EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
- Carne picada en lonchas de ternera
- Sopa de verduras
- Plato con despojos de carne
- Yakimeshi japonés (arroz con verduras)
- Albóndigas con nueces
- Albondigón con tomate de la abuela
- Calabacines y patatas con carne
- Pastel de carne
- Lasaña a la siciliana
- Patatas con carne picada
- Calamares a la paqui
- Champiñones gratinados
- Kepis
Carne picada en lonchas de terneraBlinde vinken
Ingredientes:44
Vier lonchasPlakken de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf (opcionalmenteNaar keuze escalopesEscalopes
Schnitzels de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn) o bistecBief
Bieflap
Biefstuk (de unosVan zo´n 6060
Zestig gramosGrammen cada unaElk)
22
Twee rebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën de panBrood
Mik
Pan
lecheMelk
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
una pizcaEen kleine beetje
Een snufje de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala
6060
Zestig gramosGrammen de carne picadaGehakt
11
Een huevoEi
44
Vier lonchasPlakken de tocinoSpek magroMager
Mager (van vlees)
Magere o beiconBacon
Palillos de cóctelCocktailprikkers o hilo de algodónKatoendraad
11
Een cucharillaLepeltje
Theelepeltje de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
migas de panBroodkruimels
Panure
mantequillaBoter
Roomboter o margarinaMargarine
Preparación:
DesmigarKruimelen
Verbrokkelen
Verkruimelen el panDe mik
Het brood y ponerlo a remojoLaten weken en la lecheDe melk hasta queTot
Totdat se ablande(Hij) week wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zacht
Ik maak zacht
Maakt u zacht!. MachacarloStamp het fijn conDoor
Met
Per
Samen met un tenedorEen dol
Een vork hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta homogéneaGelijksoortig
Gelijksoortige
Homogeen
Homogene. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la salHet zout, la nuez moscadaDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat
De pala y la carne picadaHet gehakt. FormarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren consistenteDicht
Dichte
Stevig
Stevige. SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen la claraHet eiwit del huevoEi. UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes lonchaPlak de carneVlees conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de clara de huevoEiwit, cubrirlaBedek het bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart conDoor
Met
Per
Samen met la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje de la carne picadaHet gehakt, y envolverloOmwikkel het a continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende en una lonchaEen plak de tocinoSpek que se fijaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt zich op
Men bevestigt con un palilloMet een tandenstoker de cóctelCocktail o un hilo de algodónEen katoendraad. EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen el restoDe rest
De stomp
De stronk de la claraHet eiwit del huevoEi, la yemaDe bot
De eidooier
De knop
Het uitspruitsel y el aceiteDe olie
De olijfolie en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs hondoDiep
Diepe y mezclarloMengen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. EspolvorearBepoederen
Bestrooien unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n migasGerecht van brood, worst
etc.
Jij/je verkruimelt
Kruimels
Migas en un trozoEen bonk
Een brok
Een eindje
Een filet
Een homp
Een moot
Een plak
Een schijf
Een snede
Een snee
Een sneetje
Een stuk
Een stukje de papelPapier
Rol especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el hornoDe kachel
De oven. PasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan los rollosDe gezeuren
De rolladen
De rollades
De rollen
De toestanden de carneVlees por el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem y las migasDe kruimels
De migas
Het gerecht van brood,
worst etc.. DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de mantequillaBoter
Roomboter o margarinaMargarine en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan. CuandoAls
Tijdens
Wanneer la mantequillaDe boter
De roomboter esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten los rollosDe gezeuren
De rolladen
De rollades
De rollen
De toestanden en la sarténIn de pan gebakken y dorarlosAanbruinen. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!. TaparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van que se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 2020
Twintig minutosMinuten (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is utilizadoAangewend
Benut
Gebruikt
Te baat genomen
Toegepast
Waargenomen bistecBief
Bieflap
Biefstuk una horaEen tijd
Een uur). EliminarAfschaffen
Elimineren
Opdoeken
Uitmaken
Uitschakelen
Uitsluiten
Verwijderen
Wegdoen
Wegwerken con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig el hiloHet garen o los palillosDe geelwortelen
De geelwortels
De tandenstokers. UtilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen el líquidoDe vloeistof
Het netto bedrag restanteOvergebleven
Overig
Overige
Verder
Verdere de la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn conDoor
Met
Per
Samen met patatasAardappelen
Aardappels
Piepers y verdurasGroenten
Groentes cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cada Cada Nuez moscada
Sopa de verdurasGroentesoep
Soep van verse groenten
RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een receptvoor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor! de HolandaHolland
Nederland.
