Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Grafología es pseudociencia, engaño, estafa o superstición

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R ST U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a de h i jlm o r s u wyz

3e _ ab c dfghij l mn ñ o pq r s t uvwxz

4e _ ac d e gi no s t u

5ea d es

6e_ i m n s

7e a b c e h l m p q r s u v

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
TENIAVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
teniasustantivo
Plural es: tenias

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tenia'
, la  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Solitaria
lintwormzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: lint·worm
Meervoud is: lintwormen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
teníatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Poseí
Poseía
Poseyera
Poseyese
Poseyó
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
1Poseer.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hadderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'hebben'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Poseí
Poseía
Poseyera
Poseyese
Poseyó
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
ik hadeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'hebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Hebben').
  wn  we
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Poseí
Poseía
Poseyera
Poseyese
Poseyó
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield erop naderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'erop nahouden'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Poseí
Poseía
Poseyera
Poseyese
Poseyó
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
ik hield erop naeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'erop nahouden'
Lettergrepen: ik hield er·op na

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Erop').
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield bijderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bijhouden'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
ik hield bijeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bijhouden'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bijhouden').
  wn
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield vastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vasthouden'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
ik hield vasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vasthouden'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vasthouden').
  wn
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hieldderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'houden'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve
Tuviera
Tuviese
Tuvo
ik hieldeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'houden'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Houden').
  wn  we
tenía"tenía a bien":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  bien
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me serví
Me servía
Me sirviera
Me sirviese
Se servía
Se sirviera
Se sirviese
Se sirvió
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
1Servirse.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geliefdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelieven'
  _"tenía a bien":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me serví
Me servía
Me sirviera
Me sirviese
Se servía
Se sirviera
Se sirviese
Se sirvió
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
ik geliefdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelieven'
Lettergrepen: ik ge·lief·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gelieven').
  wn
  _"tenía a bien":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me serví
Me servía
Me sirviera
Me sirviese
Se servía
Se sirviera
Se sirviese
Se sirvió
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was welwillendderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'welwillend zijn'
  _"tenía a bien":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me serví
Me servía
Me sirviera
Me sirviese
Se servía
Se sirviera
Se sirviese
Se sirvió
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
ik was welwillendeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'welwillend zijn'
Lettergrepen: ik was wel·wil·lend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Welwillend').
  _"tenía a bien":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Obraba a gusto
Obrara a gusto
Obrase a gusto
Obré a gusto
Obró a gusto
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
2Obrar a gusto.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed vrijwillig dienstderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vrijwillig dienst doen'
  _"tenía a bien":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Obraba a gusto
Obrara a gusto
Obrase a gusto
Obré a gusto
Obró a gusto
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
ik deed vrijwillig diensteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vrijwillig dienst doen'
Lettergrepen: ik deed vrij·wil·lig dienst
  _"tenía a bien":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Obraba a gusto
Obrara a gusto
Obrase a gusto
Obré a gusto
Obró a gusto
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diende als vrijwilligerderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'als vrijwilliger dienen'
  _"tenía a bien":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener a bien'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Obraba a gusto
Obrara a gusto
Obrase a gusto
Obré a gusto
Obró a gusto
Tuve a bien
Tuviera a bien
Tuviese a bien
Tuvo a bien
ik diende als vrijwilligereerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'als vrijwilliger dienen'
Lettergrepen: ik dien·de als vrij·wil·li·ger
tenía"tenía afán":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener afán'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  afán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afán'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve afán
Tuviera afán
Tuviese afán
Tuvo afán
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had haastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'haast hebben'
  _"tenía afán":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener afán'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve afán
Tuviera afán
Tuviese afán
Tuvo afán
ik had haasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'haast hebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Haast').
tenía"tenía bebé":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener bebé'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  bebé
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'bebé'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve bebé
Tuviera bebé
Tuviese bebé
Tuvo bebé
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel vanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bevallen van'
  _"tenía bebé":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener bebé'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve bebé
Tuviera bebé
Tuviese bebé
Tuvo bebé
ik beviel vaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bevallen van'
Lettergrepen: ik be·viel van

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bevallen').
tenía"tenía claro":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener claro'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  claro
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'claro'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve claro
Tuviera claro
Tuviese claro
Tuvo claro
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wist zekerderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zeker weten'
  _"tenía claro":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener claro'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve claro
Tuviera claro
Tuviese claro
Tuvo claro
ik wist zekereerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zeker weten'
Lettergrepen: ik wist ze·ker

