Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

be

hi

o

u

w

3e

ab

cd

e

g

i

jlm

n

p

r

s

tv

z

4e

a

o

u

5e

b

d

imno

r

s

6e

-

e

iors

7e

_a

_c

_f

a

ai

am

an

as

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

JUGAR ..... JUGARASz

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	jugarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Tocar  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Juego Jugué Juegas Jugaste Juega Jugó Jugamos Jugamos Jugáis Jugasteis Juegan Jugaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Jugar é ía Jugaba Jugar ás ías Jugabas Jugar á ía Jugaba Jugar emos íamos Jugábamos Jugar éis íais Jugabais Jugar án ían Jugaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Juegue Jugara Juegues Jugaras Juegue Jugara Juguemos Jugáramos Juguéis Jugarais Jueguen Jugaran Futuro Préterito imperfecto se Jugare Jugase Jugares Jugases Jugare Jugase Jugáremos Jugásemos Jugareis Jugaseis Jugaren Jugasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Juega (tú) No juegues Juegue (usted) No juegue Juguemos (nosotros) No juguemos Jugad (vosotros) No juguéis Jueguen (ustedes) No jueguen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Jugado Jugando		spelenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: spe·len In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: spelen - speelde - gespeeld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  we  w
			uitvoerenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: uit·voe·ren In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: uitvoeren - voerde uit - uitgevoerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			voorspelenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: voor·spe·len In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: voorspelen - speelde voor - voorgespeeld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar a las damas": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'dama'		dammenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: dam·men In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: dammen - damde - gedamd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar al ajedrez": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'		schaak spelenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: schaak spe·len Verbuiging: schaak spelen - speelde schaak - schaak gespeeld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaak').
			schakenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: scha·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: schaken - schaakte - geschaakt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar al billar": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   wn		biljartenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: bil·jar·ten In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: biljarten - biljartte - gebiljart Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar al escondite": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantar el cuclillo	1Cantar el cuclillo.	koekoek roepenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: koe·koek roe·pen Verbuiging: koekoek roepen - riep koekoek - koekoek geroepen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Koekoek').
		2.	verstoppertje spelenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: ver·stop·per·tje spe·len Verbuiging: verstoppertje spelen - speelde verstoppertje - verstoppertje gespeeld Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verstoppertje').
	jugar"jugar al tenis": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'		tennissenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ten·nis·sen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: tennissen - tenniste - getennist Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar cartas": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'carta'		kaartenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: kaar·ten In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: kaarten - kaartte - gekaart Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugar"jugar fútbol": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'		voetballenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: voet·bal·len In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: voetballen - voetbalde - gevoetbald Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
	jugaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		ik speelde vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen' Lettergrepen: ik speel·de voor Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorspelen').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speeldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		ik speeldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen' Lettergrepen: ik speel·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spelen').   wn  we
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voerde uitderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba Jugase Jugó Jugué Tocaba Tocara Tocase Tocó Toqué		ik voerde uiteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren' Lettergrepen: ik voer·de uit Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitvoeren').   wn
	jugarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugare Tocará Tocare		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal spelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitvoerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorspelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
	jugara"jugara a las damas": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba a las damas Jugase a las damas Jugó a las damas Jugué a las damas		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze damdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	_"jugara a las damas": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba a las damas Jugase a las damas Jugó a las damas Jugué a las damas		ik damdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen' Lettergrepen: ik dam·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dammen').   wn
	jugará"jugará a las damas": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare a las damas		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dammenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugara"jugara al ajedrez": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al ajedrez Jugase al ajedrez Jugó al ajedrez Jugué al ajedrez		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schaaktederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken'
	_"jugara al ajedrez": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al ajedrez Jugase al ajedrez Jugó al ajedrez Jugué al ajedrez		ik schaakteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken' Lettergrepen: ik schaak·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaken').   wn
