NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren donesJij/je schenkt
Meneren especialesBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale en suHaar
Hun
Uw
Zijn aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen o tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen los queWie
Zij die hicieronZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit merecedorWaardig
Waardige a
Edward Ferrars de la buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze de la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood y susHaar
Hun
Uw
Zijn hijasDochters. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
parecidoEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Lijkend op
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Soortgelijks
Toegeschenen
Voorgekomen y sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend en la intimidadIntimideer!
Intimiteit
Jaag schrik aan aan!
Maak bang! llegabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef
Ik arriveerde
Ik bracht door
Ik gaf aan
Ik kwam aan
Ik landde aan
Ik reikte aan
Ik verdreef a mostrarLaten zien
Tentoonspreiden
Tonen
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen cuánHoe agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn suHaar
Hun
Uw
Zijn tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste inseguroOnzeker
Onzekere paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerseMaken
Raken
Worden justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid a sí mismoZichzelf; peroDoch
Echter
Maar cuandoAls
Tijdens
Wanneer vencíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overwon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegevierde
Ik beving
Ik overwon
Ik versloeg
Ik zegevierde suHaar
Hun
Uw
Zijn naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve
timidezAngstvalligheid
Bedeesdheid
Beschroomdheid
Bevangenheid
Schroomvalligheid
Schuchterheid
Schuwheid
Verlegenheid
Vreesachtigheid, suHaar
Hun
Uw
Zijn comportamientoGedrag
Handelswijze revelabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwikkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze openbaarde
Ik liet zien
Ik onthulde
Ik ontwikkelde
Ik openbaarde un corazónHart
Klokhuis francoBevoorrecht
Bevoorrechte
Eenvoudig
Eenvoudige
Eerlijk
Eerlijke
Franco
Frank
Frankisch
Frankische
Frans
Franse
Naïef
Naïeve
Ongehinderd
Ongehinderde
Openhartig
Openhartige
Oprecht
Oprechte
Vrij
Vrij van rechten
Vrije
Vrijgevig
Vrijgevige
Vrijmoedig
Vrijmoedige y afectuosoAanhankelijk
Aanhankelijke
Gehecht
Gehechte
Toegenegen. Era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende entendimientoBegrip
Denkvermogen
Menselijke rede
Verstand
y la educaciónDresseren
Grootbrengen
Kweken
Onderwijs
Opleiden
Opleiding
Opvoeden
Opvoeding leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend una mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere solidezStevigheid
Vastheid en eseDat
Die aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen. PeroDoch
Echter
Maar niEn niet
Evenmin
Noch susHaar
Hun
Uw
Zijn
habilidadesBekwaamheden
Kundigheden niEn niet
Evenmin
Noch suHaar
Hun
Uw
Zijn inclinaciónBuigen
Inclinatie
Neigen
Nijgen loDe
Hem
Het
U dotabanZij/ze begiftigden
Zij/ze gaven mee paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! satisfacerVoldoen aan los deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten de suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding y hermanaZus
Zuster,
que anhelabanZij/ze hijgden
Zij/ze hunkerden
Zij/ze reikhalsden
Zij/ze smachtten
Zij/ze verlangden
Zij/ze zuchtten
Zij/ze zuchtten naar
Zij/ze zwoegden verloBekijken
Kijken
Zien distinguidoBespeurd
In de smiezen gekregen
In het oog gekregen
Onderkend
Onderscheid gemaakt tussen
Onderscheiden
Ontwaard comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals... apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood sabíanZij/ze kenden
Zij/ze smaakten
Zij/ze wisten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals quéWat
Welke. QueríanZij/ze beminden
Zij/ze hadden lief
Zij/ze hielden van
Zij/ze wilden
Zij/ze wouden que de una
maneraManier
Trant
Wijze uOf otraAnder
Andere
Nog een
Nog één ocuparaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Ik bekleedde
Ik besloeg
Ik betrok
Ik bewaarde
Ik bewoonde
Ik bezette
Ik hield bezig
Ik nam in beslag
Ik vervulde un lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware en el mundoAardrijk
Wereld. SuHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding deseabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dong naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenste
Ik ambieerde
Ik aspireerde
Ik begeerde
Ik dong naar
Ik haakte naar
Ik had trek in
Ik hunkerde
Ik jaagde na
Ik joeg na
Ik smachtte
Ik smachtte naar
Ik snakte naar
Ik streefde na
Ik streefde naar
Ik verkoos
Ik verlangde
Ik wenste interesarloBelang inboezemen
Interesseren en
políticaBeleid
Politiek
Politieke
Staatkunde, hacerloDoen
Laten
Maken llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven alNaar de
Naar het parlamentoOnderhandeling
Parlement
Parlementsgebouw
Volksvertegenwoordiging o verloBekijken
Kijken
Zien conectadoAangesloten
Verbonden conDoor
Met
Per
Samen met algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere de los grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten
del momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip. La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de John Dashwood deseabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dong naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenste
Ik ambieerde
Ik aspireerde
Ik begeerde
Ik dong naar
Ik haakte naar
Ik had trek in
Ik hunkerde
Ik jaagde na
Ik joeg na
Ik smachtte
Ik smachtte naar
Ik snakte naar
Ik streefde na
Ik streefde naar
Ik verkoos
Ik verlangde
Ik wenste lo mismoDito
Hetzelfde
Idem; entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen alcanzarAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere de esasDie bendicionesZegens superioresBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure, habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn satisfechoBlij
Blije
Tevreden
Voldaan
Voldaan aan
Voldane
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane la ambiciónAmbitie
Eerzucht de
ambasBeide verloBekijken
Kijken
Zien conducirAutorijden
Besturen
Brengen
Chaufferen
Geleiden
Leiden
Rijden
Sturen
Vervoeren
Voeren un birlocho. PeroDoch
Echter
Maar Edward noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast inclinaciónBuigen
Inclinatie
Neigen
Nijgen algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere niEn niet
Evenmin
Noch haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor los
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten niEn niet
Evenmin
Noch haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor los birlochos. TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle susHaar
Hun
Uw
Zijn deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten se centraban enZij/ze bepaalden zich bij la comodidadComfort
Gemak
Gerief
domésticaHuis-
Huiselijk
Huiselijke
Huishoudelijk
Huishoudelijke y en la tranquilidadBedaardheid
Gerustheid
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilheid de la vidaHachje
Leven privadaBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd. Por fortunaGelukkig, teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast un hermanoBroeder
Broer
Frater menorJonger
Jongere
Jongste
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minste
que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus prometedorVeelbelovend
Veelbelovende.
Edward llevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoerde
Ik berekende
Ik bracht
Ik bracht bijeen
Ik bracht in rekening
Ik bracht mede
Ik bracht mee
Ik bracht weg
Ik droeg
Ik had aan
Ik had op
Ik had voor
Ik nam mee
Ik vervoerde variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende semanasWeken en la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood se fijaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lette op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte zich op en
élHem
Hij, ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl en esaDat
Die épocaPeriode
Tijd(perk)
Tijdperk
Tijdsgewricht el estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden de aflicciónBedroefdheid
Bedroeven
Beproeven
Beproeving
Droefheid
Grieven
Hartzeer
Smart
Smarten
Treurigheid
Verdriet en queWaarin se encontrabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was gesteld la hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige
indiferenteLauw
Lauwe
Onverschillig
Onverschillige a todo lo queHoeveel ook la rodeabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgaf met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omringde
Ik begreep
Ik ging om
Ik ging rond
Ik omgaf
Ik omgaf met
Ik omringde. Unicamente vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag que eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was calladoGezwegen
Stil
Stille
Verzwegen y discretoBescheiden
Discreet
Discrete
Onopvallend
Onopvallende
Verstandig
Verstandige, y leHaar
Hem
Het
U
agradóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon por elloDat
Het. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank perturbabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze agiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benauwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hinderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hitste op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruide op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schudde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrustte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wond op
Ik agiteerde
Ik belemmerde
Ik benauwde
Ik hinderde
Ik hitste op
Ik ruide op
Ik schudde
Ik stookte op
Ik stoorde
Ik verontrustte
Ik verstoorde
Ik wond op conDoor
Met
Per
Samen met conversacionesConversaties
Gesprekken inoportunasOngelegen la desdichaOngeluk que llenabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schonk vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vulde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkte bij
Ik completeerde
Ik dempte
Ik maakte vol
Ik schonk vol
Ik spekte
Ik stopte
Ik voleindde
Ik vulde
Ik vulde aan
Ik vulde in
Ik werkte bij
todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle susHaar
Hun
Uw
Zijn pensamientosGedachten
Gedachtes
Veldviooltjes. Lo queDat wat
Wat primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke la llevó aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee voor observarloBemerken
Gadeslaan
Merken
Observeren
Opmerken
Toekijken
Toezien
Waarnemen conDoor
Met
Per
Samen met mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere detenciónAanhouden
Aanhouding
Afhouden
Afslaan
Arrest
Arrestatie
Arresteren
Celstraf
Gevangenisstraf
Hechtenis
Inhechtenisneming
Inrekenen
Onthouden
Onttrekken
Stilhouden
Stilstaan
Stoppen
Uitstel
Weghouden y a
que leHaar
Hem
Het
U gustaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Ik behaagde
Ik beviel
Ik hield van
Ik proefde
Ik stond aan
Ik vond leuk
Ik zon aúnNog
Nog altijd
Nog steeds másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was una reflexiónBedenken
Beraad
Beraadslaging
Bespiegeling
Nadenken
Overdenken
Overweging
Reflectie
Ruggespraak
Wikken
Zinnen que dio enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze teisterde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren Elinor un díaDag
Etmaal respecto deAangaande
Betreffende
In verband met
Met
Met betrekking tot
Op het stuk van
Over
Ten opzichte van cuánHoe
diferenteAndere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster. La alusiónAlluderen
Toespelen
Toespeling
Zinspelen a eseDat
Die contrasteAfsteken
Contrast
Contrasteert u!
Contrasteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze contrasteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalibreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verifieert
Ijken
Ijkt u!
Ik contrasteer
Ik ijk
Ik kalibreer
Ik steek af
Ik verifieer
Kalibreert u!
Kalibreren
Steekt u af!
Tegenbeeld
Tegenstelling
Verifieert u!
Verifiëren
Verschil loDe
Hem
Het
U situóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze situeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stationeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer decididamente en el
favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst de la madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding.
-ConDoor
Met
Per
Samen met esoDat
Die
Zulks bastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-, bastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta! conDoor
Met
Per
Samen met decirOpgeven
Spreken
Zeggen que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals Fanny. ImplicaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit in
Houd in!
Impliceer!
Sluit in! que en élDaaraan
Erin se puedeMen kan
encontrarAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Tegemoet treden
Tegenkomen
Treffen
Vinden todo lo queHoeveel ook hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand de amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds loDe
Hem
Het
U amoAanvoerder
Baas
Chef
Gebieder
Heer
Hoofd
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Meester
Opperhoofd
Patroon.
-Creo queIk denk dat llegaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanlanden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanreiken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal arriveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doorbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdrijven a gustarleAanstaan
Behagen
Bevallen
Houden van
Leuk vinden
Proeven
Zinnen -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Elinor- cuandoAls
Tijdens
Wanneer loDe
Hem
Het
U conozcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ik ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet
Is u bekend met!
Kent u!
Leert u kennen!
Maakt u kennis!
U kent
Weet u! más.
-Gaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus¡GustarmeAanstaan
Behagen
Bevallen
Houden van
Leuk vinden
Proeven
Zinnen! -replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde la madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding, conDoor
Met
Per
Samen met una sonrisaGlimlach
Glimlachen-. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag abrigarBehoeden
Beschermen
Beschutten ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei sentimientoAanvoelen
Bewustzijn
Gevoel
Gevoelen
Gewaarworden
Gewaarwording
Merken
Voelen
de aprobaciónBeamen
Billijken
Goedkeuren
Goedkeuring
Proeftijd
Toestemmen inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte alNaar de
Naar het amorAffectie
Liefde
Min.
-Podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen estimarloAchten
Achting hebben voor
Achting toedragen
Begroten
Hechten aan
Hoogachten
Houden van
Mogen
Op prijs stellen
Schatten
Taxeren
Waarderen.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a saberDat wil zeggen
Namelijk
Te weten aúnNog
Nog altijd
Nog steeds lo queDat wat
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats separarAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen la estimaciónAchting
Appreciatie
Hoogachting
Raming
Schatting
Taxatie
Waardebepaling
Waardering del amorAffectie
Liefde
Min.
La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood se afanóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spande zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tobde zich af ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans en conocerloBekend zijn met
Kennen
Kennismaken
Leren kennen
Weten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus. ConDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn modalesModaal
Modale afectuososAanhankelijk
Aanhankelijke
Gehecht
Gehechte
Toegenegen,
rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug vencióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overwon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegevierde la reservaBespreek!
Boek!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Houd open!
Houd vrij!
Reservaat
Reserve
Reserveer!
Reservering
Teken in!
Zet apart
Zet weg! del jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille. MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast advirtióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwde cuánHoe grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime eranWaren
Zij/ze gebeurden
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren susHaar
Hun
Uw
Zijn
méritosVerdiensten; el estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten persuadidaBepraat
Overgehaald
Overreed de suHaar
Hun
Uw
Zijn interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente por Elinor quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht la hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus perspicazPienter
Pientere
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Schrander
Schrandere
Snugger
Snuggere
Spits
Spitse
Vernuftig
Vernuftige, peroDoch
Echter
Maar
realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk se sentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde zich seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker de suHaar
Hun
Uw
Zijn valerKosten
Lonen
Waard zijn. EEn inclusoZelfs las sosegadasBedaard
Bedaarde
Bezadigd
Bezadigde
Gekalmeerd
Gerust
Geruste
Gerustgesteld
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige manerasManier
Manieren
Trant
Wijze
Wijzen de Edward, que
atentabanZij/ze pleegden een aanslag
op
Zij/ze randden aan
Zij/ze vergrepen zich aan contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus arraigadasGeworteld ideasBegrippen
Denkbeelden
Gewaarwordingen
Idees
Ideeën
Inzichten
Jij/je vormt een denkbeeld
omtrent
Noties
Opvattingen
Voorstellingen de la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood respecto deAangaande
Betreffende
In verband met
Met
Met betrekking tot
Op het stuk van
Over
Ten opzichte van lo queDat wat
Wat
debieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn el trato deIk behandel
Ik beijver me
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik doe moeite
Ik poog
Ik probeer te
Ik streef
Ik tracht
Ik zoek un jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille, dejaron deZij/ze stopten met parecerleEr uitzien
Er uitzien als
Het uiterlijk hebben van
Lijken
Overkomen
Schijnen
Staan tegenover
Toeschijnen
Vinden
Voorkomen insípidasSmaakloos
Smaakloze
Smakeloos
Smakeloze
Zonder goede smaak cuandoAls
Tijdens
Wanneer advirtióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwde que era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit
corazónHart
Klokhuis cálidoWarm
Warme y temperamentoTemperament afectuosoAanhankelijk
Aanhankelijke
Gehecht
Gehechte
Toegenegen.
AnteSuède
Ten overstaan van
Voor el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke signoBewijs
Blijk
Merkteken
Teken
Wenk de amorAffectie
Liefde
Min que percibióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze inde geld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar en suHaar
Hun
Uw
Zijn comportamientoGedrag
Handelswijze haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor Elinor, dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende por
ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere la existenciaHet bestaan de un vínculoHyperlink
Link serioErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen ellosHen
Ze
Zij y se entregóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aanvaardde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam gevangen a considerarBeschouwen
Beschouwen als
Nagaan
Overwegen
Rekening houden met suHaar
Hun
Uw
Zijn matrimonioEcht
Echtpaar
Echtverbintenis
Huwelijk
Huwelijkse staat
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast se haría(Het) zou doen
(Het) zou maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou worden realidadRealiteit
Werkelijkheid.
