Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

El Banco de España ha comunicado que los bancos y cajas de ahorro cobran a las familias un tipo de interés medio del 14% en caso de que las cuentas queden al descubierto

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q RS T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bce fgh i jklmn o pqr t u vwyz

3e_ a b c d f g ik l m n ñ p q r s t uv wxy

4e ,- a b c d ef g h i j l m n o p q r s t u v z

5e ai lru

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
SE_FUVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
se"se fue":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fue
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salía
Saliera
Saliese
Salió
Se ausentaba
Se ausentara
Se ausentase
Se ausentó
Se fuera
Se fuese
Se iba
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging afderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrokderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fuera":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuera
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fuera'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salía
Saliera
Saliese
Salió
Se ausentaba
Se ausentara
Se ausentase
Se ausentó
Se fue
Se fuese
Se iba
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging afderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrokderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fueran":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fueran
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salían
Salieran
Salieron
Saliesen
Se ausentaban
Se ausentaran
Se ausentaron
Se ausentasen
Se fueron
Se fuesen
Se iban
zij/ze gingen afderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
zij/ze gingen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
zij/ze vertrokkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
zij/ze verwijderden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fuere":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuere
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Saldrá
Saliere
Se ausentará
Se ausentare
Se irá
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal afgaanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vertrekkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich verwijderenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weggaanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
se"se fueren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fueren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Saldrán
Salieren
Se ausentarán
Se ausentaren
Se irán
zij/ze zullen afgaanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
zij/ze zullen vertrekkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
zij/ze zullen zich verwijderenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
zij/ze zullen weggaanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
se"se fueron":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fueron
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salían
Salieran
Salieron
Saliesen
Se ausentaban
Se ausentaran
Se ausentaron
Se ausentasen
Se fueran
Se fuesen
Se iban
zij/ze gingen afderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
zij/ze gingen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
zij/ze vertrokkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
zij/ze verwijderden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fuese":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuese
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salía
Saliera
Saliese
Salió
Se ausentaba
Se ausentara
Se ausentase
Se ausentó
Se fue
Se fuera
Se iba
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging afderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ging wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vertrokderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verwijderde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fuesen":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'irse'
(verbo pronominal). Separarse alguien de una persona o lugar, especialmente del lugar en que se reside. SIN. Partir, alejarse, viajar.
ANT. Presentarse, estar presente.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuesen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Salían
Salieran
Salieron
Saliesen
Se ausentaban
Se ausentaran
Se ausentaron
Se ausentasen
Se fueran
Se fueron
Se iban
zij/ze gingen afderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'afgaan'
zij/ze gingen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weggaan'
zij/ze vertrokkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertrekken'
zij/ze verwijderden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verwijderen'
se"se fuga":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuga
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fuga'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugue
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt wegderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaba":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaba
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugara
Se fugase
Se fugó
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaban":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaban
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaran
Se fugaron
Se fugasen
1.zij/ze liepen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnaptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugan":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugan
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fuguen
1.zij/ze lopen wegderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnappenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchtenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugara":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugara
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaba
Se fugase
Se fugó
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugará":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugará
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugare
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weglopenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontsnappenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vluchtenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaran":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaran
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaban
Se fugaron
Se fugasen
1.zij/ze liepen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnaptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaren
1.zij/ze zullen weglopenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze zullen ontsnappenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze zullen vluchtenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugare":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugare
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugará
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal weglopenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontsnappenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vluchtenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugarán
1.zij/ze zullen weglopenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze zullen ontsnappenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze zullen vluchtenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaría":
tercera persona singular condicional del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaría
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou weglopenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontsnappenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vluchtenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
1.zij/ze zouden weglopenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze zouden ontsnappenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze zouden vluchtenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugaron":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugaron
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaban
Se fugaran
Se fugasen
1.zij/ze liepen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnaptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugase":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugase
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaba
Se fugara
Se fugó
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugasen":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugasen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaban
Se fugaran
Se fugaron
1.zij/ze liepen wegderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnaptenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugó":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugó
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugaba
Se fugara
Se fugase
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liep wegderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fugue":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fugue
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fuga
1.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze loopt wegderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontsnaptderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze vluchtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'
se"se fuguen":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'fugarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  fuguen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fugar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se fugan
1.zij/ze lopen wegderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'weglopen'
2.zij/ze ontsnappenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontsnappen'
zij/ze vluchtenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vluchten'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q RS T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bce fgh i jklmn o pqr t u vwyz

3e_ a b c d f g ik l m n ñ p q r s t uv wxy

4e ,- a b c d ef g h i j l m n o p q r s t u v z

5e ai lru

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
SE_FUVolgende/ Siguiente -->

arriba