RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
 voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!
:


CremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
de espinacasSpinazie
Spinazies



Ingredientes:
700700
Zevenhonderd
grs. de espinacasSpinazie
Spinazies
.
11
Een
huevoEi.
8080
Tachtig
gr. de mantequillaBoter
Roomboter
.
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de harinaBloem
Meel
.
Una tacitaBekertje
Kopje
de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
(puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
ser deBehoren
Behoren tot
Komen uit
Toebehoren
pastillaBlokje
Pastille
Pil
Tablet
)
Queso ralladoGeraspte kaas.
PicatostesCroutons.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
.

Preparación:
Se lavanMen wast
Zij/ze wassen zich
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
las espinacasDe spinazie (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
congeladasBevroren
Diepgevroren
Ingevroren
, a la ollaDe bak
De doos
De emmer
De fles
De kan
De kist
De koker
De kookpan
De kookpot
De korf
De kruik
De pan
De pot
De soepketel
De urn
De zak
Het etui
Het foedraal
Het krat
directamenteDirect
Rechtaan
Rechtstreeks
Regelrecht
)
y se hiervenMen kookt en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak
, peroDoch
Echter
Maar
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
, que vayan(Zij) gaan
Begeeft u zich!
Gaat u!
Kart u!
Loopt u van stapel!
Loopt u!
Rijdt u!
Vaart u!
Verloopt u!
Zij/ze begeven zich
Zij/ze gaan
Zij/ze karren
Zij/ze lopen
Zij/ze lopen van stapel
Zij/ze rijden
Zij/ze varen
Zij/ze verlopen
soltandoLoslatend
Losmakend
la queDat
Die
Wie
Zij die
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
traen(Zij) dragen
Zij/ze brengen
Zij/ze brengen aan
Zij/ze brengen mee
Zij/ze dragen aan
Zij/ze nemen mee
.
EscurrirlasLaat ze uitdruipen y pasarlasHaal ze
Passeren
por pasapurésPureerzeef
Pureerzeven
Pureestamper
Zeef (om puree te
 maken)
Zeven (om puree te
 maken)
.
Se fundenMen smelt 5050
Vijftig
grs. de mantequillaBoter
Roomboter
en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan
, se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
la harinaDe bloem
Het meel
y, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
éstaDeze
Dit
empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan!
a dorarseBruin worden, se le incorporaMen voegt toe el puréDe brij
De pap
De puree
de espinacasSpinazie
Spinazies
removiendoRoerend
Verwijderend
constantementeBestendig
Constant
Positief
Volhardend
Voortdurend
Zeker
.
Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
espesarBinden
Dikker maken
Verdikken
ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
y se le añadeMen voegt er aan
 toe
Men voegt eraan toe
el queso ralladoDe geraspte kaas y la tazaDe beker
De kop
Het kopje
de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1010
Tien
minutosMinuten a fuegoVuur muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga af
Ik ga naar beneden
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
.
En una tacitaBekertje
Kopje
se deshace(Het) valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Vervloeit
la yemaDe bot
De eidooier
De knop
Het uitspruitsel
del huevoEi conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la mantequillaDe boter
De roomboter
fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
y se vierteMen giet en la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
de espinacasSpinazie
Spinazies
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
dejar deOphouden met
Stoppen met
removerRoeren
Verwijderen
.
Se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
 om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
conDoor
Met
Per
Samen met
los picatostesDe croutons por encimaBovendien
Er bovenop
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Pasapurés