Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Tenerife, isla de la primavera eterna

1e 0‑9 A B C D E F G HI J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e -a b c d efgj l mn oñpq r s tvwx z

3e ,- a c d ef g h i j k m n o q s t u v y

4e ae i l o ru

5ec lr s

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
INFECVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
infecciónsustantivo
(Acción y efecto de infectar)
Esta palabra no tiene plural

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
, la  we  wn  w
1.aanstekenzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: aan·ste·ken
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  we  w
besmettenzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: be·smet·ten
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
infecterenzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: in·fec·te·ren
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
verpestenzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: ver·pes·ten
Dit woord heeft geen meervoud

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, het  wn  w
  _sustantivo
Plural es: infecciones
  we  wn  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Contagio
2Contagio.besmettingzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: be·smet·ting
Meervoud is: besmettingen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
infectiezelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: in·fec·tie
Meervoud is: infecties

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
infección"infección alimentaria":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  alimentaria
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'alimentaria'
, la  w
voedselvergiftigingzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: voed·sel·ver·gif·ti·ging

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
infección"infección de oído":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  oído
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'oído'
, la  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Otitis
oorontstekingzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: oor·ont·ste·king

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
infección"infección de transmisión sexual":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  transmisión
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'transmisión'
  sexual
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'sexual'
, la  w
seksueel overdraagbare aandoeningzelfstandig naamwoordsvorm zn
Lettergrepen: sek·su·eel over·draag·ba·re aan·doe·ning
, de  wn  w
infección"infección puerperal":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  puerperal
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'puerperal'
, la  w
kraamvrouwenkoortszelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: kraam·vrou·wen·koorts

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
, de  wn  w
infeccionessustantivo plural de la palabra: infección

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
, las  we  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Contagios
besmettingenMeervoud van het zelfstandig naamwoord: besmetting
Lettergrepen: be·smet·tin·gen

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetting').
, de  wn  w
infectiesMeervoud van het zelfstandig naamwoord: infectie
Lettergrepen: in·fec·ties

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infectie').
, de  wn  w
infecciones"infecciones por clamidias":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
  clamidias
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'clamidias'
, las  w  spalabras relacionadas:
---------------------
Clamidiasis
chlamydiasiszelfstandig naamwoord zn
  w
infecciones"infecciones por hantavirus":
locución sustantiva

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infección'
  por
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'por'
  hantavirus
Haga clic para artículo en Wikipedia posiblemente relacionado sobre 'hantavirus'
, las  w
hantaviruszelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: han·ta·vi·rus
, het  wn  w
infecciosaadjetivo femenino singular de la palabra: infeccioso

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infeccioso'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecciosas
Infeccioso
Infecciosos
infectie-bijvoeglijk naamwoord bn
infecciosasadjetivo femenino plural de la palabra: infeccioso

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infeccioso'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecciosa
Infeccioso
Infecciosos
infectie-bijvoeglijk naamwoord bn
infecciosoadjetivo masculino singular

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infeccioso'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecciosa
Infecciosas
Infecciosos
infectie-bijvoeglijk naamwoord bn
infecciososadjetivo masculino plural de la palabra: infeccioso

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infeccioso'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecciosa
Infecciosas
Infeccioso
infectie-bijvoeglijk naamwoord bn
infectatercera persona singular presente de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecte
Infesta
Infeste
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmetderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpestderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
¡infecta!imperativo singular del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Infectad!
¡Infesta!
¡Infestad!
besmet!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'besmetten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
infecteer!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'infecteren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
steek aan!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'aansteken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
verpest!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verpesten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectabatercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmettederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik besmetteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik infecteerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik stak aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpesttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectara
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik verpestteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectabaissegunda persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectáis
Infectarais
Infectaseis
Infectasteis
Infectéis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecteerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·teer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie staken aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie sta·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpesttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pest·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectábamosprimera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we infecteerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we staken aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we verpestteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectabantercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectan
Infectaran
Infectaron
Infectasen
Infecten
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecteerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze staken aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpesttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectabassegunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaras
Infectases
Infectaste
Infestabas
Infestaras
Infestases
Infestaste
jij/je besmettetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je stak aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
¡infectad!imperativo plural del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Infecta!
¡Infesta!
¡Infestad!
besmet!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'besmetten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
infecteer!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'infecteren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
steek aan!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'aansteken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
verpest!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verpesten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectadaforma conjugada (femenino singular) del participio pasado del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectadas
Infectado
Infectados
Infestada
Infestadas
Infestado
Infestados
aangestokenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: aan·ge·sto·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
besmetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
geïnfecteerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ge·in·fec·teerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
verpestregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectadasforma conjugada (femenino plural) del participio pasado del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectada
Infectado
Infectados
Infestada
Infestadas
Infestado
Infestados
aangestokenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: aan·ge·sto·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
besmetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
geïnfecteerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ge·in·fec·teerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
verpestregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectadoparticipio pasado del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectada
Infectadas
Infectados
Infestada
Infestadas
Infestado
Infestados
aangestokenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: aan·ge·sto·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
besmetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
geïnfecteerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ge·in·fec·teerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
verpestregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectadosforma conjugada (masculino plural) del participio pasado del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectada
Infectadas
Infectado
Infestada
Infestadas
Infestado
Infestados
aangestokenonregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: aan·ge·sto·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
besmetregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
geïnfecteerdregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ge·in·fec·teerd

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
verpestregelmatig voltooid deelwoord van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectáissegunda persona plural presente de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabais
Infectarais
Infectaseis
Infectasteis
Infectéis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecterentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie steken aantweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie ste·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpestentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectamosprimera persona plural presente de indicativo del verbo 'infectar'
primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
eerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we infecteerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we infectereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we staken aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona plural presente de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we steken aaneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we verpesteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectáramos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we verpestteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectantercera persona plural presente de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaban
Infectaran
Infectaron
Infectasen
Infecten
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecterenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze steken aanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpestenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectandogerundio del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestando
aanstekendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: aan·ste·kend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
besmettendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: be·smet·tend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
infecterendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: in·fec·te·rend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
verpestendonvoltooid deelwoord van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ver·pes·tend

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectarinfinitivo de un verbo

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestar
  ci
conjugaciones del INDICATIVO
PresentePréterito indefinido
InfectoInfecté
InfectasInfectaste
InfectaInfectó
InfectamosInfectamos
InfectáisInfectasteis
InfectanInfectaron
Futuro/CondicionalPréterito imperfecto 
InfectaréíaInfectaba
InfectarásíasInfectabas
InfectaráíaInfectaba
InfectaremosíamosInfectábamos
InfectaréisíaisInfectabais
InfectaráníanInfectaban
  cs
conjugaciones del SUBJUNTIVO
PresentePréterito imperfect ra
InfecteInfectara
InfectesInfectaras
InfecteInfectara
InfectemosInfectáramos
InfectéisInfectarais
InfectenInfectaran
FuturoPréterito imperfecto se
InfectareInfectase
InfectaresInfectases
InfectareInfectase
InfectáremosInfectásemos
InfectareisInfectaseis
InfectarenInfectasen
  cp
conjugaciones del IMPERATIVO
afirmativonegativo
Infecta(tú)No infectes
Infecte(usted)No infecte
Infectemos(nosotros)No infectemos
Infectad(vosotros)No infectéis
Infecten(ustedes)No infecten
Formas impersonales
participio pasado    Gerundio
InfectadoInfectando
aanstekenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: aan·ste·ken
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
aansteken - stak aan - aangestoken


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  we
besmettenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: be·smet·ten
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
besmetten - besmette - besmet


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn  w
infecterenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: in·fec·te·ren
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
infecteren - infecteerde - geïnfecteerd


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
verpestenwerkwoord (infinitief) ww
Lettergrepen: ver·pes·ten
In één of meer van de volgende betekenissen:
-

Verbuiging:
verpesten - verpestte - verpest


Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.
  wn
infectaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmettederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik besmetteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik infecteerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik stak aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpesttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectase
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik verpestteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectare
Infestará
Infestare
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanstekenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal besmettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal infecterenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verpestenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabais
Infectáis
Infectaseis
Infectasteis
Infectéis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecteerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·teer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie staken aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie sta·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpesttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pest·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectamos
Infectásemos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we infecteerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we staken aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we verpestteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaban
Infectan
Infectaron
Infectasen
Infecten
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecteerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze staken aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpesttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaren
Infestarán
Infestaren
zij/ze zullen aanstekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze zullen besmettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze zullen infecterenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze zullen verpestenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabas
Infectases
Infectaste
Infestabas
Infestaras
Infestases
Infestaste
jij/je besmettetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je stak aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectares
Infestarás
Infestares
jij/je zal aanstekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je zal besmettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je zal infecterentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je zal verpestentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanstekenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
ik zal aanstekeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: ik zal aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal besmettenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
ik zal besmetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik zal be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal infecterenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
ik zal infectereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik zal in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
  _tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verpestenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectará
Infectaré
Infestará
Infestare
Infestaré
ik zal verpesteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik zal ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectare
Infestare
Infestaré
ik zal aanstekeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: ik zal aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
ik zal besmetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik zal be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
ik zal infectereneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik zal in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
ik zal verpesteneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik zal ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaréis
Infestareis
Infestaréis
jullie zullen aanstekentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie zullen besmettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie zullen infecterentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie zullen verpestentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectareis
Infestareis
Infestaréis
jullie zullen aanstekentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie zul·len aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie zullen besmettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie zullen infecterentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie zul·len in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie zullen verpestentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectáremos
Infestaremos
Infestáremos
wij/we zullen aanstekeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we zullen besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we zullen infectereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we zullen verpesteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaremos
Infestaremos
Infestáremos
wij/we zullen aanstekeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we zullen besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we zullen infectereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we zullen verpesteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectarán
Infestarán
Infestaren
zij/ze zullen aanstekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze zullen besmettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze zullen infecterenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze zullen verpestenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectarás
Infestarás
Infestares
jij/je zal aanstekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je zal besmettentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je zal infecterentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je zal verpestentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaríatercera persona singular condicional del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou aanstekenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
ik zou aanstekeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: ik zou aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou besmettenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
ik zou besmetteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik zou be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou infecterenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
ik zou infectereneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik zou in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
  _tercera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verpestenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular condicional del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaría
ik zou verpesteneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik zou ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaríais
jullie zouden aanstekentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie zou·den aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie zouden besmettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie zouden infecterentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie zou·den in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie zouden verpestentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie zou·den ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestaríamos
wij/we zouden aanstekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we zouden besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we zouden infectereneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we zouden verpesteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaríantercera persona plural condicional del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestarían
zij/ze zouden aanstekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze zouden besmettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze zouden infecterenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze zouden verpestenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectaríassegunda persona singular condicional del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infestarías
jij/je zou aanstekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je zou besmettentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je zou infecterentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je zou verpestentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaban
Infectan
Infectaran
Infectasen
Infecten
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecteerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze staken aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpesttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectassegunda persona singular presente de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectes
Infestas
Infestes
jij/je besmettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je steekt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectasetercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmettederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik besmetteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik infecteerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik stak aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpesttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infecté
Infectó
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
Infestó
ik verpestteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectaseissegunda persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabais
Infectáis
Infectarais
Infectasteis
Infectéis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecteerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·teer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie staken aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie sta·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpesttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pest·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectásemosprimera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectamos
Infectáramos
Infectemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we infecteerdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we staken aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we verpestteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectasentercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaban
Infectan
Infectaran
Infectaron
Infecten
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecteerdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze staken aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpesttenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectasessegunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabas
Infectaras
Infectaste
Infestabas
Infestaras
Infestases
Infestaste
jij/je besmettetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je stak aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectastesegunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabas
Infectaras
Infectases
Infestabas
Infestaras
Infestases
Infestaste
jij/je besmettetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je stak aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectasteissegunda persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabais
Infectáis
Infectarais
Infectaseis
Infectéis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecteerdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·teer·den

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie staken aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie sta·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpesttentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pest·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectetercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmetderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
ik besmeteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
  _tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteertderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
ik infecteereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
ik steek aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
  _tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze steekt aanderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpestderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
  _primera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecta
Infecto
Infesta
Infeste
Infesto
ik verpesteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectéprimera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infectase
Infestaba
Infestara
Infestase
Infesté
ik besmetteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
ik infecteerdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer·de

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
ik stak aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
ik verpestteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest·te

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
¡infecte!imperativo singular del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Infecten!
¡Infeste!
¡Infesten!
besmet u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'besmetten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
infecteert u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'infecteren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
steekt u aan!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'aansteken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
verpest u!gebiedende wijs enkelvoud van het werkwoord 'verpesten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectéissegunda persona plural presente de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectabais
Infectáis
Infectarais
Infectaseis
Infectasteis
Infestabais
Infestáis
Infestarais
Infestaseis
Infestasteis
Infestéis
jullie besmettentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: jul·lie be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
jullie infecterentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: jul·lie in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
jullie steken aantweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: jul·lie ste·ken aan

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
jullie verpestentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: jul·lie ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectemosprimera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectábamos
Infectamos
Infectáramos
Infectásemos
Infestábamos
Infestamos
Infestáramos
Infestásemos
Infestemos
wij/we besmetteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
wij/we infectereneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
wij/we steken aaneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
wij/we verpesteneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
¡infectemos!imperativo plural del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Infestemos!
laten we aanstekengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'aansteken'
Lettergrepen: la·ten we aan·ste·ken

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
laten we besmettengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: la·ten we be·smet·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
laten we infecterengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: la·ten we in·fec·te·ren

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
laten we verpestengebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: la·ten we ver·pes·ten

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectentercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaban
Infectan
Infectaran
Infectaron
Infectasen
Infestaban
Infestan
Infestaran
Infestaron
Infestasen
Infesten
zij/ze besmettenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
zij/ze infecterenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
zij/ze steken aanderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
zij/ze verpestenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
¡infecten!imperativo plural del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
¡Infecte!
¡Infeste!
¡Infesten!
besmet u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'besmetten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
infecteert u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'infecteren'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
steekt u aan!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'aansteken'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
verpest u!gebiedende wijs meervoud van het werkwoord 'verpesten'

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectessegunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectas
Infestas
Infestes
jij/je besmettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
jij/je infecteerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
jij/je steekt aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
jij/je verpesttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
infectividadsustantivo
  w
besmettelijkheidzelfstandig naamwoord zn
Lettergrepen: be·smet·te·lijk·heid
, de  w
infectoprimera persona singular presente de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infecte
Infeste
Infesto
ik besmeteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
Lettergrepen: ik be·smet

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Besmetten').
  wn
ik infecteereerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
Lettergrepen: ik in·fec·teer

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Infecteren').
  wn
ik steek aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
Één lettergreep

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aansteken').
  wn  we
ik verpesteerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'
Lettergrepen: ik ver·pest

Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verpesten').
  wn
infectótercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'infectar'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'infectar'
  we  wn  spalabras relacionadas:
---------------------
Infectaba
Infectara
Infectase
Infestaba
Infestara
Infestase
Infestó
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze besmettederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'besmetten'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze infecteerdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'infecteren'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze stak aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'aansteken'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verpesttederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verpesten'

1e 0‑9 A B C D E F G HI J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e -a b c d efgj l mn oñpq r s tvwx z

3e ,- a c d ef g h i j k m n o q s t u v y

4e ae i l o ru

5ec lr s

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
INFECVolgende/ Siguiente -->

boven