Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd: 16 Jan 2020 ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, ideal para senderistas

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q r s t u v w x y z

3e -a b c de f g hkl m no p q s t v

4e a e i o r u

5e _ b c d f gi l m n oñ r s t uy

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met ESTAS Volgende/ Siguiente -->

Spaans/español Nederlands/holandés

estaspronombre demostrativo
(Usado ante sustantivos femeninos en plural.)
pronombre demostrativo. Designa lo que está cerca de la persona que habla, o representa y señala lo que se acaba de mencionar.
  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Esta
Este
Esto
Estos
Tal
Ésta
Éstas
Éste
Ésto
Éstos dezeaanwijzend voornaamwoord (demonstratief pronomen) vn
Lettergrepen: de·ze
Deze: aanwijzend voornaamwoord te gebruiken voor mannelijke en vrouwelijke zelfstandig naamwoorden of indien het zelfstandig naamwoord in het meervoud is.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
estássegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Eres
Estés
Seas 1Ser. jij/je benttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijn'

2Asistencia
Ubicación
Ubicar
Ubicarse. jij/je ligttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'liggen'

3. jij/je bevindt jetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich bevinden'

4Asistencia. jij/je zittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zitten'

éstaspronombre demostrativo
(Usado ante sustantivos femeninos en plural escrito con acento cuando existe riesgo de anfibología.)
pronombre demostrativo. Designa lo que está cerca de la persona que habla, o representa y señala lo que se acaba de mencionar.
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Esta
Estas
Este
Esto
Estos
Tal
Ésta
Éste
Ésto
Éstos dezeaanwijzend voornaamwoord (demonstratief pronomen) vn
Lettergrepen: de·ze
Deze: aanwijzend voornaamwoord te gebruiken voor mannelijke en vrouwelijke zelfstandig naamwoorden of indien het zelfstandig naamwoord in het meervoud is.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
estás"estás a favor de":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar a favor de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
favor
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'favor'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés a favor de jij/je bent voortweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijn voor'

estás"estás acostumbrado a":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar acostumbrado a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
acostumbrado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'acostumbrado'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés acostumbrado a jij/je bent gewend aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gewend zijn aan'

estás"estás atento":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar atento'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
atento
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atento'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atiendas
Atiendas a
Atiendes
Atiendes a
Estés atento
Tengas cuidado
Tienes cuidado jij/je let optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'letten op'

jij/je past optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'oppassen'
tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'passen op'

jij/je slaat acht optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'acht slaan op'

estás"estás ausente":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar ausente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
ausente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ausente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés ausente jij/je bent absenttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'absent zijn'

jij/je bent afwezigtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afwezig zijn'

jij/je laat verstek gaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstek laten gaan'

jij/je ontbreekttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontbreken'

estás"estás boquiabierto":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar boquiabierto'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
boquiabierto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boquiabierto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás embobado
Estés boquiabierto
Estés embobado
Miras con la boca abierta
Mires con la boca abierta jij/je gaapt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangapen'

jij/je gaapttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gapen'

jij/je kijkt domtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dom kijken'

estás"estás colérico":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar colérico'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
colérico
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'colérico'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés colérico
Rabias
Rabies jij/je bent boos optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'boos zijn op'

jij/je bent boostweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'boos zijn'

jij/je bent kwaad optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kwaad zijn op'

jij/je bent kwaadtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kwaad zijn'

jij/je toornttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toornen'

estás"estás como una cuba":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar como una cuba'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
como
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'como'
una
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'
cuba
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cuba'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés como una cuba jij/je bent heel erg dronkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'heel erg dronken zijn'

estás"estás convidado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar convidado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
convidado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'convidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés convidado
Te alojas
Te alojes
Te hospedas
Te hospedes jij/je bent te gasttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'te gast zijn'

jij/je logeerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'logeren'

estás"estás de acuerdo":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de acuerdo'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
acuerdo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'acuerdo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Concuerdas
Concuerdes
Estés de acuerdo 1Concordar. jij/je bent het eenstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'het eens zijn'

2. jij/je bent ermee eenstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ermee eens zijn'

estás"estás de acuerdo con":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de acuerdo con'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
acuerdo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'acuerdo'
con
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés de acuerdo con jij/je gaat akkoord mettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'akkoord gaan met'

estás"estás de guardia":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de guardia'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
guardia
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'guardia'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés de guardia jij/je hebt wachttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wacht hebben'

estás"estás de pie":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de pie'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
pie
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'pie'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés de pie jij/je staattweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'staan'

estás"estás de salud":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de salud'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
salud
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'salud'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés de salud
Te encuentras
Te encuentres jij/je bent gesteldtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gesteld zijn'

jij/je maakt hettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'het maken'

estás"estás de servicio":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de servicio'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
servicio
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'servicio'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás de turno
Estás en guardia
Estés de servicio
Estés de turno
Estés en guardia jij/je hebt diensttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dienst hebben'

jij/je hebt wachttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wacht hebben'

estás"estás de turno":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de turno'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
turno
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'turno'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás de servicio
Estás en guardia
Estés de servicio
Estés de turno
Estés en guardia jij/je hebt diensttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dienst hebben'

jij/je hebt wachttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wacht hebben'

estás"estás de vacaciones":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar de vacaciones'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
vacaciones   spalabras relacionadas:
---------------------
Estés de vacaciones jij/je bent met vakantietweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'met vakantie zijn'

estás"estás decepcionado de":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar decepcionado de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
decepcionado de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés decepcionado de jij/je bent teleurgesteld over - intweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'teleurgesteld zijn over - in'

estás"estás echado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar echado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
echado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés echado
Yaces
Yagas
Yazcas
Yazgas jij/je ligttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'liggen'

estás"estás embobado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar embobado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
embobado   spalabras relacionadas:
---------------------
Estás boquiabierto
Estés boquiabierto
Estés embobado
Miras con la boca abierta
Mires con la boca abierta jij/je gaapt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangapen'

jij/je gaapttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gapen'

jij/je kijkt domtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dom kijken'

estás"estás en agazapado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en agazapado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
agazapado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'agazapado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás en cuclillas
Estés en agazapado
Estés en cuclillas jij/je hurkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'hurken'

estás"estás en barbecho":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en barbecho'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
barbecho
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'barbecho'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés en barbecho jij/je ligt braaktweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'braak liggen'

estás"estás en contacto":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en contacto'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
contacto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'contacto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés en contacto
Hurgas
Hurgues
Tocas
Toques jij/je beroerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beroeren'

jij/je komt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aankomen'

jij/je raakt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanraken'

jij/je raakttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'raken'

jij/je toucheerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toucheren'

estás"estás en contra de":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en contra de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
contra
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'contra'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés en contra de jij/je bent tegentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tegen zijn'

estás"estás en cuclillas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en cuclillas'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
cuclillas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cuclillas'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás en agazapado
Estés en agazapado
Estés en cuclillas jij/je hurkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'hurken'

estás"estás en guardia":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en guardia'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
guardia
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'guardia'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás de servicio
Estás de turno
Estés de servicio
Estés de turno
Estés en guardia jij/je hebt diensttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dienst hebben'

jij/je hebt wachttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wacht hebben'

estás"estás en lo cierto":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar en lo cierto'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
lo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'lo'
cierto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cierto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés en lo cierto
Tengas razón
Tienes razón jij/je hebt gelijktweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelijk hebben'

estás"estás enamorado de":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar enamorado de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
enamorado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'enamorado'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés enamorado de jij/je bent verliefd optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verliefd zijn op'

estás"estás enfurruñado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar enfurruñado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
enfurruñado   spalabras relacionadas:
---------------------
Estés enfurruñado jij/je mokttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'mokken'

jij/je pruilttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'pruilen'

jij/je trekt een liptweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een lip trekken'

estás"estás expuesto a":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar expuesto a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
expuesto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'expuesto'
a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés expuesto a jij/je staat bloot aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blootstaan aan'

estás"estás libre":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar libre'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
libre
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'libre'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás vacante
Estés libre
Estés vacante jij/je bent vacanttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vacant zijn'

jij/je staat opentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'openstaan'

jij/je vaceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vaceren'

estás"estás ocupado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar ocupado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
ocupado   spalabras relacionadas:
---------------------
Estés ocupado jij/je hebt druktweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'druk hebben'

estás"estás orgulloso de":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar orgulloso de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
orgulloso
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'orgulloso'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés orgulloso de jij/je bent trots optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'trots zijn op'

estás"estás presente":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar presente'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
presente
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'presente'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Asistas
Asistas a
Asistes
Asistes a
Estés presente
Presencias
Presencies jij/je bent aanwezig bijtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanwezig zijn bij'

jij/je bent aanwezigtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanwezig zijn'

jij/je woont bijtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bijwonen'

estás"estás sentado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar sentado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
sentado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sentado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés sentado 1. jij/je bent gezetentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gezeten zijn'

2. jij/je zittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zitten'

estás"estás sentado en":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar sentado en'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
sentado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sentado'
en
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'en'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés sentado en jij/je zit optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zitten op'

estás"estás situado":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar situado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
situado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'situado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estés situado jij/je bent gelegentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelegen zijn'

jij/je ligttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'liggen'

estás"estás vacante":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'estar vacante'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'estar'
vacante
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vacante'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estás libre
Estés libre
Estés vacante jij/je bent vacanttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vacant zijn'

jij/je staat opentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'openstaan'

jij/je vaceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vaceren'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q r s t u v w x y z

3e -a b c de f g hkl m no p q s t v

4e a e i o r u

5e _ b c d f gi l m n oñ r s t uy

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met ESTAS Volgende/ Siguiente -->