Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

e

h

i

jmn

o

p

r

s

u

vyz

3e

abc

d

eik

l

mno

pq

r

svx

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

DUPLEX ..... DUQUESNE

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	dúplexsustantivo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'dúplex' , el  we  wn  w		full-duplexzelfstandig naamwoord zn   w
	dúplexadjetivo singular adjetivo plural Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'dúplex'   we  wn  w		duplex-bijvoeglijk naamwoord bn
	duplicatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplique	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordt op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeltderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	¡duplica!imperativo singular del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Duplicad!	1.	antwoord op een repliek!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			dupliceer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'dupliceren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	verdubbel!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verdubbelen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué		ik antwoordde op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord·de op een re·pliek
	_tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué		ik dupliceerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicara Duplicase Duplicó Dupliqué		ik verdubbeldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicarais Duplicaseis Duplicasteis	1.	jullie antwoordden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woord·den op een re·pliek
			jullie dupliceerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ceer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbeldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·bel·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicamos Duplicáramos Duplicásemos	1.	wij/we antwoordden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			wij/we dupliceerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	wij/we verdubbeldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaran Duplicaron Duplicasen	1.	zij/ze antwoordden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze dupliceerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbeldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaras Duplicases Duplicaste	1.	jij/je antwoordde op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	¡duplicad!imperativo plural del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Duplica!	1.	antwoord op een repliek!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			dupliceer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'dupliceren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	verdubbel!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verdubbelen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicadas Duplicado Duplicados	1.	gedupliceerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ge·du·pli·ceerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			op een repliek geantwoordregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: op een re·pliek ge·ant·woord
		2.	verdubbeldregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ver·dub·beld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicada Duplicado Duplicados	1.	gedupliceerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ge·du·pli·ceerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			op een repliek geantwoordregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: op een re·pliek ge·ant·woord
		2.	verdubbeldregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ver·dub·beld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicadosustantivo Plural es: duplicados Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicado' , el  we  wn		duplicaatzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: du·pli·caat Meervoud is: duplicaten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , het  wn
	duplicadoparticipio pasado del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicada Duplicadas Duplicados	1.	gedupliceerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ge·du·pli·ceerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			op een repliek geantwoordregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: op een re·pliek ge·ant·woord
		2.	verdubbeldregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ver·dub·beld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicadossustantivo plural de la palabra: duplicado Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicado' , los  we		duplicatenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: duplicaat Lettergrepen: du·pli·ca·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Duplicaat'). , de  wn
	duplicadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicada Duplicadas Duplicado	1.	gedupliceerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ge·du·pli·ceerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			op een repliek geantwoordregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: op een re·pliek ge·ant·woord
		2.	verdubbeldregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ver·dub·beld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Dupliquéis	1.	jullie antwoorden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woor·den op een re·pliek
			jullie duplicerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbelentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos	1.	wij/we antwoordden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos		wij/we antwoorden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos		wij/we dupliceerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos		wij/we duplicereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos	2.	wij/we verdubbeldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicáramos Duplicásemos Dupliquemos		wij/we verdubbeleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Dupliquen	1.	zij/ze antwoorden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze duplicerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicandogerundio del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	duplicerendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: du·pli·ce·rend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			op een repliek antwoordendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: op een re·pliek ant·woor·dend
		2.	verdubbelendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ver·dub·be·lend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Duplico Dupliqué Duplicas Duplicaste Duplica Duplicó Duplicamos Duplicamos Duplicáis Duplicasteis Duplican Duplicaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Duplicar é ía Duplicaba Duplicar ás ías Duplicabas Duplicar á ía Duplicaba Duplicar emos íamos Duplicábamos Duplicar éis íais Duplicabais Duplicar án ían Duplicaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Duplique Duplicara Dupliques Duplicaras Duplique Duplicara Dupliquemos Duplicáramos Dupliquéis Duplicarais Dupliquen Duplicaran Futuro Préterito imperfecto se Duplicare Duplicase Duplicares Duplicases Duplicare Duplicase Duplicáremos Duplicásemos Duplicareis Duplicaseis Duplicaren Duplicasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Duplica (tú) No dupliques Duplique (usted) No duplique Dupliquemos (nosotros) No dupliquemos Duplicad (vosotros) No dupliquéis Dupliquen (ustedes) No dupliquen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Duplicado Duplicando	1.	duplicerenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: du·pli·ce·ren In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: dupliceren - dupliceerde - gedupliceerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			op een repliek antwoordenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: op een re·pliek ant·woor·den Verbuiging: op een repliek antwoorden - antwoordde op een repliek - op een repliek geantwoord
		2.	verdubbelenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·dub·be·len In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verdubbelen - verdubbelde - verdubbeld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	duplicaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué		ik antwoordde op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord·de op een re·pliek
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué		ik dupliceerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicase Duplicó Dupliqué		ik verdubbeldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicare	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal duplicerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal op een repliek antwoordenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdubbelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabais Duplicaseis Duplicasteis	1.	jullie antwoordden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woord·den op een re·pliek
			jullie dupliceerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ceer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbeldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·bel·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicamos Duplicásemos	1.	wij/we antwoordden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			wij/we dupliceerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	wij/we verdubbeldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaban Duplicaron Duplicasen	1.	zij/ze antwoordden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze dupliceerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbeldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaren	1.	zij/ze zullen duplicerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			zij/ze zullen op een repliek antwoordenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	zij/ze zullen verdubbelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabas Duplicases Duplicaste	1.	jij/je antwoordde op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicares	1.	jij/je zal duplicerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			jij/je zal op een repliek antwoordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	jij/je zal verdubbelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal duplicerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré		ik zal duplicereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik zal du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal op een repliek antwoordenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré		ik zal op een repliek antwoordeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik zal op een re·pliek ant·woor·den
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verdubbelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicará Duplicaré		ik zal verdubbeleneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik zal ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicare	1.	ik zal duplicereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik zal du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			ik zal op een repliek antwoordeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik zal op een re·pliek ant·woor·den
		2.	ik zal verdubbeleneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik zal ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaréis	1.	jullie zullen duplicerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie zul·len du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			jullie zullen op een repliek antwoordentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie zul·len op een re·pliek ant·woor·den
		2.	jullie zullen verdubbelentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicareis	1.	jullie zullen duplicerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie zul·len du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			jullie zullen op een repliek antwoordentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie zul·len op een re·pliek ant·woor·den
		2.	jullie zullen verdubbelentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicáremos	1.	wij/we zullen duplicereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			wij/we zullen op een repliek antwoordeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	wij/we zullen verdubbeleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaremos	1.	wij/we zullen duplicereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			wij/we zullen op een repliek antwoordeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	wij/we zullen verdubbeleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicarán	1.	zij/ze zullen duplicerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			zij/ze zullen op een repliek antwoordenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	zij/ze zullen verdubbelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicarás	1.	jij/je zal duplicerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			jij/je zal op een repliek antwoordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	jij/je zal verdubbelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaríatercera persona singular condicional del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou duplicerenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular condicional del verbo 'duplicar'   we		ik zou duplicereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik zou du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular condicional del verbo 'duplicar'   we		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou op een repliek antwoordenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona singular condicional del verbo 'duplicar'   we		ik zou op een repliek antwoordeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik zou op een re·pliek ant·woor·den
	_tercera persona singular condicional del verbo 'duplicar'   we	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verdubbelenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'duplicar'   we		ik zou verdubbeleneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik zou ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	jullie zouden duplicerentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie zou·den du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			jullie zouden op een repliek antwoordentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie zou·den op een re·pliek ant·woor·den
		2.	jullie zouden verdubbelentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie zou·den ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	wij/we zouden duplicereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			wij/we zouden op een repliek antwoordeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	wij/we zouden verdubbeleneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaríantercera persona plural condicional del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	zij/ze zouden duplicerenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			zij/ze zouden op een repliek antwoordenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	zij/ze zouden verdubbelenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicaríassegunda persona singular condicional del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we	1.	jij/je zou duplicerentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
			jij/je zou op een repliek antwoordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
		2.	jij/je zou verdubbelentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaban Duplicaran Duplicasen	1.	zij/ze antwoordden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze dupliceerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbeldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Dupliques	1.	jij/je antwoordt op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué		ik antwoordde op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord·de op een re·pliek
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué		ik dupliceerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicó Dupliqué		ik verdubbeldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabais Duplicarais Duplicasteis	1.	jullie antwoordden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woord·den op een re·pliek
			jullie dupliceerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ceer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbeldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·bel·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicábamos Duplicamos Duplicáramos	1.	wij/we antwoordden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			wij/we dupliceerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	wij/we verdubbeldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaban Duplicaran Duplicaron	1.	zij/ze antwoordden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze dupliceerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbeldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabas Duplicaras Duplicaste	1.	jij/je antwoordde op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabas Duplicaras Duplicases	1.	jij/je antwoordde op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duplicasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicabais Duplicarais Duplicaseis	1.	jullie antwoordden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woord·den op een re·pliek
			jullie dupliceerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ceer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbeldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·bel·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplique	1.	ik antwoord op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord op een re·pliek
			ik dupliceereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	ik verdubbeleerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	duplicótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicase	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordde op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	dupliqueprimera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplica Duplico	1.	ik antwoord op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord op een re·pliek
	_tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplica Duplico		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze antwoordt op een repliekderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dupliceertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
	_primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplica Duplico		ik dupliceereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
	_tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplica Duplico	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdubbeltderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	_primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplica Duplico		ik verdubbeleerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	dupliquéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicaba Duplicara Duplicase	1.	ik antwoordde op een repliekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: ik ant·woord·de op een re·pliek
			ik dupliceerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: ik du·pli·ceer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	ik verdubbeldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: ik ver·dub·bel·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	¡duplique!imperativo singular del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Dupliquen!	1.	antwoordt u op een repliek!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			dupliceert u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'dupliceren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	verdubbelt u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verdubbelen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	dupliquéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicáis	1.	jullie antwoorden op een repliektweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: jul·lie ant·woor·den op een re·pliek
			jullie duplicerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: jul·lie du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	jullie verdubbelentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: jul·lie ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	dupliquemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicamos	1.	wij/we antwoorden op een repliekeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			wij/we duplicereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	wij/we verdubbeleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	¡dupliquemos!imperativo plural del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'	1.	laten we duplicerengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'dupliceren' Lettergrepen: la·ten we du·pli·ce·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
			laten we op een repliek antwoordengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'op een repliek antwoorden' Lettergrepen: la·ten we op een re·pliek ant·woor·den
		2.	laten we verdubbelengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verdubbelen' Lettergrepen: la·ten we ver·dub·be·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	dupliquentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplican	1.	zij/ze antwoorden op een repliekderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			zij/ze duplicerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	zij/ze verdubbelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	¡dupliquen!imperativo plural del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Duplique!	1.	antwoordt u op een repliek!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			dupliceert u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'dupliceren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dupliceren').   wn
		2.	verdubbelt u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verdubbelen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verdubbelen').   wn
	dupliquessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'duplicar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duplicar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Duplicas	1.	jij/je antwoordt op een repliektweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op een repliek antwoorden'
			jij/je dupliceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dupliceren'
		2.	jij/je verdubbelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verdubbelen'
	duquesustantivo Plural es: duques (sustantivo). Título que designa a la nobleza más alta; es inmediatamente superior al de marqués e inferior al de príncipe. FAM. Duquesa; archiduque. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duque' , el  we  wn  w		hertogzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: her·tog Meervoud is: hertogen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	duquessustantivo plural de la palabra: duque (sustantivo). Título que designa a la nobleza más alta; es inmediatamente superior al de marqués e inferior al de príncipe. FAM. Duquesa; archiduque. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duque' , los  we  wn  w		hertogenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: hertog Lettergrepen: her·to·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Hertog'). , de  wn  w
	duquesasustantivo Plural es: duquesas (sustantivo). Mujer que posee el título ducal por herencia o matrimonio. FAM. Archiduquesa. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duquesa' , la  we  wn  w		hertoginzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: her·to·gin Meervoud is: hertoginnen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	duquesassustantivo plural de la palabra: duquesa (sustantivo). Mujer que posee el título ducal por herencia o matrimonio. FAM. Archiduquesa. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'duquesa' , las  we  wn  w		hertoginnenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: hertogin Lettergrepen: her·to·gin·nen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Hertogin'). , de  wn  w
	DuquesneNombre (o por antonomasia) (pronunciación local: /dukéin/), ciudad del SO del estado de Pensilvania (Estados Unidos), a orillas del río Monongahela, a 16 km al ESE de Pittsburgh.		Duquesneeigennaam (of antonomasie) en   w

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

e

h

i

jmn

o

p

r

s

u

vyz

3e

abc

d

eik

l

mno

pq

r

svx

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

DUPLEX ..... DUQUESNE

Volgende/ Siguiente -->

arriba