-En unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige mesesMaanden másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, miMi
Mijn queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief Marianne -leHaar
Hem
Het
U dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-, conDoor
Met
Per
Samen met todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid Elinor se
habráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal hebben establecidoBepaald
Beschikt
Bevolen
Gesticht
Gevestigd
Ingericht
Ingesteld
Opgericht
Vastgesteld
Vastgestelde paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! nosotrosOns
We
Wij será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn una pérdidaGebrek
Gemis
Nadeel
Schade
Verlies, peroDoch
Echter
Maar ellaHaar
Ze
Zij será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn feliz.
-Gelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht, mamáMamma
Moeder! ¿QuéWat
Welke haremosWij zullen maken
Wij/we zullen aanmaken
Wij/we zullen bedrijven
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen maken
Wij/we zullen uitbrengen
Wij/we zullen uitrichten
Wij/we zullen uitvoeren sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te ellaHaar
Ze
Zij?
-MiMi
Mijn amorAffectie
Liefde
Min, apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn una separaciónAfscheiden
Afscheiding
Afstand
Afzonderen
Clausuur
Scheiden
Scheiding
Schiften
Schifting. ViviremosWij/we zullen leven
Wij/we zullen wonen a unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n pocasGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige millasMijlen de distanciaAfstand
Eind
End y nos(Aan) ons
Ons
veremosWij zullen zien
Wij/we zullen bekijken
Wij/we zullen kijken
Wij/we zullen zien todos losAlle díasDagen
Etmalen de la vidaHachje
Leven. TúGe
Gij
Je
Jij ganarásJij/je zal behalen
Jij/je zal verdienen
Jij/je zal winnen un hermanoBroeder
Broer
Frater, un hermanoBroeder
Broer
Frater de verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid,
cariñosoVriendelijk
Vriendelijke. TengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast la mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze del mundoAardrijk
Wereld sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! los sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen de Edward... PeroDoch
Echter
Maar teJe
Jou
notoIk bemerk
Ik merk
Ik merk op
Ik noteer
Ik schrijf op
Ik stel te boek
Ik teken aan seriaErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige, Marianne; ¿desapruebasJij/je berispt
Jij/je gispt
Jij/je keurt af
Jij/je laakt
Jij/je verwerpt
Jij/je wraakt la elecciónKeur
Keus
Keuze
Kiezen
Optie
Selecteren
Uitkiezen
Uitlezen
Uitpikken
Uitzoeken
Verkiezen
Verkiezing de tuJe
Jouw hermanaZus
Zuster?
-QuizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Marianne- me sorprendaIk ben verrast algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat. Edward esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke y sientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer granGroot
Grote
ternuraGevoeligheid
Malsheid
Murwheid
Tederheid
Weekheid
Zachtheid por élHem
Hij. PeroDoch
Echter
Maar aunKattenklauw
Nog
Zelfs asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand de jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille... HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sobresaleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt vooruit por
suHaar
Hun
Uw
Zijn aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen, careceHeb niet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Mis! por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige de esaDat
Die graciaBekoorlijkheid
Bekoring
Charme
Genade
Grap
Gratie
Gunst
Kwijtschelding que yoEgo
Ik habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn esperadoAfgewacht
Bedacht geweest op
Gehoopt
Gewacht
Gewacht op
Te wachten gestaan
Verwacht
Verwachte
Vooruitgezien
Voorzien en el hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent alNaar de
Naar het
cualEvenals
Net als
Wat
Welk
Welke
Zoals miMi
Mijn hermanaZus
Zuster se sintieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde zich seriamente atraídaAangehaald
Aangelokt
Aangetrokken
Bekoord
Gelokt
Getrokken
Toegelachen
Verlekkerd. En susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se advierteBemerk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwt
Merk op!
Merk!
Neem waar!
Waarschuw! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle eseDat
Die
espírituGeest
Geestgesteldheid, eseDat
Die fuegoVuur, que anuncianZij/ze adverteren
Zij/ze annonceren
Zij/ze dienen aan
Zij/ze kondigen aan
Zij/ze maken bekend a la vezTegelijk virtudBraafheid
Courage
Dapperheid
Deugd
Durf
Eerbaarheid
Kuisheid
Lef
Macht
Moed
Reinheid
Vermogen
Zuiverheid eEn inteligenciaBegrip
Benul
Besef
Bevattingsvermogen
Intelligentie
Inzicht
Knapheid
Snuggerheid
Verstand. Y además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend estoDeze
Dit, temoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees,
mamáMamma
Moeder, que careceHeb niet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Mis! de verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. AparentementeOgenschijnlijk
Schijnbaar la músicaMuziek apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood leHaar
Hem
Het
U interesa(Het) interesseert
Boezem belang in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseert
Interesseer!, y
aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al admiraBevreemd!
Bewonder!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewondert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondert
Verbaas!
Verwonder! muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere los dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten de Elinor, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la admiraciónBevreemden
Bevreemding
Bewonderen
Bewondering
Verbaasdheid
Verbazen
Verwonderen
Verwondering de alguienIemands que puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u!
entenderAanvoelen
Begrijpen
Beseffen
Bevatten
Snappen
Vatten
Verstaan suHaar
Hun
Uw
Zijn valorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats evidenteAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Evident
Evidente
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Overduidelijk
Overduidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende, a pesar deIn weerwil van
Niettegenstaande
Ondanks
Ten spijt van
Trots suHaar
Hun
Uw
Zijn asiduaGeregeld bezoekend atenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid cuandoAls
Tijdens
Wanneer ellaHaar
Ze
Zij dibujaBeschrijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Schets!
Teken af!
Teken uit!
Teken!
Trek!, que de
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet! nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! en estaDeze
Dit materiaMateriaal
Materie
Stof
Zelfstandigheid. AdmiraBevreemd!
Bewonder!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevreemdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewondert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondert
Verbaas!
Verwonder! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un enamoradoHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un entendidoAangevoeld
Begrepen
Beseft
Bevat
Gesnapt
Gevat
Verstaan
Verstandig
Verstandige.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! sentirmeAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen satisfechaBlij
Blije
Tevreden
Voldaan
Voldaan aan
Voldane
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane, esosDie rasgosGelaatstrekken
Karaktertrekken
Trekken debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven unidosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Samengebracht
Verbonden
Verenigd. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke conDoor
Met
Per
Samen met un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent
cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank coincidieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemde overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel samen
Ik kwam overeen
Ik stemde overeen
Ik viel samen puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot por puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot conDoor
Met
Per
Samen met el míoMijne
Van mij. El debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! penetrarBegrijpen
Bevatten
Binnendringen
Doordringen
Doordringen tot het diepst
van de ziel
Doordringen tot op merg
en been
Doorgronden
Doortrekken
Doorzien
Dringen door
Dringen in
Vinnig zijn todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle misMi's
Mijn
sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen; a ambosAlle twee de
Allebei
Beide nos(Aan) ons
Ons debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd encantarBekoren
Charmeren
Dol zijn op
Geweldig vinden
Prachtig vinden los mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve librosBoeken, la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve músicaMuziek. ¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht,
mamáMamma
Moeder! ¡QuéWat
Welke falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming de fuegoVuur, que mansaGoedaardig
Goedaardige
Mak
Makke
Tam
Tamme
Zachtaardig
Zachtaardige fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was la actitudDenkwijze
Gedrag
Houding
Pose
Stand de Edward cuandoAls
Tijdens
Wanneer nos(Aan) ons
Ons leyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze las anocheGisteravond!
LoDe
Hem
Het
U sentíIk gevoelde
Ik merkte
Ik voelde
Ik voelde aan
Ik werd gewaar terriblementeVerschrikkelijk por miMi
Mijn hermanaZus
Zuster. Y, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, ellaHaar
Ze
Zij loDe
Hem
Het
U sobrellevó conDoor
Met
Per
Samen met tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele
composturaHouding que apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood parecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als notarloAantekenen
Bemerken
Merken
Noteren
Opmerken
Opschrijven
Te boek stellen. A durasGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Jij/je beklijft
Jij/je blijft aan
Jij/je duurt
Jij/je duurt voort
Jij/je houdt aan
Jij/je houdt stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai penasBedroefdheden
Droefheden
Smarten
Treurigheden pude(Het) kon
Ik kon
Ik mocht permanecerBlijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven sentadaAangetekend
Geboekt
Gedaan zitten
Neergezet
Opgesteld
Vooropgesteld.
¡EscucharAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren esosDie hermososFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Schone
Schoon versosDichtregels
Rijmregels
Versregels
Verzen que a menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds meMe
Mij hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat perderKwijtraken
Mislopen
Missen
Opgeven
Verbeuren
Verkwisten
Verliezen
Verspelen el sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig,
pronunciadosGesproken
Geuit
Uitgesproken conDoor
Met
Per
Samen met tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer impenetrableOnbegrijpelijk
Onbegrijpelijke
Ondoordringbaar
Ondoordringbare
Ondoorgrondelijk
Ondoorgrondelijke
Ontoegankelijk
Ontoegankelijke calmaBedaar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kalmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt gerust
Kalmeer!
Kalmte
Rust
Stel gerust!, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer atrozGruwelijk
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Wrede
Wreed indiferenciaOnverschilligheid!
-En verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk leHaar
Hem
Het
U habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid a una prosaProza sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele y eleganteBevallig
Bevallige
Chic
Chique
Elegant
Elegante
Esthetisch
Esthetische
Geraffineerd
Geraffineerde
Gracieus
Gracieuze
Modieus
Modieuze
Net
Nette
Piekfijn
Piekfijne
Sierlijk
Sierlijke
Sjiek
Sjieke
Smaakvol
Smaakvolle
Stijlvol
Stijlvolle
Verfijnd
Verfijnde
Zwierig
Zwierige. LoDe
Hem
Het
U
pensé enIk dacht aan
Ik dacht na over eseDat
Die momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip; peroDoch
Echter
Maar tenías queJij/je behoorde
Jij/je diende
Jij/je hoorde
Jij/je moest pasarleHet passeren a Cowper.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, mamáMamma
Moeder, ¡siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals niEn niet
Evenmin
Noch Cowper esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats capazBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Geschikt
Kundig
Kundige de animarloAanmoedigen
Aanporren
Aansporen
Aanvuren
Aanwakkeren
Aanzetten
Animeren
Bemoedigen
Bezielen
Opmonteren
Opvrolijken
Opwekken
Prikkelen
Stimuleren
Verlevendigen...! PeroDoch
Echter
Maar debemosWij moeten
Wij/we behoren te
Wij/we dienen
Wij/we hebben te danken
Wij/we horen
Wij/we moeten
Wij/we staan in de
schuld
Wij/we zijn schuldig
Wij/we zijn verplicht om
te
Wij/we zijn verschuldigd admitirAannemen
Accepteren
Ontvangen
Toegeven
Toelaten
Toestaan que hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
diferenciasJij/je bent het oneens
Jij/je differentieert
Jij/je maakt verschil tussen
Jij/je onderscheidt
Jij/je verandert
Onderscheiden
Verschillen de gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. En Elinor noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se daHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich gewonnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontstaat miMi
Mijn maneraManier
Trant
Wijze de sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig que puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan esasDie
cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken por altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven y serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn felizGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke con élDaarmee. PeroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik loDe
Hem
Het
U amaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van, me habríaIk zou het met
iemand aan de stok krijgen
Ik zou me gedragen
Ik zou me met
iemand meten destrozadoUiteengejaagd
Verbrast
Verkwist
Vermorzeld
Vernield
Verslagen
Verwoest el corazónHart
Klokhuis
escucharloAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren leerLezen conDoor
Met
Per
Samen met tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige sensibilidadGevoeligheid
Sensibiliteit. MamáMamma
Moeder, mientrasTerwijl másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus conozcoIk ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet el mundoAardrijk
Wereld, másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
convencidaOvertuigd
Overtuigde estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit de que jamásNimmer
Nooit encontraréIk zal aantreffen
Ik zal bevinden
Ik zal ontmoeten
Ik zal tegemoet treden
Ik zal tegenkomen
Ik zal treffen
Ik zal vinden a un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent alNaar de
Naar het que realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! amarBeminnen
Houden van
Liefhebben. ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer lo queDat wat
Wat pidoIk bedel
Ik bestel
Ik roep in
Ik verlang
Ik verzoek
Ik vraag
Ik vraag aan
Ik vraag om? Debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden todas lasAlle virtudesBraafheden
Courages
Dapperheden
Deugden
Eerbaarheden
Kuisheden
Machten
Reinheden
Vermogens
Zuiverheden de Edward, y suHaar
Hun
Uw
Zijn aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen y modalesModaal
Modale
debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren suHaar
Hun
Uw
Zijn bondadGoedheid conDoor
Met
Per
Samen met todas lasAlle graciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen posiblesBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke.
-RecuerdaDenk eraan
Herdenk!
Herinner!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet nog
Onthoud!
Weet nog!, miMi
Mijn amorAffectie
Liefde
Min, que aúnNog
Nog altijd
Nog steeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast diecisiete17
Zeventien añosJaren. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste tempranoPril
Prille
Vroeg
Vroege
Vroegtijdig
Vroegtijdige
en la vidaHachje
Leven para queOpdat
Zodat desesperesJij/je wanhoopt de lograrBehalen
Bereiken
Doorkomen
Erin slagen
Inhalen
Klaarspelen
Reiken tot
Slagen
Slagen in
Slagen voor talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke felicidadGeluk. ¿Por quéWaarom debíasJij/je behoorde te
Jij/je diende
Jij/je had te danken
Jij/je hoorde
Jij/je moest
Jij/je stond in de
schuld
Jij/je was schuldig
Jij/je was verplicht om
te
Jij/je was verschuldigd serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
afortunadaGelukkig
Gelukkige
Zegenrijk
Zegenrijke que tuJe
Jouw madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding? ¡Que en tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend una circunstanciaOmstandigheid, Marianne míaVan mij, tuJe
Jouw destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland
sea diferenteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uiteen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschilt
Ik loop uiteen
Ik scheel
Ik verschil
Loopt u uiteen!
Scheelt u!
Verschilt u! alNaar de
Naar het de ellaHaar
Ze
Zij!
CAPITULOIk capituleer
Ik geef me over IV
-QuéWat
Welke lástimaDeernis
Jammer
Klacht
Medelijden
Onaangenaamheid, Elinor -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei Marianne-, que Edward carezcaHeeft u niet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Ik heb niet
Ik mis
Mist u! de gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst.
-Que carezcaHeeft u niet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Ik heb niet
Ik mis
Mist u! de gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el dibujoDesign
Dessin
Ik beschrijf
Ik schets
Ik teken
Ik teken af
Ik teken uit
Ik trek
Ontwerp
Sketch
Tekening
Tekenkunst... ¿y quéWat
Welke teJe
Jou haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt pensarDenken esoDat
Die
Zulks? -replicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repliceerde Elinor-. El
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dibujaBeschrijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Schets!
Teken af!
Teken uit!
Teken!
Trek!, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere, peroDoch
Echter
Maar disfrutaGeniet van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geniet van enormementeBovenmatig
Buitengewoon
Enorm
Immens
Kolossaal
Ontzaglijk
Ontzettend
Reusachtig
Verschrikkelijk
Vreselijk viendoBekijkend
Kijkend
Ziend
Ziende dibujarAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen a otrasAnder
Andere
Nog één personasMensen
Personages
Personen y, puedoIk kan
Ik mag
asegurárteloAssureren
Betuigen
Bevestigen
Vastmaken
Vastzetten
Veilig stellen
Verstevigen
Verzekeren, de ninguna maneraGeenszins
In geen geval
Op geen enkele wijze estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! faltoIk ben absent
Ik ben afwezig
Ik ontbreek
Ik scheel de un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se leHaar
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
ofrecidoAangeboden
Geboden
Te koop aangeboden
Uitgeloofd
Voorgedragen
Voorgeslagen
Voorgesteld oportunidadGelegenheid
Kans de mejorarloBeter maken
Overtreffen
Verbeteren
Veredelen. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden la posibilidadMogelijkheid de
aprenderAanleren
Leren, creo queIk denk dat habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn dibujadoAfgetekend
Beschreven
Geschetst
Getekend
Getrokken
Uitgetekend muy bienBest
Heel goed
Prima. DesconfíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wantrouwt
Wantrouw! tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer de suHaar
Hun
Uw
Zijn propioEigen juicioGericht
Judicium
Laatste oordeel
Oordeel
Verstand
Vonnis en estasDeze
Dezen
materiasMateries
Materiën
Stoffen
Zelfstandigheden que siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats reacioAfkerig
Afkerige
Onwillig a darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen suHaar
Hun
Uw
Zijn opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook cuadroBed
Bloembed
Bloemperk
Chassis
Doek
Frame
Kader
Perk
Schema
Schilderij
Schildering
Schilderstuk
Tabel
Tuinbed
Vierkant; peroDoch
Echter
Maar tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast una
innataAangeboren finuraFijnheid y simplicidadEenvoud
Simpliciteit de gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak que, en generalIn het algemeen
Over het algemeen, loDe
Hem
Het
U guíaGeleid!