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zeker').
tenía"tenía conciencia de":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener conciencia de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  conciencia
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conciencia'
  de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Era consciente
Fue consciente
Fuera consciente
Fuese consciente
Fui consciente
Tuve conciencia de
Tuviera conciencia de
Tuviese conciencia de
Tuvo conciencia de
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beseftederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beseffen'
  _"tenía conciencia de":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener conciencia de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Era consciente
Fue consciente
Fuera consciente
Fuese consciente
Fui consciente
Tuve conciencia de
Tuviera conciencia de
Tuviese conciencia de
Tuvo conciencia de
ik besefteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'beseffen'
Lettergrepen: ik be·sef·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Beseffen').
  wn
ik realiseerde meeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich realiseren'
Lettergrepen: ik re·a·li·seer·de me

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Realiseren').
  _"tenía conciencia de":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener conciencia de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Era consciente
Fue consciente
Fuera consciente
Fuese consciente
Fui consciente
Tuve conciencia de
Tuviera conciencia de
Tuviese conciencia de
Tuvo conciencia de
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze realiseerde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich realiseren'
  _"tenía conciencia de":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener conciencia de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Era consciente
Fue consciente
Fuera consciente
Fuese consciente
Fui consciente
Tuve conciencia de
Tuviera conciencia de
Tuviese conciencia de
Tuvo conciencia de
ik was me bewusteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich bewust zijn'
Lettergrepen: ik was me be·wust

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bewust').
  _"tenía conciencia de":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener conciencia de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Era consciente
Fue consciente
Fuera consciente
Fuese consciente
Fui consciente
Tuve conciencia de
Tuviera conciencia de
Tuviese conciencia de
Tuvo conciencia de
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was zich bewustderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich bewust zijn'
tenía"tenía cuidado":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  cuidado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lette opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'letten op'
  _"tenía cuidado":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
ik lette opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'letten op'
Lettergrepen: ik let·te op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Letten').
  wn
  _"tenía cuidado":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'oppassen'
derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'passen op'
  _"tenía cuidado":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
ik paste opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'oppassen'
eerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'passen op'
Lettergrepen: ik pas·te op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Oppassen').
  wn
  _"tenía cuidado":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloeg acht opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'acht slaan op'
  _"tenía cuidado":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atendí
Atendí a
Atendía
Atendía a
Atendiera
Atendiera a
Atendiese
Atendiese a
Atendió
Atendió a
Estaba atento
Estuve atento
Estuviera atento
Estuviese atento
Estuvo atento
Tuve cuidado
Tuviera cuidado
Tuviese cuidado
Tuvo cuidado
ik sloeg acht opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'acht slaan op'
Één lettergreep
tenía"tenía cuidado con":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado con'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  cuidado
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cuidado'
  con
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve cuidado con
Tuviera cuidado con
Tuviese cuidado con
Tuvo cuidado con
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek uit voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitkijken voor'
  _"tenía cuidado con":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve cuidado con
Tuviera cuidado con
Tuviese cuidado con
Tuvo cuidado con
ik keek uit vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitkijken voor'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Uitkijken').
  _"tenía cuidado con":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve cuidado con
Tuviera cuidado con
Tuviese cuidado con
Tuvo cuidado con
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze paste op voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'oppassen voor'
  _"tenía cuidado con":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener cuidado con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve cuidado con
Tuviera cuidado con
Tuviese cuidado con
Tuvo cuidado con
ik paste op vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'oppassen voor'
Lettergrepen: ik pas·te op voor

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Oppassen').
tenía"tenía curiosidad por":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener curiosidad por'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  curiosidad
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'curiosidad'
  por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve curiosidad por
Tuviera curiosidad por
Tuviese curiosidad por
Tuvo curiosidad por
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was benieuwd naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'benieuwd zijn naar'
  _"tenía curiosidad por":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener curiosidad por'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve curiosidad por
Tuviera curiosidad por
Tuviese curiosidad por
Tuvo curiosidad por
ik was benieuwd naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'benieuwd zijn naar'
Lettergrepen: ik was be·nieuwd naar
  _"tenía curiosidad por":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener curiosidad por'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve curiosidad por
Tuviera curiosidad por
Tuviese curiosidad por
Tuvo curiosidad por
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was nieuwsgierig naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nieuwsgierig zijn naar'
  _"tenía curiosidad por":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener curiosidad por'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve curiosidad por
Tuviera curiosidad por
Tuviese curiosidad por
Tuvo curiosidad por
ik was nieuwsgierig naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'nieuwsgierig zijn naar'
Lettergrepen: ik was nieuws·gie·rig naar
tenía"tenía esperanza":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener esperanza'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  esperanza
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'esperanza'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Esperaba
Esperara
Esperase
Esperé
Esperó
Tuve esperanza
Tuviera esperanza
Tuviese esperanza
Tuvo esperanza
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hooptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'hopen'
  _"tenía esperanza":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener esperanza'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Esperaba
Esperara
Esperase
Esperé
Esperó
Tuve esperanza
Tuviera esperanza
Tuviese esperanza
Tuvo esperanza
ik hoopteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'hopen'
Lettergrepen: ik hoop·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Hopen').
  wn
tenía"tenía éxito":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  éxito
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam doorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'doorkomen'
  _"tenía éxito":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
ik kwam dooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'doorkomen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doorkomen').
  wn
  _"tenía éxito":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagde voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'slagen voor'
  _"tenía éxito":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
ik slaagde vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'slagen voor'
Lettergrepen: ik slaag·de voor

