Schelpdier
Zeevrucht
InvertebradoOngewerveld
Ongewervelde marinoIk leg in
Ik maak in
Ik marineer
Marien
Mariene
Zee-, moluscoWeekdier, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook se aplicaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betoont ijver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt zich toe talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk designación a los crustáceosDe kreeftachtigen
De schaaldieren marinosMarien
Mariene
Zee- conDoor
Met
Per
Samen met una altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte de colesterolCholesterol.
TIPOSDrukletters
Soorten
Typen
Types DE MARISCOSSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten.
CangrejoKrab
Kreeft
Rivierkreeft
Zoetwaterkreeft, animalesBeesten
Dieren conDoor
Met
Per
Samen met pinzasJij/je klemt
Jij/je knijpt
Jij/je nijpt
Jij/je tokkelt
Knijper
Knijpers
Pincet
Schaar
Tang
Tangetje grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime conDoor
Met
Per
Samen met la mayoríaDe meerderheid
Het gros
Het merendeel de la carneHet vlees en las pinzasDe knijper
De knijpers
De schaar
De tang
De/het pincet
Het tangetje y piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen. HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden de agua dulceZoet water y saladaGepekeld
Gezouten
Hartig
Hartige
In het zout gelegd
Ingelegd
Ingemaakt
Zilt
Zilte
Ziltig
Ziltige
Zout
Zout-
Zoutachtig
Zoutachtige
Zoute.
LangostaKreeft
Langoest
Pantserkreeft
Sprinkhaan
Zeekreeft, hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand dos2
Do's
Twee
Tweede tiposDrukletters
Soorten
Typen
Types de langostasKreeften
Langoesten
Pantserkreeften
Sprinkhanen
Zeekreeften: langostaKreeft
Langoest
Pantserkreeft
Sprinkhaan
Zeekreeft conDoor
Met
Per
Samen met pinzasJij/je klemt
Jij/je knijpt
Jij/je nijpt
Jij/je tokkelt
Knijper
Knijpers
Pincet
Schaar
Tang
Tangetje dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin encontramosWij/we bevinden
Wij/we bevonden
Wij/we komen tegen
Wij/we kwamen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we ontmoetten
Wij/we traden tegemoet
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we troffen
Wij/we troffen aan
Wij/we vinden
Wij/we vonden la mayoríaDe meerderheid
Het gros
Het merendeel de la carneHet vlees en las pinzasDe knijper
De knijpers
De schaar
De tang
De/het pincet
Het tangetje y colaFile
Filtreer!
Gelid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze filtreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zeeft
Jaspand
Kit
Kleefmiddel
Kleefstof
Kola
Lijm
Paardenstaart
Pand
Reeks
Rij
Sleep
Slip
Staart
Wachtrij
Zeef!; langostaKreeft
Langoest
Pantserkreeft
Sprinkhaan
Zeekreeft sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pinzasJij/je klemt
Jij/je knijpt
Jij/je nijpt
Jij/je tokkelt
Knijper
Knijpers
Pincet
Schaar
Tang
Tangetje dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin la mayoríaDe meerderheid
Het gros
Het merendeel de la carneHet vlees estaDeze
Dit en la colaDe file
De kleefstof
De lijm
De paardenstaart
De reeks
De rij
De sleep
De slip
De staart
De wachtrij
De/het jaspand
Het gelid
Het kleefmiddel y piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen. EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind animalBeest
Dier puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt vivirBeleven
Leven
Wonen en el aguaHet water saladaGepekeld
Gezouten
Hartig
Hartige
In het zout gelegd
Ingelegd
Ingemaakt
Zilt
Zilte
Ziltig
Ziltige
Zout
Zout-
Zoutachtig
Zoutachtige
Zoute y dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid, hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand masDoch
Echter
Maar
Plus variedadAfwisselen
Afwisseling
Variatie
Variëren
Variëteit
Verscheidenheid
Werken de agua dulceZoet water.
CamaronesBidsprinkhaankreeften
Caridea
Garnalen
Steurgarnalen, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn animalesBeesten
Dieren de agua saladaZilt water, se vendeMen verkoopt por tamañosAfmetingen
Bestekken
Dusdanig
Dusdanige
Formaten
Grootheden
Grootten
Groottes
Omvangen
Uitgebreidheden y pesoGewicht
Ik ben zwaar
Ik bepaal het gewicht
Ik weeg
Ik weeg af
Peso
Zwaarte de librasJij/je bevrijdt
Ponden por ejemploBij voorbeeld
Bijvoorbeeld 25-20 que significaBeduid!
Beteken!
Betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat voor
Sta voor! que hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand de 2525
Vijfentwintig a 2020
Twintig camaronesBidsprinkhaankreeften
Caridea
Garnalen
Steurgarnalen en una libraEen pond, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga af
Ik ga naar beneden
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el númeroHet aantal
Het getal
Het lot
Het numero
Het nummer esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime el camarónDe bidsprinkhaankreeft
De garnaal
De steurgarnaal. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus consumidoGeconsumeerd
Gegeten
Gesloopt
Opgebruikt
Opgegeten
Opgemaakt
Opgeteerd
Verbruikt
Verorberd
Verteerd en el mundoDe wereld
Het aardrijk.
MoluscosMollusca
Mollusken
Weekdieren bivalvosTweekleppig
Tweekleppige, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn animalesBeesten
Dieren que puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen vivirBeleven
Leven
Wonen en el agua dulceHet zoet water y saladaGepekeld
Gezouten
Hartig
Hartige
In het zout gelegd
Ingelegd
Ingemaakt
Zilt
Zilte
Ziltig
Ziltige
Zout
Zout-
Zoutachtig
Zoutachtige
Zoute, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus antiguaAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Antigua
Antigua guatemala
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude forma de vidaLevensvorm en el mundoDe wereld
Het aardrijk.
PulposInktvissen
Kraken
Octopussen, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn animalesBeesten
Dieren de ocho8
Acht piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer apreciadosAchting gehad voor
Achting toegedragen
Begroot
Geacht
Geapprecieerd
Gehecht aan
Gehouden van
Gemogen
Geschat
Getaxeerd
Gewaardeerd
Hooggeacht
Op prijs gesteld en EuropaEuropa, soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand una especieEen aangelegenheid
Een soort de pulpoInktvis
Kleine inktvis
Kraak
Octopus venenosoGiftig
Giftige que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el pulpoDe inktvis
De kleine inktvis
De kraak
De octopus de anilloBeugel
Ring
Wal azulAzul
Azuur
Blauw
Blauwe
Lazuur.
CalamarInktvis
Pijlinktvis, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un animalEen beest
Een dier de doce12
Twaalf piernasBenen
Bouten
Onderbenen
Poten
Schenkels
Schenkelvlezen que venden(Zij) verkopen
Bakert u in!
Bakert u!
Men verkoopt
Omwikkelt u!
Omzwachtelt u!
Verbindt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
Zwachtelt u in!
Zwachtelt u! de diferentesAfwijkend
Afwijkende
Andere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende tamañosAfmetingen
Bestekken
Dusdanig
Dusdanige
Formaten
Grootheden
Grootten
Groottes
Omvangen
Uitgebreidheden en hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de diez10
Tien kilosKilo's
Kilogrammen, estaDeze
Dit el calamarDe inktvis
De pijlinktvis americanoAmerikaan
Amerikaans
Amerikaanse
Noord-amerikaan que es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit 100100
Honderd gramosGrammen. CuandoAls
Tijdens
Wanneer se preparaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich gereed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich klaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich op
Men bereidt un calamarEen inktvis
Een pijlinktvis debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! pelarloSchillen, quitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen todas lasAlle víscerasIngewanden y la cabezaDe kop
Het hoofd.
ErizosEgels de marZee, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn animalesBeesten
Dieren conDoor
Met
Per
Samen met muchasVeel
Vele
Zeer
Zere espinasDoornen
Doorns
Graten
Jij/je ontgraat
Visgraten, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn una deliciaEen genot
Een heerlijkheid
Een lekkernij y existenEr bestaan
Zij/ze bestaan en todos losAlle maresZeeën y océanosOceanen
Wereldzeeën del mundoAardrijk
Wereld.
Ancas de ranaKikkerbilletjes, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn las piernasDe benen
De bouten
De onderbenen
De poten
De schenkels
De schenkelvlezen de ranasKikkers
Kikvorsen de menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd de 300300
Driehonderd gramosGrammen que se compranMen koopt únicamenteAlleen
Uitsluitend de granjasBoerderijen
Ritsen
Scheuren
Scheuringen de ranasKikkers
Kikvorsen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank arriesgarse aZich blootstellen aan
Zich wagen aan infeccionesBesmettingen
Infecties.
EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
- Terrina de salmón y gambas
- Marinado de aceitunas y alcaparras propio para mariscos
- Ensalada de mariscos
- Pechugas de pavo con marisco
- Caldereta de bogavante
- Langostinos con salsa de marisco
- Rollitos de calabacín
- Lasaña de marisco
- Chipirones encebollados
- Zarzuela de pescado y mariscos
- Paella
De los siguientes palabras hay una foto:
Azul Cangrejo Mundo Pulpo Rana Salar
TerrinaCocotte
Terrien de salmónZalm y gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen
Ingredientes:Un lomoEen kruis
Een lende
Een lendenstuk
Een rug
Een rugstuk de salmónZalm de unosVan zo´n 400400
Vierhonderd gramosGrammen, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel niEn niet
Evenmin
Noch espinasDoornen
Doorns
Graten
Jij/je ontgraat
Visgraten.
