Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, isla de la primavera eterna

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K LM N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a b ei jln o t u y

3e -ac d e gjk l mn oñq r s t xyz

4e -a cde i nost uy

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met 		MINTVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
mintáissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentís		jullie liegentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: jul·lie lie·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintáis"mintáis a":
segunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentís a		jullie liegen tegentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: jul·lie lie·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintamosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentimos		wij/we liegeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
¡mintamos!imperativo plural del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
laten we liegengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: la·ten we lie·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintamos"mintamos a":
primera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentimos a		wij/we liegen tegeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
¡mintamos"¡mintamos a!":
imperativo plural del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
laten we liegen tegengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: la·ten we lie·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintiendogerundio del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn		liegendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: lie·gend
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintiendo"mintiendo a":
gerundio del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
liegend tegenonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: lie·gend te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintieratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí
Mentía
Mintiese
Mintió		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí
Mentía
Mintiese
Mintió		ik loogeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Één lettergreep
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintiera"mintiera a":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí a
Mentía a
Mintiese a
Mintió a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loog tegenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
  _"mintiera a":
primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí a
Mentía a
Mintiese a
Mintió a		ik loog tegeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: ik loog te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintieraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíais
Mentisteis
Mintieseis		jullie logentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: jul·lie lo·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintierais"mintierais a":
segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíais a
Mentisteis a
Mintieseis a		jullie logen tegentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: jul·lie lo·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintiéramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíamos
Mentimos
Mintiésemos		wij/we logeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintiéramos"mintiéramos a":
primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíamos a
Mentimos a
Mintiésemos a		wij/we logen tegeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintierantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían
Mintieron
Mintiesen		zij/ze logenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieran"mintieran a":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían a
Mintieron a
Mintiesen a		zij/ze logen tegenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintierassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentías
Mentiste
Mintieses		jij/je loogtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieras"mintieras a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentías a
Mentiste a
Mintieses a		jij/je loog tegentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintieretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirá
Mentiré		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liegenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirá
Mentiré		ik zal liegeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: ik zal lie·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintiere"mintiere a":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirá a
Mentiré a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal liegen tegenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
  _"mintiere a":
primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirá a
Mentiré a		ik zal liegen tegeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: ik zal lie·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintiereissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentiréis		jullie zullen liegentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len lie·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintiereis"mintiereis a":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentiréis a		jullie zullen liegen tegentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len lie·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintiéremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentiremos		wij/we zullen liegeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintiéremos"mintiéremos a":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentiremos a		wij/we zullen liegen tegeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintierentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirán		zij/ze zullen liegenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieren"mintieren a":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirán a		zij/ze zullen liegen tegenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintieressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirás		jij/je zal liegentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieres"mintieres a":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentirás a		jij/je zal liegen tegentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintierontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían
Mintieran
Mintiesen		zij/ze logenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieron"mintieron a":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían a
Mintieran a
Mintiesen a		zij/ze logen tegenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintiesetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí
Mentía
Mintiera
Mintió		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí
Mentía
Mintiera
Mintió		ik loogeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Één lettergreep
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintiese"mintiese a":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí a
Mentía a
Mintiera a
Mintió a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loog tegenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
  _"mintiese a":
primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentí a
Mentía a
Mintiera a
Mintió a		ik loog tegeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: ik loog te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintieseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíais
Mentisteis
Mintierais		jullie logentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
Lettergrepen: jul·lie lo·gen
bewust onwaarheid, leugens spreken.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
  wn  we
mintieseis"mintieseis a":
segunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíais a
Mentisteis a
Mintierais a		jullie logen tegentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
Lettergrepen: jul·lie lo·gen te·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Liegen').
mintiésemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíamos
Mentimos
Mintiéramos		wij/we logeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintiésemos"mintiésemos a":
primera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentíamos a
Mentimos a
Mintiéramos a		wij/we logen tegeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintiesentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían
Mintieran
Mintieron		zij/ze logenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintiesen"mintiesen a":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentían a
Mintieran a
Mintieron a		zij/ze logen tegenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintiesessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentías
Mentiste
Mintieras		jij/je loogtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintieses"mintieses a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentías a
Mentiste a
Mintieras a		jij/je loog tegentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'
mintiótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'mentir'
(verbo intransitivo). Decir algo que no es verdad.
FAM. Mentidero, mentido, -a, mentira, mentiroso, -a, mentís; desmentir.
OBS. v.irreg.; modelo sentir.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentía
Mintiera
Mintiese		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loogderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'liegen'
bewust onwaarheid, leugens spreken.
mintió"mintió a":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'mentir a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mentir'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Mentía a
Mintiera a
Mintiese a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loog tegenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'liegen tegen'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K LM N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a b ei jln o t u y

3e -ac d e gjk l mn oñq r s t xyz

4e -a cde i nost uy

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met 		MINTVolgende/ Siguiente -->

Webpagina gegenereerd vanuit een M-database met dank aan Intersystems, programmering Ron de Geus
Página web generado desde un base de datos M, agradecimientos a Intersystems, programación por Ron de Geus

arriba