TODOSAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle (Estrechándose las manosDe handen).-SomosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn un
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam, y juntosAaneengevoegd
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Ineengezet
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Verenigd obraremosWij/we zullen ageren
Wij/we zullen bezig zijn
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen handelen
Wij/we zullen optreden
Wij/we zullen te werk
gaan
Wij/we zullen voortgaan
Wij/we zullen werken.
STAUFFACHER.- Los demásDe anderen sufrenZij/ze doorstaan
Zij/ze dragen
Zij/ze lijden
Zij/ze ondergaan
Zij/ze ondervinden
Zij/ze staan uit
Zij/ze velen
Zij/ze verdragen el yugoJuk, y se
sometenZij/ze knechten
Zij/ze onderwerpen alNaar de
Naar het vencedorOverwinnaar
Overwinnend
Overwinnende. HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand en nuestroOns
Onze
Van ons territorioBan
Gebied
Grondgebied
Territoir
Territorium muchosVeel
Vele
Zeer
Zere
propietariosBezitters
Eigenaars
Eigenaren
Houders, que hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn contraídoOpgelopen obligacionesObligaties
Plichten
Verplichtingen
conDoor
Met
Per
Samen met los extranjerosBuitenlanden
Buitenlanders
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde y dejanU laat
Zij/ze laten
Zij/ze laten achter
Zij/ze laten begaan
Zij/ze laten in de
steek
Zij/ze laten los
Zij/ze laten na
Zij/ze laten over
Zij/ze laten schieten
Zij/ze legateren
Zij/ze lenen
Zij/ze leveren op
Zij/ze staan toe
Zij/ze verlaten
Zij/ze verlaten zich van
Zij/ze vermaken
Zij/ze vertrouwen toe
Zij/ze verzuimen en herenciaErfdeel
Erfelijkheid
Erfenis
Erfgoed
Erfrecht
Nalatenschap
Neiging
Overerving a susHaar
Hun
Uw
Zijn hijosKinderen
Zonen
Zoons la
servidumbreHerendienst
Lijfeigenschap
Servituut. PeroDoch
Echter
Maar nosotrosOns
We
Wij, los suizosZwitsers
Zwitserse genuinos de
la antiguaAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Antigua
Antigua guatemala
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude estirpeGeslacht, hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn defendidoOpgekomen voor
Verdedigd
Verweerd siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend nuestraOns
Onze
Van ons
libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank doblamosWij vouwen dubbel
Wij/we bogen
Wij/we bogen door
Wij/we bogen krom
Wij/we bogen om
Wij/we buigen
Wij/we buigen door
Wij/we buigen krom
Wij/we buigen om
Wij/we kromden
Wij/we krommen
Wij/we plooiden
Wij/we plooien
Wij/we synchroniseerden na
Wij/we synchroniseren na
Wij/we verbogen
Wij/we verbuigen
Wij/we vouwden
Wij/we vouwden dubbel
Wij/we vouwden om
Wij/we vouwen
Wij/we vouwen dubbel
Wij/we vouwen om nuestraOns
Onze
Van ons rodillaKnie anteSuède
Ten overstaan van
Voor los PríncipesKoningszonen
Koningszoons
Prinsen
Vorsten,
y librementeVrij
Vrijelijk nos hemosWij/we gedragen ons
Wij/we krijgen het met
iemand aan de stok
Wij/we meten ons met
iemand puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware el amparoBeschermen
Bescherming
Beschutten
Beschutting
Ik bescherm
Ik beschut
del EmperadorKeizer
Zwaardvis.
RÖSSELMAN.- SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te coacción algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere nos pusimosWij/we deden aan
Wij/we deden op
Wij/we kleedden ons aan
Wij/we smeerden
Wij/we smeerden in
Wij/we stelden ons aan
Wij/we trokken aan
Wij/we werden
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware la égidaAegis
Bescherming
Schild y apoyoIk ondersteun
Ik rugsteun
Ik schraag
Ik staaf
Ik steun
Ik stut
Steun del EmperadorKeizer
Zwaardvis. AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig consta(Het) bestaat
Besta uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat uit en
el rescriptoRescript de Federico.
GUILLERMOWillem TELL
STAUFFACHER.- PeroDoch
Echter
Maar niEn niet
Evenmin
Noch el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus libreBevrijdt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevrijdt
Ik bevrijd
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde deja deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt met
Stop met! tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden
superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats menesterNodig que hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u! una cabezaHoofd
Kop
Krop, un
juezRechter
Richter supremoBeslissend
Beslissende
Hoogst
Hoogste
Laatst
Laatste
Opperst
Opperste
Uiterst
Uiterste
Verhevenst
Verhevenste, cuandoAls
Tijdens
Wanneer hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand contiendaConflict
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze twist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Ik twist
Ik wedijver
Twist u!
Wedijvert u! sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse. Por esoDaardoor
Daarom
Derhalve
Vandaar
Zodoende nuestrosOnze
Van ons antepasadosStamvaders
Voorgeslacht
Voorouders
Voorvaderen
Voorvaders
Voorzaten reverenciaron
alNaar de
Naar het EmperadorKeizer
Zwaardvis, por el sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem que roturaron, por
suHaar
Hun
Uw
Zijn soberaníaOpperheerschappij
Oppermacht
Opperste staatsmacht
Soevereiniteit en ItaliaItalië y AlemaniaDuitsland, y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals los demásDe anderen
EstadosBorderellen
Constellaties
Gelegen
Gesteldheden
Geweest
Gezeten
Lijsten
Loonstaten
Rijken
Situaties
Situatiën
Standen
Staten
Tabellen
Toestanden
Zich bevonden libres deVrij van suHaar
Hun
Uw
Zijn CoronaBekroon!
Corona
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekroont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kroont
Koningskroon
Krans
Kroon
Kroon!
Kroonwiel, se obligaronZij/ze drongen op
Zij/ze dwongen
Zij/ze forceerden
Zij/ze noodzaakten
Zij/ze verplichtten tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
alNaar de
Naar het servicioAankaarten
Bedienen
Bediening
Bedieningsgeld
Deugen
Dienen
Dienst
Dienstverlening
Eetservies
Eredienst
Godsdienstoefening
Helpen
Kerkdienst
Opdienen
Serveren
Service
Servies
Toilet de las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens. TalDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke deberBehoren te
Dienen
Horen
In de schuld staan
Moeten
Plicht
Schuld
Schuldig zijn
Te danken hebben
Verplicht zijn om te
Verplichting
Verschuldigd zijn de
los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten libresJij/je bevrijdt
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde, defenderOpkomen voor
Verdedigen
Verweren conDoor
Met
Per
Samen met las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens a quienDie
Wie
los defiendeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt op voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verweert
Kom op voor!
Verdedig!
Verweer!.
MELCHTHAL.- TodoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle lo demásHet overige esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats signoBewijs
Blijk
Merkteken
Teken
Wenk de servidumbreHerendienst
Lijfeigenschap
Servituut.
STAUFFACHER.- SeguíanZij/ze bewandelden
Zij/ze bleven aan
Zij/ze gingen door
Zij/ze hielden bij
Zij/ze vloeiden voort
Zij/ze volgden
Zij/ze volgden op
Zij/ze zetten voort, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, alNaar de
Naar het estandarteBanier
Standaard
Vaan
Vaandel
Veldteken
Vendel
Wimpel del
ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk, cuandoAls
Tijdens
Wanneer loDe
Hem
Het
U pedía(Hij) vroeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagde om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vroeg om
Ik bedelde
Ik bestelde
Ik riep in
Ik verlangde
Ik verzocht
Ik vraagde
Ik vraagde aan
Ik vraagde om
Ik vroeg
Ik vroeg aan
Ik vroeg om el SoberanoBeheerser
Potentaat
Soeverein, y marchabanZij/ze liepen
Zij/ze marcheerden
armadosBewapend
Gepantserde ponen
Gewapend
In elkaar gezet a ItaliaItalië, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! colocarDoen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! susHaar
Hun
Uw
Zijn sienesSlapen la coronaHet kroonwiel
de ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst de romanosRomeinen
Romeins
Romeinse
Van het romeinse rijk. En suHaar
Hun
Uw
Zijn paísLand, se gobernabanZij/ze bestuurden
Zij/ze heersten
Zij/ze regeerden
Zij/ze zwaaiden de scepter
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te miedoAngst
Beduchtheid
Vrees conDoor
Met
Per
Samen met arregloAanrichten
Afspraak
Akkoord
Arrangeren
Herstellen
Ik arrangeer
Ik breng terecht
Ik herstel
Ik knap op
Ik maak
Ik maak in orde
Ik orden
Ik regel
Ik repareer
Ik richt aan
Ik richt in
Ik ruim
Ik ruim op
Ik schik
Ik verhelp
Ik verstel
Inrichten
Inrichting
Maat
Maatregel
Maken
Opknappen
Opruimen
Ordenen
Regelen
Regeling
Repareren
Ruimen
Schikken
Schikking
Terechtbrengen
Verbintenis
Verhelpen
Verstellen
Zetting a susHaar
Hun
Uw
Zijn leyesGehalten
Gehaltes
Wetten y costumbresGebruiken
Gewoonten
Gewoontes
Usances
Zeden. La
pena capitalDoodstraf leHaar
Hem
Het
U estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend reservadaBesproken
Geboekt
Gereserveerd
Gereserveerde
Ingetekend
Opengehouden
Vrijgehouden
Weggezet, y paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! imponerlaAanslaan
Belasten
Belasting heffen op
Dicteren
Forceren
Imponeren
Indruk maken op
Opdringen
Opleggen
Opmaken
Veraccijnzen
habíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was
Ik/hij had un condeGraaf, que loDe
Hem
Het
U representabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beeldde uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bood aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze presenteerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelde voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertegenwoordigde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoonde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde op
Ik beeldde uit
Ik bood aan
Ik diende in
Ik presenteerde
Ik stelde voor
Ik stond voor
Ik vertegenwoordigde
Ik vertoonde
Ik voerde op, y que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
residíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resideerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde
Ik resideerde
Ik woonde entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen nosotrosOns
We
Wij. CuandoAls
Tijdens
Wanneer conocíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Ik kende
Ik leerde kennen
Ik maakte kennis
Ik was bekend met
Ik wist
Ik/hij kende de algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere
de estosDeze
Dezen delitosDelicten
Vergrijpen, se recurría aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beriep zich op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steunde op
Ik beriep me op
Ik steunde op élHem
Hij, y bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware la bóvedaBol
Gewelf del
cieloHemel
Lucht, lisaDiklipharder
Effen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Goudharder
Grootkopharder
Harder
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zeewolf
Zonder moeilijkheden y llanamenteEenvoudig
Simpel, aplicabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht in toepassing
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendde aan
Ik bracht in toepassing
Ik paste toe
Ik voerde door
Ik wendde aan la leyGehalte
Titer
Wet sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te temorAngst
Beduchtheid
Vrees a
nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand. ¿QuiénWie probaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanpassen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aantonen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal adstrueren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beproeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bewijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bezoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal op de
proef stellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal passen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal proberen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal proeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toetsen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitproberen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitwijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal waarmaken que somosWij zijn
Wij/we gebeuren
Wij/we hebben plaats
Wij/we vinden plaats
Wij/we zijn esclavosSlaven? SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals alguienEen of ander
Een zeker
Iemand
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit miMi
Mijn opiniónDunk
Mening
Opinie
Visie
Zienswijze, que hableConverseert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze converseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Ik converseer
Ik praat
Ik spreek
Praat u!
Spreekt u!.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
HOFE.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank; la verdadEcht waar
Niet waar
Nietwaar
Waarheid esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats la queDat
Die
Wie
Zij die habéisJullie hebben
Jullie zijn expuestoBelicht
Blootgelegd
Blootgesteld
Geriskeerd
Gewaagd
Geëtaleerd
Geëxposeerd
Kans gelopen
Op het spel gezet
Risico gelopen
Tentoongespreid
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgekraamd
Uitgestald
Verklaard, y
ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de nosotrosOns
We
Wij hubieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik had
Ik was sufridoDoorstaan
Gedragen
Geleden
Geveeld
Ondergaan
Ondervonden
Uitgestaan
Verdragen el despotismoDespotisme.
STAUFFACHER.- AlNaar de
Naar het mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve EmperadorKeizer
Zwaardvis hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
negadoGeloochend
Ontkend la obedienciaGehoorzaamheid
Gehoorzamen, cuandoAls
Tijdens
Wanneer haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is faltadoAbsent geweest
Afwezig geweest
Gescheeld
Ontbroken a las leyesGehalten
Gehaltes
Wetten
por favorecerBegunstigen
Bevoordelen
Voorstaan
Voortrekken a los sacerdotesGeestelijken
Pastoors
Pastores
Pastors
Priesteressen
Priesters
Zielzorgers. CuandoAls
Tijdens
Wanneer los monjesKloosterbroeders
Kloosterlingen
Monniken
de la AbadíaAbdij de Ensiedeln intentaronZij/ze beproefden
Zij/ze hadden voor
Zij/ze pasten
Zij/ze pasten aan
Zij/ze poogden
Zij/ze probeerden
Zij/ze probeerden uit
Zij/ze stelden zich voor
Zij/ze toetsten
Zij/ze trachtten
Zij/ze waren van plan
Zij/ze waren voornemens apropiarseZich meester maken
Zich toe-eigenen los
pastosAzen
Voeren, que habían(Zij) hadden
(Zij) waren
Zij/ze hadden
Zij/ze waren sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden nuestrosOnze
Van ons desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd inmemorial,
fundándose el abadAbt
Gardiaan en un tituloIk geef een titel
aan antiguoAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude,
que lesHen
Hun
U concedíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschafte
Ik kende toe
Ik verschafte los terrenosGebieden
Terreinen desiertosEenzaam
Eenzame
Onbemand
Onbemande
Onbevolkt
Onbevolkte
Onbewoond
Onbewoonde
Uitgestorven
Verlaten
Wildernissen
Woestenijen
Woestijnen, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te dueñosAanvoerders
Bazen
Chefs
Eigenaars
Eigenaren
Gebieders
Heren
Meesters
Patroons...
haciéndoseRakend
Wordend casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak omisoNalatig
Nalatige
Slordig
Slordige de nosotrosOns
We
Wij... dijimosWij/we gaven op
Wij/we spraken
Wij/we zegden
Wij/we zeiden: 'EseDat
Die
tituloIk geef een titel
aan haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden arrancadoAan de praat gekregen
Aangezet
Afgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Geplukt
Gereten
Gescheurd
Gestart
Getapt
Getogen
Getrokken
Ontlokt
Op gang gebracht
Op weg gegaan
Opgestapt
Te voorschijn getrokken
Uitgehaald
Uitgerukt
Uitgetrokken
Vertrokken
Weggegaan
Weggescheurd subrepticiamente. NingúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei
EmperadorKeizer
Zwaardvis puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen lo queDat wat
Wat nos(Aan) ons
Ons perteneceBehoor toe aan!
Behoor toe!
Behoor tot!
Behoor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt toe aan
Kom toe aan!; y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el
ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk rehusa hacernosAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid, para nadaVooral niet necesitamosWij hebben nodig
Wij/we behoefden
Wij/we behoeven
Wij/we hadden nodig
Wij/we hebben nodig
Wij/we hoefden
Wij/we hoeven
Wij/we waren toe aan
Wij/we zijn toe aan
en nuestrasOnze
Van ons montañasBergen
Gebergten
Gebergtes alNaar de
Naar het EmperadorKeizer
Zwaardvis...' AsíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
hablabanZij/ze converseerden
Zij/ze praatten
Zij/ze spraken nuestrosOnze
Van ons padresOuderpaar
Ouders
Paters
Vaders. ¿HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de sufrirDoorstaan
Dragen
Lijden
Ondergaan
Ondervinden
Uitstaan
Velen
Verdragen, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende,
eseDat
Die nuevoNieuw
Nieuwe y vergonzosoBeschaamd
Beschaamde
Beschamend
Beschamende
Vernederend
Vernederende yugoJuk de un criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde,
lo queDat wat
Wat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn toleradoAangezien
Geduld
Gepikt
Getolereerd
Geveeld
Toegelaten
Verdragen de ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei EmperadorKeizer
Zwaardvis?
HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn conquistadoVeroverd, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem conDoor
Met
Per
Samen met el trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken
de nuestrasOnze
Van ons manosHanden, y los antiguosAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude bosquesBossen
Wouden, en otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd habitaciónBewonen
Habitat
Hotelkamer
Huizen
Inwonen
Kamer
Lokaal
Resideren
Slaapkamer
Vertrek
Wonen
Woning exclusivaExclusief
Exclusieve de los ososBeren, hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden
trasformados por nosotrosOns
We
Wij en moradasPaars
Paarse
Pimpelpaars
Pimpelpaarse
Violet
Violetkleurig
Violetkleurige
Violette humanasHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke.
AniquilamosWij/we cijferden weg
Wij/we cijferen weg
Wij/we deden teniet
Wij/we doen teniet
Wij/we herleidden tot niets
Wij/we herleiden tot niets
Wij/we maakten onbruikbaar
Wij/we maken onbruikbaar
Wij/we vernietigden
Wij/we vernietigen la razaRas del dragónDragonder
Grote leeuwenbek
Leeuwenbek
Leeuwenbekje ponzoñosoGiftig
Giftige, que vivíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leefde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woonde
Ik leefde
Ik woonde
en estasDeze
Dezen lagunasKolken
Plassen
Vijvers
Waterplassen. RasgamosWij/we reten
Wij/we rijten
Wij/we scheurden
Wij/we scheuren el veloFloers
Ik omsluier
Ik sluier
Ik waak
Sluier
Voile de nubesWolken, que
envolvíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakerde in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht met zich
mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceerde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakte in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rolde op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strengelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikkelde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwachtelde in
Ik bakerde
Ik bakerde in
Ik bracht met me
mee
Ik impliceerde
Ik pakte
Ik pakte in
Ik rolde op
Ik sloot in
Ik strengelde
Ik verpakte
Ik wikkelde
Ik wond
Ik zwachtelde in tristementeBedroefd
Jammerlijk
Smartelijk
Treurig estasDeze
Dezen soledadesEenzaamheden
Verlatenheden, eEn hicimosWij maakten
Wij/we bedreven
Wij/we brachten uit
Wij/we deden
Wij/we maakten
Wij/we maakten aan
Wij/we richtten uit
Wij/we voerden uit saltarBarsten
Een sprong doen
In de lucht springen
In het oog springen
Losspringen
Ontploffen
Openspringen
Opspringen
Opspuiten
Overslaan
Springen
Te binnen schieten
Uitschieten
Uitvallen
Uitvaren
Van een hoogte springen
las rocasGesteenten
Gesteentes
Rotsblokken
Rotsen, y abrimosWij openen
Wij/we beginnen
Wij/we begonnen
Wij/we deden open
Wij/we doen open
Wij/we graveerden
Wij/we graveren
Wij/we maakten open
Wij/we maken open
Wij/we openden
Wij/we openen sendaPad seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker alNaar de
Naar het caminanteZij/ze lopen
Zij/ze schrijden
Zij/ze stappen
Zij/ze treden
Zij/ze wandelen.
GUILLERMOWillem TELL
NuestroOns
Onze
Van ons esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats, por lo mismoDito
Hetzelfde
Idem, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind territorioBan
Gebied
Grondgebied
Territoir
Territorium, por suHaar
Hun
Uw
Zijn posesiónBezit
Bezitting
Eigendom
Goed
Vermogen
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens millaresDuizendtallen de añosJaren; y ¿el criadoBediende
Dienaar
Gefokt
Knecht
Opgefokt
Opgevoed de un
señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde osaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal durven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wagen forjarSmeden cadenasBoeien
Ketenen
Ketens
Kettingen
Kluisters
Reeksen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! nosotrosOns
We
Wij,
y llenarAanvullen
Bijwerken
Completeren
Dempen
Invullen
Spekken
Stoppen
Vol maken
Voleinden
Volmaken
Volschenken
Vullen de oprobio nuestroOns
Onze
Van ons paísLand? ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand remedioGeneesmiddel
Middel
Remedie
algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus estaDeze
Dit opresiónOnderdrukken
Onderdrukking
Opkroppen
Verdringen
Verdrukken
Verkroppen? (Los conjuradosAfgewend
Bezworen
Beëdigd
De eed afgenomen van
Gesmeekt
Samengespannen
Samengezworen
Uitgebannen
Zich onder ede met
iemand verbonden se
muestranZij/ze laten zien
Zij/ze spreiden tentoon
Zij/ze tonen
Zij/ze vertonen
Zij/ze wijzen
Zij/ze wijzen uit conmovidosAangedaan
Aangedane
Aangegrepen
Bewogen
Geroerd
Geroerde
Geëmotioneerd
Geëmotioneerde
Ontroerd
Ontroerde.) NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank; el poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen de los tiranosDwingelanden
Geweldenaars
Geweldenaren
Tirannen
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook susHaar
Hun
Uw
Zijn límitesGrenzen
Limieten
Perken. CuandoAls
Tijdens
Wanneer la opresiónOnderdrukken
Onderdrukking
Opkroppen
Verdringen
Verdrukken
Verkroppen obraAgeer!
