TacoBiljartkeu
Blok
Houtblok
Keu
Plug
Scheldwoord
Taco
Vloek

SegúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
diversasMenigvuldig
Menigvuldige
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende
opinionesDunks
Meningen
Opinies
Visies
Zienswijzen
, los burritosDe burrito's sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
un inventoEen uitdenken
Een uitkienen
Een uitvinden
Een uitvinding
Een verzinnen
de los mexicanosDe mexicanen que vivenZij/ze beleven
Zij/ze leven
Zij/ze wonen
en Estados UnidosVerenigde staten. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se trataHet betreft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze omgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt behandeld
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehanteerd
, por tantoDaarom
Derhalve
, de un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs
tradicionalTraditioneel
Traditionele
de la cocinaDe keuken
De kookgelegenheid
De oven
Het fornuis
mexicanaMexicaans
Mexicaanse
. Los burritosDe burrito's se elaboranMen vervaardigt a partir deVanaf una tortillaEen gevulde omelet
Een omelet
Een spaanse omelet
Een struif
Een tortilla
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
de harina de trigoTarwemeel (y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
de maízMaïs que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la queDat
Die
Wie
Zij die
el mexicanoDe mexicaan está acostumbrado aBen gewend aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend aan
comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten
). EstaDeze
Dit
tortillaGevulde omelet
Omelet
Spaanse omelet
Struif
Tortilla
sueleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is gewoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pleegt
Pleegt
medirAfmeten
Meten
Opmeten
Opnemen
Uitmeten
de 2525
Vijfentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
a 3030
Dertig
cmCentimeter
Cm
Cm.
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
la tradicionalTraditioneel
Traditionele
de MéxicoMexico
Mexico-stad
mide(Het) meet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt op
Meet af!
Meet op!
Meet uit!
Meet!
Neem op!
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1717
Zeventien
cmCentimeter
Cm
Cm.
. en promedioGemiddelde.
ConDoor
Met
Per
Samen met
dichaBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
tortillaGevulde omelet
Omelet
Spaanse omelet
Struif
Tortilla
se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
un tipoEen drukletter
Een type
de envolturaOmhulsel conDoor
Met
Per
Samen met
lo queDat wat
Wat
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
, el cualDat
De welke
Die
Hij die
Wat
se componeIs samengesteld masDoch
Echter
Maar
Plus
o menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
de loDe
Hem
Het
U
siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende
: carne de resRundvlees molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
y frijolesBonen
Witte bonen
, aunqueAlhoewel
Hoewel
Ofschoon
Ook al
últimamenteDe laatste tijd
Onlangs
los hanHan
Hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze zijn
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
masDoch
Echter
Maar
Plus
sofisticadosGeraffineerd
Geraffineerde
Verfijnd
Verfijnde
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
lesHen
Hun
U
agregan(Zij) voegen toe
Zij/ze voegen toe
queso blancoWitte kaas ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
, lechugaGroene salade
Krop sla
Kropsla
Latuw
Sla
cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
muy finaHeel fijn y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de jitomateTomaat tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
finitoEindig
Eindige
Heel fijn
.
La preparaciónDe bereiding
De bereidingswijze
Het aanmaken
Het bereiden
Het klaarmaken
Het opleiden
Het toebereiden
Het voorbereiden
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende
:
La carneHet vlees molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
se cocinaMen kookt conDoor
Met
Per
Samen met
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
, cebollaAjuin
Bloembol
Ui
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
de pimientaPeper, una pizcaEen kleine beetje
Een snufje
de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm
y mejoranaEchte marjolein
Majoraan
Marjolein
Spaanse marjolein
Wilde marjolein
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
teJe
Jou
gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin!
el picanteGekruid
Gekruide
Gepeperd
Gepeperde
Heet
Hete
Pikant
Pikante
Pittig
Pittige
Prikkelend
Prikkelende
Scherp
Scherpe
leHaar
Hem
Het
U
agregasJij/je voegt toe chiles jalapeñosJalapeñopepers o serranosSchriftbaarzen
Uit de bergen
para queOpdat
Zodat
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
masDoch
Echter
Maar
Plus
sabrosaLekker
Lekkere
Smakelijk
Smakelijke
Smeuïg
, todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
esoDat
Die
Zulks
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
en una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan
y se cocinaMen kookt hasta queTot
Totdat
la carneHet vlees se doreBruin wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bruin
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden
a cocerBakken
Koken
frijolesBonen
Witte bonen
pintos o bayos, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u!
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
cocidosEenpansgerechten
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Stamppotten
se lesHen
Hun
U
agregaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Voeg toe
Voeg toe!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, y que hiervan(Zij) koken
Borrelt u!
Is u op het
 kookpunt!
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!
Zij/ze borrelen
Zij/ze koken
Zij/ze sudderen
Zij/ze zieden
Zij/ze zijn op het
 kookpunt
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
masDoch
Echter
Maar
Plus
hasta queTot
Totdat
estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u!
completamenteCompleet
Geheel
Heel
Helemaal
Ten volle
Totaal
Totaliter
Volkomen
Voluit
Volledig
cocinadosBereid
Gekookt
Gekookte
, o seaDat wil zeggen
Dus
Namelijk
Oftewel
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
se sientanMen proeft
Zij/ze gaan zitten
Zij/ze nemen plaats
Zij/ze voelen zich
Zij/ze zetten
Zij/ze zetten zich
blanditos. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
en otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
cacerolaBraadpan
Degenkrab
Kasserol
Kastrol
Pan
Sauspan
Steelpan
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
de preferenciaBij voorkeur que sea deBehoort u toe!
Behoort u tot!
Behoort u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Ik behoor
Ik behoor toe
Ik behoor tot
Ik kom uit
Komt u uit!
maízMaïs, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
olorAroma
Boeket
Geur
Lucht
Luchtje
Reuk
, el aceiteDe olie
De olijfolie
hay queMen moet dejarloHen laten
Laten
que se calienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sepa aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt naar
Ik smaak naar
Smaakt u naar!
crudoAardolie
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
, una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
el aceiteDe olie
De olijfolie
, viertesJij/je giet
Jij/je giet in
Jij/je plengt
Jij/je schenkt
Jij/je schenkt in
Jij/je stort
Jij/je strooit
Jij/je vergiet
los frijolesDe bonen
De witte bonen
sobre élEr bovenop, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
conDoor
Met
Per
Samen met
un aplanador los aplastasJij verplettert
Jij/je rolt uit (van
 deeg)
hasta queTot
Totdat
se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
una especieEen aangelegenheid
Een soort
de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje
, o seaDat wil zeggen
Dus
Namelijk
Oftewel
frijolesBonen
Witte bonen
fritosGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
.
LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
fabricasJij/je fabriceert
Jij/je maakt
Jij/je maakt aan
Jij/je vervaardigt
las tortillasDe gevulde omeletten
De omeletten
De struiven
De tortilla's
, las cualesDe welken
Wie
Zij die
ponesJij plaatst
Jij/je brengt op
Jij/je brengt op gang
Jij/je doet
Jij/je doet aan
Jij/je krijgt aan de
 praat
Jij/je legt
Jij/je legt neer
Jij/je legt op
Jij/je plaatst
Jij/je schakelt in
Jij/je steekt
Jij/je stelt
Jij/je stopt
Jij/je trekt aan
Jij/je vlijt
Jij/je zet
Jij/je zet aan
Jij/je zet neer
harina blancaCon una tasa de extracción de 60-70. Es la harina refinada de uso común. Sólo se ha molido la almendra harinosa, exenta de germen y de cubiertas., una cucharitaEen lepeltje
Een theelepel
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
, una poquitaBeetje de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
la cualDat
Die
Wat
Welke
Zij die
debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
elásticaElastisch
Elastische
Rekbaar
Rekbare
Soepel
Soepele
Veerkrachtig
Veerkrachtige
, sobre unaOp een tablaBord
Deel
Lijst
Plank
Tabel
Tablet
Tafel
espolvoreasJij bestrooit
Jij/je bepoedert
Jij/je bestrooit
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de harinaBloem
Meel
y se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
una bolitaEen bolletje de dichaBetrokken
Bewust
Bewuste
Desbetreffend
Desbetreffende
Gesproken
Gezegd
In kwestie
Opgegeven
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
la cualDat
Die
Wat
Welke
Zij die
extiendesJij/je breidt uit
Jij/je geeft af
Jij/je houdt op
Jij/je maakt wijder
Jij/je ontvouwt
Jij/je rekt
Jij/je smeert uit
Jij/je spreidt
Jij/je spreidt uit
Jij/je steekt uit
Jij/je strekt
Jij/je strekt uit
Jij/je verbreidt
Jij/je vergroot
Jij/je verspreidt
conDoor
Met
Per
Samen met
un rodilloEen roller hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
que debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
de quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
 raken
Passen
Staan
Worden
Zijn
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
2mm. de gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid
y unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
3030
Dertig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
formadaAangegaan
Geformeerd
Geparadeerd
Gepraald
Geprijkt
Gepronkt
Gevormd
la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
a cocerBakken
Koken
en un comal o planchaBord
Bout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt glad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt op
Pers op!
Pers!
Plaat
Plak
Plank
Strijk glad!
Strijk op!
Strijk!
Strijkbout
Strijkijzer
Tablet
bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
, hay queMen moet cocerlaKoken por los dosAlle twee de
Allebei
Beide
De do's
ladosFlanken
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten
, teniendo cuidadoAcht slaand op
Ervoor zorgend
Lettend op
Oplettend
Oppassend
Passend op
de que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se quemeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt zich
.
YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
, en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
de ellaHaar
Ze
Zij
ponesJij plaatst
Jij/je brengt op
Jij/je brengt op gang
Jij/je doet
Jij/je doet aan
Jij/je krijgt aan de
 praat
Jij/je legt
Jij/je legt neer
Jij/je legt op
Jij/je plaatst
Jij/je schakelt in
Jij/je steekt
Jij/je stelt
Jij/je stopt
Jij/je trekt aan
Jij/je vlijt
Jij/je zet
Jij/je zet aan
Jij/je zet neer
una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
de frijolesBonen
Witte bonen
fritosGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
, los cualesWie
Zij die
los extiendesJij/je breidt uit
Jij/je geeft af
Jij/je houdt op
Jij/je maakt wijder
Jij/je ontvouwt
Jij/je rekt
Jij/je smeert uit
Jij/je spreidt
Jij/je spreidt uit
Jij/je steekt uit
Jij/je strekt
Jij/je strekt uit
Jij/je verbreidt
Jij/je vergroot
Jij/je verspreidt
en la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
procurandoBezorgend
Moeite doend
Pogend
Proberend
Strevend
Trachtend
Uitreikend
Verschaffend
Verstrekkend
Zich beijverend
Zoekend
Zorgend dat
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
lleguen(Zij) komen
Arriveert u!
Brengt u door!
Geeft u aan!
Komt u aan!
Landt u aan!
Reikt u aan!
Verdrijft u!
Zij/ze arriveren
Zij/ze brengen door
Zij/ze geven aan
Zij/ze komen aan
Zij/ze landen aan
Zij/ze reiken aan
Zij/ze verdrijven
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
de la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
ponesJij plaatst
Jij/je brengt op
Jij/je brengt op gang
Jij/je doet
Jij/je doet aan
Jij/je krijgt aan de
 praat
Jij/je legt
Jij/je legt neer
Jij/je legt op
Jij/je plaatst
Jij/je schakelt in
Jij/je steekt
Jij/je stelt
Jij/je stopt
Jij/je trekt aan
Jij/je vlijt
Jij/je zet
Jij/je zet aan
Jij/je zet neer
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
de la carneHet vlees molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
cocinadaBereid
Gekookt
Gekookte
anteriormenteDaarvoor
Eerder
Hiervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Vroeger
Weleer
, la cualDat
Die
Wat
Welke
Zij die
la extiendesJij/je breidt uit
Jij/je geeft af
Jij/je houdt op
Jij/je maakt wijder
Jij/je ontvouwt
Jij/je rekt
Jij/je smeert uit
Jij/je spreidt
Jij/je spreidt uit
Jij/je steekt uit
Jij/je strekt
Jij/je strekt uit
Jij/je verbreidt
Jij/je vergroot
Jij/je verspreidt
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
leHaar
Hem
Het
U
agregasJij/je voegt toe un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de jitomateTomaat picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
, quesoKaas y lechugaGroene salade
Krop sla
Kropsla
Latuw
Sla
, yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estandoLiggend
Zich bevindend
Zijnd
Zijnde
Zittend
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
esoDat
Die
Zulks
, levantasJij/je beurt
Jij/je haalt op
Jij/je heft
Jij/je heft op
Jij/je kookt op
Jij/je richt op
Jij/je slaat op
Jij/je tilt
Jij/je tilt op
Jij/je verheft
Jij/je vestigt
Jij/je werft aan
Jij/je zet neer
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
de la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
(aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
55
Vijf
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
en direcciónAdres
Adresseren
Besturen
Besturing
Chaufferen
Directie
Dirigeren
Koers
Leiding
Mennen
Regie
Richten
Richting
Rijden
Sturen
Stuurversnelling
Vervoeren
opuestaGesteld tegenover
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenover elkaar gesteld
Tegenovergelegen
Tegenovergesteld
y los doblasJij/je buigt
Jij/je buigt door
Jij/je buigt krom
Jij/je buigt om
Jij/je kromt
Jij/je plooit
Jij/je synchroniseert na
Jij/je verbuigt
Jij/je vouwt
Jij/je vouwt dubbel
Jij/je vouwt om
haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
adentroBinnen
Binnenwaarts
Naar binnen
. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
de la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de alNaar de
Naar het
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
dondeBij
Waar
Waaraan
Waarheen
Waarin
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
dobladaDoorgebogen
Dubbel gevouwen
Dubbelgevouwen
Gebogen
Gekromd
Geplooid
Gevouwen
Kromgebogen
Nagesynchroniseerd
Omgebogen
Omgevouwen
Verbogen
Verdubbeld
Verdubbelde
levantasJij/je beurt
Jij/je haalt op
Jij/je heft
Jij/je heft op
Jij/je kookt op
Jij/je richt op
Jij/je slaat op
Jij/je tilt
Jij/je tilt op
Jij/je verheft
Jij/je vestigt
Jij/je werft aan
Jij/je zet neer
la orillaDe band
De boord
De kant
De kust
De oever
De rand
De stootkant
De wal
De waterkant
De zoom
y la doblasJij/je buigt
Jij/je buigt door
Jij/je buigt krom
Jij/je buigt om
Jij/je kromt
Jij/je plooit
Jij/je synchroniseert na
Jij/je verbuigt
Jij/je vouwt
Jij/je vouwt dubbel
Jij/je vouwt om
haciaAan
Bij
In de richting van
Naar
Op
Tegen
Tot
Voor
adentroBinnen
Binnenwaarts
Naar binnen
y empiezasJij/je begint
Jij/je breekt aan
Jij/je gaat in
Jij/je pakt aan
Jij/je snijdt aan
Jij/je vangt aan
a hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
una especieEen aangelegenheid
Een soort
de rolloGedoe
Gezeur
Rol
Rollade
Rond broodje
Toestand
, o masDoch
Echter
Maar
Plus
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
loDe
Hem
Het
U
enrollasJij wikkelt
Jij/je hult
Jij/je omhult
Jij/je rolt op
Jij/je stopt toe
Jij/je strengelt
Jij/je wikkelt
Jij/je wikkelt in
Jij/je windt
Jij/je woelt
y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
, listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
saborearGenieten van
Proeven
Savoureren
Smaken
y deleitarseGenieten
Genot scheppen
conDoor
Met
Per
Samen met
un sabrosoEen bonenkruid
Een eenjarig bonenkruid
Een koele
Een kunne
Een peperkruid
Een scharekruid
Een tuinbonenkruid
y exquisitoDelicaat
Delicate
Exquisiet
Fijn
Fijne
Gevoelig
Gevoelige
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Kostelijk
Kostelijke
Subliem
Sublieme
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Verrukkelijk
Verrukkelijke
burritoBurrito caseroHokvast
Hokvaste
Huis-
Huisbaas
Huiseigenaar
Huiselijk
Huiselijke
Huisopzichter
Pachter van een huis
Thuis gemaakt
Van het huis
Zelf gemaakt
Zelfgemaakt
Zelfgemaakte
.

EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit!
una recetaEen recept:




De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cada   Cada   Carne de res   Cebolla   Comal   Jitomate   Lechuga   Maíz   Mejorana   Pimienta   Tomillo  


TacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
de discadaDiscada tipoDrukletter
Soort
Type
chihuahua

Ingredientes:
RecetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
 voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
44
Vier
personasMensen
Personages
Personen

800800
Achthonderd
gramosGrammen de carne de resRundvlees (al gustoNaar smaak)
100100
Honderd
gramosGrammen de tocinoSpek de puercoVarken
Vuil
Vuile
Zwijn

5050
Vijftig
gramosGrammen de chorizoChorizo
Knoflookworst
Pikante paprikaworst
Spaanse worst
frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
(noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
del tipoDrukletter
Soort
Type
secoDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Ik droog
Ik droog af
Ik droog uit
Ik maak droog
Ik veeg
Ik veeg af
Ik wis
Ik wis af
)
44
Vier
tomatesTomaatplanten
Tomaten
(picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
de tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
al gustoNaar smaak, al finalTenslotte niEn niet
Evenmin
Noch
se nota queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op dat
Merk op dat!
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
tomateTomaat
Tomaatplant
)
PimientaPeper (al gustoNaar smaak)
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
(al gustoNaar smaak)
AjoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
(al gustoNaar smaak)
22
Twee
cebollasAjuinen
Bloembollen
Uien
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
(picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
en trocitosStukjes de tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
al gustoNaar smaak)
55
Vijf
chiles jalapeñosJalapeñopepers (o cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
chileCayennepeper
Chili
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
morrónChilipeper
Spaanse peper
)
22
Twee
botellasFlessen de cerveza oscuraDonker bier (1212
Twaalf
onzasJaguars
Ounces (28.3 gr.)
cada unaElk)
11
Een
/44
Vier
de litroLiter de tequilaTequila blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte
(el másDe/het plus corrienteCourant
Courante
Elektrische stroom
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Goed
Lopend
Lopende
Luchtstroom
Normaal
Normale
Stromend
Stromende
Stroming
Stroom
Tocht
Vloeiend
Vloeiende
que encuentresJe komt tegen
Jij/je bevindt
Jij/je komt tegen
Jij/je ontmoet
Jij/je treedt tegemoet
Jij/je treft
Jij/je treft aan
Jij/je vindt
)
11
Een
KilogramoKilo
Kilogram
de tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
de maízMaïs

Preparación:
En un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
(cuencoKom o sarténBraadpan
Koekenpan
Pan
) se calienta conHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden door leñaBrandhout o carbónBrand
Houtskool
Kool
Korenbrand
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
se cueceMen kookt
Wordt gekookt
el tocinoSpek hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
suelteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt los
Ik laat los
Ik maak los
Laat u los!
Loslaat
Maakt u los!
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la grasaDe/het smeer
Het vet
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
fritoGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
, se agregaMen voegt toe el chorizoDe chorizo
De knoflookworst
De pikante paprikaworst
De spaanse worst
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
bien cocidoGoed gekookt el chorizoDe chorizo
De knoflookworst
De pikante paprikaworst
De spaanse worst
agregaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Voeg toe
Voeg toe!
la carne de resHet rundvlees, agregamosWij voegen toe
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
las 22
Twee
cervezasBieren y el tequilaDe tequila, el guisoDe stoofpot
Het gerecht
Het stoofgerecht
o platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
contiene(Hij) bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behelst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beteugelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betoomt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt in toom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toomt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervat
en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
, debemosWij moeten
Wij/we behoren te
Wij/we dienen
Wij/we hebben te danken
Wij/we horen
Wij/we moeten
Wij/we staan in de
 schuld
Wij/we zijn schuldig
Wij/we zijn verplicht om
 te
Wij/we zijn verschuldigd
esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Voorzien
Wachten
Wachten op
a que esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
se consumaOpraakt y dejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
 steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
 steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u!
suHaar
Hun
Uw
Zijn
saborSmaak en la carneHet vlees, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
el líquidoDe vloeistof
Het netto bedrag
a puntoPrecies goed de acabarseAflopen
Eindigen
Opraken
, entoncesDan
Dus
Toen
agregamosWij voegen toe
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
las verdurasDe groenten
De groentes
y las especiasDe kruiden
De kruiderijen
De specerijen
Het kruiden
(tomateTomaat
Tomaatplant
, cebollaAjuin
Bloembol
Ui
, chiles jalapeñosJalapeñopepers, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper), se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
cocerBakken
Koken
al gustoNaar smaak, estoDeze
Dit
loDe
Hem
Het
U
digoIk geef op
Ik spreek
Ik zeg
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
la discada puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
secaDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Droog af!
Droog uit!
Droog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Maak droog!
Veeg af!
Veeg!
Wis af!
Wis!
o un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
jugosaSappig
Sappige
.

NotaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: los aradosDe ploegen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
sembrarBestrooien
Inzaaien
Zaaien
la tierraDe aarde
De bodem
De grond
Het aardrijk
Het land
tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
estosDeze
Dezen
se desgastanVerslijten
Zij/ze slijten
Zij/ze slijten af
Zij/ze slijten door
Zij/ze slijten uit
Zij/ze verslijten
y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
no sirvenOnbruikbaar zijn paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
ararBeploegen
Omploegen
Ploegen
la tierraDe aarde
De bodem
De grond
Het aardrijk
Het land
entoncesDan
Dus
Toen
se tiranMen gooit ze weg
Zij/ze storten zich
Zij/ze werpen zich
, peroDoch
Echter
Maar
aquíAlhier
Hier
en el estadoDe constellatie
De gesteldheid
De lijst
De loonstaat
De situatie
De staat
De stand
De tabel
De toestand
Het borderel
Het rijk
de Chihuahua lo queDat wat
Wat
hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit
conDoor
Met
Per
Samen met
estosDeze
Dezen
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
(hechosAangemaakt
Acties
Bedreven
Daden
Feiten
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handelingen
Prestaties
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichtingen
Werkingen
Zetten
de aceroStaal) los convertimosWij veranderen
Wij/we bekeerden
Wij/we bekeren
Wij/we converteerden
Wij/we converteren
Wij/we veranderden
Wij/we veranderen
Wij/we zetten om
en comales y cuencosKommen
Witte waterlelie
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cocinarBereiden
Koken
. De ahíVandaar el nombreDe benaming
De naam
De voornaam
Het naamwoord
de discadaDiscada, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
en un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
de ararBeploegen
Omploegen
Ploegen
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo   Ajo   Carne de res   Cebolla   Chile   Chile   Comales   Discada   Maíz   Morrón   Pimienta   Tomate   Tomate  


PastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
(tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
)

Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
1818
Achttien
tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
de 1010
Tien
cmCentimeter
Cm
Cm.
.
275 g. de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
harinaBloem
Meel

55
Vijf
ml. (11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de Thee
Theestruik
) de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
(optativoFacultatief
Facultatieve
Naar keuze
Optatief
)

Preparación:
MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
harinaBloem
Meel
: esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una harina de maízEen maïsmeel
Een maïzena
hervidaGeborreld
Gekookt
Gekookte
Gesudderd
Gezied
Gezoden
Op het kookpunt geweest
en una infusiónEen aftrekken
Een infusie
Een infuus
Een kruidenthee
Een zetten
de limaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vijlt
Indische zoete limoen
Lemmetje
Lima
Limette
Limoen
Mexicaanse limoen
Vijl
Vijl!
Zoete limoen
, secadaAfgedroogd
Afgeveegd
Afgewist
Drooggemaakt
Gedroogd
Gedroogde
Geveegd
Gewist
Uitgedroogd
y molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
finamenteFijn
Keurig
que la harina de trigoHet tarwemeel.
11
Een
. En un perol grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
mezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Ik meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
Meng
Mengt u!
Mixt u!
Tempert u!
Vermengt u!
Verwart u!
la 'masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
harinaBloem
Meel
' conDoor
Met
Per
Samen met
la salHet zout, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la usa(U) gebruikt
Benut!
Beschik over!
Disponeer!
Gebruik!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benut
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschikt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze disponeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wendt aan
Wend aan!
. PongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
 praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u!
275 ml. (22
Twee
33
Drie
/44
Vier
tacitasBekertjes
Kopjes
) de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
tibiaLauw
Lauwe
Zoel
Zoele
dando vueltasOmdraaiend
Omkerend
Roerend
Ronddraaiend
Zich omkerend
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
trabadaGebonden
Gebonden (saus)
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
pegajosaKleverig
Kleverige
. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
estuviese(Het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
Ik) was
consistenteDicht
Dichte
Stevig
Stevige
añadaBrengt u aan!
Doet u bij!
Geeft u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
Legt u bij!
Mengt u bij!
Voeg toe
Voegt u bij!
Voegt u toe!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
quedase(Het
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik bleef
Ik paste
Ik raakte in een
 bepaalde toestand
Ik sprak af
Ik stond
Ik was
Ik) werd
húmedaKlam
Klamme
Mottig
Mottige
Vochtig
Vochtige
y pegajosaKleverig
Kleverige
, espolvoreeBepoeder
Bepoedert u!
Bestrooit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bepoedert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestrooit
Ik bepoeder
Ik bestrooi
conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de 'masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
harinaBloem
Meel
' por encimaBovendien
Er bovenop
y mezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Ik meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
Meng
Mengt u!
Mixt u!
Tempert u!
Vermengt u!
Verwart u!
conDoor
Met
Per
Samen met
los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
.
22
Twee
. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
darAangeven
Geven
Opbrengen
Toebrengen
Toekennen
Verlenen
formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze
a las tortillasDe gevulde omeletten
De omeletten
De struiven
De tortilla's
, tomeAccepteert u!
Drinkt u!
Gebruikt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze accepteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drinkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze nuttigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slikt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snuift op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Ik accepteer
Ik drink
Ik gebruik
Ik krijg binnen
Ik neem
Ik neem aan
Ik neem af
Ik neem in
Ik nuttig
Ik ontvang
Ik pak
Ik pak aan
Ik raap op
Ik sla in
Ik slik in
Ik snuif op
Ik vat
Ik vat aan
Krijgt u binnen!
Neemt
Neemt u aan!
Neemt u af!
Neemt u in!
Neemt u!
Nuttigt u!
Ontvangt u!
Pakt u aan!
Pakt u!
Raapt u op!
Slaat u in!
Slikt u in!
Snuift u op!
Vat u aan!
Vat u!
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
del tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
de un huevoEen ei pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
. PóngaloPlaats het entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
dos2
Do's
Twee
Tweede
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
de papel impermeable a la grasaVetvrij papier y aplásteloDuw het aan ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
para que formeZodat hij vormt una tortillaEen gevulde omelet
Een omelet
Een spaanse omelet
Een struif
Een tortilla
de 1010
Tien
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
. PóngalasDoe ze una encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
intercalandoDoor tussen te voegen
Tussenvoegend
un papel impermeable a la grasaEen vetvrij papier.
33
Drie
. CalienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
una planchaEen bord
Een bout
Een plaat
Een plak
Een plank
Een strijkbout
Een strijkijzer
Een tablet
o una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
de fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid
a fuego medianoMatig vuur. QuiteAfdoen
Afhalen
Afleggen
Afzetten
Belemmeren
Beletten
Berooft u!
Doet u af!
Doet u uit!
Geeft u op!
Geeft u prijs!
Haalt u af!
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berooft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft prijs
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ritst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hinderen
Ik beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Krijgt u uit!
Laat u weg!
Neemt u af!
Neemt u weg!
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Rist u!
Ritsen
Ritst u!
Storen
Trekt u af!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verhinderen
Verhoeden
Verstoren
Verwijder
Verwijdert u!
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
Zet u af!
con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig
el papel impermeableHet vetvrij papier que tapaDat bedekt la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
y póngalaPlaats het sobre laOp de
Op het
planchaBord
Bout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt glad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijkt op
Pers op!
Pers!
Plaat
Plak
Plank
Strijk glad!
Strijk op!
Strijk!
Strijkbout
Strijkijzer
Tablet
o en la sarténIn de pan gebakken calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
empiecenBegint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan!
Ze beginnen
Zij/ze beginnen
Zij/ze breken aan
Zij/ze gaan in
Zij/ze pakken aan
Zij/ze snijden aan
Zij/ze vangen aan
a rizarseKrullen, al cabo deNa
Na verloop van
11
Een
minutoMinuut, dele la vueltaDraai het om conDoor
Met
Per
Samen met
una espátulaEen bakspatel
Een lepelaar
Een plamuurmes
Een roerspaan
Een spaan
Een spatel
Een verfmes
, una paletaEen blad van een
 roeiriem
Een palet
Een schoep
Een troffel
de pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht
o conDoor
Met
Per
Samen met
los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
. DéjelaLaat que se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
minutoMinuut. QuedaráHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afspreken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blijven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in een
 bepaalde toestand raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal passen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
Zal overblijven
conDoor
Met
Per
Samen met
motas marronesBruine spikkels. El ladoDe flank
De kant
De zij
De zijde
De zijkant
que se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, que formará(Hij) zal vormen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal formeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal paraderen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal pralen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal prijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal pronken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vormen
ligerasGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte
burbujasBlaasjes
Luchtbellen
.
44
Vier
. EnvuelvaBakert u in!
Bakert u!
Betrekt u bij!
Brengt u met zich
 mee!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt met zich
 mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze impliceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rolt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strengelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wikkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze windt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwachtelt in
Ik baker
Ik baker in
Ik betrek bij
Ik breng met me
 mee
Ik impliceer
Ik pak
Ik pak in
Ik rol op
Ik sluit in
Ik strengel
Ik verpak
Ik wikkel
Ik wind
Ik zwachtel in
Impliceert u!
Pakt u in!
Pakt u!
Rolt u op!
Sluit u in!
Strengelt u!
Verpakt u!
Wikkel
Wikkelt u!
Windt u!
Zwachtelt u in!
la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
en un pañoEen doek
Een laken
Een stof
Een theedoek
Een weefsel
gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid
para queOpdat
Zodat
se conserveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
. A medida queNaarmate las hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
póngalasDoe ze una encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
envueltasBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
. Se conservaránMen zal bewaren
Zij/ze zullen bewaren
calientesGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Jij/je stookt
Jij/je verhit
Jij/je verwarmt
Jij/je warmt
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Warm
Warme
y tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
, y las servirá(U) zal opdienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankaarten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal baten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal deugen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal een dienst
 bewijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal geschikt zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opdienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal serveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal van dienst
 zijn
a la mesaDe bank
De ezel
De schraag
De stander
De stellage
De tafel
De werkbank
La mesa
envueltasBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
, tapándolasZe bedekkend de nuevoAlweer
Nogmaals
Opnieuw
Van voren af aan
Weder
Wederom
Weer
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
comensalTafelgenoot hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!
tomadoAangenomen
Aangepakt
Aangevat
Afgenomen
Binnengekregen
Geaccepteerd
Gebruikt
Gedronken
Genomen
Genuttigd
Gepakt
Gevat
Ingenomen
Ingeslagen
Ingeslikt
Ontvangen
Opgeraapt
Opgesnoven
suHaar
Hun
Uw
Zijn
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
.
55
Vijf
. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
recalentarRechauffer
Weer opwarmen
las tortillasDe gevulde omeletten
De omeletten
De struiven
De tortilla's
, envuélvalas enWikkel het in el pañoDe theedoek
Het doek
Het laken
Het weefsel
y todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
elloDat
Het
en hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst
de aluminioAluminium
E173
Lichtmetaal
, horneeBak
Bakt u!
Doe in de oven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Ik bak
a 140 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
centígradosCentesimaal
Centesimale
Honderddelig
Honderddelige
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1515
Vijftien
minutosMinuten. TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
las puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
conservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bestellen
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden
calientesGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Jij/je stookt
Jij/je verhit
Jij/je verwarmt
Jij/je warmt
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Warm
Warme
en un pañoEen doek
Een laken
Een stof
Een theedoek
Een weefsel
y hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst
de aluminioAluminium
E173
Lichtmetaal
en la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot
de suHaar
Hun
Uw
Zijn
hornoKachel
Oven
.
Puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
emplearAanwenden
Benutten
Doorvoeren
Gebruiken
In toepassing brengen
Toepassen
harina de maízMaïsmeel
Maïzena
amarillaGeel
Gele
y harinaBloem
Meel
corrienteCourant
Courante
Elektrische stroom
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Goed
Lopend
Lopende
Luchtstroom
Normaal
Normale
Stromend
Stromende
Stroming
Stroom
Tocht
Vloeiend
Vloeiende
blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte
a partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
en lugarAanleiding
Dorp
Lokaliteit
Oord
Plaats
Ruimte
Zetel
de la 'masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
harinaBloem
Meel
'. Sin embargoEchter
Maar
Niettemin
Toch
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
quedanZij worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
las auténticasAuthentiek
Authentieke
Echt
Echte
.
En MéxicoMexico
Mexico-stad
se empleaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich bezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is werkzaam
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Men gebruikt
una prensaEen pers de tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
hacerlas. ForreBekleedt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekleedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert
Ik bekleed
Ik trek over
Ik voer
Trekt u over!
Voer
Voert u!
la prensaDe pers conDoor
Met
Per
Samen met
papel impermeable a la grasaVetvrij papier o conDoor
Met
Per
Samen met
plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
adherenteVastplakkend de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven
gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid
del tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
de la prensaDe pers. LoDe
Hem
Het
U
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
recortarloUitknippen de una simpleDom
Domme
Eenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemeen
Gemene
Gewone
Gewoon
Onnozel
Onnozele
Simpel
Simpele
bolsa de plásticoPlastic zak. Tape(Het) bedekt
Bedekt u!
Belegt u!
Dekt u toe!
Dekt u!
Dicht u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt vol
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verstopt
Ik bedek
Ik beleg
Ik dek
Ik dek toe
Ik dicht
Ik maak dicht
Ik stop
Ik stop toe
Ik stop vol
Ik verstop
Maakt u dicht!
Stopt u toe!
Stopt u vol!
Stopt u!
Verstopt u!
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
conDoor
Met
Per
Samen met
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
trozoBonk
Brok
Eindje
Filet
Homp
Moot
Plak
Schijf
Snede
Snee
Sneetje
Stuk
Stukje
de la bolsa de plásticoDe plastic zak, cierreAfsluiten
Afsluiting
Dichtdoen
Dichtgaan
Dichtmaken
Doet u dicht!
Doet u op slot!
Doet u toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op slot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dicht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit af
Ik doe dicht
Ik doe op slot
Ik doe toe
Ik maak dicht
Ik sluit
Ik sluit af
Maakt u dicht!
Slot
Sluit u af!
Sluit u!
Sluiten
Sluiting
Toedoen
la prensaDe pers y aprieteBeklemt u!
Draait u aan!
Dringt u aan!
Dringt u!
Druk aan
Drukt u aan!
Drukt u op!
Drukt u!
Duwt u aan!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze drukt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duwt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prest
Ik beklem
Ik draai aan
Ik dring
Ik dring aan
Ik druk
Ik druk aan
Ik druk op
Ik duw aan
Ik knel
Ik pers
Ik pres
Knelt u!
Perst u!
Prest u!
los mangosDe gevesten
De grepen
De halzen
De handvatten
De heften
De knoppen
De manga's
De mangga's
De mango's
De mangobomen
De stelen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una tortillaEen gevulde omelet
Een omelet
Een spaanse omelet
Een struif
Een tortilla
planaEffen
Plat
Platte
Vlak
Vlakke
de 1010
Tien
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
. LevanteBeurt u!
Haalt u op!
Heft u op!
Heft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tilt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vestigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik beur
Ik haal op
Ik hef
Ik hef op
Ik kook op
Ik richt op
Ik sla op
Ik til
Ik til op
Ik verhef
Ik vestig
Ik werf aan
Ik zet neer
Kookt u op!
Oosten
Oostenwind
Richt u op!
Slaat u op!
Til op
Tilt u op!
Tilt u!
Verheft u!
Vestigt u!
Werft u aan!
Zet u neer!
la hojaDe klep
De kling
De lamel
De schuif
De vragenlijst
Het blaadje
Het blad
Het formulier
Het lemmer
Het lemmet
Het mesje
Het plaatje
Het plantenblad
Het vel
Het vragenformulier
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
superiorBeter
Betere
Boven-
Bovenste
Hoger
Hogere
Opperste
Superieur
Superieure
. Tirando deTrekkend aan la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
hojaBlaadje
Blad
Folie
Formulier
Klep
Kling
Lamel
Lemmer
Lemmet
Mesje
Plaatje
Plantenblad
Schuif
Vel
Vragenformulier
Vragenlijst
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
saqueAfdoen
Afleggen
Afzetten
Behaalt u!
Behalen
Brengt u naar buiten!
Doet u af!
Doet u uit!
Dwingt u af!
Haal uit
Haalt u eruit!
Haalt u te voorschijn!
Haalt u uit!
Haalt u van!
Haalt u!
Halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dwingt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt te voorschijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knevelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontleent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze perst af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze put
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hoost u!
Hozen
Ik behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik dwing af
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik knevel
Ik krijg uit
Ik ontleen
Ik pers af
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Knevelt u!
Krijgt u uit!
Ontleent u!
Ontlenen
Perst u af!
Put u!
Putten
Scheppen
Schept u!
Trekt u uit!
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
Zet u af!
la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
y delaGeef het la vueltaDe aswenteling
De draai
De draaiing
De keer
De omloop
De omwenteling
De rondrit
De rotatie
De terugkeer
De terugreis
De toer
De wending
De wenteling
De wieling
De zwenk
De zwenking
conDoor
Met
Per
Samen met
la palma de la manoDe bal
De handpalm
De palm
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
ponerlaDoe het in
Zetten
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
las otrasAnder
Andere
Nog één
o paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
asarlaBak het
Braad het
Gril het
por el otro ladoDe overkant
De overzijde
.
Los tacosDe biljartkeus
De blokken
De houtblokken
De keuen
De keus
De pluggen
De scheldwoorden
De taco's
De vloeken
sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
rellenasGedempt
Gedempte
Gevuld
Gevulde
Jij vult
Jij/je farceert
Jij/je vult
Jij/je vult bij
Jij/je vult in
Jij/je vult op
Jij/je zet op
; el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
envueltoBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
en la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
o bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
se enrollaMen rolt op sobre élEr bovenop la tortillaDe gevulde omelet
De omelet
De spaanse omelet
De struif
De tortilla
sujetándolaHet ondersteunend con un palilloMet een tandenstoker y se fríeBakt men
Men bakt
en manteca de cerdoVarkensreuzel
Varkensvet
o aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
. Se comenMen eet
Zij/ze eten op
conDoor
Met
Per
Samen met
los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
. Los rellenosDe aanvullingen
De farcen
De farces
De opvulsels
De vulsels
De vullingen
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
corrientesCorrientes
Courant
Courante
Gangbaar
Gangbare
Gebruikelijk
Gebruikelijke
Gewone
Gewoon
Lopend
Lopende
Luchtstromen
Normaal
Normale
Stromen
Stromend
Stromende
Stromingen
Tochten
Vloeiend
Vloeiende
son deZij/ze behoren
Zij/ze behoren toe
Zij/ze behoren tot
Zij/ze komen uit
tiras deJij/je trekt aan polloKip
Kippenvlees
Kuiken
, de cerdoBeer
Mannetjesvarken
Varken
Varkensvlees
Zwijn
o de vacaKoe
Rund
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
: se rieganMen besproeit conDoor
Met
Per
Samen met
una salsa de tomateEen ketchup
Een tomatensaus
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la SalsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop
crudaBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
, guindillasChilipepers
Juten
Lomboks
Pepers
Rode pepers
Smerissen
Spaanse pepers
picantesGekruid
Gekruide
Gepeperd
Gepeperde
Heet
Hete
Pikant
Pikante
Pittig
Pittige
Prikkelend
Prikkelende
Scherp
Scherpe
del tipo serranoVan het soort "uit
 de bergen"
o jalapeñoVan jalapa de enríquez, lechugaGroene salade
Krop sla
Kropsla
Latuw
Sla
a tirasBanden
Jij/je gooit
Jij/je gooit uit
Jij/je gooit weg
Jij/je paft
Jij/je schiet
Jij/je smijt uit
Jij/je trekt
Jij/je vuurt
Jij/je werpt omver
Jij/je werpt uit
Reepjes
Repen
Strepen
Stroken
Wapenbalken
, queso curadoOude kaas, frijolesBonen
Witte bonen
refritos y guacamoleGuacamole. Por últimoTenslotte, el Mole poblano esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
perfectoIn optima forma
Perfect
Perfecte
Prima
Uitstekend
Uitstekende
Volkomen
Volmaakt
Volmaakte
Voltooid
Voltooide
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Amarillo   Cada   Cada   Guindillas   Haya   Lechuga   Lima   Pollo        


TacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
de tripitasIngewanden de resBruut
Re's
Stuk vee

Ingredientes:
11
Een
ruedoDraaien
Filmen
Ik draai
Ik film
Ik neem op
Ik rijd
Ik rol
Opnemen
Rijden
Rollen
Wiel
de tripasIngewanden
Pens
Pensen
de resBruut
Re's
Stuk vee

11
Een
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime

cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander

66
Zes
tomatesTomaatplanten
Tomaten
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime

5050
Vijftig
grs. de chileCayennepeper
Chili
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
del árbolBoom
Mast


Preparación:
LavaDoe de was!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet de was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast uit
Lava
Loog!
Was
Was af!
Was uit!
Was!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
las tripasDe ingewanden
De pens
De pensen
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
lavarlasHen wassen las puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je mag
en la llaveDe accolade
De moersleutel
De schroefsleutel
De sleutel
del fregadorAfwasmachine como siAlsof fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
mangueraSlang
Sproeier
Spuitmond
para queOpdat
Zodat
se limpienLoutert u!
Maakt u schoon!
Poetst u!
Reinigt u!
Snoeit u!
Veegt u af!
Wrijft u op!
Zij maken schoon
Zij/ze louteren
Zij/ze maken schoon
Zij/ze poetsen
Zij/ze reinigen
Zij/ze snoeien
Zij/ze vegen af
Zij/ze wrijven op
Zij/ze zuiveren
Zuivert u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
, dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Laat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!
correrHardlopen
Hollen
Racen
Rennen
Snellen
Sprinten
Stromen
el aguaHet water dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
ellasHen
Ze
Zij
hasta queTot
Totdat
salgaEruit komt
Gaat u af!
Gaat u buiten!
Gaat u naar buiten!
Gaat u op weg!
Gaat u uit!
Gaat u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Ik ga af
Ik ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
 weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek
Komt u er mee
 weg!
Komt u uit!
Loopt u uit!
Rijdt u af!
Rijdt u uit!
Rijdt u weg!
Stapt u op!
Stapt u uit!
Start u!
Stijgt u uit!
Tijgt u!
Treedt u uit!
Vaart u uit!
Verschijnt u!
Vertrekt u!
limpiaHelder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Louter
Louter!
Loutere
Maak schoon!
Netto-
Poets!
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinig!
Schone
Schoon
Snoei!
Veeg af!
Wrijf op!
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuiver!
Zuivere
. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
limpiaHelder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Louter
Louter!
Loutere
Maak schoon!
Netto-
Poets!
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinig!
Schone
Schoon
Snoei!
Veeg af!
Wrijf op!
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuiver!
Zuivere
ponlasLeg ze a cocerBakken
Koken
en bastanteBehoorlijk
Genoeg
Nogal
Tamelijk
Tamelijk veel
Tamelijk wat
Tamelijke
Voldoende
Vrij
Vrije
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
por alrededor deOmheen
Ongeveer
Rondom
22
Twee
horasTijden
Uren
o hasta queTot
Totdat
estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u!
cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte
.
Pícalas y ponlasLeg ze a freírBakken
Braden
Frituren
Fruiten
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
sueltan(Zij) laten los
Zij/ze laten los
Zij/ze maken los
muchaVeel
Vele
Zeer
Zere
grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette
, a tuJe
Jouw
gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
, tiernasGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
, termimo medioGemiddeld o doraditasGoudbruin
Goudbruine
. Sírvelas en tacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
acompáñalasBegeleid hem conDoor
Met
Per
Samen met
el tomateDe tomaat
De tomaatplant
, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
y el cilantroDe chinese peterselie
De ketoembar
De koriander
picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
, Salsa de chileChilisaus de árbolBoom
Mast
al gustoNaar smaak.
SalsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop

PonBreng op gang!
Breng op!
Doe
Doe aan!
Doe!
Krijg aan de praat!
Leg neer!
Leg op!
Leg!
Plaats!
Schakel in!
Steek!
Stel!
Stop!
Trek aan!
Vlij!
Zet aan!
Zet neer!
Zet!
a cocerBakken
Koken
los chilesDe cayennepepers
De chilipepers
De lomboks
De paprika's
De pepers
De pepperoni's
De spaanse pepers
De tabascopepers
conDoor
Met
Per
Samen met
33
Drie
tomatesTomaatplanten
Tomaten
, lícualesMaak hen vloeibaar y agrégalesVoeg aan hen toe salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
al gustoNaar smaak.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cebolla   Chile   Chile   Lava  


TacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
de cabeza de resRunderkop

Ingredientes:
11
Een
Kg. de carneVlees de cabezaHoofd
Kop
Krop
o cachete de resBruut
Re's
Stuk vee
.
55
Vijf
Dientes de ajoKnoflookteentjes.
1010
Tien
BolitasBolletjes de pimientaPeper enteraCompleet
Complete
Deel mede!
Deel mee!
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt in kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwittigt
Integer
Integere
Kondig aan!
Stel in kennis!
Verwittig!
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
.
11
Een
Hoja de laurelLaurier
Laurierblad
.
22
Twee
CubosBlokjes
Blokken
Dobbelstenen
Emmers
Klontjes
Kubussen
Naven
Wijnemmers
de Knorr resBruut
Re's
Stuk vee
.
11
Een
CebollaAjuin
Bloembol
Ui
enteraCompleet
Complete
Deel mede!
Deel mee!
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt in kennis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwittigt
Integer
Integere
Kondig aan!
Stel in kennis!
Verwittig!
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
.
11
Een
Chile verdePequeño y puntiagudo, se come solo, en salsas crudas o cocidas, en escabeche y guisados. (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se deseaMen wenst)

Preparación:
PonesJij plaatst
Jij/je brengt op
Jij/je brengt op gang
Jij/je doet
Jij/je doet aan
Jij/je krijgt aan de
 praat
Jij/je legt
Jij/je legt neer
Jij/je legt op
Jij/je plaatst
Jij/je schakelt in
Jij/je steekt
Jij/je stelt
Jij/je stopt
Jij/je trekt aan
Jij/je vlijt
Jij/je zet
Jij/je zet aan
Jij/je zet neer
a cocerBakken
Koken
en una ollaEen bak
Een doos
Een emmer
Een etui
Een fles
Een foedraal
Een kan
Een kist
Een koker
Een kookpan
Een kookpot
Een korf
Een krat
Een kruik
Een pan
Een pot
Een soepketel
Een urn
Een vat
Een zak
de lentoLangzaam
Langzame
Traag
Trage
cocimientoBakken
Koken
la carneHet vlees conDoor
Met
Per
Samen met
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
(siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
deseaAmbieer!
Aspireer!
Begeer!
Ding naar!
Haak naar!
Heb trek in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ambieert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aspireert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dingt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft trek in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hunkert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smacht naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snakt naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze streeft naar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlangt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wenst
Hunker!
Jaag na!
Smacht naar!
Smacht!
Snak naar!
Streef na!
Streef naar!
U wenst
Verkies!
Verlang!
Wens!
omitirStilzwijgend voorbijgaan
Weglaten
el chileDe cayennepeper
De chilipeper
De lombok
De paprika
De pepperoni
De spaanse peper
De tabasco
De tabascopeper
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
hayEr is
Er zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
problemaOpgave
Probleem
Vraagpunt
Vraagstuk
, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
tipoDrukletter
Soort
Type
de chileCayennepeper
Chili
Chilipeper
Lombok
Paprika
Pepperoni
Spaanse peper
Tabasco
Tabascopeper
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
enchila(Het) maakt pittig, soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
leHaar
Hem
Het
U
daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
un saborEen smaak ricoFijn
Fijne
Gefortuneerd
Gefortuneerde
Heerlijk
Lekker
Lekkere
Rijk
Rijke
Smakelijk
Smakelijke
Van goede smaak getuigend
Vermogend
Vermogende
a la carneHet vlees). DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cociendoBakkend
Kokend
aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
77
Zeven
horasTijden
Uren
. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
la carneHet vlees hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
taquitosRolletjes con ellaDaarmee. (tortillasGevulde omeletten
Omeletten
Struiven
Tortilla's
reciénDaarnet
Daarstraks
Juist
Net
Pas
Straks
Zo-even
Zojuist
Zonet
hechasAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
) PicarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen
repolloSluitkool, cilantroChinese peterselie
Ketoembar
Koriander
, y cebollitaSjalot y ponedleDoe a los tacosDe biljartkeus
De blokken
De houtblokken
De keuen
De keus
De pluggen
De scheldwoorden
De taco's
De vloeken
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Cebolla   Chile   Chile   Hoja de laurel   Pimienta   Repollo  


TacosBiljartkeus
Blokken
Houtblokken
Keuen
Keus
Pluggen
Scheldwoorden
Taco's
Vloeken
árabesArabieren
Arabisch
Arabische

Ingredientes:
55
Vijf
kg. de Carne de puercoVarkensvlees
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
al gustoNaar smaak
jugoBraadjus
Dipsaus
Jus
Sap
Saus
Vleessaus
de 1010
Tien
limonesCitroenbladen
Citroenen
Limoenen

2525
Vijfentwintig
grs. de mentaEngelse munt
Kruizemunt
Munt
Pepermunt

2525
Vijfentwintig
grs. de tomilloEchte tijm
Keukentijm
Thijm
Tijm
Wintertijm

un chorritoEen scheutje de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
:
tomateTomaat
Tomaatplant

perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie

cebollaAjuin
Bloembol
Ui

lechugaGroene salade
Krop sla
Kropsla
Latuw
Sla

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop
:
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de tahineSesampasta
Tahin
Tahini
(cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
de sésamoSesam
Sesamzaad
)
11
Een
diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook
finamenteFijn
Keurig
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de zumo de limónCitroensap
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de yogurtYoghurt naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve

PerejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie

salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
.

Preparación:
AdobaBereid toe!
Bereid voor!
Bereid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze looit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze marineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze taant
Leerlooi!
Leg in!
Looi!
Maak aan!
Maak in!
Marineer
Marineer!
Taan!
la carneHet vlees conDoor
Met
Per
Samen met
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
y déjalaLaat het marinarInleggen
Inmaken
Marineren
de un díaEen dag
Een etmaal
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
. Al díaPer dag siguienteAanstaand
Aanstaande
Volgend
Volgende
sácalaHaal ze eruit del marinadoGemarineerd
Ingelegd
Ingemaakt
Marinade
y escúrrelaLaat uitlekken, ensartaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijgt (aan spies)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt in
Rijg (aan spies)!
Rijg!
Spiets
Steek in!
Steek!
la carneHet vlees en el asadorHet braadspit
Het grillrestaurant
verticalLoodrecht
Loodrechte
Rechtopstaand
Rechtopstaande
Verticaal
Verticale
y se va dorandoHet bruin wordt. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
la carneHet vlees esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
, pícalaPrik erin y sírvelaDien ze op dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
un pan de pitaEen pitabroodje con tomateIn tomatensaus, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
, cebollaAjuin
Bloembol
Ui
y lechugaGroene salade
Krop sla
Kropsla
Latuw
Sla
, y se acompañaMen begeleidt conDoor
Met
Per
Samen met
salsa blanca de tahinaSesampasta
Tahin
Tahini
.

Preparación: (de la salsaDe braadjus
De dipsaus
De jus
De jus (lichte, bruine)
De salsamuziek
De saus
Het sop
)
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
en el ordenDe aaneenschakeling
De netheid
De opeenvolging
De orde
De ordelijkheid
De priesterwijding
De rangorde
De volgorde
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y ligarAansluiten
Binden
Liëren
Vastbinden
Vastmaken
Verbinden
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cebolla   Lechuga   Menta   Perejil   Sésamo   Tomate   Tomate   Tomillo  


Tacos de cabeza de res y suHaar
Hun
Uw
Zijn
salsaBraadjus
Dipsaus
Jus
Jus (lichte, bruine)
Salsamuziek
Saus
Sop

Ingredientes:
1010
Tien
chiles de árbolChiles muy pequeños y picosos, para salsas y escabeches.
11
Een
/22
Twee
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
picadaBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

22
Twee
dientes de ajoKnoflookteentjes
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
gotitasDruppeltjes de vinagreAzijn
Edik

aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

11
Een
puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot
de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein


Preparación:
Se cueceMen kookt
Wordt gekookt
el chileDe cayennepeper
De chilipeper
De lombok
De paprika
De pepperoni
De spaanse peper
De tabasco
De tabascopeper
y se licuaMen maakt vloeibaar conDoor
Met
Per
Samen met
la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
y el ajoDe/het knoflook. Se agreganMen voegt toe una o dos2
Do's
Twee
Tweede
gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's
de vinagreAzijn
Edik
y un puntitoEen mespuntje de oréganoOregano
Wilde majoraan
Wilde marjolein




De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cebolla   Chiles de árbol   Gotita   Orégano