¡ConDoor
Met
Per
Samen met talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke atuendoKleding
Toilet se enfrentaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam te staan
voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd geconfronteerd met OdiseoOdysseus conDoor
Met
Per
Samen met los pretendientesPretendenten
Sollicitanten! CortoIk breek af
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Klein
Kleine
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige el destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland de todosAller-
Ieders
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn y amargasBitter
Bittere susHaar
Hun
Uw
Zijn nupcias. PeroDoch
Echter
Maar estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en las rodillasKnieën de los diosesGoden
Godheden siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals tomará(Het) zal (aan)nemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aannemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanvatten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal accepteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afnemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal binnenkrijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal drinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebruiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal innemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inslaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal inslikken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nuttigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal oprapen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opsnuiven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal pakken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vatten venganzaWraak en
suHaar
Hun
Uw
Zijn palacioPaleis alNaar de
Naar het volverDraaien
Keren
Omdraaien
Ronddraaien
Teruggaan
Terugkeren
Terugkomen
Teruglopen
Terugtrekken
Wederkeren
Wederkomen
Weer gaan
Weeromkomen
Wenden
Wentelen
Zwenken o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
ExpresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze metafórica por 'la voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin de los diosesGoden
Godheden', posiblementeMisschien
Mogelijk origi˜nada de la actitudDenkwijze
Gedrag
Houding
Pose
Stand del suplicanteSmekend
Smekende abrazandoOmarmend
Omhelzend
Omvademend las rodillasKnieën de una personaMens
Personage
Persoon o una es˜tatua \(cfr. VL310\). AtractivaAanlokkelijk
Aanlokkelijke
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke, peroDoch
Echter
Maar menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd probableWaarschijnlijk
Waarschijnlijke, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la sugerenciaSuggestie de R. B. Onions \(The Origins european Thought, CambridgeCambridge, 1954, págs. 303 y ss.\), quienDie
Wie loDe
Hem
Het
U refiereBericht!
Breng verslag uit!
Citeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bericht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt verslag uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze citeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meldt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze refereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verslaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Meld!
Noem!
Refereer!
Verhaal!
Versla!
Vertel! alNaar de
Naar het hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet de que los diosesGoden
Godheden hilanZij/ze spannen
Zij/ze spinnen el destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland y la posiciónAandoen
Aannemen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Houding
Inschakelen
Leggen
Menen
Neerleggen
Neerzetten
Onderstellen
Opbrengen
Opleggen
Plaats
Plaatsen
Positie
Stand
Steken
Stellen
Stoppen
Vermoeden
Veronderstellen
Vlijen
Zetten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hilarSpannen
Spinnen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats sedenteBedaart u!
Kalmeert u!
Verdooft u!
Zij/ze bedaren
Zij/ze kalmeren
Zij/ze verdoven)
'En cuantoZodra a tiJe
Jou, teJe
Jou ordenoIk bestel
Ik beveel
Ik gelast
Ik ruim op
Ik schrijf voor
Ik sommeer
Ik verorden que piensesJij/je denkt la maneraManier
Trant
Wijze de echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen del palacioPaleis a los
pretendientesPretendenten
Sollicitanten. ConqueDus, vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen, escúchameAanhoren
Beluister!
Beluisteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beluistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luistert toe
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister!
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren y prestaBehendig
Behendige
Bereid
Bereide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Leen uit!
Leen!
Snel
Snelle
Vlug
Vlugge
Voortvarend
Voortvarende atenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid a misMi's
Mijn palabrasBewoordingen
Woorden: convocaConvoceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze convoceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Roep bijeen!
Roep op!
Schrijf uit!
mañanaMorgen
Ochtend en asambleaAssemblee a los héroesHelden
Heroën aqueos y hazlesBedrijf!
Bos
Breng uit!
Bundel
Doe!
Maak
Maak aan!
Maak!
Richt uit!
Voer uit! a todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle manifiestaGelaten blijken
Gemanifesteerd
Getoond
Geuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat blijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze manifesteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uit
Laat blijken!
Manifesteer!
Toon!
Uit! tuJe
Jouw palabraBewoording
Woord; y que los
diosesGoden
Godheden seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn testigosGetuigen. Ordena aBeveel te!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt te los pretendientesPretendenten
Sollicitanten que se dispersenScheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Veroorzaakt u kleurschifting!
Zij/ze scheiden
Zij/ze scheiden af
Zij/ze schiften
Zij/ze veroorzaken kleurschifting
Zij/ze zonderen af
Zondert u af! a susHaar
Hun
Uw
Zijn casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen, y a tuJe
Jouw
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding.., siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals suHaar
Hun
Uw
Zijn deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht la impulsaBevorder!
Breng over!
Drijf aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevordert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stimuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan tot
Stimuleer!
Zet aan tot! a casarseIn het huwelijk treden
Trouwen, que vuelvaDraait u om!
Draait u rond!
Draait u!
Gaat u terug!
Gaat u weer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkt
Ik draai
Ik draai om
Ik draai rond
Ik ga terug
Ik ga weer
Ik keer
Ik keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Ik loop terug
Ik trek terug
Ik wend
Ik wentel
Ik zwenk
Keert u terug!
Keert u weder!
Keert u!
Komt u terug!
Komt u weder!
Komt u weerom!
Loopt u terug!
Trekt u terug!
Wendt u!
Wentelt u!
Zwenkt u! alNaar de
Naar het palacioPaleis de suHaar
Hun
Uw
Zijn poderosoAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk padrePater
Vader; leHaar
Hem
Het
U
prepararánZij/ze zullen aanmaken
Zij/ze zullen bereiden
Zij/ze zullen klaarmaken
Zij/ze zullen opleiden
Zij/ze zullen toebereiden
Zij/ze zullen voorbereiden unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n nupcias y leHaar
Hem
Het
U dispondránZij/ze zullen beschikken
Zij/ze zullen beschikken over
Zij/ze zullen bevelen
Zij/ze zullen disponeren
Zij/ze zullen klaarmaken
Zij/ze zullen plaatsen
Zij/ze zullen rangschikken
Zij/ze zullen voltooien una doteBegiftigt u!
Bruidsschat
Gave
Geeft u mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiftigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft mee
Huwelijksgift
Ik begiftig
Ik geef mee abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige, cuantaHoe
Hoezeer esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve que
acompañeAccompagneert u!
Begeleidt u!
Gaat u mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accompagneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergezelt
Ik accompagneer
Ik begeleid
Ik ga mee
Ik loop mee
Ik vergezel
Loopt u mee!
Vergezelt u! a una hijaDochter queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief.
'A tiJe
Jou, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, teJe
Jou voy aIk ga naar aconsejarAanraden
Adviseren
Raad geven
Raden sagazmente, por siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals quieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt obedecermeGehoorzamen: botaDompel in!
Doop in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dompelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doopt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sopt
Laars
Smijt eruit!
Sop! una
naveBeuk
Boot
Ruim
Schip
Vaartuig de veinte20
Twintig remosRiemen
Roeiriemen
Roeispanen, la mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever, y marchaFanfare
Fanfarekorps
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheert
Loop!
Lopen
Marcheer!
Marcheren
Versnelling
Vertrek
Weggaan paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! informarteAankondigen
Berichten
In kennis stellen
Informeren
Inlichten
Mededelen
Meedelen
Melden
Overbrengen
Refereren
Verslaan
Verslag uitbrengen
Verwittigen
Voorlichten sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! tuJe
Jouw padrePater
Vader largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
ausenteAbsent
Absente
Afwezig
Afwezige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Ik verwijder
Ontbrekend
Ontbrekende
Uitstedig
Uitstedige
Vermist
Vermiste
Verwijdert u!, por siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de los mortalesDodelijk
Dodelijke
Dood- pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht decirteOpgeven
Spreken
Zeggen algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat o por siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals escucharasJij/je beluisterde
Jij/je hoorde aan
Jij/je hoorde toe
Jij/je luisterde
Jij/je luisterde toe la VozInspraak
Stem
Stemgeluid que
viene(Het) komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee de Zeus, la queDat
Die
Wie
Zij die, sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, lleva aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee voor
Neem mee naar!
Neem mee voor! los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten las noticiasBerichten
Maren
Mededelingen
Nieuwigheid
Nieuws
Nieuwtje
Tijdingen.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
El rumorGemurmel
Geroezemoes
Gerucht
Praatje, cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier origenAanvang
Afkomst
Afstamming
Begin
Herkomst
Komaf
Ontstaan
Oorsprong esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend desconocidoOnbekend
Onbekend geweest met
Onbekende, se atribuyeDicht toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dicht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft toe
Ken toe!
Reken aan!
Schrijf toe! en últimoAchterste
Jongstleden
Laatste terminoIk besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik loop af
Ik maak af
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik voleindig
Term a Zeus. Cfr. tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook 1111
Elf.216 y XXIV.413)
'Primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke dirígete aKlamp aan!
Klop aan bij!
Spreek aan!
Spreek toe! PilosPylos y preguntaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Kwestie
Vraag
Vraag! alNaar de
Naar het divinoGoddelijk
Goddelijke NéstorNestor, y desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds a EspartaSparta alNaar de
Naar het palacioPaleis
del rubio(Gestreepte) poon
Blond
Blonde
Gestreepte poon
Poon MenelaoMenelaos, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende élHem
Hij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven alNaar de
Naar het postreroAchterste
Jongstleden
Laatste de los aqueos que vistenZij/ze kleden
Zij/ze kleden aan
Zij/ze omkleden
Zij/ze staan bronceBrons. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals oyesJij/je hoort
Jij/je verneemt
Jij/je verstaat
de tuJe
Jouw padrePater
Vader que viveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Leef!
Woon! y estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! de vueltaAswenteling
Draai
Draaiing
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keer
Omgedraaid
Omloop
Omwenteling
Ronde
Rondgedraaid
Rondrit
Rotatie
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugkeer
Terugreis
Toer
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wending
Wenteling
Wieling
Zwenk
Zwenking, soportaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdraagt
Verdraag! todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch otroAnder
Andere
Nog een
Nog één añoJaar, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al tengasJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast pesarAfwegen
Het gewicht bepalen
Smart
Wegen
Zwaar zijn; peroDoch
Echter
Maar
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals oyesJij/je hoort
Jij/je verneemt
Jij/je verstaat que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht y que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank viveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Leef!
Woon!, regresaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Keer terug!
Keer weder!
Kom terug!
Kom weder!
Kom weerom! enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk a tuJe
Jouw tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland, levantaBeur!
Haal op!
Hef op!
Hef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Kook op!
Richt op!
Sla op!
Til op!
Til!
Verhef!
Vestig!
Zet neer! una
tumbaBedwelm de zinnen van!
Breng ten val!
Doe vallen!
Gooi om!
Gooi omver!
Graf
Graftombe
Groeve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwelmt de zinnen
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt ten val
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kantelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Kantel!
Keer om! en suHaar
Hun
Uw
Zijn honorEer
Hulde y ofréndaleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze offert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze offert op
Offer op!
Offer! exequias en abundanciaOnbekrompenheid
Overvloed
Rijkdom
Uitbundigheid
Weligheid, cuantasHoeveel ook
Van allen estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart.
Y entregaAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afgifte
Afleveren
Aflevering
Bestel!
Bestellen
Betaal uit!
Bezorg!
Bezorgen
Breng door!
Doorbrengen
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Inleveren
Inlevering
Lever af!
Lever in!
Lever!
Leveren
Levering
Overdracht
Overgeven
Overhandig!
Overhandigen
Overleg!
Overleggen
Reik aan!
Stel ter hand!
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijf!
Verdrijven
Voer toe! tuJe
Jouw madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding a un maridoEchtgenoot
Gemaal
Man. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo que estoDeze
Dit hayasBeuken
Beukennootjes
Jij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt concluidoAfgeleid
Besloten
Beëindigd
Een gevolgtrekking gemaakt
Geconcludeerd, meditaBedenk!
Denk na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mediteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze peinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint op
Mediteer!
Overdenk!
Peins!
Wik!
Zin op!
Zin! en tuJe
Jouw menteGeest
Verstand y
en tuJe
Jouw corazónHart
Klokhuis la maneraManier
Trant
Wijze de matarAfslachten
Doden
Doodmaken
Ombrengen
Slachten a los pretendientesPretendenten
Sollicitanten en tuJe
Jouw casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! conDoor
Met
Per
Samen met engañoBedotten
Bedriegen
Bedriegerij
Bedrog
Beduvelen
Beetnemen
Ik bedot
Ik bedrieg
Ik beduvel
Ik leid om de
tuin
Ik misleid
Ik neem beet
Ik smokkel
Ik verlak
Misleiden
Misleiding
Smokkelen
Verlakken
Zinsbegoocheling o a las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere.
Y es precisoHet is nodig que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank jueguesJij/je speelt
Jij/je speelt voor
Jij/je voert uit a cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken de niñosJongens
Kinderen, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eres deJij/je behoort
Jij/je behoort toe
Jij/je behoort tot
Jij/je komt uit edadLeeftijd
Ouderdom paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerloDoen
Laten
Maken. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan quéWat
Welke famaBefaamdheid
Beroemdheid
Faam
Glorie
Lof
Mare
Naam
Reputatie
Roem
Roep haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is cobradoGeïnd
Ontvangen
Verdiend el divinoGoddelijk
Goddelijke OrestesOrestes entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen todos losAlle hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten por haberBezitting
Hebben
Zijn
matadoAfgeslacht
Doodgemaakt
Gedood
Geslacht
Omgebracht alNaar de
Naar het asesinoIk moord
Ik vermoord
Moordenaar
Moordlustig
Moordlustige de suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader, a Egisto fecundoIk bevrucht
Ik dek
Ik maak vruchtbaar
Vruchtbaar
Vruchtbare en ardidesListen
Slimmigheden, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had quitadoAfgedaan
Afgehaald
Afgelegd
Afgezet
Gerist
Geritst
Opgegeven
Prijsgegeven
Uitgedaan
Uitgekregen
Uitgetrokken
Verwijderd
Verwijderde
Weggehaald
Weggelaten
Weggenomen la vidaHachje
Leven
a suHaar
Hun
Uw
Zijn ilustreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illustreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veraanschouwelijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlucht
Ik illustreer
Ik veraanschouwelijk
Ik verlucht
Illustreert u!
Veraanschouwelijkt u!
Verlucht u! padrePater
Vader? TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook túGe
Gij
Je
Jij, amigoAmicaal
Amicale
Amice
Bevriend
Bevriende
Vriend
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrind -puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende teJe
Jou veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie vigorosoGeweldig
Geweldige
Krachtig
Krachtige
Sterk
Sterke
Stevig y belloFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon-, séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats! valienteBoud
Boude
Dapper
Dappere
Geweldig
Geweldige
Heldhaftig
Heldhaftige
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Machtig
Machtige
Moedig
Moedige
Stoutmoedig
Stoutmoedige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
que algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de tusJe
Jouw descendientesAfdalingen
Afstammelingen
Nakomelingen
Nazaten hableConverseert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Ik converseer
Ik praat
Ik spreek
Praat u!
Spreekt u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de tiJe
Jou. YoEgo
Ik me marchoIk ga weg ahora mismoAanstonds
Dadelijk
Komt eraan
Meteen
Nu
Nu meteen
Onmiddellijk
Op dit moment
Op staande voet
Subiet
Zo meteen
Zo-even nog a la rápidaGauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge
naveBeuk
Boot
Ruim
Schip
Vaartuig junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij misMi's
Mijn compañerosAmbtgenoten
Collega's
Collegae
Gezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
Vakgenoten, que debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten cansadosAfgebeuld
Afgejakkerd
Afgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geërgerd
Mat
Matte
Moe
Moeë
Tegengestaan
Vermoeid
Vermoeide
Vermoeiend geweest
Verveeld de tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer esperarmeAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op. TúGe
Gij
Je
Jij ocúpateHoud je bezig!
Wijd je!
de estoDeze
Dit y prestaBehendig
Behendige
Bereid
Bereide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Leen uit!
Leen!
Snel
Snelle
Vlug
Vlugge
Voortvarend
Voortvarende oídosGehoord
Vernomen
Verstaan a misMi's
Mijn palabrasBewoordingen
Woorden.'
