijnsels
Vensternissen
Verlichtingen la iluminóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illumineerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lichtte voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlichtte de prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast y pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht verleBekijken
Kijken
Zien el rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet. AlNaar de
Naar het mirarloAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien tuve queIk behoorde
Ik diende
Ik hoorde
Ik moest ahogarNeerslaan
Onderdrukken
Smoren
Stikken
Verdrinken
Verkroppen
Verstikken un gritoIk balk
Ik blaat
Ik brul
Ik gier
Ik grom
Ik hinnik
Ik joel
Ik jouw uit
Ik loei
Ik roep
Ik schreeuw
Kreet
Roep
Schreeuw. YoEgo
Ik
conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende a aquellaDat
Die
Diegene mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon: noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nuncaNimmer
Nooit, peroDoch
Echter
Maar la conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende de haberlaHet te hebben contempladoBeschouwd
Gekoekeloerd en
sueñosDromen
Slapen; eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de esosDie seresWezenlijkheden
Wezens que adivinaBeduid!
Doorzie!
Gis!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorspelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarzegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt voor
Raad!
Verwacht!
Voorspel!
Waarzeg!
Zeg voor! el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel o los recuerdaDenk eraan
Herdenk!
Herinner!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet nog
Onthoud!
Weet nog! acasoToeval
Toevalligheid de otroAnder
Andere
Nog een
Nog één mundoAardrijk
Wereld mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever del
que, alNaar de
Naar het descenderAfdalen
Afstammen
Dalen
Naar beneden gaan
Neerdalen
Uitstappen
Zinken a ésteDeze
Dit, algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pierden(Zij) verliezen
Zij/ze geven op
Zij/ze lopen mis
Zij/ze missen
Zij/ze raken kwijt
Zij/ze verbeuren
Zij/ze verkwisten
Zij/ze verliezen
Zij/ze verspelen del todoGeheel la memoriaAandenken
Aantekening
Gedenkdienst
Gedenkteken
Geheugen
Herinnering
Herinneringsvermogen
Memorie
Nagedachtenis
Uiteenzetting
Verhandeling.
DiGeef op!
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
Spreek!
Zeg! dos2
Do's
Twee
Tweede pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit!: quiseIk beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou llamarlaAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor, quiseIk beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou gritarBalken
Blaten
Brullen
Gieren
Grommen
Hinniken
Joelen
Loeien
Roepen
Schreeuwen
Uitjouwen; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!; rne acometióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel aan comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un vértigoDraaierigheid
Duizeligheid
Duizeling
Vertigo; peroDoch
Echter
Maar en
aquelDat
Die instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip la puertaDeur
Poort
Portier claustral se cerróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot zich... paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend. Se agitaronZij/ze wuifden las campanillasAkkerwinden
Akkerwindes
Bellen
Goudpapavers
Huigen
Klokken
Luchtbellen
Rinkelbellen
Schellen
Slaapmutsjes
Wildemanskruiden
Winde, los
sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers alzaronZij/ze beurden
Zij/ze haalden op
Zij/ze hieven
Zij/ze richtten op
Zij/ze tilden
Zij/ze trokken omhoog
Zij/ze verhieven
Zij/ze verhoogden un ¡Hosanna.-Hosanna, subieronZij/ze beklommen
Zij/ze bestegen
Zij/ze brachten naar boven
Zij/ze droegen naar boven
Zij/ze gingen naar boven
Zij/ze gingen omhoog
Zij/ze gingen op
Zij/ze klommen
Zij/ze kwamen op
Zij/ze rezen
Zij/ze stapten in
Zij/ze stapten in de
trein
Zij/ze stegen
Zij/ze stonden op
Zij/ze verrezen
Zij/ze wiesen por el aireLucht nubesWolken de inciensoOlibanum
Wierook, el órganoOrgaan
Orgel arrojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit un
torrenteBergstroom
Stroom
Vloed de atronadora armoníaEendracht
Harmonie
Samenklank por susHaar
Hun
Uw
Zijn cien100
Honderd bocasBekken
Monden
Mondingen
Snaters de metalMetaal y las campanasAfzuigkappen
Klokken
Stolpen de la torreToren comenzaronZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan
a repicarBeieren
Klepperen
Luiden, volteandoBuitelend
Draaiend
Duikelend
Kerend
Kopje duikelend
Omdraaiend
Ronddraaiend
Voltigerend
Wendend
Wentelend
Zwenkend conDoor
Met
Per
Samen met una furiaFurie
Wraakgodin espantosaVerschrikkelijk
Verschrikkelijke.