	_"jugara al ajedrez": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al ajedrez Jugase al ajedrez Jugó al ajedrez Jugué al ajedrez		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde schaakderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
	_"jugara al ajedrez": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al ajedrez Jugase al ajedrez Jugó al ajedrez Jugué al ajedrez		ik speelde schaakeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen' Lettergrepen: ik speel·de schaak Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaak').
	jugará"jugará al ajedrez": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare al ajedrez		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schaak spelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schakenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaken'
	jugara"jugara al billar": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al billar Jugase al billar Jugó al billar Jugué al billar		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze biljarttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	_"jugara al billar": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al billar Jugase al billar Jugó al billar Jugué al billar		ik biljartteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten' Lettergrepen: ik bil·jart·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Biljarten').   wn
	jugará"jugará al billar": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare al billar		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal biljartenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugara"jugara al escondite": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantaba el cuclillo Cantara el cuclillo Cantase el cuclillo Canté el cuclillo Cantó el cuclillo Jugaba al escondite Jugase al escondite Jugó al escondite Jugué al escondite	1Cantar el cuclillo.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze riep koekoekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
	_"jugara al escondite": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantaba el cuclillo Cantara el cuclillo Cantase el cuclillo Canté el cuclillo Cantó el cuclillo Jugaba al escondite Jugase al escondite Jugó al escondite Jugué al escondite		ik riep koekoekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen' Lettergrepen: ik riep koe·koek Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Koekoek').
	_"jugara al escondite": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al escondite Jugase al escondite Jugó al escondite Jugué al escondite	2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde verstoppertjederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	_"jugara al escondite": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al escondite Jugase al escondite Jugó al escondite Jugué al escondite		ik speelde verstoppertjeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen' Lettergrepen: ik speel·de ver·stop·per·tje Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verstoppertje').
	jugará"jugará al escondite": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantará el cuclillo Cantare el cuclillo Jugare al escondite	1Cantar el cuclillo.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal koekoek roependerde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verstoppertje spelenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugara"jugara al tenis": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al tenis Jugase al tenis Jugó al tenis Jugué al tenis		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tennistederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	_"jugara al tenis": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba al tenis Jugase al tenis Jugó al tenis Jugué al tenis		ik tennisteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen' Lettergrepen: ik ten·nis·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Tennissen').   wn
	jugará"jugará al tenis": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare al tenis		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal tennissenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugara"jugara cartas": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba cartas Jugase cartas Jugó cartas Jugué cartas		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaarttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	_"jugara cartas": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba cartas Jugase cartas Jugó cartas Jugué cartas		ik kaartteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten' Lettergrepen: ik kaart·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kaarten').   wn
	jugará"jugará cartas": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare cartas		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kaartenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugara"jugara fútbol": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba fútbol Jugase fútbol Jugó fútbol Jugué fútbol		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voetbaldederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	_"jugara fútbol": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaba fútbol Jugase fútbol Jugó fútbol Jugué fútbol		ik voetbaldeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen' Lettergrepen: ik voet·bal·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voetballen').   wn
	jugará"jugará fútbol": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugare fútbol		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voetballenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	jugaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais Jugaseis Jugasteis Tocabais Tocarais Tocaseis Tocasteis		jullie speelden voortweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen' Lettergrepen: jul·lie speel·den voor Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorspelen').   wn
			jullie speeldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen' Lettergrepen: jul·lie speel·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spelen').   wn  we
			jullie voerden uittweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren' Lettergrepen: jul·lie voer·den uit Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitvoeren').   wn
	jugarais"jugarais a las damas": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais a las damas Jugaseis a las damas Jugasteis a las damas		jullie damdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen' Lettergrepen: jul·lie dam·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dammen').   wn
	jugarais"jugarais al ajedrez": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais al ajedrez Jugaseis al ajedrez Jugasteis al ajedrez		jullie schaaktentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken' Lettergrepen: jul·lie schaak·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaken').   wn
			jullie speelden schaaktweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen' Lettergrepen: jul·lie speel·den schaak Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaak').
	jugarais"jugarais al billar": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais al billar Jugaseis al billar Jugasteis al billar		jullie biljarttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten' Lettergrepen: jul·lie bil·jart·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Biljarten').   wn
	jugarais"jugarais al escondite": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantabais el cuclillo Cantarais el cuclillo Cantaseis el cuclillo Cantasteis el cuclillo Jugabais al escondite Jugaseis al escondite Jugasteis al escondite	1Cantar el cuclillo.	jullie riepen koekoektweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen' Lettergrepen: jul·lie rie·pen koe·koek Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Koekoek').
		2.	jullie speelden verstoppertjetweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen' Lettergrepen: jul·lie speel·den ver·stop·per·tje Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verstoppertje').
	jugarais"jugarais al tenis": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais al tenis Jugaseis al tenis Jugasteis al tenis		jullie tennistentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen' Lettergrepen: jul·lie ten·nis·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Tennissen').   wn
	jugarais"jugarais cartas": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais cartas Jugaseis cartas Jugasteis cartas		jullie kaarttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten' Lettergrepen: jul·lie kaart·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kaarten').   wn
	jugarais"jugarais fútbol": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabais fútbol Jugaseis fútbol Jugasteis fútbol		jullie voetbaldentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen' Lettergrepen: jul·lie voet·bal·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voetballen').   wn
	jugáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos Jugamos Jugásemos Tocábamos Tocamos Tocáramos Tocásemos		wij/we speelden vooreerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
			wij/we speeldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			wij/we voerden uiteerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
	jugáramos"jugáramos a las damas": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos a las damas Jugamos a las damas Jugásemos a las damas		wij/we damdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugáramos"jugáramos al ajedrez": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos al ajedrez Jugamos al ajedrez Jugásemos al ajedrez		wij/we schaakteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken'
			wij/we speelden schaakeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
	jugáramos"jugáramos al billar": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos al billar Jugamos al billar Jugásemos al billar		wij/we biljartteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugáramos"jugáramos al escondite": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantábamos el cuclillo Cantamos el cuclillo Cantáramos el cuclillo Cantásemos el cuclillo Jugábamos al escondite Jugamos al escondite Jugásemos al escondite	1Cantar el cuclillo.	wij/we riepen koekoekeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	wij/we speelden verstoppertjeeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugáramos"jugáramos al tenis": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos al tenis Jugamos al tenis Jugásemos al tenis		wij/we tennisteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugáramos"jugáramos cartas": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos cartas Jugamos cartas Jugásemos cartas		wij/we kaartteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugáramos"jugáramos fútbol": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugábamos fútbol Jugamos fútbol Jugásemos fútbol		wij/we voetbaldeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	jugarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban Jugaron Jugasen Tocaban Tocaran Tocaron Tocasen		zij/ze speelden voorderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
			zij/ze speeldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			zij/ze voerden uitderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
	jugarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren Tocarán Tocaren		zij/ze zullen spelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			zij/ze zullen uitvoerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
			zij/ze zullen voorspelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
	jugaran"jugaran a las damas": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban a las damas Jugaron a las damas Jugasen a las damas		zij/ze damdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugarán"jugarán a las damas": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren a las damas		zij/ze zullen dammenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugaran"jugaran al ajedrez": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban al ajedrez Jugaron al ajedrez Jugasen al ajedrez		zij/ze schaaktenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken'
			zij/ze speelden schaakderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
	jugarán"jugarán al ajedrez": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren al ajedrez		zij/ze zullen schaak spelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
			zij/ze zullen schakenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaken'
	jugaran"jugaran al billar": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban al billar Jugaron al billar Jugasen al billar		zij/ze biljarttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugarán"jugarán al billar": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren al billar		zij/ze zullen biljartenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugaran"jugaran al escondite": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantaban el cuclillo Cantaran el cuclillo Cantaron el cuclillo Cantasen el cuclillo Jugaban al escondite Jugaron al escondite Jugasen al escondite	1Cantar el cuclillo.	zij/ze riepen koekoekderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	zij/ze speelden verstoppertjederde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugarán"jugarán al escondite": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantarán el cuclillo Cantaren el cuclillo Jugaren al escondite	1Cantar el cuclillo.	zij/ze zullen koekoek roependerde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	zij/ze zullen verstoppertje spelenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugaran"jugaran al tenis": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban al tenis Jugaron al tenis Jugasen al tenis		zij/ze tennistenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugarán"jugarán al tenis": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren al tenis		zij/ze zullen tennissenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugaran"jugaran cartas": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban cartas Jugaron cartas Jugasen cartas		zij/ze kaarttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugarán"jugarán cartas": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren cartas		zij/ze zullen kaartenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugaran"jugaran fútbol": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaban fútbol Jugaron fútbol Jugasen fútbol		zij/ze voetbaldenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	jugarán"jugarán fútbol": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugaren fútbol		zij/ze zullen voetballenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	jugarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas Jugases Jugaste Tocabas Tocaras Tocases Tocaste		jij/je speelde voortweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
			jij/je speeldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			jij/je voerde uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
	jugarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Jugares Tocarás Tocares		jij/je zal spelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'spelen'
			jij/je zal uitvoerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
			jij/je zal voorspelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorspelen'
	jugaras"jugaras a las damas": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas a las damas Jugases a las damas Jugaste a las damas		jij/je damdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugarás"jugarás a las damas": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar a las damas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   damas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares a las damas		jij/je zal dammentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dammen'
	jugaras"jugaras al ajedrez": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas al ajedrez Jugases al ajedrez Jugaste al ajedrez		jij/je schaaktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaken'
			jij/je speelde schaaktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
	jugarás"jugarás al ajedrez": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al ajedrez' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   ajedrez Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ajedrez'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares al ajedrez		jij/je zal schaak spelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaak spelen'
			jij/je zal schakentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schaken'
	jugaras"jugaras al billar": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas al billar Jugases al billar Jugaste al billar		jij/je biljarttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugarás"jugarás al billar": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al billar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   billar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'billar'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares al billar		jij/je zal biljartentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'biljarten'
	jugaras"jugaras al escondite": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantabas el cuclillo Cantaras el cuclillo Cantases el cuclillo Cantaste el cuclillo Jugabas al escondite Jugases al escondite Jugaste al escondite	1Cantar el cuclillo.	jij/je riep koekoektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	jij/je speelde verstoppertjetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugarás"jugarás al escondite": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al escondite' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   escondite Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escondite'   spalabras relacionadas: --------------------- Cantarás el cuclillo Cantares el cuclillo Jugares al escondite	1Cantar el cuclillo.	jij/je zal koekoek roepentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'koekoek roepen'
		2.	jij/je zal verstoppertje spelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppertje spelen'
	jugaras"jugaras al tenis": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas al tenis Jugases al tenis Jugaste al tenis		jij/je tennistetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugarás"jugarás al tenis": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar al tenis' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   al Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'al'   tenis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenis'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares al tenis		jij/je zal tennissentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tennissen'
	jugaras"jugaras cartas": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas cartas Jugases cartas Jugaste cartas		jij/je kaarttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugarás"jugarás cartas": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar cartas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   cartas   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares cartas		jij/je zal kaartentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kaarten'
	jugaras"jugaras fútbol": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugabas fútbol Jugases fútbol Jugaste fútbol		jij/je voetbaldetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voetballen'
	jugarás"jugarás fútbol": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'jugar fútbol' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jugar'   fútbol Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fútbol'   spalabras relacionadas: --------------------- Jugares fútbol		jij/je zal voetballentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voetballen'

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

be

hi

o

u

w

3e

ab

cd

e

g

i

jlm

n

p

r

s

tv

z

4e

a

o

u

5e

b

d

imno

r

s

6e

-

e

iors

7e

_a

_c

_f

a

ai

am

an

as

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

JUGAR ..... JUGARASz

Volgende/ Siguiente -->

arriba