Klein woordenboek Nederlands-Spaans en vv met 592553 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

2e

0‑9

a

e

h

i

jmn

o

r

st

u

v

w

yz

3e

_

a

b

c

d

e

f

g

hi

k

l

m

n

o

p

r

s

t

u

v

wxz

4e

-a

b

d

e

g

h

ik

l

m

n

o

p

r

s

t

v

w

z

5e

a

o

u

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

DE_L

Volgende/ Siguiente -->

	Nederlands/holandés		Spaans/español
	de laatste hand gelegd aanregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: de laat·ste hand ge·legd aan   s verwante woorden: --------------------- Vervolmaakt		puntualizadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
			puntualizadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
			puntualizadoparticipio pasado del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
			puntualizadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	de laatste hand leggen aanwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: de laat·ste hand leg·gen aan Verbuiging: de laatste hand leggen aan - legde de laatste hand aan - de laatste hand gelegd aan   s verwante woorden: --------------------- Vervolmaken		puntualizarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Puntualizo Puntualicé Puntualizas Puntualizaste Puntualiza Puntualizó Puntualizamos Puntualizamos Puntualizáis Puntualizasteis Puntualizan Puntualizaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Puntualizar é ía Puntualizaba Puntualizar ás ías Puntualizabas Puntualizar á ía Puntualizaba Puntualizar emos íamos Puntualizábamos Puntualizar éis íais Puntualizabais Puntualizar án ían Puntualizaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Puntualice Puntualizara Puntualices Puntualizaras Puntualice Puntualizara Puntualicemos Puntualizáramos Puntualicéis Puntualizarais Puntualicen Puntualizaran Futuro Préterito imperfecto se Puntualizare Puntualizase Puntualizares Puntualizases Puntualizare Puntualizase Puntualizáremos Puntualizásemos Puntualizareis Puntualizaseis Puntualizaren Puntualizasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Puntualiza (tú) No puntualices Puntualice (usted) No puntualice Puntualicemos (nosotros) No puntualicemos Puntualizad (vosotros) No puntualicéis Puntualicen (ustedes) No puntualicen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Puntualizado Puntualizando
	't zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan'		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan'		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	't zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan'		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	er zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: er zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: er zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	er zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: er zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ge zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ge zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ge zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ge zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ge zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	gij zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: gij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: gij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	gij zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: gij zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	het zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: het zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: het zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	het zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: het zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	hij zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: hij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: hij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	hij zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: hij zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ik zal de laatste hand leggen aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ik zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizareprimera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ik zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ik zou de laatste hand leggen aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ik zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríaprimera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	je zal de laatste hand leggen aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: je zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: je zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	je zou de laatste hand leggen aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: je zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríassegunda persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	jij zal de laatste hand leggen aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	jij zou de laatste hand leggen aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jij zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríassegunda persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	jullie zouden de laatste hand leggen aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jul·lie zou·den de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	jullie zullen de laatste hand leggen aantweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jul·lie zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: jul·lie zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	men zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: men zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: men zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	men zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: men zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	u zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: u zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: u zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	u zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: u zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	we zouden de laatste hand leggen aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: we zou·den de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	we zullen de laatste hand leggen aaneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: we zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: we zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	wij zouden de laatste hand leggen aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: wij zou·den de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	wij zullen de laatste hand leggen aaneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: wij zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: wij zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ze zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ze zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ze zouden de laatste hand leggen aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zou·den de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríantercera persona plural condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	ze zullen de laatste hand leggen aanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: ze zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	zij zal de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zal de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	zij zou de laatste hand leggen aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zou de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríatercera persona singular condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	zij zouden de laatste hand leggen aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zou·den de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizaríantercera persona plural condicional del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	zij zullen de laatste hand leggen aanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: zij zul·len de laat·ste hand leg·gen aan		puntualizarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	de laatste hand leggend aanonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'de laatste hand leggen aan' Lettergrepen: de laat·ste hand leg·gend aan   s verwante woorden: --------------------- Vervolmakend		puntualizandogerundio del verbo 'puntualizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puntualizar'   we
	de laatste tijdbijwoordsvorm bw Lettergrepen: de laat·ste tijd		últimamenteadverbio Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'últimamente'   we  wn
	de loodrechte stand doen verliezenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen Verbuiging: de loodrechte stand doen verliezen - deed de loodrechte stand verliezen - de loodrechte stand gedaan verliezen		desplomarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Desplomo Desplomé Desplomas Desplomaste Desploma Desplomó Desplomamos Desplomamos Desplomáis Desplomasteis Desploman Desplomaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Desplomar é ía Desplomaba Desplomar ás ías Desplomabas Desplomar á ía Desplomaba Desplomar emos íamos Desplomábamos Desplomar éis íais Desplomabais Desplomar án ían Desplomaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Desplome Desplomara Desplomes Desplomaras Desplome Desplomara Desplomemos Desplomáramos Desploméis Desplomarais Desplomen Desplomaran Futuro Préterito imperfecto se Desplomare Desplomase Desplomares Desplomases Desplomare Desplomase Desplomáremos Desplomásemos Desplomareis Desplomaseis Desplomaren Desplomasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Desploma (tú) No desplomes Desplome (usted) No desplome Desplomemos (nosotros) No desplomemos Desplomad (vosotros) No desploméis Desplomen (ustedes) No desplomen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Desplomado Desplomando
