Klein woordenboek Nederlands-Spaans en vv met 592553 woorden

Ga naar woordenboek Spaans-Nederlands; Ir a diccionario español-holandés.

Klik op de eerste letter van het gezochte Nederlandse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter. Maar... LET OP!!!
Elija el primer carácter de la palabra holandesa buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter. Pero... OJO!!!

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, ideaal voor wandelaars

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

2e 0‑9 ab c d e f gh i jkl m n o p q r s t u v w x yz

3e -abd e fgi- l mosvxyz

4e k ka ke kh

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
ELK ..... ELKHARTVolgende/ Siguiente -->

Nederlands/holandésSpaans/español
elkbijvoeglijk naamwoord bn
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w  rafgeleide woorden:
------------------
elkeen
cadaadjetivo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cada'
  we  wn  w
elkvoorzetsel vz
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w  s verwante woorden:
---------------------
Bij
Ieder
Telkens
À
  rafgeleide woorden:
------------------
elkeen
a razón de"a razón de":
locución preposicional
1. loc. prepos. Indica la correspondencia de la cantidad que se expresa a cada una de las partes de que se trata. A razón de tres por cabeza. U. en las imposiciones de censos y dinero a intereses. A razón de diez por ciento

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'a razón de' que está descrito en la palabra 'razón'
a"a tanto por":
locución preposicional

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  tanto
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'tanto'
  por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
elkvoorzetsel vz
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w  rafgeleide woorden:
------------------
elkeen
cada uno"cada uno":
pronombre indefinido
1. loc. pronom. cada cual.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'cada uno' que está descrito en la palabra 'cada'
elkaarwederkerend voornaamwoord vn
Lettergrepen: el·kaar
Elkaar: wederkerig voornaamwoord van de 3e persoon enkelvoud en meervoud.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  hhyponiemen:
-----------
achterelkaar
bijelkaar
doorelkaar
in elkaar
los van elkaar
  rafgeleide woorden:
------------------
elkaar de bal toespelen
in elkaar slaan
in elkaar zetten
sepronombre reflexivo
Se: pronombre recíproco. Forma átona de tercera persona singular y plural en masculino y femenino del pronombre personal.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  we  w
elkaar aangeraaktregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: el·kaar aan·ge·raakt

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se ... codeada":
forma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'codear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  ...
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre '...'
  codeada
se"se ... codeadas":
forma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'codear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  ...
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre '...'
  codeadas
se"se ... codeado":
participio pasado del verbo 'codear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  ...
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre '...'
  codeado
se"se ... codeados":
forma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'codear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  ...
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre '...'
  codeados
elkaar aankijkenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar aan·kij·ken
Verbuiging:
elkaar aankijken - keken elkaar aan - elkaar aangekeken


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
mirarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me miroMe miré
Te mirasTe miraste
Se miraSe miró
Nos miramosNos miramos
Os miráisOs mirasteis
Se miranSe miraron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me miraréíaMe miraba
Te mirarásíasTe mirabas
Se miraráíaSe miraba
Nos miraremosíamosNos mirábamos
Os miraréisíaisOs mirabais
Se miraráníanSe miraban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me mireMe mirara
Te miresTe miraras
Se mireSe mirara
Nos miremosNos miráramos
Os miréisOs mirarais
Se mirenSe miraran
FuturoPréterito imperfecto se
Me mirareMe mirase
Te miraresTe mirases
Se mirareSe mirase
Nos miráremosNos mirásemos
Os mirareisOs miraseis
Se mirarenSe mirasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Mírate(tú)No te mires
Mírese(usted)No se mire
Mirémonos(nosotros)No nos miremos
Miraos(vosotros)No os miréis
Mírense(ustedes)No se miren
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
MiradoMirándome,... etc.
jullie zouden elkaar aankijkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os miraríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  miraríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
jullie zullen elkaar aankijkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os mirareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  mirareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os miraréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  miraréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
we zouden elkaar aankijkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
we zullen elkaar aankijkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
wij zouden elkaar aankijkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
wij zullen elkaar aankijkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos miráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  miráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
ze zouden elkaar aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se mirarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  mirarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
ze zullen elkaar aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se mirarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  mirarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se miraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  miraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
zij zouden elkaar aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se mirarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  mirarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
zij zullen elkaar aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se mirarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  mirarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aankijken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·kij·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se miraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mirarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  miraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'
elkaar aanrakenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar aan·ra·ken
Verbuiging:
elkaar aanraken - raakten elkaar aan - elkaar aangeraakt


