Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd: 16 Jan 2020 ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, isla de la primavera eterna

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q r s t u v w x y z

3e a b de i mo p suy

4e a e il o r u

<-- Vorige/ Anterior palabras de
woorden van EMBISTA ..... EMBLEMAS Volgende/ Siguiente -->

Spaans/español Nederlands/holandés

embistaprimera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embiste
Embisto
Me abalance
Me abalanzo
Se abalance
Se abalanza ik storm voorwaartseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: ik storm voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

  _tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embiste
Embisto
Me abalance
Me abalanzo
Se abalance
Se abalanza hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormt voorwaartsderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embiste
Embisto
Me abalance
Me abalanzo
Se abalance
Se abalanza ik werp me opeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

  _tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embiste
Embisto
Me abalance
Me abalanzo
Se abalance
Se abalanza hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

¡embista!imperativo singular del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Abaláncense!
¡Abaláncese!
¡Embistan! stormt u voorwaarts!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

werpt u zich op!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'zich werpen op'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistáissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestís
Os abalancéis
Os abalanzáis jullie stormen voorwaartstweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: jul·lie stor·men voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

jullie werpen je optweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: jul·lie wer·pen je op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistamosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestimos
Nos abalancemos
Nos abalanzamos wij/we stormen voorwaartseerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

wij/we werpen ons opeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

¡embistamos!imperativo plural del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Abalancémonos! laten we voorwaarts stormengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: la·ten we voor·waarts stor·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

laten we zich werpen opgebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: la·ten we zich wer·pen op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistantercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embisten
Se abalancen
Se abalanzan zij/ze stormen voorwaartsderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze werpen zich opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

¡embistan!imperativo plural del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Abaláncense!
¡Abaláncese!
¡Embista! stormt u voorwaarts!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

werpt u zich op!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'zich werpen op'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistassegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embistes
Te abalances
Te abalanzas jij/je stormt voorwaartstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

jij/je werpt je optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistetercera persona singular presente de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embista
Se abalance
Se abalanza hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormt voorwaartsderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze werpt zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

¡embiste!imperativo singular del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Abalanzaos!
¡Abalánzate!
¡Embestid! storm voorwaarts!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

werp je op!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'zich werpen op'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistentercera persona plural presente de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embistan
Se abalancen
Se abalanzan zij/ze stormen voorwaartsderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze werpen zich opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistessegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embistas
Te abalances
Te abalanzas jij/je stormt voorwaartstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

jij/je werpt je optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistiendogerundio del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Abalanzándome
Abalanzándonos
Abalanzándoos
Abalanzándose
Abalanzándote voorwaarts stormendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: voor·waarts stor·mend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

zich werpend oponvoltooid deelwoord van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: zich wer·pend op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistieratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiese
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormde voorwaartsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiese
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó ik stormde voorwaartseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: ik storm·de voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

ik wierp me opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiese
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistieraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestíais
Embestisteis
Embistieseis
Os abalanzabais
Os abalanzarais
Os abalanzaseis
Os abalanzasteis jullie stormden voorwaartstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: jul·lie storm·den voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

jullie wierpen je optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: jul·lie wier·pen je op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistiéramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestíamos
Embestimos
Embistiésemos
Nos abalanzábamos
Nos abalanzamos
Nos abalanzáramos
Nos abalanzásemos wij/we stormden voorwaartseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

wij/we wierpen ons opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistierantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestían
Embistieron
Embistiesen
Se abalanzaban
Se abalanzaran
Se abalanzaron
Se abalanzasen zij/ze stormden voorwaartsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze wierpen zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistierassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestías
Embestiste
Embistieses
Te abalanzabas
Te abalanzaras
Te abalanzases
Te abalanzaste jij/je stormde voorwaartstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

jij/je wierp je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistieretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirá
Embestiré
Me abalanzare
Me abalanzaré
Se abalanzará
Se abalanzare hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal voorwaarts stormenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirá
Embestiré
Me abalanzare
Me abalanzaré
Se abalanzará
Se abalanzare ik zal voorwaarts stormeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: ik zal voor·waarts stor·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