88
Acht gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
44
Vier huevosEieren
250 gramosGrammen de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
22
Twee hojas de gelatinaGelatineblaadjes
11
Een vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de caldo de pescadoVisbouillon o mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht
MantequillaBoter
Roomboter, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimienta blancaWitte peper
Preparación:
PrecalentarVoorverwarmen el hornoDe kachel
De oven a 180º
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el salmónZalm, las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels de los huevosDe eier
De eieren, la nataDe room
De slagroom
Het puikje, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper en el robot de cocinaDe keukenmachine, o pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan por la minipímer hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven un puréEen brij
Een moes
Een pap
Een puree homogéneoGelijksoortig
Gelijksoortige
Homogeen
Homogene. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las gambasDe gamba's
De garnalen
De grote garnalen peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en trocitosStukjes. AgregarBijmengen
Toevoegen las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere montadasBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm alargadoAangegeven
Aangereikt
Afgedragen
Doorgebracht
Doorgetrokken
Doortrokken
Gerekt
Lange
Langer gemaakt
Overgegeven
Overhandigd
Ter hand gesteld
Toegereikt
Uitgelegd
Uitgerekt
Uitgetrokken
Verdreven
Verlengd con mantequillaMet boter. VerterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten el preparadoHet preparaat anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere y hornearBakken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n veinte20
Twintig minutosMinuten o hasta queTot
Totdat alNaar de
Naar het introducirAanbrengen
Binnendringen
Binnenlaten
Binnenvoeren
Inbrengen
Indoen
Inleiden
Inschuiven
Insteken
Introduceren
Invoeren
Invullen una agujaEen geep
Een naald
Een spoorwissel
Een wissel en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden salgaEruit komt
Gaat u af!
Gaat u buiten!
Gaat u naar buiten!
Gaat u op weg!
Gaat u uit!
Gaat u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Ik ga af
Ik ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek
Komt u er mee
weg!
Komt u uit!
Loopt u uit!
Rijdt u af!
Rijdt u uit!
Rijdt u weg!
Stapt u op!
Stapt u uit!
Start u!
Stijgt u uit!
Tijgt u!
Treedt u uit!
Vaart u uit!
Verschijnt u!
Vertrekt u! limpiaHelder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Louter
Louter!
Loutere
Maak schoon!
Netto-
Poets!
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinig!
Schone
Schoon
Snoei!
Veeg af!
Wrijf op!
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuiver!
Zuivere. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals cogeGa halen!
Grijp aan!
Grijp vast!
Grijp!
Haal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Neem beet!
Neem!
Pak
Pak aan!
Pak beet!
Pak!
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Tokkel!
Vat aan!
Vat! demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste colorKleur en la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak antes deAlvorens te
Voor terminarAfhandelen
Aflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen la cocciónHet bakken
Het koken, cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken conDoor
Met
Per
Samen met papel de aluminioAlufolie. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a remojoIn de week la gelatinaDe gelatine
De gelei en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens cinco5
Vijf minutosMinuten. AgregarBijmengen
Toevoegen alNaar de
Naar het caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat y calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen hasta queTot
Totdat la gelatinaDe gelatine
De gelei se disuelva(Hij) lost op. CuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden en nigún momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip.
VerterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten la gelatinaDe gelatine
De gelei sobre laOp de
Op het terrinaCocotte
Terrien de salmónZalm y gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen, y refrigerarKoelen hasta queTot
Totdat se solidifiqueStevig wordt. DesmoldarUit de vorm halen con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Minipímer Pimienta Pimienta blanca
MarinadoGemarineerd
Ingelegd
Ingemaakt
Marinade de aceitunasOlijven y alcaparrasKapperbomen
Kapperstruiken
Kappertjes propioEigen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten
Ingredientes:11
Een libraBevrijd!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Pond
Weegschaal de curvinaZeeraaf o bocaBek
Mond
Monding
Opening
Snater coloradaGekleurd
Gekleurde
Roodkleurig
Roodkleurige
5050
Vijftig alcaparrasKapperbomen
Kapperstruiken
Kappertjes sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
5050
Vijftig aceitunasOlijven sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de vinagre balsámicoBalsamicoazijn
¼ de tazaBeker
Kop
Kopje de aceite de olivaOlijfolie
¼ de tazaBeker
Kop
Kopje de vino blancoWitte wijn
¼ de cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
Preparación:
LaveDoet u de was!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet de was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast uit
Ik doe de was
Ik loog
Ik was
Ik was af
Ik was uit
Loogt u!
Was
Wast u af!
Wast u uit!
Wast u! y sequeDroog
Droogt u af!
Droogt u uit!
Droogt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
Maakt u droog!
Veegt u af!
Veegt u!
Wist u af!
Wist u! conDoor
Met
Per
Samen met papel toallaKeukenrol el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht y resérveloZet het apart.
LicueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vloeibaar
Ik maak vloeibaar
Maak vloeibaar
Maakt u vloeibaar! los demásDe anderen ingredientesBestanddelen
Ingrediënten hasta queTot
Totdat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt una pastaEen beslag
Een deeg
Een deegwaar
Een gebak
Een pasta
Een zoet broodje espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!; conDoor
Met
Per
Samen met estoDeze
Dit, marineHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marineert
Ik leg in
Ik maak in
Ik marineer
Legt u in!
Maakt u in!
Marineer
Marineert u! el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht y déjeloLaat reposarLaten rusten
Rusten todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle una nocheEen avond
Een nacht en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat tapadoBedekken
Bedekt
Bedekte
Belegd
Dekken
Dichten
Dichtgemaakt
Dichtmaken
Gedekt
Gedicht
Gestopt
Stoppen
Toedekken
Toegedekt
Toegestopt
Toestoppen
Verstoppen
Verstopt
Volgestopt
Volstoppen dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te la refrigeradoraDe koelkast. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo el siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende díaDag
Etmaal saqueAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaalt u!
Behalen
Brengt u naar buiten!
Doet u af!
Doet u uit!
Dwingt u af!
Haal uit
Haalt u eruit!
Haalt u te voorschijn!
Haalt u uit!
Haalt u van!
Haalt u!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knevelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoost u!
Hozen
Ik behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik dwing af
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik knevel
Ik krijg uit
Ik ontleen
Ik pers af
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Knevelt u!
Krijgt u uit!
Ontleent u!
Ontlenen
Perst u af!
Put u!
Putten
Scheppen
Schept u!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet u af! el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht, retíreleHaal het weg la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren y fríaloKoel het af a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius), cuandoAls
Tijdens
Wanneer yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! en su puntoMedium gebakken de cocimientoBakken
Koken agrégueleVoeg het toe el adoboDe make-up
De marinade
De pekel
De schmink
Het aanmaken
Het bereiden
Het blanketsel
Het inleggen
Het inmaken
Het leerlooien
Het looien
Het marineren
Het tanen
Het toebereiden
Het voorbereiden, cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! suavizarloMilder te maken y sírvaloDien het op inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Rechtstreeks
Schielijk
Subiet
Zo para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pierdaGeeft u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelt
Ik geef op
Ik loop mis
Ik mis
Ik raak kwijt
Ik verbeur
Ik verkwist
Ik verlies
Ik verspeel
Loopt u mis!
Mist u!
Raakt u kwijt!
Verbeurt u!
Verkwist u!
Verliest
Verliest u!
Verspeelt u! suHaar
Hun
Uw
Zijn texturaStructuur
Textuur
Weefsel.
De los siguientes palabras hay una foto:
Aceituna Alcaparra Colorado Curvina
Ensalada de mariscosZeevruchtensalade
Ingredientes:11
Een manzanaAppel
Huizenblok paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! rellenarlaVul ze
¼ de onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) de calamaresInktvisringen
Inktvissen
Pijlinktvissen cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en trocitosStukjes
¼ de onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) de camarónBidsprinkhaankreeft
Garnaal
Steurgarnaal cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en trocitosStukjes
33
Drie mejillonesMosselen
Mossels cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en 33
Drie partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen
33
Drie hongosBolhoeden
Fungi
Paddenstoelen
Schimmels
Zwammen silvestresIn het wild groeiend
Wild
Wilde
Woest onbebouwd
11
Een cucharaditaTheelepeltje de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
Jugo de limónCitroensap al gustoNaar smaak
Vinagre de manzanaAppelazijn al gustoNaar smaak
11
Een cucharaditaTheelepeltje de aceite de olivaOlijfolie
11
Een ramitaTakje pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander
manzanaAppel
Huizenblok cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en cuadritosVierkantjes
11
Een mamón chinoRamboetan
11
Een onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) de queso parmesanoParmezaanse kaas horneadoBakken
Gebakken
½ onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) de pestoPesto
Pistou
½ onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) de quesoKaas fetaFeta
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper al gustoNaar smaak
Preparación:
En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan conDoor
Met
Per
Samen met aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! salteeBak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sauteert
Ik sauteer
Roerbak
Sauteert u! todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd el queso parmesanoDe parmezaanse kaas y resérvelos. CórteleSnijd het un extremoEen aangelegenheid
Een buitengewone zorg
Een neus
Een piek
Een punt
Een spits
Een tip
Een top
Een topje
Een toppunt
Een uiteinde
Een uiterste
Een uiterste deel a la manzanaDe appel
Het huizenblok, retíreleHaal het weg la comidaDe lunch
De maaltijd
Het eten
Het middageten
Het middagmaal
Het noenmaal y rellénelaVul het conDoor
Met
Per
Samen met la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren de mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten. DecoreDecoreert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze decoreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versiert
Ik decoreer
Ik onderscheid
Ik versier
Onderscheidt u!
Versier
Versiert u! esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs antes deAlvorens te
Voor servirloDien op conDoor
Met
Per
Samen met el mamón chinoDe ramboetan y el queso parmesanoDe parmezaanse kaas.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Cuadritos Mamón chino Manzana Manzana Manzana Manzana Pimienta
PechugasBorsten de pavoKalkoen conDoor
Met
Per
Samen met mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht
Ingredientes:
11
Een/22
Twee kg. de pechugasBorsten de pavoKalkoen en filetesBiefstukken
Filets
Filetten
Lijsten
Moten
Plakken
Randen
Richels
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer finosDelicaat
Delicate
Droge sherry's
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry's
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere.
88
Acht piezasBonken
Brokken
Damschijven
Eindjes
Hompen
Kamers
Muntstukken
Muziekstukken
Onderdelen
Schaakstukken
Stukjes
Toneelstukken
Vertrekken
Vissen
Werktuigen, entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen langostinosGarnalen
Steurgarnalen, cigalasLangoesten
Langoestines
Langoustines
Noorse kreeften
Rivierkreeftjes, gambonesGrote garnalen, lo queDat wat
Wat hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!.
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! cebollaAjuin
Bloembol
Ui noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
22
Twee tomatesTomaatplanten
Tomaten peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
11
Een hoja de laurelLaurier
Laurierblad
11
Een copaBeker
Bokaal
Borrel
Cup
Drankje
Drinkbeker
Glaasje
Glas
Glas met steel
Wijnglas de cava secoCava droog o brut.
AceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper
Preparación:
En una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan, mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever de barroAarden, calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen un dedoEen teen
Een vinger de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y saltearSauteren
el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier hasta queTot
Totdat tomeAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik pak aan
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u aan!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u! colorKleur.
ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten, y en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! a fuego vivoHoog vuur, dorarAanbraden
Doreren rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge los filetesDe biefstukken
De filets
De lijsten
De moten
De plakken
De randen
De rands
De richels
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën
de pavoKalkoen previamenteEerst
Vooraf salpimentadosGekruid met zout en
peper
Met zout en peper
gekruid al gustoNaar smaak.
ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier.
En el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, sofreírFruiten la cebolletaDe amsterdamse uitjes
De inmaakuitjes
De japanse bladui
De japanse bosui
De pijplook
De schaluun
De snijlook
De stengelajuin
De stengelui
De stengellook
De ui
De zilveruitjes
De/het fijn bieslook
De/het grof bieslook
De/het grove bieslook
Het zilveruitje cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere hasta queTot
Totdat esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! tiernaGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el tomateDe tomaat
De tomaatplant, darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) 1515
Vijftien minutosMinuten. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el cavaChampagne
Delf!
Graaf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze delft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spit om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woelt
Spaanse champagne
Spit om!
Spit!
Woel! y la hoja de laurelDe laurier
Het laurierblad enteraCompleet
Complete
Deel mede!
Deel mee!
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt in kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwittigt
Integer
Integere
Kondig aan!
Stel in kennis!
Verwittig!
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken 55
Vijf ó 1010
Tien minutosMinuten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus,
hasta queTot
Totdat la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! ligadaAangesloten
Gebonden
Gelieerd
Vastgebonden
Vastgemaakt
Verbonden.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier y las pechugasDe borsten y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten.
ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn.
De los siguientes palabras hay una foto:
Cebolla Gambones Haya Hoja de laurel Pimienta
Caldereta de bogavanteEuropese kreeft
Kreeft
Zeekreeft
Ingredientes: (1010
Tien personasMensen
Personages
Personen)
SopasSoepen de panBrood
Mik
Pan (rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven de panBrood
Mik
Pan cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer delgadasDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere y tostadasBeschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's)
55
Vijf bogavantesKreeften
Zeekreeften de 11
Een/22
Twee Kg.
2121
Eenentwintig CebollasAjuinen
Bloembollen
Uien medianasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Medianen
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijnen (cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd a cuadritosVierkantjes muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne)
11
Een Pimiento VerdeGroene paprika pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne.
66
Zes Dientes de ajoKnoflookteentjes laminadosGelaagd
Gelaagde
22
Twee CazoIk bejaag
Ik drijf voort
Ik jaag
Ik jaag na
Ik maak jacht op
Sauspan de puré de tomateTomatenpuree crudoAardolie
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige:
½ copitaDrankje
Glaasje de coñacCognac
ZumoSap
Vruchtensap de 11
Een limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y AzafránSaffraan
Saffraankrokus
44
Vier YemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels de huevoEi crudasBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
1212
Twaalf AlmendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
11
Een diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook
El cerebroDe hersenen
De hersens
Het brein de los bogavantesDe kreeften
De zeekreeften y las huevasDe kuit
De viskuit
De viskuiten
De visseneieren siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las tuvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
Jij had.
Preparación:
1.-1
Een PicadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige: En un morteroEen houwitser
Een metselkalk
Een mortel
Een mortier
Een specie
Een vijzel machacamosWij stampen
Wij/we stampen
Wij/we stampen fijn
Wij/we stampten
Wij/we stampten fijn los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten sólidosDegelijk
Degelijke
Deugdelijk
Deugdelijke
Flink
Flinke
Gedegen
Gevestigd
Gevestigde
Hecht
Hechte
Massief
Massieve
Solide
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Vast
Vaste, (ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, almendraAmandel
Zoete amandel, azafránSaffraan
Saffraankrokus y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout) seguidamenteAanstonds
Vervolgens se agregaMen voegt toe el coñacDe cognac, zumo de limónCitroensap, las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels y el cerebroDe hersenen
De hersens
Het brein, estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd a la caldereta en suHaar
Hun
Uw
Zijn debidoBehoord te
Gediend
Gehoord
Gemoeten
In de schuld gestaan
Juist
Schuldig geweest
Te danken gehad
Verplicht geweest om te
Verschuldigd geweest momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip.
2.-2
Twee En una cazuela de barroEen aardewerk schaaltje se salteaMen bakt ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug los bogavantesDe kreeften
De zeekreeften conDoor
Met
Per
Samen met aceite de olivaOlijfolie y se reservanMen zet weg.
3.-3
Drie En el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer a fuego moderadoMatig vuur el ajoDe/het knoflook, pimientoChilipeper
Lombok
Paprika
Peper
Pepperoni
Peruaanse peper
Roze peper
Roze peperkorrels
Spaanse peper y cebollaAjuin
Bloembol
Ui, una vez doradoEenmaal gebruind agregarBijmengen
Toevoegen el puré de tomateDe tomatenpuree hasta queTot
Totdat ésteDeze
Dit empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan! a pegarseAanbranden, pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan por el pasapurésDe pureerzeef
De pureerzeven
De pureestamper
De zeef (om puree
te maken)
De zeven (om puree
te maken) y devolver aTerugbrengen naar
Teruggeven aan la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht, rehogarSauteren
Smoren (in vet) unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het bogavanteEuropese kreeft
Kreeft
Zeekreeft, se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!; llevar a ebulliciónAan het koken brengen a fuego moderadoMatig vuur, cuandoAls
Tijdens
Wanneer rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden pararAanhouden
Afslaan
Afzetten
Blijven staan
Buiten werking stellen
Doen ophouden
Halt houden
Keren
Ophouden
Stilhouden
Stilstaan
Stilzetten
Stilleggen
Stoppen
Stopzetten
Stuiten el fuegoHet vuur y agregarBijmengen
Toevoegen la "picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige"; la dejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen a temperaturaTemperatuur ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming y posteriormenteDaarna
Later la conservamosWij behouden
Wij/we behielden
Wij/we behouden
Wij/we bergen
Wij/we bespraken
Wij/we bespreken
Wij/we bestelden
Wij/we bestellen
Wij/we bewaarden
Wij/we bewaren
Wij/we boeken
Wij/we boekten
Wij/we borgen
Wij/we conserveerden
Wij/we conserveren
Wij/we hielden open
Wij/we hielden over
Wij/we hielden vrij
Wij/we houden open
Wij/we houden over
Wij/we houden vrij
Wij/we onderhielden
Wij/we onderhouden
Wij/we reserveerden
Wij/we reserveren en frigoríficoKoelkast de 1212
Twaalf a 2424
Vierentwintig h.
4.-4
Vier Al díaPer dag siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende se calientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden
Men verwarmt a fuego muy lentoZeer laag vuur removiéndolaRoerend con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van en ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip que rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden, llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip se paraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tot stilstand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt el fuegoHet vuur.
5.-5
Vijf Se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat conDoor
Met
Per
Samen met sopasSoepen de panBrood
Mik
Pan comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals primer platoStarter y la langostaDe kreeft
De langoest
De pantserkreeft
De sprinkhaan
De zeekreeft comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede, conDoor
Met
Per
Samen met salsa mahonesaMayonaise ó ai i oli.
NotasAantekeningen
Cijfers
Jij/je bemerkt
Jij/je bespeurt
Jij/je merkt
Jij/je merkt op
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities
Opmerkingen: La colaDe file
De kleefstof
De lijm
De paardenstaart
De reeks
De rij
De sleep
De slip
De staart
De wachtrij
De/het jaspand
Het gelid
Het kleefmiddel del bogavanteEuropese kreeft
Kreeft
Zeekreeft se cortaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat knippen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Men snijdt entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen las juntasDe besturen
De junta's
De naden
De vergaderingen
De voegen
De zittingen en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y la cabezaDe kop
Het hoofd longitudinalmenteIn de lengte.
¡El bogavanteDe kreeft
De zeekreeft debemosWij moeten
Wij/we behoren te
Wij/we dienen
Wij/we hebben te danken
Wij/we horen
Wij/we moeten
Wij/we staan in de
schuld
Wij/we zijn schuldig
Wij/we zijn verplicht om
te
Wij/we zijn verschuldigd adquirirloVerkrijgen visiblementeZichtbaar vivoIk beleef
Ik leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige!
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Almendra Azafrán Bogavante Caldereta Cebolla Cuadritos Limón Perejil Pimiento Pimiento
LangostinosGarnalen
Steurgarnalen conDoor
Met
Per
Samen met salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop de mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht
Ingredientes:
2424
Vierentwintig LangostinosGarnalen
Steurgarnalen
Las cabezasDe hoofden
De koppen
De kroppen de los langostinosDe garnalen
De steurgarnalen y unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n cabezasHoofden
Koppen
Kroppen de carabineros
11
Een CebollaAjuin
Bloembol
Ui pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
11
Een PuerroOerprei
Prei
11
Een ZanahoriaBospeen
Breekpeen
Grove peen
Peen
Waspeen
Wilde peen
Winterpeen
Winterwortel
Wortel
11
Een Pimiento verdeGroene paprika
22
Twee ó 33
Drie TomatesTomaatplanten
Tomaten madurosBelegen
Bezonken
Rijp
Rijpe
½ CopaBeker
Bokaal
Borrel
Cup
Drankje
Drinkbeker
Glaasje
Glas
Glas met steel
Wijnglas de brandyBrandewijn
Brandy
½ CopaBeker
Bokaal
Borrel
Cup
Drankje
Drinkbeker
Glaasje
Glas
Glas met steel
Wijnglas de JerezJerez
Sherry secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
AceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
HinojoBladvenkel
Knolvenkel
Tuinvenkel
Venkel
Venkelknol
Venkelzaad (opcionalFacultatief
Facultatieve
Naar keuze)
½ VasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
Preparación:
PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen los langostinosDe garnalen
De steurgarnalen. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten las cabezasDe hoofden
De koppen
De kroppen y el caparazónDe schaal
Het rugschild
Het schild.