AquellaDat
Die
Diegene alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde locaDol
Dolzinnig
Dolzinnige
Dolle
Gek
Gekke
Krankzinnig
Krankzinnige
Stapel
Stapele
Uitzinnig
Uitzinnige
Waanzinnig
Waanzinnige y ruidosaLawaaierig
Luidruchtig
Luidruchtige
Rumoerig
Rumoerige me erizabaIk richtte op
Ik werd onrustig
Ik zette overeind los cabellosDuivelsnaaigaren
Haren
Klein warkruid. VolvíIk draaide
Ik draaide om
Ik draaide rond
Ik ging terug
Ik ging weer
Ik keerde
Ik keerde terug
Ik keerde weder
Ik kwam terug
Ik kwam weder
Ik kwam weerom
Ik liep terug
Ik trok terug
Ik wendde
Ik wentelde
Ik zwenkte los ojosKijkers
Ogen a miMi
Mijn alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom, buscandoAfhalend
Gaand halen
Halend
Ophalend
Opzoekend
Snorrend
Uitkijkend
Uitziend
Zoekend los
padresOuderpaar
Ouders
Paters
Vaders, la familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin, huérfanosWees-
Wezen de aquellaDat
Die
Diegene mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand.
-Tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten en el mundoAardrijk
Wereld -dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht contenerAfhouden
Bedwingen
Behelzen
Beteugelen
Betomen
Bevatten
Houden
Impliceren
In toom houden
Inhouden
Intomen
Onthouden
Onttrekken
Vervatten
Weghouden una lágrima.
-Traan¡DiosGod
Godheid teJe
Jou dé enHaalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Ik haal
Ik raak
Ik sla in
Ik teister
Ik tref
Raakt u!
Slaat u in!
Teistert u!
Treft u! el claustroKloostergang
Kruisgang la felicidadHet geluk que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dado enGehaald
Geraakt
Geteisterd
Getroffen
Ingeslagen el mundoAardrijk
Wereld! -exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens
una viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat a miMi
Mijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant, y sollozabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snikte
Ik snikte y gemíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuchtte
Ik kermde
Ik klaagde
Ik zuchtte agarradaAangegrepen
Beetgenomen
Beetgepakt
Bemachtigd
Dicht tegen elkaar aan
geplakt
Gegrepen
Gepakt
Gevat
Opeengepakt
Opeengepakte
Ruzie
Vastgegrepen
Vastgehouden
Vastgepakt a la reja.
-Afrastering
Afsluiting
Barrière
Heining
Hek
Rooster
Traliehek
Versperring¿La conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet! ustedGij
U? -la pregunté.
-Ik vraagde
Ik vroeg¡Pobrecita! SíJa
Jawel
Wel
Zich, la conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende. Y -la heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta nacerGeboren worden
Ontluiken
Ontstaan
Spruiten y se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed en misMi's
Mijn brazosArmen.
-Y, ¿por quéWaarom profesaBeloof plechtig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belooft plechtig?
-PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl se vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was duidelijk solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten en el mundoAardrijk
Wereld. SuHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader y suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding murieronZij/ze gingen dood
Zij/ze overleden
Zij/ze stierven
Zij/ze verscheidden
Zij/ze versmachtten en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve díaDag
Etmaal, del cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid, haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de un añoJaar. AlNaar de
Naar het verlaBekijken
Kijken
Zien huérfanaWees- y desvalidaHulpeloos
Hulpeloze, el señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer deánDeken leHaar
Hem
Het
U dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende el doteBegiftigt u!