Ben bezig!
Boekwerk
Doe!
Ga te werk!
Ga voort!
Geschrift
Handel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ageert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te werk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze handelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt
Kunstwerk
Oeuvre
Opus
Pennenvrucht
Treed op!
Werk
Werk!
Werkzaamheid
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse; cuandoAls
Tijdens
Wanneer suHaar
Hun
Uw
Zijn pesoGewicht
Ik ben zwaar
Ik bepaal het gewicht
Ik weeg
Ik weeg af
Peso
Zwaarte esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats intolerableOntoelaatbaar
Ontoelaatbare...
pide(Het) vraagt
Bedel!
Bestel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt om
Roep in!
Verlang!
Verzoek!
Vraag aan!
Vraag om!
Vraag! alivioIk lenig
Ik lucht op
Ik verlicht
Ik verzacht
Lenigen
Opluchten
Verlichten
Verzachten alNaar de
Naar het cieloHemel
Lucht, y leHaar
Hem
Het
U pide(Het) vraagt
Bedel!
Bestel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt om
Roep in!
Verlang!
Verzoek!
Vraag aan!
Vraag om!
Vraag! ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel, y llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur acáAlhier
Daar
Hier
abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder suHaar
Hun
Uw
Zijn eternoEeuwig
Eeuwige derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse, inmutable y seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
los mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve astrosHemellichamen
Sterren. RecomienzaHerbegin!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herbegint entoncesDan
Dus
Toen el estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden
primitivoAanvangs-
Aanvankelijk
Aanvankelijke
Begin-
Primitief
Primitieve de los hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, en luchaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze worstelt
Kamp!
Strijd!
Worstel! unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n conDoor
Met
Per
Samen met otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één, y,
en últimoAchterste
Jongstleden
Laatste recursoAppel
Beroep
Hulpbron
Hulpmiddel
Medium
Middel
Rechtsmiddel
Redmiddel
Regres
Remedie
Toevlucht, cuandoAls
Tijdens
Wanneer ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei otroAnder
Andere
Nog een
Nog één se presentaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meldt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Men presenteert,
se apelaAppelleer!
Doe een beroep op!
Ga in appel!
Ga in beroep!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze appelleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet een beroep
op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in appel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in beroep a la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!. ContraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus la violenciaDriftigheid
Dwang
Forceren
Geweld
Gewelddadigheid
Geweldpleging
Hevigheid
Onnatuurlijkheid
Onstuimigheid
Valsheid
Verkrachten
Verkrachting
Vinnigheid hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de
defenderOpkomen voor
Verdedigen
Verweren nuestroOns
Onze
Van ons bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus preciadoGewaardeerd
Kostbaar
Kostbare
Waardevol
Waardevolle... ¡PeleamosWij/we kampen
Wij/we kampten
Wij/we maakten ruzie
Wij/we maken ruzie
Wij/we streden
Wij/we strijden
Wij/we vechten
Wij/we vochten
Wij/we voerden strijd
Wij/we voeren strijd
por nuestraOns
Onze
Van ons patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland, por nuestrasOnze
Van ons mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen y nuestrosOnze
Van ons
hijosKinderen
Zonen
Zoons!
TODOSAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle (PoniendoAan de praat krijgend
Aandoend
Aantrekkend
Aanzettend
Doend
Door te plaatsen
Inschakelend
Leggend
Neerleggend
Neerzettend
Op gang brengend
Opbrengend
Opleggend
Plaatsend
Stekend
Stellend
Stoppend
Vlijend
Zettend las manosDe handen en susHaar
Hun
Uw
Zijn espadasBollebozen
Degens
Slagzwaarden
Zwaarden).¡
DefendemosWij/we komen op voor
Wij/we verdedigen
Wij/we verweren nuestrasOnze
Van ons mujeresEchtgenoten
Echtgenotes
Gemalinnen
Vrouwen
Vrouwlui
Vrouwmensen
Vrouwspersonen y nuestrosOnze
Van ons hijosKinderen
Zonen
Zoons!
RÖSSELMANN (Adelantándose).-Voor zijnd
Voorafgaand
Vooruit stekend Antes deAlvorens te
Voor hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
usoAanwenden
Benutten
Disponeren
Gebruik
Gebruiken
Genot
Ik benut
Ik beschik over
Ik disponeer
Ik gebruik
Ik wend aan
Zede de las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens, reflexionadloBedenk!
Denk na!
Overdenk!
Wik!
Zin op!
Zin! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart. PodéisJullie kunnen
Jullie mogen
Jullie snoeien emplearAanwenden
Benutten
Doorvoeren
Gebruiken
In toepassing brengen
Toepassen
conDoor
Met
Per
Samen met el EmperadorKeizer
Zwaardvis mediosDoorsnedes
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helften
Instrumenten
Matigingen
Media
Medium
Middelbaar
Middelbare
Middelen
Middelmaats
Middelmaten
Midden-
Middens
Milieus
Omgevingen
Remedies
Tussenstoffen
Tweelingen pacíficosPacifisch
Pacifische. OsJe
Jullie bastaBen genoeg!
Ben toereikend!
Ben voldoende!
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Het volstaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is genoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toereikend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is voldoende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voldoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volstaat
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Rauw
Rauwe
Reik toe!
Ruig
Ruige
Snauwerig
Snauwerige
Voldoe!
Volsta! una
solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten palabraBewoording
Woord, y los mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve tiranosDwingelanden
Geweldenaars
Geweldenaren
Tirannen que hoyHeden
Vandaag osJe
Jullie oprimenZij/ze kroppen op
Zij/ze onderdrukken
Zij/ze verdringen
Zij/ze verdrukken
Zij/ze verkroppen,
osJe
Jullie adularánZij/ze zullen vleien mañanaMorgen
Ochtend... AceptadAccepteer!
Neem aan!
Ontvang! lo queDat wat
Wat conDoor
Met
Per
Samen met
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
tantaTanta
Zo groot
Zoveel
Zovele frecuenciaFrequentie se osJe
Jullie haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is ofrecidoAangeboden
Geboden
Te koop aangeboden
Uitgeloofd
Voorgedragen
Voorgeslagen
Voorgesteld; separaosGa uit elkaar!
Scheid! del ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk,
acatadAcht hoog!
Eerbiedig!
Ontzie!
Vereer! el poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen del AustriaOostenrijk...
MAUER.- ¿QuéWat
Welke proponeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor el curaBehandel!
Behandeling
Beterschap
Cureer!
Geestelijke
Genees!
Genezing
Gezondmaking
Heling
Herstel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cureert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geneest
Kuur
Pastoor
Pastor
Priester
Zielzorger? ¿Que prestemosLaten we lenen
Laten we uitlenen
Wij/we lenen
Wij/we lenen uit
juramentoIk beëdig
Ik neem een eed
af
Vloek alNaar de
Naar het AustriaOostenrijk?
BUHEL.- ¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank leHaar
Hem
Het
U hagáisJullie bedrijven
Jullie brengen uit
Jullie doen
Jullie maken
Jullie maken aan
Jullie richten uit
Jullie voeren uit casoCasus
Geval
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind in de
echt
Naamval
Zaak!
WINKELRIED.- EseDat
Die consejoAdvies
Raad
Raadgeving es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit traidorDubbelhartig
Dubbelhartige
Ontrouw
Ontrouwe
Trouweloos
Trouweloze
Verraderlijk
Verraderlijke, es deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
un enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige de suHaar
Hun
Uw
Zijn patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland.
REDING.- ¡SosegaosBedaar!
Bekoel!
Kalmeer!
Kom tot rust!
Luw!
Raas uit!
Woed uit!, compañerosAmbtgenoten
Collega's
Collegae
Gezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
Vakgenoten!
SEWA.- ¡Que rindamosLaten we geven
Wij/we geven homenajeEed van trouw
Eerbetoon
Hulde
Huldebetoon
Huldeblijk alNaar de
Naar het AustriaOostenrijk, despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
de talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke afrentaAffront
Belediging
Krenking
Smaad!
FLUE.- ¿Nos dejaríamosWij/we zouden ons aan
iets wijden
Wij/we zouden ons overgeven
Wij/we zouden ons verwaarlozen
Wij/we zouden terneergeslagen worden arrancarAan de praat krijgen
Aanzetten
Afbreken
Afplukken
Afrukken
Eruit trekken
Ontlokken
Op gang brengen
Op weg gaan
Opstappen
Plukken
Rijten
Scheuren
Starten
Tappen
Te voorschijn trekken
Tijgen
Trekken
Uithalen
Uitrukken
Uittrekken
Vertrekken
Weggaan
Wegscheuren por la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! loDe
Hem
Het
U
que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn negadoGeloochend
Ontkend a la bondadGoedheid?
MEIER.- ¡SeríamosWij/we zouden gebeuren
Wij/we zouden plaatshebben
Wij/we zouden plaatsvinden
Wij/we zouden zijn entoncesDan
Dus
Toen esclavosSlaven, y mereceríamosWij/we zouden toekomen
Wij/we zouden verdienen
Wij/we zouden waard zijn
Wij/we zouden waardig zijn
serloGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn!
MAUER.- ¡Que seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt privadoBeroofd
Besloten
Particulier
Particuliere
Privé-
Uitgeplunderd del derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop de
los suizosZwitsers
Zwitserse quienDie
Wie nos(Aan) ons
Ons hable deBehandelt u!
Bepraat u!
Bespreekt u!
Discuteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Ik behandel
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik discuteer
Ik wissel van gedachten
Wisselt u van gedachten! cederAfstaan
Toegeven
Wijken alNaar de
Naar het AustriaOostenrijk!...
PresidentePreses
President
Voorzitter, ¡que talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
Zulke seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke acuerdoAfspraak
Akkoord
Beslissing
Besluit
Betrekking
Dunk
Ik accordeer
Ik ben het eens
Ik geef toe
Ik herinner aan
Ik kom overeen
Ik stem
Ik stem toe
Ik verzoen
Ik vind goed
Inrichting
Maat
Maatregel
Mening
Omgang
Opinie
Overeenkomst
Overeenstemming
Regeling
Schikking
Uitspraak
Verband
Verbintenis
Verdrag
Verhouding
Verkeer
Verstandhouding
Visie
Wijzing
Zetting
Zienswijze que
adoptemosLaten we aannemen
Laten we adopteren
Laten we zich eigen
maken
Wij/we adopteren
Wij/we maken ons eigen
Wij/we nemen aan ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans.
MELCHTHAL.- ¡SeaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt asAas! QuienDie
Wie hable deBehandelt u!
Bepraat u!
Bespreekt u!
Discuteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepraat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze discuteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wisselt van gedachten
Ik behandel
Ik bepraat
Ik bespreek
Ik discuteer
Ik wissel van gedachten
Wisselt u van gedachten! cederAfstaan
Toegeven
Wijken alNaar de
Naar het
AustriaOostenrijk, pierde(Het) verliest
Geef op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt mis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt kwijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkwist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspeelt
Loop mis!
Mis!
Raak kwijt!
Verbeur!
Verkwist!
Verlies!
Verspeel! todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle susHaar
Hun
Uw
Zijn derechosAanspraken
Bevoegdheden
Claims
Pretenties
Recht
Rechte
Rechten
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheden
Vandehands
Vandehandse y honoresHulden, y que
ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand de susHaar
Hun
Uw
Zijn paisanosBoeren
Burgers
Landgenoten loDe
Hem
Het
U acojaAccepteert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt op
Ik accepteer
Ik neem aan
Ik neem op
Ik ontvang
Ik vang op
Neemt u aan!
Neemt u op!
Ontvangt u!
Vangt u op! en suHaar
Hun
Uw
Zijn hogarHaard
Huiselijke haard
Huiselijke kring
Huishouden
Tehuis
Thuis.
TODOSAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle (LevantandoBeurend
Heffend
Neerzettend
Ophalend
Opheffend
Opkokend
Oprichtend
Opslaand
Optillend
Tillend
Verheffend
Vestigend susHaar
Hun
Uw
Zijn diestras).-Bedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Handig
Handige
Vaardig
Vaardige ¡MandamosWij/we bevalen
Wij/we bevelen
Wij/we commandeerden
Wij/we commanderen
Wij/we gelasten
Wij/we gelastten
Wij/we schreven voor
Wij/we schrijven voor
Wij/we sommeerden
Wij/we sommeren
Wij/we verordenden
Wij/we verordenen
Wij/we voerden aan
Wij/we voerden het bevel
Wij/we voeren aan
Wij/we voeren het bevel,
que asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt!
REDING (Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over una pausa).-Pauze
Rust ¡Queda(Het) blijft over
Ben!
Bevind je!
Blijf!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Pas!
Raak in een bepaalde
toestand!
Spreek af!
Sta!
Stil
Stille
Wordt acordadoGeaccordeerd
Gestemd
Goedgevonden
Herinnerd aan
Het eens geweest
Overeengekomen
Toegegeven
Toegestemd
Verzoend
Weldoordacht
Weldoordachte
Weloverwogen!
GUILLERMOWillem TELL
RÖSSELMANN.- AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn libresJij/je bevrijdt
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde; ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans loDe
Hem
Het
U soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds, en virtudBraafheid
Courage
Dapperheid
Deugd
Durf
Eerbaarheid
Kuisheid
Lef
Macht
Moed
Reinheid
Vermogen
Zuiverheid de estaDeze
Dit leyGehalte
Titer
Wet. AustriaOostenrijk noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank obtendrá(Het) zal verkrijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal behalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal buitmaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal genieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontvangen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toucheren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verkrijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verwerven por la
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! lo queDat wat
Wat noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is conseguidoBehaald
Bereikt
Buitgemaakt
Erin geslaagd om
Gekregen
Gereikt tot
Ingehaald
Verkregen
Vervolgd
Verworven conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn amistososAmicaal
Amicale
Vriendelijk
Vriendelijke
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
ruegosBeden
Bedes
Smeekbeden
Smeekbedes...
WEILER.- ¡AdelanteAccelereert u!
Bespoedigt u!
Betaalt u vooruit!
Binnen
Gaat u voor!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accelereert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespoedigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaalt vooruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze passeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart voorbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbetert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veredelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versnelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervroegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet vooruit
Ik accelereer
Ik bespoedig
Ik betaal vooruit
Ik ga voor
Ik haal in
Ik leen
Ik leen uit
Ik loop voor
Ik passeer
Ik rijd voorbij
Ik schiet voor
Ik schuif uit
Ik steek uit
Ik vaar voorbij
Ik verbeter
Ik veredel
Ik verhaast
Ik vermeerder
Ik versnel
Ik vervroeg
Ik zet terug
Ik zet vooruit
Kom binnen
Leent u uit!
Leent u!
Loopt u voor!
Naar voren
Passeert u!
Rijdt u voorbij!
Schiet u voor!
Schuift u uit!
Steekt u uit!
Vaart u voorbij!
Verbetert u!
Veredelt u!
Verhaast u!
Vermeerdert u!
Versnelt u!
Vervroegt u!
Voorover
Voort
Vooruit
Voorwaarts
Zet u terug!
Zet u vooruit!, a la orden del díaAgenda
Dagorder!
REDING.- CompañerosAmbtgenoten
Collega's
Collegae
Gezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
Vakgenoten: ¿Se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand probadoAangepast
Aangetoond
Beproefd
Beproefde
Bewezen
Bezocht
Geadstrueerd
Gepast
Geprobeerd
Geproefd
Gestaafd
Getoetst
Op de proef gesteld
Uitgeprobeerd
Uitgewezen
Waargemaakt yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
los mediosDoorsnedes
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helften
Instrumenten
Matigingen
Media
Medium
Middelbaar
Middelbare
Middelen
Middelmaats
Middelmaten
Midden-
Middens
Milieus
Omgevingen
Remedies
Tussenstoffen
Tweelingen pacíficosPacifisch
Pacifische? QuizásMisschien loDe
Hem
Het
U ignoreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze negeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet niet
Ik negeer
Ik weet niet
Negeert u!
Weet u niet! el ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst; quizásMisschien
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! que nosotrosOns
We
Wij loDe
Hem
Het
U suframosLaten we doorstaan
Laten we dragen
Laten we lijden
Laten we ondergaan
Laten we ondervinden
Laten we uitstaan
Laten we velen
Laten we verdragen
Wij/we doorstaan
Wij/we dragen
Wij/we lijden
Wij/we ondergaan
Wij/we ondervinden
Wij/we staan uit
Wij/we velen
Wij/we verdragen. TenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind últimoAchterste
Jongstleden
Laatste recursoAppel
Beroep
Hulpbron
Hulpmiddel
Medium
Middel
Rechtsmiddel
Redmiddel
Regres
Remedie
Toevlucht; que lleguen(Zij) komen
Arriveert u!
Brengt u door!
Geeft u aan!
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u!
Zij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven a susHaar
Hun
Uw
Zijn oídosGehoord
Vernomen
Verstaan
nuestrasOnze
Van ons quejasAanklachten
Bezwaarschriften
Bezwaren
Jij/je bedroeft
Klachten, antes deAlvorens te
Voor apelarAppelleren
Een beroep doen op
In appel gaan
In beroep gaan a las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens. TemibleGevreesd
Gevreesde
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend el empleoAanwenden
Ambt
Baan
Benutten
Betrekking
Doorvoeren
Functie
Gebruiken
Ik benut
Ik breng in toepassing
Ik gebruik
Ik pas toe
Ik voer door
Ik wend aan
Plaats
Post
Toepassen
Toepassing
Werk
Werkkring de la fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht!, aúnNog
Nog altijd
Nog steeds fundadaGebaseerd
Gefundeerd
Gegrond
Gegrondvest
Gesticht
Gevestigd en el
derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse. DiosGod
Godheid sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat cuandoAls
Tijdens
Wanneer los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten nos(Aan) ons
Ons
abandonanZij/ze abandonneren
Zij/ze laten in de
steek
Zij/ze laten varen
Zij/ze stoppen ermee
Zij/ze verlaten.
STAUFFACHER (A Conrado Hunn).- AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans osJe
Jullie
toca(Het) hoort
Beroer!
Ga over!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Kap
Klep!
Klink!
Kom aan!
Kornet
Muts
Raak aan!
Raak!
Roer aan!
Sla!
Speel voor!
Speel!
Toucheer!
Voer uit!
Zit aan! informarAankondigen
Berichten
In kennis stellen
Informeren
Inlichten
Mededelen
Meedelen
Melden
Overbrengen
Refereren
Verslaan
Verslag uitbrengen
Verwittigen
Voorlichten. ¡HabladConverseer!
Praat!
Spreek!, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende!
HUNN.- HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb estadoBorderel
Constellatie
Gelegen
Gesteldheid
Geweest
Gezeten
Lijst
Loonstaat
Rijk
Situatie
Staat
Stand
Tabel
Toestand
Zich bevonden en Rheinfeld, en el palacioPaleis del
EmperadorKeizer
Zwaardvis; a quejarmeBedroeven de la tiranía de los gobernadoresBesturend
Besturende
Gouverneurs
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende,
y pedirAanvragen
Bedelen
Bestellen
Inroepen
Verlangen
Verzoeken
Vragen
Vragen om la continuaciónAanhouden
Doorgaan
Vervolgen
Voortgaan
Voortzetten
Voortzetting de nuestrasOnze
Van ons antiguasAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude
franquiciasFranchises
Ontheffingen
Vrijstellingen, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend concedidaToegekend
Verschaft por los nuevosNieuw
Nieuwe SoberanosBeheersers
Potentaten
Soevereinen.
AllíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond a los delegadosAfgevaardigd
Gedelegeerd de otrasAnder
Andere
Nog één muchasVeel
Vele
Zeer
Zere
ciudadesPlaatsen
Steden, de la SuabiaSchwaben y de las orillasBanden
Boorden
Kanten
Kusten
Oevers
Randen
Stootkanten
Wallen
Waterkanten
Zomen del Rhin,
todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn pergaminosPerkamenten, y dispuestosBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid a regresarTerugbrengen
Terugkeren
Terugkomen
Wederkeren
Wederkomen
Weeromkomen
alegresBlij
Blije
Jij/je verblijdt
Jij/je verheugt
Jij/je verlevendigt
Jij/je viert
Licht
Lichte
Lustig
Lustige
Monter
Montere
Verblijd
Verblijde
Verheugd
Verheugde
Vrolijk
Vrolijke a suHaar
Hun
Uw
Zijn paísLand. A míMe
Mij, vuestroJullie
Uw
Van jullie representanteAgent
Dealer
Vertegenwoordiger,
meMe
Mij enviaronZij/ze deden toekomen
Zij/ze expedieerden
Zij/ze stuurden
Zij/ze stuurden op
Zij/ze stuurden uit
Zij/ze stuurden weg
Zij/ze verstuurden
Zij/ze verzonden
Zij/ze zonden
Zij/ze zonden af
Zij/ze zonden op
Zij/ze zonden weg el ConsejoAdvies
Raad
Raadgeving, en dondeWaarin meMe
Mij despidieronZij/ze dankten af
Zij/ze monsterden af
Zij/ze ontsloegen
Zij/ze stuurden uit
Zij/ze stuurden weg
Zij/ze verstuurden
Zij/ze verzonden
Zij/ze zonden af
Zij/ze zonden weg
conDoor
Met
Per
Samen met vanosDoelloos
Doelloze
Hol
Holle
Ijdel
Ijdele
Ijl
Ijle
Ingebeeld
Ingebeelde
Leeg
Lege
Loos
Loze
Nutteloos
Nutteloze
Vergeefs
Vergeefse
Vruchteloos
Vruchteloze
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane consuelos: 'El EmperadorKeizer
Zwaardvis noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast tiem
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
poPo ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans; conDoor
Met
Per
Samen met placerBehagen
Genoegen
Genot
Plezier
Pret
Vermaak
Welbehagen
Welgevallen
Zin se ocuparáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich bezighouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wijden otroAnder
Andere
Nog een
Nog één díaDag
Etmaal en vuestraJullie
Uw
Van jullie
demandaAanvraag
Bestel!
Bestelling
Eis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt
Order
Vraag!.' Y cuandoAls
Tijdens
Wanneer yoEgo
Ik discurríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekokstoofde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiende uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzon
Ik bedacht
Ik bekokstoofde
Ik dacht uit
Ik kiende uit
Ik verzon tristeAalwaardig
Aalwaardige
Bedroefd
Bedroefde
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gemelijk
Gemelijke
Mistroostig
Mistroostige
Naargeestig
Naargeestige
Somber
Sombere
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Triestig
Triestige
Verdrietig
Verdrietige por los salonesHuiskamers
Salons
Woonkamers
Zalen
del palacioPaleis realDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Reaal
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke, viIk bekeek
Ik keek
Ik zag alNaar de
Naar het DuqueHertog Juan, llorandoBejammerend
Betreurend
Bewenend
Huilend
Krijtend
Schreiend
Wenend en
un rincónHoek, y junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij élHem
Hij, a los noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren de Wart
y de Tegerfeld, que meMe
Mij llamaronZij/ze belden
Zij/ze belden aan
Zij/ze belden op
Zij/ze benoemden
Zij/ze heetten
Zij/ze klopten
Zij/ze luidden
Zij/ze maakten uit voor
Zij/ze noemden
Zij/ze praaiden
Zij/ze riepen
Zij/ze riepen aan
Zij/ze riepen op
Zij/ze schelden
Zij/ze telefoneerden, y meMe
Mij dijeron(Zij) zeiden
Zij/ze gaven op
Zij/ze spraken
Zij/ze zegden
Zij/ze zeiden:
'AyudaosAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat vosotrosGijlieden
Je
Jullie mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve; del ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hay queMen moet esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op
justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is despojadoAfgestroopt
Beroofd
Uitgeplunderd
Uitgeschud alNaar de
Naar het hijoKind
Zoon de suHaar
Hun
Uw
Zijn mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
hermanoBroeder
Broer
Frater, apropiándoseZich meester makend
Zich toe-eigenend suHaar
Hun
Uw
Zijn legítimaWettig
Wettige herenciaErfdeel
Erfelijkheid
Erfenis
Erfgoed
Erfrecht
Nalatenschap
Neiging
Overerving? El
DuqueHertog reclamaEis!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reclameert
Reclameer! los bienesGelukken
Welvaarten de suHaar
Hun
Uw
Zijn madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
llegadoAangegeven
Aangekomen
Aangeland
Aangereikt
Doorgebracht
Gearriveerd
Verdreven a la mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere edadLeeftijd
Ouderdom, y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd de que gobierneBestuurt u!
Heerst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait de scepter
Ik bestuur
Ik heers
Ik regeer
Ik zwaai de scepter
Regeert u!
Zwaait u de scepter!
a suHaar
Hun
Uw
Zijn paísLand y a susHaar
Hun
Uw
Zijn vasallosLeenmannen
Vazallen. ¿QuéWat
Welke se leHaar
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is contestadoBeantwoord
Geantwoord
Geantwoord op
Verantwoord?
El EmperadorKeizer
Zwaardvis leHaar
Hem
Het
U haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring una coronaEen kroonwiel en
la cabezaHoofd
Kop
Krop, y la haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk: 'He aquíAlsjeblieft
Alstublieft
Hier
Kijk
Ziehier el ornamentoAmbtsgewaad
Ik decoreer
Ik dos uit
Ik sier
Ik sier op
Ik tooi
Ik versier
Ornaat de la
juventudJeugd
Jeugdigheid.'
MAUER.- YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds loDe
Hem
Het
U habéisJullie hebben
Jullie zijn oídoGehoor
Gehoord
Vernomen
Verstaan. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hay queMen moet esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Vooruitzien
Voorzien
Wachten
Wachten op
del EmperadorKeizer
Zwaardvis derechoAanspraak
Bevoegdheid
Claim
Pretentie
Recht
Rechte
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtstreeks
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheid
Vandehands
Vandehandse niEn niet
Evenmin
Noch justiciaBillijkheid
Gerechtigheid
Justitie
Kan jang
Malabarnoot
Rechtvaardigheid. AyudaosAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat vosotrosGijlieden
Je
Jullie
mismosEigen
Zelf
Zelfde
Zelve.
REDING.- NingúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei recursoAppel
Beroep
Hulpbron
Hulpmiddel
Medium
Middel
Rechtsmiddel
Redmiddel
Regres
Remedie
Toevlucht nos quedaWij over hebben, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende. Que el
ConsejoAdvies
Raad
Raadgeving acuerdeAccordeert u!
Geeft u toe!
Herinnert u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accordeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herinnert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzoent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt goed
Ik accordeer
Ik ben het eens
Ik geef toe
Ik herinner aan
Ik kom overeen
Ik stem
Ik stem toe
Ik verzoen
Ik vind goed
Is u het eens!
Komt u overeen!
Stemt u toe!
Stemt u!
Verzoent u!
Vindt u goed! el medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling de conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven con prudenciaOmzichtig
Voorzichtig
nuestroOns
Onze
Van ons objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp.
FÜRST (EntrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand en el círculo).-Cirkel
Gezelschap
Kring
Rondje QueremosWij willen
Wij/we beminnen
Wij/we hebben lief
Wij/we houden van
Wij/we willen sustraernosAftrekken
Gappen
Ontvreemden
Stelen
a una odiosaGehaat
Gehate dominaciónBedwingen
Beheersen
Domineren
Overheersen
Uitschitteren; conservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden las
antiguasAloud
Aloude
Antiek
Antieke
Oud
Oude
Ouderwets
Ouderwetse
Overoud
Overoude libertadesVrijheden, que nos(Aan) ons
Ons legaronZij/ze bedachten nuestrosOnze
Van ons padresOuderpaar
Ouders
Paters
Vaders,
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank pedirlasAanvragen
Bedelen
Bestellen
Inroepen
Verlangen
Verzoeken
Vragen
Vragen om nuevasNieuw
Nieuwe sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te frenoBit
Gebit
Ik houd in bedwang
Ik rem
Ik rem af
Mondstuk
Rem algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere. DéseBrengt u op!
Brengt u toe!
Geeft u aan!
Geeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ik breng op
Ik breng toe
Ik geef
Ik geef aan
Ik ken toe
Ik verleen
Kent u toe!
Verleent u! alNaar de
Naar het Em
GUILLERMOWillem TELL
perador lo queDat wat
Wat seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt del EmperadorKeizer
Zwaardvis, y quienDie
Wie tengaAlstublieft
Heeft
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
Houdt u bij!
Houdt u erop na!
Houdt u vast!
Houdt u!
Ik heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer,
que loDe
Hem
Het
U sirvaBedient u!
Bewijst u een dienst!
Deugt u!
Dien op
Dient u op!
Dient u!
Helpt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Ik bedien
Ik ben geschikt
Ik ben van dienst
Ik bewijs een dienst
Ik deug
Ik dien
Ik dien op
Ik help
Ik kaart aan
Ik serveer
Is u geschikt!
Is u van dienst!
Kaart u aan!
Serveert u! conDoor
Met
Per
Samen met arregloAanrichten
Afspraak
Akkoord
Arrangeren
Herstellen
Ik arrangeer
Ik breng terecht
Ik herstel
Ik knap op
Ik maak
Ik maak in orde
Ik orden
Ik regel
Ik repareer
Ik richt aan
Ik richt in
Ik ruim
Ik ruim op
Ik schik
Ik verhelp
Ik verstel
Inrichten
Inrichting
Maat
Maatregel
Maken
Opknappen
Opruimen
Ordenen
Regelen
Regeling
Repareren
Ruimen
Schikken
Schikking
Terechtbrengen
Verbintenis
Verhelpen
Verstellen
Zetting a suHaar
Hun
Uw
Zijn deberBehoren te
Dienen
Horen
In de schuld staan
Moeten
Plicht
Schuld
Schuldig zijn
Te danken hebben
Verplicht zijn om te
Verplichting
Verschuldigd zijn.
MEIER.- YoEgo
Ik tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast en feudoLeen
Leengoed bienesGelukken
Welvaarten del AustriaOostenrijk.
FÜRST.- ContinuadGa door!
Ga verder met!
Ga verder!
Ga voort!
Houd aan!
Vervolg!
Zet voort! prestandoLenend
Uitlenend homenajeEed van trouw
Eerbetoon
Hulde
Huldebetoon
Huldeblijk alNaar de
Naar het AustriaOostenrijk.
WEILER.- YoEgo
Ik pagoBetaling
Ik betaal
Ik betaal uit
Ik dok
Ik keer uit
Ik stort
Ik voldoe
Storting
Uitbetaling
Uitkering
Voldoening tributoCijns
Schatting a los señoresHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren de
Rappersweil.
FÜRST.- ProseguidGa door! pagándoles lo queDat wat
Wat lesHen
Hun
U debáisJullie behoren te
Jullie dienen
Jullie hebben te danken
Jullie horen
Jullie moeten
Jullie staan in de
schuld
Jullie zijn schuldig
Jullie zijn verplicht om
te
Jullie zijn verschuldigd.
RÖSSELMANN.- YoEgo
Ik heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb prestadoGeleend
Uitgeleend juramentoIk beëdig
Ik neem een eed
af
Vloek a la
abadesaAbdis de ZurichZurich.
FÜRST.- DaréisJullie zullen aangeven
Jullie zullen geven
Jullie zullen opbrengen
Jullie zullen toebrengen
Jullie zullen toekennen
Jullie zullen verlenen alNaar de
Naar het MonasterioKlooster lo queDat wat
Wat esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats del MonasterioKlooster.
STAUFFACHER.- YoEgo
Ik sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast feudosLeengoederen
Lenen del ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk.
FÜRST.- ¡Que lo queDat wat
Wat debaBehoort u te!
Dient u!
Heeft u te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
schuld
Hoort u!
Ik behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld
Is u schuldig!
Is u verplicht om
te!
Is u verschuldigd!
Moet u!
Staat u in de
schuld! hacerseMaken
Raken
Worden, se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt, y nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem!
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus! QueremosWij willen
Wij/we beminnen
Wij/we hebben lief
Wij/we houden van
Wij/we willen sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend expulsarNaar buiten jagen
Uitdrijven
Uitjagen
Uitwijzen
Uitzetten
Verbannen
Verjagen
Verwijderen
Wegsturen a los gobernadoresBesturend
Besturende
Gouverneurs
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende,
conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn satélitesSatellieten
Trawanten, y allanarEffen maken
Effenen
Met de grond gelijk
maken
Onderwerpen
Pacificeren
Slopen susHaar
Hun
Uw
Zijn fortalezasVestingen; peroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten sangreBloed
Bloedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bloedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat ader
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tapt bloed af
Ik bloed
Ik laat ader
Ik tap bloed af
Laat u ader!
Tapt u bloed af!. Sepa(Hij/u) weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Kent u!
Smaakt u!
Weet u! el EmperadorKeizer
Zwaardvis, que la
necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak nos(Aan) ons
Ons haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is compelido sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend a faltarAbsent zijn
Afwezig zijn
Ontbreken
Schelen a los deberesHuiswerk
Plichten
Schulden
Verplichtingen,
y piadosoDevoot
Devote
Godsdienstig
Godsdienstige
Godvrezend
Godvrezende
Vrome
Vroom respetoEerbied
Egards
Ik acht
Ik eerbiedig
Ik heb respect voor
Ik respecteer
Ontzag
Respect que se merece(Hij/het) verdient
Ben waard!
Ben waardig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waardig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdient
Kom toe!
Verdien!. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals averiguaAchterhaal!
Ga na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt te weten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderzoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vist uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vorst uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vraagt na
Kom te weten!
Onderzoek!
Vis uit!
Vors uit!
Vraag na! que
nos contenemosWij/we bedwingen ons
Wij/we beheersen ons
Wij/we houden ons in
Wij/we worden gevat
Wij/we worden tegengehouden
Wij/we zijn vervat en ciertosGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere límitesGrenzen
Limieten
Perken prudentesBedachtzaam
Bedachtzame
Behoedzaam
Behoedzame
Verstandig
Verstandige
Voorzichtig
Voorzichtige, acasoToeval
Toevalligheid
la políticaBeleid
Politiek
Politieke
Staatkunde loDe
Hem
Het
U induzcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze induceert
Ik induceer
Induceert u! a refrenarBedwingen
Beteugelen
Betomen
In toom houden
Intomen suHaar
Hun
Uw
Zijn iraBoosheid
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid
Woede
Wraak, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl despiertaGewekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt wakker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wekt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt wakker
Maak wakker!
Opgewekt
Wakker gemaakt
Wakker geworden
Wek op!
Wek!
Word wakker!
temorAngst
Beduchtheid
Vrees provechosoLucratief
Lucratieve
Rendabel
Rendabele
Winstgevend
Winstgevende cualquieraWat dan ook
Wie dan ook puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam, que,
después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over empuñarGrijpen
Krijgen
Vastpakken las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens, se moderaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze matigt zich.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
REDING.- PeroDoch
Echter
Maar veamosLaten we bekijken
Laten we kijken
Laten we zien
Wij zien
Wij/we bekijken
Wij/we kijken
Wij/we zien cómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
nuestroOns
Onze
Van ons objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp. NuestroOns
Onze
Van ons enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid,
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank cederáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toegeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wijken sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te pelearKampen
Ruzie maken
Strijd voeren
Strijden
Vechten.
STAUFFACHER.- CederáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toegeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wijken, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals nos(Aan) ons
Ons veBegeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie! dispuestosBekwaam
Bekwame
Bereid
Bereide
Beschikt
Beschikt over
Bevolen
Gedisponeerd
Genegen
Geplaatst
Gerangschikt
Geschikt
Geschikte
Klaargemaakt
Opgetooid
Opgetooide
Voltooid alNaar de
Naar het
combateBestrijd!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestrijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt het op
tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert strijd
Kamp!
Neem het op tegen!
Strijd
Strijd!
Vecht!
Voer strijd!. HemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn de sorprenderloBetrappen
Snappen
Treffen
Verbazen
Verrassen, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que
puedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Ik kan
Ik mag
Kan men
Kan u!
Mag u! defenderseZich verdedigen.
MEIER.- MuchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand del dichoBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuk alNaar de
Naar het hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet. TenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast
aquíAlhier
Hier dos2
Do's
Twee
Tweede castillosBurchten
Kastelen
Sloten fuertesErg
Erge
Fiks
Fikse
Forten
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterkten
Sterktes
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware, que protegeránZij/ze zullen behoeden
Zij/ze zullen beschermen
Zij/ze zullen beschutten
Zij/ze zullen beveiligen
Zij/ze zullen in veiligheid
brengen a nuestroOns
Onze
Van ons
enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige, y serán(Zij) zullen zijn
Zij/ze zullen gebeuren
Zij/ze zullen plaatshebben
Zij/ze zullen plaatsvinden
Zij/ze zullen zijn temiblesGevreesd
Gevreesde, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el ReyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst llegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! a venirKomen
Meekomen a
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind paísLand. EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats menesterNodig que nos apoderemosWij/we maken ons meester a la
fuerzaDoe geweld aan!
Dwing!
Forceer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet geweld aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze forceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noodzaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkracht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplicht
Kracht
Macht
Noodzaak!
Rand aan!
Sterkte
Stevigheid
Verkracht!
Verplicht! de Rossberg y Sarnen, antes de queAleer
Alvorens
Alvorens te
Eer
Voor
Vooraleer se desenvaineHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit de
schede
Ik trek
Ik trek uit de
schede
Trekt u uit de
schede!
Trekt u!
una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten espadaBolleboos
Degen
Slagzwaard
Zwaard.
STAUFFACHER.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals loDe
Hem
Het
U dilatamosWij/we deden uitzetten
Wij/we doen uitzetten, será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn avisadoGemeld
Gewaarschuwd
Verstandig
Verstandige el
enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige. HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand muchosVeel
Vele
Zeer
Zere en el secretoClandestien
Clandestiene
Geheim
Geheime
Heimelijk
Heimelijke
Ik scheid af
Verborgen
Verdekt
Verdekte
Verkapt
Verkapte
Verscholen
Verstolen
Verstopt
Verstopte.
MEIER.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand un soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten traidorDubbelhartig
Dubbelhartige
Ontrouw
Ontrouwe
Trouweloos
Trouweloze
Verraderlijk
Verraderlijke en los cantonesBlokken
Kantons.
RÖSSELMANN.- HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs el celoIjver
Jaloezie
Plakband
Vlijt
Vuur másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus loable puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
vendernosOverdoen
Tappen
Verhandelen
Verkopen
Vervreemden
Wegdoen.
FÜRST.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals aplazamosWij/we hielden aan
Wij/we houden aan
Wij/we stelden uit
Wij/we stellen uit
Wij/we verdaagden
Wij/we verdagen
Wij/we verschoven
Wij/we verschuiven nuestroOns
Onze
Van ons proyectoBlauwdruk
Concept
Ik beraam
Ik ontwerp
Ik plan
Ontwerp
Plan
Project, se acabaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal eindigen
la fortalezaVesting de AltdorfAltdorf, y el GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende se parapetará
en ellaHaar
Ze
Zij.
MEIER.- Pensáis enJullie denken aan
Jullie denken na over lo queDat wat
Wat osJe
Jullie interesa(Het) interesseert
Boezem belang in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseert
Interesseer!...
SIGRIST.- Y soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn injustoOnrechtvaardig
Onrechtvaardige
Onredelijk
Onredelijke.