En una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan, conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, saltearSauteren las colasDe files
De gelederen
De jaspanden
De kitten
De kleefmiddelen
De kleefstoffen
De paardenstaarten
De panden
De reeksen
De rijen
De slepen
De slippen
De staarten
De wachtrijen y reservarlasDejar en un aparte una preparación ya terminada o a medio hacer para concentrarse en otra..
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten eseDat
Die aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan conDoor
Met
Per
Samen met las verdurasDe groenten
De groentes troceadasIn stukjes gesneden
In stukken gesneden. CuandoAls
Tijdens
Wanneer estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las cabezasDe hoofden
De koppen
De kroppen de langostinosGarnalen
Steurgarnalen, flambearFlamberen conDoor
Met
Per
Samen met el brandyDe brandewijn
De brandy, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el JerezDe sherry y el tomateDe tomaat
De tomaatplant y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle conDoor
Met
Per
Samen met ¼ litroLiter de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! o caldo de pescadoVisbouillon y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken ½ horaTijd
Uur.
RectificarAssaisoner
Door herhaalde destillatie zuiveren
Gelijkrichten
Op smaak brengen de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, triturarFijnstampen
Pureren
Stampen la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop y pasarlaHaal het door
Het passeren por un chinoEen chinees
Een chinois o un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la nataDe room
De slagroom
Het puikje líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere, incorporarInbouwen
Toevoegen los langostinosDe garnalen
De steurgarnalen y cocerBakken
Koken entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen 33
Drie y 55
Vijf minutosMinuten.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cebolla Hinojo Puerro Zanahoria
RollitosRolletjes de calabacínCourgette
Zucchini
Ingredientes:
CalabacínCourgette
Zucchini
JamónHam DulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid de SándwichSandwich
QuesoKaas MascarponeMascarpone (tipoDrukletter
Soort
Type Philadelfia)
HuevoEi
MantequillaBoter
Roomboter
LecheMelk
HarinaBloem
Meel
AceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
Preparación:
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren el calabacínDe courgette
De zucchini en láminasBladen
Folies
Lamellen
Mesjes
Plaatjes
Plakjes finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere (el corteDe coupon
De snee
De snit
Het scherp van een
mes debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn a lo largoDe lengte y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank a lo anchoDe breedte).
PonerleDoe het in
Zetten salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Voorzien
Wachten
Wachten op conDoor
Met
Per
Samen met 11
Een horaTijd
Uur antes deAlvorens te
Voor continuarAanhouden
Doorgaan
Verder gaan
Verder gaan met
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten.
PasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan las láminasDe bladen
De folies
De lamellen
De mesjes
De plaatjes por harinaBloem
Meel y huevo batidoGeklopt ei en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind ordenAaneenschakeling
Aanschrijving
Bevel
Bevelschrift
Decoratie
Ereteken
Gebod
Instructie
Kloosterorde
Netheid
Opeenvolging
Orde
Ordelijkheid
Order
Priesterwijding
Rangorde
Ridderorde
Schriftelijk bevel
Sommatie
Verordening
Volgorde, freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten en abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! eEn irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven
reservandoBesprekend
Bestellend
Boekend
Intekenend
Openhoudend
Reserverend
Vrijhoudend
Wegzettend las láminasDe bladen
De folies
De lamellen
De mesjes
De plaatjes fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes láminaBlad
Folie
Lamel
Mesje
Plaatje conDoor
Met
Per
Samen met el quesoDe kaas mascarponeMascarpone de formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze generosaGenereus
Genereuze
Gul
Gulle
Kwistig
Kwistige
Mild
Milde
Overvloedig
Rijkelijk
Rijkelijke
Royaal
Royale
Scheutig
Scheutige
Vrijgevig
Vrijgevige y ponerleDoe het in
Zetten encimaBovendien
Er bovenop unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n tirasBanden
Jij/je gooit
Jij/je gooit uit
Jij/je gooit weg
Jij/je paft
Jij/je schiet
Jij/je smijt uit
Jij/je trekt
Jij/je vuurt
Jij/je werpt omver
Jij/je werpt uit
Reepjes
Repen
Strepen
Stroken
Wapenbalken del Jamón YorkGekookte ham
Yorkham, enrollarHullen
Inwikkelen
Omhullen
Oprollen
Rollen
Strengelen
Toestoppen
Wikkelen
Winden
Woelen eEn irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven colocandoBeleggend
Doend
Door te plaatsen
Leggend
Neerleggend
Neerzettend
Onderbrengend
Plaatsend
Stekend
Stellend
Stoppend
Uitzettend
Verplaatsend
Vlijend
Zettend en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat aptoBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Geschikt
Kundig
Kundige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hornoKachel
Oven.
PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden una bechamelEen bechamel
Een bechamelsaus
Een béchamelsaus
Een bloemkoolsaus conDoor
Met
Per
Samen met la mantequillaDe boter
De roomboter, la harinaDe bloem
Het meel y la lecheDe melk.
PonerleDoe het in
Zetten la bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus por encimaBovendien
Er bovenop a los rollitosDe rolletjes y hornearBakken a medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling fuegoVuur.
SugerenciaSuggestie: Se puedenMen kan prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden de variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende saboresSmaken cambiandoAfwisselend
Denaturerend
Kenterend
Ruilend
Variërend
Veranderend
Verkerend
Vermakend
Werkend
Wisselend los tiposDe drukletters
De typen
De types de quesoKaas MascarponeMascarpone (en el mercadoDe bazaar
De markt
De marktplaats
De zaal
Het afzetgebied
Het marktplein loDe
Hem
Het
U hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand con saborSmakelijk a SalmónZalm, JamónHam, Finas HierbasFijne kruiden
Fines herbes, etcEnzovoorts).
La bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus se puedeMen kan espolvorearBepoederen
Bestrooien conDoor
Met
Per
Samen met Queso GoudaGoudse kaas.
De los siguientes palabras hay una foto:
Cada Cada Calabacín Calabacín
LasañaLasagne de mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht
Ingredientes:
11
Een k de mejillonesMosselen
Mossels
11
Een k de almejasHartschelpen
Mosselen
Mossels
Strandgapers, chirlasGestreepte venusschelpen
Venusschelpen,..
1515
Vijftien cl de vino blancoWitte wijn
300300
Driehonderd g de tuboBuis
Kanaal
Loop
Pijp
Roer
Steel de calamarInktvis
Pijlinktvis
7070
Zeventig g de harinaBloem
Meel
200200
Tweehonderd g de gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
500500
Vijfhonderd g de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! lasañaLasagne
5050
Vijftig g de pan ralladoPaneermeel
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimientaPeper y nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala.
Preparación:
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer que tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart limpiosHelder
Heldere
Louter
Loutere
Netto-
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere los mejillonesDe mosselen
De mossels y las almejasDe hartschelpen
De mosselen
De mossels
De strandgapers libres deVrij van ArenaArena
Kampplaats
Krijt
Piste
Strijdperk
Worstelperk
Zand (las ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! conDoor
Met
Per
Samen met bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout para queOpdat
Zodat la sueltenLaat u los!
Loslaten
Maakt u los!
Zij/ze laten los
Zij/ze maken los, yoEgo
Ik lesHen
Hun
U cambioAfwisselen
Afwisseling
Beursnotering
Denatureren
Ik denatureer
Ik kenter
Ik ruil
Ik varieer
Ik verander
Ik verkeer
Ik vermaak
Ik vervang
Ik werk
Ik wissel
Ik wissel af
Kenteren
Koers
Notering
Overgang
Prijsnotering
Ruilen
Variatie
Variëren
Variëteit
Veranderen
Verandering
Verkeren
Vermaken
Werken
Wisselen
Wisselgeld el aguaHet water variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten)los ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak conDoor
Met
Per
Samen met el vinoDe wijn y la pimientaDe peper molidaGekweld
Gemalen
Vermalen a fuego vivoHoog vuur hasta queTot
Totdat se abranZij/ze beginnen
Zij/ze gaan open
Zij/ze openen de rij.
SacamosWij halen uit
Wij/we behaalden
Wij/we behalen
Wij/we brachten naar buiten
Wij/we brengen naar buiten
Wij/we deden af
Wij/we deden uit
Wij/we doen af
Wij/we doen uit
Wij/we dwingen af
Wij/we dwongen af
Wij/we haalden
Wij/we haalden eruit
Wij/we haalden te voorschijn
Wij/we haalden uit
Wij/we haalden van
Wij/we halen
Wij/we halen eruit
Wij/we halen te voorschijn
Wij/we halen uit
Wij/we halen van
Wij/we hoosden
Wij/we hozen
Wij/we knevelden
Wij/we knevelen
Wij/we kregen uit
Wij/we krijgen uit
Wij/we ontleenden
Wij/we ontlenen
Wij/we persen af
Wij/we persten af
Wij/we putten
Wij/we scheppen
Wij/we schepten
Wij/we trekken uit
Wij/we trokken uit
Wij/we zetten af quitamosWij verwijderen
Wij/we beroofden
Wij/we beroven
Wij/we deden af
Wij/we deden uit
Wij/we doen af
Wij/we doen uit
Wij/we gaven op
Wij/we gaven prijs
Wij/we geven op
Wij/we geven prijs
Wij/we haalden af
Wij/we haalden weg
Wij/we halen af
Wij/we halen weg
Wij/we kregen uit
Wij/we krijgen uit
Wij/we laten weg
Wij/we lieten weg
Wij/we namen af
Wij/we namen weg
Wij/we nemen af
Wij/we nemen weg
Wij/we rissen
Wij/we risten
Wij/we ritsen
Wij/we ritsten
Wij/we trekken af
Wij/we trekken uit
Wij/we trokken af
Wij/we trokken uit
Wij/we verwijderden
Wij/we verwijderen
Wij/we zetten af las conchasDe huisjes
De kinkhoorns
De kutten
De schalen
De schelpen
De slakkenhuizen
De vulva's y el calditoDe bouillon de cocciónBakken
Koken loDe
Hem
Het
U colamosWij filtreren
Wij zeven
Wij/we filtreerden
Wij/we filtreren
Wij/we zeefden
Wij/we zeven y reservamosWij zetten weg
Wij/we bespraken
Wij/we bespreken
Wij/we bestelden
Wij/we bestellen
Wij/we boeken
Wij/we boekten
Wij/we hielden open
Wij/we hielden vrij
Wij/we houden open
Wij/we houden vrij
Wij/we reserveerden
Wij/we reserveren
Wij/we tekenden in
Wij/we tekenen in
Wij/we zetten weg.