Geleider
Gids
Gidsboek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst de weg
Leid rond!
Leid!
Leider
Leidsman
Leidster
Reisgids
Vademecum
Voorman
Wijs de weg! de maneraManier
Trant
Wijze perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt
adecuadaAangepast
Adequaat
Adequate
Afdoend
Afdoende
Bruikbaar
Bruikbare
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Geschikt
Geschikte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame.
Marianne temíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duchtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikte terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrok terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreesde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bang voor
Ik duchtte
Ik schrikte terug voor
Ik schrok terug voor
Ik schroomde
Ik vreesde
Ik was bang voor serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn ofensivaOffensief y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nada másNiet meer acercaBreng naderbij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naderbij del temaDucht u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ducht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bang voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt terug voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schroomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vreest
Ik ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees
Is u bang voor!
Onderwerp
Schrikt u terug voor!
Schroomt u!
Stof
Thema
Vreest u!; peroDoch
Echter
Maar la claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand de
aprobaciónBeamen
Billijken
Goedkeuren
Goedkeuring
Proeftijd
Toestemmen que, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals Elinor, despertabanZij/ze maakten wakker
Zij/ze wekten
Zij/ze wekten op
Zij/ze werden wakker en élDaaraan
Erin los dibujosDesigns
Dessins
Ontwerpen
Sketches
Tekeningen
Tekenkunsten de otrasAnder
Andere
Nog één PersonasMensen
Personages
Personen estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg del extasiadoBekoord
Gecharmeerd
In verrukking gebracht
Verrukt deleiteBekoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft genot aan
Ik bekoor
Ik verheug
Ik verschaf genot aan
Verheugt u!
Verschaft u genot aan! que, en suHaar
Hun
Uw
Zijn opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze, eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was exclusivoExclusief
Exclusieve merecedorWaardig
Waardige de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn llamadoAangebeld
Aangeroepen
Benoemd
Gebeld
Geheten
Geklopt
Geluid
Genaamd
Genaamde
Genoemd
Gepraaid
Geroepen
Gescheld
Getelefoneerd
Opgebeld
Opgeroepen
Uitgemaakt voor
Zogeheten
Zogenaamd
Zogenaamde
gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. No obstanteDesalniettemin
Desniettegenstaande
Desondanks
Echter
Maar
Niettemin
Toch, y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al sonriendoGlimlachend paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! síJa
Jawel
Wel
Zich mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve anteSuède
Ten overstaan van
Voor el errorDe fout, rendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Ik gaf tributoCijns
Schatting a suHaar
Hun
Uw
Zijn
hermanaZus
Zuster por esaDat
Die ciegaBlind
Blinde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblindt
Verblind
Verblind!
Verblinde
Verstopt
Verstopte predilección por Edward que la llevaba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee voor
Ik nam mee naar
Ik nam mee voor asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig equivocarseDwalen
Een fout maken
Ernaast zitten
Zich vergissen
Zich vergissen in.
-EsperoIk ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
Ik zie vooruit, Marianne -continuóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort Elinor-, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U consideresJij/je beschouwt
Jij/je beschouwt als
Jij/je gaat na
Jij/je houdt rekening met
Jij/je overweegt faltoIk ben absent
Ik ben afwezig
Ik ontbreek
Ik scheel de gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak en generalIn het algemeen
Over het algemeen. En
verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid, creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen decirOpgeven
Spreken
Zeggen que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank piensasJij/je denkt esoDat
Die
Zulks, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl tuJe
Jouw comportamientoGedrag
Handelswijze haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor élHem
Hij esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt cordialHartversterking; y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals ésaDat
Die fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg tuJe
Jouw opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze, estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker de que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seriasErnstig
Ernstige
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige capazBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Geschikt
Kundig
Kundige de
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn atentaAandacht geschonken
Aandachtig
Aandachtige
Acht geslagen op
Attent
Attente
Bediend
Beleefd
Beleefde
Galant
Galante
Geholpen
Gelet op
Gepast op
Heus
Heuse
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt een aanslag
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergrijpt zich aan
Hoffelijk
Hoffelijke
Opgelet
Opgepast
Oplettend
Oplettende
Pleeg een aanslag op!
Rand aan!
Vergrijp je aan!
Welgemanierd
Welgemanierde
Wellevend
Wellevende
Zorgvuldig
Zorgvuldige
Zorgzaam
Zorgzame con élDaarmee.
Marianne casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank supoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist quéWat
Welke decirOpgeven
Spreken
Zeggen. Por ningún motivoNergens om
Om geen enkele reden
Zomaar
Zonder reden queríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou herirBezeren
Kwetsen
Verwonden
Wonden los sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen de suHaar
Hun
Uw
Zijn
hermanaZus
Zuster, peroDoch
Echter
Maar leHaar
Hem
Het
U eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was imposibleOnbestaanbaar
Onbestaanbare
Onmogelijk
Onmogelijke
Uitgesloten decirOpgeven
Spreken
Zeggen algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank creíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geloofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meende
Ik dacht
Ik geloofde
Ik hield voor
Ik meende. FinalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte, respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk:
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou ofendasJij/je beledigt
Jij/je grieft
Jij/je krenkt
Jij/je verongelijkt, Elinor, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals los elogiosLofbetuigingen
Loftuitingen que yoEgo
Ik puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren de Edward noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se equiparanZij/ze rustten toe
Zij/ze rustten uit en
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle a tuJe
Jouw percepciónAanvoelen
Bemerken
Merken
Ontvangen
Opmerken
Perceptie
Vermoeden
Vernemen
Waarnemen
Waarneming de susHaar
Hun
Uw
Zijn méritosVerdiensten. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb tenidoBijgehouden
Erop nagehouden
Gehad
Gehouden
Vastgehouden tantasZo groot
Zoveel
Zovele oportunidadesGelegenheden
Kansen
Momenten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals túGe
Gij
Je
Jij de
apreciarAchten
Achting hebben voor
Achting toedragen
Appreciëren
Begroten
Hechten aan
Hoogachten
Houden van
Mogen
Op prijs stellen
Schatten
Taxeren
Waarderen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs las másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus mínimasGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimumtemperaturen
Minst
Minste
Minsten
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige tendenciasNeigingen
Richtingen
Stemmingen
Strekkingen
Stromingen
Tendensen
Tendenties
Trends de suHaar
Hun
Uw
Zijn menteGeest
Verstand, susHaar
Hun
Uw
Zijn inclinacionesInclinaties, susHaar
Hun
Uw
Zijn gustosGenoegens
Lusten
Smaken;
peroDoch
Echter
Maar tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast la mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze del mundoAardrijk
Wereld respecto deAangaande
Betreffende
In verband met
Met
Met betrekking tot
Op het stuk van
Over
Ten opzichte van suHaar
Hun
Uw
Zijn bondadGoedheid y sensatezVerstandigheid. LoDe
Hem
Het
U creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep poseedorBezitter
de todo lo queHoeveel ook esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats valiosoKostbaar
Kostbare
Waardevol
Waardevolle y amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke.
-EstoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker -respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk Elinor, conDoor
Met
Per
Samen met una sonrisaGlimlach
Glimlachen- de que susHaar
Hun
Uw
Zijn amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus queridosBemind
Beminden
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Geliefden
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefsten
Lieve
Lieven
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waarden
Waardevol
Waardevolle noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
quedaríanZij/ze zouden afspreken
Zij/ze zouden blijven
Zij/ze zouden in een
bepaalde toestand raken
Zij/ze zouden passen
Zij/ze zouden staan
Zij/ze zouden zich bevinden
Zij/ze zouden zijn disconformes conDoor
Met
Per
Samen met un elogioIk loof
Ik prijs
Ik roem
Ik zwaai lof toe
Lof
Lofbetuiging
Loftuiting comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals éseDat
Die. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me imaginoIk stel me voor cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je podríasJij/je zou kunnen
Jij/je zou mogen
expresarteBetuigen
Opperen
Uitdrukken
Uiten
Uitspreken
Verwoorden conDoor
Met
Per
Samen met mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere calidez.
Marianne se regocijóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze genoot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was blij de verBekijken
Kijken
Zien cuánHoe fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak se contentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde zich tevreden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was tevreden suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster.
-De suHaar
Hun
Uw
Zijn sensatezVerstandigheid y bondadGoedheid -continuóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette voort Elinor-, piensoIk denk que nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand que loDe
Hem
Het
U hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta loDe
Hem
Het
U
suficienteVoldoende paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! haberBezitting
Hebben
Zijn conversadoGeconverseerd
Gepraat con élDaarmee sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te reservasJij zet apart
Jij/je bespreekt
Jij/je boekt
Jij/je houdt open
Jij/je houdt vrij
Jij/je reserveert
Jij/je tekent in
Jij/je zet weg
Reservaten
Reserveringen, podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen dudarDubben
In dubio staan
Twijfelen. TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend esaDat
Die timidezAngstvalligheid
Bedeesdheid
Beschroomdheid
Bevangenheid
Schroomvalligheid
Schuchterheid
Schuwheid
Verlegenheid
Vreesachtigheid
que tantasZo groot
Zoveel
Zovele vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten loDe
Hem
Het
U lleva aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee voor
Neem mee naar!
Neem mee voor! guardarBehoeden
Bewaken
Bewaren
De wacht hebben
Hoeden
Letten op
Opbergen
Passen op
Waken over silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt haberBezitting
Hebben
Zijn ocultadoOntveinsd
Verborgen
Verheeld
Verscholen
Verstopt la excelenciaExcellentie de suHaar
Hun
Uw
Zijn
entendimientoBegrip
Denkvermogen
Menselijke rede
Verstand, y susHaar
Hun
Uw
Zijn principiosAanheffen
Aanvangen
Beginselen
Beginsels
Grondbeginselen
Grondbeginsels
Principes
Voorgerechten. LoDe
Hem
Het
U conocesJij/je bent bekend met
Jij/je kent
Jij/je leert kennen
Jij/je maakt kennis
Jij/je weet loDe
Hem
Het
U suficienteVoldoende paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid a la solidezStevigheid
Vastheid
de suHaar
Hun
Uw
Zijn valerKosten
Lonen
Waard zijn. PeroDoch
Echter
Maar de susHaar
Hun
Uw
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus mínimasGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimumtemperaturen
Minst
Minste
Minsten
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige tendenciasNeigingen
Richtingen
Stemmingen
Strekkingen
Stromingen
Tendensen
Tendenties
Trends, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals túGe
Gij
Je
Jij las llamasJij/je belt
Jij/je belt aan
Jij/je belt op
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je klopt
Jij/je luidt
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je praait
Jij/je roept
Jij/je roept aan
Jij/je roept op
Jij/je schelt
Jij/je telefoneert
Lama's
Opwindingen
Schaapkamelen
Vlammen
Vuren, circunstanciasOmstandigheden
específicasSoortelijk
Soortelijke
Specifiek
Specifieke teJe
Jou hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn mantenidoErop nagehouden
Gehouden
Onderhouden másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus ignoranteOnwetend
Onwetende que a míMe
Mij. En diversasMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verschillend
Verschillende ocasionesAanleidingen
Gelegenheden
Gevaren
Jij/je belegt
Jij/je berokkent
Jij/je brengt teweeg
Jij/je doet aan
Jij/je houdt
Jij/je richt aan
Jij/je schrijft uit
Jij/je sticht
Jij/je veroorzaakt
Omstandigheden
Oorzaken élHem
Hij y yoEgo
Ik nos(Aan) ons
Ons
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn quedadoAfgesproken
Gebleven
Gepast
Gestaan
Geweest
Geworden
In een bepaalde toestand
geraakt
Zich bevonden muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere ratoPoos
Poosje
Tijdje juntosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd, mientrasTerwijl túGe
Gij
Je
Jij, llevadaAangehad
Berekend
Bijeengebracht
Gebracht
Gedragen
In rekening gebracht
Medegebracht
Meegebracht
Meegenomen
Opgehad
Vervoerd
Voorgehad
Weggebracht por el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus afectuosoAanhankelijk
Aanhankelijke
Gehecht
Gehechte
Toegenegen de los
impulsosAandriften
Impulsen
Opwellingen
Stuwingen, hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden completamenteCompleet
Geheel
Heel
Helemaal
Ten volle
Totaal
Totaliter
Volkomen
Voluit
Volledig absorbidaEen bedrijf overgenomen
Geabsorbeerd
Geresorbeerd
Geslurpt
In beslag genomen
Opgenomen
Opgeslorpt
Opgeslurpt por miMi
Mijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding. LoDe
Hem
Het
U heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb vistoBekeken
Gekeken
Gezien
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere, heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
estudiadoBestudeerd
Geleerd
Gestudeerd
Ingestudeerd
School gegaan
Studie gemaakt van susHaar
Hun
Uw
Zijn sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen y escuchadoAangehoord
Beluisterd
Geluisterd
Toegehoord
Toegeluisterd susHaar
Hun
Uw
Zijn opinionesDunken
Dunks
Meningen
Opinies
Visies
Zienswijzen acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van temasJij/je bent bang voor
Jij/je ducht
Jij/je schrikt terug voor
Jij/je schroomt
Jij/je vreest
Onderwerpen
Stoffen
Thema's de literaturaLetterkunde
Literatuur
Litteratuur y
gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak; y, en generalIn het algemeen
Over het algemeen, me atrevo aIk durf afirmarBetuigen
Bevestigen
Beweren
Stellen
Verzekeren que tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast una menteGeest
Verstand cultivadaAangekweekt
Aangeplant
Bebouwd
Beschaafd
Bewerkt
Gekweekt
Geteeld
Verbouwd, que el placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin que
encuentraBevind!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Kom tegen!
Ontmoet!
Treed tegemoet!
Tref aan!
Tref!
Vind! en los librosBoeken esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats extremadamenteUitermate grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime, suHaar
Hun
Uw
Zijn imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats vivazDruk
Drukke
Kras
Krasse
Kwiek
Kwieke
Levendig
Levendige
Opgewekt
Opgewekte
Rap
Rappe
Tierig
Tierige
Vief
Vieve
Wakker
Wakkere, susHaar
Hun
Uw
Zijn observacionesInachtnemingen
Observaties
Opmerkingen
Waarnemingen
justasAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Steekspelen
Toernooien y correctasBijgestuurd
Correct
Correcte
Gecorrigeerd
Goed
Goede
Juist
Juiste
Nagekeken
Recht
Rechte
Verbeterd
Zuiver
Zuivere, y suHaar
Hun
Uw
Zijn gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak delicadoDelicaat
Delicate
Fijn
Fijne
Gevoelig
Gevoelige
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Subtiel
Subtiele
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Verfijnd
Verfijnde y puroHelder
Heldere
Louter
Loutere
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Sigaar
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere. CuandoAls
Tijdens
Wanneer se leHaar
Hem
Het
U conoce(Hij) kent
Ben bekend met!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Leer kennen!
Maak kennis!
