Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

El tabaco mata a más de un millón de personas al año en las Américas

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l mn o p q r s t u v w x y z

3e _ ac d e f g hi j l m n o r s t u v z

4e ae hi l o r u

5e bfl nr

6e a e o r

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ENCERVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
enceratercera persona singular presente de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encere
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
¡encera!imperativo singular del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Encerad!
zet in de was!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'in de was zetten'
encerabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerara
Encerase
Enceré
Enceró
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerara
Encerase
Enceré
Enceró
ik zette in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zet·te in de was
encerabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceráis
Encerarais
Enceraseis
Encerasteis
Enceréis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
encerábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceramos
Enceráramos
Encerásemos
Enceremos
wij/we zetten in de waseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceran
Enceraran
Enceraron
Encerasen
Enceren
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraras
Encerases
Enceraste
jij/je zette in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
¡encerad!imperativo plural del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Encera!
zet in de was!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'in de was zetten'
enceradaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceradas
Encerado
Encerados
in de was gezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: in de was ge·zet
enceradasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerada
Encerado
Encerados
in de was gezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: in de was ge·zet
enceradosustantivo
Plural es: encerados

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerado'
, el  we  wn  w
bordzelfstandig naamwoord zn
Één lettergreep
Meervoud is: borden

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  we  w
schoolbordzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: school·bord
Meervoud is: schoolborden

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
enceradoparticipio pasado del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerada
Enceradas
Encerados
in de was gezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: in de was ge·zet
enceradossustantivo plural de la palabra: encerado

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerado'
, los  we  w
bordenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: bord
Lettergrepen: bor·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bord').
, de  wn  w
schoolbordenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: schoolbord
Lettergrepen: school·bor·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schoolbord').
, de  wn  w
enceradosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerada
Enceradas
Encerado
in de was gezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: in de was ge·zet
enceráissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabais
Encerarais
Enceraseis
Encerasteis
Enceréis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
enceramosprimera persona plural presente de indicativo del verbo 'encerar'
primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerábamos
Enceráramos
Encerásemos
Enceremos
wij/we zetten in de waseerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraban
Enceraran
Enceraron
Encerasen
Enceren
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerandogerundio del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
in de was zettendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: in de was zet·tend
encerarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
EnceroEnceré
EncerasEnceraste
EnceraEnceró
EnceramosEnceramos
EnceráisEncerasteis
EnceranEnceraron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
EnceraréíaEnceraba
EncerarásíasEncerabas
EnceraráíaEnceraba
EnceraremosíamosEncerábamos
EnceraréisíaisEncerabais
EnceraráníanEnceraban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
EncereEncerara
EnceresEnceraras
EncereEncerara
EnceremosEnceráramos
EnceréisEncerarais
EncerenEnceraran
FuturoPréterito imperfecto se
EncerareEncerase
EnceraresEncerases
EncerareEncerase
EnceráremosEncerásemos
EncerareisEnceraseis
EncerarenEncerasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Encera(tú)No enceres
Encere(usted)No encere
Enceremos(nosotros)No enceremos
Encerad(vosotros)No enceréis
Enceren(ustedes)No enceren
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
EnceradoEncerando
in de was zettenwerkwoordsvorm ww
Lettergrepen: in de was zet·ten
Verbuiging:
in de was zetten - zette in de was - in de was gezet

enceraratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerase
Enceré
Enceró
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerase
Enceré
Enceró
ik zette in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zet·te in de was
encerarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de was zettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabais
Enceráis
Enceraseis
Encerasteis
Enceréis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
enceráramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerábamos
Enceramos
Encerásemos
Enceremos
wij/we zetten in de waseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraban
Enceran
Enceraron
Encerasen
Enceren
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraren
zij/ze zullen in de was zettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabas
Encerases
Enceraste
jij/je zette in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerares
jij/je zal in de was zettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerará
Enceraré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal in de was zettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerará
Enceraré
ik zal in de was zetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zal in de was zet·ten
enceraréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerare
ik zal in de was zetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zal in de was zet·ten
encerareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraréis
jullie zullen in de was zettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len in de was zet·ten
enceraréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerareis
jullie zullen in de was zettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len in de was zet·ten
enceraremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceráremos
wij/we zullen in de was zetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceráremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraremos
wij/we zullen in de was zetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerarán
zij/ze zullen in de was zettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerarás
jij/je zal in de was zettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraríatercera persona singular condicional del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou in de was zettenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'encerar'
  we  wn
ik zou in de was zetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zou in de was zet·ten
enceraríaissegunda persona plural condicional del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
jullie zouden in de was zettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den in de was zet·ten
enceraríamosprimera persona plural condicional del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
wij/we zouden in de was zetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraríantercera persona plural condicional del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
zij/ze zouden in de was zettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceraríassegunda persona singular condicional del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn
jij/je zou in de was zettentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraban
Enceran
Enceraran
Encerasen
Enceren
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceres
jij/je zet in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerara
Enceré
Enceró
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerara
Enceré
Enceró
ik zette in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zet·te in de was
enceraseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabais
Enceráis
Encerarais
Encerasteis
Enceréis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
encerásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerábamos
Enceramos
Enceráramos
Enceremos
wij/we zetten in de waseerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraban
Enceran
Enceraran
Enceraron
Enceren
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabas
Enceraras
Enceraste
jij/je zette in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabas
Enceraras
Encerases
jij/je zette in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabais
Enceráis
Encerarais
Enceraseis
Enceréis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
enceretercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encera
Encero
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zet in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encera
Encero
ik zet in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Één lettergreep
enceréprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerara
Encerase
ik zette in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: ik zet·te in de was
¡encere!imperativo singular del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Enceren!
zet u in de was!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'in de was zetten'
enceréissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerabais
Enceráis
Encerarais
Enceraseis
Encerasteis
jullie zetten in de wastweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten in de was
enceremosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encerábamos
Enceramos
Enceráramos
Encerásemos
wij/we zetten in de waseerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
¡enceremos!imperativo plural del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
laten we in de was zettengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'in de was zetten'
Lettergrepen: la·ten we in de was zet·ten
encerentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraban
Enceran
Enceraran
Enceraron
Encerasen
zij/ze zetten in de wasderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
¡enceren!imperativo plural del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Encere!
zet u in de was!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'in de was zetten'
enceressegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceras
jij/je zet in de wastweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
enceroprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Encere
ik zet in de waseerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
Één lettergreep
encerótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Enceraba
Encerara
Encerase