MEIER (Levantándose).-Gaand staan
Opstaand
Verrijzend
Wakker wordend ¿InjustosOnrechtvaardig
Onrechtvaardige
Onredelijk
Onredelijke nosotrosOns
We
Wij? ¿Y
los de UriUri nos(Aan) ons
Ons loDe
Hem
Het
U dicen(Zij) zeggen
Zij/ze geven op
Zij/ze spreken
Zij/ze zeggen?
REDING.- CallaosHoud je stil!
Houd jullie mond!
Verzwijg!
Zwijg stil!
Zwijg!, y sedBen!
Dorst
Gebeur!
Heb plaats!
Vind plaats! fielesGetrouw
Getrouwe
Juist
Juiste
Trouw
Trouwe a vuestroJullie
Uw
Van jullie juramentoIk beëdig
Ik neem een eed
af
Vloek.
GUILLERMOWillem TELL
MEIER.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals; siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals Schwitz se entiendeMen begrijpt conDoor
Met
Per
Samen met UriUri, habremosWij zullen hebben
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen zijn
de guardarBehoeden
Bewaken
Bewaren
De wacht hebben
Hoeden
Letten op
Opbergen
Passen op
Waken over silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen.
REDING.- HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de advertirosBemerken
Merken
Opmerken
Waarnemen
Waarschuwen anteSuède
Ten overstaan van
Voor la juntaDe pakking, que turbáisJullie brengen van zijn
stuk
la pazLa paz comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop conDoor
Met
Per
Samen met vuestraJullie
Uw
Van jullie cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid. ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten
reunidosGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! promoverBevorderen
Promoveren
Verhogen el bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de todosAller-
Ieders?
WINKELRIED.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals esperamosWij wachten
Wij/we hoopten
Wij/we hopen
Wij/we staan te wachten
Wij/we stonden te wachten
Wij/we verwachten
Wij/we verwachtten
Wij/we voorzagen
Wij/we voorzien
Wij/we wachten
Wij/we wachten af
Wij/we wachten op
Wij/we wachtten
Wij/we wachtten af
Wij/we wachtten op
Wij/we waren bedacht op
Wij/we zagen vooruit
Wij/we zien vooruit
Wij/we zijn bedacht op hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs la fiestaFeest
Festiviteit
Fuif
Partij del
GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende, entoncesDan
Dus
Toen, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals costumbreGebruik
Gewoonte
Usance
Zede, todos losAlle
vasallosLeenmannen
Vazallen llevaránZij/ze zullen aanhebben
Zij/ze zullen berekenen
Zij/ze zullen bijeenbrengen
Zij/ze zullen brengen
Zij/ze zullen dragen
Zij/ze zullen in rekening
brengen
Zij/ze zullen medebrengen
Zij/ze zullen meebrengen
Zij/ze zullen meenemen
Zij/ze zullen ophebben
Zij/ze zullen vervoeren
Zij/ze zullen voorhebben
Zij/ze zullen wegbrengen presentesAanwezig
Aanwezige
Cadeaus
Donaties
Geschenken
Giften
Jij/je belicht
Jij/je biedt aan
Jij/je brengt uit
Jij/je dient in
Jij/je etaleert
Jij/je presenteert
Jij/je schenkt
Jij/je stalt uit
Jij/je stelt bloot
Jij/je stelt tentoon
Jij/je stelt voor
Jij/je vertoont
Jij/je zet uiteen
Present
Presente
Schenkingen
Tegenwoordig
Tegenwoordige alNaar de
Naar het castilloBurcht
Kasteel
Slot. Diez10
Tien o doce12
Twaalf
hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten podríanZij/ze zouden kunnen
Zij/ze zouden mogen juntarseAansluiten
Samenkomen
Zich aaneensluiten
Zich verenigen allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te excitarAanmanen
Aanwakkeren
In vervoering brengen
Opwinden
Prikkelen
Verhitten
Werken op sospechasAchterdochten
Argwanen
Jij/je verdenkt
Jij/je vermoedt
Verdenkingen
Vermoedens.
ProvistosBevoorraad
Geproviandeerd
Gespekt
In orde gebracht
Voorzien van secretamente de puntasA point
Landhoofden
Neuzen
Pieken
Precies goed
Punten
Spitsen
Tippen
Topjes
Toppen de hierroIjzeren, que se
ajustanZij/ze besteden aan
Zij/ze contracteren
Zij/ze gaan aan
Zij/ze rectificeren
Zij/ze sluiten af
Zij/ze stellen bij
Zij/ze verbeteren
Zij/ze zetten recht con rapidezSnel en susHaar
Hun
Uw
Zijn palosMasten
Palen
Stokken, se burlaríanZij/ze zouden bespotten
Zij/ze zouden gekscheren
Zij/ze zouden honen
Zij/ze zouden schertsen
Zij/ze zouden spotten
Zij/ze zouden uitlachen asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig de
la prohibiciónInterdict
Tapverbod
Verbieden
Verbod de entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan armadosBewapend
Gepantserde ponen
Gewapend
In elkaar gezet en el castilloBurcht
Kasteel
Slot. La
juntaAaneengevoegd
Bestuur
Bijeengebracht
Bijeengevoegd
Breng bijeen!
Breng samen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt aaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bijeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet ineen
Ineengezet
Junta
Naad
Pakking
Samen
Samengebracht
Samengesteld
Samengevoegd
Stel samen!
Verenig!
Verenigd
Vergadering
Voeg
Voeg aaneen!
Voeg bijeen!
Voeg samen!
Zet ineen!
Zitting másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus numerosaMeervoudig
Meervoudige
Talrijk
Talrijke se tendríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gehandhaafd worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou in stand
gehouden worden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stilhouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stilstaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich beheersen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich houden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich inhouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich op
de been houden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich schrap
zetten en el bosqueBos
Woud inmediatoAangrenzend
Aangrenzende
Belendend
Belendende
Direct
Directe
Live
Onmiddellijk
Onmiddellijke
Rechtstreeks
Rechtstreekse,
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals los primerosEerste
Eersten
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voorgerechten
Voortreffelijk
Voortreffelijke conseguíanZij/ze behaalden
Zij/ze bereikten
Zij/ze haalden in
Zij/ze kregen
Zij/ze maakten buit
Zij/ze reikten tot
Zij/ze slaagden erin om
Zij/ze verkregen
Zij/ze vervolgden
Zij/ze verwierven hacerseMaken
Raken
Worden dueñosAanvoerders
Bazen
Chefs
Eigenaars
Eigenaren
Gebieders
Heren
Meesters
Patroons
de la puertaDeur
Poort
Portier, harían una señalZij/ze zouden een sein
geven
Zij/ze zouden seinen conDoor
Met
Per
Samen met la trompaClaxon
Hoorn
Hoornist
Olifantssnuit
Slurf
Snuit
Toeter
Tromp, y acudiríanZij/ze zouden afgaan op
Zij/ze zouden afkomen op
Zij/ze zouden gaan naar
Zij/ze zouden toelopen
Zij/ze zouden toeschieten
Zij/ze zouden toesnellen
los emboscados. SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn el castilloBurcht
Kasteel
Slot
nuestroOns
Onze
Van ons.
MELCHTHAL.- YoEgo
Ik me encargoIk neem op me
Ik zorg de entrarBinnengaan
Binnenkomen
Binnenlopen
Binnenrijden
Ingaan
Inkomen
Inrijden
Naar binnen gaan en Rossberg,
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl meMe
Mij amaBemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Houd van! una doncellaKwabaal
Regenbooglipvis
Soubrette del castilloBurcht
Kasteel
Slot, y
puedoIk kan
Ik mag convencerlaOvertuigen que meMe
Mij facilite(Het) maakt makkelijk
Bezorgt u!
Fourneert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fourneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt mogelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergemakkelijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschaft
Ik bezorg
Ik fourneer
Ik maak mogelijk
Ik vergemakkelijk
Ik verschaf
Maakt u mogelijk!
Vergemakkelijkt u!
Verschaft u! una escalaBeklim!
Bestorm met ladders!
Escaleer!
Gamma
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormt met ladders
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escaleert
Scala
Schaal
Schaalverdeling
Toonladder
Toonschaal
Verhouding paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
hacerlaDoen
Laten
Maken una visitaAfgaan
Bezoek
Bezoek!
Bezoeken
Ga af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt op
Opzoeken
Visite
Zoek op! nocturnaNacht-
Nachtactief
Nachtactieve
Nachtelijk
Nachtelijke. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds dentroBinnen
Daarbinnen
Erin, ayudaréIk zal baten
Ik zal bijstaan
Ik zal helpen
Ik zal ter zijde
staan a
misMi's
Mijn amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden.
REDING.- ¿OpinanZij/ze achten
Zij/ze geloven
Zij/ze menen
Zij/ze vinden
Zij/ze zijn van mening todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle que se dilateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt uit la ejecuciónExecuteren
Executie
Gerechtelijke verkoop
Nakomen
Naleven
Opvoering
Terechtstellen
Terechtstelling
Uitvoeren
Uitvoering
Verrichten
Vervullen
Voltrekken
Volvoering
de nuestroOns
Onze
Van ons planBlauwdruk
Concept
Ontwerp
Opzet
Plan
Plattegrond
Project? (La mayoríaGros
Meerderheid
Merendeel levantaBeur!
Haal op!
Hef op!
Hef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Kook op!
Richt op!
Sla op!
Til op!
Til!
Verhef!
Vestig!
Zet neer! la manoDe hand.)
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
STAUFFACHER (Que cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen los votos).-Geloften
Geloftes
Stemmen
Stemmingen HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand
veinte20
Twintig votosGeloften
Geloftes
Stemmen
Stemmingen contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus doce12
Twaalf.
FÜRST.- SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals el díaDag
Etmaal fijadoBepaald
Bevestigd
Gefixeerd
Vastgemaakt
Vastgeplakt
Vastgesteld
Vastgezet quedanZij worden
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn los castillosBurchten
Kastelen
Sloten en
nuestrasOnze
Van ons manosHanden, haremosWij zullen maken
Wij/we zullen aanmaken
Wij/we zullen bedrijven
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen maken
Wij/we zullen uitbrengen
Wij/we zullen uitrichten
Wij/we zullen uitvoeren la señalHet signaal conDoor
Met
Per
Samen met humaredas de
una en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één montañaBerg
Gebergte; los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten hábilesBedreven
Behendig
Behendige
Bekwaam
Bekwame
Bevoegd
Bevoegde
Geoefend
Geoefende
Gerechtigd
Gerechtigde
Handig
Handige
Vaardig
Vaardige paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! tomarAannemen
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
las armasJij/je bewapent
Jij/je wapent
Wapenen
Wapens se reuniránZij/ze zullen bijeenkomen
Zij/ze zullen lid worden
Zij/ze zullen samenkomen
Zij/ze zullen toetreden
Zij/ze zullen vergaderen
Zij/ze zullen zich aansluiten en la capitalHoofdstad
Kapitaal
Vermogen de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes cantónBlok
Kanton.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer se convenzanZij/ze overtuigen zich los gobernadoresBesturend
Besturende
Gouverneurs
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende de que
estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten decididosBeslist
Besloten
Uitgemaakt
Zich voorgenomen seriamente a combatirBestrijden
Het opnemen tegen
Kampen
Strijd voeren
Strijden
Vechten, creedmeDenk!
Geloof!
Houd voor!
Meen!,
cederánZij/ze zullen afstaan
Zij/ze zullen toegeven
Zij/ze zullen wijken, y se tendrán porZij/ze zullen zich houden
voor muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer dichososBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
Spreuken siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals obtienenZij/ze behalen
Zij/ze genieten
Zij/ze krijgen
Zij/ze maken buit
Zij/ze ontvangen
Zij/ze toucheren
Zij/ze verkrijgen
Zij/ze verwerven
de nosotrosOns
We
Wij un salvo-conducto paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van nuestroOns
Onze
Van ons
paísLand.
STAUFFACHER.- SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend meMe
Mij inspiranZij/ze bezielen
Zij/ze boezemen in
Zij/ze inspireren temorAngst
Beduchtheid
Vrees las fuerzasJij/je doet geweld aan
Jij/je dwingt
Jij/je forceert
Jij/je noodzaakt
Jij/je randt aan
Jij/je verkracht
Jij/je verplicht
Krachten
Machten
Sterkten
Sterktes
Stevigheden
de caballeríaCavalerie
Paardenvolk
Ruiterij
Wisselruiterij de Gessler, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank abandonaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal abandonneren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ermee stoppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de
steek laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten varen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlaten
el campoAkker
Gebied
Land
Open veld
Platteland
Terrein
Veld sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te resistenciaDoorstaan
Muiten
Rebelleren
Resistentie
Tegenspartelen
Tegenstreven
Verdragen
Verzet
Weerstaan
Weerstand, y, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al se alejeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich van, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
podráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kunnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal mogen
Zal kunnen hacernosAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere dañoAfbreuk
Beschadiging
Bezeren
Gebrek
Ik bezeer
Nadeel
Pijn
Schade. PerdonarloBegenadigen
Vergeven esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware y
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat peligrosoGevaarlijk
Gevaarlijke
Hachelijk
Hachelijke
Link
Linke.
BAUMGARTEN.- PonedmeBreng op gang!
Breng op!
Doe
Doe aan!
Doe!
Krijg aan de praat!
Leg neer!
Leg op!
Leg!
Plaats!
Schakel in!
Steek!
Stel!
Stop!
Trek aan!
Vlij!
Zet aan!
Zet neer!
Zet! en el lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus expuestoBelicht
Blootgelegd
Blootgesteld
Geriskeerd
Gewaagd
Geëtaleerd
Geëxposeerd
Kans gelopen
Op het spel gezet
Risico gelopen
Tentoongespreid
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgebracht
Uitgekraamd
Uitgestald
Verklaard.
DeboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld miMi
Mijn vidaHachje
Leven a Tell, y la arriesgaréIk zal in gevaar
brengen
Ik zal op het
spel zetten
Ik zal risico lopen
Ik zal risico nemen
Ik zal riskeren
Ik zal verspelen
Ik zal wagen gustosoLekker
Lekkere
Smakelijk.
HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb dejadoAchtergelaten
Achterlaten
Gelaten
Gelaten begaan
Gelaten schieten
Geleend
Gelegateerd
In de steek gelaten
Laten
Legateren
Lenen
Losgelaten
Loslaten
Nagelaten
Nalaten
Opgeleverd
Opleveren
Overgelaten
Overlaten
Toegestaan
Toestaan
Toevertrouwd
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaakt
Vermaken
Verzuimd
Verzuimen
Zich verlaat van a salvoBehalve
Behoudens
Ik behoud
Ik berg
Ik red miMi
Mijn honorEer
Hulde, y estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit satisfechoBlij
Blije
Tevreden
Voldaan
Voldaan aan
Voldane
Zelfgenoegzaam
Zelfgenoegzame
Zelfvoldaan
Zelfvoldane.
REDING.- El tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende consejeroAdviseur
Assessor
Bijzitter
Consulent
Mentor
Raadgever
Raadsheer
Raadslid
Raadsman. TenedHeb!
Houd bij!
Houd erop na!
Houd vast!
Houd!,
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, pacienciaGeduld
Lijdzaamheid. Hay queMen moet aprovecharBaten
Benutten
Gebruik maken
Gebruik maken van
Gebruiken
Helpen
Profiteren
Van nut zijn tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook la ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak.
PeroDoch
Echter
Maar ¡miradBekijk!
Blik aan!
Blik!
Kijk aan!
Kijk naar!
Kijk toe!
Kijk!
Schouw!
Werp een blik op!
Werp een blik!
Zie toe!! MientrasTerwijl hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit aquíAlhier
Hier la nocheAvond
Nacht
díaDag
Etmaal, la auroraAanbreken van de dag
Dageraad
Hibiscus
Ochtendgloren, desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit los picosBekken
Bergtoppen
Houwelen
Nebben
Snavels
Spechten
Tuiten
Vogelbekken másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus altosAlten
Altos
Altviolen
Hoge
Hoog
Hoogten
Hoogtes
Lang
Lange
Oudste
Oudsten
Stops
Verheven, nos(Aan) ons
Ons daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen! suHaar
Hun
Uw
Zijn
brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende alertaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze waarschuwt iemand
Oplettend
Oplettende
Waakzaam
Waakzame
Waarschuw iemand!... SeparémonosLaten we scheiden
Laten we uit elkaar
gaan, por tantoDaarom
Derhalve, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que
la luz del díaDaglicht nos(Aan) ons
Ons sorprendaBetrapt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrast
Ik betrap
Ik snap
Ik tref
Ik verbaas
Ik verras
Snapt u!
Treft u!
Verbaast u!
Verrast u!.
GUILLERMOWillem TELL
FÜRST.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank temáisJullie duchten
Jullie schrikken terug voor
Jullie schromen
Jullie vrezen
Jullie zijn bang voor, que las tinieblasDonker
Donkerte
Duister
Duisterheid
Duisternis
Obscuriteit se retiranMen verwijdert
Zij/ze blazen de aftocht
Zij/ze krabbelen terug
Zij/ze maken zich uit
de voeten
Zij/ze trekken af
Zij/ze trekken zich terug perezosamente
de estosDeze
Dezen vallesDalen
Valleien
Valles. (TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, por un movimientoBewegen
Beweging
Drukte
Roeren
Slag
Verroeren
Zet
espontáneoSpontaan
Spontane, cogenZij/ze bemachtigen
Zij/ze gaan halen
Zij/ze grijpen
Zij/ze grijpen aan
Zij/ze grijpen vast
Zij/ze halen
Zij/ze nemen
Zij/ze nemen beet
Zij/ze pakken
Zij/ze pakken beet
Zij/ze plukken
Zij/ze plukken af
Zij/ze rapen op
Zij/ze tokkelen
Zij/ze vatten
Zij/ze vatten aan susHaar
Hun
Uw
Zijn sombrerosHoeden, y
contemplanZij/ze beschouwen
Zij/ze koekeloeren la auroraAanbreken van de dag
Dageraad
Hibiscus
Ochtendgloren en mudoIk verander
Ik vermaak
Ik wissel
Sprakeloos
Sprakeloze
Stom
Stomme recogimientoBinnenhalen
Eenzaamheid
Ophalen
Oprapen
Rapen
Verlatenheid
Verzamelen.)
RÖSSELMANN.- Por esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind resplandorFlonkering
Glans
Praal
Pracht
Schittering, que nos(Aan) ons
Ons saludaBegroet!
Groet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begroet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groet
Saluda
antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que a los demásDe anderen pueblosDorpen
Geslachten
Plaatsen
Stammen
Volken
Volkeren
Volksstammen, respirandoAdemend
Ademhalend conDoor
Met
Per
Samen met
trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken debajo deBeneden
Onder nosotrosOns
We
Wij en la nieblaDe mist de las ciudadesPlaatsen
Steden,
hagamosLaten we aanmaken
Laten we bedrijven
Laten we doen
Laten we maken
Laten we uitbrengen
Laten we uitrichten
Laten we uitvoeren
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle el juramentoIk beëdig
Ik neem een eed
af
Vloek de la nuevaNieuw
Nieuwe
Nieuws alianzaAlliantie
Bondgenootschap
Verbond...
QueremosWij willen
Wij/we beminnen
Wij/we hebben lief
Wij/we houden van
Wij/we willen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn un puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam de hermanosBroederen
Broeders
Broers
Broers en zussen
Fraters
Zussen
inseparablesAgapornissen
Dwergpapegaaien
Onafscheidelijk
Onafscheidelijke, seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt cualquieraWat dan ook
Wie dan ook la necesidadBehoefte
Nood
Noodzaak o el peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel
que nos(Aan) ons
Ons acometaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze randt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt aan
Ik rand aan
Ik val aan
Randt u aan!
Valt u aan!. (TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U repitenZij/ze herhalen
Zij/ze nemen door
Zij/ze zeggen na
Zij/ze zeggen nog eens, levantandoBeurend
Heffend
Neerzettend
Ophalend
Opheffend
Opkokend
Oprichtend
Opslaand
Optillend
Tillend
Verheffend
Vestigend tres3
Drie
dedosTenen
Vingeren
Vingers.) QueremosWij willen
Wij/we beminnen
Wij/we hebben lief
Wij/we houden van
Wij/we willen serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn libresJij/je bevrijdt
Los
Losse
Onbelemmerd
Onbelemmerde
Onbezet
Onbezette
Ontheven
Open
Vacant
Vacante
Vlot
Vlotte
Vrij
Vrije
Vrijgesteld
Vrijgestelde, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals nuestrosOnze
Van ons padresOuderpaar
Ouders
Paters
Vaders
loDe
Hem
Het
U fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren, y antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger morirDoodgaan
Overlijden
Sterven
Verscheiden
Versmachten que la esclavitudSlavernij. (LoDe
Hem
Het
U repitenZij/ze herhalen
Zij/ze nemen door
Zij/ze zeggen na
Zij/ze zeggen nog eens.)
PonemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer nuestraOns
Onze
Van ons confianzaVertrouwen en DiosGod
Godheid TodopoderosoAlmachtig
Almachtige,
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank tememosWij/we duchten
Wij/we schrikken terug voor
Wij/we schromen
Wij/we vrezen
Wij/we zijn bang voor poderImperium
Keizerrijk
Kunnen
Macht
Mogen
Rijk
Vermogen ningunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand humanoHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke.
(TodosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle loDe
Hem
Het
U repitenZij/ze herhalen
Zij/ze nemen door
Zij/ze zeggen na
Zij/ze zeggen nog eens, y se abrazanZij/ze omhelzen elkaar.)
STAUFFACHER.- Que cada cualEen ieder
Elkeen
Iedereen sigaBewandelt u!
Blijft u aan!
Gaat u door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houdt u bij!
Ik bewandel
Ik blijf aan
Ik ga door
Ik houd bij
Ik vloei voort
Ik volg
Ik volg op
Ik zet voort
Vloeit u voort!
Volg
Volgt u op!
Volgt u!
Zet u voort! ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans en pazQuitte
suHaar
Hun
Uw
Zijn caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! reunirseBijeenkomen
Lid worden
Samenkomen
Toetreden
Vergaderen
Zich aansluiten conDoor
Met
Per
Samen met susHaar
Hun
Uw
Zijn amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden y compañerosAmbtgenoten
Collega's
Collegae
Gezellen
Kameraads
Kameraden
Kornuiten
Maats
Makkers
Maten
Metgezellen
Partners
Vakgenoten.
QuienDie
Wie seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt pastorDominee
Geestelijke
Herder
Pastoor
Pastor
Predikant
Priester
Voorganger
Zielzorger, que hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit! invernar tranquiloBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille
suHaar
Hun
Uw
Zijn ganadoBehaald
Behalen
Gewonnen
Vee
Verdiend
Verdienen
Winnen, y se granjee en silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen amigosAmicaal
Amicale
Amices
Bevriend
Bevriende
Vrienden
Vriendschappelijk
Vriendschappelijke
Vrinden paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
nuestraOns
Onze
Van ons alianzaAlliantie
Bondgenootschap
Verbond... SufridDoorsta!
Draag!
Lijd!
Onderga!
Ondervind!
Sta uit!
Veel!
Verdraag! cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt menesterNodig, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
que llegueArriveert u!
Begint
Brengt u door!
Geeft u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Ik arriveer
Ik breng door
Ik geef aan
Ik kom aan
Ik land aan
Ik reik aan
Ik verdrijf
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u! el instanteMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip deseadoBegeerd
Geambieerd
Geaspireerd
Gedongen naar
Gehaakt naar
Gehunkerd
Gesmacht
Gesmacht naar
Gesnakt naar
Gestreefd naar
Gewenst
Nagejaagd
Nagestreefd
Trek gehad in
Verkozen
Verlangd. DejadLaat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! que se aumente(Het) neemt toe
Doet u toenemen!
Groeit u aan!
Groeit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toenemen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze groeit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermeerdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wakkert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt sterker
Ik doe toenemen
Ik groei
Ik groei aan
Ik neem toe
Ik stijg
Ik vergroot
Ik verhoog
Ik vermeerder
Ik wakker aan
Ik word sterker
Neemt u toe!
Stijgt u!
Vergroot u!
Verhoogt u!
Vermeerdert u!
Wakkert u aan!
Wordt u sterker!
la cuentaAftellen
Bereken!
Berekenen
Berekening
Calculatie
Calculeer!
Calculeren
Conto
Debiteer!
Debiteren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze calculeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze debiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekent uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertelt
Kraal
Lees voor!
Neertellen
Nota
Reken uit!
Reken!
Rekenen
Rekening
Tel af!
Tel neer!
Tel!
Tellen
Uitrekenen
Verhaal!
Verhalen
Vertel!
Vertellen
Voorlezen de los tiranosDwingelanden
Geweldenaars
Geweldenaren
Tirannen, hasta queTot
Totdat vengaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt wraak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt
Ik kom
Ik kom mee
Komt u mee!
Komt u!
Neem wraak!
Wreek! el
díaDag
Etmaal en queWaarin paguenBetaalt u uit!
Betaalt u!
Dokt u!
Keert u uit!
Stort u!
Voldoet u!
Zij/ze betalen
Zij/ze betalen uit
Zij/ze dokken
Zij/ze keren uit
Zij/ze storten
Zij/ze voldoen de una vezIn één keer la deudaSchuld de todosAller-
Ieders y la
particularAangelegenheid
Besloten
Bijzonder
Bijzondere
Particularistisch
Particularistische
Particulier
Particuliere
Privé-
Speciaal
Speciale de cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen. Que todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle refrenenBedwingt u!
Beteugelt u!
Betoomt u!
Houdt u in toom!
Toomt u in!
Zij/ze bedwingen
Zij/ze beteugelen
Zij/ze betomen
Zij/ze houden in toom
Zij/ze tomen in suHaar
Hun
Uw
Zijn justaAfgepast
Afgepaste
Billijk
Billijke
Fair
Faire
Goed
Goede
Juist
Juiste
Precies
Precieze
Recht
Rechte
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Steekspel
Toernooi
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
cóleraBoosheid
Cholera
Gramschap
Kwaadheid
Toorn
Verstoordheid, y guardadBehoed!
Berg op!
Bewaak!
Bewaar!
Heb de wacht!
Hoed!
Let op!
Pas op!
Waak over! vuestrasJullie
Van jullie venganzas personalesEigen
Persoonlijk
Persoonlijke paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la generalAlgemeen
Algemene
Generaal
Generale venganzaWraak, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men reoZeeforel de roboBeroven
Bestelen
Buitmaken
Diefstal
Ik beroof
Ik besteel
Ik maak buit
Ik plunder
Ik roof
Ik steel
Ik stroop
Ik vergrijp me aan
Ontvreemding
Plunderen
Roven
Stelen
Stropen
contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus la repúblicaRepubliek
Vrijstaat quienDie
Wie, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger que alNaar de
Naar het interésBelang
Belangstelling
Interest
Rente de éstaDeze
Dit,
atiendeBedien!
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze let op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt aandacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat acht op
Let op!
Pas op!
Schenk aandacht!
Sla acht op! alNaar de
Naar het suyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u. (MientrasTerwijl se separanMen verwijdert
Zij/ze gaan uit elkaar
Zij/ze scheiden calladosGezwegen
Stil
Stille
Verzwegen,
tomandoAannemend
Aanvattend
Accepterend
Afnemend
Binnenkrijgend
Drinkend
Gebruikend
Innemend
Inslaand
Inslikkend
Nemend
Nuttigend
Ontvangend
Oprapend
Opsnuivend
Pakkend
Vattend por tres3
Drie caminosBanen
Routen
Routes
Wegen diferentesAndere
Uiteenlopend
Uiteenlopende
Verscheidene
Verschillend
Verschillende, la orquestaBand
Muziekkorps
Orkest
toca(Het) hoort
Beroer!
Ga over!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beroert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toucheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit aan
Kap
Klep!
Klink!
Kom aan!
Kornet
Muts
Raak aan!
Raak!
Roer aan!
Sla!
Speel voor!
Speel!
Toucheer!
Voer uit!
Zit aan! una marchaEen versnelling brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende. La escenaScène
Tableau
Tafereel
Toneel se quedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt vacíaAfgegoten
Gegoten
Geledigd
Geleegd
Gelensd
Gelicht
Geruimd
Giet af!
Giet!
Haal uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ledigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lenst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze licht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimt
Hol
Hol uit!
Holle
Ijdel
Ijdele
Ingebeeld
Ingebeelde
Ledig
Ledig!
Ledige
Leeg
Leeg!
Lege
Lens!
Licht!
Onbewoond
Onbewoonde
Onvolmaakt
Onvolmaakte
Ruim!
Uitgehaald
Uitgehold
Verlaten
Vruchteloos
Vruchteloze
Werkloos
Werkloze
algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd, y ofreceBied aan!
Bied te koop aan!
Bied!
Draag voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biedt te koop
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looft uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt voor
Loof uit!
Sla voor!
Stel voor! el espectáculoKijkspel
Schandaal
Schouwspel
Show
Spektakel
Vertoning del solSol
Zon levanteBeurt u!
Haalt u op!
Heft u op!
Heft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik beur
Ik haal op
Ik hef
Ik hef op
Ik kook op
Ik richt op
Ik sla op
Ik til
Ik til op
Ik verhef
Ik vestig
Ik zet neer
Kookt u op!
Oosten
Oostenwind
Richt u op!
Slaat u op!
Til op
Tilt u op!
Tilt u!
Verheft u!
Vestigt u!
Zet u neer!
sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! los montesBergen
Jij/je begaat
Jij/je berijdt
Jij/je bestijgt
Jij/je gaat binnen
Jij/je gaat in
Jij/je gaat naar boven
Jij/je gaat op
Jij/je klimt
Jij/je klopt (eiwit, room)
Jij/je loopt binnen
Jij/je monteert
Jij/je rijdt
Jij/je rijst
Jij/je stapt in
Jij/je stijgt
Jij/je zet
Jij/je zet op
Stokken
Talons de hieloBevriezen
Dichtvriezen
Diepvriezen
Ijs
Ijs (bevroren water)
Ik bevries
Ik doe bekoelen
Ik doe bevriezen
Ik vries
Ik vries diep
Koelheid
Vriezen.)
GUILLERMOWillem TELL
ACTOActie
Akte
Bedrijf
Daad
Document
Handeling
Plechtigheid
Prestatie
Verrichting
Werking
Zet III
ESCENAScène
Tableau
Tafereel
Toneel PRIMERA1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
PatioBinnenplaats
Erf
Hof
Patio
Plaats anteSuède
Ten overstaan van
Voor la casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de Tell.
TELL tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast en la manoDe hand un hachaEen bijl de carpinteroSchrijnwerker
Specht
Timmerman, y
EDUVIGIS estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! ocupadaBekleed
Beslagen
Betrokken
Bewaard
Bewoond
Bezet
Bezette
Bezig
Bezig gehouden
Bezige
Beziggehouden
In beslag genomen
In gesprek
Vervuld en trabajosArbeiden
Bewerkingen
Emplooien
Karweien
Verwerkingen
Werken de suHaar
Hun
Uw
Zijn sexoGeslacht
Kunne
Seks
Sekse.
GUALTERIO y GUILLERMOWillem jueganZij/ze spelen
Zij/ze spelen voor
Zij/ze voeren uit en el fondoEigenlijk
Strikt genomen
conDoor
Met
Per
Samen met una ballestaEen bladveer pequeñaKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne.
GUALTERIO (Cantando).-Zingend 'A la luzKozijn
Licht
Schietgat
Schijn
Schijnsel
Vensternis
Verlichting de los primerosEerste
Eersten
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voorgerechten
Voortreffelijk
Voortreffelijke
rayosBliksems
Hemelvuren
Stralen de la auroraAanbreken van de dag
Dageraad
Hibiscus
Ochtendgloren, armadoBewapend
Gepantserde poon
Gewapend
In elkaar gezet
Monteren
Opmaken de suHaar
Hun
Uw
Zijn arcoArcade
Boog
Handboog
Ronding
Strijkstok
Toog
Zuilengang y susHaar
Hun
Uw
Zijn flechasPijlen
Scheuten,
atraviesaDoorkruis!
Ga door!
Ga over!
Ga te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorkruist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt door
Kom door!
Leg af!
Loop af!
Loop over!
Maak door!
Steek over!
Trek door! el cazadorJacht- los montesBergen
Jij/je begaat
Jij/je berijdt
Jij/je bestijgt
Jij/je gaat binnen
Jij/je gaat in
Jij/je gaat naar boven
Jij/je gaat op
Jij/je klimt
Jij/je klopt (eiwit, room)
Jij/je loopt binnen
Jij/je monteert
Jij/je rijdt
Jij/je rijst
Jij/je stapt in
Jij/je stijgt
Jij/je zet
Jij/je zet op
Stokken
Talons y los vallesDalen
Valleien
Valles.
'ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals el buitreGier esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el reyHeer
Koning
Noordelijke slijmkop
Vorst en el ImperioImperium
Keizerrijk
Rijk del aireLucht, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik bemachtigde
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
dominaBedwing!
Beheers!
Domineer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze domineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overheerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schittert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert de boventoon
Overheers!
Schitter uit!
Voer de boventoon! el cazadorJacht-, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te trabaBind (saus)!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt (saus) algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere, en los precipiciosAfgronden
y en las montañasBergen
Gebergten
Gebergtes.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
'SuyoVan haar
Van hem
Van hen
Van u esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats el vastoGroot
Grote
Onmetelijk
Onmetelijke
Ontzaglijk
Ontzaglijke
Royaal
Royale
Ruim
Ruime
Uitgebreid
Uitgebreide
Uitgestrekt
Uitgestrekte
Wijd
Wijde espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim; y cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant hiereBezeer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwondt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wondt
Kwets!
Verwond!
Wond! suHaar
Hun
Uw
Zijn flechaPijl
Scheut,
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds corraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze holt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt hard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze racet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprint
Holt u!
Ik hol
Ik loop hard
Ik race
Ik ren
Ik snel
Ik sprint
Loopt u hard!
Racet u!
Rent u!
Snelt u!
Sprint u!, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds se arrastreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kruipt, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats presaAfsluiting
Barrière
Buit
Dam
Gevangene
Gevangenneming
Opgestoken
Opsteken
Prooi
Sperdam
Stuw
Stuwdam
Vangst
Versperring
Wild suyaVan haar
Van hem
Van hen
Van u.' (LlegaArriveer!
Breng door!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arriveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdrijft
Kom aan!
Komt er toe
Land aan!
Reik aan!
Verdrijf! saltandoBarstend
Een sprong doend
In de lucht springend
In het oog springend
Losspringend
Ontploffend
Openspringend
Opspringend
Opspuitend
Overslaand
Springend
Te binnen schietend
Uitschietend
Uitvallend
Uitvarend
Van een hoogte springend)
Se meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is rotoAfgebroken
Doorgebroken
Gebroken
Geschonden
Kapot
Kapot gemaakt
Kapotgemaakt
Kapotte
Stuk
Stukgebroken
Stukke
Verbroken la cuerdaKoord
Koorde
Lijn
Snaar
Snoer
Stemband
Touw
Verstandig
Verstandige
Vroed
Vroede
Wijs
Wijze. ¡ArréglamelaArrangeer!
Breng terecht!
Herstel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze arrangeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt terecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herstelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in orde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ordent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze regelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze repareert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruimt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhelpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstelt
Knap op!
Maak in orde!
Maak!
Orden!
Regel!
Repareer!
Richt aan!
Richt in!
Ruim op!
Ruim!
Schik!
Verhelp!
Verstel!, padrePater
Vader!
TELL.- ¡YoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank! El buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende cazadorJacht- noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank necesita(Hij) heeft nodig
Behoef!
Ben toe aan!
Heb nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoef! ayudaAssistentie
Baat!
Baten
Bijstaan
Bijstand
Help!
Helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat ter zijde
Hulp
Sta bij!
Sta ter zijde!
Steun
Toedoen
Toeverlaat
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! estoDeze
Dit (Aléjanse los niñosJongens
Kinderen.)
EDUVIGIS.- ProntoAlras
Dra
Gauw
Haast
Hard
In allerijl
Schielijk
Snel
Spoedig
Vlug
Weldra
Welhaast se ensayanZij/ze beproeven
Zij/ze bezoeken
Zij/ze passen
Zij/ze passen aan
Zij/ze proberen
Zij/ze proberen uit
Zij/ze repeteren
Zij/ze stellen op de
proef
Zij/ze testen
Zij/ze toetsen en tirarGooien
Omverwerpen
Paffen
Schieten
Trekken
Uitgooien
Uitsmijten
Uitwerpen
Vuren
Weggooien esosDie niñosJongens
Kinderen.
TELL.- El queDat
Die
Hij die
Wie quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn maestroGrootmeester
Instructeur
Leraar
Maestro
Meester
Onderwijzer, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de ejercitarseDrillen
Oefenen
en suHaar
Hun
Uw
Zijn oficioAmbacht
Ambt
Baan
Beroep
Betrekking
Functie
Handwerk
Ik deel officieel mede
Ik doe dienst
Ik lees de mis
Ik officieer
Plaats
Stiel
Vak
Werkkring desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit la infanciaJeugd
Kinderjaren
Kindsheid.
EDUVIGIS.- ¡QuisieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beminde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wilde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wou
Ik beminde
Ik had lief
Ik hield van
Ik wilde
Ik wou DiosGod
Godheid que jamásNimmer
Nooit loDe
Hem
Het
U aprendiesenZij/ze leerden
Zij/ze leerden aan!
TELL.- HanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn de saberloKennen
Smaken
Weten todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle, quienDie
Wie deseeAmbieert u!
Aspireert u!
Begeert u!
Dingt u naar!
Haakt u naar!
Heeft u trek in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dingt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst
Hunkert u!
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Jaagt u na!
Smacht u naar!
Smacht u!
Snakt u naar!
Streeft u na!
Streeft u naar!
Verkiest u!
Verlangt u!
Wenst u! vivirLeven
Wonen
tranquiloBedaard
Bedaarde
Gerust
Geruste
Kalm
Kalme
Rustig
Rustige
Stil
Stille, haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! la defensaAfweer
Bescherming
Defensie
Verdedigen
Verdediging
Verweer
Verweren y
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el ataqueAanranding
Aanslag
Aanval
Attaque
Attaqueert u!
Grijpt u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze attaqueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tackelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt aan
Ik attaqueer
Ik grijp aan
Ik tackel
Ik tast aan
Ik val aan
Offensief
Tackelt u!
Tast u aan!
Valt u aan!
Vlaag.
EDUVIGIS.- ¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht de míMe
Mij! NingunoGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand viviráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wonen en pazQuitte en
suHaar
Hun
Uw
Zijn casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt!.
TELL- MujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puedoIk kan
Ik mag subsistirVoortleven de otra maneraAnders
Op een andere manier.
La naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij a hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! el oficio deIk treed op als pastorDominee
Geestelijke
Herder
Pastoor
Pastor
Predikant
Priester
Voorganger
Zielzorger.
SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de perseguirAchtervolgen
Najagen
Vervolgen un objetoDing
Ik bestrijd
Ik betwist
Ik spreek tegen
Ik vecht aan
Mikpunt
Object
Onderwerp
Voorwerp, que
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend huyeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlucht
Loop weg!
Ontsnap!
Vlucht!, y sóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend disfrutoIk geniet van verdaderamenteEcht
Inderdaad
Naar waarheid
Waarachtig
Waarlijk
Werkelijk de la
vidaHachje
Leven cuandoAls
Tijdens
Wanneer la recobroIk herwin
Ik krijg terug de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer cada díaDagelijks
Elke dag.
EDUVIGIS.- Y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank piensas enJij/je denkt aan
Jij/je denkt na over las angustiasAngsten
Beklemmingen
Benauwdheden
Smarten
Zielsangsten de tuJe
Jouw
esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw, que teJe
Jou esperaAfwachten
Ben bedacht op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is bedacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat te wachten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorziet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wacht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet vooruit
Hoop!
Hopen
Sta te wachten!
Verwacht!
Verwachten
Verwachting
Vooruitzicht
Vooruitzien
Voorzie!
Voorzien
Wacht
Wacht af!
Wacht op!
Wacht!
