PeroDoch
Echter
Maar los salmistas, que eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren cincuenta50
Vijftig, todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle ellosHen
Ze
Zij
fornidosGespierd
Gespierde
Grofgebouwd
Grofgebouwde
Krachtig
Krachtige, guiadosDe weg gewezen
Geleid
Rondgeleid por el inspiradoBezield
Geïnspireerd
Ingeboezemd Séguier y anhelososZuchten
de muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden, habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij la puertaDeur
Poort
Portier de
la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, intimando la rendiciónGeven
Overgave de todosAller-
Ieders susHaar
Hun
Uw
Zijn moradores.
El arcipresteHogepriester
Opperpriester respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk conDoor
Met
Per
Samen met arrogancias de
empedernidoVerstokt
Verstokte perseguidorAchtervolger
Vervolger, y mandóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beval
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze commandeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelastte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde het bevel a susHaar
Hun
Uw
Zijn soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
que dispararanZij/ze paften
Zij/ze schoten
Zij/ze vuurden contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus la turbaBreng van zijn stuk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt van zijn
stuk
Turf. Un encamisado1 cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht por la descargaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laadt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laadt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontlaadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontscheept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft af
Laad af!
Laad uit!
Los!
Ontlaad!
Ontscheep!
Reageer af!
Schiet af!
Schrijf af!, y entoncesDan
Dus
Toen los demásDe anderen
arremetieron aZij/ze stormden los op hachazos contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus la puertaDeur
Poort
Portier, que hicieronZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit
saltarBarsten
Een sprong doen
In de lucht springen
In het oog springen
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Te binnen schieten
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren
Van een hoogte springen del todoGeheel conDoor
Met
Per
Samen met una vigaBalk
Onderlegger
Ribbe de maderaHouten
Van hout, a modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
de palancaHefboom
Koevoet
Spaak
Zwengel, allanaronZij/ze effenden
Zij/ze maakten effen
Zij/ze maakten met de
grond gelijk
Zij/ze onderwierpen
Zij/ze pacificeerden
Zij/ze sloopten el pisoDe onderste richel (?) bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware, libertaronZij/ze bevrijdden
Zij/ze hielpen af
Zij/ze lieten los
Zij/ze lieten vrij
Zij/ze maakten vrij
Zij/ze verlosten a los
presosGevangenen
Opgestoken, y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals hallaronZij/ze bevonden
Zij/ze namen waar
Zij/ze ontmoetten
Zij/ze troffen
Zij/ze troffen aan
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de éstosDeze en el hoyoGat
Hol
Holte
Kuil
Put
estercolero, subióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besteeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in de
trein
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wies de puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot suHaar
Hun
Uw
Zijn furiaFurie
Wraakgodin contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus Chayla y
trataronZij/ze bejegenden
Zij/ze beredeneerden
Zij/ze betitelden
Zij/ze dreven handel
Zij/ze gingen om met
Zij/ze hadden in handen
Zij/ze handelden
Zij/ze handelden over
Zij/ze hanteerden
Zij/ze maakten in orde
Zij/ze maakten uit
Zij/ze poogden
Zij/ze probeerden
Zij/ze scholden uit
Zij/ze spraken aan
Zij/ze trachtten
Zij/ze verzorgden
Zij/ze zetten uiteen por reiteradasDoorgenomen
Herhaald
Nagezegd embestidasVoorwaarts gestormd
Zich geworpen op de entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan en el
piso altoBovenhuis
Bovenverdieping. PeroDoch
Echter
Maar el arcipresteHogepriester
Opperpriester habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend la absoluciónAbsolutie
Absolveren
Vrijspraak
Vrijspreken
a suHaar
Hun
Uw
Zijn genteLieden
Lui
Mensen
Volk que defendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam op voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdedigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verweerde
Ik kwam op voor
Ik verdedigde
Ik verweerde conDoor
Met
Per
Samen met denuedo la escaleraLadder
Opgang
Trap.
El profetaProfeet
Voorspeller
Voorzegger
Ziener Séguier exclamóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet de prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast:
¡HijosKinderen
Zonen
Zoons de DiosGod
Godheid! tenedHeb!
Houd bij!
Houd erop na!
Houd vast!
Houd! las manosDe handen. QuememosLaten we afbranden
Laten we branden
Laten we verbranden
Laten we verschroeien
Wij/we branden
Wij/we branden af
Wij/we verbranden
Wij/we verschroeien la
casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! conDoor
Met
Per
Samen met el sacerdoteGeestelijke
Pastoor
Pastor
Priester
Priesteres
Zielzorger y los satélitesSatellieten
Trawanten de BaalBaäl.
El fuegoVuur prendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak op rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug. DesdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit una ventanaRaam
Venster,
Chayla y los suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u se descolgaronZij/ze haakten af
Zij/ze haakten los alNaar de
Naar het jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin por
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling de sábanasLakens lanudadas. AlgunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige lograronZij/ze behaalden
Zij/ze bereikten
Zij/ze haalden in
Zij/ze kwamen door
Zij/ze reikten tot
Zij/ze slaagden
Zij/ze slaagden erin
Zij/ze slaagden in
Zij/ze slaagden voor
Zij/ze speelden klaar escaparOntgaan
Ontkomen
Ontsnappen
a travésBorstwering
Dwarsbalk
Dwarste
Ongeluk
Schuinte
Stutbalk
Tegenspoed del ríoDel rio, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware las balasBalen
Jij/je balkt
Jij/je blaat
Jij/je brult
Jij/je gromt
Jij/je hinnikt
Jij/je loeit
Jij/je mekkert
Jij/je schreeuwt
Kogels de los revoltosos;
peroDoch
Echter
Maar el arcipresteHogepriester
Opperpriester se cayóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd afvallig en la huidaGevlucht
Ontsnapt
Weggelopen, quebrándose
una piernaBeen
Bout
Onderbeen
Poot
Schenkel
Schenkelvlees por el musloBout
Bovenbeen
Dij, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que arrastrarseKruipen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la tapiaMuur. ¿QuéWat
Welke pensaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou denken
Ik zou denken de la
proximidadNabijheid
Proximiteit de aquelDat
Die segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede martirioMartelaarschap? EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un poPo
11
Een Se lesHen
Hun
U conocióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist en adelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit! conDoor
Met
Per
Samen met esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl aquellaDat
Die
Diegene
nocheAvond
Nacht iban(Ze) gingen
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gingen
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren conDoor
Met
Per
Samen met la camisaCylindervoering
Hemd
Overhemd
Shirt puestaAan de praat gekregen
Aandoen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Inschakelen
Insmeren
Leggen
Neergelegd
Neergezet
Neerleggen
Neerzetten
Op gang gebracht
Opbrengen
Opdoen
Opgebracht
Opgelegd
Opleggen
Plaatsen
Smeren
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Worden
Zetten encimaBovendien
Er bovenop del trajeDracht
Gewaad
Ik bezorgde
Ik bracht
Ik bracht aan
Ik bracht mee
Ik droeg aan
Ik nam mee
Kostuum
Pak. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig loDe
Hem
Het
U
refierenZij/ze berichten
Zij/ze brengen verslag uit
Zij/ze citeren
Zij/ze melden
Zij/ze noemen
Zij/ze refereren
Zij/ze verhalen
Zij/ze verslaan
Zij/ze vertellen algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige historiadoresGeschiedkundigen
Geschiedschrijvers
Historici. (N. del T.)
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
bre fatuo, llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de odioHaat
Ik haat, que segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals susHaar
Hun
Uw
Zijn creenciasGeloven
Overtuigingen
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had cumplidoCompliment
Gadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Plichtpleging
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen resueltamente conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn deberBehoren te
Dienen
Horen
In de schuld staan
Moeten
Plicht
Schuld
Schuldig zijn
Te danken hebben
Verplicht zijn om te
Verplichting
Verschuldigd zijn en las
CevenasCevennen y en ChinaChina
Chinees
Chinese. PeroDoch
Echter
Maar al menosAlthans
Tenminste supoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist decirOpgeven
Spreken
Zeggen algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
en suHaar
Hun
Uw
Zijn defensaAfweer
Bescherming
Defensie
Verdedigen
Verdediging
Verweer
Verweren; porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl alNaar de
Naar het derrumbarseInstorten
Inzakken
Verzakken la techumbreDak
Kap
Overkapping
envueltaGebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Opgerold
Verpakt en llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur, la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting del incendioBrand
Ik steek in brand
Vuurzee delatóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verraadde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verried suHaar
Hun
Uw
Zijn refugioAsiel
Berghut
Heenkomen
Ik breng in veiligheid
Ik neem op
Ik verleen onderdak aan
Schuilplaats
Toeverlaat
Toevlucht
Toevluchtsoord
Vrijplaats,
y los encamisadosBekleed cayeronZij/ze geraakten
Zij/ze lieten vallen
Zij/ze verschoten
Zij/ze vervielen
Zij/ze vielen
Zij/ze vielen af
Zij/ze vielen neer sobréIk bleef over
Ik ging te boven
Ik hield over
Ik overtrof
Ik was in overvloed
aanwezig
Ik was te veel élHem
Hij y la llevaronZij/ze berekenden
Zij/ze brachten
Zij/ze brachten bijeen
Zij/ze brachten in rekening
Zij/ze brachten mede
Zij/ze brachten mee
Zij/ze brachten weg
Zij/ze droegen
Zij/ze hadden aan
Zij/ze hadden op
Zij/ze hadden voor
Zij/ze namen mee
Zij/ze vervoerden
ebriosBeschonken
Dronken
Zat
Zatte de furorBestseller
Furore a la plazaPlein
Zitplaats de la villaGemeente
Landhuis
Stad
Villa
Zomerhuis
Zomerhuisje, diciéndole que
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat condenadoVeroordeeld, a lo queDat wat
Wat repusoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herstelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde weder op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette weer op
zijn plaats élHem
Hij, exclamandoEen kreet slakend
Uitkermend
Uitkraaiend
Uitroepend:
-SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit condenadoVeroordeeld, ¿por quéWaarom queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen condenarosVeroordelen
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook vosotrosGijlieden
Je
Jullie?
EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand en aquelDat
Die tranceTrance; peroDoch
Echter
Maar en el
ejercicioBeoefening
Boekjaar
Drillen
Oefenen
Oefening
Uitoefenen
Uitoefening de suHaar
Hun
Uw
Zijn cargoAangifte
Aanklacht
Ambt
Baan
Beladen
Belasten
Berekenen
Beschuldiging
Bestormen
Betrekking
Ergeren
Functie
Geien
Graad
Ik belaad
Ik belast
Ik bereken
Ik bestorm
Ik breng in rekening
Ik erger
Ik gei
Ik gei op
Ik laad
Ik laad in
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Inladen
Laden
Lading
Maté
Opgeien
Plaats
Post
Tegenstaan
Telastlegging
Tenlastelegging
Trap
Vermoeien
Vervelen
Wachtpost
Werkkring de inspectorControleur
Inspecteur
Opzichter
Supervisor
Verificateur de MisionesMisiones
Missies
Missiën
Opdrachten
Provincie misiones
Zendingen habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend muchasVeel
Vele
Zeer
Zere otrasAnder
Andere
Nog één en contrarioIn strijd met
In tegenstelling met
In tegenstelling tot y las iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar escucharAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren
en aquelDat
Die puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot. Uno por unoÉén voor één, Séguier el primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke,
los encamisadosBekleed se leHaar
Hem
Het
U fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren acercandoNaderbij brengend paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! apuñalarleDolksteken geven aan
Met een dolk doodsteken
Met een dolk doorsteken
Met een dolk neersteken.
SegúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals leHaar
Hem
Het
U clavabanZij/ze sloegen in el puñalDolk en el cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf
iban(Ze) gingen
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gingen
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren diciendoOpgevend
Sprekend
Zeggend: 'EstaDeze
Dit puñalada por miMi
Mijn padrePater
Vader, descoyuntado
en la ruedaHet wiel.' 'EstaDeze
Dit por miMi
Mijn hermanoBroeder
Broer
Frater en galerasBidsprinkhaankreeften
Galeien
Galeras
Karren.
' 'EstaDeze
Dit por miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding presaAfsluiting
Barrière
Buit
Dam
Gevangene
Gevangenneming
Opgestoken
Opsteken
Prooi
Sperdam
Stuw
Stuwdam
Vangst
Versperring
Wild en tusJe
Jouw malditosVervloekt
Vervloekte
conventosKloosters
Mannenkloosters.' Cada cualEen ieder
Elkeen
Iedereen dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende suHaar
Hun
Uw
Zijn puñalada y suHaar
Hun
Uw
Zijn razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand.
DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens se arrodillaronZij/ze knielden
Zij/ze knielden neer todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom del cadáverKadaver
Kreng
Lijk
entonandoEen lied aanheffend
Inzettend salmosPsalmen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el albaAanbreken van de dag
Albe
Dageraad
Misgewaad
Ochtendgloren
Wit
Witte; y entoncesDan
Dus
Toen, sin cesarOnophoudelijk
el cantoIk zing
Zangkunst desfilaronZij/ze paradeerden
Zij/ze praalden
Zij/ze prijkten
Zij/ze pronkten haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor Frugéres, TarnTarn arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog,
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! proseguirDoorgaan suHaar
Hun
Uw
Zijn vengadoraWrekend
Wrekende obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid, dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van en ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! cárcelBajes
Cachot
Gevang
Gevangenis
Nor
Petoet de Chayla y suHaar
Hun
Uw
Zijn cadáverKadaver
Kreng
Lijk tendidoGerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitgebreid
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken conDoor
Met
Per
Samen met
cincuenta50
Vijftig y dos2
Do's
Twee
Tweede puñaladas en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van la plazaPlein
Zitplaats.
'FueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was una salvajeRuig
Ruige
Wild
Wilde
Woest
Woeste hazañaHuzarenstukje nocturnaNacht-
Nachtactief
Nachtactieve
Nachtelijk
Nachtelijke conDoor
Met
Per
Samen met acompañamientoAccompagnement
Accompagneren
Begeleiden
Begeleiding
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
de salmosPsalmen; y aunKattenklauw
Nog
Zelfs hoyHeden
Vandaag parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! como siAlsof un
salmoPsalm tuvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
Jij had sonidoGeluid
Gerucht
Klank de amenazaBedreig!
Bedreigen
Bedreiging
Dreig!
Dreigement
Dreigen
Dreiging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigt en aquellaDat
Die
Diegene poblaciónBevolken
Bevolking
Dorp
Plaats
Stad
Volk
Zielental
del TarnTarn. PeroDoch
Echter
Maar respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding a Pont de Montvert,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank acabaBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit! suHaar
Hun
Uw
Zijn historiaGeschiedenis
Historie
Verhaal con la marchaIn de stand de los encamisadosBekleed.
La carreraDe slag (van de
zuiger) de Séguier fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was breveBeknopt
Beknopte
Kort
Korte y sangrientaBloederig
Bloederige
Bloedig
Bloedige.
Dos2
Do's
Twee
Tweede sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus y todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle una familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin de Ladevéze,
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el padrePater
Vader a los criadosBedienden
Bediendes
Dienaars
Dienaren
Gefokt
Knechten
Knechts
Opgefokt
Opgevoed, cayeronZij/ze geraakten
Zij/ze lieten vallen
Zij/ze verschoten
Zij/ze vervielen
Zij/ze vielen
Zij/ze vielen af
Zij/ze vielen neer en suHaar
Hun
Uw
Zijn poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens el parDuo
Een paar vormend
Even
Koppel
Paar
Span
Stel
Stelletje
Tweetal de díasDagen
Etmalen que campó por susHaar
Hun
Uw
Zijn respetosOntzagen
Respecten, y
aunKattenklauw
Nog
Zelfs siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend perseguidoAchtervolgd
Nagejaagd
Vervolgd por las tropasBenden
Bendes
Grauwen
Hopen
Krijgsvolk
Legerafdelingen
Scharen
Troepen. PresoGevangene al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte
por el capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd Poul, militarMilitair
Militaire
Oorlogvoeren
Strijden afortunadoGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke, aparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draafde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen
imperturbableOnverstoorbaar
Onverstoorbare en presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij! de susHaar
Hun
Uw
Zijn juecesRechters
Richteren
Richters.
'-¿VuestroJullie
Uw
Van jullie nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam?
'-Pedro Séguier.
'-¿PorquéBeweegreden
Drijfveer
Motief
Reden
Waarom osJe
Jullie llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren el EspírituGeest
Geestgesteldheid?
'-Porque el EspírituGeest
Geestgesteldheid de DiosGod
Godheid estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en míMe
Mij.
'-¿VuestroJullie
Uw
Van jullie domicilioDomicilie
Woonplaats?
'-Ultimamente en el desiertoEenzaam
Eenzame
Onbemand
Onbemande
Onbevolkt
Onbevolkte
Onbewoond
Onbewoonde
Uitgestorven
Verlaten
Wildernis
Woestenij
Woestijn, y prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast en el cieloHemel
Lucht.
'-¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast remordimientoSpijt
Wroeging de vuestrosJullie
Van jullie crímenesMisdaden
Misdrijven?
'-No heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb cometidoBedreven
Begaan
Gebruikt
Gepleegd
Opdracht
Opgedragen
Plicht
Taak
Toevertrouwd
Zedelijke verplichting ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand. MiMi
Mijn almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un
jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige de fuentesBronnen
Fonteinen
Opdienborden
Schalen
Schotels
Welputten
Wellen y glorietasPriëlen.'
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
El 1212
Twaalf de agostoAugustus
Oogstmaand, en la plazaPlein
Zitplaats de Pont de Montvert,
sufrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorstond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondervond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdroeg Séguier el últimoAchterste
Jongstleden
Laatste suplicioBezoeking
Kwelling. LeHaar
Hem
Het
U cortaronZij/ze braken af
Zij/ze hakten
Zij/ze hieuwen
Zij/ze kapten
Zij/ze knipten
Zij/ze onthoofdden
Zij/ze plukten
Zij/ze plukten af
Zij/ze rukten af
Zij/ze schakelden uit
Zij/ze scheurden weg
Zij/ze schoren
Zij/ze sloegen het hoofd
af
Zij/ze sneden
Zij/ze sneden door
Zij/ze snerpten
Zij/ze snoeiden
Zij/ze verrichtten sectie
primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke la manoDe hand derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens loDe
Hem
Het
U quemaron(Zij) verbrandden
Zij/ze brandden
Zij/ze brandden af
Zij/ze verbrandden
Zij/ze verschroeiden
vivoIk leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige. ¿EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was suHaar
Hun
Uw
Zijn almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin? Tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel de Chayla, el mártirBloedgetuige
Martelaar cristianoChristelijk
Christelijke
Christen. Y acasoToeval
Toevalligheid, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik
pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht leerLezen en miMi
Mijn almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel o en las vuestrasJullie
Van jullie, sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke suHaar
Hun
Uw
Zijn valíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kostte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was waard
Ik kostte
Ik loonde
Ik was waard
Waarde.
La casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de Chayla aúnNog
Nog altijd
Nog steeds subsisteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft voort
Leef voort!, reedificada juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los puentesBruggen
Dekken
Scheepsbruggen
Scheepsdekken
Verdekken de la poblaciónBevolken
Bevolking
Dorp
Plaats
Stad
Volk
Zielental; y quienDie
Wie seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
curiosoBenieuwd
Benieuwde
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Curieus
Curieuze
Merkwaardig
Nieuwsgierig
Nieuwsgierige
Typisch
Typische
Vreemd
Vreemde
Vreemdsoortig
Vreemdsoortige podráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal mogen
Zal kunnen verBekijken
Kijken
Zien el jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin en dondeWaarin cayeraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel neer
Ik geraakte
Ik liet vallen
Ik verschoot
Ik verviel
Ik viel
Ik viel af
Ik viel neer.
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
EN EL VALLEDal
Valle
Vallei DEL TARNTarn
Un caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg nuevoNieuw
Nieuwe conduceBestuur!
Breng!
Chauffeer!
Geleid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze chauffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt auto
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert
Leid!
Rijd auto!
Rijd!
Stuur!
Vervoer!
Voer! de Pont de Montvert
a Florac por el valleDal
Valle
Vallei del TarnTarn. EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! finamenteFijn
Keurig enarenado
y sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat a mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! distanciaAfstand
Eind
End entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen la cumbreBergtop
Kruin
de las rocasGesteenten
Gesteentes
Rotsblokken
Rotsen y el ríoIk lach
Rivier
Stroom, por el fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste del valleDal
Valle
Vallei.
DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la marchaDe versnelling atravesabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruiste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Ik doorkruiste
Ik ging door
Ik ging over
Ik ging te boven
Ik kwam door
Ik legde af
Ik liep af
Ik liep over
Ik maakte door
Ik stak over
Ik trok door yoEgo
Ik alternativamenteAfwisselend
bahíasBaaien
Bochten
Inhammen
Kreken de sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem y promontorios de solSol
Zon. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una
especieAangelegenheid
Soort de desfiladeroBergpas
Pas semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke alNaar de
Naar het de Killieerankie.
En las montañasBergen
Gebergten
Gebergtes, el profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte y tortuosoBochtig
Bochtige
Krom
Kromme
Kronkelig
Kronkelige
Slingerend
Slingerende
Verwrongen barrancoBergkloof
Bergspleet
Kloof
Ravijn
Rotskloof,
conDoor
Met
Per
Samen met el TarnTarn que tumultuosamente rugíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brieste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brulde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bulkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loeide
Ik brieste
Ik brulde
Ik brulde uit
Ik bulkte
Ik loeide másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder, y
las rocosasRotsachtig
Rotsachtige
Rotsig
Rotsige cumbresBergtoppen
Kruinen iluminadasAangestoken
Belicht
Geïllumineerd
Verlicht
Voorgelicht arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog por el solSol
Zon.
Una sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele hileraBeurt
File
Gelid
Reeks
Rij
Toerbeurt de fresnosEssen bordeabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laveerde
Ik laveerde las cimasHoogtepunten
Kruinen
Neuzen
Pieken
Punten
Spitsen
Tippen
Topjes
Toppen de
las colinasHeuvelen
Heuvels comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals hiedraKlimop de ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes; peroDoch
Echter
Maar en las escotaduras
y cañadas desplegabanZij/ze ontplooiden
Zij/ze ontwarden
Zij/ze ontwikkelden suHaar
Hun
Uw
Zijn follaje los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes.
AlgunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten plantadosAangeplant
Geplant
Gepoot en suHaar
Hun
Uw
Zijn propioEigen arriateBloembed
Bloemperk
Rabat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere que una camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde; otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, confiadosGoed van vertrouwen
Toevertrouwd
Vertrouwd
Vertrouwen gehad in en susHaar
Hun
Uw
Zijn
raícesRadices
Stammen
Wortels
Wortels (deel van plant), tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! crecerAangroeien
Aanwassen
Gedijen
Groeien
Toenemen
Wassen y prosperarBloeien
Floreren
Gedijen
Tieren
Vooruitkomen
Welvaren, altosAlten
Altos
Altviolen
Hoge
Hoog
Hoogten
Hoogtes
Lang
Lange
Oudste
Oudsten
Stops
Verheven,
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
derechosAanspraken
Bevoegdheden
Claims
Pretenties
Recht
Rechte
Rechten
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheden
Vandehands
Vandehandse y ampliosBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde, en las rápidasGauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge pendientesAanhangig
Aanhangige
Bevertjes
Hangers
Hellingen
Oorbellen
Oorhangers
Oorringen del
valleDal
Valle
Vallei; y los habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had que se alineabanZij/ze stelden zich in
een rij op en la orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom del ríoDel rio,
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer robustosFerm
Ferme
Fors
Forse
Hecht
Hechte
Krachtig
Krachtige
Potig
Potige
Robuust
Robuuste
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Stoer
Stoere
Struis
Struise comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals cedrosCeders
Cedros
Jeneverbessen del Libano. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch,
aunKattenklauw
Nog
Zelfs en los parajesPlekken dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus espesamente se erguíanZij/ze richtten op
Zij/ze sloegen op
Zij/ze vestigden
Zij/ze zetten neer
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank formabanZij/ze formeerden
Zij/ze gingen aan
Zij/ze paradeerden
Zij/ze praalden
Zij/ze prijkten
Zij/ze pronkten
Zij/ze vormden bosquesBossen
Wouden, sinoDoch
Echter
Maar un rebañoDrift
Ik lik uit
Ik veeg schoon
Kudde
Levende have
Roedel
Vee
Veestapel de vigorososGeweldig
Geweldige
Krachtig
Krachtige
Sterk
Sterke
árbolesBomen
Masten cuyasVan wie
Waarvan
Wiens
Wier copasBekers
Bokalen
Borrels
Cups
Drankjes
Drinkbekers
Glaasjes
Glazen, por loDe
Hem
Het
U ampliasBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde y
abiertasBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige, parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als colinasHeuvelen
Heuvels enanasDwergen entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las copasBekers
Bokalen
Borrels
Cups
Drankjes
Drinkbekers
Glaasjes
Glazen de
susHaar
Hun
Uw
Zijn compañerosAmbtgenoten
Collega's
Collegae
Gezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
Vakgenoten. ExhalabanZij/ze ademden uit
Zij/ze dampten uit
Zij/ze slaakten
Zij/ze uitten
Zij/ze wasemden uit un gratoGewenst
Gewenste
Welkom
Welkome y suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele aromaAroma
Boeket
Geur,
que embalsamabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze balsemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestreek met balsem
Ik balsemde
Ik bestreek met balsem el aireLucht vespertinoOchtend-
Ochtendlijk
Ochtendlijke. El otoñoHerfst
Najaar
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had manchadoBeklad
Bevlekt
Bevlekte
Bevuild
Bezoedeld
Gesmet
Gevlekt
Verontreinigd
Vuilgemaakt las verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten conDoor
Met
Per
Samen met doradaAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Goudbrasem
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Verguld
Vergulde
Zeebrasem marchitez,
y alNaar de
Naar het brillarBlinken
Glanzen
Glimmen
Schijnen
Schitteren el solSol
Zon entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellasHen
Ze
Zij, encendiendoAandoend
Aanmakend
Aanstekend
Aanzettend
Belichtend
Brandend
Doend ontbranden
Het licht aandoend
Het licht aanstekend
Ontstekend
Stokend
Verbrandend
Verlichtend
Voorlichtend el
amplíoIk breid uit
Ik verbreed
Ik vergroot
Ik verruim follaje, realzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed uitspringen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf reliëf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste hoger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogde
Ik belichtte
Ik deed uitspringen
Ik gaf reliëf aan
Ik plaatste hoger
Ik verhief
Ik verhoogde, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank en sombraAfspiegeling
Lommer
Schaduw
Schaduwbeeld
Schim
Silhouet
Zweem, sinoDoch
Echter
Maar en luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting,
recíprocamenteOnderling los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes. Un humildeDeemoedig
Deemoedige
Nederig
Nederige
Onderdanig
Onderdanige bosquejador
arrojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds desesperadamenteWanhopig el lápizPotlood.
HubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden nociónBegrip
Benul
Besef
Gewaarwording
Inzicht
Notie
Opvatting del crecimientoAangroei
Aanwassen
Gedijen
Groei
Groeien
Toename
Toenemen
Wassen de
aquellosDie
Diegene noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele árbolesBomen
Masten; de cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn susHaar
Hun
Uw
Zijn ramasAfdelingen
Branches
Takken tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
reciasKrachtig
Krachtige
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals las del robleEik
Eikenboom
Zomereik y suHaar
Hun
Uw
Zijn follaje tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer desmayadoBewusteloos
Bewusteloze
De moed verloren
Een flauwte gedaan krijgen
In zwijm gedaan vallen
Versaagd
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el del sauceKraakwilg
Schietwilg
Wilg
Wilgenboom
Witte wilg; de cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je se yerguenZij/ze richten op
Zij/ze slaan op
Zij/ze vestigen
Zij/ze zetten neer en derechuraRechtheid
semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke a las columnasColonnes
Columns
Kolommen
Pilaren
Steunpilaren
Zuilen de un temploBedehuis
Godshuis
Ik hard
Ik kom op temperatuur
Ik matig me
Ik staal
Ik stem
Ik temper
Tempel, y a imitaciónImitatie
Imiteren
Nabootsen
Nabootsing
Nadoen
Namaak
Namaaksel
del olivoOlijf
Olijfboom echan(Zij) gooien
Zij/ze beginnen handel te
drijven met
Zij/ze gooien
Zij/ze gooien erop
Zij/ze hebben aandeel in
Zij/ze jagen weg
Zij/ze keilen
Zij/ze kondigen aan
Zij/ze krijgen
Zij/ze laten aan het
lot over
Zij/ze leggen op
Zij/ze maken bekend
Zij/ze maken vast
Zij/ze nemen
Zij/ze schatten
Zij/ze schenken in
Zij/ze slaan uit
Zij/ze smijten
Zij/ze spelen een partijtje
Zij/ze spelen uit
Zij/ze spreken uit
Zij/ze storten
Zij/ze strooien
Zij/ze sturen weg
Zij/ze tanken
Zij/ze treden op in
Zij/ze uiten
Zij/ze voegen toe
Zij/ze voeren op
Zij/ze wedden
Zij/ze wedijveren
Zij/ze werpen
Zij/ze zeggen
Zij/ze zenden weg
Zij/ze zetten buiten de
deur tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte retoñosLoten
Scheuten
Spruiten
Uitlopers
Uitspruitsels del másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
estropeadoBedorven
Beschadigd
Defect
Defecte
Gehavend
Gehavende
Geknoeid
Geschaad
Geschonden
Kaduke
Kaduuk
Kapot
Kapotte
Schade aangericht
Stuk
Stuk gemaakt
Stukgemaakt
Stukke
Toegetakeld
Verknoeid
Verpest troncoBoomstam
Romp
Stam y comienzanZij/ze beginnen
Zij/ze beginnen met
Zij/ze binden aan
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze vangen aan una nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws vidaHachje
Leven sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
las ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes de la viejaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Papegaaivis
Versleten. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig participanZij/ze doen mee
Zij/ze nemen deel de la índoleAard
Geaardheid
Inborst
Karakter
Natuur
Wezen
de muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer diversosMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verschillend
Verschillende árbolesBomen
Masten, y aunKattenklauw
Nog
Zelfs susHaar
Hun
Uw
Zijn espinosasGedoornd
Gedoornde ramasAfdelingen
Branches
Takken
terminalesEindstations
Terminaal
Terminale, miradasAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blikken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijken
Kijkjes
Toegekeken
Toegezien de cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks y contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus el cieloHemel
Lucht, tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
sorprendenteVerbazend
Verbazende
Verbazingwekkend
Verrassend
Verrassende
Verwonderlijk
Verwonderlijke aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen de palmeraBrasem
Koek in vorm van
palm
Palm
Palmboom. MasDoch
Echter
Maar
Plus aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
compuestaBijeengevoegd
Composiet
Gecomponeerd
Gerijmd
Gezet
Ineengezet
Samengesteld
Samengesteldbloemige de tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende elementosBeginselen
Beginsels
Bestanddelen
Elementen, suHaar
Hun
Uw
Zijn individualidadIndividualiteit
en el mundoAardrijk
Wereld arbóreoBoom- es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit todas lasAlle másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus opulentaWeelderig
Weelderige
y originalApart
Aparte
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Origineel
Originele, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl alNaar de
Naar het contemplarBeschouwen
Koekeloeren un terrenoGebied
Terrein
pobladoBevolkt
Bevolkte de estosDeze
Dezen montículos de follaje, alNaar de
Naar het verBekijken
Kijken
Zien una
tribuGeslacht
Stam
Volksstam de añososJaren eEn invenciblesOnoverwinnelijk
Onoverwinnelijke castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes 'comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals manadaBende
Gelopen
Gestroomd
Gevloeid
Gevloten
Kudde
de elefantesOlifanten' en el espolónSpoor de una montañaBerg
Gebergte, se
elevaBevorder!
Dien in!
Hef op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevordert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert op
Richt op!
Til!
Verhef!
Verhoog!
Voer op! la menteGeest
Verstand humanaHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke alNaar de
Naar het supremoBeslissend
Beslissende
Hoogst
Hoogste
Laatst
Laatste
Opperst
Opperste
Uiterst
Uiterste
Verhevenst
Verhevenste conceptoBegrip
Concept
Denkbeeld
Gedachte
Idee
Mening
Oordeel
Opzicht
Spreuk
Vernuftig
Vernuftige de las
fuerzasJij/je doet geweld aan
Jij/je dwingt
Jij/je forceert
Jij/je noodzaakt
Jij/je randt aan
Jij/je verkracht
Jij/je verplicht
Krachten
Machten
Sterkten
Sterktes
Stevigheden de la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen.
EntreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen el remolón humorGemoedsgesteldheid
Humeur
Humor de Módestina y la hermosuraSchone vrouw
Schoonheid
del paisajeLandschap pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige adelantéIk accelereerde
Ik bespoedigde
Ik betaalde vooruit
Ik ging voor
Ik haalde in
Ik leende
Ik leende uit
Ik liep voor
Ik passeerde
Ik reed voorbij
Ik schoof uit
Ik schoot voor
Ik stak uit
Ik verbeterde
Ik veredelde
Ik verhaastte
Ik vermeerderde
Ik versnelde
Ik vervroegde
Ik voer voorbij
Ik zette terug
Ik zette vooruit aquellaDat
Die
Diegene tarde enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt tijd om
Ik neem tijd om
Neemt u tijd om! miMi
Mijn
caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg; y alNaar de
Naar het notarAantekenen
Bemerken
Merken
Noteren
Opmerken
Opschrijven
Te boek stellen, por últimoTenslotte, que siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart el solSol
Zon estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds distanteVer
Verre del ocasoZonsondergang, iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo a despedirseAfscheid nemen
Afscheid nemen van
Vaarwel zeggen
Vaarwel zeggen tegen
Verlaten
del angostoBekrompen
Eng
Enge
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Smal
Smalle valleDal
Valle
Vallei del TarnTarn, miréIk bekeek
Ik blikte
Ik blikte aan
Ik keek
Ik keek aan
Ik keek naar
Ik keek toe
Ik schouwde
Ik wierp een blik
Ik wierp een blik
op
Ik zag toe en derredorOmloop
Omtrek,
querencioso de un parajePlek dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin acamparKamperen
Legeren. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
fácilGemakkelijk
Gemakkelijke
Licht
Lichte
Makkelijk
Makkelijke
Vlot
Vlotte encontrarloAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden. Los arriatesBloembedden
Bloemperken
Rabatten de los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes pecabanZij/ze deden zonde
Zij/ze zondigden
de estrechosBekrompen
Benauwd
Benauwde
Eng
Enge
Kanalen
Krap
Krappe
Nauw
Nauwe
Nauwen
Smal
Smalle
Strak
Strakke
Straten
Zee-engten
Zee-engtes
Zeestraten, y en dondeWaarin noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank los habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had, las quebradurasBrekingen
Breuken
Fracturen
Schendingen
Schennissen
Verbrekingen
del terrenoGebied
Terrein noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank brindabanZij/ze boden aan alNaar de
Naar het reposoIk laat rusten
Ik rust
Rust
Rusten, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
me hubieraIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand idoGegaan
Gekard
Gelopen
Gereden
Gevaren
Ido
Van stapel gelopen
Verlopen
Voorn
Zich begeven deslizandoSchuivend door duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la nocheAvond
Nacht paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
amanecerAanbreken
Dagen
Dageraad
Krieken
Licht worden conDoor
Met
Per
Samen met la cabezaHoofd
Kop
Krop o los piesPoten
Voeten en el rioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lachte.
TrasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over andarAfleggen
Deelnemen aan
Gaan
Lopen
Te voet gaan
Voortgaan
Wandelen (snel)
Werken cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat otraAnder
Andere
Nog een
Nog één millaMijl, viIk bekeek
Ik keek
Ik zag a cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak de veinte20
Twintig
metrosMeters
Metra
Metro's
Metrums
Versmaten, sobre elOp de
Op het nivelHoogte
Niveau
Peil
Plan
Waterpas del caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, un altozano loDe
Hem
Het
U
bastanteGenoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije anchoBrede
Breed
Breedte
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! contenerAfhouden
Bedwingen
Behelzen
Beteugelen
Betomen
Bevatten
Houden
Impliceren
In toom houden
Inhouden
Intomen
Onthouden
Onttrekken
Vervatten
Weghouden miMi
Mijn sacoIk behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik krijg uit
Ik leg af
Ik ontleen
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Tas
Zak, reciamenteStevig
parapetado por el troncoBoomstam
Romp
Stam de un enormeEnorm
Enorme
Geweldig
Geweldige
Gigantisch
Gigantische y secularSeculier
Seculiere
Wereldlijk
Wereldlijke
Werelds
Wereldse
castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje. A esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind propósitoBedoeling
Doel
Gespreksonderwerp
Oogmerk
Plan
Voornemen, y conDoor
Met
Per
Samen met indecibleOnzegbaar
Onzegbare trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken,
aguijéIk spoorde aan y diGeef op!
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
Spreek!
Zeg! de puntapiésSchoppen
Trappen a la reaciaAfkerig
Afkerige
Onwillig Modestina, apresu
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
rándome a descargarlaAfladen
Afreageren
Afschieten
Afschrijven
Downloaden
Lossen
Ontladen
Ontschepen
Uitladen. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn en
el altozano y meMe
Mij fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was precisoIk heb nodig
Juist
Juiste
Minutieus
Minutieuze
Precies
Precieze
Scherp
Scherpe
Secure
Secuur
Stipt
Stipte
Zorgvuldig
Zorgvuldige subirBeklimmen
Bestijgen
Hoger zetten
In de trein stappen
Instappen
Klimmen
Naar boven brengen
Naar boven dragen
Naar boven gaan
Omhoog gaan
Opgaan
Opkomen
Opstaan
Rijzen
Stijgen
Verrijzen
Wassen otroAnder
Andere
Nog een
Nog één tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
de encontrarleAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden parajePlek a la borrica en un montónBerg
Boel
Drom
Hoop
Massa
Menigte
Schare
Stapel
Troep de
cantosZangkunsten rodadosGedraaid
Gefilmd
Gereden
Gerold
Opgenomen, sobre unaOp een terrazaTerras artificialArtificieel
Artificiële
Gemaakt
Gemaakte
Kunstmatig
Kunstmatige que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! medio metroHalve meter en cuadroBed
Bloembed
Bloemperk
Chassis
Doek
Frame
Kader
Perk
Schema
Schilderij
Schildering
Schilderstuk
Tabel
Tuinbed
Vierkant. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds la atéIk bond
Ik bond vast
Ik knoopte
Ik maakte vast
Ik sloot aan
Ik strikte
Ik verbond a un castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje,
y después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over darleGeef het granoGraan
Grein
Koren
Korrel
Kraal
Mee-eter
Pit
Puistje
Zaadje
Zaadkorrel, panBrood
Mik
Pan y un montónBerg
Boel
Drom
Hoop
Massa
Menigte
Schare
Stapel
Troep de
hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten del árbolBoom
Mast, de las queWie
Zij die la veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag
Ik bekeek
Ik keek
Ik zag codiciosaBegerig
Begerige
Belust
Beluste
Gretig
Gretige
Happig
Happige
Verlekkerd
Verlekkerde, bajéIk daalde
Ik daalde af
Ik gaf korting
Ik ging naar beneden
Ik ging naar beneden
uitstappen
Ik kortte
Ik liet neer
Ik sloeg af
Ik stapte af
Ik stapte uit
Ik trok af
Ik verlaagde
Ik verzakte
Ik zakte
Ik zakte weg
Ik zonk a
miMi
Mijn campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp. El sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was desagradablemente expuestoBelicht
Blootgelegd
Blootgesteld
Geriskeerd
Gewaagd
Geëtaleerd
Geëxposeerd
Kans gelopen
Op het spel gezet
Risico gelopen
Tentoongespreid
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgekraamd
Uitgestald
Verklaard
a la curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid de los viandantesVoetgangers. Un parEen paar de
carrosHandkarren
Karren
Karretjes
Wagens veníanZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee por el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, y mientrasTerwijl huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting
del díaDag
Etmaal me ocultéIk dook onder
Ik hield me schuil
Ik verborg me
Ik verschool me
Ik verschuilde me comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un perseguidoAchtervolgd
Nagejaagd
Vervolgd encamisadoBekleed
trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over el parapetoBorstwering
Leuning del corpulentoCorpulent
Corpulente
Gezet
Gezette
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige troncoBoomstam
Romp
Stam del castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje,
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast un miedoAngst
Beduchtheid
Vrees cerval de que alguienEen of ander
Een zeker
Iemand, alNaar de
Naar het
vermeBekijken
Kijken
Zien allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds, vinieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Ik kwam
Ik kwam mee a importunarmeKwellen
Vervolgen por la nocheAvond
Nacht conDoor
Met
Per
Samen met
susHaar
Hun
Uw
Zijn bromasAardigheidjes
Bakken
Grapjes
Grappen
Moppen
Paalwormen
Schertsen. AdemásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, conjeturabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedde
Ik giste
Ik vermoedde que me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand de
levantarBeuren
Heffen
Neerzetten
Ophalen
Opheffen
Opkoken
Oprichten
Opslaan
Optillen
Tillen
Verheffen
Vestigen tempranoPril
Prille
Vroeg
Vroege
Vroegtijdig
Vroegtijdige, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl aquellosDie
Diegene castañares dabanZij/ze brachten op
Zij/ze brachten toe
Zij/ze gaven
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kenden toe
Zij/ze verleenden
manifiestosGelaten blijken
Gemanifesteerd
Getoond
Geuit
Manifesten indiciosAanduidingen
Aanwijzingen
Afdrukken
Sporen
Voetsporen de haberBezitting
Hebben
Zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp de
expurgo el díaDag
Etmaal antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger. En la escotadura se veíanZij/ze bezochten elkaar
Zij/ze bleken
Zij/ze lieten zich zien
Zij/ze ontmoetten elkaar
Zij/ze waren duidelijk ramasAfdelingen
Branches
Takken
podadasGesnoeid y en diversosMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verschillend
Verschillende sitiosBelegeringen
Beleggen
Liggingen
Locaties
Lokalen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Plekken
Ruimten
Ruimtes
Websites habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had montonesBergen
Boelen
Drommen
Hoopjes
Hopen
Massa's
Menigten
Menigtes
Scharen
Stapels
Troepen de
hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten apoyadosGerugsteund
Geschraagd
Gestaafd
Gesteund
Gestut
Ondersteund contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus los troncosBoomstammen
Rompen
Stammen, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende aunKattenklauw
Nog
Zelfs las
hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten del castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn útilesBevorderlijk
Bevorderlijke
Bruikbaar
Bruikbare
Dienstig
Dienstige
Geschikt
Geschikte
Nuttig
Nuttige y los labriegos se sirvenMen dient ze op
Zij/ze bedienen zich
Zij/ze gebruiken
Zij/ze gelieven
Zij/ze schenken zichzelf in
Zij/ze tasten toe
Zij/ze zijn zo goed
om te
de ellasHen
Ze
Zij comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals de forrajeFoerage
Voeder
Voer paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los animalesBeesten
Dieren. PellizquéIk klemde
Ik kneep
Ik neep
Ik plukte
Ik plukte af
Ik raapte op
Ik tokkelde
una meriendaAvondmaaltijd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luncht
Lunch
Lunch!
Middagmaaltijd
Tussendoortje
Tussentijdse maaltijd laat in
de middag, temblandoBevend
Bibberend
Huiverend
Rillend
Trillend de miedoAngst
Beduchtheid
Vrees y medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling echadoAan het lot overgelaten
Aandeel gehad in
Aangekondigd
Aankondigen
Beginnen
Begonnen handel te drijven
met
Bekend gemaakt
Buiten de deur gezet
Een partijtje gespeeld
Erop gegooid
Gedaan
Gedane
Gegooid
Gekeild
Gekregen
Genomen
Geschat
Gesmeten
Gestort
Gestrooid
Getankt
Geuit
Gewed
Gewedijverd
Geworpen
Gezegd
Gooien
Ingeschonken
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opgelegd
Opgetreden in
Opgevoerd
Opleggen
Opvoeren
Schatten
Smijten
Springen
Storten
Strooien
Tanken
Toegevoegd
Uiten
Uitgeslagen
Uitgespeeld
Uitgesproken
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastgemaakt
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Weggejaagd
Weggestuurd
Weggezonden
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij vieranZij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg; y me atrevoIk besta
Ik durf
Ik waag
Ik word brutaal
Ik word onbeschaamd
a decirOpgeven
Spreken
Zeggen que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat como siAlsof hubiese(Er) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden un exploraExamineer!
Exploreer!
Ga na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze examineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze exploreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzoekt nauwkeurig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vist uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kijk na!
Onderzoek nauwkeurig!
Onderzoek!
Verken!
Vis uit!
Vors!
Zoek uit!
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
dor de la bandaBand
Bende
Doek
Draagband
Lint
Reep
Schouderband
Sjerp
Streep
Strook
Wapenbalk de Cavalier sobre elOp de
Op het Lozera o de la
de SalomónSalomo a travésBorstwering
Dwarsbalk
Dwarste
Ongeluk
Schuinte
Stutbalk
Tegenspoed del TarnTarn en los viejosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten tiemposPozen
Tijden
Weren
Werkwoordstijden
de los salmosPsalmen conDoor
Met
Per
Samen met sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!. O tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus; porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl los
encamisadosBekleed tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast profundaDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte confianzaVertrouwen en DiosGod
Godheid, y a
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind propósitoBedoeling
Doel
Gespreksonderwerp
Oogmerk
Plan
Voornemen recuerdoAandenken
Gedachtenis
Gedenkschrift
Geheugen
Herinnering
Heugenis
Ik herdenk
Ik herinner
Ik herinner me
Ik onthoud
Ik weet nog
Souvenir la narraciónDebiteren
Verhaal
Verhalen
Vertellen
Vertelling históricaGeschiedkundig
Geschiedkundige
Historisch
Historische de
cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je el condeGraaf de Gévandan, cabalgandoBerijdend
Rijdend conDoor
Met
Per
Samen met escoltaBegeleid gewapend!
Begeleid!
Escorte
Escorteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidt gewapend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escorteert
de dragonesDragonders
Leeuwenbekjes
Leeuwenbekken y un notarioNotaris a la grupa paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
juramentoIk beëdig
Ik neem een eed
af
Vloek de fidelidadTrouw a todas lasAlle aldeasBuurtschappen
Dorpen
Gehuchten
Plaatsen
Vlekken del paísLand,
penetróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doordrong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgrondde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door tot
het diepst van de ziel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong door tot
op merg en been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was vinnig en un valleDal
Valle
Vallei intermedioIntermezzo de los bosquesBossen
Wouden, encontrandoAantreffend
Bevindend
Ontmoetend
Tegemoet tredend
Tegenkomend
Treffend
Vindend
a Cavalier y susHaar
Hun
Uw
Zijn hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten comiendoBikkend
Etend
Gebruikend
Het middagmaal gebruikend
Lunchend
Nuttigend
Vretend alegrementeOp vrolijke wijze
Vrolijk
sobre laOp de
Op het hierbaGras
Kruid, conDoor
Met
Per
Samen met los sombrerosHoeden
adornadosGedecoreerd
Gesierd
Getooid
Opgesierd
Opgesmukt
Opgesmukte
Uitgedost
Versierd de guirnaldasGuirlandes
Slingers de bojBuksboom
Buxus
Palmboompje
Palmstruik
Randpalm, mientrasTerwijl quince15
Vijftien
mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen lesHen
Hun
U lavabanZij/ze deden de was
Zij/ze loogden
Zij/ze wasten
Zij/ze wasten af
Zij/ze wasten uit
Zij/ze wiesen la ropaKleding
Kleren blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte en el arroyoBeek
Beekje
Eenbaansweg
Goot
Hoofdweg
Kreek
Rijweg
Riviertje
Straat
Straatweg
Stroompje
Vliet
Wetering. TalDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke
fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was una jiraPicknick campestreBoers
Boerse
Landelijk
Landelijke en 1703. Por la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht
estaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zitten
Ik zou liggen
Ik zou me bevinden
Ik zou zijn
Ik zou zitten pintandoAfschilderend
Schilderend
Uitschilderend
Vervend AntonioAnton
Antonio
Antonius Watteau análogasAnaloge
Analoog
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Overeenkomend
Overeenkomende
Overeenkomstig
Overeenkomstige escenasScènes
Tableaus
Taferelen
Tonelen.
MiMi
Mijn campamentoCamping
Kamp
Kampeerterrein
Kampement
Kamperen
Legeren
Legerkamp
Tentenkamp eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer distintoAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere del de la nocheAvond
Nacht
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere en el fríoDe koude y silenciosoGeruisloos
Geruisloze
Gesloten
Stil
Stilzwijgend
Stilzwijgende
Stille
Waar stilte heerst
Zacht
Zachte
Zwijgend
Zwijgende pinar. Hacía calorHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was warm
Ik was warm y
aunKattenklauw
Nog
Zelfs algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat de bochornoBlos
Kleur
Rood en el valleDal
Valle
Vallei. El estridenteDoor merg en been
gaand
Schel
Schelle
Schril
Schrille
Snijdend
Snijdende
cantoIk zing
Zangkunst de las ranasKikkers
Kikvorsen, semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke a la trémula notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! de
un pitoJongeheer
Leuter
Lid
Lul
Piemel
Pik
Plasser
Snikkel
Specht entorpecidoGedaan verstijven por un guisanteDoperwt
Erwt, resonóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resoneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weergalmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weerklonk en la
orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom del ríoDel rio antes deAlvorens te
Voor ponerseAandoen
Aantrekken
Insmeren
Opdoen
Smeren
Worden
Zich aankleden
Zich aanstellen el solSol
Zon. SegúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer creciendoAangroeiend
Aanwassend
Gedijend
Groeiend
Toenemend
Wassend
la obscuridadDonkerheid
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit
Onbekendheid
Onduidelijkheid
Vaagheid
Vergetelheid, se escuchabanZij/ze beluisterden
Zij/ze hoorden aan
Zij/ze hoorden toe
Zij/ze luisterden
Zij/ze luisterden toe acáAlhier
Daar
Hier y alláDaar débilesLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke
crujidosGeknald
Geknapt
Gekraakt entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las caídasAfgevallen
Gelaten vallen
Geraakt
Gevallen
Neergevallen
Verschoten
Vervallen hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten, y de cuandoAls
Tijdens
Wanneer en
cuandoAls
Tijdens
Wanneer heríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwetste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wondde
Ik bezeerde
Ik kwetste
Ik verwondde
Ik wondde miMi
Mijn oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander tenueDun
Dunne
Eenvoudig
Eenvoudige
Fijn
Fijne
Gering
Geringe
Klein
Kleine
Nietig
Nietige
Onaanzienlijk
Onaanzienlijke
Teer
Tere
Zwak chirrido, y creíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende
verBekijken
Kijken
Zien algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat imprecisoOnnauwkeurig
Onnauwkeurige que se movieseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verroerde zich ágilmente entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes. MultitudDrom
Menigte
Schare de tamañasDusdanig
Dusdanige hormigasMieren rastreabanZij/ze spoorden op
por el sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem; los murciélagosChiroptera
Handvleugeligen
Vleermuizen revoloteabanZij/ze fladderden
Zij/ze flirtten
Zij/ze scharrelden
Zij/ze wapperden
Zij/ze waren aan de
scharrel a miMi
Mijn
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom y los mosquitosMuggen
Muskieten
Steekmuggen zumbabanZij/ze bromden
Zij/ze bruisten
Zij/ze gonsden
Zij/ze raasden
Zij/ze snorden
Zij/ze suisden
Zij/ze suizelden
Zij/ze tuitten
Zij/ze zoemden sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! miMi
Mijn cabezaHoofd
Kop
Krop.
Las largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde ramasAfdelingen
Branches
Takken, conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn penachosKuiven de hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten,
pendíanZij/ze hingen en el aireLucht comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals guirnaldasGuirlandes
Slingers, y las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus cercanasAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige
a míMe
Mij parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als un emparradoPrieel que el vientoWind borrascoso
amenazabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreigde
Ik bedreigde
Ik dreigde derribarAfbreken
Kantelen
Neerhalen
Omgooien
Omkeren
Omvergooien
Slopen
Ten val brengen en cuantoZodra soplaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blies
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blies uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze inspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woei
Ik blies
Ik blies uit
Ik gaf in
Ik inspireerde
Ik waaide
Ik woei.
DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig ratoPoos
Poosje
Tijdje huyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchtte el sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap de misMi's
Mijn párpadosOogleden,
y cuandoAls
Tijdens
Wanneer yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds la pesadezHinderlijkheid de miembrosLedematen
Leden
Lidmaten y la quietudRust
de la menteGeest
Verstand meMe
Mij iban aZij/ze gingen naar consentirBederven
Dulden
Goedvinden
Het eens zijn
Koesteren
Toegeven
Toestemmen
Troetelen
Vertroetelen
Verwennen conciliarloRijmen, meMe
Mij
despertóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte wakker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker un ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer que junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij miMi
Mijn cabezaHoofd
Kop
Krop resonabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resoneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weergalmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weerklonk
Ik galmde
Ik resoneerde
Ik weergalmde
Ik weerklonk y
que, francamenteEerlijk
Ronduit loDe
Hem
Het
U confiesoIk beken
Ik biecht
Ik biecht op
Ik erken
Ik geef toe, meMe
Mij oprimióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kropte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderdrukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrukte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkropte el corazónHart
Klokhuis.
EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke alNaar de
Naar het que alguienEen of ander
Een zeker
Iemand hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
podidoGekund
Gemogen hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren arañandoOpenkrabbend
Schrammend fuertementeKrachtig
Stevig el sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem conDoor
Met
Per
Samen met las
uñasNagelen
Nagels. VeníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Ik kwam
Ik kwam mee el ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer de debajoBeneden
Eronder
Onder del zurrónBrave hendrik que meMe
Mij
servía(Het) diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bediende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewees een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaartte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van dienst
Ik bediende
Ik bewees een dienst
Ik deugde
Ik diende
Ik diende op
Ik hielp
Ik kaartte aan
Ik serveerde
Ik was geschikt
Ik was van dienst de almohadaHoofdkussen
Kussen
Oorkussen, y resonóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resoneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weergalmde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weerklonk tres vecesDrie keer
Driemaal antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer
yoEgo
Ik pudieseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht levantarmeBeuren
Heffen
Neerzetten
Ophalen
Opheffen
Opkoken
Oprichten
Opslaan
Optillen
Tillen
Verheffen
Vestigen y volvermeDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken. NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! viIk bekeek
Ik keek
Ik zag niEn niet
Evenmin
Noch nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
oíIk hoorde
Ik vernam
Ik verstond de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que unos cuantosEnige de aquellosDie
Diegene misteriososOccult
Occulte
crujidosGeknald
Geknapt
Gekraakt, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds cercanosAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds distantesVer
Verre, y el incesanteOnophoudelijk
Onophoudelijke
acompañamientoAccompagnement
Accompagneren
Begeleiden
Begeleiding
Meegaan
Meelopen
Vergezellen del rumorGemurmel
Geroezemoes
Gerucht
Praatje del ríoDel rio y el croarKwaken
de las ranasKikkers
Kikvorsen. Al díaPer dag siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende supeIk kende
Ik smaakte
Ik wist que los castañares
estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn infestadosAangestoken
Afgeplunderd
Besmet
Door invallen verwoest
Geteisterd
Onveilig gemaakt de ratasRatten, y a ellasHen
Ze
Zij debíanZij/ze behoorden te
Zij/ze dienden
Zij/ze hadden te danken
Zij/ze hoorden
Zij/ze moesten
Zij/ze stonden in de
schuld
Zij/ze waren schuldig
Zij/ze waren verplicht om
te
Zij/ze waren verschuldigd atribuirseAanrekenen
Toedichten
Toekennen
Toeschrijven
sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker los crujidosGeknald
Geknapt
Gekraakt, chirridos y arañazos, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al el
enigmaPuzzel
Raadsel fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn insolubleOnoplosbaar
Onoplosbare de momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip y hubeIk had
Ik was
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
de arreglármelasAanrichten
Arrangeren
Herstellen
In orde maken
Inrichten
Maken
Opknappen
Opruimen
Ordenen
Regelen
Repareren
Ruimen
Schikken
Terechtbrengen
Verhelpen
Verstellen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! dormirMaffen
Onder narcose brengen
Pitten
Slapen
Uitslapen, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht, en
pasmosaVerbazingwekkend
Verbazingwekkende incertidumbreOnzekerheid respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding a misMi's
Mijn vecinosAangrenzend
Aangrenzende
Aanliggend
Aanliggende
Belendend
Belendende
Buren
Buurlieden
Buurlui
Buurmannen
Dicht bijzijnd
Dichtbijgelegen
Geburen
Naburen
Naburig
Naburige.
