Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, isla de la primavera eterna

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S TU V W X Y Z ß

2e -ab c dfgij l m nr s t vxz

3e- d ef g ij mno rtu

4e ac al an ba be bi ca

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
UR ..... URCASVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
UrNombre (o por antonomasia)
ciudad de la antigua Sumeria, en el S de Babilonia; sus ruinas están en el S de Iraq, al NO de Basra. Era una de las ciudades más antiguas de Mesopotamia, habiendo existido probablemente desde 4000 a.C. Según la Biblia, allí nació Abraham (hacia 2000 a.C.), quien llevó a su familia de allá a Canaán. La ciudad todavía existía en 324 a.C.
  w
Ureigennaam (of antonomasie) en
  w
uracilosustantivo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'uracilo'
, el  w
uracilzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: ura·cil

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  w
UralNombre (o por antonomasia)
río de Rusia y Kazakstán, de 2,250 km; fluye hacia el S y desemboca en el Mar Caspio.
  w
Uraleigennaam (of antonomasie) en
  w
UraniaNombre (o por antonomasia)

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA
  w
Uraniaeigennaam (of antonomasie) en
  w
uraninitasustantivo
  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Pechblenda
pekblendezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: pek·blen·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
uraninietzelfstandig naamwoord zn
  w
uraniosustantivo
Esta palabra no tiene plural
Elemento químico con el número atómico: 92 y símbolo: U. Este elemento tiene un masa atómica de: 238,0289 g/mol, una densidad a 20°C de: 18,97 g/cm3, un punto de fusión de: 1132,4 °C, un punto de ebullición de: 3818 °C y fue descubierto en el año 1789 por Klaproth.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'uranio'
, el  we  wn  w
uraanzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Dit woord heeft geen meervoud
Scheikundig element met atoomnummer: 92 en symbool: U. Dit element heeft een atoommassa van: 238,0289 g/mol, een dichtheid bij 20°C van: 18,97 g/cm3, een smeltpunt van: 1132,4 °C, een kookpunt van: 3818 °C en werd ontdekt in het jaar 1789 door Klaproth.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
uraniumzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: ura·ni·um
Dit woord heeft geen meervoud
Scheikundig element met atoomnummer: 92 en symbool: U. Dit element heeft een atoommassa van: 238,0289 g/mol, een dichtheid bij 20°C van: 18,97 g/cm3, een smeltpunt van: 1132,4 °C, een kookpunt van: 3818 °C en werd ontdekt in het jaar 1789 door Klaproth.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
UranoNombre (o por antonomasia)
n. p. m. astron. Séptimo de los planetas por su distancia al Sol. Su órbita se halla entre las de Saturno y Neptuno y tarda en recorrerla aproximadamente 84 años siderales terrestres. Descubierto en 1781 por Herschel.
mit. Dios griego que personificaba el cielo.
  we  w  f
Uranuseigennaam (of antonomasie) en
Lettergrepen: Ura·nus
Uranus is de op twee na grootste en vanaf de Zon gezien de zevende planeet van ons zonnestelsel. Deze ijsreus is vernoemd naar de gelijknamige figuur Uranus uit de Griekse mythologie.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
uranofanosustantivo
  w
uranofaanzelfstandig naamwoord zn
  w
Urbain"Urbain Le Verrier":
Nombre (o por antonomasia)
astrónomo, (Francia, 1811 - 1877).

Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Urbain'
  Le
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'le'
  Verrier   w
Urbain Le Verriereigennaam (of antonomasie) en
(1811 - 1877), Frans astronoom.
  w
urbanaadjetivo femenino singular de la palabra: urbano

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbano'
  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Urbanas
Urbano
Urbanos
stadsbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
stads-bijvoeglijk naamwoord bn
stadseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stads
Lettergrepen: stad·se

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stads').
  wn  w
stedelijkbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ste·de·lijk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
stedelijkeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stedelijk
Lettergrepen: ste·de·lij·ke

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stedelijk').
  wn
UrbanaNombre (o por antonomasia)
ciudad del E del estado de Illinois (Estados Unidos); Allí está la Universidad de Illinois, que es de 1867.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA
  w
Urbanaeigennaam (of antonomasie) en
  w
urbanasadjetivo femenino plural de la palabra: urbano

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbano'
  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Urbana
Urbano
Urbanos
stadsbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
stads-bijvoeglijk naamwoord bn
stadseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stads
Lettergrepen: stad·se

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stads').
  wn  w
stedelijkbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ste·de·lijk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
stedelijkeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stedelijk
Lettergrepen: ste·de·lij·ke

