Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Desde la década de los años 60 del siglo XX se sabe que hay Polonio 210 en los cigarrillos

1e 0‑9A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e -a b c d e f g h i j k l m n ñ o p qr s t u v x y z

3e a b c d e f g hijkl m nop q r s t uvyz

4e a e i o

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ARPVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
arpasustantivo
Plural es: arpas
(sustantivo). Instrumento musical de cuerdas colocadas verticalmente que se tocan con los dedos de las dos manos.
FAM. Arpado, -a II, arpegio, arpista.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpa'
, el (f.)Este sustantivo es femenino pero se usa el artículo masculino para evitar una colisión de las a´s.  we  wn  w
harpzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Meervoud is: harpen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  we  w
Arpad"Arpad Elo":
Nombre (o por antonomasia)

Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Arpad'
  Elo
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Elo'
  w
Arpad Eloeigennaam (of antonomasie) en
natuurkundige, Hongarije (1903-1992).
  w
arpassustantivo plural de la palabra: arpa
(sustantivo). Instrumento musical de cuerdas colocadas verticalmente que se tocan con los dedos de las dos manos.
FAM. Arpado, -a II, arpegio, arpista.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpa'
, las  we  w
harpenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: harp
Lettergrepen: har·pen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harp').
, de  wn  w
arpegiosustantivo
Plural es: arpegios
(sustantivo). El arpegio es una manera de ejecutar los tonos de un acorde: en vez de tocarlos de manera simultánea, se hacen oír en sucesión rápida, generalmente del más grave al más agudo.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpegio'
, el  we  w
arpeggiozelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: ar·peg·gio
Meervoud is: arpeggio's

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
arpegiossustantivo plural de la palabra: arpegio
(sustantivo). El arpegio es una manera de ejecutar los tonos de un acorde: en vez de tocarlos de manera simultánea, se hacen oír en sucesión rápida, generalmente del más grave al más agudo.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpegio'
, los  we  w
arpeggio'sMeervoud van het zelfstandig naamwoord: arpeggio
Lettergrepen: ar·peg·gi·o's

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Arpeggio').
, de  wn  w
arpíasustantivo
Plural es: arpías

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpía'
, la  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Bruja
Harpía
1Bruja
Harpía
.
feekszelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Meervoud is: feeksen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
furiezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: fu·rie
Meervouden zijn: furies, furiën

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
haaibaaizelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: haai·baai
Meervoud is: haaibaaien

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
helleveegzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: hel·le·veeg
Meervoud is: hellevegen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
megerazelfstandig naamwoord zn
, de  w
tangzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Verkleinwoord is: tangetje [tan·ge·tje]], het
Meervoud is: tangen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
wijfzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Verkleinwoord is: Wijfje, het
Meervoud is: wijven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
xantippezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: xan·tip·pe
Meervoud is: xantippes

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
2.harpijzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: har·pij
Meervoud is: harpijen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
  _sustantivo
  wn  w
3.Zuid-Amerikaanse arendzelfstandig naamwoordsvorm zn
Lettergrepen: Zuid-Ame·ri·kaan·se arend
, de  w
arpíassustantivo plural de la palabra: arpía

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpía'
, las  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Brujas
Harpías
1.feeksenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: feeks
Lettergrepen: feek·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Feeks').
, de  wn  w
furiesMeervoud van het zelfstandig naamwoord: furie
Lettergrepen: fu·ries

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Furie').
, de  wn  w
furiënMeervoud van het zelfstandig naamwoord: furie
Lettergrepen: fu·ri·en

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Furie').
, de  wn  w
haaibaaienMeervoud van het zelfstandig naamwoord: haaibaai
Lettergrepen: haai·baai·en

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Haaibaai').
, de  wn  w
hellevegenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: helleveeg
Lettergrepen: hel·le·ve·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Helleveeg').
, de  wn  w
tangenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: tang
Lettergrepen: tan·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Tang').
, de  wn  w
wijvenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: wijf
Lettergrepen: wij·ven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijf').
, de  wn  w
xantippesMeervoud van het zelfstandig naamwoord: xantippe
Lettergrepen: xan·tip·pes

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Xantippe').
, de  wn  w
2.harpijenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: harpij
Lettergrepen: har·pij·en

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpij').
, de  wn  w
arpillerasustantivo
Plural es: arpilleras
(sustantivo, anglicismo). Tela fuerte de hilo o algodón crudos.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpillera'
, la  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Bocací
Dril
drilzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Meervoud is: drillen
Ruwe, stevige linnen of katoenen stof in verschillende gewichten, oorspronkelijk alleen in keperbinding, later ook in satijnbinding, waarbij aan het oppervlak vooral de schering is te zien; wordt gebruikt voor duurzame kleren en bekledingen.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
pilozelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: pi·lo
Ruwe, stevige linnen of katoenen stof in verschillende gewichten, oorspronkelijk alleen in keperbinding, later ook in satijnbinding, waarbij aan het oppervlak vooral de schering is te zien; wordt gebruikt voor duurzame kleren en bekledingen.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
arpillerassustantivo plural de la palabra: arpillera
(sustantivo, anglicismo). Tela fuerte de hilo o algodón crudos.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpillera'
, las  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Bocacíes
Bocacís
Driles
drillenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: dril
Lettergrepen: dril·len
Ruwe, stevige linnen of katoenen stof in verschillende gewichten, oorspronkelijk alleen in keperbinding, later ook in satijnbinding, waarbij aan het oppervlak vooral de schering is te zien; wordt gebruikt voor duurzame kleren en bekledingen.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
arpónsustantivo
Plural es: arpones
(sustantivo). Especie de lanza con una punta a modo de garfio para herir y con otras dos para hacer presa.
FAM. Arponear, arponero, -a.
OBS.1 Término relacionado etimológicamente con arpa.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpón'
, el  we  w
harpoenzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: har·poen
Verkleinwoord is: harpoentje [har·poen·tje]], het
Meervoud is: harpoenen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
arponatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arpone
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arpona!imperativo singular del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponad!
harpoeneer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponara
Arponase
Arponé
Arponó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponara
Arponase
Arponé
Arponó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponarais
Arponaseis
Arponasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponamos
Arponáramos
Arponásemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaran
Arponaron
Arponasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaras
Arponases
Arponaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponad!imperativo plural del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arpona!
harpoeneer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponadas
Arponado
Arponados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponada
Arponado
Arponados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponadoparticipio pasado del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponada
Arponadas
Arponados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponada
Arponadas
Arponado
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponéis
jullie harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponábamos
Arponáramos
Arponásemos
Arponemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponábamos
Arponáramos
Arponásemos
Arponemos
wij/we harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponen
zij/ze harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponandogerundio del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
harpoenerendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: har·poe·ne·rend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
ArponoArponé
ArponasArponaste
ArponaArponó
ArponamosArponamos
ArponáisArponasteis
ArponanArponaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
ArponaréíaArponaba
ArponarásíasArponabas
ArponaráíaArponaba
ArponaremosíamosArponábamos
ArponaréisíaisArponabais
ArponaráníanArponaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
ArponeArponara
ArponesArponaras
ArponeArponara
ArponemosArponáramos
ArponéisArponarais
ArponenArponaran
FuturoPréterito imperfecto se
ArponareArponase
ArponaresArponases
ArponareArponase
ArponáremosArponásemos
ArponareisArponaseis
ArponarenArponasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Arpona(tú)No arpones
Arpone(usted)No arpone
Arponemos(nosotros)No arponemos
Arponad(vosotros)No arponéis
Arponen(ustedes)No arponen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
ArponadoArponando
harpoenerenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: har·poe·ne·ren
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
harpoeneren - harpoeneerde - geharpoeneerd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
arponaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponase
Arponé
Arponó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponase
Arponé
Arponó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabais
Arponaseis
Arponasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponábamos
Arponamos
Arponásemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaban
Arponaron
Arponasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaren
zij/ze zullen harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabas
Arponases
Arponaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponares
jij/je zal harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponará
Arponaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponará
Arponaré
ik zal harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zal har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponare
ik zal harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zal har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaréis
jullie zullen harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponareis
jullie zullen harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponáremos
wij/we zullen harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaremos
wij/we zullen harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponarán
zij/ze zullen harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponarás
jij/je zal harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaríatercera persona singular condicional del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular condicional del verbo 'arponar'
  we  wn
ik zou harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zou har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
jullie zouden harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zou·den har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
wij/we zouden harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaríantercera persona plural condicional del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
zij/ze zouden harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponaríassegunda persona singular condicional del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn
jij/je zou harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaban
Arponaran
Arponasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arpones
jij/je harpoeneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponara
Arponé
Arponó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponara
Arponé
Arponó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabais
Arponarais
Arponasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponábamos
Arponamos
Arponáramos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaban
Arponaran
Arponaron
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabas
Arponaras
Arponaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabas
Arponaras
Arponases
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponabais
Arponarais
Arponaseis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arpona
Arpono
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arpona
Arpono
ik harpoeneereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponara
Arponase
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
¡arpone!imperativo singular del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponen!
harpoeneert u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponee
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponea!imperativo singular del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponead!
harpoeneer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeara
Arponease
Arponeé
Arponeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeara
Arponease
Arponeé
Arponeó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearais
Arponeaseis
Arponeasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeamos
Arponeáramos
Arponeásemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearan
Arponearon
Arponeasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearas
Arponeases
Arponeaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponead!imperativo plural del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponea!
harpoeneer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeadas
Arponeado
Arponeados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeada
Arponeado
Arponeados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeadoparticipio pasado del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeada
Arponeadas
Arponeados
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeada
Arponeadas
Arponeado
geharpoeneerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ge·har·poe·neerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeéis
jullie harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeábamos
Arponeáramos
Arponeásemos
Arponeemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeábamos
Arponeáramos
Arponeásemos
Arponeemos
wij/we harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeen
zij/ze harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeandogerundio del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
harpoenerendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: har·poe·ne·rend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
ArponeoArponeé
ArponeasArponeaste
ArponeaArponeó
ArponeamosArponeamos
ArponeáisArponeasteis
ArponeanArponearon
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
ArponearéíaArponeaba
ArponearásíasArponeabas
ArponearáíaArponeaba
ArponearemosíamosArponeábamos
ArponearéisíaisArponeabais
ArponearáníanArponeaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
ArponeeArponeara
ArponeesArponearas
ArponeeArponeara
ArponeemosArponeáramos
ArponeéisArponearais
ArponeenArponearan
FuturoPréterito imperfecto se
ArponeareArponease
ArponearesArponeases
ArponeareArponease
ArponeáremosArponeásemos
ArponeareisArponeaseis
ArponearenArponeasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Arponea(tú)No arponees
Arponee(usted)No arponee
Arponeemos(nosotros)No arponeemos
Arponead(vosotros)No arponeéis
Arponeen(ustedes)No arponeen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
ArponeadoArponeando
harpoenerenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: har·poe·ne·ren
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
harpoeneren - harpoeneerde - geharpoeneerd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
arponearatercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponease
Arponeé
Arponeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponease
Arponeé
Arponeó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearaissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabais
Arponeaseis
Arponeasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeábamos
Arponeamos
Arponeásemos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaban
Arponearon
Arponeasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearen
zij/ze zullen harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabas
Arponeases
Arponeaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeares
jij/je zal harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearetercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeará
Arponearé
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeará
Arponearé
ik zal harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zal har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearéprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeare
ik zal harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zal har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearéis
jullie zullen harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearéissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeareis
jullie zullen harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearemosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeáremos
wij/we zullen harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearemos
wij/we zullen harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearán
zij/ze zullen harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearessegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponearás
jij/je zal harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearíatercera persona singular condicional del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou harpoenerenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular condicional del verbo 'arponear'
  we  wn
ik zou harpoenereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik zou har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearíaissegunda persona plural condicional del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
jullie zouden harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie zou·den har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponearíamosprimera persona plural condicional del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
wij/we zouden harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearíantercera persona plural condicional del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
zij/ze zouden harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearíassegunda persona singular condicional del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn
jij/je zou harpoenerentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponearontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaban
Arponearan
Arponeasen
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponees
jij/je harpoeneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponeara
Arponeé
Arponeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponeara
Arponeé
Arponeó
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabais
Arponearais
Arponeasteis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeábamos
Arponeamos
Arponeáramos
wij/we harpoeneerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaban
Arponearan
Arponearon
zij/ze harpoeneerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabas
Arponearas
Arponeaste
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabas
Arponearas
Arponeases
jij/je harpoeneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponeasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeabais
Arponearais
Arponeaseis
jullie harpoeneerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·neer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponea
Arponeo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponea
Arponeo
ik harpoeneereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponeara
Arponease
ik harpoeneerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
¡arponee!imperativo singular del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponeen!
harpoeneert u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeáis
jullie harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeamos
wij/we harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponeemos!imperativo plural del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
laten we harpoenerengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: la·ten we har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponean
zij/ze harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponeen!imperativo plural del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arponee!
harpoeneert u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeas
jij/je harpoeneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponáis
jullie harpoenerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: jul·lie har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponamos
wij/we harpoenereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponemos!imperativo plural del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
laten we harpoenerengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: la·ten we har·poe·ne·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponan
zij/ze harpoenerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
¡arponen!imperativo plural del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Arpone!
harpoeneert u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'harpoeneren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponee
ik harpoeneereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponeótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponear'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponeaba
Arponeara
Arponease
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponessustantivo plural de la palabra: arpón
(sustantivo). Especie de lanza con una punta a modo de garfio para herir y con otras dos para hacer presa.
FAM. Arponear, arponero, -a.
OBS.1 Término relacionado etimológicamente con arpa.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arpón'
, los  we  wn  w
harpoenenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: harpoen
Lettergrepen: har·poe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoen').
, de  wn  w
arponessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponas
jij/je harpoeneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
arponoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arpone
ik harpoeneereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'
Lettergrepen: ik har·poe·neer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Harpoeneren').
  wn
arponótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'arponar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arponar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Arponaba
Arponara
Arponase
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze harpoeneerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'harpoeneren'

1e 0‑9A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e -a b c d e f g h i j k l m n ñ o p qr s t u v x y z

3e a b c d e f g hijkl m nop q r s t uvyz

4e a e i o

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ARPVolgende/ Siguiente -->

arriba