Wachten
Zie vooruit!, mientrasTerwijl tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer, llenaAangevuld
Bijgewerkt
Compleet
Complete
Completeer!
Demp!
Gecompleteerd
Gedempt
Gespekt
Gestopt
Gevuld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze completeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dempt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voleindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werkt bij
Ingevuld
Maak vol!
Schenk vol!
Spek!
Stop!
Totaal
Totale
Vol
Vol gemaakt
Voleind
Voleind!
Volgemaakt
Volgeschonken
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
Vul aan!
Vul in!
Vul!
Werk bij! de zozobra.
Infúndenme hartoIk erger
Ik sta tegen
Ik vermoei
Ik verveel
Zat
Zatte horrorAfgrijzen
Afschrik
Afschuw
Verschrikking
Weerzin
Zielsangst lo queDat wat
Wat meMe
Mij cuentanZij/ze berekenen
Zij/ze calculeren
Zij/ze debiteren
Zij/ze lezen voor
Zij/ze rekenen
Zij/ze rekenen uit
Zij/ze tellen
Zij/ze tellen af
Zij/ze tellen neer
Zij/ze verhalen
Zij/ze vertellen tusJe
Jouw
criadosBedienden
Bediendes
Dienaars
Dienaren
Gefokt
Knechten
Knechts
Opgefokt
Opgevoed de tusJe
Jouw peligrosasGevaarlijk
Gevaarlijke
Hachelijk
Hachelijke
Link
Linke correríasJij/je zou hardlopen
Jij/je zou hollen
Jij/je zou racen
Jij/je zou rennen
Jij/je zou snellen
Jij/je zou sprinten. TiembloIk beef
Ik bibber
Ik huiver
Ik ril
Ik tril cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
vezBeurt
File
Gelid
Keer
Maal
Reeks
Rij
Toerbeurt que te ausentasJij/je gaat af
Jij/je gaat weg
Jij/je vertrekt
Jij/je verwijdert je, temiendoBang zijnd voor
Duchtend
Schromend
Terugschrikkend voor
Vrezend noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank verteBekijken
Kijken
Zien másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus. Imagí
GUILLERMOWillem TELL
noteBemerkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Ik bemerk
Ik merk
Ik merk op
Ik noteer
Ik schrijf op
Ik stel te boek
Ik teken aan
Merkt u op!
Merkt u!
Noteert u!
Schrijft u op!
Stelt u te boek!
Tekent u aan! en los montesBergen
Jij/je begaat
Jij/je berijdt
Jij/je bestijgt
Jij/je gaat binnen
Jij/je gaat in
Jij/je gaat naar boven
Jij/je gaat op
Jij/je klimt
Jij/je klopt (eiwit, room)
Jij/je loopt binnen
Jij/je monteert
Jij/je rijdt
Jij/je rijst
Jij/je stapt in
Jij/je stijgt
Jij/je zet
Jij/je zet op
Stokken
Talons cubiertosBedekkingen
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Bestekken
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Couverts
Donker
Donkere
Eetgereis
Gedekt
Onderdaken
Somber
Sombere
Toegedekt de nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u!, perdidoGemist
Kwijt
Kwijtgeraakt
Misgelopen
Opgegeven
Verbeurd
Verkwist
Verloren
Verspeeld
Vervlogen, saltandoBarstend
Een sprong doend
In de lucht springend
In het oog springend
Losspringend
Ontploffend
Openspringend
Opspringend
Opspuitend
Overslaand
Springend
Te binnen schietend
Uitschietend
Uitvallend
Uitvarend
Van een hoogte springend,
de peñasco en peñasco, o arrastrándoteKruipend la
gamuzaBerggeit
Gele stekelzwam
Gems
Gemsleer
Gemzenleer
Hydnum repandum
Klipgeit
Pied de mouton
Zeem a los abismosAfgronden, alNaar de
Naar het volverseOmdraaien
Omkeren
Ronddraaien
Zich omkeren hacia atrásAchteruit
Achterwaarts
Rugwaarts, o que
teJe
Jou sorprendeBetrap!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbaast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrast
Snap!
Tref!
Verbaas!
Verras! una avalanchaLawine, o que se hundeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezwijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daalt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdiept zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zinkt weg la nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u!
engañosaBedrieglijk
Bedrieglijke
Misleidend
Misleidende y teJe
Jou sepultaBegraaf!
Begraven
Bestel ter aarde!
Bezorg een lijk!
Een lijk bezorgd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begraaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt ter aarde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezorgt een lijk
Ter aarde besteld vivoIk leef
Ik woon
Levend
Levende
Levendig
Levendige en horrenda sima. ¡AhAch
Ah
Allemachtig
Ha
O
Och
Oh
Tjonge!
¡BajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware mil1000
Duizend formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen acechaBelaag!
Beloer!
Bespied!
Bespioneer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beloert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespioneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spioneert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat op de
uitkijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspiedt
Spied!
Spioneer!
Sta op de uitkijk!
Verspied! la muerteDood
Heengaan
Ondergang
Overlijden
Sterfgeval
Verscheiden alNaar de
Naar het audazBrutaal
Brutale
Stoutmoedig
Stoutmoedige cazadorJacht-
de los AlpesAlpen! EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats una ocupaciónBezetting
Bezigheid
Emplooi funestaFunest
Funeste la queDat
Die
Wie
Zij die, conDoor
Met
Per
Samen met
riesgoGewaagdheid
Risico
Waag
Waagstuk continuoAanhoudend
Aanhoudende
Blijvend
Blijvende
Continu
Continue
Doorlopend
Doorlopende
Gedurig
Gedurige
Onafgebroken
Ononderbroken
Onophoudelijk
Onophoudelijke
Vast
Vaste
Voortdurend
Voortdurende, teJe
Jou atraeBekoor!
Haal aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lacht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lokt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlekkert
Lach toe!
Lok aan!
Lok!
Trek aan!
Trek!
Verlekker! al fondoAan het eind
Naar de bodem del abismoAfgrond.
TELL.- Quienquiera que, serenoBedaard
Bedaarde
Helder
Heldere
Ik stel gerust
Kalm
Kalme
Nachtwacht
Onbezorgd
Onbezorgde
Sereen
Serene, sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet! atender aAcht slaan op
Behartigen
Letten op
Opletten
Oppassen
Passen op
Verzorgen
cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
Quant loDe
Hem
Het
U rodea(Het) omringt
Begrijp!
Ga om!
Ga rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgeeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgeeft met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omringt
Omgeef met!
Omgeef!
Omring!, y pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer suHaar
Hun
Uw
Zijn confianzaVertrouwen en DiosGod
Godheid, y esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware y ágilSnel
Snelle
Vlot
Vlotte
Vlug
Vlugge, se libraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoedt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoedt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontkomt fácilmenteAllicht
Gemakkelijk
Makkelijk
Met gemak de contratiempos y
de peligroGevaar
Nood
Onraad
Perikel. La montañaBerg
Gebergte noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank asustaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt schrik aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schrikken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrikt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschrikt
Jaag schrik aan!
Laat schrikken!
Schrik op!
Schrik!
Verontrust!
Verschrik! alNaar de
Naar het que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is nacidoGeboren
Geboren geworden
Gesproten
Ontloken
Ontstaan
Van geboorte
en ellaHaar
Ze
Zij. (HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is terminadoAfgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd suHaar
Hun
Uw
Zijn trabajoArbeid
Arbeiden
Bewerking
Emplooi
Ik arbeid
Ik bewerk
Ik werk
Karwei
Verwerking
Werk
Werken, y dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim! la herramientaGereedschap
Instrument
Middel
Stuk gereedschap
Werktuig.)
AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals creoIk creëer
Ik denk
Ik geloof
Ik houd voor
Ik maak
Ik meen
Ik richt op
Ik schep, tenemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we houden
Wij/we houden bij
Wij/we houden erop na
Wij/we houden vast puertaDeur
Poort
Portier paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
añosJaren. ConDoor
Met
Per
Samen met estaDeze
Dit hachaBijl
Hakbijl a miMi
Mijn disposiciónAanleg
Bepaling
Beschikken
Beschikking
Bevelen
Disponeren
Geschiktheid
Gesteldheid
Klaarmaken
Plaatsen
Rangschikken
Voltooien
Wilsbeschikking, meMe
Mij ahorroBesparen
Besparing
Bezuinigen
Bezuiniging
Ik bespaar
Ik bezuinig
Ik spaar
Ik spaar uit
Ik win uit
Ik zuinig uit
Sparen
Uitsparen
Uitwinnen
Uitwinning
Uitzuinigen
llamarAanbellen
Aanroepen
Bellen
Benoemen
Heten
Kloppen
Luiden
Noemen
Opbellen
Oproepen
Praaien
Roepen
Schellen
Telefoneren
Uitmaken voor el carpinteroSchrijnwerker
Specht
Timmerman. (CogeBemachtig!
Ga halen!
Grijp aan!
Grijp vast!
Grijp!
Haal!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemachtigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Neem beet!
Neem!
Pak
Pak beet!
Pak!
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Tokkel!
Vat aan!
Vat! el sombreroHoed.)
EDUVIGIS.- ¿A dóndeWaar
Waarheen vasJij gaat
Jij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt?
TELL.- A AltdorfAltdorf, a casaFamilie
Geslacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze huwelijkt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt in de
echt
Huis
Huwelijk uit!
Pand
Tehuis
Thuis
Trouw!
Verbind in de echt! de miMi
Mijn padrePater
Vader.
EDUVIGIS.- ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank teJe
Jou preocupaBaar zorgen!
Benauw!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart zorgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benauwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt ongerust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Maak ongerust!
Verontrust! ningúnGeen enkel
Geen enkele
Generlei proyectoBlauwdruk
Concept
Ik beraam
Ik ontwerp
Ik plan
Ontwerp
Plan
Project peligrosoGevaarlijk
Gevaarlijke
Hachelijk
Hachelijke
Link
Linke?
TELL.- ¿Por quéWaarom loDe
Hem
Het
U dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt, mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon?
EDUVIGIS.- ¡Se tramaBekonkel!
Beraam!
Complot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekonkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beraamt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze intrigeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze konkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontwerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plant
Inslag
Inslag (v.e. stof)
Intrigeer!
Konkel!
Ontwerp!
Plan!
Plot
Samenzwering algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus los bailíos!... se
hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn reunidoGeconcentreerd
Gestapeld
Opeengehoopt
Opeengestapeld
Opgehoopt
Opgestapeld
Verenigd
Verzameld en Ruttli; loDe
Hem
Het
U séBen!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!, y túGe
Gij
Je
Jij eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook de los
conjuradosAfgewend
Bezworen
Beëdigd
De eed afgenomen van
Gesmeekt
Samengespannen
Samengezworen
Uitgebannen
Zich onder ede met
iemand verbonden.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
TELL.- YoEgo
Ik noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank estuveIk bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds... peroDoch
Echter
Maar siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals la patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland meMe
Mij llamaBel aan!
Bel op!
Bel!
Benoem!
Heet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze luidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praait
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roept op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze telefoneert
Klop!
Lama
Luid!
Maak uit voor!
Noem!
Opwinding
Praai!
Roep aan!
Roep op!
Roep!
Schaapkameel
Schel!
Telefoneer!
Vlam
Vuur,
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank seréIk zal gebeuren
Ik zal plaatshebben
Ik zal plaatsvinden
Ik zal zijn sordoDoof
Dove a suHaar
Hun
Uw
Zijn vozInspraak
Stem
Stemgeluid.
EDUVIGIS.- SiempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend teJe
Jou señalaránZij/ze zullen aanduiden
Zij/ze zullen aangeven
Zij/ze zullen aanwijzen
Zij/ze zullen laten zien
Zij/ze zullen opmerken
Zij/ze zullen opmerkzaam maken
Zij/ze zullen signaleren
Zij/ze zullen tentoonspreiden
Zij/ze zullen tonen
Zij/ze zullen uitduiden
Zij/ze zullen uitwijzen
Zij/ze zullen vertonen
Zij/ze zullen wijzen un puestoAan de praat gekregen
Aangedaan
Aangetrokken
Aangezet
Ambt
Baan
Betrekking
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Ingeschakeld
Marktkraam
Neergelegd
Neergezet
Op gang gebracht
Opgebracht
Opgelegd
Plaats
Post
Stalletje
Stand
Wachtpost
Werkkring
arriesgadoBedenkelijk
Bedenkelijke
Geriskeerd
Gewaagd
Gewaagde
In gevaar gebracht
Op het spel gezet
Risico gelopen
Risico genomen
Riskant
Riskante
Verspeeld
Waaghalzerig
Waaghalzerige. LoDe
Hem
Het
U peorErger
Ergere
Slechter
Slechtere teJe
Jou tocaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanraken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanroeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanzitten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beroeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kleppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal klinken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overgaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal slaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal spelen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toucheren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorspelen en suerteAard
Fortuin
Geluk
Kans
Levenslot
Lot
Slag
Soort
Toeval, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend.
TELL.- Cada unoElk
Elkeen
Ieder
Iedereen contribuyeDraag bij!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt bij conDoor
Met
Per
Samen met lo queDat wat
Wat puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt.
EDUVIGIS.- DuranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens la tempestadNoodweer
Storm
Stormwind
Verschrikkelijk weer, pasasteJij/je bracht door
Jij/je gaf aan
Jij/je gebeurde
Jij/je ging langs
Jij/je ging over
Jij/je ging voorbij
Jij/je haalde in
Jij/je kwam langs
Jij/je kwam om
Jij/je liet door
Jij/je overkwam
Jij/je passeerde
Jij/je reikte aan
Jij/je stak over
Jij/je verdreef
Jij/je verging
Jij/je verliep
Jij/je verstreek a uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng bijeen
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de Unterwald de una a otraAnder
Andere
Nog een
Nog één orillaBand
Boord
Kant
Korst
Kust
Oever
Rand
Stootkant
Wal
Waterkant
Zoom del lagoMeer
Plas
Waterplas... EscapasteisJullie ontgingen
Jullie ontkwamen
Jullie ontsnapten
por milagroMirakel
Wonder... ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke que nuncaNimmer
Nooit teJe
Jou
acuerdesJij/je accordeert
Jij/je bent het eens
Jij/je geeft toe
Jij/je herinnert aan
Jij/je komt overeen
Jij/je stemt
Jij/je stemt toe
Jij/je verzoent
Jij/je vindt goed de tuJe
Jouw mujerEchtgenote
Gemalin
Mens!
Vrouw
Vrouwmens
Vrouwspersoon y de tusJe
Jouw hijosKinderen
Zonen
Zoons?
TELL.- PensabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Ik dacht entoncesDan
Dus
Toen en ellosHen
Ze
Zij, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief esposaEchtgenote
Gemalin
Vrouw:
salvabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze redde
Ik behield
Ik borg
Ik redde yoEgo
Ik a un padrePater
Vader conDoor
Met
Per
Samen met hijosKinderen
Zonen
Zoons.
EDUVIGIS.- ¡NavegarNavigeren
Netsurfen
Surfen
Varen
Websurfen en el lagoMeer
Plas
Waterplas alborotadoIn opstand gebracht
Lawaai gemaakt
Leven gemaakt
Onrust verwekt bij
Verontrust! EstoDeze
Dit
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats confiar enVertrouwen op DiosGod
Godheid, sinoDoch
Echter
Maar tentarBekoren
In verzoeking brengen
Verleiden
Verlokken
Verzoeken suHaar
Hun
Uw
Zijn pacienciaGeduld
Lijdzaamheid.
TELL.- El queDat
Die
Hij die
Wie reflexionaBedenk!
Denk na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze denkt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overdenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint op
Overdenk!
Wik!
Zin op!
Zin! muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere lo queDat wat
Wat haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren,
nadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt.
EDUVIGIS.- SíJa
Jawel
Wel
Zich; túGe
Gij
Je
Jij eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu y servicialBehulpzaam
Behulpzame
Hulpvaardig
Hulpvaardige; a todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
ayudasBijstanden
Bijstands
Hulpen
Jij/je baat
Jij/je helpt
Jij/je staat bij
Jij/je staat ter zijde
Steunen, y, cuandoAls
Tijdens
Wanneer necesitesJij/je behoeft
Jij/je bent toe aan
Jij/je hebt nodig
Jij/je hoeft a los demásDe anderen, nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand vendráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal komen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal meekomen
en tuJe
Jouw auxilioHulp
Ik baat
Ik help
Ik sta bij
Ik sta ter zijde.
TELL.- ¡Quiera(U) wilt
Bemint u!
Heeft u lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houdt u van!
Ik bemin
Ik heb lief
Ik houd van
Ik wil
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank
Wil u! DiosGod
Godheid que a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand necesiteBehoeft u!
Heeft u nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoeft u!
Ik behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef
Is u toe aan!
U hebt nodig! (TomaAannemen
Accepteer!
Alsjeblieft
Drink!
Filmen
Fotograferen
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Inname
Innemen
Kieken
Krijg binnen!
Neem aan!
Neem af!
Neem in!
Neem!
Nemen
Nuttig!
Ontvang!
Ontvangen
Opnemen
Pak!
Raap op!
Sla in!
Slik in!
Snuif op!
U neemt
Vat aan!
Vat!
Verfilmen
suHaar
Hun
Uw
Zijn ballestaBladveer
Kruisboog y susHaar
Hun
Uw
Zijn flechasPijlen
Scheuten.)
EDUVIGIS.-¿ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! quéWat
Welke llevasJij/je berekent
Jij/je brengt
Jij/je brengt bijeen
Jij/je brengt in rekening
Jij/je brengt mede
Jij/je brengt mee
Jij/je brengt weg
Jij/je draagt
Jij/je hebt aan
Jij/je hebt op
Jij/je hebt voor
Jij/je neemt mee
Jij/je vervoert ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans la ballestaDe bladveer?
¡DéjalaLaat het ahíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds!
TELL.- MeMe
Mij parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit! que me quedoIk blijf
Ik blijf achter
Ik blijf over
Ik rest
Ik resteer
Ik toef
Ik verblijf
Ik word sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te brazoArm cuandoAls
Tijdens
Wanneer
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank la llevoIk bereken
Ik breng
Ik breng bijeen
Ik breng in rekening
Ik breng mede
Ik breng mee
Ik breng weg
Ik draag
Ik heb aan
Ik heb op
Ik heb voor
Ik neem mee
Ik vervoer. (Los niñosJongens
Kinderen se acercanZij/ze komen dichterbij
Zij/ze naderen
Zij/ze zijn in aantocht.)
GUILLERMOWillem TELL
GUALTERIO.- PadrePater
Vader, ¿a dóndeWaar
Waarheen vasJij gaat
Jij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt?
TELL.- A AltdorfAltdorf, muchachoJongen
Knaap
Knul, a Ehni... ¿quieresJij wilt
Jij/je bemint
Jij/je hebt lief
Jij/je houdt van
Jij/je wilt acompañarmeAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen?
GUALTERIO.- ¡SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals!
EDUVIGIS.- El GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit! allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vayasJij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt
a AltdorfAltdorf.
TELL.- HoyHeden
Vandaag mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve la dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!.
EDUVIGIS.- Que se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank leHaar
Hem
Het
U llamesJij/je belt
Jij/je belt aan
Jij/je belt op
Jij/je benoemt
Jij/je heet
Jij/je klopt
Jij/je luidt
Jij/je maakt uit voor
Jij/je noemt
Jij/je praait
Jij/je roept
Jij/je roept aan
Jij/je roept op
Jij/je schelt
Jij/je telefoneert
la atenciónAandacht
Acht
Affectie
Attentie
Bedienen
Genegenheid
Goodwill
Helpen
Opletten
Oplettendheid
Oppassen
Welwillendheid, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals sabesJij/je kent
Jij/je smaakt
Jij/je weet, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank nos(Aan) ons
Ons quiere(Hij/u) wilt
Bemin!
Heb lief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft lief
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wil
Houd van!
Wil! bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart.
TELL.- SuHaar
Hun
Uw
Zijn malaBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Fout
Foute
Foutief
Foutieve
Kwaad
Kwade
Kwalijk
Kwalijke
Onaangenaam
Onaangename
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Versleten voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt perjudicarmeBenadelen
Deren
Schaden
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere. YoEgo
Ik obroIk ageer
Ik ben bezig
Ik doe
Ik ga te werk
Ik ga voort
Ik handel
Ik treed op
Ik werk honradamenteEerlijk
Fatsoenlijk, y a nadieGeen
Geen enkel
Geen enkele
Niemand temoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees.