Bruidsschat
Gave
Geeft u mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiftigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft mee
Huwelijksgift
Ik begiftig
Ik geef mee para queOpdat
Zodat profesaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloofde plechtig
Ik beloofde plechtig;
y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds veisJullie bekijken
Jullie kijken
Jullie zien... ¿QuéWat
Welke habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had de hacer?
-Aanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren¿Y quiénWie eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was ellaHaar
Ze
Zij?
-HijaDochter del administradorAdministrateur
Beheerder
Bestuurder
Manager
Zetbaas del condeGraaf C***, al cualWaaraan servíIk bediende
Ik bewees een dienst
Ik deugde
Ik diende
Ik diende op
Ik hielp
Ik kaartte aan
Ik serveerde
Ik was geschikt
Ik was van dienst y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs suHaar
Hun
Uw
Zijn muerte.
-Dood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden¿DóndeWaar
Waarheen vivíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde
Ik leefde
Ik woonde?
CuandoAls
Tijdens
Wanneer oíIk hoorde
Ik vernam
Ik verstond el nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam de la calleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijgt
Ik verzwijg
Ik zwijg
Straat
Verzwijgt u!
Zwijgt u!, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht contenerAfhouden
Bedwingen
Behelzen
Beteugelen
Betomen
Bevatten
Houden
Impliceren
In toom houden
Inhouden
Intomen
Onthouden
Onttrekken
Vervatten
Weghouden una exclamaciónUitroep de sorpresaBetrappen
Bevreemding
Snappen
Surprise
Treffen
Verbaasdheid
Verbazen
Verbazing
Verrassen
Verrassing
Verwondering.
Un hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting, eseDat
Die hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin de luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting que se extiendeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt zich uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt zich uit
Men strekt uit rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la ideaBegrip
Benul
Besef
Denkbeeld
Gewaarwording
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt een denkbeeld
omtrent
Idee
Inzicht
Notie
Opvatting
Voorstelling
Vorm een denkbeeld omtrent! y brillaBlink!
Glans!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glanst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schittert
Schijn!
Schitter! en la oscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vergetelheid y la
confusiónVerwardheid
Verwarring de la menteGeest
Verstand, y reúneConcentreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concentreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzamelt
Hoop op!
Hoop opeen!
Stapel op!
Stapel opeen!
Stapel!
Verenig!
Verzamel! los puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus distantesVer
Verre y los relacionaCombineer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze combineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt
Verbind! entre síOnderling de un modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
maravillosoMaravilloso
Prachtig
Prachtige
Wonderbaarlijk
Wonderbaarlijke
Wonderlijk
Wonderlijke, atóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbond misMi's
Mijn vagosDaklozen
Landlopers
Onbestemd
Onbestemde
Onnauwkeurig
Onnauwkeurige
Vaag
Vage
Vagebonden
Vrachtzoekers
Wollig
Wollige
Zwervers recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs, y todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U comprendíIk begreep
Ik besefte
Ik bevatte
Ik omvatte
Ik snapte
Ik vatte
Ik verstond o creíIk dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende comprenderloBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan.
EstaDeze
Dit fechaDagteken!
Dagtekening
Dateer!