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Slagen').
  _"tenía éxito":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze slaagdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'slagen'
  _"tenía éxito":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
ik slaagdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'slagen'
Lettergrepen: ik slaag·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Slagen').
  wn
  _"tenía éxito":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze speelde klaarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'klaarspelen'
  _"tenía éxito":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener éxito'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acertaba
Acertara
Acertase
Acerté
Acertó
Lograba
Lograra
Lograse
Logré
Logró
Tuve éxito
Tuviera éxito
Tuviese éxito
Tuvo éxito
ik speelde klaareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'klaarspelen'
Lettergrepen: ik speel·de klaar

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Klaarspelen').
  wn
tenía"tenía hijo":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijo'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  hijo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hijo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijo
Tuviera hijo
Tuviese hijo
Tuvo hijo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze beviel vanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bevallen van'
  _"tenía hijo":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijo
Tuviera hijo
Tuviese hijo
Tuvo hijo
ik beviel vaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bevallen van'
Lettergrepen: ik be·viel van

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bevallen').
tenía"tenía hijos":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijos'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  hijos   spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijos
Tuviera hijos
Tuviese hijos
Tuvo hijos
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had kinderenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'kinderen hebben'
  _"tenía hijos":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijos'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijos
Tuviera hijos
Tuviese hijos
Tuvo hijos
ik had kindereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'kinderen hebben'
Lettergrepen: ik had kin·de·ren
  _"tenía hijos":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijos'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijos
Tuviera hijos
Tuviese hijos
Tuvo hijos
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kreeg kinderenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'kinderen krijgen'
  _"tenía hijos":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener hijos'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve hijos
Tuviera hijos
Tuviese hijos
Tuvo hijos
ik kreeg kindereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'kinderen krijgen'
Lettergrepen: ik kreeg kin·de·ren
tenía"tenía la edad de":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener la edad de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  la
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'
  edad
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'edad'
  de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve la edad de
Tuviera la edad de
Tuviese la edad de
Tuvo la edad de
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was oudderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'oud zijn'
  _"tenía la edad de":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener la edad de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve la edad de
Tuviera la edad de
Tuviese la edad de
Tuvo la edad de
ik was oudeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'oud zijn'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Oud').
tenía"tenía lugar":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  lugar
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gebeurdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gebeuren'
  _"tenía lugar":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
ik gebeurdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gebeuren'
Lettergrepen: ik ge·beur·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gebeuren').
  wn  we
  _"tenía lugar":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze geschieddederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'geschieden'
  _"tenía lugar":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
ik geschieddeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'geschieden'
Lettergrepen: ik ge·schied·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Geschieden').
  wn  we
  _"tenía lugar":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kwam voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorkomen'
  _"tenía lugar":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
ik kwam vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorkomen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorkomen').
  wn
  _"tenía lugar":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze viel voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorvallen'
  _"tenía lugar":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
ik viel vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorvallen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorvallen').
  wn  we
  _"tenía lugar":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was aan de handderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aan de hand zijn'
  _"tenía lugar":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener lugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Acaecía
Acaeciera
Acaeciese
Acaeció
Acontecía
Aconteciera
Aconteciese
Aconteció
Me daba
Me di
Me diera
Me diese
Me realicé
Me realizaba
Me realizara
Me realizase
Ocurrí
Ocurría
Ocurriera
Ocurriese
Ocurrió
Se daba
Se diera
Se diese
Se dio
Se realizaba
Se realizara
Se realizase
Se realizó
Sucedí
Sucedía
Sucediera
Sucediese
Sucedió
Tuve lugar
Tuviera lugar
Tuviese lugar
Tuvo lugar
ik was aan de handeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aan de hand zijn'
Één lettergreep
tenía"tenía mala suerte":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener mala suerte'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  mala
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mala'
  suerte
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve mala suerte
Tuviera mala suerte
Tuviese mala suerte
Tuvo mala suerte
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had pechderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'pech hebben'
  _"tenía mala suerte":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener mala suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve mala suerte
Tuviera mala suerte
Tuviese mala suerte
Tuvo mala suerte
ik had pecheerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'pech hebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Pech').
tenía"tenía miedo":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener miedo'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  miedo
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'miedo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Temí
Temía
Temiera
Temiese
Temió
Tuve miedo
Tuviera miedo
Tuviese miedo
Tuvo miedo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was bang voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang zijn voor'
  _"tenía miedo":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener miedo'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Temí
Temía
Temiera
Temiese
Temió
Tuve miedo
Tuviera miedo
Tuviese miedo
Tuvo miedo
ik was bang vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang zijn voor'
Één lettergreep
tenía"tenía por delante":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener por delante'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
  delante
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'delante'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve por delante
Tuviera por delante
Tuviese por delante
Tuvo por delante
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voor de boegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voor de boeg hebben'
  _"tenía por delante":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener por delante'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve por delante
Tuviera por delante
Tuviese por delante
Tuvo por delante
ik had voor de boegeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voor de boeg hebben'
Één lettergreep
tenía"tenía puesto":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  puesto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze droegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'dragen'
  _"tenía puesto":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
ik droegeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'dragen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dragen').
  wn
  _"tenía puesto":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanhebben'
  _"tenía puesto":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
ik had aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanhebben'
Één lettergreep
  wn
  _"tenía puesto":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'ophebben'
  _"tenía puesto":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
ik had opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'ophebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ophebben').
  wn
  _"tenía puesto":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had voorderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorhebben'
  _"tenía puesto":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener puesto'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Llevaba
Llevara
Llevase
Llevé
Llevó
Tuve puesto
Tuviera puesto
Tuviese puesto
Tuvo puesto
ik had vooreerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorhebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorhebben').
  wn
tenía"tenía que":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  que
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze behoordederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'behoren'
  _"tenía que":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
ik behoordeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'behoren'
Lettergrepen: ik be·hoor·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Behoren').
  wn
  _"tenía que":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze diendederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dienen'
  _"tenía que":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
ik diendeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dienen'
Lettergrepen: ik dien·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dienen').
  wn
  _"tenía que":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hoordederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'horen'
  _"tenía que":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
ik hoordeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'horen'
Lettergrepen: ik hoor·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Horen').
  wn  we
  _"tenía que":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze moestderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'moeten'
  _"tenía que":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Debí
Debía
Debiera
Debiese
Debió
Tuve que
Tuviera que
Tuviese que
Tuvo que
ik moesteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'moeten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Moeten').
  wn
tenía"tenía que ver con":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que ver con'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  que
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'que'
  ver
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  con
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve que ver con
Tuviera que ver con
Tuviese que ver con
Tuvo que ver con
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had te maken metderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'te maken hebben met'
  _"tenía que ver con":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener que ver con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve que ver con
Tuviera que ver con
Tuviese que ver con
Tuvo que ver con
ik had te maken meteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'te maken hebben met'
Lettergrepen: ik had te ma·ken met
tenía"tenía razón":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener razón'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  razón
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'razón'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estaba en lo cierto
Estuve en lo cierto
Estuviera en lo cierto
Estuviese en lo cierto
Estuvo en lo cierto
Tuve razón
Tuviera razón
Tuviese razón
Tuvo razón
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had gelijkderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelijk hebben'
  _"tenía razón":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener razón'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Estaba en lo cierto
Estuve en lo cierto
Estuviera en lo cierto
Estuviese en lo cierto
Estuvo en lo cierto
Tuve razón
Tuviera razón
Tuviese razón
Tuvo razón
ik had gelijkeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'gelijk hebben'
Lettergrepen: ik had ge·lijk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gelijk').
tenía"tenía relación":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  relación
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze belangde aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanbelangen'
  _"tenía relación":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
ik belangde aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanbelangen'
Lettergrepen: ik be·lang·de aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aanbelangen').
  wn
  _"tenía relación":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze betrofderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'betreffen'
  _"tenía relación":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
ik betrofeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'betreffen'
Lettergrepen: ik be·trof

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Betreffen').
  wn
  _"tenía relación":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangaan'
  _"tenía relación":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
ik ging aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangaan'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aangaan').
  wn
ik verhield meeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verhouden'
Lettergrepen: ik ver·hield me
  _"tenía relación":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verhield zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verhouden'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verkeerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verkeren'
  _"tenía relación":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Me relacionaba
Me relacionara
Me relacionase
Me relacioné
Se relacionaba
Se relacionara
Se relacionase
Se relacionó
Tuve relación
Tuviera relación
Tuviese relación
Tuvo relación
ik verkeerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verkeren'
Lettergrepen: ik ver·keer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verkeren').
  wn
tenía"tenía relación con":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación con'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  relación
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'relación'
  con
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve relación con
Tuviera relación con
Tuviese relación con
Tuvo relación con
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze hield verband metderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'verband houden met'
  _"tenía relación con":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener relación con'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve relación con
Tuviera relación con
Tuviese relación con
Tuvo relación con
ik hield verband meteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'verband houden met'
Lettergrepen: ik hield ver·band met
tenía"tenía resaca":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener resaca'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  resaca
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'resaca'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve resaca
Tuviera resaca
Tuviese resaca
Tuvo resaca
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had een katerderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'een kater hebben'
  _"tenía resaca":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener resaca'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve resaca
Tuviera resaca
Tuviese resaca
Tuvo resaca
ik had een katereerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'een kater hebben'
Lettergrepen: ik had een ka·ter
tenía"tenía sed":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener sed'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  sed
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sed'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve sed
Tuviera sed
Tuviese sed
Tuvo sed
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze dorstte naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dorsten naar'
  _"tenía sed":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener sed'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve sed
Tuviera sed
Tuviese sed
Tuvo sed
ik dorstte naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'dorsten naar'
Lettergrepen: ik dorst·te naar

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dorsten naar').
  _"tenía sed":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener sed'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve sed
Tuviera sed
Tuviese sed
Tuvo sed
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had dorstderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'dorst hebben'
  _"tenía sed":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener sed'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve sed
Tuviera sed
Tuviese sed
Tuvo sed
ik had dorsteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'dorst hebben'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Dorst').
tenía"tenía suerte":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  suerte
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze boftederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'boffen'
  _"tenía suerte":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
ik bofteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'boffen'
Lettergrepen: ik bof·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Boffen').
  wn
  _"tenía suerte":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had gelukderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'geluk hebben'
  _"tenía suerte":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
ik had gelukeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'geluk hebben'
Lettergrepen: ik had ge·luk

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Geluk').
  _"tenía suerte":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze trof hetderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'het treffen'
  _"tenía suerte":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
ik trof heteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'het treffen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Het').
  _"tenía suerte":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zwijndederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zwijnen'
  _"tenía suerte":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener suerte'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve suerte
Tuviera suerte
Tuviese suerte
Tuvo suerte
ik zwijndeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zwijnen'
Lettergrepen: ik zwijn·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zwijnen').
  wn
tenía"tenía una cita":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener una cita'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  una
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'
  cita
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cita'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve una cita
Tuviera una cita
Tuviese una cita
Tuvo una cita
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze had een afspraakderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'een afspraak hebben'
  _"tenía una cita":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener una cita'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve una cita
Tuviera una cita
Tuviese una cita
Tuvo una cita
ik had een afspraakeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'een afspraak hebben'
Lettergrepen: ik had een af·spraak
tenía"tenía una fuga":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener una fuga'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  una
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'
  fuga
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fuga'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve una fuga
Tuviera una fuga
Tuviese una fuga
Tuvo una fuga
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was lekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'lek zijn'
  _"tenía una fuga":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener una fuga'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve una fuga
Tuviera una fuga
Tuviese una fuga
Tuvo una fuga
ik was lekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'lek zijn'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Lek').
tenía"tenía valor":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener valor'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tener'
  valor
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'valor'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve valor
Tuviera valor
Tuviese valor
Tuvo valor
Valí
Valía
Valiera
Valiese
Valió
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loondederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lonen'
  _"tenía valor":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener valor'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve valor
Tuviera valor
Tuviese valor
Tuvo valor
Valí
Valía
Valiera
Valiese
Valió
ik loondeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lonen'
Lettergrepen: ik loon·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Lonen').
  wn
  _"tenía valor":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener valor'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve valor
Tuviera valor
Tuviese valor
Tuvo valor
Valí
Valía
Valiera
Valiese
Valió
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was waardderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'waard zijn'
  _"tenía valor":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'tener valor'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Tuve valor
Tuviera valor
Tuviese valor
Tuvo valor
Valí
Valía
Valiera
Valiese
Valió
ik was waardeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'waard zijn'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Waard').

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R ST U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a de h i jlm o r s u wyz

3e _ ab c dfghij l mn ñ o pq r s t uvwxz

4e _ ac d e gi no s t u

5ea d es

6e_ i m n s

7e a b c e h l m p q r s u v

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
TENIAVolgende/ Siguiente -->

boven