Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

-a

b

c

d

e

f

g

h

i

j

k

l

m

n

ñ

o

p

q

r

s

t

u

v

x

y

z

3e

a

e

g

i

l

o

r

tuwy

4e

a

e

iou

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

AFRE

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	afrechosustantivo La cáscara o cubierta exterior del grano del trigo, se le quita en la molienda. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrecho' , el  we  w		schilletje (van graan)zelfstandig naamwoordsvorm zn , het
	afrentasustantivo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrenta' , la  we  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Injuria Insulto Ofensa	1Agravio Injuria Insulto Ofensa.	smaadzelfstandig naamwoord zn Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	_sustantivo Plural es: afrentas   we  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Herida Injuria Ofensa Ultraje	2Herida Injuria Ofensa Ultraje.	affrontzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: af·front Meervoud is: affronten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , het  wn  w
			beledigingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: be·le·di·ging Meervoud is: beledigingen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  we  w
			krenkingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: kren·king Meervoud is: krenkingen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
		3.	aanfluitingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: aan·flui·ting Meervoud is: aanfluitingen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn
	afrentatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrente Agravia Agravie Insulta Insulte	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	¡afrenta!imperativo singular del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Afrentad! ¡Agravia! ¡Agraviad! ¡Insulta! ¡Insultad!	1Agraviar Insultar Insulto.	beledig!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'beledigen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimp!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'beschimpen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentara Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentara Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó		ik beledigdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentara Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentara Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó		ik beschimpteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentarais Afrentaseis Afrentasteis Agraviabais Agraviarais Agraviaseis Agraviasteis Insultabais Insultarais Insultaseis Insultasteis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·dig·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimptentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schimp·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentamos Afrentáramos Afrentásemos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we beledigdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we beschimpteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaran Afrentaron Afrentasen Agraviaban Agraviaran Agraviaron Agraviasen Insultaban Insultaran Insultaron Insultasen	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaras Afrentases Afrentaste Agraviabas Agraviaras Agraviases Agraviaste Insultabas Insultaras Insultases Insultaste	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	¡afrentad!imperativo plural del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Afrenta! ¡Agravia! ¡Agraviad! ¡Insulta! ¡Insultad!	1Agraviar Insultar Insulto.	beledig!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beledigen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimp!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beschimpen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentadas Afrentado Afrentados Agraviada Agraviadas Agraviado Agraviados Insultada Insultadas Insultado Insultados	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: be·le·digd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimptregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: be·schimpt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentada Afrentado Afrentados Agraviada Agraviadas Agraviado Agraviados Insultada Insultadas Insultado Insultados	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: be·le·digd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimptregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: be·schimpt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentadoparticipio pasado del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentada Afrentadas Afrentados Agraviada Agraviadas Agraviado Agraviados Insultada Insultadas Insultado Insultados	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: be·le·digd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimptregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: be·schimpt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentada Afrentadas Afrentado Agraviada Agraviadas Agraviado Agraviados Insultada Insultadas Insultado Insultados	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: be·le·digd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimptregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: be·schimpt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentéis Agraviáis Agraviéis Insultáis Insultéis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimpentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentábamos Afrentáramos Afrentásemos Afrentemos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Agraviemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos Insultemos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we beledigdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentábamos Afrentáramos Afrentásemos Afrentemos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Agraviemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos Insultemos		wij/we beledigeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we beschimpeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentábamos Afrentáramos Afrentásemos Afrentemos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Agraviemos Denostábamos Denostamos Denostáramos Denostásemos Denostemos Injuriábamos Injuriamos Injuriáramos Injuriásemos Injuriemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos Insultemos Ofendamos Ofendemos Ofendíamos Ofendiéramos Ofendiésemos Ofendimos Ultrajábamos Ultrajamos Ultrajáramos Ultrajásemos Ultrajemos		wij/we beschimpteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrenten Agravian Agravien Insultan Insulten	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentandogerundio del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviando Insultando	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: be·le·di·gend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimpendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: be·schim·pend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviar Insultar  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Afrento Afrenté Afrentas Afrentaste Afrenta Afrentó Afrentamos Afrentamos Afrentáis Afrentasteis Afrentan Afrentaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Afrentar é ía Afrentaba Afrentar ás ías Afrentabas Afrentar á ía Afrentaba Afrentar emos íamos Afrentábamos Afrentar éis íais Afrentabais Afrentar án ían Afrentaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Afrente Afrentara Afrentes Afrentaras Afrente Afrentara Afrentemos Afrentáramos Afrentéis Afrentarais Afrenten Afrentaran Futuro Préterito imperfecto se Afrentare Afrentase Afrentares Afrentases Afrentare Afrentase Afrentáremos Afrentásemos Afrentareis Afrentaseis Afrentaren Afrentasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Afrenta (tú) No afrentes Afrente (usted) No afrente Afrentemos (nosotros) No afrentemos Afrentad (vosotros) No afrentéis Afrenten (ustedes) No afrenten Formas impersonales participio pasado     Gerundio Afrentado Afrentando	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: be·le·di·gen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: beledigen - beledigde - beledigd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimpenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: be·schim·pen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: beschimpen - beschimpte - beschimpt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	afrentaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó		ik beledigdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentase Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó		ik beschimpteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentare Agraviará Agraviare Insultará Insultare	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beledigenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beschimpenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabais Afrentaseis Afrentasteis Agraviabais Agraviarais Agraviaseis Agraviasteis Insultabais Insultarais Insultaseis Insultasteis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·dig·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimptentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schimp·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentábamos Afrentamos Afrentásemos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we beledigdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we beschimpteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaban Afrentaron Afrentasen Agraviaban Agraviaran Agraviaron Agraviasen Insultaban Insultaran Insultaron Insultasen	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaren Agraviarán Agraviaren Insultarán Insultaren	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze zullen beledigenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze zullen beschimpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabas Afrentases Afrentaste Agraviabas Agraviaras Agraviases Agraviaste Insultabas Insultaras Insultases Insultaste	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentares Agraviarás Agraviares Insultarás Insultares	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je zal beledigentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je zal beschimpentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentará Afrentaré Agraviará Agraviare Agraviaré Insultará Insultare Insultaré	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beledigenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentará Afrentaré Agraviará Agraviare Agraviaré Insultará Insultare Insultaré		ik zal beledigeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik zal be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentará Afrentaré Agraviará Agraviare Agraviaré Denostará Denostare Denostaré Injuriará Injuriare Injuriaré Insultará Insultare Insultaré Ofenderá Ofenderé Ofendiere Ultrajará Ultrajare Ultrajaré	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beschimpenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentará Afrentaré Agraviará Agraviare Agraviaré Denostará Denostare Denostaré Injuriará Injuriare Injuriaré Insultará Insultare Insultaré Ofenderá Ofenderé Ofendiere Ultrajará Ultrajare Ultrajaré		ik zal beschimpeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik zal be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentare Agraviare Agraviaré Insultare Insultaré	1Agraviar Insultar Insulto.	ik zal beledigeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik zal be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	ik zal beschimpeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik zal be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaréis Agraviareis Agraviaréis Insultareis Insultaréis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie zullen beledigentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie zullen beschimpentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentareis Agraviareis Agraviaréis Insultareis Insultaréis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie zullen beledigentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie zullen beschimpentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentáremos Agraviaremos Agraviáremos Insultaremos Insultáremos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we zullen beledigeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we zullen beschimpeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaremos Agraviaremos Agraviáremos Insultaremos Insultáremos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we zullen beledigeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we zullen beschimpeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentarán Agraviarán Agraviaren Insultarán Insultaren	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze zullen beledigenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze zullen beschimpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentarás Agraviarás Agraviares Insultarás Insultares	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je zal beledigentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je zal beschimpentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaríatercera persona singular condicional del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaría Insultaría	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beledigenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaría Insultaría		ik zou beledigeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik zou be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular condicional del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaría Denostaría Injuriaría Insultaría Ofendería Ultrajaría	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beschimpenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaría Denostaría Injuriaría Insultaría Ofendería Ultrajaría		ik zou beschimpeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik zou be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaríais Insultaríais	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie zouden beledigentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie zou·den be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie zouden beschimpentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie zou·den be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviaríamos Insultaríamos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we zouden beledigeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we zouden beschimpeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaríantercera persona plural condicional del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviarían Insultarían	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze zouden beledigenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze zouden beschimpenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentaríassegunda persona singular condicional del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Agraviarías Insultarías	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je zou beledigentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je zou beschimpentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaban Afrentaran Afrentasen Agraviaban Agraviaran Agraviaron Agraviasen Insultaban Insultaran Insultaron Insultasen	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentassustantivo plural de la palabra: afrenta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrenta' , las  we  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Heridas Injurias Ofensas Ultrajes	1.	affrontenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: affront Lettergrepen: af·fron·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Affront'). , de  wn  w
			beledigingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: belediging Lettergrepen: be·le·di·gin·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Belediging'). , de  wn  w
			krenkingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: krenking Lettergrepen: kren·kin·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Krenking'). , de  wn  w
		2.	aanfluitingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: aanfluiting Lettergrepen: aan·flui·tin·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aanfluiting'). , de  wn
	afrentassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentes Agravias Agravies Insultas Insultes	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimpttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó		ik beledigdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrenté Afrentó Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Agravió Denostaba Denostara Denostase Denosté Denostó Injuriaba Injuriara Injuriase Injurié Injurió Insultaba Insultara Insultase Insulté Insultó Ofendí Ofendía Ofendiera Ofendiese Ofendió Ultrajaba Ultrajara Ultrajase Ultrajé Ultrajó		ik beschimpteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabais Afrentarais Afrentasteis Agraviabais Agraviarais Agraviaseis Agraviasteis Insultabais Insultarais Insultaseis Insultasteis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·dig·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimptentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schimp·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentábamos Afrentamos Afrentáramos Agraviábamos Agraviamos Agraviáramos Agraviásemos Insultábamos Insultamos Insultáramos Insultásemos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we beledigdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we beschimpteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaban Afrentaran Afrentaron Agraviaban Agraviaran Agraviaron Agraviasen Insultaban Insultaran Insultaron Insultasen	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabas Afrentaras Afrentaste Agraviabas Agraviaras Agraviases Agraviaste Insultabas Insultaras Insultases Insultaste	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabas Afrentaras Afrentases Agraviabas Agraviaras Agraviases Agraviaste Insultabas Insultaras Insultases Insultaste	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentabais Afrentarais Afrentaseis Agraviabais Agraviarais Agraviaseis Agraviasteis Insultabais Insultarais Insultaseis Insultasteis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·dig·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimptentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schimp·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrenta Afrento Agravia Agravie Agravio Insulta Insulte Insulto	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
	_primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrenta Afrento Agravia Agravie Agravio Insulta Insulte Insulto		ik beledigeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
	_tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrenta Afrento Agravia Agravie Agravio Denuesta Denueste Denuesto Injuria Injurie Injurio Insulta Insulte Insulto Ofenda Ofende Ofendo Ultraja Ultraje Ultrajo	2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	_primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrenta Afrento Agravia Agravie Agravio Denuesta Denueste Denuesto Injuria Injurie Injurio Insulta Insulte Insulto Ofenda Ofende Ofendo Ultraja Ultraje Ultrajo		ik beschimpeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrentase Agraviaba Agraviara Agraviase Agravié Insultaba Insultara Insultase Insulté	1Agraviar Insultar Insulto.	ik beledigdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	ik beschimpteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	¡afrente!imperativo singular del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Afrenten! ¡Agravie! ¡Agravien! ¡Insulte! ¡Insulten!	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigt u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'beledigen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimpt u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'beschimpen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentáis Agraviáis Agraviéis Insultáis Insultéis	1Agraviar Insultar Insulto.	jullie beledigentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: jul·lie be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jullie beschimpentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: jul·lie be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentamos Agraviamos Agraviemos Insultamos Insultemos	1Agraviar Insultar Insulto.	wij/we beledigeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	wij/we beschimpeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	¡afrentemos!imperativo plural del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Agraviemos! ¡Insultemos!	1Agraviar Insultar Insulto.	laten we beledigengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: la·ten we be·le·di·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	laten we beschimpengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: la·ten we be·schim·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrententercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentan Agravian Agravien Insultan Insulten	1Agraviar Insultar Insulto.	zij/ze beledigenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	zij/ze beschimpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	¡afrenten!imperativo plural del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Afrente! ¡Agravie! ¡Agravien! ¡Insulte! ¡Insulten!	1Agraviar Insultar Insulto.	beledigt u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beledigen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	beschimpt u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beschimpen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentas Agravias Agravies Insultas Insultes	1Agraviar Insultar Insulto.	jij/je beledigttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	jij/je beschimpttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'
	afrentoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrente Agravie Agravio Insulte Insulto	1Agraviar Insultar Insulto.	ik beledigeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen' Lettergrepen: ik be·le·dig Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beledigen').   wn
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	ik beschimpeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen' Lettergrepen: ik be·schimp Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beschimpen').   wn
	afrentótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'afrentar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrentar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Afrentaba Afrentara Afrentase Agraviaba Agraviara Agraviase Agravió Insultaba Insultara Insultase Insultó	1Agraviar Insultar Insulto.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beledigdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beledigen'
		2Agraviar Denostar Injuriar Insultar Insulto Ofender Ultrajar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beschimptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beschimpen'

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

-a

b

c

d

e

f

g

h

i

j

k

l

m

n

ñ

o

p

q

r

s

t

u

v

x

y

z

3e

a

e

g

i

l

o

r

tuwy

4e

a

e

iou

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

AFRE

Volgende/ Siguiente -->

arriba