Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Las capacidades intelectuales de George W. Bush han sido cuestionadas muchas veces por los medios de comunicación y por otros líderes políticos

1e 0‑9 A BC D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 ae f h i l mn o r st u yz

3e ab cd efg ij l m n ñ p r s tuvy

4e ae ioru

5e _ d i m n r s

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
CEDEVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
cedetercera persona singular presente de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ceda
Cía
Cíe
Resigna
Resigne
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze cedeertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geeft toederde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staat afderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijktderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
¡cede!imperativo singular del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Ceded!
¡Cía!
¡Ciad!
¡Resigna!
¡Resignad!
cedeer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'cederen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
geef toe!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'toegeven'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
sta af!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'afstaan'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
wijk!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'wijken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cede"cede el paso":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Ceda el paso
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze haalt uitderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijkt uitderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
¡cede"¡cede el paso!":
imperativo singular del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Ceded el paso!
haal uit!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'uithalen'
  wn
wijk uit!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'uitwijken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
¡ceded!imperativo plural del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cede!
¡Cía!
¡Ciad!
¡Resigna!
¡Resignad!
cedeer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'cederen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
geef toe!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'toegeven'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
sta af!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'afstaan'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
wijk!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'wijken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
¡ceded"¡ceded el paso!":
imperativo plural del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Cede el paso!
haal uit!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'uithalen'
  wn
wijk uit!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'uitwijken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cedéissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedáis
Ciais
Cieis
Resignáis
Resignéis
jullie cederentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
Lettergrepen: jul·lie ce·de·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
jullie geven toetweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
Lettergrepen: jul·lie ge·ven toe

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
jullie staan aftweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
Lettergrepen: jul·lie staan af

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
jullie wijkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
Lettergrepen: jul·lie wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cedéis"cedéis el paso":
segunda persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedáis el paso
jullie halen uittweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
Lettergrepen: jul·lie ha·len uit
  wn
jullie wijken uittweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
Lettergrepen: jul·lie wij·ken uit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cedemosprimera persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedamos
Ciamos
Ciemos
Resignamos
Resignemos
wij/we cedereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
wij/we geven toeeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
wij/we staan afeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
wij/we wijkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cedemos"cedemos el paso":
primera persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedamos el paso
wij/we halen uiteerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
wij/we wijken uiteerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cedentercera persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedan
Cían
Cíen
Resignan
Resignen
zij/ze cederenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
zij/ze geven toederde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
zij/ze staan afderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
zij/ze wijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
ceden"ceden el paso":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedan el paso
zij/ze halen uitderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
zij/ze wijken uitderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciar
Resignar
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
CedoCedí
CedesCediste
CedeCedió
CedemosCedimos
CedéisCedisteis
CedenCedieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
CederéíaCedía
CederásíasCedías
CederáíaCedía
CederemosíamosCedíamos
CederéisíaisCedíais
CederáníanCedían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
CedaCediera
CedasCedieras
CedaCediera
CedamosCediéramos
CedáisCedierais
CedanCedieran
FuturoPréterito imperfecto se
CediereCediese
CedieresCedieses
CediereCediese
CediéremosCediésemos
CediereisCedieseis
CedierenCediesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Cede(tú)No cedas
Ceda(usted)No ceda
Cedamos(nosotros)No cedamos
Ceded(vosotros)No cedáis
Cedan(ustedes)No cedan
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
CedidoCediendo
afstaanwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: af·staan
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
afstaan - stond af - afgestaan


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
cederenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: ce·de·ren
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
cederen - cedeerde - gecedeerd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
toegevenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: toe·ge·ven
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
toegeven - gaf toe - toegegeven


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
wijkenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: wij·ken
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
wijken - week - geweken


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
ceder"ceder el paso":
locución verbal

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
uithalenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: uit·ha·len
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
uithalen - haalde uit - uitgehaald


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
uitwijkenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: uit·wij·ken
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
uitwijken - week uit - uitgeweken


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
cederátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediere
Ciará
Ciare
Resignará
Resignare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afstaanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal cederenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toegevenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederá"cederá el paso":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediere el paso
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uithalenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uitwijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedieren
Ciarán
Ciaren
Resignarán
Resignaren
zij/ze zullen afstaanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
zij/ze zullen cederenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
zij/ze zullen toegevenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
zij/ze zullen wijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederán"cederán el paso":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedieren el paso
zij/ze zullen uithalenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
zij/ze zullen uitwijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedieres
Ciarás
Ciares
Resignarás
Resignares
jij/je zal afstaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
jij/je zal cederentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
jij/je zal toegeventweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
jij/je zal wijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederás"cederás el paso":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedieres el paso
jij/je zal uithalentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
jij/je zal uitwijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederéprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediere
Ciare
Ciaré
Resignare
Resignaré
ik zal afstaaneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
Lettergrepen: ik zal af·staan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
ik zal cedereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
Lettergrepen: ik zal ce·de·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
ik zal toegeveneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
Lettergrepen: ik zal toe·ge·ven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
ik zal wijkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
Lettergrepen: ik zal wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cederé"cederé el paso":
primera persona singular futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediere el paso
ik zal uithaleneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
Lettergrepen: ik zal uit·ha·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uithalen').
  wn
ik zal uitwijkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
Lettergrepen: ik zal uit·wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cederéissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediereis
Ciareis
Ciaréis
Resignareis
Resignaréis
jullie zullen afstaantweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
Lettergrepen: jul·lie zul·len af·staan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
jullie zullen cederentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len ce·de·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
jullie zullen toegeventweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
Lettergrepen: jul·lie zul·len toe·ge·ven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
jullie zullen wijkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cederéis"cederéis el paso":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediereis el paso
jullie zullen uithalentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len uit·ha·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uithalen').
  wn
jullie zullen uitwijkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len uit·wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cederemosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediéremos
Ciaremos
Ciáremos
Resignaremos
Resignáremos
wij/we zullen afstaaneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
wij/we zullen cedereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
wij/we zullen toegeveneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
wij/we zullen wijkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederemos"cederemos el paso":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cediéremos el paso
wij/we zullen uithaleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
wij/we zullen uitwijkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederíatercera persona singular condicional del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou afstaanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
  _primera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
ik zou afstaaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
Lettergrepen: ik zou af·staan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou cederenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
  _primera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
ik zou cedereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
Lettergrepen: ik zou ce·de·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou toegevenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
  _primera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
ik zou toegeveneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
Lettergrepen: ik zou toe·ge·ven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
  _primera persona singular condicional del verbo 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaría
Resignaría
ik zou wijkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
Lettergrepen: ik zou wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cedería"cedería el paso":
tercera persona singular condicional del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uithalenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
  _"cedería el paso":
primera persona singular condicional del verbo 'ceder el paso'
ik zou uithaleneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
Lettergrepen: ik zou uit·ha·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uithalen').
  wn
  _"cedería el paso":
tercera persona singular condicional del verbo 'ceder el paso'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou uitwijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
  _"cedería el paso":
primera persona singular condicional del verbo 'ceder el paso'
ik zou uitwijkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
Lettergrepen: ik zou uit·wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cederíaissegunda persona plural condicional del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaríais
Resignaríais
jullie zouden afstaantweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
Lettergrepen: jul·lie zou·den af·staan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Afstaan').
  wn
jullie zouden cederentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den ce·de·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Cederen').
  wn
jullie zouden toegeventweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
Lettergrepen: jul·lie zou·den toe·ge·ven

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toegeven').
  wn
jullie zouden wijkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Wijken').
  wn
cederíais"cederíais el paso":
segunda persona plural condicional del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
jullie zouden uithalentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den uit·ha·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uithalen').
  wn
jullie zouden uitwijkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den uit·wij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitwijken').
  wn
cederíamosprimera persona plural condicional del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciaríamos
Resignaríamos
wij/we zouden afstaaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
wij/we zouden cedereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
wij/we zouden toegeveneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
wij/we zouden wijkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederíamos"cederíamos el paso":
primera persona plural condicional del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
wij/we zouden uithaleneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
wij/we zouden uitwijkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederíantercera persona plural condicional del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciarían
Resignarían
zij/ze zouden afstaanderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
zij/ze zouden cederenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
zij/ze zouden toegevenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
zij/ze zouden wijkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederían"cederían el paso":
tercera persona plural condicional del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
zij/ze zouden uithalenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
zij/ze zouden uitwijkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cederíassegunda persona singular condicional del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Ciarías
Resignarías
jij/je zou afstaantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
jij/je zou cederentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
jij/je zou toegeventweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
jij/je zou wijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cederías"cederías el paso":
segunda persona singular condicional del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
jij/je zou uithalentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
jij/je zou uitwijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'
cedessegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'ceder'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedas
Cías
Cíes
Resignas
Resignes
jij/je cedeerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'cederen'
jij/je geeft toetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toegeven'
jij/je staat aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afstaan'
jij/je wijkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wijken'
cedes"cedes el paso":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'ceder el paso'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ceder'
  el
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'
  paso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'paso'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Cedas el paso
jij/je haalt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uithalen'
jij/je wijkt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitwijken'

1e 0‑9 A BC D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 ae f h i l mn o r st u yz

3e ab cd efg ij l m n ñ p r s tuvy

4e ae ioru

5e _ d i m n r s

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
CEDEVolgende/ Siguiente -->

arriba