Y leHaar
Hem
Het
U contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde TelémacoTelemachus discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
'HuéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast, en verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt estoDeze
Dit conDoor
Met
Per
Samen met sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un padrePater
Vader a suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon, y
jamásNimmer
Nooit los echaréIk zal aan het
lot overlaten
Ik zal aandeel hebben
in
Ik zal aankondigen
Ik zal beginnen handel
te drijven met
Ik zal bekend maken
Ik zal buiten de
deur zetten
Ik zal een partijtje
spelen
Ik zal erop gooien
Ik zal gooien
Ik zal inschenken
Ik zal keilen
Ik zal krijgen
Ik zal nemen
Ik zal opleggen
Ik zal optreden in
Ik zal opvoeren
Ik zal schatten
Ik zal smijten
Ik zal storten
Ik zal strooien
Ik zal tanken
Ik zal toevoegen
Ik zal uiten
Ik zal uitslaan
Ik zal uitspelen
Ik zal uitspreken
Ik zal vastmaken
Ik zal wedden
Ik zal wedijveren
Ik zal wegjagen
Ik zal wegsturen
Ik zal wegzenden
Ik zal werpen
Ik zal zeggen a olvidoIk leer af
Ik vergeet
Ik verleer
Vergetelheid. MasDoch
Echter
Maar
Plus, vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen, quédateBlijf achter!
Blijf over!
Blijf!
Rest!
Resteer!
Toef!
Verblijf!
Word! ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans por muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer deseosoVerlangend
Verlangende que estésJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit del
caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, para queOpdat
Zodat después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over bañarteBaden
Dompelen
In bad doen
Overgieten
Wassen y gozarGenieten
Genieten van
Zich verheugen in
Zich verlustigen in en tuJe
Jouw pechoBoezem
Borst marchesJij/je loopt
Jij/je marcheert alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke a la naveBeuk
Boot
Ruim
Schip
Vaartuig
portandoApporterend un presenteAanwezig
Aanwezige
Belicht u!
Biedt u aan!
Brengt u uit!
Cadeau
Dient u in!
Donatie
Etaleert u!
Geschenk
Gift
Heden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze etaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt bloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uiteen
Ik belicht
Ik bied aan
Ik breng uit
Ik dien in
Ik etaleer
Ik presenteer
Ik schenk
Ik stal uit
Ik stel bloot
Ik stel tentoon
Ik stel voor
Ik vertoon
Ik zet uiteen
Present
Presente
Presenteert u!
Schenking
Schenkt u!
Stalt u uit!
Stelt u bloot!
Stelt u tentoon!
Stelt u voor!
Tegenwoordig
Tegenwoordige
Tegenwoordige tijd
Vertoont u!
Zet u uiteen!, un regaloCadeau
Donatie
Gave
Geschenk
Gift
Ik geef cadeau
Ik schenk
Schenking estimable y hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon que será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn para tiVoor jou un tesoroSchat de míMe
Mij,
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals los queWie
Zij die hospedanZij/ze verlenen gastvrijheid aan dan aZij/ze zien uit op susHaar
Hun
Uw
Zijn huéspedesGasten
Hosts
Introducés
Kostgangers
Logés
Pensiongasten.'
Y contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo Atenea, de ojosKijkers
Ogen brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale:
'NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij detengasJij/je arresteert
Jij/je houdt aan
Jij/je houdt af
Jij/je houdt weg
Jij/je neemt in verzekerde
bewaring
Jij/je onthoudt
Jij/je onttrekt
Jij/je rekent in
Jij/je stopt másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds ansíoIk begeer vurig el caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg. El regaloCadeau
Donatie
Gave
Geschenk
Gift
Ik geef cadeau
Ik schenk
Schenking que tuJe
Jouw corazónHart
Klokhuis teJe
Jou empujeDouwen
Douwt u!
Dringen
Dringt u!
Duwen
Duwt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze douwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoot
Ik douw
Ik dring
Ik duw
Ik stoot
Stoot u!
Stoten a
darmeAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen, entrégameloAangeven
Aanreiken
Afgeven
Afgifte
Afleveren
Aflevering
Bestel!
Bestellen
Betaal uit!
Bezorg!
Bezorgen
Breng door!
Doorbrengen
Geef aan!
Geef af!
Geef over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Inleveren
Inlevering
Lever af!
Lever in!
Lever!
Leveren
Levering
Overdracht
Overgeven
Overhandig!
Overhandigen
Overleg!
Overleggen
Reik aan!
Stel ter hand!
Toevoeren
Uitbetalen
Verdrijf!
Verdrijven
Voer toe! cuandoAls
Tijdens
Wanneer vuelvaDraait u om!
Draait u rond!
Draait u!
Gaat u terug!
Gaat u weer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weerom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wentelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwenkt
Ik draai
Ik draai om
Ik draai rond
Ik ga terug
Ik ga weer
Ik keer
Ik keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Ik loop terug
Ik trek terug
Ik wend
Ik wentel
Ik zwenk
Keert u terug!
Keert u weder!
Keert u!
Komt u terug!
Komt u weder!
Komt u weerom!
Loopt u terug!
Trekt u terug!
Wendt u!
Wentelt u!
Zwenkt u! otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! llevarloBreng hem a casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!. EscogeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu de
verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid y tendrásJij/je zal bijhouden
Jij/je zal erop nahouden
Jij/je zal hebben
Jij/je zal houden
Jij/je zal vasthouden otroAnder
Andere
Nog een
Nog één igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort en recompensaBelonen
Beloning
Beloon!
Doe terug!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt schadeloos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergeldt
Lonen
Loon
Loon!
Stel schadeloos!
Terugdoen
Vergeld!
Vergelden
Vergelding.'
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hablandoConverserend
Pratend
Sprekend, partióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitste op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze startte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok la de ojosKijkers
Ogen brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale, Atenea, y se remontóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloog omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloog op comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un aveGevogelte
Vogel, eEn infundióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet trekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
audaciaStoutmoedigheid en el pechoBoezem
Borst de TelémacoTelemachus y valentíaDapperheid
Moed. PeroDoch
Echter
Maar después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over reflexionarBedenken
Nadenken
Overdenken
Wikken
Zinnen
Zinnen op en suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand
quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was estupefacto, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende pensóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un diosGod
Godheid. Y, mortalDodelijk
Dodelijke
Dood- a los diosesGoden
Godheden igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort, marchóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheerde
enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij los pretendientesPretendenten
Sollicitanten.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind discursoOratie
Rede
Redevoering
Speech
Toespraak
Vertoog esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats confusoBedremmeld
Bedremmelde
Beduusd
Beduusde
Benard
Benarde
Beteuterd
Beteuterde
In verlegenheid
Verbijsterd
Verbijsterde
Verbouwereerd
Verbouwereerde y contradictorioTegenstrijdig
Tegenstrijdige, aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! de que el tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale \('teJe
Jou ordenoIk bestel
Ik beveel
Ik gelast
Ik ruim op
Ik schrijf voor
Ik sommeer
Ik verorden', etcEnzovoorts.\) estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever en bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater de Atenea que de un extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde descono˜cido. De hechoFeitelijk
Inderdaad, los vv 269-80 contradicenZij/ze bestrijden
Zij/ze betwisten
Zij/ze spreken tegen
Zij/ze vechten aan
Zij/ze werpen tegen
Zij/ze zijn in tegenspraak
met a 287-96. PeroDoch
Echter
Maar ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts los vv. 275-8 estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn en bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater del pretendientePretendent
Sollicitant Eurímaco en 1111
Elf.195-7; y los vv. 280-92 estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn en bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve TelémacoTelemachus en 1111
Elf.214-23. ElloDat
Het haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet que estaDeze
Dit parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde del cantoIk zing
Zangkunst primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt consideradaBeschouwd
Beschouwd als
Nagegaan
Overwogen
Rekening gehouden met por los analíticosAnalytisch
Analytische comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una ampliaciónUitbouw
Uitbouwing
Uitbouwsel
Uitbreiden
Uitbreiding
Verbreden
Vergroten
Vergroting
Verruimen a base deOp basis van retazosBrokken
Overblijfselen
Overblijfsels
Stukken del cantoIk zing
Zangkunst segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! claroAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Moment waarop het niet
regent
Natuurlijk
Onbewolkt
Onbewolkte
Open plek
Opklaring
Ronde venster
Tussenruimte
Uitgesproken
Zonneklaar
Zuiver
Zuivere que Femio noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht cantarZingen otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que los NostoiNo=
Nee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank. ElloDat
Het sirveBedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer! a variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende finesBesluiten
Beëindigingen
Doeleinden
Doelen
Doelstellingen
Doelwitten
Einden
Eindes
Enden
Honken: primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke, potenciar el ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming que reinaHeers!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt boven anderen
uit
Koningin
Regeer!
Steek boven anderen uit!
Vorstin en el palacioPaleis de OdiseoOdysseus -la complacencia de los pretendientesPretendenten
Sollicitanten y el dolorPijn
Smart
Wee
Zeer de los familiaresBloedverwanten
Eenvoudig
Eenvoudige
Familiaar
Familiare
Familie-
Familieleden
Gemeen
Gemeenzaam
Gemeenzame
Gemene
Gemoedelijk
Gemoedelijke
Huiselijk
Huiselijke
Vertrouwd
Vertrouwde
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke
Verwanten
Zonder plichtplegingen-; en segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel sirveBedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! presentarAanbieden
Belichten
Blootstellen
Etaleren
Indienen
Presenteren
Schenken
Tentoonstellen
Uitbrengen
Uiteenzetten
Uitstallen
Vertonen
Voorstellen dramáticamente, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit los primerosEerste
Eersten
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voorgerechten
Voortreffelijk
Voortreffelijke ver˜sos, la figuraAfbeelding
Beeld
Beeld af!
Belachelijke vent
Blink uit!
Figureer!
Figuur
Geef voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze figureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veinst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt voor
Plaat
Prent
Stel voor!
Veins!
Voorstelling
Vorm!
Wend voor! de PenélopePenelope; finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una referenciaReferentie
Verwijzing adelantadaBespoedigd
Geaccelereerd
Geleend
Gepasseerd
Ingehaald
Teruggezet
Uitgeleend
Uitgeschoven
Uitgestoken
Verbeterd
Veredeld
Verhaast
Vermeerderd
Versneld
Vervroegd
Voorbijgereden
Voorbijgevaren
Voorgegaan
Voorgelopen
Voorgeschoten
Vooruitbetaald
Vooruitgezet alNaar de
Naar het contenidoAfgehouden
Bedwongen
Behelsd
Beteugeld
Betoomd
Bevat
Gehouden
Geïmpliceerd
In toom gehouden
Ingehouden
Ingetoomd
Inhoud
Onthouden
Onttrokken
Vervat
Weggehouden de los cantosZangkunsten siguientesAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende \(III y IV\).)
EntreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen éstosDeze estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat cantandoZingend el ilustreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze illustreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veraanschouwelijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlucht
Ik illustreer
Ik veraanschouwelijk
Ik verlucht
Illustreert u!
Veraanschouwelijkt u!
Verlucht u! aedo, y ellosHen
Ze
Zij escuchabanZij/ze beluisterden
Zij/ze hoorden aan
Zij/ze hoorden toe
Zij/ze luisterden
Zij/ze luisterden toe sentadosAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen.
CantabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zong
Ik zong el regresoIk keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Terugkeer
Terugtocht de los aqueos que PalasPallas
Pannekoekmessen
Pannenkoekmessen
Scheppen
Schoppen
Taartscheppen Atenea lesHen
Hun
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had deparadoAangeboden
Geschonken
Verschaft funestoFunest
Funeste desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit
TroyaTroje. La hijaDochter de Icario, la prudenteBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige PenélopePenelope, acogióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving op en suHaar
Hun
Uw
Zijn pechoBoezem
Borst el inspiradoBezield
Geïnspireerd
Ingeboezemd cantoIk zing
Zangkunst
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit el pisoDe onderste richel (?) de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog y descendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stamde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zonk por la elevadaBevorderd
Getild
Ingediend
Opgeheven
Opgericht
Opgevoerd
Uitmuntend
Uitmuntende
Verheven
Verhoogd escaleraLadder
Opgang
Trap de suHaar
Hun
Uw
Zijn palacioPaleis; masDoch
Echter
Maar
Plus noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten, que
la acompañabanZij/ze accompagneerden
Zij/ze begeleidden
Zij/ze gingen mee
Zij/ze liepen mee
Zij/ze vergezelden dos2
Do's
Twee
Tweede siervas. CuandoAls
Tijdens
Wanneer huboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a los pretendientesPretendenten
Sollicitanten la divinaGoddelijk
Goddelijke entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las
mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen, se detuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het pilarPijler
Steunpilaar centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt del techoBovengrens
Dak
Hoogtegrens
Ik voorzie van een
dak
Plafond labradoBeitelen
Bewerken
Bewerkt
Gebeiteld
Geslepen
Slijpen
Verwerken
Verwerkt llevandoAanhebbend
Berekenend
Bijeenbrengend
Brengend
Door te brengen
Dragend
In rekening brengend
Medebrengend
Meebrengend
Meenemend
Ophebbend
Vervoerend
Voorhebbend
Wegbrengend anteSuède
Ten overstaan van
Voor susHaar
Hun
Uw
Zijn mejillasKonen
Wangen un
gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid veloFloers
Ik omsluier
Ik sluier
Ik waak
Sluier
Voile, y a cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant se pusoHij zette zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd una fielGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe sirvientaDienster
Dienstmeisje. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak llorandoBejammerend
Betreurend
Bewenend
Huilend
Krijtend
Schreiend
Wenend alNaar de
Naar het divinoGoddelijk
Goddelijke aedo:
'Femio, sabesJij/je kent
Jij/je smaakt
Jij/je weet otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één muchosVeel
Vele
Zeer
Zere cantosZangkunsten, hechizoIk begoochel
Ik beheks
Ik betover
Ik heks
Ik tover
Toverspreuk de los mortalesDodelijk
Dodelijke
Dood-, hazañasHuzarenstukjes de hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten y
diosesGoden
Godheden que los aedos hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit famosasAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekende
Beroemd
Beroemde
Gerenommeerd
Gerenommeerde
Gevierd
Gevierde
Glorierijk
Glorierijke
Glorieus
Glorieuze
Roemrijk
Roemrijke
Roemruchtig
Roemruchtige
Roemvol
Roemvolle
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde. CántalesHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Zing! uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de éstosDeze sentadoAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld a suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant y que ellosHen
Ze
Zij
bebanDrinkt u!
Gebruikt u!
Zij/ze drinken
Zij/ze gebruiken suHaar
Hun
Uw
Zijn vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen; masDoch
Echter
Maar
Plus dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds eseDat
Die cantoIk zing
Zangkunst tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige que meMe
Mij estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! dañandoBezerend el corazónHart
Klokhuis
dentroBinnen
Daarbinnen
Erin del pechoBoezem
Borst, puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl a míMe
Mij sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is alcanzadoAchterhaald
Behaald
Bereikend
Bereikende
Bereikt
Buitgemaakt
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Verworven un dolorPijn
Smart
Wee
Zeer inolvidableOnvergetelijk
Onvergetelijke, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
añoroIk hunker
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar, acordándomeGedenkend
Herdenkend
Me herinnerend
Terugdenkend continuamenteAldoor
Bij voortduring
Continue
Permanent
Voortdurend, la cabezaHoofd
Kop
Krop de un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier renombre esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde en
la Hélade y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el centroEl centro
Het midden de ArgosArgos
Argus'.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
En HomeroHomerus, Hellás designaBenoem!
Bestem!
Duid aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Wijs aan! habitualmenteGewoonlijk el norteNoorden de GreciaGriekenland, especial˜mente la TesaliaThessalië superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure \(el reinoIk heers
Ik regeer
Ik steek boven anderen
uit
Koninkrijk
Rijk
Staat de PeleoIk kamp
Ik maak ruzie
Ik strijd
Ik vecht
Ik voer strijd
Peleus\) y ArgosArgos
Argus designaBenoem!
Bestem!
Duid aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Wijs aan! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el Pelopone˜so. La fraseFrase
Volzin
Zin
Zinsnede significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor!, por tantoDaarom
Derhalve, 'en todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle GreciaGriekenland'. HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs Hesiodo \(TrabajosArbeiden
Bewerkingen
Emplooien
Karweien
Verwerkingen
Werken y Dias, 653\) Hellás noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank designaBenoem!
Bestem!
Duid aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Wijs aan! a GreciaGriekenland en suHaar
Hun
Uw
Zijn conjuntoComplet
Complex
Ensemble
Geheel
Inrichting
Set
Stel
Stelletje
Troep
Verzameling)
Y TelémacoTelemachus leHaar
Hem
Het
U dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
'MadreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding míaVan mij, ¿quéWat
Welke reprochasJij/je beknort
Jij/je berispt
Jij/je verwijt
Jij/je wijst terecht alNaar de
Naar het amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke aedo que nos(Aan) ons
Ons deleiteBekoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft genot aan
Ik bekoor
Ik verheug
Ik verschaf genot aan
Verheugt u!
Verschaft u genot aan! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals leHaar
Hem
Het
U impulseBevordert u!
Brengt u over!
Drijft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevordert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stimuleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan tot
Ik bevorder
Ik breng over
Ik drijf aan
Ik stimuleer
Ik zet aan tot
Stimuleert u!