Datering
Datum
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dagtekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la escribíIk componeerde
Ik schiep
Ik schreef
Ik schreef neer
Ik schreef uit en ninguna parteIn geen velden of
wegen
Nergens. DigoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte: la llevoIk bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer escritaGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven en un
sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website en queWaarin nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que yoEgo
Ik la puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt leerLezen y de dondeVan waar
Waarvandaan noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se borraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vervagen nuncaNimmer
Nooit. AlgunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten,
recordandoHerdenkend
Herinnerend
Nog wetend
Onthoudend estosDeze
Dezen sucesosBelevenissen
Evenementen
Feiten
Gebeurden
Gebeurtenissen
Voorgevallenen, hoyHeden
Vandaag mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve alNaar de
Naar het consignarlosBijboeken
Boeken
Inschrijven
Registreren aquíAlhier
Hier, me heIk gedraag me
Ik krijg het met
iemand aan de stok
Ik meet me met
iemand preguntadoGevraagd: algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander díaDag
Etmaal, en esaDat
Die
horaTijd
Uur misteriosaOccult
Occulte del crepúsculoHalfdonker
Schemer
Schemerdonker
Schemering, cuandoAls
Tijdens
Wanneer el suspiroIk hunker
Ik kreun
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Verzuchting
Zucht de la brisaBriesje
Zuchtje de primaveraLente
Sleutelbloem
Stengelloze primula
Stengelloze sleutelbloem
Voorjaar, tibioLauw
Lauwe
Zoel
Zoele y cargadoBeladen
Belast
Berekend
Bestormd
Gegeid
Geladen
Geërgerd
In rekening gebracht
Ingeladen
Opgegeid
Tegengestaan
Vermoeid
Verveeld de
aromasAroma's
Boeketten
Geuren, penetraBegrijp!
Ben vinnig!
Bevat!
Doordring!
Doorgrond!
Doorzie!
Dring binnen!
Dring door tot het
diepst van de ziel!
Dring door tot op
merg en been!
Dring door!
Dring in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doordringt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgrondt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door tot
het diepst van de ziel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door tot
op merg en been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is vinnig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt door
Trek door! hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs en el fondoEigenlijk
Strikt genomen de los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus apartadosAfgehouden
Afgelegen
Afgescheiden
Afgezonderd
Alinea's
Apart
Aparte
Gescheiden
Geschift
Geïsoleerd
Geïsoleerde
Onthouden
Onttrokken
Opzij geschoven
Postbussen
Weggehaald
Weggehouden
Weggezet retiros, llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una ráfagaRukwind
Vuurstoot
Windstoot
Windvlaag de
recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs del mundoAardrijk
Wereld, solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten, perdidaGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Schadepost
Verbeurd
Verkwist
Verlies
Verloren
Vermissing
Verspeeld
Vervlogen en la penumbraDuister
Halfschaduw
Schemerdonker de un claustroKloostergang
Kruisgang góticoGotisch
Gotische, la manoDe hand en la mejillaKoon
Wang, el
codoElleboog apoyadoGerugsteund
Geschraagd
Gestaafd
Gesteund
Gestut
Ondersteund en el alféizarVensterbank de una ojivaKruisboog
Ogief
Spitsboog, ¿habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben exhaladoGeslaakt
Geuit
Uitgeademd
Uitgedampt
Uitgewasemd un suspiroIk hunker
Ik kreun
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Verzuchting
Zucht algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon alNaar de
Naar het cruzarDoorkruisen
Kruisen
Oversteken suHaar
Hun
Uw
Zijn
imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht la memoriaAandenken
Aantekening
Gedenkdienst
Gedenkteken
Geheugen
Herinnering
Herinneringsvermogen
Memorie
Nagedachtenis
Uiteenzetting
Verhandeling de estasDeze
Dezen fechasDagtekeningen
Data
Dateringen
Datums
Jij/je dagtekent
Jij/je dateert? ¡QuiénWie sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet!!
¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! Y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is suspiradoGehunkerd
Gekreund
Gereikhalsd
Gesmacht
Gezucht
Gezucht naar
Verlangd, ¿dóndeWaar
Waarheen estará(Het/hij/zij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zitten eseDat
Die suspiroIk hunker
Ik kreun
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Verzuchting
Zucht?
El ContemporáneoActueel
Actuele
Eigentijds
Eigentijdse
Gelijktijdig
Gelijktijdige
Hedendaags
Hedendaagse
Huidig
Huidige
Modern
Moderne
Simultaan
Simultane
Tegenwoordig
Tegenwoordige 2020
Twintig, 2222
Tweeëntwintig y 2424
Vierentwintig de julioHooimaand
Joule
Juli, 1862
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |