RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
 voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!
:


Torta de limónCitroentaart

Preparación:
PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid
conDoor
Met
Per
Samen met
65 g de margarinaMargarine batidaDoorgeroerd
Drijfjacht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjacht
Omgeroerd
conDoor
Met
Per
Samen met
11
Een
/22
Twee
tazaBeker
Kop
Kopje
de azúcarSuiker. AgregarBijmengen
Toevoegen
11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel
de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
, 22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
, 11
Een
tazaBeker
Kop
Kopje
de harina leudanteZelfrijzend bakmeel y pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
lecheMelk paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
unirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen
. ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren
una tarteraEen taartvorm enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. PincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y hornearlaHet bakken.
Crema de limón: hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
en una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan
100100
Honderd
g de maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
200200
Tweehonderd
g de azúcarSuiker, 22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel
de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
y 11
Een
/22
Twee
litroLiter de lecheMelk. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!
retirar del fuegoVan het vuur halen, batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
enérgicamenteKrachtig hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
lograrBehalen
Bereiken
Doorkomen
Erin slagen
Inhalen
Klaarspelen
Reiken tot
Slagen
Slagen in
Slagen voor
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
lisaDiklipharder
Effen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Goudharder
Grootkopharder
Harder
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zeewolf
Zonder moeilijkheden
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
6060
Zestig
g de mantecaReuzel
Spek
y 33
Drie
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
. Por últimoTenslotte, el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus
coladoGefilterd
Gefilterde
Gefiltreerd
Gezeefd
Gezeefde
de 22
Twee
limonesCitroenbladen
Citroenen
Limoenen
(100100
Honderd
cc). RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
conDoor
Met
Per
Samen met
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
, enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
merengueMeringue
Schuimgebak
Schuimpje
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
conDoor
Met
Per
Samen met
33
Drie
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y 66
Zes
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker. DorarAanbraden
Doreren
en hornoKachel
Oven
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Limón