Bananenboom
Pisang
(Musa acuminata, MusaMuze nanaKindermeisje
Slaaplied, MusaMuze paradisiaca, MusaMuze paradisiaca var. sapientum, Musa sapientum, MusaMuze spp.)
Planta herbáceaKruidachtige plant de grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime dimensionesAfmetingen
Dimensies, que en algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige paísesLanden llamanNoemen
Zij/ze bellen
Zij/ze bellen aan
Zij/ze bellen op
Zij/ze benoemen
Zij/ze heten
Zij/ze kloppen
Zij/ze luiden
Zij/ze maken uit voor
Zij/ze noemen
Zij/ze praaien
Zij/ze roepen
Zij/ze roepen aan
Zij/ze roepen op
Zij/ze schellen
Zij/ze telefoneren bananoBanaan
Bananenboom. Pertenece aBehoor toe!
Behoor tot!
Behoor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot la familiaDe familie
Het gezin
Het huis
Het huisgezin de las MusáceasBanaanfamilie
Musaceae AlcanzaAchterhaal!
Behaal!
Bereik!
Haal in!
Het is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Maak buit!
Reik tot!
Verkrijg!
Verwerf! una alturaEen hoogte
Een verhevenheid de 22
Twee a 33
Drie m y un fusteEen betekenis
Een geweerlade
Een gewicht
Een greep
Een grondslag
Een lansschacht
Een zadelboog
Een zuilschacht de unosVan zo´n 2020
Twintig cmCentimeter
Cm
Cm. de diámetroDiameter
Middellijn, formadoAangegaan
Geformeerd
Geparadeerd
Gepraald
Geprijkt
Gepronkt
Gevormd por las vainasDe doppen
De peulen
De schillen de las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten, enrolladasGehuld
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewoeld
Gewonden
Ingewikkeld
Omhuld
Opgerold
Opgerolde
Toegestopt apretadamente unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! otrasAnder
Andere
Nog één y terminadasAfgehandeld
Afgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd en un amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde limboBladschede
Bladschijf
Voorgeborchte, de unosVan zo´n 22
Twee m de longitudLengte
Lengtegraad y unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 3030
Dertig cmCentimeter
Cm
Cm. de anchuraBaan
Breedte, redondeadasAfgerond
Afgeronde
Rondgemaakt en suHaar
Hun
Uw
Zijn ápiceApex
Toppunt. El conjuntoDe inrichting
De set
De troep
De verzameling
De/het complet
Het complex
Het ensemble
Het geheel
Het samenspel
Het stel
Het stelletje de estasDeze
Dezen hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze el penachoDe kuif o copaBeker
Bokaal
Borrel
Cup
Drankje
Drinkbeker
Glaasje
Glas
Glas met steel
Wijnglas de la plantaDe etage
De plant
De verdieping
De voetzool
De zool. FrutoOpbrengst
Vrucht comestibleEetbaar
Eetbare de estaDeze
Dit plantaEtage
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plant
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plant aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poot
Plant
Plant aan!
Plant!
Poot!
Verdieping
Voetzool
Zool. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una bayaEen bes
Een bezie alargadaAangegeven
Aangereikt
Afgedragen
Doorgebracht
Doorgetrokken
Doortrokken
Gerekt
Lange
Langer gemaakt
Overgegeven
Overhandigd
Ter hand gesteld
Toegereikt
Uitgelegd
Uitgerekt
Uitgetrokken
Verdreven
Verlengd, de diez10
Tien a quince15
Vijftien centímetrosCentimeters de longitudLengte
Lengtegraad, algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat encorvadaDoorgebogen
Gebogen
Omgebogen y de cortezaBast
Boomschors
Dop
Schaal
Schil
Schors lisaDiklipharder
Effen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Goudharder
Grootkopharder
Harder
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zeewolf
Zonder moeilijkheden y amarillaGeel
Gele.
EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
- Bananas rebozadas
- Bananas rellenas
- Tarta de bananas
- Torta de banana
- Plátano flambeado
- Batido de plátanos con mermelada de fresa
- Tostadas de plátano verde
- pudín de plátanos y chocolate
- Torta de plátano maduro y queso
De los siguientes palabras hay una foto:
Amarillo Banano Plátano
BananasBananen
Bananenbomen
Pisangs rebozadasBedekt (vaak met ei
en meel)
Gepaneerd
Preparación:CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren las bananasDe bananen
De bananenbomen
De pisangs por la mitadDe helft, pasarlasHaal ze
Passeren por queso cremaRoomkaas previamenteEerst
Vooraf mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward conDoor
Met
Per
Samen met canelaKaneel y azúcarSuiker. RebozarlasZe (in ei en
meel) wentelen conDoor
Met
Per
Samen met bizcochosBeschuiten
Biscuits
Cakes
Gebak van honing, meel
en geraspte kokos
Koeken dulcesLekkernijen
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepjes
Versnaperingen
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheden
Zoetigheid molidosGekweld
Gemalen
Vermalen. ServirlasDien ze op conDoor
Met
Per
Samen met helado de frutaVruchtenijs o cremasCrèmes
Deeltekens
Jij/je cremeert
Puikjes
Trema's
Vla's.
De los siguientes palabras hay una foto:
Bizcochos Canela
Bananas rellenasGevulde bananen
Preparación:QuitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde de la cáscaraDe bolster
De dop
De schaal
De schil
De schors de las bananasDe bananen
De bananenbomen
De pisangs a lo largoDe lengte y ahuecarHol maken sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dañarBeschadigen
Bezeren la pulpaDe pulp
De pulpa
De weke massa
Het vruchtvlees. AgregarleToevoegen
Voeg hem toe a estaDeze
Dit jugo de limónCitroensap, unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade de damascoAbrikoos
Damascus
Damast y queso blancoWitte kaas sin salOngezouten
Zoutloos o RicotaRicotta. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen las cáscarasDe bolsters
De doppen
De schalen
De schillen
De schorsen y mantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden en la heladeraDe koelkast
De vriezer hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip de servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn.
De los siguientes palabras hay una foto:
Damasco Damasco Damasco
Tarta de bananasBananentaart
Preparación:CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven 22
Twee bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde y rociarlasZe besproeien conDoor
Met
Per
Samen met jugo de limónCitroensap. OtrasAnder
Andere
Nog één 44
Vier pisarlasZe prakken conDoor
Met
Per
Samen met un tenedorEen dol
Een vork paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven un puréEen brij
Een moes
Een pap
Een puree lisoEffen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zonder moeilijkheden. PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden el flan instantáneoInstant de acuerdo aIn overeenstemming met las instruccionesDe aanwijzingen
De consignes
De instructies del envaseBottelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bottelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakt
Ik bottel
Ik verpak
Verpakking
Verpakt u! y antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que se solidifiqueStevig wordt totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal agregarleToevoegen
Voeg hem toe el puréDe brij
De pap
De puree de bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs y 33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de dulce de lecheDulce de leche
Melkkaramel. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen una tartaEen cake
Een gevulde taart
Een koek
Een taart cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken (compradaAangekocht
Aangeschaft
Afgenomen
Boodschappen gedaan
Gekocht
Ingekocht
Overgenomen) y decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren conDoor
Met
Per
Samen met rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven de bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs, frutillasAardbeien
Gekweekte aardbeien
Tuinaardbeien y granosGranen
Greinen
Korrels
Kralen
Mee-eters
Pitten
Puistjes
Zaadjes
Zaadkorrels de uvaDruif
Wijndruif. MantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden en la heladeraDe koelkast
De vriezer hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip de servirlaDien op.
De los siguientes palabras hay una foto:
Frutilla Uva
Torta de bananaBananentaart
Ingredientes: (88Acht porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken)
125 g de margarinaMargarine
11
Een cucharaditaTheelepeltje de cáscara de limónCitroenrasp
Citroenschil ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
225 g de azúcarSuiker molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
11
Een cucharaditaTheelepeltje de esencia de vainillaVanille-essence
22
Twee huevosEieren
22
Twee bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs hechasAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd puréBrij
Moes
Pap
Puree
200200
Tweehonderd g de harinaBloem
Meel
5050
Vijftig g de fécula de maízMaïzena
11
Een cucharaditaTheelepeltje colmadaOvergelopen
Overlopen
Overtroffen
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Vol
Volle de polvo de hornearpolvo de levadura, polvo leudante.