AlNaar de
Naar het apuntarAanleggen
Aantekenen
Noteren
Opschrijven
Te boek stellen el lunesMaandag
Maandagen 3030
Dertig de septiembreHerfstmaand
September, meMe
Mij despertóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte wakker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker
ruidoGeluid
Herrie
Kabaal
Lawaai
Leven
Ophef
Rumoer de pisadasAangestampt
Betreden
Geprakt
Getrapt op
Ingetrapt
Onder de voet gelopen
Sporen
Vertrapt
Voetafdrukken que resonabanZij/ze galmden
Zij/ze resoneerden
Zij/ze weergalmden
Zij/ze weerklonken noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg
de las piedrasHagels
Stenen, y alNaar de
Naar het abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken los ojosKijkers
Ogen viIk bekeek
Ik keek
Ik zag a un labriego que
caminabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelde
Ik liep
Ik schreed
Ik stapte
Ik trad
Ik wandelde entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes por un senderoPaadje
Pad que
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs entoncesDan
Dus
Toen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had yoEgo
Ik advertidoBemerkt
Gemerkt
Gewaarschuwd
Opgemerkt
Waargenomen. SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te volverDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken la
cabezaHoofd
Kop
Krop niEn niet
Evenmin
Noch a la derechaRecht
Rechte
Rechter-
Rechterkant
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Vandehands
Vandehandse niEn niet
Evenmin
Noch a la izquierdaLinks desaparecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo a pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen el follaje. ¡HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb ahíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds un
fugitivoHaastig voorbijgaand
Voortvluchtig
Voortvluchtige! PeroDoch
Echter
Maar evidentementeBlijkbaar
Duidelijk
Klaarblijkelijk
Natuurlijk
Vanzelfsprekend yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd de sobra(Het) blijft over
Ben in overvloed aanwezig!
Ben te veel!
Blijf over!
Ga te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houd over!
Overtref!
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! reanudarHervatten la marchaDe versnelling. Los campesinosBoeren
Landlieden salíanZij/ze gingen buiten
Zij/ze gingen naar buiten
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen uit
Zij/ze gingen weg
Zij/ze kwamen er mee
weg
Zij/ze kwamen uit
Zij/ze liepen uit
Zij/ze reden af
Zij/ze reden uit
Zij/ze reden weg
Zij/ze stapten op
Zij/ze stapten uit
Zij/ze startten
Zij/ze stegen uit
Zij/ze togen
Zij/ze traden uit
Zij/ze verschenen
Zij/ze vertrokken
Zij/ze voeren uit yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds a
susHaar
Hun
Uw
Zijn faenasJij/je slacht
Jij/je werkt
Karweien
Werken y eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd terriblesVerschrikkelijk
Verschrikkelijke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij
en aquellaDat
Die
Diegene indescriptible situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen que los soldadosGelast
Gesoldeerd
Krijgslieden
Krijgsmannen
Soldaten
del capitánAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Gezagvoerder
Hoofd
Hopman
Kapitein
Opperhoofd Poul paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! un intrépidoOnverschrokken encamisadoBekleed. DiGeef op!
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
Spreek!
Zeg!
piensoIk denk a Modestina conDoor
Met
Per
Samen met lo queDat wat
Wat en miMi
Mijn apresuramiento
pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht, y alNaar de
Naar het volvermeDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken alNaar de
Naar het fardoBaal viIk bekeek
Ik keek
Ik zag a un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent y un
muchachoJongen
Knaap
Knul que veníanZij/ze kwamen
Zij/ze kwamen mee por la laderaBerghelling en direcciónAdres
Adresseren
Besturen
Besturing
Chaufferen
Directie
Dirigeren
Koers
Leiding
Mennen
Regie
Richten
Richting
Rijden
Sturen
Stuurversnelling
Vervoeren
cruzadaBastaard-
Doorkruist
Gekruist
Hybridisch
Hybridische
Kruisbladwalstro
Kruistocht
Overgestoken conDoor
Met
Per
Samen met la míaVan mij. MeMe
Mij saludaronZij/ze begroetten
Zij/ze groetten conDoor
Met
Per
Samen met inteligiblesBegrijpelijk
Begrijpelijke
Bevattelijk
Bevattelijke
Duidelijk
Duidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende
vocesInspraken
Stemgeluiden
Stemmen y yoEgo
Ik respondíIk antwoordde
Ik antwoordde op
Ik beantwoordde
Ik reageerde
Ik verantwoordde
Ik was aansprakelijk
Ik was verantwoordelijk conDoor
Met
Per
Samen met inarticulados peroDoch
Echter
Maar afectuososAanhankelijk
Aanhankelijke
Gehecht
Gehechte
Toegenegen
sonidosGeluiden
Geruchten
Klanken, dándomeGebeurend
Groeiend
Me gewonnen gevend
Me overgevend
Me voordoend
Ontstaand
Voorkomend priesa a calzarmeSchoenmaat hebben las polainasBeenkappen
Slobkousen.
La parejaDuo
Koppel
Paar
Partner
Span
Stel
Stelletje
Tweetal, que parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als padrePater
Vader eEn hijoKind
Zoon, llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven
despacioLangzaam
Zachtjes alNaar de
Naar het altozano y se detuvieronZij/ze bleven staan
Zij/ze hielden halt
Zij/ze hielden stil
Zij/ze sloegen af
Zij/ze stonden stil
Zij/ze stopten junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij miMi
Mijn por
un ratoEen poosje
Een tijdje
Eventjes en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen. El sacoIk behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik krijg uit
Ik leg af
Ik ontleen
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Tas
Zak estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige y notéIk bemerkte
Ik merkte
Ik merkte op
Ik noteerde
Ik schreef op
Ik stelde te boek
Ik tekende aan
conDoor
Met
Per
Samen met pesarAfwegen
Het gewicht bepalen
Smart
Wegen
Zwaar zijn que miMi
Mijn revólverRevolver quedabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik bevond me
Ik bleef
Ik paste
Ik raakte in een
bepaalde toestand
Ik sprak af
Ik stond
Ik was a la vistaBij de hand sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
la lanaWol. Por últimoTenslotte, después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over mirarmeAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien de piesPoten
Voeten a
cabezaHoofd
Kop
Krop y cuandoAls
Tijdens
Wanneer yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds el silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was ridículamente
embarazoso, el hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent meMe
Mij preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg en tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht que
parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als de reconvención:
-¿HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dormidoGemaft
Gepit
Geslapen
Onder narcose gebracht
Uitgeslapen ustedGij
U aquíAlhier
Hier?
-SíJa
Jawel
Wel
Zich; comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals ustedGij
U loDe
Hem
Het
U ve.
-Begeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie!¿Y por quéWaarom?
-PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat cansadoAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld.
DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens meMe
Mij preguntóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg que a dóndeWaar
Waarheen iba(Het) ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Ik begaf me
Ik ging
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer y quéWat
Welke habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
comidoGebikt
Gebruikt
Gegeten
Geluncht
Genuttigd
Gevreten
Het middagmaal gebruikt; y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus leveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Ik rijs
Licht
Lichte
Rijst u! transiciónOvergang
Transitie exclamó:
-Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kermde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kraaide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaakte een kreet¡EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart! VámonosLaten we afgaan
Laten we vertrekken
Laten we weggaan
Laten we zich verwijderen.
El y suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen palabraBewoording
Woord, se encaminaronZij/ze begaven zich
Zij/ze begaven zich op
weg
Zij/ze stelden zich in
Zij/ze waren gericht
haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el castañoEetbare kastanje
Kastanje
Kastanjeboom
Paardenkastanje
Tamme kastanje siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende alNaar de
Naar het inmediatoAangrenzend
Aangrenzende
Belendend
Belendende
Direct
Directe
Live
Onmiddellijk
Onmiddellijke
Rechtstreeks
Rechtstreekse y se pusieronZij/ze deden aan
Zij/ze deden op
Zij/ze kleedden zich aan
Zij/ze smeerden
Zij/ze smeerden in
Zij/ze stelden zich aan
Zij/ze trokken aan
Zij/ze werden
a podarloSnoeien. La cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had pasadoAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Na
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Vergaan
Verleden
Verleden tijd
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus sencillamenteEenvoudig
Ongekunsteld
Simpel
de lo queDat wat
Wat yoEgo
Ik esperabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik hoopte
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik wachtte
Ik wachtte af
Ik wachtte op
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent de graveBedenkelijk
Bedenkelijke
Belangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat aan
Ik sla aan
Slaat u aan!
Voornaam
Voorname
Zorgbarend
Zorgbarende
Zorgwekkend
Zorgwekkende
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware y respetableAchtbaar
Achtbare
Achtenswaardig
Achtenswaardige
Eerbiedwaardig
Eerbiedwaardige
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen, y suHaar
Hun
Uw
Zijn ásperoBits
Bitse
Bobbelig
Bobbelige
Bultig
Bultige
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Onaangenaam
Onaangename
Oneffen
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Rul
Rulle
Ruw
Ruwe
Scherp
Scherpe
Schraal
Schrale
Snibbig
Snibbige tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank denotabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was een teken
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees aan
Ik duidde aan
Ik was een teken
van
Ik wees aan que
creyeraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende hablarConverseren
Praten
Spreken conDoor
Met
Per
Samen met un criminalCrimineel
Criminele
Misdadig
Misdadige
Misdadiger
Snode
Snood
Strafrechtelijk
Strafrechtelijke, sinoDoch
Echter
Maar conDoor
Met
Per
Samen met un inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte.
ProntoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast estuveIk bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat en el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, royendoKnagend una pastillaBlokje
Pastille
Pil
Tablet
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk y gravementeErnstig preocupadoBenauwd
Bezorgd
Bezorgde
Ongerust gemaakt
Verontrust
Zorgen gebaard por un casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak
de concienciaBewustzijn
Geweten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bewust
Maak bewust!. ¿HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had de pagarBetalen
Dokken
Storten
Uitbetalen
Uitkeren
Voldoen el hospedajeLogies
Onderkomen? HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
dormidoGemaft
Gepit
Geslapen
Onder narcose gebracht
Uitgeslapen malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte; la camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat llenaAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Completeer!
Demp!
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Ingevuld
Maak vol!
Schenk vol!
Spek!
Stop!
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Voleind!
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Vul in!
Vul!
Werk bij!, de pulgasVlooien en
formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze de hormigasMieren; faltaba(Het) ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbrak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was afwezig
Ik ontbrak
Ik scheelde
Ik was absent
Ik was afwezig aguaBegiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! en el cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning; y la
auroraAanbreken van de dag
Dageraad
Hibiscus
Ochtendgloren se habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedroeg zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat zich met
iemand olvidadoAfgeleerd
Vergeten
Verleerd de llamarmeAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor por la mañanaMorgen
Ochtend.
PodíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht haberBezitting
Hebben
Zijn perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen el trenTrein
Tros en caso deIn het geval serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke
tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere por allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks. EvidentementeBlijkbaar
Duidelijk
Klaarblijkelijk
Natuurlijk
Vanzelfsprekend
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat descontentoOntevreden del tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen recibidoAangenomen
Begroet
Geaccepteerd
Gekregen
Genoten
Getoucheerd
Ontvangen, y decidíIk besliste
Ik besloot
Ik maakte uit
Ik nam me voor que
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd pagarBetalen
Dokken
Storten
Uitbetalen
Uitkeren
Voldoen a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn que encontraseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Ik bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond a algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander
mendigoBedelaar
Ik bedel
Ik schooi
Schooier.
El valleDal
Valle
Vallei parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als aúnNog
Nog altijd
Nog steeds másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus amenoLief
Lieve por la mañanaMorgen
Ochtend; y
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef alNaar de
Naar het nivelHoogte
Niveau
Peil
Plan
Waterpas del ríoDel rio. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds, en un
parajePlek dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin se erguíanZij/ze richtten op
Zij/ze sloegen op
Zij/ze vestigden
Zij/ze zetten neer frondososBladerrijk
Bladerrijke
Lommerrijk
Lommerrijke castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend
una islaEiland sobre unaOp een terrazaTerras alfombrada de
céspedGazon
Grasmat
Grasperk
Grasveld, meMe
Mij acicalé en las aguasBadplaats
Jij/je begiet
Jij/je besproeit
Jij/je bevloeit
Jij/je geeft water
Jij/je giet
Jij/je lengt aan
Jij/je sproeit
Jij/je verdunt met water
Jij/je watert
Wateren
Waters del TarnTarn, que estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten
maravillosamente clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere y estremecedoramente
fríasAfgekoeld
Jij/je bakt
Jij/je braadt
Jij/je frituurt
Jij/je fruit
Kil
Kille
Koud
Koude. La espumaBruis!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bruist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuimt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tintelt
Mousse
Schuim
Schuim af!
Schuim!
