Carne picadaGehakt

EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit!
una recetaEen recept:

Carne picada en lonchas de terneraBlinde vinken

Ingredientes:
44
Vier
lonchasPlakken de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf
(opcionalmenteNaar keuze escalopesEscalopes
Schnitzels
de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
) o bistecBief
Bieflap
Biefstuk
(de unosVan zo´n 6060
Zestig
gramosGrammen cada unaElk)
22
Twee
rebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
 schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën
de panBrood
Mik
Pan

lecheMelk
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

una pizcaEen kleine beetje
Een snufje
de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala

6060
Zestig
gramosGrammen de carne picadaGehakt
11
Een
huevoEi
44
Vier
lonchasPlakken de tocinoSpek magroMager
Mager (van vlees)
Magere
o beiconBacon
Palillos de cóctelCocktailprikkers o hilo de algodónKatoendraad
11
Een
cucharillaLepeltje
Theelepeltje
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!

migas de panBroodkruimels
Panure

mantequillaBoter
Roomboter
o margarinaMargarine

Preparación:
DesmigarKruimelen
Verbrokkelen
Verkruimelen
el panDe mik
Het brood
y ponerlo a remojoLaten weken en la lecheDe melk hasta queTot
Totdat
se ablande(Hij) week wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zacht
Ik maak zacht
Maakt u zacht!
. MachacarloStamp het fijn conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
homogéneaGelijksoortig
Gelijksoortige
Homogeen
Homogene
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la salHet zout, la nuez moscadaDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat
De pala
y la carne picadaHet gehakt. FormarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren
consistenteDicht
Dichte
Stevig
Stevige
. SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
la claraHet eiwit del huevoEi. UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
lonchaPlak de carneVlees conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de clara de huevoEiwit, cubrirlaBedek het bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
conDoor
Met
Per
Samen met
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
de la carne picadaHet gehakt, y envolverloOmwikkel het a continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende
en una lonchaEen plak de tocinoSpek que se fijaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt zich op
Men bevestigt
con un palilloMet een tandenstoker de cóctelCocktail o un hilo de algodónEen katoendraad. EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la claraHet eiwit del huevoEi, la yemaDe bot
De eidooier
De knop
Het uitspruitsel
y el aceiteDe olie
De olijfolie
en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs
hondoDiep
Diepe
y mezclarloMengen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. EspolvorearBepoederen
Bestrooien
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
migasGerecht van brood, worst
 etc.
Jij/je verkruimelt
Kruimels
Migas
en un trozoEen bonk
Een brok
Een eindje
Een filet
Een homp
Een moot
Een plak
Een schijf
Een snede
Een snee
Een sneetje
Een stuk
Een stukje
de papelPapier
Rol
especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el hornoDe kachel
De oven
. PasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
los rollosDe gezeuren
De rolladen
De rollades
De rollen
De toestanden
de carneVlees por el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
y las migasDe kruimels
De migas
Het gerecht van brood,
 worst etc.
. DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de mantequillaBoter
Roomboter
o margarinaMargarine en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
la mantequillaDe boter
De roomboter
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
los rollosDe gezeuren
De rolladen
De rollades
De rollen
De toestanden
en la sarténIn de pan gebakken y dorarlosAanbruinen. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
. TaparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
que se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
2020
Twintig
minutosMinuten (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
utilizadoAangewend
Benut
Gebruikt
Te baat genomen
Toegepast
Waargenomen
bistecBief
Bieflap
Biefstuk
una horaEen tijd
Een uur
). EliminarAfschaffen
Elimineren
Opdoeken
Uitmaken
Uitschakelen
Uitsluiten
Verwijderen
Wegdoen
Wegwerken
con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig
el hiloHet garen o los palillosDe geelwortelen
De geelwortels
De tandenstokers
. UtilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
el líquidoDe vloeistof
Het netto bedrag
restanteOvergebleven
Overig
Overige
Verder
Verdere
de la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop
. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
conDoor
Met
Per
Samen met
patatasAardappelen
Aardappels
Piepers
y verdurasGroenten
Groentes
cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cada   Cada   Nuez moscada  


Sopa de verdurasGroentesoep
Soep van verse groenten

RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
 voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!
de HolandaHolland
Nederland
.

Ingredientes:
200200
Tweehonderd
gramosGrammen de carne de vacaRundvlees paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat

11
Een
huesoBeen
Bot
Graat
Kern
Knok
Pit
Schonk
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
sopaSoep de unosVan zo´n 400400
Vierhonderd
gramosGrammen
11
Een
11
Een
/44
Vier
litroLiter de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

11
Een
/22
Twee
cebollaAjuin
Bloembol
Ui

33
Drie
zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne

44
Vier
ramitasTakjes de apioBladselderij
Bleekselder
Bleekselderij
Eppe
Groene selderij
Juffrouwmerk
Knolselderij
Selder
Selderie
Selderiezaad
Selderij
Selderijzaad
Snijselderij
Struikselderij
Wilde selderie
Wilde selderij
Witte selderij