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel! de sal finaFijn zout
11
Een/22
Twee tazaBeker
Kop
Kopje de ciruelas pasasDadel- of pruimedantmousse
Gedroogde pruimen
Pruimedanten descarozadasOntpit
Ontpitte picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
44
Vier cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de lecheMelk, pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje marroc, fondantFondant
Preparación:
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan la margarinaDe margarine juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met el azúcarDe suiker hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla. AgregarBijmengen
Toevoegen la cáscara de limónDe citroenrasp, la vainillaDe vanille, los huevosDe eier
De eieren de a unoÉén voor één, el puréDe brij
De pap
De puree de bananaBanaan
Bananenboom
Pisang, la harinaDe bloem
Het meel conDoor
Met
Per
Samen met la féculaHet aardappelmeel
Het zetmeel previamenteEerst
Vooraf tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde, el polvoHet gruis
Het pulver de hornearBakken, sazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren. IncorporarInbouwen
Toevoegen la lecheDe melk y las ciruelasDe kwetsen
De pruimen. DistribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! savarin lisoEffen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zonder moeilijkheden o fantasíaFantasie
Verbeeldingskracht enmantecadoIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd y enharinadoIn meel verpakt
Met meel bedekt
Met meel bestrooid. Llevar aMeenemen naar
Meenemen voor hornoKachel
Oven moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 4040
Veertig minutosMinuten. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen, cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren en 22
Twee capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken, rellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen conDoor
Met
Per
Samen met la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje marroc y taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen. BañarBaden
Dompelen
In bad doen
Overgieten
Wassen conDoor
Met
Per
Samen met el fondantDe fondant y decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak.
De los siguientes palabras hay una foto:
Banana
Plátano flambeadoGeflambeerde banaan
Ingredientes:11
Een PlátanoBanaan
Bananenboom
Pisang por comensalTafelgenoot y uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop.
BrandyBrandewijn
Brandy
CuracaoCuraçao o triple secoFuerte licor de naranja.
RonRum negroNeger
Zwart
Zwarte
OportoOporto
Porto
Portwijn
JugoBraadjus
Dipsaus
Jus
Sap
Saus
Vleessaus de unasVan zo´n naranjasAppelsienen
Oranjeappelen
Oranjeappels
Oranjes
Sinaasappelen
Sinaasappels
AzúcarSuiker
MantequillaBoter
Roomboter
Preparación:
Los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs se partenWorden gedeeld
Zij/ze splijten por la mitadDe helft a lo largoDe lengte y se pasan porMen haalt door la parrillaDe grill
Het braadrooster
Het grillrooster conDoor
Met
Per
Samen met la pulpaDe pulp
De pulpa
De weke massa
Het vruchtvlees alNaar de
Naar het calorHitte
Smoorhitte
Warmte, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se lesHen
Hun
U quitaBeroof!
Doe af!
Doe uit!
Geef op!
Geef prijs!
Haal af!
Haal weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Krijg uit!
Laat weg!
Neem af!
Neem weg!
Ris!
Rits!
Trek af!
Trek uit!
Verwijder
Verwijder!
Zet af! la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind procesoGeding
Gerechtszaak
Ik verwerk
Ontwikkelingsgang
Proces
Rechtsgeding
Rechtszaak
Verloop
Zaak de asado a la parrillaGegrild
Gegrilleerd, cuandoAls
Tijdens
Wanneer se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand marcadoAangeduid
Aangegeven
Aangekruist
Aangewezen
Afgetekend
Een teken gegeven
Gebrandmerkt
Gedraaid
Gekenmerkt
Gemarkeerd
Gemerkt
Getekend
Watergolf las estríasDe banden
De fronsen
De fronzen
De geulen
De groeven
De repen
De rimpels
De strepen
De stroken
De voren
De wapenbalken de la parrillaDe grill
Het braadrooster
Het grillrooster en la carneHet vlees del plátanoBanaan
Bananenboom
Pisang se sacanMen haalt uit y se reservanMen zet weg.
En una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan de acero inoxidableRoestvrij staal o de cobreKoperen, (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit cobreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze int
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Ik in
Ik ontvang
Ik verdien
Int u!
Koper
Ontvangt u!