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stedelijk').
  wn
UrbandaleNombre (o por antonomasia)
(pronunciación local: /érbendeil/), ciudad del centro del estado de Iowa (Estados Unidos); Es un suburbio del NO de Des Moines.
  w
Urbandaleeigennaam (of antonomasie) en
  w
urbanicetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubra de construcciones
Cubre de construcciones
Cubro de construcciones
Urbaniza
Urbanizo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubra de construcciones
Cubre de construcciones
Cubro de construcciones
Urbaniza
Urbanizo
ik bebouweerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanicéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Urbanizaba
Urbanizara
Urbanizase
ik bebouwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
¡urbanice!imperativo singular del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cubra de construcciones!
¡Cubran de construcciones!
¡Urbanicen!
bebouwt u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'bebouwen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanicéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubráis de construcciones
Cubrís de construcciones
Urbanizáis
jullie bebouwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanicemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubramos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanizamos
wij/we bebouweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
¡urbanicemos!imperativo plural del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cubramos de construcciones!
laten we bebouwengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: la·ten we be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanicentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubran de construcciones
Cubren de construcciones
Urbanizan
zij/ze bebouwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
¡urbanicen!imperativo plural del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cubra de construcciones!
¡Cubran de construcciones!
¡Urbanice!
bebouwt u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'bebouwen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanicessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubras de construcciones
Cubres de construcciones
Urbanizas
jij/je bebouwttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanidadsustantivo
Plural es: urbanidades

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanidad'
, la  we  wn  w
urbaniteitzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: ur·ba·ni·teit
Meervoud is: urbaniteiten
, de  wn
urbanidadessustantivo plural de la palabra: urbanidad

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanidad'
  we  w
urbaniteitenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: urbaniteit
Lettergrepen: ur·ba·ni·tei·ten
, de  wn
urbanizatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubra de construcciones
Cubre de construcciones
Urbanice
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
¡urbaniza!imperativo singular del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cubre de construcciones!
¡Cubrid de construcciones!
¡Urbanizad!
bebouw!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'bebouwen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizara
Urbanizase
Urbanizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizara
Urbanizase
Urbanizó
ik bebouwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríais de construcciones
Cubrierais de construcciones
Cubrieseis de construcciones
Cubristeis de construcciones
Urbanizarais
Urbanizaseis
Urbanizasteis
jullie bebouwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bouw·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríamos de construcciones
Cubriéramos de construcciones
Cubriésemos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanizamos
Urbanizáramos
Urbanizásemos
wij/we bebouwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrían de construcciones
Cubrieran de construcciones
Cubrieron de construcciones
Cubriesen de construcciones
Urbanizaran
Urbanizaron
Urbanizasen
zij/ze bebouwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrías de construcciones
Cubrieras de construcciones
Cubrieses de construcciones
Cubriste de construcciones
Urbanizaras
Urbanizases
Urbanizaste
jij/je bebouwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaciónsustantivo
Plural es: urbanizaciones

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanización'
, la  we  wn  w
1.wooncomplexzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: woon·com·plex
Meervoud is: wooncomplexen
, het  wn  w
  _sustantivo
(Acción y efecto de urbanizar)
Esta palabra no tiene plural
  we  wn  w
2.bebouwenzelfstandig naamwoord zn
(opbouw stratenpatroon)
Lettergrepen: be·bou·wen
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
bebouwingzelfstandig naamwoord zn
(opbouw stratenpatroon)
Lettergrepen: be·bou·wing
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
urbanizacionessustantivo plural de la palabra: urbanización

