PlatoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs de la cocinaDe keuken
De kookgelegenheid
De oven
Het fornuis balearBeschieten que se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men conDoor
Met
Per
Samen met berenjenasAubergines
Eierplanten, pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes, patataAardappel
Pieper, tomateTomaat
Tomaatplant, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look y aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!.
EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Patata Pimientos Pimientos Tomate Tomate Verde
Tumbet mallorquin
Ingredientes:11
Een Kg de patatasAardappelen
Aardappels
Piepers
33
Drie calabacinesCourgettes
Zucchini's
33
Drie berenjenasAubergines
Eierplanten
33
Drie o 44
Vier pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes
11
Een/22
Twee kg de tomatesTomaatplanten
Tomaten rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
11
Een/22
Twee kg de boqueronesAnsjovis
Ansjovissen o sardinitaSardientje pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
Preparación:
El tumbet se puedeMen kan hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren conDoor
Met
Per
Samen met carneVlees o pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht (cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook tipoDrukletter
Soort
Type) peroDoch
Echter
Maar miMi
Mijn favoritaFavoriet esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats conDoor
Met
Per
Samen met boqueroncitosAnsjovisjes pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
Se pelanMen schilt las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers y se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere. Se fríenBakt men en abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y se reservanMen zet weg.
Se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften los calabacinesDe courgettes
De zucchini's tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven (se puedenMen kan pelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals el gustoDe lust
De smaak
Het genoegen de cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen o segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals loDe
Hem
Het
U tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte que seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn los calabacinesDe courgettes
De zucchini's. YoEgo
Ik los peloBeharing
Haar
Haardos
Ik jas
Ik pel
Ik pel af
Ik schil siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend) y se fríenBakt men tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan encima deAan
Boven op
Bovenop
Op las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers (comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken) Se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften las berenjenasDe aubergines
De eierplanten a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y sin pelarIn de schil
Ongepeld
Ongeschild y se dejanMen laat
Zij/ze geven zich over
Zij/ze verwaarlozen zich
Zij/ze wijden zich aan
iets
Zij/ze worden terneergeslagen conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout para queOpdat
Zodat sueltenLaat u los!
Loslaten
Maakt u los!
Zij/ze laten los
Zij/ze maken los el aguaHet water en un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens se fríenBakt men tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook y se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan encima deAan
Boven op
Bovenop
Op las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers y los calabacinesDe courgettes
De zucchini's. Se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y se fríenBakt men. Se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan encima deAan
Boven op
Bovenop
Op todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle lo demásHet overige. Se limpianMen maakt schoon los pescaditosVisjes, se lesHen
Hun
U quitaBeroof!
Doe af!
Doe uit!
Geef op!
Geef prijs!
Haal af!
Haal weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Krijg uit!
Laat weg!
Neem af!
Neem weg!
Ris!
Rits!
Trek af!
Trek uit!
Verwijder
Verwijder!
Zet af! la cabezaDe kop
Het hoofd y la tripaDe pens siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime, y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se dejanMen laat
Zij/ze geven zich over
Zij/ze verwaarlozen zich
Zij/ze wijden zich aan
iets
Zij/ze worden terneergeslagen enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige, se salanMen zout, se enharinanMen brengt meel aan
Men wentelt in meel y se fríenBakt men en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!. CuandoAls
Tijdens
Wanneer estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! fritosGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan encima deAan
Boven op
Bovenop
Op las verdurasDe groenten
De groentes. Se escaldanMen blancheert los tomatesDe tomaatplanten
De tomaten y se pelanMen schilt, se les quitanMen verwijdert bij hen las semillasDe bronnen
De korrels
De oorsprongen
De oorzaken
De pitten
De zaadjes
De zaadkorrels
De zaden y se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften a daditosDobbelsteentjes. Se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden a freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten en la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve sarténBraadpan
Koekenpan
Pan quitandoAfdoend
Afhalend
Afnemend
Aftrekkend
Afzettend
Berovend
Eraf halend
Opgevend
Prijsgevend
Rissend
Ritsend
Uitdoend
Uitkrijgend
Uittrekkend
Verwijderend
Weghalend
Weglatend
Wegnemend el excesoDe buitensporigheid
De overdaad
De uitspatting
De/het uitwas
Het exces de grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger, se sofríeMen fruit a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius), se sazonaMen brengt op smaak y cuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge se vierteMen giet por encima deAan
Boven
Over todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle lo anteriorHet voorgaande...... y BON PROFIT!!!!!!
De los siguientes palabras hay una foto:
Boqueroncito Pimientos Pimientos Rojo Verde
Tumbet
Ingredientes:PatatasAardappelen
Aardappels
Piepers
berenjenasAubergines
Eierplanten
pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers
tomatesTomaatplanten
Tomaten
ajosLoken
laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer.
Preparación:
Se pelanMen schilt las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers y se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften a rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere, se salanMen zout y se fríenBakt men. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan en una bandejaEen bakblik
Een bakplaat
Een blad
Een dienblad
Een presenteerblad
Een schenkblad
Een theeblad. ConDoor
Met
Per
Samen met el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige, se van tratandoGaat men behandelen el restoDe rest
De stomp
De stronk de las verdurasDe groenten
De groentes. Las berenjenasDe aubergines
De eierplanten, cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven (sentidoAangevoeld
Besef
Betekenis
Bewustzijn
Bezinning
Gemerkt
Gevoeld
Gewaargeworden
Portee
Significantie
Zin
Zintuig redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde), sazonadasGeassaisoneerd
Gekruid
Gekruide
Goed gekruid
Op smaak gebracht conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook se fríenBakt men y se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden encima deAan
Boven op
Bovenop
Op las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers. Los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers, troceadosIn stukjes gesneden
In stukken gesneden a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei, el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve tratoBehandeling
Bejegenen
Beredeneren
Betitelen
Handelen
Handelwijze
Hanteren
Ik bejegen
Ik beredeneer
Ik betitel
Ik drijf handel
Ik ga om met
Ik handel
Ik handel over
Ik hanteer
Ik heb in handen
Ik maak in orde
Ik maak uit
Ik omga met
Ik poog
Ik probeer
Ik scheld uit
Ik spreek aan
Ik tracht
Ik verzorg
Ik zet uiteen
Omgang
Pogen
Proberen
Trachten
Uiteenzetten
Uitmaken
Uitschelden
Verzorgen. AlNaar de
Naar het terminarAfhandelen
Aflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el aceiteDe olie
De olijfolie de la bandejaDe bakplaat
Het bakblik
Het blad
Het dienblad
Het presenteerblad
Het schenkblad
Het theeblad esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats excesivoOvercompleet
Overcomplete
Overdadig
Overdreven
Overmatig, escurrirloLaat het uitdruipen. Los tomatesDe tomaatplanten
De tomaten, peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde, cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd, se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich conDoor
Met
Per
Samen met unos cuantosEnige ajosLoken y conDoor
Met
Per
Samen met el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad y se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men una salsaEen braadjus
Een dipsaus
Een jus
Een jus (lichte, bruine)
Een salsamuziek
Een saus
Een sop, sazonadaGeassaisoneerd
Gekruid
Gekruide
Goed gekruid
Op smaak gebracht conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) hasta queTot
Totdat se espeseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt dik. EstaDeze
Dit salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop se vierteMen giet encima deAan
Boven op
Bovenop
Op la bandejaDe bakplaat
Het bakblik
Het blad
Het dienblad
Het presenteerblad
Het schenkblad
Het theeblad que contenía(Het) bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwong
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behelsde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beteugelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betoomde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevatte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield in toom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toomde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervatte
Ik bedwong
Ik behelsde
Ik beteugelde
Ik betoomde
Ik bevatte
Ik hield
Ik hield af
Ik hield in
Ik hield in toom
Ik hield weg
Ik impliceerde
Ik onthield
Ik onttrok
Ik toomde in
Ik vervatte los pisosDe appartementen
De etages
De flats
De verdiepingen
De vloeren del restoIk haal af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Rest
Stomp
Stronk. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu conDoor
Met
Per
Samen met chuletasKarbonaden
Karbonades
Koteletten
Ribben
Ribstukken
Spiekbrieven de corderoLam
Lam van god
Lamsvlees fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit. Y un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn de Binisalem.
De los siguientes palabras hay una foto:
Laurel Pimientos Pimientos