Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

-ab

c

d

ef

g

hi

j

k

l

m

n

o

p

q

r

s

t

u

v

w

x

y

z

3e

-a

b

c

de

f

g

hkl

m

no

p

q

s

t

v

4e

a

ehi

l

o

r

u

5e

b

f

l

m

n

pñ

r

s

tu

6e

a

d

e

f

iop

7e

_

b

d

i

m

n

r

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

ESCALA

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	escalasustantivo Plural es: escalas Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala' , la  we  w  spalabras relacionadas: --------------------- Escala musical Gama	1Escala musical Gama.	gammazelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: gam·ma Meervoud is: gamma's Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de/hetBij dit zelfstandig naamwoord kan men als lidwoord naar believen 'de' of 'het' gebruiken.  wn  we  w
			scalazelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: sca·la Meervoud is: scala's Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de/hetBij dit zelfstandig naamwoord kan men als lidwoord naar believen 'de' of 'het' gebruiken.  wn  w
			toonladderzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: toon·lad·der Meervoud is: toonladders Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			toonschaalzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: toon·schaal Meervoud is: toonschalen , de  wn  w
		2.	schaalzelfstandig naamwoord zn Één lettergreep Verkleinwoord is: schaaltje [schaal·tje]], het Meervoud is: schalen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			schaalverdelingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: schaal·ver·de·ling Meervoud is: schaalverdelingen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  w
			verhoudingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: ver·hou·ding Meervoud is: verhoudingen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	escalatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escale	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormt met laddersderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escaleertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklimtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	¡escala!imperativo singular del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Escalad!	1.	bestorm met ladders!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			escaleer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'escaleren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	beklim!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'beklimmen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escala"escala cromática": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   cromática Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cromática' , la  w		chromatiekzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: chro·ma·tiek Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			chromatische toonladderzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: chro·ma·ti·sche toon·lad·der , de  wn  w
	escala"escala de Beaufort": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   Beaufort Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Beaufort' , la  w		beaufortschaalzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: beau·fort·schaal Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  w
			schaal van Beaufortzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: schaal van Beau·fort , de  w
	escala"escala de cuartos de tono": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   cuartos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cuarto'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   tono Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tono' , la  w		kwarttoonsysteemzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: kwart·toon·sys·teem , het  wn  w
			kwarttoonverdelingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: kwart·toon·ver·de·ling , de  wn  w
	escala"escala diatónica": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   diatónica Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'diatónica' , la  wn  w		diatoniekzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: di·a·to·niek Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	escala"escala Fujita-Pearson": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   Fujita-Pearson , la  w		schaal van Fujita-Pearsonzelfstandig naamwoordsvorm zn
	escala"escala Glasgow": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   Glasgow Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Glasgow' , la  w		Glasgow-comaschaalzelfstandig naamwoord zn   w
	escala"escala musical": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   musical Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'musical' , la  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Escala Gama		toonladderzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: toon·lad·der Meervoud is: toonladders Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	escala"escala pentatónica": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   pentatónica Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'pentatónico' , la  w		pentatonische toonladderzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: pen·ta·to·ni·sche toon·lad·der , de  w
	escala"escala sismológica de Richter": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   sismológica Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sismológica'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   Richter Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Richter' , la  w		schaal van Richterzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: schaal van Rich·ter   w
	escalabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalara Escalase Escalé Escaló	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormde met laddersderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalara Escalase Escalé Escaló		ik bestormde met ladderseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik be·storm·de met lad·ders
	_tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalara Escalase Escalé Escaló		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escaleerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalara Escalase Escalé Escaló		ik escaleerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik es·ca·leer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
	_tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalara Escalase Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a	2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklomderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalara Escalase Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a		ik beklomeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik be·klom Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalarais Escalaseis Escalasteis	1.	jullie bestormden met ladderstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie be·storm·den met lad·ders
			jullie escaleerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie es·ca·leer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	jullie beklommentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalamos Escaláramos Escalásemos	1.	wij/we bestormden met ladderseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			wij/we escaleerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	wij/we beklommeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaran Escalaron Escalasen	1.	zij/ze bestormden met laddersderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			zij/ze escaleerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	zij/ze beklommenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaras Escalases Escalaste	1.	jij/je bestormde met ladderstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			jij/je escaleerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	jij/je beklomtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	¡escalad!imperativo plural del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   spalabras relacionadas: --------------------- ¡Escala!	1.	bestorm met ladders!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			escaleer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'escaleren' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	beklim!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'beklimmen' Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaladasustantivo Plural es: escaladas (sustantivo). Acción y efecto de trepar por una pendiente o a una gran altura. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalada' , la  we  wn  w	1.	beklimmingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: be·klim·ming Meervoud is: beklimmingen , de  wn  w
			bergbeklimmingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: berg·be·klim·ming Meervoud is: bergbeklimmingen , de  w
	_sustantivo Plural es: escaladas (sustantivo). Aumento o intensificación alarmante de un fenómeno [e. de los precios; e. de la violencia].   we  wn  w	2.	escalatiezelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: es·ca·la·tie Meervoud is: escalaties Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			reuzenstijgingzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: reu·zen·stij·ging Meervoud is: reuzenstijgingen , de  w
	_sustantivo (sustantivo). Acción de subir a una fortaleza valiéndose de escalas.   we  wn  w	3.	bestorming met ladderszelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: be·stor·ming met lad·ders , de  w
	escaladaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Escaladas Escalado Escalados	1.	geëscaleerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ge·es·ca·leerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			met ladders bestormdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: met lad·ders be·stormd
		2Ascender Subir a.	beklommenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaladassustantivo plural de la palabra: escalada (sustantivo). Acción y efecto de trepar por una pendiente o a una gran altura. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalada'   we  w	1.	beklimmingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: beklimming Lettergrepen: be·klim·min·gen , de  wn
			bergbeklimmingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: bergbeklimming Lettergrepen: berg·be·klim·min·gen , de
	_sustantivo plural de la palabra: escalada (sustantivo). Aumento o intensificación alarmante de un fenómeno [e. de los precios; e. de la violencia].   we  w	2.	escalatiesMeervoud van het zelfstandig naamwoord: escalatie Lettergrepen: es·ca·la·ties Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escalatie'). , de  wn
			reuzenstijgingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: reuzenstijging Lettergrepen: reu·zen·stij·gin·gen , de
	escaladasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalada Escalado Escalados	1.	geëscaleerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ge·es·ca·leerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			met ladders bestormdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: met lad·ders be·stormd
		2Ascender Subir a.	beklommenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaladoparticipio pasado del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalada Escaladas Escalados	1.	geëscaleerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ge·es·ca·leerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			met ladders bestormdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: met lad·ders be·stormd
		2Ascender Subir a.	beklommenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaladorsustantivo Plural es: escaladores Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalador' , el  we  w		klimmerzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: klim·mer Meervoud is: klimmers Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
	escaladoressustantivo plural de la palabra: escalador Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalador' , los  we  w		klimmersMeervoud van het zelfstandig naamwoord: klimmer Lettergrepen: klim·mers Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Klimmer'). , de  wn  w
	escaladosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalada Escaladas Escalado	1.	geëscaleerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ge·es·ca·leerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			met ladders bestormdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: met lad·ders be·stormd
		2Ascender Subir a.	beklommenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaláissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escaléis	1.	jullie bestormen met ladderstweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie be·stor·men met lad·ders
			jullie escalerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	jullie beklimmentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escaláramos Escalásemos Escalemos	1.	wij/we bestormden met ladderseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escaláramos Escalásemos Escalemos		wij/we bestormen met ladderseerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escaláramos Escalásemos Escalemos		wij/we escaleerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona plural presente de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escaláramos Escalásemos Escalemos		wij/we escalereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	wij/we beklimmeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendamos Ascendemos Ascendíamos Ascendiéramos Ascendiésemos Ascendimos Escalábamos Escaláramos Escalásemos Escalemos Subamos a Subíamos a Subiéramos a Subiésemos a Subimos a		wij/we beklommeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalen	1.	zij/ze bestormen met laddersderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			zij/ze escalerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	zij/ze beklimmenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalandogerundio del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	escalerendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: es·ca·le·rend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			met ladders bestormendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: met lad·ders be·stor·mend
		2Ascender Subir a.	beklimmendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: be·klim·mend Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalarsustantivo Plural es: escalares Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  w  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Escalo Escalé Escalas Escalaste Escala Escaló Escalamos Escalamos Escaláis Escalasteis Escalan Escalaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Escalar é ía Escalaba Escalar ás ías Escalabas Escalar á ía Escalaba Escalar emos íamos Escalábamos Escalar éis íais Escalabais Escalar án ían Escalaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Escale Escalara Escales Escalaras Escale Escalara Escalemos Escaláramos Escaléis Escalarais Escalen Escalaran Futuro Préterito imperfecto se Escalare Escalase Escalares Escalases Escalare Escalase Escaláremos Escalásemos Escalareis Escalaseis Escalaren Escalasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Escala (tú) No escales Escale (usted) No escale Escalemos (nosotros) No escalemos Escalad (vosotros) No escaléis Escalen (ustedes) No escalen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Escalado Escalando		scalairzelfstandig naamwoord zn Lettergrepen: sca·lair Meervoud is: scalairen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			scalarzelfstandig naamwoord zn , de  w
	escalaradjetivo singular Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  w  spalabras relacionadas: --------------------- Escalares  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Escalo Escalé Escalas Escalaste Escala Escaló Escalamos Escalamos Escaláis Escalasteis Escalan Escalaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Escalar é ía Escalaba Escalar ás ías Escalabas Escalar á ía Escalaba Escalar emos íamos Escalábamos Escalar éis íais Escalabais Escalar án ían Escalaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Escale Escalara Escales Escalaras Escale Escalara Escalemos Escaláramos Escaléis Escalarais Escalen Escalaran Futuro Préterito imperfecto se Escalare Escalase Escalares Escalases Escalare Escalase Escaláremos Escalásemos Escalareis Escalaseis Escalaren Escalasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Escala (tú) No escales Escale (usted) No escale Escalemos (nosotros) No escalemos Escalad (vosotros) No escaléis Escalen (ustedes) No escalen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Escalado Escalando		scalairbijvoeglijk naamwoord bn Lettergrepen: sca·lair Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
			scalaireVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Scalair Lettergrepen: sca·lai·re Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Scalair').   wn  w
	escalarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  w  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Escalo Escalé Escalas Escalaste Escala Escaló Escalamos Escalamos Escaláis Escalasteis Escalan Escalaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Escalar é ía Escalaba Escalar ás ías Escalabas Escalar á ía Escalaba Escalar emos íamos Escalábamos Escalar éis íais Escalabais Escalar án ían Escalaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Escale Escalara Escales Escalaras Escale Escalara Escalemos Escaláramos Escaléis Escalarais Escalen Escalaran Futuro Préterito imperfecto se Escalare Escalase Escalares Escalases Escalare Escalase Escaláremos Escalásemos Escalareis Escalaseis Escalaren Escalasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Escala (tú) No escales Escale (usted) No escale Escalemos (nosotros) No escalemos Escalad (vosotros) No escaléis Escalen (ustedes) No escalen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Escalado Escalando	1.	escalerenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: es·ca·le·ren In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: escaleren - escaleerde - geëscaleerd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			met ladders bestormenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: met lad·ders be·stor·men Verbuiging: met ladders bestormen - bestormde met ladders - met ladders bestormd
		2Ascender Subir a.	beklimmenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: be·klim·men In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: beklimmen - beklom - beklommen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	Escalar"Escalar de curvatura de Ricci": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   curvatura Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'curvatura'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   Ricci Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Ricci'   w		scalaire krommingzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: sca·lai·re krom·ming , de  w
	escalaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalase Escalé Escaló	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormde met laddersderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalase Escalé Escaló		ik bestormde met ladderseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik be·storm·de met lad·ders
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalase Escalé Escaló		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escaleerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalase Escalé Escaló		ik escaleerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik es·ca·leer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalaba Escalase Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a	2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklomderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalaba Escalase Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a		ik beklomeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik be·klom Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalare	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal escalerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal met ladders bestormenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beklimmenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabais Escalaseis Escalasteis	1.	jullie bestormden met ladderstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie be·storm·den met lad·ders
			jullie escaleerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie es·ca·leer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	jullie beklommentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escaláramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escalamos Escalásemos	1.	wij/we bestormden met ladderseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			wij/we escaleerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	wij/we beklommeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaban Escalaron Escalasen	1.	zij/ze bestormden met laddersderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			zij/ze escaleerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	zij/ze beklommenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaren	1.	zij/ze zullen escalerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			zij/ze zullen met ladders bestormenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	zij/ze zullen beklimmenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabas Escalases Escalaste	1.	jij/je bestormde met ladderstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			jij/je escaleerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	jij/je beklomtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalares	1.	jij/je zal escalerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			jij/je zal met ladders bestormentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	jij/je zal beklimmentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalará Escalaré	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal escalerenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalará Escalaré		ik zal escalereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik zal es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalará Escalaré		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal met ladders bestormenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalará Escalaré		ik zal met ladders bestormeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik zal met lad·ders be·stor·men
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascenderá Ascenderé Ascendiere Escalará Escalaré Subiere a Subirá a Subiré a	2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beklimmenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascenderá Ascenderé Ascendiere Escalará Escalaré Subiere a Subirá a Subiré a		ik zal beklimmeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik zal be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalare	1.	ik zal escalereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik zal es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			ik zal met ladders bestormeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik zal met lad·ders be·stor·men
		2Ascender Subir a.	ik zal beklimmeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik zal be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaréis	1.	jullie zullen escalerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie zul·len es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			jullie zullen met ladders bestormentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie zul·len met lad·ders be·stor·men
		2Ascender Subir a.	jullie zullen beklimmentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalareis	1.	jullie zullen escalerentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie zul·len es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			jullie zullen met ladders bestormentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie zul·len met lad·ders be·stor·men
		2Ascender Subir a.	jullie zullen beklimmentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie zul·len be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escaláremos	1.	wij/we zullen escalereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			wij/we zullen met ladders bestormeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	wij/we zullen beklimmeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escaláremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaremos	1.	wij/we zullen escalereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			wij/we zullen met ladders bestormeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	wij/we zullen beklimmeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalarán	1.	zij/ze zullen escalerenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			zij/ze zullen met ladders bestormenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	zij/ze zullen beklimmenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaressustantivo plural de la palabra: escalar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  w		scalairenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: scalair Lettergrepen: sca·lai·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Scalair'). , de  wn  w
	escalaresadjetivo plural de la palabra: escalar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  w  spalabras relacionadas: --------------------- Escalar		scalairbijvoeglijk naamwoord bn Lettergrepen: sca·lair Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
			scalaireVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Scalair Lettergrepen: sca·lai·re Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Scalair').   wn  w
	escalaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalarás	1.	jij/je zal escalerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			jij/je zal met ladders bestormentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	jij/je zal beklimmentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaríatercera persona singular condicional del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou escalerenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona singular condicional del verbo 'escalar'   we		ik zou escalereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik zou es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
	_tercera persona singular condicional del verbo 'escalar'   we		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou met ladders bestormenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'escalar'   we		ik zou met ladders bestormeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik zou met lad·ders be·stor·men
	_tercera persona singular condicional del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendería Subiría a	2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beklimmenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendería Subiría a		ik zou beklimmeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik zou be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	jullie zouden escalerentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie zou·den es·ca·le·ren Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
			jullie zouden met ladders bestormentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie zou·den met lad·ders be·stor·men
		2Ascender Subir a.	jullie zouden beklimmentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie zou·den be·klim·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	wij/we zouden escalereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			wij/we zouden met ladders bestormeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	wij/we zouden beklimmeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaríantercera persona plural condicional del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	zij/ze zouden escalerenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			zij/ze zouden met ladders bestormenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	zij/ze zouden beklimmenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalaríassegunda persona singular condicional del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we	1.	jij/je zou escalerentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
			jij/je zou met ladders bestormentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
		2Ascender Subir a.	jij/je zou beklimmentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaban Escalaran Escalasen	1.	zij/ze bestormden met laddersderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			zij/ze escaleerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	zij/ze beklommenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalassustantivo plural de la palabra: escala Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala' , las  we  w  spalabras relacionadas: --------------------- Gamas	1.	gamma'sMeervoud van het zelfstandig naamwoord: gamma Lettergrepen: gam·ma's Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gamma'). , de  wn  w
			scala'sMeervoud van het zelfstandig naamwoord: scala Lettergrepen: sca·la's Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Scala'). , de  wn  w
			toonladdersMeervoud van het zelfstandig naamwoord: toonladder Lettergrepen: toon·lad·ders Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toonladder'). , de  wn  w
			toonschalenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: toonschaal Lettergrepen: toon·scha·len , de  wn  w
		2.	schaalverdelingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: schaalverdeling Lettergrepen: schaal·ver·de·lin·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schaalverdeling'). , de  w
			schalenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: schaal Lettergrepen: scha·len Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			verhoudingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: verhouding Lettergrepen: ver·hou·din·gen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verhouding'). , de  wn  w
	escalassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escales	1.	jij/je bestormt met ladderstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			jij/je escaleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	jij/je beklimttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalas"escalas Likert": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   Likert , las  w		Likertschaalzelfstandig naamwoord zn , de  w
	escalas"escalas numéricas larga y corta": locución sustantiva Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escala'   numéricas Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'numérico'   larga Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'larga'   y Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'y'   corta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'corta' , las  w		korte en lange schaalverdelingzelfstandig naamwoordsvorm zn Lettergrepen: kor·te en lan·ge schaal·ver·de·ling , de  w
	escalasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalara Escalé Escaló	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bestormde met laddersderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalara Escalé Escaló		ik bestormde met ladderseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: ik be·storm·de met lad·ders
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalara Escalé Escaló		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze escaleerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaba Escalara Escalé Escaló		ik escaleerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: ik es·ca·leer·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalaba Escalara Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a	2Ascender Subir a.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beklomderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Ascendí Ascendía Ascendiera Ascendiese Ascendió Escalaba Escalara Escalé Escaló Subí a Subía a Subiera a Subiese a Subió a		ik beklomeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: ik be·klom Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabais Escalarais Escalasteis	1.	jullie bestormden met ladderstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie be·storm·den met lad·ders
			jullie escaleerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie es·ca·leer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	jullie beklommentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn
	escalásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalábamos Escalamos Escaláramos	1.	wij/we bestormden met ladderseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			wij/we escaleerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	wij/we beklommeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalaban Escalaran Escalaron	1.	zij/ze bestormden met laddersderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			zij/ze escaleerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	zij/ze beklommenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabas Escalaras Escalaste	1.	jij/je bestormde met ladderstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			jij/je escaleerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	jij/je beklomtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabas Escalaras Escalases	1.	jij/je bestormde met ladderstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen'
			jij/je escaleerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren'
		2Ascender Subir a.	jij/je beklomtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen'
	escalasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'escalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'escalar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Escalabais Escalarais Escalaseis	1.	jullie bestormden met ladderstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met ladders bestormen' Lettergrepen: jul·lie be·storm·den met lad·ders
			jullie escaleerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'escaleren' Lettergrepen: jul·lie es·ca·leer·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Escaleren').   wn
		2Ascender Subir a.	jullie beklommentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beklimmen' Lettergrepen: jul·lie be·klom·men Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beklimmen').   wn

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

-ab

c

d

ef

g

hi

j

k

l

m

n

o

p

q

r

s

t

u

v

w

x

y

z

3e

-a

b

c

de

f

g

hkl

m

no

p

q

s

t

v

4e

a

ehi

l

o

r

u

5e

b

f

l

m

n

pñ

r

s

tu

6e

a

d

e

f

iop

7e

_

b

d

i

m

n

r

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

ESCALA

Volgende/ Siguiente -->

arriba