Ingredientes:
200200
Tweehonderd gramosGrammen de carne de vacaRundvlees paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
11
Een huesoBeen
Bot
Graat
Kern
Knok
Pit
Schonk paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! sopaSoep de unosVan zo´n 400400
Vierhonderd gramosGrammen
11
Een 11
Een/44
Vier litroLiter de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
11
Een/22
Twee cebollaAjuin
Bloembol
Ui
33
Drie zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
44
Vier ramitasTakjes de apioBladselderij
Bleekselder
Bleekselderij
Eppe
Groene selderij
Juffrouwmerk
Knolselderij
Selder
Selderie
Selderiezaad
Selderij
Selderijzaad
Snijselderij
Struikselderij
Wilde selderie
Wilde selderij
Witte selderij
44
Vier ramitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
11
Een trocitoStukje de macísFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
44
Vier granos de pimientaPeperkorrels
2525
Vijfentwintig gramosGrammen de arrozRijst (facultativoNaar keuze)
200200
Tweehonderd gramosGrammen de verdurasGroenten
Groentes variadasAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt (coliflorBloemkool, zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels, puerrosOerpreien
Preien, judías verdesSperziebonen, guisantesDoperwten
Erwten)
5050
Vijftig gramosGrammen de carne picadaGehakt
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de cebollinoBieslook
Fijn bieslook
Grof bieslook
Grove bieslook
Japanse bladui
Japanse bosui
Pijplook
Schaluun
Snijlook
Stengelajuin
Stengelui
Stengellook paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la guarniciónDe bezetting
De garnering
Het beslag
Het garnizoen
Het stelletje
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n ramitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la guarniciónDe bezetting
De garnering
Het beslag
Het garnizoen
Het stelletje
Preparación:
HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden el aguaHet water conDoor
Met
Per
Samen met la carneHet vlees, el huesoDe graat
De kern
De knok
De schonk
Het been
Het bot, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels lavadasAfgewassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Uitgewassen y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd, las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten de apioBladselderij
Bleekselder
Bleekselderij
Eppe
Groene selderij
Juffrouwmerk
Knolselderij
Selder
Selderie
Selderiezaad
Selderij
Selderijzaad
Snijselderij
Struikselderij
Wilde selderie
Wilde selderij
Witte selderij y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie, el macísDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat y los granos de pimientaDe peperkorrels y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout. CocerBakken
Koken la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n dos2
Do's
Twee
Tweede horasTijden
Uren y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!. ColarFiltreren
Zeven el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat y hacerloDoen
Laten
Maken hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden nuevamenteAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer. TrocearIn stukken snijden la carne de vacaHet rundvlees y agregarlaToevoegen
Voeg hem toe
Voeg het toe alNaar de
Naar het caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat. OpcionalmenteNaar keuze añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el arrozDe rijst y continuarAanhouden
Doorgaan
Verder gaan
Verder gaan met
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten la cocciónHet bakken
Het koken a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens un cuarto de horaEen kwartier. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las verdurasDe groenten
De groentes lavadasAfgewassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Uitgewassen y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd a la sopaDe soep. SalpimentarMet zout en peper
kruiden la carne picadaHet gehakt, formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen albóndigasBitterballen
Gehaktballetjes
Vleesballetjes pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne (de 11
Een 11
Een/22
Twee cmCentimeter
Cm
Cm. de diámetroDiameter
Middellijn) y añadirlasVoeg ze toe a la sopaDe soep. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 1010
Tien minutosMinuten hasta queTot
Totdat estén hechasKlaar zijn. SalpimentarMet zout en peper
kruiden y opcionalmenteNaar keuze utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen pastillas de caldoBouillonblokjes. Antes deAlvorens te
Voor servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn, espolvorearBepoederen
Bestrooien la sopaDe soep conDoor
Met
Per
Samen met el cebollinoDe japanse bladui
De japanse bosui
De pijplook
De schaluun
De snijlook
De stengelajuin
De stengelui
De stengellook
De/het fijn bieslook
De/het grof bieslook
De/het grove bieslook y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Apio Apio Arroz Cebolla Cebollino Cebollino Coliflor Granos de pimienta Macís Perejil Pimienta
Plato con despojos de carneBalkenbrij
Ingredientes:EsteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs se comíaAt men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze at op
Men at tradicionalmenteTraditioneel
Vanouds duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la temporadaHet jaargetij
Het jaargetijde
Het seizoen de la matanzaDe slachting
Het afslachten
Het doden
Het doodmaken
Het ombrengen
Het slachten del ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen. Se conoceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bekend
Men kent
Men kent het sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk en las provinciasDe gewesten
De gouwen
De provincies
De provinciën de GüeldrésGelderland
Gelderlander, Brabante del NorteNoord-brabant y LimburgoLimburg.
11
Een kiloKilo
Kilogram de despojosResten de carneVlees o carne picadaGehakt
11
Een 11
Een/22
Twee litroLiter de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
55
Vijf dl de sangreAderlaat u!
Bloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aderlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik aderlaat
Ik bloed
Ik tap bloed af
Tapt u bloed af!
11
Een cucharillaLepeltje
Theelepeltje de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
300300
Driehonderd gramosGrammen de harina de trigoTarwemeel alforfónBoekweit
11
Een 11
Een/22
Twee cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de una mezcla de especiasEen kruidenmengsel (nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala, pimientaPeper, clavoDraadnagel
Ik sla in
Kruidnagel
Kruidnagelboom
Nagel
Spijker, macis, laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer y tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm)
Por cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes 44
Vier trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken de balkenbrij: 3030
Dertig gramosGrammen de mantequillaBoter
Roomboter
Preparación:
HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden los despojosDe resten o la carne picadaHet gehakt en el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat hasta queTot
Totdat estén hechosKlaar zijn (unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 2020
Twintig minutosMinuten). SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn despojosResten de carneVlees, picarlosCortar cualquier alimento finamente de diferentes formas. Dar repetidos golpes con el machete, piedra o cuchillo hasta reducir el alimento a un picadillo. en una trituradoraEen blender
Een mixer. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren los despojosDe resten o la carne picadaHet gehakt conDoor
Met
Per
Samen met el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat y la sangreHet bloed. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van que hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la harina de alforfónHet boekweitmeel, la salHet zout y la mezcla de especiasHet kruidenmengsel. HervirloKoken sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejar deOphouden met
Stoppen met removerRoeren
Verwijderen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik! que se desprendaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt afvallig del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste de la ollaDe bak
De doos
De emmer
De fles
De kan
De kist
De koker
De kookpan
De kookpot
De korf
De kruik
De pan
De pot
De soepketel
De urn
De zak
Het etui
Het foedraal
Het krat. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el balkenbrij en platosBorden
Etenswaren
Gangen
Gerechten
Schalen
Schotels
Spijzen o cuencosKommen
Witte waterlelie mojadosBevochtigd
Gebet
Gedept
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Nat
Nat gemaakt
Natte y dejarloHen laten
Laten reposarLaten rusten
Rusten unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n 24 horasEtmaal para queOpdat
Zodat se endurezcaHet stevig wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt hard.
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren el balkenbrij en trozosIn stukken de 11
Een centímetroCentimeter
Cm
Cm.. CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen la mantequillaDe boter
De roomboter en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan y dorarlosAanbruinen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs en el almuerzoDe lunch
Het lunchen o en la cenaHet avondeten
Het avondmaal
Het diner
Het dineren
Het eten
Het souper
Het souperen, conDoor
Met
Per
Samen met tocino con manzanas o col lombardaRode kool
Rodekool.
De los siguientes palabras hay una foto:
Alforfón Cada Cada Clavo Laurel Nuez moscada Pimienta Tomillo
Yakimeshi japonésJapanner
Japans
Japanse
Japanse taal (arrozRijst conDoor
Met
Per
Samen met verdurasGroenten
Groentes)
Ingredientes:
5050
Vijftig gr. de tocinoSpek finamenteFijn
Keurig picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
Un huevoEen ei batidoDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshake
Omgeroerd (claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere y yemaBot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel)
Dos2
Do's
Twee
Tweede dientes de ajoKnoflookteentjes machacadosFijngestampt
Fijngestampte
Gestampt
Verpletterd
Verpletterde
100100
Honderd gramosGrammen de carne picadaGehakt (cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn o terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf)
Una cebollaEen ajuin
Een bloembol
Een ui finamenteFijn
Keurig picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
Una cucharaditaEen theelepeltje de aceite de olivaOlijfolie,
Una zanahoriaEen peen
Een wortel picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
Una cucharaditaEen theelepeltje de jengibreDjahé
Gember
Gemberwortel molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen,
Tres3
Drie tazasBekers
Kopjes
Koppen de arrozRijst (gohan japonésJapanner
Japans
Japanse
Japanse taal) previamente cocidoVooraf gekookt fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
Salsa de sojaKetjap
Shoyu
Sojasaus
Dos2
Do's
Twee
Tweede cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper
Preparación:
Se fríeBakt men
Men bakt el tocinoSpek y cuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde se le agreganMen voegt eraan toe los huevosDe eier
De eieren y se revuelvenMen roert (como siAlsof fueran(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren huevosEieren conDoor
Met
Per
Samen met tocinoSpek revueltosGeroerd
Omeletten
Omgeroerd
Onzeker
Onzekere). Se sacaMen haalt eruit
Men haalt uit el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem y tocinoSpek. En la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve sarténBraadpan
Koekenpan
Pan aprovechandoBatend
Benuttend
Gebruik makend
Gebruik makend van
Gebruikend
Helpend
Profiterend
Van nut zijnd la grasitaVet del tocinoSpek, se agregaMen voegt toe la carne picadaHet gehakt y se sazonaMen brengt op smaak conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimientaPeper y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens se incorporaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in dienst
Men toevoegt
Men voegt toe la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y se rehogaMen verwarmt weer un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes. Se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd una cucharaditaEen theelepeltje de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, los huevosDe eier
De eieren conDoor
Met
Per
Samen met tocinoSpek y las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels y se sigueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Men gaat door rehogandoSauterend
Smorend (in vet)
Weer opwarmend un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus y se incorporaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in dienst
Men toevoegt
Men voegt toe el jengibreDe djahé
De gember
De gemberwortel En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd el arroz blancoDe witte rijst. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens las verdurasDe groenten
De groentes y carneVlees previamenteEerst
Vooraf fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit, se sazonaMen brengt op smaak conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper. Se fríeBakt men
Men bakt un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus y se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten. En la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve cacerolaBraadpan
Degenkrab
Kasserol
Kastrol
Pan
Sauspan
Steelpan se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men un huecoEen gat
Een hol
Een holte
Een kuil
Een opening
Een put
Een uitholling en el arrozDe rijst (moviéndoloRoerend todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle a los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten y dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van un huecoEen gat
Een hol
Een holte
Een kuil
Een opening
Een put
Een uitholling en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden) allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds se agregaMen voegt toe un chorritoEen scheutje de salsa de sojaKetjap
Shoyu
Sojasaus para queOpdat
Zodat se quemeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt zich, despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens se tapaMen bedekt el huecoDe holte
De kuil
De opening
De put
De uitholling
Het gat conDoor
Met
Per
Samen met el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve arrozRijst y se revuelveMen roert. Por últimoTenslotte se agregaMen voegt toe el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander, se rehogaMen verwarmt weer un ratoEen poos
Een poosje
Een tijdje
Eventjes másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus y se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Arroz Jengibre Jengibre Pimienta
AlbóndigasBitterballen
Gehaktballetjes
Vleesballetjes conDoor
Met
Per
Samen met nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
Ingredientes:
33
Drie/44
Vier carne picadaGehakt
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de aceite de olivaOlijfolie
100100
Honderd grs. de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde y picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
11
Een vasitoGlaasje de lecheMelk
migaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkruimelt
Kruimel
Verkruimel!
Zacht deel van het
brood de pan integral
11
Een huevo batidoGeklopt ei
ralladuraGeraspte snippers y zumoSap
Vruchtensap de 11
Een limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
pimientaPeper
mantequillaBoter
Roomboter
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de harinaBloem
Meel
11
Een/44
Vier litroLiter de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
Preparación:
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen el aceiteDe olie
De olijfolie, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten y sofreírFruiten a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 55
Vijf min., removiendoRoerend
Verwijderend de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten, escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen y reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten el aceiteDe olie
De olijfolie.
PasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten a un cuencoEen kom grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la lecheDe melk, el panDe mik
Het brood, aplastarUitrollen (van deeg) todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren hasta queTot
Totdat se absorba(Het) absorbeert
Absorbeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze absorbeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt een bedrijf
over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in beslag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resorbeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slorpt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slurpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slurpt op
Ik absorbeer
Ik neem een bedrijf
over
Ik neem in beslag
Ik neem op
Ik resorbeer
Ik slorp op
Ik slurp
Ik slurp op
Neemt u een bedrijf
over!
Neemt u in beslag!
Neemt u op!
Resorbeert u!
Slorpt u op!
Slurpt u op!
Slurpt u! la lecheDe melk.
Añadir aToevoegen aan esta mezclaDit mengsel, la carne picadaHet gehakt, el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem, la ralladura de limónDe citroenrasp y el zumoHet vruchtensap. RevolverOmroeren
Roeren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren bolitasBolletjes conDoor
Met
Per
Samen met esta mezclaDit mengsel y pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat por la harinaDe bloem
Het meel (mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever enharinarIn meel verpakken
Met meel bestrooien las manosDe handen eEn irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend las bolitasDe bolletjes).
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken la mantequillaDe boter
De roomboter en un cazoEen sauspan, espolvorearBepoederen
Bestrooien de harinaBloem
Meel y revolverOmroeren
Roeren, a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius), unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 22
Twee minutosMinuten, hasta queTot
Totdat hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! tomadoAangenomen
Aangepakt
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de colorKleur.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
(85 graden celsius) koken, revolviendoOmroerend
Roerend constantementeBestendig
Constant
Positief
Volhardend
Voortdurend
Zeker hasta queTot
Totdat hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! espesadoDik geworden
Dikker gemaakt
Gebonden
Verdikt y esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen las albóndigasDe bitterballen
De gehaktballetjes
De vleesballetjes a estaDeze
Dit salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van que hiervan(Zij) koken
Borrelt u!
Is u op het
kookpunt!
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!
Zij/ze borrelen
Zij/ze koken
Zij/ze sudderen
Zij/ze zieden
Zij/ze zijn op het
kookpunt.
LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo bajarAfdalen
Afgaan
Afslaan
Afstappen
Aftrekken
Dalen
Korten
Korting geven
Naar beneden gaan
Neerlaten
Uitstappen
Verlagen
Verzakken
Wegzakken
Zakken
Zinken el fuegoHet vuur y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 4040
Veertig min. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la nataDe room
De slagroom
Het puikje líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere y calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle.
RectificarAssaisoner
Door herhaalde destillatie zuiveren
Gelijkrichten
Op smaak brengen de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout si fuera necesarioIndien nodig.
De los siguientes palabras hay una foto:
Haya Limón Nuez Pimienta
AlbondigónGrote gehaktbal con tomateIn tomatensaus de la abuelaDe grootmoeder
De oma
Ingredientes:
11
Een Kg. de carne picadaGehakt (½ de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn ½ de polloKip
Kippenvlees
Kuiken)
11
Een cucharaditaTheelepeltje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
22
Twee pizcasJij/je plukt
Jij/je plukt af
Jij/je raapt op
Jij/je tokkelt
Snufjes de sal gordaGrof zout
44
Vier ajosLoken muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
pimientaPeper (33
Drie espolvoreosPoeders)
33
Drie huevosEieren
33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de pan ralladoPaneermeel
11
Een chorritoScheutje de vino blancoWitte wijn
harinaBloem
Meel (soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! embadurnarInsmeren la carneHet vlees)
11
Een Kg. de tomate fritoTomatensaus (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop)
Preparación:
HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten que alNaar de
Naar het carniceroSlachter
Slager
Vleeshouwer noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank le importa(Hij) vindt van belang picarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen la carneHet vlees a la vezTegelijk que el ajoDe/het knoflook y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie (queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever), sinoDoch
Echter
Maar loDe
Hem
Het
U hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit en casaIn huis
Thuis juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het restoIk haal af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Rest
Stomp
Stronk de los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten, el pan ralladoHet paneermeel se añadiráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aansluiten
Men zal toevoegen al finalTenslotte, espolvoreandoBepoederend
Bestrooiend
Poederend y moviendoBewegend
Roerend
Verroerend la carneHet vlees paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ligarloBinden
Liëren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, estoDeze
Dit sirveBaat!
Bedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! amalgamarVermengen la carneHet vlees y que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se quedeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer blanduchaZeer week, por lo tantoDaarom
Derhalve
Dus
Ergo
Ook weer
Toch
Toch wel
Zodoende se haráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal worden
Men zal maken al gustoNaar smaak del consumidorConsument
Gebruiker
Verbruiker. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank encontremosLaten we aantreffen
Laten we bevinden
Laten we ontmoeten
Laten we tegemoet treden
Laten we tegenkomen
Laten we treffen
Laten we vinden
Wij treffen aan
Wij/we bevinden
Wij/we komen tegen
Wij/we ontmoeten
Wij/we treden tegemoet
Wij/we treffen
Wij/we treffen aan
Wij/we vinden restosResten
Stompen
Stronken de panBrood
Mik
Pan, haremosWij zullen maken
Wij/we zullen aanmaken
Wij/we zullen bedrijven
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen maken
Wij/we zullen uitbrengen
Wij/we zullen uitrichten
Wij/we zullen uitvoeren tres3
Drie pelotasBallen
Pelotas
Speelballen más o menosMeer of minder
Ongeveer igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort, las embadurnamosWij besmeren
Wij/we smeerden in
Wij/we smeren in conDoor
Met
Per
Samen met harinaBloem
Meel y las freímosWij bakken
Wij/we bakken
Wij/we bakten
Wij/we braadden
Wij/we braden
Wij/we frituren
Wij/we frituurden
Wij/we fruiten
Wij/we fruitten a 7070
Zeventigº en la freidoraDe friteuse hasta queTot
Totdat se doren(Zij) worden bruin
Zij/ze worden bruin.
En una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin quepan(Zij) passen
Behoort u iemand toe!
Bevat u!
Heeft u plaats!
Heeft u toegang!
Is u mogelijk!
Is u natuurlijk!
Komt u iemand toe!
Laat u toe!
Neemt u aan!
Omvat u!
Ontvangt u!
Past u!
Valt u te beurt!
Valt u ten deel!
Zij/ze behoren iemand toe
Zij/ze bevatten
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze hebben toegang
Zij/ze komen iemand toe
Zij/ze laten toe
Zij/ze nemen aan
Zij/ze omvatten
Zij/ze ontvangen
Zij/ze passen
Zij/ze vallen te beurt
Zij/ze vallen ten deel
Zij/ze zijn mogelijk
Zij/ze zijn natuurlijk justitas, pondremosWij/we zullen aan de
praat krijgen
Wij/we zullen aandoen
Wij/we zullen aantrekken
Wij/we zullen aanzetten
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen inschakelen
Wij/we zullen leggen
Wij/we zullen neerleggen
Wij/we zullen neerzetten
Wij/we zullen op gang
brengen
Wij/we zullen opbrengen
Wij/we zullen opleggen
Wij/we zullen plaatsen
Wij/we zullen steken
Wij/we zullen stellen
Wij/we zullen stoppen
Wij/we zullen vlijen
Wij/we zullen zetten
Zullen wij doen el tomate fritoDe tomatensaus, un chorritoEen scheutje de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn, para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer espesoDicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Ik bind
Ik maak dikker
Ik verdik, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y los albondigonesGrote gehaktballen, hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden en la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens una horaEen tijd
Een uur aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat; hacerlos rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn conDoor
Met
Per
Samen met el tomateDe tomaat
De tomaatplant por encimaBovendien
Er bovenop.
Las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers a loDe
Hem
Het
U pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele lo acompañan(Zij) gaan er bij muy bienBest
Heel goed
Prima.
NOTAAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!: unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's de tabascoCayennepeper
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper o unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n granos de pimientaPeperkorrels en la salsa de tomateDe ketchup
De tomatensaus leHaar
Hem
Het
U aumentará(Het) zal toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangroeien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanwakkeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal groeien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal sterker worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vergroten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verhogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vermeerderen el saborDe smaak.
De los siguientes palabras hay una foto:
Granos de pimienta Perejil Pimienta Pollo Tabasco
CalabacinesCourgettes
Zucchini's y patatasAardappelen
Aardappels
Piepers conDoor
Met
Per
Samen met carneVlees
Ingredientes:
250 grs carne picadaGehakt
11
Een calabacínCourgette
Zucchini
22
Twee patatasAardappelen
Aardappels
Piepers
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
11
Een vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat vino blancoWitte wijn
11
Een diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook
aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y azafránSaffraan
Saffraankrokus
Preparación:
En una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan conDoor
Met
Per
Samen met aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! pochamosWij pocheren la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y el ajoDe/het knoflook picaditos. AñadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe la carne picadaHet gehakt. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd la carneHet vlees, incorporamosWij nemen op
Wij/we bouwden in
Wij/we bouwen in
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe el calabacínDe courgette
De zucchini y las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers troceadasIn stukjes gesneden
In stukken gesneden. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el vinoDe wijn. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen conDoor
Met
Per
Samen met el azafránDe saffraankrokus, rectificarAssaisoner
Door herhaalde destillatie zuiveren
Gelijkrichten
Op smaak brengen de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y cocerBakken
Koken a fuego medioMatig vuur.
De los siguientes palabras hay una foto:
Azafrán Calabacín Calabacín Cebolla
Pastel de carneVleesbrood
Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg:
una tacitaBekertje
Kopje de vino blancoWitte wijn
una tacitaBekertje
Kopje de aceite de olivaOlijfolie
la harina que admitaZoveel meel als het
kan opnemen y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Para el rellenoVoor de vulling:
350 gramosGrammen carne picadaGehakt (al gustoNaar smaak)
dos2
Do's
Twee
Tweede pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers rojosBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
500500
Vijfhonderd gramosGrammen de tomateTomaat
Tomaatplant
Preparación:
Se fríeBakt men
Men bakt la carne picadaHet gehakt y se le añadenMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers cortadosAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd a trocitosStukjes y los tomatesDe tomaatplanten
De tomaten ralladosGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte. CuandoAls
Tijdens
Wanneer estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan encima deAan
Boven op
Bovenop
Op la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg y se le echaMen gooit erbij oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein. En el hornoDe kachel
De oven entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen 3030
Dertig y 4040
Veertig minutosMinuten. HornoKachel
Oven fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware, y vigilarloBewaken (sobre todoBovenal
Hoofdzakelijk
In het bijzonder
Inzonderheid
Vooral
Voornamelijk conDoor
Met
Per
Samen met estosDeze
Dezen nuevosNieuw
Nieuwe hornosKachels
Ovens que tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast ventiladorVentilator
Wan dentroBinnen
Daarbinnen
Erin, las temperaturasDe temperaturen y tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn menoresJonger
Jongere
Jongeren
Jongsten
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minste)
De los siguientes palabras hay una foto:
Orégano Pimientos Pimientos Rojo Tomate Tomate
LasañaLasagne a la sicilianaOp siciliaanse wijze
Ingredientes:
HojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de lasañaLasagne
500500
Vijfhonderd a 10001000
Duizend gr. de carne picadaGehakt de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
tomateTomaat
Tomaatplant de boteBlik
Bokaal
Boot
Bus
Dompelt u in!
Doopt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dompelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doopt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sopt
Ik dompel in
Ik doop in
Ik smijt eruit
Ik sop
Pot
Schuit
Sloep
Smijt u eruit!
Sopt u! o frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse de freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala
guisantesDoperwten
Erwten los queWie
Zij die quierasJij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt
albahacaBasilicum
Baziel
Bazielkruid
Koningskruid unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n hojitasBlaadjes, dependeBen afhankelijk!
Dat hangt er van
af
Dat hangt ervan af
Hang af!
Het hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Maak deel uit! siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere saborSmaak o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
jamón cocidoJamón York. (tipoDrukletter
Soort
Type YorkGekookte ham
York
Yorkham)
33
Drie mozzarellaMozarella
Mozzarella
huevo duroHard gekookt ei
Hardgekookt ei
Hardgekookte ei
queso parmesanoParmezaanse kaas.
Preparación:
RagoutRagout:
FreírBakken
Braden
Frituren
Fruiten en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y cuandoAls
Tijdens
Wanneer esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat fritaGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit agregarleToevoegen
Voeg hem toe la carneHet vlees, la salHet zout y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat fritaGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit agregarBijmengen
Toevoegen el tomateDe tomaat
De tomaatplant trituradoFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt o ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens los guisantesDe doperwten
De erwten y cuandoAls
Tijdens
Wanneer esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius), apartarAfhouden
Afscheiden
Afzonderen
Onthouden
Onttrekken
Opzij schuiven
Scheiden
Schiften
Weghalen
Weghouden
Wegzetten y echarleEraan toevoegen la albahacaDe baziel
Het basilicum
Het bazielkruid
Het koningskruid.
ConfecciónAanmaak
Aanmaken
Bereiden
Confectie
Fabricage
Fabricatie
Gedoe
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Vervaardiging
Voorbereiden de la lasañaDe lasagne:
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren la fuenteDe bron
De fontein
De schaal
De schotel
De welput
Het bekken
Het opdienbord, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de ragoutRagout, encimaBovendien
Er bovenop una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak de láminasBladen
Folies
Lamellen
Mesjes
Plaatjes
Plakjes de lasañaLasagne y otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer ragoutRagout.
Encima deAan
Boven op
Bovenop
Op esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind ragoutRagout, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten trocitosStukjes de jamón cocidoJamón York., de huevo duroHard gekookt ei
Hardgekookt ei
Hardgekookte ei, y rodajitasSchijfjes de mozzarellaMozarella
Mozzarella, otraAnder
Andere
Nog een
Nog één de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig sucesivamenteAchtereen
Achtereenvolgens
Na elkaar
Successievelijk hasta queTot
Totdat se acabeHet raakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af, terminandoAfhandelend
Aflopend
Afmakend
Afsluitend
Besluitend
Beëindigend
Eindigend
Uitmakend
Voleindigend por el ragoutDe ragout, que además deBehalve
Benevens
Buiten
Naast
Ongerekend la mozzarellaDe mozarella
De mozzarella y del jamónHam se espolvoreaMen bestrooit conDoor
Met
Per
Samen met queso parmesanoParmezaanse kaas.
AclaraciónBeduiden
Explicatie
Ophelderen
Opheldering
Rekenschap
Toelichten
Toelichting
Uitduiding
Uiteenzetten
Uiteenzetting
Uitleg
Uitleggen
Uitlegging
Verduidelijking
Verhelderen
Verheldering
Verklaren
Verklaring: la mozzarela tiene que serMoet zijn la italianaDe italiaanse la de florBloei
Bloem
Bloesem de lecheMelk, la blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte de bolitasBolletjes o barraBaar
Bezemt u!