EDUVIGIS.- A los hombresGasten
Gozers
Kerels
Manmensen
Manneke
Manneken
Mannen
Mannetjes
Manspersonen
Mensen
Venten de bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart aborreceHaat!
Heb een afkeer van!
Heb een afschuw van!
Heb een hekel aan!
Heb een weerzin tegen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een afkeer
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een afschuw
van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een hekel
aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft een weerzin
tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze minacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verafschuwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verfoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmaadt
Minacht!
Verafschuw!
Verfoei!
Versmaad! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
que a loDe
Hem
Het
U otrosAnder
Andere
Anderen
Nog één.
TELL.- PorqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank encuentraBevind!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt tegemoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Kom tegen!
Ontmoet!
Treed tegemoet!
Tref aan!
Tref!
Vind! motivosAanleidingen
Beweegredenen
Drijfveren
Motieven
Redenen
Termen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ofenderlosBeledigen
Grieven
Krenken
Verongelijken...
Creo queIk denk dat eseDat
Die caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter meMe
Mij dejará(Het) zal laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal achterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de
steek laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal legateren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal loslaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nalaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toestaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toevertrouwen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vermaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verzuimen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich verlaten
van en pazQuitte.
EDUVIGIS.- ¿EstásJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je ligt
Jij/je zit seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker de lo queDat wat
Wat dicesJij/je geeft op
Jij/je spreekt
Jij/je zegt?
TELL.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere que cazabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bejaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bejoeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dreef voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagde na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze joeg na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte jacht op
Ik bejaagde
Ik bejoeg
Ik dreef voort
Ik jaagde
Ik jaagde na
Ik joeg
Ik joeg na
Ik maakte jacht op yoEgo
Ik en los solitariosSolitairspellen
Solo's
Teruggetrokken
precipiciosAfgronden de Schächenthal, en dondeWaarin noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se
veíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag
Ik bekeek
Ik keek
Ik zag huellaAanstampen
Afdruk
Betreden
Betreed!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betreedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt onder de
voet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stampt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrapt
Loop onder de voet!
Spoor
Stamp aan!
Vertrap!
Vertrappen
Voetafdruk
Voetspoor algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere humanaHumaan
Humane
Menselijk
Menselijke, y siguiendoAanblijvend
Bewandelend
Bijhoudend
Doorgaand
Opvolgend
Volgend
Voortvloeiend
Voortzettend un senderoPaadje
Pad
abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige en los peñascosPeña=
Gezelschap
Kring, en el cualWaarop noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij eraDeel
Dorsvloer
Era
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik gebeurde
Ik had plaats
Ik vond plaats
Ik was
Jaartelling
Tijdrekening
Was posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke
retrocederAchteruitgaan
Terugdeinzen
Teruggaan, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl sobreAan
Aangaande
Betreffende
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u! miMi
Mijn cabezaHoofd
Kop
Krop se elevabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikte een hoge
positie
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steeg op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhief zich la rocaGesteente
Rots
Rotsblok
tajadaFilet
Moot
Plak
Schijf
Snede
Snee
Sneetje, y a misMi's
Mijn piesPoten
Voeten bullíaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookte
Ik kookte el torrenteBergstroom
Stroom
Vloed de un modoKerktoonladder
Manier
Modaliteit
Toonaard
Trant
Wijze
horribleAbominabel
Abominabele
Afgrijselijk
Afgrijselijke
Afschuwelijk
Afschuwelijke
Afzichtelijk
Afzichtelijke
Akelig
Akelige
Foeilelijk
Foeilelijke
Ijselijk
Ijselijke
Naar
Nare
Onaangenaam
Onaangename
Verdrietelijk
Verdrietelijke
Verfoeilijk
Verfoeilijke
Verschrikkelijk
Verschrikkelijke
Vervelend
Vervelende. (Los niñosJongens
Kinderen se acercanZij/ze komen dichterbij
Zij/ze naderen
Zij/ze zijn in aantocht a élHem
Hij, y loDe
Hem
Het
U rodeanZij/ze begrijpen
Zij/ze gaan om
Zij/ze gaan rond
Zij/ze omgeven
Zij/ze omgeven met
Zij/ze omringen, escuchandoAanhorend
Beluisterend
Luisterend
Toehorend
Toeluisterend
conDoor
Met
Per
Samen met la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus vivaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont
Ik leef
Ik woon
Leeft u!
Levend
Levende
Levendig
Levendige
Woont u! curiosidadBezienswaardigheid
Curiositeit
Nieuwsgierigheid.) El GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende
veníaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam mee
Ik kwam
Ik kwam mee tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook por allíAldaar
Daar
Daarginds
Er
Ginder
Ginds en direcciónAdres
Adresseren
Besturen
Besturing
Chaufferen
Directie
Dirigeren
Koers
Leiding
Mennen
Regie
Richten
Richting
Rijden
Sturen
Stuurversnelling
Vervoeren opuestaGesteld tegenover
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenover elkaar gesteld
Tegenovergelegen
Tegenovergesteld, tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals yoEgo
Ik, hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent contraMoeilijkheid
Tegen
Tegenover
Versus hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent, y a nuestroOns
Onze
Van ons
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant el abismoAfgrond. CuandoAls
Tijdens
Wanneer meMe
Mij vioHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag y meMe
Mij conocióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leerde kennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bekend met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
me habíaIk gedroeg me
Ik kreeg het met
iemand aan de stok
Ik mat me met
iemand castigadoBestraft
Gestraft conDoor
Met
Per
Samen met el mayorGroot
Grootst
Grote
Groter
Majoor
Oudere rigorStijfheid por livianaGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Onbeduidend
Onbeduidende
Onbesuisd
Onbesuisde
Onbetekenend
Onbetekenende
Onkuis
Onkuise
Wellustig
Wellustige
causaAanleiding
Berokken!
Beweegreden
Breng teweeg!
Doe aan!
Doe!
Doel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berokkent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sticht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veroorzaakt
Laat doen!
Laat!
Maak!
Oorzaak
Reden
Richt aan!
Sticht!
Twistpunt
Veroorzaak!
Zaak pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger, y notó queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkte op dat, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart armadoBewapend
Gepantserde poon
Gewapend
In elkaar gezet
Monteren
Opmaken, meMe
Mij
aproximabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht naderbij
Ik bracht naderbij a suHaar
Hun
Uw
Zijn encuentroIk bevind
Ik kom tegen
Ik ontmoet
Ik treed tegemoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Ontmoeting, palidecióHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd bleek, temblaronZij/ze beefden
Zij/ze bibberden
Zij/ze huiverden
Zij/ze rilden
Zij/ze trilden susHaar
Hun
Uw
Zijn
rodillasKnieën, y comprendíIk begreep
Ik besefte
Ik bevatte
Ik omvatte
Ik snapte
Ik vatte
Ik verstond que estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat a puntoPrecies goed de despeñarse...
EntoncesDan
Dus
Toen meMe
Mij compadecíIk beklaagde
Ik had medelijden
Ik had medelijden met de élHem
Hij; me acerquéIk kwam dichterbij
Ik naderde
Ik was in aantocht
con humildadNederig, y leHaar
Hem
Het
U dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei: 'SoyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats yoEgo
Ik, señorHeer
Heerlijkheid
Heerschap
Meneer
Mijnheer GobernadorBesturend
Besturende
Gouverneur
Leidend
Leidende
Regerend
Regerende.
' NiEn niet
Evenmin
Noch una solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten palabraBewoording
Woord pudoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mocht el pobreArm
Arme
Armelijk
Armelijke
Armoedig
Armoedige
Behoeftig
Behoeftige
Beklagenswaardig
Beklagenswaardige
Berooid
Berooide
Nooddruftig
Nooddruftige
Schamel
Schamele articularVerbinden...
ConDoor
Met
Per
Samen met la manoDe hand, en el másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus profundoDiep
Diep doorlopend
Diepe
Diepgaand
Diepgaande
Diepliggend
Diepliggende
Diepzinnig
Diepzinnige
Intens
Intense
Moelijk te begrijpen
Uitgestrekt
Uitgestrekte silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen,
meMe
Mij hizoHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit señalSein
Signaal
Spoor
Teken de que prosiguieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging door
Ik ging door miMi
Mijn caminoBaan
Ik loop
Ik schrijd
Ik stap
Ik treed
Ik wandel
Route
Weg; yoEgo
Ik paséIk bracht door
Ik gaf aan
Ik gebeurde
Ik ging langs
Ik ging over
Ik ging voorbij
Ik haalde in
Ik kwam langs
Ik kwam om
Ik liet door
Ik overkwam
Ik passeerde
Ik reikte aan
Ik stak over
Ik verdreef
Ik verging
Ik verliep
Ik verstreek,
y leHaar
Hem
Het
U enviéIk deed toekomen
Ik expedieerde
Ik stuurde
Ik stuurde op
Ik stuurde uit
Ik stuurde weg
Ik verstuurde
Ik verzond
Ik zond
Ik zond af
Ik zond op
Ik zond weg suHaar
Hun
Uw
Zijn acompañamientoAccompagnement
Accompagneren
Begeleiden
Begeleiding
Meegaan
Meelopen
Vergezellen.
EDUVIGIS.- HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tembladoGebeefd
Gebibberd
Gehuiverd
Gerild
Getrild en tuJe
Jouw presenciaAanwezigheid
Ben aanwezig bij!
Ben getuige van!
Ben tegenwoordig bij!
Bijzijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aanwezig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is getuige van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is tegenwoordig bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze woont bij
Presentie
Tegenwoordigheid
Woon bij!... ¡AyAch
Klacht
Och
Verlichting
Wee
Zucht de
tiJe
Jou! JamásNimmer
Nooit teJe
Jou perdonaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal begenadigen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vergeven que hayasBeuken
Beukennootjes
Jij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt sidoGebeurd
Geweest
Geworden
Plaatsgehad
Plaatsgevonden testigoGetuige de suHaar
Hun
Uw
Zijn
debilidadBesluiteloosheid
Genegenheid
Gevoel van honger
Krachteloosheid
Tengerheid
Zwakheid
Zwakte.)
TELL.- Por esoDaardoor
Daarom
Derhalve
Vandaar
Zodoende yoEgo
Ik evitaréIk zal mijden
Ik zal ontwijken
Ik zal uit de
weg gaan
Ik zal vermijden
Ik zal voorkomen verloBekijken
Kijken
Zien, y élHem
Hij noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank meMe
Mij buscaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afhalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ophalen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opzoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal snorren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitkijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitzien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zoeken.
EDUVIGIS.- ¡NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vayasJij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt hoyHeden
Vandaag alláDaar! CazaBejaag!
Bejagen
Drijf voort!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bejaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt jacht op
Jaag na!
Jaag!
Jagen
Maak jacht op!
Wild mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever.
TELL.- ¿QuéWat
Welke se teJe
Jou ocurre(Het) gebeurt
Ben aan de hand!
Gebeur!
Geschied!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschiedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is aan de
hand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overkomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Kom voor!
Overkom!
Val voor!
Vind plaats!!
EDUVIGIS.- SientoIk boek
Ik doe zitten
Ik gevoel
Ik merk
Ik stel op
Ik stel voorop
Ik teken aan
Ik voel
Ik voel aan
Ik word gewaar
Ik zet neer una angustiaAngst
Beklemming
Benauwdheid
Smart
Zielsangst indecibleOnzegbaar
Onzegbare. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank vayasJij/je begeeft je
Jij/je gaat
Jij/je kart
Jij/je loopt
Jij/je loopt van stapel
Jij/je rijdt
Jij/je vaart
Jij/je verloopt.
TELL.- ¿A quéWat
Welke afligirteBedroeven
Beproeven
Grieven
Smarten sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te razónAanleiding
Gezond verstand
Rede
Reden
Verstand algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere?
EDUVIGIS.- ¿SinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te motivoAanleiding
Beweegreden
Drijfveer
Ik baseer
Ik fundeer
Ik grondvest
Ik rechtvaardig
Ik sticht
Ik vestig
Motief
Reden
Term? ¡Tell, quédateBlijf achter!
Blijf over!
Blijf!
Rest!
Resteer!
Toef!
Verblijf!
Word! aquíAlhier
Hier!
TELL.- HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb prometidoBeloofd
Bruidegom
Galant
Toegezegd
Uitgeloofd
Verloofde
Verzegd irGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven alláDaar, queridaBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefje
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle
Zoetelief míaVan mij.
EDUVIGIS.- VeBegeef je!
Bekijk!
Ga!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet
Kar!
Kijk!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Vé
Verloop!
Zie!, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals es precisoHet is nodig... peroDoch
Echter
Maar déjameHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!
aquíAlhier
Hier el niñoEl niño.
GUILLERMOWillem TELL
GUALTERIO.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, madrecitaMoedertje, me voyIk ga af
Ik ga weg
Ik vertrek
Ik verwijder me conDoor
Met
Per
Samen met miMi
Mijn padrePater
Vader.
EDUVIGIS.- Gualterio, ¿te atreves aJij/je durft abandonarAbandonneren
Ermee stoppen
In de steek laten
Laten varen
Verlaten a
tuJe
Jouw madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding?
GUALTERIO.- TeJe
Jou traeré deIk zal meebrengen van Ehni un regalito. (Se
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt conDoor
Met
Per
Samen met suHaar
Hun
Uw
Zijn padrePater
Vader.)
GUILLERMO.-Willem YoEgo
Ik me quedoIk blijf
Ik blijf achter
Ik blijf over
Ik rest
Ik resteer
Ik toef
Ik verblijf
Ik word contigoBij jou
Met jou, madreBedding
Ma
Moeder
Moer
Stroombedding.
EDUVIGIS (Abrazándolo).- SíJa
Jawel
Wel
Zich; túGe
Gij
Je
Jij eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats miMi
Mijn hijoKind
Zoon queridoBemind
Beminde
Beste
Dierbaar
Dierbare
Geacht
Geachte
Gehouden van
Geliefd
Geliefde
Gewild
Kostbaar
Kostbare
Lief
Liefgehad
Liefste
Lieve
Prijzig
Prijzige
Waard
Waarde
Waardevol
Waardevolle,
túGe
Gij
Je
Jij eresJij/je bent
Jij/je gebeurt
Jij/je hebt plaats
Jij/je vindt plaats el soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten que meMe
Mij quedasJij/je bent
Jij/je bevindt je
Jij/je blijft
Jij/je past
Jij/je raakt in een
bepaalde toestand
Jij/je spreekt af
Jij/je staat
Stil
Stille. (VaseHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt a la puertaDeur
Poort
Portier
del patioBinnenplaats
Erf
Hof
Patio
Plaats y los sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort! largoBreedvoerig
Breedvoerige
Ik dien toe
Ik geef
Ik hijs
Ik laat los
Ik laat vrij
Ik vier
In de lengte
In de verte
Lang
Lange
Languit
Langzamerhand
Largo
Lengte
Op de lange duur
Op den duur
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Uitvoerig
Uitvoerige
Vrijgevig
Vrijgevige
Wijd
Wijde
Wijdlopig tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd conDoor
Met
Per
Samen met la vistaAanblik
Aanschijn
Aanschouwing
Bekeken
Beschouwing
Buitenkant
Douanebeambte
Gekeken
Gezicht
Gezichtsvermogen
Gezien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omkleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik kleed
Ik kleed aan
Ik omkleed
Ik sta
Kleedt u aan!
Kleedt u!
Omkleedt u!
Staat u!
Tolbeambte
Uiterlijk
Uitzicht
Zicht.)
ESCENAScène
Tableau
Tafereel
Toneel II
LugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel montuoso y solitarioPatience
Solitairspel
Solo
Teruggetrokken; cascadasCascaden
Cascades
Gekraakt (noot)
Gepeld (ei)
Watervallen se precipitanZij/ze doen neerslaan
desdeAan
Door
Met ingang van
Op
Sedert
Sinds
Uit
Van
Vanaf
Vanuit las rocasGesteenten
Gesteentes
Rotsblokken
Rotsen.
BERTA, de cazadoraJack
Jacht-, y pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens RUDENZ.
BERTA.- ¡MeMe
Mij sigueBewandel!
Blijf aan!
Ga door
Ga door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewandelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet voort
Houd bij!
Vloei voort!
Volg op!
Volg!
Zet voort!! Al finEindelijk
Per saldo
Ten slotte puedoIk kan
Ik mag explicarmeBeduiden
Duidelijk maken
Toelichten
Uiteenzetten
Uitleggen
Verhelderen
Verklaren.
RUDENZ (PresentándoseVerschijnend
Zich meldend
Zich vertonend
Zich voorstellend de repente).-Ineens
Opeens
Plotseling GraciasBedankt
Bekoorlijkheden
Bekoringen
Charmes
Dank
Dank je
Dank u
Dankzegging
Genaden
Genades
Gratiën
Gunsten
Kwijtscheldingen seanGebeurt u!
Heeft u plaats!
Is u!
Vindt u plaats!
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
dadasAangegeven
Gegeven
Opgebracht
Toegebracht
Toegekend
Verleend a DiosGod
Godheid, que osJe
Jullie encuentroIk bevind
Ik kom tegen
Ik ontmoet
Ik treed tegemoet
Ik tref
Ik tref aan
Ik vind
Ontmoeting solaAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Soule
Verlaten, y que nos(Aan) ons
Ons
rodeanZij/ze begrijpen
Zij/ze gaan om
Zij/ze gaan rond
Zij/ze omgeven
Zij/ze omgeven met
Zij/ze omringen abismosAfgronden por todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes. En estaDeze
Dit soledadEenzaamheid
Verlatenheid
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank temoIk ben bang voor
Ik ducht
Ik schrik terug voor
Ik schroom
Ik vrees que meMe
Mij interrumpaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interrumpeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schorst
Ik interrumpeer
Ik onderbreek
Ik schors
Interrumpeert u!
Onderbreekt u!
Schorst u! testigoGetuige algunoEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Iemand
Sommige
Één of andere, niEn niet
Evenmin
Noch meMe
Mij
impidaBelet u!
Blokkeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blokkeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhoedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voorkomt
Ik belet
Ik blokkeer
Ik verhinder
Ik verhoed
Ik voorkom
Verhindert u!
Verhoedt u!
Voorkomt u! acabarAfmaken
Afsluiten
Afwerken
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Opgebruiken
Opmaken
Opteren
Uitmaken
Uitwerken
Verbruiken
Verdoen
Verklungelen
Verkwisten
Vermorsen
Verspillen
Voleindigen conDoor
Met
Per
Samen met el silencioIk verzwijg
Kalmte
Rust
Rustigheid
Stilte
Stilzwijgen abrumadorOverweldigend
Overweldigende, que tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer
meMe
Mij haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afligidoBedroefd
Bedroefde
Bedroevend
Bedroevende
Beproefd
Droef
Droeve
Droevig
Droevige
Gegriefd
Gesmart
Smartelijk
Smartelijke
Treurig
Treurige
Triest
Trieste
Verdrietig
Verdrietige.
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
BERTA.- ¿EstáisJullie bevinden je
Jullie bevinden zich
Jullie liggen
Jullie zijn
Jullie zitten seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank nos(Aan) ons
Ons siguen(Zij) gaan door
Zij/ze bewandelen
Zij/ze blijven aan
Zij/ze gaan door
Zij/ze houden bij
Zij/ze vloeien voort
Zij/ze volgen
Zij/ze volgen op
Zij/ze zetten voort los cazadoresJacht-?