Weet! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, susHaar
Hun
Uw
Zijn
dotesBruidsschatten
Gaven
Huwelijksgiften
Jij/je begiftigt
Jij/je geeft mee mejoranZij/ze maken beter
Zij/ze overtreffen
Zij/ze verbeteren
Zij/ze veredelen en todos losAlle terrenosGebieden
Terreinen, talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit susHaar
Hun
Uw
Zijn modalesModaal
Modale y aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats ciertoGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
que, a primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht, suHaar
Hun
Uw
Zijn tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank produceBerokken!
Breng op!
Breng teweeg!
Breng voort!
Doe aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt af
Lever op!
Produceert
Richt aan!
Sticht!
Veroorzaak!
Werp af! granGroot
Grote admiraciónBevreemden
Bevreemding
Bewonderen
Bewondering
Verbaasdheid
Verbazen
Verwonderen
Verwondering y suHaar
Hun
Uw
Zijn aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen difícilmenteMoeilijk
lleva aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee voor
Neem mee naar!
Neem mee voor! llamarloAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor apuestoIk wed
Knap
Knappe, hasta queTot
Totdat se advierteBemerk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwt
Merk op!
Merk!
Neem waar!
Waarschuw! la expresiónBetuiging
Bewoording
Gezegde
Persen
Uitdrukken
Uitdrukking
Uiting
Uitknijpen
Uitpersen
Zegswijze de susHaar
Hun
Uw
Zijn ojosKijkers
Ogen, que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn extraordinariamenteBuitengewoon
bondadososGoedaardig
Goedaardige
Vriendelijk
Vriendelijke
Zachtaardig
Zachtaardige, y la generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale dulzuraZoetheid
Zoetigheid de suHaar
Hun
Uw
Zijn semblanteAangezicht
Air
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Uiterlijk
Uitzicht. En la actualidadActualiteit loDe
Hem
Het
U
conozcoIk ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, que loDe
Hem
Het
U creo enIk geloof in verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid apuestoIk wed
Knap
Knappe; o, al menosAlthans
Tenminste, casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat. ¿QuéWat
Welke dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt túGe
Gij
Je
Jij,
Marianne?
-MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast loDe
Hem
Het
U consideraréIk zal beschouwen
Ik zal beschouwen als
Ik zal nagaan
Ik zal overwegen
Ik zal rekening houden
met apuestoIk wed
Knap
Knappe, Elinor, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es queDat komt omdat
Want yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit. CuandoAls
Tijdens
Wanneer meMe
Mij digasJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt
que loDe
Hem
Het
U ameBemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals a un hermanoBroeder
Broer
Frater, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank veréIk zal bekijken
Ik zal kijken
Ik zal zien imperfecciones en suHaar
Hun
Uw
Zijn rostroAangezicht
Facie
Gelaat
Gezicht
Porem
Toet, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank las veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie
hoyHeden
Vandaag en suHaar
Hun
Uw
Zijn corazónHart
Klokhuis.
Elinor se sobresaltóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrok anteSuède
Ten overstaan van
Voor estaDeze
Dit declaraciónAangeven
Aangifte
Bekennen
Bekentenis
Betuigen
Betuiging
Biecht
Declaratie
Declareren
Erkennen
Erkenning
Fiat
Getuigenverklaring
Goedvinden
Toegeven
Toestemming
Uitspraak
Verklaren
Verklaring y se arrepintió deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had berouw van haberseHet met iemand aan
de stok krijgen
Zich gedragen
Zich met iemand meten dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van traicionarIn de steek laten
Laten merken
Verraden
por el calorDe warmte de susHaar
Hun
Uw
Zijn palabrasBewoordingen
Woorden. SentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar
Ik gevoelde
Ik merkte
Ik voelde
Ik voelde aan
Ik werd gewaar que Edward ocupabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Ik bekleedde
Ik besloeg
Ik betrok
Ik bewaarde
Ik bewoonde
Ik bezette
Ik hield bezig
Ik nam in beslag
Ik vervulde un lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven en susHaar
Hun
Uw
Zijn afectosGenegenheden
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschappen.
Creía queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht dat
Ik dacht dat el interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was mutuoOnderling
Onderlinge
Wederkerig
Wederkerige
Wederzijds
Wederzijdse, peroDoch
Echter
Maar requeríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maande aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overreedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereiste
Ik betekende
Ik haalde over
Ik had nodig
Ik maakte nodig
Ik maande aan
Ik onderzocht
Ik overreedde
Ik vereiste una mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere certezaZekerheid alNaar de
Naar het respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! aceptarAannemen
Accepteren
Ontvangen
conDoor
Met
Per
Samen met agradoBehagen
Genoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik maak naar de
zin
Ik sta aan
Ik vind prettig
Ik zin
Liefheid
Voorkomendheid
Vriendelijkheid
Welbehagen
Welgevallen
Zin la convicciónOvertuiging de Marianne acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van susHaar
Hun
Uw
Zijn relacionesBetrekkingen
Jij/je combineert
Jij/je verbindt
Omgangen
Opzichten
Relaties
Verbanden
Verhoudingen
Verstandhoudingen. SabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist
Ik/hij wist que una conjeturaGis!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedt
Vermoed!
Vermoeden
que Marianne y suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding hacíanZij/ze bedreven
Zij/ze brachten uit
Zij/ze deden
Zij/ze maakten
Zij/ze maakten aan
Zij/ze richtten uit
Zij/ze voerden uit en un momentoEen moment
Een ogenblik
Even
Eventjes
Wacht even dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend, se transformabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herschiep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veranderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veranderde van gedrag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervormde en certezaZekerheid alNaar de
Naar het
siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende; que, conDoor
Met
Per
Samen met ellasHen
Ze
Zij, el deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting y la esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting, expectativaVerwachting
Vooruitzicht. Trató deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beijverde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed moeite
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeerde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zocht
explicarleBeduiden
Duidelijk maken
Toelichten
Uiteenzetten
Uitleggen
Verhelderen
Verklaren a suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster el verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden de la situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats miMi
Mijn intenciónBedoeling
Doel
Intentie
Plan
Strekking
Toeleg
Voornemen
Zin negarLoochenen
Ontkennen -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei- que tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast una granGroot
Grote opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze de élHem
Hij; que loDe
Hem
Het
U estimoIk acht
Ik acht hoog
Ik begroot
Ik draag achting toe
Ik heb achting voor
Ik hecht aan
Ik houd van
Ik mag
Ik schat
Ik stel op prijs
Ik taxeer
Ik waardeer
profundamenteDiepgaand
Grondig, que meMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin!.
AnteSuède
Ten overstaan van
Voor estoDeze
Dit, Marianne estallóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barstte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barstte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze barstte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berstte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berstte open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borst open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontplofte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprong indignada.
-Verontwaardigd¡EstimarloAchten
Achting hebben voor
Achting toedragen
Begroten
Hechten aan
Hoogachten
Houden van
Mogen
Op prijs stellen
Schatten
Taxeren
Waarderen! ¡GustarteAanstaan
Behagen
Bevallen
Houden van
Leuk vinden
Proeven
Zinnen! Elinor, quéWat
Welke corazónHart
Klokhuis tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude. ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge, peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere que fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude! SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te atreverse aDurven
ser deBehoren
Behoren tot
Komen uit
Toebehoren otraAnder
Andere
Nog een
Nog één formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze. UtilizaBenut!
Gebruik
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benut
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt te baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past toe
Neem te baat!
Neem waar!
Pas toe! esasDie palabrasBewoordingen
Woorden otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer, y me iréIk zal afgaan
Ik zal me verwijderen
Ik zal vertrekken
Ik zal weggaan de estaDeze
Dit piezaBonk
Brok
Eindje
Homp
Schaakstuk
Stuk
Stukje de inmediatoOnmiddellijk.
Elinor noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen reírLachen.
-PerdónameBegenadig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begenadigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergeeft
Vergeef! -leHaar
Hem
Het
U dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-, y puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je magt estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker de que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was miMi
Mijn intenciónBedoeling
Doel
Intentie
Plan
Strekking
Toeleg
Voornemen
Zin ofenderteBeledigen
Grieven
Krenken
Verongelijken alNaar de
Naar het
referirmeBerichten
Citeren
Melden
Noemen
Refereren
Verhalen
Verslaan
Verslag uitbrengen
Vertellen conDoor
Met
Per
Samen met palabrasBewoordingen
Woorden tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer mesuradas a misMi's
Mijn propiosEigen sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen. CréelosCree
Creëert u!
Denk!
Geloof!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houd voor!
Ik creëer
Ik maak
Ik richt op
Ik schep
Maakt u!
Meen!
Richt u op!
Schept u! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus fuertesErg
Erge
Fiks
Fikse
Forten
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterkten
Sterktes
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware que
loDe
Hem
Het
U declaradoAangegeven
Bekend
Betuigd
Een verklaring afgelegd
Erkend
Gedeclareerd
Toegegeven
Verklaard por míMe
Mij; créelosCree
Creëert u!
Denk!
Geloof!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze creëert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Houd voor!
Ik creëer
Ik maak
Ik richt op
Ik schep
Maakt u!
Meen!
Richt u op!
Schept u!, en finBesluit
Beëindiging
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Eind
Einde
End
Honk
Voleinding, lo queDat wat
Wat los méritosVerdiensten de Edward y la presunciónOpscheppen
Vermoeden... la
esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting de suHaar
Hun
Uw
Zijn afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap por míMe
Mij podríanZij/ze zouden kunnen
Zij/ze zouden mogen garantizarGaranderen
Instaan voor
Waarborgen, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te imprudenciaOnvoorzichtigheid niEn niet
Evenmin
Noch locuraWaanzin. PeroDoch
Echter
Maar másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que
estoDeze
Dit noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debesDebetzijden
Debetzijdes
Jij/je behoort te
Jij/je bent schuldig
Jij/je bent verplicht om
te
Jij/je bent verschuldigd
Jij/je dient
Jij/je hebt te danken
Jij/je hoort
Jij/je moet
Jij/je staat in de
schuld
Moet je creerDenken
Geloven
Houden voor
Menen. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere de suHaar
Hun
Uw
Zijn afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap por míMe
Mij. HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand momentosMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen en
que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! dudosoOnzeker
Onzekere hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs quéWat
Welke puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap existe(Het) bestaat
Besta!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat; y mientrasTerwijl noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank conozcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leert kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ik ben bekend met
Ik ken
Ik leer kennen
Ik maak kennis
Ik weet
Is u bekend met!
Kent u!
Leert u kennen!
Maakt u kennis!
U kent
Weet u! plenamenteVolledig
susHaar
Hun
Uw
Zijn sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt extrañarteAanmerking maken op
Bannen
Bevreemden
Laken
Van de deur houden
Verbannen
Verbazen
Vreemd vinden miMi
Mijn deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht de evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen alasVlerken
Vleugelen
Vleugels a miMi
Mijn propiaEigen inclinaciónBuigen
Inclinatie
Neigen
Nijgen
creyéndola o llamándola másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de lo queDat wat
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats. En loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte de miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis, tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
pocasGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige, casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat ningunaGeen enkel
Geen enkele dudaAarzeling
Dub!
Geweifel
Hapering
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dubt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in dubio
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze twijfelt
Schroom
Sta in dubio!
Twijfel
Twijfel!
Weifeling de susHaar
Hun
Uw
Zijn preferenciasPrees
Preferenties
Voorkeursrechten
Voorrangen. PeroDoch
Echter
Maar hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één puntosA point
Gegevens
Mespunten
Ogen
Precies goed
Punten
Spikkels
Stippen
Tricots que debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
tomadosAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven en cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen, además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend suHaar
Hun
Uw
Zijn interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente. EstáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn independienteOnafhankelijk
Onafhankelijke
Zelfstandig
Zelfstandige. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
podemosLaten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien saberKennen
Smaken
Weten cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding; peroDoch
Echter
Maar las ocasionalesGelegenheids- observacionesInachtnemingen
Observaties
Opmerkingen
Waarnemingen de Fanny
acerca deAangaande
Betreffende
In verband met
Met betrekking tot
Omtrent
Op het stuk van
Over
Ten aanzien van suHaar
Hun
Uw
Zijn conductaGedrag
Houding
Wandel y opinionesDunken
Dunks
Meningen
Opinies
Visies
Zienswijzen nuncaNimmer
Nooit nos(Aan) ons
Ons hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn llevado aMeegenomen naar
Meegenomen voor considerarlaBeschouwen
Beschouwen als
Nagaan
Overwegen
Rekening houden met amableAardig
Aardige
Beminnelijk
Beminnelijke
Beminnenswaardig
Beminnenswaardige
Geliefd
Geliefde
Lief
Lieftallig
Lieftallige
Lieve
Voorkomend
Voorkomende
Vriendelijk
Vriendelijke; y meMe
Mij
equivocoIk vergis
Ik verwar
Ik verwissel muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Edward noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook conscienteBewust
Bewuste
Welbewust
Welbewuste de las variadasAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt dificultadesMoeilijkheden que
encontraríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aantreffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontmoeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou tegemoet treden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou tegenkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou treffen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vinden
Ik zou aantreffen
Ik zou bevinden
Ik zou ontmoeten
Ik zou tegemoet treden
Ik zou tegenkomen
Ik zou treffen
Ik zou vinden en suHaar
Hun
Uw
Zijn caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals desearaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dong naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenste
Ik ambieerde
Ik aspireerde
Ik begeerde
Ik dong naar
Ik haakte naar
Ik had trek in
Ik hunkerde
Ik jaagde na
Ik joeg na
Ik smachtte
Ik smachtte naar
Ik snakte naar
Ik streefde na
Ik streefde naar
Ik verkoos
Ik verlangde
Ik wenste casarseIn het huwelijk treden
Trouwen conDoor
Met
Per
Samen met una mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg o de granGroot
Grote fortunaFortuna,
o de altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven rangoGraad
Rang
Stand
Status.
Marianne quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was atónitaSprakeloos
Sprakeloze
Verbaasd
Verbaasde alNaar de
Naar het descubrirOntdekken
Uitvinden
Uitvorsen en quéWat
Welke medidaAfgemeten
Afmeten
Gemeten
Grootte
Maat
Maatregel
Maté
Meten
Opgemeten
Opgenomen
Opmeten
Opnemen
Uitgemeten
Uitmeten la imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht de suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding y la
suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u propiaEigen habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren ido más alláVerder gegaan de la verdad.
-Echt waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid¡Y en verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estásJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit comprometidaGeblameerd
Gecompromitteerd
In gevaar gebracht
In opspraak gebracht
In verlegenheid gebracht
Verbonden
Verplicht
Verplicht tot con élDaarmee! -dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei-. AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al de todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle manerasManier
Manieren
Trant
Wijze
Wijzen va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar
ocurrirAan de hand zijn
Gebeuren
Geschieden
Overkomen
Plaatsvinden
Voorkomen
Voorvallen luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo. PeroDoch
Echter
Maar estaDeze
Dit tardanzaAchterblijven
Dralen
Duren
Nablijven
Talmen
Treuzelen
Uitstel tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast dos2
Do's
Twee
Tweede ventajasBaten
Belangen
Nutten
Voordelen
Winsten. YoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou perderéIk zal kwijtraken
Ik zal mislopen
Ik zal missen
Ik zal opgeven
Ik zal verbeuren
Ik zal verkwisten
Ik zal verliezen
Ik zal verspelen tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast y Edward
tendrá(Hij) zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bijhouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal erop nahouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal houden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vasthouden másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus oportunidadesGelegenheden
Kansen
Momenten de mejorarBeter maken
Overtreffen
Verbeteren
Veredelen eseDat
Die gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve por tuJe
Jouw ocupaciónBezetting
Bezigheid
Emplooi favoritaFavoriet, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
indispensableOnmisbaar
Onmisbare paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tuJe
Jouw felicidadGeluk futuraBruid
Toekomstig
Toekomstige. ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge! SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals tuJe
Jouw genioBeschermgeest
Geest
Genie
Genius loDe
Hem
Het
U llevara aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee voor
Ik nam mee naar
Ik nam mee voor aprenderAanleren
Leren a dibujarAftekenen
Beschrijven
Schetsen
Tekenen
Trekken
Uittekenen
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook, ¡quéWat
Welke deliciosoHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn!
