Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
(Allium ampeloprasum var. ampeloprasum, Allium sativum)
El ajoDe/het knoflook (Allium sativum) pertenece aBehoor toe!
Behoor tot!
Behoor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot la familiaDe familie
Het gezin
Het huis
Het huisgezin de la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui (Alliaceae), juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, el cebollinoDe japanse bladui
De japanse bosui
De pijplook
De schaluun
De snijlook
De stengelajuin
De stengelui
De stengellook
De/het fijn bieslook
De/het grof bieslook
De/het grove bieslook, el chaloteDe chayote
De sjalot
De ui
Het sjalotje, el puerroDe oerprei
De prei y el ajo elefanteDe oerprei
De olifantsknoflook
De/het grootkoppige knoflook. El ajoDe/het knoflook se distingueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blinkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderscheidt zich de los otrosDe anderen miembrosLedematen
Leden
Lidmaten de la familiaDe familie
Het gezin
Het huis
Het huisgezin por susHaar
Hun
Uw
Zijn hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten planasEffen
Plat
Platte
Vlak
Vlakke y el bulboDe bloembol
De bol
De radiobuis en forma deIn de vorm van cabezaHoofd
Kop
Krop. CadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes cabeza de ajoConjunto de las partes o dientes que forman el bulbo de la planta. contiene(Hij) bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behelst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beteugelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betoomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt in toom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toomt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervat variosDiverse
Ettelijke
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes envueltosBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt en una vainaEen dop
Een peul
Een schil blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte o purpurina que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! un pergaminoEen perkament. Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look se clasificanZij/ze classificeren
Zij/ze delen in
Zij/ze sorteren comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie o cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte. Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie (Allium sativum var. Ophioscorodon) producenZij/ze berokkenen
Zij/ze bezorgen
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen teweeg
Zij/ze brengen voort
Zij/ze doen aan
Zij/ze leveren op
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten aan
Zij/ze stichten
Zij/ze veroorzaken
Zij/ze werpen af un talloEen stengel conDoor
Met
Per
Samen met floresBloemen
Bloesems
Flores
Jij/je bestrooit met bloem (técnicamente un escapoIk ontga
Ik ontkom
Ik ontsnap) y se conocenMen kent
Zij/ze kennen elkaar
Zij/ze kennen zich
Zij/ze leren elkaar kennen
Zij/ze worden bekend por los bulbillos o hijuelos que brotanZij/ze komen uit
Zij/ze ontkiemen
Zij/ze spatten op
Zij/ze stuiven
Zij/ze verspuiten. Las floresDe bloemen
De bloesems, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es queDat komt omdat
Want se producenZij/ze ontstaan (uit), usualmente se muerenZij/ze gaan dood. Los bulbillos (hijuelos) formanZij/ze formeren
Zij/ze gaan aan
Zij/ze paraderen
Zij/ze pralen
Zij/ze prijken
Zij/ze pronken
Zij/ze vormen en la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure del escapoIk ontga
Ik ontkom
Ik ontsnap. Los tallosDe stengels de algunasEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn torcidosAfgeslagen
Getwijnd
Gewrongen
Scheef
Scheve
Spinnijdig
Spinnijdige
Verbogen
Verbolgen
Verdraaid
Vertrokken
Verwrongen
Woedend
Woedende
Woest
Woeste y enrolladosGehuld
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewoeld
Gewonden
Ingewikkeld
Omhuld
Opgerold
Opgerolde
Toegestopt de una maneraEen manier
Een trant
Een wijze distintaAfwijkend
Afwijkende
Anders
Apart
Aparte
Duidelijk
Duidelijke
Helder
Heldere
Klaar
Klare
Ongelijk
Ongelijke
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Uitgesproken
Verschillend
Verschillende
Zuiver
Zuivere. EstasDeze
Dezen variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden se denominanZij/ze duiden aan
Zij/ze noemen rocombole o serpentinaSerpentijnsteen
Serpentine. Por lo generalIn het algemeen
Over het algemeen, las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast de cuatro4
Vier a doce12
Twaalf dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes que envuelvenZij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze betrekken bij
Zij/ze brengen met zich
mee
Zij/ze impliceren
Zij/ze pakken
Zij/ze pakken in
Zij/ze rollen op
Zij/ze sluiten in
Zij/ze strengelen
Zij/ze verpakken
Zij/ze wikkelen
Zij/ze winden
Zij/ze zwachtelen in el talloDe stengel. DebidoBehoord te
Gediend
Gehoord
Gemoeten
In de schuld gestaan
Juist
Schuldig geweest
Te danken gehad
Verplicht geweest om te
Verschuldigd geweest alNaar de
Naar het cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie del talloIk slijp
Ik snijd uit
Ik steek weg
Stengel, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn difícilesLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware de trenzarVlechten. OtraAnder
Andere
Nog een
Nog één desventajaNadeel de las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie es queDat komt omdat
Want noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se almacenanZij/ze bergen
Zij/ze herbergen
Zij/ze slaan op bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, y empiezanZij/ze beginnen
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze pakken aan
Zij/ze snijden aan
Zij/ze vangen aan a formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen raícesRadices
Stammen
Wortels
Wortels (deel van plant) o secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n mesesMaanden después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over la cosechaDe oogst
De opbrengst. Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie incluyenZij/ze bevatten
Zij/ze omvatten
Zij/ze sluiten in:
11
Een. AsianA=
Aan
Bij
Naar
Om
Op
Tegen
Tot
Voor Tempest - noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank produceBerokken!
Bezorg!
Breng op!
Breng teweeg!
Breng voort!
Doe aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt af
Lever op!
Maak aan!
Produceert
Richt aan!
Sticht!
Veroorzaak!
Werp af! tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals la variedadDe afwisseling
De variatie
De variëteit
De verscheidenheid
Het afwisselen
Het variëren
Het werken German RedNet
Netwerk, usualmente tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast 44
Vier a 88
Acht dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes por cabezaHoofd
Kop
Krop;
22
Twee. German Red-tiene dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime (88
Acht a 1515
Vijftien por cabezaHoofd
Kop
Krop), aptasBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Kundig
Kundige a formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen dos2
Do's
Twee
Tweede cabezasHoofden
Koppen
Kroppen.
33
Drie. Merrifield Rocambole - Un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime que la variedadDe afwisseling
De variatie
De variëteit
De verscheidenheid
Het afwisselen
Het variëren
Het werken German RedNet
Netwerk, aptasBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Kundig
Kundige a formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen dos2
Do's
Twee
Tweede cabezasHoofden
Koppen
Kroppen.
44
Vier. Spanish RojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie Rocambole - Tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast cabezasHoofden
Koppen
Kroppen de tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid medianoDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-, se descascaraMen ontschilt fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak, se puedeMen kan almacenarBergen
Herbergen
Opslaan hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs 44
Vier a 66
Zes mesesMaanden Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte (Allium sativum var. Sativum) a vecesAf en toe
Bijwijlen
Soms
Somtijds
Somwijlen
Wel eens se conocenMen kent
Zij/ze kennen elkaar
Zij/ze kennen zich
Zij/ze leren elkaar kennen
Zij/ze worden bekend comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden de alcachofaArtisjok
Artisjok groen y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank producenZij/ze berokkenen
Zij/ze bezorgen
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen teweeg
Zij/ze brengen voort
Zij/ze doen aan
Zij/ze leveren op
Zij/ze maken aan
Zij/ze richten aan
Zij/ze stichten
Zij/ze veroorzaken
Zij/ze werpen af hijuelos. EstasDeze
Dezen variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden comúnmenteGewoonlijk
In het algemeen
Vaak paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la producciónDe aanmaak
De fabricage
De fabricatie
De opbrengst
De productie
De vervaardiging
De voortbrenging
Het aandoen
Het aanrichten
Het afwerpen
Het gedoe
Het opbrengen
Het opleveren
Het stichten
Het teweegbrengen
Het veroorzaken
Het voortbrengen comercialCommercieel
Commerciële
Handels-
Vertegenwoordiger del ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch, diversasMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende variedadesAfwisselingen
Variaties
Variëteiten
Verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn aptasBekwaam
Bekwame
Capabel
Capabele
Kundig
Kundige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! producciónAandoen
Aanmaak
Aanrichten
Afwerpen
Fabricage
Fabricatie
Gedoe
Opbrengen
Opbrengst
Opleveren
Productie
Produktie
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Vervaardiging
Voortbrengen
Voortbrenging en climasKlimaten fríosAfgekoeld
Afgekoelde
Kil
Kille
Koud
Koude. Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte generalmenteDoorgaans
In het algemeen
Over het algemeen
Überhaupt rindenZij/ze geven mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever que las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la energíaDe energie
De fut
De spirit
De veerkracht
De wilskracht
Het arbeidsvermogen se utilizaGebruikt men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt gebruik paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! producirAandoen
Aanmaken
Aanrichten
Afwerpen
Berokkenen
Bezorgen
Opbrengen
Opleveren
Produceren
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Voortbrengen la cabezaDe kop
Het hoofd y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank los hijuelos. Las cabezasDe hoofden
De koppen
De kroppen tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen 1010
Tien a 4040
Veertig dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes que se acomodanMen geeft een plaats
Zij/ze schikken zich en capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken. El ajoDe/het knoflook de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte tiende a(Het) neigt tot tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden una vidaEen hachje
Een leven en anaquelBoekenplank
Plank
Schap másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde que las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie y por lo generalIn het algemeen
Over het algemeen se puedenMen kan almacenarBergen
Herbergen
Opslaan por 66
Zes a 88
Acht mesesMaanden sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te deteriorarse significativamente. TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn fácilesGemakkelijk
Gemakkelijke
Licht
Lichte
Makkelijk
Makkelijke
Vlot
Vlotte de trenzarVlechten. Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden de cuelloBoord
Hals
Halsboord
Kraag
Nek blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte incluyenZij/ze bevatten
Zij/ze omvatten
Zij/ze sluiten in:
11
Een. Inchellium Red -Net
Netwerk de cabezaHoofd
Kop
Krop grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime, vigorosaGeweldig
Geweldige
Krachtig
Krachtige
Sterk
Sterke, suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele y difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware de descascararse;
22
Twee. New YorkGekookte ham
York
Yorkham White -White muchas vecesDikwijls tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast rayasBanden
Haarscheidingen
Jij/je krast
Jij/je schraapt
Jij/je schrabt
Jij/je schrapt
Jij/je trekt
Jij/je trekt een streep
Jij/je wrijft los
Repen
Roggen
Scheidingen
Strepen
Stroken
Wapenbalken moradasPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette; puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt producirAandoen
Aanmaken
Aanrichten
Afwerpen
Berokkenen
Bezorgen
Opbrengen
Opleveren
Produceren
Stichten
Teweegbrengen
Veroorzaken
Voortbrengen hijuelos, lo cualDat wat
Hetgeen
Wat reduceBeperk!
Herleid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beperkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herleidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krimpt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reduceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vereenvoudigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Kook in!
Krimp in!
Reduceer!
Vereenvoudig!
Zet! el tamañoDe afmeting
De grootheid
De grootte
De omvang
De uitgebreidheid
Het bestek
Het formaat de la cabezaDe kop
Het hoofd.
33
Drie. Susanville - se almacenaBerg!
Herberg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bergt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbergt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Sla op! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart.
Las variedadesDe afwisselingen
De variaties
De variëteiten
De verscheidenheden elefanteOlifant, porcelanaPorcelein
Porselein o grancabeza (Allium ampeloprasum) estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus emparentadas conDoor
Met
Per
Samen met la familiaDe familie
Het gezin
Het huis
Het huisgezin del puerroOerprei
Prei que conDoor
Met
Per
Samen met la del ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look. EstaDeze
Dit variedadAfwisselen
Afwisseling
Variatie
Variëren
Variëteit
Verscheidenheid
Werken elefanteOlifant produceBerokken!
Bezorg!
Breng op!
Breng teweeg!
Breng voort!
Doe aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt af
Lever op!
Maak aan!
Produceert
Richt aan!
Sticht!
Veroorzaak!
Werp af! un bulboEen bloembol
Een bol
Een radiobuis másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime que el ajoDe/het knoflook normalGewone
Gewoon
Normaal
Normale
Standaard-, y muchas vecesDikwijls pesaBen zwaar!
Bepaal het gewicht!
Gewicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepaalt het gewicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zwaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weegt af
Weeg af!
Weeg! una libraEen pond por bulboBloembol
Bol
Radiobuis. TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook se almacenanZij/ze bergen
Zij/ze herbergen
Zij/ze slaan op bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. El saborDe smaak de la variedadDe afwisseling
De variatie
De variëteit
De verscheidenheid
Het afwisselen
Het variëren
Het werken elefanteOlifant esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats más suaveZachter que el del ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look verdaderoEcht
Echte
Eigenlijk
Eigenlijke
Heus
Heuse
Waar
Waarachtig
Waarachtige
Ware
Werkelijk
Werkelijke, peroDoch
Echter
Maar en climasKlimaten fríosAfgekoeld
Afgekoelde
Kil
Kille
Koud
Koude puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt desarrollarBeduiden
Ontwikkelen
Toelichten
Uiteenzetten
Uitleggen
Uitwerken
Verklaren un saborEen smaak másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware o amargoBitter
Bittere
Bitterheid.
EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit! una recetaEen recept:
- Ajoblanco
- Champiñones en una salsa de ajo y hierbas
- Pollo al ajillo de Berna
- Revuelto de ajos frescos con gambas
- Patatas con ajo en puré (enamorados)
- Bacalao a la muselina de ajo
- Chipirones o sepia estofada
- Merluza en salsa verde
- Mero al ajo tostado
- Pimientos del piquillo rellenos de bacalao
- Caldereta de bogavante al estilo de Menorca
- Garbanzos con chipirones y almejas
- Salsa básica
- Bullabesa
- Alcauciles de trebujena
- Carne vegetal de nueces
- Menestra de cardillo y borraja
- Ajiaco bogotano
- Asado huilense
- Chorizos caseros
- Camarones en vino blanco
- Salsa de pan
- Castañas con oporto
- Pollo en escabeche
- Lengua a la vinagreta
- Guiso de lentejas
- Ternerita a la española
- Guiso de guisos
- Crema de calabaza
- Ensalada griega de tomate
- Mojo verde
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Alcachofa Alcachofa Allium Cada Cada Elefante Puerro Rojo
AjoblancoKoude knoflooksoep
Ingredientes:100100
Honderd gr de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
Un trozoEen bonk
Een brok
Een eindje
Een filet
Een homp
Een moot
Een plak
Een schijf
Een snede
Een snee
Een sneetje
Een stuk
Een stukje de migaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkruimelt
Kruimel
Verkruimel!
Zacht deel van het
brood de panBrood
Mik
Pan
11
Een diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook
11
Een/44
Vier litroLiter de aceite de olivaOlijfolie
VinagreAzijn
Edik
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
Se pelanMen schilt las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels, escaldándolasZe blancherend en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!. Se echanMen gooit
Zij/ze beginnen
Zij/ze gaan liggen
Zij/ze laten zich door
zijn toorn meeslepen
Zij/ze nemen
Zij/ze springen
Zij/ze storten zich
Zij/ze sturen alles in
de war
Zij/ze wedden
Zij/ze wedijveren
Zij/ze werpen zich
Zij/ze wijden zich
Zij/ze worden broeds en la batidoraDe blender
De mixer conDoor
Met
Per
Samen met la migaDe kruimel
Het zacht deel van
het brood de panBrood
Mik
Pan remojadaGeweekt
Geweekte, el ajoDe/het knoflook, la salHet zout, un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de vinagreAzijn
Edik, aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y un chorroEen scheut de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!. Se trituraMen pureert todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere. Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan en una soperaEen soepbord, añadiendoAanbrengend
Bijdoend
Bijleggend
Bijmengend
Bijvoegend
Toegevend
Toevoegend aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude y removiéndolaRoerend hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs diluirlaHet op te lossen. Se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op en cuencosKommen
Witte waterlelie conDoor
Met
Per
Samen met uvasDruiven
Wijndruiven o trocitosStukjes de melónMeloen.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Almendra Melón
ChampiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons en una salsa de ajoEen knoflooksaus y hierbasGrassen
Kruiden
Ingredientes:350g de champiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons
33
Drie cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de mantequillaBoter
Roomboter o margarinaMargarine vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische
22
Twee dientes de ajoKnoflookteentjes machacadosFijngestampt
Fijngestampte
Gestampt
Verpletterd
Verpletterde
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de harina integralVolkorenmeel
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de vino blancoWitte wijn
11
Een/22
Twee cubo de caldoBouillonblokje vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische (ej. 'Starlux')
25ml de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
pimientaPeper
Preparación:
Se enjuguenMen wist af los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons y se secanMen droogt
Zij/ze drogen zich af. Se derritenMen smelt
Zij/ze branden door
Zij/ze smelten
Zij/ze versmelten
Zij/ze worden vloeibaar 22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de mantequillaBoter
Roomboter en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan. Se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons y se sofríenMen fruit cubiertosAangezuiverd
Bedekkingen
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Bestekken
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Couverts
Donker
Donkere
Gedekt
Somber
Sombere
Toegedekt a un fuegoEen vuur regularGaat wel
Gaat zijn gangetje
Gewoon
Matig
Matige
Middelmatig
Middelmatige
Regelen
Regelmatig
Regelmatige
Regulier
Reguliere hasta queTot
Totdat estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte. Se escurrenMen laat afdruipen
Men laat uitdruipen y se reservaMen zet weg el líquidoDe vloeistof
Het netto bedrag (75 cl. en teoríaTheorie, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!).
