Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, isla de la primavera eterna

1e 0‑9 A B C D EF G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a e il o r t u y

3ea e i o u y

4e cgm no q stuv

5e- e mu

6e an be bo

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
FLAMANTE ..... FLAMBOzVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
flamanteadjetivo singular

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flamante'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flamantes
splinternieuwbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: splin·ter·nieuw

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
splinternieuweVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Splinternieuw
Lettergrepen: splin·ter·nieu·we

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Splinternieuw').
  wn
flamantesadjetivo plural de la palabra: flamante

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flamante'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flamante
splinternieuwbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: splin·ter·nieuw

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
splinternieuweVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Splinternieuw
Lettergrepen: splin·ter·nieu·we

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Splinternieuw').
  wn
flambeatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambee
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
¡flambea!imperativo singular del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Flambead!
flambeer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'flamberen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeara
Flambease
Flambeé
Flambeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeara
Flambease
Flambeé
Flambeó
ik flambeerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearais
Flambeaseis
Flambeasteis
jullie flambeerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·beer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeamos
Flambeáramos
Flambeásemos
wij/we flambeerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearan
Flambearon
Flambeasen
zij/ze flambeerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearas
Flambeases
Flambeaste
jij/je flambeerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
¡flambead!imperativo plural del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Flambea!
flambeer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'flamberen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeada adjetivo femenino singular de la palabra: flambeado
  o  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeadas
Flambeado
Flambeados
geflambeerdbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn  w
geflambeerdeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Geflambeerd
Lettergrepen: ge·flam·beer·de

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeadas
Flambeado
Flambeados
geflambeerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeadas adjetivo femenino plural de la palabra: flambeado
  o  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeado
Flambeados
geflambeerdbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn  w
geflambeerdeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Geflambeerd
Lettergrepen: ge·flam·beer·de

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeado
Flambeados
geflambeerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeado adjetivo masculino singular
  o  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeadas
Flambeados
geflambeerdbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn  w
geflambeerdeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Geflambeerd
Lettergrepen: ge·flam·beer·de

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeadoparticipio pasado del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeadas
Flambeados
geflambeerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeados adjetivo masculino plural de la palabra: flambeado
  o  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeadas
Flambeado
geflambeerdbijvoeglijk naamwoord bn
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn  w
geflambeerdeVerbuiging van het bijvoeglijk naamwoord: Geflambeerd
Lettergrepen: ge·flam·beer·de

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeada
Flambeadas
Flambeado
geflambeerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ge·flam·beerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeéis
jullie flamberentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeamosprimera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeábamos
Flambeáramos
Flambeásemos
Flambeemos
wij/we flambeerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeábamos
Flambeáramos
Flambeásemos
Flambeemos
wij/we flambereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeen
zij/ze flamberenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeandogerundio del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
flamberendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: flam·be·rend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearinfinitivo de un verbo

Significa prender fuego a un licor seco, como el brandy, vertido caliente sobre una comida. Primero calentarlo al fuego suavemente en un cazo o cucharón, encender y verter despacio encima de la comida. El alcohol se evapora y permanece el sabor del licor empleado.

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  w  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
FlambeoFlambeé
FlambeasFlambeaste
FlambeaFlambeó
FlambeamosFlambeamos
FlambeáisFlambeasteis
FlambeanFlambearon
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
FlambearéíaFlambeaba
FlambearásíasFlambeabas
FlambearáíaFlambeaba
FlambearemosíamosFlambeábamos
FlambearéisíaisFlambeabais
FlambearáníanFlambeaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
FlambeeFlambeara
FlambeesFlambearas
FlambeeFlambeara
FlambeemosFlambeáramos
FlambeéisFlambearais
FlambeenFlambearan
FuturoPréterito imperfecto se
FlambeareFlambease
FlambearesFlambeases
FlambeareFlambease
FlambeáremosFlambeásemos
FlambeareisFlambeaseis
FlambearenFlambeasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Flambea(tú)No flambees
Flambee(usted)No flambee
Flambeemos(nosotros)No flambeemos
Flambead(vosotros)No flambeéis
Flambeen(ustedes)No flambeen
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
FlambeadoFlambeando
flamberenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: flam·be·ren

Een gerecht met alcohol overgieten en dit doen ontvlammen, zodat de alcohol verbrandt en het gerecht wel het speciale aroma krijgt.
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
flamberen - flambeerde - geflambeerd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
flambearatercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambease
Flambeé
Flambeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambease
Flambeé
Flambeó
ik flambeerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal flamberenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearaissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabais
Flambeaseis
Flambeasteis
jullie flambeerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·beer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeábamos
Flambeamos
Flambeásemos
wij/we flambeerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaban
Flambearon
Flambeasen
zij/ze flambeerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearen
zij/ze zullen flamberenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabas
Flambeases
Flambeaste
jij/je flambeerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeares
jij/je zal flamberentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearetercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeará
Flambearé
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal flamberenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeará
Flambearé
ik zal flambereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik zal flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearéprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeare
ik zal flambereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik zal flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearéis
jullie zullen flamberentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearéissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeareis
jullie zullen flamberentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie zul·len flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearemosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeáremos
wij/we zullen flambereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearemos
wij/we zullen flambereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearán
zij/ze zullen flamberenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearessegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambearás
jij/je zal flamberentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearíatercera persona singular condicional del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou flamberenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular condicional del verbo 'flambear'
  we
ik zou flambereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik zou flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearíaissegunda persona plural condicional del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
jullie zouden flamberentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie zou·den flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambearíamosprimera persona plural condicional del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
wij/we zouden flambereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearíantercera persona plural condicional del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
zij/ze zouden flamberenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearíassegunda persona singular condicional del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we
jij/je zou flamberentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambearontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaban
Flambearan
Flambeasen
zij/ze flambeerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambees
jij/je flambeerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambeara
Flambeé
Flambeó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambeara
Flambeé
Flambeó
ik flambeerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabais
Flambearais
Flambeasteis
jullie flambeerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·beer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeábamos
Flambeamos
Flambeáramos
wij/we flambeerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaban
Flambearan
Flambearon
zij/ze flambeerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabas
Flambearas
Flambeaste
jij/je flambeerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabas
Flambearas
Flambeases
jij/je flambeerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeabais
Flambearais
Flambeaseis
jullie flambeerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·beer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambea
Flambeo
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambea
Flambeo
ik flambeereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambeara
Flambease
ik flambeerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
¡flambee!imperativo singular del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Flambeen!
flambeert u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'flamberen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeáis
jullie flamberentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: jul·lie flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeamos
wij/we flambereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
¡flambeemos!imperativo plural del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
laten we flamberengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: la·ten we flam·be·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambean
zij/ze flamberenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
¡flambeen!imperativo plural del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Flambee!
flambeert u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'flamberen'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeas
jij/je flambeerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
flambeoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambee
ik flambeereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Lettergrepen: ik flam·beer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Flamberen').
  wn
flambeótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'flambear'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'flambear'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Flambeaba
Flambeara
Flambease
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze flambeerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'flamberen'
Flamborough"Flamborough Head":
Nombre (o por antonomasia)
promontorio del NE de Inglaterra.

Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Flamborough'
  Head
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'Head'
Flamborough Headeigennaam (of antonomasie) en
  w

1e 0‑9 A B C D EF G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a e il o r t u y

3ea e i o u y

4e cgm no q stuv

5e- e mu

6e an be bo

<-- Vorige/ Anteriorpalabras de
woorden van
FLAMANTE ..... FLAMBOzVolgende/ Siguiente -->

boven