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanización'
, las  we  w
wooncomplexenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: wooncomplex
Lettergrepen: woon·com·plexen
, de  wn
¡urbanizad!imperativo plural del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cubre de construcciones!
¡Cubrid de construcciones!
¡Urbaniza!
bebouw!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'bebouwen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubierto de construcciones
Urbanizadas
Urbanizado
Urbanizados
bebouwdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: be·bouwd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubierto de construcciones
Urbanizada
Urbanizado
Urbanizados
bebouwdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: be·bouwd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizadoparticipio pasado del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubierto de construcciones
Urbanizada
Urbanizadas
Urbanizados
bebouwdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: be·bouwd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubierto de construcciones
Urbanizada
Urbanizadas
Urbanizado
bebouwdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: be·bouwd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubráis de construcciones
Cubrís de construcciones
Urbanicéis
jullie bebouwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubramos de construcciones
Cubríamos de construcciones
Cubriéramos de construcciones
Cubriésemos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanicemos
Urbanizábamos
Urbanizáramos
Urbanizásemos
wij/we bebouwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubramos de construcciones
Cubríamos de construcciones
Cubriéramos de construcciones
Cubriésemos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanicemos
Urbanizábamos
Urbanizáramos
Urbanizásemos
wij/we bebouweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubran de construcciones
Cubren de construcciones
Urbanicen
zij/ze bebouwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizandogerundio del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriendo de construcciones
bebouwendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: be·bou·wend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrir de construcciones
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
UrbanizoUrbanicé
UrbanizasUrbanizaste
UrbanizaUrbanizó
UrbanizamosUrbanizamos
UrbanizáisUrbanizasteis
UrbanizanUrbanizaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
UrbanizaréíaUrbanizaba
UrbanizarásíasUrbanizabas
UrbanizaráíaUrbanizaba
UrbanizaremosíamosUrbanizábamos
UrbanizaréisíaisUrbanizabais
UrbanizaráníanUrbanizaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
UrbaniceUrbanizara
UrbanicesUrbanizaras
UrbaniceUrbanizara
UrbanicemosUrbanizáramos
UrbanicéisUrbanizarais
UrbanicenUrbanizaran
FuturoPréterito imperfecto se
UrbanizareUrbanizase
UrbanizaresUrbanizases
UrbanizareUrbanizase
UrbanizáremosUrbanizásemos
UrbanizareisUrbanizaseis
UrbanizarenUrbanizasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Urbaniza(tú)No urbanices
Urbanice(usted)No urbanice
Urbanicemos(nosotros)No urbanicemos
Urbanizad(vosotros)No urbanicéis
Urbanicen(ustedes)No urbanicen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
UrbanizadoUrbanizando
bebouwenwerkwoord (infinitief) ww
(opbouw stratenpatroon))
Lettergrepen: be·bou·wen
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
bebouwen - bebouwde - bebouwd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
urbanizaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizaba
Urbanizase
Urbanizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizaba
Urbanizase
Urbanizó
ik bebouwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriere de construcciones
Cubrirá de construcciones
Urbanizare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bebouwenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríais de construcciones
Cubrierais de construcciones
Cubrieseis de construcciones
Cubristeis de construcciones
Urbanizabais
Urbanizaseis
Urbanizasteis
jullie bebouwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bouw·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríamos de construcciones
Cubriéramos de construcciones
Cubriésemos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanizábamos
Urbanizamos
Urbanizásemos
wij/we bebouwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrían de construcciones
Cubrieran de construcciones
Cubrieron de construcciones
Cubriesen de construcciones
Urbanizaban
Urbanizaron
Urbanizasen
zij/ze bebouwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrieren de construcciones
Cubrirán de construcciones
Urbanizaren
zij/ze zullen bebouwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrías de construcciones
Cubrieras de construcciones
Cubrieses de construcciones
Cubriste de construcciones
Urbanizabas
Urbanizases
Urbanizaste
jij/je bebouwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrieres de construcciones
Cubrirás de construcciones
Urbanizares
jij/je zal bebouwentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriere de construcciones
Cubrirá de construcciones
Cubriré de construcciones
Urbanizará
Urbanizaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bebouwenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriere de construcciones
Cubrirá de construcciones
Cubriré de construcciones
Urbanizará
Urbanizaré
ik zal bebouweneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik zal be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriere de construcciones
Cubriré de construcciones
Urbanizare
ik zal bebouweneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik zal be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriereis de construcciones
Cubriréis de construcciones
Urbanizaréis
jullie zullen bebouwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriereis de construcciones
Cubriréis de construcciones
Urbanizareis
jullie zullen bebouwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriéremos de construcciones
Cubriremos de construcciones
Urbanizáremos
wij/we zullen bebouweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriéremos de construcciones
Cubriremos de construcciones
Urbanizaremos
wij/we zullen bebouweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrieren de construcciones
Cubrirán de construcciones
Urbanizarán
zij/ze zullen bebouwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrieres de construcciones
Cubrirás de construcciones
Urbanizarás
jij/je zal bebouwentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaríatercera persona singular condicional del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriría de construcciones
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bebouwenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular condicional del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriría de construcciones
ik zou bebouweneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik zou be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriríais de construcciones
jullie zouden bebouwentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den be·bou·wen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubriríamos de construcciones
wij/we zouden bebouweneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaríantercera persona plural condicional del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrirían de construcciones
zij/ze zouden bebouwenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizaríassegunda persona singular condicional del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrirías de construcciones
jij/je zou bebouwentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrían de construcciones
Cubrieran de construcciones
Cubrieron de construcciones
Cubriesen de construcciones
Urbanizaban
Urbanizaran
Urbanizasen
zij/ze bebouwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubras de construcciones
Cubres de construcciones
Urbanices
jij/je bebouwttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizaba
Urbanizara
Urbanizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrí de construcciones
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanicé
Urbanizaba
Urbanizara
Urbanizó
ik bebouwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríais de construcciones
Cubrierais de construcciones
Cubrieseis de construcciones
Cubristeis de construcciones
Urbanizabais
Urbanizarais
Urbanizasteis
jullie bebouwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bouw·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríamos de construcciones
Cubriéramos de construcciones
Cubriésemos de construcciones
Cubrimos de construcciones
Urbanizábamos
Urbanizamos
Urbanizáramos
wij/we bebouwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrían de construcciones
Cubrieran de construcciones
Cubrieron de construcciones
Cubriesen de construcciones
Urbanizaban
Urbanizaran
Urbanizaron
zij/ze bebouwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrías de construcciones
Cubrieras de construcciones
Cubrieses de construcciones
Cubriste de construcciones
Urbanizabas
Urbanizaras
Urbanizaste
jij/je bebouwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubrías de construcciones
Cubrieras de construcciones
Cubrieses de construcciones
Cubriste de construcciones
Urbanizabas
Urbanizaras
Urbanizases
jij/je bebouwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanizasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubríais de construcciones
Cubrierais de construcciones
Cubrieseis de construcciones
Cubristeis de construcciones
Urbanizabais
Urbanizarais
Urbanizaseis
jullie bebouwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: jul·lie be·bouw·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubra de construcciones
Cubro de construcciones
Urbanice
ik bebouweerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
Lettergrepen: ik be·bouw

