TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart

En generalIn het algemeen
Over het algemeen
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
redondaGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
y se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
conDoor
Met
Per
Samen met
una baseEen base
Een basis
Een grond
Een grondslag
Een grondvlak
de harinaBloem
Meel
, que puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
hojaldradaBladerdeeg
Op bladerdeeg lijkend
, quebradaAfgebroken
Doorbroken
Doorgebroken
Gebroken
Geschonden
Stukgebroken
Verbroken
o arenosa y se rellenaMen vult de productosBeschotten
Gewrochten
Oogstopbrengsten
Opbrengsten
Producten
Producties
Voortbrengselen
Voortbrengsels
dulcesLekkernijen
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepjes
Versnaperingen
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheden
Zoetigheid
o saladosGepekeld
Gezouten
Hartig
Hartige
In het zout gelegd
Ingelegd
Ingemaakt
Zilt
Zilte
Ziltig
Ziltige
Zout
Zout-
Zoutachtig
Zoutachtige
Zoute
, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
se destineBestemt u!
Daagt u voor het
 gerecht!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze daagt voor het
 gerecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst toe
Ik bestem
Ik daag voor het
 gerecht
Ik trek uit
Ik wijs toe
Trekt u uit!
Wijst u toe!
a postreDessert
Nagerecht
Toespijs
Toetje
o entradaAanbetaling
Binnengaan
Binnengegaan
Binnengekomen
Binnengelopen
Binnengereden
Entree
Ingang
Ingegaan
Ingekomen
Ingereden
Inham
Intrede
Klein voorafje
Naar binnen gegaan
Repliek
Toegang
Voorgerecht
. AlgunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
sonoroSchoonklinkend
Schoonklinkende
Welluidend
Welluidende
Zoetvloeiend
Zoetvloeiende
, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
la de SantiagoJakob
Jakobus
, otrasAnder
Andere
Nog één
fueron(Zij) waren
Zij/ze begaven zich
Zij/ze gebeurden
Zij/ze gingen
Zij/ze hadden plaats
Zij/ze karden
Zij/ze liepen
Zij/ze liepen van stapel
Zij/ze reden
Zij/ze verliepen
Zij/ze voeren
Zij/ze vonden plaats
Zij/ze waren
imprescindiblesNoodzakelijk
Noodzakelijke
Onmisbaar
Onmisbare
en el cineDe bios
De bioscoop
De cinema
De cinematografie
De filmkunst
mudoIk verander
Ik vermaak
Ik wissel
Sprakeloos
Sprakeloze
Stom
Stomme
y ciertasGewis
Gewisse
Stellig
Stellige
Vast
Vaste
Vaststaand
Vaststaande
Verzekerd
Verzekerde
Wis
Wisse
Zeker
Zekere
puedenKunnen
Zij/ze kunnen
Zij/ze mogen
serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
peligrosísimas, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
las de bodaBruiloft
Bruiloftsfeest
Trouwpartij
.

EligeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kiest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leest uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pikt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkiest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoekt uit
Kies uit!
Kies!
Lees uit!
Pik uit!
Selecteer!
Verkies!
Zoek uit!
una recetaEen recept:




De los siguientes palabras hay una foto:
Salar  


Tarta de zanahoriaWorteltaart alNaar de
Naar het
perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie

Ingredientes:
300300
Driehonderd
gr de pasta quebrada
11
Een
kg de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
pequeñasKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne

11
Een
huevoEi
100100
Honderd
gr de nata frescaVerse room
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

PimientaPeper
11
Een
diente de ajoKnoflookteentje
Teen knoflook
Teentje knoflook

11
Een
buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
manojoBosje
Bundeltje
Handvol
Wis
de perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie


Preparación:
CocerBakken
Koken
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1010
Tien
minutosMinuten la pasta quebradaDe pâté brisée
Het boterdeeg
. CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
y cocerlasKoken en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1515
Vijftien
minutosMinuten. EscúrrelasLaat ze uitlekken y repártelasVerdeel ze por el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
de la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
. BateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Houw!
Klap!
Klop
Klop!
Mep!
Roer door!
Roer om!
Roer!
Sla!
el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
conDoor
Met
Per
Samen met
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
, salpimentaKruid met zout en
 peper
y echaBegin handel te drijven
 met!
Gooi erop!
Gooi!
Heb aandeel in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint handel te
 drijven met
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit erop
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aandeel in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze jaagt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keilt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kondigt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat aan het
 lot over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt bekend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt een partijtje
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tankt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt op in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zendt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet buiten de
 deur
Jaag weg!
Keil!
Kondig aan!
Krijg!
Laat aan het lot
 over!
Leg op!
Maak bekend!
Maak vast!
Neem!
Schat!
Schenk in!
Sla uit!
Smijt!
Speel een partijtje!
Speel uit!
Spreek uit!
Stort!
Strooi!
Stuur weg!
Tank!
Treed op in!
Uit!
Voeg toe!
Voegt toe
Voer op!
Wed!
Wedijver!
Werp!
Zeg!
Zend weg!
Zet buiten de deur!
el ajoDe/het knoflook y el perejilDe bladpeterselie
De krulpeterselie
De peterselie
De pieterselie
De tuinpeterselie
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y hornéaloBak het duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
4040
Veertig
minutosMinuten en hornoKachel
Oven
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Perejil   Pimienta  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de RicotaRicotta

Ingredientes:
MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
: 65 g de mantecaReuzel
Spek

11
Een
/44
Vier
de tazaBeker
Kop
Kopje
de azúcarSuiker molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

11
Een
tazaBeker
Kop
Kopje
de harina leudanteZelfrijzend bakmeel
lecheMelk paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
unirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen

El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
11
Een
/22
Twee
kg de RicotaRicotta
150 g de azúcarSuiker
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de fécula de maízMaïzena
11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de ralladuraGeraspte snippers de cáscara de limónCitroenrasp
Citroenschil

33
Drie
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

33
Drie
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
en punto de nieveBatir las claras hasta dejarlas blancas; para ello no deben tener nada de yema. Se obtiene batiendo las claras hasta que adquieran una consistencia tal que, dándole la vuelta al recipiente, no se caigan Las claras se pueden conservar un tiempo, después de separarlas de las yemas, pero siempre en lugar fresco o nevera.
azúcar impalpablePoedersuiker tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde


Preparación:
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
la mantecaDe reuzel juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
lisaDiklipharder
Effen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Goudharder
Grootkopharder
Harder
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zeewolf
Zonder moeilijkheden
. AgregarBijmengen
Toevoegen
una a unaÉén voor één las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
la harinaDe bloem
Het meel
alternandoAfgewisseld
Afwisselend
Alternerend
conDoor
Met
Per
Samen met
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
lecheMelk comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
integrarIntegreren
Samenvoegen
Tezamen vormen
Uitmaken
Vormen
los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
. HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
un bolloEen bolletje
Een broodje
Een kadet
Een kadetje
, estirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen y forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
una tarteraEen taartvorm altaHoge
Hoog
Lang
Lange
Oudste
Verheven
enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat
la RicotaDe ricotta juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker, agregarBijmengen
Toevoegen
la féculaHet aardappelmeel
Het zetmeel
, el limónDe citroen
De limoen
Het citroenblad
, una a unaÉén voor één las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y, por últimoTenslotte, las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
. DistribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen
el batidoDe milkshake en la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
hornoKachel
Oven
moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
45 minutosMinuten. RetirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
, desmoldarUit de vorm halen en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcar impalpableDe poedersuiker.

Tarta de cremaCrèmetaart

Ingredientes: (88
Acht
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
)
MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
: 200200
Tweehonderd
g de harinaBloem
Meel

100100
Honderd
g de margarinaMargarine
5050
Vijftig
g de azúcarSuiker
22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

ralladuraGeraspte snippers de cáscara de limónCitroenrasp
Citroenschil

El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
150 g de margarinaMargarine
11
Een
11
Een
/22
Twee
tazaBeker
Kop
Kopje
de azúcarSuiker
22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

11
Een
33
Drie
/44
Vier
de tazaBeker
Kop
Kopje
de avenaHaver arrolladaOpgerold
Opgerolde

22
Twee
cucharaditasTheelepeltjes de esenciaEssence
Essentie
Kern
Wezen
Wezenlijkheid
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels

22
Twee
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
, merengueMeringue
Schuimgebak
Schuimpje
o azúcar impalpablePoedersuiker

Preparación:
MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
: distribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen
la harinaDe bloem
Het meel
en forma deIn de vorm van coronaBekroon!
Corona
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekroont
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kroont
Koningskroon
Krans
Kroon
Kroon!
Kroonwiel
sobre laOp de
Op het
mesadaAanrecht, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
la margarinaDe margarine cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
en trocitosStukjes, el azúcarDe suiker, las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y perfumarAromatiseren conDoor
Met
Per
Samen met
la ralladura de limónDe citroenrasp a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
amasarDeeg kneden
Kneden
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
, formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
un bolloEen bolletje
Een broodje
Een kadet
Een kadetje
y dejarloHen laten
Laten
descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
11
Een
horaTijd
Uur
. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
, estirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
y forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
una tarteraEen taartvorm ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
.
El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la margarinaDe margarine conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cremosaRomig
Romige
. AgregarBijmengen
Toevoegen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
, seguir batiendoBlijf kloppen, incorporarInbouwen
Toevoegen
la avenaDe haver, la esenciaDe essence
De essentie
De kern
De wezenlijkheid
Het wezen
eEn incorporarInbouwen
Toevoegen
en formaZodanig suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
en punto de nieveBatir las claras hasta dejarlas blancas; para ello no deben tener nada de yema. Se obtiene batiendo las claras hasta que adquieran una consistencia tal que, dándole la vuelta al recipiente, no se caigan Las claras se pueden conservar un tiempo, después de separarlas de las yemas, pero siempre en lugar fresco o nevera.. DistribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
en la tarteraDe taartvorm y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
hornoKachel
Oven
moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere
. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
, decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el merengueDe meringue
Het schuimgebak
Het schuimpje
o espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcar impalpableDe poedersuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra   Arrollado  


Tarta de manzanaAppeltaart

Ingredientes: (88
Acht
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
)
11
Een
tapa de masa hojaldradaVelletje bladerdeeg cuadradaVierkant
Vierkante

11
Een
11
Een
/22
Twee
kg de manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken

11
Een
tazaBeker
Kop
Kopje
de frutas confitadasGekonfijte vruchten picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

88
Acht
vainillasVanilles desmenuzadasUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de canelaKaneel molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

100100
Honderd
g de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige

mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de damascoAbrikoos
Damascus
Damast
o duraznoPerzik paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
abrillantarLaten glimmen
cáscarasBolsters
Doppen
Schalen
Schillen
Schorsen
de frutas abrillantadasGekonfijte vruchten

Preparación:
ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren
conDoor
Met
Per
Samen met
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven
enmantecadoIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
superpuestas de manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
, las frutas confitadasDe gekonfijte vruchten, las vainillasVanilles mezcladasDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
conDoor
Met
Per
Samen met
la canelaDe/het kaneel y las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten
. TerminarAfhandelen
Aflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen
conDoor
Met
Per
Samen met
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
. Llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
hornoKachel
Oven
moderadoBescheiden
Gematigd
Gematigde
Matig
Matige
Schappelijk
Schappelijke
Sober
Sobere
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1010
Tien
minutosMinuten. RetirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
, desmoldarUit de vorm halen y abrillantarLaten glimmen conDoor
Met
Per
Samen met
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
. DecorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
las cáscarasDe bolsters
De doppen
De schalen
De schillen
De schorsen
de frutas abrillantadasGekonfijte vruchten.



De los siguientes palabras hay una foto:
Canela   Damasco   Damasco   Damasco   Durazno   Durazno   Durazno   Nuez  


Tarta de peraPerentaart

Ingredientes: (88
Acht
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
)
180 g de harinaBloem
Meel

11
Een
huevoEi
8080
Tachtig
g de margarinaMargarine
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!
de sal finaFijn zout
8080
Tachtig
g de azúcarSuiker y cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
adicionalAdditioneel
Additionele
Extra
Supplementair
Supplementaire

33
Drie
perasGekweekte peren
Peren

11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de vino blancoWitte wijn
11
Een
chaucha de vainillaVanille
22
Twee
tazasBekers
Kopjes
Koppen
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de manzanaAppel
Huizenblok

frutas abrillantadasGekonfijte vruchten
azúcar impalpablePoedersuiker

Preparación: (3030
Dertig
minutosMinuten, CocciónBakken
Koken
: 5050
Vijftig
minutosMinuten)
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
tiernaGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
conDoor
Met
Per
Samen met
la harinaDe bloem
Het meel
, el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
, la margarinaDe margarine, los 8080
Tachtig
g de azúcarSuiker y la salHet zout. HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
un bolloEen bolletje
Een broodje
Een kadet
Een kadetje
, envolverBakeren
Betrekken bij
Impliceren
Inbakeren
Inpakken
Insluiten
Inzwachtelen
Met zich meebrengen
Oprollen
Pakken
Strengelen
Verpakken
Wikkelen
Winden
en papelPapier
Rol
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten
en la heladeraDe koelkast
De vriezer
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1515
Vijftien
minutosMinuten. EstirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
y forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
enmantecadoIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
porotosBonen y hornearBakken hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
dorarAanbraden
Doreren
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
las legumbresDe peulen
De peulvruchten
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
de manzanaAppel
Huizenblok
. HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
las perasDe gekweekte peren
De peren
en pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
, el vino blancoDe witte wijn, azúcarSuiker y la vainillaDe vanille. Cortar en cuartosVierendelen y escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen
. DistribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen
las perasDe gekweekte peren
De peren
fríasAfgekoeld
Afgekoelde
Jij/je bakt
Jij/je braadt
Jij/je frituurt
Jij/je fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
sobre laOp de
Op het
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
, decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
de frutas abrillantadasGekonfijte vruchten, espolvorearBepoederen
Bestrooien
los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcar impalpableDe poedersuiker y, para queOpdat
Zodat
la frutaDe vrucht
Het fruit
Het vruchtenprodukt
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
más brillanteHelderst abrillantarlaLaat het glimmen conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de frutaFruit
Vrucht
Vruchtenprodukt
aligeradaLichter gemaakt conDoor
Met
Per
Samen met
licorLikeur
Sterke drank
o aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
.
Puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
rellenarseVullen estaDeze
Dit
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
con crema pasteleraMet banketbakkersroom o postreDessert
Nagerecht
Toespijs
Toetje
de vainillaVanille en vez deIn plaats van
In stede van
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Chaucha   Manzana   Manzana   Manzana   Manzana   Pera   Vainilla  


Tarta de bananasBananentaart

Preparación:
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
22
Twee
bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs
peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
y rociarlasZe besproeien conDoor
Met
Per
Samen met
jugo de limónCitroensap. OtrasAnder
Andere
Nog één
44
Vier
pisarlasZe prakken conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
un puréEen brij
Een moes
Een pap
Een puree
lisoEffen
Gelijk
Gelijke
Glad
Gladde
Sluik
Sluike
Stijl
Stijle
Vlak
Vlakke
Vlot
Vlotte
Zonder moeilijkheden
. PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
el flan instantáneoInstant de acuerdo aIn overeenstemming met las instruccionesDe aanwijzingen
De consignes
De instructies
del envaseBottelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bottelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakt
Ik bottel
Ik verpak
Verpakking
Verpakt u!
y antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
que se solidifiqueStevig wordt totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal
agregarleToevoegen
Voeg hem toe
el puréDe brij
De pap
De puree
de bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs
y 33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de dulce de lecheDulce de leche
Melkkaramel
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
una tartaEen cake
Een gevulde taart
Een koek
Een taart
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
(compradaAangekocht
Aangeschaft
Afgenomen
Boodschappen gedaan
Gekocht
Ingekocht
Overgenomen
) y decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
de bananasBananen
Bananenbomen
Pisangs
, frutillasAardbeien
Gekweekte aardbeien
Tuinaardbeien
y granosGranen
Greinen
Korrels
Kralen
Mee-eters
Pitten
Puistjes
Zaadjes
Zaadkorrels
de uvaDruif
Wijndruif
. MantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden
en la heladeraDe koelkast
De vriezer
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip
de servirlaDien op.



De los siguientes palabras hay una foto:
Frutilla   Uva  


Tarta cremosa de frutillaAardbeicrèmetaart

Ingredientes: (66
Zes
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
)
2424
Vierentwintig
galletitasKoekjes saborSmaak chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
desmenuzadasUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde

22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

75 g de mantecaReuzel
Spek

11
Een
cajaBak
Blik
Blikje
Bus
Computerbehuizing
Computerkast
Doos
Emmer
Etui
Fles
Foedraal
Geldkist
Kas
Kassa
Kist
Koker
Korf
Krat
Kruik
Pak
Pot
Schrijn
Slof
Spaarbank
Trommel
Trommeltje
Urn
Vat
Zak
de postreDessert
Nagerecht
Toespijs
Toetje
saborSmaak frutillaAardbei
Gekweekte aardbei
Tuinaardbei

cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
de lecheMelk
22
Twee
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
en punto de nieveBatir las claras hasta dejarlas blancas; para ello no deben tener nada de yema. Se obtiene batiendo las claras hasta que adquieran una consistencia tal que, dándole la vuelta al recipiente, no se caigan Las claras se pueden conservar un tiempo, después de separarlas de las yemas, pero siempre en lugar fresco o nevera.
44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de frutillaAardbei
Gekweekte aardbei
Tuinaardbei


Preparación:
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
las galletitasDe koekjes conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y la mantecaDe reuzel. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
una tarteraEen taartvorm enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
el postreDe toespijs
Het dessert
Het nagerecht
Het toetje
de acuerdo conIn overeenstemming met las instruccionesDe aanwijzingen
De consignes
De instructies
del envaseBottelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bottelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpakt
Ik bottel
Ik verpak
Verpakking
Verpakt u!
, entibiarLauw maken
Lauw worden
y mezclarleHet mengen el merengueDe meringue
Het schuimgebak
Het schuimpje
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
conDoor
Met
Per
Samen met
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y el azúcarDe suiker. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
la heladeraDe koelkast
De vriezer
por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste
33
Drie
horasTijden
Uren
. RetirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
, abrillantarLaten glimmen conDoor
Met
Per
Samen met
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
diluidaVerdund
Verdunde
Versneden
Verwaterd
en un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
o licorLikeur
Sterke drank
y volver aTeruggaan naar
Terugkeren naar
Terugkomen naar
la heladeraDe koelkast
De vriezer
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip
de servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Frutilla  


Tarta de manzanaAppeltaart

Ingredientes: (88
Acht
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
)
22
Twee
tapas de masa hojaldradaBladerdeeglapjes paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
pascualina
11
Een
kg de manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes

11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de fécula de maízMaïzena
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

canelaKaneel, cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcar impalpablePoedersuiker tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde


Preparación:
ConDoor
Met
Per
Samen met
una hojaEen blaadje
Een blad
Een folie
Een formulier
Een klep
Een kling
Een lamel
Een lemmer
Een lemmet
Een mesje
Een plaatje
Een plantenblad
Een schuif
Een vel
Een vragenformulier
Een vragenlijst
de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
una tarteraEen taartvorm enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
. PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
, rallarlasRasp ze, colocarlasPlaats ze en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
, agregarles la féculaHet aardappelmeel
Het zetmeel
, el azúcarDe suiker y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
conDoor
Met
Per
Samen met
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
restanteOvergebleven
Overig
Overige
Verder
Verdere
. EspolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
la canelaDe/het kaneel y llevarAanhebben
Berekenen
Brengen
Dragen
In rekening brengen
Medebrengen
Meebrengen
Meenemen
Ophebben
Vervoeren
Voorhebben
Wegbrengen
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
3030
Dertig
minutosMinuten. PintarAfschilderen
Beschilderen
Schilderen
Uitschilderen
Verven
conDoor
Met
Per
Samen met
azúcarSuiker disueltoOpgelost
Opgeloste
en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Canela   Verde  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!

EsHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una tartaEen cake
Een gevulde taart
Een koek
Een taart
de bizcocho conDoor
Met
Per
Samen met
variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende
capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
de trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!
en el interiorDe binnenkant
De boezem
De schoot
Het binnenland
Het binnenste
Het interieur
y un bañadoEen baden exteriorAan de buitenkant
Buiten-
Buitenkant
Buitenste
Buitenzijde
Extern
Externe
Uiterlijk
Uiterlijke
Uitwendig
Uitwendige
de trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!

cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
.
En primer lugarAllereerst
Eerst
Ten eerste
Vooreerst
ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) conDoor
Met
Per
Samen met
una batidoraEen blender
Een mixer
. A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende
añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe
chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
de coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
ValorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde
y removemosWij roeren
Wij/we roeren
Wij/we verwijderen
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
de trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!
.
TendremosWij zullen hebben
Wij/we zullen bijhouden
Wij/we zullen erop nahouden
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen houden
Wij/we zullen vasthouden
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
partido enVerdeeld in tres3
Drie
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
, talDergelijk
Dergelijke
Deze
Die
Dusdanig
Dusdanige
Op zulk een wijze
Zo
Zo een
Zo'n
Zodanig
Zodanige
Zulk
y comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
loDe
Hem
Het
U
hicimosWij maakten
Wij/we bedreven
Wij/we brachten uit
Wij/we deden
Wij/we maakten
Wij/we maakten aan
Wij/we richtten uit
Wij/we voerden uit
en los primerosDe eersten
De voorgerechten
pasosBergpassen
Doorgangen
Doortochten
Overgangen
Passages
Passen
Schreden
Stappen
Treden
Voetstappen
de la SELVAHet oerwoud NEGRAZwart
Zwarte
. ExtendemosWij spreiden
Wij/we breiden uit
Wij/we geven af
Wij/we houden op
Wij/we maken wijder
Wij/we ontvouwen
Wij/we rekken
Wij/we smeren uit
Wij/we spreiden
Wij/we spreiden uit
Wij/we steken uit
Wij/we strekken
Wij/we strekken uit
Wij/we verbreiden
Wij/we vergroten
Wij/we verspreiden
la trufaDe truffel entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
del bizcocho y seguidamenteAanstonds
Vervolgens
cubrimosWij bedekken
Wij/we bedekken
Wij/we bedekten
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we beschermden
Wij/we beschermen
Wij/we dekken
Wij/we dekken toe
Wij/we dekten
Wij/we dekten toe
Wij/we zuiverden aan
Wij/we zuiveren aan
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la trufaDe truffel.
Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
estoDeze
Dit
bañaremosWij zullen baden
Wij/we zullen baden
Wij/we zullen dompelen
Wij/we zullen in bad
 doen
Wij/we zullen overgieten
Wij/we zullen wassen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
conDoor
Met
Per
Samen met
la trufaDe truffel
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
, ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
facilitarBezorgen
Fourneren
Mogelijk maken
Vergemakkelijken
Verschaffen
el bañadoHet baden.
Por últimoTenslotte paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
un resultadoEen afloop
Een gevolg
Een resultaat
Een uitkomst
Een uitvloeisel
Een voortvloeisel
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
vistosoOpzichtig
Opzichtige
aúnNog
Nog altijd
Nog steeds
, nosotrosOns
We
Wij
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
añadidoAangebracht
Bijgedaan
Bijgelegd
Bijgemengd
Bijgevoegd
Toegegeven
Toegevoegd
en los lateralesDe zijkanten unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
láminasBladen
Folies
Lamellen
Mesjes
Plaatjes
Plakjes
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
y un bombónEen bonbon de ChocolateríasChocolaterieën ValorCourage
Dapperheid
Durf
Gehalte
Lef
Moed
Waarde
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
.

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
informaciónAankondigen
Bericht
Berichten
Informatie
Informeren
Inlichten
Mededelen
Meedelen
Melden
Overbrengen
Refereren
Verslaan
Verwittigen
Voorlichten
véaseBlijkt u!
Is u duidelijk!
Laat u zich zien!
Zie
'trucosFoefjes
Knepen
Kunstgrepen
Streken
Stunts
Toeren
Trucs
Truken
de reposteríaBanketbakkersvak
Desserts
Toetjes
'



De los siguientes palabras hay una foto:
Cada   Cada   Trufa   Trufa  


DecoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering
tarta selva negra

La TartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
Selva negraZwarte woud tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
un espectacularSpectaculair
Spectaculaire
acabadoAfgehandeld
Afgemaakt
Afgesloten
Afgewerkt
Afwerking
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Opgebruikt
Opgemaakt
Opgeteerd
Uitgemaakt
Uitgewerkt
Verbruikt
Verdaan
Verklungeld
Verkwist
Vermorst
Verspild
Voleindigd
que haceDoet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Maakt
pensar enDenken aan
Nadenken over
una complicadaGecompliceerd
Gecompliceerde
Ingewikkeld
Ingewikkeld gemaakt
Ingewikkelde
Lastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
PreparaciónAanmaken
Bereiden
Bereiding
Bereidingswijze
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
: Nada másNiet meer lejosAchteraf
Afgelegen
Heen
Over
Vandoor
Ver
Verwijderd
Voort
Weg
de la realidadDe realiteit
De werkelijkheid
. Morera nos(Aan) ons
Ons
explica(Hij) legt uit
Beduid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beduidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze licht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verheldert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verklaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uiteen
Leg uit!
Licht toe!
Maak duidelijk!
Verhelder!
Verklaar!
Zet uiteen!
de una formaEen formaliteit
Een gedaante
Een manier
Een vorm
Een wijze
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
podemosLaten we besnoeien
Laten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we besnoeien
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
realizarBewerkstelligen
Doorvoeren
Realiseren
Tot stand brengen
Uitvoeren
Verrichten
Verwerkelijken
Verwezenlijken
estaDeze
Dit
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
que sin dudaBepaald
Ongetwijfeld
Zeker
dejará(Het) zal laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal achterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de
 steek laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal laten schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal legateren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal loslaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nalaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opleveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toestaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toevertrouwen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vermaken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verzuimen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich verlaten
 van
impresionadosBelicht
Indruk gemaakt op
Tentoongesteld
Uiteengezet
Uitgestald
a nuestrosOnze
Van ons
comensalesTafelgenoten.
La TartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
Selva negraZwarte woud resulta(Het) resulteert
Blijk!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Kom uit!
Kom voort!
Resulteer!
Spruit voort!
Val uit!
Vertoon je!
Vloei voort!
Volg!
de aplicarAanbrengen
Aanwenden
Doorvoeren
Geven
In toepassing brengen
Opleggen
Toedienen
Toepassen
a un bizcochoEen beschuit
Een biscuit
Een cake
Een koek
una decoraciónEen decor
Een decoratie
Een inrichting
Een onderscheiding
Een ridderorde
Een versiering
de nata montada y canutillos de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
estoDeze
Dit
necesitaremosWij zullen nodig hebben
Wij/we zullen behoeven
Wij/we zullen hoeven
Wij/we zullen nodig hebben
Wij/we zullen toe zijn
 aan
11
Een
/22
Twee
kiloKilo
Kilogram
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
, un bizcochoEen beschuit
Een biscuit
Een cake
Een koek
y canutillos de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
al gustoNaar smaak.
En primer lugarAllereerst
Eerst
Ten eerste
Vooreerst
cortaremosWij zullen snijden
Wij/we zullen afbreken
Wij/we zullen afplukken
Wij/we zullen afrukken
Wij/we zullen afsnijden
Wij/we zullen doorsnijden
Wij/we zullen hakken
Wij/we zullen het hoofd
 afslaan
Wij/we zullen houwen
Wij/we zullen kappen
Wij/we zullen knippen
Wij/we zullen onthoofden
Wij/we zullen plukken
Wij/we zullen scheren
Wij/we zullen sectie verrichten
Wij/we zullen snerpen
Wij/we zullen snijden
Wij/we zullen snoeien
Wij/we zullen uitschakelen
Wij/we zullen wegscheuren
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
en tres3
Drie
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend
tres3
Drie
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
.
PondremosWij/we zullen aan de
 praat krijgen
Wij/we zullen aandoen
Wij/we zullen aantrekken
Wij/we zullen aanzetten
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen inschakelen
Wij/we zullen leggen
Wij/we zullen neerleggen
Wij/we zullen neerzetten
Wij/we zullen op gang
 brengen
Wij/we zullen opbrengen
Wij/we zullen opleggen
Wij/we zullen plaatsen
Wij/we zullen steken
Wij/we zullen stellen
Wij/we zullen stoppen
Wij/we zullen vlijen
Wij/we zullen zetten
Zullen wij doen
especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale
cuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid
en obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
33
Drie
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
grosorDikte.
Después deAan
Achter
Na
Na verloop van
Over
haberBezitting
Hebben
Zijn
montadoBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
en el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
.
ExtendemosWij spreiden
Wij/we breiden uit
Wij/we geven af
Wij/we houden op
Wij/we maken wijder
Wij/we ontvouwen
Wij/we rekken
Wij/we smeren uit
Wij/we spreiden
Wij/we spreiden uit
Wij/we steken uit
Wij/we strekken
Wij/we strekken uit
Wij/we verbreiden
Wij/we vergroten
Wij/we verspreiden
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
con la ayuda deMet behulp van una paletinaEen smal lang plamuurmes hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
por completoCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Ik completeer
Ik maak af
Ik voleind
Ik vul aan
Ik werk bij
Integraal
Integrale
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Voltallig
Voltallige
Volle
Volledig
Volledige
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
del discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
.
ColocamosWij plaatsen
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we brachten onder
Wij/we brengen onder
Wij/we deden
Wij/we doen
Wij/we legden
Wij/we legden neer
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we plaatsen
Wij/we plaatsten
Wij/we staken
Wij/we steken
Wij/we stelden
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we verplaatsen
Wij/we verplaatsten
Wij/we vlijden
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten neer
Wij/we zetten uit
el segundoDe seconde
Het hoofdgerecht
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la capaDe jas
De laag
De mantel
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
y repetimosWij herhalen
Wij/we herhaalden
Wij/we herhalen
Wij/we zegden na
Wij/we zegden nog eens
Wij/we zeggen na
Wij/we zeggen nog eens
Wij/we zeiden na
Wij/we zeiden nog eens
la operaciónDe bewerking
De ingreep
De operatie
Het opereren
.
FinalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte
colocamosWij plaatsen
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we brachten onder
Wij/we brengen onder
Wij/we deden
Wij/we doen
Wij/we legden
Wij/we legden neer
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we plaatsen
Wij/we plaatsten
Wij/we staken
Wij/we steken
Wij/we stelden
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we verplaatsen
Wij/we verplaatsten
Wij/we vlijden
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten neer
Wij/we zetten uit
el últimoAchterste
Jongstleden
Laatste
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
cubriendoAanzuiverend
Bedekkend
Beleggend
Beschermend
Dekkend
Toedekkend
la segunda2e
Tweede
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
.
CubriremosWij zullen bedekken
Wij/we zullen aanzuiveren
Wij/we zullen bedekken
Wij/we zullen beleggen
Wij/we zullen beschermen
Wij/we zullen dekken
Wij/we zullen toedekken
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
los tres3
Drie
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
de bizcocho con nataMet roomsaus extendiéndolaHet uitstrekkend uniformementeUniform
Éénvormig
por la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
y lateralesAan de zijkant gelegen
Lateraal
Laterale
Zij-
Zijdelings
Zijdelingse
Zijwaarts
Zijwaartse

AhoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
nos(Aan) ons
Ons
falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming
añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
los canutillosDe canutillos de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
, primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke
por los lateralesDe zijkanten y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
por la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
.

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
informaciónAankondigen
Bericht
Berichten
Informatie
Informeren
Inlichten
Mededelen
Meedelen
Melden
Overbrengen
Refereren
Verslaan
Verwittigen
Voorlichten
véaseBlijkt u!
Is u duidelijk!
Laat u zich zien!
Zie
'trucosFoefjes
Knepen
Kunstgrepen
Streken
Stunts
Toeren
Trucs
Truken
de reposteríaBanketbakkersvak
Desserts
Toetjes
'

Tarta de manzana conDoor
Met
Per
Samen met
Streusel

Ingredientes:
MantecaReuzel
Spek
: 250 gr.
AzúcarSuiker: 250 gr.
HarinaBloem
Meel
: 400400
Vierhonderd
gr.
CantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

CantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
de candelaCandela
Kaars
Kaarsensterkte
Poedersuiker

CantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
de vainillaVanille
RalladuraGeraspte snippers de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen


Para el rellenoVoor de vulling de manzanaAppel
Huizenblok
:
ManzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes
: 700700
Zevenhonderd
gr.
NuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
: 5050
Vijftig
gr.
CandelaCandela
Kaars
Kaarsensterkte
Poedersuiker
: 5050
Vijftig
gr.
AzúcarSuiker: 5050
Vijftig
gr.

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
:
Crema de lecheRoom van melk: 100100
Honderd
gr.
AzúcarSuiker: 2020
Twintig
gr.

Preparación:
Relleno deGevuld met manzanaAppel
Huizenblok
: PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
y cortarlasSnijd ze en julianaDamastbloem
Julienne
, cocinarlasZe te koken pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
conDoor
Met
Per
Samen met
azúcarSuiker. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
ubicarlasHen plaatsen en la baseDe base
De basis
De grond
De grondslag
Het grondvlak
de pasta arenosaZanddeeg, espolvorearlaBepoederen
Bestrooi het
conDoor
Met
Per
Samen met
candelaCandela
Kaars
Kaarsensterkte
Poedersuiker
, agregarBijmengen
Toevoegen
nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
picadasBoos
Boze
Dragrace
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
Streusel.
Streusel: TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken
la mantecaDe reuzel y el azúcarDe suiker, agregarBijmengen
Toevoegen
las esenciasDe essences
De essenties
De kernen
De wezenlijkheden
De wezens
y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
harinaBloem
Meel
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formar grumosKlonteren uniformesTenues
Uniformen
.
RendimientoEfficiëntie
Opbrengst
Rendement
: 44
Vier
a 88
Acht
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
de acuerdo al tamañoAfhankelijk van het formaat.



De los siguientes palabras hay una foto:
Manzana   Manzana   Manzana   Manzana   Nuez   Vainilla   Verde  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
chocolate-mandarina

Ingredientes:
CrocanteKrokant
Krokante
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
y cacaoCacao
MantecaReuzel
Spek
: 60gr
LecheMelk: 25cc
AlmendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
enterasCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Integer
Integere
Jij/je deelt mede
Jij/je deelt mee
Jij/je kondigt aan
Jij/je stelt in kennis
Jij/je verwittigt
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
: 70gr
AzúcarSuiker: 75gr
GlucosaDruivensuiker
Glucose
: 25gr
CacaoCacao amargoBitter
Bittere
Bitterheid
: 10gr

GanacheGanache de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk

MantecaReuzel
Spek
: 50gr
ChocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
alNaar de
Naar het
7070
Zeventig
%: 150gr
LicorLikeur
Sterke drank
de mandarinaClementine
Mandarijn
Mandarijntje
Satsuma
Tangerine
: 10cc
GlucosaDruivensuiker
Glucose
: 15gr
Crema de lecheRoom van melk: 165cc

CremosoRomig
Romige
de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines

JugoBraadjus
Dipsaus
Jus
Sap
Saus
Vleessaus
de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines
: 65cc
YemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
: 60gr
RalladuraGeraspte snippers de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines
: 1u
Gelatina sin saborCola de Pescado.: 4gr
Crema de lecheRoom van melk alNaar de
Naar het
35%m.g.: 185gr
AzúcarSuiker: 50gr

Paté sucrée
HuevosEieren: 110gr
SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
: 5gr
HarinaBloem
Meel
: 500gr
MantecaReuzel
Spek
: 225gr
AzúcarSuiker: 275g

BiscuitBiscuit de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
harinaBloem
Meel

YemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
: 60gr
ClarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
: 105gr
AzúcarSuiker: 70gr
CacaoCacao amargoBitter
Bittere
Bitterheid
: 30gr

Preparación:
Paté sucrée: BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la mantecaDe reuzel juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker a blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte
. AgregarBijmengen
Toevoegen
los huevosDe eier
De eieren
de a unoÉén voor één. IncorporarInbouwen
Toevoegen
la harinaDe bloem
Het meel
juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
la salHet zout tamizadosGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
. UnirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
amasarDeeg kneden
Kneden
. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
papelPapier
Rol
filmFilm
Folie
Rolprent
y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
heladeraKoelkast
Vriezer
por espacioHeelal
Ik maak ruchtbaar
Ik scheid door een
 tussenruimte
Ik scheid door spaties
Ik spatieer
Ik verbreid
Ik verspreid
Ruimte
Speling
Wereldruim
mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige
de 1hs.

GanacheGanache de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
: ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
finamenteFijn
Keurig
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
. HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
la crema de lecheDe room van melk juntoIk breng bijeen
Ik breng samen
Ik stel samen
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Ik voeg bijeen
Ik voeg samen
Ik zet ineen
Samen
conDoor
Met
Per
Samen met
la glucosaDe druivensuiker
De glucose
. VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobre elOp de
Op het
chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
minutosMinuten y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
una preparación lisaEen gladde bereiding y brillanteBriljant
Briljante
Geniaal
Geniale
Glimmend
Glimmende
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
alcance(Het) bereikt
Achterhaalt u!
Behaalt u!
Bereik
Bereikt u!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik achterhaal
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik verkrijg
Ik verwerf
Maakt u buit!
Reikt u tot!
Reikwijdte
Verkrijgt u!
Verwerft u!
los 40C, incorporarInbouwen
Toevoegen
la mantecaDe reuzel cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
en cubosBlokjes
Blokken
Dobbelstenen
Emmers
Klontjes
Kubussen
Naven
Wijnemmers
y el licorDe likeur
De sterke drank
. TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken
conDoor
Met
Per
Samen met
batidorGarde
Klopper
y usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
de inmediatoOnmiddellijk.

CremosoRomig
Romige
de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines
: HervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus
conDoor
Met
Per
Samen met
la mitadDe helft del azúcarSuiker. AdicionarleEraan toevoegen la crema de lecheDe room van melk y la ralladuraDe geraspte snippers y llevar aMeenemen naar
Meenemen voor
calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker conDoor
Met
Per
Samen met
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de huevoEi hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
blanquearBlancheren
Bleken
y agregarBijmengen
Toevoegen
la preparaciónDe bereiding
De bereidingswijze
Het aanmaken
Het bereiden
Het klaarmaken
Het opleiden
Het toebereiden
Het voorbereiden
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
. CocinarBereiden
Koken
a Baño de MaríaAu bain marie
Au bain-marie
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
alcanzarAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven
los 84C/86C o hasta queTot
Totdat
napeNappeert la cucharaDe eetlepel
De lepel
De soeplepel
. VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobre laOp de
Op het
gelatinaE441
Gelatine
Gelei
hidratadaGehydreerd
Ingeweekt
Ingeweekte
Vocht toegevoegd aan
en jugo de naranjaSinaasappelsap, integrarIntegreren
Samenvoegen
Tezamen vormen
Uitmaken
Vormen
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
por un chinoEen chinees
Een chinois
. ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
en un flexipan cuyoHuiscavia
Van wie
Waarvan
Wiens
Wier
diámetroDiameter
Middellijn
seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
2cm inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte
alNaar de
Naar het
utilizadoAangewend
Benut
Gebruikt
Te baat genomen
Toegepast
Waargenomen
en la tarteraDe taartvorm y congelarBevriezen
Diepvriezen
Invriezen
.

BiscuitBiscuit de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
harinaBloem
Meel
: BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
los 40gr de azúcarSuiker hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
alcanzarAchterhalen
Behalen
Bereiken
Buitmaken
Inhalen
Reiken tot
Verkrijgen
Verwerven
el puntoDe spikkel
De stip
De/het mespunt
Het gegeven
Het oog
letraHandschrift
Karakter
Letter
Liedtekst
Songtekst
. MerengarOpschuimen las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
conDoor
Met
Per
Samen met
los 70gr de azúcarSuiker. UnirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen
conDoor
Met
Per
Samen met
movimientosBewegingen
Slagen
Zetten
envolventes la preparaciónDe bereiding
De bereidingswijze
Het aanmaken
Het bereiden
Het klaarmaken
Het opleiden
Het toebereiden
Het voorbereiden
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
, alternandoAfgewisseld
Afwisselend
Alternerend
conDoor
Met
Per
Samen met
el cacaoDe cacao amargoBitter
Bittere
Bitterheid
tamizadoGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
. VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
placaAanrecht
Bakblik
Bakplaat
Blad
Fotografische plaat
Plaat
Plak
Tablet
empapeladaBehangen
Met papier bekleed
y enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
de 2020
Twintig
x 30cm o un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
de 24cm de diámetroDiameter
Middellijn
. CocinarBereiden
Koken
en hornoKachel
Oven
a 180C aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
1515
Vijftien
min.

CrocanteKrokant
Krokante
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
y cacaoCacao: CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la lecheDe melk, glucosaDruivensuiker
Glucose
y mantecaReuzel
Spek
a 45C. Añadir aToevoegen aan la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
el azúcarDe suiker. CocinarBereiden
Koken
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij
106C. PosteriormenteDaarna
Later
, fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
del fuegoVuur, agregarBijmengen
Toevoegen
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
procesadasVerwerkt previamenteEerst
Vooraf
mezcladasDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
conDoor
Met
Per
Samen met
el cacaoDe cacao. VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobre unBovenop een
Op een
silpatOprolbare kunststof ondergrond y espatularPlamuren. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
placa siliconadaAnt-aanbakplaat, pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
el palote paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
afinarBijstellen
Stemmen
el espesorDe consistentie
De dichtheid
De dikte
. CongelarBevriezen
Diepvriezen
Invriezen
. CocciónBakken
Koken
en hornoKachel
Oven
a 170C, aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
2020
Twintig
min, dependiendoAfhangend
Afhankelijk zijnd
Deel uitmakend
Er van afhangend
del tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
de la piezaDe bonk
De damschijf
De homp
De kamer
De vis
De/het brok
Het eindje
Het muntstuk
Het muziekstuk
Het schaakstuk
Het stukje
Het toneelstuk
Het vertrek
Het werktuig
Het wild
.