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de mantequillaBoter
Roomboter en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el ajoDe/het knoflook y sofreírFruiten unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n pocosGering
Geringe
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige segundosHoofdgerechten
Seconden
Secondes
Sekonden. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la harinaDe bloem
Het meel y removerRoeren
Verwijderen unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n segundosHoofdgerechten
Seconden
Secondes
Sekonden. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen el líquidoDe vloeistof
Het netto bedrag, el cubitoHet blokje de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat, la pimientaDe peper, el vinoDe wijn, mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward. RemoverRoeren
Verwijderen hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs hervidoBorrelen
Geborreld
Gekookt
Gekookte
Gesudderd
Gezied
Gezoden
Koken
Op het kookpunt geweest
Zieden luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo cocer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
(85 graden celsius) koken paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! un minutoEen minuut. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen los los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons, la nataDe room
De slagroom
Het puikje y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie, calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn.
ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten o conDoor
Met
Per
Samen met espaguetiSpaghetti o tallarinesBami
Mie
Mihoen
Noedels
Spaghetti's (fijn).
NOTASAantekeningen
Cijfers
Jij/je bemerkt
Jij/je bespeurt
Jij/je merkt
Jij/je merkt op
Jij/je noteert
Jij/je schrijft op
Jij/je stelt te boek
Jij/je tekent aan
Muzieknoten
Nota's
Noten
Notities
Opmerkingen:
PuedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je mag adornarloVersieren conDoor
Met
Per
Samen met pan ralladoPaneermeel tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde y/o nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y tostadasBeschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Nuez Perejil Pimienta
Pollo al ajillo de Berna
Ingredientes:
Un polloEen kip
Een kippenvlees
Een kuiken partido enVerdeeld in trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne. 33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes, 11
Een limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, vino blancoWitte wijn (la mitadDe helft de un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn). ImportanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware peroDoch
Echter
Maar noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank imprescindibleNoodzakelijk
Noodzakelijke
Onmisbaar
Onmisbare: sarténBraadpan
Koekenpan
Pan de hierroIjzeren
Preparación:
Se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich (un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus que cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken) el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds de la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan conDoor
Met
Per
Samen met aceite de olivaOlijfolie, y se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan a freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken conDoor
Met
Per
Samen met todos losAlle ajosLoken menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd tres3
Drie dientesJij/je voorziet van tanden
Tanden
Teentjes y dos2
Do's
Twee
Tweede hojitasBlaadjes de laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer. Los ajosDe loken sin pelarIn de schil
Ongepeld
Ongeschild, (hacedBedrijf!
Breng uit!
Doe!
Maak
Maak aan!
Maak!
Richt uit!
Voer uit! una rajitaKerf verticalLoodrecht
Loodrechte
Rechtopstaand
Rechtopstaande
Verticaal
Verticale en cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank salten(Zij) springen
Barst u!
Doet u een sprong!
Ontploft u!
Schiet u te binnen!
Schiet u uit!
Slaat u over!
Springt u in de
lucht!
Springt u in het
oog!
Springt u los!
Springt u op!
Springt u open!
Springt u van een
hoogte!
Springt u!
Spuit u op!
Vaart u uit!
Valt u uit!
Zij/ze barsten
Zij/ze doen een sprong
Zij/ze ontploffen
Zij/ze schieten te binnen
Zij/ze schieten uit
Zij/ze slaan over
Zij/ze springen
Zij/ze springen in de
lucht
Zij/ze springen in het
oog
Zij/ze springen los
Zij/ze springen op
Zij/ze springen open
Zij/ze springen van een
hoogte
Zij/ze spuiten op
Zij/ze vallen uit
Zij/ze varen uit)
Se fríeBakt men
Men bakt lentoLangzaam
Langzame
Traag
Trage al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin, que no fríaDat het niet bakt muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware, el guisoDe stoofpot
Het gerecht
Het stoofgerecht se iráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afgaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vertrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weggaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich verwijderen poniendoAan de praat krijgend
Aandoend
Aantrekkend
Aanzettend
Doend
Door te plaatsen
Inschakelend
Leggend
Neerleggend
Neerzettend
Op gang brengend
Opbrengend
Opleggend
Plaatsend
Stekend
Stellend
Stoppend
Vlijend
Zettend "alegreBlij
Blije
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlevendigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Ik verblijd
Ik verheug
Ik verlevendig
Ik vier
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verblijdt u!
Verheugd
Verheugde
Verheugt u!
Verlevendigt u!
Viert u!
Vrolijk
Vrolijke" peroDoch
Echter
Maar al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se tostaráHet zal niet bruin
worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal braden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal branden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal brood roosteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bruinen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal roosteren.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet se subeMen verhoogt el fuegoHet vuur para queOpdat
Zodat el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken se doreBruin wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bruin. Una vez doradoEenmaal gebruind se retiranMen verwijdert
Zij/ze blazen de aftocht
Zij/ze krabbelen terug
Zij/ze maken zich uit
de voeten
Zij/ze trekken af
Zij/ze trekken zich terug el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad y los ajosDe loken. En la sarténIn de pan gebakken soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt el aceiteDe olie
De olijfolie.
AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! en un morteroEen houwitser
Een metselkalk
Een mortel
Een mortier
Een specie
Een vijzel se machacanMen verplettert los ajosDe loken crudosAardolies
Aardoliën
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn utilizadoAangewend
Benut
Gebruikt
Te baat genomen
Toegepast
Waargenomen y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer machacadosFijngestampt
Fijngestampte
Gestampt
Verpletterd
Verpletterde se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit el vinoDe wijn, el zumoHet vruchtensap de medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! (tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook la mitadDe helft de un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn). Se vuelcaMen keert om
Men stort en la sarténIn de pan gebakken y a fuego fuerteHoog vuur se reduceMen kookt in, hasta queTot
Totdat queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige salsitaSausje. ReducidoBeperkt
Gereduceerd
Gezet
Herleid
Ingekookt
Ingekookte
Ingekrompen
Vereenvoudigd bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije se rebañaMen veegt lo queDat wat
Wat queda(Het) blijft over
Ben!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt pegaditoVastgeplakt en la baseDe base
De basis
De grond
De grondslag
Het grondvlak de la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan. Se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken y se remueveMen roert. ¡Y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! el pollo al ajilloDe kip met knoflook Berna!
RecomendaciónAanbevelen
Aanbeveling
Aantekenen
Recommandatie
Recommanderen: SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals osJe
Jullie dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen ¡"quéWat
Welke bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart huele(Het) ruikt
Geur!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruikt
Riek!
Ruik!" tenéis queJullie behoren
Jullie dienen
Jullie horen
Jullie moeten contestarAntwoorden
Antwoorden op "mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever sabrá(Het) zal weten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal smaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weten", esoDat
Die
Zulks siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend loDe
Hem
Het
U decía(Hij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zei
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
Zij) zei Bernita. ¡comedBik!
Eet!
Gebruik het middagmaal!
Gebruik!
Lunch!
Nuttig!
Vreet! los ajosDe loken conDoor
Met
Per
Samen met las tajaditasPlakjes de polloKip
Kippenvlees
Kuiken! y ¡hacedloDoe het conDoor
Met
Per
Samen met muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere amorAffectie
Liefde
Min, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats loDe
Hem
Het
U másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware para queOpdat
Zodat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, esoDat
Die
Zulks al menosAlthans
Tenminste me decíaIk noemde me
Ik werd gezegd
Ik zegde
Ik zegde bij zichzelf
Ik zei
Ik zei bij zichzelf miMi
Mijn abuelaGrootmoeder
Oma!
La hiceIk bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit de dos2
Do's
Twee
Tweede manerasManier
Manieren
Trant
Tranten
Wijze
Wijzen, la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke, la recetaHet recept exactaAccuraat
Accurate
Exact
Exacte
Getrouw
Getrouwe
Goed
Goede
Goeie
Juist
Juiste
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Precies
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Recht
Rechte
Stipt
Stipte
Trouw
Trouwe
Zorgvuldig
Zorgvuldige luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo apartéIk haalde weg
Ik hield af
Ik hield weg
Ik onthield
Ik onttrok
Ik scheidde
Ik scheidde af
Ik schiftte
Ik schoof opzij
Ik zette opzij
Ik zette weg
Ik zonderde af un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de polloKip
Kippenvlees
Kuiken y a esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind leHaar
Hem
Het
U añadíIk bracht aan
Ik deed bij
Ik gaf toe
Ik legde bij
Ik mengde bij
Ik voegde bij
Ik voegde toe los ajitosKnoflookjes que se habíanZij/ze gedroegen zich
Zij/ze kregen het met
iemand aan de stok
Zij/ze maten zich met
iemand fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde conDoor
Met
Per
Samen met el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken majaditosAls een 'majado' conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat del aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, vinoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Wijn, limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon y aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y tambiénAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Laurel Limón Perejil Pollo
RevueltoGeroerd
Omelet
Omgeroerd
Onzeker
Onzekere de ajosLoken frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse conDoor
Met
Per
Samen met gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen
Ingredientes:
AjosLoken frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse, gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen, huevosEieren, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
Preparación:
Se pelanMen schilt las gambasDe gamba's
De garnalen
De grote garnalen crudasBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige y se echanMen gooit
Zij/ze beginnen
Zij/ze gaan liggen
Zij/ze laten zich door
zijn toorn meeslepen
Zij/ze nemen
Zij/ze springen
Zij/ze storten zich
Zij/ze sturen alles in
de war
Zij/ze wedden
Zij/ze wedijveren
Zij/ze werpen zich
Zij/ze wijden zich
Zij/ze worden broeds picaditas en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan conDoor
Met
Per
Samen met aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look. CuandoAls
Tijdens
Wanneer yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds se hayan dorado(Ze) zijn gebruind un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat los ajosDe loken y las gambasDe gamba's
De garnalen
De grote garnalen, se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd huevo batidoGeklopt ei conDoor
Met
Per
Samen met los ajosDe loken frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse y se remueveMen roert un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat sin queZonder dat se sequeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt zich af.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo
PatatasAardappelen
Aardappels
Piepers con ajoMet knoflook en puréGepureerd (enamoradosHet hof gemaakt aan
Verliefd
Verliefd gemaakt
Verliefde)
Ingredientes:
450 grs. de patatasAardappelen
Aardappels
Piepers, peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en trozosIn stukken
11
Een/33
Drie cabeza de ajoConjunto de las partes o dientes que forman el bulbo de la planta.
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
11
Een ½ cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime de mantequillaBoter
Roomboter
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper
Preparación:
CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers conDoor
Met
Per
Samen met aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden, rebajarVerlagen
Verminderen el fuegoHet vuur y cocinarlasZe te koken hasta queTot
Totdat quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte, unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 2020
Twintig minutosMinuten.
PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen los dientesDe tanden
De teentjes de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look y cocinarlosZe te koken en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! igual queEvenals
Zoals las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers, hasta queTot
Totdat quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte, escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen y dejarlosHen laten enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen.
EscurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers, peroDoch
Echter
Maar devolverlasBreng ze terug a la cacerolaDe braadpan
De degenkrab
De kasserol
De kastrol
De pan
De sauspan
De steelpan y dejarlasHen laten secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen sobre elOp de
Op het fuegoVuur otroAnder
Andere
Nog een
Nog één ratitoOgenblikje másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! secarlasHen drogen. Sacarlas
QuitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen la cáscaraDe bolster
De dop
De schaal
De schil
De schors de los dientesDe tanden
De teentjes de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look, y hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un puréEen brij
Een moes
Een pap
Een puree del ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look y la nataDe room
De slagroom
Het puikje.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan las patatasDe aardappelen
De aardappels
De piepers, añadiendoAanbrengend
Bijdoend
Bijleggend
Bijmengend
Bijvoegend
Toegevend
Toevoegend el ajoDe/het knoflook, mantequillaBoter
Roomboter salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper. Puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt hacerseMaken
Raken
Worden una guarniciónEen beslag
Een bezetting
Een garnering
Een garnituur
Een garnizoen
Een stelletje de un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de albahacaBasilicum
Baziel
Bazielkruid
Koningskruid frescaBrutaal
Brutale
Fris
Frisse
Koel
Koele
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en confetti encimaBovendien
Er bovenop.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Albahaca Pimienta
BacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis a la muselinaDe/het mousseline
Het neteldoek de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
Ingredientes:
800800
Achthonderd gr. de BacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis desaladoOntzout
Ontzoute.
22
Twee HuevosEieren.
Aceite de olivaOlijfolie.
Aceite de GirasolZonnebloemolie.
PimentónLombok
Paprika
Paprikapoeder
Spaanse peper.
HarinaBloem
Meel
Preparación:
SecarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen el BacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis desaladoOntzout
Ontzoute conDoor
Met
Per
Samen met papel absorbenteAbsorberend papier
Vloeipapier y freírloBak en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom, pasándoloHet doorhalend por harinaBloem
Meel. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten.
Laminar los ajosDe loken y dorarlosAanbruinen en un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! de freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis. CuandoAls
Tijdens
Wanneer estén doradosGoudgeel zijn, retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan del fuegoVuur y añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen pimentón dulcePaprika mild
Spaanse peper. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren una mayonesaEen mayonaise incorporandoDoor toe te voegen
Inbouwend
Toevoegend un diente de ajoEen knoflookteentje
Een teen knoflook
Een teentje knoflook (aceite de girasolZonnebloemolie, huevoEi, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look y unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n gotitasDruppeltjes de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon). ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten.
MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten una claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit). MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren la claraHet eiwit conDoor
Met
Per
Samen met la mayonesaDe mayonaise paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren la muselinaDe/het mousseline
Het neteldoek..
En un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten los trozosDe bonken
De brokken
De eindjes
De filets
De hompen
De moten
De plakken
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën
De stukjes
De stukken de BacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis, verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! conDoor
Met
Per
Samen met el pimentónDe lombok
De paprika
De spaanse peper y el ajoDe/het knoflook. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten la muselinaDe/het mousseline
Het neteldoek sobre elOp de
Op het bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis y gratinarGratineren
Paneren en el hornoDe kachel
De oven durante +/-Bij
Gedurende
Onder
Tijdens 33
Drie min.
RECOMENDACIONESAanbevelingen
Recommandaties.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren la claraHet eiwit montadaBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet y mayonesa alNaar de
Naar het 5050
Vijftig%. Para queOpdat
Zodat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd esponjosaSponsachtig
Sponsachtige, aumentarAangroeien
Aanwakkeren
Doen toenemen
Groeien
Sterker worden
Stijgen
Toenemen
Vergroten
Verhogen
Vermeerderen el porcentajeHet percent
Het procent
Het tantième de mayonesa respectoBetrekking
Ik behoor toe
Ik betref
Ik eerbiedig
Ik ga aan
Ik heb respect voor
Ik raak
Ik respecteer
Opzicht
Verhouding a la claraHet eiwit.
En el aceiteDe olie
De olijfolie conDoor
Met
Per
Samen met el pimentónDe lombok
De paprika
De spaanse peper y ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look, se puedeMen kan añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen una cucharaditaEen theelepeltje de mielHonig
Honing.
TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook se puedeMen kan hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren sobre unaOp een camaBed
Legerstede
Slaapkamer
Slaapplaats
Sponde de patatasAardappelen
Aardappels
Piepers, una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla de espinacasSpinazie
Spinazies, o una deliciosaHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere salsa de tomateKetchup
Tomatensaus.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Bacalao Gotita Limón Oliva Pimentón Pimentón dulce
ChipironesPijlinktvisjes o sepiaInktvis
Sepiakleur
Zeekat estofadaGesmoord
Gesmoorde
Gestoofd
Gestoofde
Ingredientes:
11
Een.250 g. de chipironesPijlinktvisjes o sepiaInktvis
Sepiakleur
Zeekat
cuatro4
Vier cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
cuatro4
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes
cuatro4
Vier cucharasEetlepels
Lepels
Soeplepels de salsa de tomateKetchup
Tomatensaus concentradaAaneengesloten
Gebonden
Geconcentreerd
Geconcentreerde
Verdicht
5050
Vijftig g. de piñonesPijnboompitten
Rondsels tostadosBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
dos2
Do's
Twee
Tweede cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
cinco5
Vijf cl. de aceite de oliva virgenOlijfolie vierge
Vierge olijfolie y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) conDoor
Met
Per
Samen met el aceiteDe olie
De olijfolie y las cebollasDe ajuinen
De bloembollen
De uien finamenteFijn
Keurig picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige; dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van que suden(Zij) zweten
Transpireert u!
Zij/ze transpireren
Zij/ze zweten
Zweet u! hasta queTot
Totdat empiecenBegint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan!
Ze beginnen
Zij/ze beginnen
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze pakken aan
Zij/ze snijden aan
Zij/ze vangen aan a tomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten colorKleur. En eseDat
Die momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip, se agreganMen voegt toe los dientesDe tanden
De teentjes de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look en láminasBladen
Folies
Lamellen
Mesjes
Plaatjes
Plakjes y los chipironesDe pijlinktvisjes o sepiasInktvissen
Sepiakleuren
Zeekatten limpiasHelder
Heldere
Jij/je loutert
Jij/je maakt schoon
Jij/je poetst
Jij/je reinigt
Jij/je snoeit
Jij/je veegt af
Jij/je wrijft op
Jij/je zuivert
Louter
Loutere
Netto-
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere y troceadasIn stukjes gesneden
In stukken gesneden, dejandoAchterlatend
In de steek latend
Latend
Latend begaan
Latend schieten
Legaterend
Lenend
Loslatend
Nalatend
Opleverend
Overlatend
Toestaand
Toevertrouwend
Verlatend
Vermakend
Verzuimend
Zich verlatend van hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren quince15
Vijftien minutosMinuten. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la salsa de tomateDe ketchup
De tomatensaus, la salHet zout y los piñonesDe pijnboompitten
De rondsels, manteniendoBehoudend
Erop nahoudend
Houdend
Onderhoudend hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven la texturaDe structuur
De textuur
Het weefsel deseadaBegeerd
Geambieerd
Geaspireerd
Gedongen naar
Gehaakt naar
Gehunkerd
Gesmacht
Gesmacht naar
Gesnakt naar
Gestreefd naar
Gewenst
Nagejaagd
Nagestreefd
Trek gehad in
Verkorenª
Verkozen
Verlangd. Un minutoEen minuut antes deAlvorens te
Voor retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen, espolvorearBepoederen
Bestrooien el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y removerRoeren
Verwijderen el conjuntoDe inrichting
De set
De troep
De verzameling
De/het complet
Het complex
Het ensemble
Het geheel
Het samenspel
Het stel
Het stelletje.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Perejil Piñones
Merluza(Atlantische) heek
Atlantische heek
Heek
Mooie meid en salsa verdeGroene saus
Ingredientes:
11
Een merluza(Atlantische) heek
Atlantische heek
Heek
Mooie meid (a miMi
Mijn meMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin! en lomosKruisen
Lenden
Lendenen
Lendenstukken
Ruggen
Rugstukken porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand espinasDoornen
Doorns
Graten
Jij/je ontgraat
Visgraten)
33
Drie ajosLoken
PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
TrocitoStukje pequeñitoKlein
Kleintje de guindillaChilipeper
Juut
Lombok
Rode peper
Smeris
Spaanse peper
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel de harinaBloem
Meel
11
Een vasitoGlaasje de vino blancoWitte wijn.
Preparación:
En una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden a dorarAanbraden
Doreren los ajitosKnoflookjes partidosAchterbannen
Afgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getegen
Getogen
Kampen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Partijen
Stemmen
Verdeeld
Vertrokken
Wedstrijden
Weggegaan juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen conDoor
Met
Per
Samen met la puntitaPuntje de guindillaChilipeper
Juut
Lombok
Rode peper
Smeris
Spaanse peper, que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se quedenZij/ze blijven
Zij/ze blijven achter
Zij/ze blijven over
Zij/ze resten
Zij/ze resteren
Zij/ze toeven
Zij/ze verblijven
Zij/ze worden oscurosDonker
Donkere
Duister
Duistere
Somber
Sombere, soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten doraditosGoudbruin
Goudbruine. SeguidoAangebleven
Bewandeld
Bewandelen
Bijgehouden
Bijhouden
Direct
Doorgaan
Doorgegaan
Gevolgd
Opgevolgd
Opvolgen
Overeind
Rechtdoor
Rechtop
Rechtuit
Vervolgens
Volgen
Voortgevloeid
Voortgezet
Voortvloeien
Voortzetten se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd la harinaDe bloem
Het meel y se da unas vueltitasMen roert een paar
keer, se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie y se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden los lomosDe kruisen
De lenden
De lendenen
De lendenstukken
De ruggen
De rugstukken conDoor
Met
Per
Samen met la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder, se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier y se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd el vino blancoDe witte wijn, se leHaar
Hem
Het
U dan(Zij) geven
Dan
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen movimientos en va y venSchommelbewegingen a la cazuelaIn de kookpot ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans conDoor
Met
Per
Samen met el fuegoHet vuur bajitoHeel zachtjes
Zeer klein
Zeer laag, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer importanteBelangrijk
Belangrijke
Erg
Erge
Ernstig
Ernstige
Voornaam
Voorname
Zwaar
Zwaarwichtig
Zwaarwichtige
Zware que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se sequeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt zich af, se leHaar
Hem
Het
U da la vueltaDraai om!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om alNaar de
Naar het pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht para queOpdat
Zodat se acabeHet raakt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eindigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af de hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus, la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zijn EspesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik! paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere.
EsperoIk ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op que osJe
Jullie guste(Het) bevalt
Behaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houdt u van!
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Proeft u!
Staat u aan!
Vindt u leuk!
Zint u!.
De los siguientes palabras hay una foto:
Guindilla Guindilla Perejil
MeroEnkel
Enkele
Grote zaagbaars
Louter
Loutere
Niets anders dan
Tandbaars
Zaagbaars alNaar de
Naar het ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Ingredientes:
88
Acht filetitosSchnitzels de meroEnkel
Enkele
Grote zaagbaars
Louter
Loutere
Niets anders dan
Tandbaars
Zaagbaars
66
Zes dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een ramilleteBoeket
Takje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
11
Een vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn
200200
Tweehonderd gr. de zanahoriaBospeen
Breekpeen
Grove peen
Peen
Waspeen
Wilde peen
Winterpeen
Winterwortel
Wortel ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
44
Vier Cogollos
romeroRosmarijn
Rozemarijn, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
Preparación:
11
Een SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen los filetesDe biefstukken
De filets
De lijsten
De moten
De plakken
De randen
De rands
De richels
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën de meroEnkel
Enkele
Grote zaagbaars
Louter
Loutere
Niets anders dan
Tandbaars
Zaagbaars con ajoMet knoflook, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
22
Twee HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren los filetesDe biefstukken
De filets
De lijsten
De moten
De plakken
De randen
De rands
De richels
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën en la planchaDe bout
De plaat
De plak
De plank
De strijkbout
De/het tablet
Het bord
Het strijkijzer conDoor
Met
Per
Samen met una gotaEen drop
Een droppel
Een druppel
Een jicht
Een lik
Een podagra de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!.
33
Drie AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! rehogarSauteren
Smoren (in vet) la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui conDoor
Met
Per
Samen met aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u! agregarBijmengen
Toevoegen la zanahoriaDe peen
De wortel ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte, sofreírFruiten y por últimoTenslotte agregarBijmengen
Toevoegen el vino blancoDe witte wijn, sazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen conDoor
Met
Per
Samen met oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten.
44
Vier ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn el meroDe grote zaagbaars
De tandbaars
De zaagbaars salseadoMet saus begoten
Met saus overgoten por encimaBovendien
Er bovenop y acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen de los Cogollos.
55
Vijf ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Cebolla Mero Orégano Perejil Romero Zanahoria
PimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers del piquillo rellenosAanvullingen
Farcen
Farces
Gedempt
Gedempte
Gevuld
Gevulde
Opvulsels
Voleindingen
Vulsels
Vullingen de bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis
Ingredientes:
22
Twee latasBlikjes
Blikken
Bussen
Jij/je klopt
Latten
Trommels
Trommeltjes de pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers del Piquillo
BacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis alNaar de
Naar het pil-pil: 500500
Vijfhonderd gr. de bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis en salazónPekelen
Zouten,
55
Vijf dientes de ajoKnoflookteentjes,
11
Een/44
Vier de litroLiter de aceite de olivaOlijfolie
Salsa VizcaínaSalsa a base de pimiento choriceros y cebolla que puede llevar tomate. Muy famoso el bacalao a la vizcaína, también acompaña patas, morros, orejas etc.: 11
Een´55
Vijf kg de cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien, 55
Vijf dientes de ajoKnoflookteentjes, 1010
Tien pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers choriceros, 4040
Veertig gr. de harinaBloem
Meel y 11
Een litroLiter de caldo de pescadoVisbouillon.
Preparación:
DesalarOntzouten el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis sumergiéndoloHet onderdompelend en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n 48 horasTijden
Uren (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las tajadasDe filets
De moten
De plakken
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën de bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten desaladoOntzout
Ontzoute en 36-40 horaTijd
Uur). CambiarAfwisselen
Denatureren
Kenteren
Omwisselen
Ruilen
Variëren
Veranderen
Verkeren
Vermaken
Verwisselen
Werken
Wisselen el aguaHet water cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes 1212
Twaalf horasTijden
Uren. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis conDoor
Met
Per
Samen met la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen que la salHet zout alNaar de
Naar het caerAfvallen
Geraken
Laten vallen
Neervallen
Vallen
Verschieten
Vervallen al fondoAan het eind
Naar de bodem se impregneWordt geïmpregneerd en la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel. ProbarAanpassen
Aantonen
Adstrueren
Beproeven
Bewijzen
Bezoeken
Op de proef stellen
Passen
Proberen
Proeven
Staven
Toetsen
Uitproberen
Uitwijzen
Waarmaken la carneHet vlees de bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis más cercanaDichts a la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel (ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la últimaAchterste
Jongstleden
Laatste parte enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt in
Verdeel in! desalarOntzouten) paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! comprobarBevinden
Bewijzen
Constateren
Controleren
Nagaan
Proberen
Vaststellen
Verifiëren que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! desaladoOntzout
Ontzoute. Es preferibleHet is aan te
bevelen mantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis en cámaraCamera
Cameraman
Filmcamera
Fotocamera
Fototoestel
Kamer
Kamertje
Lokaal
Luchtband
Televisiecamera
Vertrek duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el procesoDe gerechtszaak
De ontwikkelingsgang
De rechtszaak
De zaak
Het geding
Het proces
Het rechtsgeding
Het verloop.
ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking de la SalsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop vizcaína:
PicarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a pocharSauteren
Smoren (in vet) la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui. rehidratar los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers choriceros en sumergiéndolosOnderdompelend sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te el raboDe staart
Het gerecht met staart
van os of stier en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens una horaEen tijd
Een uur. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer pochadaGepocheerd
Gepocheerde
Gesauteerd
Gesmoord (in vet) la verduraDe groente añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers ligamosWij binden
Wij/we binden
Wij/we binden vast
Wij/we bonden
Wij/we bonden vast
Wij/we lieerden
Wij/we liëren
Wij/we maakten vast
Wij/we maken vast
Wij/we sloten aan
Wij/we sluiten aan
Wij/we verbinden
Wij/we verbonden conDoor
Met
Per
Samen met la harinaDe bloem
Het meel y mojamosWij maken nat
Wij/we betten
Wij/we bevochtigden
Wij/we bevochtigen
Wij/we deppen
Wij/we depten
Wij/we dompelden in
Wij/we dompelen in
Wij/we doopten in
Wij/we dopen in
Wij/we maakten nat
Wij/we maken nat
Wij/we soppen
Wij/we sopten conDoor
Met
Per
Samen met el caldo de pescadoDe visbouillon y dejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 1010
Tien minutosMinuten. PasamosWij passeren
Wij/we brachten door
Wij/we brengen door
Wij/we gaan langs
Wij/we gaan over
Wij/we gaan voorbij
Wij/we gaven aan
Wij/we gebeurden
Wij/we gebeuren
Wij/we geven aan
Wij/we gingen langs
Wij/we gingen over
Wij/we gingen voorbij
Wij/we haalden in
Wij/we halen in
Wij/we komen langs
Wij/we komen om
Wij/we kwamen langs
Wij/we kwamen om
Wij/we laten door
Wij/we lieten door
Wij/we overkomen
Wij/we overkwamen
Wij/we passeerden
Wij/we passeren
Wij/we reiken aan
Wij/we reikten aan
Wij/we staken over
Wij/we steken over
Wij/we verdreven
Wij/we verdrijven
Wij/we vergaan
Wij/we vergingen
Wij/we verliepen
Wij/we verlopen
Wij/we verstreken
Wij/we verstrijken la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop por un pasapurésEen pureerzeef
Een pureestamper
Een zeef (om puree
te maken) y ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer a puntoPrecies goed de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking del RellenoVan de vulling:
ElaboramosWij maken
Wij/we bereidden
Wij/we bereiden
Wij/we bewerken
Wij/we bewerkten
Wij/we ontwikkelden
Wij/we ontwikkelen
Wij/we produceerden
Wij/we produceren
Wij/we vervaardigden
Wij/we vervaardigen
Wij/we verwerken
Wij/we verwerkten
Wij/we werken uit
Wij/we werkten uit un bacalaoEen gul
Een kabeljauw
Een klipvis
Een stokvis alNaar de
Naar het pil-pil. FileteamosWij snijden in plakjes
Wij/we fileerden
Wij/we fileren los ajosDe loken y los ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer a dorarAanbraden
Doreren fuego lentoLaag vuur para queOpdat
Zodat el aceiteDe olie
De olijfolie adquieraBehaalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik behaal
Ik koop
Ik koop aan
Ik krijg
Ik maak buit
Ik verkrijg
Ik verwerf
Koopt u aan!
Koopt u!
Krijgt u!
Maakt u buit!
Verkrijgt
Verkrijgt u!
Verwerft u! saborSmaak a ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look en una cazuela de barroEen aardewerk schaaltje. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer doradosAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakrelen
Plevieren
Pluvieren
Verguld
Vergulde los ajosDe loken los retiramosVerwijderen we
Wij/we haalden uit
Wij/we halen uit
Wij/we trekken in
Wij/we trekken terug
Wij/we trokken in
Wij/we trokken terug
Wij/we verwijderden
Wij/we verwijderen y añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe las tajadasDe filets
De moten
De plakken
De schijven
De sneden
De sneetjes
De sneeën de bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis conDoor
Met
Per
Samen met la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n ocho8
Acht minutosMinuten sin queZonder dat el aceiteDe olie
De olijfolie hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u! ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl elloDat
Het secaría(Het) zou drogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afdrogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afvegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afwissen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou drogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou droogmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitdrogen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wissen
Ik zou afdrogen
Ik zou afvegen
Ik zou afwissen
Ik zou drogen
Ik zou droogmaken
Ik zou uitdrogen
Ik zou vegen
Ik zou wissen el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis. RetiramosVerwijderen we
Wij/we haalden uit
Wij/we halen uit
Wij/we trekken in
Wij/we trekken terug
Wij/we trokken in
Wij/we trokken terug
Wij/we verwijderden
Wij/we verwijderen el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis y loDe
Hem
Het
U colocamosWij plaatsen
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we brachten onder
Wij/we brengen onder
Wij/we deden
Wij/we doen
Wij/we legden
Wij/we legden neer
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we plaatsen
Wij/we plaatsten
Wij/we staken
Wij/we steken
Wij/we stelden
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we verplaatsen
Wij/we verplaatsten
Wij/we vlijden
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten neer
Wij/we zetten uit conDoor
Met
Per
Samen met la pielDe dop
De huid
De pels
De schaal
De schil
De schors
De vacht
Het bont
Het dierenvel
Het vel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cazuela de barroAardewerk schaaltje templadaBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige. AñadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan el aceiteDe olie
De olijfolie a chorroScheut finoDelicaat
Delicate
Droge sherry
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere mientrasTerwijl giramosWij draaien
Wij/we draaiden
Wij/we draaiden om
Wij/we draaiden rond
Wij/we draaien
Wij/we draaien om
Wij/we draaien rond
Wij/we endosseerden
Wij/we endosseren
Wij/we gireerden
Wij/we gireren
Wij/we keerden
Wij/we keerden om
Wij/we keerden ons om
Wij/we keren
Wij/we keren om
Wij/we keren ons om
Wij/we slaan af
Wij/we sloegen af
Wij/we wendden
Wij/we wenden sin cesarOnophoudelijk la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht para queOpdat
Zodat el aceiteDe olie
De olijfolie ligue(Het) bindt
Avontuurtje
Bindt u vast!
Bindt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt
Ik bind
Ik bind vast
Ik lieer
Ik maak vast
Ik sluit aan
Ik verbind
Lieert u!
Maakt u vast!
Scharreltje
Sluit u aan!
Verbindt u!.
DesmigamosWij verkruimelen
Wij/we kruimelden
Wij/we kruimelen
Wij/we verbrokkelden
Wij/we verbrokkelen
Wij/we verkruimelden
Wij/we verkruimelen el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis y loDe
Hem
Het
U ligamosWij binden
Wij/we binden
Wij/we binden vast
Wij/we bonden
Wij/we bonden vast
Wij/we lieerden
Wij/we liëren
Wij/we maakten vast
Wij/we maken vast
Wij/we sloten aan
Wij/we sluiten aan
Wij/we verbinden
Wij/we verbonden conDoor
Met
Per
Samen met el pil-pil.
PimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers: SecarlosHen drogen en el hornoDe kachel
De oven y rellenarlosZe vullen.
PreparaciónAanmaken
Bereiden
Bereiding
Bereidingswijze
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden finalBeslissingswedstrijd
Besluit
Beëindiging
Eind
Eind-
Einde
End
Finale
Slot
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Voleinding: CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan conDoor
Met
Per
Samen met una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde de la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop vizcaína hirviendoBorrelend
Kokend
Kokend heet
Kokende
Op het kookpunt zijnd
Sudderend
Ziedend (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen que los pimientosDe chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De peruaanse pepers
De roze pepers
De spaanse pepers se rompanStuk gaan
Zij/ze gaan kapot). En otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cazuelaBraadpan
Eenpansgerecht
Kasserol
Lage kookpot
Ovenschotel
Steelpan calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen el restoDe rest
De stomp
De stronk de la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen que se mezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich onder
de mensen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt zich dooreen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaagschapt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt zich conDoor
Met
Per
Samen met trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken de rellenoAanvulling
Bijvullen
Farce
Gedempt
Gedempte
Gevuld
Gevulde
Ik farceer
Ik vul
Ik vul bij
Ik vul in
Ik vul op
Ik zet op
Invullen
Opvulsel
Opvullen
Opzetten
Voleinding
Vulsel
Vullen
Vulling o pimientosChilipepers
Lomboks
Paprika's
Pepers
Pepperoni's
Peruaanse pepers
Roze peperkorrels
Roze pepers
Spaanse pepers que se pudiesenKonden romperAfbreken
Breken
Doorbreken
Kapot maken
Kapotmaken
Schenden
Scheuren
Stukbreken
Verbreken
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Bacalao Cada Cada Pimientos Pimientos Pimientos del piquillo
Caldereta de bogavante alNaar de
Naar het estiloStijl
Trant
Wijze de Menorca
Ingredientes:
SopasSoepen de panBrood
Mik
Pan (rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven de panBrood
Mik
Pan cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer delgadasDun
Dunne
Rank
Ranke
Slank
Slanke
Tenger
Tengere y tostadas)
-Beschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's 55
Vijf bogavantesKreeften
Zeekreeften de 11
Een/22
Twee kg.
-22
Twee CebollasAjuinen
Bloembollen
Uien medianasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Medianen
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijnen (cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd a cuadritosVierkantjes muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pequeños)
-Klein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne 11
Een Pimiento VerdeGroene paprika pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne.
66
Zes Dientes de ajoKnoflookteentjes laminados
-Gelaagd
Gelaagde 22
Twee CazosSauspannen de tomateTomaat
Tomaatplant trituradoFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt crudoAardolie
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la picada:
-Boos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige ½ copitaDrankje
Glaasje de coñac
-Cognac ZumoSap
Vruchtensap de 11
Een limón
-Citroen
Citroenblad
Limoen
Limon Perejil
-Bladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y Azafrán
-Saffraan
Saffraankrokus 44
Vier YemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels de huevoEi crudas
-Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige 1212
Twaalf Almendras
-Amandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels 11
Een diente de ajo
-Knoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook El cerebroDe hersenen
De hersens
Het brein de los bogavantesDe kreeften
De zeekreeften y las huevasDe kuit
De viskuit
De viskuiten
De visseneieren siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals las tuvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
Jij had.
Preparación:
1.-1
Een PicadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige: En un morteroEen houwitser
Een metselkalk
Een mortel
Een mortier
Een specie
Een vijzel machacamosWij stampen
Wij/we stampen
Wij/we stampen fijn
Wij/we stampten
Wij/we stampten fijn los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten sólidosDegelijk
Degelijke
Deugdelijk
Deugdelijke
Flink
Flinke
Gedegen
Gevestigd
Gevestigde
Hecht
Hechte
Massief
Massieve
Solide
Sterk
Sterke
Stevig
Stevige
Vast
Vaste,
(ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, almendraAmandel
Zoete amandel, azafránSaffraan
Saffraankrokus y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout) seguidamenteAanstonds
Vervolgens se agregaMen voegt toe el coñacDe cognac, zumo de limónCitroensap, las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels y el cerebroDe hersenen
De hersens
Het brein estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd a la caldereta en suHaar
Hun
Uw
Zijn debidoBehoord te
Gediend
Gehoord
Gemoeten
In de schuld gestaan
Juist
Schuldig geweest
Te danken gehad
Verplicht geweest om te
Verschuldigd geweest momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip.
2.-2
Twee En una cazuela de barroEen aardewerk schaaltje se salteaMen bakt ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug los bogavantesDe kreeften
De zeekreeften conDoor
Met
Per
Samen met aceite de olivaOlijfolie y se reservanMen zet weg.
3.-3
Drie En el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer a fuego moderadoMatig vuur el ajoDe/het knoflook, pimientoChilipeper
Lombok
Paprika
Peper
Pepperoni
Peruaanse peper
Roze peper
Roze peperkorrels
Spaanse peper y cebollaAjuin
Bloembol
Ui, una vez doradoEenmaal gebruind agregarBijmengen
Toevoegen el puré de tomateDe tomatenpuree hasta queTot
Totdat ésteDeze
Dit empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan! a pegarseAanbranden, pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan por el pasapurésDe pureerzeef
De pureerzeven
De pureestamper
De zeef (om puree
te maken)
De zeven (om puree
te maken) y devolver aTerugbrengen naar
Teruggeven aan la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht, rehogarSauteren
Smoren (in vet) unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n instantesMomenten
Ogenblikken
Oogwenken
Tellen
Tijdstippen
Wijlen
Wippen juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen alNaar de
Naar het bogavanteEuropese kreeft
Kreeft
Zeekreeft, se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!; llevar a ebulliciónAan het koken brengen a fuego moderadoMatig vuur, cuandoAls
Tijdens
Wanneer rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden pararAanhouden
Afslaan
Afzetten
Blijven staan
Buiten werking stellen
Doen ophouden
Halt houden
Keren
Ophouden
Stilhouden
Stilstaan
Stilzetten
Stilleggen
Stoppen
Stopzetten
Stuiten el fuegoHet vuur y agregarBijmengen
Toevoegen la "picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige"; la dejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen a temperaturaTemperatuur ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming y posteriormenteDaarna
Later la conservamosWij behouden
Wij/we behielden
Wij/we behouden
Wij/we bergen
Wij/we bespraken
Wij/we bespreken
Wij/we bestelden
Wij/we bestellen
Wij/we bewaarden
Wij/we bewaren
Wij/we boeken
Wij/we boekten
Wij/we borgen
Wij/we conserveerden
Wij/we conserveren
Wij/we hielden open
Wij/we hielden over
Wij/we hielden vrij
Wij/we houden open
Wij/we houden over
Wij/we houden vrij
Wij/we onderhielden
Wij/we onderhouden
Wij/we reserveerden
Wij/we reserveren en frigoríficoKoelkast de 1212
Twaalf a 2424
Vierentwintig h.
4.-4
Vier Al díaPer dag siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende se calientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden
Men verwarmt a fuego muy lentoZeer laag vuur removiéndolaRoerend con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van en ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip que rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden, llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip se paraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tot stilstand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt el fuegoHet vuur y se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Almendra Azafrán Bogavante Caldereta Cebolla Cuadritos Limón Perejil Pimiento Pimiento Tomate Tomate
GarbanzosKikkererwten conDoor
Met
Per
Samen met chipironesPijlinktvisjes y almejasHartschelpen
Mosselen
Mossels
Strandgapers
Ingredientes:
500500
Vijfhonderd g de garbanzosKikkererwten
1212
Twaalf almejasHartschelpen
Mosselen
Mossels
Strandgapers medianasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Medianen
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijnen
250 g de chipironesPijlinktvisjes pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
44
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes
22
Twee tomatesTomaatplanten
Tomaten madurosBelegen
Bezonken
Rijp
Rijpe
11
Een zanahoriaBospeen
Breekpeen
Grove peen
Peen
Waspeen
Wilde peen
Winterpeen
Winterwortel
Wortel
11
Een ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look puerroOerprei
Prei
11
Een/22
Twee pimiento rojoLombok
Paprika
Pepperoni
Rode paprika
Spaanse peper
22
Twee l de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
11
Een vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn
11
Een/22
Twee dl de aceite de olivaOlijfolie
pimienta blancaWitte peper molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten los garbanzosDe kikkererwten en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak conDoor
Met
Per
Samen met un litroEen liter de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! de y dejarlosHen laten en remojoIn de week todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle la nocheDe avond
De nacht. EscurrirlosLaat ze uitdruipen y ponerlosZe doen a cocerBakken
Koken en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak conDoor
Met
Per
Samen met el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één litroLiter de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen una hoja de laurelEen laurier
Een laurierblad, dos2
Do's
Twee
Tweede dientes de ajoKnoflookteentjes y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! cebollaAjuin
Bloembol
Ui. Cocer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
(85 graden celsius) koken. MientrasTerwijl, cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pequeñitosKleintjes las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad, el ajoDe/het knoflook puerroOerprei
Prei y el pimiento rojoDe lombok
De paprika
De pepperoni
De rode paprika
De spaanse peper. PonerloDoe het in
Zetten todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan conDoor
Met
Per
Samen met aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!. SalpimentarMet zout en peper
kruiden. CuandoAls
Tijdens
Wanneer esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart sofritoBaksel
Gefruit, agregarBijmengen
Toevoegen el vasoDe pot
De pul
De vaas
Het drinkglas
Het glas de vino blancoWitte wijn, los chipironesDe pijlinktvisjes y las almejasDe hartschelpen
De mosselen
De mossels
De strandgapers, así comoAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts los garbanzosDe kikkererwten, conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! de la cocciónHet bakken
Het koken. CocerlosKoken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius). ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn espolvoreadosBepoederd
Bestrooid
Bestrooide conDoor
Met
Per
Samen met huevo duroHard gekookt ei
Hardgekookt ei
Hardgekookte ei ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Cebolla Pimienta blanca Pimiento rojo Puerro Zanahoria
Salsa básicaBasissaus
Ingredientes:22
Twee latasBlikjes
Blikken
Bussen
Jij/je klopt
Latten
Trommels
Trommeltjes de puré de tomateTomatenpuree
22
Twee dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een pocillo de aceite de olivaOlijfolie
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
PicarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen los ajosDe loken, ponerlosZe doen en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan, dentroBinnen
Daarbinnen
Erin del aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y llevarlaBreng hem alNaar de
Naar het fuegoVuur, de manera queZó dat se cocinenMen kookt peroDoch
Echter
Maar que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se fríanAfkoelen
Bakken. Antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer lleguen(Zij) komen
Arriveert u!
Brengt u door!
Geeft u aan!
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u!
Zij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven a dorarseBruin worden, agregarBijmengen
Toevoegen el tomateDe tomaat
De tomaatplant y la salHet zout. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van llegarAangeven
Aankomen
Aanlanden
Aanreiken
Arriveren
Doorbrengen
Verdrijven a hervorBorrelen
Koken
Zieden y apagarBlussen
Dempen
Doven
Uitblazen
Uitblussen
Uitdoen
Uitdoven
Uitmaken
Uitschakelen
Uitzetten el fuegoHet vuur.
BullabesaBouillabaisse
Franse vissoep
Ingredientes:
11
Een 11
Een/22
Twee Kg pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht variadoAfgewisseld
Gevarieerd
Gevarieerde
Gewerkt
11
Een langostaKreeft
Langoest
Pantserkreeft
Sprinkhaan
Zeekreeft pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne (o gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen, mejillonesMosselen
Mossels, nécoraFluwelen zwemkrab, etcEnzovoorts) (noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende conDoor
Met
Per
Samen met pulpoInktvis
Kleine inktvis
Kraak
Octopus)
33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een cebollaAjuin
Bloembol
Ui
11
Een puerroOerprei
Prei
22
Twee ó 33
Drie tomatesTomaatplanten
Tomaten
22
Twee ramitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
11
Een hoja de laurelLaurier
Laurierblad
AzafránSaffraan
Saffraankrokus
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimientaPeper
Aceite de olivaOlijfolie
RebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën de panBrood
Mik
Pan tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde.
Preparación:
PicarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen finoDelicaat
Delicate
Droge sherry
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere los vegetalesDe groeisels
De planten menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad y el tomateDe tomaat
De tomaatplant, el cualDat
De welke
Die
Hij die
Wat se picaHakt men
Men prikt un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid. TrocearIn stukken snijden los pescadosDe visgerechten
De vissen y la langostaDe kreeft
De langoest
De pantserkreeft
De sprinkhaan
De zeekreeft en pedazosBonken
Brokken
Eindjes
Hompen
Stukjes
Stukken
Stuks medianosDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden- (33
Drie ó 44
Vier trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken).
SofreírFruiten el ajoDe/het knoflook, cebollaAjuin
Bloembol
Ui, puerroOerprei
Prei y perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens tomateTomaat
Tomaatplant y laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer. RehogarSauteren
Smoren (in vet) hasta queTot
Totdat sequeDroog
Droogt u af!
Droogt u uit!
Droogt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
Maakt u droog!
Veegt u af!
Veegt u!
Wist u af!
Wist u! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat. AgregarBijmengen
Toevoegen los pescadosDe visgerechten
De vissen y mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten en ordenAfgesproken
Akkoord
Goed
In orde
Oké
Top: langostaKreeft
Langoest
Pantserkreeft
Sprinkhaan
Zeekreeft, pescadosGevist
Visgerechten
Vissen duros5-pesetamunten
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai
Taaie, pescadosGevist
Visgerechten
Vissen tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte; cocinarBereiden
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken conDoor
Met
Per
Samen met aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! suficienteVoldoende y sazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimientaPeper y azafránSaffraan
Saffraankrokus. MantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden en ebulliciónKoken 1515
Vijftien min.
RetirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen los pescadosDe visgerechten
De vissen y mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten, reducirBeperken
Herleiden
Inkoken
Inkrimpen
Reduceren
Réduire
Vereenvoudigen
Zetten el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la consistenciaDe consistentie
De samenhang
De stevigheid
De vastheid
Het verband deseadaBegeerd
Geambieerd
Geaspireerd
Gedongen naar
Gehaakt naar
Gehunkerd
Gesmacht
Gesmacht naar
Gesnakt naar
Gestreefd naar
Gewenst
Nagejaagd
Nagestreefd
Trek gehad in
Verkorenª
Verkozen
Verlangd. ColarFiltreren
Zeven y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! rebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën de panBrood
Mik
Pan tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde frotadoAangestreken
Geboend
Gewreven
Ingewreven
Uitgeschuurd
Uitgewreven con ajoMet knoflook.
(HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs aquíAlhier
Hier, la recetaHet recept originalApart
Aparte
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Origineel
Originele)
22
Twee versionesUitvoeringen
Versies del procedimientoAfstammen
Bereidingswijze
Ontspruiten
Procedé
Procedure
Voortgaan
Voortkomen
Werken
Werkwijze:
11
Een- AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! preparasJij/je bereidt
Jij/je bereidt toe
Jij/je bereidt voor
Jij/je leidt op
Jij/je maakt aan
Jij/je maakt klaar el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat conDoor
Met
Per
Samen met los pescadosDe visgerechten
De vissen, mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten y laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer. Por otro ladoOverkant
Overzijde, hacesBossen
Bundels
Jij neemt
Jij/je bedrijft
Jij/je brengt uit
Jij/je doet
Jij/je maakt
Jij/je maakt aan
Jij/je richt uit
Jij/je voert uit el sofritoHet baksel
Het gefruite. CuelasJij zeeft
Jij/je filtreert
Jij/je zeeft el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat y mezclasArtsenijmengsels
Jij mengt
Jij/je mengt
Jij/je mixt
Jij/je tempert
Jij/je vermengt
Jij/je verwart
Melanges
Mengelingen
Mengelmoezen
Mengsels
Mixen
Mixturen
Vermengingen ambasBeide cosasAangelegenheden
Affaires
Dingen
Jij/je naait
Jij/je naait aan
Voorwerpen
Zaken. ReducirBeperken
Herleiden
Inkoken
Inkrimpen
Reduceren
Réduire
Vereenvoudigen
Zetten hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la consistenciaDe consistentie
De samenhang
De stevigheid
De vastheid
Het verband deseadaBegeerd
Geambieerd
Geaspireerd
Gedongen naar
Gehaakt naar
Gehunkerd
Gesmacht
Gesmacht naar
Gesnakt naar
Gestreefd naar
Gewenst
Nagejaagd
Nagestreefd
Trek gehad in
Verkorenª
Verkozen
Verlangd. ColarFiltreren
Zeven y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn sobre elOp de
Op het panBrood
Mik
Pan.
(A míMe
Mij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij resultó(Het) resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproot voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeide voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgde "retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen el pescadoDe dode vis
De vis
De vis (dood)
Het visgerecht" comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt la recetaHet recept originalApart
Aparte
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Origineel
Originele porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend se deshace(Het) valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Vervloeit algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht regandoArroserend
Begietend
Besprenkelend
Besproeiend
Bevloeiend
Gietend
Sproeiend
Water gevend
Waterend las espinasDe doornen
De doorns
De graten
De visgraten, etcEnzovoorts por todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat. YoEgo
Ik prefiero(Ik) verkies
Ik doe liever
Ik geef de voorkeur
aan
Ik geef voorkeur aan
Ik prefereer
Ik trek voor
Ik verkies
Ik wil liever colarloZeef het. EstaDeze
Dit primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke versiónUitvoering
Versie esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la queDat
Die
Wie
Zij die meMe
Mij gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus).
22
Twee- EstaDeze
Dit sopaSoep debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld! quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zijn caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat, conDoor
Met
Per
Samen met cuerpoCorps
Korps
Legerkorps
Lichaam
Lijf peroDoch
Echter
Maar de texturaStructuur
Textuur
Weefsel finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere, los pescadosDe visgerechten
De vissen y mariscosSchaaldieren
Schelpdieren
Zeevruchten se sirvenMen dient ze op
Zij/ze bedienen zich
Zij/ze gebruiken
Zij/ze gelieven
Zij/ze schenken zichzelf in
Zij/ze tasten toe
Zij/ze zijn zo goed
om te aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! o noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se sirvenMen dient ze op
Zij/ze bedienen zich
Zij/ze gebruiken
Zij/ze gelieven
Zij/ze schenken zichzelf in
Zij/ze tasten toe
Zij/ze zijn zo goed
om te; sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast una amigaEen vriendin que leHaar
Hem
Het
U mezclaArtsenijmengsel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Melange
Meng!
Mengeling
Mengelmoes
Mengen
Mengsel
Mix
Mix!
Mixen
Mixtuur
Temper!
Temperen
Vermeng!
Vermengen
Vermenging
Verwar!
Verwarren un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle: pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht, mariscoSchaaldier
Schelpdier
Zeevrucht y vegetalesGroeisels
Plantaardig
Plantaardige
Planten
Vegetarisch
Vegetarische.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Azafrán Cebolla Hoja de laurel Laurel Perejil Pimienta Puerro Pulpo Tomate Tomate
AlcaucilesArtisjokken de trebujena
Ingredientes:
22
Twee kilosKilo's
Kilogrammen y 11
Een/22
Twee de alcachofasArtisjokken
44
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een cucharada rasaAfgestreken lepel de harina de trigoTarwemeel
22
Twee cucharadas soperasEetlepels
Soeplepels de vino blancoWitte wijn
11
Een/22
Twee vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de aceite de olivaOlijfolie
22
Twee cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien medianasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Medianen
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijnen
11
Een manojoBosje
Bundeltje
Handvol
Wis de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren el talloDe stengel de la alcachofaDe artisjok
De artisjok groen irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven quitandoAfdoend
Afhalend
Afnemend
Aftrekkend
Afzettend
Berovend
Eraf halend
Opgevend
Prijsgevend
Rissend
Ritsend
Uitdoend
Uitkrijgend
Uittrekkend
Verwijderend
Weghalend
Weglatend
Wegnemend las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten externasBuiten-
Extern
Externe
Uiterlijk
Uiterlijke
Uitwendig
Uitwendige durasGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Jij/je beklijft
Jij/je blijft
Jij/je blijft aan
Jij/je duurt
Jij/je duurt voort
Jij/je houdt aan
Jij/je houdt stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai
Taaie hasta queTot
Totdat quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje en la queDat
Die
Wie
Zij die las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn prácticamenteIn de praktijk
Praktisch blancasBlank
Blanke
Wit
Witte. ColocarlasPlaats ze en un cuencoEen kom conDoor
Met
Per
Samen met aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! y abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige zumo de limónCitroensap paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen que se pongan(Zij) worden
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden negrasZwart
Zwarte.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan alNaar de
Naar het fuegoVuur, echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen el aceiteDe olie
De olijfolie y la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige. CuandoAls
Tijdens
Wanneer la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! glaseadaGeglaceerd
Geglaceerde
Glanzend gemaakt se le echanMen gooit erbij los ajosDe loken y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie finamenteFijn
Keurig picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
Se lesHen
Hun
U daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n vueltasAswentelingen
Draaien
Draaiingen
Gedraaid
Gekeerd
Gewend
Gewenteld
Gezwenkt
Keren
Omgedraaid
Omlopen
Omwentelingen
Rondgedraaid
Rondritten
Rotaties
Teruggegaan
Teruggekeerd
Teruggekomen
Teruggelopen
Teruggetrokken
Terugreizen
Toeren
Wedergekeerd
Wedergekomen
Weer gegaan
Weeromgekomen
Wendingen
Wentelingen
Wielingen
Zwenken
Zwenkingen conDoor
Met
Per
Samen met lunaMaan
Ruit
Staande spiegel cuchara de paloPollepel, se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit la harinaDe bloem
Het meel y se vuelve aMen herhaalt removerRoeren
Verwijderen todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, mezclándoloHet vermengend bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart y evitandoMijdend
Ontwijkend
Uit de weg gaand
Vermijdend
Voorkomend que se formenZich vormen grumosKlonten
Klontjes.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer la harinaDe bloem
Het meel empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan! a cambiarAfwisselen
Denatureren
Kenteren
Omwisselen
Ruilen
Variëren
Veranderen
Verkeren
Vermaken
Verwisselen
Werken
Wisselen el colorDe kleur a tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde, se echanMen gooit
Zij/ze beginnen
Zij/ze gaan liggen
Zij/ze laten zich door
zijn toorn meeslepen
Zij/ze nemen
Zij/ze springen
Zij/ze storten zich
Zij/ze sturen alles in
de war
Zij/ze wedden
Zij/ze wedijveren
Zij/ze werpen zich
Zij/ze wijden zich
Zij/ze worden broeds las alcachofasDe artisjokken y se rehogan(Zij) worden warm. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle conDoor
Met
Per
Samen met aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!, echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen el vinoDe wijn y cuandoAls
Tijdens
Wanneer rompa(Het) breekt
Breekt u af!
Breekt u door!
Breekt u stuk!
Breekt u!
Doorbreekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schendt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreekt
Ik breek
Ik breek af
Ik breek door
Ik breek stuk
Ik doorbreek
Ik maak kapot
Ik schend
Ik verbreek
Maakt u kapot!
Schendt u!
Verbreekt u! a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden se bajaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bukt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Inzakt el fuegoHet vuur y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat cocer a fuego lentoOp een zacht vuurtje
(85 graden celsius) koken duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens al menosAlthans
Tenminste una horaEen tijd
Een uur. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals veisJullie bekijken
Jullie kijken
Jullie zien que la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand reducidoBeperkt
Gereduceerd
Gezet
Herleid
Ingekookt
Ingekookte
Ingekrompen
Vereenvoudigd y las alcachofasDe artisjokken estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch durasGrimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Jij/je beklijft
Jij/je blijft
Jij/je blijft aan
Jij/je duurt
Jij/je duurt voort
Jij/je houdt aan
Jij/je houdt stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai
Taaie, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!. A mitadHelft de la cocciónHet bakken
Het koken añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen la salHet zout a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak de cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen.
Al finalTenslotte, las alcachofasDe artisjokken debenZij moeten
Zij/ze behoren te
Zij/ze dienen
Zij/ze hebben te danken
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
Zij/ze staan in de
schuld
Zij/ze zijn schuldig
Zij/ze zijn verplicht om
te
Zij/ze zijn verschuldigd quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
raken
Passen
Staan
Worden
Zijn muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte y conDoor
Met
Per
Samen met una salsaEen braadjus
Een dipsaus
Een jus
Een jus (lichte, bruine)
Een salsamuziek
Een saus
Een sop EspesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!.
ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!.
Se puedeMen kan acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen de unosVan zo´n taquitosRolletjes de jamónHam de la SierraDe bergketen
De zaag
Het gebergte de Huelva
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cuchara de palo Luna Perejil
CarneVlees vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
Ingredientes:
150 grs. de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
120 grs. queso manchegoElaborado con leche de oveja de la raza manchega, debe tener una curación mínima de 60 días, dando lugar a un queso semicurado o curado, de pasta grasa prensada, firme y compacta. Las medidas y peso según la ultima regulación son: de 7 a 12 cm. De altura, de 9 a 22 cm. De diámetro y entre 1,5 y 3 kilos de peso. El queso manchego es de pasta firme, de color variable desde el blanco al marfil amarillento, pudiendo presentar ojos pequeños desigualmente repartidos. Aroma y sabor peculiares y excelentes. . tiernoGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
33
Drie huevosEieren
22
Twee cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
11
Een pimiento verdeGroene paprika
250 grs. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
300300
Driehonderd grs. pan ralladoPaneermeel
33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes
150 ml. de aceite de olivaOlijfolie
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel! de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm
Preparación:
En un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat hondoDiep
Diepe se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten, el quesoDe kaas, los huevosDe eier
De eieren batidosDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshakes
Omgeroerd, el panDe mik
Het brood trituradoFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt, una cebollaEen ajuin
Een bloembol
Een ui ralladaGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte, dos2
Do's
Twee
Tweede dientes de ajoKnoflookteentjes picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout. HagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer compactaCompact
Compacte
Dicht
Dicht opeen
Dichte, y deleGeef het formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze de cilindroCilinder
Rol alargadoAangegeven
Aangereikt
Afgedragen
Doorgebracht
Doorgetrokken
Doortrokken
Gerekt
Lange
Langer gemaakt
Overgegeven
Overhandigd
Ter hand gesteld
Toegereikt
Uitgelegd
Uitgerekt
Uitgetrokken
Verdreven
Verlengd.
CalienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! el aceiteDe olie
De olijfolie en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan y doreBraadt u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt aan
Ik braad aan
Maak bruin el diente de ajoDe teen knoflook
Het knoflookteentje
Het teentje knoflook. SaqueAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaalt u!
Behalen
Brengt u naar buiten!
Doet u af!
Doet u uit!
Dwingt u af!
Haal uit
Haalt u eruit!
Haalt u te voorschijn!
Haalt u uit!
Haalt u van!
Haalt u!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knevelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoost u!
Hozen
Ik behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik dwing af
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik knevel
Ik krijg uit
Ik ontleen
Ik pers af
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Knevelt u!
Krijgt u uit!
Ontleent u!
Ontlenen
Perst u af!
Put u!
Putten
Scheppen
Schept u!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet u af! y reserveBespreekt u!
Bestelt u!
Boekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Houdt u open!
Houdt u vrij!
Ik bespreek
Ik bestel
Ik boek
Ik houd open
Ik houd vrij
Ik reserveer
Ik teken in
Ik zet weg
Reserveert u!
Tekent u in!
Zet apart
Zet u weg! el ajoDe/het knoflook. En suHaar
Hun
Uw
Zijn lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel pongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u! el cilindroDe cilinder
De rol a fuego medioMatig vuur hasta queTot
Totdat se doreBruin wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bruin uniformementeUniform
Éénvormig. RetireHaal weg
Haalt u uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Ik haal uit
Ik trek in
Ik trek terug
Ik verwijder
Trekt u in!
Trekt u terug!
Verwijdert u! a una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan de fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste anchoBrede
Breed
Breedte
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde.
MientrasTerwijl tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer, laveDoet u de was!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet de was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast uit
Ik doe de was
Ik loog
Ik was
Ik was af
Ik was uit
Loogt u!
Was
Wast u af!
Wast u uit!
Wast u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart y troceeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt in stukken
Ik snijd in stukken
Snijd in stukken
Snijdt u in stukken! la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één cebollaAjuin
Bloembol
Ui, el pimientoDe chilipeper
De lombok
De paprika
De peper
De pepperoni
De peruaanse peper
De roze peper
De roze peperkorrels
De spaanse peper y las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels. RehóguelasWarm ze weer op en la sarténIn de pan gebakken conDoor
Met
Per
Samen met el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in! y viértaloGiet het todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle sobre laOp de
Op het carneVlees que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! en la cazuelaDe braadpan
De kasserol
De lage kookpot
De ovenschotel
De steelpan
Het eenpansgerecht.
En el morteroDe houwitser
De metselkalk
De mortel
De specie
De vijzel
De/het mortier se machacaMen verplettert el ajoDe/het knoflook fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde que tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast apartadoAfgehouden
Afgelegen
Afgescheiden
Afgezonderd
Alinea
Apart
Aparte
Gescheiden
Geschift
Geïsoleerd
Geïsoleerde
Onthouden
Onttrokken
Opzij geschoven
Postbus
Weggehaald
Weggehouden
Weggezet conDoor
Met
Per
Samen met un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie y tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm eEn incorpóreloVoeg het toe igualmenteDito
Eveneens
Gelijkelijk
Hetzelfde
In gelijke mate
Insgelijks
Ook
Op dezelfde wijze a la cazuelaIn de kookpot.
AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! sin queZonder dat llegueArriveert u!
Begint
Brengt u door!
Geeft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Ik arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u! a cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal el redondoHet rond y sazoneAssaisoneert u!
Breng op smaak
Brengt u op smaak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze assaisoneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op smaak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kruidt
Ik assaisoneer
Ik breng op smaak
Ik kruid
Kruidt u! a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. CuézaloKook het a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 3030
Dertig minutosMinuten aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat.
SaqueAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaalt u!
Behalen
Brengt u naar buiten!
Doet u af!
Doet u uit!
Dwingt u af!
Haal uit
Haalt u eruit!
Haalt u te voorschijn!
Haalt u uit!
Haalt u van!
Haalt u!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knevelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoost u!
Hozen
Ik behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik dwing af
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik knevel
Ik krijg uit
Ik ontleen
Ik pers af
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Knevelt u!
Krijgt u uit!
Ontleent u!
Ontlenen
Perst u af!
Put u!
Putten
Scheppen
Schept u!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet u af! el redondoHet rond y colóqueloPlaats hem en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput alargadaAangegeven
Aangereikt
Afgedragen
Doorgebracht
Doorgetrokken
Doortrokken
Gerekt
Lange
Langer gemaakt
Overgegeven
Overhandigd
Ter hand gesteld
Toegereikt
Uitgelegd
Uitgerekt
Uitgetrokken
Verdreven
Verlengd. TríncheloSnijd het voor en lonchasPlakken finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere. La salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is quedadoAfgesproken
Gebleven
Gepast
Gestaan
Geweest
Geworden
In een bepaalde toestand
geraakt
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cebolla Nuez Perejil Tomillo
Menestra de cardillo y borrajaBernagie
Borage
Komkommerkruid
Ingredientes:
Un kilogramoEen kilo
Een kilogram, aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat, de cardillos tiernosGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte.
Un kilogramoEen kilo
Een kilogram, aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat, de borrajas.
5050
Vijftig gramosGrammen de jamónHam grasoVet
Vette.
5050
Vijftig gramosGrammen de harinaBloem
Meel.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout al gustoNaar smaak.
Tres3
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes.
Un decilitroEen deciliter
Een maatje de aceite de olivaOlijfolie.
Preparación:
LimpiarAfvegen
Louteren
Opwrijven
Poetsen
Reinigen
Schoonmaken
Snoeien
Zuiveren y lavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart los cardillos y borrajas. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a cocerBakken
Koken por separadoAfzonderlijk
Apart
Gescheiden
Terzijde
Vaneen y siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend al denteAl dente
Beetgaar. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten, reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat (11
Een/22
Twee litroLiter).
