Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Que agradable es vivir en Tenerife

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q RS T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bc e fgh i jklmno pqr t u vwyz

3e a b c df ghij l m n p r s t uvw y

4e abi o-

5e re ri tb tw

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
SOFREI ..... SOFTWzVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
sofreíprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreía
Sofriera
Sofriese
ik fruitteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik fruit·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreíatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofriera
Sofriese
Sofrió
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruittederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofriera
Sofriese
Sofrió
ik fruitteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik fruit·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreíaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreísteis
Sofrierais
Sofrieseis
jullie fruittentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie fruit·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreíamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreímos
Sofriéramos
Sofriésemos
wij/we fruitteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreíantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofrieran
Sofrieron
Sofriesen
zij/ze fruittenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreíassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíste
Sofrieras
Sofrieses
jij/je fruittetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
¡sofreíd!imperativo plural del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Sofríe!
fruit!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'fruiten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreídaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreídas
Sofreído
Sofreídos
Sofrita
Sofritas
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreídasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreído
Sofreídos
Sofrita
Sofritas
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreídoparticipio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreídas
Sofreídos
Sofrita
Sofritas
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreídosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreídas
Sofreído
Sofrita
Sofritas
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreímosprimera persona plural presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíamos
Sofriamos
Sofriéramos
Sofriésemos
wij/we fruiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíamos
Sofriamos
Sofriéramos
Sofriésemos
wij/we fruitteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreírinfinitivo de un verbo

Ablandar un alimento en una sartén tapado a temperatura moderada de forma que tome color. Al final conviene destaparlo para que pierda el agua que hayan podido soltar el alimento en cuestión.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
SofríoSofreí
SofríesSofreíste
SofríeSofrió
SofreímosSofreímos
SofreísSofreísteis
SofríenSofrieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
SofreiréíaSofreía
SofreirásíasSofreías
SofreiráíaSofreía
SofreiremosíamosSofreíamos
SofreiréisíaisSofreíais
SofreiráníanSofreían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
SofríaSofriera
SofríasSofrieras
SofríaSofriera
SofriamosSofriéramos
SofriáisSofrierais
SofríanSofrieran
FuturoPréterito imperfecto se
SofriereSofriese
SofrieresSofrieses
SofriereSofriese
SofriéremosSofriésemos
SofriereisSofrieseis
SofrierenSofriesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Sofríe(tú)No sofrías
Sofría(usted)No sofría
Sofriamos(nosotros)No sofriamos
Sofreíd(vosotros)No sofriáis
Sofrían(ustedes)No sofrían
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
Sofreído, sofrito*Sofriendo
fruitenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: frui·ten

In een open pan met vet, op een laag vuur , onder zo nu en dan omscheppen, zachtjes lichtbruin en/of glazig bakken van b. V uien en of andere groenten.
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
fruiten - fruitte - gefruit


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
sofreirátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofriere
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal fruitenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreirántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofrieren
zij/ze zullen fruitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreirássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofrieres
jij/je zal fruitentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreiréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofriere
ik zal fruiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik zal frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreiréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofriereis
jullie zullen fruitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreiremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofriéremos
wij/we zullen fruiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreiríatercera persona singular condicional del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou fruitenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'sofreír'
  we
ik zou fruiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik zou frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreiríaissegunda persona plural condicional del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
jullie zouden fruitentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreiríamosprimera persona plural condicional del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
wij/we zouden fruiteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreiríantercera persona plural condicional del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
zij/ze zouden fruitenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreiríassegunda persona singular condicional del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
jij/je zou fruitentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreíssegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofriáis
jullie fruitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofreístesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreías
Sofrieras
Sofrieses
jij/je fruittetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofreísteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíais
Sofrierais
Sofrieseis
jullie fruittentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie fruit·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofríatercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofríe
Sofrío
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruitderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofríe
Sofrío
ik fruiteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
¡sofría!imperativo singular del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Sofrían!
fruit u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'fruiten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriáissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreís
jullie fruitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriamosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreímos
wij/we fruiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
¡sofriamos!imperativo plural del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
laten we fruitengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: la·ten we frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofríantercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofríen
zij/ze fruitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
¡sofrían!imperativo plural del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Sofría!
fruit u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'fruiten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofríassegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofríes
jij/je fruittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofríetercera persona singular presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruitderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
¡sofríe!imperativo singular del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Sofreíd!
fruit!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'fruiten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofríentercera persona plural presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofrían
zij/ze fruitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofriendogerundio del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we
fruitendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: frui·tend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofrieratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofreía
Sofriese
Sofrió
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruittederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofreía
Sofriese
Sofrió
ik fruitteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik fruit·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofrieraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíais
Sofreísteis
Sofrieseis
jullie fruittentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie fruit·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriéramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíamos
Sofreímos
Sofriésemos
wij/we fruitteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrierantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreían
Sofrieron
Sofriesen
zij/ze fruittenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrierassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreías
Sofreíste
Sofrieses
jij/je fruittetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrieretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreirá
Sofreiré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal fruitenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreirá
Sofreiré
ik zal fruiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik zal frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriereissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreiréis
jullie zullen fruitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len frui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriéremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreiremos
wij/we zullen fruiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrierentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreirán
zij/ze zullen fruitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrieressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreirás
jij/je zal fruitentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofrierontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreían
Sofrieran
Sofriesen
zij/ze fruittenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofríessegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofrías
jij/je fruittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofriesetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofreía
Sofriera
Sofrió
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruittederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreí
Sofreía
Sofriera
Sofrió
ik fruitteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ik fruit·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofrieseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíais
Sofreísteis
Sofrierais
jullie fruittentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: jul·lie fruit·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofriésemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreíamos
Sofreímos
Sofriéramos
wij/we fruitteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofriesentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreían
Sofrieran
Sofrieron
zij/ze fruittenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofriesessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreías
Sofreíste
Sofrieras
jij/je fruittetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofriótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreía
Sofriera
Sofriese
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze fruittederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
sofríoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofría
ik fruiteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fruiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofritaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreídas
Sofreído
Sofreídos
Sofritas
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofritasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreídas
Sofreído
Sofreídos
Sofrita
Sofritos
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
sofritosustantivo
Plural es: sofritos

Sofreír es freír ligeramente alimentos y sus condimentos. Llamamos sofrito a los alimentos que sofreímos ligeramente. El sofrito constituye la base fundamental con que se elaboran la mayoría de los platos guisados de la cocina mediterránea. Se puede decir que no hay guiso sin sofrito. Es una de las salsas básicas y necesarias en los guisos de pescado, carne, pasta y arroz. Ver : ¿cómo se prepara el sofrito ?.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofrito'
, el  we  w
bakselzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: bak·sel
Verkleinwoord is: bakseltje [bak·sel·tje]], het
Meervoud is: baksels

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
sofritossustantivo plural de la palabra: sofrito

Ablandar un alimento en una sartén tapado a temperatura moderada de forma que tome color. Al final conviene destaparlo para que pierda el agua que hayan podido soltar el alimento en cuestión.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofrito'
, los  we  w
bakselsMeervoud van het zelfstandig naamwoord: baksel
Lettergrepen: bak·sels

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Baksel').
, de  wn  w
sofritosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'sofreír'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofreír'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Sofreída
Sofreídas
Sofreído
Sofreídos
Sofrita
Sofritas
gefruitregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'fruiten'
Lettergrepen: ge·fruit

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Fruiten').
  wn
softbolsustantivo
  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Sófbol
Sóftbol
softbalzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: soft·bal

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
sóftbolsustantivo
  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Sófbol
Softbol
softbalzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: soft·bal

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
softwaresustantivo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'software'
, el  we  wn  w
softwarezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: soft·ware

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
software"software contable":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'software'
  contable
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'contable'
, el  w
boekhoudprogrammatuurzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: boek·houd·pro·gram·ma·tuur
, de  w
software"software libre":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'software'
  libre
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'libre'
, el  w
vrije softwarezelfstandig naamwoordsvorm zn
Lettergrepen: vrije soft·ware
  w

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q RS T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bc e fgh i jklmno pqr t u vwyz

3e a b c df ghij l m n p r s t uvw y

4e abi o-

5e re ri tb tw

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
SOFREI ..... SOFTWzVolgende/ Siguiente -->

arriba