Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

e

f

i

j

o

pr

u

vwy

3e

-a

b

c

def

g

ij

l

m

np

r

s

tuvwy

z

4e

e

h

i

k

5e

_

d

i

m

no

r

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

HACES

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	hacessustantivo plural de la palabra: haz (sustantivo). Porción de cosas reunidas en haz, que se pueden coger con una mano. SIN. Gavilla, puñado. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'haz' , los  we  wn  w  spalabras relacionadas: --------------------- Fajos		bossenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: bos Lettergrepen: bos·sen 1. pak van samengebonden gelijksoortige voorwerpen 2. met een twijg samengebonden bos. Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands. , de  wn  w
			bundelsMeervoud van het zelfstandig naamwoord: bundel Lettergrepen: bun·dels 1. pak van samengebonden gelijksoortige voorwerpen 2. met een twijg samengebonden bos. Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bundel'). , de  wn  w
	hacessegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Cometas Cometes Consumas Consumes Ejerces Ejercitas Ejercites Ejerzas Hagas Perpetras Perpetres		jij/je bedrijfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bedrijven'
			jij/je brengt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitbrengen'
			jij/je doettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen'
			jij/je maakt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanmaken'
			jij/je maakttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'maken'
			jij/je richt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitrichten'
			jij/je voert uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitvoeren'
	haces"haces a ganchillo": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer a ganchillo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   ganchillo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ganchillo'   spalabras relacionadas: --------------------- Haces crochet Haces ganchillo Hagas a ganchillo Hagas crochet Hagas ganchillo		jij/je haakttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'haken'
	haces"haces agua": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer agua' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   agua Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'agua'   spalabras relacionadas: --------------------- Goteas Gotees Hagas agua Te derramas Te derrames Te escapas Te escapes Te sales Te salgas		jij/je lekttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lekken'
	haces"haces allusión a": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer allusión a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   allusión a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Aludas a Aludes a Hagas allusión a		jij/je zinspeelt optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zinspelen op'
	haces"haces bolillos": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer bolillos' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   bolillos   spalabras relacionadas: --------------------- Haces encajes Hagas bolillos Hagas encajes		jij/je kantwerkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kantwerken'
	haces"haces bricolaje": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer bricolaje' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   bricolaje Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'bricolaje'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas bricolaje		jij/je klusttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'klussen'
	haces"haces calor": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer calor' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   calor Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'calor'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas calor		jij/je bent warmtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'warm zijn'
	haces"haces carambolas": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer carambolas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   carambolas   spalabras relacionadas: --------------------- Colidas Colides Hagas carambolas		jij/je caramboleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'caramboleren'
			jij/je maakt een caramboletweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een carambole maken'
	haces"haces carbón": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer carbón' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   carbón Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'carbón'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas carbón		jij/je bunkerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bunkeren'
			jij/je neemt kolen intweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kolen innemen'
	haces"haces cerveza": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer cerveza' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   cerveza Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cerveza'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas cerveza		jij/je brouwt biertweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bier brouwen'
	haces"haces compras": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer compras' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   compras   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas compras		jij/je doet inkopentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'inkopen doen'
	haces"haces confitura": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer confitura' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   confitura Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'confitura'   spalabras relacionadas: --------------------- Confitas Confites Hagas confitura		jij/je konfijttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'konfijten'
			jij/je legt intweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'inleggen'
			jij/je maakt intweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'inmaken'
	haces"haces cosquillas": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer cosquillas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   cosquillas Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cosquillas'   spalabras relacionadas: --------------------- Cosquilleas Cosquillees Hagas cosquillas		jij/je kietelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kietelen'
			jij/je kriebelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kriebelen'
	haces"haces crochet": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer crochet' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   crochet   spalabras relacionadas: --------------------- Haces a ganchillo Haces ganchillo Hagas a ganchillo Hagas crochet Hagas ganchillo		jij/je haakttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'haken'
	haces"haces dar vueltas": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer dar vueltas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   dar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'dar'   vueltas   spalabras relacionadas: --------------------- Haces girar Hagas dar vueltas Hagas girar Volteas Voltees Vuelvas Vuelves		jij/je draait omtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'omdraaien'
			jij/je draait rondtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ronddraaien'
			jij/je draaittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'draaien'
			jij/je keerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'keren'
			jij/je wendttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wenden'
			jij/je wentelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wentelen'
			jij/je zwenkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zwenken'
	haces"haces de ayo": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer de ayo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   ayo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ayo'   spalabras relacionadas: --------------------- Educas niños Eduques niños Hagas de ayo		jij/je onderwijsttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'onderwijzen'
			jij/je voedt optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opvoeden'
	haces"haces deporte": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer deporte' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   deporte Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'deporte'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas deporte		jij/je sporttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'sporten'
	haces"haces deslizar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer deslizar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   deslizar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'deslizar'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas deslizar Te deslices Te deslizas		jij/je schuifttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schuiven'
	haces"haces dimisión": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer dimisión' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   dimisión Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'dimisión'   spalabras relacionadas: --------------------- Dimitas Dimites Hagas dimisión Te das de baja Te des de baja		jij/je bedankttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bedanken'
			jij/je treedt aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aftreden'
			jij/je treedt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uittreden'
	haces"haces el corretaje": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer el corretaje' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   el Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'el'   corretaje Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'corretaje'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas el corretaje		jij/je makelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'makelen'
	haces"haces encajes": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer encajes' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   encajes   spalabras relacionadas: --------------------- Haces bolillos Hagas bolillos Hagas encajes		jij/je kantwerkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kantwerken'
	haces"haces exacción": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer exacción' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   exacción Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'exacción'   spalabras relacionadas: --------------------- Arrancas Arranques Extorsionas Extorsiones Haces extorsión Hagas exacción Hagas extorsión Sacas Saques		jij/je dwingt aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afdwingen'
			jij/je knevelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'knevelen'
			jij/je perst aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afpersen'
	haces"haces extorsión": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer extorsión' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   extorsión Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'extorsión'   spalabras relacionadas: --------------------- Arrancas Arranques Extorsionas Extorsiones Haces exacción Hagas exacción Hagas extorsión Sacas Saques		jij/je dwingt aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afdwingen'
			jij/je knevelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'knevelen'
			jij/je perst aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'afpersen'
	haces"haces falta": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer falta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   falta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'falta'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas falta		jij/je bent nodigtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nodig zijn'
	haces"haces footing": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer footing' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   footing Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'footing'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas footing		jij/je jogttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'joggen'
	haces"haces frío": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer frío' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   frío Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'frío'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas frío		jij/je bent koudtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'koud zijn'
	haces"haces ganchillo": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer ganchillo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   ganchillo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ganchillo'   spalabras relacionadas: --------------------- Haces a ganchillo Haces crochet Hagas a ganchillo Hagas crochet Hagas ganchillo		jij/je haakttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'haken'
	haces"haces gestos": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer gestos' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   gestos   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas gestos		jij/je gebaarttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gebaren'
	haces"haces girar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer girar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   girar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'girar'   spalabras relacionadas: --------------------- Haces dar vueltas Hagas dar vueltas Hagas girar Volteas Voltees Vuelvas Vuelves		jij/je draait omtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'omdraaien'
			jij/je draait rondtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ronddraaien'
			jij/je draaittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'draaien'
			jij/je keerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'keren'
			jij/je wendttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wenden'
			jij/je wentelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wentelen'
			jij/je zwenkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zwenken'
	haces"haces inscribir": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer inscribir' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   inscribir Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'inscribir'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas inscribir		jij/je geeft aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangeven'
	haces"haces juegos malabares": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer juegos malabares' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   juegos malabares   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas juegos malabares		jij/je jongleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'jongleren'
	haces"haces la manicura": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer la manicura' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   manicura Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'manicura'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas la manicura		jij/je manicuurttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'manicuren'
	haces"haces las compras": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer las compras' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   las Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'las'   compras   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas las compras	1.	jij/je winkelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'winkelen'
		2.	jij/je doet boodschappentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'boodschappen doen'
	haces"haces lo mejor posible": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer lo mejor posible' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   lo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'lo'   mejor Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mejor'   posible Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'posible'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas lo mejor posible		jij/je doet jouw besttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijn best doen'
	haces"haces marquetería": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer marquetería' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   marquetería Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'marquetería'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas marquetería Taraceas Taracees		jij/je legt intweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'inleggen'
	haces"haces muecas": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer muecas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   muecas   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas muecas		jij/je maakt grimassentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'grimassen maken'
			jij/je trekt gekke bekkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gekke bekken trekken'
	haces"haces notar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer notar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   notar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'notar'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas notar Señalas Señales		jij/je maakt opmerkzaamtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opmerkzaam maken'
			jij/je merkt optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'opmerken'
			jij/je signaleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'signaleren'
	haces"haces oferta": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer oferta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   oferta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'oferta'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas oferta Ofreces Ofrezcas		jij/je biedt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanbieden'
			jij/je biedt te koop aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'te koop aanbieden'
	haces"haces oscilar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer oscilar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   oscilar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'oscilar'   spalabras relacionadas: --------------------- Estremeces Estremezcas Hagas oscilar		jij/je doet schuddentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen schudden'
			jij/je doet wankelentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen wankelen'
			jij/je verwikttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verwikken'
			jij/je verwrikttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verwrikken'
	haces"haces parte de": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer parte de' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   parte Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'parte'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas parte de		jij/je maakt deel uit vantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'deel uitmaken van'
	haces"haces pedido": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer pedido' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   pedido Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'pedido'   spalabras relacionadas: --------------------- Demandas Demandes Encargas Encargues Hagas pedido Pidas Pides		jij/je bestelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestellen'
			jij/je vraagt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanvragen'
	haces"haces prosélitos": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer prosélitos' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   prosélitos   spalabras relacionadas: --------------------- Alistas Alistes Contratas Contrates Enganchas Enganches Enrolas Enroles Hagas prosélitos Levantas Levantes Reclutas Reclutes		jij/je brengt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanbrengen'
			jij/je werft aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanwerven'
			jij/je werfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'werven'
	haces"haces publicidad": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer publicidad' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   publicidad Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'publicidad'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas publicidad		jij/je publiceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'publiceren'
	haces"haces punto de aguja": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer punto de aguja' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   punto Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'punto'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   aguja Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aguja'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas punto de aguja		jij/je breittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'breien'
	haces"haces puré": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer puré' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   puré Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puré'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas puré		jij/je maakt pureetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'puree maken'
	haces"haces reír a": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer reír a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   reír Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reír'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas reír a		jij/je laat lachentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'laten lachen'
	haces"haces resbalar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer resbalar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   resbalar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'resbalar'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas resbalar		jij/je schuifttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schuiven'
	haces"haces retroceder": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer retroceder' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   retroceder Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'retroceder'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas retroceder		jij/je doet terugdeinzentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen terugdeinzen'
	haces"haces rodar": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer rodar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   rodar Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'rodar'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas rodar Rulas Rules		jij/je rolttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'rollen'
			jij/je wentelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wentelen'
	haces"haces rosca": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer rosca' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   rosca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'rosca'   spalabras relacionadas: --------------------- Aterrajas Aterrajes Hagas rosca Roscas Rosques		jij/je maakt schroefdraadtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schroefdraad maken'
	haces"haces ruido": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer ruido' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   ruido Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ruido'   spalabras relacionadas: --------------------- Alborotas Alborotes Hagas ruido		jij/je maakt lawaaitweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lawaai maken'
	haces"haces saber": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer saber' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   saber Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'saber'   spalabras relacionadas: --------------------- Anuncias Anuncies Echas Eches Hagas saber	1Anunciación Anunciar Anuncio Echado Echar.	jij/je maakt bekendtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bekend maken'
		2Divulgación Divulgar Enterar Información Informar.	jij/je deelt medetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'mededelen'
			jij/je deelt meetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'meedelen'
			jij/je kondigt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aankondigen'
			jij/je stelt in kennistweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in kennis stellen'
			jij/je verwittigttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verwittigen'
	haces"haces seguir": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer seguir' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   seguir Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'seguir'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas seguir		jij/je stuurt natweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nasturen'
			jij/je zendt natweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'nazenden'
	haces"haces señas": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer señas' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   señas   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas señas		jij/je geeft tekenstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tekens geven'
	haces"haces tiras": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer tiras' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   tiras   spalabras relacionadas: --------------------- Deshebras Deshebres Deshilas Deshiles Desmenuces Desmenuzas Desmigajas Desmigajes Desmigas Desmigues Hagas tiras		jij/je rafelt uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uitrafelen'
			jij/je verbrokkelttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verbrokkelen'
	haces"haces trabajos manuales": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer trabajos manuales' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   trabajos manuales   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas trabajos manuales		jij/je knutselttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'knutselen'
	haces"haces trampa": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer trampa' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   trampa Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'trampa'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas trampa		jij/je speelt valstweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vals spelen'
	haces"haces un calor sofocante": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un calor sofocante' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   calor Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'calor'   sofocante Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sofocante'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas un calor sofocante		jij/je broeittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'broeien'
	haces"haces un chiste": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un chiste' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   chiste Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'chiste'   spalabras relacionadas: --------------------- Haces una broma Hagas un chiste Hagas una broma		jij/je maakt een graptweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een grap maken'
	haces"haces un esfuerzo por": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un esfuerzo por' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   esfuerzo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'esfuerzo'   por Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas un esfuerzo por		jij/je doet moeite voortweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'moeite doen voor'
	haces"haces un fricandó": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un fricandó' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   fricandó Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fricandó'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas un fricandó		jij/je kookt fricasseetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'fricassee koken'
	haces"haces un modelo": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un modelo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   modelo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'modelo'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas un modelo Modelas Modeles		jij/je modelleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'modelleren'
	haces"haces un segura": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un segura' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   segura Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'segura'   spalabras relacionadas: --------------------- Aseguras Asegures Hagas un segura		jij/je assureerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'assureren'
			jij/je stelt veiligtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'veilig stellen'
			jij/je verzekerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzekeren'
	haces"haces un signo": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer un signo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   un Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'un'   signo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'signo'   spalabras relacionadas: --------------------- Denotas Denotes Designas Designes Hagas un signo Indicas Indiques Marcas Marques		jij/je duidt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanduiden'
			jij/je geeft aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangeven'
			jij/je geeft een tekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een teken geven'
			jij/je kenmerkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kenmerken'
			jij/je merkttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'merken'
			jij/je tekenttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'tekenen'
	haces"haces una broma": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una broma' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   broma Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'broma'   spalabras relacionadas: --------------------- Haces un chiste Hagas un chiste Hagas una broma		jij/je maakt een graptweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een grap maken'
	haces"haces una cura": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una cura' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   cura Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'cura'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas una cura		jij/je legt een verband omtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een verband omleggen'
			jij/je verzorgt van een wondtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzorgen van een wond'
	haces"haces una infusión": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una infusión' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   infusión Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infusión'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas una infusión Infundas Infundes		jij/je laat trekkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'laten trekken'
			jij/je trekt aftweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aftrekken'
			jij/je zettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zetten'
	haces"haces una matanza": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una matanza' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   matanza Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'matanza'   spalabras relacionadas: --------------------- Erradicas Erradiques Hagas una matanza Masacras Masacres		jij/je richt een slachting aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een slachting aanrichten'
	haces"haces una pregunta": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una pregunta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   pregunta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'pregunta'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas una pregunta		jij/je stelt een vraagtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een vraag stellen'
	haces"haces una réplica": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una réplica' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   réplica Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'réplica'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas una réplica Replicas Repliques		jij/je repliceerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'repliceren'
	haces"haces una señal": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer una señal' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   una Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'una'   señal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'señal'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas una señal Indicas Indiques		jij/je geeft een seintweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een sein geven'
			jij/je seinttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'seinen'
	haces"haces uso de": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer uso de' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   uso Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'uso'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   spalabras relacionadas: --------------------- Cometas Cometes Empleas Emplees Hagas uso de Te sirvas Te sirvas de Te sirves Te sirves de Usas Uses Utilices Utilizas		jij/je benuttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'benutten'
			jij/je gebruikttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gebruiken'
			jij/je wendt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanwenden'
	haces"haces vela": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer vela' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   vela Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vela'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas vela		jij/je zeilttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zeilen'
	haces"haces ver": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer ver' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   ver Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas ver		jij/je laat zientweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'laten zien'
	haces"haces vigilancia": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer vigilancia' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   vigilancia Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vigilancia'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas vigilancia Patrullas Patrulles		jij/je patrouilleerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'patrouilleren'
	haces"haces voto": segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'hacer voto' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'hacer'   voto Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'voto'   spalabras relacionadas: --------------------- Hagas voto Profesas Profeses		jij/je belooft plechtigtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'plechtig beloven'

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

e

f

i

j

o

pr

u

vwy

3e

-a

b

c

def

g

ij

l

m

np

r

s

tuvwy

z

4e

e

h

i

k

5e

_

d

i

m

no

r

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

HACES

Volgende/ Siguiente -->

boven