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette in de wasderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de was zetten'
encerrabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerrara
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerrara
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik sloot opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerrara
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerrara
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik zette vasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zet·te vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabais
Aprisionarais
Aprisionaseis
Aprisionasteis
Encerráis
Encerrarais
Encerraseis
Encerrasteis
Encerréis
Recluíais
Recluisteis
Recluyerais
Recluyeseis
jullie sloten optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slo·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Encerramos
Encerráramos
Encerrásemos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we sloten opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zetten vasteerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaban
Aprisionaran
Aprisionaron
Aprisionasen
Encerraran
Encerraron
Encerrasen
Encierran
Encierren
Recluían
Recluyeran
Recluyeron
Recluyesen
zij/ze sloten opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zetten vastderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabas
Aprisionaras
Aprisionases
Aprisionaste
Encerraras
Encerrases
Encerraste
Recluías
Recluiste
Recluyeras
Recluyeses
jij/je sloot optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zette vasttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
¡encerrad!imperativo plural del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Aprisiona!
¡Aprisionad!
¡Encierra!
¡Recluid!
¡Recluye!
sluit op!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'opsluiten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
zet vast!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'vastzetten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerradaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionada
Aprisionadas
Aprisionado
Aprisionados
Encerradas
Encerrado
Encerrados
Recluida
Recluidas
Recluido
Recluidos
opgeslotenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: op·ge·slo·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
vastgezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: vast·ge·zet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerradasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionada
Aprisionadas
Aprisionado
Aprisionados
Encerrada
Encerrado
Encerrados
Recluida
Recluidas
Recluido
Recluidos
opgeslotenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: op·ge·slo·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
vastgezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: vast·ge·zet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerradoparticipio pasado del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionada
Aprisionadas
Aprisionado
Aprisionados
Encerrada
Encerradas
Encerrados
Recluida
Recluidas
Recluido
Recluidos
opgeslotenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: op·ge·slo·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
vastgezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: vast·ge·zet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerradosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionada
Aprisionadas
Aprisionado
Aprisionados
Encerrada
Encerradas
Encerrado
Recluida
Recluidas
Recluido
Recluidos
opgeslotenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: op·ge·slo·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
vastgezetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: vast·ge·zet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerráissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionáis
Aprisionéis
Encerrabais
Encerrarais
Encerraseis
Encerrasteis
Encerréis
Recluís
Recluyáis
jullie sluiten optweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slui·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerramosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Aprisionemos
Encerrábamos
Encerráramos
Encerrásemos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyamos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we sloten opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Aprisionemos
Encerrábamos
Encerráramos
Encerrásemos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyamos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we sluiten opeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'encerrar'
primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Aprisionemos
Encerrábamos
Encerráramos
Encerrásemos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyamos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we zetten vasteerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrandogerundio del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionando
Recluyendo
opsluitendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: op·slui·tend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
vastzettendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: vast·zet·tend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionar
Recluir
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
EncierroEncerré
EncierrasEncerraste
EncierraEncerró
EncerramosEncerramos
EncerráisEncerrasteis
EncierranEncerraron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
EncerraréíaEncerraba
EncerrarásíasEncerrabas
EncerraráíaEncerraba
EncerraremosíamosEncerrábamos
EncerraréisíaisEncerrabais
EncerraráníanEncerraban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
EncierreEncerrara
EncierresEncerraras
EncierreEncerrara
EncerremosEncerráramos
EncerréisEncerrarais
EncierrenEncerraran
FuturoPréterito imperfecto se
EncerrareEncerrase
EncerraresEncerrases
EncerrareEncerrase
EncerráremosEncerrásemos
EncerrareisEncerraseis
EncerrarenEncerrasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Encierra(tú)No encierres
Encierre(usted)No encierre
Encerremos(nosotros)No encerremos
Encerrad(vosotros)No encerréis
Encierren(ustedes)No encierren
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
EncerradoEncerrando
opsluitenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: op·slui·ten
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
opsluiten - sloot op - opgesloten


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
vastzettenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: vast·zet·ten
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
vastzetten - zette vast - vastgezet


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
encerraratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik sloot opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrase
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik zette vasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zet·te vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionará
Aprisionare
Encerrare
Recluirá
Recluyere
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opsluitenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vastzettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabais
Aprisionarais
Aprisionaseis
Aprisionasteis
Encerrabais
Encerráis
Encerraseis
Encerrasteis
Encerréis
Recluíais
Recluisteis
Recluyerais
Recluyeseis
jullie sloten optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slo·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerráramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Encerrábamos
Encerramos
Encerrásemos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we sloten opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zetten vasteerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaban
Aprisionaran
Aprisionaron
Aprisionasen
Encerraban
Encerraron
Encerrasen
Encierran
Encierren
Recluían
Recluyeran
Recluyeron
Recluyesen
zij/ze sloten opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zetten vastderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarán
Aprisionaren
Encerraren
Recluirán
Recluyeren
zij/ze zullen opsluitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zullen vastzettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabas
Aprisionaras
Aprisionases
Aprisionaste
Encerrabas
Encerrases
Encerraste
Recluías
Recluiste
Recluyeras
Recluyeses
jij/je sloot optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zette vasttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarás
Aprisionares
Encerrares
Recluirás
Recluyeres
jij/je zal opsluitentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zal vastzettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionará
Aprisionare
Aprisionaré
Encerrará
Encerraré
Recluirá
Recluiré
Recluyere
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal opsluitenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionará
Aprisionare
Aprisionaré
Encerrará
Encerraré
Recluirá
Recluiré
Recluyere
ik zal opsluiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: ik zal op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
  _tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionará
Aprisionare
Aprisionaré
Encerrará
Encerraré
Recluirá
Recluiré
Recluyere
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal vastzettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionará
Aprisionare
Aprisionaré
Encerrará
Encerraré
Recluirá
Recluiré
Recluyere
ik zal vastzetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zal vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionare
Aprisionaré
Encerrare
Recluiré
Recluyere
ik zal opsluiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: ik zal op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
ik zal vastzetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zal vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionareis
Aprisionaréis
Encerraréis
Recluiréis
Recluyereis
jullie zullen opsluitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zullen vastzettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionareis
Aprisionaréis
Encerrareis
Recluiréis
Recluyereis
jullie zullen opsluitentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zullen vastzettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaremos
Aprisionáremos
Encerráremos
Recluiremos
Recluyéremos
wij/we zullen opsluiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zullen vastzetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerráremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaremos
Aprisionáremos
Encerraremos
Recluiremos
Recluyéremos
wij/we zullen opsluiteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zullen vastzetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarán
Aprisionaren
Encerrarán
Recluirán
Recluyeren
zij/ze zullen opsluitenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zullen vastzettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarás
Aprisionares
Encerrarás
Recluirás
Recluyeres
jij/je zal opsluitentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zal vastzettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraríatercera persona singular condicional del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaría
Recluiría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou opsluitenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaría
Recluiría
ik zou opsluiteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: ik zou op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaría
Recluiría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou vastzettenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaría
Recluiría
ik zou vastzetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zou vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraríaissegunda persona plural condicional del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaríais
Recluiríais
jullie zouden opsluitentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zouden vastzettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraríamosprimera persona plural condicional del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaríamos
Recluiríamos
wij/we zouden opsluiteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zouden vastzetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraríantercera persona plural condicional del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarían
Recluirían
zij/ze zouden opsluitenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zouden vastzettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerraríassegunda persona singular condicional del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionarías
Recluirías
jij/je zou opsluitentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zou vastzettentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaban
Aprisionaran
Aprisionaron
Aprisionasen
Encerraban
Encerraran
Encerrasen
Encierran
Encierren
Recluían
Recluyeran
Recluyeron
Recluyesen
zij/ze sloten opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zetten vastderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrara
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrara
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik sloot opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrara
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Aprisionó
Encerraba
Encerrara
Encerré
Encerró
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
ik zette vasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zet·te vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerraseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabais
Aprisionarais
Aprisionaseis
Aprisionasteis
Encerrabais
Encerráis
Encerrarais
Encerrasteis
Encerréis
Recluíais
Recluisteis
Recluyerais
Recluyeseis
jullie sloten optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slo·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionábamos
Aprisionamos
Aprisionáramos
Aprisionásemos
Encerrábamos
Encerramos
Encerráramos
Encerremos
Recluíamos
Recluimos
Recluyéramos
Recluyésemos
wij/we sloten opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zetten vasteerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaban
Aprisionaran
Aprisionaron
Aprisionasen
Encerraban
Encerraran
Encerraron
Encierran
Encierren
Recluían
Recluyeran
Recluyeron
Recluyesen
zij/ze sloten opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
zij/ze zetten vastderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabas
Aprisionaras
Aprisionases
Aprisionaste
Encerrabas
Encerraras
Encerraste
Recluías
Recluiste
Recluyeras
Recluyeses
jij/je sloot optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zette vasttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabas
Aprisionaras
Aprisionases
Aprisionaste
Encerrabas
Encerraras
Encerrases
Recluías
Recluiste
Recluyeras
Recluyeses
jij/je sloot optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
jij/je zette vasttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
encerrasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionabais
Aprisionarais
Aprisionaseis
Aprisionasteis
Encerrabais
Encerráis
Encerrarais
Encerraseis
Encerréis
Recluíais
Recluisteis
Recluyerais
Recluyeseis
jullie sloten optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slo·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerréprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisioné
Encerraba
Encerrara
Encerrase
Recluí
Recluía
Recluyera
Recluyese
ik sloot opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
ik zette vasteerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: ik zet·te vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerréissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionáis
Aprisionéis
Encerrabais
Encerráis
Encerrarais
Encerraseis
Encerrasteis
Recluís
Recluyáis
jullie sluiten optweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: jul·lie slui·ten op

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
jullie zetten vasttweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: jul·lie zet·ten vast

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerremosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionamos
Aprisionemos
Encerrábamos
Encerramos
Encerráramos
Encerrásemos
Recluimos
Recluyamos
wij/we sluiten opeerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
wij/we zetten vasteerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'
¡encerremos!imperativo plural del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Aprisionemos!
¡Recluyamos!
laten we opsluitengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'opsluiten'
Lettergrepen: la·ten we op·slui·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Opsluiten').
  wn
laten we vastzettengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'vastzetten'
Lettergrepen: la·ten we vast·zet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Vastzetten').
  wn
encerrótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'encerrar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'encerrar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Aprisionaba
Aprisionara
Aprisionase
Aprisionó
Encerraba
Encerrara
Encerrase
Recluía
Recluyera
Recluyese
Recluyó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze sloot opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'opsluiten'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zette vastderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vastzetten'

1e 0‑9 A B C DE F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 -ab c d ef g hi j k l mn o p q r s t u v w x y z

3e _ ac d e f g hi j l m n o r s t u v z

4e ae hi l o r u

5e bfl nr

6e a e o r

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
ENCERVolgende/ Siguiente -->

boven