Tintel! del jabónZeep desaparecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdween
Ik verdween comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals por
arteKunst mágicaMagisch
Magische en la rápidaGauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge corrienteCourant
Courante
Elektrische stroom
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Goed
Lopend
Lopende
Luchtstroom
Normaal
Normale
Stromend
Stromende
Stroming
Stroom
Tocht
Vloeiend
Vloeiende y los níveosSneeuwwit
Sneeuwwitte guijarros
eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren un dechado de pulcritud. LavarseWassen
Zich wassen en uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los ríosRivieren
Stromen de DiosGod
Godheid, alNaar de
Naar het aire libreBuitenlucht
Frisse lucht, meMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! una especieAangelegenheid
Soort
de jubilosa solemnidadPlechtigheid
Solemniteit o un semipagano actoActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet
de adoraciónAanbidden
Aanbidding
Adoratie
Adoreren
Verafgoden
Vereren
Verering. ChapotearDoor het water plassen
Kabbelen
Klapperen
Klotsen
Peddelen
Plassen
Ploeteren
Plonzen en las jofainasBekkens
Kommen
Vonten en una alcobaAlkoof
podráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal mogen
Zal kunnen tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht limpiarLouteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Schoonmaken
Snoeien
Zuiveren el cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf; peroDoch
Echter
Maar la imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank toma parteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt deel
Neem deel! en semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke limpiezaHelderheid
Kuisheid
Louteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Reiniging
Schoonmaak
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijkheid
Zuiveren
Zuiverheid. SeguíIk bewandelde
Ik bleef aan
Ik ging door
Ik hield bij
Ik vloeide voort
Ik volgde
Ik volgde op
Ik zette voort
caminandoLopend
Schrijdend
Stappend
Tredend
Wandelend conDoor
Met
Per
Samen met pacíficoPacifisch
Pacifische y alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke corazónHart
Klokhuis, y alNaar de
Naar het avanzarAnticiperen
Voortbewegen
Vooruitgaan
Vooruitkomen
Vorderen
entonabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief een lied
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette in
Ik hief een lied
aan
Ik zette in salmosPsalmen, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan espiritualGeestelijk
Geestelijke
Geestig
Geestige
Spiritueel
Spirituele.
De prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond a una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon que a bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater de
jarroItaliaanse aronskelk
Kruik
Pot
Urn meMe
Mij pidió limosnaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schooide. YoEgo
Ik penséIk dacht: 'BuenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu; yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
aquíAlhier
Hier la camareraKamerjapon
Kamerjas
Kelnerin
Ochtendjapon conDoor
Met
Per
Samen met la cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen'.
Y al puntoHalf doorbakken
Zo paguéIk betaalde
Ik betaalde uit
Ik dokte
Ik keerde uit
Ik stortte
Ik voldeed miMi
Mijn nocturnoNacht-
Nachtactief
Nachtactieve
Nachtelijk
Nachtelijke
Nocturne albergueBedekken
Herbergen
Herbergt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Huisvesten
Ik herberg. TomadloAccepteer!
Drink!
Gebruik!
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nuttig!
Ontvang!
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
Vat aan!
Vat!
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals queráisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen; peroDoch
Echter
Maar estaDeze
Dit mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was el primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke y
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
últimoAchterste
Jongstleden
Laatste mendigoBedelaar
Ik bedel
Ik schooi
Schooier conDoor
Met
Per
Samen met que topéIk kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle miMi
Mijn excursiónExcursie
Tocht
Toer
Trip
Uitstapje.
PocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige pasosAangegeven
Aangereikt
Bergpassen
Doorgangen
Doorgebracht
Doorgelaten
Doortochten
Gebeurd
Gebeurens
Gepasseerd
Ingehaald
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgangen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Verdreven
Vergaan
Verlopen
Verstreken
Voetstappen
Voorbijgegaan más adelanteAchteraf
Daarna
Dan
Hierna
Later
Naderhand
Vervolgens, meMe
Mij alcanzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwierf en el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg
un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten de rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet curtidoAtjar
Gelooid
Getaand
Leerlooien
Looien
Tafelzuur
Tanen, sonrienteGlimlachend
Glimlachende, de ojosKijkers
Ogen
clarosDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Opklaringen
Tussenruimten
Tussenruimtes
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere y cubierto con unBedekt met een gorroBaret
Kapje
Muts
Pet
Petje negroNeger
Zwart
Zwarte de dormirMaffen
Onder narcose brengen
Pitten
Slapen
Uitslapen de
colorKleur obscuroDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere. LeHaar
Hem
Het
U seguíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
Ik bewandelde
Ik bleef aan
Ik ging door
Ik hield bij
Ik vloeide voort
Ik volgde
Ik volgde op
Ik zette voort una niñaKind
Meisje
Wicht que guiabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees de weg
Ik geleidde
Ik leidde
Ik leidde rond
Ik wees de weg dos2
Do's
Twee
Tweede
ovejasOoien
Schapen
Schapen (vrouwelijk) y un macho cabríoBok
Geitenbok; peroDoch
Echter
Maar ellaHaar
Ze
Zij se desvió deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze week af van míMe
Mij,
alNaar de
Naar het pasoAangeven
Aanreiken
Bergpas
Doorbrengen
Doorgang
Doorlaten
Doortocht
Gebeuren
Ik breng door
Ik ga langs
Ik ga over
Ik ga voorbij
Ik gebeur
Ik geef aan
Ik haal in
Ik kom langs
Ik kom om
Ik laat door
Ik overkom
Ik passeer
Ik reik aan
Ik steek over
Ik verdrijf
Ik verga
Ik verloop
Ik verstrijk
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overgang
Overkomen
Oversteken
Pas
Passage
Passeren
Schrede
Stap
Tred
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voetstap
Voorbijgaan que el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten se meMe
Mij pusoHij plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer alNaar de
Naar het ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant hablándome
del tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y del valleDal
Valle
Vallei. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de las
seis6
Zes, y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! las gentesVolken
Volkeren sanasFit
Fitte
Gezond
Gezonde
Jij/je geneest
Jij/je heelt
Jij/je wordt beter
Valide que hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn dormidoGemaft
Gepit
Geslapen
Onder narcose gebracht
Uitgeslapen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una horaTijd
Uur de expansiónExpansie
Uitbreiding
Uitzetting y de ingenuoArgeloos
Argeloze
Eenvoudig
Eenvoudige
Naïef
Naïeve
Naïeveling
Ongekunsteld
Ongekunstelde
Onnozel
Onnozele y confiadoGoed van vertrouwen
Toevertrouwd
Vertrouwd
Vertrouwen gehad in
palique. Por finEindelijk
Per saldo
Ten slotte meMe
Mij dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei el viejo:
-Bejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten¿Conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet! ustedGij
U alNaar de
Naar het SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer?
YoEgo
Ik leHaar
Hem
Het
U preguntéIk vraagde
Ik vroeg que a quéWat
Welke SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer se referíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrof; peroDoch
Echter
Maar élHem
Hij
repitióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens la preguntaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Kwestie
Vraag
Vraag! conDoor
Met
Per
Samen met mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere énfasisKlem
Nadruk, denotandoAanduidend
Aanwijzend
Een teken zijnd van en
suHaar
Hun
Uw
Zijn miradaAanblik
Aangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blik
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijk
Kijkje
Toegekeken
Toegezien esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting y curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid. EntoncesDan
Dus
Toen leHaar
Hem
Het
U respondíIk antwoordde
Ik antwoordde op
Ik beantwoordde
Ik reageerde
Ik verantwoordde
Ik was aansprakelijk
Ik was verantwoordelijk
señalandoAanduidend
Aangevend
Aanwijzend
Latend zien
Opmerkend
Opmerkzaam makend
Signalerend
Tentoonspreidend
Tonend
Uitduidend
Uitwijzend
Vertonend
Wijzend alNaar de
Naar het cielo:
-Hemel
Lucht¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge! YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds comprendoIk begrijp
Ik besef
Ik bevat
Ik omvat
Ik snap
Ik vat
Ik versta. SíJa
Jawel
Wel
Zich; leHaar
Hem
Het
U conozcoIk ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet y esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats miMi
Mijn
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever conocidoAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennis
Kennisgemaakt
Relatie
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde.
El viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde diciendoOpgevend
Sprekend
Zeggend que leHaar
Hem
Het
U complacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevredigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegemoet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tevreden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldeed
Ik bevredigde
Ik kwam tegemoet aan
Ik paaide
Ik stelde tevreden
Ik voldeed muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
el oírmeHoren
Vernemen
Verstaan, y añadióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe golpeándose el pecho:
-Boezem
Borst ¡MiradBekijk!
Blik aan!
Blik!
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!! El meMe
Mij daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! aquíAlhier
Hier la dichaBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven.
SiguiómeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort contandoAftellend
Berekenend
Calculerend
Debiterend
Neertellend
Rekenend
Tellend
Uitrekenend
Verhalend
Vertellend
Voorlezend que en aquellosDie
Diegene vallesDalen
Valleien
Valles habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige que conociesenZij/ze kenden
Zij/ze leerden kennen
Zij/ze maakten kennis
Zij/ze waren bekend met
Zij/ze wisten alNaar de
Naar het SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muchosVeel
Vele
Zeer
Zere,
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
sinoDoch
Echter
Maar muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl 'MuchosVeel
Vele
Zeer
Zere sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los llamadosAangebeld
Aangeroepen
Benoemd
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Opgebeld
Opgeroepen
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde
y pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige los elegidosGekozen
Geselecteerd
Uitgekozen
Uitgelezen
Uitgepikt
Uitgezocht
Uitverkoren
Verkozen.' DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens leHaar
Hem
Het
U dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei:
-BuenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats fácilGemakkelijk
Gemakkelijke
Licht
Lichte
Makkelijk
Makkelijke
Vlot
Vlotte decirOpgeven
Spreken
Zeggen quiénWie conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet! alNaar de
Naar het
SeñorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen nuestraOns
Onze
Van ons. ProtestantesProtestants
Protestantse y
católicosKatholiek
Katholieke
Katholieken, y aunKattenklauw
Nog
Zelfs quienesDie
Personen
Wie adoranZij/ze aanbidden
Zij/ze adoreren
Zij/ze verafgoden
Zij/ze vereren a las piedrasHagels
Stenen puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen
conocerleBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten y serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn conocidosAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Bekenden
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennisgemaakt
Kennissen
Relaties
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde de élHem
Hij, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
lás cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me tenía porIk hield me voor tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende predicadorPrediker.
MeMe
Mij aseguróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze assureerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde veilig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstevigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vast el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten que era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit miMi
Mijn mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze
y reiteróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na las frasesFrasen
Frases
Volzinnen
Zinnen
Zinsneden placenterasAangenaam
Aangename
Plezierig
Plezierige que me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand dirigidoBestuurd
Geadresseerd
Gechauffeerd
Gedirigeerd
Gemend
Gereden
Gericht
Gestuurd
Vervoerd
alNaar de
Naar het encontrarmeAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden, añadiendo:
-Aanbrengend
Bijdoend
Bijmengend
Bijvoegend
Toegevend
Toevoegend ¡SomosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige! AquíAlhier
Hier nos(Aan) ons
Ons llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren moravianosMoravië;
peroDoch
Echter
Maar alláDaar abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder, en el departamentoAfdeling
Branche
Compartiment
Coupé
Departement
Sectie
Tak
Treincoupé
Vak del Gard,
en dondeWaarin tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand unos cuantosEnige, lesHen
Hun
U llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren
derbistasDerbi=
Derby segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei un pastorDominee
Geestelijke
Herder
Pastoor
Pastor
Predikant
Priester
Voorganger
Zielzorger inglésBrit
Brits
Britse
Engels
Engelse
Engelse taal
Engelsman.
Colegí que el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven, conDoor
Met
Per
Samen met dudosoOnzeker
Onzekere
gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak, por miembroLedemaat
Lid
Lidmaat de algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere sectaSekte paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij desconocidaOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende;
peroDoch
Echter
Maar estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat yoEgo
Ik muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus complacidoBevredigd
Gepaaid
Tegemoetgekomen aan
Tevreden gesteld
Voldaan de
la satisfacciónBevrediging
Genoegdoening de miMi
Mijn compañeroAmbtgenoot
Collega
Gezel
Kameraad
Kornuit
Maat
Makker
Metgezel
Partner
Vakgenoot, que embarazadoDrachtig
Drachtige
In verwachting
Zwanger
Zwangere
por miMi
Mijn equívocaDubbelzinnig
Dubbelzinnige
Tweeledig
Tweeledige situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen. VerdaderamenteEcht
Inderdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Werkelijk, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag
Ik bekeek
Ik keek
Ik zag
yoEgo
Ik deslealtadOntrouw algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere en noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank confesarBekennen
Biechten
Erkennen
Opbiechten
Toegeven diferenciaBen het oneens!
Differentieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze differentieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het oneens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt verschil tussen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Maak verschil tussen!
Onderscheid
Onderscheid!
Verander!
Verschil de
criterioCriterium
Maatstaf, especialmenteIn het bijzonder
Inzonderheid
Vooral tratándose deGaand over estasDeze
Dezen delicadasDelicaat
Delicate
Fijn
Fijne
Gevoelig
Gevoelige
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Subtiel
Subtiele
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Verfijnd
Verfijnde
materiasMateries
Materiën
Stoffen
Zelfstandigheden en queWaarin todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten íntimamenteIntiem convencidosOvertuigd
Overtuigde
de que aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al los demásDe anderen puedan(Zij) kunnen
Kan u!
Mag u!
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen equivocarseDwalen
Een fout maken
Ernaast zitten
Zich vergissen
Zich vergissen in,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast nosotrosOns
We
Wij todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand. Se hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere de la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid; peroDoch
Echter
Maar aquelDat
Die viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten del gorroBaret
Kapje
Muts
Pet
Petje negroNeger
Zwart
Zwarte
se mostrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer ingenuoArgeloos
Argeloze
Eenvoudig
Eenvoudige
Naïef
Naïeve
Naïeveling
Ongekunsteld
Ongekunstelde
Onnozel
Onnozele, apacibleAangenaam
Aangename
Goedaardig
Goedaardige
Mild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele y amistosoAmicaal
Amicale
Vriendelijk
Vriendelijke
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke,
que yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me sentíaIk voelde me malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid a declararmeAangeven
Bekennen
Betuigen
Declareren
Een verklaring afleggen
Erkennen
Toegeven
Verklaren
convertidoBekeerd
Geconverteerd
Omgezet
Veranderd por élHem
Hij. VineIk kwam
Ik kwam mee a saberDat wil zeggen
Namelijk
Te weten que era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit la sectaSekte
de los hermanosBroederen
Broeders
Broers
Broers en zussen
Fraters
Zussen de PlymouthPlymouth. De la doctrinaDoctrine
Geloofsleer
Leer que
profesabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloofde plechtig
Ik beloofde plechtig noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teniaLintworm yoEgo
Ik la menorJonger
Jongere
Jongste
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minste ideaBegrip
Benul
Besef
Denkbeeld
Gewaarwording
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt een denkbeeld
omtrent
Idee
Inzicht
Notie
Opvatting
Voorstelling
Vorm een denkbeeld omtrent! niEn niet
Evenmin
Noch tipoDrukletter
Soort
Type paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
averiguarloAchterhalen
Nagaan
Navragen
Onderzoeken
Te weten komen
Uitvissen
Uitvorsen; peroDoch
Echter
Maar bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! que todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten embarcadosAan boord gegaan
Ingestapt
en un revueltoGeroerd
Omelet
Omgeroerd
Onzeker
Onzekere mundoAardrijk
Wereld, que somosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn hijosKinderen
Zonen
Zoons de un
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve PadrePater
Vader y nos esforzamosWij/we pogen
Wij/we poogden
Wij/we spanden ons in
Wij/we spannen ons in
Wij/we streefden
Wij/we streven en obrarAgeren
Bezig zijn
Doen
Handelen
Optreden
Te werk gaan
Voortgaan
Werken y serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
en muchosVeel
Vele
Zeer
Zere puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots esencialesEssentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Onmisbaar
Onmisbare. Y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al equivocadoIncorrect
Incorrecte
Onjuist
Onjuiste
Vergist
Verkeerd
Verkeerde
Verward
Verwisseld
respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding a misMi's
Mijn creenciasGeloven
Overtuigingen, meMe
Mij estrechabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte
Ik reikte
repetidamenteHerhaaldelijk la manoDe hand y oíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
Ik hoorde
Ik vernam
Ik verstond gustosoLekker
Lekkere
Smakelijk misMi's
Mijn palabrasBewoordingen
Woorden,
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una equivocaciónAbuis
Dwaling
Fout
Vergissen
Vergissing
Verwarren
Verwisselen equivalenteEquivalent
Equivalente
Gelijkwaardig
Gelijkwaardige
Van gelijke waarde alNaar de
Naar het aciertoBedrevenheid
Beleid
Beslissing
Doorkomen
Gissen
Goede antwoord
Goede zet
Halen
Handigheid
Ik gis
Ik haal
Ik kom door
Ik raad
Ik raak
Ik slaag
Ik speel klaar
Ik tref
Klaarspelen
Raden
Raken
Slag
Slagen
Treffen
Vaardigheid
Vlugheid. PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
la caridadCaritas
Liefdadigheid
Naastenliefde empiezaBegin!
Begint
Breek aan!
Ga in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Snijd aan!
Vang aan! a ciegasBlind, y únicamenteAlleen
Uitsluitend despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
de una serieReeks
Ris
Rist
Serie
Set de equivocacionesAbuizen
Dwalingen
Fouten
Vergissingen similaresGelijksoortig
Gelijksoortige se convierteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert zich
al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte en un firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen de amorAffectie
Liefde
Min y pacienciaGeduld
Lijdzaamheid y
en una sólidaDegelijk
Degelijke
Deugdelijk
Deugdelijke
Flink
Flinke
Gedegen
Gevestigd
Gevestigde
Hecht
Hechte
Solide
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Vast
Vaste confianzaVertrouwen en nuestrosOnze
Van ons prójimosMedemensen
Naasten. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
que siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals por últimoTenslotte todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven por nuestrosOnze
Van ons
separadosAfgelegen
Afgescheiden
Afgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Geschift
Geïsoleerd
Geïsoleerde
Los
Losse
Uit elkaar gehaald y tristesAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige caminosBanen
Routen
Routes
Wegen a reunirnosConcentreren
Opeenhopen
Opeenstapelen
Ophopen
Opstapelen
Stapelen
Verenigen
Verzamelen en una
comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop moradaPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette, me apoyoIk leun cariñosamente en la esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting
de que miMi
Mijn viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten compañeroAmbtgenoot
Collega
Gezel
Kameraad
Kornuit
Maat
Makker
Metgezel
Partner
Vakgenoot de caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg se
apresuraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal accelereren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bespoedigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verhaasten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal versnellen de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer a estrecharmeReiken las manosDe handen.
ConversandoConverserend
Pratend comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals Cristián y Field llegamosWij/we arriveerden
Wij/we arriveren
Wij/we brachten door
Wij/we brengen door
Wij/we gaven aan
Wij/we geven aan
Wij/we komen aan
Wij/we kwamen aan
Wij/we landden aan
Wij/we landen aan
Wij/we reiken aan
Wij/we reikten aan
Wij/we verdreven
Wij/we verdrijven el
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten y yoEgo
Ik a una aldeaBuurtschap
Dorp
Gehucht
Plaats
Vlek ribereña del TarnTarn. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un
humildeDeemoedig
Deemoedige
Nederig
Nederige
Onderdanig
Onderdanige lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel llamadoAangebeld
Aangeroepen
Benoemd
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Opgebeld
Opgeroepen
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde La Vernide, conDoor
Met
Per
Samen met menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd de
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
una docenaDozijn de casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen y una capillaKapel
Muziekkapel protestanteProtestants
Protestantse en la
cimaHoogtepunt
Kruin
Neus
Piek
Punt
Spits
Tip
Top
Topje de una colinaCholine
Heuvel. AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds vivíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde
Ik leefde
Ik woonde el viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten, y en la posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement
mandéIk beval
Ik commandeerde
Ik gelastte
Ik schreef voor
Ik sommeerde
Ik verordende
Ik voerde aan
Ik voerde het bevel que meMe
Mij arreglaranZij/ze arrangeerden
Zij/ze brachten terecht
Zij/ze herstelden
Zij/ze knapten op
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten in orde
Zij/ze ordenden
Zij/ze regelden
Zij/ze repareerden
Zij/ze richtten aan
Zij/ze richtten in
Zij/ze ruimden
Zij/ze ruimden op
Zij/ze schikten
Zij/ze verhielpen
Zij/ze verstelden el almuerzoIk gebruik het middagmaal
Ik lunch
Lunch
Lunchen. AdministrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze administreerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende toe
Ik administreerde
Ik beheerde
Ik bestuurde
Ik diende toe
la posadaGeposeerd
Gezeten
Herberg
Logement un simpáticoAardig
Aardige
Sympathiek
Vriendelijk
Vriendelijke jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille, machacapiedras de la
carreteraAutoweg
Grote weg
Hoofdweg
Snelweg, y suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster, una lindaAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi y atractivaAanlokkelijk
Aanlokkelijke
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke muchachaGriet
Meid
Meisje
Wicht.
El maestro de escuelaSchoolmeester vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn a vermeBekijken
Kijken
Zien y hablarmeConverseren
Praten
Spreken
alNaar de
Naar het saberKennen
Smaken
Weten que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was yoEgo
Ik extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde. MeMe
Mij complacióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevredigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegemoet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paaide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tevreden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldeed
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de lo queDat wat
Wat yoEgo
Ik esperabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik hoopte
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik wachtte
Ik wachtte af
Ik wachtte op
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit el queDat
Die
Hij die
Wie todos losAlle vecinosAangrenzend
Aangrenzende
Aanliggend
Aanliggende
Belendend
Belendende
Buren
Buurlieden
Buurlui
Buurmannen
Dicht bijzijnd
Dichtbijgelegen
Geburen
Naburen
Naburig
Naburige
fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren protestantesProtestants
Protestantse, y mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin tuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch alNaar de
Naar het
notar queOpmerken dat parecíanZij/ze hadden het uiterlijk
van
Zij/ze kwamen over
Zij/ze kwamen voor
Zij/ze leken
Zij/ze schenen
Zij/ze schenen toe
Zij/ze stonden tegenover
Zij/ze vonden
Zij/ze zagen er uit
Zij/ze zagen er uit
als gentesVolken
Volkeren honradasBraaf
Brave
Degelijk
Degelijke
Deugdzaam
Deugdzame
Eerbaar
Eerbare
Eerlijk
Eerlijke
Eerzaam
Eerzame
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gehuldigd
Geëerd
Net
Nette
Vereerd y sencillasEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele. El
viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten del caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg meMe
Mij asediabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegerde
Ik belegerde a cortesíasBeleefdheden
Complimenten
Hoffelijkheden
Plichtplegingen
Welgemanierdheden
Wellevendheden y por loDe
Hem
Het
U
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn tres vecesDrie keer
Driemaal paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! asegurarse deZich verzekeren van que almorzabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte het middagmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lunchte
Ik gebruikte het middagmaal
Ik lunchte
a miMi
Mijn satisfacciónBevrediging
Genoegdoening. SuHaar
Hun
Uw
Zijn procederAfkomstig zijn
Afstammen
Het gevolg zijn van
Ontspruiten
Voortgaan
Voortkomen
Werken meMe
Mij conmovióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze greep aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontroerde
profundamenteDiepgaand
Grondig y aunKattenklauw
Nog
Zelfs hoyHeden
Vandaag meMe
Mij despiertaGewekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt wakker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt wakker
Maak wakker!
Opgewekt
Wakker gemaakt
Wakker geworden
Wek op!
Wek!
Word wakker! recuerdosAandenkens
Gedachtenissen
Gedenkschriften
Geheugens
Herinneringen
Heugenissen
Souvenirs.
TemíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duchtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikte terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrok terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreesde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bang voor
Ik duchtte
Ik schrikte terug voor
Ik schrok terug voor
Ik schroomde
Ik vreesde
Ik was bang voor serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn importunoIk kwel
Ik vervolg y alNaar de
Naar het propioEigen tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle separarseScheiden
Uit elkaar gaan niEn niet
Evenmin
Noch por un instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip de
miMi
Mijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se cansabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd moe de estrecharmeReiken la manoDe hand.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer todos losAlle demásAnderen
Bovendien
Overig
Overige
Overigen
Verder se hubieronZij/ze gedroegen zich
Zij/ze kregen het met
iemand aan de stok
Zij/ze maten zich met
iemand marchadoGelopen
Gemarcheerd
a susHaar
Hun
Uw
Zijn cotidianasAlledaags
Alledaagse
Daags
Daagse
Dagelijks
Dagelijkse tareasHuiswerken
Karweien
Klussen
Opgaven
Taken, me sentéIk ging zitten
Ik nam plaats
Ik zette
Ik zette me a platicarEen praatje maken duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat media horaEen half uur
Halfuur conDoor
Met
Per
Samen met la jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille posadera, que
mientrasTerwijl trabajabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arbeidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte
Ik arbeidde
Ik bewerkte
Ik werkte en susHaar
Hun
Uw
Zijn laboresHuishouden
Jij/je werkt
Werken de costuraNaad
Naaien
Naaister
Naaiwerk meMe
Mij hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
placenteramenteAangenaam de la cosechaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oogst
Oogst
Oogst!
Opbrengst de castañasEetbare kastanjes
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes, de
las bellezasFraaiheden
Knapheden
Schoonheden del TarnTarn, de los viejosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten afectosGenegenheden
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschappen de familiaFamilie
Gezin
Huis
Huisgezin,
que subsistenZij/ze leven voort aunKattenklauw
Nog
Zelfs luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo de salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden las jóvenesJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedames
Jongeheren
Jongelingen
Pril
Prille de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!
paternaVan vaders kant. EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker de que teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast aquellaDat
Die
Diegene mu
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
chacha muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer plácido temperamentoTemperament conDoor
Met
Per
Samen met muchaVeel
Vele
Zeer
Zere ingenuidadNaïveteit
Naïviteit
Onnozelheid
campesinaBoerin
Landelijk y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige delicadezaAngstvalligheid
Fijngevoeligheid
Kiesheid
Nauwgezetheid internaBinnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Breng naar het binnenland!
Dring binnen in iemands
geheimen!
Dring binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar het
binnenland
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen in
iemands geheimen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interneert
Intern
Interne
Interneer!
Inwendig
Inwendige.
QuienDie
Wie se adueñe deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich meester
van suHaar
Hun
Uw
Zijn corazónHart
Klokhuis será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker afortunadoGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke
esposoEchtgenoot
Gemaal
Man.
El valleDal
Valle
Vallei que se extendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte zich uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte zich uit debajo deBeneden
Onder La Vernide meMe
Mij
agradabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Ik behaagde
Ik beviel
Ik maakte naar de
zin
Ik stond aan
Ik vond prettig
Ik zon más y másIn toenemende mate
Meer en meer
Steeds meer a medida queNaarmate loDe
Hem
Het
U recorríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereisde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reisde door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reisde rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok door
Ik bereisde
Ik ging door
Ik legde af
Ik liep af
Ik reisde door
Ik reisde rond
Ik trok door. Las
colinasHeuvelen
Heuvels se acercabanZij/ze kwamen dichterbij
Zij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht por todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle ladosFlanken
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten, áridasOnbeschaafd
Onbeschaafde
Wild
Wilde y desmoronadasGedaan instorten
Neergehaald,
amurallando alNaar de
Naar het ríoIk lach
Rivier
Stroom entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen susHaar
Hun
Uw
Zijn peñascales.