	't zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen'		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen'		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	't zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen'		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	er zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: er zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: er zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	er zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: er zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ge zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ge zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ge zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ge zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ge zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	gij zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: gij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: gij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	gij zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: gij zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	het zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: het zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: het zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	het zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: het zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	hij zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: hij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: hij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	hij zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: hij zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ik zal de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ik zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomareprimera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ik zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ik zou de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ik zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríaprimera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	je zal de loodrechte stand doen verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: je zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: je zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	je zou de loodrechte stand doen verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: je zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríassegunda persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	jij zal de loodrechte stand doen verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	jij zou de loodrechte stand doen verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jij zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríassegunda persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	jullie zouden de loodrechte stand doen verliezentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jul·lie zou·den de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	jullie zullen de loodrechte stand doen verliezentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jul·lie zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: jul·lie zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	men zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: men zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: men zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	men zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: men zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	u zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: u zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: u zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	u zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: u zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	we zouden de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: we zou·den de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	we zullen de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: we zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: we zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	wij zouden de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: wij zou·den de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	wij zullen de loodrechte stand doen verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: wij zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: wij zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ze zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ze zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ze zouden de loodrechte stand doen verliezenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zou·den de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríantercera persona plural condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	ze zullen de loodrechte stand doen verliezenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: ze zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	zij zal de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zal de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	zij zou de loodrechte stand doen verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zou de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríatercera persona singular condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	zij zouden de loodrechte stand doen verliezenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zou·den de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomaríantercera persona plural condicional del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	zij zullen de loodrechte stand doen verliezenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: zij zul·len de lood·rech·te stand doen ver·lie·zen		desplomarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	de loodrechte stand doend verliezenonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: de lood·rech·te stand doend ver·lie·zen		desplomandogerundio del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	de loodrechte stand gedaan verliezenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'de loodrechte stand doen verliezen' Lettergrepen: de lood·rech·te stand ge·daan ver·lie·zen		desplomadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
			desplomadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
			desplomadoparticipio pasado del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
			desplomadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'desplomar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
	de loodrechte stand verliezenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: de lood·rech·te stand ver·lie·zen Verbuiging: de loodrechte stand verliezen - verloor de loodrechte stand - de loodrechte stand verloren		desplomarseinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Me desplomo Me desplomé Te desplomas Te desplomaste Se desploma Se desplomó Nos desplomamos Nos desplomamos Os desplomáis Os desplomasteis Se desploman Se desplomaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Me desplomar é ía Me desplomaba Te desplomar ás ías Te desplomabas Se desplomar á ía Se desplomaba Nos desplomar emos íamos Nos desplomábamos Os desplomar éis íais Os desplomabais Se desplomar án ían Se desplomaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Me desplome Me desplomara Te desplomes Te desplomaras Se desplome Se desplomara Nos desplomemos Nos desplomáramos Os desploméis Os desplomarais Se desplomen Se desplomaran Futuro Préterito imperfecto se Me desplomare Me desplomase Te desplomares Te desplomases Se desplomare Se desplomase Nos desplomáremos Nos desplomásemos Os desplomareis Os desplomaseis Se desplomaren Se desplomasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Desplómate (tú) No te desplomes Desplómese (usted) No se desplome Desplomémonos (nosotros) No nos desplomemos Desplomaos (vosotros) No os desploméis Desplómense (ustedes) No se desplomen Formas impersonales participio pasado     Gerundio Desplomado Desplomándome,... etc.
	't zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen'		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen'		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	't zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen'		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	er zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: er zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: er zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	er zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: er zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ge zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ge zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ge zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ge zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ge zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	gij zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: gij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: gij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	gij zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: gij zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	het zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: het zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: het zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	het zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: het zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	hij zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: hij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: hij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	hij zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: hij zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ik zal de loodrechte stand verliezeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ik zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		me"me desplomare": primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'me'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ik zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		me"me desplomaré": primera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'me'   desplomaré Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ik zou de loodrechte stand verliezeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ik zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		me"me desplomaría": primera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'me'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	je zal de loodrechte stand verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: je zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomarás": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomarás Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: je zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomares": segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomares Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	je zou de loodrechte stand verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: je zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomarías": segunda persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomarías Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	jij zal de loodrechte stand verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomarás": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomarás Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomares": segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomares Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	jij zou de loodrechte stand verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jij zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		te"te desplomarías": segunda persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'   desplomarías Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	jullie zouden de loodrechte stand verliezentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jul·lie zou·den de lood·rech·te stand ver·lie·zen		os"os desplomaríais": segunda persona plural condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'   desplomaríais Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	jullie zullen de loodrechte stand verliezentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jul·lie zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		os"os desplomareis": segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'   desplomareis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: jul·lie zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		os"os desplomaréis": segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'   desplomaréis Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	men zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: men zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: men zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	men zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: men zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	u zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: u zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: u zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	u zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: u zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	we zouden de loodrechte stand verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: we zou·den de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomaríamos": primera persona plural condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomaríamos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	we zullen de loodrechte stand verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: we zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomaremos": primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomaremos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: we zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomáremos": primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomáremos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	wij zouden de loodrechte stand verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: wij zou·den de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomaríamos": primera persona plural condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomaríamos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	wij zullen de loodrechte stand verliezeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: wij zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomaremos": primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomaremos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: wij zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		nos"nos desplomáremos": primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'   desplomáremos Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ze zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ze zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ze zouden de loodrechte stand verliezenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zou·den de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomarían": tercera persona plural condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomarían Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	ze zullen de loodrechte stand verliezenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomarán": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomarán Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: ze zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaren": tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaren Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	zij zal de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomará": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomará Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zal de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomare": tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomare Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	zij zou de loodrechte stand verliezenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zou de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaría": tercera persona singular condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaría Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	zij zouden de loodrechte stand verliezenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zou·den de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomarían": tercera persona plural condicional del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomarían Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	zij zullen de loodrechte stand verliezenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomarán": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomarán Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	_derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: zij zul·len de lood·rech·te stand ver·lie·zen		se"se desplomaren": tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'   desplomaren Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	de loodrechte stand verliezendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'de loodrechte stand verliezen' Lettergrepen: de lood·rech·te stand ver·lie·zend		desplomándomegerundio del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
			desplomándonosgerundio del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
			desplomándoosgerundio del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
			desplomándosegerundio del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'   we
			desplomándotegerundio del verbo 'desplomarse' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'desplomar'
	de lust opwekkendbijvoeglijk naamwoordsvorm bn Lettergrepen: de lust op·wek·kend   s verwante woorden: --------------------- De geslachtsdrift opwekkend		afrodisíacaadjetivo femenino singular de la palabra: afrodisíaco Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrodisíaco'   we  w
			afrodisíacasadjetivo femenino plural de la palabra: afrodisíaco Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrodisíaco'   we  w
			afrodisíacoadjetivo masculino singular Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrodisíaco'   we  w
			afrodisíacosadjetivo masculino plural de la palabra: afrodisíaco Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'afrodisíaco'   we  w

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

2e

0‑9

a

e

h

i

jmn

o

r

st

u

v

w

yz

3e

_

a

b

c

d

e

f

g

hi

k

l

m

n

o

p

r

s

t

u

v

wxz

4e

-a

b

d

e

g

h

ik

l

m

n

o

p

r

s

t

v

w

z

5e

a

o

u

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

DE_L

Volgende/ Siguiente -->

arriba