Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd: 16 Jan 2020 ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, ideal para senderistas

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a e i l o r t u y

3e ,ac e g i jk l m n r s txz

4e _ gl n r s

5e e

6e _ i m n s

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met FUESES Volgende/ Siguiente -->

Spaans/español Nederlands/holandés

fuesessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras
Estabas
Estuvieras
Estuvieses
Estuviste
Fueras
Fuiste 1Estar. jij/je wastweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijn'

  _segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras
Fuiste
Ibas
Te encaminabas
Te encaminaras
Te encaminases
Te encaminaste 2Encaminarse. jij/je begaf jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich begeven'

jij/je liep van stapeltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van stapel lopen'

jij/je lieptweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lopen'

jij/je verlieptweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verlopen'

  _segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras
Fueras
Fuiste 3. jij/je gebeurdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gebeuren'

4. jij/je had plaatstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'plaatshebben'

5. jij/je vond plaatstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'plaatsvinden'

  _segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras
Fueras en vehículo
Fueses en vehículo
Fuiste
Fuiste en vehículo
Ibas
Ibas en vehículo 6Ir en vehículo. jij/je gingtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan'

jij/je kardetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'karren'

jij/je reedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'rijden'

jij/je voertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'varen'

fueses"fueses a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras a
Fuiste a
Ibas a jij/je ging naartweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan naar'

fueses"fueses a buscar a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir a buscar a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
buscar
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'buscar'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras a buscar a
Fuiste a buscar a
Ibas a buscar a 1. jij/je bracht medetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'medebrengen'

jij/je bracht meetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'meebrengen'

jij/je nam meetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'meenemen'

jij/je vergaderdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vergaderen'

2. jij/je haalde aftweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afhalen'

jij/je haalde optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ophalen'

fueses"fueses a la deriva":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir a la deriva'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
la
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'
deriva
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'deriva'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Derivabas del rumbo
Derivaras del rumbo
Derivases del rumbo
Derivaste del rumbo
Fueras a la deriva
Fuiste a la deriva
Ibas a la deriva jij/je dreef aftweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afdrijven'

jij/je dreeftweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'drijven'

jij/je was op drifttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'op drift zijn'

fueses"fueses a ocupar":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir a ocupar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
ocupar
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ocupar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras a ocupar
Fuiste a ocupar
Ibas a ocupar jij/je nam jouw intrektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijn intrek nemen'

jij/je sloeg jouw tenten optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijn tenten opslaan'

jij/je trok intweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'intrekken'

fueses"fueses a través de":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir a través de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
través
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'través'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atravesabas
Atravesaras
Atravesases
Atravesaste
Fueras a través de
Fuiste a través de
Ibas a través de jij/je doortroktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doortrekken'

jij/je kwam doortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doorkomen'

jij/je maakte doortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doormaken'

jij/je trok doortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doortrekken'

fueses"fueses apto":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser apto'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
apto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'apto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras apto
Fueras apto
Fuiste apto
Servías
Serviste
Sirvieras
Sirvieses jij/je deugdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'deugen'

jij/je was geschikttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'geschikt zijn'

fueses"fueses arrojado":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser arrojado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
arrojado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arrojado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras arrojado
Eras arrojado a la playa
Fueras arrojado
Fueras arrojado a la playa
Fueses arrojado a la playa
Fuiste arrojado
Fuiste arrojado a la playa jij/je spoelde aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanspoelen'

fueses"fueses arrojado a la playa":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser arrojado a la playa'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
arrojado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'arrojado'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
la
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'
playa
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'playa'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras arrojado
Eras arrojado a la playa
Fueras arrojado
Fueras arrojado a la playa
Fueses arrojado
Fuiste arrojado
Fuiste arrojado a la playa 1Ser arrojado. jij/je spoelde aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanspoelen'

2. jij/je dreef aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aandrijven'

jij/je ging aan waltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aan wal gaan'

fueses"fueses conforme":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser conforme'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
conforme
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conforme'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras conforme
Eras conveniente
Eras decoroso
Fueras conforme
Fueras conveniente
Fueras decoroso
Fueses conveniente
Fueses decoroso
Fuiste conforme
Fuiste conveniente
Fuiste decoroso jij/je behoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'behoren'

jij/je betaamdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'betamen'

jij/je hoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'horen'

jij/je pastetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'passen'

jij/je voegdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voegen'

fueses"fueses consciente":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser consciente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
consciente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'consciente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras consciente
Fueras consciente
Fuiste consciente
Tenías conciencia de
Tuvieras conciencia de
Tuvieses conciencia de
Tuviste conciencia de jij/je beseftetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beseffen'

jij/je realiseerde jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich realiseren'

jij/je was je bewusttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich bewust zijn'

fueses"fueses conveniente":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser conveniente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
conveniente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conveniente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras conforme
Eras conveniente
Eras decoroso
Fueras conforme
Fueras conveniente
Fueras decoroso
Fueses conforme
Fueses decoroso
Fuiste conforme
Fuiste conveniente
Fuiste decoroso 1Compatible
Ser conforme. jij/je behoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'behoren'

jij/je hoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'horen'

2Convenir. jij/je betaamdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'betamen'

jij/je kwam gelegentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gelegen komen'

jij/je kwam uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitkomen'

jij/je pastetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'passen'

jij/je schiktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schikken'

jij/je voegdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voegen'

fueses"fueses conveniente para":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser conveniente para'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
conveniente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conveniente'
para
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'para'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras conveniente para
Fueras conveniente para
Fuiste conveniente para jij/je was geschikt voortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'geschikt zijn voor'

fueses"fueses culpable de":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser culpable de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
culpable
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'culpable'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras culpable de
Fueras culpable de
Fuiste culpable de jij/je was schuldig aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schuldig zijn aan'

fueses"fueses de":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras de
Fueras de
Fuiste de
Pertenecías
Pertenecías a
Pertenecieras
Pertenecieras a
Pertenecieses
Pertenecieses a
Perteneciste
Perteneciste a
Te comprendías en
Te comprendieras en
Te comprendieses en
Te comprendiste en 1Comprenderse en
Pertenecer
Pertenecer a. jij/je behoorde toetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toebehoren'

jij/je behoorde tottweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'behoren tot'

jij/je behoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'behoren'

2. jij/je kwam uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'komen uit'

fueses"fueses de compras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir de compras'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
compras   spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras de compras
Fuiste de compras
Ibas de compras jij/je ging winkelentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan winkelen'

fueses"fueses de copas":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir de copas'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
copas   spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras de copas
Fuiste de copas
Ibas de copas jij/je ging uit om iets te drinkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitgaan om iets te drinken'

fueses"fueses de juerga":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir de juerga'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
juerga
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'juerga'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras de juerga
Fuiste de juerga
Ibas de juerga
Te desbordabas
Te desbordaras
Te desbordases
Te desbordaste jij/je boemeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'boemelen'

jij/je brastetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'brassen'

jij/je slemptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'slempen'

jij/je spatte uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitspatten'

jij/je was aan de roltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aan de rol zijn'

jij/je zwijndetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zwijnen'

fueses"fueses de vacaciones":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir de vacaciones'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
vacaciones   spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras de vacaciones
Fuiste de vacaciones
Ibas de vacaciones jij/je ging met vakantietweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met vakantie gaan'

fueses"fueses decoroso":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser decoroso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
decoroso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'decoroso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras conforme
Eras conveniente
Eras decoroso
Fueras conforme
Fueras conveniente
Fueras decoroso
Fueses conforme
Fueses conveniente
Fuiste conforme
Fuiste conveniente
Fuiste decoroso jij/je behoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'behoren'

jij/je betaamdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'betamen'

jij/je hoordetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'horen'

jij/je pastetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'passen'

jij/je voegdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voegen'

fueses"fueses delante":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir delante'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
delante
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'delante'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras delante
Fuiste delante
Ibas delante
Precedías
Precedieras
Precedieses
Precediste
Te adelantabas
Te adelantaras
Te adelantases
Te adelantaste jij/je ging vooraftweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorafgaan'

jij/je was voortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voor zijn'

fueses"fueses diferente":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser diferente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
diferente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'diferente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Diferías
Diferiste
Difirieras
Difirieses
Eras diferente
Fueras diferente
Fuiste diferente jij/je liep uiteentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uiteenlopen'

jij/je scheeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schelen'

jij/je verschildetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verschillen'

fueses"fueses eficaz":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser eficaz'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
eficaz
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'eficaz'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras eficaz
Fueras eficaz
Fuiste eficaz
Producías efecto
Produjeras efecto
Produjeses efecto
Produjiste efecto jij/je had uitwerkingtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitwerking hebben'

jij/je sorteerde effecttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'effect sorteren'

jij/je werkte uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitwerken'

jij/je werktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'werken'

fueses"fueses en autostop":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir en autostop'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
autostop
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'autostop'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras en autostop
Fuiste en autostop
Ibas en autostop jij/je kreeg een lifttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een lift krijgen'

jij/je lifttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liften'

fueses"fueses en vehículo":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir en vehículo'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
vehículo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vehículo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras
Fueras en vehículo
Fueses
Fuiste
Fuiste en vehículo
Ibas
Ibas en vehículo jij/je gingtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan'

jij/je kardetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'karren'

jij/je reedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'rijden'

jij/je voertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'varen'

fueses"fueses espectador":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser espectador'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
espectador
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'espectador'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras espectador
Fueras espectador
Fuiste espectador jij/je schouwde toetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toeschouwen'

jij/je was toeschouwertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toeschouwer zijn'

fueses"fueses indulgente":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser indulgente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
indulgente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'indulgente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras indulgente
Fueras indulgente
Fuiste indulgente
Te dignabas
Te dignaras
Te dignases
Te dignaste jij/je liet je vermurwentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich laten vermurwen'

jij/je ontzagtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzien'

jij/je spaardetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'sparen'

jij/je was toegeeflijk voortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toegeeflijk zijn voor'

fueses"fueses más allá":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir más allá'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
más
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'más'
allá
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'allá'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Fueras más allá
Fuiste más allá
Ibas más allá jij/je ging verdertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verder gaan'

fueses"fueses partidario de":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser partidario de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
partidario
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'partidario'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras partidario de
Fueras partidario de
Fuiste partidario de jij/je hing aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanhangen'

fueses"fueses por":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ir por'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Buscabas
Buscaras
Buscases
Buscaste
Cogías
Cogieras
Cogieses
Cogiste
Fueras por
Fuiste por
Ibas por jij/je ging halentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan halen'

jij/je haaldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'halen'

fueses"fueses presuntuoso":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser presuntuoso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
presuntuoso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'presuntuoso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras presuntuoso
Fueras presuntuoso
Fuiste presuntuoso
Te dabas tono
Te dieras tono
Te dieses tono
Te diste tono
Te ponías
Te pusieras
Te pusieses
Te pusiste jij/je stelde je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich aanstellen'

fueses"fueses responsable":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser responsable'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
responsable
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'responsable'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Eras responsable
Fueras responsable
Fuiste responsable
Respondías
Respondieras
Respondieses
Respondiste jij/je was aansprakelijktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansprakelijk zijn'

jij/je was verantwoordelijktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verantwoordelijk zijn'

fueses"fueses suficiente":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser suficiente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
suficiente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suficiente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Bastabas
Bastaras
Bastases
Bastaste
Eras suficiente
Fueras suficiente
Fuiste suficiente jij/je reikte toetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toereiken'

jij/je voldeedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voldoen'

jij/je volstondtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'volstaan'

jij/je was toereikendtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toereikend zijn'

jij/je was voldoendetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voldoende zijn'

fueses"fueses útil":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ser útil'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ser'
útil
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'útil'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprovechabas
Aprovecharas
Aprovechases
Aprovechaste
Eras útil
Fueras útil
Fuiste útil
Servías
Serviste
Sirvieras
Sirvieses jij/je baattetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'baten'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a e i l o r t u y

3e ,ac e g i jk l m n r s txz

4e _ gl n r s

5e e

6e _ i m n s

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met FUESES Volgende/ Siguiente -->