RehogarSauteren
Smoren (in vet)

FreírBakken
Braden
Frituren
Fruiten los alimentosDe alimentatie
De kosten
De levensmiddelen
De levensmiddels
De voedingen
De voedingsmiddelen
De voeren en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan o cacerolaBraadpan
Degenkrab
Kasserol
Kastrol
Pan
Sauspan
Steelpan a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius) hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven un puntoEen gegeven
Een mespunt
Een oog
Een punt
Een spikkel
Een stip
Een tricot de ternuraGevoeligheid
Malsheid
Murwheid
Tederheid
Weekheid
Zachtheid y saborSmaak. SofreírFruiten un alimentoEen kost
Een levensmiddel
Een onderhoud
Een voeder
Een voeding
Een voedingsmiddel
Een voedsel
Een voer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius) y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!, para queOpdat
Zodat loDe
Hem
Het
U penetrenBegrijpt u!
Bevat u!
Doordringt u!
Doorgrondt u!
Doortrekt u!
Doorziet u!
Dringt u binnen!
Dringt u door tot
 het diepst van de ziel!
Dringt u door tot
 op merg en been!
Dringt u door!
Dringt u in!
Is u vinnig!
Trekt u door!
Ziet u door!
Zij/ze begrijpen
Zij/ze bevatten
Zij/ze doordringen
Zij/ze doorgronden
Zij/ze doortrekken
Zij/ze doorzien
Zij/ze dringen binnen
Zij/ze dringen door
Zij/ze dringen door tot
 het diepst van de ziel
Zij/ze dringen door tot
 op merg en been
Zij/ze dringen in
Zij/ze trekken door
Zij/ze zien door
Zij/ze zijn vinnig la mantecaDe reuzel o aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één ingredientesBestanddelen
Ingrediënten conDoor
Met
Per
Samen met que se condimentaMen kruidt. TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken sobre elOp de
Op het fuegoVuur, en cazuelaBraadpan
Eenpansgerecht
Kasserol
Lage kookpot
Ovenschotel
Steelpan, paella, o sarténBraadpan
Koekenpan
Pan, un determinadoBepaald
Bepalend
Bepalende
Beslist
Besliste
Gedetermineerd
Nauwkeurig bepaald
Overtuigd
Overtuigde
Vastberaden ingredienteBestanddeel
Ingrediënt, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! añadirleAan hem toevoegen despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens los demásDe anderen ingredientesBestanddelen
Ingrediënten que señalaBepaal!
Duid aan!
Duid uit!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt opmerkzaam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze signaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Maak opmerkzaam!
Merk op!
Signaleer!
Spreid tentoon!
Toon!
Vertoon!
Wijs aan!
Wijs uit!
Wijs! la recetaHet recept. El rehogarSauteren
Smoren (in vet) noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank se puedeMen kan confundirBeschamen
Overtuigen
Verlegen maken
Vermengen
Vernietigen
Verslaan
Verwarren
Verwisselen conDoor
Met
Per
Samen met saltearSauteren un determinadoBepaald
Bepalend
Bepalende
Beslist
Besliste
Gedetermineerd
Nauwkeurig bepaald
Overtuigd
Overtuigde
Vastberaden ingrediente -Bestanddeel
Ingrediënt riñonesKaneelappels
Nieren
Niertjes
Suikerappels o champiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons- comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals se indicaMen aangeeft en algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige tratadosAangesproken
Bejegend
Beredeneerd
Betiteld
Gehandeld
Gehandeld over
Gehanteerd
Gepoogd
Geprobeerd
Getracht
Handel gedreven
In handen gehad
In orde gemaakt
Omgaan met
Omgegaan met
Overeenkomsten
Traktaten
Uiteengezet
Uitgemaakt
Uitgescholden
Verdragen
Verhandelingen
Verzorgd de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven. El saltearSauteren suponeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderstelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veronderstelt una operaciónEen bewerking
Een ingreep
Een operatie
Een opereren másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus complejaComplex
Complexe
Samengesteld
Samengestelde puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende se necesita(Hij) heeft nodig
Behoef!
Ben toe aan!
Heb nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoef! una ciertaGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere maestríaMeesterschap o "mañaAragonese
Bekwaamheid
Bosje
Handigheid
Handvol
Slinkse streek". AlgunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige personasMensen
Personages
Personen, hacen(Zij) maken
Zij/ze bedrijven
Zij/ze brengen uit
Zij/ze doen
Zij/ze maken
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten uit
Zij/ze voeren uit una pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne distinciónBespeuren
Distinctie
Gedistingeerdheid
Onderkennen
Onderscheid
Onderscheiden
Onderscheiding
Ontwaren
Uitblinken
Verschil
Voornaamheid entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen rehogarSauteren
Smoren (in vet) y pocharSauteren
Smoren (in vet): RehogarSauteren
Smoren (in vet) consistiría enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou berusten op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bestaan uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gegrond zijn
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou het gevolg
 zijn van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liggen aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opgesloten zijn
 in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou steunen op
Ik zou berusten op
Ik zou bestaan uit
Ik zou gegrond zijn
 op
Ik zou het gevolg
 zijn van
Ik zou liggen aan
Ik zou opgesloten zijn
 in
Ik zou steunen op dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van los alimentosDe alimentatie
De kosten
De levensmiddelen
De levensmiddels
De voedingen
De voedingsmiddelen
De voeren menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten, "hechosAangemaakt
Acties
Bedreven
Daden
Feiten
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handelingen
Prestaties
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichtingen
Werkingen
Zetten", mientras queTerwijl pocharSauteren
Smoren (in vet), sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn llevarAanhebben
Berekenen
Brengen
Dragen
In rekening brengen
Medebrengen
Meebrengen
Meenemen
Ophebben
Vervoeren
Voorhebben
Wegbrengen la suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele cocciónBakken
Koken hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el finalDe beëindiging
De voleinding
Het besluit
Het eind
Het einde
Het end "másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus hechosAangemaakt
Acties
Bedreven
Daden
Feiten
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handelingen
Prestaties
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichtingen
Werkingen
Zetten". OtrasAnder
Andere
Nog één personasMensen
Personages
Personen hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn matizadoGenuanceerd
Geschakeerd
Getint másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus estaDeze
Dit diferenciaBen het oneens!
Differentieer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze differentieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het oneens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt verschil tussen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verandert
Maak verschil tussen!
Onderscheid
Onderscheid!
Verander!
Verschil diciendoOpgevend
Sprekend
Zeggend que rehogarSauteren
Smoren (in vet) consiste enBen gegrond op!
Ben het gevolg van!
Ben opgesloten in!
Berust op!
Besta uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berust op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gegrond op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het gevolg
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is opgesloten in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steunt op
Lig aan!
Steun op! reblandecer la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus exteriorAan de buitenkant
Buiten-
Buitenkant
Buitenste
Buitenzijde
Extern
Externe
Uiterlijk
Uiterlijke
Uitwendig
Uitwendige del alimentoIk voed
Kost
Levensmiddel
Onderhoud
Voeder
Voeding
Voedingsmiddel
Voedsel
Voer, dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van el interiorDe binnenkant
De boezem
De schoot
Het binnenland
Het binnenste
Het interieur másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus crudoAardolie
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige o crujienteKrokant
Krokante; mientras queTerwijl pocharSauteren
Smoren (in vet) consistiría enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou berusten op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou bestaan uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gegrond zijn
 op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou het gevolg
 zijn van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liggen aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opgesloten zijn
 in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou steunen op
Ik zou berusten op
Ik zou bestaan uit
Ik zou gegrond zijn
 op
Ik zou het gevolg
 zijn van
Ik zou liggen aan
Ik zou opgesloten zijn
 in
Ik zou steunen op reblandecer todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el alimentoDe kost
De voeding
Het levensmiddel
Het onderhoud
Het voeder
Het voedingsmiddel
Het voedsel
Het voer


De los siguientes palabras hay una foto:
Agua