Zet u aan tot! suHaar
Hun
Uw
Zijn
voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin? NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los aedos culpablesDaders
Schuldig
Schuldige
Schuldigen, sinoDoch
Echter
Maar en ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig Zeus, el queDat
Die
Hij die
Wie dotaBegiftig!
Geef mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiftigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft mee a los
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten que comenZij/ze bikken
Zij/ze eten
Zij/ze gebruiken
Zij/ze gebruiken het middagmaal
Zij/ze lunchen
Zij/ze nuttigen
Zij/ze vreten granoGraan
Grein
Koren
Korrel
Kraal
Mee-eter
Pit
Puistje
Zaadje
Zaadkorrel comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! a cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één'.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ésteDeze
Dit noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben castigoAflossing
Afschrijving
Amortisatie
Bestraffing
Bezoeking
Delging
Ik bestraf
Ik straf
Schulddelging
Slag
Straf
Strafoefening
Strafoplegging porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl canteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zingt
Ik zing
Zang
Zingt u! el destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland aciagoCatastrofaal
Catastrofale
Onheilspellend
Onheilspellende
Rampzalig
Rampzalige
Sinister
Sinistere de los dánaos, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende ésteDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el
cantoIk zing
Zangkunst que másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus celebranZij/ze celebreren
Zij/ze dragen op
Zij/ze vieren los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten, el queDat
Die
Hij die
Wie llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus recienteFris
Frisse
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Recent
Vers
Verse a los oyentes.
'Que tuJe
Jouw corazónHart
Klokhuis y tuJe
Jouw espírituGeest
Geestgesteldheid soportenVerdraagt u!
Zij/ze verdragen escucharloAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend OdiseoOdysseus perdióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze miste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwistte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelde en TroyaTroje
el díaDag
Etmaal de suHaar
Hun
Uw
Zijn regresoIk keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Terugkeer
Terugtocht, que tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook perecieronZij/ze crepeerden
Zij/ze kwamen om
Zij/ze ondergingen
Zij/ze sneuvelden
Zij/ze vergingen
Zij/ze verongelukten otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één muchosVeel
Vele
Zeer
Zere hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten. ConqueDus marchaFanfare
Fanfarekorps
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheert
Loop!
Lopen
Marcheer!
Marcheren
Versnelling
Vertrek
Weggaan a tuJe
Jouw
habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning y cuídate deBekommer je om!
Draag zorg voor! tuJe
Jouw trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken, el telar y la rueca, y ordena aBeveel te!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt te las esclavasSlavinnen que se
ocupenBekleedt u!
Beslaat u!
Betrekt u!
Bewaart u!
Bewoont u!
Bezet u!
Houdt u bezig!
Neemt u in beslag!
Vervult u!
Zij/ze bekleden
Zij/ze beslaan
Zij/ze betrekken
Zij/ze bewaren
Zij/ze bewonen
Zij/ze bezetten
Zij/ze houden bezig
Zij/ze nemen in beslag
Zij/ze vervullen del suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u. La palabraBewoording
Woord debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn cosa de hombresMannenzaak, de todosAller-
Ieders, y sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk de míMe
Mij, de
quienDie
Wie esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind palacioPaleis.'
AdmiróseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewonderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaasde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwonderde ellaHaar
Ze
Zij y se encaminóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich op
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gericht de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer a suHaar
Hun
Uw
Zijn habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende pusoHij plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer en suHaar
Hun
Uw
Zijn interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot la
palabraBewoording
Woord discretaBescheiden
Discreet
Discrete
Onopvallend
Onopvallende
Verstandig
Verstandige de suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon. SubióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besteeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte in de
trein
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wies alNaar de
Naar het pisoAanstampen
Appartement
Betreden
Etage
Flat
Ik betreed
Ik loop onder de
voet
Ik prak
Ik stamp aan
Ik trap in
Ik trap op
Ik vertrap
Intrappen
Verdieping
Vertrappen
Vloer de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog en companía de las esclavasSlavinnen y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
rompióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrak a llorarBejammeren
Betreuren
Bewenen
Huilen
Krijten
Schreien
Wenen a OdiseoOdysseus suHaar
Hun
Uw
Zijn esposoEchtgenoot
Gemaal
Man hasta queTot
Totdat Atenea, de ojosKijkers
Ogen brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale, echoIk begin handel te
drijven met
Ik gooi
Ik gooi erop
Ik heb aandeel in
Ik jaag weg
Ik keil
Ik kondig aan
Ik krijg
Ik laat aan het
lot over
Ik leg op
Ik maak bekend
Ik maak vast
Ik neem
Ik schat
Ik schenk in
Ik sla uit
Ik smijt
Ik speel een partijtje
Ik speel uit
Ik spreek uit
Ik stort
Ik strooi
Ik stuur weg
Ik tank
Ik treed op in
Ik uit
Ik voeg toe
Ik voer op
Ik wed
Ik wedijver
Ik werp
Ik zeg
Ik zend weg
Ik zet buiten de
deur dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid sueñoDroom
Ik droom
Ik mijmer
Slaap
sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! susHaar
Hun
Uw
Zijn parpados.
Los pretendientesPretendenten
Sollicitanten rompieron(Zij) braken
Zij/ze braken
Zij/ze braken af
Zij/ze braken door
Zij/ze braken stuk
Zij/ze maakten kapot
Zij/ze schonden
Zij/ze verbraken a alborotarIn opstand brengen
Lawaai maken
Leven maken
Onrust verwekken bij
Verontrusten en el sombríoDonker
Donkere
Somber
Sombere mégaron y deseabanZij/ze ambieerden
Zij/ze aspireerden
Zij/ze begeerden
Zij/ze dongen naar
Zij/ze haakten naar
Zij/ze hadden trek in
Zij/ze hunkerden
Zij/ze jaagden na
Zij/ze joegen na
Zij/ze smachtten
Zij/ze smachtten naar
Zij/ze snakten naar
Zij/ze streefden na
Zij/ze streefden naar
Zij/ze verkozen
Zij/ze verlangden
Zij/ze wensten todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
acostarseGaan liggen
Gaan slapen
Naar bed gaan
Zich ter ruste begeven en suHaar
Hun
Uw
Zijn camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde al lado deAan
Bij
Dichtbij
Naast
Naast de
Nabij ellaHaar
Ze
Zij. EntoncesDan
Dus
Toen comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a hablarlesConverseren
Praten
Spreken TelémacoTelemachus
discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
'PretendientesPretendenten
Sollicitanten de miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding que tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast excesivaOvercompleet
Overcomplete
Overdreven
Overmatig insolenciaBrutaalheid
Onbeschaamdheid
Overmoed
Vermetelheid, gocemosLaten we genieten
Laten we genieten van
Laten we zich verheugen
in
Laten we zich verlustigen
in
Wij/we genieten
Wij/we genieten van
Wij/we verheugen ons in
Wij/we verlustigen ons in ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans conDoor
Met
Per
Samen met el
banqueteBanket
Feestmaal
Festijn
Gelag
Smulpartij y que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! vocerío, puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl loDe
Hem
Het
U mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats escucharAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren a un aedo comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals ésteDeze
Dit,
semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke en suHaar
Hun
Uw
Zijn vozInspraak
Stem
Stemgeluid a los diosesGoden
Godheden'.
'AlNaar de
Naar het amanecerAanbreken
Dagen
Dageraad
Krieken
Licht worden marchemosLaten we lopen
Laten we marcheren
Wij/we lopen
Wij/we marcheren a la plazaPlein
Zitplaats y sentemonos todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle para queOpdat
Zodat osJe
Jullie digaGeeft u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Ik geef op
Ik spreek
Ik zeg
Spreekt u!
Zeg
Zegt u! sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te empacho
que salgáisJullie gaan buiten
Jullie gaan naar buiten
Jullie gaan op weg
Jullie gaan uit
Jullie gaan weg
Jullie komen er mee
weg
Jullie komen uit
Jullie lopen uit
Jullie rijden af
Jullie rijden uit
Jullie rijden weg
Jullie stappen op
Jullie stappen uit
Jullie starten
Jullie stijgen uit
Jullie tijgen
Jullie treden uit
Jullie varen uit
Jullie verschijnen
Jullie vertrekken de miMi
Mijn palacioPaleis, os preparéisJullie bereiden je voor
Jullie maken je gereed
Jullie maken je klaar
Jullie maken je op otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één banquetesBanketten
Feestmalen
Festijnen
Gelagen
Smulpartijen y comáisJullie bikken
Jullie eten
Jullie gebruiken
Jullie gebruiken het middagmaal
Jullie lunchen
Jullie nuttigen
Jullie vreten vuestrosJullie
Van jullie propiosEigen bienesGelukken
Welvaarten
invitándoos mutuamenteOnderling
Over en weer
Wederkerig
Wederzijds. PeroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals osJe
Jullie parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! loDe
Hem
Het
U mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever y másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus acertadoAfdoend
Afdoende
Doeltreffend
Doeltreffende
Doorgekomen
Effectief
Effectieve
Gegist
Gehaald
Geraakt
Geraden
Geslaagd
Getroffen
Klaargespeeld
Treffend
Treffende
Verstandig
Verstandige
Weldoordacht
Weldoordachte
Weloverwogen
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame destruirVernielen
Vernietigen
Verwoesten sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pagarBetalen
Dokken
Storten
Uitbetalen
Uitkeren
Voldoen la
haciendaHaciënda de un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, consumidlaConsumeer!
Eet op!
Eet!
Gebruik op!
Maak op!
Sloop!
Teer op!
Verbruik!
Verorber!
Verteer!. YoEgo
Ik clamaréIk zal heftig roepen
Ik zal roepen om
Ik zal schreeuwen a los diosesGoden
Godheden, que vivenZij/ze leven
Zij/ze wonen siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend, por
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Zeus de algun modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze meMe
Mij concedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ken toe!
Verschaf! que vuestrasJullie
Van jullie obrasBoekwerken
Geschriften
Jij/je ageert
Jij/je bent bezig
Jij/je doet
Jij/je gaat te werk
Jij/je gaat voort
Jij/je handelt
Jij/je treedt op
Jij/je werkt
Kunstwerken
Oeuvres
Opera
Opussen
Pennenvruchten
Werken
Werkzaamheden seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn castigadasBestraft
Gestraft: pereceréisJullie zullen creperen
Jullie zullen omkomen
Jullie zullen ondergaan
Jullie zullen sneuvelen
Jullie zullen vergaan
Jullie zullen verongelukken alNaar de
Naar het
puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand que osJe
Jullie vengueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik neem wraak
Ik wreek
Neemt u wraak!
Wreekt u!, dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind palacioPaleis!'
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak, y todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle clavaronZij/ze sloegen in los dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes en susHaar
Hun
Uw
Zijn labiosLippen. Estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten admiradosBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd de TelémacoTelemachus
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had habladoGeconverseerd
Gepraat
Gesproken audazmenteBrutaal. Y Antínoo, hijoKind
Zoon de Eupites, se dirigió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klampte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopte aan bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak toe élHem
Hij:
'TelémacoTelemachus, seguramenteBeslist
Vast
Zeker los diosesGoden
Godheden mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve teJe
Jou enseñan aZij/ze leren aan serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds arroganteAanmatigend
Aanmatigende
Arrogant
Arrogante
Onbescheiden
Verwaand
Verwaande en la palabraBewoording
Woord
y a hablarConverseren
Praten
Spreken audazmenteBrutaal. ¡Que el hijoKind
Zoon de Crono noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst de Itaca, rodeadaBegrepen
Omgegaan
Omgeven
Omgeven met
Omringd
Rondgegaan de marZee,
cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak que por linaje teJe
Jou corrresponde comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals herenciaErfdeel
Erfelijkheid
Erfenis
Erfgoed
Erfrecht
Nalatenschap
Neiging
Overerving paternaVan vaders kant! '
Y Telemaco leHaar
Hem
Het
U contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
El mégaron esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la estanciaGrote boerderij
Oponthoud
Verblijf principalBelangrijkste
Hoofd-
Voornaamste de un palacioPaleis micénico. ConservoIk behoud
Ik berg
Ik bespreek
Ik bewaar
Ik boek
Ik conserveer
Ik houd open
Ik houd over
Ik houd vrij
Ik onderhoud
Ik reserveer la palabraBewoording
Woord griegaGrieks
Griekse paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank traducirlaOverzetten
Vertalen por 'salaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Leg in het zout!
Leg in!
Lounge
Maak in!
Pekel!
Salon
Zaal
Zout!' o 'salónHuiskamer
Salon
Woonkamer
Zaal' que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank respondeAntwoord op!
Antwoord!
Beantwoord!
Ben aansprakelijk!
Ben verantwoordelijk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verantwoordelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordt
Reageer!
Verantwoord! exacta˜mente a las caracteristicas y funcionesAmbten
Banen
Betrekkingen
Functies
Jij/je doet het
Jij/je functioneert
Jij/je gaat in zijn
werk
Jij/je werkt
Plaatsen
Werkkringen del mégaron. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind se sueleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt
Pleegt encontrarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden a un ladoOpzij! del granGroot
Grote patioBinnenplaats
Erf
Hof
Patio
Plaats centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt y consta deBesta uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat uit tres3
Drie partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes: el portico \(aíthousa\), el vestibulo \(pródromas\) y el megaron propiamenteEigenlijk dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk, una granGroot
Grote estanciaGrote boerderij
Oponthoud
Verblijf conDoor
Met
Per
Samen met un hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis en la queDat
Die
Wie
Zij die se centraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepaalt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert tot zijn
middelpunt la vidaHachje
Leven del palacioPaleis: allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds se celebranZij/ze hebben plaats
Zij/ze worden gehouden sacrificiosMisoffers
Offeranden
Offerandes
Offers
Opofferingen y ban˜quetes y se recibeAccepteer!
Begroet!
Geniet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Krijg!
Neem aan!
Ontvang!
Toucheer! a los huéspedesGasten
Hosts
Introducés
Kostgangers
Logés
Pensiongasten. Además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend la puertaDeur
Poort
Portier principalBelangrijkste
Hoofd-
Voornaamste, de dos2
Do's
Twee
Tweede batien˜tes, que se encuentraBevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gesteld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt het debajoBeneden
Eronder
Onder del portico, sueleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt
Pleegt tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden un portónGrote deur
Vestibuledeur de una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst que da aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet uit op
Zie uit op! un corredorBaan
Gang
Makelaar
Overloop
Rijstrook por dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin Se accedeBen het eens!
Ga binnen!
Geef toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt goed
Stem toe!
Vind goed! a las habitacionesHabitatten
Hotelkamers
Kamers
Lokalen
Slaapkamers
Vertrekken
Woningen privadasBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd \(thálamoi\) tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer de la planta bajaBenedenverdieping
Parterre comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals del pisoAanstampen
Appartement
Betreden
Etage
Flat
Ik betreed
Ik loop onder de
voet
Ik prak
Ik stamp aan
Ik trap in
Ik trap op
Ik vertrap
Intrappen
Verdieping
Vertrappen
Vloer de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog. Cfr. Alan J. B. Wace, 'Houses and Palaces', en Companion..., págs. 489-97)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
De los 108 pretendientesPretendenten
Sollicitanten \(cfr. XVI.247 y ss.\) soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten catorce14
Veertien se destacanZij/ze komen uit
Zij/ze steken af
Zij/ze vallen op de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta anónimaAnoniem
Anonieme
Naamloos
Naamloze conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam y patronímicoPatroniem, y aunKattenklauw
Nog
Zelfs entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen éstosDeze sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend tres3
Drie o cuatro4
Vier jueganZij/ze spelen
Zij/ze spelen voor
Zij/ze voeren uit un papelEen papier activoActief
Actieve
Afdoend
Afdoende
Arbeidzaam
Arbeidzame
Bedrijvend
Bedrijvende
Bedrijvende vorm
Bedrijvig
Bedrijvige
Bezit
Doeltreffend
Doeltreffende
Effect
Effectief
Effectieve
Ijverig
Ijverige
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik ga vooruit
Ik schiet op
Ik verhaast
Ik verlevendig
Ik versnel
Ik vlot
Ik vorder
Ik vuur aan
Ik win veld
Ik zet aan
Nijver
Nijvere
Overgankelijk
Overgankelijke
Tegoed
Transitief
Transitieve
Vlijtig
Vlijtige
Werkdadig
Werkdadige
Werkend
Werkende
Werkzaam
Werkzame en la obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid. Antínoo esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats precisamenteJuist
Net el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus inso˜lente de todosAller-
Ieders y el queDat
Die
Hij die
Wie planeaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ordent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zweeft
Orden!
Plan!
Zweef! la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden de TelémacoTelemachus. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke en serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn pre˜sentado y será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn el primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke en morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te haberBezitting
Hebben
Zijn siquieraAlthans reconocidoErkend
Gehonoreerd
Geïdentificeerd
Herkend
Onderkend
Toegegeven a OdiseoOdysseus comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals suHaar
Hun
Uw
Zijn verdugoBeul, cfr. XXII.88
Acht y ss.)
'Antínoo, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al te enojesJij/je windt je op conmigoMet mij
Met mij mee por lo queDat wat
Wat voy aIk ga naar decirOpgeven
Spreken
Zeggen, estoDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats precisamenteJuist
Net lo queDat wat
Wat
quisieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou yoEgo
Ik obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Zeus meMe
Mij loDe
Hem
Het
U concedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ken toe!
Verschaf!. ¿O acasoToeval
Toevalligheid crees queJij/je denkt dat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats loDe
Hem
Het
U peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten? NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank; rapidamente tuJe
Jouw palacioPaleis se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men ricoFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Heerlijk
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende y tuJe
Jouw mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus respetadoGerespecteerd
Geëerbiedigd
Respect gehad voor. PeroDoch
Echter
Maar hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand muchosVeel
Vele
Zeer
Zere otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één personajesFiguren
Personages
Personen realesDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Realen
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke en Itaca, rodeadaBegrepen
Omgegaan
Omgeven
Omgeven met
Omringd
Rondgegaan de marZee; que
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de ellosHen
Ze
Zij ocupeBekleedt u!
Beslaat u!
Betrekt u!
Bewaart u!
Bewoont u!
Bezet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beslaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervult
Houdt u bezig!
Ik bekleed
Ik besla
Ik betrek
Ik bewaar
Ik bewoon
Ik bezet
Ik houd bezig
Ik neem in beslag
Ik vervul
Neemt u in beslag!
Vervult u! el tronoTroon, muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht el divinoGoddelijk
Goddelijke OdiseoOdysseus. YoEgo
Ik seréIk zal gebeuren
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal zijn soberanoBeheerser
Potentaat
Soeverein de miMi
Mijn palacioPaleis y
de los esclavosSlaven que el divinoGoddelijk
Goddelijke OdiseoOdysseus tomóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals botin. '
Y Eurímaco, hijoKind
Zoon de Pólibo, leHaar
Hem
Het
U dijo aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei tegen suHaar
Hun
Uw
Zijn vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt:
'TelémacoTelemachus, en verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en las rodillasKnieën de los diosesGoden
Godheden quiénWie de los aqueos va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar reinarBoven anderen uitsteken
Heersen
Regeren
en Itaca, rodeadaBegrepen
Omgegaan
Omgeven
Omgeven met
Omringd
Rondgegaan de marZee; túGe
Gij
Je
Jij haríasJij zou doen
Jij/je zou aanmaken
Jij/je zou bedrijven
Jij/je zou doen
Jij/je zou maken
Jij/je zou uitbrengen
Jij/je zou uitrichten
Jij/je zou uitvoeren mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever en conservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden tusJe
Jouw posesionesBezittingen
Eigendommen
Goederen
Vermogens y reinarBoven anderen uitsteken
Heersen
Regeren sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! tusJe
Jouw
esclavosSlaven. ¡CuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent que loDe
Hem
Het
U priveBerooft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plundert uit
Ik beroof
Ik plunder uit
Plundert u uit! de tusJe
Jouw posesionesBezittingen
Eigendommen
Goederen
Vermogens por la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!,
contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus tuJe
Jouw voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin, mientrasTerwijl Itaca sigaBewandelt u!
Blijft u aan!
Gaat u door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houdt u bij!
Ik bewandel
Ik blijf aan
Ik ga door
Ik houd bij
Ik vloei voort
Ik volg
Ik volg op
Ik zet voort
Vloeit u voort!
Volg
Volgt u op!
Volgt u!
Zet u voort! habitadaBewoond
Bewoonde
Gehuisd
Geresideerd
Gevestigd geweest
Gewoond
Ingewoond!
'PeroDoch
Echter
Maar quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil, excelenteBriljant
Briljante
Excellent
Excellente
Kostelijk
Kostelijke
Tiptop
Tof
Toffe
Uitmuntend
Uitmuntende
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke, preguntarteVragen sobre elOp de
Op het forasteroBuitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Vreemd
Vreemde de dóndeWaar
Waarheen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, de quéWat
Welke tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land se
precia de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn y dóndeWaar
Waarheen tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans suHaar
Hun
Uw
Zijn linaje y heredadBeërf!
Erf! paternaVan vaders kant. ¿AcasoToeval
Toevalligheid traeBezorg!
Breng aan!
Breng mee!
Breng!
Draag aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Neem mee! un mensajeBericht
Boodschap
Mededeling de
tuJe
Jouw padrePater
Vader ausenteAbsent
Absente
Afwezig
Afwezige
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Ik verwijder
Ontbrekend
Ontbrekende
Uitstedig
Uitstedige
Vermist
Vermiste
Verwijdert u! o haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven aquíAlhier
Hier por algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander asuntoAangelegenheid
Affaire
Ding
Kwestie
Onderwerp
Stof
Thema
Zaak propioEigen? CuánHoe rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gauwe
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge se levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker y
marchóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheerde enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op a que loDe
Hem
Het
U conociéramosWij/we kenden
Wij/we leerden kennen
Wij/we maakten kennis
Wij/we waren bekend met
Wij/we wisten. Desde luegoAanstonds
Dadelijk
Meteen
Op staande voet
Schielijk
Straks
Subiet noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als en suHaar
Hun
Uw
Zijn
aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent del puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam.'
Y TelémacoTelemachus leHaar
Hem
Het
U contestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
'Eurímaco, con certezaZeker se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand acabadoAfgemaakt
Afgesloten
Afgewerkt
Afwerking
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Opgebruikt
Opgemaakt
Opgeteerd
Uitgemaakt
Uitgewerkt
Verbruikt
Verdaan
Verklungeld
Verkwist
Vermorst
Verspild
Voleindigd el regresoIk keer terug
Ik keer weder
Ik kom terug
Ik kom weder
Ik kom weerom
Terugkeer
Terugtocht de miMi
Mijn padrePater
Vader. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak a noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere, vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! de dondeVan waar
Waarvandaan viniereHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal komen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meekomen
Ik zal komen
Ik zal meekomen, niEn niet
Evenmin
Noch prestoBehendig
Behendige
Bereid
Bereide
Dadelijk
Ik leen
Ik leen uit
Onverwijld
Snel
Snelle
Terstond
Vlug
Vlugge
Voortvarend
Voortvarende oídosGehoord
Vernomen
Verstaan alNaar de
Naar het oráculoGodsspraak
Orakel
Vraagbaak de procedenciaAfkomst
Herkomst
Plaats van herkomst divinaGoddelijk
Goddelijke que miMi
Mijn
madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! comunicarmeAansluiten
Berichten
Communiceren
Mededelen
Meedelen
Overbrengen
Overdragen
Uitbrengen
Verbinden
Voortzeggen llamándomeGenoemd wordend
Hetend alNaar de
Naar het mégaron. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats huéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast paternoVan vaders kant míoMijne
Van mij
y afirmaBetuig!
Bevestig!
Beweer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekert
Stel!
Verzeker! con orgulloTrots que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats MentesGeesten
Verstanden, hijoKind
Zoon del prudence Anquíalo, y reinaHeers!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt boven anderen
uit
Koningin
Regeer!
Steek boven anderen uit!
Vorstin sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! los Tafios,
amantesGeliefden
Maîtressen
Maîtresses
Minnaars
Minnaren
Minnaressen del remoIk roei
Riem
Roeien
Roeiriem
Roeispaan.'
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei TelémacoTelemachus, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had reconocidoErkend
Gehonoreerd
Geïdentificeerd
Herkend
Onderkend
Toegegeven a la diosaGodin inmortal en suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand.
VolvieronZij/ze draaiden
Zij/ze draaiden om
Zij/ze draaiden rond
Zij/ze gingen terug
Zij/ze gingen weer
Zij/ze keerden
Zij/ze keerden terug
Zij/ze keerden weder
Zij/ze kwamen terug
Zij/ze kwamen weder
Zij/ze kwamen weerom
Zij/ze liepen terug
Zij/ze trokken terug
Zij/ze wendden
Zij/ze wentelden
Zij/ze zwenkten ellosHen
Ze
Zij alNaar de
Naar het baileBal
Dans
Dansen
Dansgelegenheid
Danspartij
Danst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze danst
Ik dans y alNaar de
Naar het cantoIk zing
Zangkunst paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! deleitarseGenieten
Genot scheppen y aguardaronZij/ze stonden te wachten
Zij/ze verwachtten
Zij/ze wachtten
Zij/ze wachtten af alNaar de
Naar het lucero de la tardeDe middag y
cuandoAls
Tijdens
Wanneer se estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten deleitandoBekorend
Genot verschaffend aan
Verheugend lesHen
Hun
U sobrevino ésteDeze
Dit, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que se pusieronZij/ze deden aan
Zij/ze deden op
Zij/ze kleedden zich aan
Zij/ze smeerden
Zij/ze smeerden in
Zij/ze stelden zich aan
Zij/ze trokken aan
Zij/ze werden en caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen a
suHaar
Hun
Uw
Zijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! deseandoAmbiërend
Aspirerend
Begerend
Dingend naar
Hakend naar
Hunkerend
Najagend
Nastrevend
Smachtend
Smachtend naar
Snakkend naar
Strevend naar
Trek hebbend in
Verkiezend
Verlangend
Wensend acostarseGaan liggen
Gaan slapen
Naar bed gaan
Zich ter ruste begeven.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EuricleaEurykleia, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals todos losAlle personajesFiguren
Personages
Personen que van aZij/ze gaan naar jugarSpelen
Uitvoeren
Voorspelen un papelEen papier importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware en el relatoIk verhaal
Ik vertel
Relaas
Verhaal \(especialmenteIn het bijzonder
Inzonderheid
Vooral en el cantoIk zing
Zangkunst XIX\), esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats presentadaAangeboden
Belicht
Blootgesteld
Gepresenteerd
Geschonken
Geëtaleerd
Ingediend
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgestald
Vertoond
Voorgesteld prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast y conDoor
Met
Per
Samen met todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle detalleAardigheidje
Behandelt u in details!
Bijzonderheid
Detail
Haalt u uit de
vorm!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt in details
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit de
vorm
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoopt in het
klein
Ik behandel in details
Ik haal uit de
vorm
Ik verkoop in het
klein
Item
Verkoopt u in het
klein!. EstaDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand por la queDat
Die
Wie
Zij die HomeroHomerus se recrea en describirBeschrijven el momentoHet ogenblik en queWaarin TelémacoTelemachus se dirigeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert zich om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt zich tot alNaar de
Naar het dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal)
EntoncesDan
Dus
Toen TelémacoTelemachus se dirigióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte zich tot cavilandoPiekerend
Zich het hoofd brekend haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde, haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast construidoAangelegd
Gebouwd
Geconstrueerd
Gemaakt
Ineengezet
Met elkaar verbonden suHaar
Hun
Uw
Zijn
suntuosoPraalziek
Praalzieke
Prachtig
Prachtige
Prachtlievend
Prachtlievende
Weelderig
Weelderige dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal en el muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon patioBinnenplaats
Erf
Hof
Patio
Plaats, en lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel de ampliaBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde visiónBekijken
Droombeeld
Droomgezicht
Kijken
Verschijning
Visioen
Zien. Junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij élHem
Hij
llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde teas ardientesGloeiend
Gloeiende
Verterend
Verterende
Verzengend
Verzengende
Vurig
Vurige la fielGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe EuricleaEurykleia, hijaDochter de Ope Pisenórida, a la queDat
Die
Wie
Zij die habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had compradoAangekocht
Aangeschaft
Afgenomen
Boodschappen gedaan
Gekocht
Ingekocht
Overgenomen en
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd Laertes, cuandoAls
Tijdens
Wanneer todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was adolescenteOpgeschoten
Puber, por el valorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde de veinte20
Twintig bueyesNoordzeekrabben
Ossen
Runderen; la
honrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huldigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereerde
Ik eerde
Ik huldigde
Ik vereerde en el palacioPaleis igual queEvenals
Zoals a suHaar
Hun
Uw
Zijn castaEerbaar
Eerbare
Kaste
Kuis
Kuise
Rein
Reine
Zedig
Zedige esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw, peroDoch
Echter
Maar nuncaNimmer
Nooit se unióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot zich aaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigde zich a ellaHaar
Ze
Zij en la camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde porevitar la cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid de suHaar
Hun
Uw
Zijn mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon. ÉstaDeze
Dit eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was quienDie
Wie llevaba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee voor
Ik nam mee naar
Ik nam mee voor suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant las ardientesGloeiend
Gloeiende
Verterend
Verterende
Verzengend
Verzengende
Vurig
Vurige antorchasFakkels
Flambouwen
Toortsen y loDe
Hem
Het
U
amabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que ningunaGeen enkel
Geen enkele esclavaSlavin, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende loDe
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed cuandoAls
Tijdens
Wanneer eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne.
AbrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze opende TelémacoTelemachus las puertasDeuren
Poorten
Portieren del dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal, suntuosamente construidoAangelegd
Gebouwd
Geconstrueerd
Gemaakt
Ineengezet
Met elkaar verbonden, y se sentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette zich en el
lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde, se desnudóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich ver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkleedde zich del suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele mantoDeken
Jas
Mantel
Manto y loDe
Hem
Het
U echóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! las manosDe handen de la muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer diligenteIjverig
Ijverige
Naarstig
Naarstige
Nijver
Nijvere
Vlijtig
Vlijtige ancianaBejaard
Bejaarde
Oud
Oude.
ÉstaDeze
Dit estiróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rolde uit (van
deeg)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte y doblóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boog om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseerde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verboog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwde dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwde om el mantoDeken
Jas
Mantel
Manto y colgándoloHet ophangend de un clavoDraadnagel
Ik sla in
Kruidnagel
Kruidnagelboom
Nagel
Spijker juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde agujereadoDoorzeefd
Geboord
Geknipt
Geponst
Met gaatjes se pusoHij zette zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd
en caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! salirAfrijden
Buitengaan
Eindigen
Er mee weg komen
Eruit komen
Naar buiten gaan
Op weg gaan
Opstappen
Starten
Tijgen
Uitgaan
Uitkomen
Uitlopen
Uitrijden
Uitstappen
Uitstijgen
Uittreden
Uitvaren
Verschijnen
Vertrekken
Weggaan
Wegrijden del dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal. Tiró deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan la puertaDeur
Poort
Portier conDoor
Met
Per
Samen met una anillaBand
Ring de plataE174
Zilver y echóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg el
cerrojoGrendel
Knip
Schuif
Schuifslot conDoor
Met
Per
Samen met la correaDe riem.
DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la nocheAvond
Nacht, cubiertoBedekking
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Bestek
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Couvert
Donker
Donkere
Eetgerei
Gedekt
Onderdak
Somber
Sombere
Tafelgerei
Toegedekt por el vellónSchapenvacht
Vacht
Vlies
Vlok wol de una ovejaOoi
Schaap
Schaap (vrouwelijk), planeabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ordende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plande
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zweefde
Ik ordende
Ik plande
Ik zweefde élHem
Hij en suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand el
viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht que leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid Atenea.
CANTOIk zing
Zangkunst II
TELÉMACOTelemachus REÚNEConcentreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concentreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzamelt
Hoop op!
Hoop opeen!
Stapel op!
Stapel opeen!
Stapel!
Verenig!
Verzamel! EN ASAMBLEAAssemblee
ALNaar de
Naar het PUEBLODorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam DE ITACA
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
El dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal de TelémacoTelemachus eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was, sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker, uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los thálamoi que rodea˜ban el patioBinnenplaats
Erf
Hof
Patio
Plaats centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt, en el alaDe slingerarm opuestaGesteld tegenover
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenover elkaar gesteld
Tegenovergelegen
Tegenovergesteld alNaar de
Naar het mégaron)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
Las camasBedden
Legersteden
Slaapkamers
Slaapplaatsen
Sponden en estaDeze
Dit épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren catresBritsen de maderaHouten
Van hout conDoor
Met
Per
Samen met los tablerosBorden
Gezelschapsspellen
Planken
Spellen
Tabletten 'agujerea˜dos' a fin deOm te
Teneinde introduir cuerdasKoorden
Lijnen
Snaren
Snoeren
Stembanden
Touwen
Verstandig
Verstandige
Vroed
Vroede
Wijs
Wijze y tensarlasNauwer aanhalen
Opwinden
Spannen
Strekken
Uitrekken para queOpdat
Zodat sirvieranZij/ze bedienden
Zij/ze bewezen een dienst
Zij/ze deugden
Zij/ze dienden
Zij/ze dienden op
Zij/ze hielpen
Zij/ze kaartten aan
Zij/ze serveerden
Zij/ze waren geschikt
Zij/ze waren van dienst de soporteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdraagt
Ik verdraag
Ondersteuning
Verdraagt u! alNaar de
Naar het col˜chón, de cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand que ésteDeze
Dit fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg \(probablementeAllicht
Vast
Waarschijnlijk
Wel
Zeker simplesDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele pielesBonten
Dierenvellen
Doppen
Huid
Huiden
Leren
Pelzen
Schalen
Schillen
Schorsen
Vachten
Vellen\). Cfr. Ety˜aologctum Magnum s. v. Tretón léchos.)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una fórmulaFormule que apareceDaag op!
Draaf op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Kom te voorschijn!
Kom uit!
Verschijn! veinte20
Twintig vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten en la Odisea y una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten en la Ilía˜da \(11
Een.477\). EosEn esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la auroraAanbreken van de dag
Dageraad
Hibiscus
Ochtendgloren, hijaDochter de HiperiónHyperion y hermanaZus
Zuster de HeliosHelios y Selene. Cfr. Hesíodo, TeogoníaTheogonia
Theogonie, 371 y ss.)
Y cuandoAls
Tijdens
Wanneer se mostróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich EosEn, la queDat
Die
Wie
Zij die nace deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstaat uit
Ontsta uit! la mañanaMorgen
Ochtend, la de dedosTenen
Vingeren
Vingers de rosaBottelroos
Damascener roos
Roos
Rosa
Roze, al puntoHalf doorbakken
Zo el
amadoBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve hijoKind
Zoon de OdiseoOdysseus se levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrees
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd wakker del lechoBed
Bedje
Legerstede
Sponde, vistióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond susHaar
Hun
Uw
Zijn vestidosAangekleed
Geklede
Gekleed
Gestaan
Gewaden
Jurken
Klederen
Kleren
Omkleed, colgóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopte op de suHaar
Hun
Uw
Zijn hombroSchouder la
agudaAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard y bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware susHaar
Hun
Uw
Zijn piesPoten
Voeten, brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el aceiteDe olie, calzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had schoenmaat hermosasFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon sandaliasSandalen.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
AquíAlhier
Hier tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast un ejemploExempel
Toonbeeld
Voorbeeld de lo queDat wat
Wat podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn una asambleaAssemblee en la épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht ar˜caica, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al, por razonesAanleidingen
Jij/je redeneert
Redenen
Redes
Verstanden obviasEvident
Evidente
Jij/je komt tegemoet aan
Jij/je verhelpt
Overduidelijk
Overduidelijke
Tastbaar
Tastbare
Zichtbaar
Zichtbare, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se debenZij/ze hebben veel verplichtingen
Zij/ze zijn te danken
Zij/ze zijn te wijten
Zij/ze zijn veel veplicht deducirAbstraheren
Afleiden
Aftellen
Aftrekken
Deduceren
Inhouden
Korten conclusionesBesluiten
Beëindigingen
Conclusies
Einden
Eindes
Enden
Gevolgtrekkingen tajantesAfdoend
Afdoende
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Scherp
Scherpe
Slagers
Snijdend
Snijdende
Vleeshouwers
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige historiadoresGeschiedkundigen
Geschiedschrijvers
Historici hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn pretendidoAanspraak gemaakt op
Geclaimd. Parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! deducirseAbstraheren
Afleiden
Aftellen
Aftrekken
Deduceren
Inhouden
Korten del textoTekst que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst quienDie
Wie la convocaConvoceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze convoceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Roep bijeen!
Roep op!
Schrijf uit! °puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt veinte20
Twintig añosJaren que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand y la genteLieden
Lui
Mensen
Volk se pre˜gunta quiénWie puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn el convocanteZij/ze convoceren
Zij/ze roepen bijeen
Zij/ze roepen op
Zij/ze schrijven uit; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde fijoBepalend
Bepalende
Ik bepaal
Ik bevestig
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik plak vast
Ik stel vast
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Star
Starre
Vast
Vaste de intervenciónDeelnemen
Ingrijpen
Interveniëren
Interventie
Tussenkomst y éstaDeze
Dit cuenta conHeb fiducie in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft fiducie in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt vertrouwen in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt
Stel vertrouwen in!
Vertrouw! la presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij! de unosVan zo´n 'ancianosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude' que podríanZij/ze zouden kunnen
Zij/ze zouden mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn los representantesAgenten
Dealers
Vertegenwoordigers de las famílias másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus importantesBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware y cuyaVan wie
Waarvan
Wiens
Wier funciónAmbt
Baan
Betrekking
Functie
Funktie
Plaats
Werkkring noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere. Cfr. M. 11
Een. Finley, El mundoAardrijk
Wereld de OdiseoOdysseus, págs. 95 y ss.)
LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo se pusoHij zette zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd en marchaIngeschakeld, salió(Het) kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam er mee
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze startte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verscheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer uit del dormitorioSlaapkamer
Slaapzaal semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke a un diosGod
Godheid en suHaar
Hun
Uw
Zijn porteApporteert u!
Fatsoen
Gedrag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze apporteert
Hoge afkomst
Houding
Ik apporteer
Inhoud
Laadruimte
Port
Porto
Vervoer
Vracht y ordenóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beval
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelastte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordende
a los vocipotentes heraldosHerauten
Voorboden
Voorbodes que convocaranZij/ze convoceerden
Zij/ze riepen bijeen
Zij/ze riepen op
Zij/ze schreven uit en asambleaAssemblee a los aqueos de largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig cabelloHaar;
aquéllosDie dieronZij/ze brachten op
Zij/ze brachten toe
Zij/ze gaven
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kenden toe
Zij/ze verleenden el bandoKamp
Partij
Stem y éstosDeze comenzaronZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan a reunirseBijeenkomen
Lid worden
Samenkomen
Toetreden
Vergaderen
Zich aansluiten conDoor
Met
Per
Samen met premuraHaast
Spoed. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
hubieronZij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden reunidosGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld y estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds congregadosSamengebracht
Verenigd
Vergaderd, se pusoHij zette zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd en caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor la plazaPlein
Zitplaats -en suHaar
Hun
Uw
Zijn
manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei una lanzaBraak!
Dissel
Disselboom
Doe horen!
Geef over!
Gooi!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet horen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat van stapel
lopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lanceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontketent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkiemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt weg
Keil!
Kom uit!
Laat van stapel lopen!
Lanceer!
Lans
Loop uit!
Ontketen!
Ontkiem!
Piek
Schrijf uit!
Slinger weg!
Speel uit!
Speer
Spies
Spiets
Stoot uit!
Werp weg!
Werp! de bronceBrons-; masDoch
Echter
Maar
Plus noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten, que leHaar
Hem
Het
U seguíanZij/ze bewandelden
Zij/ze bleven aan
Zij/ze gingen door
Zij/ze hielden bij
Zij/ze vloeiden voort
Zij/ze volgden
Zij/ze volgden op
Zij/ze zetten voort dos2
Do's
Twee
Tweede lebrelesHazewinden
Hazewindhonden
Jachthonden
Windhonden de velocesSnel
Snelle patasPoten
Voeten.
EntoncesDan
Dus
Toen derramóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze goot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plengde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergoot Atenea sobre élEr bovenop una graciaBekoorlijkheid
Bekoring
Charme
Genade
Grap
Gratie
Gunst
Kwijtschelding divinaGoddelijk
Goddelijke y loDe
Hem
Het
U contemplabanZij/ze beschouwden
Zij/ze koekeloerden admiradosBevreemd
Bewonderd
Verbaasd
Verwonderd todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
los ciudadanosBurgers
Staatsburgers; se sentóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging zitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette zich en el tronoTroon de suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader y los ancianosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude leHaar
Hem
Het
U cedieronZij/ze gaven toe
Zij/ze stonden af
Zij/ze weken el sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
Ilión esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam epicórico de TroyaTroje. Cfr. R. Carpenter, Folk taleHakt u om!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in de
as
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze velt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwoest
Ik hak om
Ik leg in de
as
Ik vel
Ik verbrand
Ik verwoest
Legt u in de
as!
Velt u!
Verbrandt u!
Verwoest u!..., páginaBladzijde
Pagina 63)
A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a hablarConverseren
Praten
Spreken entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij el héroeHeld
Heros Egiptio, quienDie
Wie estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
encorvadoDoorgebogen
Gebogen
Omgebogen por la vejezBejaardheid
Last van de ouderdom
Ouderdom y sabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist
Ik/hij wist milesDuizenden de cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon, el lanceroBagagenet
Net
Rek Antifo,
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had embarcadoAan boord gegaan
Ingestapt en las cóncavasConcaaf
Concave
Hol
Holrond
Holronde
Holle navesBeuken
Boten
Ruimen
Schepen
Vaartuigen en compañla del divinoGoddelijk
Goddelijke OdiseoOdysseus haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor Ilión de
buenosBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende potrosPijnbanken
Veulens; loDe
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had matadoAfgeslacht
Doodgemaakt
Gedood
Geslacht
Omgebracht el salvajeRuig
Ruige
Wild
Wilde
Woest
Woeste CíclopeCycloop en suHaar
Hun
Uw
Zijn profundaDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte cuevaGrot
Hol
Holte
Kelder
Krocht
Spelonk y loDe
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had
preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals últimoAchterste
Jongstleden
Laatste bocadoBit
Gebit
Hap
Mondstuk de suHaar
Hun
Uw
Zijn cenaAvondeten
Avondmaal
Dineer!
Diner
Dineren
Eet 's avonds!
Eet!
Eten
Gebruik het avondmaal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet 's avonds
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt het avondmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze soupeert
Soupeer!
Souper
Souperen. AúnNog
Nog altijd
Nog steeds leHaar
Hem
Het
U quedabanZij/ze bevonden zich
Zij/ze bleven
Zij/ze pasten
Zij/ze raakten in een
bepaalde toestand
Zij/ze spraken af
Zij/ze stonden
Zij/ze waren tres3
Drie: uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los
pretendientesPretendenten
Sollicitanten y los otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één dos2
Do's
Twee
Tweede cuidabanZij/ze bekommerden zich
Zij/ze bewaakten
Zij/ze droegen zorg
Zij/ze letten op
Zij/ze pasten op
Zij/ze verpleegden
Zij/ze verzorgden
Zij/ze waren bezorgd
Zij/ze zorgden
Zij/ze zorgden voor sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te descansoIk laat rusten
Ik lig begraven
Ik ontspan
Ik pauzeer
Ik rust
Ik rust uit
Ik slaap
Pauze
Rust
Uitrusten los bienesGelukken
Welvaarten paternosVan vaders kant. PeroDoch
Echter
Maar niEn niet
Evenmin
Noch aunKattenklauw
Nog
Zelfs asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig se
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had olvidadoAfgeleerd
Vergeten
Verleerd de aquélDie z'n
Diens
Van die, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend lamentándoseJammerend
Klagend y afligiéndose. DerramandoGietend
Plengend
Schenkend
Stortend
Vergietend lágrimasTranen por
suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer la vozInspraak
Stem
Stemgeluid y dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei:
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
AquíAlhier
Hier hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand una pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne inconsistencia. Por muchasVeel
Vele
Zeer
Zere cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken que supieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist Egip˜tio, una que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht saberKennen
Smaken
Weten es queDat komt omdat
Want suHaar
Hun
Uw
Zijn hijoKind
Zoon habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden devoradoVerslonden por el CíclopeCycloop. QuizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht por elloDat
Het el filólogoTaalvorser alejandrinoAlexandrijn
Alexandrijns
Alexandrijnse Aristarco eliminóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doekte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze elimineerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schafte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte weg los vv. 1919
Negentien°2020
Twintig.)
'EscuchadmeBeluister!
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister! ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans a míMe
Mij, itacenses, lo queDat wat
Wat voy aIk ga naar decirosJullie zeggen. NuncaNimmer
Nooit hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden
asambleaAssemblee niEn niet
Evenmin
Noch sesiónSessie
Vergadering
Zitting
Zittingsperiode desde queSinds el divinoGoddelijk
Goddelijke OdiseoOdysseus marchóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marcheerde en las cóncavasConcaaf
Concave
Hol
Holrond
Holronde
Holle navesBeuken
Boten
Ruimen
Schepen
Vaartuigen. ¿QuiénWie,
entoncesDan
Dus
Toen, nos(Aan) ons
Ons convocaConvoceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze convoceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft uit
Roep bijeen!
Roep op!
Schrijf uit! ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans de esta maneraZo? ¿A quiénWie haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is asaltadoAangerand
Aangevallen
Bestormd
Overvallen tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds sea deBehoort u toe!
Behoort u tot!
Behoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Ik behoor
Ik behoor toe
Ik behoor tot
Ik kom uit
Komt u uit! los jóvenesJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedames
Jongeheren
Jongelingen
Pril
Prille o de los ancianosBejaard
Bejaarde
Oud
Oude? ¿AcasoToeval
Toevalligheid haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding de que llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! el
ejércitoArmee
Heer
Heerschaar
Landmacht
Leger
Legermacht
Troepenmacht, noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding que quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! revelarnosLaten zien
Onthullen
Ontwikkelen
Openbaren una vezEenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer que élHem
Hij se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand enteradoAangekondigd
In kennis gesteld
Medegedeeld
Meegedeeld
Vernomen
Verwittigd?, ¿o nos(Aan) ons
Ons va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
manifestarLaten blijken
Manifesteren
Tonen
Uiten algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak de interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam? A míMe
Mij meMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele,
afortunadoGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke. ¡AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig Zeus llevara aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee voor
Ik nam mee naar
Ik nam mee voor términoBegrip
Besluit
Bewoording
Beëindiging
Eind
Einde
End
Gezegde
Lid
Spreekwijze
Term
Termijn
Vakterm
Voleinding
Zegswijze
Zinswending loDe
Hem
Het
U buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu que élHem
Hij revuelveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Roer om!
Roer! en suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand!'
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak, y el amadoBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve hijoKind
Zoon de OdiseoOdysseus se alegró porHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugde zich op susHaar
Hun
Uw
Zijn palabrasBewoordingen
Woorden. ConDoor
Met
Per
Samen met que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estuvo(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
sentadoAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld por másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd y sintióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar un deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht repentinoPlotseling
Plotselinge de hablarConverseren
Praten
Spreken. Se puso en pieHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op en mitadHelft de
la plazaPlein
Zitplaats y leHaar
Hem
Het
U colocóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uit el cetroRijksstaf
Scepter en la manoDe hand el heraldoHeraut
Voorbode Pisenor, conocedorDeskundige
Kenner de consejosAdviezen
Raadgevingen
Raden
discretosBescheiden
Discreet
Discrete
Onopvallend
Onopvallende
Verstandig
Verstandige.
EntoncesDan
Dus
Toen se dirigióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draaide rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keerde zich om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte zich tot primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke alNaar de
Naar het ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude y dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei:
'AncianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg eseDat
Die hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats yoEgo
Ik el queDat
Die
Hij die
Wie haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is convocadoBijeengeroepen
Geconvoceerd
Opgeroepen
Uitgeschreven alNaar de
Naar het puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam (y túGe
Gij
Je
Jij loDe
Hem
Het
U
sabrásJij/je zal kennen
Jij/je zal smaken
Jij/je zal weten prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast), puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende el dolorPijn
Smart
Wee
Zeer meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is alcanzadoAchterhaald
Behaald
Bereikend
Bereikende
Bereikt
Buitgemaakt
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Verworven en demasía.. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb escuchadoAangehoord
Beluisterd
Geluisterd
Toegehoord
Toegeluisterd noticiaBericht
Mare
Mededeling
Tijding
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere de que llegueArriveert u!
Begint
Brengt u door!
Geeft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Ik arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u! el ejércitoArmee
Heer
Heerschaar
Landmacht
Leger
Legermacht
Troepenmacht que osJe
Jullie vaya aGaat u naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
Ik ga naar revelarLaten zien
Onthullen
Ontwikkelen
Openbaren después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over enterarmeAankondigen
In kennis stellen
Mededelen
Meedelen
Verwittigen yoEgo
Ik, niEn niet
Evenmin
Noch voy aIk ga naar
manifestarosLaten blijken
Manifesteren
Tonen
Uiten niEn niet
Evenmin
Noch a decirosJullie zeggen nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam, sinoDoch
Echter
Maar un asuntoAangelegenheid
Affaire
Ding
Kwestie
Onderwerp
Stof
Thema
Zaak míoMijne
Van mij privadoBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd que
meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is caídoAfgevallen
Afvallen
Gelaten vallen
Geraakt
Geraken
Gevallen
Neergevallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Verschoten
Vervallen sobre elOp de
Op het palacioPaleis comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals una pestePest, o mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals dos2
Do's
Twee
Tweede: uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één es queDat komt omdat
Want heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen a
miMi
Mijn nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele padrePater
Vader, que en otroAnder
Andere
Nog een
Nog één tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd reinabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak boven anderen
uit
Ik heerste
Ik regeerde
Ik stak boven anderen
uit sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! vosotrosGijlieden
Je
Jullie aquíAlhier
Hier presentesAanwezig
Aanwezige
Cadeaus
Donaties
Geschenken
Giften
Jij/je belicht
Jij/je biedt aan
Jij/je brengt uit
Jij/je dient in
Jij/je etaleert
Jij/je presenteert
Jij/je schenkt
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt bloot
Jij/je stelt tentoon
Jij/je stelt voor
Jij/je vertoont
Jij/je zet uiteen
Present
Presente
Schenkingen
Tegenwoordig
Tegenwoordige y eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un padrePater
Vader. PeroDoch
Echter
Maar ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sobrevenido otraAnder
Andere
Nog een
Nog één pestePest aúnNog
Nog altijd
Nog steeds mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! a puntoPrecies goed de
destruirVernielen
Vernietigen
Verwoesten rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! y meMe
Mij va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar perderKwijtraken
Mislopen
Missen
Opgeven
Verbeuren
Verkwisten
Verliezen
Verspelen todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la haciendaHaciënda: asedianZij/ze belegeren a miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding,
aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al ellaHaar
Ze
Zij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil!, unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n pretendientesPretendenten
Sollicitanten hijosKinderen
Zonen
Zoons de hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn aquíAlhier
Hier los másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele. EstosDeze
Dezen tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast miedoAngst
Beduchtheid
Vrees de ir aGaan naar casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader Icario para queOpdat
Zodat ésteDeze
Dit doteBegiftigt u!
Bruidsschat
Gave
Geeft u mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiftigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft mee
Huwelijksgift
Ik begiftig
Ik geef mee a suHaar
Hun
Uw
Zijn hijaDochter y se
la entregueBestelt u!
Betaalt u uit!
Bezorgt u!
Brengt u door!
Geeft u aan!
Geeft u af!
Geeft u over!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overhandigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overlegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt ter hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert toe
Ik bestel
Ik betaal uit
Ik bezorg
Ik breng door
Ik geef aan
Ik geef af
Ik geef over
Ik lever
Ik lever af
Ik lever in
Ik overhandig
Ik overleg
Ik reik aan
Ik stel ter hand
Ik verdrijf
Ik voer toe
Levert u af!
Levert u in!
Levert u!
Overhandigt u!
Overlegt u!
Reikt u aan!
Stelt u ter hand!
Verdrijft u!
Voert u toe! a quienDie
Wie élHem
Hij quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! y encuentreBevindt u!
Hij vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Ik bevind
Ik kom tegen
Ik ontmoet
Ik treed tegemoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Komt u tegen!
Ontmoet u!
Treedt u tegemoet!
Treft u aan!
Treft u!
Vindt u! el favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst de ellaHaar
Ze
Zij. En cambioDaarentegen
Ertegenover
Integendeel vienen(Zij) komen
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee todos losAlle díasDagen
Etmalen
a miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! y sacrificanZij/ze offeren
Zij/ze offeren op bueyesNoordzeekrabben
Ossen
Runderen, ovejasOoien
Schapen
Schapen (vrouwelijk) y gordasDik
Dikke
Vet
Vette
Vettig
Vettige cabrasGeiten y se banquetean y bebenZij/ze drinken
Zij/ze gebruiken a cántarosKruiken
Waterkruiken
el rojoBlozend
Blozende
Rode
Rood vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que se estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn perdiendoKwijtrakend
Mislopend
Missend
Opgevend
Verbeurend
Verkwistend
Verliezend
Verspelend muchosVeel
Vele
Zeer
Zere bienesGelukken
Welvaarten, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
OdiseoOdysseus que arrojeGooit u uit!
Gooit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt uit
Ik gooi
Ik gooi uit
Ik smijt
Ik smijt uit
Ik werp uit
Smijt u uit!
Smijt u!
Werpt u uit! estaDeze
Dit maldiciónVervloeking
Verwensing de miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!. YoEgo
Ik todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! arrojarlaHet gooien, peroDoch
Echter
Maar
¡seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker que más adelanteAchteraf
Daarna
Dan
Hierna
Later
Naderhand
Vervolgens voy aIk ga naar serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn débilLicht
Lichte
Slap
Slappe
Zwak
Zwakke y desconocedorOnwetend
Onwetende del valorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde! En verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk que yoEgo
Ik la
rechazaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afslaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afstemmen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afstoten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afwijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nee zeggen
tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verdringen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verduwen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verwerpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wegdringen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wegduwen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wegstoten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou weigeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wraken
Ik zou afslaan
Ik zou afstemmen
Ik zou afstoten
Ik zou afwijzen
Ik zou nee zeggen
tegen
Ik zou verdringen
Ik zou verduwen
Ik zou verwerpen
Ik zou wegdringen
Ik zou wegduwen
Ik zou wegstoten
Ik zou weigeren
Ik zou wraken siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals meMe
Mij acompañaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accompagneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeleidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergezelde
Ik accompagneerde
Ik begeleidde
Ik ging mee
Ik liep mee
Ik vergezelde la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn soportables las accionesAandelen
Acties
Actiën
Daden
Eisen
Gevechten
Handelingen
Jij/je beweegt
Jij/je drijft aan
Jij/je drijft voort
Jij/je gesticuleert
Jij/je maakt gebaren
Kampen
Optredens
Prestaties
Slagen
Strijden
Veldslagen
Verrichtingen
Werkingen
Zetten que se
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn cometidoBedreven
Begaan
Gebruikt
Gepleegd
Opdracht
Opgedragen
Plicht
Taak
Toevertrouwd
Zedelijke verplichting y miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! perdidaGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Schadepost
Verbeurd
Verkwist
Verlies
Verloren
Vermissing
Verspeeld
Vervlogen de la peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere maneraManier
Trant
Wijze. IndignaosBen verontwaardigd!
Erger je!
Verontwaardig je! tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook vosotrosGijlieden
Je
Jullie y
avergonzaos deGeneer je voor!
Schaam je over!
Schaam je voor! vuestrosJullie
Van jullie vecinosAangrenzend
Aangrenzende
Aanliggend
Aanliggende
Belendend
Belendende
Buren
Buurlieden
Buurlui
Buurmannen
Dicht bijzijnd
Dichtbijgelegen
Geburen
Naburen
Naburig
Naburige, los queWie
Zij die vivenZij/ze leven
Zij/ze wonen a vuestroJullie
Uw
Van jullie ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant. Y temedBen bang voor!
Ducht!
Schrik terug voor!
Schroom!
Vrees! la cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid de los
diosesGoden
Godheden, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vaya aGaat u naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
Ik ga naar serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn que cambien(Zij) veranderen
Denatureert u!
Kentert u!
Ruilt u!
Varieert u!
Verandert u!
Verkeert u!
Vermaakt u!
Werkt u!
Wisselt u af!
Wisselt u!
Zij/ze denatureren
Zij/ze kenteren
Zij/ze ruilen
Zij/ze variëren
Zij/ze veranderen
Zij/ze verkeren
Zij/ze vermaken
Zij/ze werken
Zij/ze wisselen
Zij/ze wisselen af la situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen irritadosAangevuurd
Geprikkeld
Geïrriteerd
Opgewekt
Teniet gedaan
Verbitterd
Vernietigd
Vertoornd por susHaar
Hun
Uw
Zijn malasBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten accionesAandelen
Acties
Actiën
Daden
Eisen
Gevechten
Handelingen
Jij/je beweegt
Jij/je drijft aan
Jij/je drijft voort
Jij/je gesticuleert
Jij/je maakt gebaren
Kampen
Optredens
Prestaties
Slagen
Strijden
Veldslagen
Verrichtingen
Werkingen
Zetten. OsJe
Jullie loDe
Hem
Het
U
ruego porIk smeek om Zeus OlímpicoOlympisch
Olympische y por Temis, la queDat
Die
Wie
Zij die disuelveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lost op
Los op
Los op! y reúneConcentreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concentreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapelt opeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzamelt
Hoop op!
Hoop opeen!
Stapel op!
Stapel opeen!
Stapel!
Verenig!
Verzamel! las asambleasAssemblees de los
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten; conteneosBedwing je!
Beheers je!
Ben vervat!
Houd je in!
Word gevat!
Word tegengehouden!, amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden, y dejadLaat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! que meMe
Mij consumaConsumeert u!
Eet u op!
Eet u!
Gebruikt u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze consumeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verorbert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verteert
Ik consumeer
Ik eet
Ik eet op
Ik gebruik op
Ik maak op
Ik sloop
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verorber
Ik verteer
Maakt u op!
Sloopt u!
Teert u op!
Verbruikt u!
Verorbert u!
Verteert u! en soledadEenzaamheid
Verlatenheid, víctimaDupe
Getroffene
Slachtoffer de la tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige
penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet -a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn que miMi
Mijn nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele padrePater
Vader OdiseoOdysseus algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt hicieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte a los aqueos de
hermosasFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon grebasScheenplaten, a cambio deIk wissel van lo cualDat wat
Hetgeen
Wat meMe
Mij estáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten dañandoBezerend rencorosamente y animáisJullie animeren
Jullie bemoedigen
Jullie bezielen
Jullie moedigen aan
Jullie monteren op
Jullie porren aan
Jullie prikkelen
Jullie sporen aan
Jullie stimuleren
Jullie verlevendigen
Jullie vrolijken op
Jullie vuren aan
Jullie wakkeren aan
Jullie wekken op
Jullie zetten aan a los
pretendientesPretendenten
Sollicitanten. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus ventajosoVoordelig
Voordelige que fueraisJullie begaven je
Jullie gebeurden
Jullie gingen
Jullie hadden plaats
Jullie karden
Jullie liepen
Jullie liepen van stapel
Jullie reden
Jullie verliepen
Jullie voeren
Jullie vonden plaats
Jullie waren vosotrosGijlieden
Je
Jullie quienesDie
Personen
Wie consumenZij/ze consumeren
Zij/ze eten
Zij/ze eten op
Zij/ze gebruiken op
Zij/ze maken op
Zij/ze slopen
Zij/ze teren op
Zij/ze verbruiken
Zij/ze verorberen
Zij/ze verteren misMi's
Mijn
propiedadesBezittingen
Boerderijen
Eigendommen
Eigendomsrechten
Eigenschappen
Goederen
Landgoederen y ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las comieraisJullie aten
Jullie bikten
Jullie gebruikten
Jullie gebruikten het middagmaal
Jullie lunchten
Jullie nuttigden
Jullie vraten vosotrosGijlieden
Je
Jullie algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander díaDag
Etmaal obtendríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou behalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou buitmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou genieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toucheren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verkrijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verwerven
Ik zou behalen
Ik zou buitmaken
Ik zou genieten
Ik zou krijgen
Ik zou ontvangen
Ik zou toucheren
Ik zou verkrijgen
Ik zou verwerven la devoluciónHergeven
Heruitzenden
Reproduceren
Retourneren
Terugbetaling
Terugbezorgen
Terugbrengen
Teruggave
Teruggeven
Terugsturen
Terugwijzen
Vergelden
Weergeven, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
recorreríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aflopen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bereizen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doorgaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doorreizen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doortrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gaan door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou rondreizen
Ik zou afleggen
Ik zou aflopen
Ik zou bereizen
Ik zou doorgaan
Ik zou doorreizen
Ik zou doortrekken
Ik zou gaan door
Ik zou rondreizen la ciudadPlaats
Stad conDoor
Met
Per
Samen met miMi
Mijn palabraBewoording
Woord demandándoos el dineroGeld
Poen hasta queTot
Totdat me fueraIk ging af
Ik ging weg
Ik vertrok
Ik verwijderde me devueltoGereproduceerd
Geretourneerd
Hergeven
Heruitgezonden
Terugbezorgd
Teruggebracht
Teruggegeven
Teruggestuurd
Teruggewezen
Vergolden
Weergegeven
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle; ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, arrojáisJullie gooien
Jullie gooien uit
Jullie smijten
Jullie smijten uit
Jullie werpen uit sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis doloresPijnen
Smarten
Weeën incurables.'
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak indignadoVerontwaardigd y arrojóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp uit el cetroRijksstaf
Scepter a tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land conDoor
Met
Per
Samen met un repentinoPlotseling
Plotselinge estallidoBarsten
Bersten
Ontploffen
Openbarsten
Openbersten
Scheuren
Springen
Uitbarsten
Uitbarsting de lágrimasTranen. Y
la lástimaDeernis
Jammer
Klacht
Medelijden
Onaangenaamheid se apoderó deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte zich meester
van todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam. QuedaronZij/ze bevonden zich
Zij/ze bleven
Zij/ze pasten
Zij/ze raakten in een
bepaalde toestand
Zij/ze spraken af
Zij/ze stonden
Zij/ze waren todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen y nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand se atrevió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze durfde
replicarAntwoorden
Repliceren a TelémacoTelemachus conDoor
Met
Per
Samen met palabrasBewoordingen
Woorden durasGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Jij/je beklijft
Jij/je blijft aan
Jij/je duurt
Jij/je duurt voort
Jij/je houdt aan
Jij/je houdt stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai; sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend Antínoo leHaar
Hem
Het
U dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei en contestaciónAntwoord
Antwoorden
Beantwoorden
Bescheid
Verantwoorden
Wederwoord
Weerwoord:
'TelémacoTelemachus, fanfarrón, incapazBeperkt
Beperkte
Onbedreven
Onbekwaam
Onbekwame
Onbevoegd
Onbevoegde
Ongeschikt
Ongeschikte de reprimirBedwingen
Beteugelen
Betomen
In toom houden
Intomen
Onderdrukken
Opkroppen
Verdringen
Verdrukken
Verkroppen tuJe
Jouw cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid; ¿quéWat
Welke cosaAangelegenheid
Affaire
Ding
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze naait aan
Ik naai
Ik naai aan
Naait u aan!
Naait u!
Voorwerp
Zaak hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk, cubriéndonosBetrekkend
Ons beschermend
Ons dekkend
de vergüenzaBeschaamdheid
Schaamte
Schande? DesearíasJij/je zou ambiëren
Jij/je zou aspireren
Jij/je zou begeren
Jij/je zou dingen naar
Jij/je zou haken naar
Jij/je zou hunkeren
Jij/je zou najagen
Jij/je zou nastreven
Jij/je zou smachten
Jij/je zou smachten naar
Jij/je zou snakken naar
Jij/je zou streven naar
Jij/je zou trek hebben
in
Jij/je zou verkiezen
Jij/je zou verlangen
Jij/je zou wensen cubrirnosBedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken de baldón. SabesJij/je kent
Jij/je smaakt
Jij/je weet que los culpablesDaders
Schuldig
Schuldige
Schuldigen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los
pretendientesPretendenten
Sollicitanten de entreOp
Uit
Van los aqueos, sinoDoch
Echter
Maar tuJe
Jouw madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding, que sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet! muy bienBest
Heel goed
Prima de astuciasBoosaardigheden
Hinderlagen
Valstrikken. PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ésteDeze
Dit el tercer3e
Derde añoJaar, y con rapidezSnel se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert el cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning, desde queSinds afligeBedroef!
Beproef!
Grief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smart
Smart! el corazónHart
Klokhuis en el
pechoBoezem
Borst de los aqueos. A todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! esperanzasHopen
Uitzichten
Verwachtingen y haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt promesasBeloften
Beloftes
Toezeggingen
Uitlovingen a cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes pretendientePretendent
Sollicitant
enviándole recadosBoodschappen; peroDoch
Echter
Maar suHaar
Hun
Uw
Zijn imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht maquinaBreng teweeg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Richt aan!
Sticht!
Veroorzaak! otrasAnder
Andere
Nog één cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken.
'Y haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is meditadoBedacht
Gemediteerd
Gepeinsd
Gewikt
Gezonnen
Gezonnen op
Nagedacht
Overdacht esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind otroAnder
Andere
Nog een
Nog één engañoBedotten
Bedriegen
Bedriegerij
Bedrog
Beduvelen
Beetnemen
Ik bedot
Ik bedrieg
Ik beduvel
Ik leid om de
tuin
Ik misleid
Ik neem beet
Ik smokkel
Ik verlak
Misleiden
Misleiding
Smokkelen
Verlakken
Zinsbegoocheling en suHaar
Hun
Uw
Zijn pechoBoezem
Borst: levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer un granGroot
Grote telar en el palacioPaleis y allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds
tejíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weefde
Ik weefde, telar sutilFijn
Fijne
Spitsvondig
Spitsvondige
Subtiel
Subtiele a inacabableOnuitputtelijk
Onuitputtelijke, y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dilaciónUitstel nos(Aan) ons
Ons dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei: "JóvenesJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedames
Jongeheren
Jongelingen
Pril
Prille pretendientesPretendenten
Sollicitanten míosVan mij, puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht el divinoGoddelijk
Goddelijke OdiseoOdysseus, aguardadSta te wachten!
Verwacht!
Wacht af!
Wacht!, por muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere que deseéisJullie ambiëren
Jullie aspireren
Jullie begeren
Jullie dingen naar
Jullie haken naar
Jullie hebben trek in
Jullie hunkeren
Jullie jagen na
Jullie smachten
Jullie smachten naar
Jullie snakken naar
Jullie streven na
Jullie streven naar
Jullie verkiezen
Jullie verlangen
Jullie wensen estaDeze
Dit bodaBruiloft
Bruiloftsfeest
Trouwpartij conmigoMet mij
Met mij mee, a
que acabeBesluit u!
Beëindigt u!
Eindigt u!
Gebruikt u op!
Het raakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Ik besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik gebruik op
Ik maak af
Ik maak op
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verdoe
Ik verklungel
Ik verkwist
Ik vermors
Ik verspil
Ik voleindig
Ik werk af
Ik werk uit
Maakt u af!
Maakt u op!
Maakt u uit!
Sluit u af!
Teert u op!
Verbruikt u!
Verdoet u!
Verklungelt u!
Verkwist u!
Vermorst u!
Verspilt u!
Voleindigt u!
Werkt u af!
Werkt u uit! esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind mantoDeken
Jas
Mantel
Manto -noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt que se meMe
Mij pierdanGeeft u op!
Loopt u mis!
Mist u!
Raakt u kwijt!
Verbeurt u!
Verkwist u!
Verliest u!
Verliezen
Verspeelt u!
Zij/ze geven op
Zij/ze lopen mis
Zij/ze missen
Zij/ze raken kwijt
Zij/ze verbeuren
Zij/ze verkwisten
Zij/ze verliezen
Zij/ze verspelen inútilmente los hilosDraden
Garens-, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind sudarioDoodskleed
Lijkwade paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el héroeHeld
Heros Laertes, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! cuandoAls
Tijdens
Wanneer loDe
Hem
Het
U arrebateHaalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze licht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt af
Ik haal weg
Ik licht uit
Ik neem af
Ik neem uit
Ik neem weg
Ik pak af
Licht u uit!
Neemt u af!
Neemt u uit!
Neemt u weg!
Pakt u af! el destructorTorpedobootjager destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland de la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden de largosBreedvoerig
Breedvoerige
Lang
Lange
Largo's
Lengten
Lengtes
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
lamentos. Que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil que ningunaGeen enkel
Geen enkele de las aqueas del puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam se irriteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsteekt in toorn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt boos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt geprikkeld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt ontstoken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt opgewekt conmigoMet mij
Met mij mee siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals yace(Het) rust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Lig!
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te sudarioDoodskleed
Lijkwade el queDat
Die
Hij die
Wie tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer poseyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende grondig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was rijk."
'AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei, y nuestroOns
Onze
Van ons nobleAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edelman
Nobel
Nobele ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel la creyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens el díaDag
Etmaal tejíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weefde
Ik weefde la granGroot
Grote telaDoek
Lijnwaad
Linnen
Stof
Weefsel y por
la nocheAvond
Nacht, colocadasGedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Neergelegd
Neergezet
Ondergebracht
Stoned
Uitgezet
Verplaatst antorchasFakkels
Flambouwen
Toortsen a suHaar
Hun
Uw
Zijn ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant, la destejía. SuHaar
Hun
Uw
Zijn engañoBedotten
Bedriegen
Bedriegerij
Bedrog
Beduvelen
Beetnemen
Ik bedot
Ik bedrieg
Ik beduvel
Ik leid om de
tuin
Ik misleid
Ik neem beet
Ik smokkel
Ik verlak
Misleiden
Misleiding
Smokkelen
Verlakken
Zinsbegoocheling pasóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam langs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek inadvertidoOnopgemerkt
Onopgemerkte duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
tres3
Drie añosJaren y convencióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtuigde a los aqueos, peroDoch
Echter
Maar cuandoAls
Tijdens
Wanneer llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef el cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning añoJaar y pasaronEr gingen voorbij
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen langs
Zij/ze gingen over
Zij/ze gingen voorbij
Zij/ze haalden in
Zij/ze kwamen langs
Zij/ze kwamen om
Zij/ze lieten door
Zij/ze overkwamen
Zij/ze passeerden
Zij/ze reikten aan
Zij/ze staken over
Zij/ze verdreven
Zij/ze vergingen
Zij/ze verliepen
Zij/ze verstreken las
estacionesHalten
Haltes
Jaargetijden
Jaargetijen
Jij/je parkeert
Jij/je plaatst
Jij/je zet
Seizoenen
Staties
Stations
Stationsgebouwen
Statiën, una de susHaar
Hun
Uw
Zijn mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen, que loDe
Hem
Het
U sabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist
Ik/hij wist todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, nos(Aan) ons
Ons loDe
Hem
Het
U revelóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwikkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze openbaarde y sorprendimosWij/we betrapten
Wij/we snapten
Wij/we troffen
Wij/we verbaasden
Wij/we verrasten a éstaDeze
Dit
destejiendo la brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende telaDoek
Lijnwaad
Linnen
Stof
Weefsel. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la terminó(Het) eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigde, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank voluntariamenteVrijwillig, sinoDoch
Echter
Maar por la
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!.
'ConqueDus éstaDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la respuestaAntwoord
Bescheid
Wederwoord
Weerwoord que teJe
Jou dan(Zij) geven
Dan
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen los pretendientesPretendenten
Sollicitanten, para queOpdat
Zodat la conozcasJij/je bent bekend met
Jij/je kent
Jij/je leert kennen
Jij/je maakt kennis
Jij/je weet túGe
Gij
Je
Jij
mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve y la conozcan(Zij) kennen
Is u bekend met!
Kent u!
Leert u kennen!
Maakt u kennis!
Weet u!
Zij/ze kennen
Zij/ze leren kennen
Zij/ze maken kennis
Zij/ze weten
Zij/ze zijn bekend met todos losAlle aqueos: envíaDoe toekomen!
Expedieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toekomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze expedieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt weg
Stuur op!
Stuur uit!
Stuur weg!
Stuur!
Verstuur!
Verzend!
Zend af!
Zend op!
Zend weg!
Zend! por tuJe
Jouw madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding y ordénalaBestel!
Beveel!
Gelast!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordent
Ruim op!
Schrijf voor!
Sommeer!
Verorden! que se caseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in het
huwelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt conDoor
Met
Per
Samen met
quienDie
Wie la aconsejeAdviseert u!
Geeft u raad!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adviseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft raad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raadt aan
Ik adviseer
Ik geef raad
Ik raad
Ik raad aan
Raadt u aan!
Raadt u! suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader y a ella mismaHaarzelf agradeBehaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Ik behaag
Ik beval
Ik maak naar de
zin
Ik sta aan
Ik vind prettig
Ik zin
Maakt u naar de
zin!
Staat u aan!
Vindt u prettig!
Zint u!. PeroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! atormentandoFolterend
Kwellend
Op de pijnbank leggend
Verdriet doend aan
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd a los hijosKinderen
Zonen
Zoons de los aqueos ejercitandoDrillend
Oefenend en suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand las cualidadesEigenschappen
Kwaliteiten que la haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
concedidoToegekend
Verschaft Atenea en excesoUitermate (serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn entendidaAangevoeld
Begrepen
Beseft
Bevat
Gesnapt
Gevat
Verstaan
Verstandig
Verstandige en trabajosArbeiden
Bewerkingen
Emplooien
Karweien
Verwerkingen
Werken femeninosVrouwelijk
Vrouwelijke muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer bellosFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon y tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden
pensamientosGedachten
Gedachtes
Veldviooltjes agudosAcute
Acuut
Ad rem
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Geestig
Geestige
Gevat
Gevatte
Gure
Guur
Helder
Heldere
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Schril
Schrille
Snedig
Snedige
Snerpend
Snerpende
Vernuftig
Vernuftige y astutosArglistig
Arglistige
Doortrapt
Doortrapte
Gewiekst
Gewiekste
Listig
Listige
Slim
Slimme
Uitgeslapen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals nuncaNimmer
Nooit hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan que tuvieranZij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast ningunaGeen enkel
Geen enkele de las
aqueas de lindasAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi trenzasJij/je vlecht
Vlechten ni siquieraZelfs niet de las queWie
Zij die vivieronZij/ze leefden
Zij/ze woonden antiguamenteEertijds
Voorheen
Vroeger, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals TiroIk gooi
Ik gooi uit
Ik gooi weg
Ik paf
Ik schiet
Ik smijt uit
Ik trek
Ik vuur
Ik werp omver
Ik werp uit
Tyrus,
Alcmena y.Micena de lindaAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi coronaBekroon!
Corona
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekroont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kroont
Koningskroon
Krans
Kroon
Kroon!
Kroonwiel -ningunaGeen enkel
Geen enkele de ellasHen
Ze
Zij pensóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht planesBlauwdrukken
Concepten
Ontwerpen
Opzetten
Plannen
Plattegronden
Projecten semejantesDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemensen
Naasten
Soortgelijk
Soortgelijke a los de
PenélopePenelope-), entoncesDan
Dus
Toen estoDeze
Dit al menosAlthans
Tenminste noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus convenienteBehoorlijk
Behoorlijke
Betamelijk
Betamelijke
Conventioneel
Conventionele
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Keurig
Keurige
Passend
Passende
Raadzaam
Toepasselijk
Toepasselijke
Voegzaam
Voegzame
Welvoeglijk
Welvoeglijke que hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! planeadoGeordend
Gepland
Gezweefd.
PuesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende tuJe
Jouw haciendaHaciënda y propiedadesBezittingen
Boerderijen
Eigendommen
Eigendomsrechten
Eigenschappen
Goederen
Landgoederen teJe
Jou serán(Zij) zullen zijn
Zij/ze zullen gebeuren
Zij/ze zullen plaatshebben
Zij/ze zullen plaatsvinden
Zij/ze zullen zijn devoradasVerslonden mientrasTerwijl ellaHaar
Ze
Zij mantengaBlijft
Handhaaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhoudt
Houdt u erop na!
Houdt u!
Ik houd
Ik houd erop na
Ik onderhoud
Onderhoudt u! semejanteDito
Eender
Eendere
Gelijkend
Gelijkend op
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Medemens
Naaste
Soortgelijk
Soortgelijke
decisiónBeslissing
Besluit
Uitspraak
Wijzing que los diosesGoden
Godheden hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans en suHaar
Hun
Uw
Zijn pechoBoezem
Borst. Se estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! creandoCreërend
Makend
Oprichtend
Scheppend paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! síJa
Jawel
Wel
Zich una granGroot
Grote
gloriaBeroemdheid
Glorie
Lof
Roem, peroDoch
Echter
Maar para tiVoor jou sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend la añoranzaNostalgie
Verlangen de tuJe
Jouw muchaVeel
Vele
Zeer
Zere haciendaHaciënda.
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
En gr. tameleges. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un epítetoEpitheton
Toevoegsel fijoBepalend
Bepalende
Ik bepaal
Ik bevestig
Ik fixeer
Ik maak vast
Ik plak vast
Ik stel vast
Onbeweeglijk
Onbeweeglijke
Star
Starre
Vast
Vaste conDoor
Met
Per
Samen met la palabraBewoording
Woord thánatos en la Odisea. Pue˜de significarBeduiden
Betekenen
Staan voor 'de largosBreedvoerig
Breedvoerige
Lang
Lange
Largo's
Lengten
Lengtes
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde o tensosGespannen \(tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer°\) lamentos' \(elegés\) o bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, por falsoFout
Foute
Incorrect
Incorrecte
Namaak-
Onecht
Onjuist
Onjuiste
Onwaar
Onware
Vals
Verkeerd
Verkeerde cone, 'que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se cuidaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze conserveert zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontziet zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spaart zijn gezondheid, despiadadaMeedogenloos
Meedogenloze
Wrede
Wreed' \(ameleges\).)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EstaDeze
Dit fraseFrase
Volzin
Zin
Zinsnede esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats incongruenteIncongruent
Incongruente conDoor
Met
Per
Samen met lo queDat wat
Wat se afirmóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekerde en los vv. 89°9090
Negentig \('esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el tercer3e
Derde añoJaar y con rapidezSnel se acercaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in aantocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt dichterbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nadert el cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning'\). ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals por otra parteAan de andere kant
Anderzijds
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest, XIII.377 coincideHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt samen
Kom overeen!
Stem overeen!
Val samen! conDoor
Met
Per
Samen met 89°9090
Negentig, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn faltadoAbsent geweest
Afwezig geweest
Gescheeld
Ontbroken intentosPogingen de acomodarAanpassen
Accommoderen
Adapteren
Gelegen komen
Leggen
Passen
Plaatsen
Schikken
Situeren
Stationeren
Verzoenen los vv. 106°77
Zeven a 89°9090
Negentig cambiandoAfwisselend
Denaturerend
Kenterend
Ruilend
Variërend
Veranderend
Verkerend
Vermakend
Werkend
Wisselend el textoTekst \(tríetes y tétartom por dietes y tríton\). En cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak, confu˜so comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el pasajeOvergang, se puedeMen kan deducir deAfleiden van élHem
Hij que los pretendientesPretendenten
Sollicitanten llevan(Zij) dragen
Zij/ze berekenen
Zij/ze brengen
Zij/ze brengen bijeen
Zij/ze brengen in rekening
Zij/ze brengen mede
Zij/ze brengen mee
Zij/ze brengen weg
Zij/ze dragen
Zij/ze hebben aan
Zij/ze hebben op
Zij/ze hebben voor
Zij/ze nemen mee
Zij/ze vervoeren fre˜cuentando el palacioPaleis de OdiseoOdysseus algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de tres3
Drie añosJaren; que PenélopePenelope acabaBesluit!
Beëindig!
Eindig!
Gebruik op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Maak af!
Maak op!
Maak uit!
Sluit af!
Teer op!
Verbruik!
Verdoe!
Verklungel!
Verkwist!
Vermors!
Verspil!
Voleindig!
Werk af!
Werk uit! de terminarAflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen la telaDoek
Lijnwaad
Linnen
Stof
Weefsel, y que sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend largasBreedvoerig
Breedvoerige
Jij/je dient toe
Jij/je geeft
Jij/je hijst
Jij/je laat los
Jij/je laat vrij
Jij/je viert
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde a los pretendientesPretendenten
Sollicitanten. SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend la llegadaAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Aankomst
Doorgebracht
Einde
Finish
Gearriveerd
Verdreven de OdiseoOdysseus puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt salvarlaBehouden
Bergen
Redden y, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals las palabrasBewoordingen
Woorden de Anfimedonte en XXIV.147 y ss., OdiseoOdysseus llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef exactamenteGetrouw
Getrouwe
Precies
Trouw
Trouwe cuandoAls
Tijdens
Wanneer la habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had terminadoAfgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd, lavadoAfgewassen
Afwassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Logen
Uitgewassen
Uitwassen
Wassen y enseñado aGeleerd aan los pretendientesPretendenten
Sollicitanten.)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabemosWij weten
Wij/we kennen
Wij/we smaken
Wij/we weten por quéWaarom HomeroHomerus seleccionaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Kies!
Selecteer! precisamenteJuist
Net a estasDeze
Dezen tres3
Drie heroí˜nas paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! compararlasVergelijken conDoor
Met
Per
Samen met PenélopePenelope. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!, por lo queDat wat
Wat de ellasHen
Ze
Zij sabemosWij weten
Wij/we kennen
Wij/we smaken
Wij/we weten, que sobresalieranZij/ze sprongen uit
Zij/ze sprongen vooruit
Zij/ze staken uit
Zij/ze staken vooruit
Zij/ze stonden uit en el tejidoDoek
Geweven
Stof
Textiel
Weefsel o en la astuciaArglist
Boosaardigheid
Hinderlaag
Valstrik. A las dos2
Do's
Twee
Tweede primerasEerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke se aludeAlludeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze alludeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt een toespeling
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zinspeelt
Maak een toespeling!
Speel toe!
Zinspeel! de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer en la Nekya: XIXi.235 y ss. \(TiroIk gooi
Ik gooi uit
Ik gooi weg
Ik paf
Ik schiet
Ik smijt uit
Ik trek
Ik vuur
Ik werp omver
Ik werp uit
Tyrus\) y 265 y ss. \(Alcmena\). De Micena sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend sabemosWij weten
Wij/we kennen
Wij/we smaken
Wij/we weten que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la epónima de la ciudadPlaats
Stad de los Atridas y que, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals Pausanias \(22
Twee.1616
Zestien.44
Vier\) 'los poemasDichtwerken
Gedichten
Verzen épicos que los griegosGrieken
Grieks
Griekse
Helleens
Hellenen llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren GrandesGroot
Grote
Ruim
Ruime Eeas dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was hijaDochter de Inaco y esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw de Aréstor'Aré=
Ik beploegde
Ik ploegde
Ik ploegde om.)