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
codearseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'codear'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me codeoMe codeé
Te codeasTe codeaste
Se codeaSe codeó
Nos codeamosNos codeamos
Os codeáisOs codeasteis
Se codeanSe codearon
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me codearéíaMe codeaba
Te codearásíasTe codeabas
Se codearáíaSe codeaba
Nos codearemosíamosNos codeábamos
Os codearéisíaisOs codeabais
Se codearáníanSe codeaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me codeeMe codeara
Te codeesTe codearas
Se codeeSe codeara
Nos codeemosNos codeáramos
Os codeéisOs codearais
Se codeenSe codearan
FuturoPréterito imperfecto se
Me codeareMe codease
Te codearesTe codeases
Se codeareSe codease
Nos codeáremosNos codeásemos
Os codeareisOs codeaseis
Se codearenSe codeasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Codéate(tú)No te codees
Codéese(usted)No se codee
Codeémonos(nosotros)No nos codeemos
Codeaos(vosotros)No os codeéis
Codéense(ustedes)No se codeen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
CodeadoCodeándome,... etc.
jullie zouden elkaar aanrakentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os codearíais":
segunda persona plural condicional del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  codearíais
jullie zullen elkaar aanrakentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os codeareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  codeareis
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os codearéis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  codearéis
we zouden elkaar aanrakeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codearíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codearíamos
we zullen elkaar aanrakeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codearemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codearemos
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codeáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codeáremos
wij zouden elkaar aanrakeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codearíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codearíamos
wij zullen elkaar aanrakeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codearemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codearemos
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos codeáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  codeáremos
ze zouden elkaar aanrakenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearían":
tercera persona plural condicional del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearían
ze zullen elkaar aanrakenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearán
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearen":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearen
zij zouden elkaar aanrakenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearían":
tercera persona plural condicional del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearían
zij zullen elkaar aanrakenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearán
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aanraken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·ra·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se codearen":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'codearse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  codearen
elkaar aantrekkenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar aan·trek·ken
Verbuiging:
elkaar aantrekken - trokken elkaar aan - elkaar aangetrokken


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
adherirseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me adhieroMe adherí
Te adhieresTe adheriste
Se adhiereSe adhirió
Nos adherimosNos adherimos
Os adherísOs adheristeis
Se adhierenSe adhirieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me adheriréíaMe adhería
Te adherirásíasTe adherías
Se adheriráíaSe adhería
Nos adheriremosíamosNos adheríamos
Os adheriréisíaisOs adheríais
Se adheriráníanSe adherían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me adhieraMe adhiriera
Te adhierasTe adhirieras
Se adhieraSe adhiriera
Nos adhiramosNos adhiriéramos
Os adhiráisOs adhirierais
Se adhieranSe adhirieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me adhiriereMe adhiriese
Te adhirieresTe adhirieses
Se adhiriereSe adhiriese
Nos adhiriéremosNos adhiriésemos
Os adhiriereisOs adhirieseis
Se adhirierenSe adhiriesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Adhiérete(tú)No te adhieras
Adhiérase(usted)No se adhiera
Adhirámonos(nosotros)No nos adhiramos
Adheríos(vosotros)No os adhiráis
Adhiéranse(ustedes)No se adhieran
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
AdheridoAdhiriéndome,... etc.
jullie zouden elkaar aantrekkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os adheriríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  adheriríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
jullie zullen elkaar aantrekkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os adheriréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  adheriréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os adhiriereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  adhiriereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
we zouden elkaar aantrekkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adheriríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adheriríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
we zullen elkaar aantrekkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adheriremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adheriremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adhiriéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adhiriéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
wij zouden elkaar aantrekkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adheriríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adheriríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
wij zullen elkaar aantrekkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adheriremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adheriremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos adhiriéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  adhiriéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
ze zouden elkaar aantrekkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adherirían":
tercera persona plural condicional del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adherirían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
ze zullen elkaar aantrekkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adherirán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adherirán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adhirieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adhirieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
zij zouden elkaar aantrekkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adherirían":
tercera persona plural condicional del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adherirían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
zij zullen elkaar aantrekkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adherirán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adherirán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar aantrekken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar aan·trek·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se adhirieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'adherirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  adhirieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'adherir'
elkaar afgewisseldregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: el·kaar af·ge·wis·seld

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
  s verwante woorden:
---------------------
Gealterneerd
alternadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we
alternadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we
alternadoparticipio pasado del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
alternadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we
elkaar afwisselenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar af·wis·se·len
Verbuiging:
elkaar afwisselen - wisselden elkaar af - elkaar afgewisseld


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
  s verwante woorden:
---------------------
Alterneren
alternarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
AlternoAlterné
AlternasAlternaste
AlternaAlternó
AlternamosAlternamos
AlternáisAlternasteis
AlternanAlternaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
AlternaréíaAlternaba
AlternarásíasAlternabas
AlternaráíaAlternaba
AlternaremosíamosAlternábamos
AlternaréisíaisAlternabais
AlternaráníanAlternaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
AlterneAlternara
AlternesAlternaras
AlterneAlternara
AlternemosAlternáramos
AlternéisAlternarais
AlternenAlternaran
FuturoPréterito imperfecto se
AlternareAlternase
AlternaresAlternases
AlternareAlternase
AlternáremosAlternásemos
AlternareisAlternaseis
AlternarenAlternasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Alterna(tú)No alternes
Alterne(usted)No alterne
Alternemos(nosotros)No alternemos
Alternad(vosotros)No alternéis
Alternen(ustedes)No alternen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
AlternadoAlternando
jullie zouden elkaar afwisselentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
jullie zullen elkaar afwisselentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
we zouden elkaar afwisseleneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
we zullen elkaar afwisseleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
wij zouden elkaar afwisseleneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
wij zullen elkaar afwisseleneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
ze zouden elkaar afwisselenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaríantercera persona plural condicional del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
ze zullen elkaar afwisselenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
zij zouden elkaar afwisselenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternaríantercera persona plural condicional del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
zij zullen elkaar afwisselenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar afwisselen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar af·wis·se·len

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
alternarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'alternar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alternar'
  we  wn
elkaar bezoekenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar be·zoe·ken
Verbuiging:
elkaar bezoeken - bezochten elkaar - elkaar bezocht


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
verseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  we  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me veoMe vi
Te vesTe viste
Se veSe vio
Nos vemosNos vimos
Os veisOs visteis
Se venSe vieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me veréíaMe veía
Te verásíasTe veías
Se veráíaSe veía
Nos veremosíamosNos veíamos
Os veréisíaisOs veíais
Se veráníanSe veían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me veaMe viera
Te veasTe vieras
Se veaSe viera
Nos veamosNos viéramos
Os veáisOs vierais
Se veanSe vieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me viereMe viese
Te vieresTe vieses
Se viereSe viese
Nos viéremosNos viésemos
Os viereisOs vieseis
Se vierenSe viesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Vete(tú)No te veas
Véase(usted)No se vea
Veámonos(nosotros)No nos veamos
Veos(vosotros)No os veáis
Véanse(ustedes)No se vean
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
VistoViéndome,... etc.
jullie zouden elkaar bezoekentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os veríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  veríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
jullie zullen elkaar bezoekentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os veréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  veréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os viereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  viereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
we zouden elkaar bezoekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
we zullen elkaar bezoekeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos viéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  viéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
wij zouden elkaar bezoekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
wij zullen elkaar bezoekeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos viéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  viéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
ze zouden elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verían":
tercera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
ze zullen elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se vieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  vieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
zij zouden elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verían":
tercera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
zij zullen elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar be·zoe·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se vieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  vieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
elkaar hatenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar ha·ten
Verbuiging:
elkaar haten - haatten elkaar - elkaar gehaat


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
odiarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me odioMe odié
Te odiasTe odiaste
Se odiaSe odió
Nos odiamosNos odiamos
Os odiáisOs odiasteis
Se odianSe odiaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me odiaréíaMe odiaba
Te odiarásíasTe odiabas
Se odiaráíaSe odiaba
Nos odiaremosíamosNos odiábamos
Os odiaréisíaisOs odiabais
Se odiaráníanSe odiaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me odieMe odiara
Te odiesTe odiaras
Se odieSe odiara
Nos odiemosNos odiáramos
Os odiéisOs odiarais
Se odienSe odiaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me odiareMe odiase
Te odiaresTe odiases
Se odiareSe odiase
Nos odiáremosNos odiásemos
Os odiareisOs odiaseis
Se odiarenSe odiasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Ódiate(tú)No te odies
Ódiese(usted)No se odie
Odiémonos(nosotros)No nos odiemos
Odiaos(vosotros)No os odiéis
Ódiense(ustedes)No se odien
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
OdiadoOdiándome,... etc.
jullie zouden elkaar hatentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os odiaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  odiaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
jullie zullen elkaar hatentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os odiareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  odiareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os odiaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  odiaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
we zouden elkaar hateneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
we zullen elkaar hateneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
wij zouden elkaar hateneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
wij zullen elkaar hateneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos odiáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  odiáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
ze zouden elkaar hatenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
ze zullen elkaar hatenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
zij zouden elkaar hatenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
zij zullen elkaar hatenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar haten'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ha·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se odiaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'odiarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  odiaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'odiar'
elkaar kennenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar ken·nen
Verbuiging:
elkaar kennen - kenden elkaar - elkaar gekend


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
conocerseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me conozcoMe conocí
Te conocesTe conociste
Se conoceSe conoció
Nos conocemosNos conocimos
Os conocéisOs conocisteis
Se conocenSe conocieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me conoceréíaMe conocía
Te conocerásíasTe conocías
Se conoceráíaSe conocía
Nos conoceremosíamosNos conocíamos
Os conoceréisíaisOs conocíais
Se conoceráníanSe conocían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me conozcaMe conociera
Te conozcasTe conocieras
Se conozcaSe conociera
Nos conozcamosNos conociéramos
Os conozcáisOs conocierais
Se conozcanSe conocieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me conociereMe conociese
Te conocieresTe conocieses
Se conociereSe conociese
Nos conociéremosNos conociésemos
Os conociereisOs conocieseis
Se conocierenSe conociesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Conócete(tú)No te conozcas
Conózcase(usted)No se conozca
Conozcámonos(nosotros)No nos conozcamos
Conoceos(vosotros)No os conozcáis
Conózcanse(ustedes)No se conozcan
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
ConocidoConociéndome,... etc.
jullie zouden elkaar kennentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os conoceríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conoceríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
jullie zullen elkaar kennentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os conoceréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conoceréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os conociereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conociereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
we zouden elkaar kenneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conoceríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
we zullen elkaar kenneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conoceremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conociéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conociéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
wij zouden elkaar kenneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conoceríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
wij zullen elkaar kenneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conoceremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos conociéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conociéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
ze zouden elkaar kennenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocerían":
tercera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
ze zullen elkaar kennenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocerán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
zij zouden elkaar kennenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocerían":
tercera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
zij zullen elkaar kennenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocerán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kennen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ken·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se conocieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
elkaar kruisenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar krui·sen
Verbuiging:
elkaar kruisen - kruisten elkaar - elkaar gekruist


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
cruzarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me cruzoMe crucé
Te cruzasTe cruzaste
Se cruzaSe cruzó
Nos cruzamosNos cruzamos
Os cruzáisOs cruzasteis
Se cruzanSe cruzaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me cruzaréíaMe cruzaba
Te cruzarásíasTe cruzabas
Se cruzaráíaSe cruzaba
Nos cruzaremosíamosNos cruzábamos
Os cruzaréisíaisOs cruzabais
Se cruzaráníanSe cruzaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me cruceMe cruzara
Te crucesTe cruzaras
Se cruceSe cruzara
Nos crucemosNos cruzáramos
Os crucéisOs cruzarais
Se crucenSe cruzaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me cruzareMe cruzase
Te cruzaresTe cruzases
Se cruzareSe cruzase
Nos cruzáremosNos cruzásemos
Os cruzareisOs cruzaseis
Se cruzarenSe cruzasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Crúzate(tú)No te cruces
Crúcese(usted)No se cruce
Crucémonos(nosotros)No nos crucemos
Cruzaos(vosotros)No os crucéis
Crúcense(ustedes)No se crucen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
CruzadoCruzándome,... etc.
jullie zouden elkaar kruisentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os cruzaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  cruzaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
jullie zullen elkaar kruisentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os cruzareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  cruzareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os cruzaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  cruzaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
we zouden elkaar kruiseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
we zullen elkaar kruiseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
wij zouden elkaar kruiseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
wij zullen elkaar kruiseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos cruzáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  cruzáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
ze zouden elkaar kruisenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
ze zullen elkaar kruisenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
zij zouden elkaar kruisenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
zij zullen elkaar kruisenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kruisen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar krui·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se cruzaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'cruzarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  cruzaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cruzar'
elkaar kussenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar kus·sen
Verbuiging:
elkaar kussen - kusten elkaar - elkaar gekust


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
  s verwante woorden:
---------------------
Elkaar zoenen
besarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me besoMe besé
Te besasTe besaste
Se besaSe besó
Nos besamosNos besamos
Os besáisOs besasteis
Se besanSe besaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me besaréíaMe besaba
Te besarásíasTe besabas
Se besaráíaSe besaba
Nos besaremosíamosNos besábamos
Os besaréisíaisOs besabais
Se besaráníanSe besaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me beseMe besara
Te besesTe besaras
Se beseSe besara
Nos besemosNos besáramos
Os beséisOs besarais
Se besenSe besaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me besareMe besase
Te besaresTe besases
Se besareSe besase
Nos besáremosNos besásemos
Os besareisOs besaseis
Se besarenSe besasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Bésate(tú)No te beses
Bésese(usted)No se bese
Besémonos(nosotros)No nos besemos
Besaos(vosotros)No os beséis
Bésense(ustedes)No se besen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
BesadoBesándome,... etc.
jullie zouden elkaar kussentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
jullie zullen elkaar kussentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
we zouden elkaar kusseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
we zullen elkaar kusseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
wij zouden elkaar kusseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
wij zullen elkaar kusseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
ze zouden elkaar kussenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
ze zullen elkaar kussenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
zij zouden elkaar kussenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
zij zullen elkaar kussenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar kussen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar kus·sen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
elkaar leren kennenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar le·ren ken·nen
Verbuiging:
elkaar leren kennen - leerden elkaar kennen - elkaar geleerd kennen

conocerseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me conozcoMe conocí
Te conocesTe conociste
Se conoceSe conoció
Nos conocemosNos conocimos
Os conocéisOs conocisteis
Se conocenSe conocieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me conoceréíaMe conocía
Te conocerásíasTe conocías
Se conoceráíaSe conocía
Nos conoceremosíamosNos conocíamos
Os conoceréisíaisOs conocíais
Se conoceráníanSe conocían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me conozcaMe conociera
Te conozcasTe conocieras
Se conozcaSe conociera
Nos conozcamosNos conociéramos
Os conozcáisOs conocierais
Se conozcanSe conocieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me conociereMe conociese
Te conocieresTe conocieses
Se conociereSe conociese
Nos conociéremosNos conociésemos
Os conociereisOs conocieseis
Se conocierenSe conociesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Conócete(tú)No te conozcas
Conózcase(usted)No se conozca
Conozcámonos(nosotros)No nos conozcamos
Conoceos(vosotros)No os conozcáis
Conózcanse(ustedes)No se conozcan
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
ConocidoConociéndome,... etc.
jullie zouden elkaar leren kennentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar le·ren ken·nen
os"os conoceríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conoceríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
jullie zullen elkaar leren kennentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar le·ren ken·nen
os"os conoceréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conoceréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar le·ren ken·nen
os"os conociereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  conociereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
we zouden elkaar leren kenneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conoceríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
we zullen elkaar leren kenneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conoceremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conociéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conociéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
wij zouden elkaar leren kenneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conoceríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
wij zullen elkaar leren kenneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conoceremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conoceremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar le·ren ken·nen
nos"nos conociéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  conociéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
ze zouden elkaar leren kennenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocerían":
tercera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
ze zullen elkaar leren kennenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocerán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
zij zouden elkaar leren kennenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocerían":
tercera persona plural condicional del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
zij zullen elkaar leren kennenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocerán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocerán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar leren kennen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar le·ren ken·nen
se"se conocieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'conocerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  conocieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'conocer'
elkaar liefhebbenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar lief·heb·ben
Verbuiging:
elkaar liefhebben - hadden elkaar lief - elkaar liefgehad


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
amarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me amoMe amé
Te amasTe amaste
Se amaSe amó
Nos amamosNos amamos
Os amáisOs amasteis
Se amanSe amaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me amaréíaMe amaba
Te amarásíasTe amabas
Se amaráíaSe amaba
Nos amaremosíamosNos amábamos
Os amaréisíaisOs amabais
Se amaráníanSe amaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me ameMe amara
Te amesTe amaras
Se ameSe amara
Nos amemosNos amáramos
Os améisOs amarais
Se amenSe amaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me amareMe amase
Te amaresTe amases
Se amareSe amase
Nos amáremosNos amásemos
Os amareisOs amaseis
Se amarenSe amasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Ámate(tú)No te ames
Ámese(usted)No se ame
Amémonos(nosotros)No nos amemos
Amaos(vosotros)No os améis
Ámense(ustedes)No se amen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
AmadoAmándome,... etc.
jullie zouden elkaar liefhebbentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os amaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  amaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
jullie zullen elkaar liefhebbentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os amareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  amareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os amaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  amaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
we zouden elkaar liefhebbeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
we zullen elkaar liefhebbeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
wij zouden elkaar liefhebbeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
wij zullen elkaar liefhebbeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos amáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  amáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
ze zouden elkaar liefhebbenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
ze zullen elkaar liefhebbenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
zij zouden elkaar liefhebbenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
zij zullen elkaar liefhebbenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar liefhebben'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar lief·heb·ben

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se amaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'amarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  amaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'amar'
elkaar omhelzenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar om·hel·zen
Verbuiging:
elkaar omhelzen - omhelsden elkaar - elkaar omhelsd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
abrazarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me abrazoMe abracé
Te abrazasTe abrazaste
Se abrazaSe abrazó
Nos abrazamosNos abrazamos
Os abrazáisOs abrazasteis
Se abrazanSe abrazaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me abrazaréíaMe abrazaba
Te abrazarásíasTe abrazabas
Se abrazaráíaSe abrazaba
Nos abrazaremosíamosNos abrazábamos
Os abrazaréisíaisOs abrazabais
Se abrazaráníanSe abrazaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me abraceMe abrazara
Te abracesTe abrazaras
Se abraceSe abrazara
Nos abracemosNos abrazáramos
Os abracéisOs abrazarais
Se abracenSe abrazaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me abrazareMe abrazase
Te abrazaresTe abrazases
Se abrazareSe abrazase
Nos abrazáremosNos abrazásemos
Os abrazareisOs abrazaseis
Se abrazarenSe abrazasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Abrázate(tú)No te abraces
Abrácese(usted)No se abrace
Abracémonos(nosotros)No nos abracemos
Abrazaos(vosotros)No os abracéis
Abrácense(ustedes)No se abracen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
AbrazadoAbrazándome,... etc.
jullie zouden elkaar omhelzentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os abrazaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  abrazaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
jullie zullen elkaar omhelzentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os abrazareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  abrazareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os abrazaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  abrazaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
we zouden elkaar omhelzeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
we zullen elkaar omhelzeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
wij zouden elkaar omhelzeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
wij zullen elkaar omhelzeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos abrazáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  abrazáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
ze zouden elkaar omhelzenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
ze zullen elkaar omhelzenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
zij zouden elkaar omhelzenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
zij zullen elkaar omhelzenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar omhelzen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar om·hel·zen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se abrazaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'abrazarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  abrazaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abrazar'
elkaar ontmoetenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar ont·moe·ten
Verbuiging:
elkaar ontmoeten - ontmoetten elkaar - elkaar ontmoet


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
verseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  we  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me veoMe vi
Te vesTe viste
Se veSe vio
Nos vemosNos vimos
Os veisOs visteis
Se venSe vieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me veréíaMe veía
Te verásíasTe veías
Se veráíaSe veía
Nos veremosíamosNos veíamos
Os veréisíaisOs veíais
Se veráníanSe veían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me veaMe viera
Te veasTe vieras
Se veaSe viera
Nos veamosNos viéramos
Os veáisOs vierais
Se veanSe vieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me viereMe viese
Te vieresTe vieses
Se viereSe viese
Nos viéremosNos viésemos
Os viereisOs vieseis
Se vierenSe viesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Vete(tú)No te veas
Véase(usted)No se vea
Veámonos(nosotros)No nos veamos
Veos(vosotros)No os veáis
Véanse(ustedes)No se vean
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
VistoViéndome,... etc.
jullie zouden elkaar ontmoetentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os veríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  veríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
jullie zullen elkaar ontmoetentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os veréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  veréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os viereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  viereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
we zouden elkaar ontmoeteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
we zullen elkaar ontmoeteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos viéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  viéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
wij zouden elkaar ontmoeteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
wij zullen elkaar ontmoeteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos veremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  veremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos viéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  viéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
ze zouden elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verían":
tercera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
ze zullen elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se vieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  vieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
zij zouden elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verían":
tercera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
zij zullen elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se verán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  verán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar ont·moe·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se vieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  vieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
elkaar opvolgenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar op·vol·gen
Verbuiging:
elkaar opvolgen - volgden elkaar op - elkaar opgevolgd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
sucederseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me sucedoMe sucedí
Te sucedesTe sucediste
Se sucedeSe sucedió
Nos sucedemosNos sucedimos
Os sucedéisOs sucedisteis
Se sucedenSe sucedieron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me sucederéíaMe sucedía
Te sucederásíasTe sucedías
Se sucederáíaSe sucedía
Nos sucederemosíamosNos sucedíamos
Os sucederéisíaisOs sucedíais
Se sucederáníanSe sucedían
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me sucedaMe sucediera
Te sucedasTe sucedieras
Se sucedaSe sucediera
Nos sucedamosNos sucediéramos
Os sucedáisOs sucedierais
Se sucedanSe sucedieran
FuturoPréterito imperfecto se
Me sucediereMe sucediese
Te sucedieresTe sucedieses
Se sucediereSe sucediese
Nos sucediéremosNos sucediésemos
Os sucediereisOs sucedieseis
Se sucedierenSe sucediesen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Sucédete(tú)No te sucedas
Sucédase(usted)No se suceda
Sucedámonos(nosotros)No nos sucedamos
Sucedeos(vosotros)No os sucedáis
Sucédanse(ustedes)No se sucedan
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
SucedidoSucediéndome,... etc.
jullie zouden elkaar opvolgentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os sucederíais":
segunda persona plural condicional del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  sucederíais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
jullie zullen elkaar opvolgentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os sucederéis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  sucederéis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os sucediereis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  sucediereis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
we zouden elkaar opvolgeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucederíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucederíamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
we zullen elkaar opvolgeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucederemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucederemos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucediéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucediéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
wij zouden elkaar opvolgeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucederíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucederíamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
wij zullen elkaar opvolgeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucederemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucederemos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos sucediéremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  sucediéremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
ze zouden elkaar opvolgenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucederían":
tercera persona plural condicional del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucederían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
ze zullen elkaar opvolgenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucederán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucederán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucedieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucedieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
zij zouden elkaar opvolgenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucederían":
tercera persona plural condicional del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucederían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
zij zullen elkaar opvolgenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucederán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucederán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar opvolgen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar op·vol·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se sucedieren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'sucederse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  sucedieren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'suceder'
elkaar steken toedienenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar ste·ken toe·die·nen
acuchillarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'acuchillar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me acuchilloMe acuchillé
Te acuchillasTe acuchillaste
Se acuchillaSe acuchilló
Nos acuchillamosNos acuchillamos
Os acuchilláisOs acuchillasteis
Se acuchillanSe acuchillaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me acuchillaréíaMe acuchillaba
Te acuchillarásíasTe acuchillabas
Se acuchillaráíaSe acuchillaba
Nos acuchillaremosíamosNos acuchillábamos
Os acuchillaréisíaisOs acuchillabais
Se acuchillaráníanSe acuchillaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me acuchilleMe acuchillara
Te acuchillesTe acuchillaras
Se acuchilleSe acuchillara
Nos acuchillemosNos acuchilláramos
Os acuchilléisOs acuchillarais
Se acuchillenSe acuchillaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me acuchillareMe acuchillase
Te acuchillaresTe acuchillases
Se acuchillareSe acuchillase
Nos acuchilláremosNos acuchillásemos
Os acuchillareisOs acuchillaseis
Se acuchillarenSe acuchillasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Acuchíllate(tú)No te acuchilles
Acuchíllese(usted)No se acuchille
Acuchillémonos(nosotros)No nos acuchillemos
Acuchillaos(vosotros)No os acuchilléis
Acuchíllense(ustedes)No se acuchillen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
AcuchilladoAcuchillándome,... etc.
elkaar tegenkomenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar te·gen·ko·men
Verbuiging:
elkaar tegenkomen - kwamen elkaar tegen - elkaar tegengekomen


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
encontrarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me encuentroMe encontré
Te encuentrasTe encontraste
Se encuentraSe encontró
Nos encontramosNos encontramos
Os encontráisOs encontrasteis
Se encuentranSe encontraron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me encontraréíaMe encontraba
Te encontrarásíasTe encontrabas
Se encontraráíaSe encontraba
Nos encontraremosíamosNos encontrábamos
Os encontraréisíaisOs encontrabais
Se encontraráníanSe encontraban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me encuentreMe encontrara
Te encuentresTe encontraras
Se encuentreSe encontrara
Nos encontremosNos encontráramos
Os encontréisOs encontrarais
Se encuentrenSe encontraran
FuturoPréterito imperfecto se
Me encontrareMe encontrase
Te encontraresTe encontrases
Se encontrareSe encontrase
Nos encontráremosNos encontrásemos
Os encontrareisOs encontraseis
Se encontrarenSe encontrasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Encuéntrate(tú)No te encuentres
Encuéntrese(usted)No se encuentre
Encontrémonos(nosotros)No nos encontremos
Encontraos(vosotros)No os encontréis
Encuéntrense(ustedes)No se encuentren
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
EncontradoEncontrándome,... etc.
jullie zouden elkaar tegenkomentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontraríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontraríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
jullie zullen elkaar tegenkomentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontrareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontrareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontraréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontraréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
we zouden elkaar tegenkomeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
we zullen elkaar tegenkomeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
wij zouden elkaar tegenkomeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
wij zullen elkaar tegenkomeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
ze zouden elkaar tegenkomenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
ze zullen elkaar tegenkomenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
zij zouden elkaar tegenkomenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
zij zullen elkaar tegenkomenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar tegenkomen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar te·gen·ko·men

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
elkaar toevallig treffenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar toe·val·lig tref·fen
Verbuiging:
elkaar toevallig treffen - troffen elkaar toevallig - elkaar toevallig getroffen

toparseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me topoMe topé
Te topasTe topaste
Se topaSe topó
Nos topamosNos topamos
Os topáisOs topasteis
Se topanSe toparon
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me toparéíaMe topaba
Te toparásíasTe topabas
Se toparáíaSe topaba
Nos toparemosíamosNos topábamos
Os toparéisíaisOs topabais
Se toparáníanSe topaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me topeMe topara
Te topesTe toparas
Se topeSe topara
Nos topemosNos topáramos
Os topéisOs toparais
Se topenSe toparan
FuturoPréterito imperfecto se
Me topareMe topase
Te toparesTe topases
Se topareSe topase
Nos topáremosNos topásemos
Os topareisOs topaseis
Se toparenSe topasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Tópate(tú)No te topes
Tópese(usted)No se tope
Topémonos(nosotros)No nos topemos
Topaos(vosotros)No os topéis
Tópense(ustedes)No se topen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
TopadoTopándome,... etc.
jullie zouden elkaar toevallig treffentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar toe·val·lig tref·fen
os"os toparíais":
segunda persona plural condicional del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  toparíais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
jullie zullen elkaar toevallig treffentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
os"os topareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  topareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
os"os toparéis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  toparéis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
we zouden elkaar toevallig treffeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos toparíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  toparíamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
we zullen elkaar toevallig treffeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos toparemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  toparemos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos topáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  topáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
wij zouden elkaar toevallig treffeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos toparíamos":
primera persona plural condicional del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  toparíamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
wij zullen elkaar toevallig treffeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos toparemos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  toparemos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
nos"nos topáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  topáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
ze zouden elkaar toevallig treffenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparían":
tercera persona plural condicional del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
ze zullen elkaar toevallig treffenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparen":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
zij zouden elkaar toevallig treffenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparían":
tercera persona plural condicional del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
zij zullen elkaar toevallig treffenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar toevallig treffen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar toe·val·lig tref·fen
se"se toparen":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'toparse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  toparen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'topar'
elkaar treffenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar tref·fen
Verbuiging:
elkaar treffen - troffen elkaar - elkaar getroffen


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
encontrarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me encuentroMe encontré
Te encuentrasTe encontraste
Se encuentraSe encontró
Nos encontramosNos encontramos
Os encontráisOs encontrasteis
Se encuentranSe encontraron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me encontraréíaMe encontraba
Te encontrarásíasTe encontrabas
Se encontraráíaSe encontraba
Nos encontraremosíamosNos encontrábamos
Os encontraréisíaisOs encontrabais
Se encontraráníanSe encontraban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me encuentreMe encontrara
Te encuentresTe encontraras
Se encuentreSe encontrara
Nos encontremosNos encontráramos
Os encontréisOs encontrarais
Se encuentrenSe encontraran
FuturoPréterito imperfecto se
Me encontrareMe encontrase
Te encontraresTe encontrases
Se encontrareSe encontrase
Nos encontráremosNos encontrásemos
Os encontrareisOs encontraseis
Se encontrarenSe encontrasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Encuéntrate(tú)No te encuentres
Encuéntrese(usted)No se encuentre
Encontrémonos(nosotros)No nos encontremos
Encontraos(vosotros)No os encontréis
Encuéntrense(ustedes)No se encuentren
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
EncontradoEncontrándome,... etc.
jullie zouden elkaar treffentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontraríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontraríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
jullie zullen elkaar treffentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontrareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontrareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os encontraréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  encontraréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
we zouden elkaar treffeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
we zullen elkaar treffeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
wij zouden elkaar treffeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
wij zullen elkaar treffeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontraremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontraremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos encontráremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  encontráremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
ze zouden elkaar treffenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
ze zullen elkaar treffenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
zij zouden elkaar treffenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
zij zullen elkaar treffenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontrarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontrarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar treffen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar tref·fen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se encontraren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encontrarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  encontraren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encontrar'
elkaar zoenenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: el·kaar zoe·nen
Verbuiging:
elkaar zoenen - zoenden elkaar - elkaar gezoend


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
  s verwante woorden:
---------------------
Elkaar kussen
besarseinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  we  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
Me besoMe besé
Te besasTe besaste
Se besaSe besó
Nos besamosNos besamos
Os besáisOs besasteis
Se besanSe besaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
Me besaréíaMe besaba
Te besarásíasTe besabas
Se besaráíaSe besaba
Nos besaremosíamosNos besábamos
Os besaréisíaisOs besabais
Se besaráníanSe besaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
Me beseMe besara
Te besesTe besaras
Se beseSe besara
Nos besemosNos besáramos
Os beséisOs besarais
Se besenSe besaran
FuturoPréterito imperfecto se
Me besareMe besase
Te besaresTe besases
Se besareSe besase
Nos besáremosNos besásemos
Os besareisOs besaseis
Se besarenSe besasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Bésate(tú)No te beses
Bésese(usted)No se bese
Besémonos(nosotros)No nos besemos
Besaos(vosotros)No os beséis
Bésense(ustedes)No se besen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
BesadoBesándome,... etc.
jullie zouden elkaar zoenentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besaríais":
segunda persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besaríais
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
jullie zullen elkaar zoenentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besareis":
segunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besareis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
os"os besaréis":
segunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'os'
  besaréis
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
we zouden elkaar zoeneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: we zou·den el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
we zullen elkaar zoeneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: we zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
wij zouden elkaar zoeneneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: wij zou·den el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaríamos":
primera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaríamos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
wij zullen elkaar zoeneneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besaremos":
primera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besaremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _eerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: wij zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
nos"nos besáremos":
primera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'nos'
  besáremos
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
ze zouden elkaar zoenenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: ze zou·den el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
ze zullen elkaar zoenenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: ze zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
zij zouden elkaar zoenenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: zij zou·den el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
zij zullen elkaar zoenenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
  _derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar zoenen'
Lettergrepen: zij zul·len el·kaar zoe·nen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Elkaar').
se"se besaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'besarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
  besaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'besar'
elke dagzelfstandig naamwoordsvorm zn
Lettergrepen: el·ke dag
cada"cada día":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cada'
  día
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'día'
, el  w
elke weekbijwoordsvorm bw
Lettergrepen: el·ke week
  s verwante woorden:
---------------------
Wekelijks
semanalmenteadverbio

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'semanalmente'
  we
elkeenonbepaald voornaamwoord vn
Lettergrepen: elk·een

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  s verwante woorden:
---------------------
Ieder
Iedereen
1Elk
Ieder
Iedereen
.
cada uno"cada uno":
pronombre indefinido
1. loc. pronom. cada cual.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'cada uno' que está descrito en la palabra 'cada'
2Iedere
Iedereen
Steeds
.
cada cual"cada cual":
pronombre indefinido
1. loc. pronom. Designa separadamente a una persona en relación a las otras.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'cada cual' que está descrito en la palabra 'cada'
cada uno"cada uno":
pronombre indefinido
1. loc. pronom. cada cual.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'cada uno' que está descrito en la palabra 'cada'
Elkharteigennaam (of antonomasie) en
  w
ElkhartNombre (o por antonomasia)
(pronunciación local: /élcart/), ciudad del N del estado de Indiana (Estados Unidos), a 24 km al E de South Bend.
  w

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

2e 0‑9 ab c d e f gh i jkl m n o p q r s t u v w x yz

3e -abd e fgi- l mosvxyz

4e k ka ke kh

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
ELK ..... ELKHARTVolgende/ Siguiente -->

arriba