Elinor leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend suHaar
Hun
Uw
Zijn verdaderaEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze a suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanaZus
Zuster. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht considerarBeschouwen
Beschouwen als
Nagaan
Overwegen
Rekening houden met suHaar
Hun
Uw
Zijn
inclinaciónBuigen
Inclinatie
Neigen
Nijgen por Edward bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware las favorablesBevorderlijk
Bevorderlijke
Goedgezind
Goedgezinde
Gunstig
Gunstige
Lievelings-
Toegenegen
Welgezind
Welgezinde perspectivasDoorkijken
Perspectieven
Prospecten
Verschieten
Vooruitzichten que Marianne habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had supuestoAangenomen
Gemeend
Gesteld
Ondersteld
Vermoed
Verondersteld.
HabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had, en ocasionesAanleidingen
Gelegenheden
Gevaren
Jij/je belegt
Jij/je berokkent
Jij/je brengt teweeg
Jij/je doet aan
Jij/je houdt
Jij/je richt aan
Jij/je schrijft uit
Jij/je sticht
Jij/je veroorzaakt
Omstandigheden
Oorzaken, una falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming de ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel en élDaaraan
Erin que, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank denotabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was een teken
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wees aan
Ik duidde aan
Ik was een teken
van
Ik wees aan indiferenciaOnverschilligheid, hablaba deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselde van gedachten
Ik behandelde
Ik bepraatte
Ik besprak
Ik discuteerde
Ik wisselde van gedachten
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat igualmenteDito
Eveneens
Gelijkelijk
Hetzelfde
In gelijke mate
Insgelijks
Ook
Op dezelfde wijze pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige prometedorVeelbelovend
Veelbelovende. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals teníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast dudasAarzelingen
Geweifels
Haperingen
Jij/je dubt
Jij/je staat in dubio
Jij/je twijfelt
Twijfels
Weifelingen acercaBreng naderbij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naderbij del afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap que ellaHaar
Ze
Zij leHaar
Hem
Het
U
profesabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloofde plechtig
Ik beloofde plechtig, suponiendo queVeronderstellend dat las tuvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
Jij had, elloDat
Het noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd producirleAandoen
Aanrichten
Afwerpen
Berokkenen
Opbrengen
Opleveren
Produceren
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Voortbrengen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que inquietudBeduchtheid
Bezorgdheid
Ongerustheid
Verontrusting. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke que leHaar
Hem
Het
U causaranZij/ze berokkenden
Zij/ze brachten teweeg
Zij/ze deden
Zij/ze deden aan
Zij/ze lieten
Zij/ze lieten doen
Zij/ze maakten
Zij/ze richtten aan
Zij/ze stichtten
Zij/ze veroorzaakten eseDat
Die abatimientoDepressie
Deprimeren
Neerdrukken
Ontmoedigen
Ontmoediging
Terneerdrukken de espírituGeest
Geestgesteldheid que a menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds leHaar
Hem
Het
U sobrevenía.
Una causaEen oorzaak másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus razonableAcceptabel
Acceptabele
Ontvankelijk
Ontvankelijke
Verstandig
Verstandige podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht encontrarseElkaar tegenkomen
Elkaar treffen
Gesteld zijn
Het maken
Zich bevinden en suHaar
Hun
Uw
Zijn situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen de dependenciaAanbouw
Afhankelijkheid
Bijgebouw, que leHaar
Hem
Het
U
vedabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhinderde
Ik belemmerde
Ik belette
Ik verbood
Ik verhinderde la posibilidadMogelijkheid de entregarseAannemen
Aanvaarden
Gevangennemen
Zich overgeven a susHaar
Hun
Uw
Zijn afectosGenegenheden
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschappen. EllaHaar
Ze
Zij sabíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik smaakte
Ik wist
Ik/hij wist que el tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen que la madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding leHaar
Hem
Het
U
dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank leHaar
Hem
Het
U proporcionaba(Het) verschafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in orde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fourneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte evenredig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschafte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woog af
Ik bezorgde
Ik bracht in orde
Ik fourneerde
Ik maakte evenredig
Ik mat af
Ik verschafte
Ik woog af un hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis confortableComfortabel
Comfortabele en la actualidadActualiteit niEn niet
Evenmin
Noch leHaar
Hem
Het
U dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere de que pudiera(Het) kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen un hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis propioEigen, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se ateníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich aan estrictamenteStrikt a las ideasBegrippen
Denkbeelden
Gewaarwordingen
Idees
Ideeën
Inzichten
Jij/je vormt een denkbeeld
omtrent
Noties
Opvattingen
Voorstellingen
que ellaHaar
Ze
Zij sustentaba sobre laOp de
Op het importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid que élHem
Hij debíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd alcanzarAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven. SabiendoKennend
Smakend
Wetend estoDeze
Dit, a Elinor leHaar
Hem
Het
U
eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was imposibleOnbestaanbaar
Onbestaanbare
Onmogelijk
Onmogelijke
Uitgesloten sentirseZich voelen tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille. Estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de confiar enVertrouwen op eseDat
Die resultadoAfloop
Gebleken
Geresulteerd
Gevolg
Gevolgd
Resultaat
Uitgekomen
Uitgevallen
Uitkomst
Uitvloeisel
Voortgekomen
Voortgesproten
Voortgevloeid
Voortvloeisel
Zich vertoond de las
preferenciasPrees
Preferenties
Voorkeursrechten
Voorrangen de Edward que suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding y hermanaZus
Zuster dabanZij/ze brachten op
Zij/ze brachten toe
Zij/ze gaven
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kenden toe
Zij/ze verleenden por seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, mientrasTerwijl másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten juntosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd, másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus dudosaOnzeker
Onzekere leHaar
Hem
Het
U parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen de suHaar
Hun
Uw
Zijn afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap; y a vecesAf en toe
Bijwijlen
Soms
Somtijds
Somwijlen
Wel eens,
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige y dolorososPijnlijk
Pijnlijke
Smartelijk
Smartelijke minutosMinuten, creía queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht dat
Ik dacht dat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele amistadVriendschap.
PeroDoch
Echter
Maar, cualesquiera fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren en realidadRealiteit
Werkelijkheid susHaar
Hun
Uw
Zijn límitesGrenzen
Limieten
Perken, eseDat
Die afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap fue suficienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldeed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was voldoende, apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood loDe
Hem
Het
U
percibióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze inde geld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vernam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar la hermanaZus
Zuster de Edward, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! intranquilizarla; -y al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens (lo queDat wat
Wat eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
usualGebruikelijk aúnNog
Nog altijd
Nog steeds), paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! sacarAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken a luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting susHaar
Hun
Uw
Zijn malosBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten modalesModaal
Modale. AprovechóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benutte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hielp
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte gebruik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte gebruik van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze profiteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was van nut la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke oportunidadGelegenheid
Kans que
encontróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoette
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trad tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ofenderBeledigen
Grieven
Krenken
Verongelijken a suHaar
Hun
Uw
Zijn suegraSchoonmoeder hablándole tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer expresivamente de las grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
expectativasVerwachtingen
Vooruitzichten que tenían(Zij) hadden
Zij/ze hadden
Zij/ze hielden
Zij/ze hielden bij
Zij/ze hielden erop na
Zij/ze hielden vast paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater, de la decisiónBeslissing
Besluit
Uitspraak
Wijzing de la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Ferrars respecto deAangaande
Betreffende
In verband met
Met
Met betrekking tot
Op het stuk van
Over
Ten opzichte van
que susHaar
Hun
Uw
Zijn dos2
Do's
Twee
Tweede hijosKinderen
Zonen
Zoons se casaranZij/ze traden in het
huwelijk
Zij/ze trouwden bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, y del peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel que acechabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespiedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespioneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spiedde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spioneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond op de
uitkijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspiedde
Ik belaagde
Ik beloerde
Ik bespiedde
Ik bespioneerde
Ik spiedde
Ik spioneerde
Ik stond op de
uitkijk
Ik verspiedde a cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook jovenJeugdig
Jeugdige
Jong
Jonge
Jongedame
Jongeheer
Jongeling
Pril
Prille que
quisieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou ganárseloVoor zich verkrijgen, que la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht fingirDoen alsof
Fingeren
Simuleren
Veinzen
Voorgeven
Voorwenden noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank darseGebeuren
Geven
Groeien
Ontstaan
Voorkomen
Zich gewonnen geven
Zich overgeven
Zich voordoen cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen niEn niet
Evenmin
Noch intentarAanpassen
Beproeven
Passen
Pogen
Proberen
Toetsen
Trachten
Uitproberen
Van plan zijn
Voorhebben
Voornemens zijn
Zich voorstellen
mantenerseBlijven
Zich onderhouden tranquilaBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille. LeHaar
Hem
Het
U dioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende una respuestaAntwoord
Bescheid
Wederwoord
Weerwoord que revelabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwikkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze openbaarde
Ik liet zien
Ik onthulde
Ik ontwikkelde
Ik openbaarde suHaar
Hun
Uw
Zijn desdénDraait u terug!
Gespt u los!
Maakt u los!
Zij/ze draaien terug
Zij/ze gespen los
Zij/ze maken los y de inmediatoOnmiddellijk
abandonóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze abandonneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte ermee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet el cuarto4e
Kamer
Kwart
Kwartier
Lokaal
Vertrek
Vierde
Vierde deel
Vierendeel
Woning, mientrasTerwijl tomabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan
Ik accepteerde
Ik dronk
Ik gebruikte
Ik kreeg binnen
Ik nam
Ik nam aan
Ik nam af
Ik nam in
Ik nuttigde
Ik ontving
Ik pakte
Ik raapte op
Ik slikte in
Ik sloeg in
Ik snoof op
Ik vatte
Ik vatte aan la decisiónBeslissing
Besluit
Uitspraak
Wijzing de que cualesquiera fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren los
inconvenientesBezwaren
Nadelen
Ongemakken o gastosKosten
Onkosten
Uitgaven de una partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer súbitaPlotseling
Plotselinge, suHaar
Hun
Uw
Zijn tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief Elinor noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank debíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond in de
schuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verschuldigd
Ik behoorde te
Ik diende
Ik had te danken
Ik hoorde
Ik moest
Ik stond in de
schuld
Ik was schuldig
Ik was verplicht om
te
Ik was verschuldigd estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
expuestaBelicht
Blootgelegd
Blootgesteld
Geriskeerd
Gewaagd
Geëtaleerd
Geëxposeerd
Kans gelopen
Op het spel gezet
Risico gelopen
Tentoongespreid
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgekraamd
Uitgestald
Verklaard niEn niet
Evenmin
Noch una semanaWeek másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus a talesDergelijk
Dergelijke
Dusdanig
Dusdanige
Jij/je hakt om
Jij/je legt in de
as
Jij/je velt
Jij/je verbrandt
Jij/je verwoest
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke insinuacionesInsinuaties.
En esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind estado de ánimoGemoedstoestand
Moreel
Stemming estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat cuandoAls
Tijdens
Wanneer leHaar
Hem
Het
U llegó(Hij) kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdreef una cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract por correoPost
Posterijen conDoor
Met
Per
Samen met una propuestaAangeboden
Geboden
Uitgeloofd
Voordracht
Voorgedragen
Voorgeslagen
Voorgesteld
Voorstel
particularmenteIn het bijzonder
Inzonderheid
Vooral oportunaDoelmatig
Doelmatige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Passend
Passende. Un caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter distinguidoBespeurd
In de smiezen gekregen
In het oog gekregen
Onderkend
Onderscheid gemaakt tussen
Onderscheiden
Ontwaard y dueñoAanvoerder
Baas
Chef
Eigenaar
Gebieder
Heer
Meester
Patroon de importantesBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware propiedadesBezittingen
Boerderijen
Eigendommen
Eigendomsrechten
Eigenschappen
Goederen
Landgoederen
en Devonshire, parienteBloedverwant
Familielid
Verwant
Vrouwelijk familielid
Vrouwelijke verwant suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u, leHaar
Hem
Het
U ofrecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Ik bood
Ik bood aan
Ik bood te koop
aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor una casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne en términosBegrippen
Besluiten
Bewoordingen
Beëindigingen
Einden
Eindes
Enden
Gezegden
Gezegdes
Leden
Spreekwijzen
Termen
Termijnen
Vaktermen
Zegswijzen
Zinswendingen muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer convenientesBehoorlijk
Behoorlijke
Betamelijk
Betamelijke
Conventioneel
Conventionele
Fatsoenlijk
Fatsoenlijke
Gepast
Gepaste
Geschikt
Geschikte
Keurig
Keurige
Passend
Passende
Toepasselijk
Toepasselijke
Voegzaam
Voegzame
Welvoeglijk
Welvoeglijke.
La cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract, firmadaGetekend
Onderschreven
Ondertekend por él mismoHemzelf, estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat escritaGecomponeerd
Geschapen
Geschreven
Neergeschreven
Uitgeschreven en un tonoIntonatie
Toon
Toonaard
Toonsoort
Veerkracht amistosamente servicialBehulpzaam
Behulpzame
Hulpvaardig
Hulpvaardige.
EntendíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begreep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besefte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Ik begreep
Ik besefte
Ik bevatte
Ik snapte
Ik vatte
Ik verstond
Ik voelde aan que ellaHaar
Ze
Zij necesitabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was toe aan
Ik behoefde
Ik had nodig
Ik hoefde
Ik was toe aan un alojamientoHuisvesten
Kantonnement
Logeren
Logies
Nachtverblijf
Onderdak, y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al lo queDat wat
Wat ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans leHaar
Hem
Het
U ofrecíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood te koop
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loofde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Ik bood
Ik bood aan
Ik bood te koop
aan
Ik droeg voor
Ik loofde uit
Ik sloeg voor
Ik stelde voor eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una
simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele casitaHuisje de campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld, una cabañaHut
Stulp de suHaar
Hun
Uw
Zijn propiedadBezit
Bezitting
Boerderij
Eigendom
Eigendomsrecht
Goed
Landgoed, leHaar
Hem
Het
U asegurabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze assureerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betuigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde veilig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstevigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzekerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vast
Ik assureerde
Ik betuigde
Ik bevestigde
Ik maakte vast
Ik stelde veilig
Ik verstevigde
Ik verzekerde
Ik zette vast que se leHaar
Hem
Het
U haríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bedrijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitrichten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitvoeren
Ik zou aanmaken
Ik zou bedrijven
Ik zou doen
Ik zou maken
Ik zou uitbrengen
Ik zou uitrichten
Ik zou uitvoeren todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
aquelloDat
Die
Diegene
Zulks que ellaHaar
Ze
Zij pensaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Ik dacht necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la ubicaciónLiggen
Lokaliseren leHaar
Hem
Het
U agradabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte naar de
zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond prettig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zon
Ik behaagde
Ik beviel
Ik maakte naar de
zin
Ik stond aan
Ik vond prettig
Ik zon. La urgíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haastte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was dringend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was urgent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette tot haast
aan
Ik drong
Ik haastte
Ik jachtte
Ik was dringend
Ik was urgent
Ik zette tot haast
aan conDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote
insistenciaAandrang, trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over describirleBeschrijven en detalleAardigheidje
Behandelt u in details!
Bijzonderheid
Detail
Haalt u uit de
vorm!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt in details
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit de
vorm
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoopt in het
klein
Ik behandel in details
Ik haal uit de
vorm
Ik verkoop in het
klein
Item
Verkoopt u in het
klein! la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! y el jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin, a ir aGaan naar Barton Park, dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
suHaar
Hun
Uw
Zijn propiaEigen residenciaResidentie
Resideren
Verblijfplaats
Wonen y desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin ellaHaar
Ze
Zij podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen juzgarBeoordelen
Berechten
Oordelen
Rechtspreken
Veroordelen
Vonnissen por síJa
Jawel
Wel
Zich mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la casitaHuisje de Barton porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
ambasBeide casasFamilies
Geslachten
Huizen
Jij/je huwelijkt uit
Jij/je trouwt
Jij/je verbindt in de
echt
Panden
Tehuizen pertenecían aZij/ze behoorden
Zij/ze behoorden toe
Zij/ze behoorden tot la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve parroquiaGemeente
Kerkbuurt
Kerkgemeente
Kerspel
Parochie- podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn arregladaAangericht
Gearrangeerd
Gemaakt
Geordend
Geregeld
Gerepareerd
Geruimd
Geschikt
Hersteld
In orde gemaakt
Ingericht
Opgeknapt
Opgeruimd
Terechtgebracht
Verholpen
Versteld a suHaar
Hun
Uw
Zijn
convenienciaGemak. Parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als realmenteInderdaad
Waarlijk
Werkelijk
Wezenlijk ansiosoBegerig
Begerige
Benauwd
Benauwde
Gretig
In spanning
Vurig verlangend de acomodarlasAanpassen
Accommoderen
Adapteren
Gelegen komen
Leggen
Passen
Plaatsen
Schikken
Situeren
Stationeren
Verzoenen, y todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle suHaar
Hun
Uw
Zijn cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat redactadaGeredigeerd
Gesteld
Gestileerd
Opgemaakt
Opgesteld
en un estiloStijl
Trant
Wijze tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer amistosoAmicaal
Amicale
Vriendelijk
Vriendelijke
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht sinoDoch
Echter
Maar complacerBevredigen
Paaien
Tegemoetkomen aan
Tevreden stellen
Voldoen a suHaar
Hun
Uw
Zijn primaNicht
Priem-, en especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale en un
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip en queWaarin sufría porHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leed wegens
Ik leed wegens el comportamientoGedrag
Handelswijze fríoAfgekoeld
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude eEn insensibleGevoelloos
Gevoelloze
Ongevoelig
Ongevoelige de susHaar
Hun
Uw
Zijn parientesBloedverwanten
Familieleden
Verwanten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
cercanosAanstaand
Aanstaande
Dichtbij
Dichtbije
Eerstvolgend
Eerstvolgende
Komend
Komende
Nabij
Nabije
Naburig
Naburige. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank necesitóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was toe aan de tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! deliberaciones o consultasConsultaties
Consulten
Jij/je consulteert
Jij/je raadpleegt
Praktijken
Vragen. JuntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met leerLezen la
cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract tomóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dronk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoof op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vatte aan suHaar
Hun
Uw
Zijn decisiónBeslissing
Besluit
Uitspraak
Wijzing. La ubicaciónLiggen
Lokaliseren de Barton en un condadoGraafschap tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer distanteVer
Verre de SussexSussex
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals Devonshire, algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n horasTijden
Uren antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn constituidoGevormd
Samengesteld
Uitgemaakt objeciónBedenking
Bezwaar
Protest
Tegenargument
Tegenwerping
suficienteVoldoende paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! contrarrestarBezwaar hebben tegen
Gekant zijn tegen
Opponeren
Standhouden
Tegen ingaan
Tegenwerken
Tegenwerpingen maken
Weerstaan
Zich verzetten todas lasAlle posiblesBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke bondadesGoedheden del lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel, eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans suHaar
Hun
Uw
Zijn principalBelangrijkste
Hoofd-
Voornaamste
ventajaBaat
Belang
Nut
Voordeel
Winst. AbandonarAbandonneren
Ermee stoppen
In de steek laten
Laten varen
Verlaten el vecindarioNaburigheid de Norland yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als un malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte; eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp de
deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht, una bendiciónInwijden
Inzegenen
Wijden
Zegen
Zegenen en comparaciónVergelijken
Vergelijking conDoor
Met
Per
Samen met la miseriaArmoe
Ellende
Misère
Narigheid
Nood
Schamelheid de seguir siendoBlijven huéspedGast
Host
Introducé
Kostganger
Logé
Pensiongast de suHaar
Hun
Uw
Zijn
nueraSchoondochter. Y alejarseZich verwijderen van paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend de eseDie z'n
Diens
Van die lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel amadoBemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minnen
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd dolorosoPijnlijk
Pijnlijke
Smartelijk
Smartelijke que habitarBewonen
Gevestigd zijn
Huizen
Inwonen
Resideren
Wonen
en élDaaraan
Erin o visitarloAfgaan
Bezoeken
Opzoeken mientrasTerwijl esaDat
Die mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg suHaar
Hun
Uw
Zijn dueñaEigenares
Meesteres y señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe. De inmediatoOnmiddellijk leHaar
Hem
Het
U escribió aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schreef aan sir
John Middleton manifestándole agradecimientoBedanken
Dankbaarheid
Danken por suHaar
Hun
Uw
Zijn bondadGoedheid y aceptandoAannemend
Accepterend
Ontvangend suHaar
Hun
Uw
Zijn
proposiciónAanbieden
Aanbieding
Aanbod
Bieden
Bod
Hoofdzin
Propositie
Stelling
Uitloven
Volzin
Voordragen
Voorslaan
Voorslag
Voorstel
Voorstellen
Zin; luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo se apresuróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haastte zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte haast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte spoed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spoedde zich a mostrarLaten zien
Tentoonspreiden
Tonen
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen ambasBeide cartasBrieven
Charters
Epistels
Handvesten
Kaarten
Menukaarten
Missiven
Missives
Vrachtcontracten a susHaar
Hun
Uw
Zijn hijasDochters, asegurándose deZich verzekerend van suHaar
Hun
Uw
Zijn
aprobaciónBeamen
Billijken
Goedkeuren
Goedkeuring
Proeftijd
Toestemmen antes deAlvorens te
Voor enviarlasAfzenden
Doen toekomen
Expediëren
Opsturen
Opzenden
Sturen
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Zenden.
Elinor habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had pensadoGedacht siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend que sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus PrudenteBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ellasHen
Ze
Zij establecerseZich vestigen a algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
distanciaAfstand
Eind
End de Norland antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen susHaar
Hun
Uw
Zijn actualesAanwezig
Aanwezige
Actueel
Actuele
Eigentijds
Eigentijdse
Huidig
Huidige
Present
Presente
Tegenwoordig
Tegenwoordige conocidosAlom bekend
Befaamd
Befaamde
Bekend
Bekend geweest met
Bekende
Bekenden
Beroemd
Beroemde
Gekend
Geleerd kennen
Gevierd
Gevierde
Geweten
Kennisgemaakt
Kennissen
Relaties
Roemruchtig
Roemruchtige
Vermaard
Vermaarde
Welbekend
Welbekende
Wijdvermaard
Wijdvermaarde, por lo queDat wat
Wat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se opuso aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzette zich tegen las
intencionesBedoelingen
Doelen
Intenties
Plannen
Strekkingen
Toeleggen
Voornemens
Zinnen de suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding de irseAfgaan
Vertrekken
Weggaan
Zich verwijderen a Devonshire. La casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts, talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la describíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschreef
Ik beschreef sir
John, era deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoorde tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Ik behoorde
Ik behoorde toe
Ik behoorde tot
Ik kwam uit dimensionesAfmetingen
Dimensies tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sencillasEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele y el alquilerAfhuren
Charteren
Huren
Huur
Verhuren tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer notablemente moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank leHaar
Hem
Het
U
dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse a objetarAanvechten
Bestrijden
Betwisten
Tegenspreken puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere; y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was un planBlauwdruk
Concept
Ontwerp
Opzet
Plan
Plattegrond
Project que atrajeraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoorde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lachte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlekkerde
Ik bekoorde
Ik haalde aan
Ik lachte toe
Ik lokte
Ik lokte aan
Ik trok
Ik trok aan
Ik verlekkerde suHaar
Hun
Uw
Zijn fantasíaFantasie
Verbeeldingskracht
y aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al significabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betekende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond voor
Ik beduidde
Ik betekende
Ik stond voor un alejamiento de las vecindadesNaburigheden de Norland que excedía susHaar
Hun
Uw
Zijn
deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit intentoIk ben van plan
Ik ben voornemens
Ik beproef
Ik heb voor
Ik pas
Ik pas aan
Ik poog
Ik probeer
Ik probeer uit
Ik stel me voor
Ik toets
Ik tracht
Poging algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere por disuadirOverreden a suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding de escribirComponeren
Neerschrijven
Scheppen
Schrijven
Uitschrijven aceptandoAannemend
Accepterend
Ontvangend el
ofrecimientoAanbieding
Aanbod
Bod
Offer
Opoffering
Optreden
Presentatie
Uitvoering
Voorslag
Voorstel
Voorstelling.
CAPITULOIk capituleer
Ik geef me over V
ApenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood despachadaAfgedaan
Afgehandeld
Afgewikkeld
Afgezonden
Gedaan toekomen
Gestuurd
Gezonden
Geëxpedieerd
Opgestuurd
Opgezonden
Uitgestuurd
Verstuurd
Verzonden
Weggestuurd
Weggezonden suHaar
Hun
Uw
Zijn respuestaAntwoord
Bescheid
Wederwoord
Weerwoord, la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood se permitióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteerde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorloofde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd toegestaan el placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin de anunciarAandienen
Aankondigen
Adverteren
Annonceren
Bekend maken a
suHaar
Hun
Uw
Zijn hijastroStiefzoon y esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw que contaba conHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had fiducie in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde vertrouwen in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde
Ik had fiducie in
Ik stelde vertrouwen in
Ik vertrouwde una casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! y que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank los incomodaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hinderen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich niet
op zijn gemak voelen
Ik zou hinderen
Ik zou me niet
op zijn gemak voelen sinoDoch
Echter
Maar hasta queTot
Totdat
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle estuviera(Het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
Ik) was listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! habitarlaBewonen
Gevestigd zijn
Huizen
Inwonen
Resideren
Wonen. La escucharonZij/ze beluisterden
Zij/ze hoorden aan
Zij/ze hoorden toe
Zij/ze luisterden
Zij/ze luisterden toe con sorpresaBevreemd
Verbaasd
Verrast
Verwonderd. La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de John
Dashwood noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dijo(Hij/zij) zei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!, peroDoch
Echter
Maar suHaar
Hun
Uw
Zijn esposoEchtgenoot
Gemaal
Man manifestóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet blijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze manifesteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uitte cortésmente que esperabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit
Ik hoopte
Ik stond te wachten
Ik verwachtte
Ik voorzag
Ik wachtte
Ik wachtte af
Ik wachtte op
Ik was bedacht op
Ik zag vooruit que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se
iríanZij/ze zouden gaan
Zij/ze zouden karren
Zij/ze zouden lopen
Zij/ze zouden rijden
Zij/ze zouden van stapel
lopen
Zij/ze zouden varen
Zij/ze zouden verlopen
Zij/ze zouden zich begeven lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de Norland. ConDoor
Met
Per
Samen met granGroot
Grote satisfacciónBevrediging
Genoegdoening, la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood leHaar
Hem
Het
U respondióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reageerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verantwoordde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aansprakelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was verantwoordelijk que se
iban aZij/ze gingen naar Devonshire. Edward rápidamenteRas
Schielijk
Snel
Vlug levantóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hief op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette neer los ojosKijkers
Ogen alNaar de
Naar het escucharAanhoren
Beluisteren
Luisteren
Toehoren
Toeluisteren estoDeze
Dit, y conDoor
Met
Per
Samen met una vozInspraak
Stem
Stemgeluid
de sorpresaBetrappen
Bevreemding
Snappen
Surprise
Treffen
Verbaasdheid
Verbazen
Verbazing
Verrassen
Verrassing
Verwondering y preocupaciónBenauwen
Bezorgdheid
Verblinding
Verontrusten
Vooringenomenheid que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank requirieronZij/ze betekenden
Zij/ze haalden over
Zij/ze hadden nodig
Zij/ze maakten nodig
Zij/ze maanden aan
Zij/ze onderzochten
Zij/ze overreedden
Zij/ze vereisten de mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere explicaciónExplicatie
Opheldering
Rekenschap
Toelichting
Uitduiding
Uiteenzetting
Uitleg
Uitlegging
Verduidelijking
Verheldering
Verklaring paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe
Dashwood, repitió: “Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens¡Devonshire! ¿En verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk van(Zij) gaan
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen alláDaar? ¡TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de aquíAlhier
Hier! ¿Y a quéWat
Welke
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde?' EllaHaar
Ze
Zij leHaar
Hem
Het
U explicóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lichtte toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhelderde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklaarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette uiteen
Zij/hij/u legde uit la ubicaciónLiggen
Lokaliseren. Estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat a cuatro4
Vier millasMijlen al norte deBenoorden
Noordelijk van
Ten noorden van ExeterExeter.
-NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats sinoDoch
Echter
Maar una casitaHuisje de campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld -continuoAanhoudend
Aanhoudende
Blijvend
Blijvende
Continu
Continue
Doorlopend
Doorlopende
Gedurig
Gedurige
Onafgebroken
Ononderbroken
Onophoudelijk
Onophoudelijke
Vast
Vaste
Voortdurend
Voortdurende-, peroDoch
Echter
Maar esperoIk ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
Ik zie vooruit verBekijken
Kijken
Zien allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds a muchosVeel
Vele
Zeer
Zere de misMi's
Mijn
amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden. Será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn fácilGemakkelijk
Gemakkelijke
Licht
Lichte
Makkelijk
Makkelijke
Vlot
Vlotte agregarleToevoegen
Voeg hem toe una o dos2
Do's
Twee
Tweede habitacionesHabitatten
Hotelkamers
Kamers
Lokalen
Slaapkamers
Vertrekken
Woningen; y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals misMi's
Mijn amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank encuentran(Zij/u) vinden
Zij/ze bevinden
Zij/ze komen tegen
Zij/ze ontmoeten
Zij/ze treden tegemoet
Zij/ze treffen
Zij/ze treffen aan
Zij/ze vinden
impedimentoBelemmering
Belet
Beletsel
Hindernis
Hinderpaal
Stoornis
Storing
Verhindering en viajarReizen tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vermeBekijken
Kijken
Zien, conDoor
Met
Per
Samen met todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid yoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank loDe
Hem
Het
U encontraréIk zal aantreffen
Ik zal bevinden
Ik zal ontmoeten
Ik zal tegemoet treden
Ik zal tegenkomen
Ik zal treffen
Ik zal vinden paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
acomodarlosAanpassen
Accommoderen
Adapteren
Gelegen komen
Leggen
Passen
Plaatsen
Schikken
Situeren
Stationeren
Verzoenen.
ConcluyóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besloot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze concludeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidde af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte een gevolgtrekking conDoor
Met
Per
Samen met una muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer generosaGenereus
Genereuze
Gul
Gulle
Kwistig
Kwistige
Mild
Milde
Overvloedig
Rijkelijk
Rijkelijke
Royaal
Royale
Scheutig
Scheutige
Vrijgevig
Vrijgevige invitaciónInviteren
Noden
Uitnodigen
Uitnodiging
Vragen alNaar de
Naar het señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer John Dashwood y a suHaar
Hun
Uw
Zijn esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
que la visitaranZij/ze bezochten
Zij/ze gingen af
Zij/ze zochten op en Barton; y a Edward leHaar
Hem
Het
U extendióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte wijder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreidde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergrootte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspreidde otraAnder
Andere
Nog een
Nog één conDoor
Met
Per
Samen met aunKattenklauw
Nog
Zelfs mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere afectoGenegenheid
Ik doe aan
Ik grijp aan
Ik heb schadelijke gevolgen
voor
Ik schaad
Ik tref
Liefhebbend
Liefhebbende
Toegedaan
Toegedane
Toegenegen
Verknocht
Verknochte
Vriendschap. AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al en
suHaar
Hun
Uw
Zijn últimaAchterste
Jongstleden
Laatste conversaciónConversatie
Gesprek conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn nueraSchoondochter las expresionesBetuigingen
Bewoordingen
Gezegden
Gezegdes
Uitdrukkingen
Uitingen
Zegswijzen de éstaDeze
Dit la habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren decididoBeslist
Besloten
Uitgemaakt
Zich voorgenomen a noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
permanecerBlijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven en Norland másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de lo queDat wat
Wat eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was inevitableOnvermijdbaar
Onvermijdelijk
Onvermijdelijke, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank produjeronZij/ze berokkenden
Zij/ze brachten op
Zij/ze brachten teweeg
Zij/ze brachten voort
Zij/ze deden aan
Zij/ze leverden op
Zij/ze richtten aan
Zij/ze stichtten
Zij/ze veroorzaakten
Zij/ze wierpen af en ellaHaar
Ze
Zij el efectoAfloop
Effect
Effekt
Gevolg
Indruk
Resultaat
Uitkomst
Uitvloeisel
Uitwerking
Voortvloeisel
Werking alNaar de
Naar het
que principalmenteHoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk apuntabanZij/ze legden aan
Zij/ze noteerden
Zij/ze schreven op
Zij/ze stelden te boek
Zij/ze tekenden aan: separarAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen a Edward y Elinor estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg de serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn suHaar
Hun
Uw
Zijn
objetivoAls voorwerp beschouwd
Doel
Doeleinde
Doelstelling
Doelwit
Honk
Objectief
Objectieve
Zakelijk
Zakelijke comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger; y conDoor
Met
Per
Samen met esaDat
Die invitaciónInviteren
Noden
Uitnodigen
Uitnodiging
Vragen a suHaar
Hun
Uw
Zijn hermanoBroeder
Broer
Frater, deseabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dong naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smachtte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakte naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streefde naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenste
Ik ambieerde
Ik aspireerde
Ik begeerde
Ik dong naar
Ik haakte naar
Ik had trek in
Ik hunkerde
Ik jaagde na
Ik joeg na
Ik smachtte
Ik smachtte naar
Ik snakte naar
Ik streefde na
Ik streefde naar
Ik verkoos
Ik verlangde
Ik wenste
mostrarleLaten zien
Tentoonspreiden
Tonen
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen a la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de John Dashwood cuánHoe escasaDun
Gering
Geringe
Klein
Kleine
Pover
Povere
Schaars
Schaarse
Weinig
Weinige
Zeldzaam
Zeldzame importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid daba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag uit op
Ik zag uit op suHaar
Hun
Uw
Zijn desaprobaciónAfkeuren
Afkeuring
Berispen
Gispen
Laken
Verwerpen
Verwerping
Wraken
Wraking
de esaDat
Die uniónAaneenvoegen
Aansluiten
Aansluiting
Associatie
Bijeenbrengen
Eenwording
Genootschap
Naad
Samenbrengen
Unie
Verbinden
Verenigen
Vereniging
Voeg
Éénwording.
El señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer John Dashwood leHaar
Hem
Het
U repitióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens a suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding una y otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer cuánHoe profundamenteDiepgaand
Grondig
lamentabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bejammerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betreurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had spijt van
Ik bejammerde
Ik betreurde
Ik had spijt van que ellaHaar
Ze
Zij hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was tomadoAangenomen
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven una casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! a una distanciaAfstand
Eind
End tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime de Norland que leHaar
Hem
Het
U
impediríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beletten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou blokkeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verhinderen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verhoeden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou voorkomen
Ik zou beletten
Ik zou blokkeren
Ik zou verhinderen
Ik zou verhoeden
Ik zou voorkomen ofrecerleAanbieden
Bieden
Te koop aanbieden
Uitloven
Voordragen
Voorslaan
Voorstellen susHaar
Hun
Uw
Zijn serviciosBedieningen
Bedieningsgelden
Diensten
Dienstverleningen
Eetserviezen
Erediensten
Godsdienstoefeningen
Kerkdiensten
Services
Serviezen
Toiletten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el trasladoIk breng over
Ik plaats over
Ik verleg
Ik verplaats
Ik zet om
Verplaatsing de suHaar
Hun
Uw
Zijn mobiliarioAmeublement
Huisraad
Inboedel
Meubels
Meubilair. Se sentíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde zich en verdadEigenlijk
Immers
In waarheid
Waarlijk
molestoHinderlijk
Hinderlijke
Ik belemmer
Ik erger
Ik heb last van
Ik hinder
Ik lijd aan
Ik stoor
Ik val lastig
Ik verstoor
Lastig
Onaangenaam
Onaangename
Storend
Storende
Vervelend
Vervelende conDoor
Met
Per
Samen met la situaciónHouding
Leggen
Ligging
Plaatsen
Positie
Situatie
Situeren
Stand
Stand van zaken
Stationeren
Toestand
Vestigen, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl hacíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit impracticable aquelDat
Die esfuerzoBelasting
Ik span me in
Inspanning
Kracht
Krachtinspanning
Moed
Moeite
Poging alNaar de
Naar het que habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had limitadoBegrensd
Begrensde
Beknot
Beperkingen opgelegd aan
Beperkt
Beperkte
Eindig
Eindige
Weinig
Weinige
el cumplimientoAanvulling
Beleefdheid
Compliment
Gadeslaan
Nakomen
Naleven
Observeren
Plichtpleging
Strikte naleving
Toekijken
Toezien
Toppunt
Uitvoeren
Verrichten
Vervullen
Vervulling
Volbrengen
Voleinding
Volmaaktheid
Voltrekken
Waarnemen de la promesaBelofte
Toezegging
Uitloving a suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader. Los enseresBenodigdheden fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren enviadosAfgezonden
Gedaan toekomen
Gestuurd
Gezonden
Geëxpedieerd
Opgestuurd
Opgezonden
Uitgestuurd
Verstuurd
Verzonden
Weggestuurd
Weggezonden por marZee.
ConsistíanZij/ze berustten
Zij/ze bestonden
Zij/ze steunden
Zij/ze waren gegrond
Zij/ze waren het gevolg
Zij/ze waren opgesloten principalmenteHoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk en ropaKleding
Kleren blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte, cubiertosBedekkingen
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Bestekken
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Couverts
Donker
Donkere
Eetgereis
Gedekt
Onderdaken
Somber
Sombere
Toegedekt, vajillaServies y librosBoeken, juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met un
hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon pianoKlavier
Piano de Marianne. La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe de John Dashwood vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag partirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan los bultosBalen
Bulten
Busten
Bustes
Gedaanten
Gedaantes
Gestalten
Gestaltes
Kisten
Kussenslopen
Omvangen
Opzwellingen
Pakken
Standbeelden conDoor
Met
Per
Samen met un
suspiroIk hunker
Ik kreun
Ik reikhals
Ik smacht
Ik verlang
Ik zucht
Ik zucht naar
Verzuchting
Zucht; noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen que comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la rentaRente de la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood iba aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar
Ik ging naar serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer insignificanteAlledaags
Alledaagse
Onbeduidend
Onbeduidende
Onnozel
Onnozele
comparadaVergeleken conDoor
Met
Per
Samen met la suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u, a ellaHaar
Ze
Zij leHaar
Hem
Het
U correspondíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Ik ging aan
Ik kwam overeen
Ik paste tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook artículoArtikel
Benodigdheid
Bijdrage
Geleding
Gelid
Gewricht
Handelsartikel
Knoop
Lid
Lidwoord
Opstel
Stuk de
mobiliarioAmeublement
Huisraad
Inboedel
Meubels
Meubilair que fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg hermosoFraai
Knap
Knappe
Mooi
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon.
La señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood arrendóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huurde la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! por un añoJaar; yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat amoblada, y podíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
Ik kon
Ik mocht tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
posesiónBezit
Bezitting
Eigendom
Goed
Vermogen de ellaHaar
Ze
Zij de inmediatoOnmiddellijk. NingunaGeen enkel
Geen enkele de las partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes interesadasBaatzuchtig
Baatzuchtige
Belang ingeboezemd
Geïnteresseerd
Inhalig
Inhalige opusoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde tegenover dificultadBelemmer!
Bemoeilijk!
Hinder!
Moeilijkheid
Stoor!
Verstoor! algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
alNaar de
Naar het acuerdoAfspraak
Akkoord
Beslissing
Besluit
Betrekking
Dunk
Ik accordeer
Ik ben het eens
Ik geef toe
Ik herinner aan
Ik kom overeen
Ik stem
Ik stem toe
Ik verzoen
Ik vind goed
Inrichting
Maat
Maatregel
Mening
Omgang
Opinie
Overeenkomst
Overeenstemming
Regeling
Schikking
Uitspraak
Verband
Verbintenis
Verdrag
Verhouding
Verkeer
Verstandhouding
Visie
Wijzing
Zetting
Zienswijze, y ellaHaar
Ze
Zij esperóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorzag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wachtte op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag vooruit tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend el despachoAfdoen
Afhandelen
Afwikkelen
Afzenden
Bureau
Depêche
Expediëren
Ik doe af
Ik doe toekomen
Ik expedieer
Ik handel af
Ik stuur
Ik stuur op
Ik stuur uit
Ik stuur weg
Ik verstuur
Ik verzend
Ik wikkel af
Ik zend
Ik zend af
Ik zend op
Ik zend weg
Kantoor
Opsturen
Opzenden
Sturen
Telegram
Uitsturen
Versturen
Verzenden
Wegsturen
Wegzenden
Werkkamer
Zenden de susHaar
Hun
Uw
Zijn efectosAflopen
Effecten
Gevolgen
Indrukken
Resultaten
Uitkomsten
Uitvloeiselen
Uitvloeisels
Uitwerkingen
Voortvloeisels
Werkingen desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit Norland y decidirBeslissen
Besluiten
Uitmaken
Zich voornemen suHaar
Hun
Uw
Zijn
futuroBruidegom
Futurum
Toekomende tijd
Toekomst
Toekomstig
Toekomstige servicioAankaarten
Bedienen
Bediening
Bedieningsgeld
Deugen
Dienen
Dienst
Dienstverlening
Eetservies
Eredienst
Godsdienstoefening
Helpen
Kerkdienst
Opdienen
Serveren
Service
Servies
Toilet domésticoHuis-
Huiselijk
Huiselijke
Huishoudelijk
Huishoudelijke antes deAlvorens te
Voor partirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor el oesteWesten; y estoDeze
Dit, dadaAangegeven
Gegeven
Gemaakt
Opgebracht
Toegebracht
Toegekend
Verleend la extremaBuitengewone
Buitengewoon
Extreem
Extreme
Hevig
Hevige
Laatst
Laatste
Oliesel
Ongemeen
Ongemene
Overdadig
Overdadige
Overdreven
Overmatig
Overmatige
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uiterst
Uiterste
Verschillend
Verschillende
Verwijderd
Verwijderde rapidezSnelheid
conDoor
Met
Per
Samen met que llevaba a caboHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrichtte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervulde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voltrok
Ik kwam na
Ik leefde na
Ik verrichtte
Ik vervulde
Ik voerde uit
Ik voltrok todo lo queHoeveel ook leHaar
Hem
Het
U interesabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemde belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseerde
Ik boezemde belang in
Ik interesseerde, muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast estuvo(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet. Los caballosKnollen
Paarden
Paardenkracht
Rossen
que leHaar
Hem
Het
U habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van suHaar
Hun
Uw
Zijn esposoEchtgenoot
Gemaal
Man habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden vendidosGetapt
Overgedaan
Verhandeld
Verkocht
Vervreemd
Weggedaan trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over suHaar
Hun
Uw
Zijn muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden, y habiéndoseleHet met iemand aan
de stok krijgend
Zich gedragend
Zich met iemand metend
ofrecidoAangeboden
Geboden
Te koop aangeboden
Uitgeloofd
Voorgedragen
Voorgeslagen
Voorgesteld ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans una oportunidadGelegenheid
Kans de disponer deBeschikken over suHaar
Hun
Uw
Zijn carruajeRijtuig
Voertuig
Wagen, aceptóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontving venderloOverdoen
Tappen
Verhandelen
Verkopen
Vervreemden
Wegdoen a instanciasEisen
Instanties
Rechtsvorderingen
de suHaar
Hun
Uw
Zijn hijaDochter mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere. Si hubieraIndien men ze heeft dependido deAfgehangen van
Afhankelijk geweest van susHaar
Hun
Uw
Zijn solosAlleen
Enig
Enige
Louter
Loutere
Solo's
Verlaten deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten, se loDe
Hem
Het
U habríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou hebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou hebben
Ik zou zijn quedadoAfgesproken
Gebleven
Gepast
Gestaan
Geweest
Geworden
In een bepaalde toestand
geraakt
Zich bevonden, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere comodidadComfort
Gemak
Gerief de susHaar
Hun
Uw
Zijn hijasDochters; peroDoch
Echter
Maar prevalecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeide
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overwoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prevaleerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot wortel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegevierde el buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende juicioGericht
Judicium
Laatste oordeel
Oordeel
Verstand
Vonnis de Elinor. FueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook suHaar
Hun
Uw
Zijn
sabiduríaBehoedzaamheid
Bekendheid
Beleid
Kennis
Voorzichtigheid
Wijsheid la queDat
Die
Wie
Zij die limitóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrensde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beknotte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beperkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legde beperkingen op
aan el númeroHet nummer de sirvientesBedienden
Bediendes
Dienaars
Dienaren
Knechten
Knechts a tres3
Drie, dos2
Do's
Twee
Tweede doncellasSoubrettes y un hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent,
prontamente seleccionadosGekozen
Geselecteerd entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los queWie
Zij die habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren constituidoGevormd
Samengesteld
Uitgemaakt suHaar
Hun
Uw
Zijn servicioAankaarten
Bedienen
Bediening
Bedieningsgeld
Deugen
Dienen
Dienst
Dienstverlening
Eetservies
Eredienst
Godsdienstoefening
Helpen
Kerkdienst
Opdienen
Serveren
Service
Servies
Toilet en Norland.
El hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent y una de las doncellasSoubrettes partieronZij/ze braken af
Zij/ze deelden
Zij/ze gingen op weg
Zij/ze gingen weg
Zij/ze splitsten
Zij/ze splitsten op
Zij/ze stapten op
Zij/ze startten
Zij/ze togen
Zij/ze verdeelden
Zij/ze vertrokken de inmediatoOnmiddellijk a Devonshire a prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden la
casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la llegadaAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Aankomst
Doorgebracht
Einde
Finish
Gearriveerd
Verdreven de suHaar
Hun
Uw
Zijn amaBemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Houd van!, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood desconocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was onbekend met
Ik was onbekend met por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige
a lady Middleton, preferíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed liever
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf de voorkeur
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf voorkeur aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prefereerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkoos
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde liever
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou liever
Ik deed liever
Ik gaf de voorkeur
aan
Ik gaf voorkeur aan
Ik prefereerde
Ik trok voor
Ik verkoos
Ik wilde liever
Ik wou liever llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven directamenteDirect
Rechtstreeks a la cabañaHut
Stulp antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que hospedarse enLogeren in
Verblijven in Barton
Park; y confióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had vertrouwen in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwde toe conDoor
Met
Per
Samen met talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke seguridadAplomb
Betrouwbaarheid
Gewicht
Veiligheid
Zekerheid
Zelfbewustheid
Zelfverzekerdheid en la descripciónBeschrijven
Beschrijving
Schildering
Tafereel que sir John habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet de la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, que
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank sintióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gevoelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voelde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gewaar curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid de examinarlaAflezen
Controleren
Checken
Examineren
Exploreren
Nagaan
Nakijken
Nauwkeurig onderzoeken
Onderzoeken
Surveilleren
Toezien
Uitvissen
Uitzoeken
Vorsen por síJa
Jawel
Wel
Zich mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve hasta queTot
Totdat entróHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed in en ellaHaar
Ze
Zij comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals suHaar
Hun
Uw
Zijn dueñaEigenares
Meesteres.