CortamosWij snijden
Wij/we braken af
Wij/we breken af
Wij/we doorsneden
Wij/we doorsnijden
Wij/we hakken
Wij/we hakten
Wij/we hieuwen
Wij/we houwen
Wij/we kappen
Wij/we kapten
Wij/we knippen
Wij/we knipten
Wij/we onthoofdden
Wij/we onthoofden
Wij/we plukken
Wij/we plukken af
Wij/we plukten
Wij/we plukten af
Wij/we rukken af
Wij/we rukten af
Wij/we schakelden uit
Wij/we schakelen uit
Wij/we scheren
Wij/we scheurden weg
Wij/we scheuren weg
Wij/we schoren
Wij/we slaan het hoofd
af
Wij/we sloegen het hoofd
af
Wij/we sneden
Wij/we sneden af
Wij/we sneden door
Wij/we snerpen
Wij/we snerpten
Wij/we snijden
Wij/we snijden af
Wij/we snijden door
Wij/we snoeiden
Wij/we snoeien
Wij/we verrichten sectie
Wij/we verrichtten sectie los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen en arosAronskelken
Hoepels
Ringen finosDelicaat
Delicate
Droge sherry's
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry's
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere los pasamos porWij halen door harinaBloem
Meel y los freímosWij bakken
Wij/we bakken
Wij/we bakten
Wij/we braadden
Wij/we braden
Wij/we frituren
Wij/we frituurden
Wij/we fruiten
Wij/we fruitten en aceiteIn olie.
Los ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer a escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen en papel de cocinaKeukenpapier.
MezclamosWij mengen
Wij/we gooiden door elkaar
Wij/we gooien door elkaar
Wij/we mengden
Wij/we mengen
Wij/we mixen
Wij/we mixten
Wij/we temperden
Wij/we temperen
Wij/we vermengden
Wij/we vermengen
Wij/we verwarden
Wij/we verwarren en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal el ajoDe/het knoflook machacadoFijngestampt
Fijngestampte
Gestampt
Verpletterd
Verpletterde y la salsa de tomateDe ketchup
De tomatensaus, en otroAnder
Andere
Nog een
Nog één bolBowl
Kom
Schaal ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier.
PreparamosWij bereiden
Wij/we bereidden
Wij/we bereidden toe
Wij/we bereidden voor
Wij/we bereiden
Wij/we bereiden toe
Wij/we bereiden voor
Wij/we leidden op
Wij/we leiden op
Wij/we maakten aan
Wij/we maakten klaar
Wij/we maken aan
Wij/we maken klaar la bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus: derretimosWij smelten
Wij/we deden smelten
Wij/we doen smelten
Wij/we maakten vloeibaar
Wij/we maken vloeibaar
Wij/we smelten
Wij/we smolten
Wij/we versmelten
Wij/we versmolten 7070
Zeventig g de mantequillaBoter
Roomboter en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan, añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe la harinaDe bloem
Het meel y la doramosWij maken goudbruin
Wij/we braadden aan
Wij/we braden aan un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier, añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe la lecheDe melk.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen añadiendoAanbrengend
Bijdoend
Bijleggend
Bijmengend
Bijvoegend
Toegevend
Toevoegend el calditoDe bouillon de los mejillones y almejasDe mosselen en schelpen, salpimentamosWij kruiden met zout
en peper
Wij/we kruidden met zout
en peper
Wij/we kruiden met zout
en peper y añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala, seguimosWij vervolgen
Wij/we bewandelden
Wij/we bewandelen
Wij/we bleven aan
Wij/we blijven aan
Wij/we doorgaan
Wij/we doorgingen
Wij/we gaan door
Wij/we gingen door
Wij/we hielden bij
Wij/we houden bij
Wij/we vloeiden voort
Wij/we vloeien voort
Wij/we volgden
Wij/we volgden op
Wij/we volgen
Wij/we volgen op
Wij/we zetten voort dando vueltasOmdraaiend
Omkerend
Roerend
Ronddraaiend
Zich omkerend hasta queTot
Totdat la bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus la tengamosLaten we bijhouden
Laten we erop nahouden
Laten we hebben
Laten we houden
Laten we vasthouden
Wij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast listaBand
Bereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Borderel
Cedel
Ceel
Ceintuur
Deelnemerslijst
Gerede
Gereed
Keuzelijst
Klaar
Klare
Lijst
Loonstaat
Menu
Presentielijst
Rap
Rappe
Reep
Rol
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Spijskaart
Staat
Streep
Strook
Tabel
Vlug
Vlugge
Wapenbalk.
La pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje la cocemosWij koken
Wij/we bakken
Wij/we koken.
UntamosWij smeren
Wij/we besmeerden
Wij/we besmeren
Wij/we maakten nat
Wij/we maken nat
Wij/we smeerden
Wij/we smeerden aan
Wij/we smeerden door
Wij/we smeerden in
Wij/we smeren
Wij/we smeren aan
Wij/we smeren door
Wij/we smeren in un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm rectangularRechthoekig con mantequillaMet boter, ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de lasañaLasagne, una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de bechamelBechamel
Bechamelsaus
Béchamelsaus
Bloemkoolsaus, una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de lasañaLasagne, una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de tomateTomaat
Tomaatplant perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look y los mariscosDe schaaldieren
De schelpdieren
De zeevruchten.
AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig hasta queTot
Totdat se nos(Aan) ons
Ons acabeBesluit u!
Beëindigt u!
Eindigt u!
Gebruikt u op!
Handelt u af!
Het raakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beëindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklungelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermorst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt uit
Ik besluit
Ik beëindig
Ik eindig
Ik gebruik op
Ik handel af
Ik maak af
Ik maak op
Ik maak uit
Ik sluit af
Ik teer op
Ik verbruik
Ik verdoe
Ik verklungel
Ik verkwist
Ik vermors
Ik verspil
Ik voleindig
Ik werk af
Ik werk uit
Maakt u af!
Maakt u op!
Maakt u uit!
Sluit u af!
Teert u op!
Verbruikt u!
Verdoet u!
Verklungelt u!
Verkwist u!
Vermorst u!
Verspilt u!
Voleindigt u!
Werkt u af!
Werkt u uit! el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen.
TerminamosWij eindigen
Wij/we besloten
Wij/we besluiten
Wij/we beëindigden
Wij/we beëindigen
Wij/we eindigden
Wij/we eindigen
Wij/we handelden af
Wij/we handelen af
Wij/we liepen af
Wij/we lopen af
Wij/we maakten af
Wij/we maakten uit
Wij/we maken af
Wij/we maken uit
Wij/we sloten af
Wij/we sluiten af
Wij/we voleindigden
Wij/we voleindigen conDoor
Met
Per
Samen met una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje leHaar
Hem
Het
U ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer por encimaBovendien
Er bovenop el pan ralladoHet paneermeel y unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n trocitosStukjes de mantequillaBoter
Roomboter.
MetemosWij stoppen
Wij/we doen
Wij/we leggen
Wij/we leggen in
Wij/we plaatsen
Wij/we steken
Wij/we steken in
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we zetten al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven a 200200
Tweehonderdº duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 3030
Dertig minutosMinuten aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
Hasta queTot
Totdat la lasañaDe lasagne esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart doraditaGoudbruin
Goudbruine.
La heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet conDoor
Met
Per
Samen met la mitadDe helft de los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Nuez moscada Perejil Pimienta Tomate Tomate
ChipironesPijlinktvisjes encebolladosMet (veel) ui bereid
Met veel ui bereid
Ingredientes:
11
Een kg de chipironesPijlinktvisjes pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
33
Drie cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de harinaBloem
Meel
11
Een vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
1010
Tien granos de pimienta negraZwarte peperkorrels
33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een ramilleteBoeket
Takje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
11
Een/44
Vier litroLiter de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat de pescadosGevist
Visgerechten
Vissen o de mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht.
Preparación:
LimpiarAfvegen
Louteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Schoonmaken
Snoeien
Zuiveren los chipironesDe pijlinktvisjes. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige.
En una cazuela de barroEen aardewerk schaaltje, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a pocharSauteren
Smoren (in vet) muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer despacioLangzaam
Zachtjes, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui en
julianaDamastbloem
Julienne, la pimientaDe peper y los ajosDe loken laminadosGelaagd
Gelaagde.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan! a tomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten colorKleur, echamosWij gooien
Wij/we beginnen handel te
drijven met
Wij/we begonnen handel te
drijven met
Wij/we gooiden
Wij/we gooiden erop
Wij/we gooien
Wij/we gooien erop
Wij/we hadden aandeel in
Wij/we hebben aandeel in
Wij/we jaagden weg
Wij/we jagen weg
Wij/we joegen weg
Wij/we keilden
Wij/we keilen
Wij/we kondigden aan
Wij/we kondigen aan
Wij/we kregen
Wij/we krijgen
Wij/we laten aan het
lot over
Wij/we legden op
Wij/we leggen op
Wij/we lieten aan het
lot over
Wij/we maakten bekend
Wij/we maakten vast
Wij/we maken bekend
Wij/we maken vast
Wij/we namen
Wij/we nemen
Wij/we schatten
Wij/we schenken in
Wij/we schonken in
Wij/we slaan uit
Wij/we sloegen uit
Wij/we smeten
Wij/we smijten
Wij/we speelden een partijtje
Wij/we speelden uit
Wij/we spelen een partijtje
Wij/we spelen uit
Wij/we spraken uit
Wij/we spreken uit
Wij/we storten
Wij/we stortten
Wij/we strooiden
Wij/we strooien
Wij/we sturen weg
Wij/we stuurden weg
Wij/we tanken
Wij/we tankten
Wij/we traden op in
Wij/we treden op in
Wij/we uiten
Wij/we uitten
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
Wij/we voerden op
Wij/we voeren op
Wij/we wedden
Wij/we wedijverden
Wij/we wedijveren
Wij/we werpen
Wij/we wierpen
Wij/we zegden
Wij/we zeggen
Wij/we zeiden
Wij/we zenden weg
Wij/we zetten buiten de
deur
Wij/we zonden weg la harinaDe bloem
Het meel, y rehogamosWij warmen weer op
Wij/we sauteerden
Wij/we sauteren
Wij/we smoorden (in vet)
Wij/we smoren (in vet).