Roodkoper
Verdient u! haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de estar libreOpenstaan
Vacant zijn
Vaceren de cardenilloKogelbloem
Kopergroen, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats tóxicoGif
Gift
Giftig
Giftige
Venijn
Venijnig
Venijnige
Vergif
Vergiftig
Vergiftige
Verpestend
Verpestende), se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan alNaar de
Naar het fuegoVuur y cuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! se le echaMen gooit erbij una copitaEen drankje
Een glaasje de brandyBrandewijn
Brandy, se quemaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt zich y se limpiaMen maakt schoon conDoor
Met
Per
Samen met un papel de cocinaEen keukenpapier.
Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan en la sarténIn de pan gebakken a derretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken la mantequillaDe boter
De roomboter conDoor
Met
Per
Samen met el azúcarDe suiker, cuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el conjuntoDe inrichting
De set
De troep
De verzameling
De/het complet
Het complex
Het ensemble
Het geheel
Het samenspel
Het stel
Het stelletje y sin queZonder dat se tuesteMen roostert muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere, soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten tiene queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet tomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten un ligeroGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte colorKleur, se le añadeMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe un plátanoEen banaan
Een bananenboom
Een pisang de los asadosDe braadstukken a la parrillaGegrild
Van de grill y se trituraMen pureert bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart conDoor
Met
Per
Samen met un tenedorEen dol
Een vork, a continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende se le añadeMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe un chorritoEen scheutje de curasaoAbacate - Aguacate - Avocado - Palta - Petro., otroAnder
Andere
Nog een
Nog één de ronRum y el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus de la naranjaDe appelsien
De oranjeappel
De sinaasappel dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van el conjuntoDe inrichting
De set
De troep
De verzameling
De/het complet
Het complex
Het ensemble
Het geheel
Het samenspel
Het stel
Het stelletje en cocciónBakken
Koken hasta queTot
Totdat se reduzcaInkookt un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat. Se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs a mitadesHelften sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te la cortezaDe bast
De boomschors
De dop
De schaal
De schil
De schors y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat que cuezaBakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Ik bak
Ik kook
Kook
Kookt u! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el conjuntoDe inrichting
De set
De troep
De verzameling
De/het complet
Het complex
Het ensemble
Het geheel
Het samenspel
Het stel
Het stelletje, si hace faltaIndien nodig se le añadeMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de los licoresDe likeuren
De sterke dranken y/o zumoSap
Vruchtensap.
NOTASAantekeningen
Cijfers
Jij/je bemerkt
Jij/je bespeurt
Jij/je merkt
Jij/je merkt op
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities
Opmerkingen: Los licoresDe likeuren
De sterke dranken a emplearAanwenden
Benutten
Doorvoeren
Gebruiken
In toepassing brengen
Toepassen puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één que másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus gusten(Zij) bevallen
Behaagt u!
Bevalt u!
Houdt u van!
Proeft u!
Staat u aan!
Vindt u leuk!
Zij/ze behagen
Zij/ze bevallen
Zij/ze houden van
Zij/ze proeven
Zij/ze staan aan
Zij/ze vinden leuk
Zij/ze zinnen
Zint u! a los comensalesDe tafelgenoten. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs se debeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft veel verplichtingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te wijten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is veel veplicht prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden a la vistaBij de hand de los comensalesDe tafelgenoten y cuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge se le rocíaMen besproeit het conDoor
Met
Per
Samen met licorLikeur
Sterke drank ardiendoAan zijnd
Blakend
Brandend
Gloeiend paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! flambearFlamberen los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs. Una formaEen formaliteit
Een gedaante
Een manier
Een vorm
Een wijze espectacularSpectaculair
Spectaculaire de flambearlosHen te flamberen esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren conDoor
Met
Per
Samen met la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel de una naranjaEen appelsien
Een oranjeappel
Een sinaasappel una espiralEen spiraal, se consigueMen verkrijgt siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la pelamosWij pellen
Wij schillen
Wij/we jassen
Wij/we jasten
Wij/we pelden
Wij/we pelden af
Wij/we pellen
Wij/we pellen af
Wij/we schilden
Wij/we schillen sin queZonder dat se nos(Aan) ons
Ons rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel. ConDoor
Met
Per
Samen met un tenedorEen dol
Een vork pinchamosWij prikken
Wij/we pikken
Wij/we pikten
Wij/we priemden
Wij/we priemen
Wij/we prikken
Wij/we prikken door
Wij/we prikten
Wij/we prikten door
Wij/we staken
Wij/we steken el empieceHet begin de la espiralDe spiraal y la ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer encimaBovendien
Er bovenop del recipienteBak
Kom
Pot
Pul
Schaal
Vaas
Vat dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klaargemaakte
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs, vertemosWij gieten
Wij/we gieten
Wij/we gieten in
Wij/we plengen
Wij/we schenken
Wij/we schenken in
Wij/we storten
Wij/we strooien
Wij/we vergieten el licorDe likeur
De sterke drank calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! y ardiendoAan zijnd
Blakend
Brandend
Gloeiend por el empieceHet begin de la espiralDe spiraal y el licorDe likeur
De sterke drank recorre(Het) doorloopt
Bereis!