RehogarSauteren
Smoren (in vet) el ajoDe/het knoflook picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige conDoor
Met
Per
Samen met el aceiteDe olie
De olijfolie y el jamónDe ham. A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende, rehogarSauteren
Smoren (in vet) ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug en harinaBloem
Meel y, sin queZonder dat éstaDeze
Dit tomeAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik pak aan
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u aan!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u! colorKleur, mojarBetten
Bevochtigen
Deppen
Indompelen
Indopen
Mouilleren
Nat maken
Soppen conDoor
Met
Per
Samen met el aguaHet water de las dos2
Do's
Twee
Tweede verdurasGroenten
Groentes en partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort incorporandoDoor toe te voegen
Inbouwend
Toevoegend los cardillos y borrajas escurridasAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van cocerBakken
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n minutosMinuten, y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn, disponerBeschikken
Beschikken over
Bevelen
Disponeren
Klaarmaken
Plaatsen
Rangschikken
Voltooien en los platosDe borden
De etenswaren
De gangen
De gerechten
De schalen
De schotels
De spijzen o legumbrerasFruto o semilla que se cría en vainas, como las judías, garbanzos o lentejas..
De los siguientes palabras hay una foto:
Borraja Borrajas
Ajiaco bogotanoVan bogota
Ingredientes:11
Een LibraBevrijd!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Pond
Weegschaal de papa criollaLas papas criollas son unas papas colombianas pequeñas de piel amarilla que no se desbaratan aunque se les cocine por mucho tiempo. Las papas criollas frescas por lo general se pueden encontrar en los supermercados latinoamericanos, o también se pueden comprar en frascos de 28 onzas. (amarillaGeel
Gele).
1616
Zestien TazasBekers
Kopjes
Koppen de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!.
22
Twee LibrasJij/je bevrijdt
Ponden de papa pastusaPapa negra de Colombia. (paramuna).
11
Een, 11
Een/22
Twee LibrasJij/je bevrijdt
Ponden de papa sabaneraPapa blanca de Colombia..
33
Drie LibrasJij/je bevrijdt
Ponden de pechuga de polloKippenborst.
44
Vier MazorcasMaïskolven
Pluimen (choclosJonge maïskolven) tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte en trozosIn stukken.
33
Drie TallosStengels de cebollaAjuin
Bloembol
Ui largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde.
44
Vier Dientes de ajoKnoflookteentjes trituradosFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt.
11
Een RamoBoeket
Branche
Rist
Ruiker
Tak
Takje
Tros
Twijg de guascas (hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten) .
11
Een RamaAfdeling
Branche
Geslacht
Linie
Tak de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander.
11
Een, 11
Een/22
Twee TazaBeker
Kop
Kopje de crema de lecheRoom van melk.
11
Een TazaBeker
Kop
Kopje de alcaparrasKapperbomen
Kapperstruiken
Kappertjes.
44
Vier AguacatesAvocado's partidosAchterbannen
Afgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getegen
Getogen
Kampen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Partijen
Stemmen
Verdeeld
Vertrokken
Wedstrijden
Weggegaan.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper al gustoNaar smaak.
Preparación:
Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan a cocinarBereiden
Koken el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken en el aguaHet water, conDoor
Met
Per
Samen met la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper. CuandoAls
Tijdens
Wanneer hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart se le agreganMen voegt eraan toe las papasAardappelen
Aardappels
Pausen peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde y partidasAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getegen
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden hasta queTot
Totdat esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken, que se sacaMen haalt eruit
Men haalt uit tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer prontoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat que siga hirviendo(Het) blijft koken hasta queTot
Totdat las papas pastusasPapas negras de Colombia. se disuelvan(Zij) lossen op.
Se agreganMen voegt toe las mazorcasDe pluimen y se dejanMen laat
Zij/ze geven zich over
Zij/ze verwaarlozen zich
Zij/ze wijden zich aan
iets
Zij/ze worden terneergeslagen conservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bestellen
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius). Cinco5
Vijf minutosMinuten antes deAlvorens te
Voor servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn se agreganMen voegt toe las hojasDe blaadjes
De bladen
De bladeren
De blaren
De folies
De formulieren
De kleppen
De klingen
De lamellen
De lemmers
De lemmeten
De mesjes
De plaatjes
De schuiven
De vellen
De vragenformulieren
De vragenlijsten de guascas picaditas. Se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op conDoor
Met
Per
Samen met una porciónEen deel
Een gedeelte
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een stuk de polloKip
Kippenvlees
Kuiken deshilachadoUiteengerafeld
Uitgerafeld
Uitgerafelde mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward conDoor
Met
Per
Samen met un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de crema de lecheRoom van melk. Las alcaparrasDe kapperbomen
De kapperstruiken
De kappertjes y la crema de lecheDe room van melk se sirvenMen dient ze op
Zij/ze bedienen zich
Zij/ze gebruiken
Zij/ze gelieven
Zij/ze schenken zichzelf in
Zij/ze tasten toe
Zij/ze zijn zo goed
om te aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af! para queOpdat
Zodat cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen loDe
Hem
Het
U pongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u! a suHaar
Hun
Uw
Zijn gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak. Se acompañaMen begeleidt conDoor
Met
Per
Samen met ajíCayennepeper
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Rode peper
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper de aguacateAvocado, o aguacateAvocado en tajadasFilets
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Aguacate Ají Ají Alcaparra Amarillo Cebolla Pimienta Pollo Tallos
AsadoBraadstuk
Gebraad
Gebraden
Gebraden vlees
Gebrand
Gegrild
Gegrilde
Geroosterd
Geroosterde huilense
Tiempo de preparaciónBereidingstijd: 44Vier horasTijden
Uren
NúmeroAantal
Getal
Lot
Numero
Nummer de porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken: 1010
Tien
Ingredientes:
88
Acht librasJij/je bevrijdt
Ponden de carne de cerdoVarkensvlees
Zwijnenvlees pulpaPulp
Pulpa
Vruchtvlees
Weke massa noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer gordaDik
Dikke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
22
Twee botellasFlessen de cervezasBieren
½ de tazaBeker
Kop
Kopje de vinagreAzijn
Edik
22
Twee cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de jugo de naranjaSinaasappelsap agriaWrang
Wrange
Zure
Zuur
44
Vier tallosStengels de cebollaAjuin
Bloembol
Ui largaBreedvoerig
Breedvoerige
Dien toe!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viert
Hijs!
Laat los!
Laat vrij!
Lang
Lange
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vier!
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
88
Acht dientes de ajoKnoflookteentjes mojadosBevochtigd
Gebet
Gedept
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Nat
Nat gemaakt
Natte
11
Een cucharaditaTheelepeltje de albahacaBasilicum
Baziel
Bazielkruid
Koningskruid
11
Een cucharaditaTheelepeltje de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander
11
Een cucharaditaTheelepeltje de hierbabuena'Spearmint'
Engelse munt
Pepermunt
11
Een cucharaditaTheelepeltje de poleoMunt
Polei
Poleimunt
11
Een cucharaditaTheelepeltje de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein
44
Vier hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten de laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer molidasGekweld
Gemalen
Vermalen
11
Een cucharaditaTheelepeltje de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm
22
Twee cucharaditasTheelepeltjes de guayabita tostadaBeschuit
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toast
Tosti y molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
11
Een cucharaditaTheelepeltje de nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, cominoDjintan
Djinten
Komijn
Witte komijn y pimientaPeper al gustoNaar smaak
Preparación:
Se puedenMen kan usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle o cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook combinaciónCombinatie
Combineren
Onderjurk
Samenvoegen
Verbinden
Verbinding de hierbasGrassen
Kruiden que se deseeMen zich wenst, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te omitirStilzwijgend voorbijgaan
Weglaten el oréganoDe oregano
De wilde majoraan
De wilde marjolein, el tomilloDe echte tijm
De keukentijm
De thijm
De tijm
De wintertijm, el laurelDe laurier
De lauwer
Het laurierblad, la hierbabuenaDe 'spearmint'
De engelse munt
De pepermunt y la nuez moscadaDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat
De pala.
Se chuzaMen prikt la carneHet vlees y se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan a marinarInleggen
Inmaken
Marineren en la salmueraDe pekel de los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten que prefieran(Zij/u) willen
Doet u liever!
Geeft u de voorkeur
aan!
Geeft u voorkeur aan!
Prefereert u!
Trekt u voor!
Verkiest u!
Wil u liever!
Zij/ze doen liever
Zij/ze geven de voorkeur
aan
Zij/ze geven voorkeur aan
Zij/ze prefereren
Zij/ze trekken voor
Zij/ze verkiezen
Zij/ze willen liever (mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige 24 horasEtmaal), sobándolaHet knedend cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes 66
Zes horasTijden
Uren y asegurándoseEr zich van verzekerend
Zich verzekerend que tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook penetre(Hij) dringt door
Begrijpt u!
Bevat u!
Doordringt u!
Doorgrondt u!
Doortrekt u!
Doorziet u!
Dringt u binnen!
Dringt u door tot
het diepst van de ziel!
Dringt u door tot
op merg en been!
Dringt u door!
Dringt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doordringt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgrondt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doortrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door tot
het diepst van de ziel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt door tot
op merg en been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is vinnig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet door
Ik begrijp
Ik ben vinnig
Ik bevat
Ik doordring
Ik doorgrond
Ik doortrek
Ik doorzie
Ik dring binnen
Ik dring door
Ik dring door tot
het diepst van de ziel
Ik dring door tot
op merg en been
Ik dring in
Ik trek door
Ik zie door
Is u vinnig!
Trekt u door!
Ziet u door! en los huesosDe beenderen
De benen
De botten
De graten
De kernen
De knokken
De pitten
De schonken. Se sacaMen haalt eruit
Men haalt uit y se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan en un tiestoEen bloempot de barroAarden y se llevaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan overweg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Men brengt al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde a 250° por 44
Vier horasTijden
Uren; se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op conDoor
Met
Per
Samen met insulsos, arepas, yucaCassave
Manioc
Maniok
Tapioca
Tapiocameel
Yuca
Yucca cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken y envueltosBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt de maduroBelegen
Bezonken
Ik rijp
Ik word volwassen
Rijp
Rijpe.
De los siguientes palabras hay una foto:
Albahaca Cada Cada Cebolla Hierbabuena Hierbabuena Hierbabuena Laurel Nuez moscada Orégano Pimienta Tallos Tomillo Yuca Yuca Yuca
ChorizosChorizo's
Knoflookworsten
Pikante paprikaworsten caserosHokvast
Hokvaste
Huis-
Huisbazen
Huiseigenaars
Huiseigenaren
Huiselijk
Huiselijke
Huisopzichters
Thuis gemaakt
Zelfgemaakt
Zelfgemaakte
Ingredientes: (ParaBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 2020
Twintig kilosKilo's
Kilogrammen de embutidoBeuling
Gevuld
Ingelegd werk
Mozaïek
Samenvoegen
Worst
Worst gemaakt)
1414
Veertien kilosKilo's
Kilogrammen de carneVlees pulpaPulp
Pulpa
Vruchtvlees
Weke massa de resBruut
Re's
Stuk vee o de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
33
Drie kilosKilo's
Kilogrammen de tocinoSpek
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! de ajo en polvoKnoflookpoeder
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! de cominoDjintan
Djinten
Komijn
Witte komijn en polvoIn poedervorm
11
Een libraBevrijd!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Pond
Weegschaal y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! de cebolla de ramaGrof bieslook
Grove bieslook
Japanse bladui
Japanse bosui
Pijplook
Schaluun
Stengelajuin
Stengelui
Stengellook
11
Een manojoBosje
Bundeltje
Handvol
Wis de cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander
11
Een cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm! de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein
11
Een y medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling litrosLiters de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
1515
Vijftien cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
PiqueHak
Hakt u fijn!
Hakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt fijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jeukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kriebelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krieuwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze priemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snippert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wriemelt
Ik hak
Ik hak fijn
Ik jeuk
Ik kriebel
Ik krieuwel
Ik pik
Ik priem
Ik prik
Ik snipper
Ik steek
Ik wriemel
Jeukt u!
Kriebelt u!
Krieuwelt u!
Pikt u!
Priemt u!
Prikt u!
Schoppen
Snippert u!
Steekt u!
Wriemelt u! la carneHet vlees y el tocinoSpek bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne y mézclelosMeng ze. ÉchelosGooi ze en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat amplioBrede
Breed
Breedvoerig
Breedvoerige
Groot
Grote
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde y adicioneVoeg toe los condimentosDe condimenten
De kruiden
De kruiderijen
De smaakmakers
De specerijen, así comoAlsmede
Alsook
Daarenboven
En ook
Op de koop toe
Voorts la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige finamenteFijn
Keurig. MezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Ik meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
Meng
Mengt u!
Mixt u!
Tempert u!
Vermengt u!
Verwart u! los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten por unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n diez10
Tien minutosMinuten. Por últimoTenslotte agregueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik voeg toe
Voeg toe
Voegt u toe! la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander y el aguaHet water. RevuelvaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Ik roer
Ik roer om
Roer
Roert u om!
Roert u! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart hasta queTot
Totdat el aguaHet water se incorporeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt in dienst a la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren. ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals en la morcillaDe bloedworst
De geestigheid, laveDoet u de was!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet de was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast uit
Ik doe de was
Ik loog
Ik was
Ik was af
Ik was uit
Loogt u!
Was
Wast u af!
Wast u uit!
Wast u! muy bienBest
Heel goed
Prima la tripaDe pens y rellénelaVul het conDoor
Met
Per
Samen met la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren. AmarreBind vast
Bindt u vast!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Ik bind vast
Ik leg aan
Ik maak vast
Legt u aan!
Maakt u vast! los extremosDe aangelegenheden
De neuzen
De pieken
De punten
De spitsen
De tippen
De topjes
De toppen
De toppunten
De uiteinden
De uiteindes
De uitersten conDoor
Met
Per
Samen met hiloDraad
Garen
Hilo
Hyllus
Ik span
Ik spin finoDelicaat
Delicate
Droge sherry
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sherry
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere. AquíAlhier
Hier estánZij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zijn los apetitososSmakelijk
Smakelijke chorizosChorizo's
Knoflookworsten
Pikante paprikaworsten conDoor
Met
Per
Samen met el deliciosoHeerlijk
Heerlijke
Lekker
Lekkere eEn inconfundibleOnmiskenbaar
Onmiskenbare saborSmaak antioqueño. Un productoEen beschot
Een gewrocht
Een oogstopbrengst
Een opbrengst
Een product
Een productie
Een voortbrengsel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen conDoor
Met
Per
Samen met arepaArepa
Maïsbroodje o conDoor
Met
Per
Samen met cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs.
ConsejosAdviezen
Raadgevingen
Raden prácticosHandig
Handige
Praktisch
Praktische:
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals deseaAmbieer!
Aspireer!
Begeer!
Ding naar!
Haak naar!
Heb trek in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dingt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst
Hunker!
Jaag na!
Smacht naar!
Smacht!
Snak naar!
Streef na!
Streef naar!
U wenst
Verkies!
Verlang!
Wens!, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen un hervorEen borrelen
Een koken
Een zieden a los chorizosDe chorizo's
De knoflookworsten
De pikante paprikaworsten antes deAlvorens te
Voor freírlosBak ze o dejarlosHen laten cocinandoBereidend
Door te koken
Kokend sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!.
Para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se revienten(Zij) gaan eraan
Zij/ze barsten y estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus consistentesDicht
Dichte
Stevig
Stevige, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt curarlosHen behandelen dejándolosZe latend alNaar de
Naar het vientoWind y/o alNaar de
Naar het solSol
Zon
Zonneschijn por unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n tres3
Drie díasDagen
Etmalen. HagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind procesoGeding
Gerechtszaak
Ik verwerk
Ontwikkelingsgang
Proces
Rechtsgeding
Rechtszaak
Verloop
Zaak sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend conDoor
Met
Per
Samen met las porcionesDe delen
De gedeelten
De gedeeltes
De onderdelen
De parten
De porties
De stukken que va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar consumirConsumeren
Eten
Opeten
Opgebruiken
Opmaken
Opteren
Slopen
Verbruiken
Verorberen
Verteren, el restoDe rest
De stomp
De stronk guárdeloBewaar het en el refrigeradorDe koelkast, allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds se conservanMen bewaart
Zij/ze bewaren hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs por 2020
Twintig díasDagen
Etmalen.
Acompáñelos conDoor
Met
Per
Samen met arepas, papasAardappelen
Aardappels
Pausen cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte, limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon y ensaladaSalade
Slaatje de vegetalesGroeisels
Plantaardig
Plantaardige
Planten
Vegetarisch
Vegetarische.
Los chorizosDe chorizo's
De knoflookworsten
De pikante paprikaworsten sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn ricosFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende en proteínasEiwitten
Proteïnen
Proteïnes, humedadVochtigheid y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals los preparaBereid toe!
Bereid voor!
Bereid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt klaar
Leid op!
Maak aan!
Maak klaar
Maak klaar! comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals aquíAlhier
Hier se loDe
Hem
Het
U indicamosWij geven aan
Wij/we beduidden
Wij/we beduiden
Wij/we duidden aan
Wij/we duidden uit
Wij/we duiden aan
Wij/we duiden uit
Wij/we gaven aan
Wij/we gaven een sein
Wij/we gaven een teken
Wij/we geven aan
Wij/we geven een sein
Wij/we geven een teken
Wij/we kenmerken
Wij/we kenmerkten
Wij/we laten zien
Wij/we lieten zien
Wij/we merken
Wij/we merkten
Wij/we seinden
Wij/we seinen
Wij/we spreidden tentoon
Wij/we spreiden tentoon
Wij/we tekenden
Wij/we tekenen
Wij/we tonen
Wij/we toonden
Wij/we vertonen
Wij/we vertoonden
Wij/we wezen
Wij/we wezen aan
Wij/we wezen uit
Wij/we wijzen
Wij/we wijzen aan
Wij/we wijzen uit quedanZij worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn conDoor
Met
Per
Samen met muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Cebolla de rama Limón Orégano
CamaronesBidsprinkhaankreeften
Caridea
Garnalen
Steurgarnalen en vino blancoWitte wijn
Ingredientes:11
Een/22
Twee KiloKilo
Kilogram de camaronesBidsprinkhaankreeften
Caridea
Garnalen
Steurgarnalen grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime.
88
Acht RamitasTakjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
11
Een/33
Drie de tazaBeker
Kop
Kopje de mantequilla clarificadaBoterolie
Braadboter
Geclarificeerde boter
Geklaarde boter
Ghee.
44
Vier CucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
66
Zes EscaloniasSjalotten finamenteFijn
Keurig picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
El jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen (22
Twee cucharaditasTheelepeltjes aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat).
11
Een/22
Twee de tazaBeker
Kop
Kopje de vino blancoWitte wijn secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper frescasBrutaal
Brutale
Fris
Frisse
Koel
Koele
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! darleGeef het saborSmaak.
RebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren.
Preparación:
QuiteAfdoen
Afhalen
Afleggen
Afzetten
Belemmeren
Beletten
Berooft u!
Doet u af!
Doet u uit!
Geeft u op!
Geeft u prijs!
Haalt u af!
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hinderen
Ik beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Krijgt u uit!
Laat u weg!
Neemt u af!
Neemt u weg!
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Rist u!
Ritsen
Ritst u!
Storen
Trekt u af!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verhinderen
Verhoeden
Verstoren
Verwijder
Verwijdert u!
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
Zet u af! la cáscaraDe bolster
De dop
De schaal
De schil
De schors y desveneOntnerf los camaronesDe bidsprinkhaankreeften
De caridea
De garnalen
De steurgarnalen.
EnjuagueDroog af
Droogt u af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spoelt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Ik droog af
Ik spoel
Ik spoel af
Ik veeg
Ik wis
Ik wis af
Spoelt u af!
Spoelt u!
Veegt u!
Wist u af!
Wist u! y dejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u! a un ladoOpzij!.
GuardeBehoedt u!
Behoudt u!
Bergt u op!
Bewaakt u!
Bewaar
Bewaart u!
Heeft u de wacht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bergt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft de wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waakt over
Hoedt u!
Ik behoed
Ik behoud
Ik berg op
Ik bewaak
Ik bewaar
Ik heb de wacht
Ik hoed
Ik let op
Ik pas op
Ik waak over
Let u op!
Past u op!
Waakt u over! un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de las ramitasDe takjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren y piqueHak
Hakt u fijn!
Hakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt fijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jeukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kriebelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krieuwelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze priemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snippert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wriemelt
Ik hak
Ik hak fijn
Ik jeuk
Ik kriebel
Ik krieuwel
Ik pik
Ik priem
Ik prik
Ik snipper
Ik steek
Ik wriemel
Jeukt u!
Kriebelt u!
Krieuwelt u!
Pikt u!
Priemt u!
Prikt u!
Schoppen
Snippert u!
Steekt u!
Wriemelt u! el restoDe rest
De stomp
De stronk.
CalienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! la mantequillaDe boter
De roomboter en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime a fuego medioMatig vuur.
LentamenteLangzaam salteeBak aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sauteert
Ik sauteer
Roerbak
Sauteert u! el ajoDe/het knoflook duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 11
Een a 22
Twee minutosMinuten, teniendo cuidadoAcht slaand op
Ervoor zorgend
Lettend op
Oplettend
Oppassend
Passend op de noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank dejarlosHen laten dorarAanbraden
Doreren.
AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! los camaronesDe bidsprinkhaankreeften
De caridea
De garnalen
De steurgarnalen, las escaloniasDe sjalotten, el jugo de limónHet citroensap y el vinoDe wijn.
CuezaBakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Ik bak
Ik kook
Kook
Kookt u! la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren hasta queTot
Totdat los camaronesDe bidsprinkhaankreeften
De caridea
De garnalen
De steurgarnalen se pongan(Zij) worden
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden rosasBottelrozen
Rozen y firmesBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Jij/je onderschrijft
Jij/je ondertekent
Jij/je tekent
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Vast
Vaste
Veilig
Veilige, un minutoEen minuut o dos2
Do's
Twee
Tweede de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant.
Tenga cuidadoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat acht op
Ik let op
Ik pas op
Ik sla acht op
Let u op!
Past u op!
Slaat u acht op! de noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quemarlos.
SirvaBaat u!
Bedient u!
Bewijst u een dienst!
Deugt u!
Dien op
Dient u op!
Dient u!
Helpt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Ik baat
Ik bedien
Ik ben geschikt
Ik ben van dienst
Ik bewijs een dienst
Ik deug
Ik dien
Ik dien op
Ik help
Ik kaart aan
Ik serveer
Is u geschikt!
Is u van dienst!
Kaart u aan!
Serveert u! los camaronesDe bidsprinkhaankreeften
De caridea
De garnalen
De steurgarnalen en conchasHuisjes
Kinkhoornen
Kinkhoorns
Kutten
Schalen
Schelpen
Slakkenhuizen
Vulva's individualesIndividueel
Individuele o platosBorden
Etenswaren
Gangen
Gerechten
Schalen
Schotels
Spijzen pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! gratinarGratineren
Paneren, adornadosGedecoreerd
Gesierd
Getooid
Opgesierd
Opgesmukt
Opgesmukte
Uitgedost
Versierd
Versierde conDoor
Met
Per
Samen met una rebanadaEen boterham
Een snede
Een snee
Een sneetje o dos2
Do's
Twee
Tweede de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon y un ramitoEen takje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo Ajo Cada Cada Limón Perejil Pimienta Rosa
Salsa de panBroodsaus
Ingredientes: (paraBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 66
Zes porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken)
11
Een Onza30 gram
Jaguar
Ounce (28.3 gr.) (3030
Dertig gr.) de mantequillaBoter
Roomboter.
11
Een CebollaAjuin
Bloembol
Ui pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne peladaAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
Haaruitval
Kaalhoofdigheid y finamenteFijn
Keurig picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige.
11
Een/22
Twee LitroLiter de lecheMelk.
66
Zes Dientes de ajoKnoflookteentjes enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige.
44
Vier OnzasJaguars
Ounces (28.3 gr.) (125 gr.) de migajas de panBroodkruimels.
33
Drie CucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels de cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimienta negraZwarte peper.
Nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala.
Preparación:
DerritaDoet u smelten!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet smelten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vloeibaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmelt
Ik doe smelten
Ik maak vloeibaar
Ik smelt
Ik versmelt
Maakt u vloeibaar!
Smelt
Smelt u!
Versmelt u! la mantequillaDe boter
De roomboter en una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan y añadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui finamenteFijn
Keurig picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige. FríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude gentilmenteZachtjes hasta queTot
Totdat se suavice(Het) wordt zacht, cerca deBij
Circa
Dicht bij
Dichtbij
Een stuk of
In de buurt van
Nabij
Ongeveer
Plusminus
Zowat 55
Vijf minutosMinuten. AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! la lecheDe melk y los dientesDe tanden
De teentjes enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige. DejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u! hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden. QuiteAfdoen
Afhalen
Afleggen
Afzetten
Belemmeren
Beletten
Berooft u!
Doet u af!
Doet u uit!
Geeft u op!
Geeft u prijs!
Haalt u af!
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hinderen
Ik beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Krijgt u uit!
Laat u weg!
Neemt u af!
Neemt u weg!
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Rist u!
Ritsen
Ritst u!
Storen
Trekt u af!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verhinderen
Verhoeden
Verstoren
Verwijder
Verwijdert u!
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
Zet u af! del fuegoVuur y déjeloLaat en un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u! duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 11
Een a 22
Twee horasTijden
Uren. QuiteAfdoen
Afhalen
Afleggen
Afzetten
Belemmeren
Beletten
Berooft u!
Doet u af!
Doet u uit!
Geeft u op!
Geeft u prijs!
Haalt u af!
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hinderen
Ik beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Krijgt u uit!
Laat u weg!
Neemt u af!
Neemt u weg!
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Rist u!
Ritsen
Ritst u!
Storen
Trekt u af!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verhinderen
Verhoeden
Verstoren
Verwijder
Verwijdert u!
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
Zet u af! los dientesDe tanden
De teentjes, recalienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt weer op
Ik warm weer op
Warm weer op
Warmt u weer op!. AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! las migajasDe kruimels de panBrood
Mik
Pan, pongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u! en la lumbreDe glans
De helderheid
De schijn
De schittering
Het licht
Het schijnsel
Het vuur y hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u! a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
(85 graden celsius) de 33
Drie a 55
Vijf minutosMinuten hasta queTot
Totdat la lecheDe melk se consumaOpraakt. RevuélvaloRoer het om conDoor
Met
Per
Samen met la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele y los sazonadoresDe kruiderijen. EspolvoreeBepoeder
Bepoedert u!
Bestrooit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepoedert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestrooit
Ik bepoeder
Ik bestrooi conDoor
Met
Per
Samen met la nuez moscadaDe foelie
De muskaatnoot
De nootmuskaat
De pala alNaar de
Naar het servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn.
De los siguientes palabras hay una foto:
Cebolla Nuez moscada Pimienta negra
CastañasEetbare kastanjes
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes conDoor
Met
Per
Samen met oportoOporto
Porto
Portwijn
Ingredientes: (paraBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 66
Zes porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken)
11
Een CebollaAjuin
Bloembol
Ui chicaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Meisje peladaAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
Haaruitval
Kaalhoofdigheid.
1212
Twaalf Dientes de ajoKnoflookteentjes.
66
Zes OnzasJaguars
Ounces (28.3 gr.) (175 ml) de oportoOporto
Porto
Portwijn.
44
Vier OnzasJaguars
Ounces (28.3 gr.) (125 ml) de esenciaEssence
Essentie
Kern
Wezen
Wezenlijkheid vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische.
11
Een PiezaBonk
Brok
Damschijf
Eindje
Homp
Kamer
Muntstuk
Muziekstuk
Schaakstuk
Stuk
Stukje
Toneelstuk
Vertrek
Vis
Werktuig
Wild de canelaKaneel de 22
Twee pulgadasDuimen (55
Vijf cmCentimeter
Cm
Cm.).
11
Een Lb. (500500
Vijfhonderd gr.) de castañasEetbare kastanjes
Kastanjes
Paardenkastanjes
Tamme kastanjes enterasCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Integer
Integere
Jij/je deelt mede
Jij/je deelt mee
Jij/je kondigt aan
Jij/je stelt in kennis
Jij/je verwittigt
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde frescasBrutaal
Brutale
Fris
Frisse
Koel
Koele
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse congeladasBevroren
Diepgevroren
Ingevroren o enlatadasIngeblikt
Ingeblikte.
Preparación:
RevuelvaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Ik roer
Ik roer om
Roer
Roert u om!
Roert u! la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui conDoor
Met
Per
Samen met los ajosDe loken. PongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u! en una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan conDoor
Met
Per
Samen met el OportoDe portwijn, la esenciaDe essence
De essentie
De kern
De wezenlijkheid
Het wezen y la canelaDe/het kaneel. DejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u! hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden y continúeDoorgaat u!
Ga door
Gaat u door!
Gaat u verder met!
Gaat u verder!
Gaat u voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houdt u aan!
Ik doorga
Ik ga door
Ik ga verder
Ik ga verder met
Ik ga voort
Ik houd aan
Ik vervolg
Ik zet voort
Vervolgt u!
Zet u voort! duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 55
Vijf minutosMinuten.
QuiteAfdoen
Afhalen
Afleggen
Afzetten
Belemmeren
Beletten
Berooft u!
Doet u af!
Doet u uit!
Geeft u op!
Geeft u prijs!
Haalt u af!
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hinderen
Ik beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Krijgt u uit!
Laat u weg!
Neemt u af!
Neemt u weg!
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Rist u!
Ritsen
Ritst u!
Storen
Trekt u af!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verhinderen
Verhoeden
Verstoren
Verwijder
Verwijdert u!
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
Zet u af! la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y la canelaDe/het kaneel. AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! las castañasDe eetbare kastanjes
De kastanjes
De paardenkastanjes
De tamme kastanjes y continúeDoorgaat u!
Ga door
Gaat u door!
Gaat u verder met!
Gaat u verder!
Gaat u voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat verder met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervolgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houdt u aan!
Ik doorga
Ik ga door
Ik ga verder
Ik ga verder met
Ik ga voort
Ik houd aan
Ik vervolg
Ik zet voort
Vervolgt u!
Zet u voort! cocinandoBereidend
Door te koken
Kokend duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens 55
Vijf minutosMinuten. AñadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe! la mantequillaDe boter
De roomboter cocinandoBereidend
Door te koken
Kokend 55
Vijf minutosMinuten másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus moviendoBewegend
Roerend
Verroerend frecuentementeDikwijls
Vaak
Veelvuldig hasta queTot
Totdat esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge.
De los siguientes palabras hay una foto:
Canela Cebolla
PolloKip
Kippenvlees
Kuiken en escabecheHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in (in
azijn)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marineert
Ik leg in
Ik leg in (in
azijn)
Ik maak in
Ik marineer
Inlegazijn
Legt u in (in
azijn)!
Legt u in!
Maakt u in!
Marineert u!
Ingredientes:22
Twee PollosKippen
Kuikens chiquitosHeel klein
Jongentjes.
11
Een Kg. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels.
11
Een Kg. de cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien.
44
Vier Dientes de ajoKnoflookteentjes.
11
Een TazaBeker
Kop
Kopje de vinagre de vinoWijnazijn.
22
Twee TazasBekers
Kopjes
Koppen de aceite de olivaOlijfolie.
22
Twee TazasBekers
Kopjes
Koppen de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!.
11
Een LimónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon.
OréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein.
PimientaPeper en granoGraan
Grein
Koren
Korrel
Kraal
Mee-eter
Pit
Puistje
Zaadje
Zaadkorrel.
LaurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer.
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout.
Preparación:
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren los pollosDe kippen
De kippenvlezen
De kuikens en presasAfsluitingen
Barrières
Dammen
Gevangenen
Prooien
Sperdammen
Stuwdammen
Stuwen
Vangsten
Versperringen. CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels en tirasBanden
Jij/je gooit
Jij/je gooit uit
Jij/je gooit weg
Jij/je paft
Jij/je schiet
Jij/je smijt uit
Jij/je trekt
Jij/je vuurt
Jij/je werpt omver
Jij/je werpt uit
Reepjes
Repen
Strepen
Stroken
Wapenbalken finitasEindig
Eindige y las cebollasDe ajuinen
De bloembollen
De uien en semicírculosHalfcirkels
Halve cirkels, tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook finitosEindig
Eindige. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten en una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten en fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude, agregarBijmengen
Toevoegen el polloDe kip
Het kippenvlees
Het kuiken trozadoVerbrokkeld
Verbrokkelde y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden DESTAPADODe deksel afgenomen
Geopend
Ontkurkt
Zonder deksel hasta queTot
Totdat esté cocido(Het) is gekookt
Is gekookt y se haya(Het) is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand consumidoGeconsumeerd
Gegeten
Gesloopt
Opgebruikt
Opgegeten
Opgemaakt
Opgeteerd
Verbruikt
Verorberd
Verteerd el aguaHet water. ApagarBlussen
Dempen
Doven
Uitblazen
Uitblussen
Uitdoen
Uitdoven
Uitmaken
Uitschakelen
Uitzetten el fuegoHet vuur y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten en la fuenteDe bron
De fontein
De schaal
De schotel
De welput
Het bekken
Het opdienbord en queWaarin se llevaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overweg kunnen
Men zal dragen a la mesaDe bank
De ezel
De schraag
De stander
De stellage
De tafel
De werkbank
La mesa y cubrirloBedek het conDoor
Met
Per
Samen met las cebollasDe ajuinen
De bloembollen
De uien y zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels, regarArroser
Arroseren
Begieten
Besprenkelen
Besproeien
Bevloeien
Gieten
Sproeien
Water geven
Wateren conDoor
Met
Per
Samen met el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus que quedó(Het) werd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was y llevarloBreng hem a la heladeraDe koelkast
De vriezer heladeraKoelkast
Vriezer (neveraKoelkast). EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats idealIdeaal
Ideale, hacerloDoen
Laten
Maken de un díaEen dag
Een etmaal paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Laurel Limón Orégano Pimienta Pollo
LenguaSchar
Taal
Tong a la vinagretaDe vinaigrette
Ingredientes:11
Een kg. de lenguaSchar
Taal
Tong
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout gruesaCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
VerdurasGroenten
Groentes
22
Twee cucharaditasTheelepeltjes de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes
11
Een tazaBeker
Kop
Kopje de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
11
Een tazaBeker
Kop
Kopje de vinagre de vinoWijnazijn
33
Drie huevos durosHardgekookte eieren
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
pimientaPeper
Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten las VerdurasDe groenten
De groentes en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden. CuandoAls
Tijdens
Wanneer rompa el hervorBegint te koken ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten la lenguaDe schar
De taal
De tong yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds peladaAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
Haaruitval
Kaalhoofdigheid (paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! pelarlaSchillen pasarlaHaal het door
Het passeren por el fuegoHet vuur). En un bolEen bowl
Een kom
Een schaal picarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen el ajoDe/het knoflook y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie, pisarAanstampen
Betreden
Intrappen
Onder de voet lopen
Prakken
Trappen op
Vertrappen el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem y agregarBijmengen
Toevoegen el aceiteDe olie
De olijfolie y el vinagreDe azijn
De edik. CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren la lenguaDe schar
De taal
De tong en rebanadasBoterhammen
Dwars doorgesneden
Dwars doorsneden
In plakjes gesneden
In sneden, plakken of
schijfjes gesneden
Sneden
Sneetjes
Sneeën finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop encimaBovendien
Er bovenop.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Perejil Pimienta
GuisoGerecht
Ik bekokstoof
Ik kook
Ik smoor
Ik stoof
Stoofgerecht
Stoofpot de lentejasLinzen
Ingredientes: (paraBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 44
Vier personasMensen
Personages
Personen)
500g. de lentejasLinzen
250g. de pancetaDoorregen spek
Doorregen varkenslap en cubitosBlokjes
11
Een cantimpalo en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
300g. de carneVlees en trocitosStukjes
laurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer
22
Twee cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
44
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
Ají molidoGemalen spaanse peper
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen las lentejasLinzen y dejarlasHen laten a remojoIn de week una nocheEen avond
Een nacht. En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan saltearSauteren la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y agregarBijmengen
Toevoegen todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten. AgregarBijmengen
Toevoegen caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node, taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen y calcularBecijferen
Berekenen
Calculeren
Cijferen
Rekenen
Schatten
Tellen
Uitrekenen aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat 3030
Dertig minutosMinuten de cocciónBakken
Koken.
De los siguientes palabras hay una foto:
Laurel
Ternerita a la españolaOp spaanse wijze
Ingredientes: (paraBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 66
Zes personasMensen
Personages
Personen)
11
Een kg. de bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop de lomoKruis
Lende
Lendenstuk
Rug
Rugstuk cortado enGesneden in trocitosStukjes
½ kg. de papasAardappelen
Aardappels
Pausen
¼ kg. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
11
Een ajíCayennepeper
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Rode peper
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
22
Twee cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
44
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes
LaurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer
½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn
33
Drie tomatesTomaatplanten
Tomaten sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel
½ lataBlik
Blikje
Bus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Ik klop
Klopt u!
Lat
Trommel
Trommeltje de arvejasDoperwten
Voederwikkes
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Ají molidoGemalen spaanse peper
Preparación:
En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan saltearSauteren la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige y agregarBijmengen
Toevoegen todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten. AgregarBijmengen
Toevoegen caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node, taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen y casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat al finalTenslotte agregarBijmengen
Toevoegen las arvejasDe doperwten
De voederwikkes.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ají Ají Laurel
GuisoGerecht
Ik bekokstoof
Ik kook
Ik smoor
Ik stoof
Stoofgerecht
Stoofpot de guisosGerechten
Stoofgerechten
Stoofpotten
Ingredientes:500g. de lentejasLinzen
250g. de pancetaDoorregen spek
Doorregen varkenslap en cubitosBlokjes
22
Twee cantimpalos en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
11
Een kg. de bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop de lomoKruis
Lende
Lendenstuk
Rug
Rugstuk, matambre o pechitoBorstje de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn cortado enGesneden in trocitosStukjes
½ kg. de papasAardappelen
Aardappels
Pausen
½ kg. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
33
Drie tomatesTomaatplanten
Tomaten sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pielBont
Dierenvel
Dop
Huid
Leer
Pels
Schaal
Schil
Schors
Vacht
Vel
44
Vier dientes de ajoKnoflookteentjes
LaurelLaurel
Laurier
Laurierblad
Lauwer
½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat de vino blancoWitte wijn
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
ChocloJonge maïskolf
11
Een lataBlik
Blikje
Bus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Ik klop
Klopt u!
Lat
Trommel
Trommeltje de arvejasDoperwten
Voederwikkes
½ Kg. de VerduraGroente
22
Twee cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
11
Een ajíCayennepeper
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Rode peper
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
Preparación:
Antes deAlvorens te
Voor comenzar aBeginnen te hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren el guisoDe stoofpot
Het gerecht
Het stoofgerecht, hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren una sopaEen soep conDoor
Met
Per
Samen met ¼ Kg. de VerduraGroente.
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen las lentejasLinzen y dejarlasHen laten a remojoIn de week una nocheEen avond
Een nacht. En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan saltearSauteren la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui y el ajíDe cayennepeper
De chilipeper
De lombok
De paprika
De pepperoni
De rode peper
De spaanse peper
De tabasco
De tabascopeper picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige. AgregarBijmengen
Toevoegen todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten. AgregarBijmengen
Toevoegen la sopaDe soep y el aguaHet water necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node, taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen y calcularBecijferen
Berekenen
Calculeren
Cijferen
Rekenen
Schatten
Tellen
Uitrekenen aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat 3030
Dertig minutosMinuten de cocciónBakken
Koken. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet agregarleToevoegen
Voeg hem toe las arvejasDe doperwten
De voederwikkes y el chocloDe jonge maïskolf.
De los siguientes palabras hay una foto:
Ají Ají Choclo Laurel
CremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla de calabazaBewaarpompoen
Boletus aereus
Boletus edulis
Bronskleurig eekhoorntjesbrood
Courgette
Eekhoorntjesbrood
Eikelkalebas
Gele courgette
Gewoon eekhoorntjesbrood
Grote pompoen
Kalebas
Kürbis
Mergpompoen
Muskaatpompoen
Muskuskalebas
Muskuspompoen
Pompoen
Pompoentop
Reuzenpompoen
Sierpompoen
Spaghettikalebas
Turkse muts
Winterpompoen
Zucchini
Ingredientes: (paraBaart u!Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! 66
Zes personasMensen
Personages
Personen)
-22
Twee kg de calabazaBewaarpompoen
Boletus aereus
Boletus edulis
Bronskleurig eekhoorntjesbrood
Courgette
Eekhoorntjesbrood
Eikelkalebas
Gele courgette
Gewoon eekhoorntjesbrood
Grote pompoen
Kalebas
Kürbis
Mergpompoen
Muskaatpompoen
Muskuskalebas
Muskuspompoen
Pompoen
Pompoentop
Reuzenpompoen
Sierpompoen
Spaghettikalebas
Turkse muts
Winterpompoen
Zucchini peladaAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
Haaruitval
Kaalhoofdigheid y cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en cubosBlokjes
Blokken
Dobbelstenen
Emmers
Klontjes
Kubussen
Naven
Wijnemmers
-33
Drie cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien medianasDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Medianen
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijnen cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd en plumacortar transversalmente la cebolla y luego cortar siguiendo las líneas de las raicillas.
-33
Drie dientes de ajoKnoflookteentjes, enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige y peladosAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
-100100
Honderd gr de jengibreDjahé
Gember
Gemberwortel frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse peladoAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
-Canela en polvoKaneelpoeder
-salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimienta negraZwarte peper
-zumoSap
Vruchtensap de 22
Twee naranjasAppelsienen
Oranjeappelen
Oranjeappels
Oranjes
Sinaasappelen
Sinaasappels
Preparación:
RehogarSauteren
Smoren (in vet) la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui, el jengibreDe djahé
De gember
De gemberwortel y los dientesDe tanden
De teentjes de ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look a fuego moderadoMatig vuur en aceiteIn olie de olivaOlijf
Olijfboom duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 2020
Twintig minutosMinuten. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo incorporarInbouwen
Toevoegen la calabazaDe bewaarpompoen
De courgette
De eikelkalebas
De gele courgette
De grote pompoen
De kalebas
De kürbis
De mergpompoen
De muskaatpompoen
De muskuskalebas
De muskuspompoen
De pompoen
De pompoentop
De reuzenpompoen
De sierpompoen
De spaghettikalebas
De turkse muts
De winterpompoen
De zucchini
Het bronskleurig eekhoorntjesbrood
Het eekhoorntjesbrood
Het gewoon eekhoorntjesbrood, manteniendoBehoudend
Erop nahoudend
Houdend
Onderhoudend el fuegoHet vuur bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga af
Ik ga naar beneden
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware, hasta queTot
Totdat la verduraDe groente esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u! casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken.
AgregarBijmengen
Toevoegen aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water! fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs apenasAmper
Jij/je bedroeft
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken el contenidoDe inhoud de la ollaDe bak
De doos
De emmer
De fles
De kan
De kist
De koker
De kookpan
De kookpot
De korf
De kruik
De pan
De pot
De soepketel
De urn
De zak
Het etui
Het foedraal
Het krat.
CondimentarAssaisoner
Kruiden
Op smaak brengen a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak conDoor
Met
Per
Samen met salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout, pimienta negraZwarte peper y canelaKaneel.
CocinarBereiden
Koken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n 2020
Twintig minutosMinuten masDoch
Echter
Maar
Plus. ApagarBlussen
Dempen
Doven
Uitblazen
Uitblussen
Uitdoen
Uitdoven
Uitmaken
Uitschakelen
Uitzetten el fuegoHet vuur y agregarBijmengen
Toevoegen el zumo de naranjaDe jus d'orange
Het sinaasappelsap. LicuarVloeibaar maken.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn espolvorearBepoederen
Bestrooien un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat de canelaKaneel y ponerleDoe het in
Zetten un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de aceite de olivaOlijfolie.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Ajo Ajo Calabaza Calabaza Calabaza Calabaza Calabaza Canela Jengibre Jengibre Naranja Oliva Pimienta negra
Ensalada griegaGriekse salade de tomateTomaat
Tomaatplant
Ingredientes:11
Een Kg. de tomatesTomaatplanten
Tomaten algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat madurosBelegen
Bezonken
Rijp
Rijpe peroDoch
Echter
Maar fuertesErg
Erge
Fiks
Fikse
Forten
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterkten
Sterktes
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
250 g de quesoKaas fetaFeta
22
Twee ajosLoken
Un puñadoEen handvol de aceitunas negrasZwarte olijven kalamata (recomendadasAanbevolen
Aangeraden
Aangetekend
Gerecommandeerd)
OréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein a discreciónBescheiden
Naar believen
Naar wens
Volgens zijn wil
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout y pimientaPeper al gustoNaar smaak
Aceite de olivaOlijfolie (mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever de Lleida)
VinagreAzijn
Edik (al gustoNaar smaak)
Preparación:
Los tomatesDe tomaatplanten
De tomaten una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer lavadosAfgewassen
De was gedaan
Geloogd
Gewassen
Uitgewassen los cortaremosWij zullen snijden
Wij/we zullen afbreken
Wij/we zullen afplukken
Wij/we zullen afrukken
Wij/we zullen afsnijden
Wij/we zullen doorsnijden
Wij/we zullen hakken
Wij/we zullen het hoofd
afslaan
Wij/we zullen houwen
Wij/we zullen kappen
Wij/we zullen knippen
Wij/we zullen onthoofden
Wij/we zullen plukken
Wij/we zullen scheren
Wij/we zullen sectie verrichten
Wij/we zullen snerpen
Wij/we zullen snijden
Wij/we zullen snoeien
Wij/we zullen uitschakelen
Wij/we zullen wegscheuren a cuadritosVierkantjes, añadiremosWij/we zullen aanbrengen
Wij/we zullen bijdoen
Wij/we zullen bijleggen
Wij/we zullen bijmengen
Wij/we zullen bijvoegen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toevoegen
Zullen wij toevoegen las aceitunas negrasDe zwarte olijven y los ajosDe loken finamenteFijn
Keurig picaditos. La raciónDe portie
De taks
Het aandeel
Het deel
Het rantsoen de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein dependeBen afhankelijk!
Dat hangt er van
af
Dat hangt ervan af
Hang af!
Het hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Maak deel uit! del gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak personalEigen
Personeel
Persoonlijk
Persoonlijke. AliñarAanmaken (sla, saus)
Marineren conDoor
Met
Per
Samen met el aceiteDe olie
De olijfolie y vinagreAzijn
Edik y salpimentarMet zout en peper
kruiden.
FinalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte añadiremosWij/we zullen aanbrengen
Wij/we zullen bijdoen
Wij/we zullen bijleggen
Wij/we zullen bijmengen
Wij/we zullen bijvoegen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toevoegen
Zullen wij toevoegen el quesoDe kaas cortadoAfbreken
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Afplukken
Afrukken
Doorgesneden
Doorsneden
Doorsnijden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Hakken
Het hoofd afgeslagen
Houwen
Kappen
Knippen
Koffie met een beetje
melk
Koffie met melk
Koffie met weinig melk
Onthoofd
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verricht
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitgeschakeld
Uitschakelen
Versneden
Weggescheurd
Wegscheuren a cuadritosVierkantjes comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el tomateDe tomaat
De tomaatplant (siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever hacerloDoen
Laten
Maken al finalTenslotte para queOpdat
Zodat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se deshagaHet valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste).
De los siguientes palabras hay una foto:
Cuadritos Orégano Pimienta Tomate Tomate
Mojo verdeGroene mojo
Koriandermojo
Ingredientes:33
Drie o 44
Vier pimientasPepers verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes
Una cabezaEen hoofd
Een kop
Een krop pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne de ajosLoken
Cominos
PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie, aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, vinagreAzijn
Edik y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
Preparación:
En un morteroEen houwitser
Een metselkalk
Een mortel
Een mortier
Een specie
Een vijzel majamosWij stampen fijn
Wij/we stampen fijn
Wij/we stampten fijn
Wij/we vermaalden
Wij/we vermalen los siguientesAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende ingredientesBestanddelen
Ingrediënten: una cucharaditaEen theelepeltje de cominos, los ajosDe loken y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout. A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer la pimientaDe peper en trozosIn stukken y una ramitaEen takje de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige, machacandoFijnstampend
Prakkend
Stampend continuamenteAldoor
Bij voortduring
Continue
Permanent
Voortdurend.
Por últimoTenslotte añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!, un chorroEen scheut de vinagreAzijn
Edik y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!.
EstasDeze
Dezen salsasDipsausen
Dipsauzen
Sausen
Sauzen
Soppen sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn idealesIdeaal
Ideale paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen pescadosGevist
Visgerechten
Vissen. A los vegetarianosDe vegetariërs lesHen
Hun
U recomiendoBeveel ik aan
Ik beveel aan
Ik raad aan
Ik recommandeer
Ik teken aan probarlasDegustar una pequeña porción de comida o bebida para apreciar su sabor. conDoor
Met
Per
Samen met patatasAardappelen
Aardappels
Piepers y otrasAnder
Andere
Nog één verdurasGroenten
Groentes hervidasGeborreld
Gekookt
Gekookte
Gesudderd
Gezied
Gezoden
Op het kookpunt geweest.
De los siguientes palabras hay una foto:
Agua Perejil Verde