Eierlikeur
típicoEigenaardig
Eigenaardige
Typisch
Typische licorLikeur
Sterke drank de la cocinaDe keuken
De kookgelegenheid
De oven
Het fornuis de nuestrasOnze
Van ons abuelasGrootmoeders
Oma's, totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal artesanalCajón por lo común de madera, que por sus cuatro lados va angostando hacia el fondo. Sirve para amasar el pan y para otros usos. en suHaar
Hun
Uw
Zijn preparaciónAanmaken
Bereiden
Bereiding
Bereidingswijze
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden que incluyeBevat!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit in
Omvat!
Sluit in! huevosEieren y alcoholAlcohol
Alcoholische drank
Drank
Sterke drank blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte en suHaar
Hun
Uw
Zijn composiciónBijeenvoegen
Componeren
Compositie
Ineenzetten
Rijmen
Samenstellen
Zetten, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al cada unaElk leHaar
Hem
Het
U proporcionaba(Het) verschafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in orde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fourneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte evenredig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woog af
Ik bezorgde
Ik bracht in orde
Ik fourneerde
Ik maakte evenredig
Ik mat af
Ik verschafte
Ik woog af suHaar
Hun
Uw
Zijn especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale toqueAanraking
Aanslag
Beroert u!
Bespeelt u!
Gaat u over!
Gaat u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Ik beroer
Ik bespeel
Ik ga
Ik ga over
Ik klep
Ik klink
Ik kom aan
Ik raak
Ik raak aan
Ik roer aan
Ik sla
Ik sla aan
Ik speel
Ik speel voor
Ik toucheer
Ik voer uit
Ik zit aan
Klept u!
Klinkt u!
Komt u aan!
Raakt u aan!
Raakt u!
Roert u aan!
Slaat u aan!
Slaat u!
Speelt u voor!
Speelt u!
Toucheert u!
Vleugje
Voert u uit!
Zit u aan! que se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand trasmitido hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs nuestrosOnze
Van ons díasDagen
Etmalen, de generaciónGeneratie
Geslacht en generaciónGeneratie
Geslacht.
RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!:
TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur
Ingredientes:
8080
Tachtig grs. de mantequillaBoter
Roomboter
100100
Honderd grs. de azúcarSuiker
55
Vijf huevosEieren
200200
Tweehonderd grs. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels ralladasGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
100100
Honderd grs. de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de ronRum austríacoOostenrijker
Oostenrijks
Oostenrijkse (Stroh RumAguardiente austriaco destilado de caña y aromatizado con una receta de hierbas en la que destaca especialmente la canela. 80 % volumen de alcohol. conDoor
Met
Per
Samen met 8080
Tachtig% de alcoholAlcohol
Alcoholische drank
Drank
Sterke drank)
11
Een vasitoGlaasje o 33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur
ExtraExtra:
11
Een/44
Vier de litroLiter de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
estabilizadorStabilisator paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la nataDe room
De slagroom
Het puikje
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de azúcarSuiker
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel ó 22
Twee de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur
papelPapier
Rol de hornoKachel
Oven paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! forrarBekleden
Overtrekken
Voeren el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
raspadurasRaspsels de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! por encima deAan
Boven
Over la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart (unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n dos2
Do's
Twee
Tweede cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels)
Preparación:
ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm, de 2626
Zesentwintig cmCentimeter
Cm
Cm.. de diámetroDiameter
Middellijn, conDoor
Met
Per
Samen met el papelDe rol
Het papier (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve técnicaTechniek
Technisch
Technische que paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tensarNauwer aanhalen
Opwinden
Spannen
Strekken
Uitrekken una telaEen doek
Een lijnwaad
Een linnen
Een stof
Een weefsel en el bastidorDe coulisse
Het chassis
Het frame
Het wagenstel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! bordarBorduren, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren una cintaEen band
Een bond
Een cassette
Een liga
Een link
Een lint
Een reep
Een strip
Een strook
Een verbond
Een windsel de la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve anchuraBaan
Breedte que la alturaDe hoogte
De verhevenheid del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm, engrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind y pegarlaHet vastplakken alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom)
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten el hornoDe kachel
De oven para queOpdat
Zodat se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich calentandoStokend
Verhittend
Verwarmend
Warmend a 180 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen C
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat del azúcarSuiker. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels conDoor
Met
Per
Samen met otroAnder
Andere
Nog een
Nog één pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige del azúcarSuiker hasta queTot
Totdat forme unaVorm een cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla blanquecinaWitachtig. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan la mantequillaDe boter
De roomboter, agregarBijmengen
Toevoegen el restoDe rest
De stomp
De stronk del azúcarSuiker y seguir batiendoBlijf kloppen
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels. Batidora eléctricaElektrische mixer flojaLicht
Lichte
Los
Losse
Slap
Slappe
Week
Weke
Zacht
Zachte
Zwak
Zwakke o a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei.
AgregarBijmengen
Toevoegen las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels mezcladasDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward conDoor
Met
Per
Samen met la levadura químicaDe/het bakpoeder. Batidora eléctricaElektrische mixer en el mínimoOp de kleinste stand o conDoor
Met
Per
Samen met batidor de manoGarde.
EntremezclarleDooreen mengen el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte (esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind se puedeMen kan, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se quiereMen wilt mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook conDoor
Met
Per
Samen met las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels antes deAlvorens te
Voor echarlasToevoegen a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg mantequillaBoter
Roomboter/yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels).
AgregarBijmengen
Toevoegen el ronDe rum y el licorDe likeur
De sterke drank y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten entremezclandoDooreenmengend
Vermengend poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan conDoor
Met
Per
Samen met el batidor de manoDe garde dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg (es decirDat wil zeggen
Namelijk entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten y sacandoAfdoend
Afdwingend
Afpersend
Afzettend
Behalend
Eruit halend
Halend
Halend uit
Halend van
Hozend
Knevelend
Naar buiten brengend
Ontlenend
Puttend
Scheppend
Te voorschijn halend
Trekkend
Uitdoend
Uithalend
Uitkrijgend
Uittrekkend por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden, haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend círculosCirkels
Gezelschappen
Kringen).
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind encima deAan
Boven op
Bovenop
Op la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet del hornoKachel
Oven que debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! de estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten colocadaBelegd
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Neergelegd
Neergezet
Ondergebracht
Stoned
Stonede
Uitgezet
Verplaatst un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder que el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden.
TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd: entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen 45 minutosMinuten y una horaEen tijd
Een uur. HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren pruebaAanpassen
Aantonen
Adstructie
Adstrueer!
Adstrueren
Beproef!
Beproeven
Bewijs
Bewijs!
Bewijzen
Bezoek!
Bezoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adstrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op de
proef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Maak waar!
Onderzoek
Pas aan!
Pas!
Passen
Probeer uit!
Probeer!
Proberen
Proef
Proef!
Staaf!
Staven
Stel op de proef!
Teken
Test
Toets
Toets!
Toetsen
Toon aan!
Uitproberen
Uitwijzen
Waarmaken
Wijs uit! conDoor
Met
Per
Samen met agujaGeep
Naald
Spoorwissel
Wissel
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken, desmoldarUit de vorm halen, quitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen el papelDe rol
Het papier y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen.
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten sobre laOp de
Op het fuenteBekken
Bron
Fontein
Opdienbord
Schaal
Schotel
Wel
Welput que se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat a servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn, conDoor
Met
Per
Samen met la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje que dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende al fondoAan het eind
Naar de bodem del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan la nataDe room
De slagroom
Het puikje conDoor
Met
Per
Samen met la cucharadaDe eetlepel (maat)
De soeplepel de azúcarSuiker y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals se tieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich op
de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt in stand
gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich schrap
Men heeft conDoor
Met
Per
Samen met el estabilizadorDe stabilisator de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom para queOpdat
Zodat se conserveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart duraBeklijf!
Blijf aan!
Blijf!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai
Taaie.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten la nataDe room
De slagroom
Het puikje sobre laOp de
Op het tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen el licor de huevoDe advocaat
De eierlikeur por encimaBovendien
Er bovenop alisandoDoor glad te strijken
Glad makend
Glad strijkend
Gladstrijken
Gladstrijkend conDoor
Met
Per
Samen met la paletaDe schoep
De troffel
Het blad van een
roeiriem
Het palet pasteleraBanketbakker
Banketbakkers- o conDoor
Met
Per
Samen met un cuchilloEen mes, decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren conDoor
Met
Per
Samen met raspadurasRaspsels de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom del bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom.
De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra