EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
PiernaBeen
Bout
Onderbeen
Poot
Schenkel
Schenkelvlees en adoboAanmaken
Bereiden
Blanketsel
Ik bereid
Ik bereid toe
Ik bereid voor
Ik leg in
Ik looi
Ik maak aan
Ik maak in
Ik marineer
Ik taan
Inleggen
Inmaken
Leerlooien
Looien
Make-up
Marinade
Marineren
Pekel
Schmink
Tanen
Toebereiden
Voorbereiden
Ingredientes:11
Een pierna de puercoVarkenspoot de 66
Zes o 77
Zeven kg.
66
Zes chiles anchosEs un chile seco de color rojo oscuro, de sabor poco picante; se puede usar cocido o crudo, tostado y sin semillas. En el mole constituye uno de los principales condimentos.
¼ tazaBeker
Kop
Kopje de vinagreAzijn
Edik
11
Een tazaBeker
Kop
Kopje de vino blancoWitte wijn
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
66
Zes dientes de ajoKnoflookteentjes
66
Zes clavosDraadnagels
Kruidnagelbomen
Kruidnagels
Nagelen
Nagels
Spijkers
22
Twee cucharadas soperasEetlepels
Soeplepels de mantecaReuzel
Spek
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper
Preparación:
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees y secarlaDroog het. LicuarVloeibaar maken los ajosDe loken, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y los clavosDe draadnagels
De kruidnagelbomen
De kruidnagelen
De kruidnagels
De nagelen
De nagels
De spijkers conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper y conDoor
Met
Per
Samen met 33
Drie/44
Vier de tazaBeker
Kop
Kopje de vino blancoWitte wijn. ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan; hacerleDoen
Laten
Maken incisionesInsnijdingen y bañarlaBaad het conDoor
Met
Per
Samen met la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn y especiasKruiden
Kruiderijen
Specerijen. DejarlaHen laten
Laten reposarLaten rusten
Rusten tapadaBedekt
Bedekte
Belegd
Dichtgemaakt
Gedekt
Gedicht
Gestopt
Toegedekt
Toegestopt
Verstopt
Volgestopt duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la nocheDe avond
De nacht en un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
TostarBraden
Branden
Brood roosteren
Bruinen
Roosteren, desvenarOntnerven y remojarWeken los chilesDe cayennepepers
De chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De spaanse pepers
De tabascopepers. LicuarlosVloeibaar maken conDoor
Met
Per
Samen met el aguaHet water en queWaarin se remojóMen weekte y el vinagreDe azijn
De edik. InyectarInjecteren
Inspuiten la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees en variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende lugaresAanleidingen
Dorpen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Ruimten
Ruimtes
Zetels conDoor
Met
Per
Samen met ¼ de tazaBeker
Kop
Kopje de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn. EmbadurnarlaHet insmeren conDoor
Met
Per
Samen met el chileDe cayennepeper
De chilipeper
De lombok
De paprika
De pepperoni
De spaanse peper
De tabasco
De tabascopeper molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen y untarlaBesmeren
Insmeren
Nat maken conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de mantecaReuzel
Spek.
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug la charola de hornearDe bakplaat
Het bakblik, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees y cubrirlaBedek het conDoor
Met
Per
Samen met papel aluminioAlufolie. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren el sobranteOvergebleven
Overgeblevene
Rest de salsa de chileChilisaus conDoor
Met
Per
Samen met el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin reposó(Het) rustte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet rusten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rustte la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees. MientrasTerwijl se horneaMen bakt a fuego medioMatig vuur, bañarlaBaad het de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd conDoor
Met
Per
Samen met esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind jugoBraadjus
Dipsaus
Jus
Sap
Saus
Vleessaus, levantandoAanwervend
Beurend
Heffend
Neerzettend
Ophalend
Opheffend
Opkokend
Oprichtend
Opslaand
Optillend
Tillend
Verheffend
Vestigend el papel aluminioHet alufolie y volviendo a taparWeer bedekken.
Tarda(Het) duurt
Blijf achter!
Blijf lang weg!
Blijf na!
Doe lang over iets!
Draal!
Duur!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Laat
Late
Talm!
Treuzel!
Vergevorderd
Vergevorderde aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat 66
Zes horasTijden
Uren en cocerBakken
Koken (una horaEen tijd
Een uur por Kg.) puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende tiene que quedar(Er) moet (over)blijven suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele y perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken.
De los siguientes palabras hay una foto:
Cebolla Especias Pimienta
PiernaBeen
Bout
Onderbeen
Poot
Schenkel
Schenkelvlees en puercoVarken
Vuil
Vuile
Zwijn en pulqueAgavewijn
Pulque
Ingredientes:11
Een/22
Twee piezaBonk
Brok
Damschijf
Eindje
Homp
Kamer
Muntstuk
Muziekstuk
Schaakstuk
Stuk
Stukje
Toneelstuk
Vertrek
Vis
Werktuig
Wild de pierna de puercoVarkenspoot conDoor
Met
Per
Samen met huesoBeen
Bot
Graat
Kern
Knok
Pit
Schonk de 22
Twee kilosKilo's
Kilogrammen, redondeadaAfgerond
Afgeronde
Rondgemaakt conDoor
Met
Per
Samen met una capa de grasaEen vetlaag de 11
Een centímetroCentimeter
Cm
Cm..
22
Twee tazasBekers
Kopjes
Koppen de jerezJerez
Sherry secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af.
11
Een/22
Twee tazaBeker
Kop
Kopje de pulqueAgavewijn
Pulque.
11
Een/22
Twee cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
1515
Vijftien hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer.
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
33
Drie granos de pimientaPeperkorrels gorda molidaGrof gemalen.
33
Drie clavos de olorKruidnagels molidosGekweld
Gemalen
Vermalen.
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de anísAnijs
Anijszaad
Groene anijs
Nieszaad
Wilde pimpernel molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen.
11
Een tazaBeker
Kop
Kopje de azúcarSuiker.
Preparación:
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen el jerezDe sherry conDoor
Met
Per
Samen met el pulqueDe agavewijn
De pulque, la salHet zout, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad, el tomilloDe echte tijm
De keukentijm
De thijm
De tijm
De wintertijm, la pimientaDe peper, los clavosDe draadnagels
De kruidnagelbomen
De kruidnagelen
De kruidnagels
De nagelen
De nagels
De spijkers y el anísDe anijs
De groene anijs
De wilde pimpernel
Het anijszaad
Het nieszaad. AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees de puercoVarken
Vuil
Vuile
Zwijn eEn una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan o recipienteBak
Kom
Pot
Pul
Schaal
Vaas
Vat paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hornoKachel
Oven. BañarBaden
Dompelen
In bad doen
Overgieten
Wassen conDoor
Met
Per
Samen met la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zijn cubiertaAangezuiverd
Band
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Briefomslag
Buitenband
Couvert
Dak
Dek
Donker
Donkere
Enveloppe
Gedekt
Reep
Scheepsdek
Somber
Sombere
Strip
Strook
Toegedekt
Verdek
Windsel (si fuera necesarioIndien nodig agregarBijmengen
Toevoegen un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!).
HornearBakken a 200200
Tweehonderd gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen centígradosCentesimaal
Centesimale
Honderddelig
Honderddelige por tres3
Drie horasTijden
Uren, aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat. SalsearMet saus begieten duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la cocciónHet bakken
Het koken conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn propio líquidoEigen sap, hasta queTot
Totdat se consumaOpraakt. RetirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen. EspolvorearBepoederen
Bestrooien conDoor
Met
Per
Samen met el azúcarDe suiker. QuemarAfbranden
Branden
Verbranden
Verschroeien la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure conDoor
Met
Per
Samen met una planchaEen bord
Een bout
Een plaat
Een plak
Een plank
Een strijkbout
Een strijkijzer
Een tablet o un comal calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!. RebanarDwars doorsnijden
In sneden, plakken of
schijfjes snijden y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude o calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Anís Comal Granos de pimienta Laurel Tomillo
Pierna de puercoVarkenspoot asadaGebraden
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde
IngredientesBestanddelenIngrediënten: (ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 88
Acht a 1010
Tien racionesAandelen
Delen
Jij/je rantsoeneert
Jij/je verdeelt in porties
Porties
Rantsoenen
Taksen)
11
Een pierna de puercoVarkenspoot de unasVan zo´n 66
Zes librasJij/je bevrijdt
Ponden.
11
Een cabeza de ajoConjunto de las partes o dientes que forman el bulbo de la planta..
11
Een/44
Vier de tazaBeker
Kop
Kopje de jugo de naranjaSinaasappelsap agriaWrang
Wrange
Zure
Zuur.
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein.
22
Twee cucharaditasTheelepeltjes de cominoDjintan
Djinten
Komijn
Witte komijn.
11
Een/22
Twee cucharaditaTheelepeltje de pimientaPeper.
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
11
Een lb. de cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien.
Preparación:
LimpieHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik veeg af
Ik wrijf op
Ik zuiver
Loutert u!
Maakt u schoon!
Poetst u!
Reinig
Reinigt u!
Snoeit u!
Veegt u af!
Wrijft u op!
Zuivert u! la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees de puercoVarken
Vuil
Vuile
Zwijn y perfórelaPerforeer het en variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes conDoor
Met
Per
Samen met la puntaDe neus
De piek
De spits
De tip
De top
Het landhoofd
Het topje de un cuchilloEen mes. MachaqueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stampt fijn
Ik stamp
Ik stamp fijn
Stampt u fijn!
Stampt u!
Verpletter los ajosDe loken, agregueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik voeg toe
Voeg toe
Voegt u toe! la salHet zout, el oréganoDe oregano
De wilde majoraan
De wilde marjolein, el cominoDe djintan
De djinten
De komijn
De witte komijn, la pimientaDe peper y el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus de naranjasAppelsienen
Oranjeappelen
Oranjeappels
Oranjes
Sinaasappelen
Sinaasappels agriasWrang
Wrange
Zure
Zuur. UnteBesmeer
Besmeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt nat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Ik besmeer
Ik maak nat
Ik smeer
Ik smeer aan
Ik smeer door
Ik smeer in
Maakt u nat!
Smeert u aan!
Smeert u door!
Smeert u in!
Smeert u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart la piernaDe bout
De poot
De schenkel
Het been
Het onderbeen
Het schenkelvlees conDoor
Met
Per
Samen met esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind mojoIk bet
Ik bevochtig
Ik dep
Ik dompel in
Ik doop in
Ik maak nat
Ik sop
Mojo. CúbralaBedek het conDoor
Met
Per
Samen met las cebollasDe ajuinen
De bloembollen
De uien cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en ruedasJij/je draait
Jij/je filmt
Jij/je neemt op
Jij/je rijdt
Jij/je rolt
Raderen
Wielen y déjelaLaat reposarLaten rusten
Rusten doce12
Twaalf horasTijden
Uren por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste. HornéelaDoe het in de
oven a 325 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen F. duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens cuatro4
Vier horasTijden
Uren aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals utilizaBenut!
Gebruik
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benut
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt te baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt aan
Neem te baat!
Neem waar!
Pas toe!
Wend aan! termómetroThermometer
Warmtemeter de asadosBraadstukken
Gebraden
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Voorzien
Wachten
Wachten op a que ésteDeze
Dit marque(Het) geeft aan
Brandmerkt u!
Draait u!
Duidt u aan!
Geeft u aan!
Geeft u een teken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandmerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft een teken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kenmerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kruist aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze markeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Ik brandmerk
Ik draai
Ik duid aan
Ik geef aan
Ik geef een teken
Ik kenmerk
Ik kruis aan
Ik markeer
Ik merk
Ik teken
Ik wijs aan
Kenmerkt u!
Kruist u aan!
Markeert u!
Merkt u!
Tekent u!
Wijst u aan! 185 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen F.
De los siguientes palabras hay una foto:
Naranja Orégano Pimienta