Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Grafología es pseudociencia, engaño, estafa o superstición

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q rs t u v w x y z

3e -a b c de f g hkl m nop q s t v

4ea e i l o r u

5e c dgl nñ r st

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ESPAÑVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
EspañaNombre (o por antonomasia)
Un país que está indicado por la normativa ISO 3166-1 con el código de tres cifras: 724, el código de tres letras: ESP y el código de dos letras: ES.
  we  wn  w
Spanjeeigennaam (of antonomasie) en
Lettergrepen: Span·je
Een land dat volgens ISO-norm ISO 3166-1 wordt aangeduid met een driecijferige landcode: 724, een drieletterige landcode: ESP en een tweeletterige landcode: ES.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we  w
españolsustantivo
Plural es: españoles
El habitante del país España con código: ES (ISO 3166-1).

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
, el  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Ibérico
Íbero
1.Iberiërzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: Ibe·ri·er
Meervoud is: Iberiërs
De inwoner van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  we  w
Spanjaardzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: Span·jaard
Meervoud is: Spanjaarden
De inwoner van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spanje').
, de  wn  we  w
  _sustantivo
Esta palabra no tiene plural
En el sentido de una lengua o familia de lenguas que está indicado por la normativa ISO 639-1 con el código de dos letras: es.
  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Castellano
2.Spaanszelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Dit woord heeft geen meervoud
In de betekenis van een taal die volgens ISO-norm ISO 639-1 wordt aangeduid met de tweeletterige taalcode in onderkast: es.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  we  w
Spaanse taalzelfstandig naamwoordsvorm zn
Lettergrepen: Spaan·se taal
Dit woord heeft geen meervoud
In de betekenis van een taal die volgens ISO-norm ISO 639-1 wordt aangeduid met de tweeletterige taalcode in onderkast: es.
, de  w
españoladjetivo masculino singular
El adjetivo que pertenece a: España.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Española
Españolas
Españoles
Spaansbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we  w
SpaanseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Spaans
Lettergrepen: Spaan·se
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spaans').
  wn  we  w
españolasustantivo
El habitante (femenina) del país España con código: ES (ISO 3166-1).

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'española'
, la  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Ibérica
Íbera
Iberischezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: Ibe·ri·sche
De inwoonster van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Iberisch').
, de  wn  we  w
Spaansezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: Spaan·se
De inwoonster van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spaans').
, de  wn  we  w
españolaadjetivo femenino singular de la palabra: español
El adjetivo que pertenece a: España.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Español
Españolas
Españoles
Spaansbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we  w
SpaanseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Spaans
Lettergrepen: Spaan·se
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spaans').
  wn  we  w
españolasadjetivo femenino plural de la palabra: español
El adjetivo que pertenece a: España.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Español
Española
Españoles
Spaansbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we  w
SpaanseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Spaans
Lettergrepen: Spaan·se
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spaans').
  wn  we  w
españolessustantivo plural de la palabra: español
El habitante del país España con código: ES (ISO 3166-1).

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
, los  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Ibéricos
Iberos
Íberos
IberiërsMeervoud van het zelfstandig naamwoord: iberiër
Lettergrepen: Ibe·ri·ers
De inwoner van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Iberiër').
, de  wn  w
SpanjaardenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: spanjaard
Lettergrepen: Span·jaar·den
De inwoner van het land Spanje met landcode: ES (ISO 3166-1).

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spanje').
, de  wn  we  w
españolesadjetivo masculino plural de la palabra: español
El adjetivo que pertenece a: España.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'español'
  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Español
Española
Españolas
Spaansbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we  w
SpaanseVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Spaans
Lettergrepen: Spaan·se
Het bijvoeglijk naamwoord horend bij: Spanje.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Spaans').
  wn  we  w
españolicetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españoliza
Españolizo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españoliza
Españolizo
ik verspaanseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolicéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaba
Españolizara
Españolizase
ik verspaansteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
¡españolice!imperativo singular del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Españolicen!
verspaanst u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolicéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizáis
jullie verspaansentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: jul·lie ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolicemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizamos
wij/we verspaanseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
¡españolicemos!imperativo plural del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
laten we verspaansengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: la·ten we ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolicentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizan
zij/ze verspaansenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
¡españolicen!imperativo plural del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Españolice!
verspaanst u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolicessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizas
jij/je verspaansttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolice
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
¡españoliza!imperativo singular del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Españolizad!
verspaans!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizara
Españolizase
Españolizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizara
Españolizase
Españolizó
ik verspaansteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizarais
Españolizaseis
Españolizasteis
jullie verspaanstentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizamos
Españolizáramos
Españolizásemos
wij/we verspaansteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaran
Españolizaron
Españolizasen
zij/ze verspaanstenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaras
Españolizases
Españolizaste
jij/je verspaanstetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
¡españolizad!imperativo plural del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Españoliza!
verspaans!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizadas
Españolizado
Españolizados
verspaanstregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ver·spaanst

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizada
Españolizado
Españolizados
verspaanstregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ver·spaanst

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizadoparticipio pasado del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizada
Españolizadas
Españolizados
verspaanstregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ver·spaanst

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizada
Españolizadas
Españolizado
verspaanstregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ver·spaanst

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicéis
jullie verspaansentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: jul·lie ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizamosprimera persona plural presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicemos
Españolizábamos
Españolizáramos
Españolizásemos
wij/we verspaanseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicemos
Españolizábamos
Españolizáramos
Españolizásemos
wij/we verspaansteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicen
zij/ze verspaansenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizandogerundio del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
verspaansendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ver·spaan·send

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
EspañolizoEspañolicé
EspañolizasEspañolizaste
EspañolizaEspañolizó
EspañolizamosEspañolizamos
EspañolizáisEspañolizasteis
EspañolizanEspañolizaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
EspañolizaréíaEspañolizaba
EspañolizarásíasEspañolizabas
EspañolizaráíaEspañolizaba
EspañolizaremosíamosEspañolizábamos
EspañolizaréisíaisEspañolizabais
EspañolizaráníanEspañolizaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
EspañoliceEspañolizara
EspañolicesEspañolizaras
EspañoliceEspañolizara
EspañolicemosEspañolizáramos
EspañolicéisEspañolizarais
EspañolicenEspañolizaran
FuturoPréterito imperfecto se
EspañolizareEspañolizase
EspañolizaresEspañolizases
EspañolizareEspañolizase
EspañolizáremosEspañolizásemos
EspañolizareisEspañolizaseis
EspañolizarenEspañolizasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Españoliza(tú)No españolices
Españolice(usted)No españolice
Españolicemos(nosotros)No españolicemos
Españolizad(vosotros)No españolicéis
Españolicen(ustedes)No españolicen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
EspañolizadoEspañolizando
verspaansenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: ver·spaan·sen
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
verspaansen - verspaanste - verspaanst


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
españolizaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizaba
Españolizase
Españolizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizaba
Españolizase
Españolizó
ik verspaansteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verspaansenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabais
Españolizaseis
Españolizasteis
jullie verspaanstentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizábamos
Españolizamos
Españolizásemos
wij/we verspaansteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaban
Españolizaron
Españolizasen
zij/ze verspaanstenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaren
zij/ze zullen verspaansenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabas
Españolizases
Españolizaste
jij/je verspaanstetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizares
jij/je zal verspaansentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizará
Españolizaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verspaansenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizará
Españolizaré
ik zal verspaanseneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik zal ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizare
ik zal verspaanseneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik zal ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaréis
jullie zullen verspaansentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizareis
jullie zullen verspaansentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizáremos
wij/we zullen verspaanseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaremos
wij/we zullen verspaanseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizarán
zij/ze zullen verspaansenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizarás
jij/je zal verspaansentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaríatercera persona singular condicional del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verspaansenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular condicional del verbo 'españolizar'
  we
ik zou verspaanseneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik zou ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
jullie zouden verspaansentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den ver·spaan·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
wij/we zouden verspaanseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaríantercera persona plural condicional del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
zij/ze zouden verspaansenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizaríassegunda persona singular condicional del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we
jij/je zou verspaansentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaban
Españolizaran
Españolizasen
zij/ze verspaanstenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolices
jij/je verspaansttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizaba
Españolizara
Españolizó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolicé
Españolizaba
Españolizara
Españolizó
ik verspaansteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabais
Españolizarais
Españolizasteis
jullie verspaanstentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizábamos
Españolizamos
Españolizáramos
wij/we verspaansteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaban
Españolizaran
Españolizaron
zij/ze verspaanstenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabas
Españolizaras
Españolizaste
jij/je verspaanstetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabas
Españolizaras
Españolizases
jij/je verspaanstetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
españolizasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizabais
Españolizarais
Españolizaseis
jullie verspaanstentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolice
ik verspaanseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'
Lettergrepen: ik ver·spaans

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verspaansen').
españolizótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'españolizar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'españolizar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Españolizaba
Españolizara
Españolizase
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verspaanstederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verspaansen'

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l m n o p q rs t u v w x y z

3e -a b c de f g hkl m nop q s t v

4ea e i l o r u

5e c dgl nñ r st

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ESPAÑVolgende/ Siguiente -->

boven