El valleDal
Valle
Vallei se ensanchabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte wijder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergrootte
Ik breidde uit
Ik maakte wijder
Ik verbreedde
Ik vergrootte y enverdecía. DejéIk leende
Ik legateerde
Ik leverde op
Ik liet
Ik liet achter
Ik liet begaan
Ik liet in de
steek
Ik liet los
Ik liet na
Ik liet over
Ik liet schieten
Ik stond toe
Ik verlaatte me van
Ik verliet
Ik vermaakte
Ik vertrouwde toe
Ik verzuimde atrásAan de achterkant
Aan het einde
Achter
Achteraan
Achterin
Achteruit
Achterwaarts
Rugwaarts
Terug el
antiguoAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude castilloBurcht
Kasteel
Slot de Miral; paséIk bracht door
Ik gaf aan
Ik gebeurde
Ik ging langs
Ik ging over
Ik ging voorbij
Ik haalde in
Ik kwam langs
Ik kwam om
Ik liet door
Ik overkwam
Ik passeerde
Ik reikte aan
Ik stak over
Ik verdreef
Ik verging
Ik verliep
Ik verstreek por un almenado
monasterioKlooster largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd en ruinasBouwvallen
Muurleeuwenbek
Puinhopen
Ravages
Ruïnen
Ruïnes y convertidoBekeerd
Geconverteerd
Omgezet
Veranderd
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde de élHem
Hij en iglesiaBedehuis
Godshuis
Kerk
Kerkgebouw
Moskee
Synagoge
Synagoog
Tempel parroquial; viIk bekeek
Ik keek
Ik zag un grupoDrift
Groep
Groepering
Hoop
Kudde
Schare
School
Set
Stel
Troep
Vlucht
Zwerm de negruzcas
techumbresDaken
Kappen
Overkappingen, la aldeaBuurtschap
Dorp
Gehucht
Plaats
Vlek de Cocurès, situadaGelegd
Geplaatst
Geplaatste
Gesitueerd
Gestationeerd
Gevestigd entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
viñedosWijnstokken, praderasBeemden
Graslanden
Weidegronden
Weiden
Weides
Weien
Weilanden, huertosBongerds
Boomgaarden
Moestuinen agobiadosNeergebogen
Neergedrukt
Overstelpt de rojasBlozend
Blozende
Rode
Rood
manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken y nogalesNogales
Notelaarsbomen
Notenbomen
Okkernootbomen
Okkernotenbomen
Walnootbomen
Walnotenbomen alineadosIn een rij gezet en el bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom de la carreteraAutoweg
Grote weg
Hoofdweg
Snelweg,
cuyasVan wie
Waarvan
Wiens
Wier nuecesNoten
Okkernoten
Walnoten recogíanZij/ze haalden binnen
Zij/ze haalden op
Zij/ze raapten
Zij/ze raapten op
Zij/ze verzamelden los aldeanosBoeren
Landlieden en sacosTassen
Zakken
y cestasManden. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, por muchaVeel
Vele
Zeer
Zere que fuese(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was la amplitudAmplitude
Omvang
Ruimheid
de la cañada, las colinasHeuvelen
Heuvels eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch altasHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven y
áridasOnbeschaafd
Onbeschaafde
Wild
Wilde, conDoor
Met
Per
Samen met almenados peñascales y algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere que otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
picacho; y el TarnTarn seguíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort
Ik bewandelde
Ik bleef aan
Ik ging door
Ik hield bij
Ik vloeide voort
Ik volgde
Ik volgde op
Ik zette voort borboteandoBorrelend entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las piedrasHagels
Stenen
conDoor
Met
Per
Samen met montesinoMonte=
Begaat u!
Berg
Berijdt u!
Bestijgt u!
Gaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar boven!
Gaat u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt (eiwit, room)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze monteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet op
Ik bega
Ik berijd
Ik bestijg
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar boven
Ik ga op
Ik klim
Ik klop (eiwit, room)
Ik loop binnen
Ik monteer
Ik rijd
Ik rijs
Ik stap in
Ik stijg
Ik zet
Ik zet op
Klimt u!
Klop
Klopt u (eiwit, room)!
Loopt u binnen!
Monteert u!
Rijdt u!
Rijst u!
Stapt u in!
Stijgt u!
Stok
Talon
Zet u op!
Zet u! estrépitoLawaai.
Por un antojoGril de la imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand figuradoAfgebeeld
Figuurlijk
Figuurlijke
Gefigureerd
Geveinsd
Gevormd
Oneigenlijk
Oneigenlijke
Overdrachtelijk
Overdrachtelijke
Uitgeblonken
Voorgegeven
Voorgesteld
Voorgewend
yoEgo
Ik encontrarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden un horrorosoAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke paísLand, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals el sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen
de Byron; peroDoch
Echter
Maar a misMi's
Mijn escocesesSchots
Schotse
Schotten ojosKijkers
Ogen aparecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draafde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen
Ik daagde op
Ik draafde op
Ik kwam te voorschijn
Ik kwam uit
Ik verscheen fértilVruchtbaar
Vruchtbare y
risueño, por que el ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende una impresiónAfdruk
Afdrukken
Boekdrukken
Drukken
Indruk
Printen
Spoor
Voetspoor
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
vernal a míMe
Mij cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf acostumbradoGewend geweest
Gewoon geweest
Gewoonlijk a los fríosAfgekoeld
Kil
Kille
Koud
Koude de EscociaSchotland,
aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al el otoñoHerfst
Najaar habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had deshojadoOntbladerd yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer los castañosEetbare kastanjes
Kastanjebomen
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes, y los álamosPeppels
Populieren, que allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds empezabanZij/ze begonnen
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze sneden aan
Zij/ze vingen aan
a entremezclarseDooreen mengen
Vermengen conDoor
Met
Per
Samen met ellosHen
Ze
Zij, se habíanZij/ze gedroegen zich
Zij/ze kregen het met
iemand aan de stok
Zij/ze maten zich met
iemand vueltoGedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Omgedraaid
Rondgedraaid
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen de oroE175
Goud
Ik bid
pálidoBleek
Bleke
Flets
Fletse
Pips
Pipse
Vaal
Vale en expectativaVerwachting
Vooruitzicht del inviernoWinter.
AlgoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat notabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekende aan
Ik bemerkte
Ik merkte
Ik merkte op
Ik noteerde
Ik schreef op
Ik stelde te boek
Ik tekende aan yoEgo
Ik en aquelDat
Die paisajeLandschap risueño, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
agreste, que me explicabaIk begreep
Ik gaf me rekenschap
van iets
Ik gaf mijn mening
te kennen
Ik verklaarde me nader el espírituGeest
Geestgesteldheid de los pactistas
meridionalesZuidelijk
Zuidelijke. Los queWie
Zij die en EscociaSchotland resguardaronZij/ze behoedden
Zij/ze beschermden
Zij/ze beschutten
Zij/ze beveiligden
Zij/ze brachten in veiligheid
Zij/ze stelden veilig
Zij/ze vrijwaarden suHaar
Hun
Uw
Zijn
concienciaBewustzijn
Geweten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bewust
Maak bewust! en las fragosidades montaneras tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast
sombríosDonker
Donkere
Somber
Sombere y diabólicos pensamientosGedachten
Gedachtes
Veldviooltjes, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl una
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt recibidoAangenomen
Begroet
Geaccepteerd
Gekregen
Genoten
Getoucheerd
Ontvangen el auxilioHulp
Ik baat
Ik help
Ik sta bij
Ik sta ter zijde de DiosGod
Godheid eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren capacesBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Kundig
Kundige de lucharKampen
Strijden
Worstelen
redobladamente contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus SatanásLucifer
Satan; peroDoch
Echter
Maar los encamisadosBekleed
sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale y confortadoras
visionesDroombeelden
Droomgezichten
Verschijningen
Visioenen. LesHen
Hun
U salpicabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besprenkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestrooide
Ik bespatte
Ik besprenkelde
Ik bestrooide copiosamente la sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af! alNaar de
Naar het
matarAfslachten
Doden
Doodmaken
Ombrengen
Slachten y alNaar de
Naar het morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten; y sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank lesHen
Hun
U obsesionabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklemde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze obsedeerde
Ik beklemde
Ik obsedeerde
el demonioBoze geest
Demon
Duivel. ConDoor
Met
Per
Samen met la concienciaBewustzijn
Geweten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bewust
Maak bewust! tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille perseverabanZij/ze beten door
Zij/ze hielden voet bij
stuk
Zij/ze hielden vol
Zij/ze volhardden
Zij/ze zetten door
en suHaar
Hun
Uw
Zijn conductaGedrag
Houding
Wandel en aquellosDie
Diegene duros5-pesetamunten
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai tiemposPozen
Tijden
Weren
Werkwoordstijden
y adversasNoodlijdend
Noodlijdende
Ongunstig
Ongunstige
Strijdig
Strijdige
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenliggend
Tegenliggende
Tegenovergesteld
Tegenovergestelde
Tegenstaand
Tegenstaande
Tegenstrijdig
Tegenstrijdige circunstanciasOmstandigheden. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank olvidemosLaten we afleren
Laten we vergeten
Laten we verleren
Wij/we leren af
Wij/we vergeten
Wij/we verleren que el almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel
de Séguier eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin. SabíanZij/ze kenden
Zij/ze smaakten
Zij/ze wisten que DiosGod
Godheid estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
a suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant, conDoor
Met
Per
Samen met una seguridadEen veiligheid sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los
escocesesSchots
Schotse
Schotten, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart éstosDeze pudieranZij/ze konden
Zij/ze mochten estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten segurosAssuranties
Assurantiën
Behouden
Geborgen
Safe
Safes
Veilig
Veilige
Verzekering
Verzekeringen
de suHaar
Hun
Uw
Zijn causaAanleiding
Berokken!
Beweegreden
Breng teweeg!
Doe aan!
Doe!
Doel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Laat doen!
Laat!
Maak!
Oorzaak
Reden
Richt aan!
Sticht!
Twistpunt
Veroorzaak!
Zaak, carecíanZij/ze hadden niet
Zij/ze misten de confianzaBetrouwbaar
Bona fide
Vertrouwd en síJa
Jawel
Wel
Zich mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve.
Decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei un viejoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Versleten encamisadoBekleed: 'CuandoAls
Tijdens
Wanneer oímosWij/we hoorden
Wij/we horen
Wij/we vernamen
Wij/we vernemen
Wij/we verstaan
Wij/we verstonden el cantoIk zing
Zangkunst
de los salmosPsalmen, corrimosWij/we holden
Wij/we liepen hard
Wij/we raceten
Wij/we renden
Wij/we snelden
Wij/we sprintten como siAlsof tuviéramosWij/we hadden
Wij/we hielden
Wij/we hielden bij
Wij/we hielden erop na
Wij/we hielden vast alasVlerken
Vleugelen
Vleugels.
SentimosWij/we gevoelden
Wij/we gevoelen
Wij/we merken
Wij/we merkten
Wij/we voelden
Wij/we voelden aan
Wij/we voelen
Wij/we voelen aan
Wij/we werden gewaar
Wij/we worden gewaar interiormenteVan binnen un vehementísimo ardorHevige warmte
Hitte
Ijver
Levendigheid
Vurig verlangen
Vuur, un
ROBERTORobrecht LUIS STEVENSON
arrobador anheloIk hijg
Ik hunker
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Ik zwoeg
Vurig verlangen
Zucht imposibleOnbestaanbaar
Onbestaanbare
Onmogelijk
Onmogelijke
Uitgesloten de expresarBetuigen
Opperen
Uitdrukken
Uiten
Uitspreken
Verwoorden conDoor
Met
Per
Samen met palabrasBewoordingen
Woorden.
EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen que debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! experimentarseBeleven
Doormaken
Ervaren
Experimenteren
Ondervinden
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! comprenderloBegrijpen
Beseffen
Bevatten
Omvatten
Snappen
Vatten
Verstaan. Por fatigadosAfgebeuld
Afgejakkerd que estemosLaten we liggen
Laten we zich bevinden
Laten we zijn
Laten we zitten
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pensamosWij/we dachten
Wij/we denken másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus en la fatigaBeul af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beult af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jakkert af
Jakker af!
Kortademigheid
Vermoeidheid
Vermoeienis y recobramosWij/we herwinnen
Wij/we herwonnen
Wij/we kregen terug
Wij/we krijgen terug la agilidadBedrevenheid
Handigheid
Slag
Vaardigheid
Vlugheid
en cuantoZodra resuenaGalm!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze galmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resoneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weergalmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weerklinkt
Resoneer!
Weergalm!
Weerklink! en nuestrosOnze
Van ons oídosGehoord
Vernomen
Verstaan el acentoAccent
Accentteken
Kapje
Klemtoon
Nadruk
Tongval
de los salmosPsalmen'.
El valleDal
Valle
Vallei de TarnTarn y las gentesVolken
Volkeren conDoor
Met
Per
Samen met quienesDie
Personen
Wie habléIk converseerde
Ik praatte
Ik sprak
en La Vernéde meMe
Mij explicanZij/ze beduiden
Zij/ze leggen uit
Zij/ze lichten toe
Zij/ze maken duidelijk
Zij/ze verhelderen
Zij/ze verklaren
Zij/ze zetten uiteen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend el sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig de
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind pasajeOvergang sinoDoch
Echter
Maar los veinte20
Twintig añosJaren de sufrimientosGedulden
Lijdennen
Smarten que,
conDoor
Met
Per
Samen met mansedumbre de niñosJongens
Kinderen, pacienciaGeduld
Lijdzaamheid de labriegos y
constanciaConstantie
Onveranderlijkheid
Standvastigheid de santosGeheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Heiligen
Naamdagen
Sacraal
Sacrale
Santos sobrellevaron los mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve que
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer implacablesOnverbiddelijk
Onverbiddelijke
Onverzoenlijk
Onverzoenlijke y sanguinariosBloeddorstig
Bloeddorstige fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren una vezEenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer empeñadosBeleend
Geleend tegen een onderpand
Koppig
Koppige
Verpand
en la guerraKrijg
Oorlog.
VIAJESJij/je reist
Reizen
Tochten
Toeren
Trips
Vluchten CONDoor
Met
Per
Samen met MIMi
Mijn BORRICA
FLORAC
Junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij un brazoArm del TarnTarn se asientaBeaamt u!
Bevestigt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beaamt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt ja
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik beaam
Ik bevestig
Ik stem toe
Ik zeg ja
Stemt u toe!
Vestig!
Zegt u ja!
Zet neer! Florac, residenciaResidentie
Resideren
Verblijfplaats
Wonen
de una subprefectura, conDoor
Met
Per
Samen met un antiguoAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude castilloBurcht
Kasteel
Slot,
una avenidaAvenue
Dreef
Laan
Promenade
Wandeldek
Wandeldreef
Wandelplaats
Wandelweg de plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs, algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige esquinasBuitenhoeken
Hoeken
Straathoeken
callejerasStraten- de presuntuoso aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen y una fuenteBron
Fontein
Opdienbord
Schaal
Schotel
Wel
Welput de
aguaBegiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! vivaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Ik leef
Ik woon
Leeft u!
Levend
Levende
Levendig
Levendige
Woont u! que procedeBen afkomstig!
Ben het gevolg van!
Ga voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afkomstig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het gevolg
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontspruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kom voort!
Ontspruit!
Stam af!
Werk! de la montañaBerg
Gebergte. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats notableAanmerkelijk
Aanmerkelijke
Aanzienlijk
Aanzienlijke
Bezienswaardig
Bezienswaardige
Geruim
Geruime
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook por la hermosuraSchone vrouw
Schoonheid de susHaar
Hun
Uw
Zijn mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen y porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
conDoor
Met
Per
Samen met Alais comparteDeel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt la capitalidad del paísLand de los encamisadosBekleed.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |