Klein woordenboek Nederlands-Spaans en vv met 592553 woorden

Ga naar woordenboek Spaans-Nederlands; Ir a diccionario español-holandés.

Klik op de eerste letter van het gezochte Nederlandse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter. Maar... LET OP!!!
Elija el primer carácter de la palabra holandesa buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter. Pero... OJO!!!

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

30-04-2010: De Amerikaanse justitie is bezig met een strafrechtelijk onderzoek naar de praktijken van zakenbank Goldman Sachs.

1e 0‑9 A B C D E F G H IJ K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

2e 0‑9 a e hio u

3e abcd eg hijklm n o prst u vyz

4e d g j t

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
JOGVolgende/ Siguiente -->

Nederlands/holandésSpaans/español
jog!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
¡haced"¡haced footing!":
imperativo plural del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
¡haz"¡haz footing!":
imperativo singular del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ik jogeerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hago"hago footing":
primera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
't jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
er jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ge jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
gij jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
het jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hij jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ik jogdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ik jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hice"hice footing":
primera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ik jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
je jogdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacías"hacías footing":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieras"hicieras footing":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hicieses"hicieses footing":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciste"hiciste footing":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jij jogdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacías"hacías footing":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieras"hicieras footing":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hicieses"hicieses footing":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciste"hiciste footing":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
men jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
u jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij jogdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacía"hacía footing":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciera"hiciera footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciese"hiciese footing":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hizo"hizo footing":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jullie jogdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacíais"hacíais footing":
segunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicierais"hicierais footing":
segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hicieseis"hicieseis footing":
segunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicisteis"hicisteis footing":
segunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
we jogdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacíamos"hacíamos footing":
primera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciéramos"hiciéramos footing":
primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciésemos"hiciésemos footing":
primera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicimos"hicimos footing":
primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
wij jogdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacíamos"hacíamos footing":
primera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciéramos"hiciéramos footing":
primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hiciésemos"hiciésemos footing":
primera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicimos"hicimos footing":
primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze jogdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacían"hacían footing":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieran"hicieran footing":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieron"hicieron footing":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciesen"hiciesen footing":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij jogdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacían"hacían footing":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieran"hicieran footing":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieron"hicieron footing":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciesen"hiciesen footing":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
joggenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: jog·gen
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
joggen - jogde - gejogd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w  hhyponiemen:
-----------
aquajoggen
breinjoggen
  rafgeleide woorden:
------------------
jogger
jogging
jogster
hacer"hacer footing":
locución verbal

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
't zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
't zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
er zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
er zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: er zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ge zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ge zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ge zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
gij zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
gij zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: gij zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
het zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
het zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: het zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hij zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hij zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: hij zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ik zal joggeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ik zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haré"haré footing":
primera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ik zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ik zou joggeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ik zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
primera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
je zal joggentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harás"harás footing":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieres"hicieres footing":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
je zou joggentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: je zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harías"harías footing":
segunda persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jij zal joggentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harás"harás footing":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieres"hicieres footing":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jij zou joggentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jij zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harías"harías footing":
segunda persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jullie joggentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacéis"hacéis footing":
segunda persona plural presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagáis"hagáis footing":
segunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jullie zouden joggentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haríais"haríais footing":
segunda persona plural condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jullie zullen joggentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haréis"haréis footing":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciereis"hiciereis footing":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
men zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
men zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: men zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
u zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
u zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: u zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
we joggeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacemos"hacemos footing":
primera persona plural presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagamos"hagamos footing":
primera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
we zouden joggeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we zou·den jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haríamos"haríamos footing":
primera persona plural condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
we zullen joggeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haremos"haremos footing":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: we zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciéremos"hiciéremos footing":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
wij joggeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacemos"hacemos footing":
primera persona plural presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagamos"hagamos footing":
primera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
wij zouden joggeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij zou·den jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haríamos"haríamos footing":
primera persona plural condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
wij zullen joggeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haremos"haremos footing":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: wij zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciéremos"hiciéremos footing":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze joggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacen"hacen footing":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagan"hagan footing":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze zouden joggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zou·den jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harían"harían footing":
tercera persona plural condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze zullen joggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harán"harán footing":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: ze zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieren"hicieren footing":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij joggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hacen"hacen footing":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagan"hagan footing":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij zal joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hará"hará footing":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zal jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hiciere"hiciere footing":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij zou joggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zou jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haría"haría footing":
tercera persona singular condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij zouden joggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zou·den jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harían"harían footing":
tercera persona plural condicional del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij zullen joggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
harán"harán footing":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: zij zul·len jog·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hicieren"hicieren footing":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
joggendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'joggen'
Lettergrepen: jog·gend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haciendo"haciendo footing":
gerundio del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
joggingbroekzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: jog·ging·broek
, de  wn
pantalon"pantalon de jogging":
locución sustantiva

Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'pantalon'
  de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  jogging
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'jogging'
joggingpakzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: jog·ging·pak
Meervoud is: joggingpakken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
chándalsustantivo
Plural es: chándales

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'chándal'
, el  we  w
joggingpakkenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: joggingpak
Lettergrepen: jog·ging·pak·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggingpak').
, de  wn  w
chándalessustantivo plural de la palabra: chándal

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'chándal'
  we  w
Jogjakartaeigennaam (of antonomasie) en
  w
YogyakartaNombre (o por antonomasia)
Yogyakarta o Jogjakarta (grafía anterior Djogjakarta), ciudad de Indonesia, en el S de Java.
  w
't jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
er jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ge jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
gij jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
het jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
hij jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
je jogttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haces"haces footing":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagas"hagas footing":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jij jogttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haces"haces footing":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _tweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hagas"hagas footing":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
men jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
u jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
ze jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
zij jogtderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
hace"hace footing":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'joggen'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
haga"haga footing":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
jogt u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
¡haga"¡haga footing!":
imperativo singular del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'
  _gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'joggen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Joggen').
  wn
¡hagan"¡hagan footing!":
imperativo plural del verbo 'hacer footing'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'
  footing!
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'

1e 0‑9 A B C D E F G H IJ K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

2e 0‑9 a e hio u

3e abcd eg hijklm n o prst u vyz

4e d g j t

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
JOGVolgende/ Siguiente -->

boven