Breekijzer
Duitse komma
Forward slash
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt schoon
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Koevoet
Paal
Pijp
Reep
Rek
Rekstok
Roede
Schacht
Schrap
Schuine streep
Slash
Spijl
Stang
Stokbrood
Veegt u aan!
Veegt u op!
Veegt u schoon!
Veegt u! y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la holandesaDe hollandse de barraBaar
Bezemt u!
Breekijzer
Duitse komma
Forward slash
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt schoon
Ik bezem
Ik veeg
Ik veeg aan
Ik veeg op
Ik veeg schoon
Koevoet
Paal
Pijp
Reep
Rek
Rekstok
Roede
Schacht
Schrap
Schuine streep
Slash
Spijl
Stang
Stokbrood
Veegt u aan!
Veegt u op!
Veegt u schoon!
Veegt u! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat amarillaGeel
Gele que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische.
AunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al el quesoDe kaas mozzarellaMozarella
Mozzarella AuténticoAuthentiek
Authentieke
Echt
Echte
Oorspronkelijk es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit leche de búfalaBuffelmelk, nosotrosOns
We
Wij loDe
Hem
Het
U usamosWij gebruiken
Wij/we benutten
Wij/we beschikken over
Wij/we beschikten over
Wij/we disponeerden
Wij/we disponeren
Wij/we gebruiken
Wij/we gebruikten
Wij/we wendden aan
Wij/we wenden aan de vacaKoe
Rund, a simple vistaOp het eerste gezicht noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se distinguenZij onderscheiden zich
Zij/ze blinken uit
Zij/ze onderscheiden zich peroDoch
Echter
Maar síJa
Jawel
Wel
Zich en el saborDe smaak.
De los siguientes palabras hay una foto:
Albahaca Amarillo Cebolla Nuez moscada Oliva Tomate Tomate
PatatasAardappelen
Aardappels
Piepers conDoor
Met
Per
Samen met carne picadaGehakt
Ingredientes:
11
Een Kg. de patatasAardappelen
Aardappels
Piepers
½ Kg. de carne picadaGehakt (11
Een/44
Vier de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn y ¼ de polloKip
Kippenvlees
Kuiken)
vino blancoWitte wijn
ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look (66
Zes dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes a rodajitasSchijfjes)
11
Een cucharaditaTheelepeltje rasaAfgestreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt af
Strijk af! de pimentónLombok
Paprika
Paprikapoeder
Spaanse peper
pimientaPeper
11
Een cucharaditaTheelepeltje colmadaOvergelopen
Overlopen
Overtroffen
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Vol
Volle de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
Se pelanMen schilt las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tortillaGevulde omelet
Omelet
Spaanse omelet
Struif
Tortilla (a rodajitasSchijfjes noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere) se fríenBakt men (peroDoch
Echter
Maar que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn crujientesKrokant
Krokante).
MientrasTerwijl en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan freiremosWij/we zullen bakken
Wij/we zullen braden
Wij/we zullen frituren
Wij/we zullen fruiten
Zullen wij bakken los ajosDe loken añadiremosWij/we zullen aanbrengen
Wij/we zullen bijdoen
Wij/we zullen bijleggen
Wij/we zullen bijmengen
Wij/we zullen bijvoegen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toevoegen
Zullen wij toevoegen la carneHet vlees, la salHet zout, la pimientaDe peper, el pimentónDe lombok
De paprika
De spaanse peper y el oréganoDe oregano
De wilde majoraan
De wilde marjolein, cuandoAls
Tijdens
Wanneer la carneHet vlees esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd leHaar
Hem
Het
U vertemosWij gieten
Wij/we gieten
Wij/we gieten in
Wij/we plengen
Wij/we schenken
Wij/we schenken in
Wij/we storten
Wij/we strooien
Wij/we vergieten un chorreónScheut de vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn y a todo estoDit alles las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds fritasGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit, leHaar
Hem
Het
U daremos vueltasWij/we zullen omdraaien
Wij/we zullen omkeren
Wij/we zullen ons omkeren
Wij/we zullen ronddraaien hasta queTot
Totdat esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart unidoAaneengevoegd
Samengebracht
Verbonden
Verenigd y listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge!
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Orégano Pimentón Pimienta Pollo
CalamaresInktvisringen
Inktvissen
Pijlinktvissen a la paqui
Ingredientes:
CalamaresInktvisringen
Inktvissen
Pijlinktvissen (debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn chiquititos, tipoDrukletter
Soort
Type chipirónPijlinktvis (jong) terciadoAls bemiddelaar opgetreden
Als derde man aan
iemands zijde gestaan
Bemiddeld
Dwars aangedaan
Dwars gelegd
Dwars omgedaan
Fluwelen
Gelijkelijk verdeeld
In drieën verdeeld
Tussenbeide gekomen
Voltallig gemaakt
Voor de derde keer
bewerkt) 11
Een kg ó 11
Een 11
Een/4Kg
Carne picadaGehakt de terneraKalf
Kalfsvlees
Rundvlees (soms kalfsvlees)
Vrouwelijk kalf 11
Een/22
Twee Kg
22
Twee HuevosEieren cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten
AjoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
Pimienta negraZwarte peper
TomateTomaat
Tomaatplant
CebollaAjuin
Bloembol
Ui
Vino blancoWitte wijn
Pan ralladoPaneermeel (poquitoBeetje)
22
Twee huevosEieren
Preparación:
Se limpianMen maakt schoon los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen y se cortanMen snijdt
Men snijdt ze
Zij/ze laten knippen
Zij/ze schiften las patasDe poten
De voeten. Se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta conDoor
Met
Per
Samen met los huevosDe eier
De eieren cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten, la carneHet vlees y las patasDe poten
De voeten, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y suHaar
Hun
Uw
Zijn salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout. Se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd 22
Twee huevosEieren y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de pan ralladoPaneermeel (33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels) y se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg. EstaDeze
Dit masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta se introduceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluipt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft zich toegang
Men voert in, con pacienciaGeduldig
Lijdzaam y cucharitaLepeltje
Theelepel chicaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisje en el calamarDe inktvis
De pijlinktvis Se lesHen
Hun
U pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer un palilloEen bosvogelmelk
Een e-100
Een geelwortel
Een kurkuma
Een tandenstoker paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! cerrarlos. Se enharinanMen brengt meel aan
Men wentelt in meel y se fríenBakt men (22
Twee vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank salten(Zij) springen
Barst u!
Doet u een sprong!
Ontploft u!
Schiet u te binnen!
Schiet u uit!
Slaat u over!
Springt u in de
lucht!
Springt u in het
oog!
Springt u los!
Springt u op!
Springt u open!
Springt u van een
hoogte!
Springt u!
Spuit u op!
Vaart u uit!
Valt u uit!
Zij/ze barsten
Zij/ze doen een sprong
Zij/ze ontploffen
Zij/ze schieten te binnen
Zij/ze schieten uit
Zij/ze slaan over
Zij/ze springen
Zij/ze springen in de
lucht
Zij/ze springen in het
oog
Zij/ze springen los
Zij/ze springen op
Zij/ze springen open
Zij/ze springen van een
hoogte
Zij/ze spuiten op
Zij/ze vallen uit
Zij/ze varen uit)
En el aceiteDe olie
De olijfolie en queWaarin hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un sofritoEen baksel de cebollaAjuin
Bloembol
Ui (22
Twee gordasDik
Dikke
Vet
Vette
Vettig
Vettige) y tomateTomaat
Tomaatplant (22
Twee). Se le tuestaMen roostert harinaBloem
Meel alNaar de
Naar het sofritoBaksel
Gefruit y se pasa porMen haalt door la batidoraDe blender
De mixer. Se le añadeMen voegt er aan
toe
Men voegt eraan toe aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y se uneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt zich
Men verenigt a los calamaresDe inktvisringen
De inktvissen
De pijlinktvissen que tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds vino blancoWitte wijn, laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer, pimienta negraZwarte peper en granoGraan
Grein
Koren
Korrel
Kraal
Mee-eter
Pit
Puistje
Zaadje
Zaadkorrel, azafránSaffraan
Saffraankrokus paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el colorDe kleur y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
Se calientanMen verwarmt
Zij/ze raken opgewonden en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen 3030
Dertig/45 minutosMinuten, dependiendo deAfhangend van
Afhankelijk zijnd van la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht. Que estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Azafrán Cebolla Laurel Perejil Pimienta negra Tomate Tomate
ChampiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons gratinadosGegratineerd
Gegratineerde
Gepaneerd
Ingredientes:
Un kiloEen kilo
Een kilogram de champiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons
250 gramosGrammen de guisantesDoperwten
Erwten
200200
Tweehonderd gramosGrammen de carne picadaGehakt
Una cebollaEen ajuin
Een bloembol
Een ui
Dos2
Do's
Twee
Tweede dientes de ajoKnoflookteentjes
Dos2
Do's
Twee
Tweede vasosDrinkglazen
Glazen
Potten
Pullen
Vaten
Vazen de lecheMelk
Una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
Una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel de harinaBloem
Meel
5050
Vijftig gramosGrammen de queso ralladoGeraspte kaas
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
Preparación:
11
Een LimpiarAfvegen
Louteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Schoonmaken
Snoeien
Zuiveren los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons y cocerlosKoken en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 2020
Twintig minutosMinuten.
22
Twee RehogarSauteren
Smoren (in vet) en el aceiteDe olie
De olijfolie el ajoDe/het knoflook y la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, incorporarInbouwen
Toevoegen la carne picadaHet gehakt, los guisantesDe doperwten
De erwten y los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 1515
Vijftien minutosMinuten. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
33
Drie- ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken conDoor
Met
Per
Samen met la bechamelDe bechamel
De bechamelsaus
De béchamelsaus
De bloemkoolsaus enriquecidaVerrijkt conDoor
Met
Per
Samen met queso ralladoGeraspte kaas.
44
Vier -DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van gratinarGratineren
Paneren 55
Vijf minutosMinuten y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Limón
Kepis
Ingredientes:11
Een kg de carne picadaGehakt
¼ de trigoTarwe
Weit molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui chicaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisje
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
PimientaPeper
MantecaReuzel
Spek
Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el trigoDe tarwe
De weit en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! hasta queTot
Totdat se hinche(Het) zwelt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dijt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwelt op, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren conDoor
Met
Per
Samen met la carneHet vlees, las especiasDe kruiden
De kruiderijen
De specerijen
Het kruiden, la mantecaDe reuzel y la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige. FormarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen bollosBolletjes
Broodjes
Kadetjes
Kadetten y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten en hornoKachel
Oven moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere. ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn conDoor
Met
Per
Samen met ensaladasSalades
Slaatjes.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cebolla Pimienta Trigo