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
EfectivamenteInderdaad la famaBefaamdheid
Beroemdheid
Faam
Glorie
Lof
Mare
Naam
Reputatie
Roem
Roep de PenélopePenelope se debeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft veel verplichtingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te wijten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is veel veplicht a la estratagemaKrijgslist
List del telar. Y quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht a éstaDeze
Dit se debaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft veel verplichtingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te wijten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is veel veplicht tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook suHaar
Hun
Uw
Zijn nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende peneFallus
Penis
Roede significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor! 'hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin de un tejidoDoek
Geweven
Stof
Textiel
Weefsel' y °lópeia bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten relacionado conEen verband gelegd tussen
In verband gebracht met el verboWerkwoord lépo que significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor! 'pelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen' o 'cardarHekelen
Kaarden'.)
'En cuantoZodra a nosotrosOns
We
Wij, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank marcharemosWij/we zullen lopen
Wij/we zullen marcheren a nuestrosOnze
Van ons trabajosArbeiden
Bewerkingen
Emplooien
Karweien
Verwerkingen
Werken niEn niet
Evenmin
Noch a parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere hasta queTot
Totdat
se caseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in het
huwelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt conDoor
Met
Per
Samen met el queDat
Die
Hij die
Wie quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! de los aqueos.'
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
Las EriniasErinyen \(a vecesAf en toe
Bijwijlen
Soms
Somtijds
Somwijlen
Wel eens la Erinia en singularEnig
Enige
Enkelvoud
Singulier
Singuliere
Uniek
Unieke
Wonderlijk
Wonderlijke\) sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn divinidadesGodheden que pertenecen aZij/ze behoren
Zij/ze behoren toe
Zij/ze behoren tot la generaciónGeneratie
Geslacht anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere a los OlímpicosOlympisch
Olympische \(cfr. EsquiloIk knip
Ik scheer
Ik snoei, Euménides, passim\). SuHaar
Hun
Uw
Zijn funciónAmbt
Baan
Betrekking
Functie
Funktie
Plaats
Werkkring esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats vengarWraak nemen
Wreken los delitosDelicten
Vergrijpen intrafamiliares, especialmenteIn het bijzonder
Inzonderheid
Vooral el parricidio, conDoor
Met
Per
Samen met todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle suerteAard
Fortuin
Geluk
Kans
Levenslot
Lot
Slag
Soort
Toeval de desgraciasAccidenten
Ongelukken
Ongevallen y enfermedadesAandoeningen
Kwalen
Ziekten
Ziektes que culminanZij/ze bereiken het hoogtepunt
Zij/ze lopen uit en la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden del culpa˜ble. EsquiloIk knip
Ik scheer
Ik snoei las describeBeschrijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschrijft detalladamenteGedetailleerd en Coéforas, 275 y ss. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, en la Odisea HomeroHomerus lesHen
Hun
U prestaBehendig
Behendige
Bereid
Bereide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Leen uit!
Leen!
Snel
Snelle
Vlug
Vlugge
Voortvarend
Voortvarende una funciónAmbt
Baan
Betrekking
Functie
Funktie
Plaats
Werkkring másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus ampliaBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde: en XV.234 Erinia esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats sinóni˜mo de AteBindt u vast!
Bindt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt
Ik bind
Ik bind vast
Ik knoop
Ik maak vast
Ik sluit aan
Ik strik
Ik verbind
Knoopt u!
Maakt u vast!
Sluit u aan!
Strikt u!
Verbindt u!, la obcecación culpableDader
Schuldig
Schuldige, y en XVII.475 se habla deBehandel!
Bepraat!
Bespreek!
Discuteer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Wissel van gedachten! una Erinia que vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! a los mendigosBedelaars
Geuzen
Schooiers.)
Y leHaar
Hem
Het
U respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk TelémacoTelemachus discretamenteBescheiden
Discreet
Verstandig:
'Antínoo, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen de miMi
Mijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus suHaar
Hun
Uw
Zijn voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin a la queDat
Die
Wie
Zij die meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dado aUitgezien op
luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting, a la queDat
Die
Wie
Zij die meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed, mientrasTerwijl miMi
Mijn padrePater
Vader estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en otra parteElders
Ergens anders de la tierraAardbodem
Aarde
Aardrijk
Bodem
Grond
Land -vivaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Ik leef
Ik woon
Leeft u!
Levend
Levende
Levendig
Levendige
Woont u! élHem
Hij o esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht. Y será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn terribleVerschrikkelijk
Verschrikkelijke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij devolver aTerugbrengen naar
Teruggeven aan Icario muchasVeel
Vele
Zeer
Zere cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals envío aIk stuur aan miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding por
propiaEigen iniciativaInitiatief
Ondernemingslust. Por parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde de miMi
Mijn padrePater
Vader sufriréIk zal doorstaan
Ik zal dragen
Ik zal lijden
Ik zal ondergaan
Ik zal ondervinden
Ik zal uitstaan
Ik zal velen
Ik zal verdragen castigoAflossing
Afschrijving
Amortisatie
Bestraffing
Bezoeking
Delging
Ik bestraf
Ik straf
Schulddelging
Slag
Straf
Strafoefening
Strafoplegging y otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één meMe
Mij darán(Zij) zullen geven
Zij/ze zullen aangeven
Zij/ze zullen geven
Zij/ze zullen opbrengen
Zij/ze zullen toebrengen
Zij/ze zullen toekennen
Zij/ze zullen verlenen la divinidadGodheid,
puesto queAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding conjuraráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afwenden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezweren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beëdigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal de eed
afnemen van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal samenspannen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal samenzweren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal smeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitbannen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich onder
ede met iemand verbinden a las diosasGodinnen EriniasErinyen siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se marchaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg de casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, y tambiénAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts por
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde de los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten tendréIk zal bijhouden
Ik zal erop nahouden
Ik zal hebben
Ik zal houden
Ik zal vasthouden castigoAflossing
Afschrijving
Amortisatie
Bestraffing
Bezoeking
Delging
Ik bestraf
Ik straf
Schulddelging
Slag
Straf
Strafoefening
Strafoplegging. Por estoDaarom
Hierom jamásNimmer
Nooit diréIk zal opgeven
Ik zal spreken
Ik zal zeggen yoEgo
Ik esaDat
Die palabraBewoording
Woord. ConqueDus, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
vuestroJullie
Uw
Van jullie ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel se irrita porHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze irriteert zich wegens estoDeze
Dit, salidGa buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek! de miMi
Mijn palacioPaleis y preparaosBereid je voor!
Maak je gereed!
Maak je klaar!
Maak je op! otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één banquetesBanketten
Feestmalen
Festijnen
Gelagen
Smulpartijen
comiendoBikkend
Etend
Gebruikend
Het middagmaal gebruikend
Lunchend
Nuttigend
Vretend vuestrasJullie
Van jullie posesionesBezittingen
Eigendommen
Goederen
Vermogens eEn invitándoos en vuestrasJullie
Van jullie casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen recíprocamenteOnderling, que yoEgo
Ik
clamaréIk zal heftig roepen
Ik zal roepen om
Ik zal schreeuwen a los diosesGoden
Godheden, que vivenZij/ze leven
Zij/ze wonen siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend, por siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Zeus meMe
Mij concedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ken toe!
Verschaf! que vuestrasJullie
Van jullie obrasBoekwerken
Geschriften
Jij/je ageert
Jij/je bent bezig
Jij/je doet
Jij/je gaat te werk
Jij/je gaat voort
Jij/je handelt
Jij/je treedt op
Jij/je werkt
Kunstwerken
Oeuvres
Opera
Opussen
Pennenvruchten
Werken
Werkzaamheden seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
castigadasBestraft
Gestraft de algun modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze: ¡pereceréisJullie zullen creperen
Jullie zullen omkomen
Jullie zullen ondergaan
Jullie zullen sneuvelen
Jullie zullen vergaan
Jullie zullen verongelukken al puntoHalf doorbakken
Zo, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand que osJe
Jullie vengueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik neem wraak
Ik wreek
Neemt u wraak!
Wreekt u!, dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
palacioPaleis!'
(ComentarioCommentaar de notaAantekening
Bemerk!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan! adhesiva SergioSerge Cortez
IndeterminadoOnbepaald
Onbepaalde
La presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij! de OdiseoOdysseus se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend cada vezElke keer
Steeds
Telkens más cercanaDichts a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via presagiosAankondigingen
Voorspellingen
Voortekenen
Voortekens y sueñosDromen
Slapen de carácterAard
Geaardheid
Karakter muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer similarGelijksoortig
Gelijksoortige: generalmenteDoorgaans
In het algemeen
Over het algemeen
Überhaupt hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un águilaAdelaar
Arend \(sím˜bolo de la realeza\) que mataBosje
Breng om!
Dood!
Heester
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doodt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slacht af
Kreupelbosje
Maak dood!
Mastiekboom
Slacht af!
Slacht!
Steel
Stengel
Struik \(o lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng bijeen!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer! muertoAfgestorven
Dode
Dof
Doffe
Dood
Doodgegaan
Gestorven
Gestorvene
Overleden
Overledene
Verscheiden
Versmacht\) a un animalBeest
Dier inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte \(palomaDuif
Houtduif
Ringduif
Woudduif, gan˜so, etcEnzovoorts.\). EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke presagioAankondiging
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik zie vooruit
Voorspelling
Voorteken y esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd claroAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Moment waarop het niet
regent
Natuurlijk
Onbewolkt
Onbewolkte
Open plek
Opklaring
Ronde venster
Tussenruimte
Uitgesproken
Zonneklaar
Zuiver
Zuivere. Se trata deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over dos2
Do's
Twee
Tweede águilasAdelaars
Arenden en cuyosHuiscavia's
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier ojosKijkers
Ogen 'brillaBlink!
Glans!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glanst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schittert
Schijn!
Schitter! la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden', peroDoch
Echter
Maar ningunaGeen enkel
Geen enkele esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats vencedoraOverwinnend
Overwinnende. De todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen, el queDat
Die
Hij die
Wie se dirijanZij/ze draaien om
Zij/ze draaien rond
Zij/ze keren om
Zij/ze keren zich om
Zij/ze richten zich tot por la derechaNaar rechts
Rechtsaf
Rechtsom esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende presagioAankondiging
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik zie vooruit
Voorspelling
Voorteken paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! TelémacoTelemachus, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals inter˜preta Haliterses. Los presagiosAankondigingen
Voorspellingen
Voortekenen
Voortekens se vanMen gaat
Zij/ze gaan af
Zij/ze gaan weg
Zij/ze vertrekken
Zij/ze verwijderen zich acumulandoAccumulerend
Opeenhopend
Opeenstapelend
Ophopend
Opstapelend
Stapelend a partirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan del cantoIk zing
Zangkunst XV: cfr. XV.161, 525 y ss., XIX.536 y ss., XX.243 y ss.)
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak TelémacoTelemachus, y Zeus que ve aGa naar! lo anchoDe breedte, leHaar
Hem
Het
U echóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon handel te
drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooide erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet aan het
lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette buiten de
deur
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zond weg a volarVliegen dos2
Do's
Twee
Tweede águilasAdelaars
Arenden desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog,
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit las cumbresBergtoppen
Kruinen de la montañaBerg
Gebergte. EstasDeze
Dezen se dirigíanZij/ze draaiden om
Zij/ze draaiden rond
Zij/ze keerden om
Zij/ze keerden zich om
Zij/ze richtten zich tot volandoVliegend a la parTegelijk del soploBlazen
Ik blaas
Ik blaas uit
Ik geef in
Ik inspireer
Ik waai
Ingeven
Inspireren
Uitblazen
Waaien del vientoWind
cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks una de otraAnder
Andere
Nog een
Nog één, extendidasAfgegeven
Gerekt
Gespreid
Gestrekt
Ontvouwen
Opgehouden
Uitgebreid
Uitgesmeerd
Uitgespreid
Uitgestoken
Uitgestrekt
Verbreid
Vergroot
Verspreid
Wijder gemaakt las alasVlerken
Vleugelen
Vleugels. CuandoAls
Tijdens
Wanneer llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven alNaar de
Naar het centroBinnenste
Centreren
Centrum
Ik bepaal de middelas
van
Ik breng tot het
middelpunt
Ik centreer
Middelmaat
Middelpunt
Midden de la plazaPlein
Zitplaats, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere se hablaConverseer!
Converseren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Praat!
Praten
Spreek!
Spreken, comenzaronZij/ze begonnen
Zij/ze begonnen met
Zij/ze bonden aan
Zij/ze braken aan
Zij/ze gingen in
Zij/ze vingen aan a dar vueltasOmdraaien
Omkeren
Ronddraaien
Zich omkeren batiendoDoorroerend
Houwend
Klappend
Kloppend
Meppend
Omroerend
Roerend
Slaand susHaar
Hun
Uw
Zijn espesasDicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Jij/je bindt
Jij/je maakt dikker
Jij/je verdikt alasVlerken
Vleugelen
Vleugels y llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat
las cabezasHoofden
Koppen
Kroppen de todosAller-
Ieders, y en susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen brillabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blonk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glansde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schitterde
Ik blonk
Ik glansde
Ik scheen
Ik schitterde la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden. Y desgarrándose conDoor
Met
Per
Samen met las uñasNagelen
Nagels
mejillasKonen
Wangen y cuellosBoorden
Halsboorden
Halzen
Kragen
Nekken se lanzaronZij/ze stortten zich por la derechaNaar rechts
Rechtsaf
Rechtsom a través deAan de overkant van
Door
Door ... heen
Over
Over ... heen
Overheen
Via las casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen y la ciudadPlaats
Stad de los
itacenses. AdmiraronZij/ze bevreemdden
Zij/ze bewonderden
Zij/ze verbaasden
Zij/ze verwonderden éstosDeze aterradosAngst ingeboezemd a las avesGevogelte
Gevogelten
Gevogeltes
Pluimvee
Vogelen
Vogels
Vogelstand
Vogelwereld cuandoAls
Tijdens
Wanneer las vieron(Zij) zagen
U zag
Zij/ze bekeken
Zij/ze keken
Zij/ze zagen conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen, y
removíanZij/ze roerden
Zij/ze verwijderden en suHaar
Hun
Uw
Zijn corazónHart
Klokhuis quéWat
Welke eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was lo queDat wat
Wat iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar cumplirseGadeslaan
Jarig zijn
Nakomen
Naleven
Observeren
Toekijken
Toezien
Uitvoeren
Verrichten
Vervullen
Volbrengen
Voltrekken
Waarnemen. Y entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij hablóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak el ancianoBejaard
Bejaarde
Oud
Oude
héroeHeld
Heros Haliterses Mastorida, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend élHem
Hij aventajabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blonk uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze muntte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtrof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde voorbij
Ik blonk uit
Ik ging te boven
Ik muntte uit
Ik overtrof
Ik streefde voorbij a los de suHaar
Hun
Uw
Zijn edadLeeftijd
Ouderdom en conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten los
pájarosVogelen
Vogels y explicarBeduiden
Duidelijk maken
Toelichten
Uiteenzetten
Uitleggen
Verhelderen
Verklaren presagiosAankondigingen
Voorspellingen
Voortekenen
Voortekens. LevantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer la vozInspraak
Stem
Stemgeluid conDoor
Met
Per
Samen met buenasBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende intencionesBedoelingen
Doelen
Intenties
Plannen
Strekkingen
Toeleggen
Voornemens
Zinnen haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor ellosHen
Ze
Zij y
comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a hablarConverseren
Praten
Spreken:
'AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans, itacenses, escuchadmeBeluister!
Hoor aan!
Hoor toe!
Luister toe!
Luister! a míMe
Mij lo queDat wat
Wat voy aIk ga naar decirosJullie zeggen -y esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk a los
pretendientesPretendenten
Sollicitanten a quienesDie
Personen
Wie voy aIk ga naar hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren estaDeze
Dit revelaciónGodsopenbaring
Onthullen
Onthulling
Ontwikkelen
Openbaren
Openbaring-: sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! ellosHen
Ze
Zij andaGa te voet!
Ga voort!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt deel aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wandelt (snel)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kom nou!
Leg af!
Loop!
Neem deel aan!
Wandel (snel)!
Werk! dando vueltasOmdraaiend
Omkerend
Roerend
Ronddraaiend
Zich omkerend una
granGroot
Grote desgraciaAccident
Ongeluk
Ongeval, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende OdiseoOdysseus yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estará(Het/hij/zij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zitten muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de los suyosVan haar
Van hem
Van hen
Van u, sinoDoch
Echter
Maar que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! cercaDichtbij
Nabij
Omheining
Omstreeks, en algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde, y estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! sembrandoBestrooiend
Inzaaiend
Zaaiend la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden y el destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle éstosDeze.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |