Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

bc

e

fgh

i

jklmn

o

pqr

t

u

vwyz

3e

_

a

b

c

d

f

g

ik

l

m

n

ñ

p

q

r

s

t

uv

wxy

4e

,-

a

b

c

d

e

f

g

h

i

j

l

m

n

o

p

q

r

s

t

u

v

z

5e

c

fl

m

n

q

r

s

v

x

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

SE_ECH

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	se"se echa": tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echa Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se eche Se tumba Se tumbe	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begintderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echa a reír": tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echa Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se eche a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaba": tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaba Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echara Se echase Se echó Se tumbaba Se tumbara Se tumbase Se tumbó	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begonderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprongderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze namderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weddederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaba a reír": tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaba Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echara a reír Se echase a reír Se echó a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaban": tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaban Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaran Se echaron Se echasen Se tumbaban Se tumbaran Se tumbaron Se tumbasen	1Tumbarse.	zij/ze gingen liggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze stortten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze wierpen zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze begonnenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze sprongenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze werden broedsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze stuurden alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze lieten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze namenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijdden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaban a reír": tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaban Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaran a reír Se echaron a reír Se echasen a reír		zij/ze begonnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schoten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echan": tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echan Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echen Se tumban Se tumben	1Tumbarse.	zij/ze gaan liggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze storten zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze werpen zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze beginnenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze springenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze worden broedsderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze sturen alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze laten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze nemenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijden zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echan a reír": tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echan Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echen a reír		zij/ze beginnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schieten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echara": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echara Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba Se echase Se echó Se tumbaba Se tumbara Se tumbase Se tumbó	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begonderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprongderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze namderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weddederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echare Se tumbará Se tumbare	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich stortenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich werpenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wedijverenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal springenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal broeds wordenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal alles in de war sturenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nemenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wijdenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weddenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echara a reír": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echara Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba a reír Se echase a reír Se echó a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echará a reír": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echare a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnen te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de lach schietenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaran": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaran Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban Se echaron Se echasen Se tumbaban Se tumbaran Se tumbaron Se tumbasen	1Tumbarse.	zij/ze gingen liggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze stortten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze wierpen zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze begonnenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze sprongenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze werden broedsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze stuurden alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze lieten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze namenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijdden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echarán": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echarán Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaren Se tumbarán Se tumbaren	1Tumbarse.	zij/ze zullen gaan liggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze zullen zich stortenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze zullen zich werpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze zullen beginnenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze zullen wedijverenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze zullen springenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze zullen broeds wordenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze zullen alles in de war sturenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze zullen zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze zullen nemenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze zullen zich wijdenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze zullen weddenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaran a reír": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaran Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban a reír Se echaron a reír Se echasen a reír		zij/ze begonnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schoten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echarán a reír": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echarán Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaren a reír		zij/ze zullen beginnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze zullen in de lach schietenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echará Se tumbará Se tumbare	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gaan liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich stortenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich werpenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal wedijverenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal springenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal broeds wordenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal alles in de war sturenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal nemenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wijdenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weddenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echare a reír": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echará a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal beginnen te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de lach schietenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaren": tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaren Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echarán Se tumbarán Se tumbaren	1Tumbarse.	zij/ze zullen gaan liggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze zullen zich stortenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze zullen zich werpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze zullen beginnenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze zullen wedijverenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze zullen springenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze zullen broeds wordenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze zullen alles in de war sturenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze zullen zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze zullen nemenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze zullen zich wijdenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze zullen weddenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaren a reír": tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaren Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echarán a reír		zij/ze zullen beginnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze zullen in de lach schietenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaría": tercera persona singular condicional del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se tumbaría	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou gaan liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich stortenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich werpenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beginnenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou wedijverenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou springenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou broeds wordenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou alles in de war sturenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou nemenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich wijdenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou weddenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaría a reír": tercera persona singular condicional del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou beginnen te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou in de lach schietenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echarían": tercera persona plural condicional del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echarían Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se tumbarían	1Tumbarse.	zij/ze zouden gaan liggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze zouden zich stortenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze zouden zich werpenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze zouden beginnenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze zouden wedijverenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze zouden springenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze zouden broeds wordenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze zouden alles in de war sturenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze zouden zich door zijn toorn laten meeslependerde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze zouden nemenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze zouden zich wijdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze zouden weddenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echarían a reír": tercera persona plural condicional del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echarían Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'		zij/ze zouden beginnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze zouden in de lach schietenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echaron": tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaron Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban Se echaran Se echasen Se tumbaban Se tumbaran Se tumbaron Se tumbasen	1Tumbarse.	zij/ze gingen liggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze stortten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze wierpen zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze begonnenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze sprongenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze werden broedsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze stuurden alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze lieten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze namenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijdden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echaron a reír": tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echaron Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban a reír Se echaran a reír Se echasen a reír		zij/ze begonnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schoten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echase": tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echase Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba Se echara Se echó Se tumbaba Se tumbara Se tumbase Se tumbó	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begonderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprongderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze namderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weddederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echase a reír": tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echase Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba a reír Se echara a reír Se echó a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echasen": tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echasen Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban Se echaran Se echaron Se tumbaban Se tumbaran Se tumbaron Se tumbasen	1Tumbarse.	zij/ze gingen liggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze stortten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze wierpen zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze begonnenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze sprongenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze werden broedsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze stuurden alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze lieten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze namenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijdden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echasen a reír": tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echasen Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaban a reír Se echaran a reír Se echaron a reír		zij/ze begonnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schoten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se eche": tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   eche Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echa Se tumba Se tumbe	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaat liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stort zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begintderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijvertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze springtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wordt broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurt alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze neemtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se eche a reír": tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   eche Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echa a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begint te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schiet in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echen": tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echen Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echan Se tumban Se tumben	1Tumbarse.	zij/ze gaan liggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	zij/ze storten zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			zij/ze werpen zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	zij/ze beginnenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	zij/ze wedijverenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	zij/ze springenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	zij/ze worden broedsderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	zij/ze sturen alles in de warderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	zij/ze laten zich door zijn toorn meeslependerde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	zij/ze nemenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	zij/ze wijden zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	zij/ze weddenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echen a reír": tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echen Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echan a reír		zij/ze beginnen te lachenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			zij/ze schieten in de lachderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'
	se"se echó": tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'echarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echó Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba Se echara Se echase Se tumbaba Se tumbara Se tumbase Se tumbó	1Tumbarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging liggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gaan liggen'
		2Lanzarse Prorrumpir Tirarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stortte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich storten'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen'
		3Abertura Abrimiento Abrir Abrirse Apertura Comenzar Echado Empezar Principiar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begonderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen'
		4Competir Contender Echado Echar Rivalizar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wedijverdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedijveren'
		5Echado.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sprongderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'springen'
		6.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werd broedsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeds worden'
		7.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stuurde alles in de warderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'alles in de war sturen'
		8.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich door zijn toorn meeslependerde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich door zijn toorn laten meeslepen'
		9Asimiento Asir Coger Echado Echar Toma Tomar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze namderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nemen'
		10Dedicarse Dedicarse a Emplearse Emplearse en Entretenerse con Ocuparse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wijdde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wijden'
		11Apostar Echado Echar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze weddederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wedden'
	se"se echó a reír": tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'echarse a reír' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   echó Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'echar'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   spalabras relacionadas: --------------------- Se echaba a reír Se echara a reír Se echase a reír		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze begon te lachenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'beginnen te lachen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schoot in de lachderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de lach schieten'

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

bc

e

fgh

i

jklmn

o

pqr

t

u

vwyz

3e

_

a

b

c

d

f

g

ik

l

m

n

ñ

p

q

r

s

t

uv

wxy

4e

,-

a

b

c

d

e

f

g

h

i

j

l

m

n

o

p

q

r

s

t

u

v

z

5e

c

fl

m

n

q

r

s

v

x

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

SE_ECH

Volgende/ Siguiente -->

arriba