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bebouwen').
  wn
urbanizótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'urbanizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbanizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Cubría de construcciones
Cubriera de construcciones
Cubriese de construcciones
Cubrió de construcciones
Urbanizaba
Urbanizara
Urbanizase
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bebouwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bebouwen'
urbanoadjetivo masculino singular

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbano'
  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Urbana
Urbanas
Urbanos
stadsbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
stads-bijvoeglijk naamwoord bn
stadseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stads
Lettergrepen: stad·se

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stads').
  wn  w
stedelijkbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ste·de·lijk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
stedelijkeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stedelijk
Lettergrepen: ste·de·lij·ke

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stedelijk').
  wn
urbanosadjetivo masculino plural de la palabra: urbano

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbano'
  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Urbana
Urbanas
Urbano
stadsbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
stads-bijvoeglijk naamwoord bn
stadseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stads
Lettergrepen: stad·se

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stads').
  wn  w
stedelijkbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ste·de·lijk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
stedelijkeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Stedelijk
Lettergrepen: ste·de·lij·ke

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stedelijk').
  wn
urbesustantivo
Plural es: urbes

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbe'
, la  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciudad
Población
Villa
plaatszelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Meervoud is: plaatsen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
stadzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Verkleinwoord is: stadje [stad·je]], het
Meervoud is: steden

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
urbessustantivo plural de la palabra: urbe

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urbe'
, las  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciudades
Poblaciones
Villas
plaatsenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: plaats
Lettergrepen: plaat·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
stedenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: stad
Lettergrepen: ste·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Stad').
, de  wn  w
UrbinoNombre (o por antonomasia)
(la antigua Urbinum Hortense), ciudad del centro de Italia, a 30 km al SO de Pesaro). Allí nació, en 1483, el pintor Raffaello Sanzio (comúnmente llamado Rafael en español). Su universidades de 1506.
  w
Urbinoeigennaam (of antonomasie) en
  w
urcasustantivo
Plural es: urcas

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urca'
, la  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Orca
Tonina
orkazelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: or·ka
Meervoud is: orka's

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
zwaardwalviszelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: zwaard·wal·vis
Meervoud is: zwaardwalvissen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
urcassustantivo plural de la palabra: urca

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'urca'
, las  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Orcas
Toninas
orka'sMeervoud van het zelfstandig naamwoord: orka
Lettergrepen: or·ka's

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Orka').
, de  wn  w
zwaardwalvissenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: zwaardwalvis
Lettergrepen: zwaard·wal·vis·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zwaardwalvis').
, de  wn  w

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S TU V W X Y Z ß

2e -ab c dfgij l m nr s t vxz

3e- d ef g ij mno rtu

4e ac al an ba be bi ca

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
UR ..... URCASVolgende/ Siguiente -->

arriba