EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
Buñuelos de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk y canelaKaneel
Ingredientes:
500500
Vijfhonderd g de harinaBloem
Meel
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de cacao en polvoCacaopoeder
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! cucharaditaTheelepeltje de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
11
Een bolsitaZakje de levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
300300
Driehonderd ml de leche calienteWarme melk
4040
Veertig g de mantequillaBoter
Roomboter fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
11
Een huevoEi
115 g de chocolate negroDonkere chocolade en 1616
Zestien trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
aceite de girasolZonnebloemolie paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el rebozadoHet paneren:
33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de azúcar refinadoWitte suiker
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de cacao en polvoCacaopoeder
11
Een cucharaditaTheelepeltje de canelaKaneel molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
Preparación:
11
Een. TamizarSelecteren
Zeven la harinaDe bloem
Het meel juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met el cacaoDe cacao y la salHet zout. MezclarlosMengen conDoor
Met
Per
Samen met la levaduraDe gist
De zuurdesem
Het rijsmiddel. HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un volcánEen vulkaan
Een vuurspuwende berg en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden y añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la lecheDe melk, la mantequillaDe boter
De roomboter fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt y el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem. RemoverRoeren
Verwijderen incorporandoDoor toe te voegen
Inbouwend
Toevoegend gradualmenteGeleidelijk los elementosDe beginselen
De beginsels
De bestanddelen
De elementen secosDor
Dore
Dorre
Droge
Droog hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u! y manejableHanteerbaar
Hanteerbare.
22
Twee. TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg en una superficieEen buitenzijde
Een oppervlak
Een oppervlakte
Een vlak enharinadaIn meel verpakt
Met meel bedekt
Met meel bestrooid duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 55
Vijf minutosMinuten, hasta queTot
Totdat esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u! y elásticaElastisch
Elastische
Rekbaar
Rekbare
Soepel
Soepele
Veerkrachtig
Veerkrachtige. PonerlaDoe het in
Zetten de nuevosNieuw
Nieuwe en una ensaladeraEen slakom limpiaHelder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Louter
Louter!
Loutere
Maak schoon!
Netto-
Poets!
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinig!
Schone
Schoon
Snoei!
Veeg af!
Wrijf op!
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuiver!
Zuivere, taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen conDoor
Met
Per
Samen met un pañoEen doek
Een laken
Een stof
Een theedoek
Een weefsel secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van reposarLaten rusten
Rusten hasta queTot
Totdat la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! crecidoAangegroeid
Aangewassen
Geaard
Gedijd
Gegroeid
Getierd
Gewassen
Toegenomen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u! de suHaar
Hun
Uw
Zijn tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid inicialAanvangs-
Aanvankelijk
Aanvankelijke
Begin-
Beginletter
Voorletter.
33
Drie. TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg y dividirlaHet verdelen en 1616
Zestien porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken. MoldearAfgieten
Gieten
Kneden
Vormen cada unaElk de las porcionesDe delen
De gedeelten
De gedeeltes
De onderdelen
De parten
De porties
De stukken en forma deIn de vorm van bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop, insertarGriffelen
Inlassen
Instoppen un trozoEen bonk
Een brok
Een eindje
Een filet
Een homp
Een moot
Een plak
Een schijf
Een snede
Een snee
Een sneetje
Een stuk
Een stukje de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop y moldearlaKneden
Vormen hasta queTot
Totdat el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt como rellenoAls vulling, presionandoAanduwend
Dringend
Druk uitoefenend
Drukkend
Knellend
Persend
Pressend bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart y comprobandoBevindend
Bewijzend
Constaterend
Controlerend
Nagaand
Vaststellend
Verifiërend que los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart selladosAangemunt
Afgedrukt
Bezegeld
Dichtgeschroeid
Geslagen
Gestempeld
Gezegeld
Verzegeld. MoldearAfgieten
Gieten
Kneden
Vormen de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer los buñuelosDe beignets
De donuts siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es precisoHet is nodig.
44
Vier. CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen el aceiteDe olie
De olijfolie paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten a 180ºC o hasta queTot
Totdat, arrojandoErin gooiend
Gooiend
Smijtend
Uitgooiend
Uitsmijtend
Uitwerpend un pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne pedazoBonk
Brok
Eindje
Homp
Stuk
Stukje de panBrood
Mik
Pan, se doreBruin wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bruin en 30-45 segundo2e
Hoofdgerecht
Seconde
Tweede. FreírBakken
Braden
Frituren
Fruiten los buñuelosDe beignets
De donuts por turnosBeurten
Diensten
Files
Gelederen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten. A medida queNaarmate cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes buñueloBeignet
Donut se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich hinchandoOpzwellend y dorandoAanbradend
Bruinend, darleGeef het la vueltaDe aswenteling
De draai
De draaiing
De keer
De omloop
De omwenteling
De rondrit
De rotatie
De terugkeer
De terugreis
De toer
De wending
De wenteling
De wieling
De zwenk
De zwenking y freírloBak por el otro ladoDe overkant
De overzijde. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart los buñuelosDe beignets
De donuts sobre unaOp een hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst de papel absorbenteAbsorberend papier
Vloeipapier.
55
Vijf. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren el azúcarDe suiker, el cacaoDe cacao y la canelaDe/het kaneel en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs hondoDiep
Diepe. RebozarBedekken (vaak met ei
en meel)
Paneren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart los buñuelosDe beignets
De donuts. PonerlosZe doen en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn calientesGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Jij/je stookt
Jij/je verhit
Jij/je verwarmt
Jij/je warmt
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Warm
Warme
De los siguientes palabras hay una foto:
Buñuelo Cada Cada Canela Haya
Torta de chocolateChocoladetaart
Ingredientes:
HuevoEi 44
Vier unidadesEenheden
Lessen
Uniteiten
Verenigingen
AlmendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels molidasGekweld
Gemalen
Vermalen 2525
Vijfentwintig grs.
Azúcar morenoBasterdsuiker
Bruine suiker 150 grs.
MantecaReuzel
Spek sin salOngezouten
Zoutloos 225 grs.
Azúcar refinadoWitte suiker 5050
Vijftig grs.
ChocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te azúcarSuiker 200200
Tweehonderd grs.
AvellanasHazelnoten molidasGekweld
Gemalen
Vermalen 200200
Tweehonderd grs.
Preparación:
EnmantecarInsmeren met (dierlijk) vet y forrarBekleden
Overtrekken
Voeren una tarteraEen taartvorm de 2323
Drieëntwintig cmCentimeter
Cm
Cm.. de diámetroDiameter
Middellijn. ReducirBeperken
Herleiden
Inkoken
Inkrimpen
Reduceren
Réduire
Vereenvoudigen
Zetten a cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla la mantecaDe reuzel y el azúcar morenoDe basterdsuiker
De bruine suiker, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels de huevoEi y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle. AgregarBijmengen
Toevoegen el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte y los frutos secosDe noten en zaden molidosGekweld
Gemalen
Vermalen. BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. En otroAnder
Andere
Nog een
Nog één recipienteBak
Kom
Pot
Pul
Schaal
Vaas
Vat, batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere hasta queTot
Totdat estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! firmesBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Jij/je onderschrijft
Jij/je ondertekent
Jij/je tekent
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Vast
Vaste
Veilig
Veilige. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el azúcarDe suiker y seguir batiendoBlijf kloppen.
IncorporarInbouwen
Toevoegen a la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk. VerterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm y hornearBakken a 150° C, 5050
Vijftig minutosMinuten.
De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra Avellana