RUDENZ.- QuedanZij worden
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn alláDaar lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg... ¡AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans o nuncaNimmer
Nooit! EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
precisoIk heb nodig
Juist
Juiste
Minutieus
Minutieuze
Precies
Precieze
Scherp
Scherpe
Secure
Secuur
Stipt
Stipte
Zorgvuldig
Zorgvuldige aprovecharBaten
Benutten
Gebruik maken
Gebruik maken van
Gebruiken
Helpen
Profiteren
Van nut zijn estaDeze
Dit ocasiónAanleiding
Gelegenheid
Gevaar
Omstandigheid
Oorzaak favorableBevorderlijk
Bevorderlijke
Goedgezind
Goedgezinde
Gunstig
Gunstige
Lievelings-
Toegenegen
Welgezind
Welgezinde... HaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is de
decidirseBeslissen
Besluiten
Uitmaken
Zich voornemen miMi
Mijn suerteAard
Fortuin
Geluk
Kans
Levenslot
Lot
Slag
Soort
Toeval, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al me separeIk scheid paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
de vuestroJullie
Uw
Van jullie ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant... ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge! NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank troquéisJullie ruilen
Jullie ruilen in
Jullie verruilen
Jullie wisselen
Jullie wisselen in
Jullie wisselen uit en iracundasBoos
Boze
Giftig
Giftige
vuestrasJullie
Van jullie dulcesLekkernijen
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoederen
Snoepjes
Versnaperingen
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheden
Zoetigheid miradasAangeblikt
Aangekeken
Bekeken
Blikken
Een blik geworpen
Een blik geworpen op
Geblikt
Gekeken
Gekeken naar
Geschouwd
Kijken
Kijkjes
Toegekeken
Toegezien... ¿QuiénWie soyIk ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats yoEgo
Ik paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! elevarBevorderen
Indienen
Opheffen
Oprichten
Opvoeren
Tillen
Verheffen
Verhogen
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs vosGe
Gij
Je
Jij misMi's
Mijn osadosBoud
Boude
Brutaal
Brutale
Dapper
Dappere
Ferm
Ferme
Gedurfd
Gewaagd
Kloek
Kloeke
Koen
Koene
Moedig
Moedige
Onbevreesd
Onbevreesde
Onvervaard
Onvervaarde
Stout
Stoute
Stoutmoedig
Stoutmoedige
Vermetel
Vermetele deseosBegeerten
Begeertes
Begerigheden
Lusten
Verlangens
Wensen
Zinnen
Zuchten? NadaDrijf!
Helemaal niet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwemt
In het geheel niet
Niemendal
Niets
Niks
Op generlei wijze
Zwem! haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet la famaBefaamdheid
Beroemdheid
Faam
Glorie
Lof
Mare
Naam
Reputatie
Roem
Roep
en miMi
Mijn favorBegunstiging
Genadigheid
Gratie
Gunst, y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank me atrevo aIk durf igualarme conDoor
Met
Per
Samen met los
caballerosHeerschappen
Heren
Meneren
Mijnheren
Ridders
Ruiters, que, brillantesBriljant
Briljante
Briljanten
Geniaal
Geniale y gloriososGlorieus
Glorieuze, osJe
Jullie pretendenZij/ze claimen
Zij/ze maken aanspraak op.
SóloAlleen
Alleen maar
Enkel
Maar
Pas
Slechts
Uitsluitend poseoIk beheers
Ik ben rijk
Ik bezit
Ik heb
Ik houd erop na
Ik ken grondig miMi
Mijn corazónHart
Klokhuis, que rebosaBen overvloedig aanwezig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is overvloedig aanwezig de amorAffectie
Liefde
Min y abnegaciónAbnegatie
Barmhartigheid
Ontzegging
Opoffering
Verloochening
Zelfverloochening...
BERTA (FormalAccuraat
Accurate
Afgemeten
Ernstig
Ernstige
Formeel
Formele
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Serieus
Serieuze
Stemmig
Stemmige
Stipt
Stipte
Vormelijk
Vormelijke
Zorgvuldig
Zorgvuldige y ceñuda).- ¿PodéisJullie kunnen
Jullie mogen
Jullie snoeien hablar deBehandelen
Bepraten
Bespreken
Discuteren
Van gedachten wisselen abnegaciónAbnegatie
Barmhartigheid
Ontzegging
Opoffering
Verloochening
Zelfverloochening
y de amorAffectie
Liefde
Min, descuidandoAchterstellend
Verwaarlozend
Verzakend
Zonder zorgen zijnd tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer vuestrosJullie
Van jullie
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus sagradosEerbiedwaardig
Eerbiedwaardige
Geheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Sacraal
Sacrale deberesHuiswerk
Plichten
Schulden
Verplichtingen? (Rudenz se retiraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blaast de aftocht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krabbelt terug
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich uit
de voeten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt zich terug
Men haalt weg
Men verwijdert.) .¿El esclavoSlaaf
del AustriaOostenrijk, vendidoGetapt
Overgedaan
Verhandeld
Verkocht
Vervreemd
Weggedaan alNaar de
Naar het extranjeroBuitenland
Buitenlander
Buitenlands
Buitenlandse
Onwennig
Onwennige
Uitheems
Uitheemse
Vreemd
Vreemde, opresor de
susHaar
Hun
Uw
Zijn súbditosOnderdanen
Onderdanig
Onderdanige
Ondergeschikt
Ondergeschikte?
RUDENZ.- ¿EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke que oigaHallo
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verneemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Hoort u!
Ik hoor
Ik verneem
Ik versta
Luistert u eens
Verneemt u!
Verstaat u! yoEgo
Ik estasDeze
Dezen palabrasBewoordingen
Woorden
de vuestrosJullie
Van jullie labiosLippen ¿A quiénWie, sinoDoch
Echter
Maar a vosGe
Gij
Je
Jij, buscoIk ga halen
Ik haal
Ik haal af
Ik haal op
Ik kijk uit
Ik snor
Ik zie uit
Ik zoek
Ik zoek op yoEgo
Ik en
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind partidoAanhang
Achterban
Afbreken
Afgebroken
Delen
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getogen
Kamp
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Opsplitsen
Opstappen
Partij
Splitsen
Starten
Stem
Tijgen
Verdeeld
Verdelen
Vertrekken
Vertrokken
Wedstrijd
Weggaan
Weggegaan?
BERTA.- ¿Y pensáisJullie denken hallarmeAantreffen
Bevinden
Ontmoeten
Treffen
Vinden
Waarnemen
Zien entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen los traidoresDubbelhartig
Dubbelhartige
Ontrouw
Ontrouwe
Trouweloos
Trouweloze
Verraderlijk
Verraderlijke?
De mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever gradoGraad
Maté
Rang
Stand
Status
Trap daríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aangeven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou geven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toebrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toekennen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verlenen
Ik zou aangeven
Ik zou geven
Ik zou opbrengen
Ik zou toebrengen
Ik zou toekennen
Ik zou verlenen yoEgo
Ik miMi
Mijn manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei alNaar de
Naar het mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve Gessler,
el tiranoDwingeland
Geweldenaar
Tiran, que alNaar de
Naar het hijoKind
Zoon desnaturalizadoGedenatureerd de la SuizaZwitserland
Zwitsers
Zwitserse, que
se convierte enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt instrumentoInstrument
Middel
Stuk gereedschap
Werktuig del opresor.
RUDENZ.- ¡DiosGod
Godheid míoMijne
Van mij! ¡QuiénWie loDe
Hem
Het
U pensaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dacht
Ik dacht!
GUILLERMOWillem TELL
BERTA.- ¿CómoAls
Hoe
Hoe nu
Op welke manier
Op welke wijze
Waarom
Wat
Wat zeg je? ¿HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat que interese(Het) interesseert
Boezemt u belang in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boezemt belang in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze interesseert
Ik boezem belang in
Ik interesseer
Interesse
Interesseert u! másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus alNaar de
Naar het
hombreGast
Gozer
Joh
Kerel
Man
Manmens
Mannelijk exemplaar
Mannetje
Manspersoon
Mens
Menselijk wezen
Vent que susHaar
Hun
Uw
Zijn deudosBloedverwanten
Familieleden
Verwanten? ¿HayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
iemand algúnEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Één of ander deberBehoren te
Dienen
Horen
In de schuld staan
Moeten
Plicht
Schuld
Schuldig zijn
Te danken hebben
Verplicht zijn om te
Verplichting
Verschuldigd zijn másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus imperiosoOpdringerig
Opdringerige
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! los noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele corazonesHarten
Klokhuizen, que defenderOpkomen voor
Verdedigen
Verweren la
inocenciaOnschuld y ampararBeschermen
Beschutten a los oprimidosAdellijk
Adellijke
Benauwd
Benauwde
Broeierig
Broeierige
Drukkend
Drukkende
Goor
Gore
Gortig
Gortige
Muf
Muffe
Onderdrukt
Opgekropt
Oud
Oudbakken
Oude
Smoezelig
Smoezelige
Verdrongen
Verdrukt
Verkropt
Verstikkend
Verstikkende
Zwoel
Zwoele?... El almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel se
meMe
Mij contrista alNaar de
Naar het recordarHerdenken
Herinneren
Nog weten
Onthouden a vuestroJullie
Uw
Van jullie puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam; sufroIk doorsta
Ik draag
Ik lijd
Ik onderga
Ik ondervind
Ik sta uit
Ik veel
Ik verdraag conDoor
Met
Per
Samen met
élHem
Hij, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl deboIk behoor te
Ik ben schuldig
Ik ben verplicht om
te
Ik ben verschuldigd
Ik dien
Ik heb te danken
Ik hoor
Ik moet
Ik sta in de
schuld amarloBeminnen
Houden van
Liefhebben, por suHaar
Hun
Uw
Zijn modestiaBescheidenheid
Discretie
Zedigheid y suHaar
Hun
Uw
Zijn energíaArbeidsvermogen
Energie
Fut
Spirit
Veerkracht
Wilskracht.
ArrastraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sleurt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt voort
Sleep!
Sleur mee!
Trek voort!
Trek! miMi
Mijn ánimoAnimo
Bedoeling
Doel
Energie
Gedachte
Geest
Gemoed
Idee
Moed
Oogmerk
Wil
Ziel por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige, y loDe
Hem
Het
U veneroIk aanbid
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus cada díaDagelijks
Elke dag... ¡PeroDoch
Echter
Maar vosGe
Gij
Je
Jij, a quienDie
Wie la naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen y los
deberesHuiswerk
Plichten
Schulden
Verplichtingen de caballeroHeer
Heerschap
Meneer
Mijnheer
Ridder
Ruiter obliganZij/ze dringen op
Zij/ze dwingen
Zij/ze forceren
Zij/ze noodzaken
Zij/ze verplichten a protegerloBescherm het, y, sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch,
loDe
Hem
Het
U abandonáisJullie abandonneren
Jullie laten in de
steek
Jullie laten varen
Jullie stoppen ermee
Jullie verlaten; y soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn el infielOngelovige
Ontrouw
Ontrouwe, que se pasaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat heel ver
weg in ruimtelijke zin
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te ver
in figuurlijke zin
Men passeert
Slap wordt alNaar de
Naar het
enemigoTegengesteld
Tegengestelde
Vijand
Vijandelijk
Vijandelijke
Vijandig
Vijandige, y forjaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeedt
Smeden
Smederij
Smeed!
Smeedwerkplaats
Smidse cadenasBoeien
Ketenen
Ketens
Kettingen
Kluisters
Reeksen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! suHaar
Hun
Uw
Zijn patriaBakermat
Geboorteplek
Vaderland! VuestraJullie
Uw
Van jullie
conductaGedrag
Houding
Wandel meMe
Mij ofendeBeledig!
Grief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krenkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verongelijkt
Krenk!
Verongelijk! y meMe
Mij entristeceBedroef!
Beproef!
Grief!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedroeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smart
Smart!, y hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs heBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb de
violentarmeAanranden
Forceren
Geweld aandoen
Verkrachten paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank odiarosHaten.
RUDENZ.- ¿NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank deseoAmbiëren
Aspireren
Begeerte
Begeren
Begerigheid
Hunkeren
Ik ambieer
Ik aspireer
Ik begeer
Ik ding naar
Ik haak naar
Ik heb trek in
Ik hunker
Ik jaag na
Ik smacht
Ik smacht naar
Ik snak naar
Ik streef na
Ik streef naar
Ik verkies
Ik verlang
Ik wens
Lust
Najagen
Nastreven
Smachten
Verkiezen
Verlangen
Wens
Wensen
Zin
Zucht yoEgo
Ik el bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart de miMi
Mijn paísLand? En
pazPaz
Vrede, bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga naar beneden
Ik ga naar beneden
uitstappen
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware el cetroRijksstaf
Scepter poderosoAfdoend
Afdoende
Groot
Grote
Machtig
Machtige
Prachtig
Prachtige
Schatrijk
Schatrijke
Sterk
Sterke
Uitstekend
Uitstekende
Zeer rijk del AustriaOostenrijk...
BERTA.- ¿IntentáisJullie beproeven
Jullie hebben voor
Jullie passen
Jullie passen aan
Jullie pogen
Jullie proberen
Jullie proberen uit
Jullie stellen je voor
Jullie toetsen
Jullie trachten
Jullie zijn van plan
Jullie zijn voornemens hacerloDoen
Laten
Maken esclavoSlaaf? ¿ArrebatarAfnemen
Afpakken
Uitlichten
Uitnemen
Weghalen
Wegnemen a la
libertadBevrijd!
Help af!
Laat los!
Laat vrij!
Libertad
Maak vrij!
Verlos!
Vrijheid suHaar
Hun
Uw
Zijn últimoAchterste
Jongstleden
Laatste refugioAsiel
Berghut
Heenkomen
Ik breng in veiligheid
Ik neem op
Ik verleen onderdak aan
Schuilplaats
Toeverlaat
Toevlucht
Toevluchtsoord
Vrijplaats? MejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever comprendeBegrijp!
Besef!
Bevat!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begrijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beseft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omvat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstaat
Omvat!
Snap!
Vat!
Versta! suHaar
Hun
Uw
Zijn dichaBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
el puebloDorp
Geslacht
Ik bevolk
Plaats
Stam
Volk
Volksstam, y ningunaGeen enkel
Geen enkele aparienciaAanblik
Aanzien
Air
Schijn
Uiterlijk
Verschijning
Voorkomen
Vóórkomen engañosaBedrieglijk
Bedrieglijke
Misleidend
Misleidende perturbaAgiteer!
Belemmer!
Benauw!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze agiteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belemmert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benauwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hindert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ruit op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verontrust
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze windt op
Hinder!
Hits op!
Rui op!
Schud!
Stook op!
Stoor!
Verontrust!
Verstoor!
Wind op!
suHaar
Hun
Uw
Zijn seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker instintoAandrift
Instinct. LoDe
Hem
Het
U envolvéisJullie bakeren
Jullie bakeren in
Jullie brengen met je
mee
Jullie impliceren
Jullie pakken
Jullie pakken in
Jullie rollen op
Jullie sluiten in
Jullie strengelen
Jullie verpakken
Jullie wikkelen
Jullie winden
Jullie zwachtelen in en una redNet
Netwerk.
RUDENZ.- ¡Berta! ¿MeMe
Mij odiáisJullie haten, y meMe
Mij despreciáisJullie hebben een hekel
aan
Jullie minachten
Jullie verachten
Jullie versmaden?
BERTA.- MásGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus valdríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou kosten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou lonen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou waard zijn
Ik zou kosten
Ik zou lonen
Ik zou waard zijn que loDe
Hem
Het
U hicieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedreef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakte aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richtte uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uit
Ik bedreef
Ik bracht uit
Ik deed
Ik maakte
Ik maakte aan
Ik richtte uit
Ik voerde uit... PeroDoch
Echter
Maar verBekijken
Kijken
Zien despreciadoEen hekel gehad aan
Geminacht
Veracht
Versmaad
y dignoWaardig
Waardige de desprecioIk heb een hekel
aan
Ik minacht
Ik veracht
Ik versmaad
Minachting
Schamperheid
Verachting
Versmading, a quienDie
Wie se amaríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beminnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou houden van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou liefhebben
Ik zou beminnen
Ik zou houden van
Ik zou liefhebben
conDoor
Met
Per
Samen met la mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever voluntadLust
Wil
Wilskracht
Zin...
FRIEDRICH VON SCHILLERFriedrich von schiller
RUDENZ.- ¡Berta! ¡Berta! Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over mostrarmeLaten zien
Tentoonspreiden
Tonen
Uitwijzen
Vertonen
Wijzen
el más altoBoven-
Bovenste
Harder
Hoger pináculoPinakel
Toppunt de venturaToekomstig
Toekomstige
Ventura, meMe
Mij precipitáisJullie doen neerslaan en
seguidaAangebleven
Bewandeld
Bijgehouden
Doorgegaan
Gevolgd
Opgevolgd
Voortgevloeid
Voortgezet en el abismoAfgrond.
BERTA.- NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank; aúnNog
Nog altijd
Nog steeds noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
niet
Tegen wil en dank se hanZij/ze gedragen zich
Zij/ze krijgen het met
iemand aan de stok
Zij/ze meten zich met
iemand extinguidoGeblust
Gedoofd
Uitgeblust
Uitgedaan
Uitgedoofd
Uitgemaakt en
vuestroJullie
Uw
Van jullie pechoBoezem
Borst por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige los sentimientosGevoelens
Gewaarwordingen másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
noblesAdellijk
Adellijke
Edel
Edele
Edellieden
Nobel
Nobele. DuermenZij/ze brengen onder narcose
Zij/ze maffen
Zij/ze pitten
Zij/ze slapen
Zij/ze slapen uit y esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats menesterNodig despertarlosOpwekken
Wakker maken
Wakker worden
Wekken. HabéisJullie hebben
Jullie zijn
de contradecirosAanvechten
Bestrijden
Betwisten
In tegenspraak zijn met
Tegenspreken
Tegenwerpen con energíaEnergiek
Veerkrachtig
Wilskrachtig paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! ahogarNeerslaan
Onderdrukken
Smoren
Stikken
Verdrinken
Verkroppen
Verstikken en vuestraJullie
Uw
Van jullie
almaDrijvende kracht
Geest
Gemoed
Ziel suHaar
Hun
Uw
Zijn ingénita virtudBraafheid
Courage
Dapperheid
Deugd
Durf
Eerbaarheid
Kuisheid
Lef
Macht
Moed
Reinheid
Vermogen
Zuiverheid. Por fortunaGelukkig esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
que vosGe
Gij
Je
Jij, y a pesarAfwegen
Het gewicht bepalen
Smart
Wegen
Zwaar zijn vuestroJullie
Uw
Van jullie, soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu, y soisJullie gebeuren
Jullie hebben plaats
Jullie vinden plaats
Jullie zijn hidalgoEdelman
Hidalgo
Ridder.
RUDENZ.- ¿TenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast confianzaVertrouwen en míMe
Mij? ¡OhAllemachtig
O
Och
Tjonge Berta!
VuestroJullie
Uw
Van jullie amorAffectie
Liefde
Min esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats y será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop! míMe
Mij.
BERTA.- SedBen!
Dorst
Gebeur!
Heb plaats!
Vind plaats! lo queDat wat
Wat osJe
Jullie mandaBeveel!
Commandeer!
Gelast!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beveelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze commandeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sommeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verordent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert het bevel
Schrijf voor!
Sommeer!
Verorden!
Voer aan!
Voer het bevel! la próvida naturalezaAard
Geaardheid
Karakter
Natuur
Wezen.
OcupadBekleed!
Besla!
Betrek!
Bewaar!
Bewoon!
Bezet!
Houd bezig!
Neem in beslag!
Vervul! el lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel que osJe
Jullie señalaDuid aan!
Duid uit!
Geef aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt opmerkzaam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze signaleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt tentoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Laat zien!
Maak opmerkzaam!
Merk op!
Signaleer!
Spreid tentoon!
Toon!
Vertoon!
Wijs aan!
Wijs uit!
Wijs! entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen vuestrosJullie
Van jullie
compatriotasLandgenoten y vuestroJullie
Uw
Van jullie paísLand, y luchadKamp!
Strijd!
Worstel! en defensaAfweer
Bescherming
Defensie
Verdedigen
Verdediging
Verweer
Verweren de
susHaar
Hun
Uw
Zijn sagradosEerbiedwaardig
Eerbiedwaardige
Geheiligd
Geheiligde
Gewijd
Gewijde
Heilig
Heilige
Sacraal
Sacrale derechosAanspraken
Bevoegdheden
Claims
Pretenties
Recht
Rechte
Rechten
Rechter-
Rechts
Rechtse
Rechtvaardig
Rechtvaardige
Rechtvaardigheden
Vandehands
Vandehandse.
<-- Vorige/ Anterior | Uitgang/ Salida | Volgende/ Siguiente --> |