El armadoDe gepantserde poon
Het monteren
Het opmaken
: EstirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de 3mm de espesorConsistentie
Dichtheid
Dikte
. ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
de tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
o aroAronskelk
Hoepel
Ik beploeg
Ik ploeg
Ik ploeg om
Italiaanse aronskelk
Jan-op-de-preekstoel
Ring
de 24cm de diámetroDiameter
Middellijn
y de 2cm de altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven
conDoor
Met
Per
Samen met
el patéDe pastei
De paté
sucrée. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
papelPapier
Rol
y rellenarloVul ze conDoor
Met
Per
Samen met
materialGrondstof
Materiaal
Materieel
Materiële
de cargaBelaad!
Beladen
Belast!
Belasten
Bereken!
Berekenen
Bestorm!
Bestormen
Breng in rekening!
Cargo
Erger!
Ergeren
Gei op!
Gei!
Geien
Goederen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belaadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ergert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geit op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laadt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verveelt
Inladen
Laad in!
Laad!
Laden
Lading
Last
Opgeien
Scheepslading
Servituut
Sta tegen!
Tegenstaan
Vermoei!
Vermoeien
Verveel!
Vervelen
Vracht
Vulling
. CocinarBereiden
Koken
en hornoKachel
Oven
a 180C, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
suHaar
Hun
Uw
Zijn
cocciónBakken
Koken
totalAlgeheel
Algehele
Alles bij elkaar
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gezamenlijk bedrag
Heel
Hele
In het geheel genomen
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
. CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de la ganacheGanache y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
encimaBovendien
Er bovenop
un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
de biscuitBiscuit alNaar de
Naar het
chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
harinaBloem
Meel
, de un diámetroEen diameter
Een middellijn
de 2cm inferiorBeneden-
Geringer
Geringere
Inferieur
Inferieure
Kleiner
Kleinere
Lager
Lagere
Minder
Minderwaardig
Minderwaardige
Ondergeschikt
Ondergeschikte
alNaar de
Naar het
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
utilizadoAangewend
Benut
Gebruikt
Te baat genomen
Toegepast
Waargenomen
. DisponerBeschikken
Beschikken over
Bevelen
Disponeren
Klaarmaken
Plaatsen
Rangschikken
Voltooien
encimaBovendien
Er bovenop
un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
del cremosoRomig
Romige
de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines
congeladoBevriezen
Bevroren
Diepgevroren
Diepvriezen
Ingevroren
Invriezen
del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
diámetroDiameter
Middellijn
del biscuitBiscuit. CompletarAanvullen
Afmaken
Bijwerken
Completeren
Voleinden
conDoor
Met
Per
Samen met
la ganacheGanache hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el bordeDe band
De boord
De kant
De rand
De zoom
. ConservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bestellen
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden
en heladeraKoelkast
Vriezer
. DecorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el crocanteKrokant
Krokante
de cacaoCacao.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra   Aro   Aro   Cacao   Flexipan   Mandarina   Silpat  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de dátilesDadelpalmen
Dadels

Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
: 200200
Tweehonderd
gramosGrammen de mantecaReuzel
Spek
, 175 gramosGrammen de harinaBloem
Meel
0000, 11
Een
pocillo de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
.
Para el rellenoVoor de vulling y la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
: 22
Twee
docenasDozijnen o másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de dátilesDadelpalmen
Dadels
conDoor
Met
Per
Samen met
fechaDagteken!
Dagtekening
Dateer!
Datering
Datum
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dagtekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dateert
recienteFris
Frisse
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Recent
Vers
Verse
de envasadoGebotteld
Verpakt
Verpakte
, 55
Vijf
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
de huevosEieren súperFantastisch
Fantastische
Prima
Super
frescosBrutaal
Brutale
Fresco's
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koeltes
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
, 55
Vijf
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker, 55
Vijf
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
, 44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de crema de leche frescaVerse room van melk ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
batidaDoorgeroerd
Drijfjacht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjacht
Omgeroerd
.

Preparación:
Sobre laOp de
Op het
mesa de trabajoWerktafel unirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la mantecaDe reuzel desmenuzadaUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde
y aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
un bolloEen bolletje
Een broodje
Een kadet
Een kadetje
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten
una horaEen tijd
Een uur
alNaar de
Naar het
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
con la ayuda deMet behulp van los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
aplastarUitrollen (van deeg) la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
conDoor
Met
Per
Samen met
bordesBanden
Boorden
Jij/je borduurt
Kanten
Randen
Zomen
acanaladosGecanneleerd
Gecanneleerde
Gegroefd
Gegroefde
, totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal
enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
, cubriendoAanzuiverend
Bedekkend
Beleggend
Beschermend
Dekkend
Toedekkend
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
y los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
internosBinnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
. CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
longitudinalmenteIn de lengte una docenaEen dozijn, o las necesariasBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
, de dátilesDadelpalmen
Dadels
, descartandoAfwijzend los carozosDe pitten, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
ahoraNou
Nu
Tegenwoordig
Thans
, las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
, agregarBijmengen
Toevoegen
la crema de lecheDe room van melk apenasAmper
Jij/je bedroeft
Kwalijk
Nauwelijks
Ternauwernood
batidaDoorgeroerd
Drijfjacht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjacht
Omgeroerd
y las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
a nieveGeklopt eiwit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sneeuwt
Ik sneeuw
Sneeuw
Sneeuwen
Sneeuwt u!
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
suavementeZacht
Zachtjes
. VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
estaDeze
Dit
preparaciónAanmaken
Bereiden
Bereiding
Bereidingswijze
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
sobre elOp de
Op het
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
. CocinarBereiden
Koken
en hornoKachel
Oven
a temperaturaTemperatuur fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
y retirarIntrekken
Terugtrekken
Uithalen
Verwijderen
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
se empiezaBegin!
Begint
Breek aan!
Ga in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Pak aan!
Snijd aan!
Vang aan!
a dorarAanbraden
Doreren
. EntibiarLauw maken
Lauw worden
y decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de los dátilesDe dadelpalmen
De dadels
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
a UstedGij
U
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
leHaar
Hem
Het
U
gusta(U) wilt
Behaag!
Beval!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houd van!
Proef!
Sta aan!
Vind leuk!
Zin!
. Puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
porcionesDelen
Gedeelten
Gedeeltes
Onderdelen
Parten
Porties
Stukken
directamenteDirect
Rechtaan
Rechtstreeks
Regelrecht
de la fuenteDe bron
De fontein
De schaal
De schotel
De welput
Het bekken
Het opdienbord
o desmontarDemonteren
Uit elkaar nemen
Uiteennemen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
pasándolaHet doorhalend a una hermosoFraai
Fraaie
Knap
Knappe
Mooi
Mooie
Net
Nette
Prachtig
Schone
Schoon
platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
. SegúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
el gustoDe lust
De smaak
Het genoegen
, acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
porciónDeel
Gedeelte
Onderdeel
Part
Portie
Stuk
conDoor
Met
Per
Samen met
una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel
de crema chantillyCrème chantilly
Opgeklopte room met suiker
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cada   Cada   Nieve  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
rústicaBoers
Boerse
Landelijk
Landelijke
Onbeschaafd
Onbeschaafde
Rustiek
Rustieke
de manzanaAppel
Huizenblok

Un manjarEen etenswaar
Een gerecht
Een spijs
que puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
saborearseGenieten van
Savoureren
seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
o fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
.

Ingredientes:
MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
: 2020
Twintig
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de harina leudanteZelfrijzend bakmeel, 2020
Twintig
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker, 2OO gramosGrammen de mantecaReuzel
Spek
, 10O gramosGrammen de nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten
en trocitosStukjes, jugoBraadjus
Dipsaus
Jus
Sap
Saus
Vleessaus
de mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
.
El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
11
Een
KiloKilo
Kilogram
de manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
verdesGroen
Groene
Groenen
Verdes
, 11
Een
/22
Twee
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
exprimidoGeperst
Uitgedrukt
Uitgeknepen
Uitgeperst
Uitgeperste
.

Preparación:
PelarAfpellen
Jassen
Pellen
Schillen
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
, limpiarlasZe schoonmaken de las semillasDe bronnen
De korrels
De oorsprongen
De oorzaken
De pitten
De zaadjes
De zaadkorrels
De zaden
y cortarlasSnijd ze en dadosAangegeven
Blokken
Dobbelsteentjes
Dobbelstenen
Gegeven
Klontjes
Kubussen
Opgebracht
Teerlingen
Toegebracht
Toegekend
Verleend
. CocinarBereiden
Koken
en pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
conDoor
Met
Per
Samen met
el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus
de 11
Een
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
. Sacarlas cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte
peroDoch
Echter
Maar
enteritas y ponerlasZe doen en un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen
. En un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la mitadDe helft de la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la mitadDe helft del azúcarSuiker y desmenuzarleVerbrokkelen
Verkruimelen
100100
Honderd
gramosGrammen de mantecaReuzel
Spek
, uniendoAaneenvoegend
Samenbrengend
Verbindend
Verenigend
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
amasarDeeg kneden
Kneden
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
en el fondoEigenlijk
Strikt genomen
de una tarteraEen taartvorm enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
de 3030
Dertig
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
. GuardarBehoeden
Behouden
Bewaken
Bewaren
De wacht hebben
Hoeden
Letten op
Opbergen
Passen op
Waken over
en la heladeraDe koelkast
De vriezer
mientrasTerwijl se preparaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt zich voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich gereed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich klaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt zich op
Men bereidt
la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
que va aHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
: Se colocaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Men plaatst
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
mitadHelft de la harinaDe bloem
Het meel
, el azúcarDe suiker, la mantecaDe reuzel desgranadaAfgeplukt
Gedopt
Gedopte
que se uneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aaneen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt zich
Men verenigt
formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend
una mezclaEen artsenijmengsel
Een melange
Een mengeling
Een mengelmoes
Een mengen
Een mengsel
Een mix
Een mixen
Een mixtuur
Een temperen
Een vermengen
Een vermenging
Een verwarren
granulosaKorrelig
Korrelige
. Se retira deHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg uit la heladeraDe koelkast
De vriezer
el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klaargemaakte
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid
, se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan
encimaBovendien
Er bovenop
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
hervidasGeborreld
Gekookt
Gekookte
Gesudderd
Gezied
Gezoden
Op het kookpunt geweest
en trozosIn stukken y las nuecesDe adamsappels
De noten
De okkernoten
De walnoten
desmenuzadasUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde
, se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich
conDoor
Met
Per
Samen met
el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
granuladoGranulaat
Korrelig
Korrelige
Korrelmassa
y se rocíaBesprenkelt men uniformementeUniform
Éénvormig
conDoor
Met
Per
Samen met
el jugoDe braadjus
De dipsaus
De jus
De saus
De vleessaus
de mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
. Se horneaMen bakt a 150ºC duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
4040
Veertig
/6060
Zestig
minutosMinuten, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
bien doradaGoed bruin.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Limón   Manzana   Manzana   Manzana   Manzana   Naranja   Nuez   Verde  


Tartaleta aingeru



Ingredientes:
CebollaAjuin
Bloembol
Ui
, pimiento verdeGroene paprika, ajoIk frommel
Ik kreukel
Ik verfomfaai
Ik verfrommel
Ik verkreukel
Knoflook
Look
, bacalaoGul
Kabeljauw
Klipvis
Stokvis
, champiñónAgaricus bisporus
Agaricus bitorquis
Champignon
Gekweekte champignon
Kastanjechampignon
Portabella
Portobello
Straatchampignon
, gambasGamba's
Garnalen
Grote garnalen
, coñacCognac, tomate fritoTomatensaus, nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, tartaleta, perejilBladpeterselie
Krulpeterselie
Peterselie
Pieterselie
Tuinpeterselie
picadoBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
y queso ralladoGeraspte kaas

Preparación:
Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
el aceiteDe olie
De olijfolie
a calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
en una cazuelaEen braadpan
Een eenpansgerecht
Een kasserol
Een lage kookpot
Een ovenschotel
Een steelpan
, se picaHakt men
Men prikt
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
, un pimiento verdeEen groene paprika, dos2
Do's
Twee
Tweede
dientes de ajoKnoflookteentjes y se pochaMen pocheert todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
, se añadenWorden toegevoegd
Zij/ze sluiten zich aan
el bacalaoDe gul
De kabeljauw
De klipvis
De stokvis
, el champiñónDe champignon
De gekweekte champignon
De kastanjechampignon
De portabella
De portobello
De straatchampignon
, y las gambasDe gamba's
De garnalen
De grote garnalen
. se dejanMen laat
Zij/ze geven zich over
Zij/ze verwaarlozen zich
Zij/ze wijden zich aan
 iets
Zij/ze worden terneergeslagen
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
un cuarto de horaEen kwartier y se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
 zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
 de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
copitaDrankje
Glaasje
de coñacCognac, tomate fritoTomatensaus y nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
. Se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
 om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
y adornadoGedecoreerd
Gesierd
Getooid
Opgesierd
Opgesmukt
Opgesmukte
Uitgedost
Versierd
Versierde
con perejilMet peterselie y queso ralladoGeraspte kaas



De los siguientes palabras hay una foto:
Ajo   Ajo   Bacalao   Cebolla   Champiñón   Champiñón   Perejil  


TartaletasTaartjes de setasFungi
Paddenstoelen
Zwammen



Ingredientes:
1212
Twaalf
tartaletasTaartjes
200200
Tweehonderd
g. de champiñonesChampignons
Gekweekte champignons
Kastanjechampignons
Portabella's
Portobello's
Straatchampignons
uOf otrasAnder
Andere
Nog één
setasFungi
Paddenstoelen
Zwammen

100100
Honderd
g. de beiconBacon
11
Een
cebollaAjuin
Bloembol
Ui
, 22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de tomateTomaat
Tomaatplant
trituradoFijngestampt
Gepureerd
Gepureerde
Gestampt

11
Een
/44
Vier
L. de lecheMelk 11
Een
/44
Vier
L. de caldoBouillon
Consommé
Heldere soep
Ongebonden soep
Vleesnat
vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische
, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
ser deBehoren
Behoren tot
Komen uit
Toebehoren
pastillaBlokje
Pastille
Pil
Tablet

5050
Vijftig
g. de queso ralladoGeraspte kaas, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, pimientaPeper, aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
y maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena


Preparación:
RehogarSauteren
Smoren (in vet)
en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
el beiconBacon cortado finoFijn gesneden, la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
picaditaFijngehakt finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
los champiñonesDe champignons
De gekweekte champignons
De kastanjechampignons
De portabella's
De portobello's
De straatchampignons
laminadosGelaagd
Gelaagde
, o setasFungi
Paddenstoelen
Zwammen
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
eEn, incorporarInbouwen
Toevoegen
el tomateDe tomaat
De tomaatplant
, salpimentarMet zout en peper
 kruiden
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la lecheDe melk, el caldoDe bouillon
De consommé
De heldere soep
De ongebonden soep
Het vleesnat
hechoAangemaakt
Actie
Bedreven
Daad
Feit
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Handeling
Prestatie
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
Verrichting
Werking
Zet
conDoor
Met
Per
Samen met
la pastillaDe pastille
De pil
De/het tablet
Het blokje
vegetalGroeisel
Plant
Plantaardig
Plantaardige
Vegetarisch
Vegetarische
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
cocerBakken
Koken
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
44
Vier
min. la ligamosWij binden
Wij/we binden
Wij/we binden vast
Wij/we bonden
Wij/we bonden vast
Wij/we lieerden
Wij/we liëren
Wij/we maakten vast
Wij/we maken vast
Wij/we sloten aan
Wij/we sluiten aan
Wij/we verbinden
Wij/we verbonden
conDoor
Met
Per
Samen met
la maicenaDe maïzena
Het maiszetmeel
Het maïszetmeel
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
una pastaEen beslag
Een deeg
Een deegwaar
Een gebak
Een pasta
Een zoet broodje
homogéneaGelijksoortig
Gelijksoortige
Homogeen
Homogene
. RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
las tartaletasDe taartjes, espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
el quesoDe kaas y gratinarGratineren
Paneren
, servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
.

NOTAAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: se puedeMen kan cambiarAfwisselen
Denatureren
Kenteren
Omwisselen
Ruilen
Variëren
Veranderen
Verkeren
Vermaken
Verwisselen
Werken
Wisselen
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
por polloKip
Kippenvlees
Kuiken
, atúnGewone tonijn
Rode tonijn
Tonijn
eEn.t.c. y la tartaleta por vol au vents



De los siguientes palabras hay una foto:
Cebolla   Pimienta   Pollo   Setas   Tomate   Tomate  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de espinacasSpinazie
Spinazies
y jamónHam



Ingredientes:
150g. de harinaBloem
Meel

100100
Honderd
g. de mantequillaBoter
Roomboter

11
Een
yema de huevoEidooier y salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
300300
Driehonderd
g. de espinacasSpinazie
Spinazies

200200
Tweehonderd
g. de queso tiernoZachte kaas ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte

100100
Honderd
g. de jamón YorkGekookte ham
Yorkham

33
Drie
huevosEieren
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper

Preparación:
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
la harinaDe bloem
Het meel
sobre unBovenop een
Op een
mármolMarmer, en forma deIn de vorm van volcánVulkaan
Vuurspuwende berg
y en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
la mantequillaDe boter
De roomboter
troceadaIn stukjes gesneden
In stukken gesneden
, la yemaDe bot
De eidooier
De knop
Het uitspruitsel
, salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y 33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
. MezclarloMengen todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
3030
Dertig
min. en forma deIn de vorm van bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop
, ante deAlvorens usarloGebruik het
Gebruiken
, transcurridoNaar verloop van
Omgekomen
Overgegaan
Vergaan
Verlopen
Verstreken
eseDat
Die
tiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
untadoAangesmeerd
Besmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingesmeerd
Ingesmeerde
Nat gemaakt
de mantequillaBoter
Roomboter
y harinaBloem
Meel
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
conDoor
Met
Per
Samen met
un rodilloEen roller enharinadoIn meel verpakt
Met meel bedekt
Met meel bestrooid
extendemosWij spreiden
Wij/we breiden uit
Wij/we geven af
Wij/we houden op
Wij/we maken wijder
Wij/we ontvouwen
Wij/we rekken
Wij/we smeren uit
Wij/we spreiden
Wij/we spreiden uit
Wij/we steken uit
Wij/we strekken
Wij/we strekken uit
Wij/we verbreiden
Wij/we vergroten
Wij/we verspreiden
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
que hasJij hebt
Jij/je bent
Jij/je hebt
preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klaargemaakte
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid
y la ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
, pincharlaPrik het conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
y loDe
Hem
Het
U
ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
a cocerBakken
Koken
en el hornoDe kachel
De oven
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1010
Tien
min..
FreímosWij bakken
Wij/we bakken
Wij/we bakten
Wij/we braadden
Wij/we braden
Wij/we frituren
Wij/we frituurden
Wij/we fruiten
Wij/we fruitten
el jamónDe ham cortado enGesneden in dadoAangegeven
Blok
Derde macht
Dobbelsteen
Gegeven
Klontje
Kubus
Opgebracht
Teerling
Toegebracht
Toegekend
Verleend
y loDe
Hem
Het
U
reservamosWij zetten weg
Wij/we bespraken
Wij/we bespreken
Wij/we bestelden
Wij/we bestellen
Wij/we boeken
Wij/we boekten
Wij/we hielden open
Wij/we hielden vrij
Wij/we houden open
Wij/we houden vrij
Wij/we reserveerden
Wij/we reserveren
Wij/we tekenden in
Wij/we tekenen in
Wij/we zetten weg
, cocemosWij koken
Wij/we bakken
Wij/we koken
las espinacasDe spinazie y una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
escurridaAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen
las mezclamosWij mengen
Wij/we gooiden door elkaar
Wij/we gooien door elkaar
Wij/we mengden
Wij/we mengen
Wij/we mixen
Wij/we mixten
Wij/we temperden
Wij/we temperen
Wij/we vermengden
Wij/we vermengen
Wij/we verwarden
Wij/we verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de huevosEieren y el queso ralladoDe geraspte kaas, y las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
, echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
masDoch
Echter
Maar
Plus
el jamónDe ham, y cocerloKoken en el hornoDe kachel
De oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
2020
Twintig
min. o hasta queTot
Totdat
veasJij ziet
Jij/je bekijkt
Jij/je kijkt
Jij/je ziet
que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
cuajadoDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestolde
Gestremde melk
Wrongel
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
minutosMinuten desmoldarUit de vorm halen y servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Pimienta   Volcán   Yema de huevo  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de salchichasBraadworsten
Saucijsjes
Saucijzen
Worsten
Worstjes



Ingredientes:
11
Een
paquetePak
Pakje
Pakket
de puré de patatasAardappelpuree
Puree
.
44
Vier
ó 55
Vijf
salchichasBraadworsten
Saucijsjes
Saucijzen
Worsten
Worstjes
de Frankfurt.
200200
Tweehonderd
ml. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
.
11
Een
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de queso ralladoGeraspte kaas.
33
Drie
huevosEieren.
MantequillaBoter
Roomboter
.

Preparación:
PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
el puréDe brij
De pap
De puree
y extenderloUitrollen en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
de tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de modo queZodat cubraBedekt
Bedekt u!
Belegt u!
Beschermt u!
Dekt u toe!
Dekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert aan
Ik bedek
Ik beleg
Ik bescherm
Ik dek
Ik dek toe
Ik zuiver aan
Zuivert u aan!
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
y las paredesDe muren
De wanden
. Reservarlo(Het) wegzetten
Opzij zetten
Reserveren
.
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
las salchichasDe braadworsten
De saucijsjes
De saucijzen
De worsten
De worstjes
en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
y freírlasBak ze ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
en un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de mantequillaBoter
Roomboter
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
los huevosDe eier
De eieren
, sazonarlosAñadir otros ingredientes a un alimento para mejorar su gusto y sabor. Condimentar un alimento con sal y especies. conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y pimientaPeper y añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y el queso ralladoDe geraspte kaas. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
las salchichasDe braadworsten
De saucijsjes
De saucijzen
De worsten
De worstjes
en la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
de puréBrij
Moes
Pap
Puree
, verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
por encimaBovendien
Er bovenop
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de los huevosDe eier
De eieren
y cocerloKoken a hornoKachel
Oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
3030
Dertig
minutosMinuten, aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat

ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, recién hechaVers gemaakt, en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Pimienta  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
"sacher"



Ingredientes:
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
o baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard

130 gr. de mantequillaBoter
Roomboter
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!

11
Een
/22
Twee
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte

11
Een
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

11
Een
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!
de canela en polvoKaneelpoeder
200200
Tweehonderd
gr de azúcarSuiker
66
Zes
huevosEieren
130 gr de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade
(sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
lecheMelk, de 4040
Veertig
% mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige
de cacaoCacao)
130 gr de harinaBloem
Meel

Para el rellenoVoor de vulling:
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de albaricoqueAbrikoos (conDoor
Met
Per
Samen met
el menosDe min
Het minus
azúcarSuiker posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke
).
NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se puedeMen kan sustituirAflossen
Vervangen
por otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
claseAard
Klas
Klasse
Les
Lestijd
Soort
Stand
de frutaFruit
Vrucht
Vruchtenprodukt
en mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el glaseadoGeglaceerd
Geglaceerde
Glacé
Glanzend gemaakt
:
250 gr. de azúcar glasPoedersuiker
33
Drie
ó 44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere

11
Een
a 22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

8080
Tachtig
gr de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade
(del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
que el anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
)
11
Een
/22
Twee
ramaAfdeling
Branche
Geslacht
Linie
Tak
de vainillaVanille
ExtraExtra:
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel
UtensiliosGebruiksvoorwerpen:
dos2
Do's
Twee
Tweede
recipientesBakken
Kommen
Potten
Pullen
Schalen
Vaten
Vazen
hondosDiep
Diepe
(bolBowl
Kom
Schaal
) paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan

un cazoEen sauspan paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el baño MaríaDe au bain marie
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
de 2424
Vierentwintig
a 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn

batidora eléctricaElektrische mixer (varillasGardes
Kloppers
o bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop
)
batidor de manoGarde
espátulaBakspatel
Lepelaar
Plamuurmes
Roerspaan
Spaan
Spatel
Verfmes

coladorFilter
Vergiet
Zeef

rejillaBagagenet
Rooster
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart

HornoKachel
Oven
: precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde

190 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
centígradosCentesimaal
Centesimale
Honderddelig
Honderddelige

TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
: de 45 a 6060
Zestig
mn, peroDoch
Echter
Maar
estoDeze
Dit
dependeBen afhankelijk!
Dat hangt er van
 af
Dat hangt ervan af
Hang af!
Het hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Maak deel uit!
del hornoKachel
Oven
en el míoMijne
Van mij
tarda(Het) duurt
Blijf achter!
Blijf lang weg!
Blijf na!
Doe lang over iets!
Draal!
Duur!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft lang weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet lang over
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze talmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treuzelt
Laat
Late
Talm!
Treuzel!
Vergevorderd
Vergevorderde
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd


Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
a calentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el baño MaríaDe au bain marie
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
el pan ralladoHet paneermeel.
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
alNaar de
Naar het
baño MaríaAu bain marie
Au bain-marie
.
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
conDoor
Met
Per
Samen met
la mitadDe helft del azúcarSuiker. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la mantequillaDe boter
De roomboter
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!
(peroDoch
Echter
Maar
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
) conDoor
Met
Per
Samen met
la mitadDe helft del azúcarSuiker, la salHet zout, la canelaDe/het kaneel en polvoIn poedervorm y la ralladuraDe geraspte snippers del limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
. Batidora eléctricaElektrische mixer.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
a la mantequillaDe boter
De roomboter
batidaDoorgeroerd
Drijfjacht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjacht
Omgeroerd
(siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt se puedenMen kan batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig) entremezclándoleDooreenmengend lentamenteLangzaam el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
. El chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tiene queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
, ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
de loDe
Hem
Het
U
contrarioNadelig
Nadelige
Ongunstig
Ongunstige
Strijdig
Strijdige
Tegendeel
Tegengesteld
Tegengestelde
Tegenovergestelde
Tegenstander
la mantequillaDe boter
De roomboter
se haría(Het) zou doen
(Het) zou maken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou raken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou worden
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
. Batidora eléctricaElektrische mixer o la manoDe hand
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
mantequillaBoter
Roomboter
/yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
/chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
, alternandoAfgewisseld
Afwisselend
Alternerend
conDoor
Met
Per
Samen met
la harinaDe bloem
Het meel
tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
(coladorFilter
Vergiet
Zeef
). ConDoor
Met
Per
Samen met
el Batidor de manoDe garde, o conDoor
Met
Per
Samen met
la espátulaDe bakspatel
De lepelaar
De roerspaan
De spaan
De spatel
Het plamuurmes
Het verfmes
, entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
, saliendoAfgaand
Afrijdend
Buitengaand
Er mee weg komend
Eruitgaand
Naar buiten gaand
Op weg gaand
Opstappend
Startend
Tijgend
Uitgaand
Uitkomend
Uitlopend
Uitrijdend
Uitstappend
Uitstijgend
Uittredend
Uitvarend
Verschijnend
Vertrekkend
Weggaand
Wegrijdend
por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
(dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
) y sacudiendoOpschuddend
Schokkend
Schuddend
Wrikkend
, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
. Es decirDat wil zeggen
Namelijk
haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
círculosCirkels
Gezelschappen
Kringen
(la mitadDe helft en el aireDe lucht
De melodie
De schijn
De stijl
De tocht
Het aanzien
Het air
la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
mitadHelft en por debajo deBeneden
Onder
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
) y con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig
de que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se bajeHet stort in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bukt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
.
RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
conDoor
Met
Per
Samen met
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y alisarGlad maken
Glad strijken
la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
.
MeterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
a hornoKachel
Oven

Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
se desmoldaMen haalt uit de
 vorm
, se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
sobre laOp de
Op het
rejillaBagagenet
Rooster
y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
del todoGeheel.
TomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
la queDat
Die
Wie
Zij die
dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
al fondoAan het eind
Naar de bodem
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
,
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
, por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden

CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
a unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
7070
Zeventig
° C
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
el primer1e
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
conDoor
Met
Per
Samen met
el segundoDe seconde
Het hoofdgerecht
y untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
(ladosFlanken
Kanten
Zijden
Zijdes
Zijkanten
y parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
) y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen
.
Glasura o glaseado:
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
el azúcar glasDe poedersuiker (mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
tamizarSelecteren
Zeven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen
grumosKlonten
Klontjes
) conDoor
Met
Per
Samen met
el aguaHet water y la nataDe room
De slagroom
Het puikje
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
.
DisolverOplossen el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
alNaar de
Naar het
baño MaríaAu bain marie
Au bain-marie

EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
del azúcarSuiker hasta queTot
Totdat
coja(Het) neemt (aan)
Gaat u halen!
Grijpt u aan!
Grijpt u vast!
Grijpt u!
Haalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat halen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grijpt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt beet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vat aan
Hinkend
Hinkende
Ik ga halen
Ik grijp
Ik grijp aan
Ik grijp vast
Ik haal
Ik neem
Ik neem beet
Ik pak
Ik pak aan
Ik pak beet
Ik pak ik neem
Ik pluk
Ik pluk af
Ik raap op
Ik tokkel
Ik vat
Ik vat aan
Kreupel
Kreupele
Mank
Manke
Neemt u beet!
Neemt u!
Pakt u aan!
Pakt u beet!
Pakt u!
Plukt u af!
Plukt u!
Raapt u op!
Tokkelt u!
Vat u aan!
Vat u!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de consistenciaConsistentie
Samenhang
Stevigheid
Vastheid
Verband
.
VaciarAfgieten
Gieten
Ledigen
Legen
Lenzen
Lichten
Ruimen
Uithalen
Uithollen
la ramaDe afdeling
De branche
De linie
Het geslacht
de vainillaVanille (rasparKrassen
Raspen
Schrabben
Schrapen
Schrappen
) y añadir aToevoegen aan la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg

CubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
conDoor
Met
Per
Samen met
estaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
(glasuraGlazuur). EstoDeze
Dit
se tieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich op
 de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt in stand
 gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich schrap
Men heeft
que hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
conDoor
Met
Per
Samen met
muchaVeel
Vele
Zeer
Zere
rapidezSnelheid, ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
, de noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
hacerloDoen
Laten
Maken
asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
, se solidifica(Het) wordt stevig y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se trabajaMen werkt bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen
completamenteCompleet
Geheel
Heel
Helemaal
Ten volle
Totaal
Totaliter
Volkomen
Voluit
Volledig
antes deAlvorens te
Voor
cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
acompañadaBegeleid
Geaccompagneerd
Meegegaan
Meegelopen
Vergezeld
Vergezelde
por nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
(cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
) montadaBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Albaricoque   Albaricoque   Albaricoque   Cacao   Limón   Vainilla  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
a capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
conDoor
Met
Per
Samen met
frambuesaFramboos



Ingredientes:
77
Zeven
huevosEieren (tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
M)
11
Een
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

125 g. de edulcoranteZoetje
Zoetstof
en polvoIn poedervorm paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische

150 g. de harinaBloem
Meel

600600
Zeshonderd
g. de frambuesasFrambozen congeladasBevroren
Diepgevroren
Ingevroren

un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
de edulcoranteZoetje
Zoetstof
líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere

55
Vijf
hojas de gelatinaGelatineblaadjes rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
(cola de pescadoGelatine
Vislijm

400400
Vierhonderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
(cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
)
5050
Vijftig
g. de almendraAmandel
Zoete amandel
fileteadaGefileerd
Gefileerde

5050
Vijftig
g. de jaleaGelei
Vruchtengelei
de frambuesaFramboos paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische

PapelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven


Preparación:
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
la pizcaHet snufje de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y 75 g. del edulcoranteZoetje
Zoetstof
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
terminandoAfhandelend
Aflopend
Afmakend
Afsluitend
Besluitend
Beëindigend
Eindigend
Uitmakend
Voleindigend
de batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
5050
Vijftig
g. del edulcoranteZoetje
Zoetstof
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische
.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
a la cremaServido con nata o bechamel. de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
la harinaDe bloem
Het meel
y las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
.
En un molde para hornoEen bakvorm de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
, alNaar de
Naar het
que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
forradoBekleed
Gevoerd
Gevoerde
Overgetrokken
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
conDoor
Met
Per
Samen met
papelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven
, echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
11
Een
/55
Vijf
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
a 200200
Tweehonderd
° C (hornoKachel
Oven
de aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
175° C) cinco5
Vijf
minutosMinuten.
QuitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en cuatro4
Vier
vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
.
DescongelarOntdooien las frambuesasDe frambozen apartarAfhouden
Afscheiden
Afzonderen
Onthouden
Onttrekken
Opzij schuiven
Scheiden
Schiften
Weghalen
Weghouden
Wegzetten
3030
Dertig
unidadesEenheden
Lessen
Uniteiten
Verenigingen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
y el restoDe rest
De stomp
De stronk
hacer puréPuree maken y endulzarVerzoeten
Zacht maken
conDoor
Met
Per
Samen met
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de edulcoranteZoetje
Zoetstof
líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
(a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
).
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la gelatinaDe gelatine
De gelei
en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
(para queOpdat
Zodat
engordeDik wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mest vet
Ik maak dik
Ik maak vet
Ik mest vet
Maakt u dik!
Maakt u vet!
Mest u vet!
) duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
55
Vijf
minutosMinuten
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
200200
Tweehonderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
la gelatinaDe gelatine
De gelei
del aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
y deshacerOplossen
Smelten
Uit elkaar halen
Uit elkaar vallen
(en un cacitoEen sauspannetje alNaar de
Naar het
fuegoVuur)
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la gelatinaDe gelatine
De gelei
deshechaGesmolten
Uit elkaar gehaald
Uit elkaar gevallen
conDoor
Met
Per
Samen met
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de puréBrij
Moes
Pap
Puree
de frambuesasFrambozen y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del puréBrij
Moes
Pap
Puree
de las mismasEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
empieceBegint
Begint u!
Breekt u aan!
Gaat u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vangt aan
Ik begin
Ik breek aan
Ik ga in
Ik pak aan
Ik snijd aan
Ik vang aan
Pakt u aan!
Snijdt u aan!
Vangt u aan!
a coagularCoaguleren
Laten stollen
Stollen
Stremmen
entremezclarleDooreen mengen la nata montadaDe slagroom.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
un discoEen cd
Een discus
Een grammofoonplaat
Een kiesschijf
Een plaat
Een schijf
de bizcocho en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
y rodarloHet omringen conDoor
Met
Per
Samen met
un anilloEen beugel
Een ring
Een wal
especialBijzonder
Bijzondere
Speciaal
Speciale
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
rellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten
.
ColgarHangen
Ophangen
Opknopen
encimaBovendien
Er bovenop
una quintaEen aanmonstering
Een kwint
Een rekrutering
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
más o menosMeer of minder
Ongeveer
, encimaBovendien
Er bovenop
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
sucesivamenteAchtereen
Achtereenvolgens
Na elkaar
Successievelijk
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
terminarAfhandelen
Aflopen
Afmaken
Afsluiten
Besluiten
Beëindigen
Eindigen
Uitmaken
Voleindigen
conDoor
Met
Per
Samen met
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
en el frigoríficoDe koelkast tres3
Drie
horasTijden
Uren
.
TostarBraden
Branden
Brood roosteren
Bruinen
Roosteren
las hojitasDe blaadjes de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
(200200
Tweehonderd
g.).
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la jaleaDe gelei
De vruchtengelei
de frambuesaFramboos batiéndolaHet kloppend y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la jaleaDe gelei
De vruchtengelei
conDoor
Met
Per
Samen met
la nataDe room
De slagroom
Het puikje

SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
del frigoríficoKoelkast y quitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
conDoor
Met
Per
Samen met
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
los lateralesDe zijkanten de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y pegar enPlakken aan ellosHen
Ze
Zij
las láminasDe bladen
De folies
De lamellen
De mesjes
De plaatjes
de almendraAmandel
Zoete amandel
tostadasBeschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's
.
DecorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y las 3030
Dertig
frambuesasFrambozen que apartamosWij halen weg
Wij/we haalden weg
Wij/we halen weg
Wij/we hielden af
Wij/we hielden weg
Wij/we houden af
Wij/we houden weg
Wij/we onthielden
Wij/we onthouden
Wij/we onttrekken
Wij/we onttrokken
Wij/we scheidden
Wij/we scheidden af
Wij/we scheiden
Wij/we scheiden af
Wij/we schiften
Wij/we schiftten
Wij/we schoven opzij
Wij/we schuiven opzij
Wij/we zetten weg
Wij/we zonderden af
Wij/we zonderen af
.
HastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
conservarBehouden
Bergen
Bespreken
Bestellen
Bewaren
Boeken
Conserveren
Onderhouden
Openhouden
Overhouden
Reserveren
Vrijhouden
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
.
AclaroIk beduid
Ik helder op
Ik leg uit
Ik licht toe
Ik maak duidelijk
Ik verdun
Ik verhelder
Ik verklaar
Ik verlicht
Ik zet uiteen
: que siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
, utilicéisJullie benutten
Jullie gebruiken
Jullie nemen te baat
Jullie nemen waar
Jullie passen toe
Jullie wenden aan
el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
conDoor
Met
Per
Samen met
un cuchilloEen mes.
HeBen!
Heb!
Ik ben
Ik heb
podidoGekund
Gemogen
comprobarBevinden
Bewijzen
Constateren
Controleren
Nagaan
Proberen
Vaststellen
Verifiëren
que dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
de mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la jaleaDe gelei
De vruchtengelei
conDoor
Met
Per
Samen met
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
(al finalTenslotte) peroDoch
Echter
Maar
que se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
decoradaGedecoreerd
Onderscheiden
Versierd
con nataMet roomsaus de colorKleur blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
la jaleaDe gelei
De vruchtengelei
, o simplementeEenvoudig
Eenvoudigweg
Gewoonweg
Onnozel
Simpel
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
la jaleaDe gelei
De vruchtengelei
y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
nos(Aan) ons
Ons
la ahorramosWij besparen
Wij/we bespaarden
Wij/we besparen
Wij/we bezuinigden
Wij/we bezuinigen
Wij/we spaarden
Wij/we spaarden uit
Wij/we sparen
Wij/we sparen uit
Wij/we winnen uit
Wij/we wonnen uit
Wij/we zuinigden uit
Wij/we zuinigen uit
.
AdemásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts
veréisJullie zullen bekijken
Jullie zullen kijken
Jullie zullen zien
que esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
sencillaEenvoudig
Eenvoudige
Enkelvoudig
Enkelvoudige
Gemakkelijk
Gemakkelijke
Simpel
Simpele
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
un bizcochoEen beschuit
Een biscuit
Een cake
Een koek
conDoor
Met
Per
Samen met
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
y que cambiandoAfwisselend
Denaturerend
Kenterend
Ruilend
Variërend
Veranderend
Verkerend
Vermakend
Werkend
Wisselend
los edulcorantesDe zoetjes
De zoetstoffen
por azúcarSuiker se puedeMen kan hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
normalGewone
Gewoon
Normaal
Normale
Standaard-
, lo queDat wat
Wat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
la relaciónDe betrekking
De omgang
De relatie
De verhouding
De verstandhouding
Het opzicht
Het verband
Het verkeer
de azúcarSuiker/edulcoranteZoetje
Zoetstof
, peroDoch
Echter
Maar
viendoBekijkend
Kijkend
Ziend
Ziende
la cantidadDe boel
De grootheid
De hoeveelheid
De kwantiteit
De sterkte
de harinaBloem
Meel
piensoIk denk que 11
Een
a 11
Een
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
correctoCorrect
Correcte
Goed
Goede
Goeie
Juist
Juiste
Recht
Rechte
Zuiver
Zuivere
, es decirDat wil zeggen
Namelijk
que la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
que pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
de edulcoranteZoetje
Zoetstof
se puedeMen kan ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
de azúcarSuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Almendra   Frambuesa   Rojo  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
AmarettoAmaretto -trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!



Ingredientes:
22
Twee
huevosEieren
75 g. de azúcarSuiker
5050
Vijftig
g. de harinaBloem
Meel

5050
Vijftig
g. de almidónStijfsel
Zetmeel
(fécula de maízMaïzena, maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
)
2020
Twintig
g. de cacaoCacao puroHelder
Heldere
Louter
Loutere
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Sigaar
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
en polvoIn poedervorm)
11
Een
cucharadita de caféKoffielepeltje de levadura químicaBakpoeder (polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken, impulsorFlens
Rijsmiddel
, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
o levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
Royal)
Primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
:
75 gr. de azúcarSuiker
100100
Honderd
ml aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

200200
Tweehonderd
g de coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
lecheMelk
200200
Tweehonderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
(nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid
, nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
, cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
)
Segunda2e
Tweede
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
:
33
Drie
hojas de gelatinaGelatineblaadjes
7070
Zeventig
ml AmarettoAmaretto
22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
de huevoEi
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
almíbarSiroop
Stroop
(mirarAanblikken
Aankijken
Bekijken
Blikken
Een blik werpen
Een blik werpen op
Kijken
Kijken naar
Schouwen
Toekijken
Toezien
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
)
300300
Driehonderd
g, de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

DecorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
:
5050
Vijftig
g. de cacaoCacao
100100
Honderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt melocotónPerzik en almíbarSiroop
Stroop
, masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
crudaBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
de mazapánAmandelspijs
Broodvrucht
Marsepein
, pistachosPimpernoten
Pistacchio's
Pistachenoten
Pistaches
molidosGekweld
Gemalen
Vermalen
(crudosAardolies
Aardoliën
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige


Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
a 175° C
PartirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan
los huevosDe eier
De eieren
y separarAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
conDoor
Met
Per
Samen met
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
y el azúcarDe suiker a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit).
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la harinaDe bloem
Het meel
y el cacaoDe cacao (tamizadosGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
) conDoor
Met
Per
Samen met
la levadura químicaDe/het bakpoeder
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de harinaBloem
Meel
/cacaoCacao/levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
) conDoor
Met
Per
Samen met
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
(2424
Vierentwintig
a 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
) en el queWaarin se haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
forradoBekleed
Gevoerd
Gevoerde
Overgetrokken
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
conDoor
Met
Per
Samen met
un papelEen papier
Een rol
de hornoKachel
Oven

Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
(precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
) a 175° C entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
2020
Twintig
-2525
Vijfentwintig
minutosMinuten
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal
.
MientrasTerwijl prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
(primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
)
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
75 g. de azúcarSuiker conDoor
Met
Per
Samen met
100100
Honderd
ml de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
a cocerBakken
Koken
, y removerRoeren
Verwijderen
hasta queTot
Totdat
el azúcarDe suiker se haya(Het) is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gedraagt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt het met
 iemand aan de stok
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze meet zich met
 iemand
deshechoGesmolten
Uit elkaar gehaald
Uit elkaar gevallen
totalmenteGanselijk
Geheel
Geheel en al
Totaal
, apartarAfhouden
Afscheiden
Afzonderen
Onthouden
Onttrekken
Opzij schuiven
Scheiden
Schiften
Weghalen
Weghouden
Wegzetten
y reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la coberturaDe afdekking
De bedekking
De dekking
De hedging
De hoes
Het verspreidingsgebied
(en trocitosStukjes) a deshacerOplossen
Smelten
Uit elkaar halen
Uit elkaar vallen
en el baño MaríaDe au bain marie.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
el almíbar o mezclaArtsenijmengsel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Melange
Meng!
Mengeling
Mengelmoes
Mengen
Mengsel
Mix
Mix!
Mixen
Mixtuur
Temper!
Temperen
Vermeng!
Vermengen
Vermenging
Verwar!
Verwarren
de azúcarSuiker/aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
(reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de almíbarSiroop
Stroop
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la segunda2e
Tweede
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
). Al principioAanvankelijk
In 't begin
In het begin
parecerá(Hij/het) zal lijken (op)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal er uitzien
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal er uitzien
 als
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal het uiterlijk
 hebben van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal overkomen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schijnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staan tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toeschijnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorkomen
que se estropea(Het) mislukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschadigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat kapot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat stuk
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
, SiguiendoAanblijvend
Bewandelend
Bijhoudend
Doorgaand
Opvolgend
Volgend
Voortvloeiend
Voortzettend
batiendoDoorroerend
Houwend
Klappend
Kloppend
Meppend
Omroerend
Roerend
Slaand
y agregandoToevoegend almíbarSiroop
Stroop
, se formará(Hij) zal vormen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal formeren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal paraderen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal pralen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal prijken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal pronken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vormen
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un chocolateEen chocola
Een chocolade
Een chocolademelk
aguditoIntens. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y entremezclarleDooreen mengen, la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
.
TomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
del bizcocho la queDat
Die
Wie
Zij die
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
alNaar de
Naar het
hornearBakken, cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
horizontalmenteHorizontaal siendoGebeurend
Plaatshebbend
Plaatsvindend
Zijnd
Zijnde
la capaDe jas
De laag
De mantel
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
. ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
el discoDe discus
De grammofoonplaat
De kiesschijf
De plaat
De schijf
que tomamosWij nemen
Wij/we accepteerden
Wij/we accepteren
Wij/we drinken
Wij/we dronken
Wij/we gebruiken
Wij/we gebruikten
Wij/we kregen binnen
Wij/we krijgen binnen
Wij/we namen
Wij/we namen aan
Wij/we namen af
Wij/we namen in
Wij/we nemen
Wij/we nemen aan
Wij/we nemen af
Wij/we nemen in
Wij/we nuttigden
Wij/we nuttigen
Wij/we ontvangen
Wij/we ontvingen
Wij/we pakken
Wij/we pakken aan
Wij/we pakten
Wij/we pakten aan
Wij/we raapten op
Wij/we rapen op
Wij/we slaan in
Wij/we slikken in
Wij/we slikten in
Wij/we sloegen in
Wij/we snoven op
Wij/we snuiven op
Wij/we vatten
Wij/we vatten aan
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
encimaBovendien
Er bovenop
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
que acabamos deWij hebben zojuist prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
y sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en el frigoríficoDe koelkast duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
3030
Dertig
minutosMinuten
MientrasTerwijl prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
(segunda2e
Tweede
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
)
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
el las dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de almíbarSiroop
Stroop
que teníamosWij hadden
Wij/we hadden
Wij/we hielden
Wij/we hielden bij
Wij/we hielden erop na
Wij/we hielden vast
reservadasBesproken
Besteld
Geboekt
Gereserveerd
Gereserveerde
Ingetekend
Opengehouden
Vrijgehouden
Weggezet
Weggezette
, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
(blanquecinaWitachtig)
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en remojoIn de week la gelatinaDe gelatine
De gelei
(simplementeEenvoudig
Eenvoudigweg
Gewoonweg
Onnozel
Simpel
en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
55
Vijf
minutosMinuten, peroDoch
Echter
Maar
seguirAanblijven
Bewandelen
Bijhouden
Doorgaan
Opvolgen
Volgen
Voortvloeien
Voortzetten
las instruccionesDe aanwijzingen
De consignes
De instructies
de vuestroJullie
Uw
Van jullie
paquetePak
Pakje
Pakket
).
DisolverOplossen la gelatinaDe gelatine
De gelei
alNaar de
Naar het
fuegoVuur (estrujarFrommelen
Kreukelen
Uitpersen
Verfomfaaien
Verfrommelen
Verkreukelen
la gelatinaDe gelatine
De gelei
peroDoch
Echter
Maar
todavíaEvenwel
Niettemin
Nochtans
Nog
Nog altijd
Nog steeds
Toch
chorreandoDruipend
Stromend
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
en un cazoEen sauspan alNaar de
Naar het
fuegoVuur y veréisJullie zullen bekijken
Jullie zullen kijken
Jullie zullen zien
que se deshace(Het) valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Vervloeit
)
Agregar aToevoegen aan la gelatinaDe gelatine
De gelei
el AmarettoDe amaretto.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
la gelatinaDe gelatine
De gelei
disueltaOpgelost
Opgeloste
conDoor
Met
Per
Samen met
el AmarettoDe amaretto a la cremaServido con nata o bechamel. de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
300300
Driehonderd
gr. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
y entremezclarleDooreen mengen la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
del frigoríficoKoelkast el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
conDoor
Met
Per
Samen met
la capaDe jas
De laag
De mantel
de bizcocho y la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
estaDeze
Dit
últimaAchterste
Jongstleden
Laatste
la segunda2e
Tweede
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
, taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
conDoor
Met
Per
Samen met
el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
44
Vier
horasTijden
Uren
en el frigoríficoDe koelkast.

DecoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering
:
PasadasAangegeven
Aangereikt
Afgelopen
Bedorven
Doorgebracht
Doorgelaten
Gebeurd
Gepasseerd
Gewezen
Ingehaald
Laatstleden
Langsgegaan
Langsgekomen
Omgekomen
Overgegaan
Overgestoken
Overkomen
Te gaar
Verdreven
Verflenst
Verflenste
Vergaan
Verleden
Verlopen
Verschenen
Verstreken
Vervlogen
Verwelkt
Verwelkte
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorbij
Voorbije
Voorbijgegaan
Voorgaand
Voorgaande
Voormalig
Voormalige
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
estasDeze
Dezen
sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
los 100100
Honderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

CogerAangrijpen
Aanpakken
Aanvatten
Afplukken
Beetnemen
Beetpakken
Gaan halen
Grijpen
Halen
Nemen
Oprapen
Pakken
Plukken
Tokkelen
Vastgrijpen
Vatten
un parEen duo
Een koppel
Een paar
Een span
Een stel
Een stelletje
Een tweetal
de cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
por encima deAan
Boven
Over
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
(soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
) y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
el cacaoDe cacao (tamizandoSelecterend
Zevend
)
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
en una mangueraEen slang
Een sproeier
Een spuitmond
y adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
,
Se puedeMen kan adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts
agregandoToevoegend figurasAfbeeldingen
Beelden
Figuren
Jij/je beeldt af
Jij/je blinkt uit
Jij/je figureert
Jij/je geeft voor
Jij/je stelt voor
Jij/je veinst
Jij/je vormt
Jij/je wendt voor
Platen
Prenten
Voorstellingen
(estrellasCainito's
Jij/je bezaait met sterren
Jij/je breekt
Jij/je slaat stuk
Jij/je verbrijzelt
Sterappelen
Sterappels
Sterren
corazonesHarten
Klokhuizen
, etcEnzovoorts.) de mazapánAmandelspijs
Broodvrucht
Marsepein
y/o melocotónPerzik en almíbarSiroop
Stroop
(usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
cortaBreek af!
Doorsnijd!
Gebrekkig
Gebrekkige
Hak!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorsnijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
 af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Houw!
Kap!
Klein
Kleine
Knip!
Kort
Korte
Kortstondig
Kortstondige
Onthoofd!
Pluk af!
Pluk!
Ruk af!
Schaars
Schaarse
Schakel uit!
Scheer!
Scheur weg!
Sla het hoofd af!
Snerp!
Snij
Snijd af!
Snijd door!
Snijd!
Snoei!
Verlegen
Verricht sectie!
galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
) y espolvorearBepoederen
Bestrooien
encimaBovendien
Er bovenop
del cacaoCacao conDoor
Met
Per
Samen met
pistachosPimpernoten
Pistacchio's
Pistachenoten
Pistaches
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cacao   Melocotón   Trufa   Trufa  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
artesanaAmbachtelijk
Ambachtelijke



Ingredientes:
300300
Driehonderd
grs. de harinaBloem
Meel

5050
Vijftig
grs. de mantequillaBoter
Roomboter

11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
conDoor
Met
Per
Samen met
un pellizcoEen afplukken
Een klemmen
Een knijpen
Een nijpen
Een oprapen
Een plukken
Een snufje
Een snuifje
Een tokkelen
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

½ l. de crema pastelera
44
Vier
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de huevoEi montadasBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet
a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit)
4040
Veertig
grs. de azúcar glasPoedersuiker
150 grs. de azúcarSuiker normalGewone
Gewoon
Normaal
Normale
Standaard-
.

Preparación:
Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
la harinaDe bloem
Het meel
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la mesaDe bank
De ezel
De schraag
De stander
De stellage
De tafel
De werkbank
La mesa
y la mantequillaDe boter
De roomboter
, el aguaHet water conDoor
Met
Per
Samen met
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
en el medioDe doorsnee
De helft
De matiging
De middelmaat
De omgeving
De tussenstof
De tweeling
De/het remedie
Het half
Het instrument
Het medium
Het middel
Het midden
Het milieu
. Se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
, se trabajaMen werkt bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y se divideBreek af!
Deel!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Splits op!
Splits!
Verdeel
Verdeel!
en tres3
Drie
partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
. Se estiranMen strekt uit bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
en redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
y se fríenBakt men en abundanteAbundant
Abundante
Overvloedig
Overvloedige
Rijk
Rijke
Rijkelijk
Rijkelijke
Ruim
Ruime
Uitbundig
Uitbundige
Weelderig
Weelderige
Welig
Welige
aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
, moviendoBewegend
Roerend
Verroerend
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
la sarténDe braadpan
De koekenpan
De pan
. Se ponenDoet erbij
Men legt
Men plaatst
Worden gedaan
Zij/ze doen aan
Zij/ze doen op
Zij/ze kleden zich aan
Zij/ze smeren
Zij/ze smeren in
Zij/ze stellen zich aan
Zij/ze trekken aan
Zij/ze worden
en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
y se espolvoreanBestrooi ze conDoor
Met
Per
Samen met
azúcar glasPoedersuiker, y se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de crema pastelera. Sobre laOp de
Op het
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de crema pastelera se colocaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Men plaatst
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje
fritaGebakken
Gebraden
Gefrituurd
Gefrituurde
Gefruit
, y encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
estaDeze
Dit
repetimosWij herhalen
Wij/we herhaalden
Wij/we herhalen
Wij/we zegden na
Wij/we zegden nog eens
Wij/we zeggen na
Wij/we zeggen nog eens
Wij/we zeiden na
Wij/we zeiden nog eens
el procesoDe gerechtszaak
De ontwikkelingsgang
De rechtszaak
De zaak
Het geding
Het proces
Het rechtsgeding
Het verloop
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
recubrirloHet te bedekken todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
por encimaBovendien
Er bovenop
se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
 zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
 de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit
el merengueDe meringue
Het schuimgebak
Het schuimpje
, se alisaMen strijkt glad conDoor
Met
Per
Samen met
una espátulaEen bakspatel
Een lepelaar
Een plamuurmes
Een roerspaan
Een spaan
Een spatel
Een verfmes
y se espolvoreaMen bestrooit conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker normalGewone
Gewoon
Normaal
Normale
Standaard-
. Se mete al hornoMen plaats in de
 oven
el tiempoDe poos
De tijd
De weersomstandigheden
De werkwoordstijd
Het weder
que tarde enHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt tijd om
Ik neem tijd om
Neemt u tijd om!
dorarAanbraden
Doreren
el azúcarDe suiker que lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
encimaBovendien
Er bovenop
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
bombónBonbon



Ingredientes:
66
Zes
huevosEieren,
15o gr de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
fondantFondant,
150 gr de mantequillaBoter
Roomboter
o margarinaMargarine,
1212
Twaalf
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker
y 11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
y mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
de harinaBloem
Meel


Preparación:
FundesJij/je baseert
Jij/je doet smelten
Jij/je fundeert
Jij/je grondt
Jij/je grondvest
Jij/je maakt vloeibaar
Jij/je smelt
Jij/je sticht
Jij/je versmelt
Jij/je vestigt
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
y la mantequillaDe boter
De roomboter
. SeparasJij/je scheidt
Jij/je scheidt af
Jij/je schift
Jij/je zondert af
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de la s yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
y mezclasArtsenijmengsels
Jij mengt
Jij/je mengt
Jij/je mixt
Jij/je tempert
Jij/je vermengt
Jij/je verwart
Melanges
Mengelingen
Mengelmoezen
Mengsels
Mixen
Mixturen
Vermengingen
éstasDeze últimasAchterste
Jongstleden
Laatste
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker. UneBreng samen!
Het verbindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt samen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verenigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt aaneen
Verbind!
Verenig!
Voeg aaneen!
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
fundidoGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
conDoor
Met
Per
Samen met
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y añadeBreng aan!
Doe bij!
Geef toe!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Leg bij!
Meng bij!
Voeg bij!
Voeg toe
Voeg toe!
la harinaDe bloem
Het meel
. BateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mept
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze roert om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat
Houw!
Klap!
Klop
Klop!
Mep!
Roer door!
Roer om!
Roer!
Sla!
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
y mézclaloMeng het todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
removiéndoloRoerend conDoor
Met
Per
Samen met
una cuchara de maderaEen houten lepel. PonloDoe erop en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
de hornoKachel
Oven
y mételoStop ze unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
3030
Dertig
minutosMinuten a 180 ºC. CompruebaBevind!
Bewijs!
Constateer!
Controleer!
Ga na!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze constateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze controleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verifieert
Stel vast
Stel vast!
Verifieer!
que estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
pinchándoloDoor het te prikken, porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
el puntoDe spikkel
De stip
De/het mespunt
Het gegeven
Het oog
dependeBen afhankelijk!
Dat hangt er van
 af
Dat hangt ervan af
Hang af!
Het hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hangt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afhankelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt deel uit
Maak deel uit!
del hornoKachel
Oven
que tengasJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast

Tarta de almendraAmandeltaart



Ingredientes:
22
Twee
huevosEieren enterosCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Integer
Integere
Integriteiten
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

120g de almendraAmandel
Zoete amandel
crudaBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

120g de azúcarSuiker
30g de harinaBloem
Meel

11
Een
tacitaBekertje
Kopje
de licorLikeur
Sterke drank

azúcar glassPoedersuiker

Preparación:
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y el licorDe likeur
De sterke drank
hasta queTot
Totdat
estén(Ze) zijn
Bevindt u zich!
Is u!
Ligt u!
Zij/ze bevinden zich
Zij/ze liggen
Zij/ze zijn
Zij/ze zitten
Zit u!

blanquecinas y bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
espumosasMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la almendraDe amandel
De zoete amandel
y la harinaDe bloem
Het meel
mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
la preparaciónDe bereiding
De bereidingswijze
Het aanmaken
Het bereiden
Het klaarmaken
Het opleiden
Het toebereiden
Het voorbereiden
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
.
VerterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
altoAlt
Altviool
Hoge
Hoog
Hoogte
Lang
Lange
Luid
Oudste
Stop
Verheven
, engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering
y cocerBakken
Koken
a hornoKachel
Oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
2525
Vijfentwintig
minutosMinuten aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
, desmoldarUit de vorm halen y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcar glassDe poedersuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de caféArabicakoffie
Arabische koffie
Bistro
Café
Koffie
Koffiehuis
y quesoKaas (recetaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft een recept
 voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft voor
Recept
Schrijf een recept voor!
Schrijf voor!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische
)



Ingredientes:
5050
Vijftig
g. de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische

150 g. de harinaBloem
Meel

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de levadura químicaBakpoeder (= impulsorFlens
Rijsmiddel
, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
Royal, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken)
350 g. de mantequillaBoter
Roomboter

150 g. de edulcoranteZoetje
Zoetstof
en polvoIn poedervorm paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische

88
Acht
huevosEieren (tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
M)
una pizcaEen kleine beetje
Een snufje
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

22
Twee
gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's
de esenciaEssence
Essentie
Kern
Wezen
Wezenlijkheid
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
amargasBitter
Bittere

750 g. de RicotaRicotta (queso frescoVerse kaas italianoItaliaan
Italiaans
Italiaanse
Italiaanse taal
)
vainillaVanille (interiorAan de binnenkant
Binnen-
Binnenkant
Binnenland
Binnenlands
Binnenlandse
Binnenste
Boezem
Inheems
Inheemse
Inlands
Inlandse
Interieur
Intern
Interne
Inwendig
Inwendige
Schoot
de una vainaEen dop
Een peul
Een schil
)
66
Zes
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de caféArabicakoffie
Arabische koffie
Bistro
Café
Koffie
Koffiehuis
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de cacao en polvoCacaopoeder
HarinaBloem
Meel
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
trabajarArbeiden
Bewerken
Werken

MantequillaBoter
Roomboter
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm

FolioBlad
Bladzijde
Folie
Vel
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven
.

Preparación:
MolerKwellen
Malen
Vermalen
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
.
En un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat
echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen
, la harinaDe bloem
Het meel
, levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
, 100100
Honderd
g. de mantequillaBoter
Roomboter
, 5050
Vijftig
g. de edulcoranteZoetje
Zoetstof
en polvoIn poedervorm paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
diabéticosDiabetici
Diabetisch
Diabetische
, 11
Een
huevoEi, una pizcaEen kleine beetje
Een snufje
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
y las gotasDe droppels
De droppen
De druppels
De likken
del aromaAroma
Boeket
Geur
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
y amasarDeeg kneden
Kneden
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
envueltaBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
en el folioDe bladzijde
Het blad
Het vel
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
envueltaBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
11
Een
horaTijd
Uur
en el frigoríficoDe koelkast.
ExtenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
sobre laOp de
Op het
mesa de trabajoWerktafel, estirándolaHet uitstrekkend a un redondelEen arena
Een gezelschap
Een kampplaats
Een krijt
Een kring
Een piste
Een strijdperk
de 34 cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
. RecortarBesnoeien
Bijknippen
Knippen
Trimmen
en esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
(el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de tenerBijhouden
Erop nahouden
Hebben
Houden
Vasthouden
2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
) y la tiraDe reep
De streep
De strook
De wapenbalk
Het reepje
de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
de 44
Vier
cmCentimeter
Cm
Cm.
de anchaBrede
Breed
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde
(que será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
la alturaDe hoogte
De verhevenheid
que alcance(Het) bereikt
Achterhaalt u!
Behaalt u!
Bereik
Bereikt u!
Haalt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze achterhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reikt tot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik achterhaal
Ik behaal
Ik bereik
Ik haal in
Ik maak buit
Ik reik tot
Ik verkrijg
Ik verwerf
Maakt u buit!
Reikt u tot!
Reikwijdte
Verkrijgt u!
Verwerft u!
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
), que haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
los lateralesDe zijkanten del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
.
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y revestirBekleden
Overtrekken
conDoor
Met
Per
Samen met
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
, pincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
variasDiverse
Verscheiden
Verscheidene
Verschillend
Verschillende
vecesBeurten
Files
Gelederen
Keren
Malen
Reeksen
Rijen
Toerbeurten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
conDoor
Met
Per
Samen met
el tenedorDe dol
De vork
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
en el frigoríficoDe koelkast.
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
250 g. de mantequillaBoter
Roomboter
.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la RicotaDe ricotta, 77
Zeven
huevosEieren, la vainillaDe vanille, 100100
Honderd
g. de edulcoranteZoetje
Zoetstof
y el caféDe arabicakoffie
De arabische koffie
De bistro
De koffie
Het café
Het koffiehuis
. AgregarBijmengen
Toevoegen
mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
la mantequillaDe boter
De roomboter
derretidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de RicotaRicotta en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
revestidoBekleed
Overgetrokken
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
a 175° C (hornoKachel
Oven
de aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
150° C 11
Een
horaTijd
Uur
.
DespuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
reposarLaten rusten
Rusten
2020
Twintig
minutosMinuten en el hornoDe kachel
De oven
apagadoDof
Doffe
Geblust
Gedempt
Gedoofd
Uitgeblazen
Uitgeblust
Uitgedaan
Uitgedoofd
Uitgemaakt
Uitgeschakeld
Uitgezet
, sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
en el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
.
DesmoldarUit de vorm halen una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
cacao en polvoCacaopoeder.
PD: ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
sustitutoVervanging de la RicotaDe ricotta podéisJullie besnoeien
Jullie kunnen
Jullie mogen
Jullie snoeien
usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
requesónKwark
Wrongel
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra   Aroma   Café   Vainilla  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de cerezasKersen
Zoete kersen
de la selvaHet oerwoud negraZwart
Zwarte
(schwarzwalder kirschtorte)



Ingredientes:
11
Een
) FondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de pasta quebrada
IngredientesBestanddelen
Ingrediënten

125 g de HarinaBloem
Meel

6060
Zestig
de mantequillaBoter
Roomboter

45 de azúcar glasPoedersuiker
11
Een
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!
de salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

11
Een
yema de huevoEidooier
22
Twee
) Bizcocho de chocolate
IngredientesBestanddelen
Ingrediënten

210 gr. de harinaBloem
Meel

120 de azúcarSuiker
4040
Veertig
gr. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk

11
Een
cucharitaLepeltje
Theelepel
de levadura químicaBakpoeder
88
Acht
huevosEieren
33
Drie
) RellenoAanvulling
Bijvullen
Farce
Gedempt
Gedempte
Gevuld
Gevulde
Ik farceer
Ik vul
Ik vul bij
Ik vul in
Ik vul op
Ik zet op
Invullen
Opvulsel
Opvullen
Opzetten
Voleinding
Vulsel
Vullen
Vulling

11
Een
frascoFlacon
Fles
Flesje
(*) de compota de cerezas (ácidasZure
Zuur
)
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de fécula de maízMaïzena (MaicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
)
ExtraExtra
11
Een
litroLiter de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

55
Vijf
paquetitos de estabilizadorStabilisator de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
(**)
1414
Veertien
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
de cerezasKersen
Zoete kersen
de la SelvaHet oerwoud NegraZwart
Zwarte

5050
Vijftig
gr. de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
o jaleaGelei
Vruchtengelei
de cerezasKersen
Zoete kersen
ácidasZure
Zuur

5050
Vijftig
g. de raspaduraKrassen
Raspsel
Schrabben
Schrapen
Schrappen
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk


Preparación:
11
Een
) FondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de pasta quebrada
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat
o sobre laOp de
Op het
mesa de trabajoWerktafel. ExtenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
sobre unBovenop een
Op een
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
(el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
que se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
a usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
) y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
(precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
) a 175 ° C duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
2020
Twintig
minutosMinuten. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
.
22
Twee
) Bizcocho de chocolate
RomperAfbreken
Breken
Doorbreken
Kapot maken
Kapotmaken
Schenden
Scheuren
Stukbreken
Verbreken
los huevosDe eier
De eieren
y separarAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker, ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
el cacaoDe cacao y conDoor
Met
Per
Samen met
la levaduraDe gist
De zuurdesem
Het rijsmiddel

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
hasta queTot
Totdat
se formeZich vormt una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
a la cremaServido con nata o bechamel. de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de harinaBloem
Meel
/cacaoCacao/levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
(tamizandoSelecterend
Zevend
) y las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere

EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
alNaar de
Naar het
que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
forradoBekleed
Gevoerd
Gevoerde
Overgetrokken
de papelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven
y meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
a 150 ° C
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
55 minutosMinuten
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
en un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef
y guardarBehoeden
Behouden
Bewaken
Bewaren
De wacht hebben
Hoeden
Letten op
Opbergen
Passen op
Waken over
11
Een
/44
Vier
de litroLiter del líquidoVan de vloeistof.
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
del 11
Een
/44
Vier
de l de líquidoMet vloeistof cuatro4
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
en fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
conDoor
Met
Per
Samen met
la maicenaDe maïzena
Het maiszetmeel
Het maïszetmeel

El restoDe rest
De stomp
De stronk
del líquidoVan de vloeistof ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer
hiervaBorrelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borrelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is op het
 kookpunt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze suddert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziedt
Ik ben op het
 kookpunt
Ik borrel
Ik kook
Ik sudder
Ik zied
Is u op het
 kookpunt!
Kookt
Kookt u!
Suddert u!
Ziedt u!
agregarBijmengen
Toevoegen
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
Maicena-líquidoMaizenapapje y las cerezasDe kersen
De zoete kersen
(menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
1616
Zestien
que reservaremosWij zullen apart zetten
Wij/we zullen bespreken
Wij/we zullen bestellen
Wij/we zullen boeken
Wij/we zullen intekenen
Wij/we zullen openhouden
Wij/we zullen reserveren
Wij/we zullen vrijhouden
Wij/we zullen wegzetten
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
)
MONTARBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
LA TARTADe cake
De gevulde taart
De koek
De taart

CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
de cerezasKersen
Zoete kersen

CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
en dos2
Do's
Twee
Tweede
partesAandelen
Bonken
Brokken
Delen
Depêches
Eindjes
Gedeelten
Gedeeltes
Hompen
Jij/je breekt af
Jij/je deelt
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat weg
Jij/je splitst
Jij/je splitst op
Jij/je stapt op
Jij/je start
Jij/je tijgt
Jij/je verdeelt
Jij/je vertrekt
Onderdelen
Parten
Porties
Rantsoenen
Stukjes
Stukken
Taksen
Telegrammen
Zijden
Zijdes
(un corteEen coupon
Een scherp van een
 mes
Een snee
Een snit
) (dos2
Do's
Twee
Tweede
cortesJij/je breekt af
Jij/je doorsnijdt
Jij/je hakt
Jij/je houwt
Jij/je kapt
Jij/je knipt
Jij/je onthoofdt
Jij/je plukt
Jij/je plukt af
Jij/je rukt af
Jij/je schakelt uit
Jij/je scheert
Jij/je scheurt weg
Jij/je slaat het hoofd
 af
Jij/je snerpt
Jij/je snijdt
Jij/je snijdt af
Jij/je snijdt door
Jij/je snoeit
Jij/je verricht sectie
Sneden
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
queréisJullie beminnen
Jullie hebben lief
Jullie houden van
Jullie willen
= 33
Drie
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
)
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
sobre elOp de
Op het
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de pasta floraPasta muy delicada hecha con harina, azúcar y huevo. y pegarAanbakken
Aanzetten
Afranselen
Aftuigen
Beuken
Hechten
Houwen
Klappen
Kloppen
Lijmen
Meppen
Plakken
Slaan
Vastnaaien
Vastplakken
encimaBovendien
Er bovenop
una de los discosDe cd's
De discussen
De grammofoonplaten
De kiesschijven
De platen
De schijven
del bizcocho de chocolate
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y el estabilizadorDe stabilisator.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
sobre elOp de
Op het
bizcocho (salpicandoBespattend
Besprenkelend
Bestrooiend
Spattend
) algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
del aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
de cerezasKersen
Zoete kersen
y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
(soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
) nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
y encimaBovendien
Er bovenop
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
-maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
-líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
.
SalpicarBespatten
Besprenkelen
Bestrooien
aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
y extenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
otra vezNog een keer
Nog eens
Nogmaals
Opnieuw
Weer
nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
, pone(Hij) plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
el segundoDe seconde
Het hoofdgerecht
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se ha vuelto a cortar(Het) ging weer schiften, echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
y volver aTeruggaan naar
Terugkeren naar
Terugkomen naar
taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y encimaBovendien
Er bovenop
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
y las raspadurasDe raspsels de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
.
La pasta quebradaDe pâté brisée
Het boterdeeg
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
amasarlaKneden, comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se debeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft veel verplichtingen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te wijten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is veel veplicht
amasarDeeg kneden
Kneden
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
y ademásBovendien
Buitendien
Daarbij
Daarenboven
Daarnaast
Overigens
Trouwens
Verder
Voor de rest
Voorts
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
quebradizaBreekbaar
Breekbare
Broos
Bros
Brosse
Broze
Fragiel
Fragiele
Zwak
Zwakke
y de ahíVandaar suHaar
Hun
Uw
Zijn
nombreBenaming
Benoemt u!
Heet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze benoemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt uit voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt aan
Ik benoem
Ik heet
Ik maak uit voor
Ik noem
Ik stel aan
Maakt u uit voor!
Naam
Naamwoord
Noemt u!
Stelt u aan!
Voornaam
), lo queDat wat
Wat
hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
peroDoch
Echter
Maar
que vemosWij zien
Wij/we bekijken
Wij/we kijken
Wij/we zien
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se formaVormt men una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
, cojoHinkend
Hinkende
Ik ga halen
Ik grijp
Ik grijp aan
Ik grijp vast
Ik haal
Ik neem
Ik neem beet
Ik pak
Ik pak aan
Ik pak beet
Ik pak ik neem
Ik pluk
Ik pluk af
Ik raap op
Ik tokkel
Ik vat
Ik vat aan
Kreupel
Kreupele
Mank
Manke
poquitoBeetje a poquitoBeetje de masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
y la aprietoIk beklem
Ik draai aan
Ik dring
Ik dring aan
Ik druk
Ik druk aan
Ik druk op
Ik duw aan
Ik knel
Ik pers
Ik pres
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen y voyIk begeef me
Ik ga
Ik kar
Ik loop
Ik loop van stapel
Ik rijd
Ik vaar
Ik verloop
uniendoAaneenvoegend
Samenbrengend
Verbindend
Verenigend
los poquitosDe beetjes.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
extenderlaUitrollen sobre elOp de
Op het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
: conDoor
Met
Per
Samen met
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
desmontadoGedemonteerd
Uit elkaar genomen
Uiteengenomen
, tomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
(sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
).
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
con mantequillaMet boter.
EntoncesDan
Dus
Toen
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
sobre élEr bovenop y encimaBovendien
Er bovenop
un folioEen blad
Een bladzijde
Een vel
de plásticoKunststof
Plastic
Plastisch
Plastische
(de los de cocinaBereid!
Fornuis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kookt
Keuken
Kook!
Kookgelegenheid
Oven
) y conDoor
Met
Per
Samen met
el rodilloDe roller aplanarUitrollen (van deeg) dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
la formaDe formaliteit
De gedaante
De manier
De vorm
De wijze
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
nos(Aan) ons
Ons
sobrara(Het) blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtrof
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was te veel
Ik bleef over
Ik ging te boven
Ik hield over
Ik overtrof
Ik was in overvloed
 aanwezig
Ik was te veel
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
a los alrededoresEromheen cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
antes deAlvorens te
Voor
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
.
La pasta quebradaDe pâté brisée
Het boterdeeg
de estaDeze
Dit
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
buenísimaHeel goed, yoEgo
Ik
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
la apuntéIk legde aan
Ik noteerde
Ik schreef op
Ik stelde te boek
Ik tekende aan
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
agregarlaToevoegen
Voeg hem toe
Voeg het toe
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
debajoBeneden
Eronder
Onder
del bizcocho paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
otrasAnder
Andere
Nog één
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten
.
LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
, yoEgo
Ik
tampocoEvenmin
Ook niet
encontréIk bevond
Ik kwam tegen
Ik ontmoette
Ik trad tegemoet
Ik trof
Ik trof aan
Ik vond
las ácidasZure
Zuur
cogíIk ging halen
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik haalde
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik plukte
Ik plukte af
Ik raapte op
Ik tokkelde
Ik vatte
Ik vatte aan
las "morellen" que sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
parecidasEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Toegeschenen
Voorgekomen
. TeníaHij had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vast
Ik had
Ik hield
Ik hield bij
Ik hield erop na
Ik hield vast
en casaIn huis
Thuis
compota de cerezas de estosDeze
Dezen
tiposDrukletters
Soorten
Typen
Types
: Keiser (cerezasKersen
Zoete kersen
realesDaadwerkelijk
Daadwerkelijke
Echt
Echte
Feitelijk
Feitelijke
Koninklijk
Koninklijke
Realen
Reëel
Reële
Werkelijk
Werkelijke
Wezenlijk
Wezenlijke
), Schatten-Morellen, Süsskirschen (cerezasKersen
Zoete kersen
dulcesLekkernijen
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepjes
Versnaperingen
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheden
Zoetigheid
) y Sauerkirschen (ácidasZure
Zuur
) puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
miMi
Mijn
hijoKind
Zoon
y se comeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze eet op
Men eet
las queWie
Zij die
necesitoIk behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef
, el sábadoDe sabbat
De zaterdag
me paséIk bracht door
Ik ging heel ver
 weg in ruimtelijke zin
Ik ging te ver
 in figuurlijke zin
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el díaDe dag
Het etmaal
buscándolasHen zoekend, en todosAl de
Alle
Allemaal
Allen
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Gehelen
Heel
Hele
Totaal
Totale
Totalen
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
sitiosBelegeringen
Beleggen
Buitenhuizen
Landhuizen
Liggingen
Locaties
Lokalen
Lokaliteiten
Oorden
Plaatsen
Plekken
Ruimten
Ruimtes
Websites
agotadasAfgemat
Afgematte
Bekaf
Doodmoe
Doodmoeë
Geput uit
Opgebruikt
Uitgeput
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
me quedóHet werd otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
soluciónOplossen
Oplossing
que cogerAangrijpen
Aanpakken
Aanvatten
Afplukken
Beetnemen
Beetpakken
Gaan halen
Grijpen
Halen
Nemen
Oprapen
Pakken
Plukken
Tokkelen
Vastgrijpen
Vatten
las schattenmorellen, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se notaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
la diferenciaHet onderscheid
Het verschil
, sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
.
OsJe
Jullie
loDe
Hem
Het
U
pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
las ácidasZure
Zuur
quizáMisschien
Mogelijk
Mogelijkerwijs
Soms
Wellicht
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
las encontráisJullie bevinden
Jullie komen tegen
Jullie ontmoeten
Jullie treden tegemoet
Jullie treffen
Jullie treffen aan
Jullie vinden
, peroDoch
Echter
Maar
Ja
Jawel
Wel
Zich
las morellen, en los mercadosDe afzetgebieden
De bazaars
De hallen
De markten
De marktplaatsen
De marktpleinen
De zalen
alemanesDuits
Duitse
Duitsers
.
Sobre elOp de
Op het
estabilizadorStabilisator en los supermercadosDe supermarkten que nombréIk benoemde
Ik heette
Ik maakte uit voor
Ik noemde
Ik stelde aan
anteriormenteDaarvoor
Eerder
Hiervoor
Indertijd
Vooraan
Voorheen
Vroeger
Weleer
seguroAssurantie
Behouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Verzekering
Zeker
que loDe
Hem
Het
U
tienenZij hebben
Zij/ze hebben
Zij/ze houden
Zij/ze houden bij
Zij/ze houden erop na
Zij/ze houden vast
. Un sobrecitoEnvelopje de estabilizadorStabilisator tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
88
Acht
g. y contienen(Het) bevat
Zij/ze bedwingen
Zij/ze behelzen
Zij/ze beteugelen
Zij/ze betomen
Zij/ze bevatten
Zij/ze houden
Zij/ze houden af
Zij/ze houden in
Zij/ze houden in toom
Zij/ze houden weg
Zij/ze impliceren
Zij/ze onthouden
Zij/ze onttrekken
Zij/ze tomen in
Zij/ze vervatten
: almidónStijfsel
Zetmeel
modificadoGemodificeerd
Gewijzigd
, glucosaDruivensuiker
Glucose
y un reguladorEen regelaar
Een spanningsregelaar
EEn 341 (=Ortofosfato de calcioCalciumwaterstoffosfaat, esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
suelen(Zij) plegen
Zij/ze plegen
Zij/ze zijn gewend
Zij/ze zijn gewoon
llevarloBreng hem los heladosDe ijsco's
De ijsjes
de colaFile
Filtreer!
Gelid
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze filtreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zeeft
Jaspand
Kit
Kleefmiddel
Kleefstof
Kola
Lijm
Paardenstaart
Pand
Reeks
Rij
Sleep
Slip
Staart
Wachtrij
Zeef!
).
ComoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
dijeHangertje
Ik gaf op
Ik sprak
Ik zegde
Ik zei
podéisJullie besnoeien
Jullie kunnen
Jullie mogen
Jullie snoeien
echarleEraan toevoegen gelatinaE441
Gelatine
Gelei
(adviertoIk bemerk
Ik merk
Ik merk op
Ik neem waar
Ik waarschuw
debido aDankzij
Door
Met
Om
Uit
Vanwege
Verschuldigd geweest aan
Voor
Wegens
que yoEgo
Ik
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
tengoIk heb
Ik houd
Ik houd bij
Ik houd erop na
Ik houd vast
estabilizanteStabilisator nuncaNimmer
Nooit
la uséIk benutte
Ik beschikte over
Ik disponeerde
Ik gebruikte
Ik wendde aan
) sobre laOp de
Op het
cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
estoyIk ben
Ik bevind me
Ik bevind mij
Ik lig
Ik zit
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
seguraBehouden
Geborgen
Safe
Veilig
Veilige
Zeker
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
66
Zes
hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten
= 1010
Tien
g sonBericht
Geluid
Klank
Manier
Ruchtbaar worden
Smoes
Toon
Uitvlucht
Voorwendsel
Wijze
Zij/ze gebeuren
Zij/ze hebben plaats
Zij/ze vinden plaats
Zij/ze zijn
Zijn
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
500500
Vijfhonderd
ml de líquidoMet vloeistof, peroDoch
Echter
Maar
tampocoEvenmin
Ook niet
queremosWij willen
Wij/we beminnen
Wij/we hebben lief
Wij/we houden van
Wij/we willen
que se nos(Aan) ons
Ons
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
una nataEen crème
Een puikje
Een room
Een slagroom
tiesaDirect
Directe
Live
Recht
Rechte
Stevig
, yoEgo
Ik
pondríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aan de
 praat krijgen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aandoen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aantrekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanzetten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou inschakelen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou leggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou neerleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou neerzetten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou op gang
 brengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opbrengen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opleggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou steken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stellen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou stoppen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vlijen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zetten
Ik zou aan de
 praat krijgen
Ik zou aandoen
Ik zou aantrekken
Ik zou aanzetten
Ik zou doen
Ik zou inschakelen
Ik zou leggen
Ik zou neerleggen
Ik zou neerzetten
Ik zou nemen
Ik zou op gang
 brengen
Ik zou opbrengen
Ik zou opleggen
Ik zou plaatsen
Ik zou steken
Ik zou stellen
Ik zou stoppen
Ik zou vlijen
Ik zou zetten
22
Twee
ó 33
Drie
hojasBlaadjes
Bladen
Bladeren
Blaren
Folies
Formulieren
Kleppen
Klingen
Lamellen
Lemmers
Lemmeten
Mesjes
Plaatjes
Schuiven
Vellen
Vragenformulieren
Vragenlijsten
(cola de pescadoGelatine
Vislijm
).
SobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el papelDe rol
Het papier
alNaar de
Naar het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
se colocabaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trok aan
Men plaatste
la telaHet doek
Het lijnwaad
Het linnen
Het weefsel
en los bastidoresDe coulissen
De coulisses
De frames
De wagenstellen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
bordarBorduren (es decirDat wil zeggen
Namelijk
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
sobre laOp de
Op het
baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
el papelDe rol
Het papier
estiradoGestrekt
Uitgerekt
Uitgerold (van deeg)
y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
pillandoBuitmakend
Klemmend
Plunderend
Rovend
Stropend
el papelDe rol
Het papier
, recortarBesnoeien
Bijknippen
Knippen
Trimmen
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom
por la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
lo queDat wat
Wat
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
y los lateralesDe zijkanten cortáisJullie breken af
Jullie doorsnijden
Jullie hakken
Jullie houwen
Jullie kappen
Jullie knippen
Jullie onthoofden
Jullie plukken
Jullie plukken af
Jullie rukken af
Jullie schakelen uit
Jullie scheren
Jullie scheuren weg
Jullie slaan het hoofd
 af
Jullie snerpen
Jullie snijden
Jullie snijden af
Jullie snijden door
Jullie snoeien
Jullie verrichten sectie
Snijden jullie
22
Twee
tiras deJij/je trekt aan papelPapier
Rol
del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
anchoBrede
Breed
Breedte
Ruim
Ruime
Wijd
Wijde
que el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
y las pegáisJullie bakken aan
Jullie beuken
Jullie hechten
Jullie houwen
Jullie klappen
Jullie kloppen
Jullie lijmen
Jullie meppen
Jullie naaien vast
Jullie plakken
Jullie plakken vast
Jullie ranselen af
Jullie slaan
Jullie tuigen af
Jullie zetten aan
con mantequillaMet boter los bordesDe banden
De boorden
De kanten
De randen
De rands
De zomen
de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
tiraBand
Gooi uit!
Gooi weg!
Gooi!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gooit weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt omver
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt uit
Paf!
Reep
Reepje
Schiet!
Smijt uit!
Streep
Strook
Trek!
Vuur!
Wapenbalk
Werp omver!
Werp uit!
ponéisJullie brengen op
Jullie brengen op gang
Jullie doen
Jullie doen aan
Jullie krijgen aan de
 praat
Jullie leggen
Jullie leggen neer
Jullie leggen op
Jullie plaatsen
Jullie schakelen in
Jullie steken
Jullie stellen
Jullie stoppen
Jullie trekken aan
Jullie vlijen
Jullie zetten
Jullie zetten aan
Jullie zetten neer
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de mantequillaBoter
Roomboter
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
unirlasZe verbinden.



De los siguientes palabras hay una foto:
Cacao   Cada   Cada   Yema de huevo  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
aromatizadaGearomatiseerd
Gearomatiseerde
Gekruid
Gekruide
alNaar de
Naar het
cacaoCacao (pilarPijler
Steunpilaar
)



Ingredientes:
100100
Honderd
g de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk

55
Vijf
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
de huevoEi
55
Vijf
clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de huevoEi
100100
Honderd
g de mantequillaBoter
Roomboter

22
Twee
tazasBekers
Kopjes
Koppen
de caféArabicakoffie
Arabische koffie
Bistro
Café
Koffie
Koffiehuis

5050
Vijftig
g de azúcarSuiker
azúcar glasPoedersuiker paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren


Preparación:
MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
aparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
. En una cacerolaEen braadpan
Een degenkrab
Een kasserol
Een kastrol
Een pan
Een sauspan
Een steelpan
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
se derriteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt vloeibaar
Men smelt
la mantequillaDe boter
De roomboter
y el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
, y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
derretidoGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
se agregaMen voegt toe el caféDe arabicakoffie
De arabische koffie
De bistro
De koffie
Het café
Het koffiehuis
. En fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
se mezclanMen mengt
Zij/ze bewegen zich onder
 de mensen
Zij/ze mengen zich
Zij/ze mengen zich dooreen
Zij/ze vermaagschappen zich
Zij/ze vermengen zich
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
montadasBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet
conDoor
Met
Per
Samen met
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
y la mantequillaDe boter
De roomboter
, y a continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende
se agreganMen voegt toe las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
suavementeZacht
Zachtjes
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
completarAanvullen
Afmaken
Bijwerken
Completeren
Voleinden
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
En un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
que previamenteEerst
Vooraf
hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
untadoAangesmeerd
Besmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingesmeerd
Ingesmeerde
Nat gemaakt
de mantequillaBoter
Roomboter
y harinaBloem
Meel
, para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se adhieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleeft vast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt erbij
Ik kleef vast
Ik kom erbij
Kleeft u vast!
Komt u erbij!
Vastplakt
, vaciamosWij ledigen
Wij/we gieten
Wij/we gieten af
Wij/we goten
Wij/we goten af
Wij/we haalden uit
Wij/we halen uit
Wij/we holden uit
Wij/we hollen uit
Wij/we ledigden
Wij/we ledigen
Wij/we leegden
Wij/we legen
Wij/we lensden
Wij/we lenzen
Wij/we lichten
Wij/we lichtten
Wij/we ruimden
Wij/we ruimen
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y loDe
Hem
Het
U
metemos enWij/we doen in
Wij/we stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
a 170ºC duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1010
Tien
minutosMinuten aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
.
Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y se decoraMen versiert conDoor
Met
Per
Samen met
azúcar glasPoedersuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Cacao   Café  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
con cremaIn room de trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!
y cerezasKersen
Zoete kersen



Ingredientes:
Bizcocho:
55
Vijf
huevosEieren
55
Vijf
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

150 gr. de azúcarSuiker
100100
Honderd
gr. de harinaBloem
Meel

5050
Vijftig
gr. de cacaoCacao puroHelder
Heldere
Louter
Loutere
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Schone
Schoon
Sigaar
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere

1-2 cucharaditasTheelepeltjes de caféArabicakoffie
Arabische koffie
Bistro
Café
Koffie
Koffiehuis
de polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken (levadura químicaBakpoeder, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
Royal, impulsorFlens
Rijsmiddel
)
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
Un frascoEen flacon
Een fles
Een flesje
de compota de cerezas (350 g pesoGewicht
Ik ben zwaar
Ik bepaal het gewicht
Ik weeg
Ik weeg af
Peso
Zwaarte
escurridoAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen
)
11
Een
/22
Twee
litroLiter de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

200200
Tweehonderd
gr. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
lecheMelk (45 % de cacaoCacao mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige
) o coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied

GlaseadoGeglaceerd
Geglaceerde
Glacé
Glanzend gemaakt
:
MermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de cerezasKersen
Zoete kersen
o de frambuesaFramboos
200200
Tweehonderd
gr. de coberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
o chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
lecheMelk de 45 % de cacaoCacao mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige

MantecaReuzel
Spek
de cocoCopra
Groene taro
Kalapa
Klapper
Klapperboom
Klappernoot
Kokos
Kokosnoot
Kokospalm
Kopra
Olifantsoor
Olifantsplant
Taro
o mantequillaBoter
Roomboter

100100
Honderd
gr. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
igual queEvenals
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el glaseadoGeglaceerd
Geglaceerde
Glacé
Glanzend gemaakt
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren

hojas de rosalRozenblaadjes
cerezas con pénduloKersen met een steeltje (cerezasKersen
Zoete kersen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
cóctelCocktail)
Extras:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
: mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel, o papelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
forrarloTe bekleden.

Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
(para queOpdat
Zodat
se calienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden).
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
(mantequillaBoter
Roomboter
) y espolvorearBepoederen
Bestrooien
(pan ralladoPaneermeel) el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
(en el caso deIn het geval dat esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
bizcocho loDe
Hem
Het
U
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
) o forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
de esta maneraZo conDoor
Met
Per
Samen met
papelPapier
Rol
: conDoor
Met
Per
Samen met
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
el papelDe rol
Het papier
encimaBovendien
Er bovenop
del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
y pillarBuitmaken
Klemmen
Plunderen
Roven
Stropen
cerrandoAfsluitend
Dichtdoend
Dichtmakend
Op slot doend
Sluitend
Toedoend
conDoor
Met
Per
Samen met
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
(como siAlsof fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
un bastidorEen coulisse
Een chassis
Een frame
Een wagenstel
de bordarBorduren pillandoBuitmakend
Klemmend
Plunderend
Rovend
Stropend
la telaHet doek
Het lijnwaad
Het linnen
Het weefsel
) luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
una tiraEen band
Een reep
Een reepje
Een streep
Een strook
Een wapenbalk
de papelPapier
Rol
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
estosDeze
Dezen
y pegarlaHet vastplakken.
ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking
del bizcocho:
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
(cuencoKom pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
) de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
(cuencoKom grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
).
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
conDoor
Met
Per
Samen met
una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde
del azúcarSuiker a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) (batidora eléctricaElektrische mixer). ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el aguaHet water a las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el azúcarDe suiker y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
hasta queTot
Totdat
se formeZich vormt una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
blanquecinaWitachtig (batidora eléctricaElektrische mixer).
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
conDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
de manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
, alternandoAfgewisseld
Afwisselend
Alternerend
, las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y la harinaDe bloem
Het meel
y el cacaoDe cacao (tamizandoSelecterend
Zevend
cada vezElke keer
Steeds
Telkens
), nuncaNimmer
Nooit
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
de abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, es decirDat wil zeggen
Namelijk
que por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
entrasJij gaat binnen
Jij/je gaat binnen
Jij/je gaat in
Jij/je gaat naar binnen
Jij/je komt binnen
Jij/je komt in
Jij/je loopt binnen
Jij/je rijdt binnen
Jij/je rijdt in
conDoor
Met
Per
Samen met
el Batidor de manoDe garde (de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd
la espátulaDe bakspatel
De lepelaar
De roerspaan
De spaan
De spatel
Het plamuurmes
Het verfmes
) y salesJij/je gaat af
Jij/je gaat buiten
Jij/je gaat naar buiten
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat uit
Jij/je gaat weg
Jij/je komt er mee
 weg
Jij/je komt uit
Jij/je legt in
Jij/je legt in het
 zout
Jij/je loopt uit
Jij/je maakt in
Jij/je pekelt
Jij/je rijdt af
Jij/je rijdt uit
Jij/je rijdt weg
Jij/je stapt op
Jij/je stapt uit
Jij/je start
Jij/je stijgt uit
Jij/je tijgt
Jij/je treedt uit
Jij/je vaart uit
Jij/je verschijnt
Jij/je vertrekt
Jij/je zout
Zouten
por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
(como siAlsof escribierasJij schreef
Jij/je componeerde
Jij/je schiep
Jij/je schreef
Jij/je schreef neer
Jij/je schreef uit
un círculoEen cirkel
Een gezelschap
Een kring
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
en el aireDe lucht
De melodie
De schijn
De stijl
De tocht
Het aanzien
Het air
)
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
, a los 2525
Vijfentwintig
minutosMinuten se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
(por el cristalDe ruit
Het glas
Het kristal
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
) que se estáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft despegando deLosmakend van las paredesDe muren
De wanden
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
, abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
y pincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
conDoor
Met
Per
Samen met
una agujaEen geep
Een naald
Een spoorwissel
Een wissel
de metalMetaal y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
secaDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Droog af!
Droog uit!
Droog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Maak droog!
Veeg af!
Veeg!
Wis af!
Wis!
está cocido(Het) is gekookt. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el hornoDe kachel
De oven
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
calorHitte
Smoorhitte
Warmte
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, estandoLiggend
Zich bevindend
Zijnd
Zijnde
Zittend
demasiado doradoTe bruin y se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
que leHaar
Hem
Het
U
falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
por encimaBovendien
Er bovenop
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
aplastarUitrollen (van deeg), huecoDenkbeeldig
Denkbeeldige
Fantasierijk
Fantasierijke
Fantastisch
Fantastische
Gat
Hersenschimmig
Hersenschimmige
Hol
Holte
Holle
Ideëel
Ideële
Ijdel
Ijdele
Imaginair
Imaginaire
Ingebeeld
Ingebeelde
Ingevallen
Kuil
Opening
Put
Uitholling
Verdicht
Verdichte
Verwaand
Verwaande
, un papel de aluminioEen alufolie.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge
desmoldarUit de vorm halen y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
para queOpdat
Zodat
se enfríeAfkoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoelt
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
bajitaHeel laag
Zeer klein
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
leHaar
Hem
Het
U
entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
suficienteVoldoende aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
por debajoBeneden
Eronder
Onder
, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
un boteEen bokaal
Een boot
Een schuit
Een sloep
o algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
para queOpdat
Zodat
suba(Het) rijst
Beklimt u!
Bestijgt u!
Brengt u naar boven!
Draagt u naar boven!
Gaat u naar boven!
Gaat u omhoog!
Gaat u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in de
 trein
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Ik beklim
Ik bestijg
Ik breng naar boven
Ik draag naar boven
Ik ga naar boven
Ik ga omhoog
Ik ga op
Ik klim
Ik kom op
Ik rijs
Ik sta op
Ik stap in
Ik stap in de
 trein
Ik stijg
Ik verrijs
Ik was
Klimt u!
Komt u op!
Rijst u!
Staat u op!
Stapt u in de
 trein!
Stapt u in!
Stijgt u!
Verrijst u!
Wast u!
(comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un puenteEen brug
Een dek
Een dwarsbalk (van een
 boerenwagen)
Een kam (van een
 viool)
Een scheepsbrug
Een scheepsdek
Een verdek
en el queWaarin la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el puenteDe brug
De scheepsbrug
Het dek
Het scheepsdek
Het verdek
y los botesDe bokalen
De boten
De schuiten
De sloepen
de conservaBehoud!
Berg!
Bespreek!
Bestel!
Bewaar!
Boek!
Conserveer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bergt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze conserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Houd open!
Houd over!
Houd vrij!
Inmaak
Onderhoud!
Reserveer!
los pilaresPijlers
Pilaren
Steunpilaren
).
ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking
del rellenoVan de vulling:
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
alNaar de
Naar het
baño maríaAu bain marie
Au bain-marie
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
y agregarBijmengen
Toevoegen
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
conDoor
Met
Per
Samen met
un batidorEen garde
Een klopper
a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el frigoríficoDe koelkast a enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
(cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
).
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
/chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
.
ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking
del glaseadoGeglaceerd
Geglaceerde
Glacé
Glanzend gemaakt
y adornosGarneringen
Garnituren
Ornamenten
Sieraden
Stelletjes
Versieringen
Versierselen
Versiersels
:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
alNaar de
Naar het
baño MaríaAu bain marie
Au bain-marie
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
los adornosDe garneringen
De garnituren
De ornamenten
De sieraden
De stelletjes
De versieringen
De versierselen
De versiersels
y bañarlosZe baden conDoor
Met
Per
Samen met
el. PincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
conDoor
Met
Per
Samen met
el tenedorDe dol
De vork
de bombonesBonbons o en su defectoBij afwezigheid daarvan con un palilloMet een tandenstoker mondadientesTandenstokers y ponerlosZe doen a secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen
(podéisJullie besnoeien
Jullie kunnen
Jullie mogen
Jullie snoeien
pincharlosPrik ze en la tierraDe aarde
De bodem
De grond
Het aardrijk
Het land
de una plantaEen etage
Een plant
Een verdieping
Een voetzool
Een zool
o en una espumaEen mousse
Een schuim
).
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
los 200200
Tweehonderd
g. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
alNaar de
Naar het
baño MaríaAu bain marie
Au bain-marie
y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
deshechoGesmolten
Uit elkaar gehaald
Uit elkaar gevallen
agregarBijmengen
Toevoegen
mantecaReuzel
Spek
de cocoCopra
Groene taro
Kalapa
Klapper
Klapperboom
Klappernoot
Kokos
Kokosnoot
Kokospalm
Kopra
Olifantsoor
Olifantsplant
Taro
, en su defectoBij afwezigheid daarvan mantequillaBoter
Roomboter
.
MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
:
CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
horizontalmenteHorizontaal, cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los discosDe cd's
De discussen
De grammofoonplaten
De kiesschijven
De platen
De schijven
obtenidosBehaald
Buitgemaakt
Gekregen
Genoten
Getoucheerd
Ontvangen
Verkregen
Verworven
(el queDat
Die
Hij die
Wie
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
en la cocciónHet bakken
Het koken
, es decirDat wil zeggen
Namelijk
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
al revésAchterstevoren
Andersom
Omgekeerd
).
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
y encimaBovendien
Er bovenop
repartirBezorgen
Distribueren
Ronddelen
Rondgeven
Uitdelen
Uitreiken
Verdelen
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
apretandoAandraaiend
Aandringend
Aandrukkend
Aanduwend
Beklemmend
Dringend
Drukkend
Drukkend op
Knellend
Persend
Pressend
para queOpdat
Zodat
se hundan(Zij) storten in
Ze zakken in
Zij/ze bezwijken
Zij/ze dalen neer
Zij/ze laten zich neer
Zij/ze verdiepen zich
Zij/ze vergaan
Zij/ze verzinken
Zij/ze zinken
Zij/ze zinken weg
en la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
. AlisarGlad maken
Glad strijken
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el segundoDe seconde
Het hoofdgerecht
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
en el frigoríficoDe koelkast.
MientrasTerwijl prepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
la glasuraHet glazuur.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, desmoldarUit de vorm halen y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
la glasuraHet glazuur y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
encimaBovendien
Er bovenop
los adornosDe garneringen
De garnituren
De ornamenten
De sieraden
De stelletjes
De versieringen
De versierselen
De versiersels
.
DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
secarAfdrogen
Afvegen
Afwissen
Drogen
Droogmaken
Uitdrogen
Vegen
Wissen
y volver aTeruggaan naar
Terugkeren naar
Terugkomen naar
meter enDoen in
Stoppen in
el frigoríficoDe koelkast.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cacao   Cada   Cada   Café   Coco   Coco   Frambuesa   Salar   Trufa   Trufa  


Tarta de crema de requesónKwark
Wrongel
(quarkKwark
Quark
) conDoor
Met
Per
Samen met
mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines



Ingredientes:
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
, desmontableDemontabel
Demontabele
Demonteerbaar
Demonteerbare

batidora eléctricaElektrische mixer (varillasGardes
Kloppers
)
batidor de manoGarde
dos2
Do's
Twee
Tweede
cuencosKommen
Witte waterlelie
, uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime

rejillaBagagenet
Rooster
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
(siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se tieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich op
 de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt in stand
 gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich schrap
Men heeft
, lavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen
enfriandoAfkoelend
Koelend
Latend afkoelen
la del hornoKachel
Oven
)
una espátulaEen bakspatel
Een lepelaar
Een plamuurmes
Een roerspaan
Een spaan
Een spatel
Een verfmes

Un pesoEen gewicht
Een peso
Een zwaarte
o vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
medidorMaat-
Meetapparaat
.
coladorFilter
Vergiet
Zeef

HornoKachel
Oven
: precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
a 180 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
centígradosCentesimaal
Centesimale
Honderddelig
Honderddelige
(arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
)
TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
de cocciónBakken
Koken
: entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
2525
Vijfentwintig
y 3030
Dertig
minutosMinuten
BIZCOCHO
IngredientesBestanddelen
Ingrediënten
:
55
Vijf
huevosEieren
55
Vijf
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

150 gr. de azúcarSuiker
150 gr. de harinaBloem
Meel

1-2 cucharaditasTheelepeltjes de caféArabicakoffie
Arabische koffie
Bistro
Café
Koffie
Koffiehuis
de polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken (levadura químicaBakpoeder, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
Royal, impulsorFlens
Rijsmiddel
)
Extras:
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
: mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel, o papelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
forrarloTe bekleden
azúcar glasPoedersuiker paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart


Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
(para queOpdat
Zodat
se calienteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden).
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
(mantequillaBoter
Roomboter
) y espolvorearBepoederen
Bestrooien
(pan ralladoPaneermeel) el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
(en el caso deIn het geval dat esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
bizcocho loDe
Hem
Het
U
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
soloAlleen
Enig
Enige
Enkel
Louter
Loutere
Solo
Verlaten
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
) o forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
de esta maneraZo conDoor
Met
Per
Samen met
papelPapier
Rol
: conDoor
Met
Per
Samen met
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
abiertoBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
el papelDe rol
Het papier
encimaBovendien
Er bovenop
del fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
y pillarBuitmaken
Klemmen
Plunderen
Roven
Stropen
cerrandoAfsluitend
Dichtdoend
Dichtmakend
Op slot doend
Sluitend
Toedoend
conDoor
Met
Per
Samen met
el aroDe aronskelk
De hoepel
De italiaanse aronskelk
De ring
(como siAlsof fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
un bastidorEen coulisse
Een chassis
Een frame
Een wagenstel
de bordarBorduren pillandoBuitmakend
Klemmend
Plunderend
Rovend
Stropend
la telaHet doek
Het lijnwaad
Het linnen
Het weefsel
) luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
una tiraEen band
Een reep
Een reepje
Een streep
Een strook
Een wapenbalk
de papelPapier
Rol
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
estosDeze
Dezen
y pegarlaHet vastplakken.
ELABORACIÓNBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking
del bizcocho:
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
(cuencoKom pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
) de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
(cuencoKom grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
).
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
conDoor
Met
Per
Samen met
una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde
del azúcarSuiker a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) (batidora eléctricaElektrische mixer).ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el aguaHet water a las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el azúcarDe suiker y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
hasta queTot
Totdat
se formeZich vormt una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
blanquecinaWitachtig (batidora eléctricaElektrische mixer).
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
conDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
de manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
, alternandoAfgewisseld
Afwisselend
Alternerend
, las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y la harinaDe bloem
Het meel
(tamizandoSelecterend
Zevend
cada vezElke keer
Steeds
Telkens
), nuncaNimmer
Nooit
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
de abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, es decirDat wil zeggen
Namelijk
que por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
entrasJij gaat binnen
Jij/je gaat binnen
Jij/je gaat in
Jij/je gaat naar binnen
Jij/je komt binnen
Jij/je komt in
Jij/je loopt binnen
Jij/je rijdt binnen
Jij/je rijdt in
conDoor
Met
Per
Samen met
el Batidor de manoDe garde (de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd
la espátulaDe bakspatel
De lepelaar
De roerspaan
De spaan
De spatel
Het plamuurmes
Het verfmes
) y salesJij/je gaat af
Jij/je gaat buiten
Jij/je gaat naar buiten
Jij/je gaat op weg
Jij/je gaat uit
Jij/je gaat weg
Jij/je komt er mee
 weg
Jij/je komt uit
Jij/je legt in
Jij/je legt in het
 zout
Jij/je loopt uit
Jij/je maakt in
Jij/je pekelt
Jij/je rijdt af
Jij/je rijdt uit
Jij/je rijdt weg
Jij/je stapt op
Jij/je stapt uit
Jij/je start
Jij/je stijgt uit
Jij/je tijgt
Jij/je treedt uit
Jij/je vaart uit
Jij/je verschijnt
Jij/je vertrekt
Jij/je zout
Zouten
por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
(como siAlsof escribierasJij schreef
Jij/je componeerde
Jij/je schiep
Jij/je schreef
Jij/je schreef neer
Jij/je schreef uit
un círculoEen cirkel
Een gezelschap
Een kring
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
dentro deBinnen
Binnenin
In
Op
Per
Te
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
en el aireDe lucht
De melodie
De schijn
De stijl
De tocht
Het aanzien
Het air
)
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
, a los 2525
Vijfentwintig
minutosMinuten se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
(por el cristalDe ruit
Het glas
Het kristal
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
) que se estáHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft despegando deLosmakend van las paredesDe muren
De wanden
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
, abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
y pincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
conDoor
Met
Per
Samen met
una agujaEen geep
Een naald
Een spoorwissel
Een wissel
de metalMetaal y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
secaDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Droog af!
Droog uit!
Droog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Maak droog!
Veeg af!
Veeg!
Wis af!
Wis!
está cocido(Het) is gekookt. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el hornoDe kachel
De oven
tiene(Hij) heeft
(U) heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt bij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt erop na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vast
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
calorHitte
Smoorhitte
Warmte
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, estandoLiggend
Zich bevindend
Zijnd
Zijnde
Zittend
demasiado doradoTe bruin y se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
que leHaar
Hem
Het
U
falta(Het) ontbreekt
Afwezigheid
Ben absent!
Ben afwezig!
Breuk in een aardlaag
Euvel
Fout
Gebrek
Gemis
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is absent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is afwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontbreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheelt
Manco
Mankement
Ontbreek!
Scheel!
Tekort
Tekortkoming
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
por encimaBovendien
Er bovenop
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
aplastarUitrollen (van deeg), huecoDenkbeeldig
Denkbeeldige
Fantasierijk
Fantasierijke
Fantastisch
Fantastische
Gat
Hersenschimmig
Hersenschimmige
Hol
Holte
Holle
Ideëel
Ideële
Ijdel
Ijdele
Imaginair
Imaginaire
Ingebeeld
Ingebeelde
Ingevallen
Kuil
Opening
Put
Uitholling
Verdicht
Verdichte
Verwaand
Verwaande
, un papel de aluminioEen alufolie.
CuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge
desmoldarUit de vorm halen y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
para queOpdat
Zodat
se enfríeAfkoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoelt
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
bajitaHeel laag
Zeer klein
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
leHaar
Hem
Het
U
entra(Het) gaat binnen
Ga binnen!
Ga in!
Ga naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Kom binnen!
Kom in!
Loop binnen!
Rijd binnen!
Rijd in!
suficienteVoldoende aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
por debajoBeneden
Eronder
Onder
, ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
ladoFlank
Kant
Zij
Zijde
Zijkant
un boteEen bokaal
Een boot
Een schuit
Een sloep
o algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
para queOpdat
Zodat
suba(Het) rijst
Beklimt u!
Bestijgt u!
Brengt u naar boven!
Draagt u naar boven!
Gaat u naar boven!
Gaat u omhoog!
Gaat u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat omhoog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in de
 trein
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verrijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Ik beklim
Ik bestijg
Ik breng naar boven
Ik draag naar boven
Ik ga naar boven
Ik ga omhoog
Ik ga op
Ik klim
Ik kom op
Ik rijs
Ik sta op
Ik stap in
Ik stap in de
 trein
Ik stijg
Ik verrijs
Ik was
Klimt u!
Komt u op!
Rijst u!
Staat u op!
Stapt u in de
 trein!
Stapt u in!
Stijgt u!
Verrijst u!
Wast u!
(comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
un puenteEen brug
Een dek
Een dwarsbalk (van een
 boerenwagen)
Een kam (van een
 viool)
Een scheepsbrug
Een scheepsdek
Een verdek
en el queWaarin la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el puenteDe brug
De scheepsbrug
Het dek
Het scheepsdek
Het verdek
y los botesDe bokalen
De boten
De schuiten
De sloepen
de conservaBehoud!
Berg!
Bespreek!
Bestel!
Bewaar!
Boek!
Conserveer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bergt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze conserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderhoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Houd open!
Houd over!
Houd vrij!
Inmaak
Onderhoud!
Reserveer!
los pilaresPijlers
Pilaren
Steunpilaren
)
CREMACremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla

IngredientesBestanddelen
Ingrediënten
:
100100
Honderd
gr. de mantequillaBoter
Roomboter
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!

11
Een
yemaBot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel

100100
Honderd
gr. de azúcarSuiker
350 gr. de requesónKwark
Wrongel
(QuarkKwark
Quark
de danone)
11
Een
/44
Vier
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
(cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
, nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid
)
dos2
Do's
Twee
Tweede
botesBlikken
Bokalen
Boten
Bussen
Jij/je dompelt in
Jij/je doopt in
Jij/je smijt eruit
Jij/je sopt
Potten
Schuiten
Sloepen
pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne
o uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
de mandarinasClementines
Mandarijnen
Mandarijntjes
Satsuma's
Tangerines
en almíbarSiroop
Stroop
, se puedenMen kan sustituirAflossen
Vervangen
por melocotónPerzik en almíbarSiroop
Stroop
en trocitosStukjes (entoncesDan
Dus
Toen
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn
un boteEen bokaal
Een boot
Een schuit
Een sloep
grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
o menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
)
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
, conDoor
Met
Per
Samen met
una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde
del azúcarSuiker. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la mantequillaDe boter
De roomboter
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker y la yemaDe bot
De eidooier
De knop
Het uitspruitsel
. Batidora eléctricaElektrische mixer
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el requesónDe kwark
De wrongel
(quarkKwark
Quark
) escurridoAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen
(aquíAlhier
Hier
se puedeMen kan usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
el batidor de manoDe garde y en suHaar
Hun
Uw
Zijn
casoCasus
Geval
Ik casseer
Ik huwelijk uit
Ik trouw
Ik verbind
Ik verbind in de
 echt
Ik verklaar nietig
Ik vernietig
Ik voeg samen
Naamval
Zaak
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
duro5-pesetamunt
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Ik beklijf
Ik blijf
Ik blijf aan
Ik duur
Ik duur voort
Ik houd aan
Ik houd stand
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Spaanse muntje
Stug
Stugge
Taai
Taaie
la b. eléctricaElektrisch
Elektrische
peroDoch
Echter
Maar
flojaLicht
Lichte
Los
Losse
Slap
Slappe
Week
Weke
Zacht
Zachte
Zwak
Zwakke
), y al finalTenslotte entremezclarleDooreen mengen la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y la frutaDe vrucht
Het fruit
Het vruchtenprodukt

MONTARBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
LA TARTADe cake
De gevulde taart
De koek
De taart

CortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
horizontalmenteHorizontaal (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
) un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
de la mitadDe helft, quedandoAfsprekend
Blijvend
In een bepaalde toestand
 rakend
Overhoudend
Passend
Staand
Zijnd
dos2
Do's
Twee
Tweede
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
o capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
de bizcocho
RellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
las dos2
Do's
Twee
Tweede
capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
de bizcocho y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
azúcar glasPoedersuiker por encimaBovendien
Er bovenop
conDoor
Met
Per
Samen met
un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Cada   Cada   Café   Mandarina   Melocotón   Salar  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien



Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
:
75 g de mantequillaBoter
Roomboter

75 g. de azúcarSuiker
22
Twee
huevosEieren
150 de harinaBloem
Meel

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de levadura químicaBakpoeder (polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken, levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
o polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
Royal, impulsorFlens
Rijsmiddel
)
RestoIk haal af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Rest
Stomp
Stronk
:
500-600 g de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien

mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei
(noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
)
11
Een
paquetePak
Pakje
Pakket
de pudínPudding (la lecheDe melk y azúcarSuiker que necesiteBehoeft u!
Heeft u nodig!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft nodig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is toe aan
Hoeft u!
Ik behoef
Ik ben toe aan
Ik heb nodig
Ik hoef
Is u toe aan!
U hebt nodig
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
paquetePak
Pakje
Pakket
)
gelatinaE441
Gelatine
Gelei
rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
saborSmaak (zumoSap
Vruchtensap
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
paquetePak
Pakje
Pakket
)
250 g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
.
ExtraExtra: mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm


Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
a 200200
Tweehonderd
° C.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en un recipienteEen bak
Een kom
Een pot
Een pul
Een schaal
Een vaas
Een vat
y amasarDeeg kneden
Kneden
conDoor
Met
Per
Samen met
las varillasGardes
Kloppers
.
ExtenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
sobre elOp de
Op het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
que antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
habremosWij zullen hebben
Wij/we zullen hebben
Wij/we zullen zijn
engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering
y espolvoreadoBepoederd
Bestrooid
Bestrooide
conDoor
Met
Per
Samen met
pan ralladoPaneermeel.
MeterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
1515
Vijftien
minutosMinuten.
VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
un pudínEen pudding segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
instruccionesAanwijzingen
Consignes
Instructies
del paquetePak
Pakje
Pakket
.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien
(estoDeze
Dit
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
necesarioBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
)
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
por encimaBovendien
Er bovenop
el pudínDe pudding y sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
.
HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
una gelatinaEen e441
Een gelatine
Een gelei
rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
conDoor
Met
Per
Samen met
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
o zumoSap
Vruchtensap
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
conDoor
Met
Per
Samen met
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de azúcarSuiker, meter enDoen in
Stoppen in
una mangueraEen slang
Een sproeier
Een spuitmond
y adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Fresa   Rojo  


Tarta de fresas a la panna cottaPanna cotta



Ingredientes:
Bizcocho:
33
Drie
huevosEieren (tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
M)
130 g. de azúcarSuiker
zumoSap
Vruchtensap
y ralladuraGeraspte snippers de medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon

4040
Veertig
g de harinaBloem
Meel

4040
Veertig
g de almidónStijfsel
Zetmeel
(fécula de maízMaïzena, MaicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
)
4040
Veertig
g. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de levadura químicaBakpoeder (polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken, polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
o levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
Royal, impulsorFlens
Rijsmiddel
)
55
Vijf
gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's
de aromaAroma
Boeket
Geur
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
amargasBitter
Bittere
(aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
)
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
66
Zes
hojas de gelatinaGelatineblaadjes blancaBlanca
Blank
Blanke
Wit
Witte
(colasFiles
Gelederen
Jaspanden
Jij filtreert
Jij/je filtreert
Jij/je zeeft
Kitten
Kleefmiddelen
Kleefstoffen
Kola's
Lijmen
Paardenstaarten
Panden
Reeksen
Rijen
Slepen
Slippen
Staarten
Wachtrijen
de pescadoDode vis
Gevist
Vis
Vis (dood)
Visgerecht
)
33
Drie
hojas de gelatinaGelatineblaadjes rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
(cola de pescadoGelatine
Vislijm
rojaBlozend
Blozende
Rode
Rood
Rooie
)
300300
Driehonderd
ml de lecheMelk
400400
Vierhonderd
g de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
.
22
Twee
paquetesPakjes
Pakketten
de azúcar de vainillaVanillesuiker o de azúcar avainilladoVanillesuiker
100100
Honderd
g. de azúcarSuiker
300300
Driehonderd
g. de yogurtYoghurt
500500
Vijfhonderd
g de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien

DecoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering
:
300300
Driehonderd
g. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

100100
Honderd
g. de almendraAmandel
Zoete amandel
fileteadaGefileerd
Gefileerde

2525
Vijfentwintig
de pistachosPimpernoten
Pistacchio's
Pistachenoten
Pistaches
crudosAardolies
Aardoliën
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
picadosBoos
Boze
Fijngehakt
Gehakt
Gehakte
Gejeukt
Gekriebeld
Gekrieuweld
Gepikt
Gepriemd
Geprikt
Gesnipperd
Gestoken
Gewriemeld
Giftig
Giftige
(gruesoCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikte
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Hoofdmacht
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheid
)
250 g. de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien

ExtraExtra:
MantequillaBoter
Roomboter
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y pan ralladoPaneermeel

Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
(arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
) a 175 ° C
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
con mantequillaMet boter un molde desmontableEen springvorm de 2424
Vierentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
(comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
) de diámetroDiameter
Middellijn

y espolvorearloBepoederen
Bestrooi het
Het te bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
pan ralladoPaneermeel.

Preparación:
PartirAfbreken
Delen
Op weg gaan
Opsplitsen
Opstappen
Splitsen
Starten
Tijgen
Verdelen
Vertrekken
Weggaan
los huevosDe eier
De eieren
y separarAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
y 65 g. de azúcarSuiker y la ralladura de limónDe citroenrasp hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la levaduraDe gist
De zuurdesem
Het rijsmiddel
, conDoor
Met
Per
Samen met
el almidónDe/het stijfsel
Het zetmeel
y conDoor
Met
Per
Samen met
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de harinaBloem
Meel
y las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
(un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de mezclaArtsenijmengsel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Melange
Meng!
Mengeling
Mengelmoes
Mengen
Mengsel
Mix
Mix!
Mixen
Mixtuur
Temper!
Temperen
Vermeng!
Vermengen
Vermenging
Verwar!
Verwarren
de harinaBloem
Meel
, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de mezclaArtsenijmengsel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Melange
Meng!
Mengeling
Mengelmoes
Mengen
Mengsel
Mix
Mix!
Mixen
Mixtuur
Temper!
Temperen
Vermeng!
Vermengen
Vermenging
Verwar!
Verwarren
de harinaBloem
Meel
, un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
) incorporandoDoor toe te voegen
Inbouwend
Toevoegend
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
el zumo de limónHet citroensap y el aromaDe geur
Het aroma
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
2525
Vijfentwintig
minutosMinuten a 175º.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
y verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
a enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
MientrasTerwijl hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
del rellenoVan de vulling:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en remojoIn de week (para queOpdat
Zodat
engordeDik wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mest vet
Ik maak dik
Ik maak vet
Ik mest vet
Maakt u dik!
Maakt u vet!
Mest u vet!
) las gelatinasDe geleien en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
(entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
55
Vijf
y 1010
Tien
minutosMinuten segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
fabricanteConstructeur
Fabrikant
)
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
100100
Honderd
g. de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
conDoor
Met
Per
Samen met
la lecheDe melk y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a cocerBakken
Koken
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y el azúcar de vainillaDe vanillesuiker.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
la gelatinaDe gelatine
De gelei
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
a la lecheDe melk/nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
para queOpdat
Zodat
se disuelva(Hij) lost op (dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
al mismo tiempoGelijk
Gelijktijdig
Tegelijk
Tegelijkertijd
Tevens
coagula(Het) stolt
Coaguleer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze coaguleert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat stollen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stolt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stremt
Laat stollen!
Stol!
Strem!
)
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
estaDeze
Dit
alNaar de
Naar het
yogurtYoghurt.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
yogurtYoghurt/nata batidaSlagroom a la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
lecheMelk/nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
/gelatinaE441
Gelatine
Gelei
y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
en el frigoríficoDe koelkast antes deAlvorens te
Voor
echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
para queOpdat
Zodat
se coagule(Het) stolt algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se repartenMen verdeelt en la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
.
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen
y cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
en trocitosStukjes pequeñosKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne

Agregar aToevoegen aan la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
.
DividirAfbreken
Delen
Opsplitsen
Splitsen
Verdelen
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
(yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
) conDoor
Met
Per
Samen met
un corteEen coupon
Een scherp van een
 mes
Een snee
Een snit
horizontalHorizontaal
Horizontale
Platliggend
Platliggende
Waterpas
Waterpasse
en dos2
Do's
Twee
Tweede
(formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
dos2
Do's
Twee
Tweede
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
)
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
o bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
en un platoEen bord
Een eten
Een etenswaar
Een gang
Een gerecht
Een schaal
Een schotel
Een spijs
/fuenteBekken
Bron
Fontein
Opdienbord
Schaal
Schotel
Wel
Welput
uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
de los discosDe cd's
De discussen
De grammofoonplaten
De kiesschijven
De platen
De schijven
(el queDat
Die
Hij die
Wie
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
en el hornoDe kachel
De oven
) y un aroEen aronskelk
Een hoepel
Een italiaanse aronskelk
Een jan-op-de-preekstoel
Een ring
universalAlgemeen
Algemene
Universeel
Universele
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom
o dentroBinnen
Daarbinnen
Erin
del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
por encimaBovendien
Er bovenop
del discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
y taparBedekken
Beleggen
Dekken
Dichten
Dichtmaken
Stoppen
Toedekken
Toestoppen
Verstoppen
Volstoppen
conDoor
Met
Per
Samen met
el otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de bizcocho.
Meter enDoen in
Stoppen in
el frigoríficoDe koelkast comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
mínimoGeringst
Geringste
Kleinst
Kleinste
Minimum
Minimumtemperatuur
Minst
Minste
Onbetekenend
Onbetekenende
Peuterig
Peuterige
Pietluttig
Pietluttige
tres3
Drie
horasTijden
Uren
antes deAlvorens te
Voor
adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
TostarBraden
Branden
Brood roosteren
Bruinen
Roosteren
las láminasDe bladen
De folies
De lamellen
De mesjes
De plaatjes
de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
en una sarténEen braadpan
Een koekenpan
Een pan
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje

DesmoldarUit de vorm halen la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
ExtenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y por encima deAan
Boven
Over
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
PegarAanbakken
Aanzetten
Afranselen
Aftuigen
Beuken
Hechten
Houwen
Klappen
Kloppen
Lijmen
Meppen
Plakken
Slaan
Vastnaaien
Vastplakken
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
tostadasBeschuiten
Brood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
Toasten
Toasts
Tosti's
en los lateralesDe zijkanten de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
AdornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
(nata montada, pistachosPimpernoten
Pistacchio's
Pistachenoten
Pistaches
y fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien
) la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
imaginaciónFantasie
Imaginatie
Verbeelding
Verbeeldingskracht
. UsarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
manga pasteleraRoomspuit
Spuitzak
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Almendra   Aroma   Limón   Manga pastelera   Rojo  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes



Ingredientes:
Un paqueteEen pakje
Een pakket
de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
(daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
la claseDe aard
De klas
De klasse
De les
De lestijd
De stand
de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
)
½ litroLiter de lecheMelk
Un chorroEen scheut de licorLikeur
Sterke drank
(ronRum, whiskyWhisky, coñacCognac,.)
ChocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
a la tazaDe beker
De kop
Het kopje

Nata montada
GuindasKrieken
Morellen
Pitanga's
Surinaamse kersen
Walen
Zure kersen


Preparación:
En un cazoEen sauspan se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
a la tazaDe beker
De kop
Het kopje
y se reservaMen zet weg.
MientrasTerwijl tantoDes te
Evenveel
Net zoveel
Punt
Zo
Zo groot
Zoveel
Zovele
Zozeer
se calientaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt opgewonden
Men verwarmt
en otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
cuencoKom la lecheDe melk conDoor
Met
Per
Samen met
el chorroDe scheut de licorLikeur
Sterke drank
, tiene queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
templadoBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige
ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
la galletaDe/het biscuit
Het biscuitje
Het koekje
se deshace(Het) valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Vervloeit
.
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
que la lecheDe melk estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
templadaBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige
se vanMen gaat
Zij/ze gaan af
Zij/ze gaan weg
Zij/ze vertrekken
Zij/ze verwijderen zich
mojandoBettend
Bevochtigend
Deppend
Indompelend
Indopend
Nat makend
Soppend
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
una a unaÉén voor één y se vanMen gaat
Zij/ze gaan af
Zij/ze gaan weg
Zij/ze vertrekken
Zij/ze verwijderen zich
poniendoAan de praat krijgend
Aandoend
Aantrekkend
Aanzettend
Doend
Door te plaatsen
Inschakelend
Leggend
Neerleggend
Neerzettend
Op gang brengend
Opbrengend
Opleggend
Plaatsend
Stekend
Stellend
Stoppend
Vlijend
Zettend
en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
. CuandoAls
Tijdens
Wanneer
tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast
la primera1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
, la untasJij/je besmeert
Jij/je maakt nat
Jij/je smeert
Jij/je smeert aan
Jij/je smeert door
Jij/je smeert in
conDoor
Met
Per
Samen met
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
, y despuésAchteraf
Daarna
Daarop
Dan
Na
Naderhand
Vervolgens
leHaar
Hem
Het
U
hacesBossen
Bundels
Jij neemt
Jij/je bedrijft
Jij/je brengt uit
Jij/je doet
Jij/je maakt
Jij/je maakt aan
Jij/je richt uit
Jij/je voert uit
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
mojándolasHen natmakend en la lecheDe melk conDoor
Met
Per
Samen met
el licorDe likeur
De sterke drank
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
y asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
continuamenteAldoor
Bij voortduring
Continue
Permanent
Voortdurend
, se puedeMen kan hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
lo altaZo hoog que se quieraMen wilt. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
terminadasAfgehandeld
Afgelopen
Afgemaakt
Afgesloten
Besloten
Beëindigd
Geëindigd
Uitgemaakt
Voleindigd
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
se adornaMen versiert con nataMet roomsaus montadaBegaan
Bereden
Bestegen
Binnengegaan
Binnengelopen
Geklommen
Geklopt
Geklopt (eiwit, room)
Geklopte
Gemonteerd
Gereden
Gerezen
Gestegen
Gezet
Ingegaan
Ingestapt
Naar boven gegaan
Opgegaan
Opgezet
y guindasKrieken
Morellen
Pitanga's
Surinaamse kersen
Walen
Zure kersen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
servirloDien op.

TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur



Ingredientes:
8080
Tachtig
grs. de mantequillaBoter
Roomboter

100100
Honderd
grs. de azúcarSuiker
55
Vijf
huevosEieren
200200
Tweehonderd
grs. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
ralladasGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte

100100
Honderd
grs. de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade
ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte

22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de ronRum austríacoOostenrijker
Oostenrijks
Oostenrijkse
(Stroh RumAguardiente austriaco destilado de caña y aromatizado con una receta de hierbas en la que destaca especialmente la canela. 80 % volumen de alcohol. conDoor
Met
Per
Samen met
8080
Tachtig
% de alcoholAlcohol
Alcoholische drank
Drank
Sterke drank
)
11
Een
vasitoGlaasje o 33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur

ExtraExtra:
11
Een
/44
Vier
de litroLiter de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

estabilizadorStabilisator paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la nataDe room
De slagroom
Het puikje

11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de azúcarSuiker
11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
ó 22
Twee
de licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur

papelPapier
Rol
de hornoKachel
Oven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
forrarBekleden
Overtrekken
Voeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm

raspadurasRaspsels de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk

licor de huevoAdvocaat
Eierlikeur
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
por encima deAan
Boven
Over
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
(unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
)

Preparación:
ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
, de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
, conDoor
Met
Per
Samen met
el papelDe rol
Het papier
(paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
técnicaTechniek
Technisch
Technische
que paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tensarNauwer aanhalen
Opwinden
Spannen
Strekken
Uitrekken
una telaEen doek
Een lijnwaad
Een linnen
Een stof
Een weefsel
en el bastidorDe coulisse
Het chassis
Het frame
Het wagenstel
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
bordarBorduren, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
una cintaEen band
Een bond
Een cassette
Een liga
Een link
Een lint
Een reep
Een strip
Een strook
Een verbond
Een windsel
de la mismaEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
anchuraBaan
Breedte
que la alturaDe hoogte
De verhevenheid
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
, engrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
y pegarlaHet vastplakken alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom
)
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
para queOpdat
Zodat
se vayaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
calentandoStokend
Verhittend
Verwarmend
Warmend
a 180 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
C
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
del azúcarSuiker. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
pocoGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
del azúcarSuiker hasta queTot
Totdat
forme unaVorm een cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
blanquecinaWitachtig. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la mantequillaDe boter
De roomboter
, agregarBijmengen
Toevoegen
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker y seguir batiendoBlijf kloppen
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
. Batidora eléctricaElektrische mixer flojaLicht
Lichte
Los
Losse
Slap
Slappe
Week
Weke
Zacht
Zachte
Zwak
Zwakke
o a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
.
AgregarBijmengen
Toevoegen
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
mezcladasDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
conDoor
Met
Per
Samen met
la levadura químicaDe/het bakpoeder. Batidora eléctricaElektrische mixer en el mínimoOp de kleinste stand o conDoor
Met
Per
Samen met
batidor de manoGarde.
EntremezclarleDooreen mengen el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
ralladoGeraspt
Geraspte
Gestreept
Gestreepte
(esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
se puedeMen kan, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
conDoor
Met
Per
Samen met
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
antes deAlvorens te
Voor
echarlasToevoegen a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
mantequillaBoter
Roomboter
/yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
).
AgregarBijmengen
Toevoegen
el ronDe rum y el licorDe likeur
De sterke drank
y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
entremezclandoDooreenmengend
Vermengend
poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
conDoor
Met
Per
Samen met
el batidor de manoDe garde dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
(es decirDat wil zeggen
Namelijk
entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y sacandoAfdoend
Afdwingend
Afpersend
Afzettend
Behalend
Eruit halend
Halend
Halend uit
Halend van
Hozend
Knevelend
Naar buiten brengend
Ontlenend
Puttend
Scheppend
Te voorschijn halend
Trekkend
Uitdoend
Uithalend
Uitkrijgend
Uittrekkend
por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
, haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
círculosCirkels
Gezelschappen
Kringen
).
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
esteDeze
Dit
Oosten
Oostenwind
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la rejillaDe/het rooster
Het bagagenet
del hornoKachel
Oven
que debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
de estarLiggen
Zich bevinden
Zijn
Zitten
colocadaBelegd
Gedaan
Gelegd
Geplaatst
Gesteld
Gestoken
Gestopt
Gevlijd
Gezet
Neergelegd
Neergezet
Ondergebracht
Stoned
Stonede
Uitgezet
Verplaatst
un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
que el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
.
TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
: entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
45 minutosMinuten y una horaEen tijd
Een uur
. HacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
pruebaAanpassen
Aantonen
Adstructie
Adstrueer!
Adstrueren
Beproef!
Beproeven
Bewijs
Bewijs!
Bewijzen
Bezoek!
Bezoeken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze adstrueert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beproeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezoekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt waar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze probeert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staaft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt op de
 proef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toont aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijst uit
Maak waar!
Onderzoek
Pas aan!
Pas!
Passen
Probeer uit!
Probeer!
Proberen
Proef
Proef!
Staaf!
Staven
Stel op de proef!
Teken
Test
Toets
Toets!
Toetsen
Toon aan!
Uitproberen
Uitwijzen
Waarmaken
Wijs uit!
conDoor
Met
Per
Samen met
agujaGeep
Naald
Spoorwissel
Wissel

SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
, desmoldarUit de vorm halen, quitarAfdoen
Afhalen
Afnemen
Aftrekken
Afzetten
Beroven
Opgeven
Prijsgeven
Rissen
Ritsen
Uitdoen
Uitkrijgen
Uittrekken
Verwijderen
Weghalen
Weglaten
Wegnemen
el papelDe rol
Het papier
y colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
sobre laOp de
Op het
fuenteBekken
Bron
Fontein
Opdienbord
Schaal
Schotel
Wel
Welput
que se vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijdert zich
Men gaat
a servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
, conDoor
Met
Per
Samen met
la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
que dabaGaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bracht toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaf aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kende toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleende
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
al fondoAan het eind
Naar de bodem
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
conDoor
Met
Per
Samen met
la cucharadaDe eetlepel (maat)
De soeplepel
de azúcarSuiker y siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se tieneHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt zich op
 de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt in stand
 gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet zich schrap
Men heeft
conDoor
Met
Per
Samen met
el estabilizadorDe stabilisator de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
para queOpdat
Zodat
se conserveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewaart duraBeklijf!
Blijf aan!
Blijf!
Duur voort!
Duur!
Grimmig
Grimmige
Gure
Guur
Hard
Harde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze duurt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stand
Houd aan!
Houd stand!
Moeilijk
Moeilijke
Ongevoelig
Ongevoelige
Resistent
Resistente
Scherp
Scherpe
Stug
Stugge
Taai
Taaie
.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
sobre laOp de
Op het
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
el licor de huevoDe advocaat
De eierlikeur
por encimaBovendien
Er bovenop
alisandoDoor glad te strijken
Glad makend
Glad strijkend
Gladstrijken
Gladstrijkend
conDoor
Met
Per
Samen met
la paletaDe schoep
De troffel
Het blad van een
 roeiriem
Het palet
pasteleraBanketbakker
Banketbakkers-
o conDoor
Met
Per
Samen met
un cuchilloEen mes, decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
raspadurasRaspsels de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
alrededorBuitenwijk
Eromheen
Omstreek
Rondom
del bordeBand
Boord
Borduurt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze borduurt
Ik borduur
Kant
Rand
Zoom
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra  


Tarta de manzanaAppeltaart



Ingredientes:
11
Een
kiloKilo
Kilogram
de manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
(a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
de cada unaElk, daBreng op!
Breng toe!
Geef aan!
Geef!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ken toe!
Verleen!
igualDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijkteken
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
la variedadDe afwisseling
De variatie
De variëteit
De verscheidenheid
Het afwisselen
Het variëren
Het werken
)
22
Twee
vasosDrinkglazen
Glazen
Potten
Pullen
Vaten
Vazen
de azúcarSuiker.
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de harinaBloem
Meel
.
11
Een
/22
Twee
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
.
33
Drie
huevosEieren.
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de lecheMelk.
Azúcar morenaBasterdsuiker
Bruine suiker
.

Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
en la batidoraDe blender
De mixer
(dejadLaat
Laat achter!
Laat begaan!
Laat in de steek!
Laat los!
Laat na!
Laat over!
Laat schieten!
Laat!
Leen!
Legateer!
Lever op!
Sta toe!
Verlaat je van!
Verlaat!
Vermaak!
Vertrouw toe!
Verzuim!
una manzanaEen appel
Een huizenblok
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
, ¿ehHallo

Hé daar
Zeg
?)
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
muy bienBest
Heel goed
Prima
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
enmantequilladoMet boter ingesmeerd y enharinadoIn meel verpakt
Met meel bedekt
Met meel bestrooid
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
partidasAfgebroken
Gedeeld
Gesplitst
Gestart
Getegen
Getogen
Op weg gegaan
Opgesplitst
Opgestapt
Verdeeld
Vertrokken
Weggegaan
en lascasLa=
De
Haar
Het
U

decorandoDecorerend
Door te versieren
Onderscheidend
Versierend
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
por encimaBovendien
Er bovenop
élHem
Hij
azúcar morenaBasterdsuiker
Bruine suiker
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
a 180º y esperarAfwachten
Bedacht zijn op
Hopen
Te wachten staan
Verwachten
Voorzien
Wachten
Wachten op
al menosAlthans
Tenminste
5050
Vijftig
minutosMinuten.
IdBegeef je!
Ga!
Kar!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Verloop!
pinchandoDoorprikkend
Pikkend
Priemend
Prikkend
Stekend
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
pasen(Zij) gaan voorbij
Brengt u door!
Gaat u langs!
Gaat u over!
Gaat u voorbij!
Gebeurt u!
Geeft u aan!
Haalt u in!
Komt u langs!
Komt u om!
Laat u door!
Overkomt u!
Passeert u!
Reikt u aan!
Steekt u over!
Verdrijft u!
Vergaat u!
Verloopt u!
Verstrijkt u!
Zij/ze brengen door
Zij/ze gaan langs
Zij/ze gaan over
Zij/ze gaan voorbij
Zij/ze gebeuren
Zij/ze geven aan
Zij/ze halen in
Zij/ze komen langs
Zij/ze komen om
Zij/ze laten door
Zij/ze overkomen
Zij/ze passeren
Zij/ze reiken aan
Zij/ze steken over
Zij/ze verdrijven
Zij/ze vergaan
Zij/ze verlopen
Zij/ze verstrijken
los primerosDe eersten
De voorgerechten
4040
Veertig
minutosMinuten y que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!
subidoBeklommen
Bestegen
Geklommen
Gerezen
Gestegen
Gewassen
In de trein gestapt
Ingestapt
Naar boven gebracht
Naar boven gedragen
Naar boven gegaan
Omhoog gegaan
Opgegaan
Opgekomen
Opgestaan
Opgezwollen
Verrezen
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
loDe
Hem
Het
U
suficienteVoldoende.



De los siguientes palabras hay una foto:
Haya  


Tarta de manzana al revésAchterstevoren
Andersom
Omgekeerd



Ingredientes:
22
Twee
ó 33
Drie
manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken

azúcarSuiker paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
acaramelarKaramelliseren el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
: 22
Twee
huevosEieren, 100g harinaBloem
Meel
, 100g azúcarSuiker, 50g de
margarinaMargarine
bañoBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
(opcionalFacultatief
Facultatieve
Naar keuze
)
un sobreEen briefomslag
Een couvert
Een enveloppe
de levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem


Preparación:
Primero1e
Allereerst
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Ten eerste
Uitstekend
Uitstekende
Vooraf
Vooreerst
Voorgerecht
Voortreffelijk
Voortreffelijke
conDoor
Met
Per
Samen met
5-6 cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker se acaramelaMen karamelliseert a fuego suaveKlein vuur un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde

paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
de 2525
Vijfentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
y se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
. MientrasTerwijl, se pelanMen schilt las
manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
cortándolas en 22
Twee
a lo largoDe lengte, quitándoleEraf halend la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt
de las pipasDe pijpen
De pitten
De tabakspijpen
De zonnebloemen
De zonnebloempitten
y
cortándolas luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
en gajosParten más bienBij voorkeur
Eer
Liefst
Liever
Veeleer
gruesosCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Dikten
Diktes
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Grossen
Grote
Grove
Hoofdmachten
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
Zwaarlijvigheden
. YaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
listasBanden
Bereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Borderellen
Cedels
Ceinturen
Ceintuurs
Celen
Deelnemerslijsten
Gerede
Gereed
Keuzelijsten
Klaar
Klare
Lijsten
Loonstaten
Menu's
Presentielijsten
Rap
Rappe
Repen
Rollen
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Spijskaarten
Staten
Strepen
Stroken
Tabellen
Vlug
Vlugge
Wapenbalken
se disponenMen schikt
Zij/ze bereiden zich voor
Zij/ze maken zich op
uniformementeUniform
Éénvormig

sobre laOp de
Op het
baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
acarameladoGekarameliseerd
Gekarameliseerde
Gekaramelliseerd
Met suiker geglaceerd
. LuegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
, conDoor
Met
Per
Samen met
los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
indicadosAangeduid
Aangegeven
Aangewezen
Beduid
Een sein gegeven
Een teken gegeven
Gekenmerkt
Gelaten zien
Gemerkt
Geseind
Getekend
Getoond
Gewezen
Tentoongespreid
Uitgeduid
Uitgewezen
Vertoond
, se
preparaBereid toe!
Bereid voor!
Bereid!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bereidt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt klaar
Leid op!
Maak aan!
Maak klaar
Maak klaar!
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
de bizcocho segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
la recetaHet recept de bizcocho mantecadoRoomijs, que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
listoBereid
Bereide
Bijdehand
Bijdehante
Gerede
Gereed
Klaar
Klare
Rap
Rappe
Scherpzinnig
Scherpzinnige
Vlug
Vlugge

se vierteMen giet en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
de las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
. Se cueceMen kookt
Wordt gekookt
a hornoKachel
Oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
(200200
Tweehonderd
gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
C)
previamenteEerst
Vooraf
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
y alturaHoogte
Verhevenheid
mediaBemiddel!
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemiddelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijmt
Kous
Medium
Middelbaar
Middelbare
Midden-
Rijm!
hasta queTot
Totdat
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
se veaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
doradoAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakreel
Plevier
Pluvier
Verguld
Vergulde
y en suHaar
Hun
Uw
Zijn

puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot
(unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
20-30 minutosMinuten). ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
desmoldarlaHem uit de vorm
 halen
se le separanMen scheidt het conDoor
Met
Per
Samen met
un cuchilloEen mes los
bordesBanden
Boorden
Jij/je borduurt
Kanten
Randen
Zomen
del bizcocho del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y se vuelcaMen keert om
Men stort
al revésAchterstevoren
Andersom
Omgekeerd
sobre unBovenop een
Op een
platoBord
Eten
Etenswaar
Gang
Gerecht
Schaal
Schotel
Spijs
o bandejaBakblik
Bakplaat
Blad
Dienblad
Presenteerblad
Schenkblad
Theeblad
de
tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid
adecuadoAangepast
Adequaat
Adequate
Afdoend
Afdoende
Bruikbaar
Bruikbare
Doeltreffend
Doeltreffende
Effectief
Effectieve
Geschikt
Geschikte
Werkdadig
Werkdadige
Werkzaam
Werkzame
, asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
quedaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik bleef
Ik paste
Ik raakte in een
 bepaalde toestand
Ik sprak af
Ik stond
Ik was
Overbleef
de aspectoAanblik
Aanschijn
Aanzien
Air
Aspect
Buitenkant
Gelaatsuitdrukking
Gezicht
Gezichtspunt
Kant
Schijn
Uiterlijk
Uitzicht
Verschijning
Vóórkomen
acarameladoGekarameliseerd
Gekarameliseerde
Gekaramelliseerd
Met suiker geglaceerd
conDoor
Met
Per
Samen met
la manzanaDe appel
Het huizenblok

por arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
por debajoBeneden
Eronder
Onder
. Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt se leHaar
Hem
Het
U
dan(Zij) geven
Dan
Zij/ze brengen op
Zij/ze brengen toe
Zij/ze geven
Zij/ze geven aan
Zij/ze kennen toe
Zij/ze verlenen
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
pinceladasBestreken
Penseelstreken
de bañoBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
.

TrucosFoefjes
Knepen
Kunstgrepen
Streken
Stunts
Toeren
Trucs
Truken
y consejosAdviezen
Raadgevingen
Raden
:
EstaDeze
Dit
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
tomarseGebruiken
Zich permitteren
lo mismoDito
Hetzelfde
Idem
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
que tibiaLauw
Lauwe
Zoel
Zoele
. TibiaLauw
Lauwe
Zoel
Zoele
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
sabrosaLekker
Lekkere
Smakelijk
Smakelijke
Smeuïg
y
jugosa. -Sappig
Sappige
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt, y antes deAlvorens te
Voor
dar la vueltaOmdraaien
Omkeren
a la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, puede(Het) kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mag
Kan!
Mag!
U kunt
empaparseDoortrokken worden
Doorweken
Opgeslurpt worden
el
bizcocho conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de almíbarSiroop
Stroop
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
emborracharDoordrenken met alcohol.
Se puedeMen kan enmantecarInsmeren met (dierlijk) vet la baseDe base
De basis
De grond
De grondslag
Het grondvlak
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
encimaBovendien
Er bovenop
azúcarSuiker y sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
estoDeze
Dit
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
, esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
el mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
sistemaBestel
Stelsel
Systeem
peroDoch
Echter
Maar
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
el carameloDe karamel
De toffee
De ulevel
Het hopje
.

Tarta de manzana caseraHokvast
Hokvaste
Huis-
Huiselijk
Huiselijke
Thuis gemaakt
Van het huis
Zelf gemaakt
Zelfgemaakt
Zelfgemaakte



Ingredientes:
200200
Tweehonderd
grs. de briochesBrioches
Tulbanden
.
22
Twee
huevosEieren.
88
Acht
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker.
44
Vier
manzanasAppelen
Appels
Huizenblokken
peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
y cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
en rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
.
MantequillaBoter
Roomboter
.

Preparación:
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
los dosAlle twee de
Allebei
Beide
De do's
huevosEieren conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker eEn incorporarInbouwen
Toevoegen
los briochesDe brioches
De tulbanden

desmenuzadosUitgerafeld
Uitgerafelde
Verbrokkeld
Verbrokkelde
Verkruimeld
Verkruimelde
, batiendoDoorroerend
Houwend
Klappend
Kloppend
Meppend
Omroerend
Roerend
Slaand
muy bienBest
Heel goed
Prima
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una pastaEen beslag
Een deeg
Een deegwaar
Een gebak
Een pasta
Een zoet broodje
homogéneaGelijksoortig
Gelijksoortige
Homogeen
Homogene
.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
untadoAangesmeerd
Besmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingesmeerd
Ingesmeerde
Nat gemaakt
con mantequillaMet boter.
SobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
estaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
, idBegeef je!
Ga!
Kar!
Loop van stapel!
Loop!
Rijd!
Vaar!
Verloop!
poniendoAan de praat krijgend
Aandoend
Aantrekkend
Aanzettend
Doend
Door te plaatsen
Inschakelend
Leggend
Neerleggend
Neerzettend
Op gang brengend
Opbrengend
Opleggend
Plaatsend
Stekend
Stellend
Stoppend
Vlijend
Zettend
las manzanasDe appelen
De appels
De huizenblokken
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
cortadasAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
y que osJe
Jullie
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
bonito(Atlantische) boniet
Aardig
Aardige
Atlantische boniet
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Bonito
Bonito (vis)
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi
Mooie
por encimaBovendien
Er bovenop
.
Meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
a temperaturaTemperatuur fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
y sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
alNaar de
Naar het
pincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
salgaEruit komt
Gaat u af!
Gaat u buiten!
Gaat u naar buiten!
Gaat u op weg!
Gaat u uit!
Gaat u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Ik ga af
Ik ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
 weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek
Komt u er mee
 weg!
Komt u uit!
Loopt u uit!
Rijdt u af!
Rijdt u uit!
Rijdt u weg!
Stapt u op!
Stapt u uit!
Start u!
Stijgt u uit!
Tijgt u!
Treedt u uit!
Vaart u uit!
Verschijnt u!
Vertrekt u!
limpioHelder
Heldere
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik veeg af
Ik wrijf op
Ik zuiver
Louter
Loutere
Louteren
Netto-
Opwrijven
Poetsen
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinigen
Schone
Schoon
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
Zuiveren
.

Tarta de piñaAnanastaart



Ingredientes:
11
Een
lataBlik
Blikje
Bus
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt
Ik klop
Klopt u!
Lat
Trommel
Trommeltje
de rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
piña en almíbarAnanas op sap
44
Vier
huevosEieren
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
(de ¼ de litroLiter) de harinaBloem
Meel

11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
(de ¼ de litroLiter) de azúcarSuiker
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de mantequillaBoter
Roomboter
ó margarinaMargarine
11
Een
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de levaduraGist
Rijsmiddel
Zuurdesem
Royal
carameloE150a-d
Hopje
Karamel
Toffee
Ulevel
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm


Preparación:
Se bateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert strijd
Men klopt
la mantequillaDe boter
De roomboter
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
se hagaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
, se le agreganMen voegt eraan toe los huevosDe eier
De eieren
de uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
en uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
y por últimoTenslotte se leHaar
Hem
Het
U
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
agregandoToevoegend la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la levaduraDe gist
De zuurdesem
Het rijsmiddel
, haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
movimientosBewegingen
Slagen
Zetten
suavesMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
envolventes.
En un molde para hornoEen bakvorm, se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
conDoor
Met
Per
Samen met
carameloE150a-d
Hopje
Karamel
Toffee
Ulevel
y se colocanMen plaatst
Zij/ze trekken aan
las rodajasDe plakken
De radeermessen
De schijven
de piñaAnanas (escurridasAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen
). Por encimaBovendien
Er bovenop
se vierteMen giet la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
y se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
a hornoKachel
Oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
, por 35 minutosMinuten ó hasta queTot
Totdat
al introducir un palilloNa het inbrengen van
 een stokje
, salgaEruit komt
Gaat u af!
Gaat u buiten!
Gaat u naar buiten!
Gaat u op weg!
Gaat u uit!
Gaat u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Ik ga af
Ik ga buiten
Ik ga naar buiten
Ik ga op weg
Ik ga uit
Ik ga weg
Ik kom er mee
 weg
Ik kom uit
Ik loop uit
Ik rijd af
Ik rijd uit
Ik rijd weg
Ik stap op
Ik stap uit
Ik start
Ik stijg uit
Ik tijg
Ik treed uit
Ik vaar uit
Ik verschijn
Ik vertrek
Komt u er mee
 weg!
Komt u uit!
Loopt u uit!
Rijdt u af!
Rijdt u uit!
Rijdt u weg!
Stapt u op!
Stapt u uit!
Start u!
Stijgt u uit!
Tijgt u!
Treedt u uit!
Vaart u uit!
Verschijnt u!
Vertrekt u!
limpioHelder
Heldere
Ik louter
Ik maak schoon
Ik poets
Ik reinig
Ik snoei
Ik veeg af
Ik wrijf op
Ik zuiver
Louter
Loutere
Louteren
Netto-
Opwrijven
Poetsen
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinigen
Schone
Schoon
Schoonmaken
Snoeien
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuivere
Zuiveren
.
Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y se desmoldaMen haalt uit de
 vorm
.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt emborracharDoordrenken met alcohol la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, se le vierteMen giet erop por encimaBovendien
Er bovenop
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
del líquidoVan de vloeistof de las piñasDe ananassen conDoor
Met
Per
Samen met
un chorritoEen scheutje de ronRum. Y para queOpdat
Zodat
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
lindaAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi
Mooie
leHaar
Hem
Het
U
ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
una guindaEen kriek en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
de cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
rodajaPlak
Radeermes
Schijf
de piñaAnanas.



De los siguientes palabras hay una foto:
Cada   Cada   Piña  


Tarta de quesoKwarktaart
Pikante kaastaart



Ingredientes:
33
Drie
huevosEieren
500500
Vijfhonderd
grs.. de queso frescoVerse kaas
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de harinaBloem
Meel
finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
de maízMaïs (MaicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
)
99
Negen
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker
½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de lecheMelk

Preparación:
Se bateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert strijd
Men klopt
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
en la batidoraDe blender
De mixer
. Se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering
con mantequillaMet boter.
Se mete al hornoMen plaats in de
 oven
a 200200
Tweehonderd
º unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
3030
Dertig
minutosMinuten.
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
buenaBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
. ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
miMi
Mijn
gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet!
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
a quesoKaas.
¿QuizásMisschien menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
quesoKaas y másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
huevosEieren?



De los siguientes palabras hay una foto:
Maíz  


Tarta de quesoKwarktaart
Pikante kaastaart



Ingredientes:
11
Een
tarrinaTerrine de queso quarkKwark (danone)
11
Een
boteBlik
Bokaal
Boot
Bus
Dompelt u in!
Doopt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dompelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doopt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smijt eruit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sopt
Ik dompel in
Ik doop in
Ik smijt eruit
Ik sop
Pot
Schuit
Sloep
Smijt u eruit!
Sopt u!
de leche condensadaGecondenseerde melk pequeñoKlein
Kleine
Luttel
Luttele
Min
Minne

11
Een
yogurtYoghurt naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve
enriquecidoVerrijkt con nataMet roomsaus
11
Een
medidaAfgemeten
Afmeten
Gemeten
Grootte
Maat
Maatregel
Maté
Meten
Opgemeten
Opgenomen
Opmeten
Opnemen
Uitgemeten
Uitmeten
del yogurtYoghurt de lecheMelk
22
Twee
o 33
Drie
huevosEieren dependiendoAfhangend
Afhankelijk zijnd
Deel uitmakend
Er van afhangend
del tamañoAfmeting
Bestek
Dusdanig
Dusdanige
Formaat
Grootheid
Grootte
Omvang
Uitgebreidheid

galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
(paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
moldearAfgieten
Gieten
Kneden
Vormen
y untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
)
MermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
(fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien
, grosellasAalbeskleuren
Aalbessen
Klapbessen
Kruisbessen
Rode bessen
Trosbessen
, arándanosAmerikaanse cranberry's
Blauwbessen
Bosbessen
Cranberry's
Lepeltjesheides
Moerasbessen
Trosbosbessen
Trosveenbessen
Veenbessen
a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
y optativoFacultatief
Facultatieve
Naar keuze
Optatief
)

Preparación:
Se muelenMen maalt o se machacanMen verplettert conDoor
Met
Per
Samen met
el morteroDe houwitser
De metselkalk
De mortel
De specie
De vijzel
De/het mortier
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
finamenteFijn
Keurig
. Se untaMen besmeert un molde para hornoEen bakvorm con mantequillaMet boter se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
 zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
 de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit
encimaBovendien
Er bovenop
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen
y se espolvoreaMen bestrooit todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
, quitandoAfdoend
Afhalend
Afnemend
Aftrekkend
Afzettend
Berovend
Eraf halend
Opgevend
Prijsgevend
Rissend
Ritsend
Uitdoend
Uitkrijgend
Uittrekkend
Verwijderend
Weghalend
Weglatend
Wegnemend
lo queDat wat
Wat
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de galletaBiscuit
Biscuitje
Koekje
,(leHaar
Hem
Het
U
doyIk breng op
Ik breng toe
Ik geef
Ik geef aan
Ik ken toe
Ik verleen
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
meneosSchommelingen alNaar de
Naar het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y lo queDat wat
Wat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
pegadoAangebakken
Aangezet
Afgeranseld
Afgetuigd
Gebeukt
Gehecht
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Gelijmd
Gemept
Geplakt
Geplakte
Geslagen
Vastgenaaid
Vastgeplakt
loDe
Hem
Het
U
quitoIk beroof
Ik doe af
Ik doe uit
Ik geef op
Ik geef prijs
Ik haal af
Ik haal weg
Ik krijg uit
Ik laat weg
Ik neem af
Ik neem weg
Ik ris
Ik rits
Ik trek af
Ik trek uit
Ik verwijder
Ik zet af
Quito
).
En un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
, se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
 zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
 de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit
el quesoDe kaas, la leche condensadaDe gecondenseerde melk el yogurtDe yoghurt, la lecheDe melk y las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
, se bateHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kampt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vecht
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert strijd
Men klopt
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
conDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
.
Las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
las pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) y loDe
Hem
Het
U
mezcloIk meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
conDoor
Met
Per
Samen met
lo anteriorHet voorgaande.
LoDe
Hem
Het
U
echoIk begin handel te
 drijven met
Ik gooi
Ik gooi erop
Ik heb aandeel in
Ik jaag weg
Ik keil
Ik kondig aan
Ik krijg
Ik laat aan het
 lot over
Ik leg op
Ik maak bekend
Ik maak vast
Ik neem
Ik schat
Ik schenk in
Ik sla uit
Ik smijt
Ik speel een partijtje
Ik speel uit
Ik spreek uit
Ik stort
Ik strooi
Ik stuur weg
Ik tank
Ik treed op in
Ik uit
Ik voeg toe
Ik voer op
Ik wed
Ik wedijver
Ik werp
Ik zeg
Ik zend weg
Ik zet buiten de
 deur
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y loDe
Hem
Het
U
pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
, hasta queTot
Totdat
loDe
Hem
Het
U
pinchoBrochette
Canapé
Hapje
Ik pik
Ik priem
Ik prik
Ik prik door
Ik steek
Loogkruid
Spies
Stalen pen
Stekel
Stekend loogkruid
Tapa
y veoIk bekijk
Ik kijk
Ik zie
que yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
cuajadoDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestolde
Gestremde melk
Wrongel
, cuidadoBeduchtheid
Bekommernis
Bewaakt
Bezorgd geweest
Bezorgdheid
Gepast op
Gezorgd
Gezorgd voor
Kommer
Ongerustheid
Opgelet
Opgepast
Verontrusting
Verpleegd
Verzorgd
Verzorgde
Voorzichtig
Zich bekommerd
Zorg
Zorg gedragen
Zorgvuldigheid
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
ponerleDoe het in
Zetten
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
calorHitte
Smoorhitte
Warmte
por encimaBovendien
Er bovenop
porqueAangezien
Daar
Omdat
Vermits
Want
Wijl
se puedeMen kan tostarBraden
Branden
Brood roosteren
Bruinen
Roosteren
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
.
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
loDe
Hem
Het
U
sacoIk behaal
Ik breng naar buiten
Ik doe af
Ik doe uit
Ik dwing af
Ik haal
Ik haal eruit
Ik haal te voorschijn
Ik haal uit
Ik haal van
Ik hoos
Ik knevel
Ik krijg uit
Ik ontleen
Ik pers af
Ik put
Ik schep
Ik trek uit
Ik zet af
Tas
Zak
del moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
, y leHaar
Hem
Het
U
pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
encimaBovendien
Er bovenop
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Tarrina  


Tarta de queso aragonesaAragonese
Van aragón



Ingredientes:
TARTALETA: 150 g. de mantequillaBoter
Roomboter
, 300300
Driehonderd
g. de galletaBiscuit
Biscuitje
Koekje
maría, 22
Twee
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de azúcarSuiker y el zumoHet vruchtensap de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen
.
El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
11
Een
/44
Vier
L. de lecheMelk, 5050
Vijftig
g. de quesoKaas de idiazabal, 5050
Vijftig
g. de queso de ovejaSchapenkaas y cabraGeit, 22
Twee
terrinaCocotte
Terrien
de quesoKaas San Millan unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
300300
Driehonderd
g. 44
Vier
huevosEieren, 22
Twee
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
y 200200
Tweehonderd
g. de azúcar glasPoedersuiker.

Preparación:
MolerKwellen
Malen
Vermalen
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
junto aAan
Bij
Dichtbij
Naast
Nabij
Vlakbij
la mantequillaDe boter
De roomboter
, el azúcarDe suiker, el zumoHet vruchtensap del limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
, masDoch
Echter
Maar
Plus
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
en la batidoraDe blender
De mixer
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una pastaEen beslag
Een deeg
Een deegwaar
Een gebak
Een pasta
Een zoet broodje
espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!
, forramosWij bekleden
Wij/we bekleden
Wij/we bekleedden
Wij/we trekken over
Wij/we trokken over
Wij/we voerden
Wij/we voeren
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
conDoor
Met
Per
Samen met
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
, cocerBakken
Koken
la lecheDe melk conDoor
Met
Per
Samen met
los dosAlle twee de
Allebei
Beide
De do's
quesoKaas hasta queTot
Totdat
se deshagan(Zij) vallen uit elkaar
Zij/ze geven af
los quesosDe kazen, batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
la mitadDe helft del azúcarSuiker, la maicenaDe maïzena
Het maiszetmeel
Het maïszetmeel
, mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
las dos2
Do's
Twee
Tweede
terrinaCocotte
Terrien
de quesoKaas San Millan, montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
las claraDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de huevosEieren a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
unimosWij verenigen
Wij/we brachten samen
Wij/we brengen samen
Wij/we verbinden
Wij/we verbonden
Wij/we verenigden
Wij/we verenigen
Wij/we voegden aaneen
Wij/we voegen aaneen
la lecheDe melk conDoor
Met
Per
Samen met
los quesosDe kazen conDoor
Met
Per
Samen met
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
, eEn incorporamosWij nemen op
Wij/we bouwden in
Wij/we bouwen in
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
, llenamosWij vullen
Wij/we completeerden
Wij/we completeren
Wij/we dempen
Wij/we dempten
Wij/we maakten vol
Wij/we maken vol
Wij/we schenken vol
Wij/we schonken vol
Wij/we spekken
Wij/we spekten
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we voleindden
Wij/we voleinden
Wij/we vulden
Wij/we vulden aan
Wij/we vulden in
Wij/we vullen
Wij/we vullen aan
Wij/we vullen in
Wij/we werken bij
Wij/we werkten bij
la tartaleta y cocerBakken
Koken
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
a 180º cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
35 min. luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté hechaKlaar is loDe
Hem
Het
U
colocamosWij plaatsen
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we brachten onder
Wij/we brengen onder
Wij/we deden
Wij/we doen
Wij/we legden
Wij/we legden neer
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we plaatsen
Wij/we plaatsten
Wij/we staken
Wij/we steken
Wij/we stelden
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we verplaatsen
Wij/we verplaatsten
Wij/we vlijden
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten neer
Wij/we zetten uit
en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
redondaGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
y leHaar
Hem
Het
U
añadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe
por encimaBovendien
Er bovenop
el azúcar glasDe poedersuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Limón  


Tarta de queso Philadelphia



Ingredientes:
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
:
1212
Twaalf
rodajasPlakken
Radeermessen
Schijven
de panBrood
Mik
Pan
tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
(picatostesCroutons, zwieback, buenoBraaf
Brave
Enfin
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nou
Nou ja
Nuttig
Nuttige
Voldoende
Wel
Welaan
Welnu
eseDat
Die
que venden(Zij) verkopen
Bakert u in!
Bakert u!
Men verkoopt
Omwikkelt u!
Omzwachtelt u!
Verbindt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
Zwachtelt u in!
Zwachtelt u!
en paquetesPakjes
Pakketten
yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
que suelen(Zij) plegen
Zij/ze plegen
Zij/ze zijn gewend
Zij/ze zijn gewoon
comerBikken
Eten
Gebruiken
Het middagmaal gebruiken
Lunchen
Nuttigen
Vreten
los bebésDe baby's
De zuigelingen
y los diabéticosDe diabetici)
5050
Vijftig
gramosGrammen de mantequillaBoter
Roomboter
(yoEgo
Ik
sueloAarde
Bodem
Fond
Grond
Ik ben gewend
Ik ben gewoon
Ik pleeg
Ondergrond
Vloer
Voedingsbodem
pesarAfwegen
Het gewicht bepalen
Smart
Wegen
Zwaar zijn
estaDeze
Dit
cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
el tactoDe fijnzinnigheid
De gevoelszin
De tact
De tastzin
Het aankomen
Het aanraken
Het aanroeren
Het aanvoelen
Het aanzitten
Het beleid
Het beroeren
Het betasten
Het bevoelen
Het raken
Het tasten
Het toucheren
Het voelen
añadoIk breng aan
Ik doe bij
Ik geef toe
Ik leg bij
Ik meng bij
Ik voeg bij
Ik voeg toe
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
masDoch
Echter
Maar
Plus
)
33
Drie
cucharadas soperasEetlepels
Soeplepels
rasasAfgestreken
Jij/je strijkt af
de azúcarSuiker
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
quesoKaas:
600600
Zeshonderd
gr de quesoKaas Filadelfia (se puedeMen kan usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
cualquierEen of ander
Ieder
Welk dan ook
otroAnder
Andere
Nog een
Nog één
que seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
parecidoEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Lijkend op
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Soortgelijks
Toegeschenen
Voorgekomen
es decirDat wil zeggen
Namelijk
frescoBrutaal
Brutale
Fresco
Fris
Frisse
Koel
Koele
Koelte
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
de dobleBuigt u door!
Buigt u krom!
Buigt u om!
Buigt u!
Dubbel
Dubbele
Dubbelganger
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt krom
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze buigt om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kromt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze synchroniseert na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbuigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt dubbel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vouwt om
Ik buig
Ik buig door
Ik buig krom
Ik buig om
Ik krom
Ik plooi
Ik synchroniseer na
Ik verbuig
Ik vouw
Ik vouw dubbel
Ik vouw om
Kromt u!
Plooit u!
Synchroniseert u na!
Tweeledig
Tweeledige
Tweevoudig
Tweevoudige
Verbuigt u!
Vouwt u dubbel!
Vouwt u om!
Vouwt u!
grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette
(65% de grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette
/masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
secaDor
Dore
Dorre
Droge
Droog
Droog af!
Droog uit!
Droog!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droogt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt droog
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist af
Maak droog!
Veeg af!
Veeg!
Wis af!
Wis!
) En alemánDuits
Duitse
Duitse taal
Duitser
sería(Het) zou zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zijn
Ik zou gebeuren
Ik zou plaatshebben
Ik zou plaatsvinden
Ik zou zijn
Doppelrahm-Frischkäse
150 gr. de azúcarSuiker
11
Een
paquetePak
Pakje
Pakket
de azúcar de vainillaVanillesuiker (yoEgo
Ik
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
la pongoIk breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
)
00
Nul
,22
Twee
litrosLiters (=200200
Tweehonderd
gr) de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
(crema)agriaZure room o ácidaZure
Zuur
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
Ben!
Gebeur!
Heb plaats!
Ik ken
Ik smaak
Ik weet
Vind plaats!
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
la llamareisJullie zullen aanbellen
Jullie zullen aanroepen
Jullie zullen bellen
Jullie zullen benoemen
Jullie zullen heten
Jullie zullen kloppen
Jullie zullen luiden
Jullie zullen noemen
Jullie zullen opbellen
Jullie zullen oproepen
Jullie zullen praaien
Jullie zullen roepen
Jullie zullen schellen
Jullie zullen telefoneren
Jullie zullen uitmaken voor
(es decirDat wil zeggen
Namelijk
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
la de reposteríaBanketbakkersvak
Desserts
Toetjes
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
montarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
, sinoDoch
Echter
Maar
la de cocinarBereiden
Koken
)
ralladura de limónCitroenrasp y de naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
(es preferibleHet is aan te
 bevelen
que seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
, peroDoch
Echter
Maar
de todasCompleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
formasFormaliteiten
Gedaanten
Gedaantes
Jij/je formeert
Jij/je gaat aan
Jij/je paradeert
Jij/je praalt
Jij/je prijkt
Jij/je pronkt
Jij/je vormt
Manieren
Vormen
Wijzen
poquitaBeetje de ambasBeide, puesDus
Ergo
Nou
Ook weer
Toch
Toch wel
Want
Wel
Zodoende
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
sabe(Het) smaakt
Hij weet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weet
Ken!
Smaak!
Weet!
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
artificialArtificieel
Artificiële
Gemaakt
Gemaakte
Kunstmatig
Kunstmatige
)
55
Vijf
huevosEieren
ExtraExtra:
un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
de mantequillaBoter
Roomboter
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm

azúcar glasPoedersuiker paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart

UtensiliosGebruiksvoorwerpen:
un paño de cocinaEen theedoek y un rolloEen gedoe
Een gezeur
Een rol
Een rollade
Een rond broodje
Een toestand
(TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
sirveBaat!
Bedien!
Ben geschikt!
Ben van dienst!
Bewijs een dienst!
Deug!
Dien op
Dien op!
Dien!
Dient
Help!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bewijst een dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deugt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze helpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is geschikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is van dienst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kaart aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze serveert
Kaart aan!
Serveer!
una botellaEen fles) paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
pastasDeegwaren
Degen
Jij/je graast
Jij/je weidt
Pasta's
o mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
máquinaMachine eléctricaElektrisch
Elektrische
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
molerKwellen
Malen
Vermalen
. TambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
se puedeMen kan utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
un morteroEen houwitser
Een metselkalk
Een mortel
Een mortier
Een specie
Een vijzel
o almirezMortier
Vijzel
.
un molde para tartaEen pasteibakje (van bladerdeeg)
Een ragoutbakje
desmontableDemontabel
Demontabele
Demonteerbaar
Demonteerbare
de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
.
un ralladorEen rasp de cítricosCitrusvruchten
Zuidvruchten
(estoDeze
Dit
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
y cuandoAls
Tijdens
Wanneer
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
vendan(Zij) verkopen
Doet u over!
Doet u weg!
Tapt u!
Verhandelt u!
Verkoopt u!
Vervreemdt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
en vuestroJullie
Uw
Van jullie
paísLand ralladuraGeraspte snippers naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve
en polvoIn poedervorm de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
y naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
)
una batidora eléctricaEen elektrische mixer (varillasGardes
Kloppers
o bolaBal
Bol
Dot
Klomp
Klont
Kloot
Kluit
Kogel
Prop
)
un batidor de manoEen garde
espátulaBakspatel
Lepelaar
Plamuurmes
Roerspaan
Spaan
Spatel
Verfmes

una cucharaEen eetlepel
Een lepel
Een soeplepel

dos2
Do's
Twee
Tweede
recipientesBakken
Kommen
Potten
Pullen
Schalen
Vaten
Vazen
hondosDiep
Diepe
(cuencosKommen
Witte waterlelie
, bolBowl
Kom
Schaal
)
HornoKachel
Oven
:
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde

fuegoVuur arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder

150 gradosGraden
Rangen
Standen
Statussen
Trappen
C
bandejaBakblik
Bakplaat
Blad
Dienblad
Presenteerblad
Schenkblad
Theeblad
en un lugarEen aanleiding
Een dorp
Een lokaliteit
Een oord
Een plaats
Een ruimte
Een zetel
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
bajoBas
Basgitaar
Basstem
Baszanger
Diep
Gemeen
Gemene
Ik daal
Ik daal af
Ik ga af
Ik ga naar beneden
Ik geef korting
Ik kort
Ik laat neer
Ik sla af
Ik stap af
Ik stap uit
Ik trek af
Ik verlaag
Ik verzak
Ik zak
Ik zak weg
Ik zink
Klein
Klein van gestalte
Kleine
Kort
Korte
Laag
Laaghartig
Laaghartige
Lage
Onder
Zacht
Zachtjes
Zwaar
Zware
que en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden

TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
de cocciónBakken
Koken
: de 11
Een
a 1y 11
Een
/22
Twee
, se notaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
se veHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zien
Men ziet
consistenteDicht
Dichte
Stevig
Stevige
. NONee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
ABRIRBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
EN LA PRIMERA1e
Eerst
Eerste
Oorspronkelijk
Oorspronkelijke
Uitstekend
Uitstekende
Voortreffelijk
Voortreffelijke
MEDIA HORAEen half uur
Halfuur


Preparación:
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
.
MolerKwellen
Malen
Vermalen
el panDe mik
Het brood
tostadoBrood geroosterd
Gebraden
Gebrand
Gebruind
Geroosterd
Geroosterde
(cuantoHoe
Hoeveel ook
Hoezeer
Kwantum
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tenéisHebben jullie
Jullie hebben
Jullie houden
Jullie houden bij
Jullie houden erop na
Jullie houden vast
máquinaMachine metedloDoe het en el paño de cocinaDe theedoek y pasarAangeven
Aanreiken
Doorbrengen
Doorlaten
Gebeuren
Inhalen
Langsgaan
Langskomen
Omkomen
Overgaan
Overkomen
Oversteken
Passeren
Verdrijven
Vergaan
Verlopen
Verstrijken
Voorbijgaan
por encimaBovendien
Er bovenop
el rolloDe rol
De rollade
De toestand
Het gedoe
Het gezeur
Het rond broodje
o botellaFles).
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
molidoGekweld
Gemalen
Gemalene
Vermalen
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
a manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
desmenuzandoUitrafelend
Verbrokkelend
Verkruimelend
, conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y la mantequillaDe boter
De roomboter
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!
y añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
mantequillaBoter
Roomboter
hasta queTot
Totdat
alNaar de
Naar het
intentarAanpassen
Beproeven
Passen
Pogen
Proberen
Toetsen
Trachten
Uitproberen
Van plan zijn
Voorhebben
Voornemens zijn
Zich voorstellen
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
una pelotaEen bal
Een speelbal
apretandoAandraaiend
Aandringend
Aandrukkend
Aanduwend
Beklemmend
Dringend
Drukkend
Drukkend op
Knellend
Persend
Pressend
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se desmorone(Het) valt uit elkaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brokkelt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gruizelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort ineen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zakt neer
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
.
ExtenderlaUitrollen sobre elOp de
Op het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
. ApretadBeklem!
Draai aan!
Dring aan!
Dring!
Druk aan
Druk aan!
Druk op!
Druk!
Duw aan!
Knel!
Pers!
Pres!
conDoor
Met
Per
Samen met
una cucharaEen eetlepel
Een lepel
Een soeplepel
allanandoEffen makend
Effenend
Met de grond gelijk
 makend
Onderwerpend
Pacificerend
Slopend
Vlak makend
y alisandoDoor glad te strijken
Glad makend
Glad strijkend
Gladstrijken
Gladstrijkend
.

ElaboraciónBereiden
Bewerken
Bewerking
Ontwikkelen
Produceren
Uitwerken
Vervaardigen
Verwerken
Verwerking
de la MasaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
:
LavarAfwassen
De was doen
Logen
Uitwassen
Wassen
cítricosCitrusvruchten
Zuidvruchten
y rallarRaspen.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
el quesoDe kaas conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker, azúcar de vainillaVanillesuiker, nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
ácidaZure
Zuur
y ralladuras.
SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de quesoKaas conDoor
Met
Per
Samen met
el batidor de manoDe garde.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
a "punto de nieveBatir las claras hasta dejarlas blancas; para ello no deben tener nada de yema. Se obtiene batiendo las claras hasta que adquieran una consistencia tal que, dándole la vuelta al recipiente, no se caigan Las claras se pueden conservar un tiempo, después de separarlas de las yemas, pero siempre en lugar fresco o nevera." conDoor
Met
Per
Samen met
la batidora eléctricaDe elektrische mixer.
EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de quesoKaas/yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
.
ConDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
de manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
o/y espátulaBakspatel
Lepelaar
Plamuurmes
Roerspaan
Spaan
Spatel
Verfmes
, siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
de abajoBeneden
Daarbeneden
Daaronder
Eronder
Naar beneden
Neer
Neerwaarts
Omlaag
Onder
arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
es decirDat wil zeggen
Namelijk
formandoAangaand
Formerend
Paraderend
Pralend
Prijkend
Pronkend
Vormend
círculosCirkels
Gezelschappen
Kringen
entrandoBinnengaand
Binnenkomend
Binnenlopend
Binnenrijdend
Ingaand
Inkomend
Inrijdend
Naar binnen gaand
por los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
y saliendoAfgaand
Afrijdend
Buitengaand
Er mee weg komend
Eruitgaand
Naar buiten gaand
Op weg gaand
Opstappend
Startend
Tijgend
Uitgaand
Uitkomend
Uitlopend
Uitrijdend
Uitstappend
Uitstijgend
Uittredend
Uitvarend
Verschijnend
Vertrekkend
Weggaand
Wegrijdend
por el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
(asíAldus
Dan
Dermate
Dus
Ik greep
Ik greep aan
Ik greep vast
Ik nam
Ik nam beet
Ik pakte
Ik pakte aan
Ik pakte beet
Ik raapte op
Ik vatte
Ik vatte aan
Zo
Zodanig
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se bajaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bukt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Inzakt
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
).
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
sobre elOp de
Op het
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
.
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
hechaAangemaakt
Bedreven
Gedaan
Gedane
Gemaakt
Uitgebracht
Uitgericht
Uitgevoerd
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
desmoldarUit de vorm halen enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk
.
EsperoIk ben bedacht op
Ik hoop
Ik sta te wachten
Ik verwacht
Ik voorzie
Ik wacht
Ik wacht af
Ik wacht op
que osJe
Jullie
guste(Het) bevalt
Behaagt u!
Bevalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze proeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt leuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zint
Houdt u van!
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Proeft u!
Staat u aan!
Vindt u leuk!
Zint u!
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
tanDermate
Dusdanig
Even
Zo
Zodanig
Zozeer
difícilLastig
Lastige
Moeilijk
Moeilijke
Slim
Slimme
Zwaar
Zware
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Limón   Naranja   Queso filadelfia  


Tarta de queso sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
hornoKachel
Oven



Ingredientes:
1515
Vijftien
galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
tipoDrukletter
Soort
Type
María
11
Een
tarrinaTerrine de quesoKaas de untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve
(philadelphia danone)
11
Een
yogurtYoghurt naturalAard
Afkomstig
Afkomstige
Echt
Natuur
Natuurlijk
Natuurlijke
Naïef
Naïeve
(o del mismoEigen
Zelf
Zelfde
Zelfs
Zelve
saborSmaak que la gelatinaDe gelatine
De gelei
)
11
Een
brik de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

11
Een
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de gelatinaE441
Gelatine
Gelei
de saboresSmaken.
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
.

Preparación:
Se trituranMen pureert las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
y se aplastanMen prakt
Men verplettert
conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
. EstoDeze
Dit
servirá(U) zal opdienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankaarten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal baten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bedienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal deugen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal dienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal een dienst
 bewijzen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal geschikt zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal helpen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opdienen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal serveren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal van dienst
 zijn
de baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
Por otro ladoOverkant
Overzijde
se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd
: el quesoDe kaas, el yogurtDe yoghurt, la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y la gelatinaDe gelatine
De gelei
que hemosWij hebben
Wij/we hebben
Wij/we zijn
disueltoOpgelost
Opgeloste
en el aguaHet water calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
, enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk
loDe
Hem
Het
U
echamosWij gooien
Wij/we beginnen handel te
 drijven met
Wij/we begonnen handel te
 drijven met
Wij/we gooiden
Wij/we gooiden erop
Wij/we gooien
Wij/we gooien erop
Wij/we hadden aandeel in
Wij/we hebben aandeel in
Wij/we jaagden weg
Wij/we jagen weg
Wij/we joegen weg
Wij/we keilden
Wij/we keilen
Wij/we kondigden aan
Wij/we kondigen aan
Wij/we kregen
Wij/we krijgen
Wij/we laten aan het
 lot over
Wij/we legden op
Wij/we leggen op
Wij/we lieten aan het
 lot over
Wij/we maakten bekend
Wij/we maakten vast
Wij/we maken bekend
Wij/we maken vast
Wij/we namen
Wij/we nemen
Wij/we schatten
Wij/we schenken in
Wij/we schonken in
Wij/we slaan uit
Wij/we sloegen uit
Wij/we smeten
Wij/we smijten
Wij/we speelden een partijtje
Wij/we speelden uit
Wij/we spelen een partijtje
Wij/we spelen uit
Wij/we spraken uit
Wij/we spreken uit
Wij/we storten
Wij/we stortten
Wij/we strooiden
Wij/we strooien
Wij/we sturen weg
Wij/we stuurden weg
Wij/we tanken
Wij/we tankten
Wij/we traden op in
Wij/we treden op in
Wij/we uiten
Wij/we uitten
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen toe
Wij/we voerden op
Wij/we voeren op
Wij/we wedden
Wij/we wedijverden
Wij/we wedijveren
Wij/we werpen
Wij/we wierpen
Wij/we zegden
Wij/we zeggen
Wij/we zeiden
Wij/we zenden weg
Wij/we zetten buiten de
 deur
Wij/we zonden weg
sobre laOp de
Op het
baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
y metemos enWij/we doen in
Wij/we stoppen in
el frigoríficoDe koelkast. se puedeMen kan adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
frutasFruit
Vruchten
Vruchtenprodukten
frescasBrutaal
Brutale
Fris
Frisse
Koel
Koele
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
y estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
riquísimoOverheerlijk
Overheerlijke
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Tarrina  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de requesónKwark
Wrongel



Ingredientes:
11
Een
/2Kg de requesónKwark
Wrongel

33
Drie
huevosEieren
300300
Driehonderd
grs. de azúcarSuiker
un chorritoEen scheutje de lecheMelk, ralladuraGeraspte snippers de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen
y un poquitoEen beetje
Een klein beetje
Ietwat
Lichtelijk
Zier
de canela en polvoKaneelpoeder.

Preparación:
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
y meterlos en el hornoDe kachel
De oven
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cuajaditoGestold.
Se puedeMen kan acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien
, arándanosAmerikaanse cranberry's
Blauwbessen
Bosbessen
Cranberry's
Lepeltjesheides
Moerasbessen
Trosbosbessen
Trosveenbessen
Veenbessen
o frutas del bosqueBosvruchten.

Tarta de requesón y fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien



Ingredientes:
150 grs. galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
tipoDrukletter
Soort
Type
María
75 grs. margarinaMargarine
5050
Vijftig
grs. azúcarSuiker
La ralladuraDe geraspte snippers de 11
Een
limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon

400400
Vierhonderd
grs. requesónKwark
Wrongel

100100
Honderd
grs. azúcarSuiker
11
Een
yogurtYoghurt de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei

5050
Vijftig
grs. leche condensadaGecondenseerde melk
El zumoHet vruchtensap de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen

11
Een
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
de gelatinaE441
Gelatine
Gelei
de fresaAardbei
Aardbezie
Frees
Frees!
Gekweekte aardbei
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze freest
Tuinaardbei

200200
Tweehonderd
grs. fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien


Preparación:
TriturarFijnstampen
Pureren
Stampen
las galletasDe biscuitjes
De biscuits
De koekjes
y, en cuencoKom, mezclarlasMengen conDoor
Met
Per
Samen met
la margarinaDe margarine, el azúcarDe suiker y la ralladuraDe geraspte snippers. ForrarBekleden
Overtrekken
Voeren
conDoor
Met
Per
Samen met
esta mezclaDit mengsel la baseDe base
De basis
De grond
De grondslag
Het grondvlak
de un molde desmontableEen springvorm y reservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
.
A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende
, picarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen
5050
Vijftig
grs. de fresasAardbeien
Aardbeziën
Gekweekte aardbeien
Jij/je freest
Tuinaardbeien
y colocarlasPlaats ze sobre laOp de
Op het
baseBase
Baseert u!
Basis
Basis-
Grond
Grondslag
Grondt u!
Grondvlak
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baseert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze grondt
Ik baseer
Ik grond
Point-guard
de galletasBiscuitjes
Biscuits
Koekjes
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
en la batidoraDe blender
De mixer
el requesónDe kwark
De wrongel
, el azúcarDe suiker, el yogurtDe yoghurt y la leche condensadaDe gecondenseerde melk.
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
el zumo de limónHet citroensap y diluirVerdunnen
Versnijden
Verwateren
en élDaaraan
Erin
la gelatinaDe gelatine
De gelei
, incorporarInbouwen
Toevoegen
alNaar de
Naar het
requesónKwark
Wrongel
.
Por últimoTenslotte, verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y meter enDoen in
Stoppen in
el frigoríficoDe koelkast hasta queTot
Totdat
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
cuajadaDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestolde
Gestremde melk
Kwark
Wrongel
.
Antes deAlvorens te
Voor
servirlaDien op, desmoldamosWij halen uit de
 vorm
Wij/we haalden uit de
 vorm
Wij/we halen uit de
 vorm
y adornamosWij versieren
Wij/we decoreerden
Wij/we decoreren
Wij/we dossen uit
Wij/we dosten uit
Wij/we sierden
Wij/we sierden op
Wij/we sieren
Wij/we sieren op
Wij/we tooiden
Wij/we tooien
Wij/we versierden
Wij/we versieren
la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
conDoor
Met
Per
Samen met
las fresasDe aardbeien
De aardbeziën
restantesOverig
Overige
Verder
Verdere
, fileteadasGefileerd
Gefileerde
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Fresa   Limón  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de san marcosSan marcos



Ingredientes: (6 -6
Zes
88
Acht
personasMensen
Personages
Personen
)
Bizcocho GenovésGenovés
Van genua
:
44
Vier
huevosEieren
120 grs. de azúcarSuiker
120 grs. de harinaBloem
Meel

AlmíbarSiroop
Stroop
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
empaparDoordrenken
Doorweken
Indompelen
Indopen
Opslorpen
Soppen
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit

Se cuecenWorden gekookt 44
Vier
minutosMinuten, 11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
y ½ vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de azúcarSuiker
TrufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!

200200
Tweehonderd
grs. de chocolate negroDonkere chocolade
22
Twee
dl de nata montada conDoor
Met
Per
Samen met
azúcarSuiker
BañoBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

66
Zes
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

100100
Honderd
grs. de azúcarSuiker
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!


Preparación:
BIZCOCHO GENOVÉSGenovés
Van genua
: separamosWij scheidden
Wij/we haalden uit elkaar
Wij/we halen uit elkaar
Wij/we scheidden
Wij/we scheidden af
Wij/we scheiden
Wij/we scheiden af
Wij/we schiften
Wij/we schiftten
Wij/we zonderden af
Wij/we zonderen af
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
de las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
, montamos a punto de nieveWij/we kloppen stijf
Wij/we klopten stijf
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
y vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen
incorporandoDoor toe te voegen
Inbouwend
Toevoegend
poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
el azúcarDe suiker, batimosWij slaan
Wij/we hieuwen
Wij/we houwen
Wij/we klappen
Wij/we klapten
Wij/we kloppen
Wij/we klopten
Wij/we meppen
Wij/we mepten
Wij/we roerden
Wij/we roerden door
Wij/we roerden om
Wij/we roeren
Wij/we roeren door
Wij/we roeren om
Wij/we slaan
Wij/we sloegen
hasta queTot
Totdat
se disuelva(Hij) lost op perfectamenteHelemaal
Juist
Volkomen
Volmaakt
.
AñadimosWij voegen toe
Wij/we brachten aan
Wij/we brengen aan
Wij/we deden bij
Wij/we doen bij
Wij/we gaven toe
Wij/we geven toe
Wij/we legden bij
Wij/we leggen bij
Wij/we mengden bij
Wij/we mengen bij
Wij/we voegden bij
Wij/we voegden toe
Wij/we voegen bij
Wij/we voegen toe
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
, y por últimoTenslotte la harinaDe bloem
Het meel
tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
, mezclamosWij mengen
Wij/we gooiden door elkaar
Wij/we gooien door elkaar
Wij/we mengden
Wij/we mengen
Wij/we mixen
Wij/we mixten
Wij/we temperden
Wij/we temperen
Wij/we vermengden
Wij/we vermengen
Wij/we verwarden
Wij/we verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
movimientosBewegingen
Slagen
Zetten
envolventes.
ExtendemosWij spreiden
Wij/we breiden uit
Wij/we geven af
Wij/we houden op
Wij/we maken wijder
Wij/we ontvouwen
Wij/we rekken
Wij/we smeren uit
Wij/we spreiden
Wij/we spreiden uit
Wij/we steken uit
Wij/we strekken
Wij/we strekken uit
Wij/we verbreiden
Wij/we vergroten
Wij/we verspreiden
estaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
en una placa de hornoEen bakblik
Een bakplaat
engrasadaBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
y enharinadaIn meel verpakt
Met meel bedekt
Met meel bestrooid
.
HorneamosWij bakken
Wij/we bakken
Wij/we bakten
a 180º duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
1515
Vijftien
o 2020
Twintig
minutosMinuten, hasta queTot
Totdat
esté doradaGoudgeel is.
TRUFASJij/je truffeert
Jij/je vult
Truffels
: derretimosWij smelten
Wij/we deden smelten
Wij/we doen smelten
Wij/we maakten vloeibaar
Wij/we maken vloeibaar
Wij/we smelten
Wij/we smolten
Wij/we versmelten
Wij/we versmolten
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
alNaar de
Naar het
baño maríaAu bain marie
Au bain-marie
o en el microondasDe magnetron
De microwave
.
SemimontamosWij monteren half la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen
añadiendoAanbrengend
Bijdoend
Bijleggend
Bijmengend
Bijvoegend
Toegevend
Toevoegend
poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
tibioLauw
Lauwe
Zoel
Zoele
con cuidadoVoorzichtig
Zorgvuldig
para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se monte(Het) wordt stijf demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
.
BAÑOBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
DE YEMABot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel
: PreparamosWij bereiden
Wij/we bereidden
Wij/we bereidden toe
Wij/we bereidden voor
Wij/we bereiden
Wij/we bereiden toe
Wij/we bereiden voor
Wij/we leidden op
Wij/we leiden op
Wij/we maakten aan
Wij/we maakten klaar
Wij/we maken aan
Wij/we maken klaar
un almíbarEen siroop
Een stroop
a puntoPrecies goed de hebraDraadje
Vezel
gruesaCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker y el aguaHet water.
VertemosWij gieten
Wij/we gieten
Wij/we gieten in
Wij/we plengen
Wij/we schenken
Wij/we schenken in
Wij/we storten
Wij/we strooien
Wij/we vergieten
en élDaaraan
Erin
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
y coladasGefilterd
Gefilterde
Gefiltreerd
Gezeefd
Gezeefde
.
DejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
 steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
 steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen
hervirBorrelen
Koken
Op het kookpunt zijn
Sudderen
Zieden
un minutoEen minuut hasta queTot
Totdat
espeseBindt u!
Het wordt dik
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Ik bind
Ik maak dikker
Ik verdik
Maakt u dikker!
Verdikt u!
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
dejar deOphouden met
Stoppen met
removerRoeren
Verwijderen
conDoor
Met
Per
Samen met
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de paloMast
Paal
Stok
.
DejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
 steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
 steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen
enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
MONTAJEMontage
Opmaak
Opzet
: CortamosWij snijden
Wij/we braken af
Wij/we breken af
Wij/we doorsneden
Wij/we doorsnijden
Wij/we hakken
Wij/we hakten
Wij/we hieuwen
Wij/we houwen
Wij/we kappen
Wij/we kapten
Wij/we knippen
Wij/we knipten
Wij/we onthoofdden
Wij/we onthoofden
Wij/we plukken
Wij/we plukken af
Wij/we plukten
Wij/we plukten af
Wij/we rukken af
Wij/we rukten af
Wij/we schakelden uit
Wij/we schakelen uit
Wij/we scheren
Wij/we scheurden weg
Wij/we scheuren weg
Wij/we schoren
Wij/we slaan het hoofd
 af
Wij/we sloegen het hoofd
 af
Wij/we sneden
Wij/we sneden af
Wij/we sneden door
Wij/we snerpen
Wij/we snerpten
Wij/we snijden
Wij/we snijden af
Wij/we snijden door
Wij/we snoeiden
Wij/we snoeien
Wij/we verrichten sectie
Wij/we verrichtten sectie
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
genovésGenovés
Van genua
en tres3
Drie
bandasBanden
Benden
Bendes
Doeken
Draagbanden
Linten
Repen
Schouderbanden
Sjerpen
Strepen
Stroken
Wapenbalken
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
.
EmpapamosWij doordrenken
Wij/we dompelden in
Wij/we dompelen in
Wij/we doopten in
Wij/we doordrenken
Wij/we doordrenkten
Wij/we doorweekten
Wij/we doorweken
Wij/we dopen in
Wij/we slorpen op
Wij/we slorpten op
Wij/we soppen
Wij/we sopten
conDoor
Met
Per
Samen met
el almíbar, intercalamosWij wisselen af planchasBorden
Bouten
Jij/je perst
Jij/je perst op
Jij/je strijkt
Jij/je strijkt glad
Jij/je strijkt op
Plakken
Planken
Platen
Strijkbouten
Strijkijzers
Tablets
Tabletten
de genovésGenovés
Van genua
, trufaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze truffeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult
Truffeer!
Truffel
Vul!
, genovésGenovés
Van genua
nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
, genovésGenovés
Van genua
y finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte
bañamosWij overgieten
Wij/we baadden
Wij/we baden
Wij/we deden in bad
Wij/we doen in bad
Wij/we dompelden
Wij/we dompelen
Wij/we overgieten
Wij/we overgoten
Wij/we wassen
Wij/we wasten
conDoor
Met
Per
Samen met
bañoBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
.
AlisamosWij maken glad
Wij/we maakten glad
Wij/we maken glad
Wij/we streken glad
Wij/we strijken glad
la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
conDoor
Met
Per
Samen met
una espátulaEen bakspatel
Een lepelaar
Een plamuurmes
Een roerspaan
Een spaan
Een spatel
Een verfmes
.
EspolvoreamosWij bestrooien
Wij/we bepoederden
Wij/we bepoederen
Wij/we bestrooiden
Wij/we bestrooien
por encimaBovendien
Er bovenop
del bañoBad
Baden
Badkamer
Badkuip
Coating
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Wassen
Watercloset
Wc
de yemaBot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel
azúcar glasPoedersuiker y quemamosWij branden
Wij/we brandden
Wij/we brandden af
Wij/we branden
Wij/we branden af
Wij/we verbrandden
Wij/we verbranden
Wij/we verschroeiden
Wij/we verschroeien
en forma deIn de vorm van rombosRuiten
Tarbotten
.
PodemosLaten we besnoeien
Laten we snoeien
Wij kunnen
Wij/we besnoeien
Wij/we kunnen
Wij/we mogen
Wij/we snoeien
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
hilosDraden
Garens
de carameloE150a-d
Hopje
Karamel
Toffee
Ulevel
, loDe
Hem
Het
U
hacemosMaken wij
Wij/we bedrijven
Wij/we brengen uit
Wij/we doen
Wij/we maken
Wij/we maken aan
Wij/we richten uit
Wij/we voeren uit
conDoor
Met
Per
Samen met
½ tazaBeker
Kop
Kopje
de azúcarSuiker y 33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
, loDe
Hem
Het
U
cocemosWij koken
Wij/we bakken
Wij/we koken
dejamosWij laten
Wij/we laten
Wij/we laten achter
Wij/we laten begaan
Wij/we laten in de
 steek
Wij/we laten los
Wij/we laten na
Wij/we laten over
Wij/we laten schieten
Wij/we leenden
Wij/we legateerden
Wij/we legateren
Wij/we lenen
Wij/we leverden op
Wij/we leveren op
Wij/we lieten
Wij/we lieten achter
Wij/we lieten begaan
Wij/we lieten in de
 steek
Wij/we lieten los
Wij/we lieten na
Wij/we lieten over
Wij/we lieten schieten
Wij/we staan toe
Wij/we stonden toe
Wij/we verlaatten ons van
Wij/we verlaten
Wij/we verlaten ons van
Wij/we verlieten
Wij/we vermaakten
Wij/we vermaken
Wij/we vertrouwden toe
Wij/we vertrouwen toe
Wij/we verzuimden
Wij/we verzuimen
entibiarLauw maken
Lauw worden
y vamosWij gaan
Wij/we begeven ons
Wij/we gaan
Wij/we karren
Wij/we lopen
Wij/we lopen van stapel
Wij/we rijden
Wij/we varen
Wij/we verlopen
sacandoAfdoend
Afdwingend
Afpersend
Afzettend
Behalend
Eruit halend
Halend
Halend uit
Halend van
Hozend
Knevelend
Naar buiten brengend
Ontlenend
Puttend
Scheppend
Te voorschijn halend
Trekkend
Uitdoend
Uithalend
Uitkrijgend
Uittrekkend
hilosDraden
Garens
conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork

EstaDeze
Dit
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
explicadaBeduid
Duidelijk gemaakt
Toegelicht
Uiteengezet
Uitgelegd
Verhelderd
Verklaard
conDoor
Met
Per
Samen met
los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
exactosAccuraat
Accurate
Exact
Exacte
Getrouw
Getrouwe
Goed
Goede
Goeie
Juist
Juiste
Nauwgezet
Nauwgezette
Nauwkeurig
Nauwkeurige
Prompt
Prompte
Punctueel
Punctuele
Recht
Rechte
Stipt
Stipte
Trouw
Trouwe
Zorgvuldig
Zorgvuldige
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Trufa   Trufa  


Tarta de SantiagoAmandeltaart
Tarta de santiago



Ingredientes:
88
Acht
huevosEieren
500500
Vijfhonderd
grs. de azúcarSuiker
500500
Vijfhonderd
grs. de almendraAmandel
Zoete amandel
molidaGekweld
Gemalen
Vermalen

11
Een
ralladura de limónCitroenrasp
CanelaKaneel
Azúcar glasPoedersuiker

Preparación:
Se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd
los huevosDe eier
De eieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
mezcladoDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
. A continuaciónBijgevolg
Daarna
Derhalve
Dus
Vervolgens
Zodoende
, se agreganMen voegt toe la almendraDe amandel
De zoete amandel
molidaGekweld
Gemalen
Vermalen
, la ralladuraDe geraspte snippers de un limónEen citroen
Een citroenblad
Een limoen
y un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de canelaKaneel y se sigueHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Men gaat door
mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
hasta queTot
Totdat
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
incorporadoIngebouwd
Toegevoegd
. Se echaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door
 zijn toorn meeslepen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in
 de war
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broeds
Men gooit
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering
y se horneaMen bakt a fuego medioMatig vuur/fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
(180ª) de 2020
Twintig
a 3030
Dertig
minutosMinuten, hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
. Se desmoldaMen haalt uit de
 vorm
en fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
y se espolvoreaMen bestrooit conDoor
Met
Per
Samen met
azúcar glasPoedersuiker.



De los siguientes palabras hay una foto:
Almendra   Canela  


Tarta de trufaTruffeltaart



Ingredientes:
PARABaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
EL BIZCOCHODe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit

125 g. de harinaBloem
Meel

120g. de azúcarSuiker
44
Vier
huevosEieren
11
Een
cucharadaEetlepel (maat)
Soeplepel
de levadura en polvoRijsmiddel in poedervorm
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de cacao en polvoCacaopoeder.
CREMACremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla

250gr. de mantequillaBoter
Roomboter

150g. de azúcarSuiker.
22
Twee
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels

22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de cacao en polvoCacaopoeder

Preparación:
se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd
los huevosDe eier
De eieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
espesen(Zij) worden dik
Bindt u!
Maakt u dikker!
Verdikt u!
Zij/ze binden
Zij/ze maken dikker
Zij/ze verdikken
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
. AparteAfgezonderd
Afgezonderde
Afzonderlijk
Afzonderlijke
Apart
Aparte
Behalve
Bijzonder
Bijzondere
Gescheiden
Haalt u weg!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoudt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onttrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheidt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift opzij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zondert af
Houdt u af!
Houdt u weg!
Ik haal weg
Ik houd af
Ik houd weg
Ik onthoud
Ik onttrek
Ik scheid
Ik scheid af
Ik schift
Ik schuif opzij
Ik zet weg
Ik zonder af
Los
Losse
Onthoudt u!
Onttrekt u!
Opzij
Scheidt u af!
Scheidt u!
Schift u!
Schuift u opzij!
Terzijde
Zet u weg!
Zondert u af!
se mezclaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beweegt zich onder
 de mensen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt zich dooreen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaagschapt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt zich
Men mengt
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la levaduraDe gist
De zuurdesem
Het rijsmiddel
y el cacaoDe cacao y se incorporanMen voegt toe
Zij/ze sluiten zich aan
Zij/ze treden in dienst
a los huevosDe eier
De eieren
mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
peroDoch
Echter
Maar
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
, se vierteMen giet en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
circularAanschrijving
Circulaire
Circuleren
In omloop zijn
Rond
Ronde
Rondgaan
Rondschrijven
Rouleren
Stromen
y se cueceMen kookt
Wordt gekookt
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
2020
Twintig
min.
PREPARACIÓNAanmaken
Bereiden
Bereiding
Bereidingswijze
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
DE LA CREMADe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema

Se batenMen klopt
Zij/ze kampen
Zij/ze strijden
Zij/ze vechten
Zij/ze voeren strijd
la mantequillaDe boter
De roomboter
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
conseguirBehalen
Bereiken
Buitmaken
Erin slagen om
Inhalen
Krijgen
Reiken tot
Verkrijgen
Vervolgen
Verwerven
una texturaEen structuur
Een textuur
Een weefsel
de pomadaPommade
Zalf
, se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de una en unaÉén voor één y finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte
el cacaoDe cacao disueltoOpgelost
Opgeloste
conDoor
Met
Per
Samen met
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
. Se remueveMen roert bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
y yaAl
Alreeds
Alvast
Langer
Meer
Reeds
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
.
FORMACIÓNAangaan
Formatie
Formeren
Opleiding
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Scholing
Vormen
Vorming
DEL PASTELBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt
:
Se cortaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat knippen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schift
Men snijdt
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
en 22
Twee
capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
y se rellenaMen vult conDoor
Met
Per
Samen met
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
. Se cubreHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt zich
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
por fueraVan buiten conDoor
Met
Per
Samen met
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema
. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt se puedeMen kan emborracharDoordrenken met alcohol el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
conDoor
Met
Per
Samen met
un almíbarEen siroop
Een stroop
preparadoAangemaakt
Bereid
Geprepareerd
Geprepareerde
Klaar
Klaargemaakt
Klaargemaakte
Klare
Opgeleid
Preparaat
Toebereid
Toebereide
Voorbereid
conDoor
Met
Per
Samen met
un chorroEen scheut de brandyBrandewijn
Brandy
, peroDoch
Echter
Maar
que seaGebeurt u!
Heeft u plaats!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
Ik ben
Ik gebeur
Ik heb plaats
Ik vind plaats
Is
Is u!
Vindt u plaats!
Wordt
un pocoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Nogal
Tamelijk
Wat
ligeroGering
Geringe
Licht
Lichte
Lichtzinnig
Lichtzinnige
Luchtig
Luchtige
Wuft
Wufte
para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
domine(Het) domineert
Bedwingt u!
Beheerst u!
Domineert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedwingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze domineert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overheerst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schittert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert de boventoon
Ik bedwing
Ik beheers
Ik domineer
Ik overheers
Ik schitter uit
Ik voer de boventoon
Overheerst u!
Schittert u uit!
Voert u de boventoon!
el saborDe smaak de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de turrón



Ingredientes:
Un bizcochoEen beschuit
Een biscuit
Een cake
Een koek
.
Una tabletaEen tablet de turrón blandoIk slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
.
22
Twee
cucharasEetlepels
Lepels
Soeplepels
de lecheMelk.
½ litroLiter de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
.
11
Een
/22
Twee
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de azúcarSuiker.
Un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
.

Preparación:
Se dejaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft zich over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwaarloost zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zich aan
 iets
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt terneergeslagen
Men laat
el turrónDe noga
De soort noga
De turrón
Het amandelgebak
a temperaturaTemperatuur ambienteAtmosfeer
Milieu
Sfeer
Stemming
y se trituraMen pureert conDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
dos2
Do's
Twee
Tweede
cucharasEetlepels
Lepels
Soeplepels
de lecheMelk.
Se montaMen monteert la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y se le añadeMen voegt er aan
 toe
Men voegt eraan toe
el turrónDe noga
De soort noga
De turrón
Het amandelgebak
, mezclandoMengend
Mixend
Temperend
Vermengend
Verwarrend
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
muy bienBest
Heel goed
Prima
conDoor
Met
Per
Samen met
la batidoraDe blender
De mixer
.
PreparamosWij bereiden
Wij/we bereidden
Wij/we bereidden toe
Wij/we bereidden voor
Wij/we bereiden
Wij/we bereiden toe
Wij/we bereiden voor
Wij/we leidden op
Wij/we leiden op
Wij/we maakten aan
Wij/we maakten klaar
Wij/we maken aan
Wij/we maken klaar
un almíbarEen siroop
Een stroop
conDoor
Met
Per
Samen met
el aguaHet water y el azúcarDe suiker.
CortamosWij snijden
Wij/we braken af
Wij/we breken af
Wij/we doorsneden
Wij/we doorsnijden
Wij/we hakken
Wij/we hakten
Wij/we hieuwen
Wij/we houwen
Wij/we kappen
Wij/we kapten
Wij/we knippen
Wij/we knipten
Wij/we onthoofdden
Wij/we onthoofden
Wij/we plukken
Wij/we plukken af
Wij/we plukten
Wij/we plukten af
Wij/we rukken af
Wij/we rukten af
Wij/we schakelden uit
Wij/we schakelen uit
Wij/we scheren
Wij/we scheurden weg
Wij/we scheuren weg
Wij/we schoren
Wij/we slaan het hoofd
 af
Wij/we sloegen het hoofd
 af
Wij/we sneden
Wij/we sneden af
Wij/we sneden door
Wij/we snerpen
Wij/we snerpten
Wij/we snijden
Wij/we snijden af
Wij/we snijden door
Wij/we snoeiden
Wij/we snoeien
Wij/we verrichten sectie
Wij/we verrichtten sectie
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
en tres3
Drie
capasJassen
Jij/je castreert
Jij/je ontmant
Lagen
Mantels
Pakken
igualesDergelijk
Dergelijke
Dito
Eender
Eendere
Effen
Egaal
Egale
Gelijk
Gelijk en gelijkvormig
Gelijke
Gelijken
Gelijkmatig
Gelijkmatige
Gelijktekens
Om het even
Onverschillig
Onverschillige
Van dezelfde soort
de grosorDikte y colocamosWij plaatsen
Wij/we belegden
Wij/we beleggen
Wij/we brachten onder
Wij/we brengen onder
Wij/we deden
Wij/we doen
Wij/we legden
Wij/we legden neer
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we plaatsen
Wij/we plaatsten
Wij/we staken
Wij/we steken
Wij/we stelden
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we stopten
Wij/we verplaatsen
Wij/we verplaatsten
Wij/we vlijden
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten neer
Wij/we zetten uit
la baseDe base
De basis
De grond
De grondslag
Het grondvlak
en un molde desmontableEen springvorm, pinchamosWij prikken
Wij/we pikken
Wij/we pikten
Wij/we priemden
Wij/we priemen
Wij/we prikken
Wij/we prikken door
Wij/we prikten
Wij/we prikten door
Wij/we staken
Wij/we steken
conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
y la calamosWij doorweken
Wij/we doorzagen
Wij/we doorzien
Wij/we dringen binnen
Wij/we drongen binnen
Wij/we zagen door
Wij/we zien door
conDoor
Met
Per
Samen met
el almíbar.
Se añadeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sluit zich aan
Men voegt toe
Worden toegevoegd
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
de turrón con nataMet roomsaus, otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de bizcocho loDe
Hem
Het
U
calamosWij doorweken
Wij/we doorzagen
Wij/we doorzien
Wij/we dringen binnen
Wij/we drongen binnen
Wij/we zagen door
Wij/we zien door
y ponemosWij doen
Wij/we brengen op
Wij/we brengen op gang
Wij/we doen
Wij/we doen aan
Wij/we krijgen aan de
 praat
Wij/we leggen
Wij/we leggen neer
Wij/we leggen op
Wij/we plaatsen
Wij/we schakelen in
Wij/we steken
Wij/we stellen
Wij/we stoppen
Wij/we trekken aan
Wij/we vlijen
Wij/we zetten
Wij/we zetten aan
Wij/we zetten neer
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
conDoor
Met
Per
Samen met
turrón. AcabandoAfhandelend
Afmakend
Afsluitend
Afwerkend
Besluitend
Beëindigend
Eindigend
Opgebruikend
Opmakend
Opterend
Uitmakend
Uitwerkend
Verbruikend
Verdoend
Verklungelend
Verkwistend
Vermorsend
Verspillend
Voleindigend
conDoor
Met
Per
Samen met
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de bizcocho caladaBinnengedrongen
Doorgezien
Doorweekt
Doorweekte
Doorzien
conDoor
Met
Per
Samen met
almíbarSiroop
Stroop
.
La metemos enWij/we doen in
Wij/we stoppen in
el frigoríficoDe koelkast unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
tres3
Drie
horasTijden
Uren
, desmontamosWij demonteren
Wij/we demonteerden
Wij/we demonteren
Wij/we namen uit elkaar
Wij/we namen uiteen
Wij/we nemen uit elkaar
Wij/we nemen uiteen
y adornamosWij versieren
Wij/we decoreerden
Wij/we decoreren
Wij/we dossen uit
Wij/we dosten uit
Wij/we sierden
Wij/we sierden op
Wij/we sieren
Wij/we sieren op
Wij/we tooiden
Wij/we tooien
Wij/we versierden
Wij/we versieren
conDoor
Met
Per
Samen met
azúcar glasPoedersuiker, se sirveHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedient zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebruikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelieft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is zo goed
 om te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt zichzelf in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tast toe
Men dient op
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Calado  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de yemaBot
Eidooier
Knop
Uitspruitsel



Ingredientes:
33
Drie
huevosEieren.
75 gr de azúcarSuiker.
75 gr de harinaBloem
Meel
.
CubiertaAangezuiverd
Band
Bedekt
Bedekte
Belegd
Beschermd
Betrokken
Bewolkt
Bewolkte
Briefomslag
Buitenband
Couvert
Dak
Dek
Donker
Donkere
Enveloppe
Gedekt
Reep
Scheepsdek
Somber
Sombere
Strip
Strook
Toegedekt
Verdek
Windsel
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
:
99
Negen
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
.
Una cucharadaEen eetlepel (maat)
Een soeplepel
de maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
.
AlmíbarSiroop
Stroop
:
Un vasoEen drinkglas
Een glas
Een pot
Een pul
Een vaas
Een vat
y medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
llenoCompleet
Complete
Ik completeer
Ik demp
Ik maak vol
Ik schenk vol
Ik spek
Ik stop
Ik voleind
Ik vul
Ik vul aan
Ik vul in
Ik werk bij
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volle
Volledig
Volledige
de azúcarSuiker.
MedioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
.
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
adornarDecoreren
Opsieren
Sieren
Tooien
Uitdossen
Versieren
:
250 gr de nata montada

Preparación:
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
a 175º. BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
y el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
blanquecinas. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la harinaDe bloem
Het meel
y las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
batidasDoorgeroerd
Drijfjachten
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Klopjachten
Omgeroerd
a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
. VerterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering
y hornearBakken unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
2525
Vijfentwintig
minutosMinuten.
AlmíbarSiroop
Stroop
:
CocerBakken
Koken
el azúcarDe suiker y el aguaHet water hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
lograrBehalen
Bereiken
Doorkomen
Erin slagen
Inhalen
Klaarspelen
Reiken tot
Slagen
Slagen in
Slagen voor
un almíbarEen siroop
Een stroop
de hebraDraadje
Vezel
gruesaCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
y agregarBijmengen
Toevoegen
la claraHet eiwit a punto de nieveStijfgeklopt (eiwit) fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
. EmpaparDoordrenken
Doorweken
Indompelen
Indopen
Opslorpen
Soppen
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
conDoor
Met
Per
Samen met
el almíbar reservandoBesprekend
Bestellend
Boekend
Intekenend
Openhoudend
Reserverend
Vrijhoudend
Wegzettend
seis6
Zes
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
.
CoberturaAfdekking
Bedekking
Dekking
Hedging
Hoes
Verspreidingsgebied
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
:
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
hasta queTot
Totdat
quedenBlijft u!
Is u!
Overblijven
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Worden
Zij/ze blijven
Zij/ze passen
Zij/ze raken in een
 bepaalde toestand
Zij/ze spreken af
Zij/ze staan
Zij/ze zijn
espumosasMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
y añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la maicenaDe maïzena
Het maiszetmeel
Het maïszetmeel
, bañarBaden
Dompelen
In bad doen
Overgieten
Wassen
conDoor
Met
Per
Samen met
el almíbar reservadoBesproken
Besteld
Geboekt
Gereserveerd
Gereserveerde
Ingetekend
Opengehouden
Vrijgehouden
Weggezet
Weggezette
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
igual queEvenals
Zoals
el del bizcocho y verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
el batidoDe milkshake de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
. Cocer al baño MaríaAu bain-marie koken hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cuajadaDik gelaten worden
Gedaan stollen
Gestold
Gestolde
Gestremde melk
Kwark
Wrongel
. EncimaBovendien
Er bovenop
del bizcocho, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
empapadoDoordrenkt
Doorweekt
Doorweekte
Gesopt
Ingedompeld
Ingedoopt
Opgeslorpt
de almíbarSiroop
Stroop
, se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de nata montada y encimaBovendien
Er bovenop
se desmoldaMen haalt uit de
 vorm
el cuajadoDe gestremde melk
De wrongel
de yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
. ConDoor
Met
Per
Samen met
un hierroEen ijzer candenteGloeiend hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
rombosRuiten
Tarbotten
en la superficieDe buitenzijde
De oppervlakte
Het oppervlak
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua  


Tarta de zanahoriaWorteltaart (almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
)



Ingredientes:
Bizcocho:
250 gr. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels

100100
Honderd
gr. de harinaBloem
Meel

300gr. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen

66
Zes
huevosEieren
200200
Tweehonderd
gr. de azúcarSuiker
GlasuraGlazuur:
150 gr. De mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de albaricoqueAbrikoos
100100
Honderd
gr. de azúcar glasPoedersuiker (lustreGlanst u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze glanst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt glanzend
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst schoenen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze polijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zoet
Ik glans
Ik maak glanzend
Ik poets
Ik poets schoenen
Ik polijst
Ik schuur
Ik wrijf
Ik zoet
Maakt u glanzend!
Poedersuiker
Poetst u schoenen!
Poetst u!
Polijst u!
Schoencrème
Schoensmeer
Schuurt u!
Wrijft u!
Zoet u!
)
zumo de naranjaJus d'orange
Sinaasappelsap
o limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon

5050
Vijftig
gr. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
fileteadasGefileerd
Gefileerde

zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
de azúcarSuiker o de mazapánAmandelspijs
Broodvrucht
Marsepein
(*) paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren

pistachosPimpernoten
Pistacchio's
Pistachenoten
Pistaches
crudosAardolies
Aardoliën
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
o crocantesKrokant
Krokante
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
decorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren

ExtraExtra:
mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm


Preparación:
PrecalentarVoorverwarmen el hornoDe kachel
De oven
a 175 ° C
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
pan ralladoPaneermeel.
RallarRaspen las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
.
MolerKwellen
Malen
Vermalen
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
(loDe
Hem
Het
U
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
esHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt plaats
molerKwellen
Malen
Vermalen
conDoor
Met
Per
Samen met
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de harinaBloem
Meel
, (de los 100100
Honderd
gr.) DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
una parteEen aandeel
Een bonk
Een brok
Een deel
Een eindje
Een gedeelte
Een homp
Een onderdeel
Een part
Een portie
Een rantsoen
Een stuk
Een stukje
Een taks
Een zijde
medioDoorsnee
Doorsnee-
Gemiddeld
Gemiddelde
Half
Half doorbakken
Halve
Helft
Ik bemiddel
Ik rijm
Instrument
Matiging
Medium
Middel
Middelbaar
Middelbare
Middelmaat
Midden
Midden-
Milieu
Omgeving
Remedie
Tussenstof
Tweeling
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen
)
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
conDoor
Met
Per
Samen met
la harinaDe bloem
Het meel
y conDoor
Met
Per
Samen met
las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels

SepararAfscheiden
Afzonderen
Scheiden
Schiften
Uit elkaar halen
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere

BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
conDoor
Met
Per
Samen met
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
del azúcarSuiker. Batidora eléctricaElektrische mixer. ReservarBespreken
Bestellen
Boeken
Intekenen
Openhouden
Reserveren
Vrijhouden
Wegzetten
.
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
del azúcarSuiker hasta queTot
Totdat
se formeZich vormt una cremaEen crème
Een custard
Een deelteken
Een puikje
Een room
Een trema
Een vla
blanquecinaWitachtig. Batidora eléctricaElektrische mixer.
Agregar aToevoegen aan las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
harinaBloem
Meel
/almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
/zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
. Batidora eléctricaElektrische mixer.
AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
las clarasDuidelijk
Duidelijke
Hel
Helder
Heldere
Helle
Klaar
Klaarblijkelijk
Klaarblijkelijke
Klare
Licht
Lichte
Onbewolkt
Onbewolkte
Uitgesproken
Zuiver
Zuivere
poco a pocoBeetje bij beetje
Geleidelijk
Langzamerhand
Zoetjes aan
conDoor
Met
Per
Samen met
el batidor de manoDe garde o espátulaBakspatel
Lepelaar
Plamuurmes
Roerspaan
Spaan
Spatel
Verfmes
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
a la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y meter enDoen in
Stoppen in
el hornoDe kachel
De oven
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
5050
Vijftig
y 65 minutosMinuten.
SacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
del hornoKachel
Oven
y noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
desmoldarUit de vorm halen enseguidaAanstonds
Direct
Komt eraan
Meteen
Onmiddellijk
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
de piéVoet sobre elOp de
Op het
aroAronskelk
Hoepel
Ik beploeg
Ik ploeg
Ik ploeg om
Italiaanse aronskelk
Jan-op-de-preekstoel
Ring
duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la nocheDe avond
De nacht
o por lo menosAlthans
Minstens
Tenminste
mientrasTerwijl se enfríaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoelt
Men koelt af
, siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
se despegara(Het) maakt zich los de los lateralesDe zijkanten girarAfslaan
Draaien
Endosseren
Gireren
Keren
Omdraaien
Omkeren
Ronddraaien
Wenden
Zich omkeren
de vez en cuandoAf en toe
Bijwijlen
Van tijd tot tijd
la posiciónDe houding
De plaats
De positie
De stand
Het aandoen
Het aannemen
Het aantrekken
Het aanzetten
Het doen
Het inschakelen
Het leggen
Het menen
Het neerleggen
Het neerzetten
Het onderstellen
Het opbrengen
Het opleggen
Het plaatsen
Het steken
Het stellen
Het stoppen
Het vermoeden
Het veronderstellen
Het vlijen
Het zetten
del aroAronskelk
Hoepel
Ik beploeg
Ik ploeg
Ik ploeg om
Italiaanse aronskelk
Jan-op-de-preekstoel
Ring
(comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una ruedaEen rad
Een wiel
que da vueltasDraai om!
Draai rond!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draait rond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert om
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert zich om
Keer je om!
Keer om!
).
Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
desmoldarUit de vorm halen y cogerAangrijpen
Aanpakken
Aanvatten
Afplukken
Beetnemen
Beetpakken
Gaan halen
Grijpen
Halen
Nemen
Oprapen
Pakken
Plukken
Tokkelen
Vastgrijpen
Vatten
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
parte superiorBovenste deel de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
la queDat
Die
Wie
Zij die
estaba(Het) was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevond zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lag
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zat
Ik bevond me
Ik lag
Ik was
Ik zat
en el fondoEigenlijk
Strikt genomen
.
CalentarStoken
Verhitten
Verwarmen
Warmen
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
y untarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
estaDeze
Dit
por la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
y lateralesAan de zijkant gelegen
Lateraal
Laterale
Zij-
Zijdelings
Zijdelingse
Zijwaarts
Zijwaartse
.
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
el azúcar glasDe poedersuiker conDoor
Met
Per
Samen met
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
de zumo de naranjaJus d'orange
Sinaasappelsap
(o limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
) y extenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
la glasuraHet glazuur por la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
de arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
encimaBovendien
Er bovenop
las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
de decoraciónDecor
Decoratie
Inrichting
Onderscheiding
Ridderorde
Versiering
.
PegarAanbakken
Aanzetten
Afranselen
Aftuigen
Beuken
Hechten
Houwen
Klappen
Kloppen
Lijmen
Meppen
Plakken
Slaan
Vastnaaien
Vastplakken
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
fileteadasGefileerd
Gefileerde
alrededor deOmheen
Ongeveer
Rondom
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
en los lateralesDe zijkanten.
(*) Las zanahoriasDe penen
De wortelen
De wortels
se puedenMen kan hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
conDoor
Met
Per
Samen met
:
100100
Honderd
gr. de zanahoriasBospenen
Breekpenen
Grove penen
Penen
Waspenen
Wilde penen
Winterpenen
Winterwortelen
Winterwortels
Wortelen
Wortels
cocidasGebakken
Gekookt
Gekookte

100100
Honderd
gr. de mazapánAmandelspijs
Broodvrucht
Marsepein
crudoAardolie
Bot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige

150 gr. de azúcar glasPoedersuiker
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
amasandoDeeg knedend
Knedend
y modelarBoetseren
Modelleren
Vormen
conDoor
Met
Per
Samen met
formaFormaliteit
Formeer!
Ga aan!
Gedaante
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze formeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paradeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze praalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze prijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pronkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vormt
Manier
Paradeer!
Praal!
Prijk!
Pronk!
Vorm
Vorm!
Wijze
de zanahoriaBospeen
Breekpeen
Grove peen
Peen
Waspeen
Wilde peen
Winterpeen
Winterwortel
Wortel
, usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
rabitosStaartjes troncosBoomstammen
Rompen
Stammen
de angélicaEngelkruid
Engelwortel
Gewone engelwortel
Grote engelwortel
o algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
que se parezcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze aardt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gelijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt op
.
PD.- Se quedaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rest
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze toeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verblijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
bonitaAardig
Aardige
Beeldig
Beeldige
Betoverend
Betoverende
Heerlijk
Heerlijke
Keurig
Keurige
Leuk
Leuke
Lief
Lieve
Mooi
Mooie
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
haciéndolas ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
las hagoIk bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Albaricoque   Albaricoque   Albaricoque   Almendra   Angélica   Angélica   Aro   Aro   Limón   Tronco   Zanahoria  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
relámpagoBliksem
Weerlicht
(blitzkuchen)



Ingredientes:
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
ácidaZure
Zuur

11
Een
/22
Twee
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de aceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!
(usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
un aceiteEen olie
Een olijfolie
neutralAfzijdig
Afzijdige
Neutraal
Neutrale
Onpartijdig
Onpartijdige
de girasolDonkerrode zonnebloem
Roodbruine zonnebloem
Zonnebloem
o de maízMaïs)
33
Drie
huevosEieren
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de azúcarSuiker
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de Colacao o de Neskuit
11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de avellanasHazelnoten molidasGekweld
Gemalen
Vermalen
(noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
muchoErg
Fiks
Flink
Hard
Veel
Vele
Zeer
Zere
). tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
se puedeMen kan mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
o conDoor
Met
Per
Samen met
nuecesAdamsappels
Noten
Okkernoten
Walnoten

11
Een
vasoDrinkglas
Glas
Pot
Pul
Vaas
Vat
de harinaBloem
Meel

11
Een
paquetePak
Pakje
Pakket
(aproximadamenteCirca
Een stuk of
Ongeveer
Plusminus
Zowat
1717
Zeventien
g.) de levadura químicaBakpoeder (polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
de hornearBakken o polvosGruizen
Poeders
Stoffen
Toiletpoeder
Royal)
El rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
:
MermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de albaricoqueAbrikoos
GlasuraGlazuur: ChocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
lecheMelk y mantequillaBoter
Roomboter


Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a precalentarVoorverwarmen el hornoDe kachel
De oven
a 180° C
EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
con mantequillaMet boter o margarinaMargarine el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
pan ralladoPaneermeel.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
todos losAlle ingredientesBestanddelen
Ingrediënten
y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
conDoor
Met
Per
Samen met
las varillasGardes
Kloppers
de la batidora eléctricaDe elektrische mixer. SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
quedaraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleef
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakte in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprak af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik bleef
Ik paste
Ik raakte in een
 bepaalde toestand
Ik sprak af
Ik stond
Ik was
Overbleef
demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
líquidoNetto bedrag
Netto-
Vloeibaar
Vloeibare
Vloeistof
Zuiver
Zuivere
por serGebeuren
Plaatshebben
Plaatsvinden
Wezen
Wezenlijkheid
Worden
Zijn
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
grandesGroot
Grote
Ruim
Ruime
los huevosDe eier
De eieren
echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
algoEen beetje
Een weinig
Enigszins
Iets
Ietwat
Nogal
Tamelijk
Wat
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
de avellanasHazelnoten, peroDoch
Echter
Maar
que conste(Het) staat vermeld
Bestaat u uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestaat uit
Ik besta uit
que noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
de quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
 raken
Passen
Staan
Worden
Zijn
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!

EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven

TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
11
Een
/22
Twee
horaTijd
Uur
y 45 minutosMinuten, segúnAl naar gelang
Blijkens
Ingevolge
Langs
Naar
Volgens
Zoals
el hornoDe kachel
De oven
. NoNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
antes deAlvorens te
Voor
la media horaHet halfuur.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
. Una vezEen beurt
Een file
Een gelid
Een keer
Een maal
Een reeks
Een rij
Een toerbeurt
Eenmaal
Eens
Ooit
Wel eens
Één keer
casiBijkans
Bijna
Haast
Schier
Vrijwel
Welhaast
Zo goed als
Zowat
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
por la mitadDe helft y rellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
la mermeladaDe confiture
De confituur
De jam
De marmelade
.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook
por encimaBovendien
Er bovenop
conDoor
Met
Per
Samen met
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
antes deAlvorens te
Voor
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la glasuraHet glazuur.
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
agregarBijmengen
Toevoegen
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
una nuezEen adamsappel
Een noot
Een okkernoot
Een walnoot
de mantequillaBoter
Roomboter
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
templadoBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige
y echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
por encimaBovendien
Er bovenop
del bizcocho.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt se puedeMen kan rellenarBijvullen
Farceren
Invullen
Opvullen
Opzetten
Vullen
conDoor
Met
Per
Samen met
algunaEen enkele
Een of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Sommige
Één of andere
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
o usarAanwenden
Benutten
Beschikken over
Disponeren
Gebruiken
otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
glasuraGlazuur, peroDoch
Echter
Maar
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
rápidoExpres
Exprestrein
Gauw
Gezwind
Gezwinde
Haastig
Haastige
Snel
Sneltrein
Snelle
Spoedig
Spoedige
Vlug
Vlugge
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
será(Het
Hij) zal zijn
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gebeuren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatshebben
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal plaatsvinden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijn
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Albaricoque   Albaricoque   Albaricoque   Almendra   Avellana   Girasol   Maíz   Nuez  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
sacher



Ingredientes:
175 gr. de azúcarSuiker
175 gr. de mantequillaBoter
Roomboter

77
Zeven
huevosEieren
175 gr. de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade

5050
Vijftig
gr. de almendrasAmandelen
Amandels
Zoete amandelen
Zoete amandels
molidasGekweld
Gemalen
Vermalen

100100
Honderd
gr. de harinaBloem
Meel

44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere

MermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de albaricoqueAbrikoos
150 gr. de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
"fondantFondant"
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de mantequillaBoter
Roomboter


Preparación:
PicarFijnhakken
Hakken
Jeuken
Kriebelen
Krieuwelen
Pikken
Priemen
Prikken
Snipperen
Steken
Wriemelen
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
finasDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
. BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
los 175 gr. de mantequillaBoter
Roomboter
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
espumosaMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
; añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
el azúcarDe suiker, seguir batiendoBlijf kloppen eEn incorporarInbouwen
Toevoegen
una a unaÉén voor één las yemasDe botten
De eidooiers
De knoppen
De uitspruitsels
de los huevosDe eier
De eieren
.
FundirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
el chocolate amargoDe bittere chocolade
De pure chocolade
y unirloHet verenigen a la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
cuandoAls
Tijdens
Wanneer
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
templadoBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
las almendrasDe amandelen
De amandels
De zoete amandelen
De zoete amandels
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
sobre laOp de
Op het
cremaCremeer!
Crème
Custard
Deelteken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cremeert
Puikje
Room
Trema
Vla
, uniendoAaneenvoegend
Samenbrengend
Verbindend
Verenigend
conDoor
Met
Per
Samen met
movimiento envolventeAl incorporar el ingrediente indicado con el resto de los mismos, debe hacerlo como si envolviera y no usando movimientos rápidos o circulares..
MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
, por últimoTenslotte las claras a punto de nieveDe eisneeuw
De stijfgeklopte eiwitten
. EngrasarBesmeren
Doorsmeren
Invetten
Smeren
y enharinarIn meel verpakken
Met meel bestrooien
un molde desmontableEen springvorm de 2020
Twintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
. de diámetroDiameter
Middellijn
, verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
la preparaciónDe bereiding
De bereidingswijze
Het aanmaken
Het bereiden
Het klaarmaken
Het opleiden
Het toebereiden
Het voorbereiden
y cocerBakken
Koken
en el hornoDe kachel
De oven
a 180º duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
45-55 minutosMinuten.
CortarloSnijd
Snijden
por la mitadDe helft, extenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
y pintarAfschilderen
Beschilderen
Schilderen
Uitschilderen
Verven
por fueraVan buiten conDoor
Met
Per
Samen met
másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
. FundirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
"fondantFondant" conDoor
Met
Per
Samen met
las 22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de mantequillaBoter
Roomboter
, añadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
y cubrirAanzuiveren
Bedekken
Beleggen
Beschermen
Dekken
Toedekken
conDoor
Met
Per
Samen met
estoDeze
Dit
el bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
, fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
y paredesMuren
Wanden
. Se puedeMen kan acompañarAccompagneren
Begeleiden
Meegaan
Meelopen
Vergezellen
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
líquidaNetto-
Vloeibaar
Vloeibare
Zuiver
Zuivere
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Albaricoque   Albaricoque   Albaricoque   Almendra  


Tarta de queso sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
bizcocho conDoor
Met
Per
Samen met
o sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
pasasJij/je brengt door
Jij/je gaat langs
Jij/je gaat over
Jij/je gaat voorbij
Jij/je gebeurt
Jij/je geeft aan
Jij/je haalt in
Jij/je komt langs
Jij/je komt om
Jij/je laat door
Jij/je overkomt
Jij/je passeert
Jij/je reikt aan
Jij/je steekt over
Jij/je verdrijft
Jij/je vergaat
Jij/je verloopt
Jij/je verstrijkt
Rozijnen



Ingredientes:
125 g. de mantequillaBoter
Roomboter
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!

150 g. de azúcarSuiker
11
Een
paquetePak
Pakje
Pakket
de azúcar de vainillaVanillesuiker
11
Een
huevoEi
22
Twee
a 33
Drie
cucharaditasTheelepeltjes con colmoNiet afgestreken de puddingPlumpudding
Pudding
Taart (soort)

ralladuraGeraspte snippers de naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
o de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon

44
Vier
huevosEieren
10001000
Duizend
g. de requesónKwark
Wrongel
(QuarkKwark
Quark
)
200200
Tweehonderd
g. de pasasJij/je brengt door
Jij/je gaat langs
Jij/je gaat over
Jij/je gaat voorbij
Jij/je gebeurt
Jij/je geeft aan
Jij/je haalt in
Jij/je komt langs
Jij/je komt om
Jij/je laat door
Jij/je overkomt
Jij/je passeert
Jij/je reikt aan
Jij/je steekt over
Jij/je verdrijft
Jij/je vergaat
Jij/je verloopt
Jij/je verstrijkt
Rozijnen

azúcar glasPoedersuiker (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt)
ExtraExtra:
mantequillaBoter
Roomboter
y pan ralladoPaneermeel paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm

un pliegoIk plooi
Ik vouw
Ik vouw om
Vouw
de papel de aluminioAlufolie

Preparación:
HornoKachel
Oven
: 180° C precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde

TiempoPoos
Tijd
Weder
Weer
Weersomstandigheden
Werkwoordstijd
de cocciónBakken
Koken
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
7070
Zeventig
minutosMinuten.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
las pasasDe rozijnen en aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
a escurrirAfdruipen
Afgieten
Laten uitlekken
Uitdruipen
Uitwringen
el requesónDe kwark
De wrongel
en un coladorEen filter
Een vergiet
Een zeef
.
EncenderAandoen
Aanmaken
Aansteken
Aanzetten
Belichten
Branden
Doen ontbranden
Het licht aandoen
Het licht aansteken
Ontsteken
Stoken
Verbranden
Verlichten
Voorlichten
el hornoDe kachel
De oven
.
UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
de 2626
Zesentwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
. con mantequillaMet boter y espolvorearloBepoederen
Bestrooi het
Het te bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
pan ralladoPaneermeel
En un cuencoEen kom ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la mantequillaDe boter
De roomboter
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker, el azúcar de vainillaDe vanillesuiker y un huevoEen ei y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
espumosoMousserend
Mousserende
Schuimig
Schuimige
.
AgregarBijmengen
Toevoegen
el pudínDe pudding en polvoIn poedervorm (siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se tuvieraHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beheerste zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield zich op
 de been
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stond stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd gehandhaafd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd in stand
 gehouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette zich schrap
echarAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
almidónStijfsel
Zetmeel
= maicenaMaiszetmeel
Maïszetmeel
Maïzena
), la ralladuraDe geraspte snippers de naranjaAppelsien
Oranje
Oranjeappel
Sinaasappel
o de limónCitroen
Citroenblad
Limoen
Limon
y los otrosDe anderen cuatro4
Vier
huevosEieren (de uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
en uno1
Een
Eenheid
Enig
Enige
Iemand
Ik breng samen
Ik verbind
Ik verenig
Ik voeg aaneen
Men
Één
) y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
.
AgregarBijmengen
Toevoegen
el requesónDe kwark
De wrongel
escurridoAfgedropen
Afgegoten
Gelaten uitlekken
Uitgedropen
Uitgelekt
Uitgelekte
Uitgewrongen
y batirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan

EntremezclarDooreen mengen
Vermengen
las pasasDe rozijnen
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
y meterDoen
Leggen
Leggen in
Plaatsen
Steken
Steken in
Stellen
Stoppen
Zetten
al hornoGebakken in de oven
In de oven gebakken
In de oven gebakken/gebraden
Naar de oven
.
A los 4040
Veertig
minutosMinuten, más o menosMeer of minder
Ongeveer
, colocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
un papel de aluminioEen alufolie huecoDenkbeeldig
Denkbeeldige
Fantasierijk
Fantasierijke
Fantastisch
Fantastische
Gat
Hersenschimmig
Hersenschimmige
Hol
Holte
Holle
Ideëel
Ideële
Ijdel
Ijdele
Imaginair
Imaginaire
Ingebeeld
Ingebeelde
Ingevallen
Kuil
Opening
Put
Uitholling
Verdicht
Verdichte
Verwaand
Verwaande
sobre laOp de
Op het
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
para queOpdat
Zodat
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
se quemeHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brandt zich

CuandoAls
Tijdens
Wanneer
el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
subidoBeklommen
Bestegen
Geklommen
Gerezen
Gestegen
Gewassen
In de trein gestapt
Ingestapt
Naar boven gebracht
Naar boven gedragen
Naar boven gegaan
Omhoog gegaan
Opgegaan
Opgekomen
Opgestaan
Opgezwollen
Verrezen
estáBen!
Bevind je!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Is
Lig!
Zit!
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
, dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
en el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
dentroBinnen
Daarbinnen
Erin
del hornoKachel
Oven
conDoor
Met
Per
Samen met
la puertaDe deur
De poort
abiertaBegonnen
Gegraveerd
Geopend
Onomwonden
Onverbloemd
Onverbloemde
Open
Open gemaakt
Opengedaan
Opengemaakt
Rondborstig
Rondborstige
hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
templadaBezadigd
Bezadigde
Dapper en kalm
Gehard
Gematigd
Gematigde
Gestaald
Gestemd
Getemperd
Handwarm
Handwarme
Lauw
Lauwe
Lauwwarm
Lauwwarme
Mat
Matig
Matige
Matte
Moedig
Moedige
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
sacarAfdoen
Afdwingen
Afpersen
Afzetten
Behalen
Eruit halen
Halen
Halen uit
Halen van
Hozen
Knevelen
Naar buiten brengen
Ontlenen
Putten
Scheppen
Te voorschijn halen
Uitdoen
Uithalen
Uitkrijgen
Uittrekken
y desmontarDemonteren
Uit elkaar nemen
Uiteennemen
.
EcharAan het lot overlaten
Aandeel hebben in
Aankondigen
Beginnen handel te drijven
 met
Bekend maken
Buiten de deur zetten
Een partijtje spelen
Erop gooien
Gooien
Inschenken
Keilen
Krijgen
Nemen
Opleggen
Optreden in
Opvoeren
Schatten
Smijten
Storten
Strooien
Tanken
Toevoegen
Uiten
Uitslaan
Uitspelen
Uitspreken
Vastmaken
Wedden
Wedijveren
Wegjagen
Wegsturen
Wegzenden
Werpen
Zeggen
por encimaBovendien
Er bovenop
azúcar glasPoedersuiker siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se quiereMen wilt.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Limón   Naranja  


Tarta de queso: la másGaat wel
Langer
Langst
Liever
Meer
Meest
Plus
parecidaEender
Eendere
Er uitgezien
Er uitgezien als
Geleken
Gelijkend
Gelijkende
Gelijksoortig
Gelijksoortige
Gelijkvormig
Gelijkvormige
Geschenen
Gestaan tegenover
Gevonden
Het uiterlijk gehad van
Lijkend op
Overgekomen
Soortgelijk
Soortgelijke
Toegeschenen
Voorgekomen
a la queDat
Die
Wie
Zij die
venden(Zij) verkopen
Bakert u in!
Bakert u!
Men verkoopt
Omwikkelt u!
Omzwachtelt u!
Verbindt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
Zwachtelt u in!
Zwachtelt u!
!!!!!!



Ingredientes:
500g de queso frescoVerse kaas alNaar de
Naar het
4040
Veertig
% de materiaMateriaal
Materie
Stof
Zelfstandigheid
grasaKaarsvet
Smeer
Vet
Vette
(el queDat
Die
Hij die
Wie
venden(Zij) verkopen
Bakert u in!
Bakert u!
Men verkoopt
Omwikkelt u!
Omzwachtelt u!
Verbindt u!
Zij/ze bakeren
Zij/ze bakeren in
Zij/ze doen over
Zij/ze doen weg
Zij/ze omwikkelen
Zij/ze omzwachtelen
Zij/ze tappen
Zij/ze verbinden
Zij/ze verhandelen
Zij/ze verkopen
Zij/ze vervreemden
Zij/ze zwachtelen
Zij/ze zwachtelen in
Zwachtelt u in!
Zwachtelt u!
en tarrinaTerrine de 11
Een
/2kg en Mercadona y que parece(Hij) lijkt op
Heb het uiterlijk van!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft het uiterlijk
 van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schijnt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat tegenover
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ziet er uit
 als
Kom over!
Kom voor!
Lijk!
Schijn toe!
Schijn!
Sta tegenover!
Vind!
Zie er uit als!
Zie er uit!
yogurtYoghurt)
66
Zes
huevosEieren
88
Acht
cucharadas soperasEetlepels
Soeplepels
de azúcarSuiker
22
Twee
cucharadas soperasEetlepels
Soeplepels
rasasAfgestreken
Jij/je strijkt af
de harinaBloem
Meel

masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
de hojaldre

Preparación:
TrabajarArbeiden
Bewerken
Werken
el quesoDe kaas conDoor
Met
Per
Samen met
las 66
Zes
yemasBotten
Eidooiers
Knoppen
Uitspruitsels
. AñadirAanbrengen
Bijdoen
Bijleggen
Bijmengen
Bijvoegen
Toegeven
Toevoegen
la harinaDe bloem
Het meel
y el azúcarDe suiker y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
. BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
las 66
Zes
claras a punto de nieveEisneeuw
Stijfgeklopte eiwitten
y añadir aToevoegen aan la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
anteriorVerleden
Voorafgaand
Voorafgaande
Voorgaand
Voorgaande
Voornoemd
Vorig
Vorige
Vroeger
Vroegere
. MezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de hojaldre en una tarteraEen taartvorm desmontableDemontabel
Demontabele
Demonteerbaar
Demonteerbare
y verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
encimaBovendien
Er bovenop
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
de quesoKaas y ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en el hornoDe kachel
De oven
precalentadoVoorverwarmd
Voorverwarmde
a 190º y hornearBakken duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
3030
Dertig
min.



De los siguientes palabras hay una foto:
Tarrina  


Masa hojaldradaBladerdeeg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten

Ingredientes:
HarinaBloem
Meel
, 11
Een
y 11
Een
/44
Vier
de tazaBeker
Kop
Kopje

SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
, 11
Een
pizcaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tokkelt
Kleine beetje
Pluk af!
Pluk!
Raap op!
Snufje
Tokkel!

PolvoGruis
Poeder
Pulver
Stof
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
hornearBakken, 11
Een
cucharaditaTheelepeltje
MantecaReuzel
Spek
o margarinaMargarine, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
fríaAfgekoeld
Afgekoelde
Bakt u!
Braadt u!
Frituurt u!
Fruit u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze braadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze frituurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruit
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
, 100100
Honderd
g.
Agua heladaIjswater, 11
Een
/44
Vier
de tazaBeker
Kop
Kopje


Preparación:
11
Een
) TamizarSelecteren
Zeven
la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la salHet zout y el polvoHet gruis
Het pulver
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
hornearBakken.
22
Twee
) AgregarBijmengen
Toevoegen
la mantecaDe reuzel o la margarinaDe margarine y cortarAfbreken
Afplukken
Afrukken
Afsnijden
Doorsnijden
Hakken
Het hoofd afslaan
Houwen
Kappen
Knippen
Onthoofden
Plukken
Scheren
Sectie verrichten
Snerpen
Snijden
Snoeien
Uitschakelen
Wegscheuren
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
conDoor
Met
Per
Samen met
dos2
Do's
Twee
Tweede
cuchillosMessen hasta queTot
Totdat
la mantecaDe reuzel quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
granuladaKorrelig
Korrelige
.
33
Drie
) RociarArrosseren
Bedruipen
Begieten
Besprenkelen
Besproeien
Sprenkelen
Sproeien
Tremperen
el granuladoDe korrelmassa
Het granulaat
conDoor
Met
Per
Samen met
el agua heladaHet ijswater y unirAaneenvoegen
Samenbrengen
Verbinden
Verenigen
los ingredientesDe bestanddelen
De ingrediënten
presionándolosHen aandrukkend conDoor
Met
Per
Samen met
los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
de texturaStructuur
Textuur
Weefsel
irregularAbnormaal
Abnormale
Onregelmatig
Onregelmatige
. EstaDeze
Dit
masaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
trabajarseBewerken demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
evitarMijden
Ontwijken
Uit de weg gaan
Vermijden
Voorkomen
que el calorDe hitte
De smoorhitte
De warmte
de las mismasEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
derritaDoet u smelten!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet smelten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt vloeibaar
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versmelt
Ik doe smelten
Ik maak vloeibaar
Ik smelt
Ik versmelt
Maakt u vloeibaar!
Smelt
Smelt u!
Versmelt u!
la mantecaDe reuzel.
44
Vier
) MantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en la heladeraDe koelkast
De vriezer
, envueltaBetrokken bij
Gebakerd
Gepakt
Gestrengeld
Gewikkeld
Gewonden
Geïmpliceerd
Ingebakerd
Ingepakt
Ingesloten
Ingezwachteld
Met zich meegebracht
Omwikkeld
Omwikkelde
Opgerold
Verpakt
en un filmEen film
Een folie
Een rolprent
de polietilenoPolyethyleen, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip
de utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
.

TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de frutillasAardbeien
Gekweekte aardbeien
Tuinaardbeien

MasaBeslag
Deeg
Massa
Pasta
:

55
Vijf
CucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de AceiteHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze oliet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vet in
Ik olie
Ik olie in
Ik smeer
Ik smeer door
Ik vet in
Olie
Oliet u in!
Oliet u!
Olijfolie
Smeert u door!
Smeert u!
Vet u in!

1313
Dertien
CucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de LecheMelk
22
Twee
HuevosEieren
HarinaBloem
Meel
, todaAlles
Compleet
Complete
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
la queDat
Die
Wie
Zij die
entreGaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt in
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar binnen
Ik kom binnen
Ik kom in
Ik loop binnen
Ik rijd binnen
Ik rijd in
Komt u binnen!
Komt u in!
Loopt u binnen!
Onder
Rijdt u binnen!
Rijdt u in!
Tussen
, peroDoch
Echter
Maar
siempreAldoor
Altijd
Altoos
Bij voortduring
Immer
Permanent
Steeds
Voortdurend
que quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
blandaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slingert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze swingt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwaait
Ik slinger
Ik swing
Ik zwaai
Mals
Malse
Murw
Murwe
Slingert u!
Swingt u!
Week
Weke
Zacht
Zacht (gekookt)
Zachte
Zwaait u!
, sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
amasarlaKneden demasiadoAl te
Bovenmatig
Bovenmatige
Buitensporig
Buitensporige
Hevig
Hevige
Hoogst
Hoogste
Overdreven
Te
Te erg
Te veel
Te zeer
Uiterst
Uiterste
.
EstirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
en la tarteraDe taartvorm conDoor
Met
Per
Samen met
los dedosDe tenen
De vingeren
De vingers
.
RellenoAanvulling
Bijvullen
Farce
Gedempt
Gedempte
Gevuld
Gevulde
Ik farceer
Ik vul
Ik vul bij
Ik vul in
Ik vul op
Ik zet op
Invullen
Opvulsel
Opvullen
Opzetten
Voleinding
Vulsel
Vullen
Vulling
:

UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
el fondoDe aarde
De achtergrond
De bodem
De diepte
De grond
De kern
De ondergrond
De onderrok
De voedingsbodem
De voornaamste
De/het fond
Het essentiële
Het fonds
de la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
conDoor
Met
Per
Samen met
22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
ácidaZure
Zuur
.
CocinarBereiden
Koken
en el hornoDe kachel
De oven
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
hasta queTot
Totdat
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
cocidaBakken
Gebakken
Gekookt
Gekookte
Koken
.
ColocarBeleggen
Doen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Onderbrengen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Uitzetten
Verplaatsen
Vlijen
Zetten
sobre laOp de
Op het
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
, crema pastelera y acomodarAanpassen
Accommoderen
Adapteren
Bijleggen
Gelegen komen
Leggen
Passen
Plaatsen
Schikken
Situeren
Stationeren
Verzoenen
las frutillasDe aardbeien
De gekweekte aardbeien
De tuinaardbeien
sinGespeend van
Ontbloot van
Verstoken van
Zonder
Zonder te
cabitoEindje una al lado deAan
Bij
Dichtbij
Naast
Naast de
Nabij
la otraAnder
Andere
Nog een
Nog één
, hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
completarAanvullen
Afmaken
Bijwerken
Completeren
Voleinden
.
EspolvorearBepoederen
Bestrooien
azúcarSuiker sobre laOp de
Op het
frutaFruit
Vrucht
Vruchtenprodukt
y, para queOpdat
Zodat
quedeBlijft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt in een
 bepaalde toestand
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat
Ik ben
Ik blijf
Ik pas
Ik raak in een
 bepaalde toestand
Ik spreek af
Ik sta
Is u!
Overblijft
Past u!
Raakt u in een
 bepaalde toestand!
Spreekt u af!
Staat u!
Wordt
más brillanteHelderst volcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
sobreAan
Blijft u over!
Boven
Briefomslag
Couvert
Envelop
Enveloppe
Gaat u te boven!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat te boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is in overvloed
 aanwezig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is te veel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overtreft
Houdt u over!
Ik ben in overvloed
 aanwezig
Ik ben te veel
Ik blijf over
Ik ga te boven
Ik houd over
Ik overtref
In
Is u in overvloed
 aanwezig!
Is u te veel!
Met
Op
Over
Overtreft u!
las mismasEigen
Zelf
Zelfde
Zelve
una gelatinaEen e441
Een gelatine
Een gelei
de frutillasAardbeien
Gekweekte aardbeien
Tuinaardbeien
semicoaguladaHalf gestold.
MantenerErop nahouden
Houden
Onderhouden
en la heladeraDe koelkast
De vriezer
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
el momentoDe oogwenk
De tel
De wijl
De wip
Het moment
Het ogenblik
Het tijdstip
de servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Frutilla  


Masa básicaBasisdeeg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
tartasCakes
Gevulde taarten
Koeken
Taarten

Ingredientes:
22
Twee
tazaBeker
Kop
Kopje
de harina leudanteZelfrijzend bakmeel
200g. de mantecaReuzel
Spek

22
Twee
huevosEieren
salGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout
o azúcarSuiker

Preparación:
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la harinaDe bloem
Het meel
en un bolEen bowl
Een kom
Een schaal
, agregarBijmengen
Toevoegen
la mantecaDe reuzel cortadaAfgebroken
Afgeplukt
Afgerukt
Afgesneden
Doorgesneden
Doorsneden
Gehakt
Gehouwen
Gekapt
Geknipt
Geplukt
Geschoren
Gesneden
Gesnerpt
Gesnoeid
Het hoofd afgeslagen
Onthoofd
Sectie verricht
Uitgeschakeld
Versneden
Weggescheurd
en cubitosBlokjes y juntarAaneenvoegen
Bijeenbrengen
Bijeenvoegen
Ineenzetten
Samenbrengen
Samenstellen
Samenvoegen
Verenigen
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
conDoor
Met
Per
Samen met
las manoHand
Ik loop
Ik stroom
Ik vliet
Ik vloei
. AgregarBijmengen
Toevoegen
la salHet zout, los huevosDe eier
De eieren
batidosDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshakes
Omgeroerd
y formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
un bolloEen bolletje
Een broodje
Een kadet
Een kadetje
tiernoGevoelig
Gevoelige
Goed gaar
Mals
Malse
Murw
Murwe
Teder
Tedere
Week
Weke
Zacht
Zachte
. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
enmantecadoIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
y extenderAfgeven
Ontvouwen
Ophouden
Rekken
Spreiden
Strekken
Uitbreiden
Uitsmeren
Uitspreiden
Uitsteken
Uitstrekken
Verbreiden
Vergroten
Verspreiden
Wijder maken
conDoor
Met
Per
Samen met
las manosDe handen en forma parejaGelijkmatig.
SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
lleva(Het) bevat
Bereken!
Breng in rekening!
Breng mede!
Breng mee!
Breng weg!
Breng!
Draag!
Heb aan!
Heb op!
Heb voor!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in rekening
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mede
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze draagt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft voor
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemt mee
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervoert
Neem mee!
Vervoer!
pocaGering
Geringe
Klein
Luttel
Luttele
Weinig
Weinige
cocciónBakken
Koken
, se puedeMen kan cocinarBereiden
Koken
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
antesAlvorens
Allereerst
Eerder
Eerst
Liever
Ten eerste
Veeleer
Vooraf
Vooreerst
Vroeger
y luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
verterleGieten el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
.
NotaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
se quiereMen wilt hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
dulceLekkernij
Liefelijk
Liefelijke
Snoep
Snoepgoed
Versnapering
Zacht
Zachte
Zoet
Zoete
Zoetigheid
, reemplazarAflossen
De plaats innemen van
In de plaats stellen
Inspringen
Substitueren
Vervangen
la salHet zout por 22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de azúcarSuiker.

Masa básicaBasisdeeg paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
empanadas o tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart

Ingredientes:
½ kg. de harinaBloem
Meel
comúnAlgemeen
Algemene
Bestekamer
Gemeen
Gemeenschappelijk
Gemeenschappelijke
Gemene
Gemene volk
Gewoon
Gezamenlijk
Gezamenlijke
Grote hoop

100g. de mantecaReuzel
Spek

11
Een
huevoEi

Preparación:
DerretirDoen smelten
Smelten
Versmelten
Vloeibaar maken
la mantecaDe reuzel , agregarBijmengen
Toevoegen
el huevoHet ei
Kip-en-eiprobleem
y el aguaHet water necesariaBenodigd
Benodigde
Nodig
Nodige
Noodzakelijk
Noodzakelijke
Van node
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
obtenerBehalen
Buitmaken
Genieten
Krijgen
Ontvangen
Toucheren
Verkrijgen
Verwerven
350cc de líquidoMet vloeistof. IrGaan
Karren
Lopen
Rijden
Van stapel lopen
Varen
Verlopen
Zich begeven
agregandoToevoegend lentamenteLangzaam la harinaDe bloem
Het meel
conDoor
Met
Per
Samen met
la salHet zout hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
formarAangaan
Formeren
Paraderen
Pralen
Prijken
Pronken
Vormen
una masaEen beslag
Een deeg
Een massa
Een pasta
suaveMild
Milde
Zacht
Zachtaardig
Zachtaardige
Zachte
Zachtmoedig
Zachtmoedige
Zachtzinnig
Zachtzinnige
Zoel
Zoele
. DejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
descansarBegraven liggen
Laten rusten
Ontspannen
Pauzeren
Rusten
Slapen
Uitrusten
2020
Twintig
minutosMinuten y estirarStrekken
Uitrekken
Uitrollen (van deeg)
.
NotaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: estaDeze
Dit
cantidadBoel
Grootheid
Hoeveelheid
Kwantiteit
Sterkte
rindeGeef!
Het levert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
comoAangezien
Als
Gelijk
Hoe
Ik bik
Ik eet
Ik gebruik
Ik gebruik het middagmaal
Ik lunch
Ik nuttig
Ik vreet
Naar
Op welke manier
Op welke wijze
Wanneer
Zoals
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
dos2
Do's
Twee
Tweede
tartas de 2 tapasTaarten van twee lagen cada unaElk.

TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de papasAardappelen
Aardappels
Pausen

Ingredientes:
½ Kg. de papasAardappelen
Aardappels
Pausen
hervidasGeborreld
Gekookt
Gekookte
Gesudderd
Gezied
Gezoden
Op het kookpunt geweest
conDoor
Met
Per
Samen met
cáscaraBolster
Dop
Schaal
Schil
Schors
, peladasAfgepeld
Gejast
Gepeld
Gepelde
Geschild
Geschilde
y fríasAfgekoeld
Afgekoelde
Jij/je bakt
Jij/je braadt
Jij/je frituurt
Jij/je fruit
Kil
Kille
Koud
Koude
.
22
Twee
huevosEieren batidosDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshakes
Omgeroerd

SalGa af!
Ga buiten!
Ga naar buiten!
Ga op weg!
Ga uit!
Ga weg!
Kom er mee weg!
Kom uit!
Loop uit!
Rijd af!
Rijd uit!
Rijd weg!
Stap op!
Stap uit!
Start!
Stijg uit!
Tijg!
Treed uit!
Vaar uit!
Verschijn!
Vertrek!
Zout

PimientaPeper
Nuez moscadaFoelie
Muskaatnoot
Nootmuskaat
Pala

100g. de queso parmesanoParmezaanse kaas
200g. de jamón cocidoJamón York. enteroCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Gehele getal
Heel
Hele
Ik deel mede
Ik deel mee
Ik kondig aan
Ik stel in kennis
Ik verwittig
Integer
Integere
Integriteit
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige

50g. de mantecaReuzel
Spek

22
Twee
cebollas de verdeoSjalotten
11
Een
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
de pascualina

Preparación:
RallarRaspen las papasAardappelen
Aardappels
Pausen
conDoor
Met
Per
Samen met
la parteDe bonk
De homp
De portie
De taks
De zijde
De/het brok
Het aandeel
Het deel
Het eindje
Het gedeelte
Het onderdeel
Het rantsoen
Het stuk
Het stukje
gruesaCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Gros
Grote
Grove
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
del ralladorRasp y mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
los huevosDe eier
De eieren
batidosDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshakes
Omgeroerd
, el queso ralladoDe geraspte kaas y el jamónDe ham cortado enGesneden in dadosAangegeven
Blokken
Dobbelsteentjes
Dobbelstenen
Gegeven
Klontjes
Kubussen
Opgebracht
Teerlingen
Toegebracht
Toegekend
Verleend
. SazonarAssaisoner
Assaisoneren
Kruiden
Op smaak brengen
a gustoGenoegen
Ik behaag
Ik beval
Ik houd van
Ik proef
Ik sta aan
Ik vind leuk
Ik zin
Lust
Smaak
conDoor
Met
Per
Samen met
las especiasDe kruiden
De kruiderijen
De specerijen
Het kruiden
.
PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
el discoDe discus
De grammofoonplaat
De kiesschijf
De plaat
De schijf
estiradoGestrekt
Uitgerekt
Uitgerold (van deeg)
en una tarteraEen taartvorm enmantecadaIngesmeerd met (dierlijk) vet
Met boter besmeerd
y pincharDoorprikken
Pikken
Priemen
Prikken
Steken
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
conDoor
Met
Per
Samen met
un tenedorEen dol
Een vork
.
VolcarKantelen
Omgooien
Omkeren
Omslaan
Omvallen
Omvergooien
Ten val brengen
Uitstorten
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
y espolvorearBepoederen
Bestrooien
conDoor
Met
Per
Samen met
queso ralladoGeraspte kaas; verterGieten
Ingieten
Inschenken
Plengen
Schenken
Storten
Strooien
Vergieten
la mantecaDe reuzel.
CocinarBereiden
Koken
en hornoKachel
Oven
fuerteErg
Erge
Fiks
Fikse
Fort
Geducht
Geduchte
Hard
Harde
Heet
Hete
Koppig
Koppige
Krachtig
Krachtige
Luid
Luide
Pittig
Pittige
Sterk
Sterke
Sterke zijde
Sterkte
Stevig
Stevige
Straf
Straffe
Zwaar
Zware
y en el pisoDe etage
De flat
De onderste richel (?)
De verdieping
De vloer
Het aanstampen
Het appartement
Het betreden
Het intrappen
Het vertrappen
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
minutosMinuten para queOpdat
Zodat
la masaDe massa
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
se doreBruin wordt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt bruin
, luegoAlras
Daarna
Daarop
Dadelijk
Dan ook
Dus
Onverwijld
Terstond
Zo
ponerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en el estanteDe plank
De/het schap
centralCentraal
Centrale
Essentieel
Essentiële
Fundamenteel
Fundamentele
Hoofd-
Hoofdkantoor
Middelste
Van het middelpunt
hasta queTot
Totdat
el rellenoDe aanvulling
De farce
De voleinding
De vulling
Het bijvullen
Het invullen
Het opvulsel
Het opvullen
Het opzetten
Het vulsel
Het vullen
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige
y doradoAangebraden
Gebruind
Gebruinde
Gouden
Goudgeel
Goudgele
Goudmakreel
Plevier
Pluvier
Verguld
Vergulde
.
NotaAantekening
Bemerk!
Bespeur!
Cijfer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bemerkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespeurt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze merkt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze noteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt te boek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent aan
Merk op!
Merk!
Muzieknoot
Noot
Nota
Noteer!
Notitie
Opmerking
Schrijf op!
Stel te boek!
Teken aan!
: el jamónDe ham se puedeMen kan reemplazarAflossen
De plaats innemen van
In de plaats stellen
Inspringen
Substitueren
Vervangen
conDoor
Met
Per
Samen met
dadosAangegeven
Blokken
Dobbelsteentjes
Dobbelstenen
Gegeven
Klontjes
Kubussen
Opgebracht
Teerlingen
Toegebracht
Toegekend
Verleend
de pancetaDoorregen spek
Doorregen varkenslap
ahumadaGerookt
Gerookte
. En la recetaHet recept dice(Hij) zegt
(Zij) zegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt
que la cebollaDe ajuin
De bloembol
De ui
se poneDoet erbij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt zich aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Men legt
Men plaatst
Wordt gedaan
crudaBot
Botte
Cru
Crue
Grof
Grove
Naturel
Naturelle
Onbehouwen
Onbewerkt
Onbewerkte
Ongekookt
Ongekookte
Rauw
Rauwe
Ruig
Ruige
Ruw
Ruwe
Snauwerig
Snauwerige
espolvoreadaBepoederd
Bestrooid
Bestrooide
por arribaBoven
Daarboven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt weer op
 verhaal
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze landt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Kom aan!
Kom weer op verhaal!
Land aan!
Land!
Loop binnen!
Omhoog
antes deAlvorens te
Voor
servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
, peroDoch
Echter
Maar
creo queIk denk dat debe(Het) moet
Behoor te!
Ben schuldig!
Ben verplicht om te!
Ben verschuldigd!
Debet
Debetzijde
Dien!
Heb te danken!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft te danken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is schuldig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verplicht om
 te
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is verschuldigd
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat in de
 schuld
Hoor!
Moet!
Sta in de schuld!
quedarAfspreken
Blijven
In een bepaalde toestand
 raken
Passen
Staan
Worden
Zijn
mejorBest
Beste
Beter
Betere
Liever
siAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
se la salteaMen sauteert het en aceiteIn olie antes deAlvorens te
Voor
mezclarDoor elkaar gooien
Mengen
Mixen
Temperen
Vermengen
Verwarren
conDoor
Met
Per
Samen met
las papasAardappelen
Aardappels
Pausen
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Nuez moscada   Pimienta  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
de cebollaAjuin
Bloembol
Ui

11
Een
kg de cebollaAjuin
Bloembol
Ui
en aritosRingetjes, salteadaGesauteerd
Gesauteerde
Roergebakken
en mantecaReuzel
Spek
(22
Twee
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
) hasta queTot
Totdat
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
transparenteDoorschijnend
Doorzichtig
Doorzichtige
Transparant
Transparante
. AgregarBijmengen
Toevoegen
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de harinaBloem
Meel
, y una tazaEen beker
Een kop
Een kopje
y ½ de lecheMelk y cocinarBereiden
Koken
. AgregarBijmengen
Toevoegen
33
Drie
o 44
Vier
huevosEieren batidosDoorgeroerd
Gehouwen
Geklapt
Geklopt
Geklopte
Gemept
Geroerd
Geslagen
Milkshakes
Omgeroerd
fueraBuiten
Daarbuiten
Heen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaf zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze karde
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verliep
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vond plaats
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was
Ik begaf me
Ik gebeurde
Ik ging
Ik had plaats
Ik karde
Ik liep
Ik liep van stapel
Ik reed
Ik verliep
Ik voer
Ik vond plaats
Ik was
Over
Uiterlijk
Vandoor
Verwijderd
Voort
Weg
del fuegoVuur, y queso ralladoGeraspte kaas. PonerAan de praat krijgen
Aandoen
Aantrekken
Aanzetten
Doen
Inschakelen
Leggen
Neerleggen
Neerzetten
Op gang brengen
Opbrengen
Opleggen
Plaatsen
Steken
Stellen
Stoppen
Vlijen
Zetten
en un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
conDoor
Met
Per
Samen met
una tapaEen bedekking
Een borrelhapje
Een canapé
Een deksel
Een kaft
Een kap
Een omslag
Een tapa
de tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
y cocinarBereiden
Koken
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Arito   Cebolla  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
selva negraZwarte woud

Ingredientes:
66
Zes
huevosEieren
250 gr de azúcarSuiker
150 gr de harinaBloem
Meel
tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde

5050
Vijftig
gr cacao en polvoCacaopoeder
75 gr de mantequillaBoter
Roomboter
fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt

11
Een
cucharillaLepeltje
Theelepeltje
de Royal
ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
el JarabeDe siroop
De stroop
:
200200
Tweehonderd
gr de azúcarSuiker de sémolaGort
Griesmeel
Grut
Grutten
, la de cañaBiertje
Echt riet
Glas bier
Hengel
Riet
Tapbier
valeAfgesproken
Akkoord
Ben waard!
Goed
Het is goed
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is waard
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kost
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loont
In orde
Kost!
Loon!
Oké
Prima
Top
Waardebon
tambiénEveneens
Evenzeer
Mede
Ook

33
Drie
,55
Vijf
dl de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!

KirschKirsch paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
perfumarAromatiseren el jarabeDe siroop
De stroop

ParaBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
:
2020
Twintig
dl. de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
.
8080
Tachtig
gr azúcar glassPoedersuiker
22
Twee
cucharillasLepeltjes
Theelepeltjes
de azúcar avainilladoVanillesuiker o unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
gotasDroppels
Droppen
Druppels
Likken
Podagra's
de
extractoAftreksel
Extract
Ik maak uittreksels uit
Uittreksel
Zetsel
de vainillaVanille
CerezasKersen
Zoete kersen
en aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
.
200200
Tweehonderd
gr de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade
, paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
hacerAanmaken
Bedrijven
Doen
Maken
Uitbrengen
Uitrichten
Uitvoeren
virutasHoutkrullen
Krullen
Schaafsels
Vlokken
.

Preparación:
BatirDoorroeren
Houwen
Klappen
Kloppen
Meppen
Omroeren
Roeren
Slaan
los huevosDe eier
De eieren
y el azúcarDe suiker hasta queTot
Totdat
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
espume(Het) schuimt
Bruist u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bruist
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuimt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tintelt
Ik bruis
Ik schuim
Ik schuim af
Ik tintel
Schuimt u af!
Schuimt u!
Tintelt u!
y se esponjeHet wordt sponsachtig
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt luchtig
Ik maak luchtig
Maakt u luchtig!
, tiene queHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dient
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moet
tomarAannemen
Aanpakken
Aanvatten
Accepteren
Afnemen
Binnenkrijgen
Drinken
Gebruiken
Innemen
Inslaan
Inslikken
Nemen
Nuttigen
Ontvangen
Oprapen
Opsnuiven
Pakken
Vatten
un aspectoEen aanblik
Een aanschijn
Een aanzien
Een air
Een aspect
Een buitenkant
Een gelaatsuitdrukking
Een gezicht
Een gezichtspunt
Een kant
Een schijn
Een uiterlijk
Een uitzicht
Een verschijning
Een vóórkomen
amarilloGeel
Gele
claritoHelder, agregarBijmengen
Toevoegen
haHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
esta mezclaDit mengsel la harinaDe bloem
Het meel
tamizadaGeselecteerd
Gezeefd
Gezeefde
mezcladaDoor elkaar gegooid
Gemengd
Gemengde
Gemixt
Getemperd
Vermengd
Verward
conDoor
Met
Per
Samen met
el cacaoDe cacao, la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
la haremosWij zullen maken
Wij/we zullen aanmaken
Wij/we zullen bedrijven
Wij/we zullen doen
Wij/we zullen maken
Wij/we zullen uitbrengen
Wij/we zullen uitrichten
Wij/we zullen uitvoeren
dandoAangevend
Door te geven
Gevend
Opbrengend
Toebrengend
Toekennend
Verlenend
cortesJij/je breekt af
Jij/je doorsnijdt
Jij/je hakt
Jij/je houwt
Jij/je kapt
Jij/je knipt
Jij/je onthoofdt
Jij/je plukt
Jij/je plukt af
Jij/je rukt af
Jij/je schakelt uit
Jij/je scheert
Jij/je scheurt weg
Jij/je slaat het hoofd
 af
Jij/je snerpt
Jij/je snijdt
Jij/je snijdt af
Jij/je snijdt door
Jij/je snoeit
Jij/je verricht sectie
Sneden
conDoor
Met
Per
Samen met
la espátulaDe bakspatel
De lepelaar
De roerspaan
De spaan
De spatel
Het plamuurmes
Het verfmes
y procurandoBezorgend
Moeite doend
Pogend
Proberend
Strevend
Trachtend
Uitreikend
Verschaffend
Verstrekkend
Zich beijverend
Zoekend
Zorgend dat
revolverOmroeren
Roeren
loDe
Hem
Het
U
menosBehalve
Bij uitzondering
Gaat wel
Min
Minder
Minst
Minus
Op ... na
Uitgezonderd
posibleBestaanbaar
Bestaanbare
Mogelijk
Mogelijke
, finalmenteEindelijk
Per saldo
Ten slotte
Tenslotte
leHaar
Hem
Het
U
añadiremosWij/we zullen aanbrengen
Wij/we zullen bijdoen
Wij/we zullen bijleggen
Wij/we zullen bijmengen
Wij/we zullen bijvoegen
Wij/we zullen toegeven
Wij/we zullen toevoegen
Zullen wij toevoegen
la mantequillaDe boter
De roomboter
fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
. En definitivaDefinitief
Definitieve
Onherroepelijk
Onherroepelijke
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Vast
Vaste
lo queDat wat
Wat
estamosWij bevinden ons
Wij zijn
Wij/we bevinden ons
Wij/we liggen
Wij/we zijn
Wij/we zitten
haciendoAanmakend
Bedrijvend
Doend
Makend
Uitbrengend
Uitrichtend
Uitvoerend
, de momentoMoment
Ogenblik
Oogwenk
Tel
Tijdstip
Wijl
Wip
, un bizcochoEen beschuit
Een biscuit
Een cake
Een koek
. UntarAansmeren
Besmeren
Doorsmeren
Insmeren
Nat maken
Smeren
con mantequillaMet boter 11
Een
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
redondosGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
de 2222
Tweeëntwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
de diámetroDiameter
Middellijn
, enharinasJij brengt meel aan
Jij/je bestrooit met meel
Jij/je verpakt in meel
, sacudirOpschudden
Schokken
Schudden
Wrikken
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
para queOpdat
Zodat
caiga(Het) valt
Geraakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geraakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat vallen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vervalt
Ik geraak
Ik laat vallen
Ik val
Ik val af
Ik val neer
Ik verschiet
Ik verval
Laat u vallen!
Valt u af!
Valt u neer!
Valt u!
Verschiet u!
Vervalt u!
el excedenteOverschot de harinaBloem
Meel
, llenarAanvullen
Bijwerken
Completeren
Dempen
Invullen
Spekken
Stoppen
Vol maken
Voleinden
Volmaken
Volschenken
Vullen
el moldeDe afdruk
De gietvorm
De vorm
conDoor
Met
Per
Samen met
la pastaDe deegwaar
De deegwaren
De/het pasta
Het beslag
Het deeg
Het gebak
Het zoet broodje
. HornearBakken a 180 gr. C por 2020
Twintig
/2525
Vijfentwintig
minutosMinuten o hasta queTot
Totdat
introduciendoAanbrengend
Binnendringend
Binnenlatend
Binnenvoerend
Inbrengend
Indoend
Inleidend
Inschuivend
Instekend
Introducerend
Invoerend
Invullend
una agujaEen geep
Een naald
Een spoorwissel
Een wissel
, estaDeze
Dit
sale(Het) komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar buiten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt er mee
 weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt in het
 zout
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze pekelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treedt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verschijnt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zout
Ik leg in
Ik leg in het
 zout
Ik maak in
Ik pekel
Ik zout
Legt u in het
 zout!
Legt u in!
Maakt u in!
Pekelt u!
Zout u!
limpiaHelder
Heldere
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loutert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt schoon
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze poetst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reinigt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze veegt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wrijft op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert
Louter
Louter!
Loutere
Maak schoon!
Netto-
Poets!
Proper
Propere
Pure
Puur
Rein
Reine
Reinig!
Schone
Schoon
Snoei!
Veeg af!
Wrijf op!
Zindelijk
Zindelijke
Zuiver
Zuiver!
Zuivere
, noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
conviene(Het) is het beste
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betaamt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is het eens
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt gelegen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt overeen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze past
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schikt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze treft een schikking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt
abrirBeginnen
Graveren
Open maken
Opendoen
Openen
Openmaken
el hornoDe kachel
De oven
hastaJa zelfs
Tot
Tot aan
Tot zelfs
Zelfs
los 2020
Twintig
minutosMinuten, ya queAangezien
Daar
Daar immers
Hoewel
Ofschoon
Omdat
Vermits
Want
Wijl
a las masasDe beslagen
De massa's
De pasta's
que tienen queZij/ze behoren
Zij/ze dienen
Zij/ze horen
Zij/ze moeten
subirBeklimmen
Bestijgen
Hoger zetten
In de trein stappen
Instappen
Klimmen
Naar boven brengen
Naar boven dragen
Naar boven gaan
Omhoog gaan
Opgaan
Opkomen
Opstaan
Rijzen
Stijgen
Verrijzen
Wassen
lesHen
Hun
U
vaHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begeeft zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt van stapel
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vaart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verloopt
muyBijster
Bijzonder
Erg
Heel
Terdege
Zeer
malBeroerd
Beroerde
Boosaardig
Boosaardige
Kwaad
Kwaal
Kwalijk
Kwalijke
Moeilijk
Nadeel
Onaangenaam
Onaangename
Ramp
Schade
Schadelijk
Schadelijke
Slecht
Slechte
Verkeerd
Versleten
Weinig
Ziekte
los golpesDe beroerten
De beroertes
De flappen
De flaps
De houwen
De klappen
De meppen
De slagen
de aireAanzien
Air
Lucht
Melodie
Schijn
Stijl
Tocht
fríoAfgekoeld
Afgekoelde
Ik bak
Ik braad
Ik frituur
Ik fruit
Kil
Kille
Kou
Koud
Koude
. DesmoldarUit de vorm halen y dejarAchterlaten
Hen laten
In de steek laten
Laten
Laten begaan
Laten schieten
Legateren
Lenen
Loslaten
Nalaten
Opleveren
Overlaten
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaten
Vermaken
Verzuimen
Zich verlaten van
que se enfríeAfkoelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekoelt
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
, de modo queZodat leHaar
Hem
Het
U
Brengt u op!
Brengt u toe!
Geeft u aan!
Geeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kent toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verleent
Ik breng op
Ik breng toe
Ik geef
Ik geef aan
Ik ken toe
Ik verleen
Kent u toe!
Verleent u!
el aireDe lucht
De melodie
De schijn
De stijl
De tocht
Het aanzien
Het air
por todas partesAlom. PrepararAanmaken
Bereiden
Klaarmaken
Opleiden
Toebereiden
Voorbereiden
un jarabeEen siroop
Een stroop
conDoor
Met
Per
Samen met
200200
Tweehonderd
g de azúcarSuiker sémolaGort
Griesmeel
Grut
Grutten
y 33
Drie
,55
Vijf
dIGeef op!
Ik bracht op
Ik bracht toe
Ik gaf
Ik gaf aan
Ik kende toe
Ik verleende
Spreek!
Zeg!
de aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
. PerfumarlaHet aromatiseren conDoor
Met
Per
Samen met
KirschKirsch. RallarRaspen en virutasHoutkrullen
Krullen
Schaafsels
Vlokken
gruesasCorpulent
Corpulente
Dik
Dikke
Gezet
Gezette
Grof
Groot
Grossen
Grote
Grove
Lijvig
Lijvige
Omvangrijk
Omvangrijke
Vet
Vette
Vettig
Vettige
Zwaarlijvig
Zwaarlijvige
los 200200
Tweehonderd
de chocolate amargoBittere chocolade
Pure chocolade
y ponerlasZe doen en el refrigeradorDe koelkast. El bizcochoDe beschuit
De cake
De koek
De/het biscuit
loDe
Hem
Het
U
cortaremosWij zullen snijden
Wij/we zullen afbreken
Wij/we zullen afplukken
Wij/we zullen afrukken
Wij/we zullen afsnijden
Wij/we zullen doorsnijden
Wij/we zullen hakken
Wij/we zullen het hoofd
 afslaan
Wij/we zullen houwen
Wij/we zullen kappen
Wij/we zullen knippen
Wij/we zullen onthoofden
Wij/we zullen plukken
Wij/we zullen scheren
Wij/we zullen sectie verrichten
Wij/we zullen snerpen
Wij/we zullen snijden
Wij/we zullen snoeien
Wij/we zullen uitschakelen
Wij/we zullen wegscheuren
en tres3
Drie
discosCd's
Discotheken
Discussen
Grammofoonplaten
Kiesschijven
Platen
Schijven
, se haceDoet men
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze raakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt
Maakt men
muy bienBest
Heel goed
Prima
conDoor
Met
Per
Samen met
un buenBraaf
Brave
Gezond
Gezonde
Goed
Goede
Goeie
Groot
Grote
Lekker
Lekkere
Nog bruikbaar
Nuttig
Nuttige
Voldoende
cuchillo de sierraBroodmes. EmpaparDoordrenken
Doorweken
Indompelen
Indopen
Opslorpen
Soppen
en jarabeSiroop
Stroop
los fondosDe achtergronden
De bodems
De diepten
De dieptes
De fondsen
De gronden
De kapitalen
De kernen
De ondergronden
De onderrokken
De voedingsbodems
Het fonds
de pastaBeslag
Deeg
Deegwaar
Deegwaren
Gebak
Graas!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze graast
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weidt
Pasta
Weid!
Zoet broodje
enfriadosAfgekoeld
Afgekoelde
Gekoeld
Gelaten afkoelen
. MontarBegaan
Berijden
Bestijgen
Binnengaan
Binnenlopen
Ingaan
Instappen
Klimmen
Kloppen (eiwit, room)
Monteren
Naar boven gaan
Opgaan
Opzetten
Rijden
Rijzen
Stijgen
Zetten
los 2020
Twintig
dl de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
conDoor
Met
Per
Samen met
los 8080
Tachtig
g de azúcar glassPoedersuiker y 22
Twee
bolsitasZakjes de azúcarSuiker conDoor
Met
Per
Samen met
vainillaVanille. RevestirBekleden
Overtrekken
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
fondoAarde
Achtergrond
Bodem
Diepte
Essentiële
Fond
Fonds
Grond
Kapitaal
Kern
Ondergrond
Onderrok
Voedingsbodem
Voornaamste
de bizcocho conDoor
Met
Per
Samen met
una cuartaEen kwart parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de la nata montadaDe slagroom y distribuirDistribueren
Rondbrengen
Verdelen
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
cadaCadeolieboom
Elk
Elke
Iedere
Jeneverbessenstruik
Stekelige jeneverbes
discoCd
Discotheek
Discus
Grammofoonplaat
Kiesschijf
Plaat
Schijf
Schijf(rem)
cerezasKersen
Zoete kersen
en aguardienteBrandewijn
Brandy
Sterke drank
Vuurwater
, bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
picaditas. RecubrirBedekken
Bekleden
Overtrekken
el exteriorDe buitenkant
De buitenzijde
Het uiterlijk
del pastelBaksel
Gebak
Gebakje
Kleurkrijt
Pastei
Pastel
Taart
Taartje
Tekenkrijt
conDoor
Met
Per
Samen met
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nata montadaDe slagroom. DecorarDecoreren
Onderscheiden
Versieren
todoAllemaal
Alles
Compleet
Complete
De gehele hoeveelheid
De hele hoeveelheid
Gans
Ganse
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Totaal
Totale
Vol
Volkomen
Volslagen
Volle
el pastelDe pastei
De taart
Het baksel
Het gebak
Het gebakje
Het kleurkrijt
Het taartje
Het tekenkrijt
conDoor
Met
Per
Samen met
virutasHoutkrullen
Krullen
Schaafsels
Vlokken
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
eEn incrustarInduwen
Inleggen
en la nataDe room
De slagroom
Het puikje
unasEen paar
Enen
Enig
Enige
Enkele
Jij/je brengt samen
Jij/je verbindt
Jij/je verenigt
Jij/je voegt aaneen
Sommige
Zo'n
cerezasKersen
Zoete kersen
enterasCompleet
Complete
Gaaf
Gave
Geheel
Gehele
Heel
Hele
Integer
Integere
Jij/je deelt mede
Jij/je deelt mee
Jij/je kondigt aan
Jij/je stelt in kennis
Jij/je verwittigt
Vol
Volkomen
Volslagen
Volvet
Volvette
Volle
Volledig
Volledige
.
ServirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
bienGeluk
Goed
Goede zaak
Nu goed
Welvaart
frescaBrutaal
Brutale
Fris
Frisse
Koel
Koele
Luchtig
Luchtige
Onbedorven
Vers
Verse
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Amarillo   Cada   Cada   Caña   Caña   Cuchillo de sierra   Salar   Vainilla  


TartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
selva negraZwarte woud

Ingredientes:
66
Zes
HuevosEieren
225 gr de AzúcarSuiker extraExtra blancoBlank
Blanke
Doel
Doelstelling
Doelwit
Honk
Mikpunt
Schietschijf
Schijf
Trefpunt
Wit
Witte

75 gr de HarinaBloem
Meel

5050
Vijftig
gr de cacao en polvoCacaopoeder
11
Een
/22
Twee
cucharaditaTheelepeltje de esencia de VainillaVanille-essence
100100
Honderd
gr de mantequillaBoter
Roomboter
ablandadaWeek gemaakt
Zacht gemaakt

900900
Negenhonderd
gr de cerezasKersen
Zoete kersen
deshuesadasOntbeend
Ontbeende
Ontpit
Ontpitte
Uitgebeend
, enlatadasIngeblikt
Ingeblikte

44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de KirschKirsch
600600
Zeshonderd
ml de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom

150 gr de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk

11
Een
cucharaditaTheelepeltje de arrurruzArrowroot
Duivelstong
Maranta
Pijlwortel
Vleermuisbloem
(SiAls
Indien
Ingeval
Of
Op de manier van
Op de wijze van
Terwijl
Wanneer
Zoals
noNee
Neen
Niet
Nietwaar
No
Of men wil of
 niet
Tegen wil en dank
tienesJij/je hebt
Jij/je houdt
Jij/je houdt bij
Jij/je houdt erop na
Jij/je houdt vast
arrurruzArrowroot
Duivelstong
Maranta
Pijlwortel
Vleermuisbloem
puedesJe kunt
Jij/je kant
Jij/je mag
utilizarAanwenden
Benutten
Gebruiken
Te baat nemen
Toepassen
Waarnemen
mermeladaConfiture
Confituur
Jam
Marmelade
de cerezasKersen
Zoete kersen
fundidaGedaan smelten
Gesmolten
Versmolten
Vloeibaar gemaakt
y tamizarlaZeven paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
glasearGlaceren
Glanzend maken
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
)
UTENSILIOSGebruiksvoorwerpen:
Un moldeEen afdruk
Een gietvorm
Een vorm
redondoGevuld
Gevulde
Rond
Ronde
de 2323
Drieëntwintig
cmCentimeter
Cm
Cm.
, forradoBekleed
Gevoerd
Gevoerde
Overgetrokken
y ligeramenteLicht
Onbesuisd
Overijld
Vluchtig
Vlug
engrasadoBesmeerd
Doorgesmeerd
Gesmeerd
Ingevet
Ingevette
Smering

Una mangaEen manga
Een mangga
Een mango
Een mangoboom
Een mouw
Een roomspuit
Een spuit
de reposteríaBanketbakkersvak
Desserts
Toetjes
conDoor
Met
Per
Samen met
embocadura(Spuit)mond medianaDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Grote keu
Mediaan
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijn
de estrellaBezaai met sterren!
Breek!
Cainito
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezaait met sterren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrijzelt
Sla stuk!
Ster
Sterappel
Verbrijzel!


Preparación:
PongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
 praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u!
los huevosDe eier
De eieren
conDoor
Met
Per
Samen met
el azúcarDe suiker en un cuencoEen kom grandeGroot
Grote
Ruim
Ruime
. BátalosKlop ze sobre unBovenop een
Op een
cazoIk bejaag
Ik drijf voort
Ik jaag
Ik jaag na
Ik maak jacht op
Sauspan
conDoor
Met
Per
Samen met
aguaBederf!
Begiet!
Besproei!
Bevloei!
Geef water!
Giet!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bederft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevloeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sproeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdunt met water
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze watert
Leng aan!
Sproei!
Verdun met water!
Water
Water!
calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
hasta queTot
Totdat
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
esté(Het) is
Bevindt u zich!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevindt zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ligt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zit
Ik ben
Ik bevind me
Ik lig
Ik zit
Is u!
Ligt u!
Zit u!
espesaBind!
Dicht
Dichte
Dik
Dikke
Gebonden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bindt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt dikker
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdikt
Maak dikker!
Verdik!
de colorKleur pálidoBleek
Bleke
Flets
Fletse
Pips
Pipse
Vaal
Vale
y la batidoraDe blender
De mixer
dejeAchterlaten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat achter
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat begaan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat in de
 steek
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat los
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat over
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat schieten
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legateert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze levert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verlaat zich van
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermaakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrouwt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzuimt
Ik laat
Ik laat achter
Ik laat begaan
Ik laat in de
 steek
Ik laat los
Ik laat na
Ik laat over
Ik laat schieten
Ik leen
Ik legateer
Ik lever op
Ik sta toe
Ik verlaat
Ik verlaat me van
Ik vermaak
Ik vertrouw toe
Ik verzuim
Laat
Laat u achter!
Laat u begaan!
Laat u in de
 steek!
Laat u los!
Laat u na!
Laat u over!
Laat u schieten!
Laat u!
Laten
Leent u!
Legateert u!
Legateren
Lenen
Levert u op!
Loslaten
Nalaten
Nasmaak
Opleveren
Overlaten
Staat u toe!
Toestaan
Toevertrouwen
Verlaat u zich van!
Verlaat u!
Verlaten
Vermaakt u!
Vermaken
Vertrouwt u toe!
Verzuimen
Verzuimt u!
una huellaEen aanstampen
Een afdruk
Een betreden
Een spoor
Een vertrappen
Een voetafdruk
Een voetspoor
visibleZichtbaar
Zichtbare
.
TamiceHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze selecteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zeeft
Ik selecteer
Ik zeef
Selecteert u!
Zeef
Zeeft u!
juntosSamen la harinaDe bloem
Het meel
y el cacao en polvoDe/het cacaopoeder eEn incorpórelos gradualmenteGeleidelijk alNaar de
Naar het
huevo batidoGeklopt ei conDoor
Met
Per
Samen met
una cucharaEen eetlepel
Een lepel
Een soeplepel
metálicaMetaal-
Metalen
. IncorporeBouwt u in!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bouwt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voegt toe
Ik bouw in
Ik voeg toe
Voeg weer toe
Voegt u toe!
la vainillaDe vanille y la mantequillaDe boter
De roomboter
ablandadaWeek gemaakt
Zacht gemaakt
.
TraspaseBreng over
Geeft u door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft door
Ik geef door
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
alNaar de
Naar het
moldeAfdruk
Gietvorm
Vorm
y hornéelaDoe het in de
 oven
a 180º C o en puntoA point
Gegeven
Mespunt
Oog
Precies goed
Punt
Spikkel
Stip
Tricot
44
Vier
del hornoKachel
Oven
de gasGas, duranteBij
Gedurende
Onder
Tijdens
4040
Veertig
minutosMinuten o hasta queTot
Totdat
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
hayaBeuk
Beukennootje
Gewone beuk
Groene beuk
Heeft u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze heeft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is
Ik ben
Ik heb
Is u!
subidoBeklommen
Bestegen
Geklommen
Gerezen
Gestegen
Gewassen
In de trein gestapt
Ingestapt
Naar boven gebracht
Naar boven gedragen
Naar boven gegaan
Omhoog gegaan
Opgegaan
Opgekomen
Opgestaan
Opgezwollen
Verrezen
y resulteBlijkt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijkt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze komt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze resulteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spruit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze valt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertoont zich
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vloeit voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze volgt
Ik blijk
Ik kom uit
Ik kom voort
Ik resulteer
Ik spruit voort
Ik val uit
Ik vertoon me
Ik vloei voort
Ik volg
Komt u uit!
Komt u voort!
Resulteert
Resulteert u!
Spruit u voort!
Valt u uit!
Vertoont u zich!
Vloeit u voort!
Volgt u!
firmeBehouden
Geborgen
Gevestigd
Gevestigde
Hard
Harde
Hecht
Hechte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onderschrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ondertekent
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent
Ik onderschrijf
Ik onderteken
Ik teken
Onderschrijft u!
Ondertekent u!
Onzacht
Onzachte
Safe
Stabiel
Stabiele
Stevig
Stevige
Stug
Stugge
Tekent u!
Vast
Vaste
Veilig
Veilige
al tactoBij het aanraken. DesmóldelaHaal het uit de
 vorm
sobre unaOp een rejillaBagagenet
Rooster
y déjelaLaat enfriarAfkoelen
Koelen
Laten afkoelen
.
ConDoor
Met
Per
Samen met
un cuchilloEen mes afiladoAangezet
Aanzetten
Bijtend
Bijtende
Doordringend
Doordringende
Fel
Felle
Gescherpt
Geslepen
Gewet
Gure
Guur
Schel
Schelle
Scherp
Scherpe
Scherpen
Schril
Schrille
Slijpen
Snerpend
Snerpende
Wetten
, corteAfbreken
Afplukken
Afrukken
Breekt u af!
Coupon
Doorsnijden
Doorsnijdt u!
Hakken
Hakt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorsnijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kapt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze knipt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze onthoofdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rukt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze scheurt weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat het hoofd
 af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snerpt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snijdt door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze snoeit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verricht sectie
Hof
Hofhouding
Hofstad
Houwen
Houwt u!
Ik breek af
Ik doorsnijd
Ik hak
Ik houw
Ik kap
Ik knip
Ik onthoofd
Ik pluk
Ik pluk af
Ik ruk af
Ik schakel uit
Ik scheer
Ik scheur weg
Ik sla het hoofd
 af
Ik snerp
Ik snijd
Ik snijd af
Ik snijd door
Ik snoei
Ik verricht sectie
Kappen
Kapt u!
Knippen
Knipt u!
Onthoofden
Onthoofdt u!
Plukken
Plukt u af!
Plukt u!
Residentie
Rukt u af!
Schakelt u uit!
Scheert u!
Scheren
Scherp van een mes
Scheurt u weg!
Slaat u het hoofd
 af!
Snede
Snee
Snerpen
Snerpt u!
Snijden
Snijdt u af!
Snijdt u door!
Snijdt u!
Snit
Snoeien
Snoeit u!
Uitschakelen
Verricht u sectie!
Wegscheuren
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
horizontalmenteHorizontaal en tres3
Drie
trozosBonken
Brokken
Eindjes
Filets
Hompen
Moten
Plakken
Schijven
Sneden
Sneetjes
Sneeën
Stukjes
Stukken
y coloqueBelegt u!
Brengt u onder!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uit
Ik beleg
Ik breng onder
Ik doe
Ik leg
Ik leg neer
Ik plaats
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik verplaats
Ik vlij
Ik zet
Ik zet neer
Ik zet uit
Legt u neer!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Verplaatst u!
Vlijt u!
Zet u neer!
Zet u uit!
Zet u!
el primeroDe eerste
Het voorgerecht
en una fuenteEen bekken
Een bron
Een fontein
Een opdienbord
Een schaal
Een schotel
Een wel
Een welput
llanaEenvoudig
Eenvoudige
Effen
Plat
Platte
Simpel
Simpele
Troffel
Vlak
Vlakke
. EscurraDruipt af
Druipt u af!
Druipt u uit!
Giet u af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze druipt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze druipt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze giet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat uitlekken
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wringt uit
Ik druip af
Ik druip uit
Ik giet af
Ik laat uitlekken
Ik wring uit
Laat u uitlekken!
Wringt u uit!
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
reservandoBesprekend
Bestellend
Boekend
Intekenend
Openhoudend
Reserverend
Vrijhoudend
Wegzettend
el almíbar. MezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Ik meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
Meng
Mengt u!
Mixt u!
Tempert u!
Vermengt u!
Verwart u!
44
Vier
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
de almíbarSiroop
Stroop
conDoor
Met
Per
Samen met
el KirschDe kirsch y conDoor
Met
Per
Samen met
esta mezclaDit mengsel, unteBesmeer
Besmeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt nat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Ik besmeer
Ik maak nat
Ik smeer
Ik smeer aan
Ik smeer door
Ik smeer in
Maakt u nat!
Smeert u aan!
Smeert u door!
Smeert u in!
Smeert u!
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart

MonteBegaat u!
Berg
Berijdt u!
Bestijgt u!
Gaat u binnen!
Gaat u in!
Gaat u naar boven!
Gaat u op!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze berijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat naar boven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klimt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze klopt (eiwit, room)
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze monteert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijdt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rijst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet op
Ik bega
Ik berijd
Ik bestijg
Ik ga binnen
Ik ga in
Ik ga naar boven
Ik ga op
Ik klim
Ik klop (eiwit, room)
Ik loop binnen
Ik monteer
Ik rijd
Ik rijs
Ik stap in
Ik stijg
Ik zet
Ik zet op
Klimt u!
Klop
Klopt u (eiwit, room)!
Loopt u binnen!
Monteert u!
Rijdt u!
Rijst u!
Stapt u in!
Stijgt u!
Stok
Talon
Zet u op!
Zet u!
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
y extienda(U) breidt uit
Breidt u uit!
Geeft u af!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt wijder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontvouwt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze rekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze spreidt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze strekt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbreidt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vergroot
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspreidt
Houdt u op!
Ik breid uit
Ik geef af
Ik houd op
Ik maak wijder
Ik ontvouw
Ik rek
Ik smeer uit
Ik spreid
Ik spreid uit
Ik steek uit
Ik strek
Ik strek uit
Ik verbreid
Ik vergroot
Ik verspreid
Maakt u wijder!
Ontvouwt u!
Rekt u!
Smeert u uit!
Spreidt u uit!
Spreidt u!
Steekt u uit!
Strekt u uit!
Strekt u!
Verbreidt u!
Vergroot u!
Verspreidt u!
una capaEen jas
Een laag
Een mantel
Een pak
finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
de nata montada sobre laOp de
Op het
tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
. ReserveBespreekt u!
Bestelt u!
Boekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Houdt u open!
Houdt u vrij!
Ik bespreek
Ik bestel
Ik boek
Ik houd open
Ik houd vrij
Ik reserveer
Ik teken in
Ik zet weg
Reserveert u!
Tekent u in!
Zet apart
Zet u weg!
la cuarta4e
Kwart
Vierde
parteAandeel
Bonk
Breek af!
Brok
Deel
Deel!
Depêche
Eindje
Ga op weg!
Ga weg!
Gedeelte
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat op weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat weg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze splitst op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stapt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze start
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verdeelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrekt
Homp
Onderdeel
Part
Portie
Rantsoen
Splits op!
Splits!
Stap op!
Start!
Stuk
Stukje
Taks
Telegram
Tijg!
Verdeel!
Vertrek!
Zijde
de las cerezasDe kersen
De zoete kersen
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
y coloqueBelegt u!
Brengt u onder!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uit
Ik beleg
Ik breng onder
Ik doe
Ik leg
Ik leg neer
Ik plaats
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik verplaats
Ik vlij
Ik zet
Ik zet neer
Ik zet uit
Legt u neer!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Verplaatst u!
Vlijt u!
Zet u neer!
Zet u uit!
Zet u!
la mitadDe helft de las restantesOverig
Overige
Verder
Verdere
encima deAan
Boven op
Bovenop
Op
la cremaDe custard
De room
De vla
Het deelteken
Het puikje
Het trema

RepitaHerhaal
Herhaalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze herhaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt na
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zegt nog eens
Ik herhaal
Ik zeg na
Ik zeg nog eens
Zegt u na!
Zegt u nog eens!
la operaciónDe bewerking
De ingreep
De operatie
Het opereren
conDoor
Met
Per
Samen met
el segundoDe seconde
Het hoofdgerecht
trozoBonk
Brok
Eindje
Filet
Homp
Moot
Plak
Schijf
Snede
Snee
Sneetje
Stuk
Stukje
de tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
, la nata montadaDe slagroom y las cerezasDe kersen
De zoete kersen
y cubraBedekt
Bedekt u!
Belegt u!
Beschermt u!
Dekt u toe!
Dekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert aan
Ik bedek
Ik beleg
Ik bescherm
Ik dek
Ik dek toe
Ik zuiver aan
Zuivert u aan!
conDoor
Met
Per
Samen met
el tercer3e
Derde
trozoBonk
Brok
Eindje
Filet
Homp
Moot
Plak
Schijf
Snede
Snee
Sneetje
Stuk
Stukje
de tartaCake
Gevulde taart
Koek
Taart
. UnteBesmeer
Besmeert u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt nat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert door
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze smeert in
Ik besmeer
Ik maak nat
Ik smeer
Ik smeer aan
Ik smeer door
Ik smeer in
Maakt u nat!
Smeert u aan!
Smeert u door!
Smeert u in!
Smeert u!
los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
conDoor
Met
Per
Samen met
una finaDelicaat
Delicate
Dun
Dunne
Effen
Fijn
Fijne
Gelijk
Gelijke
Gevoelig
Gevoelige
Glad
Gladde
Iel
Iele
Kies
Kiese
Kieskeurig
Kieskeurige
Luchtig
Luchtige
Mager
Magere
Rein
Reine
Schraal
Schrale
Sluik
Sluike
Sprietig
Sprietige
Tactvol
Tactvolle
Teder
Tedere
Teer
Tere
Zonder moeilijkheden
Zuiver
Zuivere
capaCastreer!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze castreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontmant
Jas
Laag
Mantel
Ontman!
Pak
de nataCrème
Puikje
Room
Slagroom
y conDoor
Met
Per
Samen met
un pelapatatasEen aardappelschiller hagaBedrijft u!
Brengt u uit!
Doet
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedrijft
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze richt uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert uit
Ik bedrijf
Ik breng uit
Ik doe
Ik maak
Ik maak aan
Ik richt uit
Ik voer uit
Maakt u aan!
Maakt u!
Richt u uit!
Voert u uit!
rizosGroeven
Lokken
Reven
conDoor
Met
Per
Samen met
el chocolateDe chocola
De chocolade
De chocolademelk
y cubraBedekt
Bedekt u!
Belegt u!
Beschermt u!
Dekt u toe!
Dekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bedekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschermt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dekt toe
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zuivert aan
Ik bedek
Ik beleg
Ik bescherm
Ik dek
Ik dek toe
Ik zuiver aan
Zuivert u aan!
conDoor
Met
Per
Samen met
ellosHen
Ze
Zij
los ladosDe flanken
De kanten
De zijden
De zijdes
De zijkanten
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
. ReserveBespreekt u!
Bestelt u!
Boekt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bespreekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt open
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt vrij
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze reserveert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tekent in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet weg
Houdt u open!
Houdt u vrij!
Ik bespreek
Ik bestel
Ik boek
Ik houd open
Ik houd vrij
Ik reserveer
Ik teken in
Ik zet weg
Reserveert u!
Tekent u in!
Zet apart
Zet u weg!
algunosEen of ander
Een of andere
Een zeker
Enigerlei
Enkele
Sommige
de los mejoresBest
Beste
Beter
Betere
Jij/je maakt beter
Jij/je overtreft
Jij/je verbetert
Jij/je veredelt
rizosGroeven
Lokken
Reven
paraBaart u!
Bevalt u!
Blijf staan!
Brengt u teweeg!
Brengt u voort!
Doe ophouden!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baart
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bevalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijft staan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt teweeg
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt voort
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet ophouden
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt halt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze houdt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schenkt het leven
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt buiten werking
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet af
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stil
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet stop
Houd aan!
Houd halt!
Houd op!
Houd stil!
Ik baar
Ik beval
Ik breng teweeg
Ik breng voort
Ik schenk het leven
Keer!
Leg stil!
Om
Om te
Schenkt u het leven!
Sla af!
Sta stil!
Stel buiten werking!
Stop!
Stuit!
Ten behoeve van
Voor
Zet af!
Zet stil!
Zet stop!
la decoraciónDe decoratie
De inrichting
De onderscheiding
De ridderorde
De versiering
Het decor
finalBeslissingswedstrijd
Besluit
Beëindiging
Eind
Eind-
Einde
End
Finale
Slot
Uiteindelijk
Uiteindelijke
Voleinding
.
IntroduzcaBrengt u aan!
Brengt u in!
Doet u in!
Dringt u binnen!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dringt binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze introduceert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze leidt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schuift in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert binnen
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze voert in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vult in
Ik breng aan
Ik breng in
Ik doe in
Ik dring binnen
Ik introduceer
Ik laat binnen
Ik leid in
Ik schuif in
Ik steek in
Ik voer binnen
Ik voer in
Ik vul in
Introduceert u!
Laat u binnen!
Leidt u in!
Schuift u in!
Steekt u in!
Voer in
Voert u binnen!
Voert u in!
Vult u in!
el restoDe rest
De stomp
De stronk
de la nataDe room
De slagroom
Het puikje
en una mangaEen manga
Een mangga
Een mango
Een mangoboom
Een mouw
Een roomspuit
Een spuit
conDoor
Met
Per
Samen met
embocadura(Spuit)mond medianaDoorsnee-
Gemiddeld
Gemiddeld groot
Gemiddelde
Grote keu
Mediaan
Middelbaar
Middelbare
Middelgroot
Middelgrote
Midden-
Zwaartelijn
de estrellaBezaai met sterren!
Breek!
Cainito
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bezaait met sterren
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze breekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaat stuk
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verbrijzelt
Sla stuk!
Ster
Sterappel
Verbrijzel!
. AdorneDecoreert u!
Dost u uit!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze decoreert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dost uit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze siert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze siert op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tooit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze versiert
Ik decoreer
Ik dos uit
Ik sier
Ik sier op
Ik tooi
Ik versier
Siert u op!
Siert u!
Tooit u!
Versier
Versiert u!
conDoor
Met
Per
Samen met
la nataDe room
De slagroom
Het puikje
el bordeDe band
De boord
De kant
De rand
De zoom
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
y coloqueBelegt u!
Brengt u onder!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belegt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt onder
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verplaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet uit
Ik beleg
Ik breng onder
Ik doe
Ik leg
Ik leg neer
Ik plaats
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik verplaats
Ik vlij
Ik zet
Ik zet neer
Ik zet uit
Legt u neer!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Verplaatst u!
Vlijt u!
Zet u neer!
Zet u uit!
Zet u!
encimaBovendien
Er bovenop
unosEen paar
Eenheden
Enen
Enig
Enige
Enkel
Enkele
Sommige
Zo'n
rizosGroeven
Lokken
Reven
de chocolateChocola
Chocolade
Chocolademelk
.
PongaBrengt u op gang!
Brengt u op!
Doet u aan!
Doet u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze brengt op gang
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt aan de
 praat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt neer
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze legt op
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze plaatst
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schakelt in
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trekt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vlijt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet neer
Ik breng op
Ik breng op gang
Ik doe
Ik doe aan
Ik krijg aan de
 praat
Ik leg
Ik leg neer
Ik leg op
Ik plaats
Ik schakel in
Ik steek
Ik stel
Ik stop
Ik trek aan
Ik vlij
Ik zet
Ik zet aan
Ik zet neer
Krijgt u aan de
 praat!
Legt u neer!
Legt u op!
Legt u!
Plaats
Plaatst u!
Schakelt u in!
Steekt u!
Stelt u!
Stopt u!
Trekt u aan!
Vlijt u!
Zet u aan!
Zet u neer!
Zet u!
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
reservadasBesproken
Besteld
Geboekt
Gereserveerd
Gereserveerde
Ingetekend
Opengehouden
Vrijgehouden
Weggezet
Weggezette
en el centroDe middelmaat
El centro
Het binnenste
Het centreren
Het centrum
Het middelpunt
Het midden
de la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
. MezcleHij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze mixt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze tempert
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vermengt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwart
Ik meng
Ik mix
Ik temper
Ik vermeng
Ik verwar
Meng
Mengt u!
Mixt u!
Tempert u!
Vermengt u!
Verwart u!
33
Drie
cucharadasEetlepels (maat)
Soeplepels
del almíbarSiroop
Stroop
de las cerezasDe kersen
De zoete kersen
conDoor
Met
Per
Samen met
el arrurruzDe duivelstong
De maranta
De pijlwortel
De vleermuisbloem
, calienteGloeiend
Gloeiende
Heet
Hete
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stookt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwarmt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze warmt
Ik stook
Ik verhit
Ik verwarm
Ik warm
Smoorheet
Smoorhete
Snikheet
Snikhete
Stookt u!
Verhit u!
Verwarmt u!
Warm
Warme
Warmt u!
la mezclaDe mengeling
De mix
De mixtuur
De vermenging
De/het melange
De/het mengelmoes
Het artsenijmengsel
Het mengen
Het mengsel
Het mixen
Het temperen
Het vermengen
Het verwarren
a fuego lentoOp een zacht vuurtje
Op een zacht vuurtje
 (85 graden celsius)
, hiérvalaKook het y prosigaDoorgaat u!
Gaat u door!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doorgaat
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat door
Ik doorga
Ik ga door
Zet voort
la cocciónHet bakken
Het koken
, revolviendoOmroerend
Roerend
hasta queTot
Totdat
adquieraBehaalt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behaalt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze koopt aan
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze krijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze maakt buit
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkrijgt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwerft
Ik behaal
Ik koop
Ik koop aan
Ik krijg
Ik maak buit
Ik verkrijg
Ik verwerf
Koopt u aan!
Koopt u!
Krijgt u!
Maakt u buit!
Verkrijgt
Verkrijgt u!
Verwerft u!
un aspectoEen aanblik
Een aanschijn
Een aanzien
Een air
Een aspect
Een buitenkant
Een gelaatsuitdrukking
Een gezicht
Een gezichtspunt
Een kant
Een schijn
Een uiterlijk
Een uitzicht
Een verschijning
Een vóórkomen
nítidoGlanzend
Glanzende
Helder
Heldere
Netjes
Scherp
Scherpe
Schitterend
Schitterende
. ConDoor
Met
Per
Samen met
una cucharaEen eetlepel
Een lepel
Een soeplepel
bañeBaadt
Baadt u!
Doet u in bad!
Dompelt u!
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze baadt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze doet in bad
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dompelt
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze overgiet
Hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wast
Ik baad
Ik doe in bad
Ik dompel
Ik overgiet
Ik was
Overgiet u!
Wast u!
las cerezasDe kersen
De zoete kersen
conDoor
Met
Per
Samen met
esta mezclaDit mengsel antes deAlvorens te
Voor
servirAankaarten
Baten
Bedienen
Deugen
Dienen
Een dienst bewijzen
Geschikt zijn
Helpen
Opdienen
Serveren
Van dienst zijn
la tartaDe cake
De gevulde taart
De koek
De taart
.



De los siguientes palabras hay una foto:
Agua   Arrurruz   Estrella   Estrella   Haya