  _tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirá
Embestiré
Me abalanzare
Me abalanzaré
Se abalanzará
Se abalanzare hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich werpen opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirá
Embestiré
Me abalanzare
Me abalanzaré
Se abalanzará
Se abalanzare ik zal me werpen opeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: ik zal me wer·pen op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistiereissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestiréis
Os abalanzareis
Os abalanzaréis jullie zullen voorwaarts stormentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len voor·waarts stor·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

jullie zullen je werpen optweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: jul·lie zul·len je wer·pen op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistiéremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestiremos
Nos abalanzaremos
Nos abalanzáremos wij/we zullen voorwaarts stormeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

wij/we zullen ons werpen opeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistierentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirán
Se abalanzarán
Se abalanzaren zij/ze zullen voorwaarts stormenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze zullen zich werpen opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistieressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestirás
Te abalanzarás
Te abalanzares jij/je zal voorwaarts stormentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

jij/je zal je werpen optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistierontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestían
Embistieran
Embistiesen
Se abalanzaban
Se abalanzaran
Se abalanzaron
Se abalanzasen zij/ze stormden voorwaartsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze wierpen zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistiesetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiera
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormde voorwaartsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiera
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó ik stormde voorwaartseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: ik storm·de voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

ik wierp me opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestí
Embestía
Embistiera
Embistió
Me abalancé
Me abalanzaba
Me abalanzara
Me abalanzase
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistieseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestíais
Embestisteis
Embistierais
Os abalanzabais
Os abalanzarais
Os abalanzaseis
Os abalanzasteis jullie stormden voorwaartstweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: jul·lie storm·den voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

jullie wierpen je optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Lettergrepen: jul·lie wier·pen je op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

embistiésemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestíamos
Embestimos
Embistiéramos
Nos abalanzábamos
Nos abalanzamos
Nos abalanzáramos
Nos abalanzásemos wij/we stormden voorwaartseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

wij/we wierpen ons opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistiesentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestían
Embistieran
Embistieron
Se abalanzaban
Se abalanzaran
Se abalanzaron
Se abalanzasen zij/ze stormden voorwaartsderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

zij/ze wierpen zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistiesessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestías
Embestiste
Embistieras
Te abalanzabas
Te abalanzaras
Te abalanzases
Te abalanzaste jij/je stormde voorwaartstweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

jij/je wierp je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistiótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embestía
Embistiera
Embistiese
Se abalanzaba
Se abalanzara
Se abalanzase
Se abalanzó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stormde voorwaartsderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'

embistoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'embestir'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'embestir'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Embista
Me abalance
Me abalanzo ik storm voorwaartseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'voorwaarts stormen'
Lettergrepen: ik storm voor·waarts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Voorwaarts').

ik werp me opeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich werpen op'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Werpen').

emblemasustantivo
Plural es: emblemas

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'emblema'
, el  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Palo de la baraja embleemzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: em·bleem
Verkleinwoord is: embleempje [em·bleem·pje]], het
Meervoud is: emblemen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
kleurzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Verkleinwoord is: kleurtje [kleur·tje]], het
Meervoud is: kleuren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  we  w
zinnebeeldzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: zin·ne·beeld
Meervoud is: zinnebeelden

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
emblemassustantivo plural de la palabra: emblema

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'emblema'
, los  we  w emblemenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: embleem
Lettergrepen: em·ble·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Embleem').
, de  wn  w
kleurenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: kleur
Lettergrepen: kleu·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  we  w
zinnebeeldenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: zinnebeeld
Lettergrepen: zin·ne·beel·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zinnebeeld').
, de  wn  w

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q r s t u v w x y z

3e a b de i mo p suy

4e a e il o r u

<-- Vorige/ Anterior palabras de
woorden van EMBISTA ..... EMBLEMAS Volgende/ Siguiente -->