A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer el vinoDe wijn eEn inmediatamenteAanstonds
Dadelijk
Meteen
Onmiddellijk
Op staande voet
Rechtstreeks
Schielijk
Subiet
Zo, los chipironesDe pijlinktvisjes.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken a fuegoVuur muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer lentoLangzaam
Langzame
Traag
Trage. CuandoAls
Tijdens
Wanneer reduzca(Het) indikt
Beperkt u!
Herleidt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beperkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krimpt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reduceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereenvoudigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Ik beperk
Ik herleid
Ik kook in
Ik krimp in
Ik reduceer
Ik vereenvoudig
Ik zet
Kookt u in!
Krimpt u in!
Reduceert u!
Vereenvoudigt u!
Zet u! el vinoDe wijn, ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! blanditos, servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn, adornadosGedecoreerd
Gesierd
Getooid
Opgesierd
Opgesmukt
Opgesmukte
Uitgedost
Versierd
Versierde con perejilMet peterselie frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse y suHaar
Hun
Uw
Zijn salsitaSausje
De los siguientes palabras hay una foto:
Granos de pimienta negra Perejil
Zarzuela de pescadoGemengde visschotel y mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten
Ingredientes:
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
22
Twee ajosLoken
11
Een calamarInktvis
Pijlinktvis
300300
Driehonderd g. de rapeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt kaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt weg
Hozemond
Ik knip kaal
Ik knip weg
Knipt u kaal!
Knipt u weg!
Lotte
Zeeduivel
88
Acht langostinosGarnalen
Steurgarnalen peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
44
Vier carabineros peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
22
Twee salmonetes de rocaMullen a trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
11
Een merluza(Atlantische) heek
Atlantische heek
Heek
Mooie meid medianaDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Grote keu
Mediaan
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijn
1616
Zestien almejasHartschelpen
Mosselen
Mossels
Strandgapers
½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn
salsa de tomateKetchup
Tomatensaus finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
azafránSaffraan
Saffraankrokus
Preparación:
Se sofríeMen fruit la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, el ajoDe/het knoflook, el mariscoDe zeevrucht
Het schaaldier
Het schelpdier y el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven conDoor
Met
Per
Samen met dos2
Do's
Twee
Tweede cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de harinaBloem
Meel. Se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan las almejasDe hartschelpen
De mosselen
De mossels
De strandgapers, el vinoDe wijn, la salsa de tomateDe ketchup
De tomatensaus y el azafránDe saffraankrokus. Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) ocho8
Acht o diez10
Tien minutosMinuten y se le añadeMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
De los siguientes palabras hay una foto:
Azafrán Cebolla Perejil
PaellaPaella
Pilaf
Rijstgerecht
HaceDoetHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cocinoIk bereid
Ik kook por estaDeze
Dit áreaAre
Areaal
Gebied
Oppervlakte
Verspreidingsgebied
Vierkante decameter, asAas¡ que vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt miMi
Mijn recetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor! de PaellaPaella
Pilaf
Rijstgerecht.
Antes que nadaAllereerst quieroIk bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil avisarMelden
Waarschuwen a quienesDie
Personen
Wie noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij conocen(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze leren kennen
Zij/ze maken kennis
Zij/ze weten
Zij/ze zijn bekend met que tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast una maneraEen manier
Een trant
Een wijze particularAangelegenheid
Besloten
Bijzonder
Bijzondere
Particularistisch
Particularistische
Particulier
Particuliere
Privé-
Speciaal
Speciale de cocinarBereiden
Koken, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me atengoIk houd me
Ik houd me aan a la listaDe ceintuur
De deelnemerslijst
De keuzelijst
De lijst
De loonstaat
De presentielijst
De reep
De rol
De spijskaart
De staat
De streep
De strook
De tabel
De wapenbalk
De/het cedel
De/het ceel
Het borderel fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude de una recetaEen recept publicadaAfgekondigd
Gepubliceerd
Openbaar gemaakt
Ruchtbaar gemaakt
Uitgegeven, tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer en cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen las condicionesDe bepalingen
De condities
De conditiën
De omstandigheden
De voorwaarden climáticasKlimaat-, estacionalesSeizoens-
Van het seizoen y emocionalesEmotioneel
Emotionele
Gemoed-
Van het gemoed de los comensalesDe tafelgenoten y un parEen duo
Een koppel
Een paar
Een span
Een stel
Een stelletje
Een tweetal de detallesAardigheidjes
Bijzonderheden
Details
Items
Jij/je behandelt in details
Jij/je haalt uit de
vorm
Jij/je verkoopt in het
klein másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit de estoDeze
Dit una atracciónEen aanhalen
Een aanlokken
Een aantrekken
Een aantrekking
Een aantrekkingskracht
Een attractie
Een bekoren
Een lokken
Een toelachen
Een trekken
Een verlekkeren paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! miMi
Mijn y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los comensalesDe tafelgenoten.
PeroDoch
Echter
Maar el temaHet onderwerp de hoyHeden
Vandaag esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la PaellaDe paella
De pilaf
Het rijstgerecht, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! estoDeze
Dit necesitamosWij hebben nodig
Wij/we behoefden
Wij/we behoeven
Wij/we hadden nodig
Wij/we hebben nodig
Wij/we hoefden
Wij/we hoeven
Wij/we waren toe aan
Wij/we zijn toe aan: Que haga fríoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is koud
Ik ben koud
Is u koud!. Por que una comiditaMaaltijd tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer suculentaLekker
Lekkere
Sappig
Sappige en un díaEen dag
Een etmaal de calorHitte
Smoorhitte
Warmte esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats insoportableNiet te harden
Ondraaglijk
Ondraaglijke
Onuitstaanbaar
Onuitstaanbare
Onverdraaglijk.
EstarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten en un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel que los mariscosDe schaaldieren
De schelpdieren
De zeevruchten lleguen(Zij) komen
Arriveert u!
Brengt u door!
Geeft u aan!
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u!
Zij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse. Me explicoBen ik duidelijk
Ik begrijp
Ik geef me rekenschap
van iets
Ik geef mijn mening
te kennen
Ik verklaar me nader?, frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fríosAfgekoeld
Afgekoelde
Kil
Kille
Koud
Koude.
Que los comensalesDe tafelgenoten seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende, por que tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer laburoWerk merece(Hij/het) verdient
Ben waard!
Ben waardig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waardig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Kom toe!
Verdien! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn apreciadoAchting gehad voor
Achting toegedragen
Begroot
Geacht
Geapprecieerd
Gehecht aan
Gehouden van
Gemogen
Geschat
Getaxeerd
Gewaardeerd
Hooggeacht
Op prijs gesteld por muchosVeel
Vele
Zeer
Zere.
Contar conFiducie hebben in
Vertrouwen
Vertrouwen stellen in los elementosDe beginselen
De beginsels
De bestanddelen
De elementen técnicosTechneuten
Technici
Technisch
Technische correspondientesBijbehorend
Bijbehorende
Bijpassend
Bijpassende
Correspondenten
Verslaggevers, entiéndaseU weet waarover het
gaat paelleraPan voor de paella, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit cobreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze int
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Ik in
Ik ontvang
Ik verdien
Int u!
Koper
Ontvangt u!
Roodkoper
Verdient u!, mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever, ollasBakken
Dozen
Emmers
Etuis
Flessen
Foedralen
Kannen
Kisten
Kokers
Kookpannen
Kookpotten
Korven
Kratten
Kruiken
Pannen
Potten
Soepketels
Urnen
Vaten
Zakken, espumaderaSchuimspaan, cucharónOpscheplepel
Pollepel, cuchara de maderaHouten lepel. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me imaginoIk stel me voor quererBeminnen
Houden van
Liefhebben
Willen hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren una PaellaEen paella
Een pilaf
Een rijstgerecht y tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten disponibleBeschikbaar
Beschikbare
Disponibel
Disponibele
Liquide
Voorhanden una parrillaEen braadrooster
Een grill
Een grillrooster o un microondas ;-Een magnetron
Een microwave)
EspírituGeest
Geestgesteldheid creativoCreatief
Creatieve
Scheppend, por que siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals ,l noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se puedeMen kan serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende cocineroKok.
Un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende vino blancoWitte wijn, preferiríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou de voorkeur
geven aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liever doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liever willen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou prefereren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verkiezen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voorkeur geven
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voortrekken
Ik zou de voorkeur
geven aan
Ik zou liever doen
Ik zou liever willen
Ik zou prefereren
Ik zou verkiezen
Ik zou voorkeur geven
aan
Ik zou voortrekken secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af o tal vezMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht un vinoEen wijn verdeGroen
Groene. HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs se puedeMen kan pensar enDenken aan
Nadenken over un rosadoRoodachtig
Roodachtige
Rooskleurig
Rooskleurige
Rossig
Rossige
Roze
Rozig
Rozige suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele, esosDie que vienen(Zij) komen
Zij/ze komen
Zij/ze komen mee de EspañaSpanje (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit RiojaRioja, mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever), bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude. EstoDeze
Dit esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats fundamentalEssentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Grond-
Voornaamst
Voornaamste paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! regarArroser
Arroseren
Begieten
Besprenkelen
Besproeien
Bevloeien
Gieten
Sproeien
Water geven
Wateren el paladarHet gehemelte
Het verhemelte del cocineroKok duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens estaDeze
Dit arduaInspannend
Inspannende laborArbeiden
Werk
Werken.
Ingredientes:
AzafránSaffraan
Saffraankrokus, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats hebrasDraadjes
Vezels, mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever (ingredienteBestanddeel
Ingrediënt caroDierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Geacht
Geachte
Geliefd
Geliefde
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle)
Caldo de gallinaKippenbouillon y verduraGroente, variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende cubitosBlokjes
AceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! (olivaOlijf
Olijfboom)
HierbasGrassen
Kruiden finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere, suavesMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele, a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak (siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend que seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn suavesMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele)
PolloKip
Kippenvlees
Kuiken (de campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld), nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de esosDie congeladosBevroren
Diepgevroren
Ingevroren niEn niet
Evenmin
Noch alimentadosGevoed artificialmenteKunstmatig. Los de campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn criadosBedienden
Bediendes
Dienaars
Dienaren
Gefokt
Knechten
Knechts
Opgefokt
Opgevoed a maízMaïs y saben(Zij) weten
Zij/ze kennen
Zij/ze smaken
Zij/ze weten millonesMiljoenen de vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever. TrozadoVerbrokkeld
Verbrokkelde armoniosamenteHarmonieus, nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de serrucharloHet zagen a loDe
Hem
Het
U bestiaBeest
Dier, astillandoVersplinterend huesitosBeentjes.
MariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten. Y aquíAlhier
Hier viene(Het) komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee el líoIk rol
Verwarring. SonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn carosDierbaar
Dierbare
Dure
Duur
Geacht
Geachte
Geliefd
Geliefde
Kostbaar
Kostbare
Lief
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle, variadosAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt y cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast suHaar
Hun
Uw
Zijn gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak (me refiero aIk beroep me op
Ik steun op
Ik verwijs naar los queWie
Zij die loDe
Hem
Het
U van aZij/ze gaan naar comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten). NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vamos aWij/we gaan naar evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen de ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten langostinosGarnalen
Steurgarnalen enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren) por que uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één de los invitadosGenodigden
Genood
Gevraagd
Geïnviteerd
Uitgenodigd/asAas se impresiona(Hij) is onder de
indruk alNaar de
Naar het verBekijken
Kijken
Zien los bigotitosSnorharen de los "pobresArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele animalitosDiertjes..." o mejillonesMosselen
Mossels por que tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast restosResten
Stompen
Stronken de arenillaZand.
En algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels venden(Zij) verkopen
Bakert u in!
Bakert u!
Men verkoopt
Omwikkelt u!
Omzwachtelt u!
Verbindt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
Zwachtelt u in!
Zwachtelt u! un seleccionadoGekozen
Geselecteerd
Uitgekozen de mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! PaellaPaella
Pilaf
Rijstgerecht, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit loDe
Hem
Het
U mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever, peroDoch
Echter
Maar sirveBaat!
Bedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! orientarseZich oriënteren
Zich te oriënteren y armarloZet het in elkaar conDoor
Met
Per
Samen met lo queDat wat
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus lesHen
Hun
U guste(Het) bevalt
Behaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houdt u van!
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Proeft u!
Staat u aan!
Vindt u leuk!
Zint u!: LangostinosGarnalen
Steurgarnalen enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, langostinosGarnalen
Steurgarnalen peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde, camaronesBidsprinkhaankreeften
Caridea
Garnalen
Steurgarnalen, algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere almejitaSchelpje peladaAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
Haaruitval
Kaalhoofdigheid, mejillonesMosselen
Mossels enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige (tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren), mejillonesMosselen
Mossels peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde, VieirasGrote mantels
Jakobsschelpen
Sint-jakobsschelpen, cholgas, berberechosKokhanen
Kokkels y esasDie cosillasDingetjes. PulpitoInktvisje, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tentáculosTentakels
Vangarmen de calamarInktvis
Pijlinktvis, pulpitoInktvisje, chicoJongen
Kauwgomboomvrucht
Klein
Kleine
Knaap
Knul
Luttel
Luttele
Papappel
Sapodilla
Sapote
Sawo, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank congeladoBevriezen
Bevroren
Diepgevroren
Diepvriezen
Ingevroren
Invriezen.
AlgunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige lesHen
Hun
U incluimosWij voegen bij
Wij/we bevatten
Wij/we omvatten
Wij/we sloten in
Wij/we sluiten in pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht, queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt a vuestraJullie
Uw
Van jullie mercedGenade
Merced. YoEgo
Ik optaría porHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou besluiten tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kiezen voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou overgaan tot
Ik zou besluiten tot
Ik zou kiezen voor
Ik zou overgaan tot algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende texturaStructuur
Textuur
Weefsel, suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele, pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige, desespinadoOntgraat
Ontgrate, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel (comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la truchaDe beekforel
De forel
De gewone forel). Podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander fileteBiefstuk
Filet
Lapje vlees
Lijst
Moot
Plak
Rand
Richel
Schijf
Snede
Snee
Sneetje de merluza(Atlantische) heek
Atlantische heek
Heek
Mooie meid, meroEnkel
Enkele
Grote zaagbaars
Louter
Loutere
Niets anders dan
Tandbaars
Zaagbaars o algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat por el estiloDe stijl
De trant, nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de gustosGenoegens
Lusten
Smaken fuertesErg
Erge
Fiks
Fikse
Forten
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterkten
Sterktes
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware y personalesEigen
Persoonlijk
Persoonlijke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals tiburónHaai, salmónZalm, doradoAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakreel
Plevier
Pluvier
Verguld
Vergulde....
ArrozRijst, del mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever, eseDat
Die del que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se pasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat heel ver
weg in ruimtelijke zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te ver
in figuurlijke zin
Men passeert
Slap wordt. EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! demostradoAangetoond
Aangewezen
Bewezen
Geadstrueerd
Gelaten zien
Gestaafd
Uitgewezen
Waargemaakt que a menos queTenzij el queDat
Die
Hij die
Wie loDe
Hem
Het
U haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende orientalOostelijk
Oostelijke
Oosterling
Oosters
Oosterse, el arrozDe rijst esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats dificilísimoHeel moeilijk de cocinarBereiden
Koken en su puntoMedium gebakken exactoAccuraat
Accurate
Exact
Exacte
Getrouw
Getrouwe
Goed
Goede
Goeie
Juist
Juiste
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Precies
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Recht
Rechte
Stipt
Stipte
Trouw
Trouwe
Zorgvuldig
Zorgvuldige.
AjoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look, picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige finitoEindig
Eindige
Heel fijn, doradoAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakreel
Plevier
Pluvier
Verguld
Vergulde en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom.
PancetaDoorregen spek
Doorregen varkenslap ahumadaGerookt
Gerookte, pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige.
MorronesChilipepers
Pepers
Spaanse pepers peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde, conservadosBehouden
Besproken
Besteld
Bewaard
Geboekt
Geborgen
Geconserveerd
Gereserveerd
Onderhouden
Opengehouden
Overgehouden
Vrijgehouden en aceiteIn olie, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank de lataBlikken
Uit blik, preparadosAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klaargemaakte
Klare
Opgeleid
Preparaten
Toebereid
Toebereide
Voorbereid en casaIn huis
Thuis!
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimientaPeper.
Preparación:
Compraron(Zij) kochten
Zij/ze deden boodschappen
Zij/ze kochten
Zij/ze kochten aan
Zij/ze kochten in
Zij/ze namen af
Zij/ze namen over
Zij/ze schaften aan todo lo queHoeveel ook detalleAardigheidje
Behandelt u in details!
Bijzonderheid
Detail
Haalt u uit de
vorm!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt in details
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit de
vorm
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoopt in het
klein
Ik behandel in details
Ik haal uit de
vorm
Ik verkoop in het
klein
Item
Verkoopt u in het
klein! en el mensajeDe boodschap
De mededeling
Het bericht anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere?, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, prendamosLaten we opsteken
Wij ontsteken
Wij/we namen een onderpand
van
Wij/we nemen een onderpand
van
Wij/we steken op
Wij/we winnen de genegenheid
van
Wij/we wonnen de genegenheid
van la cocinaDe keuken
De kookgelegenheid
De oven
Het fornuis a leñaBrandhout...
Lo idealHet ideale esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden una paelleraEen pan voor de
paella, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime. A miMi
Mijn personalmenteIn eigen persoon
Individueel
Persoonlijk meMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin! cocinarBereiden
Koken estasDeze
Dezen cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken en un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf. DiscoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem) se llamaHeet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt genoemd a un elementoEen beginsel
Een bestanddeel
Een element que posiblementeMisschien
Mogelijk conozcan(Zij) kennen
Is u bekend met!
Kent u!
Leert u kennen!
Maakt u kennis!
Weet u!
Zij/ze kennen
Zij/ze leren kennen
Zij/ze maken kennis
Zij/ze weten
Zij/ze zijn bekend met los habitantesDe bewoners
De ingezetenen
De inwoners
De inwoonsters de las zonasDe streken
De wijken
De zonen
De zones ruralesLandelijk
Landelijke
Ruraal
Rurale, que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet en baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard a un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf de aradoBeploegd
Geploegd
Omgeploegd
Ploeg (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esosDie que sirven(Zij) dienen
Zij/ze baten
Zij/ze bedienen
Zij/ze bewijzen een dienst
Zij/ze deugen
Zij/ze dienen
Zij/ze dienen op
Zij/ze helpen
Zij/ze kaarten aan
Zij/ze serveren
Zij/ze zijn geschikt
Zij/ze zijn van dienst paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ararBeploegen
Omploegen
Ploegen la tierraDe aarde
De bodem
De grond
Het aardrijk
Het land), cortadoAfbreken
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Afplukken
Afrukken
Doorgesneden
Doorsneden
Doorsnijden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Hakken
Het hoofd afgeslagen
Houwen
Kappen
Knippen
Koffie met een beetje
melk
Koffie met melk
Koffie met weinig melk
Onthoofd
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verricht
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitgeschakeld
Uitschakelen
Versneden
Weggescheurd
Wegscheuren y conDoor
Met
Per
Samen met un bordeEen band
Een boord
Een kant
Een rand
Een zoom soldadoGelast
Gesoldeerd
Krijgsman
Soldaat paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerloDoen
Laten
Maken másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus capazBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Geschikt
Kundig
Kundige (para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se caigaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt naar beneden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt afvallig la comidaDe lunch
De maaltijd
Het eten
Het middageten
Het middagmaal
Het noenmaal, bah), es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit hierroIjzer
Ik besla y una maravillaEen goudsbloem
Een tuingoudsbloem
Een wonder paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el arte culinarioDe kookkunst autóctonoAutochtoon
Inboorling
Inlander
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke bewoner y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank. AntesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de UstedesGij
U se suicide(Hij) pleegt zelfmoord
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt zelfmoord por noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank conocerBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind adminículoHulpmiddel (que normalmenteGewoonlijk
Meestal
Normaal
Normaal gesproken mide(Het) meet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt op
Meet af!
Meet op!
Meet uit!
Meet!
Neem op! un metroEen meter
Een metro
Een metrum
Een versmaat de diámetroDiameter
Middellijn y pesaBen zwaar!
Bepaal het gewicht!
Gewicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepaalt het gewicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zwaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt af
Weeg af!
Weeg! susHaar
Hun
Uw
Zijn buenosBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende kilosKilo's
Kilogrammen), sepa(Hij/u) weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Kent u!
Smaakt u!
Weet u! que mientrasTerwijl vivíIk beleefde
Ik leefde
Ik woonde en la CityStad porteñaVan buenos aires, nuncaNimmer
Nooit tuveIk had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast noticiasBerichten
Maren
Mededelingen
Nieuwigheid
Nieuws
Nieuwtje
Tijdingen de suHaar
Hun
Uw
Zijn existenciaAanzijn
Bestaan
Existentie. Se cocinaMen kookt lindoAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi
Mooie por la buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende transferenciaAangeven
Aanreiken
Afdragen
Overboeken
Overbrengen
Overdracht
Overgeven
Overschrijving
Overzetten
Toereiken
Transporteren
Vervoeren
Voeren térmicaThermiek
Thermiekbel
Thermisch
Thermische
Warmte- del materialGrondstof
Materiaal
Materieel
Materiële (no me venganKom niet bij mij conDoor
Met
Per
Samen met que el hierroEl hierro
Ferro
Het ijzer esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats maloBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten por que quedanZij worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn restosResten
Stompen
Stronken microscópicosMicroscopisch
Microscopische de coccionesKookpartijen anterioresVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere y esasDie cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken, por que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere, esoDat
Die
Zulks leHaar
Hem
Het
U daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! un gustitoSmaak especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale....)
DorarAanbraden
Doreren el ajitoKnoflook en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom conDoor
Met
Per
Samen met daditosDobbelsteentjes de pancetaDoorregen spek
Doorregen varkenslap (pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige), luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo agregarBijmengen
Toevoegen el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken trozadoVerbrokkeld
Verbrokkelde y salpimentadoGekruid met zout en
peper
Met zout en peper
gekruid, conDoor
Met
Per
Samen met las hierbasDe grassen
De kruiden
Het kruiden finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere, hasta queTot
Totdat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart doraditoGoudbruin
Goudbruine y cocidoBakken
Eenpansgerecht
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
Spaanse stoofschotel
Stamppot
Stamppot van aardappelen met
vlees en erwten por dentroVan binnen un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije. EstoDeze
Dit sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn interesanteBelangrijk
Belangrijke
Belangwekkend
Belangwekkende
Interessant
Interessante hacerloDoen
Laten
Maken conDoor
Met
Per
Samen met el discoDe discus
De grammofoonplaat
De kiesschijf
De plaat
De schijf o paelleraPan voor de paella sobre unaOp een cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven de leñaBrandhout...
HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden los mariscosDe schaaldieren
De schelpdieren
De zeevruchten por separadoAfzonderlijk
Apart
Gescheiden
Terzijde
Vaneen de la siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze: en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak el pulpitoHet inktvisje, en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één, los demásDe anderen bichitosBeestjes, en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één, el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht, trozadoVerbrokkeld
Verbrokkelde y sin queZonder dat se desarmeHet valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt zijn wapens
neer. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals?, eso esDat is juist
Dat klopt
Dat wil zeggen
Juist problemaOpgave
Probleem
Vraagpunt
Vraagstuk del/ la ayudanteDe assistente
De helpster
De hulp de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven. PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat, más bienBij voorkeur
Eer
Liefst
Liever
Veeleer fuertecitoKrachtig y tenerloTe doen
Te hebben a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei. CuandoAls
Tijdens
Wanneer tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge, sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken del aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen.
VolvemosWij brengen terug
Wij/we draaien
Wij/we draaien om
Wij/we draaien rond
Wij/we gaan terug
Wij/we gaan weer
Wij/we keren
Wij/we keren terug
Wij/we keren weder
Wij/we komen terug
Wij/we komen weder
Wij/we komen weerom
Wij/we lopen terug
Wij/we trekken terug
Wij/we wenden
Wij/we wentelen
Wij/we zwenken alNaar de
Naar het polloKip
Kippenvlees
Kuiken. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!, con mucho cuidadoZeer voorzichtig, agregarBijmengen
Toevoegen el arrozDe rijst y el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat, bajarAfdalen
Afgaan
Afslaan
Afstappen
Aftrekken
Dalen
Korten
Korting geven
Naar beneden gaan
Neerlaten
Uitstappen
Verlagen
Verzakken
Wegzakken
Zakken
Zinken un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat el fuegoHet vuur y cuidarBewaken
Bezorgd zijn
Ervoor zorgen
Opletten
Oppassen
Passen op
Verplegen
Verzorgen
Zich bekommeren
Zorg dragen
Zorgen
Zorgen voor que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se pegueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Vastbakt, agregandoToevoegend másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat cuandoAls
Tijdens
Wanneer resuma(Het) dikt in
Excerpeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze excerpeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resumeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat samen
Ik excerpeer
Ik resumeer
Ik vat samen
Resumeert u!
Vat u samen! y el azafránDe saffraankrokus. BuscarAfhalen
Gaan halen
Halen
Ophalen
Opzoeken
Snorren
Uitkijken
Uitzien
Zoeken el puntoDe spikkel
De stip
De/het mespunt
Het gegeven
Het oog exactoAccuraat
Accurate
Exact
Exacte
Getrouw
Getrouwe
Goed
Goede
Goeie
Juist
Juiste
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Precies
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Recht
Rechte
Stipt
Stipte
Trouw
Trouwe
Zorgvuldig
Zorgvuldige del arrozRijst (loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware de todo estoDit alles). CuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! OK, agregarBijmengen
Toevoegen los mariscosDe schaaldieren
De schelpdieren
De zeevruchten (yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank necesitan(Zij) hebben nodig
Zij/ze behoeven
Zij/ze hebben nodig
Zij/ze hoeven
Zij/ze zijn toe aan casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! de cocciónBakken
Koken adicionalAdditioneel
Additionele
Extra
Supplementair
Supplementaire), el pulpitoHet inktvisje, los trocitosDe stukjes de pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht. CocinarBereiden
Koken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen un ratitoOgenblikje para queOpdat
Zodat se amalgamen(Zij) versmelten los saboresDe smaken. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve recipienteBak
Kom
Pot
Pul
Schaal
Vaas
Vat, decoradoDecor
Decoratie
Gedecoreerd
Onderscheiden
Onderscheiding
Ridderorde
Versierd
Versieren
Versiering conDoor
Met
Per
Samen met un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige (esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats p decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren solamenteAlleen
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend) unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n langostinosGarnalen
Steurgarnalen enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige (sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te depilarEpileren
Ontharen) bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart bigotudosBesnord
Besnorde
Gekneveld
Geknevelde, algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige mejillonesMosselen
Mossels enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, los morronesDe chilipepers
De pepers
De spaanse pepers cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en tiritasJij/je beeft van de
kou
Jij/je bibbert
Jij/je huivert
Pleisters
Reepjes y algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander limoncitoCitroentje cortado enGesneden in gajosParten finitosEindig
Eindige conDoor
Met
Per
Samen met cáscaraBolster
Dop
Schaal
Schil
Schors (hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand quienDie
Wie rocía(Hij) besproeit
Bedruip!
Begiet!
Besprenkel!
Besproei!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedruipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besprenkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprenkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Sprenkel!
Sproei! luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo los mariscosDe schaaldieren
De schelpdieren
De zeevruchten conDoor
Met
Per
Samen met el).
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! beberDrinken
Gebruiken, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds describíIk beschreef los vinosDe wijnen. BienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart fríosAfgekoeld
Afgekoelde
Kil
Kille
Koud
Koude (nuncaNimmer
Nooit helados) y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te hieloBevriezen
Dichtvriezen
Diepvriezen
Ijs
Ijs (bevroren water)
Ik bevries
Ik doe bekoelen
Ik doe bevriezen
Ik vries
Ik vries diep
Koelheid
Vriezen.
PostreDessert
Nagerecht
Toespijs
Toetje:
Mousse de limón y champucitoChampagne extra-brut.
AcompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen conDoor
Met
Per
Samen met músicaBladmuziek
Muziek suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele, de la queDat
Die
Wie
Zij die másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus lesHen
Hun
U guste(Het) bevalt
Behaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houdt u van!
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Proeft u!
Staat u aan!
Vindt u leuk!
Zint u!, peroDoch
Echter
Maar suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele. SiestaDutje
Hazenslaapje
Middagdutje
Middagslaapje
Siësta
Slaapje
Sluimering: en muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende compañíaAccompagneren
Bedrijf
Begeleiden
Begeleiding
Compagnie
Gezelschap
Maatschappij
Meegaan
Meelopen
Ploeg
Rot
Troep
Vendel
Vennootschap
Vergezellen
Zwerm (esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije afrodisíacoDe geslachtsdrift opwekkend
De lust opwekkend). SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle bien hechoDoorbakken, loDe
Hem
Het
U van aZij/ze gaan naar tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden problemasOpgaven
Problemen
Vraagpunten
Vraagstukken de digestiónDigereren
Digestie
Spijsvertering
Verduwen
Verteren
Vertering
Verwerken, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend que la comidaDe lunch
De maaltijd
Het eten
Het middageten
Het middagmaal
Het noenmaal seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt en ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming tranquiloBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille. EvitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen las charlasGesprekken
Jij/je babbelt
Jij/je keuvelt
Jij/je kletst
Jij/je praat
Praatjes
Voordrachten sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! economíaEconomie
Spaarzaamheid
Volkshuishoudkunde
Zuinigheid y cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken feasLelijk
Lelijke. SugieroIk fluister in
Ik geef een wenk
Ik opper
Ik stel voor
Ik suggereer que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se sirvaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men opdient comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals cenaAvondeten
Avondmaal
Dineer!
Diner
Dineren
Eet 's avonds!
Eet!
Eten
Gebruik het avondmaal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet 's avonds
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt het avondmaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze soupeert
Soupeer!
Souper
Souperen, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus apropiadoAangepast
Geschikt
Geschikte comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals almuerzoIk gebruik het middagmaal
Ik lunch
Lunch
Lunchen.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Arroz Azafrán Chico Cuchara de madera Cucharón Huesito Maíz Mero Oliva Perejil Pimienta Pollo Tiburón Verde