Doorga!
Doorreis!
Doortrek!
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorreist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doortrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt door
Leg af!
Loop af!
Neem door!
Reis door!
Reis rond!
Trek door! todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle ellaHaar
Ze
Zij dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend un efectoEen afloop
Een effect
Een gevolg
Een indruk
Een resultaat
Een uitkomst
Een uitvloeisel
Een uitwerking
Een voortvloeisel
Een werking vistosoOpzichtig
Opzichtige, sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se reduceMen kookt in la iluminaciónDe belichting
De verlichting
Het aansteken
Het belichten
Het illumineren
Het verlichten
Het voorlichten. MuchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere cuidado deBehartigd
Bezorgd geweest
Gezorgd
Verzorgd
Zich bekommerd
Zorg gedragen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quemarseAanbranden
Branden
Doorbranden
Verbranden
Zich branden y que el licorDe likeur
De sterke drank ardiendoAan zijnd
Blakend
Brandend
Gloeiend noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank caiga(Het) valt
Geraakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervalt
Ik geraak
Ik laat vallen
Ik val
Ik val af
Ik val neer
Ik verschiet
Ik verval
Laat u vallen!
Valt u af!
Valt u neer!
Valt u!
Verschiet u!
Vervalt u! fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg del recipienteBak
Kom
Pot
Pul
Schaal
Vaas
Vat.
De los siguientes palabras hay una foto:
Naranja Plátano
BatidoDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshake
Omgeroerd de plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs conDoor
Met
Per
Samen met mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei
Ingredientes:33
Drie plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs
11
Een litroLiter de lecheMelk
44
Vier cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei
22
Twee yoguresYoghurtjes
Yoghurts (puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen se r de plátanoBanaan
Bananenboom
Pisang o de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei)
44
Vier cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de azúcarSuiker
CanelaKaneel
Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten en una jarraEen bierpul
Een kan
Een kruik los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven, el azúcarDe suiker, la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade, los yoguresDe yoghurtjes y la lecheDe melk. BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart hasta queTot
Totdat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer cremosoRomig
Romige. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn en copasBekers
Bokalen
Borrels
Cups
Drankjes
Drinkbekers
Glaasjes
Glazen
Wijnglazen, espolvoreándolasHen bestrooiend conDoor
Met
Per
Samen met la canelaDe/het kaneel.
De los siguientes palabras hay una foto:
Canela Fresa Plátano
TostadasBeschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's de plátano verdetipo de banana usada para comidas.
Ingredientes: (88Acht porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken)
88
Acht plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne y delgadosDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere
aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout al gustoNaar smaak
Preparación:
PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs y freírlosBak ze en aceiteIn olie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! hasta queTot
Totdat adquieran(Zij) verkrijgen
Behaalt u!
Koopt u aan!
Koopt u!
Krijgt u!
Maakt u buit!
Verkrijgt u!
Verwerft u!
Zij/ze behalen
Zij/ze kopen
Zij/ze kopen aan
Zij/ze krijgen
Zij/ze maken buit
Zij/ze verkrijgen
Zij/ze verwerven colorKleur.
Sacarlos y colocarlosPlaats ze, uno por unoÉén voor één, en un trapoEen doek
Een flard
Een lap
Een lomp
Een lor
Een tod
Een vod
Een vodje de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven humedecidoBevochtigd
Nat gemaakt
Vochtig gemaakt conDoor
Met
Per
Samen met aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!/salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, doblarloDubbelvouwen y machacarFijnstampen
Stampen conDoor
Met
Per
Samen met una piedraEen hagel
Een steen o aplanarUitrollen (van deeg) conDoor
Met
Per
Samen met un rodilloEen roller hasta queTot
Totdat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus delgadoDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke.
FreírBakken
Braden
Frituren
Fruiten los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer en aceiteIn olie muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! hasta queTot
Totdat doren(Zij) worden bruin
Braadt u aan!
Zij/ze braden aan, escurrirlosLaat ze uitdruipen y rociarlesRegar la carne u otro alimento con su jugo o con su grasa. salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Verde
pudínPudding de plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs y chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
Ingredientes:
200200
Tweehonderd gr. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk fondantFondant, 33
Drie plátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs, 200200
Tweehonderd ml. (un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat) de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten, 5050
Vijftig gr. de azúcarSuiker, 25gr de mantequillaBoter
Roomboter, 44
Vier rebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën de pan de molde, 33
Drie huevosEieren.
Preparación:
FundirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken, alNaar de
Naar het baño maríaAu bain marie
Au bain-marie, el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk troceadoIn stukjes gesneden
In stukken gesneden conDoor
Met
Per
Samen met la nataDe room
De slagroom
Het puikje y la mantequillaDe boter
De roomboter. TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels de huevoEi conDoor
Met
Per
Samen met el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! cremosasRomig
Romige. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk fundidoGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt, poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan, removiendoRoerend
Verwijderend continuamenteAldoor
Bij voortduring
Continue
Permanent
Voortdurend. AgregarBijmengen
Toevoegen el panDe mik
Het brood desmenuzadoUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren. IncorporarInbouwen
Toevoegen, cuidadosamenteVoorzichtig
Zorgvuldig
Zorgzaam, las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere montadasBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) y verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten el preparadoHet preparaat en un molde desmontableEen springvorm, untadoAangesmeerd
Besmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingesmeerd
Ingesmeerde
Nat gemaakt con mantequillaMet boter. RepartirBezorgen
Distribueren
Ronddelen
Rondgeven
Uitdelen
Uitreiken
Verdelen por encimaBovendien
Er bovenop los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y cocerBakken
Koken a hornoKachel
Oven medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling hasta queTot
Totdat el pudínDe pudding esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! cuajadoDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestolde
Gestremde melk
Wrongel (aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat 45 min.). SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats desmontableDemontabel
Demontabele
Demonteerbaar
Demonteerbare, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten las rodajasDe plakken
De radeermessen
De schijven de plátanoBanaan
Bananenboom
Pisang en el fondoEigenlijk
Strikt genomen para queOpdat
Zodat alNaar de
Naar het desmoldarloHem uit de vorm
halen quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn encimaBovendien
Er bovenop.
De los siguientes palabras hay una foto:
Plátano
TortaCake
Koek
Taart de plátanoBanaan
Bananenboom
Pisang maduroBelegen
Bezonken
Ik rijp
Ik word volwassen
Rijp
Rijpe y quesoKaas
Ingredientes: (ParaBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 66
Zes personasMensen
Personages
Personen)
55
Vijf PlátanosBananen
Bananenbomen
Pisangs madurosBelegen
Bezonken
Rijp
Rijpe
11
Een/22
Twee tazaBeker
Kop
Kopje de queso blancoWitte kaas ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
22
Twee huevosEieren
Preparación:
Los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften en cuadritosVierkantjes y se sofríenMen fruit en aceiteIn olie hasta queTot
Totdat estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten y doraditosGoudbruin
Goudbruine. Se bajan delMen haalt van het fuegoVuur y se escurrenMen laat afdruipen
Men laat uitdruipen. Los huevosDe eier
De eieren se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich conDoor
Met
Per
Samen met los plátanosDe bananen
De bananenbomen
De pisangs y el quesoDe kaas (conDoor
Met
Per
Samen met cuchara de paloPollepel a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei). Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart mezcladosDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten se llevaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan overweg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Men brengt al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven a una temperaturaEen temperatuur de 350º C por 2020
Twintig minutosMinuten aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat ó hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs verificarAflezen
Controleren
Checken
Nakijken
Surveilleren
Toezien
Verifiëren que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken. Se puedeMen kan servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn conDoor
Met
Per
Samen met una carneEen vlees asadaGebraden
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde y ensaladaSalade
Slaatje verdeGroen
Groene.
De los siguientes palabras hay una foto:
Cuadritos Cuchara de palo Plátano Verde