44
Vier
ramitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie

11
Een
trocitoStukje de macísFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat

44
Vier
granos de pimientaPeperkorrels
2525
Vijfentwintig
gramosGrammen de arrozRijst (facultativoNaar keuze)
200200
Tweehonderd
gramosGrammen de verdurasGroenten
Groentes
variadasAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt
(coliflorBloemkool, zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
, puerrosOerpreien
Preien
, judías verdesSperziebonen, guisantesDoperwten
Erwten
)
5050
Vijftig
gramosGrammen de carne picadaGehakt
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de cebollinoBieslook
Fijn bieslook
Grof bieslook
Grove bieslook
Japanse bladui
Japanse bosui
Pijplook
Schaluun
Snijlook
Stengelajuin
Stengelui
Stengellook
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la guarniciónDe bezetting
De garnering
Het beslag
Het garnizoen
Het stelletje

unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
ramitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la guarniciónDe bezetting
De garnering
Het beslag
Het garnizoen
Het stelletje


Preparación:
HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
el aguaHet water conDoor
Met
Per
Samen met
la carneHet vlees, el huesoDe graat
De kern
De knok
De schonk
Het been
Het bot
, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
lavadasAfgewassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Uitgewassen
y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
, las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten
de apioBladselderij
Bleekselder
Bleekselderij
Eppe
Groene selderij
Juffrouwmerk
Knolselderij
Selder
Selderie
Selderiezaad
Selderij
Selderijzaad
Snijselderij
Struikselderij
Wilde selderie
Wilde selderij
Witte selderij
y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie
, el macísDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat
y los granos de pimientaDe peperkorrels y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
. CocerBakken
Koken
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
dos2
Do's
Twee
Tweede
horasTijden
Uren
y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
. ColarFiltreren
Zeven
el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat
y hacerloDoen
Laten
Maken
hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer
. TrocearIn stukken snijden la carne de vacaHet rundvlees y agregarlaToevoegen
Voeg hem toe
Voeg het toe
alNaar de
Naar het
caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
. OpcionalmenteNaar keuze añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el arrozDe rijst y continuarAanhouden
Doorgaan
Verder gaan
Verder gaan met
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten
la cocciónHet bakken
Het koken
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
un cuarto de horaEen kwartier. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las verdurasDe groenten
De groentes
lavadasAfgewassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Uitgewassen
y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
a la sopaDe soep. SalpimentarMet zout en peper
 kruiden
la carne picadaHet gehakt, formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
albóndigasBitterballen
Gehaktballetjes
Vleesballetjes
pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
(de 11
Een
11
Een
/22
Twee
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
) y añadirlasVoeg ze toe a la sopaDe soep. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1010
Tien
minutosMinuten hasta queTot
Totdat
estén hechasKlaar zijn. SalpimentarMet zout en peper
 kruiden
y opcionalmenteNaar keuze utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
pastillas de caldoBouillonblokjes. Antes deAlvorens te
Voor
servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
, espolvorearBepoederen
Bestrooien
la sopaDe soep conDoor
Met
Per
Samen met
el cebollinoDe japanse bladui
De japanse bosui
De pijplook
De schaluun
De snijlook
De stengelajuin
De stengelui
De stengellook
De/het fijn bieslook
De/het grof bieslook
De/het grove bieslook
y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie
picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Apio   Apio   Arroz   Cebolla   Cebollino   Cebollino   Coliflor   Granos de pimienta   Macís   Perejil   Pimienta  


Plato con despojos de carneBalkenbrij

Ingredientes:
EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
se comíaAt men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze at op
Men at
tradicionalmenteTraditioneel
Vanouds
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
la temporadaHet jaargetij
Het jaargetijde
Het seizoen
de la matanzaDe slachting
Het afslachten
Het doden
Het doodmaken
Het ombrengen
Het slachten
del ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen
. Se conoceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bekend
Men kent
Men kent het
sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk
en las provinciasDe gewesten
De gouwen
De provincies
De provinciën
de GüeldrésGelderland
Gelderlander
, Brabante del NorteNoord-brabant y LimburgoLimburg.
11
Een
kiloKilo
Kilogram
de despojosResten de carneVlees o carne picadaGehakt
11
Een
11
Een
/22
Twee
litroLiter de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat

55
Vijf
dl de sangreAderlaat u!
Bloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aderlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik aderlaat
Ik bloed
Ik tap bloed af
Tapt u bloed af!

11
Een
cucharillaLepeltje
Theelepeltje
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

300300
Driehonderd
gramosGrammen de harina de trigoTarwemeel alforfónBoekweit
11
Een
11
Een
/22
Twee
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de una mezcla de especiasEen kruidenmengsel (nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala
, pimientaPeper, clavoDraadnagel
Ik sla in
Kruidnagel
Kruidnagelboom
Nagel
Spijker
, macis, laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer
y tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm
)
Por cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
44
Vier
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
de balkenbrij: 3030
Dertig
gramosGrammen de mantequillaBoter
Roomboter


Preparación:
HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
los despojosDe resten o la carne picadaHet gehakt en el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat
hasta queTot
Totdat
estén hechosKlaar zijn (unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
2020
Twintig
minutosMinuten). SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
despojosResten de carneVlees, picarlosCortar cualquier alimento finamente de diferentes formas. Dar repetidos golpes con el machete, piedra o cuchillo hasta reducir el alimento a un picadillo. en una trituradoraEen blender
Een mixer
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
los despojosDe resten o la carne picadaHet gehakt conDoor
Met
Per
Samen met
el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat
y la sangreHet bloed. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
que hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
 kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
 kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
 kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la harina de alforfónHet boekweitmeel, la salHet zout y la mezcla de especiasHet kruidenmengsel. HervirloKoken sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
dejar deOphouden met
Stoppen met
removerRoeren
Verwijderen
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren
espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!
que se desprendaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt afvallig
del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de la ollaDe bak
De doos
De emmer
De fles
De kan
De kist
De koker
De kookpan
De kookpot
De korf
De kruik
De pan
De pot
De soepketel
De urn
De zak
Het etui
Het foedraal
Het krat
. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el balkenbrij en platosBorden
Etenswaren
Gangen
Gerechten
Schalen
Schotels
Spijzen
o cuencosKommen
Witte waterlelie
mojadosBevochtigd
Gebet
Gedept
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Nat
Nat gemaakt
Natte
y dejarloHen laten
Laten
reposarLaten rusten
Rusten
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
24 horasEtmaal para queOpdat
Zodat
se endurezcaHet stevig wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt hard
.

CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
el balkenbrij en trozosIn stukken de 11
Een
centímetroCentimeter
Cm
Cm.
. CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la mantequillaDe boter
De roomboter
en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
y dorarlosAanbruinen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
en el almuerzoDe lunch
Het lunchen
o en la cenaHet avondeten
Het avondmaal
Het diner
Het dineren
Het eten
Het souper
Het souperen
, conDoor
Met
Per
Samen met
tocino con manzanas o col lombardaRode kool
Rodekool
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Alforfón   Cada   Cada   Clavo   Laurel   Nuez moscada   Pimienta   Tomillo  


Yakimeshi japonésJapanner
Japans
Japanse
Japanse taal
(arrozRijst conDoor
Met
Per
Samen met
verdurasGroenten
Groentes
)



Ingredientes:
5050
Vijftig
gr. de tocinoSpek finamenteFijn
Keurig
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

Un huevoEen ei batidoDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshake
Omgeroerd
(claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y yemaBot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel
)
Dos2
Do's
Twee
Tweede
dientes de ajoKnoflookteentjes machacadosFijngestampt
Fijngestampte
Gestampt
Verpletterd
Verpletterde

100100
Honderd
gramosGrammen de carne picadaGehakt (cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
o terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf
)
Una cebollaEen ajuin
Een bloembol
Een ui
finamenteFijn
Keurig
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
.
Una cucharaditaEen theelepeltje de aceite de olivaOlijfolie,
Una zanahoriaEen peen
Een wortel
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

Una cucharaditaEen theelepeltje de jengibreDjahé
Gember
Gemberwortel
molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen
,
Tres3
Drie
tazasBekers
Kopjes
Koppen
de arrozRijst (gohan japonésJapanner
Japans
Japanse
Japanse taal
) previamente cocidoVooraf gekookt fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude

Salsa de sojaKetjap
Shoyu
Sojasaus

Dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper

Preparación:
Se fríeBakt men
Men bakt
el tocinoSpek y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
se le agreganMen voegt eraan toe los huevosDe eier
De eieren
y se revuelvenMen roert (como siAlsof fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren
huevosEieren conDoor
Met
Per
Samen met
tocinoSpek revueltosGeroerd
Omeletten
Omgeroerd
Onzeker
Onzekere
). Se sacaMen haalt eruit
Men haalt uit
el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
y tocinoSpek. En la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
sarténBraadpan
Koekenpan
Pan
aprovechandoBatend
Benuttend
Gebruik makend
Gebruik makend van
Gebruikend
Helpend
Profiterend
Van nut zijnd
la grasitaVet del tocinoSpek, se agregaMen voegt toe la carne picadaHet gehakt y se sazonaMen brengt op smaak conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, pimientaPeper y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
se incorporaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in dienst
Men toevoegt
Men voegt toe
la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
y se rehogaMen verwarmt weer un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes
. Se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
una cucharaditaEen theelepeltje de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
, los huevosDe eier
De eieren
conDoor
Met
Per
Samen met
tocinoSpek y las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
y se sigueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Men gaat door
rehogandoSauterend
Smorend (in vet)
Weer opwarmend
un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
y se incorporaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in dienst
Men toevoegt
Men voegt toe
el jengibreDe djahé
De gember
De gemberwortel
En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan
aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
y se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
el arroz blancoDe witte rijst. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
las verdurasDe groenten
De groentes
y carneVlees previamenteEerst
Vooraf
fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
, se sazonaMen brengt op smaak conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper. Se fríeBakt men
Men bakt
un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
y se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
 de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
. En la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
cacerolaBraadpan
Degenkrab
Kasserol
Kastrol
Pan
Sauspan
Steelpan
se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
un huecoEen gat
Een hol
Een holte
Een kuil
Een opening
Een put
Een uitholling
en el arrozDe rijst (moviéndoloRoerend todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
a los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van
un huecoEen gat
Een hol
Een holte
Een kuil
Een opening
Een put
Een uitholling
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
) allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds
se agregaMen voegt toe un chorritoEen scheutje de salsa de sojaKetjap
Shoyu
Sojasaus
para queOpdat
Zodat
se quemeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt zich
, despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
se tapaMen bedekt el huecoDe holte
De kuil
De opening
De put
De uitholling
Het gat
conDoor
Met
Per
Samen met
el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
arrozRijst y se revuelveMen roert. Por últimoTenslotte se agregaMen voegt toe el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander
, se rehogaMen verwarmt weer un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
y se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
 om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo   Ajo   Arroz   Jengibre   Jengibre   Pimienta  


AlbóndigasBitterballen
Gehaktballetjes
Vleesballetjes
conDoor
Met
Per
Samen met
nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten



Ingredientes:
33
Drie
/44
Vier
carne picadaGehakt
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aceite de olivaOlijfolie
100100
Honderd
grs. de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
y picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

11
Een
vasitoGlaasje de lecheMelk
migaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkruimelt
Kruimel
Verkruimel!
Zacht deel van het
 brood
de pan integral
11
Een
huevo batidoGeklopt ei
ralladuraGeraspte snippers y zumoSap
Vruchtensap
de 11
Een
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon

salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

pimientaPeper
mantequillaBoter
Roomboter

11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de harinaBloem
Meel

11
Een
/44
Vier
litroLiter de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat


Preparación:
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
el aceiteDe olie
De olijfolie
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten
y sofreírFruiten a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
55
Vijf
min., removiendoRoerend
Verwijderend
de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd
.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten
, escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen
y reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
el aceiteDe olie
De olijfolie
.
PasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten
a un cuencoEen kom grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la lecheDe melk, el panDe mik
Het brood
, aplastarUitrollen (van deeg) todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
hasta queTot
Totdat
se absorba(Het) absorbeert
Absorbeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze absorbeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt een bedrijf
 over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resorbeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slorpt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slurpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slurpt op
Ik absorbeer
Ik neem een bedrijf
 over
Ik neem in beslag
Ik neem op
Ik resorbeer
Ik slorp op
Ik slurp
Ik slurp op
Neemt u een bedrijf
 over!
Neemt u in beslag!
Neemt u op!
Resorbeert u!
Slorpt u op!
Slurpt u op!
Slurpt u!
la lecheDe melk.
Añadir aToevoegen aan esta mezclaDit mengsel, la carne picadaHet gehakt, el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
, la ralladura de limónDe citroenrasp y el zumoHet vruchtensap. RevolverOmroeren
Roeren
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen
conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
bolitasBolletjes conDoor
Met
Per
Samen met
esta mezclaDit mengsel y pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
por la harinaDe bloem
Het meel
(mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
enharinarIn meel verpakken
Met meel bestrooien
las manosDe handen eEn irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven
haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
las bolitasDe bolletjes).
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
la mantequillaDe boter
De roomboter
en un cazoEen sauspan, espolvorearBepoederen
Bestrooien
de harinaBloem
Meel
y revolverOmroeren
Roeren
, a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
, unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
22
Twee
minutosMinuten, hasta queTot
Totdat
hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!
tomadoAangenomen
Aangepakt
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de colorKleur.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
 (85 graden celsius) koken
, revolviendoOmroerend
Roerend
constantementeBestendig
Constant
Positief
Volhardend
Voortdurend
Zeker
hasta queTot
Totdat
hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!
espesadoDik geworden
Dikker gemaakt
Gebonden
Verdikt
y esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las albóndigasDe bitterballen
De gehaktballetjes
De vleesballetjes
a estaDeze
Dit
salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
que hiervan(Zij) koken
Borrelt u!
Is u op het
 kookpunt!
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!
Zij/ze borrelen
Zij/ze koken
Zij/ze sudderen
Zij/ze zieden
Zij/ze zijn op het
 kookpunt
.
LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
bajarAfdalen
Afgaan
Afslaan
Afstappen
Aftrekken
Dalen
Korten
Korting geven
Naar beneden gaan
Neerlaten
Uitstappen
Verlagen
Verzakken
Wegzakken
Zakken
Zinken
el fuegoHet vuur y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
4040
Veertig
min. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
y calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
.
RectificarAssaisoner
Door herhaalde destillatie zuiveren
Gelijkrichten
Op smaak brengen
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
si fuera necesarioIndien nodig.



De los siguientes palabras hay una foto:
Haya   Limón   Nuez   Pimienta  


AlbondigónGrote gehaktbal con tomateIn tomatensaus de la abuelaDe grootmoeder
De oma



Ingredientes:
11
Een
Kg. de carne picadaGehakt (½ de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
½ de polloKip
Kippenvlees
Kuiken
)
11
Een
cucharaditaTheelepeltje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

22
Twee
pizcasJij/je plukt
Jij/je plukt af
Jij/je raapt op
Jij/je tokkelt
Snufjes
de sal gordaGrof zout
44
Vier
ajosLoken muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

pimientaPeper (33
Drie
espolvoreosPoeders)
33
Drie
huevosEieren
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de pan ralladoPaneermeel
11
Een
chorritoScheutje de vino blancoWitte wijn
harinaBloem
Meel
(soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
embadurnarInsmeren la carneHet vlees)
11
Een
Kg. de tomate fritoTomatensaus (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop
)

Preparación:
HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten
que alNaar de
Naar het
carniceroSlachter
Slager
Vleeshouwer
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
le importa(Hij) vindt van belang picarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen
la carneHet vlees a la vezTegelijk que el ajoDe/het knoflook y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie
(queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
 toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
), sinoDoch
Echter
Maar
loDe
Hem
Het
U
hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit
en casaIn huis
Thuis
juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
alNaar de
Naar het
restoIk haal af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Rest
Stomp
Stronk
de los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
, el pan ralladoHet paneermeel se añadiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aansluiten
Men zal toevoegen
al finalTenslotte, espolvoreandoBepoederend
Bestrooiend
Poederend
y moviendoBewegend
Roerend
Verroerend
la carneHet vlees paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
ligarloBinden
Liëren
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, estoDeze
Dit
sirveBaat!
Bedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer!
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
amalgamarVermengen la carneHet vlees y que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se quedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
blanduchaZeer week, por lo tantoDaarom
Derhalve
Dus
Ergo
Ook weer
Toch
Toch wel
Zodoende
se haráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal worden
Men zal maken
al gustoNaar smaak del consumidorConsument
Gebruiker
Verbruiker
. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
encontremosLaten we aantreffen
Laten we bevinden
Laten we ontmoeten
Laten we tegemoet treden
Laten we tegenkomen
Laten we treffen
Laten we vinden
Wij treffen aan
Wij/we bevinden
Wij/we komen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we vinden
restosResten
Stompen
Stronken
de panBrood
Mik
Pan
, haremosWij zullen maken
Wij/we zullen aanmaken
Wij/we zullen bedrijven
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen maken
Wij/we zullen uitbrengen
Wij/we zullen uitrichten
Wij/we zullen uitvoeren
tres3
Drie
pelotasBallen
Pelotas
Speelballen
más o menosMeer of minder
Ongeveer
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
, las embadurnamosWij besmeren
Wij/we smeerden in
Wij/we smeren in
conDoor
Met
Per
Samen met
harinaBloem
Meel
y las freímosWij bakken
Wij/we bakken
Wij/we bakten
Wij/we braadden
Wij/we braden
Wij/we frituren
Wij/we frituurden
Wij/we fruiten
Wij/we fruitten
a 7070
Zeventig
º en la freidoraDe friteuse hasta queTot
Totdat
se doren(Zij) worden bruin
Zij/ze worden bruin
.
En una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
quepan(Zij) passen
Behoort u iemand toe!
Bevat u!
Heeft u plaats!
Heeft u toegang!
Is u mogelijk!
Is u natuurlijk!
Komt u iemand toe!
Laat u toe!
Neemt u aan!
Omvat u!
Ontvangt u!
Past u!
Valt u te beurt!
Valt u ten deel!
Zij/ze behoren iemand toe
Zij/ze bevatten
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze hebben toegang
Zij/ze komen iemand toe
Zij/ze laten toe
Zij/ze nemen aan
Zij/ze omvatten
Zij/ze ontvangen
Zij/ze passen
Zij/ze vallen te beurt
Zij/ze vallen ten deel
Zij/ze zijn mogelijk
Zij/ze zijn natuurlijk
justitas, pondremosWij/we zullen aan de
 praat krijgen
Wij/we zullen aandoen
Wij/we zullen aantrekken
Wij/we zullen aanzetten
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen inschakelen
Wij/we zullen leggen
Wij/we zullen neerleggen
Wij/we zullen neerzetten
Wij/we zullen op gang
 brengen
Wij/we zullen opbrengen
Wij/we zullen opleggen
Wij/we zullen plaatsen
Wij/we zullen steken
Wij/we zullen stellen
Wij/we zullen stoppen
Wij/we zullen vlijen
Wij/we zullen zetten
Zullen wij doen
el tomate fritoDe tomatensaus, un chorritoEen scheutje de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn
, para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
espesoDicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Ik bind
Ik maak dikker
Ik verdik
, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y los albondigonesGrote gehaktballen, hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
en la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
una horaEen tijd
Een uur
aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
; hacerlos rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
conDoor
Met
Per
Samen met
el tomateDe tomaat
De tomaatplant
por encimaBovendien
Er bovenop
.
Las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers
a loDe
Hem
Het
U
pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele
lo acompañan(Zij) gaan er bij muy bienBest
Heel goed
Prima
.

NOTAAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's
de tabascoCayennepeper
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
o unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
granos de pimientaPeperkorrels en la salsa de tomateDe ketchup
De tomatensaus
leHaar
Hem
Het
U
aumentará(Het) zal toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangroeien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanwakkeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal groeien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal sterker worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vergroten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verhogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vermeerderen
el saborDe smaak.



De los siguientes palabras hay una foto:
Granos de pimienta   Perejil   Pimienta   Pollo   Tabasco  


CalabacinesCourgettes
Zucchini's
y patatasAardappelen
Aardappels
Piepers
conDoor
Met
Per
Samen met
carneVlees



Ingredientes:
250 grs carne picadaGehakt
11
Een
calabacínCourgette
Zucchini

22
Twee
patatasAardappelen
Aardappels
Piepers

11
Een
cebollaAjuin
Bloembol
Ui

11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
vino blancoWitte wijn
11
Een
diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook

aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y azafránSaffraan
Saffraankrokus


Preparación:
En una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
conDoor
Met
Per
Samen met
aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
pochamosWij pocheren la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
y el ajoDe/het knoflook picaditos. AñadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe
la carne picadaHet gehakt. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
la carneHet vlees, incorporamosWij nemen op
Wij/we bouwden in
Wij/we bouwen in
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
el calabacínDe courgette
De zucchini
y las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers
troceadasIn stukjes gesneden
In stukken gesneden
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el vinoDe wijn. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen
conDoor
Met
Per
Samen met
el azafránDe saffraankrokus, rectificarAssaisoner
Door herhaalde destillatie zuiveren
Gelijkrichten
Op smaak brengen
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y cocerBakken
Koken
a fuego medioMatig vuur.



De los siguientes palabras hay una foto:
Azafrán   Calabacín   Calabacín   Cebolla  


Pastel de carneVleesbrood



Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
:
una tacitaBekertje
Kopje
de vino blancoWitte wijn
una tacitaBekertje
Kopje
de aceite de olivaOlijfolie
la harina que admitaZoveel meel als het
 kan opnemen
y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

Para el rellenoVoor de vulling:
350 gramosGrammen carne picadaGehakt (al gustoNaar smaak)
dos2
Do's
Twee
Tweede
pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers
rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie

500500
Vijfhonderd
gramosGrammen de tomateTomaat
Tomaatplant


Preparación:
Se fríeBakt men
Men bakt
la carne picadaHet gehakt y se le añadenMen voegt er aan
 toe
Men voegt eraan toe
los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers
cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
a trocitosStukjes y los tomatesDe tomaatplanten
De tomaten
ralladosGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y se le echaMen gooit erbij oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein
. En el hornoDe kachel
De oven
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
3030
Dertig
y 4040
Veertig
minutosMinuten. HornoKachel
Oven
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
, y vigilarloBewaken (sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk
conDoor
Met
Per
Samen met
estosDeze
Dezen
nuevosNieuw
Nieuwe
hornosKachels
Ovens
que tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
ventiladorVentilator
Wan
dentroBinnen
Daarbinnen
Erin
, las temperaturasDe temperaturen y tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
menoresJonger
Jongere
Jongeren
Jongsten
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minste
)



De los siguientes palabras hay una foto:
Orégano   Pimientos   Pimientos   Rojo   Tomate   Tomate  


LasañaLasagne a la sicilianaOp siciliaanse wijze



Ingredientes:
HojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten
de lasañaLasagne
500500
Vijfhonderd
a 10001000
Duizend
gr. de carne picadaGehakt de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf

11
Een
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime

tomateTomaat
Tomaatplant
de boteBlik
Bokaal
Boot
Bus
Dompelt u in!
Doopt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dompelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doopt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sopt
Ik dompel in
Ik doop in
Ik smijt eruit
Ik sop
Pot
Schuit
Sloep
Smijt u eruit!
Sopt u!
o frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
de freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten

salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala

guisantesDoperwten
Erwten
los queWie
Zij die
quierasJij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt

albahacaBasilicum
Baziel
Bazielkruid
Koningskruid
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
hojitasBlaadjes, dependeBen afhankelijk!
Dat hangt er van
 af
Dat hangt ervan af
Hang af!
Het hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Maak deel uit!
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
saborSmaak o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank

jamón cocidoJamón York. (tipoDrukletter
Soort
Type
YorkGekookte ham
York
Yorkham
)
33
Drie
mozzarellaMozarella
Mozzarella

huevo duroHard gekookt ei
Hardgekookt ei
Hardgekookte ei

queso parmesanoParmezaanse kaas.

Preparación:
RagoutRagout:
FreírBakken
Braden
Frituren
Fruiten
en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom
la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
fritaGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
agregarleToevoegen
Voeg hem toe
la carneHet vlees, la salHet zout y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala
ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
fritaGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
agregarBijmengen
Toevoegen
el tomateDe tomaat
De tomaatplant
trituradoFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt
o ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte

despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
los guisantesDe doperwten
De erwten
y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
, apartarAfhouden
Afscheiden
Afzonderen
Onthouden
Onttrekken
Opzij schuiven
Scheiden
Schiften
Weghalen
Weghouden
Wegzetten
y echarleEraan toevoegen la albahacaDe baziel
Het basilicum
Het bazielkruid
Het koningskruid
.

ConfecciónAanmaak
Aanmaken
Bereiden
Confectie
Fabricage
Fabricatie
Gedoe
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Vervaardiging
Voorbereiden
de la lasañaDe lasagne:
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
la fuenteDe bron
De fontein
De schaal
De schotel
De welput
Het bekken
Het opdienbord
, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de ragoutRagout, encimaBovendien
Er bovenop
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de láminasBladen
Folies
Lamellen
Mesjes
Plaatjes
Plakjes
de lasañaLasagne y otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
ragoutRagout.
Encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
ragoutRagout, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
trocitosStukjes de jamón cocidoJamón York., de huevo duroHard gekookt ei
Hardgekookt ei
Hardgekookte ei
, y rodajitasSchijfjes de mozzarellaMozarella
Mozzarella
, otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje
y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
sucesivamenteAchtereen
Achtereenvolgens
Na elkaar
Successievelijk
hasta queTot
Totdat
se acabeHet raakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af
, terminandoAfhandelend
Aflopend
Afmakend
Afsluitend
Besluitend
Beëindigend
Eindigend
Uitmakend
Voleindigend
por el ragoutDe ragout, que además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend
la mozzarellaDe mozarella
De mozzarella
y del jamónHam se espolvoreaMen bestrooit conDoor
Met
Per
Samen met
queso parmesanoParmezaanse kaas.
AclaraciónBeduiden
Explicatie
Ophelderen
Opheldering
Rekenschap
Toelichten
Toelichting
Uitduiding
Uiteenzetten
Uiteenzetting
Uitleg
Uitleggen
Uitlegging
Verduidelijking
Verhelderen
Verheldering
Verklaren
Verklaring
: la mozzarela tiene que serMoet zijn la italianaDe italiaanse la de florBloei
Bloem
Bloesem
de lecheMelk, la blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte
de bolitasBolletjes o barraBaar
Bezemt u!
Breekijzer
Duitse komma
Forward slash
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt schoon
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Koevoet
Paal
Pijp
Reep
Rek
Rekstok
Roede
Schacht
Schrap
Schuine streep
Slash
Spijl
Stang
Stokbrood
Veegt u aan!
Veegt u op!
Veegt u schoon!
Veegt u!
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
la holandesaDe hollandse de barraBaar
Bezemt u!
Breekijzer
Duitse komma
Forward slash
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt schoon
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Koevoet
Paal
Pijp
Reep
Rek
Rekstok
Roede
Schacht
Schrap
Schuine streep
Slash
Spijl
Stang
Stokbrood
Veegt u aan!
Veegt u op!
Veegt u schoon!
Veegt u!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
amarillaGeel
Gele
que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
.
AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
el quesoDe kaas mozzarellaMozarella
Mozzarella
AuténticoAuthentiek
Authentieke
Echt
Echte
Oorspronkelijk
es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
leche de búfalaBuffelmelk, nosotrosOns
We
Wij
loDe
Hem
Het
U
usamosWij gebruiken
Wij/we benutten
Wij/we beschikken over
Wij/we beschikten over
Wij/we disponeerden
Wij/we disponeren
Wij/we gebruiken
Wij/we gebruikten
Wij/we wendden aan
Wij/we wenden aan
de vacaKoe
Rund
, a simple vistaOp het eerste gezicht noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se distinguenZij onderscheiden zich
Zij/ze blinken uit
Zij/ze onderscheiden zich
peroDoch
Echter
Maar
Ja
Jawel
Wel
Zich
en el saborDe smaak.



De los siguientes palabras hay una foto:
Albahaca   Amarillo   Cebolla   Nuez moscada   Oliva   Tomate   Tomate  


PatatasAardappelen
Aardappels
Piepers
conDoor
Met
Per
Samen met
carne picadaGehakt



Ingredientes:
11
Een
Kg. de patatasAardappelen
Aardappels
Piepers

½ Kg. de carne picadaGehakt (11
Een
/44
Vier
de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
y ¼ de polloKip
Kippenvlees
Kuiken
)
vino blancoWitte wijn
ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
(66
Zes
dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes
a rodajitasSchijfjes)
11
Een
cucharaditaTheelepeltje rasaAfgestreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt af
Strijk af!
de pimentónLombok
Paprika
Paprikapoeder
Spaanse peper

pimientaPeper
11
Een
cucharaditaTheelepeltje colmadaOvergelopen
Overlopen
Overtroffen
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Vol
Volle
de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein

SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout


Preparación:
Se pelanMen schilt las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tortillaGevulde omelet
Omelet
Spaanse omelet
Struif
Tortilla
(a rodajitasSchijfjes noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
) se fríenBakt men (peroDoch
Echter
Maar
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
crujientesKrokant
Krokante
).
MientrasTerwijl en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
freiremosWij/we zullen bakken
Wij/we zullen braden
Wij/we zullen frituren
Wij/we zullen fruiten
Zullen wij bakken
los ajosDe loken añadiremosWij/we zullen aanbrengen
Wij/we zullen bijdoen
Wij/we zullen bijleggen
Wij/we zullen bijmengen
Wij/we zullen bijvoegen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toevoegen
Zullen wij toevoegen
la carneHet vlees, la salHet zout, la pimientaDe peper, el pimentónDe lombok
De paprika
De spaanse peper
y el oréganoDe oregano
De wilde majoraan
De wilde marjolein
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
la carneHet vlees esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
leHaar
Hem
Het
U
vertemosWij gieten
Wij/we gieten
Wij/we gieten in
Wij/we plengen
Wij/we schenken
Wij/we schenken in
Wij/we storten
Wij/we strooien
Wij/we vergieten
un chorreónScheut de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn
y a todo estoDit alles las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
, leHaar
Hem
Het
U
daremos vueltasWij/we zullen omdraaien
Wij/we zullen omkeren
Wij/we zullen ons omkeren
Wij/we zullen ronddraaien
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
unidoAaneengevoegd
Samengebracht
Verbonden
Verenigd
y listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge
!



De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo   Ajo   Orégano   Pimentón   Pimienta   Pollo  


CalamaresInktvisringen
Inktvissen
Pijlinktvissen
a la paqui



Ingredientes:
CalamaresInktvisringen
Inktvissen
Pijlinktvissen
(debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
 schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
 te
Zij/ze zijn verschuldigd
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
chiquititos, tipoDrukletter
Soort
Type
chipirónPijlinktvis (jong) terciadoAls bemiddelaar opgetreden
Als derde man aan
 iemands zijde gestaan
Bemiddeld
Dwars aangedaan
Dwars gelegd
Dwars omgedaan
Fluwelen
Gelijkelijk verdeeld
In drieën verdeeld
Tussenbeide gekomen
Voltallig gemaakt
Voor de derde keer
 bewerkt
) 11
Een
kg ó 11
Een
11
Een
/4Kg
Carne picadaGehakt de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf
11
Een
/22
Twee
Kg
22
Twee
HuevosEieren cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten

AjoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look

PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie

Pimienta negraZwarte peper
TomateTomaat
Tomaatplant

CebollaAjuin
Bloembol
Ui

Vino blancoWitte wijn
Pan ralladoPaneermeel (poquitoBeetje)
22
Twee
huevosEieren

Preparación:
Se limpianMen maakt schoon los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen
y se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften
las patasDe poten
De voeten
. Se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
conDoor
Met
Per
Samen met
los huevosDe eier
De eieren
cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten
, la carneHet vlees y las patasDe poten
De voeten
, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y suHaar
Hun
Uw
Zijn
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
. Se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd
22
Twee
huevosEieren y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de pan ralladoPaneermeel (33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
) y se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
. EstaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
se introduceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluipt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft zich toegang
Men voert in
, con pacienciaGeduldig
Lijdzaam
y cucharitaLepeltje
Theelepel
chicaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisje
en el calamarDe inktvis
De pijlinktvis
Se lesHen
Hun
U
pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
un palilloEen bosvogelmelk
Een e-100
Een geelwortel
Een kurkuma
Een tandenstoker
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cerrarlos. Se enharinanMen brengt meel aan
Men wentelt in meel
y se fríenBakt men (22
Twee
vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen
para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
salten(Zij) springen
Barst u!
Doet u een sprong!
Ontploft u!
Schiet u te binnen!
Schiet u uit!
Slaat u over!
Springt u in de
 lucht!
Springt u in het
 oog!
Springt u los!
Springt u op!
Springt u open!
Springt u van een
 hoogte!
Springt u!
Spuit u op!
Vaart u uit!
Valt u uit!
Zij/ze barsten
Zij/ze doen een sprong
Zij/ze ontploffen
Zij/ze schieten te binnen
Zij/ze schieten uit
Zij/ze slaan over
Zij/ze springen
Zij/ze springen in de
 lucht
Zij/ze springen in het
 oog
Zij/ze springen los
Zij/ze springen op
Zij/ze springen open
Zij/ze springen van een
 hoogte
Zij/ze spuiten op
Zij/ze vallen uit
Zij/ze varen uit
)
En el aceiteDe olie
De olijfolie
en queWaarin hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
un sofritoEen baksel de cebollaAjuin
Bloembol
Ui
(22
Twee
gordasDik
Dikke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
) y tomateTomaat
Tomaatplant
(22
Twee
). Se le tuestaMen roostert harinaBloem
Meel
alNaar de
Naar het
sofritoBaksel
Gefruit
y se pasa porMen haalt door la batidoraDe blender
De mixer
. Se le añadeMen voegt er aan
 toe
Men voegt eraan toe
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
y se uneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt zich
Men verenigt
a los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen
que tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
vino blancoWitte wijn, laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer
, pimienta negraZwarte peper en granoGraan
Grein
Koren
Korrel
Kraal
Mee-eter
Pit
Puistje
Zaadje
Zaadkorrel
, azafránSaffraan
Saffraankrokus
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el colorDe kleur y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
.
Se calientanMen verwarmt
Zij/ze raken opgewonden
en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
3030
Dertig
/45 minutosMinuten, dependiendo deAfhangend van
Afhankelijk zijnd van
la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht
. Que estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u!
tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Ajo   Ajo   Azafrán   Cebolla   Laurel   Perejil   Pimienta negra   Tomate   Tomate  


ChampiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons
gratinadosGegratineerd
Gegratineerde
Gepaneerd



Ingredientes:
Un kiloEen kilo
Een kilogram
de champiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons

250 gramosGrammen de guisantesDoperwten
Erwten

200200
Tweehonderd
gramosGrammen de carne picadaGehakt
Una cebollaEen ajuin
Een bloembol
Een ui

Dos2
Do's
Twee
Tweede
dientes de ajoKnoflookteentjes
Dos2
Do's
Twee
Tweede
vasosDrinkglazen
Glazen
Potten
Pullen
Vaten
Vazen
de lecheMelk
Una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!

Una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel
de harinaBloem
Meel

5050
Vijftig
gramosGrammen de queso ralladoGeraspte kaas
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon


Preparación:
11
Een
LimpiarAfvegen
Louteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Schoonmaken
Snoeien
Zuiveren
los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons
y cocerlosKoken en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
2020
Twintig
minutosMinuten.
22
Twee
RehogarSauteren
Smoren (in vet)
en el aceiteDe olie
De olijfolie
el ajoDe/het knoflook y la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
, incorporarInbouwen
Toevoegen
la carne picadaHet gehakt, los guisantesDe doperwten
De erwten
y los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons
una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1515
Vijftien
minutosMinuten. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen
conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
.
33
Drie
- ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs
amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde
y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
la bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus
enriquecidaVerrijkt conDoor
Met
Per
Samen met
queso ralladoGeraspte kaas.
44
Vier
-DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
gratinarGratineren
Paneren
55
Vijf
minutosMinuten y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Limón  


Kepis

Ingredientes:
11
Een
kg de carne picadaGehakt
¼ de trigoTarwe
Weit
molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen

11
Een
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
chicaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisje

SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

PimientaPeper
MantecaReuzel
Spek


Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el trigoDe tarwe
De weit
en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
hasta queTot
Totdat
se hinche(Het) zwelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dijt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwelt op
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
la carneHet vlees, las especiasDe kruiden
De kruiderijen
De specerijen
Het kruiden
, la mantecaDe reuzel y la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
. FormarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
bollosBolletjes
Broodjes
Kadetjes
Kadetten
y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en hornoKachel
Oven
moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere
. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
conDoor
Met
Per
Samen met
ensaladasSalades
Slaatjes
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cebolla   Pimienta   Trigo