La evidenteAanschouwelijk
Duidelijk
Duidelijke
Evident
Evidente
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Overduidelijk
Overduidelijke
Vanzelfsprekend
Vanzelfsprekende satisfacciónBevrediging
Genoegdoening de suHaar
Hun
Uw
Zijn nueraSchoondochter anteSuède
Ten overstaan van
Voor la perspectivaDoorkijk
Perspectief
Prospect
Verschiet
Vooruitzicht de suHaar
Hun
Uw
Zijn partidaAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan, apenasAmper
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood disimuladaVerborgen
trasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over una fríaAfgekoeld
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude invitaciónInviteren
Noden
Uitnodigen
Uitnodiging
Vragen a quedarseAchterblijven
Blijven
Overblijven
Resten
Resteren
Toeven
Verblijven
Worden un tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, mantuvoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhield intactaHeel
Hele
Onaangetast
Onaangetaste
Onbeschadigd
Onbeschadigde
Ongeschonden suHaar
Hun
Uw
Zijn ansiedadAngst
Benauwdheid
Spanning por
alejarseZich verwijderen van de Norland. AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was el momentoHet ogenblik en queWaarin la promesaBelofte
Toezegging
Uitloving de John Dashwood a suHaar
Hun
Uw
Zijn
padrePater
Vader podría(Het) zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou mogen
Ik zou kunnen
Ik zou mogen haberseHet met iemand aan
de stok krijgen
Zich gedragen
Zich met iemand meten cumplidoCompliment
Gadegeslagen
Geobserveerd
Jarig geweest
Nagekomen
Nageleefd
Plichtpleging
Toegekeken
Toegezien
Uitgevoerd
Verricht
Vervuld
Volbracht
Voltrokken
Waargenomen conDoor
Met
Per
Samen met especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale idoneidad. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had descuidadoAchteloos
Achteloze
Achtergesteld
Onachtzaam
Onachtzame
Verwaarloosd
Verzaakt
Zonder zorgen geweest hacerloDoen
Laten
Maken alNaar de
Naar het
llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!, el momentoHet ogenblik en queWaarin ellasHen
Ze
Zij la dejaban(Zij) lieten
Zij/ze leenden
Zij/ze legateerden
Zij/ze leverden op
Zij/ze lieten
Zij/ze lieten achter
Zij/ze lieten begaan
Zij/ze lieten in de
steek
Zij/ze lieten los
Zij/ze lieten na
Zij/ze lieten over
Zij/ze lieten schieten
Zij/ze stonden toe
Zij/ze verlaatten zich van
Zij/ze verlieten
Zij/ze vermaakten
Zij/ze vertrouwden toe
Zij/ze verzuimden parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus adecuadoAangepast
Adequaat
Adequate
Afdoend
Afdoende
Bruikbaar
Bruikbare
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Geschikt
Geschikte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame para elloDaartoe
Daarvoor
Ervoor.
PeroDoch
Echter
Maar muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe Dashwood abandonóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze abandonneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopte ermee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliet todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle esperanzaHoop
Uitzicht
Verwachting alNaar de
Naar het respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding y comenzóHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bond aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ving aan a
convencerseZich overtuigen, por el sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale de susHaar
Hun
Uw
Zijn palabrasBewoordingen
Woorden, de que suHaar
Hun
Uw
Zijn ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank iría más alláHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verder gaan
Ik zou verder gaan de
haberlasZe te hebben mantenidoErop nagehouden
Gehouden
Onderhouden duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens seis6
Zes mesesMaanden en Norland. TanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer a menudoAf en toe
Dikwijls
Gedurig
Menigmaal
Vaak
Veel
Veelal
Veeltijds se referíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrof élHem
Hij a los
crecientesHalvemanen
Maansikkels
Sikkels gastosKosten
Onkosten
Uitgaven del hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis y a las permanentesPermanent
Permanente eEn incalculablesOnschatbaar
Onschatbare demandasAanvragen
Bestellingen
Eisen
Jij/je bestelt
Jij/je vraagt
Orders monetariasMonetair
Monetaire a
que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat expuestoBelicht
Blootgelegd
Blootgesteld
Geriskeerd
Gewaagd
Geëtaleerd
Geëxposeerd
Kans gelopen
Op het spel gezet
Risico gelopen
Tentoongespreid
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgekraamd
Uitgestald
Verklaard cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter de algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere importanciaBelang
Belangrijkheid
Betekenis
Gewicht
Zwaarwichtigheid, que másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus parecía(Het) leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheen toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag er uit
als
Ik had het uiterlijk
van
Ik kwam over
Ik kwam voor
Ik leek
Ik scheen
Ik scheen toe
Ik stond tegenover
Ik vond
Ik zag er uit
Ik zag er uit
als estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
necesitadoBehoefd
Behoeftig
Behoeftige
Berooid
Berooide
Gehoefd
Gehoeven
Met behoefte aan
Nodig gehad
Nooddruftig
Nooddruftige
Toe geweest aan de dineroGeld
Poen que dispuestoBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid a darloAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen.
MuyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocasGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige semanasWeken despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens del díaDag
Etmaal que trajoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droeg aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam mee la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke cartaBrief
Charter
Epistel
Handvest
Kaart
Menukaart
Missive
Schrijven
Vrachtcontract de sir John Middleton a
Norland, todos losAlle arreglosAfspraken
Akkoorden
Inrichtingen
Maatregelen
Maatregels
Regelingen
Schikkingen
Verbintenissen
Zettingen estaban(Zij) waren
Zij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer avanzadosGeanticipeerd
Gevorderd
Voortbewogen
Vooruitgegaan
Vooruitgekomen en suHaar
Hun
Uw
Zijn futuroBruidegom
Futurum
Toekomende tijd
Toekomst
Toekomstig
Toekomstige alojamientoHuisvesten
Kantonnement
Logeren
Logies
Nachtverblijf
Onderdak que la señoraDame
Jonkvrouw
Mevrouw
Vrouwe
Dashwood y susHaar
Hun
Uw
Zijn hijasDochters pudieronZij/ze konden
Zij/ze mochten comenzarAanbinden
Aanbreken
Aanvangen
Beginnen
Beginnen met
Ingaan suHaar
Hun
Uw
Zijn viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht.
MuchasVeel
Vele
Zeer
Zere fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren las lágrimasTranen que derramaronZij/ze goten
Zij/ze plengden
Zij/ze schonken
Zij/ze stortten
Zij/ze vergoten en susHaar
Hun
Uw
Zijn últimosAchterste
Jongstleden
Laatste adioses a un lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel que tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer
habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren amado.
-Bemind
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Lief
Liefgehad
Lieve¡QueridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle, queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle Norland! -repetíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nam door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde nog eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei nog eens
Ik herhaalde
Ik nam door
Ik zegde na
Ik zegde nog eens
Ik zei na
Ik zei nog eens Marianne mientrasTerwijl deambulabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drentelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flaneerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hing rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kuierde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slenterde
Ik drentelde
Ik flaneerde
Ik hing rond
Ik kuierde
Ik slenterde solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten anteSuède
Ten overstaan van
Voor la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! la
últimaAchterste
Jongstleden
Laatste tardeAvond
Blijft u achter!
Blijft u lang weg!
Blijft u na!
Doet u lang over
iets!
Draalt u!
Duurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Ik blijf achter
Ik blijf lang weg
Ik blijf na
Ik doe lang over
iets
Ik draal
Ik duur
Ik talm
Ik treuzel
Laat
Middag
Namiddag
Talmt u!
Te laat
Treuzelt u! que estuvieronZij/ze bevonden zich
Zij/ze lagen
Zij/ze waren
Zij/ze zaten allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds-. ¿CuándoNu eens ... dan
weer
Wanneer dejaré deIk zal stoppen met extrañarteAanmerking maken op
Bannen
Bevreemden
Laken
Van de deur houden
Verbannen
Verbazen
Vreemd vinden?; ¿cuándoNu eens ... dan
weer
Wanneer aprenderéIk zal aanleren
Ik zal leren a
sentirAanvoelen
Gevoelen
Gewaarworden
Merken
Voelen comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals un hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook otroAnder
Andere
Nog een
Nog één sitioBeleg
Belegeren
Belegering
Ik beleger
Ligging
Locatie
Lokaal
Lokaliteit
Oord
Plaats
Plek
Ruimte
Website? ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge, dichosa casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!! ¡CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je podríasJij/je zou kunnen
Jij/je zou mogen saberKennen
Smaken
Weten lo queDat wat
Wat
sufroIk doorsta
Ik draag
Ik lijd
Ik onderga
Ik ondervind
Ik sta uit
Ik veel
Ik verdraag alNaar de
Naar het verteBekijken
Kijken
Zien ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vuelva aGaat u terug naar!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert terug naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt terug naar
Ik ga terug naar
Ik keer terug naar
Ik kom terug naar
Keert u terug naar!
Komt u terug naar!
Weer verteBekijken
Kijken
Zien! ¡Y
ustedesGij
U, árbolesBomen
Masten que meMe
Mij sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer familiaresBloedverwanten
Eenvoudig
Eenvoudige
Familiaar
Familiare
Familie-
Familieleden
Gemeen
Gemeenzaam
Gemeenzame
Gemene
Gemoedelijk
Gemoedelijke
Huiselijk
Huiselijke
Vertrouwd
Vertrouwde
Vertrouwelijk
Vertrouwelijke
Verwanten
Zonder plichtplegingen! PeroDoch
Echter
Maar ustedesGij
U, ustedesGij
U seguiránZij/ze zullen aanblijven
Zij/ze zullen bewandelen
Zij/ze zullen bijhouden
Zij/ze zullen doorgaan
Zij/ze zullen opvolgen
Zij/ze zullen volgen
Zij/ze zullen voortvloeien
Zij/ze zullen voortzetten igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort.
NingunaGeen enkel
Geen enkele hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst se marchitaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kwijnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdorren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verflensen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verkleuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verleppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verwelken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verzwakken porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl nosotrasOns
We
Wij nos vayamosWij/we gaan af
Wij/we gaan weg
Wij/we vertrekken
Wij/we verwijderen ons, ningunaGeen enkel
Geen enkele ramaAfdeling
Branche
Tak dejará deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stoppen met
agitarseWuiven aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank podamosLaten we kunnen
Laten we mogen
Wij kunnen
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeiden
Wij/we snoeien mirarlasAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, seguiránZij/ze zullen aanblijven
Zij/ze zullen bewandelen
Zij/ze zullen bijhouden
Zij/ze zullen doorgaan
Zij/ze zullen opvolgen
Zij/ze zullen volgen
Zij/ze zullen voortvloeien
Zij/ze zullen voortzetten igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort, inconscientesBewusteloos
Bewusteloze
Onbewust
Onbewuste del placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin o
la penaBedroefdheid
Cartageense
Droefheid
Smart
Treurigheid
Verdriet que ocasionanZij/ze beleggen
Zij/ze berokkenen
Zij/ze brengen teweeg
Zij/ze doen aan
Zij/ze houden
Zij/ze richten aan
Zij/ze schrijven uit
Zij/ze stichten
Zij/ze veroorzaken eEn insensiblesGevoelloos
Gevoelloze
Ongevoelig
Ongevoelige a cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook cambioAfwisselen
Afwisseling
Beursnotering
Denatureren
Ik denatureer
Ik kenter
Ik ruil
Ik varieer
Ik verander
Ik verkeer
Ik vermaak
Ik vervang
Ik werk
Ik wissel
Ik wissel af
Kenteren
Koers
Notering
Overgang
Prijsnotering
Ruilen
Variatie
Variëren
Variëteit
Veranderen
Verandering
Verkeren
Vermaken
Werken
Wisselen
Wisselgeld en aquellosDie
Diegene que caminanZij/ze lopen
Zij/ze schrijden
Zij/ze stappen
Zij/ze treden
Zij/ze wandelen bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware susHaar
Hun
Uw
Zijn
sombrasAfspiegelingen
Lommers
Schaduwbeelden
Schaduwen
Schimmen
Silhouetten
Zwemen. Y, ¿quiénWie quedaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afspreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in een
bepaalde toestand raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal passen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich bevinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal overblijven paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! gozarlosGenieten
Genieten van
Zich verheugen in
Zich verlustigen in?
CAPITULOIk capituleer
Ik geef me over VIIk bekeek
Ik keek
Ik zag
La primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde del viajeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reist
Ik reis
Reis
Reist u!
Reizen
Tocht
Toer
Trip
Vlucht transcurrióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstreek en medio deIn het midden van
Medio
Midden
Middenin
Te midden van un ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer melancólicoMelancholiek
Melancholieke que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht
resultarBlijken
Resulteren
Uitkomen
Uitvallen
Volgen
Voortkomen
Voortspruiten
Voortvloeien
Worden
Zich vertonen sinoDoch
Echter
Maar tediosoVervelend y desagradableOnaangenaam
Onaangename. PeroDoch
Echter
Maar a medida queNaarmate se aproximabanZij/ze naderden
Zij/ze waren in aantocht a suHaar
Hun
Uw
Zijn destinoBestemming
Fortuin
Ik bestem
Ik daag voor het
gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Levenslot
Lot
Lotsbestemming
Noodlot
Voorland, el
interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente en la aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen de la regiónGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin habríanZij/ze zouden hebben
Zij/ze zouden zijn de vivirLeven
Wonen se sobrepuso aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerste zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood het hoofd
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatste zich boven suHaar
Hun
Uw
Zijn
decaimiento, y la vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht del ValleDal
Valle
Vallei Barton a medida queNaarmate entrabanZij/ze gingen binnen
Zij/ze gingen in
Zij/ze gingen naar binnen
Zij/ze kwamen binnen
Zij/ze kwamen in
Zij/ze liepen binnen
Zij/ze reden binnen
Zij/ze reden in en élDaaraan
Erin las fueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Was llenandoAanvullend
Bijwerkend
Completerend
Dempend
Invullend
Spekkend
Stoppend
Vol makend
Voleindend
Volmakend
Volschenkend
Vullend de
alegríaBlijdschap
Blijheid
Verheugenis
Verheuging
Vreugde. EraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was una comarcaGebied
Gewest
Landstreek
Regio
Streek agradableAangenaam
Aangename
Aantrekkelijk
Aantrekkelijke
Behaaglijk
Behaaglijke
Bekoorlijk
Bekoorlijke
Comfortabel
Comfortabele
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Genoeglijk
Genoeglijke
Geriefelijk
Geriefelijke
Gerieflijk
Gerieflijke
Heerlijk
Heerlijke
Plezierig
Plezierige
Prettig
Prettige
Smaakvol
Smaakvolle
Tof
Toffe
Welbehaaglijk
Welbehaaglijke
Welgevallig
Welgevallige, fértilVruchtbaar
Vruchtbare, conDoor
Met
Per
Samen met grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime bosquesBossen
Wouden y ricaFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Heerlijk
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende en pastizalesBeemden
Weidegronden
Weiden
Weides
Weien
Weilanden. TrasAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
un recorridoAfgelegd
Afgelopen
Afleggen
Aflopen
Bereisd
Bereizen
Doorgaan
Doorgegaan
Doorgereisd
Doorgetrokken
Doorreizen
Doortrekken
Gegaan door
Koers
Reis
Rondgereisd
Rondreizen
Route
Tracé
Traject de másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus de una millaMijl, llegaronZij/ze arriveerden
Zij/ze brachten door
Zij/ze gaven aan
Zij/ze kwamen aan
Zij/ze landden aan
Zij/ze reikten aan
Zij/ze verdreven a suHaar
Hun
Uw
Zijn propiaEigen casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!. En el frenteFront
Frontlinie
Gevel
Voorhoofd
Voorkant
Voorzijde, un pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
jardínGaard
Gaarde
Hof
Tuin verdeGroen
Groene constituíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormde
Ik maakte uit
Ik stelde samen
Ik vormde la totalidadCompleetheid
Geheel
Gezamenlijk bedrag
Heelheid
Totaliteit
Volheid
Volkomenheid
Volslagenheid de susHaar
Hun
Uw
Zijn dominios, alNaar de
Naar het que una pulcra portezuelaAutodeur
Portier de rejasAfrasteringen
Afsluitingen
Barrières
Heiningen
Hekken
Roosters
Traliehekken
Versperringen
lesHen
Hun
U permitióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belette niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedoogde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze permitteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergunde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorloofde la entradaBinnengaan
Binnengegaan
Binnengekomen
Binnengelopen
Binnengereden
Entree
Entrée
Ingang
Ingegaan
Ingekomen
Ingereden
Inham
Intrede
Klein voorafje
Naar binnen gegaan
Repliek
Toegang
Voorgerecht.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |